120217141647-5b4ff7f096fe4e4b9259b5b9a1b642fd;4f3e61376dff8

Page 1

}<(l(tp$=adbcae<

Een échte Haagse krant Actueel Teleurstelling en verdriet bij PVV

3

Vrijdag 3 februari 2012

jaargang 6 nummer 247

€ 1,75

Cultuur Herwaardering voor schilder van koeien en eenden

Varia Wateringse Veld voor negentig procent klaar

6/7

14

Vestia hing al jaren boven de afgrond De miljardencrisis bij woningcorporatie Vestia dateert niet van vandaag of gisteren. Nederlands grootste corporatie, met onder meer tienduizenden woningen in Den Haag, kwam niet enkele maanden geleden in grote financiële problemen, zoals onder meer het Financieele Dagblad berichtte, maar al in 2008. Het merkwaardige is dat het geen geheim was, het stond gewoon in het jaarverslag. Door Casper Postmaa

De corporatie heeft in dat jaar een eigen vermogen van 613 miljoen euro, maar daar tegenover staat een negatief rendement van een dikke 700 miljoen euro op de inmiddels beruchte speculatieve leningen waarmee Vestia het renterisico van langlopende leningen wil afdekken. Op dat moment is de financiële bodem onder de corporatie weggevallen. Ook de banken beseffen dat en zij willen het toenemende risico afdekken met contanten van Vestia. De woningbouwvereniging komt in 2008 met 245 miljoen over de brug, een jaar later gevolgd door nog eens 45 miljoen euro. Maar de verliezen op de leningen, zogeheten derivaten of ‘plain vanilla swaps’, blijven oplopen en Vestia gaat door met lenen, tot uiteindelijk het astronomische bedrag van 9,9 miljard euro is bereikt. Vestia geeft in de jaarrekening van 2008 nota bene aan dat zij meer leent dan de regels van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) toestaan. Zo werd het ene gat met het andere gedicht, tot het fatale moment aanbreekt dat de banken opnieuw aankloppen en Vestia niet kan leveren. Daar keert de wal het schip: Vestia heeft geen geld meer, maar nu is er geen gek meer te vinden die de woningbouwvereniging nog geld wil lenen. Vijf andere corporaties (de afspraak is dat woningbouwverenigingen voor elkaar garant staan) werken op dit ogenblik aan een reddingsplan en minister Spies van Binnenlandse Zaken zit met de handen in het haar, want

ook andere corporaties hebben zich laten verleiden tot speculatieve avonturen al maakte niemand het zo bont als Vestia. Gerard van Otterloo, oud-wethouder van Volkshuisvesting en Financiën, heeft de gang van zaken rond Vestia (dat ook het voormalige woningbezit van Den Haag beheert) met verbijstering gadegeslagen: “Wat ik onbegrijpelijk vind, is dat met een woningomvang die per jaar met duizend woningen groeit, dat is ongeveer 150 miljoen aan investeringen, Vestia voor 10 miljard aan ‘renteswaps’ afsluit. Zoveel geld zullen ze in de toekomst nooit nodig hebben. Er is belegd en gespeculeerd met het geld van de huurders en het vermogen dat de overheid in Vestia heeft gestoken. Als het alleen om het afdekken van de renterisico’s zou zijn gegaan, was één miljard aan ‘swaps’ ruim voldoende geweest. Bij Vestia dacht Eric Staal dat hij slimmer was dan de markt. Als hij dat vindt, moet hij met zijn eigen geld gaan gokken en dat niet met gemeenschapsgeld doen”. Bestuursvoorzitter Eric Staal, goed voor een half miljoen per jaar, is inmiddels de laan uitgestuurd en vervangen door interimmanager Gerard Erents, die eerder de Amsterdamse corporatie Rochdale saneerde. De wichelroedelopers van de financiële markten hadden misschien wel genoeg aan een ander voorteken om de ondergang van Staal en Vestia te voorspellen. In 1999 ontwikkelde Andrew Lawrence de Sky Scraper Index die aangeeft dat elke financiële crisis wordt voorafgegaan door de bouw van enorme wolkenkrabbers. De bekendste voorbeelden zijn the Chrysler Building en The Empire State Building waarvan de bouw begon vlak voor de crash van Wall Street in 1929. Het Strijkijzer, Vestia’s 132 meter hoge woontoren aan het Rijswijkseplein, werd voltooid in de winter van 2007. Meteen daarna ontspoorde de boekhouding van Vestia. >Zie verder pagina 5.

Het Strijkijzer, symbool van de hoogmoed die voor de val kwam. > Foto: PR


2>varia

© Teun Berserik

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

Het dagelijks leven in ‘Vesting Scheveningen’ Door Thijs Kramer

Het jaar 1942. De Duitsers hebben een groot deel van Europa veroverd en bezet. Ze bereiden zich langs de hele Noordzeekust voor op een eventuele invasie van de geallieerden. Ze weten dat die aanval grootscheeps zal zijn, maar niet waar hij zal plaatsvinden. Van Noorwegen tot Spanje worden er verdedigingswerken opgetrokken. Bunkers, mitrailleurposten, afweergeschut, tankobstakels, mijnenvelden. Het zou op de Nederlandse kust kunnen zijn en havenplaatsen als Den Helder, IJmuiden, of Hoek van Holland maken een goede kans. Scheveningen zou eveneens zeer geschikt zijn. In Den Haag zetelt immers het landsbestuur en rijkscommissaris Seyss-Inquart, de hoogste Duitse bestuurder in ons land, heeft zijn intrek genomen op landgoed Clingendael. Scheveningen heeft een haven en er zijn uitstekende verbindingen naar de rest van het land. In Scheveningen worden dan ook zeer ingrijpende maatregelen getroffen. Die richten zich niet alleen op aan aanval vanuit

zee. De Duitsers houden er rekening mee dat ze ook in de rug aangevallen zullen worden door troepen die achter de duinen gedropt worden. Vanwege deze situatie werd vanaf 1942 Scheveningen omgebouwd tot een vesting. De Duisters groeven vanuit Kijkduin een kilometers lange tankgracht, evenwijdig aan de kust, achter Scheveningen langs tot aan de Alexanderkazerne. Langs deze gracht werd een kale vlakte gecreëerd en werden bunkers gebouwd. Hiervoor was het wel nodig dat er zo’n 3.000 woningen gesloopt werden. In het Statenkwartier, Zorgvliet, Duinoord en de Bomen- en Bloemenbuurt. Ook andere gebouwen, zoals een ziekenhuis en een school moesten eraan geloven. Ten westen van deze linie werden de bewoners grotendeels geëvacueerd. Alleen wie als onmisbaar werd gezien; middenstanders, mensen van nutsbedrijven, mocht c.q. moest blijven. Het strand, de boulevard en de duinen werden verboden gebied. In 1943 werd dit Sperrgebiet nog uitgebreid met de wijk Benoordenhout. Dit om Clingendael, waar de rijkscommissaris resi-

deerde, binnen de vesting te laten vallen. In totaal moesten naar schatting 135.000 mensen hun woning voor onbepaalde tijd verlaten. In vesting Scheveningen werden ondertussen steeds meer verdedigingswerken aangelegd. Veldmaarschalk Ernst Rommel bemoeide zich er hoogstpersoonlijk en nauwgezet mee. Op de boulevard werd een massieve pantsermuur opgetrokken. Langs de vloedlijn werden tweeduizend palen in de bodem geslagen met aan elk een mijn bevestigd. In Duindorp en bij het Zwarte Pad werden zware geschutsbatterijen op zee gericht. Binnen de vesting bevonden zich bijna zesduizend Duitse militairen. Achterblijvers Auteur Danny Verbaan schreef eerder een boek over de evacué’s van Scheveningen, waarvan er velen werden opgevangen in het verre Winterswijk. Nu heeft hij zijn aandacht gericht op de achterblijvers en hun omstandigheden. Hij baseert zich daarbij op archiefmateriaal, maar heeft ook een flink aantal van die Scheveningers voor dit

boek geïnterviewd. Veel langer had hij daar niet mee moeten wachten, want de mensen die deze periode bewust hebben meegemaakt zijn inmiddels op vergevorderde leeftijd. De auteur heeft bovendien veel foto’s in het boek opgenomen. Deze laten een onttakeld gebied zien. Straten met nog maar enkele bewoonde huizen, opgebroken plaveisel, omdat de Duitsers de klinkers hergebruikten voor hun bouwwerken. De Scheveningse bosjes, door de bevolking van nagenoeg alle bomen ontdaan, vanwege het hout voor de potkachel. Het Westbroekpark dat veranderd is in een aardappelveld. De interviews sluiten goed aan op deze foto’s. Men trachtte te overleven, is de teneur die uit de gesprekken spreekt. Kinderen struinden door de verlaten woningen op zoek naar kolen of iets eetbaars. Voor onderduikers boden de verlaten woningen mogelijkheden. In het hol van de leeuw kon het relatief veilig zijn. De lokale overheid probeerde nog enigszins het leven in normale banen te leiden, maar dat werd steeds moeilijker naarmate de oorlog vordert. Overal doorheen schemert groei-

ende chaos en verloedering. De deportatie van Joodse bewoners uit Scheveningen ging ondertussen gewoon door. Ook hun huizen werden door de achterblijvers van alle nuttige materialen en goederen ontdaan. Voortdurend was er de dreiging van de invasie die de vesting tot een slagveld zou maken. Veel concreter waren de Duitse V2 raketten die vanuit Haagse locaties, pal over Scheveningen richting Engeland werden gelanceerd. Diverse stortten direct na de start neer en richtten grote schade aan en eisten slachtoffers. Verbaan slaagt er in dit boek goed in om een verbinding te leggen tussen enerzijds de harde feiten van deze periode: het loodzware stempel dat de Duitsers op het leven drukten en het lokale bestuur dat de boel nog een beetje probeerde te redderen en anderzijds de persoonlijke ervaringen van de bewoners. Danny Verbaan: Vesting Scheveningen. Het dagelijks leven in het Sperrgebiet 19431945. Uitgave: Muzee Scheveningen. ISBN 9789081210485. Prijs: € 12,50, te verkrijgen bij Muzee en boekhandel Paagman.


3

actueel<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

Teleurstelling en verdriet rond PVV

Publiekslieveling ‘Meisje met de parel’ van Vermeer blijft een maand langer te zien in Den Haag. Van 3 tot en met 25 april 2012 hangt het schilderij in Galerij Prins Willem V. Na deze extra maand in de galerijzaal verruilt het ‘Meisje met de parel’ de Galerij voor het Gemeentemuseum. Vanaf 28 april 2012 is het schilderij daar enkele weken te zien in de presentatie ‘Meesters uit het Mauritshuis’. Vanwege de verbouwing van het Mauritshuis gaat het schilderij later in 2012 en in 2013 op reis naar Japan en de Verenigde Staten. In Galerij Prins Willem V hangen voornamelijk werken van Hollandse en Vlaamse meesters zoals Steen, Potter en Rubens. Met elkaar geven ze een beeld van de schilderijenverzameling van stadhouder prins Willem V.

De Haagse fractie van de PVV ligt onder vuur, tot teleurstelling en verdriet binnen en buiten de partij. Gelekte e-mails, geruchten over verzonnen reacties in het zwartboek over het verkeerscirculatieplan en oud-fractielid Arnoud van Doorn die deze week toegaf dat hij partijgeld heeft gebruikt om eigen aankopen voor te schieten, maar de bedragen steeds direct heeft teruggestort. Door Elske Koopman

Richard de Mos, fractiesecretaris van de PVV-fractie is er naar eigen zeggen wel een beetje klaar mee. “Er zijn twee Pinocchio’s. Twee fractieleden zijn weg en er wordt gelekt, rara door wie. Ik wil voor de kiezer strijden en af van de negativiteit. Er zijn een paar mails gelekt, maar je moet het in de context zien. Mijn positieve mails zijn niet gelekt”, aldus De Mos. Hij verdenkt dus de twee fractiegenoten die nu in de raad zitten als Groep van Doorn. Hij is teleurgesteld dat zij nu met modder gooien, terwijl ze juist kansen kregen bij de PVV. Van Doorn ontkent het lekken en kan zich niet voorstellen dat zijn fractiegenote Marjolein de Waal heeft gelekt, maar die was onbereikbaar voor commentaar. De gelekte mails kwamen naar buiten via de Volkskrant en bevatten harde woorden, bijvoorbeeld over raadslid Danielle de Winter die ‘een budstuk van de 1ste categorie’ heeft afgeleverd, op bed lag terwijl ze de kranten had moeten lezen: ‘Een schande als je als student 1.850 euro verdient als raadslid en vervolgens in je nest ligt te meuren!’. De Mos zegt dat De Winter dit goed heeft opgepakt. De Winter zelf was onbereikbaar voor commentaar. VCP Over de vermeende verzonnen reacties in het zwartboek over het verkeerscirculatieplan zegt De Mos dat de medewerker die een mailtje stuurde naar de fractie en aan medewerkers vroeg om reacties op het plan, op non-actief is gesteld. Gert-Jan Bakker, fractievoorzitter van het CDA heeft zijn PVV collega Machiel de Graaf inmiddels in een open brief gevraagd een onafhankelijk onderzoek te laten instellen naar het zwartboek. PvdA-fractievoorzitter Jeltje van Nieuwenhoven had al opgemerkt dat er vreemde dingen in het zwartboek stonden, dezelfde soort reacties maar met een ander huisnummer, bijvoorbeeld. “Ik weet niet of de aantijgingen waar zijn, dat zou kwalijk zijn en nogal slecht voor zo’n belangrijk onderwerp”. GroenLinks-collega Heleen Weening: “Dit is beschamend voor de democratie. Als het waar is, getuigt het van weinig respect naar de raad en naar de burgers. Signalen van buiten moet je meenemen naar binnen en niet zoeken naar bevestiging van je eigen standpunt. Wij moeten ook kunnen vertrou-

Meisje met parel blijft langer

Museon heeft nieuwe directeur

PVV zegt een motie van de PvdA opgepoetst te hebben over een wandelpromenade naar het ADO-stadion. PvdA heeft alleen niet meegestemd. > Foto: Creative Images

wen op reacties die onze collega’s inbrengen; als het klopt, doet dit ons werk geen goed”. “Ik had al niet zo’n hoge pet op van de PVV, maar deze berichten zijn ontluisterend. Ze zeggen steeds dat ze 30.000 kiezers vertegenwoordigen, maar die gooien ze op deze manier te grabbel”, zegt Joris Wijsmuller van de Haagse Stadspartij. Moties De PVV diende naast het zwartboek ook 50 moties in over het VCP. Maar zoals het zo vaak gaat met moties van deze partij werden ze niet aangenomen. Het ontlokte fractievoorzitter Machiel de Graaf al eens de uitspraak dat er een Fatwa lijkt te rusten op meestemmen met PVV-moties. De Mos: “We hebben er over de honderd ingediend en daar zijn er maar een paar van aangenomen. Je moet de gunningsfactor hebben. Ik heb zelfs een keer een motie van de PvdA opgepoetst over een wandelpromenade naar het ADOstadion, het logo eraf gehaald en ingediend, maar ze stemden niet mee”. Dat was Van Nieuwenhoven nog niet opgevallen, zij kent een vergelijkbaar handelen van Fred van der Spek die voor de PSP in de Tweede Kamer zat. Volgens haar ging het in het voorbeeld

van De Mos niet om een motie. “In dit voorbeeld heb ik het idee voor een wandelpromenade geopperd en de wethouder heeft het toegezegd. Ik heb het gecontroleerd, er gewandeld, dus

PVV-moties De PVV diende vorig jaar 74 moties in in de raad. Het totaal aantal moties van de hele raad stond in 2011 op 549. Van de PVV-moties werd slechts een enkele aangenomen, zoals voorlichting over het shakenbaby syndroom, verhoging van de maximumsnelheid in de Hubertustunnel en een betere bewegwijzering van het Verkeerscirculatieplan.

die ligt er en dan hoef ik de motie niet meer te steunen. In mijn tijd, Richard de Mos en ik zitten even lang in de raad, is dit van ons geen motie geweest. Je moet de dingen in de context zien. Zij dienen vaak moties in in de verkeerde context”. VVD-fractievoorzitter Boudewijn Revis zegt dat van een fatwa geen sprake is. “We hebben de laatste raadsvergadering nog meegestemd. Je moet draagvlak zoeken

voor je ideeën, realistische moties maken die iets kunnen verbeteren, en daar heb ik regelmatig contact over ook met PVV’ers. Zij kiezen vaak een solistische lijn en dat moeten ze zelf weten. Wat ik wel verdrietig vind, is dat je met idealisme in een team begint en dat zo uiteen valt. Ik heb Machiel de Graaf nog een sms gestuurd dat ik het jammer vond toen twee raadsleden zelfstandig verder gingen”. Teruggeboekt Voormalig PVV’er Arnoud van Doorn gaf deze week na geruchten en lekken uit de PVV-fractie toe dat hij geld van de fractie had gebruikt voor privédoeleinden. “Maar ik heb dat geld steeds meteen teruggeboekt. Dat blijkt ook, want bij de accountantscontrole is het goedgekeurd. Het was fout, maar er is geen geld verdwenen. Ik vind het kwalijk dat er nu zo met modder wordt gegooid, want je krijgt het toch terug. Ik heb nooit ruzie gehad met Richard, maar ik vind het jammer dat hij ons nu in de media afschildert als ‘wrakhout dat kwam bovendrijven’. Van Nieuwenhoven vindt dit een zaak van de partij: ”De accountantscontrole is behoorlijk streng, als er geen geld weg is, is het prima”.

Marie Christine van der Sman is sinds 1 februari de nieuwe directeur van het Museon. Zij heeft als directeur ervaring opgedaan bij het Haags Historisch Museum, Museum Meermanno-Westreenianum en de Nederlandse Museumvereniging. Daarnaast heeft Van der Sman ervaring met cultuureducatie. Ze kent het beheer van erfgoed en de samenwerkingsverbanden waarin het Museon opereert. Kwaliteit en cultureel ondernemerschap zijn voor haar belangrijke uitgangspunten. Het Museon zal hier onder leiding van de nieuwe directeur invulling aan geven. Het Museon is een interactief museum voor cultuur en wetenschap met een educatieve missie.

Occupy blijft ondanks kou De rechter bepaalde dat de Occupiers ook in de winternachten op het Malieveld kunnen blijven, maar ze zijn niet helemaal tevreden. Tijdens de nachtvorst mogen nog maar twee demonstranten het tentenkamp bewaken. Volgens demonstrant Gerben maakt het besluit de nachten kouder, zwaarder en gevaarlijker. “Met z’n allen in een tent is veel warmer en veiliger”. Toch laat Occupy zich niet wegjagen. De demonstranten stellen dat er ook een positieve kant aan de zaak zit: “Het zorgt voor eensgezindheid en we krijgen aandacht van de media die voor geen miljoen te koop is”. Gerben en zijn medestanders geloven in een goede afloop. Ze zijn desnoods bereid uit te wijken naar het Zuiderpark of het strand. Als het aan de demonstranten ligt, komt het niet zover: “De gemeente heeft geen andere reden dan de winterregeling om ons weg te sturen”. De woordvoerder van de gemeente laat deze bewering voor rekening van de demonstrant. De politie ziet toe op handhaving van de uitspraak en de veiligheid.

Bestemmingsplan Escamplaan vastgesteld Hogere snelheid Utrechtsebaan nauwelijks van invloed Een verhoging van de snelheid op de de Utrechtsebaan heeft dus nauwelijks van enkele bomen soelaas bieden. na vertrek van woonwagenbewoners Utrechtsebaan is nauwelijks van in- invloed op de luchtkwaliteit. De maxi- Op de Vaillantlaan dreigt een nieuw De Haagse gemeenteraad heeft het bestemmingsplan Escamplaan vastgesteld. Het heeft jaren geduurd om het woonwagenkamp aan de Escamplaan weg te krijgen. Dat lukte in 2010, maar toen moest de gemeente op last van de Raad van State een nieuw bestemmingplan maken en dat is nu goedgekeurd. De woonwagenbewoners moesten in de zomer van 2010 vertrekken na een jarenlange strijd. Het terrein werd direct bouwrijp gemaakt, maar staat er sindsdien onaangeraakt bij. De bouw liep na deze juridische strijd nogmaals vertraging op, omdat de hoogste bestuursrechter van het land, de Raad van

State, oordeelde dat de verkeersafwikkeling niet genoeg was beargumenteerd. Het bestemmingsplan moest daarom worden aangepast met meer uitwegen voor het verkeer. De ontsluiting van de wijk is nu geregeld via de Escamplaan, Dekkershoek en de Q.A. Nederpelstraat. Die laatste is toegevoegd. Dat levert ook uitstroom van al bestaande woningen in Houtwijk op en die is volgens de wethouder groter dan die uit het nieuwe ‘wijkje van negentig huizen’. De weg is volgens wethouder Marnix Norder (PvdA, Stadsontwikkeling, Volkshuisvesting en Integratie) verkeerstechnisch bestand tegen de extra gebruikers.

vloed op de luchtkwaliteit in Den Haag. Als het Rijk daar weer de snelheid van 100 kilometer per uur toestaat, zal de concentratie fijnstof amper stijgen. Dat stelt het college van burgemeester en wethouders in antwoord op raadsvragen van de Partij voor de Dieren. Volgens het college is de uitstoot van het verkeer wel afgenomen met 8%, zo blijkt uit de evaluatie van de 80 km zones. “Let wel, het gaat hier om verkeersemissies op de weg, dus niet om concentraties op naburige plaatsen”, schrijft het college. Die laatste worden voor een derde gevormd door het verkeer. De invloed van een verhoging van de maximumsnelheid op het Rijksgedeelte van

mumsnelheid op het Haagse gedeelte van de baan blijft 70 km per uur. Deze week bleek uit de voortgangsrapportage luchtkwaliteit dat de gemeente goed op weg is met het verbeteren van de luchtkwaliteit. Extra maatregelen zijn nog nodig bij de tunnelmond van de Koningstunnel aan de Lekstraat en op delen van de Neherkade en de Raamweg. Voor de Koningstunnel denkt de gemeente aan het aanbrengen van stikstofdioxide opnemende verf. De Neherkade is na de herinrichting in 2014 naar verwachting schoon genoeg en op de Raamweg kan een betere doorstroming de uitstoot verminderen. Als dat niet voldoende helpt, kan het verplaatsen

knelpunt te ontstaan. Hier wordt gedacht aan het aansluiten van enkele honderden huurwoningen op het warmtenet om de uitstoot van individuele centrale verwarmingen te beperken. De verplanting van bomen kan ook hier een reservemaatregel zijn. Buiten deze maatregelen heeft wethouder Rabin Baldewsingh (PvdA, Volksgezondheid, Duurzaamheid, Media en Organisatie) besloten tot een nieuwe sloopregeling voor oudere auto’s. Deze regeling moet het aandeel oude en vieze auto’s op de Haagse straten verminderen. De regeling was een succes in 2009 en 2010 en bleek een positief effect te hebben op de luchtkwaliteit.


4>varia

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

stadsmens

Couturier Hoogendoorn kleedt hele generaties en koninklijke klanten ‘Aahhh’ klinkt het geregeld in de salon van Frans Hoogendoorn. Ook applaus klatert, vooral als onder de wijde, cyclaamkleurige jas een hotpants blijkt te worden gedragen. De jaren zeventig herleven en het publiek reageert enthousiast, tonen de videobeelden. Terwijl de couturier koffie zet, kijken wij naar opnamen van zijn herfst/ wintercollectie 2011. De modeshow werd in ‘eigen huis’ gegeven en dat was een aantal jaren niet gebeurd. “Iedereen vond het zo leuk dat ik besloten heb om het weer te gaan doen. Die sfeer heeft toch iets extra’s”, zegt Hoogendoorn. Hij voegt daar meteen aan toe: “Maar of de lente/zomercollectie 2012 hier wordt geshowd is nog even een vraagteken”. Frans Hoogendoorn: couturier te Den Haag. Hij begon in 1974 op de Mauritskade en verhuisde in 1992 naar de Molenstraat. Terugkijkend haalt hij herinneringen op aan zijn in 1998 overleden collega Ernst-Jan Beeuwkes die, wat verderop, in het Noordeinde was gevestigd. “Hij vond het leuk als ik een show gaf, kwam me altijd succes wensen. Ernst-Jan was toen al gestopt met couture en

Ingezonden mededeling

ding altijd veel profijt gehad. Je kunt de mensen in je team vertellen hoe het moet. Dat is een groot voordeel”. Tijdens zijn studie liep hij stage op een atelier waar hij het hoedenvak leerde en besloot zijn loopbaan als hoedenontwerper te beginnen. “Het is iets makkelijker dan dat je een collectie moet maken en het was de periode dat er ook nog hoeden werden gedragen”.

Frans Hoogendoorn is nog vol inspiratie en ambitie. > Foto: Eveline van Egdom

stuurde klanten naar me door; hij was een enorm aimabele man”. De couturier kleedt hele generaties: van grootmoeder, dochter tot kleindochter. Van het begin af aan mag hij de hofhouding en ambassadeursvrouwen tot zijn cliënten rekenen. Zo ook het Koninklijk Huis, hoewel Hoogendoorn daar discreet over zwijgt. Het weinige dat hij kwijt wil, is dat hij de

bruidsjurk heeft ontworpen die prinses Anita droeg op haar huwelijk met prins Pieter Christiaan. Frans Hoogendoorn studeerde aan de Academie voor Beeldende Kunst in Rotterdam, de huidige Hoge School voor de Kunsten. Daarna ging hij naar de Rotterdamse Snijschool, waar hij het kleermakersvak leerde. Dat wilde hij per se. Want: “Ik heb van die oplei-

Passie Over het modetalent in Nederland is hij zeer te spreken. “Maar er komt meer bij kijken dan één keer een show geven op de Amsterdam Fashion Week. Het is een heerlijk vak; ik heb het altijd als een soort passie gezien. Maar het is hard werken, geen baan van negen tot vijf. Stagiaires vergissen zich daar vaak in. Zij denken aan de glamour eromheen en zien alleen de feestjes met champagne. Het is veel meer! Als je met iets bezig bent, moet je er ook ’s avonds mee doorgaan”. En: “Het huidige onderwijs sluit niet meer bij mij aan, terwijl ze vaktechnisch hier toch veel kunnen leren”. Soms verbaast hij zich over het gebrek aan interesse. Na de dood van Yves Saint Laurent in 2008

liet hij stagiaires een dvd zien van het werk van de Franse ontwerper. “Na afloop vroegen zij wie hij was. Ze zouden toch hebben moeten weten dat hij de grootste ontwerper was van de tweede helft van de vorige eeuw. Ik wist bij wijze van spreken al in de wieg wie Christian Dior was”. Elegantie en eenvoud zijn kenmerkend voor zijn creaties. Hoogendoorn houdt ook van ‘vrouwelijk stoer’. “Het is leuk om dat in het materiaal te laten zien”. Zo droeg één van de modellen op zijn herfst/wintershow een met tulen stroken geborduurde avondrok, met daarop een zwart leren top. In zijn salon hangen andere verleidelijke blikvangers. Neem bijvoorbeeld de oranjerode robe manteau met pillboxje. Dat hoedje, vaak gedragen door Jackie Kennedy, was de ‘rode draad’ door zijn show. De vroegere Amerikaanse presidentsvrouw en filmactrice Audrey Hepburn waren stijliconen die hem inspireerden. Frans Hoogendoorn is nog altijd ‘vol inspiratie en ambitie’. “Ik maak de veertig jaar wel vol”, klinkt het vrolijk. Joke Korving


5

actueel<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

Het feest van Erik Staal is voorbij Door Casper Postmaa

Het rijk van Erik Staal, bestuursvoorzitter van de onder financiële rampspoed gebukt gaande corporatie Vestia, ging ten onder door derivaten en plain vanilla swaps. Exotische begrippen uit de moderne haute finance waarin ogenschijnlijk elk risico kan worden vervangen door een ander. Een wereld die treffend is beschreven in de film Wall Street met Michael Douglas en het boek Vreugdevuur der IJdelheden (Bonfire of the Vanities) van Tom Wolfe. Beide verhalen uit 1987 stellen de hebzucht aan de kaak die op dat moment de beurs van New York beheerst. Tom Wolfe heeft als hoofdpersoon Sherman McCoy uitgekozen, een steenrijke beursmakelaar die zichzelf ‘The master of the universe’ noemt en uiteindelijk akelig ten val komt. Erik Staal (60), algemeen directeur en voorzitter van de Raad van Bestuur van de Vestia Groep was Sherman McCoy, weliswaar in het klein, maar zijn eigendunk is even groot. Zo groot dat hij meende recht te hebben op een jaarsalaris dat ruim tweemaal de Balkenende-norm bedraagt. In 2009 verdiende Staal € 497.160,– per jaar en inmiddels zal dat wel meer zijn, want als het om zijn inkomen gaat weet Staal van geen wijken. Sinds bij de Tweede Kamer bekend is dat de baas van Vestia, een organisatie met een sociale doelstelling, exorbitant wordt beloond, botst de Rijksoverheid keer op keer met de man die in de jaren tachtig nog gewoon hoofd van het Gemeentelijk Woningbedrijf Den Haag was. In 2006 ruziet minister Dekker (VVD, Volkshuisvesting) met hem. Zij heeft sowieso niet veel op met de door PvdA-regenten bestuurde corporaties en vraagt Vestia in een persoonlijk gesprek Staal’s salaris aan te pakken. De Raad van Commissarissen ziet zich gedwongen te weigeren, want de algemeen directeur heeft keiharde afspraken op papier laten zetten. Staal steekt vervolgens zijn middelvinger op naar de politiek door jaar in, jaar uit zijn inkomen te verhogen.

Erik Staal.>Archieffoto's

Puinruimer Gerard Erents.

Overigens verdienen ook de vier andere Vestia-directeuren boven de Balkenende-norm.

bieden. In feite was het bestuur van Vestia een one-man-band waarin de directeur alle instrumenten bespeelde. Het complexe bedrijf met onder meer een afdeling projectontwikkeling, allerlei beheersdiensten, 82.000 woningen en 1150 werknemers werd geleid door een man die voorzitter van de Raad van Bestuur was én algemeen directeur. In 2008 gaf Staal een lezing voor het KEI kenniscentrum (googel Keikenniscentrum en Staal, CP), waarin hij uitlegt waarom hij het bedrijf alleen wil besturen: “Met een aparte raad van bestuur heb ik helemaal niks. Het voegt een extra bestuurslaag toe die verder staat van wat zich in de praktijk voordoet. Die mensen gaan ook strategisch gedrag vertonen, dat niets met de inhoud te maken heeft. Je bent alleen maar tijd aan het vermorsen”.

Tegenspraak Illustratief voor de denkwijze van Vestia’s topman is een anekdote van enkele jaren geleden. Toen er weer eens heibel was over de vergoeding die maandelijks naar het administratiekantoor van Staal werd overgemaakt, schreef ondergetekende daar een column over in AD Haagsche Courant waarin de directeur ironisch Erik S. werd genoemd. Staal reageerde woedend. Hij luchtte zijn hart bij de hoofdredacteur, die ruim twee uur moest luisteren naar een man ‘die vooral heel blij met zichzelf was’. Aan de columnist schreef hij dat zijn salaris helemaal niet te hoog was. Sterker nog, binnen en buiten het bedrijf vond men, aldus Staal, dat hij gezien zijn kwaliteiten eigenlijk te weinig verdiende. Het was dus nog niet genoeg. Als je dat leest, kom je in retrospectief al snel tot de conclusie dat er bij Vestia meer aan de hand was dan een ontspoorde financiële huishouding. Kennelijk was niemand in staat Staal weerwoord te

Toezichthouders “De kunst is om de kritiek om je heen te organiseren”, heette de voordracht. Het lijkt erop dat dit nu juist het element is waaraan het de afgelopen jaren heeft ontbroken. Een onderzoek naar het Vestia-debâcle zou zich met name moeten richten op het functio-

D66 wil beelden beter beveiligen Om de toenemende diefstal van bronzen beelden tegen te gaan, stelt de raadsfractie van D66 de beveiliging opnieuw aan de kaak. In mei vorig jaar deed de fractie al een voorstel voor beveiliging met een chip. Het college vond deze oplossing toen te duur. In andere steden wordt gewerkt met draaipinnen, waardoor een slijptol geen grip krijgt. Volgens raadslid Kim Waanders is deze oplossing goedkoper en daarom de moeite van het onderzoeken waard. D66 houdt ook de duurdere oplossing van de chip voorlopig open. Het gaat wat Waanders betreft niet alleen om bronzen beelden, maar om ongeveer 140 exemplaren in totaal. De fractie heeft schriftelijke vragen gesteld en verwacht binnen drie weken antwoord.

neren van de Raad van Commissarissen (RvC). De toezichthouders hebben opzichtig gefaald, terwijl er voldoende feiten beschikbaar waren die ingrijpen rechtvaardigden. In 2008 toen Vestia al even kopje onder ging, stonden de commissarissen toe dat Staal met de bank om nieuw geld bleef bellen. In de RvC was geen overtuigende financieel specialist opgenomen, terwijl ook de aanwezigheid van voormalig PvdA-gemeenteraadslid Suzanne Baart opvalt. Zij is de echtgenote van de burgemeester van Tilburg, Peter Noordanus. Deze oud-wethouder van Den Haag (ook PvdA) was van 2001 tot 2004 voorzitter van de Raad van Commissarissen van Vestia. Een ander opmerkelijk lid (tot 2010) van de RvC was de Haagse oud-wethouder van Volkshuisvesting Nico Dijkhuizen (CDA), dezelfde man die Staal aanstelde als hoofd van het Gemeentelijk Woningbedrijf. Ook de gemeente Den Haag zal zich over het probleem moeten buigen. Islam Democraten stelde als eerste vragen aan wethouder Marnix Norder (PvdA, wonen) over de consequenties voor de Haagse huurders van Vestia. Het zal op zijn minst tot 8 februari duren voordat fractievoorzitter Küçük antwoord krijgt, want pas dan wil wethouder Norder (PvdA, wonen) de raad vertrouwelijk inlichten, terwijl de Tweede Kamer al dinsdag op de hoogte werd gesteld. Ook interessant is de vraag wat er nu precies is gebeurd met die 19.000 woningen die de gemeente aan het eind van de vorige eeuw aan Vestia heeft afgestaan. Is dat toen voor niets gebeurd, heeft Den Haag in ruil voor het onroerend goed zeggenschap gekregen, of gaan banken en deurwaarders straks over de sociale woningbouw in Den Haag? Rest Erik Staal. Die zette tijdens zijn aanstelling als directeur van een met publiek geld gefinancierde instelling een waterdichte en buitengewoon lucratieve arbeidsovereenkomst in elkaar waaraan zelfs de minister niets kon veranderen. Hoe zou de vertrekregeling eruit zien?

Drieluik over Koot en Bie Kees van Kooten en Wim de Bie zijn na jaren terug op tv. Documentairemaker Coen Verbraak maakte het drieluik ‘Van Kooten en De Bie sloegen weer toe!’. De documentaire geeft een overzicht van de carrière van het satirische duo, die teruggaat tot begin jaren zestig. Voor het eerst spreken Van Kooten en De Bie in de interviews uitvoerig over hun eigen werk. Sinds 1998 zijn de heren niet meer als duo actief. Verbraak kreeg voor de serie toegang tot de archieven en het hele oeuvre. De serie is vanaf 5 februari wekelijks te volgen bij de VPRO. Naast het eerste deel van het drieluik, zijn Van Kooten en de Bie diezelfde avond te zien in het cultuurprogramma Kunststof TV. Er zijn 16 videobanden met restmateriaal opgedoken. Ter gelegenheid van de documentaire plaatst de VPRO het archiefmateriaal van de heren als thematische downloads op de website winkel.VPRO.nl. Het eerste pakketje is vanaf 5 februari gratis te downloaden.

Mogelijk fouten bij ‘Polenhotel’ De bouwvergunning voor een tijdelijk onderkomen voor werknemers uit Midden- en Oost-Europa aan de Jaap Edenweg, bevat volgens de SP fouten. Tot ontevredenheid van de oppositie is de bouwvergunning al verleend, ondanks eerdere toezeggingen door wethouder Marnix Norder (PvdA, Stadsontwikkeling, Volkshuisvesting en Integratie) dat hij die eerst in de raad zou bespreken. Door Elske Koopman

Jubilerend Pulchri eert Mesdag met Panorama NU Met een verfroller in de hand bekijkt Marijke Gémessy de foto van het Scheveningse panorama dat collegaschilder Greta Cuhne voor zich houdt. Samen met de drie andere beeldend kunstenaars starten zij deze week een megaproject: het beschilderen van een 13,50 bij 3,10 meter lang doek in de Tuingalerie van Pulchri. Qua oppervlakte precies de helft van Mesdag’s Panorama, Neerlands grootste schilderij. Dit eerbetoon aan Mesdag komt niet zomaar uit de lucht vallen. In het jaar dat Pulchri zijn 165 jarig bestaan viert jaar en ruim 110

jaar gehuisvest zit aan het Lange Voorhout gedenken leden van het kunstenaarsgenootschap de gulle gevers van het pand, de gebroeders Mesdag, door en public een hedendaags zeegezicht te realiseren. De foto, die onlangs op het Seinpostduin is geschoten, is in vakjes verdeeld. Nadat de rasters met houtskool op het doek zijn getekend, neemt iedere dame vijf vakjes voor haar rekening. Het publiek kan tot de opening op 25 februari de kunstenaressen in actie zien. Panorama NU staat tot en met 8 maart in de Tuingalerie. > Foto: C&R

Het onderkomen, bekend onder de bijnaam ‘Polenhotel’, moet op de hoek met de Lozerlaan komen. Tot groot ongenoegen van de Haagse Stadspartij was de bouwvergunning al verleend, terwijl Norder eerst had gezegd dat de raad nog de kans kreeg de vergunning te bespreken. Fractievoorzitter Joris Wijsmuller diende daarom een motie van afkeuring in. Deze werd mede ondertekend door de SP, GroenLinks, PVV en Partij voor de Dieren, maar haalde geen meerderheid. De coalitie steunde Norder, maar vindt wel dat hij de communicatie met bewoners en omwonenden beter moet regelen. De wethouder is het daarmee eens. Hij steunde het idee van GroenLinksraadslid Inge Vianen om een spreekuur te laten houden in het onderkomen door een onafhankelijke partij om de arbeidsmigranten te wijzen op hun rechten en plichten. SP-fractievoorzitter Ingrid Gyömörei

waarschuwde de wethouder dat de bouwvergunning niet klopt met de bouwtekeningen. “Het kaartenmateriaal in de bouwvergunning komt niet overeen met onderzoeken voor ventilatie en daglichttoetreding. In de kaarten staan kamers van 18 vierkante meter, terwijl de bouwtechnische gegevens uitgaan van eenheden van 14 vierkante meter. Klopt de capaciteit van de afzuiger dan nog wel? En hoe zit dat met de daglichttoetreding? Is die wel goed berekend?” Slechte ventilatie en te weinig daglicht kunnen volgens de SP gezondheidsklachten veroorzaken. Norder antwoordde dat hij ervanuit gaat dat het goed geregeld is, de bouwinspectie heeft het getoetst. Na lang aandringen zegde hij toe dit binnen

twee weken uit te zoeken. Een deel van de raad was ook verbolgen over het feit dat Norder met een uitzendbureau in zee is gegaan voor de exploitatie van het gebouw. Dat betekent dat de verhuurder ook de werkgever van de bewoners wordt. “Het is beter om bed en baan te scheiden. Daarom ben ik eerst naar de corporaties gegaan, maar die zeggen dat ze het rondkrijgen voor vijf jaar”, aldus Norder. Het pand komt er namelijk vijf jaar te staan en het is de bedoeling dat de bewoners slechts enkele weken tot maanden daar verblijven. Norder wees de kans op uitbuiting van de hand, omdat volgens hem goede ervaringen met een vergelijkbaar onderkomen zijn opgedaan in het Westland.

BAVA

Ingezonden mededeling

ie

LICHTARCHITECTUUR LICHTADVIEZEN VOOR PARTICULIEREN EN BEDRIJVEN MET GROTE SHOWROOM

e

Bel

ze n o ef

f o s o l i f il cht

SYLVAIN POONSSTRAAT 14 (WATERINGSE VELD) 2548 XX DEN HAAG TEL: 070-345 00 45

WWW.BAVA.NL


6>wateringse veld

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

Wateringse Veld voor 90 procent klaar

Mes moest op die plek in de glas De nieuwe Haagse wijk Wateringse Veld is bijna klaar. Waar vijftien jaar terug nog kassen, weilanden en een aantal losstaande gebouwen het beeld van dit deel van de ‘glazen stad’ bepaalden, staan nu ruim zevenduizend woningen en wonen er meer dan 20.000 mensen. Plus de daarbij behorende voorzieningen, zoals scholen, winkelcentra en openbaar vervoer. Door Hans Schmit

Noem het Wateringse Veld liever geen Vinexwijk. Bij zijn afscheid als stadsstedenbouwer van Den Haag, in de zomer van 2009, zei Maarten Schmitt dat je daar de wijk absoluut mee tekort doet: “Het Wateringse Veld is meer een stedelijke ontwikkeling dan een Vinexwijk”. De vele Vinexlocaties die in de jaren negentig van de vorige eeuw tot in het begin van deze eeuw overal in het land verrezen, roepen vaak negatieve associaties op. Het rijk wilde grip houden op de subsidiestroom en stelde harde voorwaarden aan de ontwikkeling van de nieuwe bouwlocaties bij de steden. Veel gehoorde kritiek op deze nieuwbouwwijken betreft onder meer de eenvormigheid in architectuur, het eenzijdige woningaanbod, het gebrek aan historie en cultuur en de geringe binding met, dan wel de grote afstand tot de oude stadskernen. Begin jaren negentig telde ook de regio Haaglanden een aantal Vinexlocaties die de betrokken gemeenten gezamenlijk moesten ontwikkelen, maar waarbij, voorzichtig gezegd, de belangen van de stad en de randgemeenten lang niet altijd gelijk opliepen. In 1994 echter werd een deel van het grondgebied van Wateringen bij Den Haag, toen nog een armlastige artikel 12-gemeente, gevoegd, onder meer omdat Wateringen het mes niet in de glastuinbouw wilde zetten. De woningbouw van de Vinexlocatie Wateringen werd opgedeeld in een Haags (Wateringse Veld) en een Waterings deel (Esselanden). Zo kreeg Den Haag, dat tot dan niet beschikte over een eigen bouwterrein voor grootschalige nieuwbouw en daardoor met de rug tegen de muur stond, een glastuinbouwgebied toegewezen van 1,5 bij 3 kilometer tussen Wateringen en Rijswijk. Het gebied sluit aan de Haagse kant aan bij de Erasmusweg en de wijk Morgenstond. Bij de ontwikkeling van de plannen voor het eigen Wateringse Veld stond Den Haag een wijk voor Hagenaars voor ogen: Wateringse Veld moest een Haagse tuinstad worden, met typisch Haagse elementen, zoals lange lanen, parken en water, een wijk die kwaliteit, sfeer en karakter zou uitstralen.

Voor de verwerving van de gronden en de ontwikkeling en de uitvoering van de wijk sloot de gemeente Den Haag in 1995 een samenwerkingsovereenkomst met het Bouwfonds. De Ontwikkelingscombinatie Wateringse Veld (OCWV) kreeg een jaar later de regie over de ontwikkeling van Wateringse Veld. Deze publiek-private samenwerking wordt, zo schreef het Bouwfonds in september 2010, algemeen gezien als één van de meest succesvolle in ons land en is nog altijd een inspiratiebron voor nieuwe gebiedsontwikkelingen. Het stedebouwkundig plan van het Wateringse Veld kent een centrale, brede en groene as (Laan van Wateringse Veld) die bij de Erasmusweg aansluit op de Dedemsvaartweg. De as vertakt zich naar acht verschillende buurten die elk een eigen sfeer, identiteit en architectuur hebben. Het woningaanbod varieert met onder meer stadsvilla’s, sociale woningbouw, twee-onder-één-kap- en waterwoningen-met-steiger. Bestaande landschappelijke elementen zoals watergangen en hoogteverschillen zijn geïntegreerd in het ontwerp. Het waterhuishoudingssysteem is gesloten: het hemelwater blijft in de wijk en hoeft daardoor niet via het riool naar de dure waterzuiveringsinstallatie. Het in ondergrondse ‘molsgoten’ opgevangen regenwater wordt langs zuiverende rietfilters gevoerd, waardoor de waterkwaliteit en de visstand steeds beter worden. Door de wijk lopen, haaks op de centrale as van noord naar zuid, een ecologische natuurzone en het Hemelwater, de scheiding tussen het hoge en lage deel. Het wijkpark is ontworpen in Engelse landschapsstijl. Verouderd Daar waar Wateringen niet wilde ingrijpen in de glastuinbouw, is de ontwikkelingscombinatie OCWV daarmee juist begonnen. Frank van der Woude, communicatie-adviseur van OCWV en vanaf het begin betrokken bij het project: “We wilden per se in het glas in plaats van in het gras beginnen. Er moesten 120 glastuinbouwbedrijven verworven worden. Veel van de bedrijven waren echter verouderd, op langwerpige kavels, en er waren vaak geen opvolgers. Hoewel er leed is geweest, was er geen massaal tuindersprotest. Er zijn relatief weinig bedrijven onder juridische dwang uitgeplaatst”. De eerste buurt die in het voormalige glastuingebied verrees, was de Parkbuurt Oosteinde. Frank van der Woude: “We wilden laten zien dat Den Haag hier in een duidelijk stedelijke sfeer bouwde, in een Haagse stijl, naar het model van wijken als Marlot, Benoordenhout en Vogelwijk. Met

PVV grootste partij in Wateringse Veld Bij de afgelopen gemeenteraadsverkiezingen in maart 2010 trok de PVV in Wateringse Veld de meeste stemmers: met 23,0 procent van de stemmen is de partij de grootste in deze nieuwe Haagse wijk. In vergelijking met het resultaat in de gehele gemeente (16,8 procent) behaalde de PVV in Wateringse Veld 6,2 procent meer stemmen. Ook de VVD deed het in Wateringse

Veld beter dan in de gehele stad: 20,2 tegen 14,6 procent (+5,6%). De PvdA werd met 21,0 procent de tweede partij, een score die nauwelijks afweek van het eindresultaat in Den Haag (-0,2%). D66 behaalde in Wateringse Veld 10,2 procent (-1,7% t.o.v. Den Haag), het CDA 6,5 procent (+0,6%), GroenLinks 4,0 procent (-2,0%) en de SP 3,0 procent (-1,0%). De ChristenUnie scoorde met 2,1 pro-

traditioneel ogende woningen in jaren dertig-architectuur, vrijstaand of twee-onder-één-kap, herenhuizen in korte rijtjes, met voor- en achtertuin, met gemetselde tuinmuren – en gelegen aan een lange, slingerende laan. Wateringse Veld wilde zich onderscheiden van andere nieuwbouwlocaties. Markant verschil met bijvoorbeeld Ypenburg is dat daar is gekozen voor moderne architectuur. Den Haag is echter een bedaagde stad en in Wateringse veld is gekozen voor een ingetogener beeld waaruit kwaliteit spreekt. Voorts is men in Ypenburg, waar ook de centrale as minder prominent is, begonnen met sociale huurwoningen, waardoor de wijk in het begin wel erg de uitstraling van veel bierbuiken had. Later is daar wel de mix, zoals die in Wateringse Veld, gemaakt”. Duurzaamheid Duurzaamheid en milieu nemen, zoals bij moderne woningbouw gebruikelijk, ook in Wateringse Veld een prominente plaats in. Aan het openbaar vervoer, de fietser en de voetganger is voorrang gegeven, op een wijze echter die geen afbreuk doet aan de bereikbaarheid per auto. Reeds in een vroeg stadium reed tram 17 door de bouwplaatsen. Voorts heeft kunst een prominente plek in de wijk gekregen. Frank van der Woude: “Voordat in 1996 de eerste paal de grond in ging, stond al vast dat kunst een integraal onderdeel van de inrichting van de openbare ruimte zou worden”. Spraakmakend onderdeel van de kunstprojecten is het Bomenmuseum. Staat een arboretum doorgaans in een tuin of een park, in het Wateringse Veld staan bijna vierhonderd soorten algemene, bijzondere of zeldzame bomen in de trottoirs, pleinen, singels, groenstroken en de ecologische zone. In september 2011 verscheen een kloeke catalogus (ruim 500 pagina’s) van alle boomsoorten in Wateringse Veld. Tot de kunstprojecten behoren verder onder meer de teksten van Marjan Schoenmakers in de vlonder in het Hoge Plein, de keramiek in de Wateringse Binnentuinen met het thema ‘groente en fruit’ en de watertafels van Eric de Lyon. Wateringse Veld zou dit jaar zijn voltooid, met een totaal van 7700 woningen, en de OCWV is volgens plan met de afgelopen jaarwisseling ontbonden. Frank van der Woude: “Wateringse Veld is voor negentig procent af. Maar door de huidige financiële crises duurt het langer om voldoende woningen te verkopen om met de bouw te kunnen beginnen. Maar er is geld en ook die laatste tien procent zal worden gebouwd, op het kwaliteitsniveau waarmee we zestien jaar geleden zijn begonnen”.

cent iets hoger dan het stedelijk gemiddelde (+0,3%); de Partij voor de Dieren daarentegen scoorde met 1,9 procent lager (-0,5%). De Haagse Stadspartij (1,5 tegen 4,2%) en de Politieke Partij Scheveningen (0,8 tegen 3,0%) deden het in Wateringse Veld beduidend slechter dan in de rest van de stad. Het opkomstpercentage was in Wateringse Veld lager: 47,9 tegen 52,9 (-5,0%).

Balkons in Lage Veld. > Foto’s: Rob ‘t Hart


7

wateringse veld<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

stuinbouw Valse verwachtingen Door Miranda Fieret Wateringse Veld hoort bij Escamp en is hiermee onderdeel van het stadsdeel met de meeste inwoners. Het aantal inwoners ligt op ongeveer 110.000; een kwart van alle Hagenaars woont dus in Escamp. De vinexlocatie is inmiddels een volwassen wijk geworden. De pioniers die hier zo’n vijftien jaar geleden kwamen wonen, hebben vele buren en voorzieningen zien komen. Een wijk die onderhevig is geweest aan metamorfoses, kan wel eens valse verwachtingen bij bewoners hebben gewekt. Zo ook in Wateringse Veld. Berucht voorbeeld hiervan is het Dallashof. Staedion leverde op 12 februari 2008 de eerste vijf woningen op van het nieuwbouwproject Het Vijfde Kwartier in Hoge Veld West. Het Dallashof bestaat in totaal uit 138 eengezinswoningen in de sociale huursector. De woningcorporatie hoopte met dit autovrije hofje de sfeer van een dorp te benaderen: ‘In Het Vijfde Kwartier kiezen bewoners ervoor sámen met hun buren te wonen. Bewoners houden rekening met elkaar en buren op straat begroeten is volkomen normaal’, staat er in de omschrijving van het Dallashof. Elke huurder moest daarom naast het huurcontract voor speciale leefregels tekenen. Op deze manier hoopte de woningcorporatie hier een groep gelijkgestemde bewoners te laten wonen. Niets bleek minder waar, zo ondervond ook Marnix Norder. De wethouder bezocht in 2009 met een delegatie van juryleden en adviseurs Het Vijfde Kwartier. De buurt was genomineerd voor de Haagse Stadsprijs. Tijdens de buurtwandeling werd Norder door een aantal bewoners onheus bejegend, belaagd en uiteindelijk door een bewoner mishandeld. Wethouder Norder deed aangifte van mishandeling en belediging. Nog steeds is het niet altijd koek en ei

Tram 17 over de Middenweg (1999).

in het Dallashof. Gemeenteraadslid Iris Michels-Spee (VVD), reed onlangs mee met de wijkagent door Wateringse Veld. Michels-Spee: “De wijkagent kent zijn buurt goed. Hij weet precies waar de aandachtsgebieden liggen”. Het Dallashof hoort volgens het raadslid hier nog steeds bij. “Een dag na mijn rit met de agent, was er weer een vechtpartij. Het is een lastige plek om in de gaten te houden. Er zijn een hoop dode hoeken vanaf de straatkant”. Maar MichelsSpee gelooft nog steeds in de visie achter Het Vijfde Kwartier. “Als hier andere gezinnen wonen, zou een heel andere sfeer ontstaan”. Op papier zien plannen er soms anders uit dan dat ze in de praktijk uitpakken. Ook de bewoners van het Managuahof kunnen daarover mee praten. Jos van Koppen verruilde in 2005 zijn vijfkamerwoning met tuin voor een seniorenwoning met balkon in het Managuahof. “We zijn al wat ouder en wilden kleiner wonen. En dat beviel prima in het hofje. Het was er heerlijk”, vertelt Van Koppen. “We hebben inmiddels de huisarts en apotheek om de hoek. Ons appartement heeft een extra brede galerij waar we lekker buiten kunnen zitten. Vlakbij ons hofje zou een verzorgingstehuis komen en beneden was er een ontmoetingsplaats voor de bewoners”.

Ontmoetingsplaats Maar verhuurder Wooninvest had de bewoners niet verteld dat naast deze ontmoetingsplaats een crèche zou komen. De bankjes voor ouderen werden verwijderd en er kwamen speeltoestellen voor in de plaats. Op balkon zitten is er nu niet meer bij: teveel lawaai. “Het hof is in een u-vorm gebouwd waardoor het een klankkast wordt waar een concertzaal jaloers op zou zijn”, legt bewoonster mevrouw Hagebeek uit tijdens de commissievergadering van vorige week. Het Managuahof bestaat uit ongeveer zestig woningen.

Vier bewoners zetten zich in om de geluidsoverlast een halt toe te roepen. De problematiek was door de Haagse Stadspartij in de raadscommissie Ruimte aan de orde gesteld. De ergernis van de bewoners richt zich niet zozeer op het dagverblijf en de kinderen, maar vooral op woningcorporatie WoonInvest. Het dossier loopt al vanaf 2006 en een oplossing lijkt nog ver weg. Zelfs na een rapport van Peutz, een onafhankelijk adviesbureau op het gebied van onder meer akoestiek en lawaaibeheersing, is de situatie onveranderd. Er werd volgens de bewoners 84 decibel gemeten. Wethouder Marnix Norder geeft toe dat het Managuahof ‘een beetje een klankkast is’. “Wooninvest moest beter communiceren, maar dit is wel iets tussen de huurders en verhuurder. Wellicht is mediation mogelijk onder mijn verantwoordelijkheid”, aldus Norder. De wethouder ziet er niks in om de speeltuin en crèche te verplaatsen. “Mensen willen graag een speelplaats in de buurt hebben, maar nooit tè dicht in de buurt. Dat is overal zo”. Of mediation gaat werken, is nog maar de vraag. Volgens verhuurder Wooninvest zijn er vele pogingen geweest om tot een oplossing te komen. “Voor ons was de zaak eigenlijk afgerond”, aldus een woordvoerder. “We hebben twee geluidsonderzoeken gedaan. Eén door Wooninvest zelf en daarna nog één door de bewoners op kosten van Wooninvest. Er is een zachter ondergrond op het plein geplaatst, kinderen gaan in kleinere groepen naar buiten. Naar mijn medeweten wordt het maximaal aantal decibellen trouwens niet overschreden, anders had de gemeente wel gehandhaafd”. Wooninvest heeft nog niks van Norder vernomen. Uit een persbericht moest de verhuurder vernemen dat de zaak nog steeds speelt. “We willen nu een onderzoek inlassen om te kijken hoe we geluidoverlast nog meer kunnen beperken”.


8>VAria terugblik

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

foto’s uit het haags gemeentearchief

Van kapster tot burgemeester In 2007 kondigde burgemeester Deetman zijn vertrek aan per 1 januari 2008. De gemeenteraad van onze stad zette snel een sollicitatieprocedure in werking om per 2008 een nieuwe Haagse burgemeester te kunnen laten aantreden. Op 27 maart 2008 werd Jozias van Aartsen door de Commissaris van de Koningin beëdigd. De hele selectieprocedure was discreet en soepel verlopen. Dat was wel anders bij de invulling

Een maand eerder, in juni 1975, had een bijzondere kandidaat zich gemeld voor het ambt: kapster Susan Lamet van de burgemeestersvacature van Den Haag in 1975. De Haagse burgemeester Marijnen was begin april 1975 plotseling komen te overlijden. Drie weken eerder was Marijnen door een hartaanval getroffen en moest hij tijdelijk zijn werkzaamheden neerleggen. Zijn herstel verliep echter voorspoedig en daarom kwam zijn overlijden als een grote verrassing. Den Haag moest op zoek naar een nieuwe burgemeester. Het was gebruikelijk dat de eerste burger van Den Haag zijn sporen in

de landelijke politiek had verdiend. Daarnaast was Den Haag een ‘KVP’stad. Wim du Chatinier, destijds fractievoorzitter van het CDA (de lijstverbinding van KVP, AR en CHU) in de Haagse gemeenteraad en tevens Tweede Kamerlid, zei dat het landelijk tegen de politieke verhoudingen zou indruisen als niet één van de vijf burgemeestersposten in de grote steden zou worden ingenomen door de KVP. Zijn fractie steunde de kandidatuur van KVP-wethouder en loco-burgemeester Henk Happel. De invloed van de gemeenteraad bij de voorselectie van een nieuwe burgemeester bleek echter in die jaren nog zeer beperkt. Happel werd het niet. Al kort na het overlijden van Marijnen werden vanuit de landelijke politiek een aantal namen genoemd: expremier De Jong, de oud-minister van Buitenlandse Zaken Schmelzer en expremier Biesheuvel. Deze laatste was overigens niet van KVP- maar van AR-huize. De benoeming van de burgemeester liet evenwel langer op zich wachten. In juli 1975 had het kabinet Den Uyl nog steeds geen voordracht ontvangen. De progressieve partijen PvdA, PPR en PSP vonden het daarom tijd om te pleiten voor een eerste burgervader van (meer) progressieve huize. Een maand eerder, in juni 1975, had een bijzondere kandidaat zich gemeld voor het ambt: kapster Susan Lamet, van kapsalon Susan Lamet Hairsty-

>Foto: Collectie AD/Haagsche Courant

liste, gevestigd aan de Prinsestraat in Den Haag. Als betrokken inwoner van de stad had zij zich de problemen aangetrokken van de Zuid-Hollandse Commissaris van de Koningin,

mr. Vrolijk, bij het vinden van een geschikte burgemeesterskandidaat. Er was een herhaalde oproep gedaan aan kandidaten om zich te melden. Daarom schreef zij een sollicitatie-

brief waarin zij aangaf haar kapsalon van de hand te willen doen. Als burgemeester kon je immers niet beide beroepen combineren. Alles voor het algemeen belang. Maar dat was niet haar enige concessie, zelfs haar politieke overtuiging wilde zij aanpassen: “Ik stem nu wel VVD, maar dat kan best veranderen”. Haar belangrijkste politieke punten waren het parkeerprobleem in de binnenstad en het nieuw leven inblazen van Scheveningen. Het mocht niet zo zijn. Susan Lamet ontving een afwijzingsbrief en op 14 oktober 1975 werd een nieuwe burgemeester van Den Haag geïnstalleerd: Frans Schols. Hij was niet de gedroomde landelijke politicus, maar een burgemeester die via Maasbree en Venray carrière had gemaakt. Susan Lamet verdween naar de achtergrond. In 1980 sloot zij haar kapperszaak aan de Prinsestraat. Maar haar verhaal blijft voor altijd bewaard. Niet alleen door de artikelen in de Haagse en landelijke pers, maar ook door een reactie die haar echtgenoot in 2003 achterliet op de beeldbank van het Haags Gemeentearchief bij een beschrijving van een foto van het pand waarin zij haar kapperszaak bedreef. Heeft u ook belangrijke historische informatie bij een foto? Laat ook een reactie achter in de beeldbank: www.haagsebeeldbank.nl. Maarten Schenk www.gemeentearchief.denhaag.nl

Ingezonden mededeling

De Binnentuinen Wateringse Veld - Den Haag

Herenhuizen

• woonoppervlak van 125 m² tot 149 m² • van € 267.850,- tot € 343.850,- v.o.n.

Twee-onder-een-kapwoningen • woonoppervlak van 166 m² tot 197 m² • van € 469.850,- tot € 509.850,- v.o.n.

Vrijstaande villa’s

• woonoppervlak van 183 m² tot 230 m² • van € 574.850,- tot € 734.850,- v.o.n.

www.debinnentuinen.nl


9

Economie<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

Gebundelde behandelmethodes bij Sterk op Werk

‘Therapeuten kijken vaak niet over de muren van hun eigen praktijk heen’

Hogere subsidie schone auto Het Stadsgewest Haaglanden, samenwerkingsverband van de negen Haaglandengemeenten, verhoogt de subsidie voor aanschaf van een aardgasauto die op groengas rijdt tot minimaal € 3.000,–. De regeling geldt voor alle inwoners van de regio. Ook bedrijven en organisaties kunnen van de regeling profiteren. Groengas wordt in Nederland geproduceerd uit gft-afval, mest en rioolslib en heeft dezelfde eigenschappen als aardgas. Rijden op groengas is niet alleen goed voor de luchtkwaliteit maar ook voor de portemonnee. In Haaglanden rijden nu zo’n zeshonderd voertuigen op dit gas. De subsidie voor personenwagens is nu verhoogd van € 1.000,– naar € 3.000,–. De regeling geldt ook voor leaseauto’s. De subsidie voor bedrijfswagens vanaf 3.500 kilo bedraagt € 8.000,– tot € 10.000,–. Bedrijven en overheden kunnen een gratis wagenparkscan aanvragen om het financiële voordeel van milieuvriendelijk rijden te berekenen. Op www.haaglandenrijdtschoon.nl is de subsidie aan te vragen.

Lichte daling werkgelegenheid

Via lichamelijk contact maakt haptonoom Marlies Zwanenberg de cliënt weer bewust van zijn gevoel. > Foto’s : C&R

Het nieuwe coachingsbedrijf Sterk op Werk richt zich op zieke werknemers. Door een combinatie van onder meer psychologie, haptonomie, fysiotherapie en acupunctuur worden bedrijfsklachten als burn-outs, rsi, maar ook zwangerschapskwalen efficiënter aangepakt. Door Annerieke Simeone

Het ruikt nog naar verf in de nieuwe behandelkamer van haptonoom Marlies Zwanenberg. Tevreden bekijkt ze de stekkerdozen die zojuist geplaatst zijn in het bedrijvenpand aan het Sweelinckplein. “Fijn zo’n plek waar alles voor je wordt gedaan”, grinnikt Zwanenberg . “Geeft weinig stress”. Zwanenberg weet als geen ander wat de effecten van stress zijn. Bijna al haar cliënten komen wekelijks op bezoek om zich te laten behandelen voor lichamelijke dan wel psychische ongemakken. “Via direct lichamelijk contact maakt de haptonoom iemand weer bewust van zijn gevoel”, vertelt Zwanenberg. Naast haar eigen praktijk runt zij een gezamenlijk bedrijf met drie collega’s. Sterk op Werk, zoals het bedrijf heet, richt zich op alle werkgerelateerde klachten die je je maar kunt verzinnen: van burn-outs tot rsi en van zwangerschapsmoeheid tot eczeem. Ieder heeft zijn eigen specialisme op het gebied van psychologie, haptonomie, fysiotherapie, acupunctuur en NLP-coaching. Lizan ten Have, initiatiefneemster van Sterk op Werk, kwam op het idee om een gezamenlijk bedrijf te starten tijdens een businesscursus met andere hulpverleners. “Therapeuten kijken vaak niet over de muren van hun eigen praktijk heen. Het zijn net allemaal kleine eilandjes die afzonderlijk van el-

vervulde kinderwensen, menstruatieen overgangsklachten.

kaar opereren, terwijl je met gezamenlijke krachten mensen veel efficiënter kunt begeleiden op psycho-sociaal en lichamelijk gebied”. Ten Have surfde het internet af naar organisaties die reguliere, zoals fysiotherapie, als niet-reguliere behandelmethodes, zoals acupunctuur combineerden, maar vond niks. Ook een coachingstraject specifiek gericht op het bedrijfsleven vond ze niet. Het leek haar een gat in de markt. “Niet in ons eentje, maar met zijn vieren bepalen we de beste behandelmethode voor onze cliënten die via het bedrijfsleven of -arts binnenkomen. “Soms gebeurt het ook dat een particulier met rsi-klachten langs komt”, vertelt Ten Have. “Dan vraag ik degene of ik zijn of haar baas mag bellen”. Idioot Sterk op Werk dat begin dit jaar zijn deuren opende, rekent werknemers van een radio- en televisieomroep, een accountantsbedrijf, een dierenartsenpraktijk en een makelaarskantoor tot zijn klantenbestand. Veruit de meeste cliënten komen binnen met burn-outverschijnselen. “Tijdens het intake-gesprek vertellen mensen dat ze het laatste half jaar opeens zo moe zijn, maar eigenlijk hebben ze al jaren ver boven hun kunnen gewerkt”, vertelt Ten Have. “Daarna moet je ze er niet alleen weer fysiek bovenop helpen, ze moeten een totale mindset ondergaan. Burn-out types zijn vaak harde werkers, gewend aan deadlines. Die denken: “Ik kan mezelf nog wel even pushen, als ik die finish maar haal”. Ten Have, die zelf de nadelen van te hard werken ondervond, zegde haar baan op nadat ze weer wat was opgekrabbeld en volgde een studie Neurolinguïstisch programmeren (NLP),

Lizan ten Have, initiatiefnemer van het coachingsbureau Sterk op Werk.

een methodiek voor training, coaching en communicatieverbetering. Deze past ze onder meer toe bij de intake-gesprekken. “De cliënt die tegenover me zit vraag ik waarom hij hier is, wat zijn doel is en wat hem tegenhoudt dat doel te bereiken. Als iemand zegt: ‘Die collega van mij is een idioot’, dan wil ik weten wat degene daar precies mee bedoelt. Wat de gedachtegang is van zo iemand. Simpel gezegd probeer ik via taal het denken te veranderen. Als mensen hun problemen kunnen verwoorden, kunnen ze dichterbij hun gevoel komen en een nieuwe start maken”. Haar collega Renée Braam is acupuncturist en gespecialiseerd in vrouwenklachten, zoals on-

Acupunctuur Maar cliënten kunnen ook voor andere zaken bij haar terecht. Ten Have had een tijd terug zelf last van een eczeemaanval. “Mijn hele lichaam jeukte. Renee heeft dat met vier sessies verholpen. Het lag aan mijn milt en een te lage nierenergie, geloof ik”. Acupunctuur kampt volgens de NLP-therapeute nog steeds met een verkeerd, vaak zweverig imago. Hoe kun je met wat naaldjes in je lijf te prikken nu pijn weghalen vragen cliënten zich af. “Weinig mensen weten dat acupunctuur onderdeel is van een vierjarige studie Chinese traditionele geneeskunde. Gelukkig zien wel steeds meer instanties het nut in van deze Oosterse behandelwijze al loopt Nederland volgens de NLP-specialist achter ten aanzien van buurland Duitsland. In het Hagaziekenhuis komt binnenkort een speciale bedrijvenpoli waar ze acupuncturisten voor willen inzetten, in Duitsland weten ze niet beter. Elk ziekenhuis heeft daar een acupunctuurafdeling in huis”. Tot nu toe melden zich bij Sterk op Werk alleen nog maar werknemers met bestaande klachten, toch hoopt Ten Have dat in de nabije toekomst ook mensen die volgens zichzelf gezond zijn eens langskomen voor een check up. “Onder Chinezen is dat heel normaal, daar betalen ze de arts om hen gezond te houden. Als ze dan alsnog ziek worden, heeft de arts iets niet goed gedaan”. Sterk op Werk, Sweelinckplein 9-11, www.sterkopwerk.com. Voor mensen met een aanvullende zorgverzekering worden de behandelingen vergoed. Doorgaans krijgen cliënten 6 à 8 combinatiebehandelingen.

Het aantal banen in Haaglanden per 1 januari 2011 bedraagt 508.000. De werkgelegenheid is daarmee met 1 procent afgenomen ten opzichte van 1 januari 2010. Dat blijkt uit de ‘Monitor werkgelegenheid 2011’. Alleen in de zorg en het vervoer doet zich nog een groei voor van respectievelijk 1,5 en 0,8 procent. Onderwijs en de sectie informatie en communicatie blijven op peil. In de industrie, de horeca, de financiële sector en de overige zakelijke diensten, inclusief verhuur van onroerend goed, daalt de werkgelegenheid ongeveer vier procent. Op 1 januari 2011 waren er in Haaglanden in totaal ruim 69.000 bedrijfslocaties, circa 0,5% minder dan een jaar eerder. De sectie advies, onderzoek en specialistische zakelijke dienstverlening heeft verreweg de meeste vestigingen: bijna 13.500. Het aantal winkels daalde met ruim 230 tot 7.150. Het aantal banen per bedrijf of instel­ling komt, net als in 2010 op 7,4. De monitor beslaat vrijwel alle in Haaglanden gevestigde bedrijven, instellingen en vrije beroepsbeoefenaren. Voor meer informatie: www.haaglanden.nl/ monitoren

Garage Wittebrug is duurzaam Autodealer Wittebrug heeft als één van de eerste autobedrijven het certificaat ‘Erkend Duurzaam Plus’ ontvangen. Auto Recycling Nederland (ARN) beoordeelde in samenwerking met BOVAG de duurzaamheid van de Audi-, Volkswagen- en SEATdealer. Het certificaat integreert de afzonderlijke duurzaamheidseisen van ARN en BOVAG. Bij de bedrijfsscan is gekeken naar alle punten van de bedrijfsvoering: energiebesparing, watergebruik, afvalstoffenverwerking, personeelsbeleid en steun aan maatschappelijke projecten. Wittebrug krijgt het certificaat onder andere door de verkoop van zuinige producten. Daarnaast steunt het autobedrijf het Inloophuis Haaglanden en de stichting ADO in de Maatschappij. Het certificaat is een jaar geldig. Inmiddels hebben vijftien andere autobedrijven zich ook gekwalificeerd voor de strenge norm.


10>interview Vilan

Dames en heren

Ach, wat zijn de sprinters van onze Nederlandse Spoorwegen toch prachtig, dat wil zeggen, om naar te kijken. Snelle en mooie treinen. Kunnen we mee aankomen in het buitenland, wat altijd een belangrijk aandachtspuntje is in het bedrijfsleven. In eigen land is de sympathie wat minder, helaas. Ja, die ontbrekende wc’s natuurlijk, maar dat gaat opgelost worden. Ooit. Er is nog iets anders, dat zo mogelijk een nog grotere ergernis is. ‘Dames en heren’, zegt een fluwelige stem in het omroepsysteem. Dan even pauze. Verder met: ‘goedemiddag’. Weer die pauze. Daarna volgt dat de trein bijna in Den Haag is, wat ook een overbodige mededeling is. Alsof je de minuten niet had geteld. Zat je in de verkeerde trein, ben je toch te laat om tijdig uit te stappen. Maar het gaat me om dat ‘goedemiddag’. Het woord passen ze steeds aan. Goedemorgen en goedenavond heeft de NS ook op een bandje. Elke keer als ik het moet horen, erger ik me eraan. Die ergernis groeit met elke tariefsverhoging, met iedere openbaring over NS-topsalarissen en zeker met de volgende sprinter die alweer te laat is. We zouden er massaal tegen moeten protesteren. Omdat we meer zijn dan reizigersvee dat kalmerend toegesproken moet worden. ‘Goedemiddag’. Daar zit je in die sprinter met je tas die bijna gescheurd is, met je horloge dat je vertelt dat je door de treinvertraging te laat gaat komen. Naast je begint iemand te niezen. Straks zul jij ook verkouden zijn. ‘Goedemiddag’. Er komt een mevrouw je kaartje opvragen voor het reizigersonderzoek, wat je niet durft te weigeren al vraag je je af wat de NS daar eigenlijk mee te maken heeft. Net of de supermarkt bij je thuis in de koelkast wil kijken, nadat je afgerekend hebt. Van wie is dat kaartje na betaling eigenlijk? Je kijkt opzij in het raam om te zien hoe je eruit ziet. Beroerd, want sprinterlicht maakt van iedereen een lelijk monster. Kringen en lijnen, een grauwe huid, dat je zo oud oogde, wist je niet eens. Je bent de laatste die het ontdekt. De rest is al aan jouw kop gewend, daarom zeiden ze er niks van. ‘Dames en heren’, begint de stem weer. Die verschrikkelijke onoprechtheid ervan steekt. Alsof het de NS iets kan schelen of wij ons senang voelen in hun trein. Dan hadden ze wel beter voor de reizigers gezorgd. Maar nee hoor, o nee.

Vilan van de Loo

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

Voorzitter Rob Perik van VNO-NCW:

‘Nederland zal altijd een ondernemend land blijven’ “Ondernemers die niet naar de toekomst kijken, die kunnen beter hun zaak verkopen aan iemand die dat wel doet,” zegt Rob Perik, voorzitter van werkgeversorganisatie VNO-NCW Den Haag. “Wij organiseren onder meer themabijeenkomsten waarin ondernemerschap en maatschappelijke trends centraal staan. Wij faciliteren samenwerking tussen onze leden”. De toekomst biedt veel bedreigingen, maar Perik is optimistisch: “Nederland zal altijd een ondernemend land blijven”.

Door Sjoerd Hauptmeijer VNO-NCW Den Haag heeft een kleine vierhonderd leden. Het is een gemêleerd gezelschap. De leden zijn niet alleen de middelgrote ondernemingen van de stad, maar ook grote multinationals zoals Siemens en Shell. Ondernemerschap en inspiratie staan centraal binnen de vereniging. Sinds november 2011 is Rob Perik voorzitter van VNO-NCW Den Haag. “Ik besteed ongeveer één dag in de week aan deze onbetaalde functie,” vertelt hij. De rest van de week is Perik belastingadviseur en partner bij Baker Tilly Berk Accountants en Belastingadviseurs. “Het voorzitterschap van VNO-NCW Den Haag kwam op mijn pad. Is dit niet iets voor jou?, vroegen mensen in mijn omgeving”. Afgelopen jaren was Perik al maatschappelijk actief als fractievoorzitter van de VVD in Wassenaar en voorzitter van hockeyvereniging De Kieviten, ook in Wassenaar. Daarnaast was hij al bestuurslid van VNO-NCW Den Haag en nu dus voorzitter. “Mijn motivatie is mijn maatschappelijke betrokkenheid. Ik ben gefascineerd in wat mensen drijft”. De primaire taak van VNO-NCW Den Haag is het versterken van het lokale ondernemersklimaat. De voornaamste aandachtsgebieden van VNO-NCW zijn de arbeidsmarkt, bereikbaarheid en ondernemerschap in de toekomst. Uiteraard is de gemeente Den Haag een essentiële gesprekspartner. De vereniging oefent invloed uit op de Haagse overheid om de belangen van ondernemers te behartigen. Rob Perik is ten dele zeer positief over het Haagse gemeentebestuur. “Wij hebben een warme band met wethouders Sander Dekker en Henk Kool. Zij hebben zich de afgelopen periode hard gemaakt voor onderwerpen die van belang zijn voor Haagse Ondernemers. Zo worden openstaande facturen nu door de gemeente veel sneller betaald. Ook het aanbestedingsbeleid is verbeterd. Het was een ondoorzichtelijk mijnenveld, maar ook hier is veel vooruitgang gerealiseerd. Het gemeentelijk apparaat komt van ver en er is nog veel te

winnen, maar wij zijn erg blij met de ontwikkelingen van de afgelopen periode”. Perik signaleert dat er binnen de ambtenarij voornamelijk een cultuurprobleem heerst. “Het is natuurlijk goed dat er regels zijn en dat deze efficiënt worden gehandhaafd. Maar, het gaat er om op welke manier ambtenaren, die op zich van goede wil zijn, met deze regels omgaan. Wanneer er een ondernemer aan de balie komt, moet het zo zijn dat de ambtenaar de ondernemer de weg wijst. De medewerker van de gemeente moet eigenlijk naast de ondernemer staan”. In een ideale situatie werken de ambtenaar en de ondernemer samen naar de oplossing toe. In plaats van de regels en wetten als obstakels te zien, bekijkt de ambtenaar hoe de hindernissen kunnen worden genomen. Het resultaat is dat de ondernemer snel weer verder kan met zijn kernactiviteiten: ondernemen. Op het gebied van ruimtelijke ordening is Rob Perik wat minder enthousiast over het beleid van de gemeente. Een pijnpunt zijn de plannen voor de ontwikkeling van de Scheveningse haven. “De visie van de gemeente stamt uit de tijd dat in de vastgoedwereld de bomen daadwerkelijk tot in de hemel groeiden. Die tijd is achterhaald en de plannen ook. De visserij trekt aan en dat betekent dat er steeds meer vis wordt verhandeld. Ook de offshore ac-

‘Wanneer we de haven nu geheel of half dicht gooien dan zijn we deze voorgoed kwijt. Wij zetten hier grote vraagtekens bij’

tiviteiten in de haven nemen toe. Ondanks het verlies van Norfolk. Ook is de Scheveningse haven steeds meer in trek bij de pleziervaart, terwijl Katwijk gestopt is met plannen voor een haven. Wethouder Norder blijft, ondanks deze ontwikkelingen, vasthouden aan de plannen voor projectontwikkeling”. Perik kijkt verder vooruit. “Wanneer we de haven nu geheel of half dicht gooien dan zijn we deze voorgoed kwijt. Wij zetten hier grote vraagtekens bij. De laatste ontwikkelingen wijzen echter in de goede richting”. Ook de bereikbaarheid van Den Haag is voor de ondernemersvereniging een steen des aanstoots. Zo is de verbinding tussen Den Haag en Rotterdam onvoorspelbaar. “Je kunt via de A13 in een half uur naar Rotterdam rijden, maar je kunt er ook zomaar anderhalf uur over doen wanneer het verkeer tegenzit”. Dat terwijl de twee steden juist intensiever gaan samenwerken. Perik juicht deze samenwerking toe. “Het is heel verstandig dat beide steden gezamenlijk optrekken in bijvoorbeeld de acquisitie van nieuwe buitenlandse bedrijven naar de regio”. Ook de mobiliteit binnen de stad is voor VNONCW Den Haag een aandachtspunt. Perik: “Den Haag wil zich profileren als congresstad. Dan is het belangrijk dat er een goede, snelle verbinding is tussen bijvoorbeeld de hotels en restaurants in het centrum en het congresgebouw in het Statenkwartier. Op welke manier dan ook”. ‘Miljoenenontbijt’ VNO-NCW Den Haag faciliteert het ondernemerschap van haar leden. Zo worden er jaarlijks tal van themabijeenkomsten georganiseerd waar leden elkaar ontmoeten. Tijdens deze meetings wordt gezamenlijk gezocht naar ondernemerskansen. En wordt synergie tussen leden gecreëerd. Een sprekend voorbeeld zijn de bijeenkomsten speciaal georganiseerd voor leden actief in de wereld van het onroerend goed. De bundeling van krachten van ondernemers uit de gehele bouwketen leidt tot nieuwe impulsen. Maar, binnen VNO-NCW is er meer dan alleen

>Foto: Raymond van Houten

ondernemerschap dat de klok slaat. De leden van VNO-NCW staan met beide benen in de maatschappij. Rob Perik: “VNO-NCW Den Haag is natuurlijk geen academische club. Maar, leden die niet geïnteresseerd zijn in maatschappelijke ontwikkelingen kennen we niet”. Daarom organiseert de vereniging ook bijeenkomsten waarbij de leden op de hoogte gehouden worden van trends in de samenleving. Zo wordt de landelijke politiek actief gevolgd. Elk jaar organiseert de vereniging het ‘miljoenenontbijt’ voor Haagse onder-


11

interview<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

‘Veel Hagenaars zijn zich onvoldoende bewust van het belang van expats voor de economie van de stad’

nemers waar de Kabinetsplannen voor het komend jaar worden besproken. Ook technologische ontwikkelingen worden onder de loep genomen. Leden van VNO-NCW Den Haag krijgen inzichten in de gevaren van cybercrime. Voor elk bedrijf geldt het toenemende belang van ICT-processen. Het gevolg is dat de ondernemingen kwetsbaar zijn voor cybercrime. Steeds vaker zijn bedrijven het doelwit. Plezier krijgt ook ruim baan binnen VNO-NCW Den Haag. Zo bood een bezoek aan het Louman museum een kijkje in de keuken

van ’s werelds oudste privé-collectie automobielen. En leden worden uitgenodigd voor een dagje golfen of een rondleiding over de beeldententoonstelling op het Lange Voorhout. Expats Rob Perik wil graag dat Hagenaars nog wat gastvrijer zijn ten opzichte van expats. “Veel Hagenaars zijn zich onvoldoende bewust van het belang van expats voor de economie van de stad”. Den Haag heeft een sterk internationaal imago als stad van Vrede en

Recht. Deze uitstraling trekt grote, internationale bedrijven en instellingen aan. Het resultaat is dat er op dit moment ongeveer 25.000 expats werkzaam zijn in Den Haag. Elke expat zorgt voor twee arbeidsplaatsen in onder meer de dienstensector. Deze expats wonen en winkelen in Den Haag en doen direct hun inkopen bij bijvoorbeeld de bakker en de kledingzaken. Ook de Haagse ondernemers floreren bij de komst van deze grote organisaties. Immers, zij zijn toeleveranciers aan deze organisaties.

“Expats worden in winkels niet altijd goed begrepen. Wellicht moeten de expats meer Haagse humor ontwikkelen, maar misschien kunnen Hagenaars zich meer openstellen voor expats. De beschikbare faciliteiten in de stad zijn voor veel internationale organisaties van doorslaggevend belang wanneer ze de afweging maken waar hun kantoor te vestigen. Het feit dat er in Haaglanden diverse internationale scholen zijn, is een zeer belangrijke pre. Zo zijn er bijvoorbeeld een Amerikaanse, Britse en Duitse school”. De gemeente Den Haag laat weten dat in augustus 2012 een Europese school van start gaat: The Hague Rijnlands Lyceum. Dit jaar gaan de eerste klassen aan de slag voor kinderen van de leeftijd vier, vijf en zes jaar. Er wordt les gegeven in het Nederlands, Engels en Spaans. Perik vervolgt: “Niet alleen het onderwijs, maar ook de kwaliteit en de toegankelijkheid van de gezondheidszorg is van groot belang voor expats. Ik krijg de indruk dat expats voor gezondheidszorg nog steeds terugkeren naar hun thuisland. Wat de voornaamste reden hiervan is, moet nog eens goed worden uitgezocht”. VNO-NCW Den Haag wil zich zelf ook meer richten op de expats. “Ik ga me er de komende tijd voor inzetten dat expats die werkzaam zijn op directie-niveau actief worden binnen de vereniging. Ik ben er van overtuigd dat zij een belangrijke toegevoegde waarde kunnen leveren. Nederlandse ondernemers kunnen veel leren, bijvoorbeeld op gebied van zaken doen in andere culturen. Expats kunnen ons daar bij helpen. Ook kunnen de netwerken in het thuisland van de expats ongetwijfeld kansen bieden voor Haagse ondernemers”. Toekomst “Ondernemers die niet naar de toekomst kijken, kunnen beter hun zaak verkopen aan iemand die dat wel doet,” zegt Rob Perik. “Ondernemers

die focus en onderscheidend vermogen hebben, zullen in de toekomst succesvol zijn. Het is belangrijk dat ondernemers goed kijken naar trends en ontwikkelingen en daar effectief op inspelen. Bijvoorbeeld, in de komende jaren wordt het essentieel voor bedrijven en organisaties om het juiste personeel te binden aan de organisatie. De flexibiliteit van ondernemers zal alleen maar toenemen”. Perik voorspelt. “Op het gebied van het ontslagrecht gaat er de komende jaren ongetwijfeld wat veranderen. Het wordt voor ondernemers makkelijker om flexibeler om te gaan met hun personeelsbestand. Veelal wordt dit uitgelegd als een voordeel voor ondernemers. Maar, wanneer werknemers makkelijker switchen tussen werkgevers is dat ook een bedreiging voor ondernemers. Hoe binden we de werknemers met specifieke kennis aan ons bedrijf?”. Op dit moment zijn er ongeveer 800 duizend ZZP-ers in Nederland. De trend is een stijgende lijn en dus ligt het in de lijn der verwachtingen dat het aantal de komende jaren toeneemt. “Steeds meer mensen willen als zelfstandige werken, maar mensen blijven natuurlijk wel sociale wezens die graag ergens bij willen horen. In je eentje op een kamer zitten dat willen er maar weinig. Bedrijven blijven een plek waar mensen samenkomen en werken aan een gemeenschappelijk doel, dat blijft”. Er ligt een grote bedreiging op de loer voor de economische kracht van de gemeente Den Haag. “Vijftig procent van de huidige werkzoekenden heeft geen startkwalificatie. Dit betekent dat een groot deel van de Hagenaars slechts in het bezit is van het minimale opleidingsniveau dat nodig is om kans te maken op geschoold werk”. Deze groep mensen is niet in het bezit van een havo-, vwo- of mbo- diploma vanaf niveau 2. “In een vergaande specialistische samenleving is het voor werknemers vereist dat zij een goede opleiding hebben afgerond. Zonder investeringen in scholing, kom je geen klap verder. Onze leden beseffen dit en daarom investeren zij voortdurend in hun personeel door opleidingen aan te bieden.” De wereld verandert en de snelheid van veranderingen neemt toe. De vraag is hoe wij om gaan met deze veranderingen. “Ik kom zelf uit Twente. De hele textielindustrie is daar verdwenen. Mijn vader leverde Scandinavische motoren voor de scheepsbouw. Ook deze industrie is in Nederland grotendeels weg. Dat dingen verdwijnen staat vast. Het gaat er om dat we onszelf continu blijven heruitvinden. Om innovatief te zijn is het belangrijk om focus te hebben.” Rob Perik is optimistisch over de toekomst: “Nederland zal altijd een ondernemend land blijven. Ondernemerschap is ons met de paplepel ingegoten”.


12>thema

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

‘Artillerie’ staat klaar voor Hoge Raad Door Marijke Bovens

De Hoge Raad krijgt een nieuw onderkomen aan het Korte Voorhout in Den Haag. Twee gebouwen moeten er voor worden gesloopt, terwijl om de hoek een prachtig pand beschikbaar is. Herbestemming kan nog. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Soms een tamelijk onhebbelijk spreekwoord, want niemand geeft graag toe dat hij een verkeerd pad is ingeslagen. Maar het heeft ook de positieve connotatie van voortschrijdend inzicht. In die betekenis is het van toepassing op de casus Hoge Raad der Nederlanden, een gremium dat toch gevoelig hoort te zijn voor reflectie. Wat is het geval. De Hoge Raad is uit zijn jas gegroeid. Het gebouw is te klein voor de groeiende schare medewerkers. Ondanks de voorname locatie – de raad zetelt deels aan het Lange Voorhout in Den Haag – wordt de huidige situatie als onvoldoende representatief beschouwd en ook als inefficiënt, omdat de raad over meerdere panden verspreid is. Het ministerie van Justitie besloot tot nieuwbouw en wel een paar honderd meter verderop, op de hoek van het Korte Voorhout en het Smidsplein. Recht tegenover het ministerie van Financiën. Op die plek staan nu de Franse ambassade en het AXA-gebouw, een kantoorpand uit begin jaren 70. Beide gebouwen moeten plaatsmaken voor de Hoge Raad. De aanbesteding van de nieuwbouw is een jaar geleden gestart en inmiddels is de Rijksgebouwendienst in gesprek met drie gegadigden voor het ontwerp, de bouw en het onderhoud van dit project (een zgn. DBFMO-contract). Deze dialoog wordt naar verwachting in juni afgerond, waarna inschrijving en gunning plaatsvinden. Gunning staat gepland voor november 2012. Leegstand Maar zover hoeft het helemaal niet te komen. Onlangs kondigde – inmiddels toenmalig – minister Donner van Binnenlandse Zaken aan het aantal meters kantoor in gebruik bij het Rijk drastisch te verkleinen. Kantoorpanden en monumenten worden afgestoten. In totaal komt er door het Rijk een half miljoen extra vierkante meter kantoorruimte op de markt in Den Haag. De gemeente zag de leegstand tussen augustus en oktober al oplopen van 9 naar 13 procent, voornamelijk omdat het Rijk de huur van kantoren opzegde. Kans Er is in ieder geval één mooie kans op herbestemming. Uit een eerdere pre-

De Artillerie aan de Nieuwe Uitleg zou ook een goede bestemming zijn. > Foto: C&R

sentatie van de Rijksgebouwendienst, tijdens Den Haag Vastgoed eind oktober, bleek dat er een pand leegkomt dat goed aansluit op de eisen voor het nieuwe onderkomen van de Hoge Raad, te weten ‘een hoogwaardig en representatief gebouw […] dat sereniteit en waardigheid uitstraalt en in afmeting en vorm aansluit bij de omgeving’, zoals de Rijksgebouwendienst het omschrijft in de opdracht.

uw mening

Lelijkheid Waarom De Artillerie niet meteen be-

Haagse Harry

Ponsmachine het merk IBM, ook weer bij de afdeling verkiezingen. Nadat alle persoonskaarten waren overgebracht op ponskaarten bleef alleen het bijhouden van alle mutaties over zoals nieuwe stemgerechtigden invoeren, huwelijken. Ik was in dienst van de gemeente Den Haag van 1951 tot 1964 en was de allereerste ponskaartentypiste. Het ‘digitale unicum’ is dus ouder dan in uw krant staat vermeld! Het was indertijd een groot succes en ik ben er trots op dat ik aan de wieg van dit unicum heb gestaan. F.M. Haak-van de Wakker. Den Haag Centraal verwelkomt ingezonden brieven van maximaal 200 woorden. De redactie behoudt zich het recht voor deze te redigeren. Vermeld altijd uw adres (en liefst ook uw telefoonnummer), ook wanneer u e-mailt.

© Marnix Rueb

Met veel belangstelling heb ik het artikel een ‘digitaal unicum’ in Den Haag Centraal van 20 januari gelezen. U schrijft, dat bijna veertig jaar geleden de eerste computers in de vorm van ponsmachines in gebruik werden genomen. De allereerste ponsmachine van de Amerikaanse firma Hollerith werd echter al zestig jaar geleden bij de afdeling verkiezingen geplaatst! Een groot lawaaiig monster, waarbij je geacht werd een stofjas aan te trekken, omdat er olie uit lekte. Alle persoonskaarten van stemgerechtigden werden op ponskaarten overgebracht ten behoeve van een snellere uitkomst van de verkiezingen, een soort schaduw-persoonskaartenbestand. De burgerlijke stand, waaronder de afdeling verkiezingen, zat nog in de Goudenregenstraat. Na de verhuizing naar het nieuwe stadhuis aan het Burgemeester de Monchyplein werd een nieuwere versie van de ponsmachine in gebruik genomen van

En het ligt ook nog om de hoek: De Artillerie aan de Nieuwe Uitleg 1. Gebouwd in 1996 in historische stijl, ontworpen door Hans Kuiper. Het is nu nog in gebruik door het ministerie van Infrastructuur en Milieu. Met 14.000 m2 is het groot genoeg voor de Hoge Raad.

trekken, zou je zeggen. Extra voordeel is dat de andere twee panden niet gesloopt hoeven te worden. De Franse ambassade is weliswaar niet geliefd, maar sloop blijft hoe je het wendt of keert kapitaalvernietiging. En iedereen zegt nou wel dat het AXA-gebouw van architecten Le Grand & Selle ook zo lelijk is, maar is dat zo? De architectuur van de vroege jaren 70 is toe aan een voorzichtige esthetische herwaar-

dering. En dit is een gaaf exemplaar, op maat gesneden voor de plek waar het staat. Bovendien: lelijkheid is nooit een argument. Dit artikel maakt deel uit van de serie ‘De gemiste kans’, geschreven door Marijke Bovens voor www.herbestemming.nu van het Nationaal Programma Herbestemming en het H-team.


13

regio<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

Bedrijfjes in Leidschendam-Voorburg in het nauw

Gemeente wil voormalig CBS-gebouw ontruimd In Leidschendam-Voorburg is opwinding ontstaan over het besluit van de gemeente om de circa tachtig ondernemers in het voormalig kantoorpand van het Centraal Bureau voor de Statistiek niet langer te gedogen. Ondernemers zijn woedend en vinden het besluit onbegrijpelijk.

Geheim

Door Dominique Snip

LEIDSCHENDAM-VOORBURG- Bernard Nauta, eigenaar van de webwinkel ‘Andere Wijn’ staat tussen zijn wijnen in de atoomkelder van het voormalig CBS-gebouw in Voorburg. Al twee jaar verhandelt hij Europese wijnen die volgens hem nergens anders in Nederland te verkrijgen zijn. Hij haalt ze voor het grootste deel uit Hongarije, Slovenië, Oostenrijk, Moldavië, Bulgarije en Georgië. “De nieuwe wijnlanden, de meest spannende wijnregio van de wereld omdat ze andere druivensoorten gebruiken dan we gewend zijn. Zoals de ‘mtsvane’ en de ‘kisi’. En deze wijn van de ‘jufarc’ werd gedronken door Hongaarse prinsen omdat ze geloofden dat het de vruchtbaarheid zou bevorderen”, vertelt Nauta gepassioneerd. Hier en daar staat wat Frans handelswaar. “Maar die verkoop ik veel minder”. De atoomkelder biedt met zijn massieve deuren en koele vertrekken de ideale omstandigheden om wijn op te slaan. “De temperatuur is hier constant. Ook is het stil en donker. Bovendien kan niemand verder wat met deze ruimte behalve ik”. Vijftienhonderd flessen heeft hij er nu staan die tussen de tien en twintig euro kosten. Boven huurt hij een kantoorplek voor een ‘billijke prijs’. “Het is een bijzonder gebouw, waar bijzondere gebruikers als ik terecht kunnen”. Toen hij voor het eerst in contact kwam met Camelot, de beheerder van het leegstaande pand, dacht hij zijn voorraad in een parkeergarage te zullen bewaren. Verrast was hij toen hij de atoomkelder tegenkwam. “Als de Russen toch nog komen dan liggen de wijnen uit hun regio tenminste veilig”. Nauta kan er hartelijk om lachen, maar moet nu toch een ander onder-

Bernard Nauta heeft vijftienhonderd flessen in de atoomkelder van het oud CBS-pand staan. Voor maart moet hij een andere opslagplaats zien te vinden. >Foto: Gilles Boeuf

komen zien te vinden. Doordat het Centraal Bureau voor de Statistiek naar Leidschenveen verhuisde, kwam het kolossale gebouw leeg te staan. Circa tachtig ondernemers konden er tegen een lage prijs kantoorruimte huren. Vorige week kregen zij van de beheerder te horen dat ze vóór maart moeten verhuizen. De gemeente had genoeg van de gedoogconstructie die nu al tweeënhalf jaar duurt. De veiligheid van het pand zou niet langer gegarandeerd kunnen worden. Een totale verrassing, vertelt Nauta. “Ik dacht eerlijk gezegd dat het een vergissing was, maar iedereen in het pand heeft de melding gehad”. Teleurgesteld is hij in de gemeente. “Ze zullen vast wel in hun recht staan, want ze hoeven immers niet te gedogen. Maar er zijn hier vaak genoeg wethouders langs geweest die allemaal vertelden hoe mooi ze het vonden dat hier ondernemers zaten en dat het hier leefde. Als je dan

toch besluit om niet langer te gedogen, laat het dan ruim van tevoren weten”. Volgens Nauta had de gemeente haar verantwoordelijkheid moeten nemen. Groepsgevoel Ook Adriaan Voogt, eigenaar van het marketingcommunicatiebureau ‘EPSDSGN’, zit met de gebakken peren. Zijn bedrijf, met voor het grootste deel klanten in de vastgoedbranche, bestaat nu al zeven jaar. Noodgedwongen moest hij in 2010 op zoek naar een nieuwe locatie. Van kennissen kreeg hij de suggestie voor het CBS-gebouw. “Ik moest er in het begin even aan wennen, maar ik vond het een goed statement om gebruik te maken van een leeg pand”. Per maand betaalt hij zo’n €300,–. De mededeling van Camelot kwam voor hem als een donderslag bij heldere hemel, vooral omdat de gemeente altijd vol lof was over de

Rotterdamsebaan zware taak voor oud-minister Klaas de Vries DEN HAAG/LEIDSCHENDAM-VOORBURG/RIJSWIJK- Oud-minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Klaas de Vries is de nieuwe onafhankelijke bemiddelaar van het project de ‘Rotterdamsebaan’. De Vries, die de functie van Govert Veldhuijzen overneemt, moet het bestuurlijk proces rond de Rotterdamsebaan in goede banen leiden.

De Rotterdamsebaan moet de nieuwe verbinding vormen tussen de Vlietzone en de Binckhorst en moet ervoor zorgen dat de regio beter bereikbaar wordt. Deze nieuwe verbindingsweg is een project van de gemeente Den Haag, maar omdat een deel van de weg door het grondgebied van de gemeenten Rijswijk en Leidschendam-Voorburg gaat lopen, zijn ook zij bij het proces betrokken. Partijen konden het vorig jaar

verreck

echter niet eens worden over de wijze waarop de Rotterdamsebaan tot stand moet komen, aangezien er diverse varianten mogelijk zijn. Vooral tussen Den Haag en Leidschendam-Voorburg wilde het niet boteren. Om de verschillen van inzicht te overbruggen is toen een ‘onafhankelijke bemiddelaar’ in het leven geroepen. Tot januari was dat Govert Veldhuijzen, die onlangs lid werd van gedeputeerde staten van Zuid-Holland. Oud-minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Klaas de Vries neemt de functie van hem over. Hem wacht nu de zware taak om te bemiddelen in de impasse waarin de drie gemeenten zijn beland. Klaas de Vries is ook lid van de Eerste Kamer en bijzonder hoogleraar Praktijk en Cultuur van het Nederlands parlement in Nijmegen. Met de inzet van De Vries trachten de gemeenten op constructieve wijze

een zo breed mogelijk gedragen overeenstemming te bereiken over de Rotterdamsebaan. Herstelwet Opvallend is dat het project onlangs is opgenomen in de Crisis- en Herstelwet. Dat is vooral voor Den Haag goed nieuws, aangezien LeidschendamVoorburg en Rijswijk dan niet meer in beroep kunnen gaan, mochten zij in de toekomst toch problemen hebben met de weg. Om de besluitvorming te vergemakkelijken wordt een ‘Afwegingsnota’ opgesteld, waarin onder meer aspecten als de gevolgen voor het verkeer, de inpassing in de Vlietzone en de kosten worden opgenomen. Eind januari zou de nota naar de drie colleges worden verstuurd, maar volgens een woordvoerder van de gemeente Den Haag is er duidelijk meer tijd nodig.

ondernemers. “Het is natuurlijk tijdelijk gebruik wat ik me heel goed realiseer, maar de positieve boodschap die de gemeente de afgelopen tijd verkondigde, heeft mij een beetje in slaap gesust”. Het argument over de veiligheid gelooft hij niet echt. Volgens hem zit er meer achter. Dat hij weer op zoek moet naar een nieuwe locatie drukt zwaar op zijn schouders. Zeker omdat de zoektocht moeizaam verloopt. Ook Nauta piekert over zijn vijftienhonderd flessen. “Zelf opdrinken is iets teveel van het goede, maar als ik geen opslag weet te vinden, wordt het lastig”. Beide ondernemers zeggen positief te blijven. De gemeente zegt in een reactie begrip te hebben voor de ondernemers en het vervelend te vinden dat zij naar een andere locatie buiten Leidschendam-Voorburg moeten verhuizen. “Maar de tijdelijkheid van het gedogen is steeds onderstreept”, aldus de gemeente.

Pontje Jaagpad botst tegen binnenvaartschip Pontje Keereweer ook bekend als ‘Pontje Jaagpad’ in Rijswijk kwam dinsdagochtend in botsing met een binnenvaartschip. Hierdoor kwamen twee mensen in het water terecht. De politie doet onderzoek naar de oorzaak van de botsing. Naar verluidt gaat dit ongeveer twee weken in beslag nemen. Gedurende het onderzoek wordt er niet uitgevaren. Het pontje kwam de afgelopen tijd veelvuldig in het nieuws omdat de gemeente Rijswijk in verband met bezuinigen het contract met exploitant Meersma B.V beëindigde. Pontbaas Aad van Geest, die twintig jaar aan het roer heeft gestaan, verloor zijn baan. Uiteindelijk is een contract gesloten met de firma AH Vrij, die voor de bemensing een beroep doet op de Dienst Sociale Werkplaats. De kritiek luidt dat dit goedkopere en minder ervaren krachten zijn.

Zelden het publiek in de Koninklijke Schouwburg op een zondagmiddag zo hard horen bulderen. Maar ook muisstil waren we en intens geconcentreerd. Een Midzomernachtsdroom, kunstwerk van William Shakespeare, glanzend opgepoetst door het Nationale Toneel, was een feest. De voorstelling is inmiddels alom geprezen. Terecht! Ik was blij dat ik hem kon zien. Terwijl buiten ook ’s-Gravenhage langzaamaan een prooi werd voor de klauwen van Koning Winter, zinderde het binnen van zomers genot. Bij onze terugkeer in de werkelijkheid, zo rond vijven, was er een kleine troost: de duisternis had zich nog niet meester gemaakt van de dag. ’t Voorhout lag in nevelige berusting te wachten op een toekomst met meer warmte. De schouwburggangers haastten zich in hun duffelse jassen naar huis of lokaliteit. Hun stralende gezichten werden omspeeld door wolkjes adem, die hun enthousiaste klanken accentueerden. Een beetje Couperitus krijg je wel van zulke taferelen. Er waren er ook die al bij het verlaten van de zaal onverbiddellijk op aarde waren teruggekeerd. De mobiele telefoon werd gecheckt, er verscheen een glimlach op het gelaat van een jonge man, die vervolgens deze magische cijfers uitsprak: 4-2! In Den Haag wordt toch altijd net iets meer van Feyenoord gehouden dan van Ajax. Wij hadden een andere klassieker gezien, een swingende strijd tussen man en vrouw, zo ingenieus in elkaar gestoken door het wonder Shakespeare. Hoe heeft deze in aanleg eenvoudige acteur dat toch allemaal voor elkaar gekregen? ’t Is een mysterie dat we maar moeilijk ongemoeid kunnen laten. De Grote Bard heeft het raadsel alleen nog vergroot (zoals dat volgens Harry Mulisch ook de bedoeling is) door geen handgeschreven manuscripten achter te laten. Ruimte dus voor de talloze complottanten die het auteurschap van Shakespeare betwisten. Dat gezelschap dijt uit, onlangs kwam er een film uit waarin William S. de dekmantel was voor de ware auteur, een erudiete edelman, die zijn redenen had om anoniem te blijven. Kijk, als Tomas Ross van de recente geschiedenis rond ons Koningshuis al smakelijke faction weet te creëren, dan kan je in die beduidend minder gedocumenteerde 16de eeuw helemaal je gang gaan. De menselijke drift elk geheim te ontraadselen heeft ons ver gebracht, maar soms wil ik achterover leunen en genieten van een onverklaarbaar wonder. Niet voor niets prijken de werken van Shakespeare in menige boekenkast naast de Bijbel. Ongeautoriseerde wijsheid? ’t Zal best, maar ik zou zeggen: geniet ervan! Marcel Verreck www.marcelverreck.nl


14>cultuur

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

RO keert terug in Willem Maris in het Gemeentemuseum Congresgebouw Het Residentie Orkest keert terug naar het Nederlands Congresgebouw, ofwel het tegenwoordige World Forum. Het geeft zijn abonnementsconcert op 17 februari in de vroegere PrinsWillemAlexanderzaal als gevolg van een dubbele boeking van de Dr. Anton Philipszaal. Daar treedt op die datum Herman van Veen op. Het orkest heeft weliswaar het recht als eerste de Philipszaal te claimen, maar besloten werd de zaak niet op de spits te drijven. Daarbij speelde de gedachte mee dat een optreden van het RO in het World Forum een nuttige test kan zijn. Deze locatie is namelijk de meest voor de hand liggende tijdelijke werkplek voor het orkest in de nabije toekomst. Vooropgesteld dat de plannen voor het cultuurcomplex aan het Spuiplein doorgaan zal het orkest in de periode tussen het sluiten van de Philipszaal en het openen van het nieuwe gebouw een onderkomen elders in de stad moeten hebben. Of daarbij wordt gekozen voor een zaal voor zowel repetities als concerten, of voor twee afzonderlijke ruimtes is nog niet duidelijk. De grote zaal van het Nederlands Congresgebouw roept onaangename herinneringen op bij musici die er in de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw hebben gespeeld en bij muziekliefhebbers die er concerten hebben bezocht. De gortdroge akoestiek was van meet af aan afgestemd op congressen en theatervoorstellingen, niet op orkestmuziek. Het Residentie Orkest heeft daar in die periode zwaar onder geleden. Pogingen de akoestiek te verbeteren mochten niet baten. Voor het concert van 17 februari worden wederom maatregelen genomen, deze keer in de vorm van klankkaatsers die bij het podium worden aangebracht. Die komen uit een inmiddels afgebroken repetitiezaal in hetzelfde complex. Het concert wordt geleid door de Amerikaanse dirigent Andrew Grams, terwijl de in Zagreb geboren pianist Dejan Lazic als solist optreedt. Voor de herhaling van het aan Brahms en Mahler gewijde concert een dag later keert het R.O. terug naar de Philipszaal. Het orkest wil er in de publiciteit alles aan doen om te voorkomen dat concertbezoekers op 17 februari per abuis toch naar de Philipszaal komen en bij Herman van Veen verzeild raken.

Onderscheiding voor Van Oosten De Haagse organist Ben van Oosten, titularis van de Grote Kerk, heeft deze week uit handen van de Franse Ambassadeur in Nederland, de versierselen opgespeld gekregen behorende bij die van ‘Officier dans l’Ordre des Arts et des Lettres. Al in 1998 werd van Oosten benoemd tot Chevalier (Ridder) in deze orde. In zijn toespraak roemde de ambassadeur de niet aflatende inzet voor de Franse orgelcultuur.

Schilder voor de markt of meester met de penseel? Kolff het begrip ‘Haagse School’ muntte, gingen de zaken steeds beter.

De kalfjes, 1863 (detail). De Mesdag Collectie, Den Haag. >Foto: Michiel Elsevier Stokmans

hij weer uit. Zo ging dat indertijd. Anders dan Matthijs maakte Willem Maris een flinke productie, waarmee hij veel succes oogstte. De kunsthandel Goupil, met filialen in Londen en Parijs, maar ook andere handelaren deden goede zaken met zijn schilderijen.

Van de drie schilderende broers Maris was Willem (1844-1910) de jongste. Hij deed al vanaf zijn vroegste jeugd zijn broers Jacob en Matthijs na. Vader Maris werkte bij een drukkerij en kon daardoor prenten meenemen die zijn zoons tot tekenvoorbeeld dienden. Aan de Carnegielaan staat een monument voor Jacob en Willem Maris, onder wier portretten een uit steen gehakte muze wijst naar de ruimte ach-

ter het laatste woord van de loftuiting: ‘Kunstenaars, het land van Rembrandt waardig’. Het werd geplaatst in 1916. Beide schilders waren toen al dood. Matthijs zou een jaar later overlijden in betrekkelijke obscuriteit, in Londen en uit het zicht van de Haagse kunstliefhebbers die het monument hebben opgericht. De karakters van Matthijs en Willem lagen het verst uit elkaar. Matthijs was een romanticus, die op het laatst ten prooi viel aan een verlammende zelfkritiek. Ook achtte hij het talent van Willem veel hoger dan het zijne. Vroeger had hij hem echter graag geholpen door een menselijk figuurtje aan een schilderij toe te voegen. Dat kon Willem minder goed. Willem hielp een collega als Théophile de Bock ook wel eens aan een koe, want daarin blonk

dig voor elkaar. Met de Leidse Jazz Award-competitie voor musici onder de dertig, met zelfs een zacht geprijsd cd-tje (Challenge records) van deelnemers aan de jazzweek zoals Jan van Duinkeren, de Houdini’s, Bart Wirtz, Tineke Postma, het Pitch Pine Project en Yuri Honing. Om er maar een paar te noemen die je maar weinig in Den Haag hoort. Gelukkig is de residentie deze week wat minder navelstaarderig. Om te beginnen met een optre-

den bij Prospero in de Kurzaal (maandag 6 februari) van The Ploctones met de Duitse vocalist Andreas Schaerer. Een bijzondere figuur, die laatste. Hij en de Ploctones ontmoetten elkaar op een festival, het klikte qua humor tussen hem en de uitbundige Ploctone-gitarist Anton Goudsmit en ze besloten tot een tourneetje. Ik zag een fimpje van Schaerer en die man is echt met niemand te vergelijken. Hij kan heel mooi en hoog ‘But not for me’ zingen, maar even gemakkelijk klinkt er een halve machinekamer in zijn stem door. Bij het aftellen van zijn eigen band maakte hij van het gebruikelijke 1-2-3-4 een komische act waarbij iedereen op het verkeerde been gaat. In Theater de Regentes op 3 februari de Big Bent Braam van pianist Michiel Braam die er na 25 jaar mee ophoudt en daarom afscheid

komt nemen, al kan ik me niet herinneren dat ik hem hier ooit gehoord heb. Zijn jazz uit de improhoek staat behoorlijk dwars op de ‘Haagse school’. Je herkent bij hem typische, klassieke big band-kenmerken, maar die worden dan door zijn bandleden vervolgens binnenste buiten gekeerd of grondig de nek om gedraaid. Nog zo’n hier weinig gehoorde muzikant tussen ‘free’, latin en jazz in is pianist Ramon Válle die op 5 februari ’s middags (15.00uur) in Korzo te horen is. Met drie percussionisten van zeer uiteenlopende muzikale afkomst: Nils Fischer (o.a. bekend van Nueva Manteca), de percussie van Niti Ranjan Biswan (Bangladesh) en de Iraanse van Affra Mussawisade. Dat wordt geen middagje stil-op-je-stoel. De eigenaar van restaurant Da Sebastiano – gevestigd op de plek waar café Van

Willem Maris staat bekend als de schilder van koeien of eenden. In het Gemeentemuseum hangt een schilderij met koeien èn eenden. Zijn reputatie verminderde. Om dat recht te zetten wordt Willem Maris nu getoond als schilder in zijn tijd. Door Egbert van Faassen

Bochel Op een karikatuur uit 1892, zoals die toen in Pulchri werd opgehangen, zien we Willem Maris, een hoge rug die grenst aan een bochel en een goed ontwikkeld embonpoint, afgebeeld met een bontjas en een glimmende hoge hoed. Het was gebruik dat de leden van het schilderkunstig genootschap elkaar zo mild bespotten, dat is ook weer iets wat in deze tentoonstelling wordt geopenbaard. Vanaf ongeveer 1875, toen de criticus Jacques Van Santen

Potboilers Broer Matthijs toonde zich vanuit Londen oprecht bezorgd over de arme Willem, die toch zo geplaagd werd door zakenlieden. Maakwerk, oordeelden ook andere kritische kunstenaars. Of ‘potboilers’ zoals om den brode gemaakte schilderijen heetten. Daar is ongetwijfeld iets van waar, maar ook laat deze tentoonstelling zien hoe briljant de verfbehandeling van Willem Maris was. De keuze richt zich op de ontwikkeling van de schilder. Van heel knap gecomponeerde jeugdwerken tot een laat schilderij uit 1906, waarop een boer die op een praam vaart, is weergegeven in een duidelijk herkenbaar silhouet waarbinnen lome penseelstreken zich onafhankelijk van de voorstelling bewegen. De uitzonderingen zijn verkozen boven de regelmaat van de productie. Als het doel van de tentoonstelling is om een herwaardering te bewerkstelligen, dan is dat gelukt. De titel van de expositie, ‘Impressionist van de Haagse School’ is mis. Maris was geen impressionist. Zijn bekende uitspraak: ‘Ik schilder geen koeien, maar lichteffecten’, was zeker geen leugen, maar evenmin benaderde hij het licht als een impressionist. Een criticus noteerde afkeurend: ‘komedielicht’. Dat lijkt mij wel raak, maar ik denk dat wij daar nu, gewend als we zijn aan in scène gezette beelden, juist met bewondering naar kunnen kijken. De tentoonstelling is gul. In de kabinetten hangen schilderijen die laten zien hoe andere schilders Maris’ onderwerp benaderden, ter vergelijking. Er is onder meer een vroeg landschapje te zien van Mondriaan, met daarin in dikke klodders neergezette koeien. Het klodderige was reden voor Willem Maris om dit doekje af te wijzen tijdens een jurering. Daarbij zag hij een fijne, à la Maris met een droge borstel geschilderde modderpoel over het hoofd. Het bij de tentoonstelling verschenen boek is ook vrijgevig: veel informatie, waarbij teruggegaan wordt op de schilderkunstige capriolen van Willem Maris. Willem Maris. Impressionist van de Haagse School, Gemeentemuseum, Stadhouderslaan 41 www.gemeentemuseum.nl . Tot en met 9 april. Joost Bergman: Willem Maris. Impressionist van de Haagse School, isbn 978 90 400 7837, € 24,95.

jazz

Ploctones plus vocale acrobaat

Het nadeel van de Haagse jazz is dat je er al gauw in een kringetje van bekenden ronddraait. Nu bestaat dat vaak uit topmuzikanten die bij mij op een warm onthaal kunnen rekenen, van Peter Beets tot en met Simon Rigter, en je mag blij zijn dat ze naast hun grote ‘schnabbels’ ook nog op de kleine Haagse podia willen staan, maar toch. Ik ben net terug van een uitstapje naar Leiden en daar hebben ze die Leidse Jazzweek aar-

Merle een tijdlang de jazz hoog hield – vertelde me onlangs dat hij op de eerste zondag van de maand ook jazz is gaan brengen. Op 5 februari zingt daar Patricia Wisse, begeleid door pianist Miguel Rodriguez. En dan het onvolprezen Pavlov: op 7 februari speelt Rob van Kreeveld er met Jasper Blom op sax. Van Kreeveld is een unieke pianist. Ik hoorde hem zojuist op een cd-in-wording van zangeres Gerrie van der Klei en wat hij daar weer – als begeleider nota bene – laat horen, is echt perfect.

Bert Jansma


15

cultuur<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

Teresa Cornelys stelde niemand teleur

Een dame voor kunst en plezier

rechtszaak met één van haar vele ex-minnaars.

Van Teresa Cornelys had Joop van den Ende het vak kunnen leren. Althans een deel daarvan. Want de aanvankelijk succesvolle 18de-eeuwse muziek- en theaterimpresario in Londen ging halsoverkop failliet en verbleef in drie verschillende gevangenissen. Uit één daarvan wist deze dame, die een dochter van Casanova had, te ontsnappen. Muziek van componisten die met haar te maken hadden, staat op een programma van de New Dutch Academy. Door Aad van der Ven

Het wordt geen gewoon concert, ook geen normale dansvoorstelling, maar iets er tussenin. De New Dutch Academy, het Haagse barokorkest onder leiding van Simon Murphy, speelt 18de-eeuwse symfonieën en voert een hoboconcert uit. Bovendien wordt op het podium van de Philipszaal in authentieke barokstijl gedanst op weer andere composities uit dezelfde periode. ‘Empress of Pleasure’ heet het programma, een titel die werd ontleend aan een in 2003 verschenen boek van Judith Summers, waarin het kleurrijke leven wordt beschreven van Teresa Cornelys. Want Mrs. Cornelys is degene om wie dit programma draait. Niet omdat zij moeder van één van de vele kinderen van Casanova was, de lieftallige Sophia, maar omdat zij een belangrijke hoewel niet onberispelijke rol speelde in de Londense kunstwereld. Eerst had Teresa, dochter van een Italiaanse impresario en een actrice, de ambitie een beroemd zangeres te worden. Maar haar carrière verliep met veel ups en vooral downs, zodat zij besloot met een rijke danser, Pompeani, te trouwen, die zij overigens al vrij snel liet zitten. Zij zwierf enige tijd door Europa, verbleef onder meer in Den Haag en Amsterdam en besloot

De New Dutch Academy onder leiding van Simon Murphy. >Foto: Fernando van Teijlingen

zich rond 1755 in Londen te vestigen. In de Engelse hoofdstad zette zij, vervuld van Joop van den Ende-achtige ambities, een theaterbedrijf annex vermaakcentrum op. Daartoe huurde zij een kolossaal huis in Soho. Carlisle House, op de plaats waar nu St. Patrick’s Church staat, begon als een toevluchtsoord voor gokkers, rokkenjagers en alcoholisten, die elkaar daar ontmoetten en die zich in de vele zalen konden uitleven, ieder op zijn eigen wijze. Maar het duurde niet lang of de hele Londense society kwam er. En waarschijnlijk de onderwereld. Maar dat weten we niet zeker. Want het waren vooral de gemaskerde bals van Mrs. Cornelys die gretig aftrek vonden. Heel Londen praatte over deze buitenlandse courtisane en haar kleurrijke entourage. Tijdens zijn eerste bezoek aan de Britse hoofdstad wist Casanova haar huis, dat onder meer een theaterzaal, een concertzaal en een eet-

zaal voor vierhonderd gasten omvatte, dan ook snel te vinden. Daar praatten beiden over de tijd toen zij nog jong waren en hand in hand door Venetië liepen. Vermaak Al dit vermaak stond de serieuze kunstbeoefening waartoe deze dame zich eveneens voelde aangetrokken niet in de weg. Want tussen de kaartavonden, nachtclubachtige activiteiten en dansspektakels waren het zeker geen onbetekenende muziekuitvoeringen die daar werden georganiseerd. Zo weten we dat talrijke componisten, onder wie Johann Christian – zoon van Johann Sebastian – Bach en Carl Friedrich Abel er hun nieuwe werken introduceerden. Er werden na enkele jaren zelfs operavoorstellingen gegeven. Zo werd in 1771 ‘Artaxerxes’ van Thomas Arne opgevoerd. Operavoorstellingen waren in die jaren weliswaar door de autori-

teiten verboden – zij dienden door religieuze oratoria te worden vervangen – maar Teresa Cornelys wist dat verbod te omzeilen door te melden dat de opbrengst ten goede kwam aan een liefdadig doel. Velen betwijfelden dat echter. Mrs. Cornelys had voor elk evenement een lange lijst met genodigden. Binnen de Londense society hoorde je er niet bij als je daar niet op stond. Maar het was ook mogelijk een kaartje te kopen, zodat de muziekavonden in Carlisle House tot de eerste met een commercieel uitgangspunt georganiseerde concerten behoorden. Met de commerciële kant liep het overigens verkeerd af. Ten eerste had de gastvrouw een zo dure smaak dat zij onverantwoorde sommen in de inrichting van het huis stak. Ten tweede had zij een administrateur die er een potje van maakte. En dan was er ook nog een zich eindeloos voortslepende, geldverslindende

Gevaar Zelfs Teresa Cornelys – haar zelfgekozen achternaam had zij ontleend aan de voornaam van één van haar geliefden, de Nederlander Cornelius Reigersbosch – kon het gevaar niet meer keren. Haar hele leven had zij iedereen om haar vinger weten te winden met haar charmes en fysieke aantrekkelijkheden, maar hiertegen was zij niet opgewassen. Haar bedrijf ging failliet, zij bracht wegens financiële schulden korte tijd in de gevangenis door en begon daarna een hotelletje in Southampton, dat eveneens failliet ging. Deze keer zou haar verblijf in de gevangenis langer hebben geduurd als het gebouw, King’s Bench Prison, niet al een jaar later in brand was gestoken. Zij wist te ontsnappen, ging weer in zaken, mislukte wederom et cetera. Zij overleed op 74-jarige leeftijd in weer een andere gevangenis. De New Dutch Academy speelt op 9 februari symfonieën van twee componisten van wie we weten dat zij graag in Carlisle House kwamen, namelijk Johann Christian Bach en Carl Friedrich Abel. Daarnaast treedt de hoboïste Amy Power op in een concert van Johann Christian Fischer. De andere helft van het programma is gewijd aan de danskunst. Medewerking verlenen de Amerikaanse barokdanseres Caroline Copeland en de Zweedse danser en choreograaf Kay Sylegard, eveneens een specialist op het gebied van de barokdans. Zij gebruiken daarbij composities van Cannabich, Boyce en wederom Johann Christian Bach. New Dutch Academy onder leiding van Simon Murphy, met Amy Power (hobo), Caroline Copeland (dans) en Kay Sylegard (barokdans). Donderdag 9 februari, 20.15 uur, Dr Anton Philipszaal. Voor meer informatie: www.newdutchacademy.nl

Verbond tussen jazz en het Midden-Oosten

‘Levantasy’ in de synagoge Door Bert Jansma

Jazz in de synagoge, het klinkt ongewoon. Maar als daarbij de naam van de Haagse groep Levantasy staat, komt er duidelijkheid. Want Levantasy maakt spiritueel geïnspireerde jazz waarin een verbinding gemaakt wordt tussen westerse muziek en die van het Midden-Oosten. Uit de ‘levant’ dus, de traditionele naam voor het gebied, afkomstig uit het Frans en verwijzend naar de rijzende zon. Op zaterdag 11 februari staat de groep in de ‘Glazen zaal’ van de synagoge van de liberaal-joodse gemeente aan de Prinsessegracht. ‘Leventasy’ ontstond vanuit het Kepera trio van pianist Rembrandt Frerichs, drummer Vinsent Planjer en bassist Tony Overwater. Daar was al die belangstelling voor anders opgebouwd melodisch materiaal, andere ritmes dan in de jazz, maar wél gecombineerd met de improvisatie daaruit. Een instelling die mede gevoed werd door het verblijf van pianist Frerichs als werkstudent in Egypte. De naam kepera ontleende hij aan de mythische Egyptische mestkever, een symbool voor steeds opnieuw ontstaand leven en in hun geval de spontane creatie. Frerichs werd zo’n acht jaar geleden gekozen als Nederlandse vertegenwoordiger in het European Jazz Orchestra, een orkest van jonge jazzmuzikanten uit Europa én Israël. Uit elk land één. Frerichs leerde er de Israëlische hoboïst Yoram Lachisch kennen, werd geraakt door diens toon, improvisaties en muzikale openheid. Lachisch

werd gevraagd door Kepera en zo ontstond Levantasy. Frerichs: “Het klikte meteen, we wilden iets samendoen en hebben een album gemaakt (de cd ‘Levantasy’, East-West intercultural adventures in music’, Kepera records). In de toekomst willen we niet alleen met Yoram spelen, maar als ‘Levantasy’ ook met musici en muziek uit Iran, de Maghreb en de ladinocultuur van Noord-Afrika en Israël”. De recensies waren opvallend mooi: ‘Poëtisch, subtiel en elegant’, naast: ‘Op een sprookjesachtige manier komen twee werelden samen’. Gebeden Rembrandt Frerichs: “We hebben als uniek ‘selling point’ dat we er met Yoram een improviserende hoboïst bij hebben. En daarvan heb je er maar een handjevol op de wereld”. Lachisch speelt bovendien de klassiek-joodse sjofar, de uit de Arabische wereld stammende dubbelrietinstrumenten Zurna (schalmei) en Shehnai. Rembrandt: “We spelen vooral eigen stukken. Met invloeden uit dat MiddenOosten. Van oude joodse gebeden, Iraanse thema’s, Vinsent Planjer is daar sterk in en hij bespeelt dan ook de Perzische ‘tombak’”. Drummer Planjer: “Een waanzinnig instrument met een supersound, een vaasvormig slaginstrument dat je met je vingers op het geitenvel bespeelt, moeilijk te beheersen, maar een mooie uitdaging”. Frerichs: “En ik ben er als pianist blij mee, want dat ding kan niet hard, dus dynamisch wordt onze muziek meer een

Levantasy maakt spiritueel geïnspireerde jazz waarin een verbinding gemaakt wordt tussen westerse muziek en die van het Midden-Oosten. >Foto: Allard Willemse

eenheid en je hoort de piano veel meer”. Frerichs benadrukt dat ‘Levantasy’ niet zomaar een gemakkelijke ‘mix’ wil zijn: “Het is geen ‘gimmick’ van oosterse sfeertjes met een jazzetiket. We zoeken een wezenlijke verbinding, we zoeken naar de architectuur van die oosterse muziek,

de onderliggende principes, gebruiken de traditionele ‘maqams’”(systeem van melodische reeksen in de Arabische muziek, BJ). Planjer: “De uitdaging is dat die piano erbij is, want dat kan eigenlijk niet. Yoram en Tony kunnen de oosterse kwarttonen maken op hun instrument, Rembrandt

niet. Dat westerse element erbij is typisch het geluid dat we zoeken”. Het gaat goed met ‘Leventasy’. De groep werd gelesecteerd voor een ‘showcaseconcert’ in april op Jazz Ahead in Bremen, een enorme muziekbeurs voor journalisten en programmeurs uit de hele wereld. Rembrandt: “Er waren 260 inzendingen uit 32 landen. En wij zijn er gekozen door een Europese jury waarin overigens géén Nederlander zitting had”. Bovendien heeft het Fonds voor muziekexport (van het Muziek Centrum Nederland) Rembrandt c.s. uitverkoren om met een aantal handelsmissies op beurzen in Europa op te treden. Het synagoge-concert kwam tot stand via Sharon Cooper van de expat-desk van de gemeente Den Haag die ‘Leventasy’ had opgemerkt bij een optreden bij Prospero in het Institute of Social studies. Geen probleem dus die joods-rituele melodieën naast Arabische en Iraanse muziek in de sjoel? ”Nee”, roepen Planjer en Frerichs bijna tegelijkertijd uit. “Weet je dat de grootste kenners van Arabische muziek en instrumenten uit Israël komen? Muziek gaat over grenzen en is harmonie. Men was er eerder een beetje huiverig door het woord ‘jazz’. En men keek er verbaasd dat juist drie Hollandse kaasboeren die muziek hebben gekozen”.


Op 6 februari is er weer een taxatiedag in het Haags Historisch Museum, van 11.00 – 16.00 uur, Korte Vijverberg 7, Den Haag. Goud, zilver, porselein, aardewerk, schilderijen: uw kunst en antiek wordt gratis getaxeerd door onze experts. Foto’s van objecten zijn ook welkom, maximaal 5 objecten per persoon. Voor meer informatie zie www.venduehuis.com

info@venduehuis.com | venduehuis.com Nobelstraat 5 | 2513 BC Den Haag | telefoon 070 365 88 57

LUGANSKI BEETHOVEN SOLEERT IN EN TSJAIKOVSKI BERLIOZ Vr 9 maart 20.15 uur Zo 11 maart 14.15 uur

Vr 23 maart 20.15 uur Zo 25 maart 14.15 uur

Geniet van een van de mooiste pianoconcerten ooit geschreven uitgevoerd door pianovirtuoos Nikolaj Luganski.

Een bijzondere solist in dit programma: de jonge Canadese violist James Ehnes.

Otto Tausk dirigent Rimski-Korsakov Ouverture ‘Russisch Paasfeest’ Tsjaikovski Pianoconcert nr. 1 Moesorgski/Ravel Schilderijententoonstelling

Claus Peter Flor dirigent Beethoven Vioolconcert Berlioz Symphonie fantastique 1e rang € 41,- | 2e rang € 36,- | 3e rang € 22,- | < 27 jaar € 10,-

1e rang € 41,- | 2e rang € 36,- | 3e rang € 22,- | < 27 jaar € 10,-

Violist James Ehnes Alle concerten vinden plaats in de Dr Anton Philipszaal. Spuiplein 150, Den Haag. Volg ons ook op YouTube, Facebook, Twitter. KAARTEN RESERVEREN:

aan de kassa, T 070 88 00 333 of www.residentieorkest.nl


17

sport<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

Anicka van Emden vecht voor laatste kans op Spelen De strijd om het ene Olympische startbewijs in de klasse tot 63 kilogram is door de judobond beslist in het nadeel van de Haagse Anicka van Emden. Daar legt de judoka zich niet bij neer; door middel van een protest vecht ze voor haar laatste kans.

Troy

‘Black History’

Door Hans Willink

In één week tijd kreeg de 25-jarige Van Emden twee teleurstellingen te verwerken: op 23 januari niet gekozen tot Haags sportvrouw 2011 en twee dagen later kreeg ze te horen dat ze niet mag deelnemen aan de Olympische Spelen komende zomer in Londen. Vooral dat laatste is een bittere pil. “Het is gewoon een klap in mijn gezicht”, blikt ze enkele dagen later terug. “Ik wist wel dat het kon gebeuren en probeerde er rekening mee te houden. Als je het bericht krijgt komt het alsnog hard aan. Ik besef dat ik door moet, maar ben heel verdrietig geweest. Gelukkig heb ik ook veel kunnen praten met mensen en kreeg ik veel bemoedigende berichtjes. Ik besef het nog steeds niet helemaal dat ik er straks niet bij ben. Dat komt ook omdat ik er zolang naartoe heb geleefd; de Spelen waren het enige dat ik in het vizier hield. Ineens is dat er niet meer”. Het demotiverende bericht zorgde ervoor dat Van Emden even niet op de judomat staat: “Ik heb er nog niet over nagedacht wanneer ik weer ga judoën en wanneer ik wat weer oppak. Wel weet ik, dat ik hier weer sterker uitkom. Ik bekijk nu van dag tot dag hoe ik ermee omga. Uiteraard houd ik mijn lichaam wel fit in de sportschool. Ik neem even de tijd om dit te verwerken en wacht op het moment dat ik weer

Judoka Anicka van Emden kan ondanks alles nog lachen. >Foto: Creative Images

echt zin heb om mijn judopak aan te trekken. Als ik weer te vroeg ga judoën dan vergroot dat de kans op blessures omdat ik er dan niet met mijn hoofd bij ben. Het moet niet te lang duren, dat weet ik wel, want er komt straks een EK aan en daar wil ik judoën. Niet alleen dat, ik wil op dat EK ook goed zijn en meedoen om de titel. Nu heb ik eerst nog wat behoefte aan rust. Ik voel me niet zielig of zo, ondanks dat ik het ten onrechte vind dat ik niet ben gekozen. Ik had naar de spelen gemoeten en veel mensen delen die mening. Van de Judobond zelf heb ik sinds die

ene mededeling niets meer gehoord; wel van mijn collega judoka’s”. Trots Sporters hebben doorgaans een vechtersmentaliteit en bij judoka’s is dat al helemaal het geval. “Ik geef niet op en behoud natuurlijk mijn Olympische droom. Niemand krijgt me eronder. Daarvoor ben ik veel te trots. Dat is mijn eer te na. Is het niet Londen, dan vier jaar later in Rio de Janeiro. Met alle tussenkomende EK’s en WK’s erbij krijg ik dan ook nog een druk programma. Het is zeker nog niet afgelo-

pen met mij. Het komt wel weer goed”. Afgelopen maandagavond tekende Anicka, die wel is aangewezen als reserve in haar gewichtsklasse, protest aan bij de Judobond tegen het besluit haar niet voor te dragen bij NOC*NSF voor de komende Olympische Spelen. “Natuurlijk besef ik dat ik maar één of twee procent kans heb”, licht ze deze stap toe. “Ik wil echter voor het kleinste kansje gaan. Al was het maar dat ik mezelf later niets kan verwijten. Dat ik niet blijf malen met het idee: ‘wat als…’. Er is misschien een punt gescoord, maar ik heb de wedstrijd nog niet verloren”.

WK tennis voor veteranen is topsport Vol vertrouwen stapt Annemiek Wissink deze week op het vliegtuig richting de Verenigde Staten. In San Diego start maandag het ITF Seniors World Team Championship. De Haagse tennisster verschijnt namens het Nederlands team in de categorie dames 45+ op de baan. “Ik heb goed getraind, zelfs nog een paar maanden privélessen genomen en voel me helemaal klaar voor het WK”. Door Bert Tielemans

De aardbeving in Christchurch in Nieuw Zeeland gooide vorige jaar roet in het eten. Geen WK in de verwoeste speelstad voor de seniors of veteranen zoals ze zo oneerbiedig in Nederland worden genoemd. Dit jaar staat het toernooi in het Amerikaanse San Diego op het programma. “Vanaf 35 jaar hoor je in het tennis al bij de veteranen”, legt Wissink lachend uit. “Maar wie fit en gezond blijft, kan als tennisser door tot zijn negentigste, zelfs op het WK”. Annemiek Wissink is nog lang niet zo ver. De speelster van het Haagse THOR De Bataaf oogt fit, is conditioneel ijzersterk en bindt normaal in de hoogste niet professionele categorie 3 (het vroegere B1) vooral de strijd aan met jonge talentvolle meisjes. “Het leeftijdsverschil in de KNLTB competitie en de toernooien is vaak behoorlijk groot”, erkent Wissink, die soms talentvolle meisjes van 12, 13 jaar als tegenstander treft. “Maar met mijn snelheid, goede voetenwerk en mentale veerkracht kan ik ze nog steeds

Annemiek Wissink verschijnt namens het Nederlands team in de categorie dames 45+ op de baan. > Foto: Creative Images

verslaan”. Zelfs zo vaak dat de inmiddels 44 jarige speelster vorig jaar met elf finales en zeven toernooizeges de finale van de Haagse tennismasters wist te bereiken. Ook in de eigen (landelijke) leeftijdscategorie-toernooien deed de rechtshandige routinier met de dubbelhandige backhand het zo goed, waardoor weer een selectie voor het Nederlandse team volgde. Met het WK als beloning. Annemiek Wissink: “De wereldkampioenschappen in San Diego worden een enorme belevenis, maar het is zeker geen vakantie, voor mij is het topsport. Dagelijks spelen we wedstrijden tegen sterke en goed

getrainde speelsters waardoor het niveau erg hoog is”. Het team van Annemiek Wissink bestaat uit drie dames die in toernooivorm tegen zestien Europese, Zuid- en Noord-Amerikaanse landen spelen. Nederland is niet geplaatst en moet dus in een poule van vier landen in ieder geval aantreden tegen één van de toplanden Spanje, Frankrijk, Duitsland of de Verenigde Staten. “Een week lang, elke dag wedstrijden, singles en dubbels, op een hoog niveau is behoorlijk zwaar. Maar ik voel me fit en dat is tegen ervaren speelsters toch het belangrijkste. Goed tennissen

kunnen alle tegenstanders”. De afgelopen maanden heeft Wissink nog extra privélessen genomen en speciaal aan haar verbeterpunten gewerkt. “Ik heb geprobeerd om meer variatie in mijn spel te krijgen waardoor de rally’s net wat minder voorspelbaar worden. Als ik op een WK sta, wil ik zo hoog mogelijk eindigen. Op eerdere WK’s ben ik al eens tweede en derde geworden. Laten we nu streven naar het hoogst haalbare”. Tennissen tegen leeftijdsgenoten is volgens de Haagse, die pas op haar zestiende met tennissen begon, heel anders dan spelen tegen veel jongere tegenstanders. “Ervaren speelsters spelen veel sluwer. Het spel is gevarieerder met meer dropshots en hoge ballen. Er wordt zeker niet alleen maar hard vanuit het achterveld geslagen. Vooral daarom heb ik zoveel aandacht geschonken aan mijn fitheid. In San Diego verwacht ik veel lange rally’s te moeten spelen. Om dat vol te houden moet de conditie goed zijn”. Hoewel het WK voor Wissink een serieuze prestatieve aangelegenheid is, kan ze ook genieten van het spel en de omstandigheden. “Aan het WK doen ook deelnemers van dik in de tachtig mee. Dat vind ik zo inspirerend. Op hoge leeftijd nog zo gezond en sportief in het leven staan en actief tennissen. Als het even kan blijf ik ook nog jaren op dit niveau presteren”. Direct na de teamwedstrijden volgen de individuele wereld leeftijdskampioenschappen waarvoor Annemiek Wissink zich met een 244ste plaats op de wereldranglijst eveneens heeft geplaatst.

In een bar in Bermuda drink ik een drankje aan de bar. De tv staat aan en ja hoor, ze tonen cricket, het 20/20 toernooi in de West Indies. En raad eens wie er speelt, het Nederlands cricketteam. Leuk om die jongens te zien spelen, ze speelden geweldig al was Jamaica een beetje te sterk voor ze. In zo’n wedstrijd met maar twintig ‘overs’ kun je prima zien hoe goed de spelers zijn. Het gaat snel en als je het spel niet snapt, zeg ik, kijk naar een 20/20 wedstrijd en je krijgt een spoedcursus cricket. Goed werk van het Nederlands team en leuk om een drankje te kunnen nemen en tegelijk naar een mooie partij cricket te kijken. Ik wil ook van de gelegenheid gebruik maken om u opmerkzaam te maken op judoka Anicka van Emden. Zij gaat het echt wel maken in de judowereld. Ook respect voor Robin Haase, die zijn prijs als sportman van het jaar op het Haagse sportgala wilde delen. Hij toonde zich daarmee in mijn ogen een groot sportman. Welaan, zoals we allemaal weten, is het 2012 en zitten we zes maanden voor de start van de Olympische Spelen. En elke vier jaar krijg ik dezelfde vraag. Mis je het? Mijn antwoord is nee. Ik ben op het goede moment gestopt. Ik had er genoeg van en was ook te oud geworden. Het is geweldig om een coach te zijn en te proberen je team of je atleet klaar te stomen voor de strijd. Daar raak ik nu opgewonden van. En dan nog iets. In Amerika en Bermuda is februari ‘Black History month’. Dan is het tijd om aandacht te vragen voor degenen, die het verschil hebben gemaakt, niet alleen in de sport maar op alle gebieden en voor mensen van elk ras. Dus wil ik al die mensen bedanken die de test van de tijd doorstonden. Ik kon zelf niet alleen een atleet worden, maar ik kan hier zitten met een drankje en een column schrijven. ‘I say thanks’.

Troy Douglas Trainer, presentator en voormalig sprinter www.troydouglas.nl


18>sport

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

Verhoek gaat, Smolarek komt ADO Den Haag vleugelaanvaller Wesley Verhoek heeft zijn gedroomde transfer. De 25-jarige speler verkast naar FC Twente. Door de verkoop van Marc Janko aan FC Porto, had de Enschedese club de middelen om Verhoek los te weken bij ADO Den Haag. FC Twente trainer Steve McLaren bewees nogmaals gecharmeerd te zijn van de kwaliteiten van Wesley Verhoek. “Wesley heeft één van de beste voorzetten in de eredivisie”. Als trainer van Nottingham Forest had Steve McLaren al eerder Verhoek vastgelegd. Maar de Engelse trainer kon toen niet van de voetbalkunsten van de vleugelspits gebruik maken, omdat Verhoek besliste dat Nottingham niet de plek was waar hij kon aarden. Het kwam nu alsnog tot een transfer.

ADO Den Haag vleugelaanvaller Wesley Verhoek naar FC Twente. > Foto: Creative Images

Contract Verhoek heeft bij FC Twente een contract voor viereneenhalf jaar getekend. De vervanger voor Verhoek werd door ADO Den Haag al snel ge-

presenteerd. De Poolse aanvaller Ebi Smolarek werd voor een half seizoen, met een optie voor nog een seizoen, door de Haagse profclub vastgelegd. De 31-jarige spits keert na acht seizoenen weer terug in de eredivisie. Hij speelde eerder voor Feyenoord. Smolarek was enkele weken geleden bijna rond met RKC Waalwijk, maar tot een transfer kwam het niet. Smolarek wil zich bij ADO Den Haag in de kijker spelen voor het EK dat deze keer onder meer in zijn geboorteland Polen wordt gehouden. Chelsea Smolarek was niet de enige aanwinst van de club van trainer Maurice Steijn. De samenwerking met de Engelse topclub Chelsea begint steeds meer vaste vormen aan te nemen. De 19-jarige Milan Lalkovic, Slowaaks jeugdinternational, momenteel uitkomend in het tweede elftal van Chelsea, komt de gelederen van ADO Den Haag op huurbasis versterken.

Golfer Richard Kind:

‘Spelen op de Europese Tour, dat is nog altijd mijn doel’ Echt bij de pakken neerzitten, daar is Hagenaar Richard Kind (26) de man niet naar. Natuurlijk was de deceptie groot toen hij na een tegenvallend golfjaar op de Challenge Tour tot overmaat van ramp ook niet door de verplichte Qualifying School kwam. Terwijl hij er toch stellig van overtuigd was dat hij die laatste kans op behoud van zijn tourkaart zou grijpen. Het liep net even anders. Door André Buurman

Twee weken geleden startte Richard Kind met de opleiding van golfleraar. Een stapje terug, zoals het lijkt, maar Kind is een totaal andere mening toegedaan. Natuurlijk had hij nog graag op de Europese golfbanen zijn centen verdiend, maar de wereld is zeker niet vergaan, nadat hij zijn tourkaart verspeelde en de herkansing op de Qualifying School liet glippen. De switch van ‘playing professional’ naar de opleiding van golfleraar ziet hij dan ook niet als een nederlaag. “Golf is nog steeds mijn passie en zal het altijd blijven. Ik ben blij dat ik hier mijn ding kan doen”, zegt hij gedecideerd. “Ik voel me er zeker niet te groot of te goed voor. Nu ik mijn geld voorlopig niet als speler kan verdienen, is deze opleiding een mooi alternatief. En zeg nooit ‘nooit’, want ik ben van plan om dit jaar terug te gaan naar de Qualifying School om alsnog mijn spelerslicentie te gaan halen. En als het even kan voor de Europese Tour, zeg maar de Champions League van het Europese golf. Ik wil en zal er alles aan doen om dat doel te bereiken. En lukt het onverhoopt niet, dan weet ik waar ik sta en ook wat me te doen staat”. Thuis in Den Haag blikt Richard Kind (26) terug op zijn eerste jaren als professioneel golfer, waarvan de laatste twee jaar op de Challenge Tour, na de Europese Tour de hoogste golfdivisie. De start van de profcarrière van Kind begint in 2008, als hij na een succesvolle periode als amateur, waar hij onder meer in 2004 het NK Strokeplay wint en tweede wordt op het EK individueel (2008), de sprong naar ‘het echte werk’ waagt. De Qualifying School is nu de lastige hobbel die eerst moet worden genomen om te worden toegelaten tot de Challenge Tour. Daarvoor moet Kind

Professioneel golfer Richard Kind is sinds kort golfleraar.>Foto: Ronald Speijer

na zes rondes van 18 holes een plek bij de beste 65 bemachtigen. Die poging strandt en Kind krijgt de keus. Nog een jaar amateur blijven, of via een top vijf eindklassering op de EPD Tour, de derde golfdivisie, alsnog een startbewijs voor de Challenge Tour ophalen. Hij kiest voor het laatste en niet zonder succes. Met een derde plek slaagt hij met glans. In de verte lonkt de Europese Tour, het ultieme doel. Doorbraak Op de Challenge Tour gelden echter andere wetten. Dat ervaart Richard Kind al heel snel. Zo zijn de golfbanen waar gespeeld wordt moeilijker dan hij gewend was als amateur en op de EPD Tour. Kind moet alles uit de kast halen om zijn ‘kaart’ te behouden. Het lukt, mede dankzij een vierde plaats in Marokko. Meer zit er niet in. Het gewonnen prijzengeld is mager, maar omdat Kind is aangesloten bij Golf Team Holland, de organisatie die de startende golfprofessionals zowel financieel als facilitair ondersteunt en adviseert, hoeft hij niet op zoek naar een sponsor of geldschieter om de jaarlijkse kosten

van ongeveer 50.000 euro te kunnen ophoesten. Het tweede jaar op de Challenge Tour wordt op een doorbraak naar het hoogste platform gehoopt. Het blijkt ijdele hoop te zijn. Kind kan zijn draai niet vinden, mist te veel finales en sluit het seizoen af met een lage klassering, plek nummer 147. Ver beneden zijn stand. Erger nog, Kind verliest door die lage klassering zijn tourkaart en moet zich weer melden op de Qualifying School om alsnog een startbewijs voor 2012 op te halen. Echt een verklaring voor die terugval heeft Richard Kind niet. Zijn spel was vergeleken met het eerste seizoen op de Challenge Tour voor zijn gevoel zelfs beter geworden. Wat ontbrak was een echte uitschieter als die vierde plek in het eerste jaar op een toernooi in Marokko. “Dat heeft me uiteindelijk opgebroken”, geeft hij als verklaring. “Aan de andere kant, er waren echter te weinig rondes dat het goed voelde. Te veel hoge scores. Dan speel je op die momenten meer tegen jezelf ”. Van de negentien toernooien in 2011 haalt Kind slechts zes keer de cut (finale). Met een 26ste plaats in het

Acaya Open in Italië als beste notering en een totaal prijzengeld van nog geen 4500 euro wordt het tweede jaar met een plek in de achterhoede afgesloten. Met alle gevolgen van dien. Uitdaging Ondanks de magere jaren op de Challenge Tour vertrekt Richard Kind vervolgens vol vertrouwen naar de verplichte Qualifying School om zijn verloren tourkaart weer terug te verdienen. Van een ‘dat doe ik wel even’- houding is zeker geen sprake. “Ik moest er gewoon niet aan denken dat het ook wel eens mis kon gaan”. Maar het gaat toch mis. Kind komt niet verder dan de tweede stage en staat met lege handen. De Europese Tour lijkt verder weg dan ooit. Een boterham verdienen als professional golfer is op zijn zachtst gezegd meer dan alleen een uitdaging. Om over een goed belegde boterham maar te zwijgen. Ook Richard Kind ondervond de afgelopen twee jaar dat in het wereldje van de internationale golfsport vooral het ‘ieder voor zich, God voor ons allen’ geldt. En dat alle profes-

sional golfers tonnen per jaar verdienen, is ook een fabel. Kind: “Het prijzengeld op de EPD- en Challenge Tour is laag. Een jaartje spelen kost al gauw een slordige 50.000 euro. Wil je uit de kosten komen, dan moet je heel wat toernooien winnen. Als je bent aangesloten bij de organisatie van Golf Team Holland dan worden de meeste zaken voor je geregeld en krijg je financiële ondersteuning. Kosten als vliegreizen, hotels en maaltijden worden voor je betaald. Als tegenprestatie moet je wel het gewonnen prijzengeld aan ze afstaan. Eenmaal op de Europese Tour wordt het financieel een stuk aantrekkelijker. Los van de echte Europese top, spelers van de Challenge Tour zijn echt niet minder dan die op de Europese Tour is mijn ervaring”. Voorlopig richt Richard Kind zijn pijlen op de opleiding van Golfleraar, die begin januari op Burggolf Zoetermeer is begonnen en ongeveer anderhalf jaar duurt. Een veelzijdige en brede opleiding volgens Kind, waar niet alleen ‘golf’ de hoofdmoot is, maar ook pedagogiek en maatschappijleer belangrijke onderdelen zijn. “En later in het jaar toch weer terug naar de Qualifying School, want de Europese Tour, samen met cracks als Joost Luiten, Maarten Lefeber, Lee Westwood en Rory Mcllroy, blijft toch mijn grootste uitdaging”. Qualifying School De Qualifying School is een groot kwalificatietoernooi dat één keer per jaar (september) wordt gehouden en geen toelatingseis kent, behalve een inschrijfgeld van 1500 euro. De Qualifying School kent drie zogenoemde stages. Bij de eerste en tweede stage moet een speler bij de beste twintig procent van het aantal deelnemers eindigen om door te mogen naar de derde en tevens ‘final stage’. De final stage bestaat uit zes rondes van 18 holes in vier dagen tijd. Een plek bij de beste 65 betekent deelname aan de Challenge Tour. De speler die na zes speeldagen in de top dertig eindigt, mag uitkomen op de Europese Tour, de hoogste divisie. Spelers die de eerste twee stages van Qualifying School niet overleven, kunnen onder andere via de EPD-Tour met een eindklassering in de top vijf een kaart voor de Challenge Tour bemachtigen.


19

varia<

Vrijdag 3 februari 2012 > Den Haag Centraal

stadsgroen

Poppy Apontoweil (1918-2012)

Laatste Honolulu Queen is uitgezongen Door Coos Versteeg

>Foto: Leslie Boon

In de zomer van 2010 was Poppy Apontoweil nog te gast in het Bintang Theater op de Tong Tong Fair, ‘de blonde van het beroemde Hawaiiantrio The Honolulu Queens’. Afgelopen zondag overleed ze, 93 jaar oud. In de jaren veertig was de Honolulu Queens de populairste hawaiiangroep van Nederland. Samen met haar zussen Elly en Titi speelde ze zelfs in Carré in Amsterdam. “Dan ben je echt goed, hoor”, vertelde Poppy in 2010 aan De Sobat, het vriendentijdschrift van de Tong Tong Fair. Poppy Apontoweil werd in 1918 in Padang geboren, waar haar vader hoofdambtenaar van de weeskamer was. Er werd veel muziek gemaakt in het gezin Apontoweil. Haar halfbroers speelden al viool, piano en fluit, Poppy leerde ukulele en staande bas spelen. “Ik leerde met handschoenen aan bas te spelen totdat het eelt op mijn vingers dik genoeg was”. Als gevolg van de zwakke gezondheid van haar vader besloot het gezin nog voor de oorlog naar Nederland te gaan. In 1937 gingen ze wonen op de Beeklaan in Den Haag, waar de bekende hawaiian-

muzikant Theo Ehrlicher de zusjes les ging geven. Met goed gevolg, want de Honolulu Queens wonnen in 1939 het allereerste hawaiian muziekconcours van Nederland en toerden weldra door het hele land. Tijdens de Tweede Wereldoorlog speelden zij gewoon door, zij het dat ze van de Cultuurkamer hun Engelstalige naam Honolulu Queens moesten veranderen in Honoloeloe Koninginnetjes. Ook Engelstalige liedteksten moesten in het Nederlands worden vertaald. Dat gold voor alle hawaiiangroepen in Nederland. Een nieuwe soort muziek ontstond: nederhawaiian, een typisch Hollandse amusementsmuzieksoort waarbij de Kilima Hawaiians de toon aangaven. Hun succes was immens, maar kort. Zus Elly overleed op haar 26ste en zus Titi werd maar veertig. Poppy bleef alleen over. “Ik heb de beker van het hawaiianconcours dat wij wonnen, weggegeven. Ik kon hem niet meer zien. Mijn ukulele heb ik later aan mijn zoon gegeven”, vertelde ze in De Sobat. Kort daarvoor had ze nog gezongen in De Regentenkamer in Den Haag; het lied dat ze vroeger met haar zussen tijdens ieder concert zong, ‘The Honolulu Queens are playing for you’.

Nieuwe functie voor oude persleidingen De persleidingen voor afvalwater die niet meer in gebruik zijn, hoeven niet op korte termijn te worden opgeruimd. Uit onderzoek blijkt dat met de overbodig geworden persleidingen voorlopig geen problemen te verwachten zijn en dus in de bodem kunnen blijven. Opruimen van de oude leidingen kost geld en veroorzaakt overlast voor de omgeving. Door Hans Schmit

De gemeente Den Haag kan een deel van de oude leidingen gebruiken voor andere doeleinden, zoals het tijdelijk opslaan van (regen)water om wateroverlast te voorkomen. Het opgeslagen

water kan dan later weer uit de leidingen worden gepompt. Hoogheemraad Pleun van der Ende kwam vorig jaar met deze suggestie tijdens een studiedag van het Haags Milieucentrum over de mogelijkheden om het regenwater in Laakkwartier, een wijk zonder oppervlaktewater, af te koppelen van de riolering. Afkoppeling van regenwater van het riool voorkomt dat relatief schoon water wordt afgevoerd naar dure zuiveringsinstallaties voor afvalwater. Ook verkleint afkoppeling het risico op het overlopen van riooloverstorten. Volgens Van der Ende ligt er in Laakkwartier, Ypenburg, Loosduinen en onder de Leyweg bijna vijftien kilometer aan oude persleidingen. Deze kunnen ook worden gebruikt als mantelbuis voor kabels en dergelijke.

Het rioolwater uit de Haagse regio wordt schoon gemaakt in vier zuiveringsinstallaties en daarna geloosd op de Nieuwe Waterweg en de Noordzee. Het rioolwater wordt naar en van de zuiveringsinstallaties gevoerd door persleidingen. Met de komst van een nieuwe grote zuiveringsinstallatie in de Harnaschpolder in 2005 is het buizenstelsel ingrijpend veranderd en is een deel komen te vervallen. Het Hoogheemraadschap van Delfland en Den Haag zijn overeengekomen dat de niet meer gebruikte persleidingen alleen worden weggehaald wanneer deze problemen dreigen op te leveren. Eventuele verwijderingen zullen zoveel mogelijk worden gecombineerd met andere werkzaamheden.

alle gebeurtenissen tot aan het cruciale moment. En dan beginnen ze aan geheugenverlies te lijden. U begrijpt wel over welk moment ik het heb: het moment dat zij begonnen geweld te gebruiken. Ze worden weer wakker op het moment dat ze hun vriend, die in een plas met bloed ligt, om hulp horen schreeuwen. De verdachten maakten een niet erg betrouwbare indruk. Zij werden door de rechters grondig ondervraagd. Ze deden dat op een zeer indrukwekkende manier. Ze begonnen rustig met schijnbaar onbeduidende vragen, om

plotseling door te schakelen naar een hogere versnelling om de verdachten te betrappen op leugens en tegenstrijdigheden en hen de hoek in te drijven. Er bleef niet veel van hun geheugenverliesverhaal over. Ze werden betrapt op daderwetenschap; kennis die alleen de dader kan weten. Zoals ik daar in die rechtszaal zat, verbaasde ik mij over de proceshouding van de ene verdachte. Uit het dossier komt namelijk duidelijk het beeld naar voren dat hij niet gestoken heeft, maar dat het steken door de tweede verdachte is gedaan. Als verdachte nummer 1 gewoon schoon schip maakt, dan komt hij misschien weg met een veroordeling voor mishandeling en krijgt hij 4 jaar cel. Eind dit jaar is hij weer vrij. Nu hij zwijgt over de toedracht wacht hem misschien 14 jaar voor moord in vereniging. Verdachte 2 gaat sowieso de bietenbrug op. Daar is geen houden aan. Hij heeft al bekend maar komt daar

Winterhard

‘Historische kou! Diepvrieskou! Bizar winters! en: Fonkelend zwart ijs!’, jubelt een weerman euforisch. De herfst heeft immers lang genoeg geduurd. ‘Begon die niet al in juni?’, is een veelgehoorde grap. ‘De natuur is in de war’ zeggen mensen. Maar de natuur is nooit in de war. De natuur is gewoon ... nou, ja, natuur. Zo leek het afgelopen maand wel lente. Inclusief bloeiende krokussen en hier en daar een hooikoortsaanval. Maar nu, in februari, is het dan zover. Winter! En wat voor één! Binnen een luttel aantal dagen ligt er op sloten en plassen een ijsvloer van wel vier tot een dikke acht centi-

Het organiseren van korte of langere schaatstochten en huiselijk knusse erwtensoepfeestjes is begonnen meter. Het organiseren van korte of langere schaatstochten en huiselijk knusse erwtensoepfeestjes is begonnen. Het is winter: windstil, droog en koud. En wat vinden je tuinplanten en struiken nu eigenlijk van dit weer? Vorige week zijn ze immers al heel enthousiast met de voorbereiding op de lente begonnen. Wees gerust, de meeste soorten zijn tamelijk winterhard. Een temperatuur tot -10 kunnen ze wel eventjes verdragen. Ook de wat meer exotische

verschijningen als Eucalyptus, moerbei, Abutilon, Clematis armandii, jasmijn en Cytisus kunnen wel heel even tegen wat lagere temperaturen. Wil je ze helpen, prop dan heel veel oud afgevallen blad en toefjes hooi tussen de kale stengels. Bedek de boel vervolgens met een restantje vitrage. Wasknijper erop en klaar. Ook handig voor de twijfelgevallen als Salvia, Lavatera en de pioenen. Een enigszins kwetsbaar stamroosje is ook zo in te pakken: wat hooi en een oud gordijn. Want het is niet alleen de temperatuur die de planten de das om doet, het is combinatie met de uitdrogende koude oostenwind die het groen doet huiveren. Absoluut funest voor tuinplanten zijn winterse natte voeten. Het zien wegkwijnen van jarenlange noeste arbeid door simpele verrotting van de wortels is ronduit triest. Dat dit een pleidooi is voor het investeren in het bodemleven en een goede afwatering van je tuin moge duidelijk zijn. Een mooie klus voor het voorjaar. Ondertussen heb ik het zekere voor het onzekere genomen. Omdat ik bewezen onhandig ben met hooi en vitrage staan mijn planten gewoon tijdelijk binnen. Op de trap, want wie wil er met dit weer nu naar buiten? Dan belt mijn 92-jarige oma. We hebben het even over de historische kou. Oma reageert verbaasd: ‘Kind, het is -6, dat noemden wij vroeger gewoon ‘bijna lente!’´. Wendy Hendriksen > Meer columns en een boek op www.wendyhendriksen.nl

juridisch

Besparing

Bezuinigen? Maak het bekennen van een strafbaar feit aantrekkelijker. Deze uitspraak zult u niet meteen snappen. Daarom zal ik het uitleggen. Onlangs zat ik in de rechtszaal als advocaat voor de nabestaanden van een vermoorde jongen. Twee van zijn vrienden staan terecht. Ze gingen met z’n drieën op vakantie. Na een avond flink drinken in de kroeg gingen ze terug naar het huisje. De volgende morgen lag het slachtoffer buiten. Dood na het toebrengen van steken met een groot keukenmes. Beide verdachten herinneren zich

nu op terug. Niemand die hem gelooft. Dat liegen gaat hem extra jailtime kosten. Waarom zwijgt 1? Om zijn vriend te dekken waarschijnlijk. Dat is een dure plicht, zeker omdat ze elkaar over tien jaar waarschijnlijk niet eens meer willen kennen. Rekening houdende met de vervroegde invrijheidstelling gaat de Nederlandse staat deze heren ieder ongeveer 10 jaar opsluiten. Dus 20

Beide verdachten herinneren zich alle gebeurtenissen tot aan het cruciale moment. En dan beginnen ze aan geheugenverlies te lijden

jaar hotel met volpension. Ik heb het opgezocht. Een gevangene schijnt 180 euro per dag te kosten. Hun gevangenschap gaat ons 1,3 miljoen euro kosten. Als het OM nu de bevoegdheid zou krijgen om een deal, een ‘plea bargain’ met een verdachte te sluiten, dan zou deze zaak afgerond kunnen worden met 4 jaar voor verdachte 1 voor mishandeling en 12 jaar voor doodslag voor verdachte 2. Totaal 11 jaar cel, een besparing van bijna 6 ton. Kassa!

Bas Martens Delissen Martens Advocaten www.delissenmartens.nl


20>society

Den Haag Centraal > Vrijdag 3 februari 2012

vilan, renate & de residentie

Heden: Haagse bitterballen Businessclubs, serviceclubs, netwerkclubs, wat kan er nog bij in het Haagje? Een bitterballenborrelclub, natuurlijk. Het is een snel bewezen succes, want de bitterballenborrels veroveren heel Nederland. Nu al zitten ze in 58 steden van het land met op sommige plaatsen maar liefst honderden leden. Iedereen is op het online netwerk terug te vinden. Overal is het anders en toch hetzelfde: geen lidmaatschap, gratis bitterballen met mosterd en zelf de drank betalen. Dat wilden we meemaken. We aten drie dagen alleen worteltjes en waren toen helemaal klaar voor de allereerste Haagse bitterballenborrel. We moesten naar de The Harbour Club Next Door, stond in de uitnodiging. Nog nooit geweest. Het bleek een groot restaurant te zijn dat in de Scheveningse haven met de Gamma rechts boven en Smith Communicatie links boven een geheel eigen Bermuda Driehoek vormde. Een noodlijdende horeca-gelegenheid, zou de borrelbitterbedenker Robert Jan Fick ons later uitleggen. Hij openbaarde ons spontaan wat in de financiële wereld poëtisch het verdienmodel heet. Hij zorgde voor gasten (‘uit mijn eigen netwerk’) en betaalde de ballen. We begrepen: gratis eten leidt tot veel drinken, wat de omzet verhoogt en in het aanwezige netwerk vreugde brengt. Zo eenvoudig was zaken doen nog nooit. Bij de Haagse Business Club hadden ze de dag van tevoren allemaal tegen elkaar gezegd, dat ze toch even bij de bitterballen gingen borrelen. Om te zien wat het was. Eerste indrukken? Stampvol, dat viel meteen op. Iedereen sprak geanimeerd met elkaar. Dresscode: smart casual. Er waren vooral mannen, enkelen met lichtbruine schoenen aan. We zagen een bovengemiddeld aantal kale mannen in pak, wat altijd een zekere testosteron chic bezit. Drie stappen over de drempel heen liepen we in de armen van Jeroen Paul Pupping, de man die Den Haag op de kaart gaat zetten in borrelballenland. Hij deed ons moeiteloos twee, drie nieuwe bittervrienden aan de hand, en zo kwamen wij heel naturel in contact met iemand uit de vooraanstaande bitterballenplaats Arnhem, die inmiddels alle borrels in Nederland afliep. Een levensstijl, suggereerden we, maar dat moesten we anders zien. Hij wees ons weer op een man die de ontdekker van Frans Bauer zou zijn. Niet uit het Haagse, ook een ballenreiziger, net als hij. We probeerden gepast onder de indruk te zijn, ook toen het huwelijk van zanger Jan Smit ter sprake kwam. Dat zijn toch zaken die je op waarde moet kunnen schatten in een netwerkgesprek. En zo, via via, kwamen wij in gesprek met Robert Jan Fick, die uiterst gezellig en spraakzaam was, en die ons voortdurend bitterballen offreerde van de schalen die voortdurend langskwamen. In elke bitterbal was een Hollands vlaggetje gestoken. Dat had iets gezelligs. Robert Jan vertelde hoe het allemaal begonnen was, op een borrel met Franse kazen waarop iemand zei dat hij zo snakte naar een vette hap. “Toen ik ‘s avonds naar huis reed, wist ik het opeens”. Over ambities die uitreikten naar elke stad in Nederland: “Zoals mijn vader zou zeggen, in elk stadje een ander schatje”. Over de verhouding met de andere business-

Alle ballen verzamelen! > Foto's: Otto Snoek

Saskia van PR-bureau ‘Coos!’ lust er wel ragout van.

Baby is in het verkeerde ballenbad terecht gekomen.

clubs: “We willen natuurlijk geen leden stelen”. De toekomst: “Misschien gaan we studentenbitterballenborrels doen. En in de cultuursector, dat zou ik mooi vinden”. En waarom er minder vrouwen waren: “We hadden gezegd op de uitnodiging dat het ging om netwerken met ballen. Misschien is dat verkeerd begrepen. In Bussum hadden we meer vrouwen dan mannen”. Wij vonden dat ook een mysterie, want ja, Bussum, zeg nou zelf, hoe kan zoiets? Van onze Rotterdamse fotograaf hoorden wij later, dat er toch veel

verlegen mensen waren geweest die in hun sociale wanhoop een gesprek met of over de fotograaf begonnen, dit om in vredesnaam iets te zeggen te hebben. Want ja, als iedereen praat, en de bitterballen zijn even buiten eetbereik, dan valt zwijgen op. Dat vonden wij een tedere observatie die we graag meegeven aan onze lezers en lezeressen. Verder zijn wij zeer nieuwsgierig wat het antwoord is van al die Haagse zakenclubs op de bitterballenborrels. O, het wordt een heerlijke lente, dat weten we zeker. Vilan van de Loo

Jahoor… gehemelte verbrand…


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.