RODRIGO BRAGA More Force than Necessary
ARTIST IN RESIDENCE 2010
MORE FORCE THAN NECESSARY
4.7-10.10.2010
IN FLANDERS FIELDS MUSEUM
5
INHOUD | Conteúdo | CONTENT
Schets voor een portret
RASCUNHO PARA UM RETRATO
21
SKETCH FOR A PORTRAIT
37
MEER KRACHT DAN NODIG
53
MAIS FORÇA DO QUE O NECESSÁRIO
67
MORE FORCE THAN NECESSARY
79
LIJST VAN WERKEN | Lista de trabalhos | LIST OF WORKS
94
COLOFON | IMPRESSÃO | IMPRINT
96
7
12mm, 16mm en 24mm — 12mm, 16mm and 24mm
| 2002
| 12mm, 16mm e 24mm
Jan Dewilde, Conservator In Flanders Fields Museum
7
NL
SCHETS VOOR EEN PORTRET Op 10 maart 2010, een bitterkoude woensdagavond, arriveert de jonge Braziliaanse kunstenaar Rodrigo Braga in Ieper vanuit het altijd warme Recife. Op uitnodiging van het In Flanders Fields Museum zal hij aan de slag gaan als artist-in-residence. Hij treedt daarmee in de voetsporen van Val Carman (1999), Berlinde De Bruyckere (2000), Lieve Van Stappen (2001), Ann Veronica Janssens (2002), Mark Anstee (2003), Hans Op de Beeck (2004), Doron Solomons (2005), Kingsley Baird (2007), Wendy Morris (2008) en Camiel Van Breedam (2009). Onder de belforttoren, in het hart van het In Flanders Fields Museum – en van Ieper tout court – creëerden zij nieuw en spraakmakend werk, geïnspireerd door de gruwelijke gebeurtenissen in deze streek, nu bijna 100 jaar geleden. Het In Flanders Fields Museum wordt tegen 2012 volledig vernieuwd en uitgebreid. De stem van de hedendaagse kunstenaar zal ook in het nieuwe museum een belangrijke rol toebedeeld krijgen. Het concept artist-in-residence blijft behouden, evenwel op een andere plaats in het gebouw maar nog altijd als onderdeel van de permanente collectie zodat iedere bezoeker deze actuele artistieke reflectie ontmoet. Rodrigo Braga krijgt dus als laatste de haast sacrale ruimte onder de belforttoren toegewezen. Het is zijn allereerste opdracht van een museum buiten zijn geboorteland. Een uitgebreide introductie van de kunstenaar en zijn werk is dan ook aangewezen. De thema’s die hij aansnijdt, de evolutie in de technieken en media die hij aanwendt om zijn ideeën te verbeelden en zijn manier van werken helpen ons om zijn realisatie in Ieper te begrijpen.
Compensatiefantasie XX — Compensation Fantasy XX
| 2004
| Fantasia de Compensação XX
9
NL
Recife is een zeer grote stad met zo’n 2.000.000 inwoners. De Capibariberivier vloeit er doorheen, aan beide oevers begroeid met mangrove. Zijn hele jeugd neemt zijn vader hem mee op exploratie in de natuur. Rodrigo legt allerhande verzamelingen aan, ook van mineralen en kreeg de familiemicroscoop in handen om deze zaken te bestuderen. Daarenboven zijn er ten huize Braga altijd dieren te vinden (een hond, katten, een schildpad en niet te vergeten een fascinerend aquarium met vissen en krabbetjes…) zodat hier de kiem te vinden is voor zijn diepe empathie voor alle levensvormen in de natuur, zelfs tot mineralen toe. Die begeestering voor de natuur gaat in zijn jeugd hand in hand met een passie voor tekenen. Op zijn eentje, maar ook, tussen zijn 7e en 10e jaar, met een groepje van drie schoolvriendjes die bij elkaar in huis samenkomen om te tekenen. Elk met zijn eigen specialiteit: paarden, machines, vliegtuigen, en in het geval van Rodrigo: bomen, de mangrove, dieren... Uit die periode bewaart hij een opmerkelijke tekening van tien vogels waaronder enkele merkwaardige nieuwe creaturen waarvoor hij tegelijkertijd al nieuwe namen bedenkt. Zijn talent wordt opgemerkt en zijn ouders zorgen ervoor dat hij tussen zijn 10e en 14e jaar les krijgt van een echte kunstenaar: een beeldhouwer waar hij voornamelijk tekent (soms al naar het naakt model). Eerst enkele maanden in groep, daarna twee keer in de week als privéleerling. Als adolescent zal hij vervolgens nog een aantal bijkomende cursussen volgen: tekenen, schilderen, werken met pastel, enz.
SCHETS VOOR EEN PORTRET
Rodrigo Braga wordt in 1976 geboren in Manaus als oudste zoon van twee biologen. De eerste jaren van zijn leven brengt hij door in deze stad aan de rand van het tropisch regenwoud en dicht bij de plaats waar de Rio Solimões en de Rio Negro versmelten tot de Amazone. Er resten foto’s uit die tijd, en familieverhalen, maar persoonlijke herinneringen zijn er niet want vanaf zijn tweede levensjaar verhuist de familie Braga naar Recife waar hij tot op vandaag leeft en werkt.
10
Op school is hij gefascineerd door het vak geschiedenis en droomt hij ervan om archeoloog te worden. Grasduinend in de bibliotheek van zijn ouders vindt hij er vooral boeken over biologie en archeologie, veel meer dan over kunst. Na een uitermate goed geslaagde test volgt hij tussen 1998 en 2002 aan de Federale Universiteit van Pernambuco in Recife de opleiding Beeldende Kunsten die vooral bedoeld is om leraar te worden, iets wat hij nooit overwogen heeft. Net zoals veel van zijn medestudenten volgt hij die richting om kunstenaar te worden. Het ging al bij al om een ouderwetse opleiding: tekenen en schilderen staan op het programma alsook alle grafische technieken. De kennismaking met en de lessen van de professor kunsttheorie blijken daarentegen zeer waardevol en van blijvend belang. Met haar kan hij tot op vandaag over zijn werk discussiëren. Aan de universiteit komt hij via boeken in contact met het werk van andere kunstenaars: in het begin bekoort hem het werk van Robert Rauschenberg en Gustav Klimt, vervolgens ook dat van Joseph Beuys en van Marcelo Coutinho, een locaal kunstenaar. Moderne media als fotografie, het digitaal bewerken van foto’s of videokunst komen niet aan bod. Dat leert hij via privélessen en door de praktijk: op 18-jarige leeftijd gaat hij voor zo’n tien jaar aan de slag als freelance grafisch vormgever. Zijn allereerste foto’s maakt hij nog met een oude camera die hij van zijn vader kreeg. Dit werk om den brode, met zijn vele enerverende deadlines, ligt hem helemaal niet en belet hem veel te veel om als kunstenaar aan de slag te gaan. Toch zal hij nog als universiteitsstudent in 1999, 23 jaar oud, op een groepstentoonstelling zijn eerste werken tonen waaronder het grote schilderij Em Águas Revoltas Peixes Criam Asas (In troebel water kweken vissen vleugels) waarin digitaal gemanipuleerde foto’s verwerkt zitten in de acrylverf. Hij wint de Prêmio Pernambuco de Artes Plásticas Novos Talentos en het schilderij wordt verworven door het Museo de Arte Contemporânea van Olinda. Algauw daarna bergt hij zijn penselen voorgoed op. Hij zoekt zijn weg doorheen het woud van kunststijlen en -technieken en maakt onder meer de conceptuele reeks Velasquez gebaseerd op Las Meninas van Diego Velasquez en Metalinguagem Não Está no Aurélio, Está no Mundo da Arte. Vanaf 2000 start hij met het maken van installaties, performances en van foto’s die hij met computerprogramma’s bewerkt. Van laatstgenoemde techniek is de
11
zevendelige reeks Unha e Carne (Spijker en vlees) het beste voorbeeld. Het vormt een onderdeel van het grote werk Cartas ao Vizinho (Brieven aan de buurman).
Voor het eerst maar zeker niet voor het laatst gebruikt hij zijn eigen lichaam in zijn werk: tekeningen van zijn voet voor Brieven aan de buurman (2000) of afgietsels in lood van zijn vingertoppen die hij monteert op kogels voor het werk 12 mm, 16 mm e 24 mm (2002). Vastgeklonken in een kleurig, met goudverf en nepedelstenen versierd schandblok (Objecten uit de serie Ornamentos para o Corpo, 2003) trekt hij in de grote shoppingcentra van Recife onmiddellijk maar kortstondig de aandacht van niet alleen de winkelende massa maar vooral ook van het veiligheidspersoneel. Van deze performance wordt met de videocamera een registratie van 15’ gemaakt. Dit blijft tot op vandaag omzeggens het enige werk waarin zijn leefomgeving, de metropool, een rechtstreekse rol speelt. Fotografie wordt nu immers algauw zijn geliefkoosde medium. Hij kan hiermee suggestiever en intuïtiever werken. In 2004 wint hij de 45e Pernambuco Beurs voor Plastische Kunsten met zijn project A Manipulação Digital da Fotografia como Meio de Expressão Artística (Digitale manipulatie van fotografie als middel voor artistieke expressie). Uitgangspunt is zijn onvrede met het feit dat de nieuwe en verregaande mogelijkheden die digitale fotografie biedt, niet gebruikt worden om iets nieuws te creëren. Hij wil een werk maken waarvan de toeschouwer duizelig wordt, iets dat zweeft tussen de virtuele en de tastbare wereld. Zijn intentie is niet om een surrealistische fotomontage te maken maar wel om in een digitale omgeving een ‹realiteit› te ‹fabriceren› van iets dat op een of andere manier echt kan bestaan als een resultaat van menselijk vernuft (Rodrigo Braga, The Backstage of a Self-Portrait, zie de website van de kunstenaar: www.rodrigobraga.com.br).
NL SCHETS VOOR EEN PORTRET
De aanslagen van 11 september 2001, gevolgd door de war on terror leiden in 2003 tot de invasie van Irak, iets wat in Brazilië én in België openlijk en massaal afgekeurd wordt. Een aantal onderdelen uit het werk Brieven aan de buurman zijn dan ook sterk politiek gekleurd maar ook de gewelddadige maatschappij waarmee hij dagdagelijks geconfronteerd wordt, laat hem niet onberoerd en vindt in zijn werk weerklank. Voorbeelden hiervan zijn Net (2001) en Sem titulo; Rojões; 12 mm, 16 mm e 24 mm (uit 2002, allemaal onderdelen van Brieven aan de buurman) alsook de reeks Ornamentos paro o Corpo (Ornamenten voor het lichaam) waaronder Gunpowder en Mapa-múndi (2002-2004) en Campo Minado (2003): onverholen aanklachten tegen geweld en wapenhandel.
12
Hij zet zijn theorie om in de praktijk en gaat foto’s maken die de weerslag zijn van uitgekiende performances waaraan heel wat onderzoek vooraf gaat. Die opnamen worden nadien intensief digitaal bewerkt. Het resultaat is meer dan geslaagd en zelfs verontrustend goed. Hij creëert virtuele maar schokkende beelden die ons ontredderen en waarvan we haastig onze blik afwenden, in de overtuiging dat alles wat hij toont écht is. Sedert het ontstaan van de fotografie lijkt de mens immers geconditioneerd: alles waarvan een foto voorhanden is, moet wel echt bestaan… Spraakmakende voorbeelden hiervan zijn Risco de Desassossego (Risico op onbehaaglijkheid, 2004) en Sem titulo (Zonder titel, 2005) maar het is vooral Fantasia de Compensação (Compensatiefantasie) uit 2004 dat een sleutelwerk wordt. De kunstenaar zelf geeft volmondig toe dat dit een werk is dat hij moest maken, gebaseerd op enkele traumatische ervaringen uit het verleden. Na een uitermate lang proces waarbij hij de hulp van velen nodig heeft, bekomt hij een reeks van twintig zeer realistische foto’s die de chirurgische ingreep vastleggen waardoor het (virtuele) hoofd van een man versmelt met delen van een dode, agressieve Rottweiler. Deze foto’s worden door argeloze toeschouwers snel verkeerd begrepen zodat de kunstenaar zich verplicht ziet verklarende nota’s over de betekenis van het werk en de gevolgde werkwijze te schrijven en bv. op zijn website te plaatsen. Compensatiefantasie is een technische en mentale krachttoer en blijft voor Rodrigo Braga nog altijd een van zijn belangrijkste realisaties, een werk dat als een coming of age beschouwd mag worden en dat voor hem de deur opent naar zijn verder oeuvre. In Brazilië zal hij het achtereenvolgens tonen in Olinda (2004), São Paulo (2005), Recife (2006), Belém (2006) en Porto Alegre (2008). De kunstenaar heeft inderdaad sindsdien zijn weg gevonden alsook het medium dat hem voorlopig het best ligt om uitdrukking te geven aan zijn ideeën en creativiteit. Hij wordt soms nogal snel als ‹fotograaf› bestempeld, wat hem niet stoort, maar de camera en het licht vormen zijn penselen, verf en palet waarmee hij iets totaal nieuws schept in plaats van, zoals nogal veel fotografen, simpelweg een bestaand gegeven te registreren. De lezer zal opgemerkt hebben dat de kunstenaar al van bij de aanvang van zijn carrière zorgvuldig nadenkt over de titels van zijn werken. Voor hem maakt een titel immers een volwaardig deel uit van een werk; ook de Engelse vertaling ervan wordt met dezelfde zorg gekozen.
13
2005 is een zeer vruchtbaar jaar. De nauwe band met de natuur wordt hersteld en zal alsmaar belangrijker worden. De kunstenaar aanvaardt dat dit als escapisme gezien kan worden. Niettemin levert het gebruik en de aanwezigheid van de natuur in al haar aspecten uiteindelijk kunstwerken op die metaforen zijn van zijn ideeën over de mens. Opvallend is wel dat vanaf nu zijn foto’s, opnieuw gebaseerd op zorgvuldig bedachte en voorbereide arrangementen, naderhand niet meer gemanipuleerd worden. De kunstenaar gebruikt intensief zijn lichaam als model, niet zozeer omdat hij dit altijd bij de hand heeft en zo op niemand anders een beroep hoeft te doen, maar ook omdat zijn werk gedeeltelijk als een autobiografie gelezen kan worden. Daarenboven heeft hij meer controle over zijn eigen lichaam en kan hij de plastische uitwerking van zijn ideeën veel beter en juister met zijn eigen lichaam uitdrukken zonder iemand anders te laten poseren. Dat vraagt teveel uitleg, tijd… Het moment van de opname vergt ook een uiterste concentratie die moeilijk op iemand anders over te brengen is. Tenslotte en niet in het minst houdt hij gewoonweg ook heel veel van de soms zeer zware fysieke voorbereiding die eraan te pas komt. Hij kiest ervoor om (half-)naakt in zijn werk te figureren zodat iedere anekdotische verwijzing naar een bepaalde beschaving of tijdperk wegvalt en zijn boodschap universeel wordt. Rodrigo Braga ontwikkelt sedert Compensatiefantasie werken die niemand onberoerd laten. Sommige foto’s stoten ons eerst af, andere zijn dan weer zeer sensueel en aantrekkelijk, soms roepen ze deze tegengestelde gevoelens op in één beeld. Zijn werk prikkelt onze fantasie en nieuwsgierigheid. Het roept vragen op en kan op verschillende manieren geïnterpreteerd worden. Ondersteund door de exuberante kleurrijke Braziliaanse fauna en flora – voor West-Europeanen een exotische weelde – creëert hij werken vol van gezochte contradicties. Voor de reeks Da Compaixão Cínica (Over het cynisch medeleven, drie foto’s uit 2005, gevolgd door een vierde in 2007) gaat hij aan de slag met dierlijk slachtafval
NL SCHETS VOOR EEN PORTRET
In 2004 geeft hij zijn baantje als grafisch vormgever op en gaat hij voor zo’n twee en een half jaar aan de slag bij de stad Recife als manager van het departement Beeldende Kunsten op het Stadhuis. Hij coördineert er o.a. de edities 2005 en 2006 van de populaire SPA das Artes/Semana de Artes Visuais (SPA van de kunst/Week van de beeldende kunsten) maar besluit eind maart 2007 ook deze job op te geven om zich uitsluitend op zijn eigen werk te concentreren.
Over het cynisch medeleven I — On the Cynical Compassion I
| 2005
| Da Compaixão Cínica I
15
De reeks Do Prazer Solene (Over het plechtig plezier, 2005) omvat drie foto’s van de kunstenaar die gelukzalig opgaat in het fysieke contact met de elementen. Maar de aangename en sensuele sensatie van water, van het zonlicht en van bloemen vermengd met honing op het gelaat, of van de geur van omgewoelde aarde en het wegzinken van het naakte lichaam hierin, gaan evenzeer over de cyclus van alle levende wezens. Dit werk creëert de kunstenaar na zijn terugkeer van een eerste reis naar WestEuropa eind juni-begin juli 2005. Op uitnodiging van galerie Clairefontaine in Luxemburg geeft hij tijdens zijn workshop Re-signifying Photography tijdens de Photomeetings Luxembourg tekst en uitleg over de mogelijkheden om kunstwerken te maken met behulp van de recente vooruitgang in het digitaal bewerken van foto’s, met als voorbeeld zijn reeks Risico op onbehaaglijkheid (2004). Later dat jaar keert hij in oktober naar het oude continent terug, op uitnodiging van de Ecole Supérieure d’Art in Aix-en-Provence, waar galerie Susini het waagt om zijn Compensatiefantasie te exposeren. Rodrigo Braga maakt van die gelegenheid gebruik om Europa te verkennen: Berlijn en Frankfurt, Lissabon, Marseille en Parijs. De derde reeks uit 2005, Da Alegoria Perecível (Over de bederfelijke allegorie) bestaat als het ware uit acht portretten van nieuwe wezens. Met behulp van planten en fragmenten van dieren als konijnenoortjes, visschubben of een eendenpoot kneedt Braga zich tot een nieuwe hybridische levensvorm waarbij de keuze en kleur van de aangewende materialen hem telkens een andere expressie bezorgen: nu eens agressief, macho, zelfverzekerd en uitdagend, dan weer onzeker, kwetsbaar, achterdochtig of verlegen. In 2006 volgt met de reeks Comunhão (Gemeenschap) een voorlopig eindpunt in deze manier van werken. Deze drie foto’s zijn uitgepuurd, ingetogen en minder decoratief maar hierdoor nog expressiever. In al zijn bedrieglijke eenvoud vormt het een ontroerende en universele triptiek gewijd aan de cirkel van het leven waarbij de kunstenaar zich ontfermt over een gestorven geit en ermee samen
NL SCHETS VOOR EEN PORTRET
dat door minderbedeelden nog gebruikt wordt om voedsel te bereiden zoals kippenpoten of een viskop. Deze dode materie combineert hij met fragmenten van zijn eigen gezonde lichaam waardoor nieuwe misvormde wezens ontstaan die tegengestelde gevoelens oproepen: kracht of machteloosheid, schoonheid versus verval.
16
in de grond wegzinkt. ‹Een nadrukkelijke dialoog tussen leven en dood is aldus opgezet, en de houding om deze twee momenten van het bestaan te benaderen door hun gelijktijdige aanwezigheid en contact onthult de interesse van de kunstenaar om existentiële vragen te behandelen die nauw verband houden met alle wezens, vooral het mensdom› (Clarissa Diniz, Chewing and Empowerment, zie website). De uitgebreide productie van de afgelopen jaren vormt de basis voor zijn eerste twee solotentoonstellingen, eerst in Recife (maart-april 2006, Galeria Marcantonio Vilaça/ Instituto Cultural Banco Real) en later in het najaar in het zeer belangrijke Itaú Cultural te São Paulo, op hetzelfde ogenblik als de 27e biënnale. Beide tentoonstellingen, die elkaar inhoudelijk slechts gedeeltelijk overlappen, gaan gepaard met de eerste publicaties die aan zijn werk gewijd zijn. Ze leveren hem bekendheid op en interessante contacten met andere kunstenaars, curatoren, verzamelaars en galeriehouders. De tentoonstelling in São Paulo is trouwens de rechtstreekse aanleiding tot de uitnodiging om artist-in-residence van het In Flanders Fields Museum te worden. De mens is een levend wezen met een begin en een einde. We leven niet alleen, maar in interactie met elkaar: we hebben familie, maken vrienden, knopen relaties aan. In 2007 ontstaan een aantal schrijnende werken over de stuntelige pogingen van de mens om verlies te verwerken. Hiervoor grijpt Rodrigo Braga eens te meer terug naar het dierenrijk, waarbij hij restanten van dieren, die hij koopt of vindt, manipuleert. Alleen in de foto Teu (Geheel de uwe), die hij voordien samen met Clarissa Diniz bedenkt, speelt hij zelf nog een rol. ‹Alle wezens zijn kwetsbaar, en de relaties die zij onderling aangaan, zijn altijd van onbepaalde duur – niets is voor eeuwig; het leven niet, de macht niet. Dat is wat Hiaat, een recent werk van Rodrigo uitschreeuwt› (Clarissa Diniz, Chewing and Empowerment, zie website). De foto Sereia (Meermin), eveneens uit 2007, is een vergroting op zeer grote schaal van een piepkleine verminkte hagedis en roept opnieuw in één en hetzelfde beeld uiteenlopende gevoelens op. Gruwel en sensualiteit in de vorm van het gekruisigde weelderige lichaam van een onthoofde zeemeermin die zelfs haar staart verloor. Ode is een boekje en vormt zijn bijdrage aan een serie van 20, ontworpen door telkens een andere kunstenaar, gedrukt op een zeer beperkt aantal exemplaren en met de hand ingebonden. Het gaat om een sequentie van 12 foto’s, voor
17
Voor het eerst hanteert hij de camera en maakt Vontade (Wens): een uitermate aangrijpende kortfilm die onze beperkingen om verlies te verwerken, om ons los te maken van een ander en verder te gaan met ons leven, genadeloos registreert. Begin 2008 trekt hij naar Glória do Goitá, een agrarisch gebied in het binnenland op zo’n 75 km van Recife. Daar maakt hij voor het werk Leito (Bed) foto’s bij nacht die hij nadien monteert als een diashow, zodat ze na elkaar oplichten. Hij kiest opnieuw voor opnamen in zwart-wit omdat die in onze perceptie een grotere authenticiteit gekregen hebben – terecht of onterecht – en ook omdat het menselijk oog, in vergelijking met kleurenfoto’s, zich beter kan concentreren op wat van belang is en zich minder verliest in details. Het is een verontrustend en zinnelijk werk over leven en dood: de kunstenaar graaft een dood varken op en neemt plaats in de kuil. Het varken, een dier dat dicht bij de grond leeft en voor wellust staat, confronteert hij met de naakte man. Een maand later trekt hij met vijftien andere kunstenaars voor drie weken opnieuw het binnenland in, deze keer naar de staat Minas Gerais. Daar zal elk van hen nieuw werk maken. Rodrigo Braga vertrekt gewapend met zijn camera en een open geest, hij heeft geen enkel idee wat hij gaat realiseren. De overweldigende natuur inspireert hem tot zeven foto’s van landschappen. Maar geen gewone landschappen. Na het digitaal bewerken van foto’s, het manipuleren van mens en dier grijpt hij ook hier in en schept hij nieuwe landschappen door toevoegingen, soms zeer subtiel, die bij de toeschouwer vragen oproepen en opnieuw de verbeelding stimuleren. Segredo (Geheim) toont een boom met een stam waaruit de zaag groeit die gebruikt wordt om zijn soortgenoten om te leggen. In Mina (Mijn) ejaculeert de aarde een rijkdom aan lekkernijen als een hoorn des overvloed terwijl in Magma een vreemde dikke stroom aan eieren zich langzaam een weg baant. In welk mysterieus woud groeit in de oksel van een boom een tros vissen als een grote vrucht (Samambaia of Adelaarsvaren)? En welke warme rode aarde spuwt
NL SCHETS VOOR EEN PORTRET
de eerste keer en heel doelbewust in zwart-wit, die de dissectie van een hart weergeven totdat dit eruitziet als een opengesperde bloem. De foto’s worden in omgekeerde volgorde afgedrukt zodat pas langzaam duidelijk wordt dat deze bloem een verpletterd hart voorstelt. Naast iedere foto staat een letter, samen vormen die het rijm Ode ao que se fode of Ode aan alles wat verkloot is.
18
als een waterval een school gladde zilverblinkende vissen (Fato of Feit)? En is het de levende boom, waaruit een sikkel bengelt die een andere kaalplukte en om het leven bracht (Paisagem of Landschap)? En wijst het stierenvel dat hij over een rotsblok midden in een snelstromende rivier spant op een heimelijk monster dat even aan de oppervlakte komt (Habitat)? In al deze vreemde landschappen, waarvan het beeld verbreedt van detail tot wijds panorama, valt evenwel geen mens te bespeuren. Bed en Landschappen worden samen tentoongesteld in de Galleria Amparo 60 in Recife van 8 mei tot 6 juni 2008. De tweetalige catalogus reproduceert alle werken. Eind november 2008 kan hij voor een weekje naar Japan reizen: een selectie van zijn foto’s is opgenomen in een groepstentoonstelling van tien Braziliaanse fotografen, opgezet door The Photographic Society of Japan in Yokohama. Hij bezoekt ook Tokio. Begin 2009 maakt hij de film Provisão (Provisie) waarin hij opnieuw het intens fysieke contact met de aarde opzoekt. Een man graaft een immense kuil, aan de voet van een boom. Die wil hij bewaren maar dat vereist evenwel het omhakken, waardoor de boom zijn natuurlijk en levensnoodzakelijk contact verliest met de aarde waarin hij verdwijnt. In 2009 wil hij het thema ‹landschap› verder exploreren: hij wil opnieuw naar het binnenland trekken maar dan voor een veel langere periode. De naam van zijn project ligt al vast: Desejo Eremita (Kluizenaar Verlangen). Met behulp van een beurs van het Braziliaanse Ministerie van Cultuur kan hij zijn droom realiseren. Op de landkaart van Brazilië trekt de naam van het dorp Solidão (Eenzaamheid), op zo’n 400 km van Recife, hem aan. Het telt 5.000 inwoners en ligt aan de rand van de beschaafde wereld, waar de wegen stoppen en internet- en gsmverbindingen haperen. Hij zoekt naar zo’n plaats waar je moeilijk weg kan en het contact met de bevolking niet gemakkelijk zal zijn. Rodrigo Braga trekt ernaartoe maar het blijkt er te gevaarlijk en hij zoekt en vindt een woning aan de rand van de nabijgelegen grotere stad Tabira waar hij in het totaal gedurende drie maanden alleen, als een kluizenaar, zal leven en werken: tussen maart en mei, zo’n 2,5 maanden, gedurende het regenseizoen en daarna nog eens voor een halve maand in november, wanneer het er laaiend heet is. In de regio rond
19
Solidão en Tabira leven nogal wat veehouders, iedere week worden er tientallen runderen geslacht met als gevolg een berg aan slachtafval: beenderen, koppen, horens, oren, darmen… en de mogelijkheid om aan tientallen liters melk te komen.
Kort voor zijn komst naar Ieper voltooit hij een andere kortfilm Sal e Prata (Zout op een droom. Op het eerste gezicht gaat het opnieuw om een man die een kuil graaft, maar er is wel degelijk een breed verschil. Met behulp van zijn blote handen maar ook met een oude zilveren lepel, die al jaren door zijn familie bewaard wordt, graaft hij een metersdiepe cilindervormige put waarin hij volledig verdwijnt. Tijdens het graven geeft hij de aarde zijn energie, zijn zweet en bloed en, op het allerlaatste ogenblik, ook de lepel en de mineralen waarvan die gemaakt is, terug.
en zilver), gebaseerd
SCHETS VOOR EEN PORTRET
De reeks Kluizenaar Verlangen omvat 17 foto’s die, in plaats van louter landschappen, samen een breed episch verhaal vormen rond het thema van de kluizenaar. Zijn verlangens, zijn twijfels, zijn zoeken naar bescherming en geborgenheid, zijn speurtocht naar voedsel, de wreedheid van de natuur en die van de mens: leven en dood gaan hand in hand. Zo groeit dit werk tot een sociologische studie van onze maatschappij. Opnieuw gaan zware fysieke inspanningen sommige opnamen vooraf (zoals voor de foto van een boom waarvan de stam rondom beschermd wordt door een twee meter hoge toren van zware rotsblokken) of gaat de kunstenaar op in het lijfelijk contact met natuurelementen zoals de onderdompeling in het melkbad, het wegkruipen in foetushouding in een bed gemaakt van rotsen, de glanzende tooi van geitenhaar… In Kluizenaar Verlangen wordt onze verbeelding opnieuw geprikkeld: wie is die kluizenaar die runderoren uit een vijver vist en als een trofee omhoogsteekt of ermee over zijn rug het oerwoud intrekt?
NL
Over het plechtig plezier II — On the Solemn Pleasure II
| 2005
| Do Prazer Solene II
Jan Dewilde, Curador In Flanders Fields Museum
21
P RASCUNHO PARA UM RETRATO Em 10 de março de 2010, numa noite amargamente fria de quarta-feira, o jovem artista brasileiro Rodrigo Braga chega a Ieper, vindo do Recife, onde é sempre quente. Ele começará a trabalhar como Artista Residente a convite do In Flanders Fields Museum. Nessa trilha, Rodrigo segue os passos de Val Carman (1999), Berlinde De Bruyckere (2000), Lieve Van Stappen (2001), Ann Veronica Janssens (2002), Mark Anstee (2003), Hans Op de Beeck (2004), Doron Solomons (2005), Kingsley Baird (2007), Wendy Morris (2008) e Camiel Van Breedam (2009). Sob a torre do sino, no coração do In Flanders Fields Museum e, em suma, de Ieper, eles criaram obras novas e de grande repercussão, inspiradas pelos horrendos eventos ocorridos na região há quase 100 anos. O In Flanders Fields Museum será completamente renovado e ampliado em 2012. A voz do artista contemporâneo passará a ser predominante no novo museu. O conceito de Artista Residente será mantido, embora numa parte diferente do museu, mas ainda integrará a coleção permanente de forma que todo visitante possa visualizar essa reflexão artística contextualizada. Rodrigo Braga será, portanto, o último artista a se beneficiar desse espaço quase sagrado sob a torre do sino. Este é o primeiro trabalho dele num museu localizado fora de seu país natal. Assim, faz-se necessária uma apresentação abrangente do artista e de sua obra. Os temas que ele propõe, a evolução das tecnologias e das mídias que ele usa e seu método de trabalho nos ajudarão a compreender o que Rodrigo produziu em Ieper.
Over de bederfelijke allegorie VIII — On the Perishable Allegory VIII
| 2005
| Da Alegoria Perecível VIII
23
P
O Recife é uma cidade de grande porte, com aproximadamente 2 milhões de habitantes. É atravessada pelo Rio Capibaribe, cujas margens são cobertas por mangues. Durante toda a infância de Rodrigo, seu pai o levava em viagens de exploração na natureza. Começou, então, a fazer várias coleções, inclusive de minerais, e seus pais deixavam que ele usasse o microscópio da família para estudar esses objetos. Além disso, a família sempre teve vários animais em casa (um cachorro, gatos, uma tartaruga, isso sem esquecer o fascinante aquário cheio de peixes e caranguejos…); é aí que se origina sua profunda empatia com todos os seres da natureza - incluindo até os minerais. Ainda na infância, seu entusiasmo pela natureza anda lado a lado com sua paixão pelo desenho. Às vezes sozinho, mas também (entre os 7 e os 10 anos de idade) com um pequeno grupo de amigos que se encontravam nas casas uns dos outros para desenhar. Cada um tinha sua especialidade: cavalos, máquinas, aviões, e a de Rodrigo eram as árvores, o mangue, os animais… Desse período, ele guardou um impressionante desenho de dez pássaros, incluindo algumas criaturas surpreendentes para as quais ele imaginou novos nomes. Seu talento não passou despercebido. Seus pais chamaram um artista de fato para lhe dar aulas dos 10 aos 14 anos: um escultor com quem ele praticava principalmente o desenho (ocasionalmente, com modelos nus). No começo, passou alguns meses num grupo, depois tinha aulas individuais duas vezes por semana. Na adolescência, fez vários cursos um após o outro: desenho, pintura, trabalho com pastéis, etc.
RASCUNHO PARA UM RETRATO
Filho mais velho de dois biólogos, Rodrigo Braga nasceu em Manaus, em 1976. Passou os primeiros anos de sua vida nessa cidade, nos arredores da floresta amazônica e perto do ponto de encontro entre o Rio Solimões e o Rio Negro, que se juntam para formar o Rio Amazonas. Ainda há algumas fotos desse período, bem como histórias de família, mas nada de memórias pessoais, pois, quando tinha apenas dois anos, a família Braga se mudou para o Recife, onde Rodrigo ainda hoje vive e trabalha.
24
Na escola, Rodrigo fica fascinado pelas aulas de História e sonha em se tornar arqueólogo. Investigando a biblioteca de seus pais, encontra mais livros sobre biologia e arqueologia do que sobre arte. Depois de obter um resultado fantástico no exame vestibular, ele se dedica ao estudo das Artes Plásticas na Universidade Federal de Pernambuco, em Recife, entre 1998 e 2002. O curso é direcionado principalmente para futuros professores - uma carreira que ele nunca pensou em seguir. Como muitos de seus colegas de curso, ele escolheu essa área para se tornar um artista. No fim das contas, a prática estava defasada: tanto desenho e pintura faziam parte do currículo como artes gráficas. No entanto, a introdução à teoria da arte e as aulas da professora dessa disciplina foram muito valiosas e tiveram uma importância duradoura na sua trajetória. Ainda hoje Rodrigo discute seu trabalho com ela. Na universidade, ele foi apresentado ao trabalho de outros artistas por meio dos livros: no início, as obras de Robert Rauschenberg e Gustav Klimt o cativaram; mais tarde, chamaram sua atenção Joseph Beuys e o artista local Marcelo Coutinho. Mídias modernas, como a fotografia e a arte com processamento digital de foto e vídeo, não eram abordadas. Ele aprende sobre esses formatos em aulas particulares e na prática: aos 18 anos, começa a trabalhar como designer gráfico freelance, atividade que exerceria durante 10 anos de sua vida. Faz suas primeiras fotos com uma câmera antiga que seu pai lhe deu. No entanto, ele não apreciava esse tipo de trabalho como forma de ganhar a vida: os prazos irritantes o impediam de trabalhar como artista. Aos 23 anos, porém, enquanto ainda estudante na universidade, em 1999, ele participa de uma mostra coletiva com seus primeiros trabalhos, incluindo o enorme quadro Em Águas Revoltas Peixes Criam Asas, que integra fotos manipuladas digitalmente e tinta acrílica. Ele recebe o Prêmio Pernambuco de Artes Plásticas Novos Talentos, e a pintura é adquirida pelo Museu de Arte Contemporânea de Olinda. Pouco depois, Rodrigo deixa seus pincéis de lado definitivamente. Ele encontra seu caminho na floresta de estilos e técnicas artísticas e cria, entre outras, a série conceitual Velásquez, baseado em Las Meninas, de Diego Velásquez, e Metalinguagem Não Está no Aurélio, Está no Mundo da Arte.
25
A partir de 2000, começa a fazer instalações, performances e fotos que ele processa com programas de computador. O melhor exemplo desse último tipo é a série em sete partes Unha e Carne, que faz parte da grande obra Cartas ao Vizinho.
Esta é a primeira vez - mas, sem dúvida, não a última - que ele usa o corpo na sua obra: desenhos de seu pé para Cartas ao Vizinho ou fôrmas de chumbo de seus dedos colocadas em balas para a obra 12mm, 16mm e 24mm (2002). Preso num pelourinho decorado com tinta dourada e falsas pedras preciosas (Objeto da série Ornamentos para o Corpo, 2003), ele instantaneamente, embora por pouco tempo, chama a atenção da massa de freqüentadores de shopping e, especialmente, dos seguranças dos grandes shopping centers do Recife. Foi feito um vídeo de 15 minutos dessa performance. Até hoje, é a única obra em que seu entorno, a metrópole, tem influência direta. A fotografia logo se tornou sua mídia preferida. Ela permite que Rodrigo trabalhe mais sugestivamente e mais intuitivamente também. Em 2004, ele ganha uma bolsa de pesquisas no 45º Salão de Artes Plásticas de Pernambuco com seu projeto A Manipulação Digital da Fotografia como Meio de Expressão Artística. O ponto de partida é sua insatisfação com o fato de que as novas e extensas possibilidades oferecidas pela fotografia digital não estão sendo usadas para criar novidades. Ele quer criar obras que deixem o espectador atordoado, alguma coisa que flutue entre o mundo virtual e o mundo tangível. Sua intenção não é produzir uma montagem fotográfica surrealista, mas ‹fabricar› uma ‹realidade›, num ambiente digital, de algo que possa verdadeiramente existir como fruto da engenhosidade humana (Rodrigo Braga, Dos Bastidores de um Auto-retrato, ver website: www.rodrigobraga.com.br).
P RASCUNHO PARA UM RETRATO
Os ataques de 11 de setembro de 2001, seguidos pela guerra ao terror, resultaram na invasão ao Iraque, em 2003, que foi aberta e maciçamente criticada tanto no Brasil como na Bélgica. Algumas das partes da obra Cartas ao Vizinho têm tons altamente políticos. A sociedade violenta com que ele se depara cotidianamente também não o deixa indiferente e ecoa em sua obra. Exemplos disso são Net (2001) e Sem titulo; Rojões; 12mm, 16mm e 24mm (de 2002, todas partes de Cartas ao Vizinho), bem como a série Ornamentos para o Corpo, incluindo Gunpowder (Pólvora) e Mapa-múndi, de 2002–2004, e Campo Minado (2003): denúncias declaradas contra a violência e o comércio de armas.
26
Rodrigo coloca sua teoria em prática e faz fotos que são produto de performances pensadas, precedidas de um volume considerável de pesquisa. Essas fotos são, em seguida, processadas digitalmente de forma intensiva. Os resultados são mais do que bem-sucedidos e, até mesmo, assustadoramente bons. Ele cria imagens virtuais, mas chocantes e revoltantes, das quais desviamos rapidamente os olhos, convencidos de que tudo que ele nos mostra é verdadeiramente real. Desde o surgimento da fotografia, aparentemente o homem foi condicionado a acreditar que tudo que foi fotografado realmente existe… Exemplos gritantes disso são Risco de Desassossego (2004) e Sem Titulo (2005), mas é principalmente Fantasia de Compensação, de 2004, que se tornará uma obra-chave. O próprio artista concorda francamente que essa é uma obra que ele foi compelido a fazer a partir de experiências traumáticas do passado. Depois de um processo excessivamente longo, que exigiu a ajuda de muitas pessoas, ele obteve uma série de vinte fotos extremamente realistas de uma cirurgia em que a cabeça (virtual) de um homem é fundida com partes de um agressivo Rottweiler morto. Essas fotos são facilmente mal-interpretadas por espectadores desavisados, e o artista sentiu-se obrigado a escrever notas explicativas sobre o significado da obra e sobre o método adotado e colocá-las em seu website. Fantasia de Compensação é um tour de force mental e técnico. Ainda é uma das principais realizações de Rodrigo Braga, uma obra que pode ser considerada a sua entrada na maturidade artística e abre as portas para seu trabalho subseqüente. No Brasil, ele expõe essa obra em Olinda (2004), São Paulo (2005), Recife (2006), Belém (2006) e Porto Alegre (2008). De fato, desde então o artista encontrou seu caminho e a forma mais adequada de expressão, pelo menos atualmente, para suas idéias e sua criatividade. De vez em quando, ele é apressadamente rotulado de ‹fotógrafo›, o que não o perturba, mas a câmera e a luz são seus pincéis, a tinta e a paleta com que ele cria algo inteiramente novo, em vez de simplesmente registrar algo que já existe, como a maioria dos fotógrafos faz. O leitor deve ter percebido que, desde o início de sua carreira, o artista refletiu cuidadosamente sobre o título de suas obras. Para ele, o título é parte integrante de uma obra; as traduções também foram escolhidas com o mesmo cuidado. Em 2004, deixou de atuar como designer gráfico e trabalhou por dois anos e meio como gerente do Departamento de Artes Visuais da Prefeitura do Recife. Coordenou,
27
entre outros eventos, as edições de 2005 e 2006 do conhecido SPA das Artes/ Semana de Artes Visuais, mas, no fim de março de 2007, decidiu abdicar desse cargo para se concentrar completamente na sua obra.
O artista usa intensamente seu corpo como modelo: não apenas porque está sempre disponível e, portanto, não se faz necessário chamar outras pessoas, mas também porque a obra pode ser vista, em parte, como uma autobiografia. Além disso, ele tem mais controle sobre seu próprio corpo e consegue expressar melhor e com mais precisão a construção plástica de suas idéias sem outra pessoa posando para ele. Isso requer explicações demais, tempo demais… O momento da fotografia requer também uma concentração extrema, algo difícil de transmitir a outra pessoa. Por fim, mas não menos importante, Rodrigo simplesmente tem prazer na intensa preparação física que freqüentemente se faz necessária nesse processo. Ele opta por aparecer (semi-)nu em sua obra para que qualquer referência imagética a uma era ou civilização se dissipe e sua mensagem se torne universal. Desde Fantasia de Compensação, Rodrigo Braga elabora obras às quais ninguém fica indiferente: algumas fotos causam repulsa a princípio; outras são altamente sensuais e cativantes. Ocasionalmente, esses sentimentos conflitantes são invocados numa mesma imagem. Sua obra estimula nossa fantasia e curiosidade e levanta questões que podem ser interpretadas de várias formas. Apoiado na fauna e na flora exuberantes do Brasil - uma opulência exótica para os europeus ocidentais -, ele cria seus trabalhos transbordantes de contradições internas. Para a série Da Compaixão Cínica (três fotos de 2005, seguidas de uma quarta em 2007), utiliza restos de matadouro que os menos privilegiados usam para preparar comida, como pés de galinha ou cabeça de peixe. Ele combina essa matéria morta com fragmentos de seu próprio corpo saudável, criando novos seres
P RASCUNHO PARA UM RETRATO
O ano de 2005 foi altamente produtivo. Rodrigo restaura seus laços íntimos com a natureza, que se torna cada vez mais importante. O artista admite que isso pode ser compreendido como escapismo. Contudo, o uso e a presença da natureza em todos os seus aspectos acabam por produzir obras de arte que são metáforas de suas idéias sobre o homem. Surpreendentemente, desse momento em diante, suas fotos, baseadas, como de costume, em preparativos bem pensados e elaborados, não são mais manipuladas posteriormente.
Gemeenschap I — Communion I
| 2006
| Comunhão I
29
deformados que conjuram sentimentos conflitantes: força ou impotência, beleza versus decomposição.
A terceira série de 2005, Da Alegoria Perecível, constitui-se de algo semelhante a oito retratos de novos seres. Com a ajuda de plantas e fragmentos de animais, como orelhas de coelho, escamas de peixe e um pé de pato, Braga se transfigura numa nova forma de vida híbrida, em que a escolha dos materiais e de suas cores lhe dá uma expressão diferente a cada momento: às vezes, agressivo, másculo, seguro e desafiador; mas também, inseguro, vulnerável, desconfiado ou tímido. Na série Comunhão, de 2006, ele abandona temporariamente esse método de trabalho. Essas três fotos são destiladas, brandas e menos decorativas, mas isso também as torna ainda mais expressivas. Em toda a sua simplicidade enganadora, há um tríptico dinâmico e universal, devotado ao ciclo da vida, em que o artista apieda-se do bode e afunda no chão com ele. ‹Um pertinente diálogo entre a vida e a morte é assim travado, e a atitude de aproximar esses dois momentos da existência através de sua simultânea presentificação e contato traduz o interesse do artista em lidar com temas existenciais inerentes a todos os seres (sobretudo os humanos)› (Clarissa Diniz, Mastigação e Empoderamento, ver website).
P RASCUNHO PARA UM RETRATO
A série Do Prazer Solene (2005) compreende três fotos do artista jubilosamente absorvido pelo contato físico com os elementos. Mas a sensação agradável e sensual da água, ou os raios de sol e as flores amalgamados com o mel sobre a face, ou os fragmentos de terra escavada e o afundamento nela do corpo nu também fazem referência ao ciclo de todos os seres vivos. O artista cria essa obra depois de retornar de sua primeira viagem à Europa Ocidental no fim de junho, início de julho de 2005. A convite da Clairefontaine Gallery, em Luxemburgo, no decorrer de sua oficina Re-signifying Photography, no Photomeetings Luxembourg, ele dá explicações detalhadas sobre as possibilidades de produzir obras de arte com os recentes avanços do processamento digital de fotos usando sua série Risco de Desassossego (2004) como exemplo. Algum tempo depois, naquele mesmo ano, ele volta para o Velho Continente em outubro a convite da École Supérieure d’Art d’Aix-en-Provence e exibe sua Fantasia de Compensação na Galerie Susini. Rodrigo Braga abraça a oportunidade de explorar a Europa: Berlim e Frankfurt, Lisboa, Marselha e Paris.
30
A extensa produção dos anos anteriores constitui a base para suas duas primeiras exposições individuais, a primeira em Recife (março/abril de 2006, na Galeria Marcantonio Vilaça/Instituto Cultural Banco Real) e a outra no renomado Itaú Cultural, em São Paulo, quando simultaneamente ocorria a 27ª Bienal Internacional. Ambas as exposições, similares em conteúdo apenas em parte, foram acompanhadas pelas primeiras publicações dedicadas à sua obra. Essas exposições proporcionaram a Rodrigo reconhecimento e contatos interessantes com outros artistas, curadores, colecionadores e proprietários de galeria. A exposição em São Paulo foi, de fato, a razão mais imediata do convite para se tornar Artista Residente do In Flanders Fields Museum. O homem é um ser vivo com um começo e um fim. Não vivemos sozinhos, interagimos uns com os outros: temos família, fazemos amigos, entramos em relacionamentos. Em 2007, ele cria algumas obras pungentes sobre as tentativas desengonçadas do homem de viver acompanhado. Para isso, Rodrigo Braga mais uma vez volta ao reino animal, onde agora se dedica principalmente à manipulação de restos de animais que compra ou acha. Somente na foto Teu, que concebeu previamente junto com Clarissa Diniz, ele ainda faz o papel de si mesmo. ‹São vulneráveis os seres, e as relações entre eles estabelecidas são sempre indeterminadas — nada é perene; nem a vida, nem o poder. É o que grita Hiato, obra que intitula a exposição de Rodrigo Braga› (Clarissa Diniz, Mastigação e Empoderamento, ver website). A foto Sereia, também de 2007, é uma ampliação em grande escala de uma lagartixa desmembrada e, novamente, invoca sentimentos mistos numa só imagem. Horror e sensualidade na forma crucificada do corpo suntuoso de uma sereia decapitada, que perdeu também sua cauda. Ode é um livreto e sua contribuição a uma série de 20, cada um deles criado por outro artista, impresso num número muito limitado de cópias e costurado à mão. Trata-se de uma seqüência de 12 fotografias, propositalmente (e pela primeira vez) em preto e branco, mostrando um coração sendo dissecado até que pareça uma flor desabrochada. As fotos foram impressas na ordem inversa, de forma que só gradualmente se torna claro que essa flor representa um coração esmagado. Do lado oposto de cada foto, há uma letra; juntas, formam a rima Ode ao que se fode.
31
Rodrigo usa uma câmera de vídeo pela primeira vez e faz Vontade: um curta extremamente emocionante que registra brutalmente nossas limitações em lidar com a perda, em deixar que o outro se vá e em seguir com nossa vida.
Um mês depois, Rodrigo Braga sai novamente para uma viagem de três semanas no interior com quinze outros artistas. Desta vez, para o estado de Minas Gerais. Lá, cada um deles pretende criar um novo trabalho. Vai munido de sua câmera e de uma mente aberta - ele não tem idéia do que vai produzir. A natureza avassaladora o inspira a tirar sete fotos de paisagens. Mas nada de paisagem comum. Depois de processar digitalmente as fotos e manipular homens e animais, ele intervém mais uma vez e cria novas paisagens fazendo acréscimos, às vezes muito sutis, que levantam questões na mente do espectador e novamente estimulam a imaginação. Segredo mostra uma árvore com um tronco de onde cresce uma serra que é usada para derrubar suas congêneres. Em Mina, a terra ejacula uma abundância de delícias como uma cornucópia; enquanto que, em Magma, uma estranha e espessa corrente de ovos gradualmente abre caminho. Em que floresta misteriosa um cardume de peixes brota do caule de uma árvore como uma grande fruta (Samambaia)? E que tipo de terra vermelha e quente cospe uma torrente de peixes escorregadios prateados, como numa cachoeira (Fato)? E terá sido a árvore viva, na qual está pendurada uma foice, que desbastou a outra árvore até a nudez e a matou (Paisagem)? E será que a pele de touro, que se espicha sobre as pedras no meio do rápido fluxo de um rio, remete a um monstro secreto que emerge por pouco tempo (Habitat)? Em todas essas paisagens, em que a imagem se alarga a partir do detalhe para um panorama amplo, não há nenhum único ser humano.
P RASCUNHO PARA UM RETRATO
No começo de 2008, ele vai para Glória do Goitá, uma região agrária do interior, a cerca de 75 km do Recife. Lá, ele tira fotos para a obra Leito, que monta depois em slides, de forma que se iluminem em seqüência. Ele opta novamente por fotos em preto e branco já que, para o bem ou para o mal, elas adquirem maior autenticidade na nossa percepção e também porque, ao contrário do que acontece nas fotos coloridas, o olho humano consegue se concentrar melhor no que é importante e menos nos detalhes. É uma obra perturbadora e sensual sobre a vida e a morte: o artista exuma um porco morto e toma o lugar dele. Ele confronta o porco, um animal que vive próximo ao chão e representa a volúpia, com o homem nu.
Hiaat — Hiatus
| 2007
| Hiato
33
As séries Leito e Paisagens foram exibidas juntas na Galeria Amparo 60, no Recife, de 8 de maio a 6 de junho de 2008. O catálogo bilíngüe reproduz todas essas obras.
No começo de 2009, ele faz o filme Provisão, em que novamente entra em intenso contato físico com o solo. Um homem cava um buraco enorme ao pé de uma árvore. Ele quer ficar com a árvore, mas para isso ela tem de ser derrubada, fazendo com que perca seu contato natural e vital com a terra em que desaparece. Rodrigo pretende explorar mais o tema ‹paisagem› e vai de novo para o interior, por um período ainda mais longo. O projeto tem um nome: Desejo Eremita. Graças ao Ministério da Cultura, ele pôde realizar seu sonho. No mapa do Brasil, o nome de um município chamado Solidão, a cerca de 400 km do Recife, chama a atenção dele. Possui 5 mil habitantes e fica na fronteira do mundo civilizado, onde as estradas acabam e a internet e o sinal de telefone celular caem. Ele está procurando um lugar de onde seja difícil escapar e onde não seja fácil ter qualquer contato com a população. Rodrigo Braga viaja para lá, mas é muito perigoso. Assim, procura uma casa nos arredores do município vizinho, um pouco maior, chamado Tabira, onde vive e mora sozinho e recluso por três meses: primeiro, entre março e maio, algo perto de dois meses e meio, durante a estação das chuvas; depois, por duas semanas em novembro, quando faz um calor causticante. Na região que circunda Solidão e Tabira, há muitos pecuaristas. Toda semana, dezenas de animais são abatidos, deixando uma montanha de restos de matadouro: ossos, cabeças, chifres, orelhas, intestinos… e há possibilidade de conseguir dezenas de litros de leite. A série Desejo Eremita é composta de 17 fotos, que, em vez de mostrarem meras paisagens, criam uma ampla e épica história sobre o tema do eremita. Seus anseios, suas dúvidas, sua busca por proteção e segurança, sua procura por comida, a crueldade da natureza e do homem: vida e morte andam de mãos dadas. Esse trabalho evolui, então, para um estudo sociológico da nossa sociedade. Novamente, algumas fotos são precedidas de esforço físico (como
P RASCUNHO PARA UM RETRATO
No fim de novembro de 2008, Rodrigo teve a oportunidade de viajar para o Japão por uma semana: uma seleção de suas fotos foi incluída numa mostra coletiva de dez fotógrafos brasileiros, organizada pela Sociedade Fotográfica do Japão, em Yokohama. Ele visita Tóquio também.
Meermin — Mermaid
| 2007
| Sereia
35
a foto em que há uma árvore com o tronco cercado por uma torre com dois metros de altura de pesadas pedras) ou o artista entra em contato físico com elementos naturais: imergindo num banho de leite, rastejando de uma cama de pedras na posição fetal, usando um ornamento brilhoso feito de pêlos de bode… Em Desejo Eremita, nossa imaginação é estimulada de novo: quem é esse eremita que pesca orelhas de gado em um açude e os levanta como troféu ou entra na floresta primaveril carregando-as nas costas?
RASCUNHO PARA UM RETRATO
Pouco antes de sua chegada em Ieper, ele completou outro curta, Sal e Prata, baseado num sonho. À primeira vista, trata-se novamente de um homem cavando um buraco, mas na verdade é muito diferente. Ele cava um buraco cilíndrico muito fundo, no qual desaparece, usando somente as mãos e uma colher de prata, que a família guardou por muitos anos. Enquanto cava, ele devolve ao solo sua energia, seu suor e sangue e, no último instante, a colher e o mineral de que é feita.
P
Bed
| 2008
| Leito
Jan Dewilde, Curator In Flanders Fields Museum
SKETCH FOR A PORTRAIT On 10 March 2010, a bitterly cold Wednesday evening, the young Brazilian artist Rodrigo Braga arrived in Ypres from Recife where it is always warm. He will set to work as the Artist-in-Residence at the invitation of the In Flanders Fields Museum. In doing so he follows in the footsteps of Val Carman (1999), Berlinde De Bruyckere (2000), Lieve Van Stappen (2001), Ann Veronica Janssens (2002), Mark Anstee (2003), Hans Op de Beeck (2004), Doron Solomons (2005), Kingsley Baird (2007), Wendy Morris (2008) and Camiel Van Breedam (2009). Under the belfry tower, in the heart of the In Flanders Fields Museum and of Ypres tout court, they created new and much talked-about work, inspired by the atrocious events in this region almost 100 years ago. The In Flanders Fields Museum will be entirely renovated and extended by 2012. The voice of the contemporary artist will also be given a predominant role in the new museum. The Artist-in-Residence concept will be maintained, albeit in a different location in the museum, but it will still be a part of the permanent collection so that every visitor can view this topical artistic reflection. Rodrigo Braga will therefore be the last artist to benefit from this almost sacred space under the belfry tower. This is his very first museum assignment outside his native country. An extensive introduction of the artist and his work is thus required. The themes he broaches, the evolution in the techniques and media he uses to illustrate his ideas and his work method help us understand his realisation in Ypres.
37
E
Geheim, uit de reeks Landschappen Secret, from the series Landscapes
| 2008
| Segredo, da sĂŠrie Paisagens
39
Recife is a very large city of some 2,000,000 inhabitants. The Capibaribe river flows through it and both its banks are covered with mangrove trees. Throughout his youth his father takes him on nature exploration trips. Rodrigo creates all kinds of collections including minerals and is allowed to use the family microscope to study these items. Moreover, the Braga household always keeps a number of animals (a dog, cats, a tortoise, not forgetting a fascinating aquarium with fishes and small crabs…); this is where his deep empathy with all forms of life in nature that even includes minerals originates. During his youth this enthusiasm for nature goes hand in hand with a passion for drawing. On his own, and also between the age of 7 and 10, with a small group of school friends who meet at each other’s homes to draw. Each one of them has his own speciality: horses, machines, airplanes, and as concerns Rodrigo: trees, the mangrove, animals... From this period he has kept a remarkable drawing of ten birds including some astonishing new creatures for which he also imagines new names. His talent doesn’t go unnoticed and between the age of 10 and 14 his parents get a genuine artist to teach him: a sculptor with whom he mainly draws (occasionally from a nude model). At first a few months in group, then twice a week as a private pupil. As an adolescent he subsequently takes a number of additional courses: drawing, painting, working with pastels, etc.
E SKETCH FOR A PORTRAIT
Rodrigo Braga was born in Manaus in 1976, the eldest son of two biologists. He spent the first years of his life in this city on the outskirts of the tropical rain forest and close to the place where the Rio Solimões and the Rio Negro join to form the Amazon river. There are still some photos of that period as well as family stories, but there are no personal memories because when he was two years old the Braga family moved to Recife where Rodrigo still lives and works today.
40
At school he is fascinated by the history course and dreams of becoming an archaeologist. Browsing through his parents’ library he finds more books about biology and archaeology than about art. After obtaining an outstanding result in a test he trains in the Visual Arts at the Federal University of Pernambuco in Recife between 1998 and 2002. This course is mainly intended for future teachers, a career he has never considered embarking on. Like many of his fellow students he opted for this discipline to become an artist. All in all the training is outdated: drawing and painting are part of the curriculum as well as graphic arts. However, the introduction to and the lessons of the professor of art theory are very valuable and of lasting importance. He continues to discuss his work with her to the present day. At the university he is introduced to the work of other artists through books: at the beginning the work of Robert Rauschenberg and Gustav Klimt appeal to him, later on Joseph Beuys, as well as the local artist Marcelo Coutinho. Modern media like photography, the digital processing of photos or video art are not discussed. He learns about these during private tuition and through practice: at the age of 18 he starts a ten year period of work as a freelance graphic designer. He takes his very first photos with an old camera his father gives him. He doesn’t like this work for a living: its irritating deadlines prevent him from working as an artist. At the age of 23, however, and while still at university he exhibits his first works at a group exhibition in 1999, including the large painting Em Águas Revoltas Peixes Criam Asas (In Turbid Water Fish Grow Wings) that integrates digitally manipulated photos in acrylic paint. He is awarded the Prêmio Pernambuco de Artes Plásticas Novos Talentos and the painting is purchased by the Contemporary Art Museum of Olinda. Shortly afterwards he definitively puts away his brushes. He finds his way through the forest of art styles and techniques and creates amongst others the conceptual series Velasquez based on Las Meninas by Diego Velasquez and Metalinguagem Não Está no Aurélio, Está no Mundo da Arte. As from 2000 he starts making installations, performances and photos that he processes with computer programs. The best example of the latter is the sevenpart series Unha e Carne (Nail and Flesh). It is a part of the large work Cartas ao Vizinho (Letters to the Neighbour).
41
This is the first time and most certainly not the last he uses his own body in his work: drawings of his foot for Letters to the Neighbour (2000) or lead casts of his fingertips mounted on bullets for the work 12 mm, 16 mm e 24 mm (2002). Tied to a colourful pillory decorated with gold paint and fake precious stones (Objects from the series Ornamentos para o Corpo, 2003) he immediately though briefly draws the attention of the shopping mass and especially of the security personnel in the large shopping centres of Recife. A 15’ video recording is made of this performance. To date this is the only work in which his surroundings, the metropolis, play a direct role. Photography soon becomes his preferred medium. It allows him to work more suggestively and more intuitively. In 2004 he wins the 45th Pernambuco Grant for Plastic Arts with his project A Manipulação Digital da Photografia como Meio de Expressão Artística (Digital Manipulation of Photography as a Means of Artistic Expression). The starting point is his dissatisfaction with the fact that the new and far-reaching possibilities offered by digital photography are not used to create something new. He wants to create works that will make the spectator dizzy, something hovering between the virtual and tangible world. His intention is not to make a surrealist photo-montage but to ‹fabricate› a ‹reality› in a digital environment of something that could somehow actually exist as a result of human ingenuity (Rodrigo Braga, The Backstage of a Self-Portrait, see website: www.rodrigobraga.com.br). He puts his theory into practice and makes photos that are the result of reasoned performances preceded by a considerable amount of research. These shots are subsequently intensively digitally processed. The result is more than successful and even alarmingly good. He creates virtual yet shocking images that are
E SKETCH FOR A PORTRAIT
The attacks of 11 September 2001, followed by the war on terror, result in 2003 in the invasion of Iraq, which is openly and massively criticized in both Brazil and Belgium. A number of sections from the work Letters to the Neighbour are highly politically tainted. The violent society he is faced with on a daily basis, however, does not leave him unmoved either and is echoed in his work. Examples of this are Net (2001) and Sem titulo; Rojões; 12 mm, 16 mm e 24 mm (from 2002, all parts of Letters to the Neighbour) as well as the series Ornamentos paro o Corpo (Ornaments for the Body) including Gunpowder and Mapa-múndi from 20022004 and Campo Minado (2003): undisguised indictments of violence and the arms trade.
42
revolting and from which we hastily avert our eyes, convinced that everything he shows is actually real. Since the origin of photography man seems to have been conditioned to believe that everything that has been photographed must really exist… High-profile examples of this are Risco de Desassossego (Risk of Uneasiness, 2004) and Sem titulo (Without title, 2005) but it is mainly Fantasia de Compensação (Compensation Fantasy) of 2004 that will be a key work. The artist himself wholeheartedly agrees that this is a work he was compelled to make on the basis of some traumatic experiences in the past. After an exceedingly long process in which he requires the help of many people, he obtains a series of twenty very realistic photos that capture the surgery in which the (virtual) head of a man merges with parts of a dead, aggressive Rottweiler. These photos are easily misunderstood by the unsuspecting spectators and the artist feels obliged to write explanatory notes about the meaning of the work and the adopted method and e.g. post them on his website. Compensation Fantasy is a technical and mental tour de force and is still one of Rodrigo Braga’s main realisations, a work that may be considered as a coming of age and opens the door for his subsequent oeuvre. In Brazil he exhibits the work in Olinda (2004), São Paulo (2005), Recife (2006), Belém (2006) and Porto Alegre (2008). Indeed, since then the artist has found his way as well as the medium that is at present best suited for him to express his ideas and creativity. Occasionally, he is somewhat hastily labelled a ‹photographer›, which does not disturb him, but the camera and the light are his brushes, the paint and pallet he creates something entirely new with, instead of simply recording something that exists, as most photographers do. The reader will have noticed that from the start of his career the artist has carefully reflected on the titles of his works. For him the title is an integral part of a work; the English translation of a title is also chosen with similar care. In 2004 he gives up his job as graphic designer and works for two and a half years for the city of Recife as the manager of the Visual Arts department at the Town Hall. He coordinates amongst others the 2005 and 2006 editions of the popular SPA das Artes/Semana de Artes Visuais (SPA of Art/Week of the Visual Arts) but at the end of March 2007 he decides to give up this job to focus entirely on his own work. 2005 is a highly productive year. He restores his close bond with nature, which becomes increasingly important. The artist accepts that this may be perceived as
43
Since Compensation Fantasy Rodrigo Braga elaborates works that leave no one unmoved. Some photos repulse us at first, others are highly sensual and appealing, occasionally they summon up these conflicting feelings in a single picture. His work stimulates our fantasy and curiosity. It raises questions and can be interpreted in various ways. With the support of the exuberant and colourful Brazilian fauna and flora – an exotic opulence for Western Europeans – he creates his works overflowing with intentional contradictions. For the series Da Compaixão Cínica (On the Cynical Compassion, three photos of 2005, followed by a fourth in 2007) he uses animal slaughter waste like chicken feet or a fish head that is used by the underprivileged to prepare food. He combines this dead matter with fragments of his own healthy body creating new deformed beings that conjure up conflicting feelings: strength or powerlessness, beauty versus decay. The series Do Prazer Solene (On the Solemn Pleasure, 2005) comprises three photos of the artist who is blissfully absorbed by the physical contact with the elements. But the pleasant and sensual sensation of water, of the sunlight and of flowers mingled with honey on the face, or the fragrance of dug up earth and the sinking of the naked body into it, also refers to the cycle of all living beings. The artist creates this work after returning from his first trip to Western Europe at the end of June - early July 2005. At the invitation of the Clairefontaine
E SKETCH FOR A PORTRAIT
escapism. However, the use and presence of nature in all its aspects ultimately produce works of art that are metaphors of his ideas about man. Strikingly, from this moment onwards his photos, which are again based on well devised and well prepared arrangements, are not subsequently manipulated any longer. The artist intensively uses his body as a model, not only because it is always readily available and he therefore doesn’t need to call on anyone else, but also because his work can be read in part like an autobiography. Furthermore, he has greater control over his own body and is able to far better and more accurately express the plastic elaboration of his ideas with his own body without having someone else pose for him. That requires too many explanations, too much time… The moment of the shot also requires extreme concentration that is difficult to convey to someone else. And last but not least, he simply enjoys the often intense physical preparation this requires. He chooses to appear (half) naked in his work so that every anecdotic reference to a specific civilisation or era expires and his message becomes universal.
Uit de reeks Kluizenaar Verlangen From the series Hermit Desire
| 2009
| Da sĂŠrie Desejo Eremita
45
Gallery in Luxembourg, during his workshop Re-signifying Photography at the Photomeetings Luxembourg he gives detailed explanation about the possibilities of making works of art with recent developments in the digital processing of photos using his series Risk of Uneasiness (2004) as an example. Later that year he returns to the old continent in October at the invitation of the École Supérieure d’Art d’Aixen-Provence and exhibits at the Susini Gallery his Compensation Fantasy. Rodrigo Braga grasps this opportunity to explore Europe: Berlin and Frankfurt, Lisbon, Marseille and Paris.
In 2006 the series Comunhão (Communion) puts a temporary end to this working method. These three photos are distilled, subdued and less decorative but this also makes them even more expressive. In all its deceptive simplicity it is a moving and universal triptych devoted to the cycle of life in which the artist takes pity on a dead goat and sinks away in the ground with it. ‹A pertinent dialogue between life and death is thus set up, and the attitude to approximate these two moments of the existence through their simultaneous presence and contact reveals the artist’s interest in dealing with existentialist subjects inherent to all beings, especially to mankind› (Clarissa Diniz, Chewing and Empowerment, see website). The extensive production of the past years constitutes the basis for his first two solo exhibitions, first in Recife (March-April 2006, Galeria Marcantonio Vilaça/Instituto Cultural Banco Real) and later in the prominent Itaú Cultural in São Paulo, at the same time as the 27th biennial. Both exhibitions, only partly overlapping in content, are accompanied by the first publications devoted to his work. These exhibitions bring him recognition and interesting contacts with other artists, curators, collectors and gallery owners. The exhibition in São Paulo is indeed the immediate reason for extending the invitation to become the Artist-in-Residence of the In Flanders Fields Museum. Man is a living being with a beginning and an end. We do not live alone, but interact with one another: we have a family, make friends, enter into relationships. In 2007 he creates some poignant works on the clumsy attempts of man to live together. For
SKETCH FOR A PORTRAIT
The third series of 2005, Da Alegoria Perecível (On the Perishable Allegory) comprises as it were eight portraits of new beings. With the help of plants and fragments of animals like rabbit ears, fish scales and a duck’s foot Braga morphs himself into a new hybrid form of life in which the choice and colour of the materials used give him a different expression each time: at times aggressive, macho, self-assured and challenging, but also unsure, vulnerable, suspicious or shy.
E
46
this Rodrigo Braga yet again goes back to the animal kingdom, where he now mainly manipulates remains of animals he buys or finds. Only in the photo Teu (Yours), which he previously imagines together with Clarissa Diniz, he still plays a role himself. ‹All beings are vulnerable, and the relations established between them, are always undetermined – nothing is perennial; nor life nor power. This is what Hiatus, a recent work of Rodrigo cries out› (Clarissa Diniz, Chewing and Empowerment, see website). The photo Sereia (Mermaid), also of 2007, is a very large scale enlargement of a minute maimed lizard and again summons mixed feelings in a single picture. Horror and sensuality in the form of the crucified sumptuous body of a decapitated mermaid who even lost her tail. Ode is a booklet and his contribution to a series of 20, each one designed by another artist, printed in a very limited number of copies and hand bound. This is a sequence of 12 photographs, for the first time and very purposefully in black & white, showing the dissection of a heart until it looks like a wide-open flower. The photos are printed in reverse sequence so that it only gradually becomes clear that this flower represents a crushed heart. Opposite each photo there is a letter, together they form the rhyme Ode ao que se fode or Ode to everything that is fucked up. He then uses a film camera for the first time and makes Vontade (Wish): an extremely moving short film that ruthlessly records our limitations in coping with loss, in letting go of someone and getting on with our lives. At the beginning of 2008 he goes to Glória do Goitá, an agrarian region inland at some 75 km from Recife. There he takes night photos for the work Leito (Bed), which he subsequently mounts in a slide show, so they light up in sequence. He again chooses black & white shots as, rightly or wrongly, they acquire greater authenticity in our perception and also because, as opposed to colour photos, the human eye can concentrate better on what is important and less on details. It is a disturbing and sensual work about life and death: the artist digs up a dead pig and takes the place himself. He confronts the pig, an animal that lives close to the ground and stands for voluptuousness, with the naked man. One month later he again goes on a three week trip land inward with fifteen other artists. This time he goes to the state of Minas Gerais. There each one of
47
them intends to create new work. Rodrigo Braga leaves armed with his camera and an open mind, he has no idea of what he will realise. The overwhelming nature inspires him to take seven photos of landscapes. But no ordinary landscapes. After digitally processing photos and manipulating men and animals he again intervenes and creates new landscapes by making additions, sometimes very subtly, that raise questions in the spectator’s mind and again stimulate the imagination.
Bed and Landscapes are exhibited together in the Galleria Amparo 60 in Recife from 8 May to 6 June 2008. The bilingual catalogue reproduces all these works. At the end of November 2008 he has the opportunity to travel to Japan for a week: a selection of his photos is included in a group exhibition of ten Brazilian photographers, organised by The Photographic Society of Japan in Yokohama. He also visits Tokyo. At the beginning of 2009 he shoots the film Provisão (Provision) in which he again enters into an intense physical contact with the soil. A man digs a huge hole at the foot of a tree. He wants to keep the tree but for this it must be felled, causing it to lose its natural and vital contact with the earth in which it disappears. He intends to further explore the ‹landscape› theme and again travels land inward but for a much longer period. The project already has a name: Desejo Eremita (Hermit Desire). Thanks to a grant of the Brazilian Ministry of Culture he is able to fulfil his dream. On the map of Brazil the name of the village of
SKETCH FOR A PORTRAIT
Segredo (Secret) shows a tree with a trunk from which the saw grows that is used to fell its congeners. In Mina (Mine) the earth ejaculates a wealth of delicacies like a cornucopia, whereas in Magma a strange thick stream of eggs gradually edges its way forward. In which mysterious forest does a swarm of fish grow from the axil of a tree like a large fruit (Samambaia or Common Bracken)? And what warm red earth spits out a school of slippery silvery fish like a waterfall (Fato or Fact)? And is it the living tree, from which a sickle dangles, that stripped another one bare and killed it (Paisagem or Landscape)? And does the bull’s hide, which he stretches over a boulder in the middle of a fast-flowing river refer to a secret monster that briefly comes to the surface (Habitat)? In all these strange landscapes, of which the image broadens out from detail to wide panorama, there is not a single human being.
E
Uit de reeks Kluizenaar Verlangen From the series Hermit Desire
| 2009
| Da sĂŠrie Desejo Eremita
49
The series Hermit Desire comprises 17 photos which, instead of mere landscapes, create a broad epic story on the theme of the hermit. His longings, his doubts, his quest for protection and security, his search for food, the cruelty of nature and of man: life and death go hand in hand. This work thus evolves into a sociological study of our society. Yet again physical efforts precede some shots (like the photo of a tree of which the trunk is surrounded by a tower of heavy boulders two metres high) or the artist enters into a physical contact with natural elements like immersion in a milk bath, crawling away in the foetal position in a bed made of rocks, the shiny ornament of goat’s hair… In Hermit Desire our imagination is again stimulated: who is this hermit who fishes cattle ears from a pond and lifts them up as a trophy or goes into the primeval forest carrying them on his back? Shortly before his arrival in Ypres he completed another short film Sal e Prata (Salt and Silver), based on a dream. At first sight this is again about a man digging a hole, but there is indeed a world of difference. He digs a very deep cylindrical hole in which he disappears using his bare hands and also a silver spoon, which the family has kept for many years. While digging he returns his energy to the soil, his sweat and blood and, at the last moment, the spoon and the minerals it is made of.
E SKETCH FOR A PORTRAIT
Solidão (Loneliness), at some 400 km from Recife, draws his attention. It has 5,000 inhabitants and lies on the edge of the civilised world, where the roads stop and the Internet and mobile phone connections fail. He is looking for a place from which it is difficult to escape and where any contact with the population will not be easy. Rodrigo Braga travels there but it is too dangerous and he looks for and finds a house on the outskirts of the neighbouring larger town Tabira where he lives and works alone as a recluse for three months: first between March and May, some 2.5 months, during the rain season and then again for two weeks in November, when it is searingly hot. In the region around Solidão and Tabira there are many cattle farmers, every week tens of animals are slaughtered resulting in a slaughter waste mountain: bones, heads, horns, ears, bowels… and the possibility of getting tens of litres of milk.
MORE FORCE THAN NECESSARY
IN FLANDERS FIELDS MUSEUM Artist In Residence 2010
53
NL
MEER KRACHT DAN NODIG Op 10 maart 2010 komt Rodrigo Braga dan in Ieper aan, gewapend met zijn fotocamera, laptop en een spiksplinternieuw en maagdelijk blank schetsboek. Enthousiast maar ook een beetje terughoudend, want hier zou hij voor de eerste keer rond een opgelegd thema werken, de Eerste Wereldoorlog. Er volgt een intense studieperiode, met op de eerste plaats de permanente collectie van het museum. Begeleid door het museumteam of op zijn eentje verkent hij de streek die nog altijd bezaaid ligt met littekens die naar de oorlog verwijzen: het landschap waarin de slagvelden zich bevonden, de begraafplaatsen, de monumenten,… Het depot van het museum kent hij intussen door en door. In het Kenniscentrum vindt hij niet alleen literatuur maar duizenden foto’s, films, kunstwerken, affiches, enz. Hij is een uiterst opmerkzaam en gevoelig observator en distilleert uit al deze informatie algauw trefzeker de thema’s waarmee hij aan de slag wil gaan. De aandacht van het museum voor de miserie van de gewone soldaat en van de burgerbevolking raakt hem diep. Iedere oorlog grijpt met meer kracht dan nodig in op het leven van mensen, van soldaten die voordien visser of boer waren en een familie en geliefden hebben. Het valt hem op hoeveel jonge mannen, soms nog bijna kinderen, enthousiast en zegedronken naar de oorlog trekken zonder te beseffen waarover het gaat. Hij maakt in het totaal zestien werken onder de titel More Force than Necessary (Meer kracht dan nodig), zestien werken die elk op zich staan maar ook als een verminkt verhaal gelezen kunnen worden. Hij maakt nieuwe foto’s en films, integreert en bewerkt origineel beeldmateriaal en is de eerste artistin-residence die voorwerpen uit het depot inschakelt en in het landschap zelf werkt. Hij bedenkt ook een personage, de Sandbag Soldier of Zandzaksoldaat en laat zich een uniform maken uit dezelfde stof waarmee dergelijke zandzakjes
54
Front
| Fronte | Front
video | vídeo | video | 3’25’’ | 2010
56
vervaardigd worden. Heel rudimentair en zonder de minste nationale connotatie zodat het uniform een tweede huid wordt die hem de mogelijkheid biedt om, net zoals in zijn vroeger werk waarin hij naakt figureert, een universele commentaar te leveren met betrekking tot de ‹eeuwige› soldaat. Iedereen ziet immers meteen dat hij een uniform draagt. In de drie films die hij maakt, treedt hij zelf op als Zandzaksoldaat. Hij tekent vooraf al enkele sequenties uit maar laat het toeval tijdens het filmen een belangrijke rol spelen. Hoe zijn lichaam zal reageren is immers vooraf moeilijk in te schatten. En net zoals in zijn laatste films in Brazilië gedraaid, is ook hier de intensieve fysieke inspanning waar hij zo van houdt een belangrijk deel van het werk. Het graven van kuilen, het vallen van een hoge berg aarde, kortom het contact met de aarde wat voor Rodrigo Braga sedert lange tijd een uiterst belangrijk gegeven is in zijn werk, komt ook hier terug. Daarenboven wacht hij voor het filmen en fotograferen de juiste atmosferische omstandigheden af: een grijze bewolkte hemel die de gedempte kleuren van zijn kledij en de gekozen achtergrond versterkt. In de film Front probeert Zandzaksoldaat de blik van een andere soldaat te weerstaan tot op het moment dat hij niet anders meer kan dan zijn ogen neer te slaan. Hij ziet zich geconfronteerd met een virtuele vijand die niet reageert. Gedurende de drie minuten voor hij uiteindelijk verliest, zien we door zijn volgehouden concentratie op zijn gelaat uiteenlopende uitdrukkingen verschijnen zoals ongeduld, woede, ongeloof of vernedering. Zijn onregelmatige ademhaling ondersteunt en versterkt dit in hoge mate. De film Sandbag Soldier Stories is een ingenieuze montage van zeven verschillende acties die tot een climax leiden. De doelloosheid en de eentonigheid van bepaalde bevelen en repetitieve rituelen, nieuwsgierigheid en uitputting en de opoffering van het lichaam komen aan bod. Zo graaft hij opnieuw een kuil, een voor de hand liggende actie van een soldaat die bescherming zoekt. Of delft hij zijn eigen graf want op het einde strekt Zandzaksoldaat zich langzaam volledig uit om op te gaan in de aarde? Het geheel wordt ondersteund door een merkwaardig accurate en soms ironische klankband: leerling-klaroenblazers leren met vallen en opstaan militaire signalen spelen. Voor zijn derde film Cocon was hij lang op zoek naar een passende locatie: twee oude bomen die niet ver uit elkaar groeien, niet zo eenvoudig in een regio waar geen enkele boom ouder is dan zo’n 90 jaar. Uiteindelijk vindt hij wat
57
Tussen de twee laatstgenoemde films door toont hij op een apart scherm Kreupel paard, een kort maar aangrijpend fragment uit de film With a Canadian Brigade at Ypres uit 1917 (collectie IWM, Londen). Een gewonde Canadese soldaat strompelt door het Niemandsland, zonder glorie, zonder branie, op zoek naar hulp. Voor de foto Zandmonument hult hij zich van kop tot teen in zandzakjes, er is geen stukje huid zichtbaar. Hij neemt de houding aan van een soldaat die op het punt staat om geëxecuteerd te worden maar het aangewende materiaal en de kleuren verheffen hem tot standbeeld. Hierbij aansluitend plaatst hij de foto Vlees en huid waarbij hij Zandzaksoldaat net als ander organisch materiaal in de aarde laat terugzinken. Met behulp van zijn eigen bloed maakt hij de foto’s Meer dan nodig I en II, waarbij de eerste lijkt op een doopsel. Hij vindt steun bij natuurlijke elementen: een boom of een steen. Geeft hij zijn energie door? Of denkt hij na over zijn nakende redding of zijn naderende dood? Het maken van deze foto’s was een zeer ingrijpend gebeuren. Na afloop drukt hij zijn met bloed bedekt gezicht en handen in een lange witte vlag, eveneens onderdeel van zijn tentoonstelling. Uiteraard denken we dan aan Veronica die liefdevol het bebloede en bezwete gelaat van Christus depte. Maar de witte vlag, symbool bij uitstek van overgave, verliest hierdoor ook haar onschuld en zuiverheid en wordt een Doodskleed. Ook het machogevoel van al die jonge soldaten, stoere jongens onder elkaar, die door hun overheden wijsgemaakt werden dat ze de klus snel zouden klaren en dan vlug terug bij hun geliefden zouden zijn, inspireren hem. Op dit haantjesgedrag wijst hij met het zeer eenvoudig maar bijzonder effectief object Obscene macht waarbij hij de overduidelijk fallische vorm van een obus uit het
NL MEER KRACHT DAN NODIG
hij zoekt voor een zeer beklijvende film. Zandzaksoldaat maakt voor zichzelf een afgezonderde ruimte van prikkeldraad en springt hierin om bescherming te zoeken maar dit is slechts schijn want de prikkeldraad kan hem ook levensgevaarlijk verwonden. Een dubbelzinnige situatie dus, iets wat veel werk van Rodrigo Braga kenmerkt. De klankband met klagende muziek van een doedelzakspeler, weergalmend onder de Ieperse Menenpoort, versterkt dit contrast.
58
Estórias do Soldado Saco-de-areia
| Sandbag Soldier Stories
video | vídeo | video | 9’40’’ | 2010
62
depot vervolledigt met een gesneden ‹onderstel› in hout. Het decoratief motief trof hij aan in de Sint-Maartenskerk. De foto Bloedrood paard die hierbij hoort, is gebaseerd op een historisch snapshot van een Britse soldaat, wijdbeens gezeten op een kanonloop, en spreekt voor zichzelf. De foto zinkt weg in de achtergrond die Rodrigo Braga voor de presentatie van zijn installatie koos: behangpapier als met bloed bedekte huid. Open borstkas is een assemblage waarvoor hij een oud anatomisch model van de menselijke romp uit de verzameling van het Onderwijsmuseum combineert met militaire uitrustingsstukken. Achter ieder uniform schuilt een bijzonder kwetsbaar wezen. Al hun enthousiasme ten spijt wachtte deze jonge soldaten alleen dood en vernieling. En wie het al overleefde was, soms fysiek, maar mentaal zeker en vast getekend voor het leven. Portretfoto’s van soldaten die de oorlog overleefden maar in hun gelaat en ziel verschrikkelijk verminkt werden, spraken Rodrigo Braga zeer aan. In het Frans kregen deze sukkelaars onverbloemd de titel les gueules cassées: kapotte tronies. Hij drukt hun portretten, die hij aantreft in Ernst Friedrich’s Krieg dem Kriege! opnieuw af, deze keer met tedere zachte kleuren als een watermerk op papier en kleeft ze in een album. Boven dit album presenteert Rodrigo Braga één zo’n portret, dat van een 25-jarige soldaat wiens gezicht in 1916 door een granaatsplinter uiteengerukt werd en die talloze operaties onderging. Op ware grootte afgedrukt, op ruw katoen, spelt hij hem postuum de overwinningsmedaille op, toegekend ter ere van deze war for civilisation, o ironie! De verminking van soldaten verbeeldt hij daarnaast met Nalatenschap uiterst eenvoudig maar bijzonder effectief. In het depot vond hij een crucifix afkomstig uit een vernield burgerhuis. Geen gewoon kruisbeeld: het lichaam van de gekruisigde is amper zichtbaar, er blijft alleen een linkerhand over. Een beeld dat ook herinnert aan talloze originele foto’s van kapotgeschoten kruisbeelden op begraafplaatsen en in kerken in de frontstreek. En aan het feit dat alle legers overtuigd zijn dat God aan hun zijde staat. More Force than Necessary eindigt met 1917-2010 waarvoor hij één van de twee meest afschuwelijke foto’s in de verzameling van het In Flanders Fields Museum gebruikt. Op 2 mei 1917 is in een klein vissershuisje in De Panne de familie Gonsales-Smagge aan het eten: moeder Anna, haar drie dochters
63
Om iedere oorlog, zelfs om gewoonweg ieder menselijk conflict op te lossen, gebruiken we allen immers meer, veel meer kracht dan nodig…
Deze tekst is gebaseerd om een flink aantal gesprekken met de kunstenaar, waarvoor onze oprechte dank. Het werk van Rodrigo Braga kan op uiteenlopende manieren ervaren worden, voor een aantal subjectieve uitspraken is dan ook enkel de auteur verantwoordelijk. Heel wat van de hierboven geciteerde kunstwerken kan de lezer terugvinden op de website van de kunstenaar (www.rodrigobraga.com.br, tweetalig Portugees en Engels), waar eveneens een aantal verhelderende essays terug te vinden zijn.
NL MEER KRACHT DAN NODIG
Josephina (11j.), Bertha (9j.) en Lina (5j.) en één of twee Belgische soldaten. Haar echtgenoot verblijft als krijgsgevangene in een Duits kamp. Er volgt een bombardement: een schrapnel doorboort de tafel en ontploft op de grond. De gevolgen zijn verschrikkelijk, allen zijn zwaar gewond en worden in allerijl naar het nabijgelegen Belgisch militaire hospitaal l’Océan overgebracht. De soldaten en de moeder moeten amputaties ondergaan. ‹Van de drie kleine meisjes zijn vijf benen afgerukt of vermorzeld›, zo noteert verpleegster Jane de Launoy in haar dagboek. Voor twee van hen, zwaar verbrand, komt alle hulp te laat. Het derde kind leeft nog, ondergaat een buikoperatie en een dubbele amputatie van de voeten maar ook zij overlijdt. Een fotograaf maakt twee opnamen: een van de twee zwaar verbrande zusjes, de andere toont de drie zusjes naast elkaar nadat hun gehavende lijfjes gewassen werden. Het zijn gruwelijke beelden die een menselijke blik niet verdraagt. Rodrigo Braga maakt van laatstgenoemde foto een zeefdruk, in een zeer zacht roze, en verzorgt hun wonden met geborduurde verbanden. Kleurrijke verbanden want het zijn vlaggen van landen. Niet zomaar eender welke landen. Op basis van de gegevens van de Conflict Barometer samengesteld door het Heidelberg Institute for International Conflict Research kiest hij de vlaggen van landen die op vandaag in gewelddadige conflicten verzeild zijn. Zo wordt deze gruwelijke foto van onschuldige slachtoffers een bijzonder actuele aanklacht.
64
Cocon
| Casulo | Cocoon
video | vídeo | video | 6’30’’ | 2010
67
P MAIS FORÇA DO QUE O NECESSÁRIO Em 10 de março de 2010, Rodrigo Braga chega a Ieper, armado com sua câmera fotográfica, seu laptop e um bloco de rascunho branquíssimo e novo em folha. Entusiasmado, mas também cauteloso, porque aqui ele vai trabalhar pela primeira vez num tema imposto, neste caso a Primeira Guerra Mundial. Primeiro, um período de estudo intensivo no qual a coleção permanente do museu ocupa lugar de destaque. Acompanhado pela equipe do museu ou mesmo sozinho, ele explora a região, que ainda tem muitas cicatrizes alusivas à guerra: a paisagem em que ficam os campos de batalha, os cemitérios, os monumentos… Enquanto isso, ele adquire um conhecimento abrangente sobre o acervo do museu. No Centro de Documentação, ele descobre não só leituras, mas milhares de fotos, filmes, obras de arte, pôsteres, etc. Observador extremamente atento e sensível, Rodrigo destila com precisão desse volume de informações os temas em que pretende trabalhar. A atenção dada pelo museu à miséria do soldado comum e da população civil o afeta profundamente. Cada guerra atinge com mais força do que o necessário a vida das pessoas, dos soldados que antes eram pescadores ou agricultores e têm família e entes queridos. Ele fica impactado pela quantidade de jovens, alguns quase crianças ainda, que vão à guerra com entusiasmo e embriagados pela vitória, sem saber do que se trata. No total, Rodrigo cria dezesseis obras sob o título More Force than Necessary (Mais Força do que o Necessário); dezesseis obras que podem ser vistas separadamente, mas que também podem ser lidas como uma história fragmentada. Ele faz novas fotos e novos filmes, integra e processa material de imagens originais e torna-se o primeiro Artista Residente a usar objetos do acervo e trabalhar com a paisagem real. Ele imagina também um personagem, o Soldado Saco-de-Areia, que veste um uniforme feito do mesmo material que os sacos de areia. É algo muito rudimentar
68
Kreupel paard
| Cavalo Manco | Lame Horse
video | vídeo | video | 56’’ | 2010 © courtesy I.W.M., London
70
e não tem qualquer referência de nacionalidade; o uniforme se torna uma segunda pele, que permite ao artista fazer um comentário universal sobre o soldado ‹eterno›, como no seu trabalho anterior, em que aparece nu. Todos percebem imediatamente que ele está usando um uniforme. O artista aparece como o Soldado Saco-de-Areia em três filmes que fez. Ele elabora algumas seqüências de antemão, mas permite que o acaso tenha um papel importante na filmagem. Realmente, é difícil saber com antecedência como o corpo dele irá reagir. Assim como nos filmes feitos no Brasil, o esforço físico intenso que ele tanto adora também é um componente essencial nesta obra. A escavação de buracos, a queda de um elevado monte de terra, enfim, o contato com a terra que tem sido há muito tempo um elemento extremamente importante na obra de Rodrigo Braga - também está presente aqui. Além disso, antes de filmar e fotografar, ele espera pelas condições atmosféricas apropriadas: um céu cinza e nublado que intensifica as cores esmaecidas de suas vestimentas e o pano de fundo escolhido. No filme Fronte, o Soldado Saco-de-Areia tenta resistir ao olhar de outro soldado até o momento que ele não consegue evitar que seus olhos baixem. Ele encara um inimigo que não reage durante vários minutos até finalmente perder. A sua concentração nos permite divisar várias expressões no seu rosto, como impaciência, raiva, descrença ou humilhação. Sua respiração irregular sustenta e fortalece muito isso. O filme Estórias do Soldado Saco-de-Areia é uma montagem engenhosa de sete diferentes ações que levam a um clímax. São discutidas a monotonia e a falta de sentido de certas ordens e rituais repetitivos, a curiosidade e a exaustão, bem como o sacrifício do corpo. Por exemplo, ele cava novamente um buraco, uma atitude óbvia de um soldado procurando proteção. Ou será que ele está cavando sua própria sepultura, já que no fim o Soldado Saco-de-Areia se alonga lentamente para se fundir com a terra? O todo é sustentado por uma trilha sonora incrivelmente precisa e, às vezes, irônica: aprendizes de corneta tentando a duras penas aprender a reproduzir toques militares. Rodrigo levou um bom tempo para encontrar uma locação adequada ao seu terceiro filme, Casulo: duas velhas árvores mais ou menos próximas não são fáceis de encontrar numa região em que nenhuma única árvore tem mais de 90 anos. Ele finalmente acha o que precisa para fazer um filme impressionante. Com arame farpado, o Soldado Saco-de-Areia cria um espaço particular para si
71
e pula dentro dele buscando proteção, mas isso é só um engodo, já que o arame farpado também pode lhe infligir ferimentos mortais. Uma situação ambígua, característica de muitas obras de Rodrigo Braga. A trilha sonora é uma música melancólica de uma gaita de foles ecoando sob o Portão de Menen (em Ieper), enfatizando esse contraste.
Para a foto Monumento de Areia, ele se enrola dos pés à cabeça em sacos de areia - nenhuma parte da pele fica visível. Então, adota a postura de um soldado prestes a ser executado, mas o material e as cores usadas o elevam a uma estátua. Próxima a essa, coloca a foto Carne e Pele, em que permite que o Soldado Saco-de-Areia afunde novamente na terra, como qualquer outro material orgânico. Ele fez as fotos Mais do que o Necessário I e II usando seu próprio sangue, as quais se assemelham a um batismo, especialmente a primeira. Ele se apóia em elementos naturais: uma árvore ou uma pedra. Estaria transferindo sua energia? Ou estaria pensando no seu resgate iminente ou na proximidade da morte? Fazer essas fotos foi um acontecimento de efeitos poderosos. No fim, ele empurra sua face e suas mãos cobertas de sangue contra uma longa bandeira branca, também parte da exposição. Obviamente, lembramos de Verônica, que amavelmente limpou o sangue e o suor da face de Cristo. Mas por causa dessa ação, a bandeira branca, símbolo proeminente da rendição, também perde sua inocência e pureza, tornando-se uma Mortalha. Rodrigo também é inspirado pelo sentimento de masculinidade dos jovens soldados, valentes meninos a quem as autoridades disseram que o trabalho logo estaria terminado e que voltariam em breve para casa, para seus entes queridos. Ele destaca esse comportamento másculo utilizando um objeto simples, mas altamente eficaz. Para Poder Obsceno, complementa o símbolo obviamente fálico de uma bomba do acervo com um ‹suporte› entalhado em madeira. Ele encontrou esse motivo ornamental na Igreja de Saint Martin. A foto adjacente, Cavalo Viril, baseada numa foto histórica de um soldado britânico montado à
MAIS FORÇA DO QUE O NECESSÁRIO
Entre os dois últimos filmes mencionados, exibe Cavalo Manco, um fragmento curto, mas pungente, do filme With a Canadian Brigade at Ypres, de 1917 (Coleção do Imperial War Museum, de Londres), numa tela à parte. Um soldado canadense ferido cambaleia pela terra-de-ninguém, sem bravura, buscando socorro.
P
Meer dan nodig I
| Mais do que o Necessรกrio I | More than Necessary I foto | fotografia | photography | 80 x 120 cm | 2010
Meer dan nodig II
| Mais do que o Necessรกrio II | More than Necessary II foto | fotografia | photography| 40 x 60 cm | 2010
74
cavalaria no cano de uma arma, fala por si só. A foto desaparece no pano de fundo escolhido por Rodrigo Braga para apresentar sua instalação: um papel de parede semelhante à pele coberto de sangue. Peito Aberto é uma montagem em que um antigo modelo anatômico do tronco humano, oriundo da coleção do Museu da Educação, foi usado em conjunto com acessórios militares. Por trás de cada uniforme, há um ser particularmente vulnerável. A despeito de todo seu entusiasmo, esses jovens soldados só podiam esperar pela morte e pela destruição. E aqueles que sobreviveram ficaram - em alguns casos, fisicamente, mas sem dúvida mentalmente - marcados por toda a vida. Retratos desses soldados que sobreviveram à guerra, mas cuja face e alma foram horrivelmente amputadas, atingiram Rodrigo Braga. Em francês, esses pobres homens eram chamados les gueules cassées: faces quebradas. O artista reimprime esses retratos, que encontrou no Krieg dem Kriege!, de Ernst Friedrich, mas desta vez usando cores leves, como uma marca d’água sobre papel, e as cola num álbum. Em cima desse álbum, Rodrigo Braga apresenta um desses retratos: o de um homem de 25 anos cuja face foi estraçalhada por um fragmento de bomba em 1916 e que passou por inúmeras cirurgias. No soldado impresso em tamanho real em algodão grosso, o artista prende postumamente uma medalha de vitória, dada em homenagem a essa guerra pela civilização. Que ironia fina há nisso! Com Espólio, ele ilustra de forma extremamente simples, mas muito eficaz, a mutilação dos soldados. No acervo, Rodrigo achou um crucifixo de uma casa de civis destruída. Não um crucifixo qualquer: o corpo de Cristo mal pode ser visto, resta apenas Sua mão esquerda. Uma foto que remete às inúmeras fotos originais de crucifixos danificados de cemitérios e igrejas da região da frente de batalha. E ao fato de que todos os exércitos estão convencidos de que Deus está do lado deles. More Force than Necessary termina com 1917-2010, na qual ele usa uma duas das fotos mais horríveis da coleção do In Flanders Fields Museum. Em 2 de maio de 1917, a família Gonsales-Smagge estava sentada à mesa em sua pequena casa de pescadores, em De Panne, na Bélgica: a mãe, Anna; suas três filhas, Josephina (11), Bertha (9) e Lina (5); e um ou dois soldados belgas. Seu marido era prisioneiro de guerra num campo alemão. A casa foi bombardeada:
75
A cada guerra - e, na verdade, para resolver qualquer conflito humano nós todos estamos usando, cada vez mais, muito mais força do que o necessário.
Este texto se baseia numa quantidade considerável de conversas com o artista, pelas quais nós somos verdadeiramente gratos. O trabalho de Rodrigo Braga pode ser interpretado de maneiras diferentes; o próprio autor é responsável por várias declarações subjetivas. O leitor pode encontrar muitas das obras de arte citadas acima no website do artista (www.rodrigobraga.com.br, bilíngüe – português e inglês), onde se pode encontrar também vários textos esclarecedores.
P MAIS FORÇA DO QUE O NECESSÁRIO
um estilhaço perfura a mesa e explode no chão. As conseqüências são terríveis. Todos ficam seriamente feridos e são levados para o hospital militar belga mais próximo, o L’Océan, com urgência. A mãe e os soldados sofrem amputações. ‹Das três meninas, cinco pernas foram arrancadas ou estraçalhadas›, escreveu a enfermeira Jane de Launoy em seu diário. Duas delas também sofreram graves queimaduras e chegaram mortas. A terceira criança ainda estava viva: ela é submetida a uma operação no estômago e tem os dois pés amputados, mas também morre. Um fotógrafo tirou duas fotos: uma das duas irmãs seriamente queimadas, e a outra das três irmãs lado a lado depois de seus corpos estraçalhados terem sido lavados. Essas fotos são horrendas, algo que o olho humano não pode suportar. Rodrigo Braga faz uma tela desta última foto num tom claro de rosa e cuida de feridas delas com curativos bordados. Curativos coloridos, já que são bandeiras de países. Não de quaisquer países. Baseado nos dados do Conflict Barometer, compilados pelo Instituto Heidelberg para Pesquisa de Conflitos Internacionais, ele escolhe bandeiras de países que estão envolvidos em conflitos violentos atualmente. Assim, essa fotografia terrível de vítimas inocentes torna-se uma denúncia particularmente atual.
76
Zandmonument
| Monumento de Areia | Sand Monument
foto | fotografia | photography | 120 x 80 cm | 2010
79
MORE FORCE THAN NECESSARY On 10 March 2010 Rodrigo Braga arrives in Ypres, armed with his photo camera, laptop and a brand new and pristinely white sketch book. Enthusiastic but also slightly reserved because here he will be working on an imposed theme for the first time, namely the First World War. There is an intense study period in which the permanent collection of the museum takes pride of place. Accompanied by the museum team or on his own he explores the region that is still strewn with scars that refer to the war: the landscape in which the battlefields were located, the cemeteries, the monuments‌ Meanwhile, he has acquired a thorough knowledge of the museum depot. In the Documentation Centre he not only discovers literature but also thousands of photos, films, works of art, posters, etc. He is an extremely attentive and sensitive observer and from all this information he soon accurately distils the themes on which he wants to work. The attention of the museum for the misery of the ordinary soldier and of the civilian population affects him deeply. Every war affects with more force than necessary the lives of people, of soldiers who were previously fishermen or farmers and have a family and loved ones. He is struck by the number of young men, some still almost children, that enthusiastically and drunk with victory go to war without realising what it is about. In total, he creates sixteen works under the title More Force than Necessary, sixteen works that can be viewed separately but that can also be read as a broken story. He makes new photos and films, integrates and processes original image material and is the first Artist-in-Residence to use objects from the depot and work in the actual landscape. He also imagines a character, the Sandbag Soldier, and has a uniform made for himself in the same material as that of the sandbags. It is very rudimentary and has no national connotation whatsoever; the uniform thus becomes a second skin allowing him to make a universal comment on the ‚eternal› soldier, like in
E
80
Vlees en huid
| Carne e Pele | Flesh and Skin
foto | fotografia | photography | 80 x 120 cm | 2010
82
Bloedrood paard
| Cavalo Viril | Red-blooded Horse
foto | fotografia | photography | 60 x 40 cm | 2010
84
his previous work in which he appears naked. Everyone immediately sees that he is wearing a uniform. He appears as Sandbag Soldier in the three films he shoots. He elaborates some sequences beforehand but allows chance to play an important role during filming. It is indeed difficult to determine beforehand how his body will react. And just as in the last films he shot in Brazil, here also the intensive physical effort he loves so much is a major component of the work. Digging holes, falling off a high mound of earth, in short the contact with the earth that has been an extremely important element in Rodrigo Braga’s work for such a long time, is also present here. Furthermore, before filming and taking photographs he waits for the right atmospheric conditions: a cloudy grey sky that enhances the subdued colours of his clothing and of the chosen background. In the film Front Sandbag Soldier tries to resist the look of another soldier until the moment he cannot avoid casting his eyes down. He is faced with a virtual enemy who does not react. During the three minutes before he finally loses, the concentration he maintains allows us to see various expressions appear on his face like impatience, anger, disbelief or humiliation. His irregular breathing considerably supports and strengthens this. The film Sandbag Soldier Stories is an ingenious montage of seven different actions leading to a climax. The pointlessness and monotony of certain orders and repetitive rituals, curiosity and exhaustion and the sacrifice of the body are discussed. For instance he again digs a hole, an obvious action for a soldier looking for protection. Or is he digging his own grave because at the end the Sandbag Soldier slowly stretches to merge with the earth? The whole is supported by a remarkably accurate and at times ironic soundtrack: student bugle players painstakingly learning to play military signals. It takes him a long time to find a suitable location for his third film Cocoon: two old trees growing not far apart were not easy to find in a region where not a single tree is older than about 90 years. He finally finds what he needs for a very impressive film. Sandbag Soldier creates with barbed wire a particular space for himself and jumps into it for protection but this is only a sham as the barbed wire can also give him life-threatening injuries. An ambiguous situation that is characteristic of many works by Rodrigo Braga. The soundtrack is the plaintive music of a bagpipe player echoing under the Menin Gate in Ypres and emphasizing this contrast.
85
In between the two last-named films he shows Lame Horse, a short but poignant fragment of the film With a Canadian Brigade at Ypres of 1917 (IWM collection, London), on a separate screen. An injured Canadian soldier stumbles through No Man’s Land, without glory, without bravery, in search of help.
He makes the photos More than Necessary I and II using his own blood, in which especially the first one looks like a baptism. He finds support in natural elements: a tree or a stone. Does he transfer his energy? Or is he thinking of his imminent rescue or impending death? Making these photos was a very far-reaching event. At the end he pushes his face and hands covered in blood in a long white flag, also a part of his exhibition. Obviously, we think of Veronica who lovingly wiped the blood and sweat from Christ’s face. But because of this action the white flag, the pre-eminent symbol of surrender, also loses its innocence and purity and becomes a Shroud. Also the macho feeling of all the young soldiers, tough boys who were told by their authorities that the job would soon be done and they would soon be returning home to their loved ones, inspires him. He highlights this macho behaviour using a simple but highly effective object. For Obscene Power he completes the obvious phallic symbol of a shell from the depot with a ‹support› carved in wood. He found the decorative motif in Saint Martin’s Church. The accompanying photo Red-Blooded Horse is based on a historic snapshot of a British soldier, sitting astride the barrel of a gun, and speaks for itself. The photo disappears in the background Rodrigo Braga chose for the presentation of his installation: wallpaper as skin covered in blood. Open Chest is an assembly in which an old anatomical model of the human trunk from the collection of the Museum of Education is used in combination with military accessories. Behind each uniform there is a particularly vulnerable being.
E MORE FORCE THAN NECESSARY
For the photo Sand Monument he wraps himself from head to toe in sandbags, not a shred of skin is visible. He adopts the attitude of a soldier about to be executed but the material and colours used elevate him to a statue. Next to this one he places the photo Flesh and Skin in which he allows the Sandbag Soldier to sink back into the earth like any other organic material.
86
Voorspelbaar commentaar
| Comentário Previsível | Predictable Comment
zeefdruk en ereteken op katoen | serigrafia e medalha sobre algodão | silkscreen and medal on cotton | 75 x 55 cm | 2010
88
Voorspelbaar commentaar: album (detail) Comentário Previsível: Álbum (detalhe) Predictable Comment: Album (detail) inkjet op papier | jato de tinta sobre papel | inkjet on paper | 32 x 32 x 1 cm | 2010
90
In spite of all their enthusiasm these young soldiers could only look forward to death and destruction. And those who survived were sometimes physically but certainly mentally marked for life. Portrait photos of soldiers having survived the war but whose face and soul were dreadfully maimed appealed to Rodrigo Braga. In French these poor guys were outspokenly called les gueules cassées: broken faces. He reprints their portraits, which he finds in Ernst Friedrich’s Krieg dem Kriege!, this time using tender soft colours like a watermark on paper and sticks them in an album. Above this album Rodrigo Braga presents one such portrait, that of a 25 year old man whose face was shattered by a shell fragment in 1916 and who underwent countless operations. Printed in real size on coarse cotton he posthumously pins the victory medal on him, awarded in honour of this war for civilisation. The sheer irony of it! With Spoils he illustrates the maiming of soldiers extremely simply but very effectively. In the depot he found a crucifix originating from a destroyed civilian house. Not an ordinary crucifix: the body of Christ is hardly visible, only His left hand remains. A picture reminiscent of the countless original photos of damaged crucifixes in cemeteries and churches in the front region. And of the fact that all armies are convinced that God is on their side. More Force than Necessary ends with 1917-2010 for which he uses one of the two most horrific photos in the collection of the In Flanders Fields Museum. On 2 May 1917, the Gonsales-Smagge family is sitting down to a meal in a their small fisherman’s house in De Panne: mother Anna, her three daughters Josephina (11), Bertha (9) and Lina (5) and one or two Belgian soldiers. Her husband is a prisoner of war in a German camp. The house is bombed: a piece of shrapnel pierces the table and explodes on the ground. The consequences are horrendous, everyone is seriously wounded and they are taken to the neighbouring Belgian military hospital L’Océan with great haste. The soldiers and the mother require amputations. ‹Of the three young girls five legs were blown off or shattered›, nurse Jane de Launoy wrote in her diary. Two of them who had also suffered serious burns were dead on arrival. The third child is still alive, and undergoes a stomach operation and a double amputation of the feet, but dies also. A photographer took two pictures: one of the two seriously burnt sisters, the other shows the three sisters alongside one another after their shattered bodies had been washed. These are horrific pictures that the human eye cannot stand. Rodrigo Braga makes a silkscreen of the latter in a very soft shade of pink and tends their wounds with embroidered bandages. Colourful
91
bandages, as they are the flags of countries. Not just any countries. Based on the data of the Conflict Barometer compiled by the Heidelberg Institute for International Conflict Research he chooses the flags of countries involved in violent conflicts today. Thus this horrendous photograph of innocent victims becomes a particularly topical indictment. For every war, and indeed even to resolve every human conflict, we all increasingly use far more force than necessary…
E MORE FORCE THAN NECESSARY
This text is based on a considerable number of conversations with the artist, for which we are truly grateful. The work of Rodrigo Braga can be interpreted in different ways, the author alone is responsible for a number of subjective statements. The reader can find many of the above listed works of art on the artist’s website (www.rodrigobraga.com.br, bilingual Português and English), where a number of enlightening essays can also be found.
92
1917-2010 zeefdruk en borduurwerk op linnen | serigrafia e bordado sobre linho silkscreen and embroidery on linen | 110 x 78 cm | 2010
94
LIJST VAN WERKEN | Lista de trabalhos | list of works Front | Fronte | Front
video | vídeo | video | 3’25’’ | 2010
Estórias do Soldado Saco-de-areia | Sandbag Soldier Stories
video | vídeo | video | 9’40’’ | 2010
Cocon | Casulo | Cocoon
video | vídeo | video | 6’30’’ | 2010
Kreupel paard | Cavalo Manco | Lame Horse
video | vídeo | video | 56’’ | 2010 © courtesy I.W.M., London
Meer dan nodig I | Mais do que o Necessário I | More than Necessary I
foto | fotografia | photography | 80 x 120 cm | 2010
Meer dan nodig II | Mais do que o Necessário II | More than Necessary II
foto | fotografia | photography | 40 x 60 cm | 2010
Zandmonument | Monumento de Areia | Sand Monument
foto | fotografia | photography | 120 x 80 cm | 2010
Vlees en huid | Carne e Pele | Flesh and Skin
foto | fotografia | photography | 80 x 120 cm | 2010
Bloedrood paard | Cavalo Viril | Red-blooded Horse
foto | fotografia | photography | 60 x 40 cm | 2010
Voorspelbaar commentaar | Comentário Previsível | Predictable Comment
zeefdruk en ereteken op katoen | serigrafia e medalha sobre algodão silkscreen and medal on cotton | 75 x 55 cm | 2010
95
Voorspelbaar commentaar: album | Comentário Previsível: Álbum Predictable Comment: Album
inkjet op papier | jato de tinta sobre papel | inkjet on paper 32 x 32 x 1 cm | 2010
1917-2010
zeefdruk en borduurwerk op linnen | serigrafia e bordado sobre linho silkscreen and embroidery on linen | 110 x 78 cm | 2010
POSTKAARTEN | postais | POSTCARDS Doodskleed | Mortalha | Shroud
weefsel en bloed | tecido e sangue | tissue and blood | 300 x 50 cm | 2010
Open borstkas | Peito Aberto | Open Chest
buste en militaire uitrustingsstukken | busto e acessórios de soldado bust and soldier accessories | 72 x 36 x 26 cm | 2010
Nalatenschap | Espólio | Spoils
kruisbeeld | crucifixo | crucifix | 41 x 23 cm | 2010
Obscene macht | Poder Obsceno | Obscene Power
obus en hout | bomba e madeira | shell and wood | 3,4 x 9 x 16 cm | 2010
96
COLOFON | IMPRESSÃO | IMPRINT More Force than Necessary Rodrigo Braga Artist in residence 2010
In Flanders Fields Museum 4.7 – 10.10.2010
Catalogus | Catálogo | Catalogue Concept | Conceito | Concept: Rodrigo Braga Tekst | Texto | Text: Jan Dewilde Vertaling | Tradução | Translation: Altair, Freddy Rottey, Heber Costa Fotografie | Fotografia | Photography: Rodrigo Braga Vormgeving | Projeto gráfico | Design: Manu Veracx, B.AD Dankbetuiging | Agradecimentos | Acknowledgment In Flanders Fields Museum team, with special thanks to Jan Dewilde Lindinalva Bandim Diniz, Jens Blomme, Luc Bonte, Lucien Bonte, Miuta Costa de Simas, Marc Decadt, Annie Deconinck, Beatrice De Graeve, Emiel Dewilde-Yvonne Tommeleyn, Clarissa Diniz, Christine Gonce, Luciana Kujawski, Filip Legrand, Maria Elisa Teófilo de Luna, Freddy Rottey, Jack Sturiano, Camila Valença, Jan Vandenbilcke, Jan Vandroogenbroeck, Yvan Van Maele, Bart Vanneste, Roger Verbeke Ambassade van Brazilië - Brussel/Embaixada do Brasil - Bruxelas; Brandweer - Ieper; Galleria Amparo 60 - Recife; Imperial War Museum - London; Onderwijsmuseum - Ieper; Stedelijke Academie voor Muziek en Woord - Ieper; Technische Dienst - stad Ieper
© In Flanders Fields Museum vzw, Ieper - © Rodrigo Braga Alle rechten voorbehouden | Todos os direitos reservados | All rights reserved Wettelijk Depot: D/2010/6486/1 ISBN: 9789490926007