Bij het dorp Alphen worden de uiterwaarden ontzand. Zoals dat in De Gouden Ham ook gebeurd is. Ooit stroomde de Maas er, straks is het water terug. door Eric Reijnen
De Maas is de Maas niet meer. Vroeger, toen meanderde de rivier door het landschap. Krullend, kronkelend zocht het water zijn weg richting Noordzee. Tot in de jaren dertig van de vorige eeuw. De Maas werd uitgedeukt: menige knik in de rivier verwerd tot een flauwe bocht. En zo kwam het Land van Maas en Waal aan stukjes Brabants grondgebied. Zoals recreatiegebied De Gouden Ham in Maasbommel, die vroeger Megense Ham heette, naar het dorp waar het voordien bij
hoorde. Zoals in die tijden van crisis De Goffert werd gegraven door ferme knapen met kruiwagen en schop, zo werden ook delen van de overbodig geworden Maasarmen volgekruid. Bij Maasbommel, en ook bij Alphen. Hetzelfde zand waarmee de Maasarm werd volgegooid, werd er in Maasbommel in de jaren zeventig en tachtig weer uitgegraven. Ontzanders haalden miljoenen tonnen zand uit de Megense Ham, en richtten het in tot wat nu het populaire recreatiegebied De Gouden Ham is. De geschiedenis herhaalt zich. Deze maand zijn ontzanders begonnen met een klus van acht jaar in de uiterwaarden bij het even verderop gelegen Alphen. Tien
miljoen kuub zand moet er uit komen, en over acht jaar zijn er twee plassen met een diepte van maximaal dertig meter. En is er een natuurgebied waar wilde runderen en paarden grazen en de toeristen van De Gouden Ham tijdens een fiets- of wandeltochtje de riviernatuur op kunnen snuiven. Daar waar de kleinste plas komt, stroomde ooit de rivier. Wie er graaft, kan dat ook zien: er zit op een dik pakket zand maar een klein afdeklaagje van klei. In de zomer is dat ook te zien: als bij tropische temperaturen de maïs even verderop nog fier overeind staat, laat die op de plek van de kleine plas de kopjes hangen. De kleilaag die het goed vasthoudt, is er te dun, het vocht sijpelt door het zand fluks weg. Om uit de grote plas zand te winnen, moeten de ontzanders zich door een veel dikkere kleilaag werken. Al met al wordt 1,3 miljoen kuub van die afgegraven klei hergebruikt om het gebied over acht jaar weer in te richten. Hoeveel 1,3 miljoen kuub is, is over een poosje te zien: dan ontstaat er parallel aan de Maasdijk een tijdelijke tweede dijk, van minstens vijf meter hoog en honderd meter breed. Drie zandzuiginstallaties zullen de komende jaren de uiterwaarden leegslurpen. En het zand zal voor een euro of zeven per ton verkocht worden aan onder meer betonfabrieken. Maar het kan ook heel goed dat de zakjes speel- en metselzand die de bouwmarkten verkopen, straks uit Alphen komen. In en rond de nieuwe plassen mag de natuur straks haar gang gaan. Onder invloed van de Noordzee doet de Maas bij Alphen nog mee met eb en vloed. De 30 centimer verschil in waterhoogten die het dagelijks twee keer oplevert, wordt
gebruikt om vlaktes te maken die dan weer droog staan, en dan weer zorgen voor wat nattigheid: een paradijs voor steltlopers. Als het over acht jaar klaar is, is de Maas opnieuw de Maas niet meer. Het gegraaf in Alphen zorgt voor meer ruimte voor de rivier, die per seconde 3.700 kubieke meter water langs Alphen brengt. Het betekent dat de waterstand er vijftien centimeter zakt. Onder meer dankzij een geul die het Maaswater de nieuwe plas in laat stromen. Het mooie van die geul is dat die min of meer de route volgt die de Maas een kleine eeuw ook aflegde. Waarmee door de ontzanding
de Maas ook weer een beetje de Maas wordt die het was.