Le sacre du printemps

FR —› Tejas (qui signifie en sanskrit feu, lumière, vitalité, pouvoir magique et énergie créatrice) est une composition en sept parties pour grand orchestre du compositeur de la saison, Wim Henderickx. Des influences musicales et des instruments du monde entier se retrouvent dans cette œuvre. Une section de percussions titanesque composée de cinq percussionnistes comprend des instruments orientaux (gongs thaïlandais, cloches indiennes, tambours japonais) et africains

(tambours à fente) en plus des instruments occidentaux. Tejas commence par un accord gigantesque qui, comme une sorte de big bang, fournit l’énergie nécessaire au reste de la composition. En sept parties principales, inspirées par d’autres pulsars, supernovas, trous noirs et quasars, l’univers se déploie. Ces sections principales sont entrecoupées de trois intermezzi (Gunas), où différents instruments de l’orchestre jouent le rôle de solistes.

À la fin, lorsque l’univers a atteint son expansion maximale, Wim Henderickx arrête le temps dans un épilogue obsédant intitulé Frozen Time

Sous la direction du chef d’orchestre néerlandais Bas Wiegers, le Belgian National Orchestra célèbre le début du printemps avec Le sacre du printemps de Stravinsky. Lorsque cette œuvre fut créée à Paris en mai 1913, avec une chorégraphie du légendaire danseur de ballet Vaslav Nijinsky, elle provoqua l’un des plus grands scandales de l’histoire de l’art. Le langage gestuel anguleux de Nijinsky et l’action du ballet (qui raconte l’histoire d’une jeune femme sacrifiée au dieu du printemps dans la Russie païenne) étaient particulièrement choquants. Toutefois, après une opposition féroce, l’œuvre d’art totale, et en particulier la musique de Stravinsky, a rapidement acquis un statut culte qui perdure à ce jour. Sa partition, qui commence par un sensible solo de basson dans un registre inhabituellement élevé et se termine par une fermeture tutti franchement barbare, est aujourd’hui considérée comme le summum du modernisme musical.

NL —› Tejas (Sanskriet voor vuur, licht, vitaliteit, magische kracht en creatieve energie) is een zevendelige compositie voor groot orkest van seizoenscomponist Wim Henderickx. Muziekinvloeden en -instrumenten uit de hele wereld komen in dit werk samen. Een titanische slagwerksectie met vijf percussionisten bevat naast westerse ook oosterse (Thai gongs, Indian bells, Japanese drums) en Afrikaanse instrumenten (slit drums). Tejas begint met een gigantisch akkoord dat als een soort van oerknal de energie levert voor de rest van de compositie. In zeven hoofddelen, geïnspireerd op onder andere pulsars, supernova’s, zwarte gaten en quasars, ontvouwt zich het universum. Deze hoofddelen worden afgewisseld met drie intermezzi (Gunas), waarbij verschillende instrumenten uit het orkest als solist fungeren. Op het einde, wanneer het heelal maximaal is uitgedijd, zet Wim Henderickx de tijd stil in een beklijvende epiloog met als titel Frozen Time

Onder leiding van de Nederlandse dirigent Bas Wiegers viert het Belgian National Orchestra het begin van de lente met Stravinsky’s Le sacre du printemps. Toen dit werk in mei 1913 in Parijs in première ging, met een choreografie van de legendarische balletdanser Vaslav Nijinsky, veroorzaakte het een van de grootste schandalen uit de kunstgeschiedenis. Vooral Nijinsky’s hoekige bewegingstaal en de handeling van het ballet (over een jonge vrouw die in het heidense Rusland aan de lentegod wordt geofferd) stuitten tegen de borst. Na heftige tegenstand bereikte het ‘Gesamtkunstwerk’ – en dan vooral Stravinsky’s muziek – echter al snel een cultstatus die tot op de dag van vandaag aanhoudt. Zijn partituur, beginnend met een gevoelige fagotsolo in een ongewoon hoog register en eindigend met een ronduit barbaars tutti-slot, wordt vandaag beschouwd als hét hoogtepunt van het muzikale modernisme.

EN —› Tejas (which in Sanskrit means fire, light, vitality, magical power and creative energy) is a seven-part composition for large orchestra by the season composer, Wim Henderickx. Musical influences and instruments from all over the world can be found in this work. A titanic percussion section of five percussionists includes Eastern

(Thai gongs, Indian bells, Japanese drums) and African (slit drums) instruments in addition to Western ones. Tejas begins with a gigantic chord which, like a kind of big bang, provides the energy for the rest of the composition. In seven main sections, inspired by other pulsars, supernovas, black holes and quasars, the universe unfolds. These main sections are interspersed with three intermezzi (Gunas), in which different instruments of the orchestra play the role of soloists. At the end, when the universe has reached its maximum expansion, Wim Henderickx stops time in a haunting epilogue entitled Frozen Time.

Conducted by Dutch conductor ve-vr-fr

Bas Wiegers, the Belgian National Orchestra celebrates the beginning of spring with Stravinsky’s Le sacre du printemps. When this work premiered in Paris in May 1913, with choreography by legendary ballet dancer Vaslav Nijinsky, it caused one of the biggest scandals in art history. Nijinsky’s angular movement language and the ballet’s action (about a young woman being sacrificed to the spring god in pagan Russia) were particularly objectionable. However, after fierce opposition, the ‘Gesamtkunstwerk’ (‘total work of art’) - especially Stravinsky’s music - soon achieved a cult status that persists to this day. His score, which begins with a sensitive bassoon solo in an unusually high register and which ends with a frankly barbaric tutti finale, is today considered the pinnacle of musical modernism.

15.3.2024 | 20:00

Bozar

Bas Wiegers, conductor

Wim Henderickx

Tejas (What does the Sound of the Universe look like?)

Igor Stravinsky

Le sacre du printemps