1 minute read
DUURZAAM
“Die angst voor robots snap ik wel. Ik merk dat mensen vaak denken dat de robot de mens gaat vervangen, maar ik zeg: mens en robot kunnen elkaar versterken”. Guus Roelofs (30) is net zo gedreven als hij jong is – en toch is hij net iets minder jong dan hij lijkt. “Broekie”, zie ik mensen wel es denken, vertelt hij. “Nou, dan hebben ze een goeie aan mij.” (lacht). Temidden van de drukte op de Nationale Onderwijstentoonstelling in de Jaarbeurshal vinden we tijd om elkaar te spreken voor een interview.
Guus is marketingdirecteur van DO-IT, één van de drie onderwijspartijen van INNOVATORS. Ook is hij mede-eigenaar van partnerbedrijf Zorabots, dat zich richt op de concrete toepassing van robotica in diverse sectoren.
Tweede boodschap
Guus heeft een tweede boodschap: “Robots lijkten iets van de toekomst, maar die toekomst is begonnen. Uit eten gaan en je bord in ontvangst nemen van een rondrijdende robot? Gebeurt al. Ook in de zorg is meer mogelijk dan je zou denken: een sensor in een matras kan registreren wanneer iemand die geneigd is tot slaapwandelen, opstaat. Vervolgens wordt hij op de gang door een robot opgewacht die zegt: ‘Meneer Jansen, het is half drie ’s nachts, misschien is het een idee om terug te gaan in bed?’. En dat blijkt te werken.”
Moeten we wel willen dat de robot die zorg overneemt?
Guus: “De discussie wat robots moeten overnemen, wordt volop gevoerd. Vooral verpleegkundigen stellen de – terechte - vraag of zo niet het menselijke uit de zorg verdwijnt. Ik denk het niet: de robot zal vooral de repetitieve taken overnemen. Door de verplegenden hierin te ontlasten, kan de mens weer met de mens bezig zijn. De andere kant van de medaille is dat we te maken hebben met personeelstekorten. Als je moet kiezen tussen slechte zorg of zorg door een robot, is de keuze gauw gemaakt, lijkt mij. Maar het blijft iets om met elkaar over in gesprek te zijn!”