HET IA -VAKBL AD VO OR NEDERL AND EN BELGIE 62 S TE JA A RG A NG 2018
Integratie en Duurzaamheid Veiligheid en de Open Cloud
TRANSPARENCY AT YOUR FINGERTIP www.br-automation.com/factoryautomation
APROL factory automation – Smart factory solutions for your production
<
APROL EnMon – Energy consumption at a glance
<
APROL ConMon – Reduced downtime and maintenance costs
<
APROL PDA – Line monitoring, manufacturing intelligence – Seamless data acquisition and analysis
13884
INHOUD REDACTIONEEL & AGENDA
DRIVE- EN CONTROLLERGEBASEERDE AUTOMATISERING GELIJK
STRAKS DE LONGEN VAN DE STAD
Digitale drielingen
Grens beslecht
Parkeergarages
PAGINA 02 FESTO
03
04
PAGINA 11 SMAR
08
WAAROM ZOUDEN WE (NIET)
OVERWEGEND POSITIEF!
CYBERKRONIEK
MET zijn alle in de cloud?
Europese rapportage evaluatie Machinerichtlijn
Nieuwe wifi-beveiliging
PAGINA 18 LEUZE MIKROCENTRUM PAGINA 20 VSE AUTOMATICA
14
Sensoren zover het oog reikt PAGINA 32 KNF VERDER PAGINA 33 ENDRESS+HAUSER
PAGINA 24 CROONWOLTER&DROSS
27
PAGINA 26 INDUSTRYPLANNER
NIEUWS
MARKT & TECHNIEK
Extra miljoenen voor smart industry
Plug & play met klikbevestiging
30
35
34 VAKBEURZEN
VAKBEURZEN
PPA over Industrie 4.0
Business-software voor de maakindustrie
36
PAGINA 40 EAO
FHI
MARKT & TECHNIEK
Kansen voor automatische identificatie technologieën
Fijnstofsensor voor binnenruimten
41
22
PAGINA 43 KROHNE PAGINA 44 SIERRA ISA
38 COLOFON & PI NIEUWS
42
OMSLAG 2 B&R OMSLAG 3 IFM ELECTRONIC OMSLAG 4 KELLER MEETTECHNIEK
44
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE | PMA 02/2018
01
Kom naar de Hannover Messe en maak als eerste kennis met onze nieuwe Bionics!
23 - 27 april
13888
REDACTIONEEL
AGENDA Liam van Koert LIAM@THETEXTFACTORY.EU
MAART 20-22 StocExpo Europe 20-23 Anuga FoodTec
Digitale drielingen
O
f zijn het eigenlijk vierlingen? Terwijl ik in Amberg de plc-fabriek bestudeer, en mijn gids in hoch Engels de productie toelicht, begin ik begin de tel aardig kwijt te raken. Natuurlijk heeft Siemens het over digitale tweelingen, maar ze komen wel in verschillende smaken. Om bij de plc te blijven: op de eerste plaats is er die van het product zelf. Het CAD-model, de printplaten, de thermische en mechanische simulaties en nog een heel bakkie digitalisering dat uit de Siemens-PLM, en dan met name NX-koker komt. Vooral de “design for manufacturing”-stap blijkt belangrijk omdat printplaatproductie een behoorlijk dynamisch proces is en alles heel precies moet passen. Tweelingsmaak twee. Hier bedoelt men in Amberg de simulatie van de productie mee. Feitelijk is dit Technomatix dat ook in de 2006 boedel van de UGS-koop zat. Niets wordt aan het toeval overgelaten en een hele productielijn voor een nieuwe S7-plc wordt gesimuleerd en geoptimaliseerd. Zelfs alle code voor de besturing wordt gegenereerd die in november in de niet digitale machines zal worden geschoten. Dan wordt de lijn namelijk opgebouwd en kan de tweelingpudding worden geproefd. En dan is er natuurlijk de mindsphere-tweeling. Die van big data en analysetools voor optimalisatie. Maar tien keer per vijftigmiljoen handelingen gaat het nog maar fout. En sinds de bouw van de fabriek werken er nog steeds “maar” duizend mensen. In die fabriek produceren ze inmiddels wel één plc per seconde. En dat allemaal dankzij al die tweelingen die de Duitse automatiseringsgigant ook in Hannover aan het werk zal zetten. Rest ons te wachten op een tijd dat de digitale tweeling zijn fysieke broertjes en zusjes voorbijstreeft en Siemens besluit de printplaat te laten voor wat die is. Hoeveel zouden er dan per seconde door de kabel gaan?
20-23 TechniShow 20-23 ESEF 21 User Interface Design 21-22 Pumps & Valves 21-22 Maintenance 22 High-Tech Systems 22 Informatiegestuurde Overheid 23 Benelux Digital Enterprise Festival 26 Vision Expert Day 27 LabAutomation 28-29 IDnext 28-29 Gasification
VOOR MEER EVENEMENTEN EN ACTUELE INFORMATIE OVER O.A. LOCATIE EN TOEGANG, KIJK OP WWW.INDUSTRYPLANNER.COM
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
03
#waaromlezen De barrière tussen drive gebaseerde- en motioncontroller-gebaseerde automatisering is beslecht. Op ieder moment is vrij te kiezen hoe welke as aangestuurd wordt.
Grens beslecht Drive- en controllergebaseerde automatisering gelijk
Het is al jaren een barrière die Lenze wil slechten: die tussen drive gebaseerde- en motioncontroller-gebaseerde automatisering. En hoewel de automatiseerder uit Hamelen eerder al aardige stappen in die richting wist te zetten, lijkt het met haar 70-jarige jubileum eindelijk gelukt de hardware tot op het laagste op het laagste niveau van de regelaar gelijk te trekken. Met de i950 wordt de keuze tussen centraal en decentraal puur een softwareoverweging, die tot op het allerlaatste moment in het automatiseringstraject kan worden gemaakt. Bovendien is hij “backward compatibel”. Wat dat betreft past hij prima in een nieuwe koers die is gebaseerd op een combinatie van mechatronische oplossingen en digitale diensten Liam van Koert
O
nlangs werd door Lenze de koers nog eens stevig neergezet. Tijdens het jubileum werd aangekondigd dat men 100 miljoen extra gaat investeren in een nieuwe Mechatronic Competence Campus. Ook werd het Strategy 2020+programma gepresenteerd, waar een herschikking van het portfolio in de pilaren Mechatronica, Systeemoplossingen en Digitale dienstverlening werd toegelicht. Het bedrijf wil haar vizier zo nog beter richten op machinebouwers in de automotive, consumentengoederen, converteren & printen, intra logistiek en textiel. Stuk voor stuk segmenten waarin het bedrijf de afgelopen 70 jaar veel praktijkervaring heeft opgedaan en goed naar klanten heeft geluisterd. Uit die gesprekken kwam een aantal zaken naar voren. In de eerste plaats hebben klanten - in alle sectoren - geen zin om op voorhand te moeten kiezen tussen een centraal en een decentraal besturingsconcept en dus voor alle hardware die hier mee samenhangt. In plaats daarvan willen ze de flexibiliteit om op elk moment vrij te kunnen kiezen hoe ze welke as aansturen. Bovendien doen ze dat het liefst plug & play, ui-
04
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
teraard rekening houdend met de specifieke eisen die aan een bepaalde toepassing worden gesteld.
Beste van twee werelden Het is Frank Maier, het technische geweten van Lenze, die in Hamelen het goede nieuws mag brengen. Dankzij digitalisering kunnen anno 2018 beide wensen worden ingelost. ‘Herinnert u het zich nog?’, vraagt hij terwijl hij de topologie van een decentrale aansturing met een drive naast die van een centraal ontwerp met meerdere assen die aan een motioncontroller hangen, naast elkaar legt. ‘Beide oplossingen hebben hun specifieke voordelen. De decentrale versie is compact eenvoudig. Bovendien heb je de rekenkracht aan de bron zitten, wat minder belasting voor bovenliggende systemen betekent en zorgt voor een optimale prestatie van de afzonderlijke assen. De centrale versie is ideaal voor complexere machines met meerdere assen, is flexibeler en kan minder engineering betekenen door het gebruik van centraal gegenereerde profielen en een centraal databeheer. Meer dan eens kwam het daardoor natuurlijk voor
dat de klant het beste van twee werelden wilde en beide soorten topologie gelijktijdig wilde gebruiken in modulaire machineconcepten. En hoewel we ons best deden om dit te faciliteren, waren er onder de motorkap veel obstakels. De drives? Die maakten gebruik van MircroOS, Codyses2, 9400 Motion en het programmeren deed je in LForce Engineer. Onze motion controllers? Die draaiden op Windows CE en maakten gebruik van Codyses en Softmotion en werden geprogrammeerd met PLC Designer.”
Besturen met templates Een belangrijke stap in de goede richting werd volgens Maier gezet met de introductie van FAST. Met dit nieuwe platform, dat bestaat uit applicatiespecifieke templates en gestandaardiseerde software, wordt een motionvraag naar een hoger abstractieniveau getild. Daardoor hoeft de engineer in beginsel helemaal niet meer na te denken over drive of controller, centraal of decentraal. In plaats daarvan denkt hij aan wat hij in beweging wil zetten, de software regelt de rest. Dankzij de templates wordt niet alleen de engineeringtijd drastisch teruggebracht - Maier heeft het over 80 procent - maar worden er ook minder fouten gemaakt. Dat laatste komt doordat de templates en sof twaremodules zijn gemaakt door experts die al vele jaren in een specifieke tak van sport meelopen. Bovendien zijn ze al door vele klanten beproefd en goed bevonden.
Software gelijktrekken Maar daarmee was Lenze er nog niet. Want onder de motorkap van de regelaars hadden klanten nog steeds
‘Regelmatig wilde men beide soorten topologie gebruiken in modulaire machineconcepten.’ te maken met verschillende architecturen. Ja, voor wat betreft programmeren was er eenduidigheid. Maar zodra de code eenmaal door FAST gegenereerd was voor een drive of een controller, kon je deze enen en nullen niet zomaar onderling uitwisselen. Met de introductie van de i950, die op de SPS IPC Drives in Neurenberg voor het eerst aan het grote publiek getoond werd, kan dat nu wel. Vanuit de klant gezien is er geen onderscheid meer tussen het nieuwe product en traditionele motioncon-
trolsystemen. Beiden maken gebruik van Codesys 3 en IEC 61131 en kunnen worden geprogrammeerd met PLC Designer of worden geparametriseerd met FAST. Enige verschil is nog wel het operating systeem: de i950 draait op Linux RT. Maier verzekert echter dat dit voor de klant geen consequenties heeft: de nieuwe controller kan te allen tijde centraal en decentraal worden ingezet, zonder dat hiervoor maar één regel code aangepast hoeft te worden.
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
05
Modulaire hardware en functies Natuurlijk is de nieuwe i950 meer dan een “onder de motorkap”-verhaal. Ook voor wat betreft de hardware, de standaard en de optionele functies is er naar de klanten geluisterd. Zo is de i950 reeks - het is geen “one size fits all”, maar een familie regelaars tot 15kW output - compact en helemaal modulair opgebouwd. Dat betekent dat er verschillende veldbusmodules kunnen
Mensen inspireren Wie denkt dat digitalisering een machine-aangelegenheid is, heeft het mis. Wat Lenze betreft is het de mens die centraal staat. Daarom wordt een nieuw competence center gebouwd waar mensen in een inspirerende omgeving kunnen leren en ideeën ontwikkelen. Het bedrijf trekt daarvoor meer dan 100 miljoen euro uit eigen middelen. Inspirerend was ook de hoofddoelstelling van de voordrachten die klanten en partners tijdens de jubileumviering kregen voorgeschoteld. Aan startupvoorbeelden geen tekort. Een uitgebreide lezing van Hans Jürgen Jakobs van het Duitse dagblad Handelsblatt nam de zaal mee in een “homo-deus”- vergezicht waarin de relatie tussen bedrijf en maakbare mens wordt onderzocht. En als sluitstuk een inspirerende voordracht van professor Jan Teunen, een Nederlander die poëtisch Duits als voertaal verkiest. Ook hij vraagt zich af wat de rol van de mens in de toekomst zal zijn. Een grote nadruk legt hij hierbij op identiteit. Identiteit van mensen, maar ook van bedrijven. Wat CEO Wendler betreft mag Lenze zich hier rijk prijzen. Want een familiebedrijf dat zijn 70-jarig jubileum viert, kan bogen op een stevige traditie. Een traditie van menselijk respect en gedreven nieuwsgierigheid, gericht op de vraag of het ook beter kan.
Frank Maier
worden ingeklikt, er slots zijn voor motorfeedback, safety kan worden toegevoegd, of een keypad waarmee de controller kan worden ingesteld. Verder is de nieuw ontwikkelde vermogenselektronica erg efficiënt zodat de regelaars de zuinigste energieklassering hebben (IE2 volgens IE 50598-2), zijn er verschillende apps voor communicatie met smartphones of tablets en kan hij zelfs als gateway richting de cloud worden ingericht.
‘De engineer hoeft helemaal niet meer na te denken over drive of controller, centraal of decentraal.’
Lenze en OPC UA Over deze laatste modulaire optie - een gateway naar de cloud - spreken we met Dr. Armin Walter, Manager Engineering. Wat hem betreft is de overbrugde kloof tussen drive- en controllergebaseerde automatisering dankzij de nieuwe i950 een prima voorbeeld van de kracht van communicatie met open standaarden. Dit maakt echte integratie mogelijk, waardoor automatisering
06
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
“vloeibaar” wordt. Voor de communicatie met de cloud gebruikt de i950 de regelaar OPC Unified Architecture. ‘OPC UA is een communicatiestandaard die onafhankelijk is van de hardware en software die je gebruikt,’ licht Walter toe. ‘Dat maakt het erg breed inzetbaar en is de belangrijkste reden dat het inmiddels de de facto communicatiestandaard in de industrie is geworden. De schaalbare cliënt/server architectuur van OPC UA zorgt
er bovendien voor dat de communicatie, indien nodig, versleuteld over een beveiligd kanaal kan plaatsvinden. Die beveiliging is voor de meeste klanten een absolute voorwaarde om überhaupt aan cloudoplossingen te denken.’ Maar volgens Walter eindig t het OPC UA-verhaal niet bij cloudcommunicatie. Er wordt namelijk ook hard gewerkt aan OPC UA-standaarden voor de communicatie tussen machines onderling. Dit kan bijvoorbeeld een robot zijn die zich bij een spuitgietmachine meldt. Die spuitgietmachine herkent die robot vervolgens direct zodra ze gekoppeld worden. Zolang de besturingen van beide machines of stations OPC UA-mapping ondersteunen, kan je met OPC UA dus plug & play communicatie realiseren, op een vergelijkbare manier zoals dat nu ook bij PackML gebeurt. Ook zijn er al vergevorderde stappen gezet voor deterministische communicatie op basis van OPC UA. Dat gaat dan via Time Sensitive Networking. ‘Via de VDMA en de OPC Foundation is Lenze bij tal van projecten en testbeds betrokken voor het doorontwikkelen van OPC UA. Open standaarden willen we zo goed als kan ondersteunen en verder brengen. Eigen snelwegen ontwikkelen vinden we niet meer van deze tijd. Concurreren doe je op kennis en technologie. Niet op communicatieplatformen,’ aldus Walter.
Digitale diensten Dit brengt ons op een laatste onderwerp dat hoog op de agenda staat: digitale dienstverlening. Hiervoor schakelen we terug naar de presentatie van Frank Maier. ‘Wij gaan niet zelf een cloudplatform ontwikkelen,’ verzekert hij. ‘Daarvan zijn er nu al te veel en uiteindelijk zal er een consolidatieslag plaatsvinden waarbij de grote jongens als Google, Microsoft en SAP de dienst uitmaken. Wel willen wij zorgen voor de nodige connectiviteit met alle relevante platformen door middel van open standaarden als OPC UA en MQTT. Ook zullen we steeds meer digitale diensten aanbieden via eenvoudig te integreren SmartApps.’ Zie hier de reden dat Lenze vorig jaar Logicline kocht en er in één klap 250 software-engineers bij had. Met wat voor apps die op de proppen komen? Daarvoor moeten we binnenkort toch echt naar de Hannover Messe. Of een paar maanden later naar de WoTS. Want ook daar zal het bedrijf niet onder stoelen of banken steken wat het van haar nieuwe digitale tak verwacht.
Dr. Armin Walter, Manager Engineering
Uitbreiding raad van bestuur Natuurlijk beschikte het bedrijf al over een slagvaardig bestuur om de 2020+koers in te zetten. CEO en voorzitter Christian Wendler, Chief Financial Officer Yorck Schmidt en Frank Maier als Chief Technology Officer geven al jaren succesvol leiding aan het familiebedrijf uit Hamelen. Maar een nieuwe Chief Operating Officer Jochen Heier, iemand met ruime ervaring in de automotive, moet de groeiambities een extra impuls geven. ‘Door de raad van bestuur uit te breiden, zijn we perfect uitgerust om de gestaag groeiende uitdagingen in de maakindustrie het hoofd te kunnen bieden, en ten volle te profiteren van de zich nu voordoende kansen. Onze doelstelling is te blijven groeien, zowel in het binnenland alsook internationaal, in onze drie kerngebieden mechatronica, automatiseringssystemen en -oplossingen, en digitale diensten,’ licht Christian Wendler die nieuwe aanstelling toe. ‘We zijn dan ook verheugd dat Lenze erin is geslaagd om een internationaal ervaren topmanager met diverse vaardigheden in productie, supply chain, technologie, internationalisering en strategie-implementatie te benoemen.’
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
07
Parkeergarages Straks de longen van de stad #waaromlezen Over lucht zuiveren in de binnenstad met een duurzame techniek.
De Technische Universiteit Eindhoven (TU/e) heeft eind 2016 via een simulatiemodel berekend met welk percentage fijnstofconcentraties in de binnenstad afnemen als 594 luchtzuiveringsinstallaties in zestien parkeergarages worden geplaatst. Nu vindt in en rond de parkeergarage aan het Eindhovense Stadhuisplein onder de noemer ”De longen van de stad” een praktijkproef plaats om de simulatie te kunnen valideren. ‘We zuigen actief vervuilde stadslucht aan, die we met een ionisatietechniek reinigen en terug de stad in blazen. Het effect meten we.’ Jacques Geluk
I
n “de blauwe tent”, een tijdelijk gebouwtje op het Stadhuisplein bij de ingang van de ondergrondse parkeergarage, staan dertig ionisatie-eenheden die gevaarlijke deeltjes uit de aangezogen lucht halen, die daarna schoon weer naar buiten gaat. ‘Een netwerk van veertien zeer hoogwaardige sensoren – optische fijnstofmeters waarvan het merendeel buiten hangt – meet de komende maanden op het plein en in vier omliggende straten voortdurend de luchtkwaliteit, waardoor de TU/e het effect van de luchtzuivering wetenschappelijk verantwoord inzichtelijk kan maken,’ zegt Roel Gijsbers, PhD, technisch projectmanager van milieu-innovatiebedrijf ENS Urban. Hij wijst op een windsensor: ‘Die is belangrijk voor het valideren van het luchtstromingsmodel waarmee de TU/e tijdens haar simulatieonderzoek heeft gewerkt. Dit apparaat meet windsnelheid en -richting
08
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
Een van de dertig Aufero ionisatie-units, die in ‘de blauwe tent’ verticaal staan opgesteld
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIÃ&#x2039; AUTOMATIE 02/2018
09
De blauwe tent bij de parkeergarage
om de luchtbeweging in kaart te brengen.’ Als de proef slaagt en de meetmethode betrouwbaar blijkt te zijn, is het concept vrij eenvoudig in andere steden te implementeren. Dan kan ook daar – in combinatie met andere maatregelen – de lucht een stuk schoner worden. ENS Urban, onderdeel van het familiebedrijf ENS Clean Air, richt zich op luchtzuivering in publieke ruimtes door luchtvervuiling af te vangen voordat die zich in de stedelijke omgeving verspreidt. ‘Doordat we ionisatie als afvangtechniek gebruiken, zijn fysieke filters niet nodig. Het nadeel van filters is namelijk dat je de lucht door een membraan moet trekken en dit vrij veel weerstand oplevert. De ventilator moet harder werken om het drukverlies te compenseren. Bij het door ons ontwikkelde open systeem hoeft de ventilator alleen volume te maken en geen weerstand te overwinnen. Dan kun je relatief energiezuinig de lucht reinigen en het fijnstof clusteren, waardoor het minder gevaarlijk is.’ De dertig verticaal opgestelde ionisatie-units in “de blauwe tent” zuigen de vuile lucht naar binnen, die onder de “tent” in het plenum terechtkomt. Gijsbers: ‘Op elektroden komt hoogspanning te staan. Daardoor ontstaat een elektrisch veld waar de fijnstofdeeltjes in de lucht een positieve lading krijgen. Optische fijnstofmeter
10
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
‘De deeltjes gaan als het ware van plus naar min en hechten zich op de plaat.’
smar procesautomatisering & instrumentatie flow druk temperatuur veldbussen
www.smar.nl
SMAR 60x25mm.indd 1
08-12-17 11:44
Het fijnstof verandert in een soort poeder en wordt daardoor van onzichtbaar zichtbaar
De behuizing van en de plaat in de units zijn geaard. De deeltjes gaan dan als het ware van plus naar min en hechten zich op de plaat. De systemen hebben nu één nacht gedraaid. Als je er met een zaklantaarn op schijnt, kun je de wat grotere deeltjes zien. De kleinere worden ook zichtbaar, als je ze wat langer laat draaien. Dat is PM10 (fijnstof kleiner dan 10 µm).’ Hij laat een buisje zien, dat duidelijk maakt wat dit systeem aan vervuiling kan afvangen: ‘Het mooie van dit ionisatieproces is dat deeltjes, die we met het blote oog niet kunnen waarne-
er een vervolg komt. Eerst in en rond parkeergarages, later ook in tunnels. ‘Dat zijn net horizontale schoorstenen en daarom ideaal voor deze techniek.’ Gijsbers verwacht wel een tegengeluid. ‘Er zijn altijd mensen die vinden dat we fijnstof- en roetvervuiling moeten aanpakken bij de bron, bijvoorbeeld door het instellen van milieuzones om vervuilende voertuigen te weren. Daar is het probleem echter niet mee uit de wereld. Elektrische auto’s en bussen veroorzaken ook fijnstof. Ons project, dat wij uitvoeren in een consortium met de gemeente Eind-
‘Alles valt of staat met nauwkeurige metingen.’ men, zich binden. Het fijnstof verandert zo in een soort poeder en wordt daardoor van onzichtbaar zichtbaar.’
Behoefte De opstelling in de tent is niet alleen experimenteel, maar ook tijdelijk. ‘We moesten vanwege ruimtegebrek in de bestaande garage uitwijken naar het plein, maar in nieuwe garages kunnen de units netjes worden weggewerkt’, vertelt Roel Gijsbers, die denkt dat er behoefte is aan oplossingen zoals zijn bedrijf die biedt. Hij denkt dat
hoven, de TU/e en de Franse multinational Air Liquide, die geïnteresseerd is in innovatieve toepassingen op het gebied van duurzaamheid en gezondheid, sluit aan op andere maatregelen, doordat wij de hoeveelheid fijnstof en roet in de lucht die overblijft verder kunnen verminderen.’
Ziekenhuizen De TU Delft heeft ooit de vinding gedaan. ENS is er in het oprichtingsjaar 2008 mee aan de slag gegaan om te
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
11
kijken of het mogelijk was energiezuinig door de lucht zwevende ziekteverspreiders – specifiek de MRSA-bacterie – in ziekenhuizen af te vangen. ‘Gaandeweg zijn er steeds meer toepassingen van deze technologie gekomen. Allereerst in de agrohoek bij veehouderijen. Nu zijn we in die moeilijke markt minder actief en concentreren wij ons als ENS Urban op het zuiveren van de lucht in openbare ruimtes. Een vorige versie van onze units is onder meer in een parkeergarage in Cuijk toegepast. Het parkeergedeelte, met veel heen en weer rijdende auto’s, had een vrijwel directe verbinding met het winkelcentrum. Dat gaf, vooral omdat de deuren voortdurend open en dicht gingen, veel overlast.
‘Met het instellen van milieuzones is het probleem niet uit de wereld.’
Na het toepassen van onze techniek merkten winkeliers en omwonenden al snel verschil. In de omgeving werd minder vervuiling waargenomen, zoals aanslag op kozijnen. Daarna hebben we meer aanvragen gekregen en is de techniek opgenomen in de zeven meter hoge “smog free”-toren van kunstenaar, ontwerper en ondernemer Daan Roosegaarde, die sinds 2015 de Rotterdamse lucht zuivert. De vraag rees hoever het effect kan reiken in een buitenomgeving. Daardoor ontstond ons contact met de TU/e. Ik wist dat daar een professor werkte die luchtstromen kon simuleren in stedelijk gebied. Van hem wilde ik antwoord op de vraag wat er zou gebeuren als je in stedelijk gebied iets neerzet dat actief vuile lucht aantrekt, reinigt en schoon aan de stad teruggeeft. Hij zei: ‘Het is mogelijk windhinder te simuleren en er een vervuilingsconcentratie aan toe te kennen.’ We beseften dat
12
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
Werking van de ENS technologie
je in stedelijk gebied niet zomaar grote objecten zoals torens kunt plaatsen en apparaten onopvallend moet kunnen wegwerken. Zo kwamen we op parkeergarages, maar ook andere infrastructurele voorzieningen, tunnels, viaducten, stations, bushaltes, ander straatmeubilair en openbare gebouwen bieden mogelijkheden. Vervolgens hebben we eerst een haalbaarheidsonderzoek gedaan, omdat we wilden zien wat er gebeurt als je in een stad als Eindhoven in parkeergarages op strategische plekken bij drukke verkeersaders en winkelgebieden onze methode zou toepassen. Op voorwaarde dat die garages zouden beschikken over actieve ventilatiesystemen waarvan je gebruik kunt maken.’ Uit het TU/eonderzoek blijkt dus dat de fijnstofvervuiling tot wel 50 procent kan afnemen op bepaalde plaatsen in de stad. ‘Nu zijn we op het punt dat we dat gaan valideren.’
Roel Gijsbers
len. Daarom zijn zeer gevoelige sensoren nodig, die onderdeel zijn van een heel verfijnd meetnetwerk en op strategische plaatsen zijn aangebracht. Een meter verder meten kan namelijk al een heel andere waarde opleveren, mede als gevolg van veel verschillende lokale luchtstromen. Deze sensoren meten de deeltjes en schalen ze in op grootte. Hoewel daaruit niet blijkt of het om bijvoorbeeld de voor onze gezondheid zeer gevaarlijke roetdeeltjes gaat, kan dat na analyse van de afgevangen lucht wel blijken, omdat we weten dat roet zich bevindt in een bereik van circa 300 tot 500 nanometer.’
Automatisch systeem
Zeer gevoelige sensoren Wanneer dat proces succesvol is – ‘Als dertig procent fijnstofreductie in de simulatie ook dertig procent reductie is in de praktijk, ben ik heel blij’ – en de modellen dus correct blijken te zijn, staat niets ENS Urban in de weg de lucht in Eindhoven én elders permanent te zuiveren volgens de dan in soortgelijke situaties beproefde en bewezen ionisatietechniek. Alles valt of staat met nauwkeurige metingen. ‘Meten is moeilijker dan mensen denken. Zeker als het gaat om fijnstof, want dat kent een grillig verloop en is afhankelijk van lokale variabe-
HTTPS://ENSTECHNOLOGY.NL/
Het luchtzuiveringssysteem in “de blauwe tent” voor het Eindhovense stadhuis werkt in principe geheel automatisch en dat geldt ook voor eventuele latere permanente toepassingen. ‘Ik denk dat eens per jaar groot onderhoud nodig is. Automatisch reinigen van de units is in principe mogelijk, maar dat hangt af van het soort f ijnstof dat je af vangt. Bij toepassing op sommige bestaande locaties, bijvoorbeeld gieterijen die veel met zand werken, heb je te maken met droge stof. Dan is afkloppen voldoende. Bij stedelijk stof, over het algemeen een dun en wat vettig laagje door auto-emissies, kan dat niet. Dan moet je schrapen, maar dat kan binnen een minuut handmatig door de plaat waarop het stof zich afzet erin en eruit te trekken. Ook daar is een automatisch systeem voor, maar het is zo weinig werk dat gebruik ervan niet echt nodig is als je die handeling opneemt in de normale onderhoudscyclus.’ Kijkend naar de nabije toekomst zegt Roel Gijsbers: ‘Nu meten we de concentraties en weten we of de verspreiding klopt met het model. We willen echter ook een vertaling maken naar de gezondheidseffecten. Samen met de Universiteiten van Maastricht en Utrecht kijken we naar de effecten op korte termijn en de winst op lange termijn. Wanneer je ook op korte termijn wordt blootgesteld aan schadelijke deeltjes wijst onderzoek erop dat het zelfs invloed kan hebben op je erfelijk materiaal. Als we dat met gevalideerde metingen kunnen laten zien, kan dat wellicht veel leed besparen.’
INFORMATIE
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
13
#waaromlezen Welke overwegingen spelen er bij welke schakel in de keten als het gaat om remote toegang tot machines.
Met zijn allen in de cloud? Waarom zouden we (niet)
Met het intelligenter worden van machines en het Industrial Internet of Things komen nieuwe vraagstukken op ons af. Data kunnen heel veel opleveren, maar wie wil zijn data afstaan en onder welke voorwaarden? Welke data wel en welke data niet, en waar gaan die data naartoe. Tijdens een rondetafelgesprek, voorgezeten door Industrie 4.0-kenner Lambert van Beukering, praten vertegenwoordigers van Lenze, IXON, VSE en Nutricia met elkaar over de ontwikkelingen, verwachtingen, belangen en zorgen. Janet Kooren
14
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
‘Vertrouwen is de sleutel voor de snelheid van de acceptatie.’
B
eheer op afstand. Data in de cloud. Lijnperformance versus machineperformance. Klant versus leverancier, systeem versus mens. Allemaal onderwerpen die de revue passeren als we p artijen uit de keten van productieautomatisering met elkaar aan tafel zetten om te praten over de nabije toekomst. Kan de eindgebruiker zonder? Wat betekent dit voor de mindset binnen bedrijven en wat betekent dit voor de keten? Wie start in de nabije toekomst de communicatie: het systeem, de klant of de leverancier?
Communicatie Smart Industry staat of valt bij het intelligenter maken van machines, productielijnen en fabrieken. Dat intelligenter maken betekent dat er ook onderling gecommuniceerd gaat worden. Dat kan zelfs betekenen dat er autonoom wordt geproduceerd. “Beheer op afstand” wordt mogelijk, er kan gecommuniceerd worden met remote controlekamers en data uit de cloud kunnen geanaly-
seerd worden om “predictive” onderhoud mogelijk te maken. Hebben we dus straks geen mensen meer nodig en kunnen we de fabriek op afstand aansturen? Alleen waar nodig sturen we iemand naar de locatie om bijvoorbeeld onderhoud te plegen. Maar wat heeft dat voor consequenties? En hoe houden we dit alles beheersbaar? Marc Vissers en Jurgen Rijkers vertegenwoordigen Lenze, waar men denkt dat binnen vijf jaar het merendeel van de machines verbonden is met de cloud. Björn Maassen is werkzaam bij Nutricia, waar men de zaken graag in eigen hand houdt. Namens IXON zijn Willem Hofmans en Niels Heijnen aangeschoven. Zij leveren de oplossingen om remote acces te bieden. Een systeemintegrator moet dat alles voor de eindgebruiker werkend krijgen. Van VSE zitten daarom Ron Verleun en Leendert Uithoven aan tafel. Allen hebben ze hun eigen perspectief en ervaring. Sommigen zitten veel bij eindgebruikers aan tafel, anderen juist weer niet.
Alleen volgens onze eisen Nutricia heeft als eindgebruiker regels opgesteld voor de communicatie met machines. Een leverancier die bij hen machines wil kunnen monitoren, moet dat doen volgens de eisen van Nutricia. Maassen: ‘Iedere leveran-
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
15
cier heeft zijn eigen oplossing, en wij werken wereldwijd met een flink aantal verschillende leveranciers. Zij moeten zich aan ons conformeren, willen ze toegang krijgen. Daarvoor zijn wereldwijd eisen opgesteld door het moederbedrijf en er worden binnen ons concern maandelijks penetratietesten uitgevoerd. De analyses en rapportages die daaruit volgen, geven kwetsbaarheden aan, waarop de lokale vestiging moet acteren.’ Rijkers, van Lenze: ‘Grote organisaties als Nutricia denken nog wel na over het al dan niet verstrekken van toegang en onder welke voorwaarden. Zij kunnen wereldwijd een beleid opstellen met protocollen, maar de gemiddelde machinebouwer en de gemiddelde eindgebruiker is
Hofmans
niet bezig met waar zijn data heen gaan. Machines worden aan het internet gekoppeld, data gaan naar buiten, maar waar die data eigenlijk heen gaan, daar denken de meeste gebruikers niet over na. Alle machines draaien op het machinenetwerk met een remote verbinding. Ze doen geen testen op de beveiliging, het is voor hen niet iets waar ze over nadenken. We zeggen niet voor niets met zijn allen wel gekscherend: “iedereen is al gehackt, alleen weten de meeste mensen het nog niet”.’
Richtingen Van groot belang is te onderkennen dat er verschillende soorten data zijn. Er zijn prestatiegegevens die iets zeggen over de machine en er zijn productiegegevens, die
16
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
iets zeggen over de inregeling van het proces. Daarnaast zijn er gegevens die een rol spelen bij de ontwikkeling van het product en uiteindelijk de productspecificaties opleveren. Bij Nutricia is de data-communicatie van en naar de fabriek dichtgetimmerd. Maassen: ‘Als het nodig is om een verbinding te maken met een machine, dan zijn er twee opties: een remote VPN of een site-to-site VPN. De data waar het dan om gaan, betreft nooit onze primaire processen.’ Nutricia maakt zelf haar eigen analyses met de beschikbare data als het gaat om het beoordelen van OEE en downtime. Andere bedrijven willen daarvoor juist
vlnr Verleun, Vissers, Maassen, Van Beukering en Hofmans
graag hulp van de specialisten, en machinebouwers kunnen data gebruiken om de performance van hun machines verder te verbeteren.
Sluipenderwijs Heijnen, namens IXON: ‘Zoals het internet ons leven is ingeslopen, zonder dat de gemiddelde gebruiker heel erg bezig is met gevaren en beveiliging, zo is ook de gemiddelde machinebouwer niet bezig met de consequenties van het koppelen van de machine aan het internet.’ Hij ziet dat de rol van internet in ons leven is gegroeid, zonder dat we ons als gebruikers steeds hebben gerealiseerd wat dat betekent. Een stapje terugdoen en vanaf een afstand kijken naar de kwetsbaar-
‘Hebben we straks geen mensen meer nodig en kunnen we de fabriek op afstand aansturen?’
vlnr Verleun, Vissers
heden die de huidige stand van de techniek met zich meebrengt, is een zinnige exercitie. Van Beukering wijst er op dat er processoren op de markt verschijnen met geheime onderdelen. Dus dat er, zonder dat de gebruiker dat weet, of kan weten, code uitgevoerd kan worden. ‘Dat brengt de vraag met zich mee of de bedreiging nu van buitenaf of van binnenuit komt.’ Hofmans van IXON erkent de enorme verantwoordelijkheid die dat met zich meebrengt voor de oplossingen die zijn bedrijf levert. ‘Wij nemen onze verantwoordelijkheid daarin. Dat doen we natuurlijk niet zomaar, er hoeft maar één keer iets mis te gaan en we zijn gezien. Daarom werken we volgens strikte protocollen en zorgen we voor een nauwgezette traceability van onze producten. Onze inspan-
ningen zijn erop gericht om bovenop de werkelijkheid te zitten.’ Dat vertrouwen is de sleutel voor de snelheid van de acceptatie. Heijnen: ‘Wat wij bij gebruikers nog vaak merken is gebrek aan vertrouwen in de cloud, de angst voor het onbekende. Daar is een belangrijke rol weggelegd voor alle partijen aan de supply-kant, om kennis te delen, te informeren en angst weg te nemen. We zullen moeten uitleggen wat het verschil is tussen data opslaan op een lokale server, of in de cloud. Eigenlijk zeggen we wel eens, als je de data lokaal zet, moet je hopen dat jouw securitymensen net zo sterk zijn als de securitymensen bij Microsoft. Je mag er in de praktijk eigenlijk wel vanuit gaan, dat de data in de cloud beter beschermd zijn dan data op een lokale server.’
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
17
SMARTER PRODUCT USABILITY Sven-Philipp Abraham
SMARTER PRODUCT USABILITY
Product Management
ZO EENVOUDIG LEEST MEN BARCODES TEGENWOORDIG. OP CAMERA GEBASEERDE CODELEZER DCR 200i
Product Center Ident + Vision
Dankzij de Setup Wizard in drie minuten in bedrijf genomen. De nieuwe DCR 200i identificeert snel en betrouwbaar 1D en 2D codes, óók bij ongunstige omstandigheden.
easy handling. www.leuze.nl 13452a
Benieuwd wat robotisering voor u kan betekenen? Bezoek Vision, Robotics & Motion! · De nieuwste ontwikkelingen in aandrijftechniek, vision en robotisering · Uitgebreid lezingenprogramma met inspirerende verhalen van gebruikers · Internationale Meet & Match
Vakbeurs & Congres 6 & 7 juni 2018 NH Conference Centre Koningshof, Veldhoven
17e editie, gratis toegang
www.vision-robotics.nl 13903
18
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
vlnr Uithoven, Rijkers, Rijneveld en Heijnen
Normeringen Een belangrijk onderwerp als het gaat om vertrouwen, onderlinge compatibiliteit en garanties, is normering. Daarin is nog het nodige te winnen. We kennen OMACprotocollen en OPC-standaarden, waarbij de OPC-standaarden de eerste bijdragen zijn die door veel fabrikanten worden ondersteund. Deze standaarden beschrijven de uitwisseling van actuele waarden en de status van datapunten, bijvoorbeeld de toestand van een schakelaar of temperatuur, tot complete records met actuele alarmstatussen en historische procesgegevens. Maar er is nog veel te winnen op dit gebied. Er bestaan bijvoorbeeld over een begrip als downtime al verschillende mogelijk interpretaties. En wat doen interpretatieverschillen met de bruikbaarheid. ‘We moeten ook kijken naar een lijn versus een machine,’ zegt Uithoven. Hij werkt bij systeemintegrator VSE. ‘In veel productiebedrijven zie je machines van verschillende leveranciers, daar wil je iemand bij die de performance van de gehele lijn helpt bewaken.’ Zijn collega Verleun valt bij: ‘En daar is in de toekomst een steeds grotere rol voor de systeemintegrator weggelegd.’ Nutricia gebruikt PackML & OMAC-standaarden en protocollen. ‘Zo bepalen wij bij verpakkingsmachines en -lijnen wat downtime is en mean time between failures. Onze OEE wordt geregistreerd via deze standaarden en protocollen.’
Voordeel voor wie Hofmans van IXON: ‘Er valt meer uit een machine te
halen door analyses te doen. Veel machinebouwers zoeken naar een manier om machines efficiënter te maken.’ Namens Lenze knikt Rijkers instemmend, ‘Een machinebouwer leert zijn machine beter kennen door de data die eruit komen. De juiste data met de juiste tools zijn van grote waarde. Zo kun je het product verbeteren, de betrouwbaarheid vergroten en het proces vereenvoudigen.’ Lenze-collega Vissers sluit aan: ‘De hele wereld kijkt nu naar dit onderwerp. De prijsgerichte leverancier gaat het niet winnen, de leverancier met de proceskennis en die daarop de machine weet in te richten, die maakt het verschil. Een machinebouwer ontwikkelt door op basis van een gevraagde functie, performance gaat de basis worden van de nieuwe businessmodellen.’ Data kunnen naar een eigen cloud, of naar een cloud van de leverancier worden gezonden. Veel leveranciers bieden een eigen platform waarop de data in de cloud worden verzameld, geanalyseerd en verwerkt in rapportages. Dan komen er vraagstukken om de hoek als eigenaarschap van die data. Als het erom gaat dat de machinebouwer de machine beter wil kunnen maken, dan wil hij data van veel klanten verzamelen en zo trends en perfomanceanalyses kunnen opmaken.
Beheer of service Bij de overwegingen omtrent toegang op afstand is er nog een groot verschil te onderkennen tussen beheer en service. Bij beheer wil je echt toegang tot de machine en iets aan de machine kunnen opdragen. Bij service is
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
19
THE INTEGRATOR.
COMMITTED TO YOUR RESULT. VSE houdt het overzicht en houdt het simpel. Voor u! ALS HET GAAT OM: Motion control
Industriële automatisering
Hygiënisch ontwerp
Robot-integratie
Vision & Sound applicaties
Service & onderhoud
www.vse.nl 13861
Connecting Global Competence
■ Assembly and handling ■ Machine vision ■ Industrial robotics ■ Professional service robotics ■ Solutions for Industry 4.0—IT2Industry ■ Drive technology ■ Positioning systems ■ Control systems technology ■ Sensor technology ■ Supply technology ■ Safety technology
Information: Van Ekeris Expo Service B.V., Haarlem Tel. +31 23 525 8500, info@vanekeris.nl
The Leading Exhibition for Smart Automation and Robotics
June 19–22, 2018 | Munich automatica-munich.com
13857
de actie zogenaamd event driven. Verleun van VSE geeft aan dat de systeemintegrator er in veel gevallen tussen zit en die dus een grote rol speelt. ‘De installed base heeft op dit moment in veel gevallen nog geen verbinding met de cloud.’ Voor een plantmanager is het interessant om de prestaties van individuele machines te kennen en te bewaken, maar de output van een totale lijn is het uiteindelijke doel. Een individuele machine die een hogere output kan realiseren, heeft geen enkele zin als de rest van de lijn daar niets mee kan. Die belangen in het oog houden, vraagt om helicopterview. D e a anw e z ig en z ien nieu w e ketens ontstaan en voorzien een integratie van andersoortige leveranciers. Dat vraagt samenwerking. Vissers van Lenze: ‘Daarin hebben we in Nederland wel een belangrijke voorsprong, ons land loopt echt voorop als het gaat om samenwerkingen en initiatieven op dat gebied. We zijn een land waarin veel brancheorganisaties al langer pleiten voor partnerschap en dat is in ons land ook relatief eenvoudig te organiseren.’
‘Zonder dat de gebruiker dat weet, of kan weten, kan er code uitgevoerd worden.’
Nieuwe businessmodellen Vissers ziet allerlei kansen voor nieuwe businessmodellen. ‘Denk aan het bouwen en leveren van een machine, waarbij je een jaar lang OEE-optimalisatie verzorgt aan de hand van analyses. Dat zijn nog maar beginstappen. Het verschil tussen proceskennis en machinekennis gaat een grote rol spelen en door gebruik van smart data kan de OEE worden verhoogd. Er worden dan geen machines meer als machines verkocht, maar op basis van output van productie. Door slimme ketensamenwerkingen en digitale transformatie zullen we de export vergroten.’ Maassen van Nutricia ziet een verdienmodel gericht op service. ‘Die service moet niet alleen gericht zijn op een machines, maar ook op een complete lijn. Daarvoor zal er vaak dan nog een extra partij worden ingeschakeld. Eén onafhankelijke partij bewaakt dan de performance van de lijn.’
Wat is er nog nodig? We staan aan de vooravond van belangrijke ontwikkelingen op dit gebied, de verwachting is dat over vijf jaar veel aan de cloud hangt. Uithoven: ‘De menselijke factor blijft een kritisch punt. De verantwoordelijkheid moet goed worden geregeld.’ Rijkers: ‘Voor veel bedrijven is het pas veilig als het tegendeel bewezen is. Maar afwachten is niet verstandig, we moeten het gewoon met zijn allen gaan doen.’ Heijnen: ‘Alles is inmiddels al
flink geëvolueerd en we zijn nu klaar voor de volgende stap. De cloud klinkt voor veel mensen nog heel wollig, dus we zullen goed moeten uitleggen wat we doen en vooral goed luisteren naar de wensen van de eindgebruikers en diens zorgen.’ Vissers: ‘Er moeten nog flinke stappen worden gezet op het gebied van normering. Dat helpt bij het vertrouwen van de eindgebruikers. OPCUA is een eerste stap, die ook heel relevant is voor de technici.’ Verleun: ‘Standaarden zijn businessafhankelijk, dus het is veel werk om dat goed in te richten. Bij het opstellen van standaarden moet de eindgebruiker heel goed worden betrokken. Maar hoe ver kunnen we echt vooruit kijken? De ontwikkelingen gaan heel snel.’ Van Beukering ziet ook op het gebied van onderwijs een grote uitdaging. ‘We hebben andere medewerkers nodig en dat zijn de mensen die nu worden opgeleid. Dus de samenwerking met het onderwijs is een hele belangrijke, want de situatie waarvoor opgeleid moet worden, is voor de mensen in het onderwijs een onbekende.’ De aanwezigen zijn allen actief in de samenwerking met het onderwijs. Vissers: ‘We moeten de scholen helpen en de vinger aan de pols houden. Het is echt een gedeelde verantwoordelijkheid.’ De gesprekspartners zijn het erover eens: Er zijn nog veel meer onderwerpen van belang bij de communicatie die hoort bij remote toegang. Bijvoorbeeld cybersecurity, de meerwaarde van een privé of een publieke cloud etc. Er zullen dan ook vervolggesprekken worden georganiseerd om de verdieping te zoeken. De belangrijkste conclusie voor nu lijkt: schakel de partij in die weet wat erbij komt kijken. Zij die er dagelijks mee bezig zijn, kennen de ins en outs. En betrek die partijen vroeg bij de integratie, daar heb je jarenlang profijt van!
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
21
Foto: Pixabay
#waaromlezen Machinerichtlijn goed voor vrije interne markt en veiligheid, maar te weinig controles op naleving.
Overwegend positief!
Europese rapportage evaluatie Machinerichtlijn De eerste Machinerichtlijn uit 1989 is in het jaar 2006 vervangen door de huidige versie van de Machinerichtlijn [1] met nummer 2006/42/EG. Na 10 jaar heeft de Europese Commissie besloten een openbare raadpleging over de huidige Machinerichtlijn te houden. Het doel was om de feedback van belanghebbenden over de toepassing en prestaties van de Machinerichtlijn 2006/42/EG te verzamelen. Met name, in hoeverre en in welke mate de Machinerichtlijn aan haar doelstellingen voldoet om het vrije verkeer van producten in haar toepassingsgebied te waarborgen. In dit artikel worden de resultaten van deze Europese evaluatie beknopt weergegeven. In het kader wordt een overzicht gegeven van de resultaten. Lilian Vermeer en Nick de With
22
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIĂ&#x2039; AUTOMATIE 02/2018
tor met bijna 30% gedaald. In deze sectoren en beroepen die het belangrijkste zijn voor machines - en dus de Machinerichtlijn - gebeuren ook de meeste ongelukken. In 2013 vonden er op EU-arbeidsplekken ondanks deze daling nog steeds 3 miljoen niet-fatale ongelukken en ongeveer 3.700 dodelijke ongelukken plaats. Toch vindt de meerderheid van de respondenten wel dat de Machinerichtlijn haar doel, bescherming van de gezondheid en veiligheid van consumenten en gebruikers, grotendeels of volledig heeft bereikt.
Europese evaluatie Machinerichtlijn In het 200 pagina’s tellende Engelstalige rapport “Evaluation of Directive 2006/42/EC on Machinery” [2] dat in september 2017 is gepubliceerd, is gekeken naar relevantie, effectiviteit, samenhang, efficiëntie en de toegevoegde waarde van de Machinerichtlijn voor de Europese Unie (EU). Diverse belanghebbenden uit vele landen hebben meegewerkt aan dit onderzoek, zoals bedrijven die te maken hebben met de Machinerichtlijn, internationale, Europese, en nationale industrieverenigingen, “Notified Bodies” en “Competent Authorities”. De laatste partijen zijn verantwoordelijk voor de implementatie van de marktcontrole in elk land. De onderzoekers hebben gekeken in hoeverre de Machinerichtlijn haar doelstellingen heeft gehaald: met name het garanderen van een vrije markt binnen de EU voor machines en het garanderen van een hoge mate van veiligheid en bescherming voor machinegebruikers. De overgrote meerderheid van de ondervraagde belanghebbenden is het erover eens dat de Machinerichtlijn een goed antwoord is op de doelstelling van het garanderen van een vrije markt. Alle informatie is terug te vinden op de EU-website “Public consultation on the evaluation of the Machinery Directive 2006/42/EC” [3]
Invloed op veiligheid Wat betreft het garanderen van veiligheid en gezondheid is het volgende resultaat gemeten: tussen 2008 en 2013 is het aantal dodelijke en niet-fatale arbeidsongevallen in de productie-, constructie- en landbouwsec-
Zelfcertificering versus beoordeling door notified bodies Het inschakelen van derden om te beoordelen of een product voldoet aan de Machinerichtlijn heeft meer effect voor het garanderen van de bescherming van de gebruikers, maar is aan de andere kant duurder vergeleken met zelfcertificering. Er is ook bezorgdheid over tegenstrijdigheden tussen notified bodies bij de beoordeling van ondernemingen en de interpretatie van eisen. Verder is men bezorgd over de afname van de kennis en ervaring met bepaalde machines binnen deze organisaties, met mogelijke gevolgen voor de effectiviteit van de uitgevoerde beoordelingen. De belangrijkste nadelen van zelfcertificering zijn: het gebrek aan vertrouwen en bescherming die anders zou kunnen worden verleend door derden (wat klanten zouden kunnen verwachten/eisen), de inspanningen en deskundigheid die intern nodig zijn om het certificeringsproces te ondernemen en het ontbreken van relevante geharmoniseerde normen ter ondersteuning van zelfcertificering. Onder de belanghebbenden heerste ook bezorgdheid over de mate waarin de eisen tijdens zelfcertificering onjuist werden toegepast (opzettelijk of niet), versterkt door een inefficiënt markttoezicht dat weinig stimulans biedt om meer dan het absolute minimum te doen.
Nut Europese EN-normen voor machines De Europese EN-normen worden door de ondervraagden gezien als bijzonder nuttig. Als je een geharmoniseerde EN-norm volgt weet je dat je product voldoet aan de essentiële veiligheids- en gezondheidseisen en dat scheelt tijd en uitzoekwerk. Bovendien, wanneer je een norm volgt, wordt ook algemeen aanvaard dat je voldoet aan de Machinerichtlijn. Op het gebied van Type C-normen, die specif ieke eisen beschrijven voor een bepaalde categorie machines, ontbreken er volgens de respondenten nog de nodige normen. Vooral op het gebied van geautomatiseerde machines en voer tuigen, samenwerkende
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
23
De control room, essentieel voor de boardroom
Intelligente en zelfdenkende systemen worden steeds belangrijker in elk industrieel proces. Door de verregaande automatisering komt een schat aan data beschikbaar. Maar filter je hier inzichten uit? Bij Croonwolter&dros integreren we elektrotechniek, werktuigbouwkunde, automatisering en informatisering. Zo zorgen we niet alleen dat bedrijven in control zijn over hun processen, maar ook dat ze op elk moment over de juiste managementinformatie beschikken. De control room wordt hierdoor meer dan een bedrijfsonderdeel op afstand, het wordt van essentieel belang voor de boardroom.
13702
robots en -systemen, assemblagemachines en -systemen, additive manufacturing, verwisselbare apparatuur, gedeeltelijk voltooide machines, windturbines, voedselmachines, metaalbewerking/buigen en risicobeoordelingsprocedures.
ming. Maar voor wat betreft de rechtsgeldigheid van teksten in deze gids wordt er in de gids met nadruk op gewezen dat alleen de Machinerichtlijn en de teksten ter omzetting ervan in nationaal recht, juridisch bindend zijn.
Inspecties nieuwe machines
Conclusies
Het aantal inspecties dat aan machines wordt uitgevoerd, varieert nogal van land tot land en van jaar tot jaar. Ook is er een behoorlijke variatie in de mate waarin inspecties leiden tot de vaststelling dat een product niet voldoet aan de Machinerichtlijn (6% in Oostenrijk, 79% in Denemarken). Verder verschillen landen in hun aanpak qua corrigerende maatregelen, sommige landen focussen op vrijwillige maatregelen terwijl andere landen alleen limiterende maatregelen of strafmaatregelen instellen. Over het algemeen vindt men de controle van de markt onvoldoende en ineffectief. De frequentie en het aantal inspecties is te laag. Ongeveer driekwart van de ondervraagde bedrijven heeft de afgelopen 5 jaar geen inspecties gehad, en de helft gaf aan dat nog geen van hun producten ooit was gecontroleerd.
De Machinerichtlijn heeft voor een vrije interne markt voor machines en voor meer veiligheid en gezondheid voor gebruikers gezorgd. Dat is een van de conclusies uit een onlangs uitgebracht rapport “Evaluation of Directive 2006/42/EC on Machinery” [2] van de Europese Commissie.
Update 2.1 van toelichtingsgids Naast de rapportage van de evaluatie is op 20 juli 2017 een update verschenen van de Gids voor de toepassing van de Machinerichtlijn (2006/42/EG) [5]. De gids is bedoeld voor nadere uitleg en toepassing van Richtlijn 2006/42/EG (Machinerichtlijn). Verder bevat de gids informatie over andere toepasselijke EU-wetgeving. Deze versie is een update van de tweede editie (vandaar 2.1). Voorlopig is de gids alleen in het Engels beschikbaar.
Er is wel de nodige bezorgdheid over het juist (of bewust niet) toepassen van de eisen uit de Machinerichtlijn bij de zelfcertificering van machines. Daarnaast vinden de respondenten de frequentie en het aantal inspecties op het naleven van de Machinerichtlijn te laag. De link naar een beknopte versie van de resultaten genaamd “Summary report - Evaluation of the Machinery Directive 2006/42/EC “[4] is in het overzicht weergegeven. Naar verwachting zal de Europese Commissie de bevindingen uit deze evaluatie meenemen bij het aanpassen van de volgende versie van de Machinerichtlijn. Op dit moment is nog niet bekend welk tijdspad de Europese Commissie hiervoor uitgestippeld heeft.
Links naar de resultaten van de evaluatie van de Machinerichtlijn
De gids is bestemd voor alle partijen die betrokken zijn bij de toepassing van de Machinerichtlijn, zoals fabrikanten, importeurs en distributeurs van machines, aangemelde instanties, normalisatieinstellingen, agentschappen voor de gezondheid en veiligheid op het werk en consumentenbescherming, en functionarissen van de desbetreffende nationale overheden en markttoezichthouders. Daarnaast kan de gids nuttig zijn voor advocaten en studenten EUrecht op het gebied van de interne markt, veiligheid en gezondheid op het werk en consumentenbescher-
English version MD - Machinery Directive 2006/42/EC: https://tinyurl.com/navs9yb
1
2
3
4
5
Website EU - Public consultation on the evaluation of the Machinery Directive 2006/42/EC: https://tinyurl.com/y958rgd9 Final Report - Evaluation of Directive 2006/42/EC on Machinery, Publication date: 30/09/2017: https://tinyurl.com/y8hozxz2 Summary report - Evaluation of the Machinery Directive 2006/42/EC: https://tinyurl.com/y9h4wxz7 NEW: Guide to MD - Guide to application of the Machinery Directive 2006/42/EC - Edition 2.1: https://tinyurl.com/ya6b2hva
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
25
industry 17 planner
online agenda met alle evenementen en opleidingen in de industrie en techniek
Industryplanner is de online agenda voor de industrie en techniek waarin alle beurzen, congressen, seminars, opleidingen, cursussen en trainingen zijn verzameld en overzichtelijk in kaart zijn gebracht. Alert op kansen en mogelijkheden oriĂŤnteren zich iedere dag honderden bezoekers op Industryplanner.com welk evenement men wil bezoeken of wat voor een opleiding men wil volgen. Zij blijven graag op de hoogte van trends, noviteiten, techniek en ontwikkelingen binnen hun vakgebied. Deze bezoekers zijn actief betrokken bij de bedrijfsvoering, het beleid, de productie, in- en verkoop en technische vraagstukken.
industryplanner.com
Industryplanner richt zich op iedereen in de industrie die als potentieel eventbezoeker op de hoogte wil zijn van alle events die binnen het vakgebied plaatsvinden. Daarnaast heeft de doelgroep de sterke drang zich te willen ontwikkelen door het volgen van cursussen, trainingen e.d. Juiste persoon naar het juiste event De agenda beschikt over een zoek- en verfijnsysteem waardoor bezoekers gericht industriĂŤle evenementen kunnen zoeken. Een optimaal gepersonaliseerde agenda met alleen events die voor hen interessant zijn. Ga snel naar www.industryplanner.com
CYBERKRONIEK
Nieuwe wifi-beveiliging Tijdens de CES-beurs in Las Vegas, traditioneel de beurs waarop veel nieuwe (consumenten)producten, gadgets en technologieën worden gepresenteerd, kwam de wifi-Alliance met de aankondiging dat de beveiliging van wifi wordt verbeterd. De WPA2 -Wifi Protected Access, wordt opgevolgd door WPA3. Rob Hulsebos
WPA2 is al twee decennia hét beveiligingsalgoritme van wifi. Het is gebaseerd op het werk van Belgische cryptograven uit Leuven, en nog steeds niet gekraakt. Wel werd vorig jaar bekend dat de implementaties van WPA2 soms te wensen over laten, denk aan de zogenaamde “KRACK”-aanval, waarover ik in Automatie | PMA 2017-7 schreef. De onderzoeker uit Leuven die dit ontdekte staat ook aan de wieg van WPA3. WPA3 pakt niet de encryptie aan, maar het gebruik ervan. Een voorbeeld is het gebruik van hotspots in het openbare leven, bijvoorbeeld in cafés, treinen, restaurants etc. Daarop kan vaak vrijelijk van wifi gebruik gemaakt worden, maar het nadeel is dat de data niet geencrypt wordt. Iedereen kan dus meeluisteren/aftappen en dat is ook de reden dat geadviseerd om op openbare netwerken nooit gevoelige informatie te verzenden. Met WPA3 krijgt iedere gebruiker zijn eigen geëncrypte datastroom. Hoe precies geeft de wifi-Alliance niet aan, maar op internet zijn wel speculaties te lezen dat dit via het OWE - Opportunistic Wireless Encryption - algoritme zou gaan. Maakt een wifi-netwerk gebruik van een wachtwoord, dan is inbraak soms mogelijk door eenvoudigweg veel bekende wachtwoorden uit te proberen: een zoge-
naamde Dictionary Attack. WPA3 gaat dit tegen door na teveel verkeerde wachtwoorden de aanvaller te blokkeren, waarschijnlijk via het reeds bestaande DragonFlyalgoritme. De cryptografische sterkte wordt ook opgevoerd: WPA3 introduceert de Commercially National Security Algorithm Suite (CNSA), bedoeld voor encryptie van top-secret data in overheids-, defensie- en industriële toepassingen. Tenslotte gaat WPA3 een betere bescherming bieden bij gebruik van korte of eenvoudige wachtwoorden en bij het gebruik van apparaten zonder scherm - veelal IoTapparatuur. Dit is waarschijnlijk de opvolger van het geflopte WPS - Wifi Protected Setup, waarin een grove fout zat. Het gebruik van WPS wordt dan ook sterk ontraden. In Linux is het al mogelijk om te werken op de manier die WPA3 standaard gaat aanbieden. Aangekondigd is dat WPA3 dit jaar nog in producten beschikbaar zal komen. Dit kan zo snel omdat gebruik gemaakt wordt van reeds bekende technieken zoals dus OWE en DragonFly. WPA2 zal niet verdwijnen, anders kan niemand meer werken. De wifi-Alliance heeft aangekondigd dat WPA2 ook nog verbeterd zal worden.
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
27
CYBERKRONIEK
Het slechtste wachtwoord Ook al vinden veel experts dat het wachtwoord met pensioen gestuurd zou moeten worden, feit is dat het nog steeds zeer veel gebruikt wordt. Maar welk wachtwoord dan? Hoe lang, hoeveel speciale karakters, een uniek wachtwoord per applicatie, en dan om de drie maanden een nieuwe? En hoe onthouden we ze allemaal? Rob Hulsebos
Velen maken zich niet druk om wachtwoorden. Dat blijkt elk jaar weer als na de top-2000 de top-100 van meest gebruikte wachtwoorden wordt gepubliceerd. Zo staat 123456 nog steeds op nummer 1 van deze lijst, evenals 12345678, 1 23 45 , 1 23 4567 8 9 , p a ss word , qwerty en nog wat varianten. Wat ontbreekt in zulke lijsten zijn altijd diegenen die de fabriekswachtwoorden van hun apparaten niet wijzigen, wat net zo erg is. In hoeverre zulke slechte wachtwoorden ook gebruikelijk zijn binnen industriële systemen, daar valt natuurlijk naar te gissen, ik vermoed wel dat het hiermee wel iets beter gesteld is, maar waarschijnlijk ook niet significant veel beter. To eg eg e ven , het g rote aant al wacht woorden dat we allemaal moeten onthouden - ik heb er nu zelf al 140! - maakt het er niet makkelijk op. We krijgen het advies om wachtwoorden nooit te hergebruiken. Ik schrijf ze gewoon op. Dat is natuurlijk ook erg ouderwets, ik krijg het advies “gebruik een passwordmanager” zoals bv. Keepass of Lastpass. Maar dat is ook maar een stukje software; Lastpass had in 2016/2017 zelf last van 5 securitylekken. En dan heeft een hacker gelijk alle wachtwoorden te pakken? Begin dit jaar kwam nog naar voren dat sommige websites passwordmanagers misbruiken om bij te houden welke websites allemaal bezocht worden. Dus is het middel erger dan de kwaal? Gelukkig zijn er experts die ons gaan helpen. Op 16 december stond een uitgebreid artikel in de Volkskrant
28
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
over hoe “tweefactor authenticatie” ons zou kunnen helpen. Vier van de zes geïnterviewde personen noemden dit. Voor “ons experts” is wel duidelijk wat er bedoeld wordt. Maar kan de gemiddelde gebruiker iets met zo’n advies, bestaande dus uit jargon? De beveiligingsbranche én de softwarebranche kunnen nog flinke stappen maken op het gebied van communicatie. Anders blijven de “domme” wachtwoorden gewoon in gebruik.
CYBERKRONIEK
Meer bugs? In de V S h o u d t MIT RE (MIT Research Establishment) een lijst bij van alle fouten in sof tware die kunnen leiden tot misbruik door malware. Dit is de C VElij s t - Comm o n Vuln e r ab ili t y Enumeration, cve.mitre.com - die al sinds 1999 wordt gepubliceerd. Een fout in sof tware krijg t een nummer toegewezen en het aldus ontstane ID, zoals CVE 2018-5710, is wereldwijd dan hét ID voor die zwakte. Aan het ID wordt een analyse gekoppeld over de impact de zogenaamde CVSS-score, op een schaal van 1 tot en met 10 wordt duidelijk hoe gevaarlijk de fout is. Verder wordt veel statistiek bijgehouden op www.cvedetails.com, over aantallen fouten per leverancier, per product en per tijdsperiode. Rob Hulsebos
gerapporteerde fouten per jaar
16.000
14.709 14.000
12.000
10.000
8000 7946 6610
6000
6480
6520 5632
2000 0
894 1999
1020
1677
2156
5297 4652
6447
5191
4155
Bron: MITRE
4935
4000
5736
2451 1527 2005
Begin dit jaar kwam het rapport uit over het aantal in 2017 gerapporteerde fouten (zie afbeelding). Opvallend was dat er een forse stijging te zien was: van 6447 in 2016 tot méér dan het dubbele (14712) in 2017. Dat is natuurlijk vreemd, waarom blijft het ca. 10 jaar relatief stabiel en dan opeens zo’n grote sprong? Het lijkt onwaarschijnlijk dat software opeens slechter gemaakt wordt, of wordt er eenvoudig weg meer naar bugs gezocht én gerapporteerd? Ik denk zelf het laatste en dat is op zich goed. Anderzijds kunnen we dan ook den-
2010
2015
2017
ken: als er in voorgaande jaren minder gezocht is, dan zijn de cijfers over de jaren vóór 2017 waarschijnlijk veel te laag, met andere woorden: het ziet er beter uit dan het is. De gerapporteerde fouten betreffen alle soorten software, het is niet specifiek software voor industriële producten. Cijfers hierover worden niet apart bijgehouden door MITRE. Informatie hierover is wel te vinden op ics-cert.us-cert.gov/advisories, waar er over 2016 in totaal 700 zwakheden zijn gemeld. De getallen over 2017 zijn op dit moment nog niet bekend.
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
29
30
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIÃ&#x2039; AUTOMATIE 02/2018
Sensoren zover het oog reikt De Federatie Het Instrument (FHI) organiseert jaarlijks een evenement over sensoren. En dat is niet voor niets. Het aanstormende Internet der Dingen betekent zonder meer dat het aantal sensoren in allerlei omstandigheden en hoedanigheden explosief zal gaan groeien. Harold van den Hauten
D
e beweging in dit vakgebied is tweeĂŤrlei; steeds meer chemische en fysische principes zullen hun weg vinden in praktisch toepasbare sensoren. Ook is er een tendens dat sensoren steeds kleiner en goedkoper gaan worden. Behalve betrouwbaarheid en nauwkeurigheid speelt, afhankelijk van de toepassing, de prijs een enorme rol. Een sensor voor het meten van een en dezelfde grootheid zal voor een medische toepassing best iets mogen kosten. Het meten van exact dezelfde grootheid in de voedingsmiddelenindustrie mag maar een kwestie van centen zijn. We bekijken een klein aantal voorbeelden uit het grote aanbod.
Hoe lang blijft de groente vers? Ernst Woltering en Jos van den Vossen van Wageningen Universiteit en Research hebben een interessante voordracht over het meten en voorspellen van het verlies aan kwaliteit in verpakt fruit en groenten. IJsbergsla is hun voorbeeld. Verpakte producten hebben een beperkte houdbaarheid op het schap en zijn heel vatbaar voor verspilling. Op dit moment wordt er een vaste periode aangegeven voor de levensduur in het schap. Dit is de bekende aanduiding: gebruiken voor xx datum; dit is nu een conservatieve inschatting. Deze vaste aanduiding op datum zorgt voor veel verspilling. Je zou een oplossing kunnen zoeken door de periode dat het product goed is te laten afhangen van de echte kwaliteit. De vraag is dus: kan er een alternatief voor de datumaanduiding gevonden worden met behulp van sensoren? De huidige verpakking van dit type producten is op zich al een hightech aangelegenheid. Er is vaak sprake van
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIĂ&#x2039; AUTOMATIE 02/2018
31
een gecontroleerde atmosfeer en zeer speciale verpakkingsfolies. De bedoeling is dat de concentraties van zuurstof, stikstofdioxide en koolstofdioxide binnen vooraf gedefinieerde waarden blijven. Deze waarden, bijvoorbeeld die van zuurstofstikstofdioxide zullen van nature veranderen naarmate het product in de verpakking veroudert. Vaak verdwijnt er zuurstof en komt er extra koolstofdioxide vrij. De lage zuurstofgehaltes en het te veel aan CO2 leiden tot fermentatie. Glucose wordt omgezet in ethanol, zetmeel en koolstofdioxide. Er ontstaan organische zuren en ook genereert dit proceswarmte. Door de verpakking heen is te zien dat het product roze en/of bruinachtig kleurt en dat is al snel een reden om een product weg te gooien, alhoewel het nog wel eetbaar is. Je zult er echt niet ziek van worden. De studie van het biochemische proces leert dat een oplossing zou kunnen bestaan in het meten van melkzuur in de verpakking. Het zou een gevoelige detector moeten zijn die klein is, voedselveilig in de verpakking mag en die vooral heel goedkoop is. De aanpak van het detecteren van organisch zuur lijkt de belofte voor een oplossing te zijn, maar er moet nog wel een weg worden afgelegd.
Micro-FID voor buitengebruik. Jan Förstner van Krohne presenteert een nieuwe kleine vlamionisatiedetector (micro-FID) voor gebruik in het veld. Een vlamionisatiedetector (FID) is selectief voor koolwaterstoffen. Het signaal is evenredig met het totaal organisch koolstof in een monster. De klassieke FID heeft een behoorlijke hoeveelheid waterstof en lucht nodig om correct te kunnen werken. Dit kan een probleem zijn voor gebruik in het veld. Krohne ontwikkelde daarom een micro-FID die met aanzienlijk geringere hoeveelheden gas toe kan. Ter vergelijking: een conventionele FID gebruikt ongeveer 1 l/h waterstof en 30 l/h lucht. De micro-FID doet het met 0,5 l/h waterstof en 0,25 l/h zuurstof. Merk op dat de micro-FID met zuurstof kan werken dus met veel geringere volumen toe kan. Bovendien kunnen waterstof en zuurstof van deze hoeveelheden gemakkelijk elektrolytisch worden opgewekt. Gasflessen onder druk zijn dus niet nodig. Deze nieuwe FID heeft een zeer geringe afmeting van ongeveer 15 mm in het vierkant er een paar millimeter hoog en is uitgevoerd in keramische meerlagentechnologie. De microFID kan zowel in een gaschromatograaf als zelfstandig worden toegepast. In het laatste geval spreekt Krohne
advertentie
KNF MEMBRAANPOMPEN SPECIALISTISCHE GASMEETPOMPEN Optimaal voor geavanceerde toepassingen. Met KNF profiteert uw proces van een pompoplossing, exact volgens uw specificaties - op z’n best uitgevoerd voor de uitoefening van zijn taak. ■ Zuiver transporteren, comprimeren en evacueren o van procesgas tot 240 C ■ Volgens ATEX richtlijnen ■ Gasmeetpompen voor mobiele- en stationaire proces gasanalyse www.knf-verder.nl info@knf-verder.nl 030-6779240
13585
32
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
MC2018-003
van een autonome micro-FID. Het minimale gasgebruik en de hoge gevoeligheid zijn een groot voordeel bij gebruik in het veld en voor de beoogde applicaties. De toepassingen waar in eerste instantie aan is gedacht zijn het bepalen van totale koolwaterstoffen voor emissiecontrole, explosie-beveiliging en procesanalyse.
EXPERT + SOFTWARE
Het begin en einde der tijden. Het aardige van deze seminars is dat de organisatoren altijd wel een verhaal weten te vinden dat verrassend van de klassieke onderwerpen afwijkt. Dit keer kregen we een verfrissende voordracht van Heino Falcke van de Radboud Universiteit (Nijmegen) over Extreme Sensing,
People for Process Automation
Field Xpert SMT70
Universele, high-performance tablet voor instrumentconfiguratie De nieuwe, krachtige industriële tablet Field Xpert SMT70 is uitermate geschikt voor inbedrijfstelling en onderhoud van veldinstrumentatie met een digitale communicatie interface. Het stelt u als expert in staat om eenvoudig het werk te documenteren en te beheren met de bijgeleverde software. De tablet kan zowel in veilige als explosiegevaarlijke gebieden worden gebruikt.
het aantonen van de zwarte gaten en kosmische straling met interferometrie. Wij leren alles over het begin en einde der tijden en hoe moderne sensortechnieken en radiotelescopen kunnen helpen de raadselen van het universum op te lossen.
Conclusie en hoe het beter kan. Dit jaarlijks congres bespreekt zeer nuttige en wetenswaardige zaken. Verbetering van bestaande en geheel nieuwe technologieën komen aan de orde. Wel is het jammer dat, net als bij vorige edities, de schriftelijke presentaties (pdf ) maar zeer karig beschikbaar zijn. Ongeveer 52% van de voordrachten staat op de website, een zeer groot deel dus niet. Van de lezingen die ik zelf volgde moest ik het met slechts 40% doen. Dat doet flink afbreuk aan het nut van dit congres.
Meer informatie: www.nl.endress.com/FieldXpert-SMT70
13848
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
33
NIEUWS
Extra miljoenen voor smart industry Tijdens het Smart Industry jaarevent in Bussum overhandigde Ineke Dezentjé Hamming-Bluemink, voorzitter van het Team Smart Industry, de Implementatieagenda 2018-2021 aan Mona Keijzer, staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat.
Mona Keijzer-en-Ineke Dezentjé Hamming-Bluemink. Foto: smartindustry.nl
De agenda bevat vijf actielijnen die voor een versnelling moeten zorgen. Er is de oprichting van een assessmentprogramma en expertisecentrum waarin bedrijven meer en gerichter aan de slag kunnen met Smart Industry. Verder worden er regionale Smart Industry hubs opgezet om dichter bij de ondernemers te komen en hen verder te helpen met de digitaliseringsslag. De derde actielijn is de ontwikkeling van nieuwe kennis door een nieuwe Smart Industry-roadmap. Verder start er een programma rond mensgerichte technologie: ieder fieldlab wordt tot een skillslab gemaakt. De vijfde actielijn gaat over het delen van data met aandacht voor cybersecurity en het programma data value centre. Staatssecretaris Keijzer steunt de Implementatieagenda. In een brief aan de Tweede Kamer schrijft ze: ‘Deze agenda dient bij te dragen aan meer economische groei, meer werkgelegenheid en minder gebruik van energie en grondstoffen door de industrie.’ Ze investeert dit jaar
34
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
3,5 miljoen euro in Smart Industry. 2,8 miljoen daarvan gaat naar de oprichting van de regionale Smart Industry hubs, waarbij Keijzer verwacht dat de regio’s ‘minimaal hetzelfde bedrag inleggen’. Dezentjé Hamming keek ook terug op de afgelopen drie jaar. ‘Het grootste succes is dat we meer awareness hebben weten te creëren bij bedrijven’, vindt ze. Inmiddels zijn er 32 fieldlabs opgericht waarin in totaal 165 miljoen euro is geïnvesteerd, 40 procent door het bedrijfsleven en 60 procent door kennisinstellingen en de overheid.
MARKT & TECHNIEK
Plug & play met klikbevestiging EAO introduceert de Smart Box: Plug & play bedieningsapparaten met klikbevestiging voor industriële omgevingen, eenvoudig, compact en universeel. EAO ontwikkelt innovatieve klantspecifieke HMI Systemen met intuïtief ontwerp en betrouwbare bediening. Om betrouwbaar te kunnen functioneren in industriële omgevingen moeten bedieningsapparaten van machines voldoen aan diverse vereisten. De EAO Smart Box is een eenvoudig op te klikken plug & play-oplossing voor besturingspanelen in industriële omgevingen. Met de Smart Box kunnen verschillende functies worden bediend in CNC-machines of de
Meer informatie www.eao.com/smart-box
halfgeleiderproductie, zoals aan/ uit, omhoog/omlaag of noodstop. Naast een breed assortiment standaardcomponenten zijn vele klantspecifieke oplossingen leverbaar. De voordelen van deze oplossing zijn een eenvoudige klikbevesti-
ging en M12-aansluittechnologie waardoor een flexibele plaatsing en robuuste, compacte constructie mogelijk is. Dankzij een busaansluiting of rechtstreekse bedrading is systeemintegratie eenvoudig en er zijn klantspecifieke frontontwerpen en functionaliteit mogelijk. Naast het standaard assortiment zijn er klantspecifieke oplossingen op aanvraag leverbaar. De combinatie van de robuuste constructie en de frontbescherming tot IP67 maakt betrouwbaar schakelen mogelijk bij bedrijfstemperaturen van -25 °C tot + 70 °C (afhankelijk van de geïntegreerde producten), in omgevingen met veel stof en vuil en bij hoge luchtvochtigheid of sterke trillingen.
Bijzondere verbinding signalen met besturing De installatieoplossing MASI, het AS-interfacesysteem van Murrelektronik, maakt eenvoudige en voordelige verbinding van I/O-signalen met het bovenliggende besturingssysteem mogelijk. MASI levert zeer flexibele installatieconcepten voor in de schakelkast en in het veld zonder daarbij gebonden te zijn aan een starre topologie. Murrelektronik presenteert een nieuwe en bijzonder compacte generatie MASI20-schakelkastmodules met een innovatief nieuw design en een uitstekende kostenbatenverhouding: hiermee worden signalen op uitermate voordelige wijze met de besturing verbonden. De MASI20-schakelkastmodules hebben een breedte van slechts 19mm, dit bespaart ruimte in de schakelkast. Ze zijn geoptimaliseerd voor gebruik in klemmenkasten met een diepte van 120mm. De aansluitingen (push-inklemmen) bevinden zich aan de voorzijde en zijn daarom gemakkelijk toegankelijk. Bij deze aansluitklemmen kunnen 3-draads sensoren in één keer worden aangesloten. Dit bespaart extra klemmen in de schakelkast. Zowel de AS-interface als ook de AUX-Power zijn intern gebrugd. Wanneer een module wordt verwijderd, vindt
Meer informatie www.murrelektronik.nl
er geen onderbreking plaats. De uitvoeringen met een halfgeleideruitgang zijn geschikt voor passief veilige oplossingen tot ‘Performance Level d’ (K3-functionaliteit). De verlichte cijferweergave zorgt voor een duidelijke I/O-diagnose.
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
35
BEURZEN
PPA over Industrie 4.0 We willen ermee aan de slag
je een oude of een nieuwe fabriek “4.0” wilt maken. ‘Soms moet je het gewoon niet willen,’ was zijn conclusie.
Blockchain
Een ander onderwerp dat onze aandacht trok, was het onder werp Blockchain. Zo lang zamerhand buzzt dit woord overal rond en onze nieuwsgierigheid was gewekt. TenZoals gebruikelijk was er een uitgebreid lezingenprominste, als het dan gaat over blockchain voor de indusgramma, vergezeld van een kleine beursvloer. Op die trie. Deze presentatie werd verzorgd door Bas Roos van beursvloer vonden we diverse leveranciers van allerWeconomics. Hij behandelde het onderwerp zodanig dat hande slimme systemen, van sensoren tot business zelfs deze leek er iets wijzer van is geworden. De blockintelligence software. Het lezingprogramma was dit chain is een concept waarmee je zonder tussenpersoon jaar zéér boeiend, de bezoekers betrouwbaar overeenkomsten kunt kwamen er in grotere getalen op af sluiten. Eigenlijk zorgt blockchain dan voorzien. De organisatie moest ervoor dat digitale handelstransdirect bij de opening al extra stoeacties op een gecentraliseerde en len aandragen. Het onder werp betrouwbare manier kunnen worSmart Industry, zoals we Industrie den uitgevoerd. Blockchain is in dat 4.0 in Nederland ook wel noemen, geval een - door alle stakeholders staat op de agenda. Zoveel werd gedeeld - grootboek van onderlinge wel duidelijk. transacties. Wie is eigenaar van wat en wanneer. Hiermee kan zelfs de overdracht van eigenaarschap worAkzo Nobel den geregeld, waarbij ook het eigeWat was het lastig kiezen deze dag! naarschap weer gedeeld kan zijn. De openingssessie van Stockmann Rommelen met deze database is - director Industry 4.0 - van Akzo niet mogelijk, want hij staat niet op Nobel verraste door zijn nuchtere één centrale plek, maar op de comno-nonsense insteek. Van data naar Johan Stockmann, Akzo Nobel puters van alle gebruikers, waar daden, meten is weten en slim conclusies trekken, waren zijn vertrekpunten. Hij vertelt hoe het Akzo Nobel lukte een elektrolysefabriek flexibel te laten produceren. Met een verbruik van 160 MW maakt de energieprijs nogal een verschil voor de resultaten. Hij maakte het inzichtelijk door te benoemen dat dit net zoveel is als alle huishoudens in Rotterdam samen verbruiken. De fabriek wist tonnen besparing per een wijziging tegelijkertijd wordt verwerkt. Iedere wijzimaand te realiseren, puur door de productie te flexibiging moet door het netwerk worden goedgekeurd. liseren en alleen dan te produceren als de energieprijs Blockchaintoepassingen in de industrie worden op dit het laagst is. Dat kan alleen door diverse technologieën moment door diverse organisaties uitgeprobeerd en ook te gebruiken, die steeds beter beschikbaar zijn, tegen TNO houdt zich bezig met pilots en tests voor toepassinveel lagere kosten. Hij sloot zijn presentatie af met een gen in industriële omgevingen. simpele constatering: Het is een heel ander verhaal of Een jaarlijks terugkerend evenement van FHI is PPA, Productie en ProcesAutomatisering. Dit jaar in het teken van Industrie 4.0. We togen naar Nijkerk en doen - summier - verslag. Janet Kooren
‘De fabriek wist tonnen besparing per maand te realiseren, puur door de productie te flexibiliseren.’
36
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
BEURZEN Installed base connected maken
markten in Noordwest-Europa en de VS. ‘De processen van het brood maken zijn onveranderd, maar zijn van op zichzelf staand doorontwikkeld naar volledig geïntegreerd. In een productieomgeving met dit soort kwetsbare producten en hoge aantallen, is stilstand gewoon niet mogelijk. Bij de start van de automatisering was alles plc- en busgeoriënteerd. Met de komst van netwerktechnologie is de flexibiliteit enorm verhoogd. Het is steeds gemakkelijker geworden doordat componenten bijna altijd voorzien zijn van switches en dus eenvoudig te integreren.’
Na deze twee plenaire sessies en een pauze verdeelde het gezels chap zich over ver s chillende zalen. Daar werd het kiezen dus lastig, want je weet niet wat je mist. We kozen voor een presentatie door Koos Verloop van Innius over het onderwerp IoT-integratie, van installed base tot connected industry. Want nieuw opzetten is één ding, maar wat doe je als je je bestaande installaties connected wilt maken. Hoe voeg je intelligentie toe aan je machine en hoe zet je Bas Roos over Blockchain die machinedata in voor het verbeteren van de effectiviteit. Hoe kies je KPI’s, maak je documentatie en instructies toegankelijk en het belang van samenwerHet is niet mogelijk alle presentaties voor je te behandeking met alle partijen in de keten, waren aspecten van len, maar willen nog wel even die van Procentec benoehet proces die Verloop behandelde. ‘Machinedata zijn men, waarin de vraag “kantoorautomatisering, belangnodig voor het verbeteren van de effectiviteit, maar ook rijker dan fabriek?” aan bod kwam, en die van ICT Mobile voor een betere samenwerking op de productievloer. die de mogelijkheden van apps op mobiele apparaten Een belangrijke toepassing is om die data in te zetvoor de procesindustrie behandelde. Onderwerpen die ten voor voorspellend onderhoud. Als het filter van een duidelijk aandacht vragen. pomp gaat vollopen, dat waarschuwt een sensor op de pomp daarvoor. Zo voorkom je stilstand. De data kunWe vroegen FHI-projectmanager Tim Middeldorp naar nen ook worden gebruikt om te kijken of de capaciteit het succes van deze dag. ‘We organiseren dit evenement van de machine past bij de behoefte in de praktijk. Met al sinds jaar en dag en de insteek is dat het technisch al die data kun je OEE bewaken en sturen, ook per ploeg. management hier onderwerpen vanuit de techniek krijgt De eigenaar van de machine beheert het platform en voorgeschoteld, in plaats vanuit de marketinginvalsgeeft de machinebouwer toegang om service te kunnen hoek. In de loop der jaren merken we dat steeds meer plegen en tijdig verbruiksonderdelen te kunnen sturen. systeemintegratoren ook aanhaken bij onze trouwe De eigenaar bepaalt ook wie welke exposanten. En dat is precies wat informatie te zien krijgt en houdt de het technisch management zoekt bij documentatie en instructies cendeze ontwikkelingen. De benodigde traal up-to-date. Zo is er “one verkennis wordt steeds specialistision of the truth”.’ scher en ook op dit gebied is dan de trend om de juiste partners in de Procesoptimalisatie bij broodjes arm te nemen, mede voor het houEen andere presentatie die we den van het overzicht. En die stoebezochten, werd gegeven door Dirk len, die zetten we natuurlijk graag Kop van JUMO meet- en regeltechbij!’ niek. Hij vertelde over de opbrengst van vijftien jaar procesoptimalisatie bij een producent van exotische broden en broodjes. Het bedrijf begon in 1998 in een veredelde schuur en produceer t inmiddels per uur 36.000 broodjes voor afzetTim Middeldorp, Projectmanager FHI
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
37
Business-software voor de maakindustrie Het organiseren van bergen data Wie nog denkt dat bedrijfssoftware hoofdzakelijk gaat over facturen en inkooporders moet zijn licht maar eens opsteken bij het Business Software Event in Barneveld. Het gaat hier over de automatisering in de volle breedte en diepte van een leveringsketen en vooral ook om de integratie tussen de verschillende automatiseringssystemen. En niet te vergeten over de enorme bergen data die daar gegenereerd worden als gevolg van het Internet der Dingen. Harold van den Hauten
Het oog van de orkaan Als we in de fabriek ons dagelijkse gangetje gaan, lijkt het er vaak rustig aan toe te gaan. Maar vergis je niet, we zitten in het oog van de orkaan, aldus Prof. Dr. Ir. Hans Wortman (RU Groningen). Om ons heen raast de digitalisering; in autoâ&#x20AC;&#x2122;s, gebouwen, alles wat wij dragen (smarttelefoons!) en al deze technologie zal ook onze productiebedrijven binnendringen. De basis van de huidige digitalisering ligt in Lean, integratie van transactionele systemen (ERP), decentrale intelligentie in machines en de integratie van ontwerpsystemen (CAD/CAM) met productie. Dit proces wordt verder versterkt door kunstmatige intelligentie, vaak ingebed in slimme apparaten. De ontwikkelingen zijn in een forse versnelling geraakt en dat zal voorlopig wel zo blijven. Dit geheel van ontwikkelingen kun je zien als de industriĂŤle revo-
38
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
lutie gebaseerd op cyberfysische systemen. De ontwikkelingen in de huidige maatschappij vereisen duurzaamheid en circulaire economie en het samenbinden van alles, het Internet der Dingen (IoT). Toch blijft voor de industrie het principe van Lean de basis van alle goede fabrieken. Goede transactionele systemen (ERP) zijn in deze filosofie de volgende stap. Er zijn diverse technologieĂŤn die deze ontwikkelingen ondersteunen, zoals sensortechnologie, communicatietechnologie, big data en analyse, en kunstmatige intelligentie. Dit zijn belangrijke stappen naar integratie.
Sensortechnologie De huidige sensortechnologie vertoont een explosie van betaalbare sensoren die kunnen communiceren met hun omgeving. We vinden ze in slimme telefoons, in sleutels
BEURZEN maar ook in een industriële setting. Hoewel de huidige sensortechnologie niet meer is weg te denken uit het dagelijks leven en uit industriële toepassingen, is dit gebruik op grote schaal pas een jaar of tien oud. Deze ontwikkeling is in hoge mate te danken aan de afnemende kosten van de sensoren. Bekend in dit verband is de wet van Moore, die een exponentiële toename laat zien van het aantal transistors per chip als functie van de tijd, en de daarmee samenhangende afname van de kosten. Ontwikkelkosten worden nu gedeeld door enorme aantallen, hetgeen de sensor per stuk goedkoper maakt. Bij sensoren is vaak software ingebakken waarvan de variabele kosten nul zijn.
Communicatie en analyse In de industriële setting is de klassieke communicatie van machine naar machine, en van mens naar machine. Bij deze manier van communiceren is communicatie naar een machine via een pc of een handheld device gekomen. Dit creëert vaak bergen data waarvan we zonder extra hulpmiddelen niet veel wijzer worden. Geschikte analyse-hulpmiddelen zijn er wel en die kunnen we bij-
voorbeeld inzetten om Total Productieve Maintenance (TPM) als onderdeel van Lean te faciliteren.
De zaken aan elkaar knopen MES-systemen zorgen voor integratie van sensoren met productiegegevens en machines. ERP-systemen zorgen voor integratie van transactionele systemen voor consistente data en efficiënte processen. Al deze integratieprocessen zijn in de praktijk nog steeds behoorlijk moeizaam. De snelheid van innovatie, het Internet der Dingen en cyberf ysische s ystemen bieden in de nabije toekomst grote mogelijkheden voor de decentrale productie ( bijvoorbeeld 3D- printen) en toegevoegde realiteit (augmented reality) als mens-machinecommunicatie. Het dominante probleem is hier de integratie.
Samenkomst van IoT en kunstmatige intelligentie Het Internet der Dingen gaat onze wereld (nog) ingrijpend(er) veranderen. De Dingen gedragen zich
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
39
BEURZEN autonoom op basis van instructies en worden op afstand benaderbaar. De Dingen kunnen worden ondervraagd en geven antwoord, zij vragen informatie aan mensen. Ook vragen Dingen informatie aan andere Dingen. D ingen kunnen gaan leren en nemen initiatief. Dingen vragen mensen om actie en Dingen verhinderen mensen om in actie te komen. Dingen vragen Dingen om actie.
tor gemakkelijk een product bestellen. Een voorbeeld hiervan horen we van Jacco Bosch (Ridder Data Systems). Hij bespreekt plaatwerk 365.nl, een gereedschap om op een gemakkelijke manier via het web plaatwerk te bestellen. De klant kan zijn tekeningen uploaden en diverse gegevens aanleveren, waarna het systeem prijzen en levertijden laat weten.
Integratie, de grote uitdaging
Business Sof tware Event is een Nagenoeg alle technologie voor de jaarlijks netwerk- en kennisevenabije toekomst bestaat al, zij het nement, georganiseerd door MikMeer informatie soms nog als prototype. Het domirocentrum. Het draait om busiwww.business-software-event.nl nante probleem van alles is de inteness-sof t ware en industriële gratie van deze technologieën. Zo automatisering voor productie-, werkt men in Duitsland bij Indusengineering- en handelsbedrijven. trie 4.0 vooral aan de standaarden Ontwerpsof tware (CAD/CAM) en om de integratie te faciliteren. Maar configuratiesoftware worden niet smart manufacturing vergt vooral ook samenwerking vergeten. Het is een ontmoetingsplaats voor de industussen industrieën die dat voorheen niet gewend waren. trie, waar de ontwikkelingen op het gebied van busiHet probleem zet zich voort in de klassieke ERP-softness-software besproken worden in lezingen door speciware. Dat was destijds een succes omdat het integraalisten uit de wetenschap en industrie. tieprobleem was opgelost en dat wel vooral binnen het bedrijf. Dat moet echter uitgebreid worden tot samenwerkende bedrijven en ook meer samenwerking tussen advertentie productie-eenheden zowel binnen het eigen bedrijf als met bedrijven waar men mee samenwerkt. Samenwerking dus over de hele leveringsketen.
Kunnen we door de data het bos weer te zien? Er wordt al een tijd lang geklaagd dat de hoeveelheid data dusdanig toeneemt dat we door de bomen het bos niet meer zien, aldus Ferro Koornberg (Hellebrekers Technieken). Door het Internet der Dingen neemt dat gevaar alleen maar toe. We moeten er dus op een of andere manier voor zorgen dat we door de data het bos weer zien. Een belangrijke methode om de zaak te organiseren is het gebruik van standaarden tussen de verschillende systemen. Binnen de organisatie moeten we kijken naar de verbinding van het MES- en het ERP-systemen. Hier geeft de ISA95 standaard mogelijkheden. Deze standaard verbindt immers het kantoor met de productieomgeving. Er is duidelijk nut en noodzaak van een goede structuur. De grote vraag is hoe je bepaalt welke data interessant zijn en hoe je die structureert. Als de verbinding tussen ERP en distributiesystemen goed werkt, kan het verband gelegd worden met de buitenwereld om bijvoorbeeld een bestelprocedure te vergemakkelijken. Een afnemer kan zo via een configura-
Eenvoudig, compact en universeel. De nieuwe EAO Smart Box. Een eenvoudige plug & play-oplossing met klikbevestiging voor besturingspanelen in industriële omgevingen.
. Eenvoudige klikbevestiging . M12-aansluittechnologie . Flexibele plaatsing en compacte constructie . Busaansluiting of rechtstreekse bedrading . Klantspecifieke producten . Standaard assortiment leverbaar www.eao.nl
Your Expert Partner for Human Machine Interfaces 13858
EAO_AD_HMIS_Smart-Box_PMA_86x122mm_NL.indd 1
40
PRODUCTIE EN MACHINE AUTOMATISERING PMA 02/2018
07.02.2018 08:04:00
FHI PO ST BU S 36 6 38 30 AK LE US DE N TE L. 03 3 46 E- MA IL INF 5 75 07 O@FH WW W. FH I.N I.N L L
Kansen voor automatische identificatietechnologieën Een onmiskenbare trend in de industrie - en feitelijk in de wereld - is dat traditionele markten en leveringsprogramma’s zogenoemd “convergeren”. Ze komen dichter bij elkaar. Of je het nu hebt over de traditionele IT en OT scheiding die met intelligente sensortechniek langzaam naar elkaar toegroeit, of over cyberfysische systemen zoals virtual reality die hun intrede doen. Ondernemers passen zich aan. Tegelijkertijd zien velen door deze trends juist kansen. Een daarvan is de opkomst van traceability en automatische identificatietechnologieën (auto ID). Paul Petersen Het gebruik van RFID’s gaat terug tot de jaren zestig. Tegelijkertijd is deze technologie, waarmee je van afstand informatie opslaat of afleest van tags, (weer) in de mode aan het raken. Over mode gesproken: dit is zo’n markt die opeens te maken krijgt met elektronica en automatisering. Denk aan wearables en slimme kleding, maar denk ook aan de voordelen voor de productie en logistiek. Op 17 april 2018 organiseert FHI de derde jaarlijkse editie van het Auto-ID-event. In de voorbespreking met betrokken bedrijven kwam naar voren dat de focus dit jaar moet liggen op tracking & tracing en data-handling. Ook werd duidelijk dat het goed is om na te denken over de standaarden voor RFID, iets waar je niet vaak bij stil staat. Om uniforme standaarden voor identificatie te waarborgen, is in de jaren zeventig GS1 Nederland opgericht. Op hun website staat dat ze als netwerk fungeren voor alle (retail)ketenpartners. Maar markten convergeren, dus industriële kansen dienen zich aan. Kennisoverdracht voor goede toepassingen van auto ID-technologie biedt kansen aan industrie en logistiek. Auto ID-technologie geeft mogelijkheden bij de controle van goederen in de (productie)processen. Voor de juiste
FHI GENIET EXCLUSIEVE GAST VRIJHEID IN AUTOMATIE | PMA. DE VERANT WOORDING VOOR DE GEPUBLICEERDE KOPIJ OP DEZE PAGINA LIGT BIJ FHI.
verwerking van de data en de keuzes in de technologie, hardware, software en integratie, is het goed om je licht op te steken bij diverse bedrijfsvoorbeelden. In het seminarprogramma van het Auto-ID-event spreekt onder andere het bedrijf Qlip. Een partner in de zuivelketen, gespecialiseerd in kwaliteitsborging van agrofood. Binnen het proces van bemonstering van rauwe melkmonsters maken zij gebruik van zowel gps- als RFIDtechnologie. Het is een lichtend voorbeeld van een partij die van oudsher sterk verankerd is in de Nederlandse zuivelsector en dat door convergerende markten en technologieën ons aller voedselveiligheid en –kwaliteit bewaakt. Een ander typisch Nederland voorbeeld: fietsen. Accell Group, de holding achter diverse fabrikanten van de merken Batavus, Sparta en Koga, belicht op het Auto-IDevent het systeem dat zij in gebruik hebben om duizenden orders per dag te verwerken. Meer en meer werken zij ernaar toe om een dienstverlenend bedrijf te zijn in plaats van voorraad te houden. Met recht een Gelderse trots. Zelfs RFID-tags die worden toegepast op de mens zijn geen toekomstmuziek meer. Maar dit geeft velen toch een unheimisch gevoel. Terecht als je kijkt naar hoe de regelgeving over bijvoorbeeld privacy achter de technologie aanholt. En dan heb ik het nog niet over gezichtsherkenning of andere biometrische technologie. Vooralsnog zijn de bedrijfsmatige keuzes voor automatische identificatie-technologie prima te overzien, mits je goed geïnformeerd wordt en samenwerkt met betrouwbare partners.
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
41
MARKT & TECHNIEK
Chemische bestandheid als onderscheidend vermogen In het Finse Äänekoski wordt een nieuwe productiefaciliteit voor bio-pulp gerealiseerd. De bio-fabriek maakt deel uit van een van de meest efficiënte pulpfabrieken ter wereld met een jaarlijkse productiecapaciteit van 1,3 miljoen ton. Voor het afdichten van voegen in de betonconstructie werd gekozen voor de NOFIRNO-kit van Beele Engineering. Het is het zoveelste Finse succes van Beele Engineering in korte tijd. De kit van de Aaltense producent maakt deel uit van het NOFIRNO-systeem waarmee brandwerende en gas- en rookdichte afdichtingen van kabel- en buisdoorvoeringen worden gerealiseerd. De kit in de Finse bio-fabriek wordt ingezet voor het afdichten van 1500 meter aan voegen. Voor de verwerking in beton werd gekozen voor de grijze uitvoering van de NOFIRNO-kit.
Meer informatie www.beele.com
verschillende fasen van het productieproces toegepast en kan in contact komen met de kit waarmee de betonvoegen zijn afgedicht. NOFIRNO-kit is met positief resultaat onderzocht op bestandheid tegen natriumhydroxide. Als onderdeel van het NOFIRNO-systeem is de kit niet alleen hiertegen bestand, maar ook tegen een groot aantal andere externe invloeden. Bovendien is het systeem brandwerend en gas-, rook- en waterdicht.
Naast pulp wordt in de nieuwe bio-fabriek een aantal verschillende bio-producten gemaakt. Er wordt daarmee meer bio-energie opgewekt dan verbruikt, zodat fossiele brandstoffen voor het draaiend houden van de fabriek overbodig zijn. Door de gesloten chemische kring is de uitstoot van chemische stoffen naar het milieu gering. De keuze voor de NOFIRNO-kit is te danken aan de bijzonder eigenschappen van de kit, waaronder de bestandheid tegen natriumhydroxide (loog). Dit wordt in
Fijnstofsensor voor binnenruimten De Siemens Divisie Building Technologies heeft een nieuwe fijnstofsensor voor gebouwen op de markt gebracht. De sensor kan gebruikt worden voor de bewaking en visualisering van fijnstofbelasting en is gemakkelijk te integreren in gebouwbeheersystemen. De nieuwe, op laser technologie gebaseerde fijnstofsensor, meet de vervuiling van de lucht in twee categorieën: Particulate Matter (PM) 2.5 en PM 10. Dit zijn zwevende deeltjes
42
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
met een diameter van 0,3 tot 2,5 micrometer resp. 0,3 tot 10 micrometer. De nieuwe fijnstofsensor is vooral geschikt voor toepassing in kantoorgebouwen en moderne
wooncomplexen. De nieuwe sensor beschikt over een display dat alleen inschakelt als de sensor personen detecteert. Op momenten dat er niemand in de ruimte aanwezig is, wordt de frequentie van de fijnstofmeting verlaagd, wat de levensduur van de sensor aanzienlijk verbetert. De fijnstofsensor is geijkt op meting van PM 2.5 deeltjes en kan al naar
MARKT & TECHNIEK gelang de landelijke voorschrifMeer informatie ten op verschillende klassen van www.siemens.com/symaro de luchtkwaliteitsindex (AIQ-klassen) worden ingesteld. De fijnstofconcentratie wordt gemeten door middel van laserlichtverstrooiing. Sensoren voor de meting van de kooldioxide (CO2)-concentratie helpen het CO2-aandeel in de lucht terug te dringen en het zuurstofaandeel (O2) juist te vergroten, wat een gunstige invloed heeft op de productiviteit van medewerkers. Mensen brengen gemiddeld ongeveer 90% van hun leven in gebouwen door. Minimaliseren van fijnstofvervuiling in de omgevingslucht is daarom een cruciale factor bij het beschermen van de gezondheid van medewerkers.
advertentie
fact
Radar niveaumeting voor elke applicatie OPTIWAVE series – technology driven by KROHNE
t
• Nieuwe 24 en 80 GHz radar niveautransmitters voor vloeistoffen en vaste stoffen
l
• Meer dan 28 jaar FMCW-radar technologie ervaring m3
• Lens-, druppel- en hoorn antennes met procesaansluitingen vanaf ¾”
Meer feiten: www.krohne.com/optiwave 13890
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE 02/2018
43
COLOFON CYBERSECURITY-EXPERT.COM
Redactieraad
HOOFDREDACTIE
WILLEM VAN DER BIJL
HEEF T U W BEDRIJF EEN IT Y CYBERSECUR E XPERT IN HUIS?
Ing. Peter van den Berg, Ing. Ton Bol, Ing. Willem van der Bijl, Ing. Frits Boddeman, André Braakman, Ing. Adrian de Bruijn, Jacques Geluk, Harold van den Hauten, Ing. Rob Hulsebos, Sikko de Jong Sr., Ing. Liam van Koert, Janet Kooren, Ing. Peter Korsten, Ir. Hans Mosselman, Ir.ing. Wim O xenaar Eur. Erg., Ir. Paul Petersen, Ing. Remco Rijsenbrij, Drs. Bianca Scholten, Ing. Ad Spijkers, Marc Vissers, Ing. Karel Walinga, Ir. Hans van Wijk en Ing. Nick de With.
HOOFDREDACTIE
LIAM VAN KOERT
Deelname van redactieraadleden aan het redactieraadteam is op persoonlijke titel.
Uitgave UITGEVER
JACO OTTO
Automatie BV Bezoekadres: Spacelab 2, 3824 MR Amersfoort Postadres: Postbus 2696, 3800 GE Amersfoort Telefoon: 033 456 70 50 E-mail: info@automatie-pma.com Internet: www.automatie-pma.com
Uitgever Jaco Otto (Automatie BV), j.otto@aprmediagroep.nl 13872
SALES
ERIK DE JONG
Advertenties Erik de Jong (Advercom), edejong@advercom.nl
Vormgeving APR Media Groep BV, studio@aprmediagroep.nl
ISA European Office, Telefoon: 040-2390524, E-mail: info@isaeurope.org REDACTIE
BIANCA SCHOLTEN
Advertentie- en orderadministratie APR Media Groep BV, orders@aprmediagroep.nl
Abonneeservice Post: Daalakkersweg 2 - 72, 5641 JA Eindhoven Telefoon: 088 226 66 86 E-mail: abo@aprmediagroep.nl REDACTIE
JANET KOOREN
REDACTIE
ROB HULSEBOS
Abonnementen kunnen iedere maand ingaan en w orden jaarlijks automatisch verlengd. Opzegg ingen, uitsluitend schriftelijk, dienen uiterlijk twee maanden voor het einde van de abonnementsperiode in ons bezit te zijn.
Nederland Buitenland Proefabonnement Losse nummers
€ 79,- per jaar (excl. btw) € 140,- per jaar € 35,- 6 maanden € 10,-
Overname artikelen © Automatie BV, 2017 Informeer bij de uitgever. ISSN 0005-1128 REDACTIE
HAROLD VAN DEN HAUTEN
Thermische Massa Flow Meters/Controllers, Vortex, Ultrasoon
Gas, Stoom en Vloeistof applicaties REDACTIE
13744
KAREL WALINGA
www.sierrainstruments.nl - tel: 072 5071400 - sales@sierrainstruments.nl
44
HET IA-VAKBLAD VOOR NEDERLAND EN BELGIË AUTOMATIE | PMA 02/2018
REDACTIE
NICK DE WITH
AANSPRAKELIJKHEID Aan de inhoud van dit vaktijdschrift is veel aandacht besteed. Het is echter mogelijk dat de inhoud van deze uitgave verouderd, incompleet en/of incorrect is. Aan de inhoud hiervan kunnen dan ook geen rechten worden ontleend. Automatie BV kan niet aansprakelijk worden gehouden voor de directe alsook indirecte gevolgen van het gebruik, op welke wijze dan ook, van de hierin aangeboden informatie. Automatie BV geeft geen enkele garantie, noch aanvaardt enigerlei aansprakelijkheid met betrekking tot de inhoud, data, adviezen, verklaringen, producten of ander materiaal in het vaktijdschrift. Overname van artikelen uit deze uitgave is uitsluitend toegestaan met bronvermelding en na toestemming van de uitgever van Automatie BV. Alle regels met betrekking tot de Nederlandse intellectuele eigendomsrechten zijn van toepassing.
13856a
intrinsiek-vEilige Druktransmitters Voor zeer explosiegevaarlijke omgevingen (Zone 0) Voor industriële toepassingen (Gasgroep II) Voor Ex II 1G Ex ia IIC T4…T6 Ga
Serie 4 LD Ei…9 LD Ei
Serie 20 D Ei
Serie 21 D Ei
Serie 23 D Ei
Serie 26 D Ei
«Core uitvoering» Ø 11 mm…Ø 19 mm
«Complete meetkop» 3 bar tot 1000 bar
«Compacte alleskunner» 3 bar tot 1000 bar
«In zeer veel versies leverbaar» 300 mbar tot 1000 bar
«Nivosensor» 300 mbar = ca. 3 mH2O
Geoptimaliseerd voor batterij gevoede toepassingen Total error band : ± 0,7 %FS @ -10…80 °C I2C-Microcontroller-Interface 1,8…3,6 V / 20 μW @ 1 SPS
keller-holland.nl 13866a