Banner2.qxp_Opmaak 1 12-08-17 11:47 Pagina 1
MOLENS VAN DEVENT ER
eeuwen duurzaam draaien
Vanaf de prehistorie gebruikte de mens zijn spierkracht om met simpele hulpmiddelen producten te bewerken. Voor het malen van granen en zaden gebruikte men bijvoorbeeld platte wrijfstenen. Dat schoot niet echt op. Daarom werden er dieren ingeschakeld zoals honden, ossen en paarden. Deze dreven een tredmolen of rosmolen aan waarmee zware, platte stenen werden rondgedraaid. Ook mensen werden in de tredmolen aan het werk gezet.
Interieur van de rosmolen van Van der Lande aan de Bergstraat.
Daarnaast werd er in Overijssel vanaf de 12e eeuw waterkracht gebruikt om een schoepenrad in beweging te zetten waarmee een malende beweging werd gecreëerd. De eerste waterradmolen in Deventer wordt vermeld in 1363. Foto rechts: Schoepenraderen bij de Stadswatermolen.
De uitvinding van de windmolen was een flinke stap voorwaarts, omdat deze een veel groter vermogen kan leveren dan de eerdere molens – mits er voldoende wind waait uiteraard. In de 13e eeuw werden de eerste windmolens in ons land gesignaleerd. In het westen werden ze veelal gebruikt als waterpomp, om polders te bemalen of om plassen droog te leggen. Ook in de kop van Overijssel stonden vaak kleinere windwatermolens om de waterstand in de rietlanden te reguleren. In Deventer en omstreken werden de windmolens vooral ingezet om machines aan te drijven.
De rokende schoorsteen van de fabriek achter de Noordenbergpoort wijst op een stoommachine.
Windwatermolen bij Kalenberg (Weerribben).
Eeuwen lang was de wind DE energiebron voor het aandrijven van machines. In de tweede hel van de 19e eeuw vond de industriële revolutie plaats en werd werd de stoommachine, en later de diesel- en elektromotor, een te grote concurrent. Fossiele brandsto en vormden de nieuwe energiebron. Het aantal windmolens nam in rap tempo af. Nu het steeds duidelijker wordt dat fossiele brandsto en sterk bijdragen aan de zorgelijke belasting van het lee limaat op aarde, worden er opnieuw ‘windmolens’ gebouwd. Nu niet direct om te malen, te persen of te zagen maar om duurzame elektriciteit te produceren. De o ciële naam luidt dan ook ‘windturbines’. Hee het fossiele tijdperk z’n langste tijd gehad? Als dat zo is, wat zijn dan de alternatieven? In 2017 is het jaarthema van Architectuurcentrum Rondeel ‘De ruimtelijke impact van energietransitie’. Onder die noemer wordt er veel aandacht besteed aan antwoorden op deze actuele vragen. Deze expositie laat slechts zien dat energietransitie van alle tijden is. Ook wordt getoond hoe indrukwekkend veel windmolens er al die eeuwen duurzaam hebben gedraaid en hoeveel verschillende producten daar werden gemaakt. Bij de samenstelling van de molenexpositie hebben we scherp moeten selecteren uit de overweldigende hoeveelheid informatie. Soms was de informatie niet geheel helder en heel soms zelfs tegenstrijdig, vooral als het om jaartallen ging. Het is dus heel goed mogelijk dat u informatie mist of ons op een foutje betrapt. Laat het ons weten door uw opmerkingen hier op een geel brie e te schrijven.
Colofon Samenstelling: Marcia Mulder en Roel van Veldhuizen Layout: Pieter Ellens (Allison grafische vormgeving) Bij de samenstelling is dankbaar gebruikt van - ‘Gezaagd door de wind’ (René Berends m.m.v. Ipe de Graaf) - www.beeldarchiefgildeDeventer.nl - ‘Ach lieve tijd’ (Deventer Bibliotheek) - ‘Overijsselse windmolens van toen en nu’ (Gerard Varwijk) - Archeologie Deventer - René Berends - Bolwerksmolen, maquette - Bökkersmölle Olst, maquette molenaar Toet - Historische Atlas Deventer (Clemens Hogenstijn) - www.molendatabase.org - Beeldbank Stadsarchief Deventer
Banner1.qxp_Opmaak 1 12-08-17 11:48 Pagina 1
T IENTALLEN MOLENS In de middeleeuwen was Nederland bezaaid met zo’n 10.000 molens. Daarvan stonden er vele tientallen in Deventer en de tegenwoordige Deventer dorpen. Het exacte aantal valt niet meer te achterhalen. Lang niet alle molens zijn gearchiveerd, geschilderd of gefotografeerd (pas vanaf 1850). Veel windmolens brandden voortijdig af, onder andere door blikseminslag of doordat de molen op hol sloeg of werden gesloopt wegens ouderdom. Ook het oorlogsgeweld maakte veel slachto ers onder de molens. Wel herinneren veel namen aan het molentijdperk: Molenbolwerk, Molenstraat (in Deventer en Bathmen), Molenweg in Diepenveen, Molenwijk, Molengang, Molenbelt, Molbergsweg, Zaagmolenstraat, Molenzicht (voormalig café aan de Boxbergerweg). In Deventer stad is slechts 1 molen bewaard gebleven: de Bolwerksmolen aan de overzijde van de IJ ssel. Dit is ook de enige nog werkende houtzaagmolen in Overijssel. En in Buurtschap de Oude Molen bij Bathmen is korenmolen De Leeuw nog steeds actief.
Uiteenlopende producten De molens kregen uiteenlopende namen: snuifmolens, blauwselmolens, trasmolens, hennepklopmolens, moutmolens en zo meer. De namen gaven aan wat er werd geproduceerd. Dat was heel gevarieerd. Pelmolens scheidden het kaf van de korenkorrels; volmolens maakten een soort vilt van wol; snuifmolens verpulverden tabaksbladeren tot snui abak; trasmolens vermaalden tufsteen tot tras, waarmee cement werd gemaakt; run- of eekmolens vermaalden eikenschors (eek) tot poeder (run) dat werd gebruikt voor het looien van leer; korenmolens vermaalden allerhande soorten graan; oliemolens persten olie uit oliehoudende zaden; papiermolens - bij de heldere beken langs de Veluwezoom - maakten papier. Aan de vorm van de molen was meestal niet te zien wat er werd geproduceerd, eigenlijk alles waarvoor een draaiende beweging nodig was. De windmolens konden daardoor ook eenvoudig andere producten gaan maken. Dat gold niet voor de houtzaagmolen. In deze windmolen wordt de draaiende beweging met een krukas omgezet in een op- en- neer gaande beweging. De vertikale zagen van de Bolwerksmolen verzagen nog steeds de met het IJ sselwater en vrachtwagen aangevoerde boomstammen tot planken en andere houten delen.
Rond Deventer twee hoofdtypes In Deventer kwamen twee hoofdsoorten windmolens voor. De ‘standerdmolen’ en de ‘bovenkruier’. De standerdmolen draaide in z’n geheel rond een as op een onderbouw. Om het gewicht te beperken werd de molen in niet te dik hout en riet uitgevoerd, bij uitstek brandbaar materiaal. Voor latere windmolens koos men meestal voor de bovenkruier. Die was voorzien van een draaiende kap, zodat slechts een kleiner deel van de molen met de windrichting mee hoefde te draaien. Ook deze bovenkruiers werden meestal gemaakt van hout, riet, en later ook deels van steen. De houten constructie was grotendeels demontabel en kon dus na a raak elders weer hergebruikt worden.
BOVENKRUIER BOVENKRUIER
Bolwerksmolen in aktie
STANDERDMOLEN STANDERDKRUIER
Kaart.qxp_Opmaak 1 12-08-17 11:52 Pagina 1
DEVENT ER MOLENS Eeuwen duurzaam draaien
Schilderijen_4_bordjes.qxp_Opmaak 1 13-08-17 23:47 Pagina 1
MOLENS ALS INSPIRATIEBRON De eerste windmolens werden in Nederland niet door iedereen met evenveel enthousiasme onthaald. Men had het over ‘horizonvervuiling’ en ‘aantasting van het landschap’. Schilders lieten soms de molens weg op hun landschapschilderingen, wellicht uit vrees de doeken niet te kunnen verkopen. Op de ons bekende schilderijen van Deventer en omstreken worden de windmolens wel steeds fier afgebeeld. Was er hier minder weerstand? Zag men hier sneller het enorme belang in van deze windkracht voor een - duurzame - economische vooruitgang? PANEEL LINKS 1 Stadswatermolen 2 Tegeltableau met De Vriendschap, ca. 1860 3 Bergmolen (Alberts, ca. 1879) 4 Bolwerksmolen 5 Molen op ei 6 Watermolen Nering Bögel, 1825 7 De Vriendschap (Stoffel, links) en de eekmolen van Boerselman (Van 't Zant, 1850) 8 Molen op ‘t huidige Pothoofd (Zonnenberg, 1820) PANEEL RECHTS 1 Molen op de Molenbelt (Göbel, 1786-1833) 2 Grutterij en molen firma Hulscher, vóór 1853 3 Bolwerksmolen vanaf de Steenenkamer (J. Bokhorst, 1900) 4 Bolwerksmolen 5 Stadsgezicht (Salomon van Ruysdael, 1648 6 Molen de Hoop met Koerhuis (richting Zutphen,Van ‘t Zant 1866) 7 Bolwerksmolen (J. Bokhorst, ca. 1935) 8 Uitsnede tekening (Jan de Beijer, 1746) 9 Stichtingssteen in een zijmuur bij de Bergpoortstraat
Schilderijen 4.qxp_Opmaak 1 12-08-17 12:08 Pagina 1
MOLENS ALS INSPIRAT IEBRON
1
2
4
3
5
6
8
7
Schilderijen 4.qxp_Opmaak 1 12-08-17 12:08 Pagina 2
MOLENS ALS INSPIRAT IEBRON
2
1
3
4
5
6
7
8
9
Stadsgezichten 5.qxp_Opmaak 1 12-08-17 12:15 Pagina 1
DEVENTER STADSGEZICHTEN DOOR DE EEUWEN HEEN
Ca. 1550
Anonieme houtsnede. Uiterst links de windmolens op de Molenberg en de paalbrug, daarnaast de Molenbergtoren, in het midden de Lebuinuskerk met puntdak, rechts de Bergkerk met de Brinkpoort. Langs de brede kade de stadsmuur met diverse waltorens.
1616
C.J . Visscher, na aanleg van de vestingwerken. Van links naar rechts: de windmolens op het Molenbolwerk, de onthoofde Molenbergtoren, de nieuwe schipbrug, de Lebuinuskerk met torenkoepel, de Bergkerk en helemaal rechts de vestingwerken.
Ca. 1750
C.P. J acobszoon. V.l.n.r: Windmolens op het bolwerk, linden langs Onder de Linden, de waltorenmolen in de Polstraat van de gebr. Van Delden, en een windmolen op de vesting, waarschijnlijk de voorloper van de Bergmolen.
Heden
Foto van Erwin Zijlstra. Geen molens meer in en rond de binnenstad. Ook de stadspoorten en vestingwerken zijn verdwenen, op 12 na: de vestingtoren tussen de linden. waltorens na: 1 achter Onder De Linden (opgenomen in het ontwerp van De Viking) en 1 langs De Welle, waarin kantoorruimtes zijn gemaakt.
Zijstroken.qxp_Opmaak 1 12-08-17 12:04 Pagina 2
Windmolens in de dorpen 12. De Diepenveense Molen
17. Bathmen
Ros- en watermolens A. Sliepmölle
Deze heette in een vorig leven - toen hij nog op de Teuge stond - De Hoop. Hij werd overgenomen van Noury en Van der Lande, toen die rond 1850 een nieuwe fabriek met stoommachine(s) bouwden. Hij werd in 1866 opnieuw in gebruik genomen als korenmolen aan de Molenweg. In 1933 is de molen afgebrand en niet herbouwd.
Aan de Schoolstraat stond de koren- en runmolen De Werklust, gebouwd in 1826, in 1926 onttakeld en in 1935 definitief afgebrand.
18. Dortherhoek
13. Schalkhaar
Van een in onbruik geraakte waltoren bij de Smedenstraat werd na de aanleg van de nieuwe vestingwerken een rosmolen gemaakt. Eerst werd er olie gewonnen uit zaden, later namen smeden de toren in gebruik voor hun slijpwerk. In 1877 volgde de a raak. Ook achter de Walstraat werd een waltoren omgebouwd tot rosmolen. Die werd in 1873 gesloopt voor de aanleg van de Damstraat. Bekend was ook de rosmolen van Van der Lande in de Bergstraat. (schilderij C.N. Storm van ‘s Gravensande, 1863. Op de achtergrond de Broederenkerk).
De koren- en pelmolen De Hoop van landbouwer Te Riele werd in 1836 gebouwd op de hoek Mensinksdijkje/Smidsweg. Hij is in 1945 afgebrand tijdens gevechtsacties. De foto is gemaakt rond 1935.
14. Lettele
De Dortherhoekse Molen werd in 1798 aan de Molenweg gebouwd als vervanger van de watermolen van het verderop gelegen kasteel Dorth. De molen in Dortherhoek werd in 1830 ingericht als windkorenmole. Hij is in 1958 door bliksem getro en en afgebrand. De romp is verbouwd tot woonhuis.
B. De Stadswatermolen
19. Colmschate
De eerste watermolen dateert van 1365. Hij stond bij de uitstroming van de gracht in de rivier en werd in 1378 gesloopt om plaats te maken voor nieuwe stadsmuren en grachten. De opvolger, de Stadswatermolen - gebouwd op de kruising van de huidige Kazernestraat en Houtmarkt - werd vanaf 1378 gebruikt als korenmolen, en als ‘volmolen’ (die verwerkte wol tot een soort vilt). Water uit de Schipbeek werd omgeleid naar het waterrad van de molen. Bij laag water werd een rosmolen ingezet. In 1591 werd hij verwoest en een jaar later herbouwd. In 1755 werd de molen omgebouwd tot een ijzermolen en werd de basis gelegd voor de ijzerfabriek van Nering Bögel (tekening van A.Hobbema in de zeventiende eeuw).
De Zandbelterkorenmolen stond aan de Spanjaarsdijk bij de brug over het Overijssels kanaal. Gebouwd in 1846, en in 1923 ontwiekt. De onderbouw is bewaard gebleven. In 2002 is daarbovenop een stalen constructie geplaatst, bedekt met riet als herinnering aan vroeger tijden.
15. Okkenbroek De windkorenmolen van Gerritsen langs de Oerdijk - bouwjaar 1852 - sloeg in1931 op hol en vloog in brand. Hij is niet meer herbouwd, maar de onderbouw staat er nog.
16. Bathmen, buurtschap Oude Molen
Veldwachters windkorenmolen was de opvolger van de iets verdop gelegen Hunnepermolen. Hij werd opgericht in 1833 op de hoek van de Snipperlingsdijk en de Westfalenstraat. In 1945 schoten de geallieerde troepen hem in brand. De molenvoet staat er nog. Op de foto: de Snipperlingsdijk met de brug over het Overijssels kanaal.
C. Waterpaalmolens In 1337 werd er een watermolen gebouwd op palen in de IJ ssel ter hoogte van de huidige Lindestraat. Een tweede werd gebouwd in 1483. Er is geen beeldmateriaal van bekend.
D. Schipmolens
Na de aanleg van de paalbrug over de IJ ssel in 1483 werden er 3 waterkorenmolens aan de brug gekoppeld. Op de stadsplattegrond van J acob van Deventer uit 1558 zien we 3x het woord ‘mola’ staan. Het waterrad zat vast aan een platte schuit. Door zware ijsgang in 1570 werden de schipmolens verwoest. Vanwege de kwetsbaarheid en het beperkte rendement van de traag stromende rivier werden de schipmolens niet herbouwd.
E. Dortherbeek In deze contreien stonden twee watermolens waar koren werd vermalen. Een stroomopwaartsgelegen molen bij boerderij de Olthof (1282) en een lager gelegen molen bij het Hunneperklooster (ca. 1280). Conflicten over de watertoevoer bracht het klooster ertoe om de molen van Olthof over te nemen en in 1281 te slopen. De Hunnepermolen hee nog eeuwenlang gefunctioneerd. Op de a eelding een gereconstrueerde aquarel van de ‘Olthofmolen’.
Aan de Gorsselseweg, vlakbij de Holterweg, staat nog steeds de Oale Mölle De Leeuw. In deze omgeving stond in 1523 al een standerdmolen. De huidige korenmolen uit 1856 is de laatst overgebleven werkende molen in het buitengebied van Deventer. Overal in het buitengebied stonden rosmolens met uiteenlopende functies, o.a. dit karnhuis Groot Zandvoort in Bathmen. Zij waren minder fotogeniek dan de windmolens en zijn minder gedocumenteerd.