9789033833335

Page 1

In het begin In het begin schiep God de hemel en de aarde. Er was geen licht. Het was helemaal donker. Daarom zei God: ‘Laat er licht zijn!’ En er was licht. Op dag twee vulde God de zee met water en de lucht met wolken. Op dag drie was God erg druk. Hij maakte bergen, heuvels en valleien. Hij schiep oceanen, meren, rivieren en beekjes. Hierna maakte God de aarde groen: gras, bomen en bloemen kwamen op. En God zag dat alles goed was. Op dag vier zei God: ‘Er moeten lichtjes in de lucht komen!’ Dus maakte Hij de zon, maan en sterren. Hij verdeelde het jaar in seizoenen: lente, zomer, herfst en winter.

10


11


Toen kwam dag vijf. God zei: ‘Er moeten levende wezens komen!’ Dus maakte Hij zeedieren: kwallen, schelpdieren, platvissen en krabben. Hij maakte vogels en insecten: adelaars, musjes en kolibries; wespen, vliegen en bijen. En God zag dat ze allemaal goed waren. Op dag zes maakte God wezens die op het land leefden: honden, paarden en kamelen; leeuwen, hagedissen en slakken. En God zag dat alles goed was. 12


Maar er miste iets: er waren geen mensen! Dus schiep God de eerste man, Adam, en de eerste vrouw, Eva. Ze leken op Hem, zodat ze zijn vrienden konden zijn. God keek naar alles wat Hij had gemaakt. Alles was zeer goed. Dus op de zevende dag rustte God! Zo schiep God de hemel en de aarde. Genesis 1-2

13


In de tuin God gaf Adam en Eva een prachtige tuin om in te wonen. De tuin van Eden. ‘Geef alle dieren een naam,’ zei God. Adam verzon voor alle wezens een naam. ‘Geniet van de tuin,’ zei God tegen Adam. ‘Je mag alles eten, behalve het fruit van die boom in het midden van de tuin.’ Adam en Eva zorgden voor de dieren in de tuin van Eden. Ze genoten van de bloemen en het fruit. Tot er op een dag een slang op Eva af gleed. ‘Neem een hapje van het fruit van díé boom,’ siste hij. ‘Maar God zei dat we niet van die vruchten mochten eten,’ zei Eva. ‘Eén klein hapje maar,’ zei de slang grijnzend. ‘Dat kan toch geen kwaad!’ Eva nam een hap van de vrucht. Niet veel later kwam Adam haar zoeken. 14


15


‘Proef deze heerlijke vrucht eens,’ zei Eva. ‘Ik heb een hap genomen, en er is niks met me gebeurd.’ Adam nam een hap van het verboden fruit. Later die dag kwam God ze opzoeken in de tuin. ‘Adam! Waar ben je?’ riep Hij. ‘Waarom verstop je je voor Mij?’

16


‘Eva gaf me de vrucht en toen heb ik ervan gegeten,’ zei Adam. ‘De slang heeft me voor de gek gehouden,’ legde Eva uit. Adam en Eva waren ongehoorzaam geweest. Daarom stuurde God hen weg uit de tuin van Eden – voor altijd. Hij plaatste engelen en een vlammend, heen en weer flitsend zwaard zodat Adam en Eva niet konden terugkeren naar de tuin. Adam en Eva hadden er spijt van en waren verdrietig. Nu moesten ze elke dag op het land werken; graven en zaaien, schoffelen en harken. Soms dachten ze terug aan die fijne tijd in de tuin van Eden. Genesis 3

17


Noachs grote ark Jaren later leefden er heel veel mensen op aarde. Maar ze waren aan het ruziën, bedriegen en vechten. Er was nog één goede man over. Hij heette Noach. ‘Er komt een grote overstroming,’ waarschuwde God. ‘Je moet een grote boot bouwen. En vul die dan met je familie en twee dieren van elke soort.’ Noach deed wat God hem had gezegd. Hij bouwde een grote boot – een ark. Die vulde hij met zijn familie en twee van elke diersoort. Toen het laatste dier aan boord was, sloot God de deur. 18


19


Daarna begon het te regenen. Het duurde niet lang voordat de ark op het water dreef. Noach, zijn familie en de dieren zaten veilig en warm binnen. Na veertig dagen en nachten, hield de regen op. De ark liep vast op een berg – Krrrak! Maar Noach zag nog steeds overal water. Hij liet een raaf los om erachter te komen wat er aan de hand was. Die kwam nooit terug. Een paar dagen later liet Noach een duif los. Ze kwam al gauw terug met een groen olijfblad in haar snavel. Er groeiden dus weer planten! Het was tijd om de ark te verlaten.

20


Noach, zijn familie en alle dieren klommen uit de ark. Het was goed om weer op droge grond te staan! God plaatste een prachtige regenboog in de lucht. ‘Ik zal nooit weer de hele aarde laten over­ stromen,’ beloofde Hij. Genesis 6–9

21


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.