www.schoolfacilities.nl jaargang 35 nummer 3 maart 2019 Platform voor huisvesting en facilitaire processen in het onderwijs School van de toekomst School facilities Ontmoetingsplek Scholentour Cloud-based
Cursusagenda Voorjaar 2019 Conciërge trainingen Veiligheidscursussen HACCP/kantine assortiment 8 november 2019 € 2.375,Cursusinformatie en aanmelden: www.fiac.nl / www.nishv.nl Veiligheidscoördinator 6-daagse leergang Veiligheid, beveiliging en toezicht voor conciërges 21 juni 2019 € 350,Preventiemedewerker 2 1-daagse verdiepingscursus 12 juni 2019 € 575,Voedselveiligheid / HACCP en assortimentssamenstelling 7 juni 2019 € 1.275,Veiligheid beveiliging toezicht 3-daagse training 12 april 2019 € 450,Omgaan met agressie 1-daagse training 5 april 2019 € 350,Preventiemedewerker 1 1-daagse basiscursus 5 juni 2019 € 1.275,Pedagogisch Conciërge 1 3-daagse basistraining 12 april 2019 € 450,8 november 2019 € 1.375,Leidinggeven aan een team voor hoofdconciërges, 3-daagse training 7 juni 2019 € 1.275,Veiligheidsmedewerker 3-daagse training 12 april 2019 € 450,Omgaan met agressie 1-daagse training Professioneel aan telefoon/balie 1-daagse training 7 juni 2019 € 1.375,Leidinggeven en communiceren voor hoofdconciërges, 3-daagse training www.fiac.nl www.fiac.nl Succesvol werken en effectief communiceren 3-daagse training Sta sterk in de omgang met docenten, leerlingen en ouders! 7, 14 en 21 juni 2019 3-daagse training7, 14 en 21 juni 2019
Blik op de toekomst
De afgelopen jaren hebben we gezien dat de interesse in gepersonaliseerd onderwijs overal in het land verschuift naar de implementatie van verschillende systemen. In het najaar van 2018 hebben we vernieuwende scholen gezien tijdens een tour vanuit de gemeente Rotterdam. De ene school heeft een focus op on dernemen, de ander is gericht op relaties en weer een ander op zelfsturend leren. Veel verschillende insteken, elk met een eigen gebouw dat aansluit op het con cept van de school.
Zo’n concept is natuurlijk niet zomaar ingevoerd. Dit vereist veranderingen, onder meer op organisatorisch gebied. Hier zoomen we dit nummer op in met een artikel over roosters. Een nieuwe school opzetten is ook een mogelijk heid. Hiervoor is nieuwe wetgeving in de maak, waar veel mensen graag gebruik van maken. Daarover verderop in dit nummer meer.
De school van de toekomst is natuurlijk een duurzame school. Een duurzame school is niet zomaar geregeld. Er moet in geïnvesteerd worden. Vanuit de Wet milieubeheer zijn er zijn veel duurzame maatregelen die zich snel terugverdie nen. Afgelopen twee nummers hebben we aandacht besteed aan de informa tieplicht, die steeds dichterbij komt. Nog even en het is 1 juli. In dit nummer hebben we een overzicht gemaakt om snel te zien welke maatregelen er precies onder vallen. Nu moeten we verder aan de slag om de scholen toekomstbesten dig te maken.
Graag tot ziens, Joep van ’t Hof
School als ontmoetingsplek Als de school een plek is waar mensen samenkomen, wie ont moet je daar?
12
Voorbeelden nieuwe scholen Een groep van mee- en dwarsdenkers ging langs bij inspirerende scholen.
Financiering verduurzaming scholen Hoe gaan we de verduurzaming van huisvesting betalen?
Rubrieken: Gezien & Gelezen (8), Nieuw op de markt (20), Beroep & Branche (28), Kennispartners (34).
En verder: School van de toekomst (4), Ontmoeten in het onderwijs (6), Inspirerende scholentoer (12), De toekomst bied perspectief (14), Hoe gaan we de huisvesting betalen? (16), In gesprek tot grote hoogte reiken (18), CSV Reggesteyn blij met overstap naar cloudbased printen (22), Informatieplicht (24), Maak je niet druk over het rooster (26), Inkoopcollectieven (27), Besparen (30), Hopen op nieuwe wet (31), Vervuiling op school te lijf met psychologie (32).
Colofon
Schoolfacilities is een onafhankelijk magazine voor huisvesting en facilitaire processen in het onderwijs.
Oplage en bereik: Verschijnt 4 keer per jaar in een oplage van 4.200 exemplaren, bij het VO, BVE, HBO, Universiteiten, gemeenten en het bovenschools management van het PO.
Eindredactie: Ingrid de Moel Hooglandseweg Zuid 34 3813 TC Amersfoort
Telefoon: 033 - 258 7160
E: redactie@schoolfacilities.nl
Uit ga ve van: Bouwstenen voor Sociaal
ISSN: 1383-6331
Aansprakelijkheid: Uitgever en auteurs verklaren dat deze uitgave op zorgvuldige wijze en naar beste weten is samen gesteld. Zij aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor schade, van welke aard ook, die het gevolg is van handelingen en/of beslissingen die zijn geba seerd op bedoelde informatie.
Prijsvraag Rotterdam
Hoe zien schoolgebouwen eruit in 2030? Dat was de vraag vanuit Rotterdam.
Van de redactie 3Inhoud
16
6
4 Schoolfacilities, maart 2019
Rotterdamse prijsvraag:
School van de toekomst
Hoe zien schoolgebouwen eruit in 2030? Aan veranderkundige Hans van der Hek de taak om dat uit te zoeken. “Nodig drie architecten uit en het komt goed, zeiden ze.” Het werd een prijs vraag met een tour door Nederland.
Eigenlijk was de opdracht van Hans van der Hek simpel: bouw de scholen die Rotterdam over pakweg tien jaar nodig heeft. “Nodig drie architecten uit en het komt goed, zeiden ze. Dat heb ik dus niet gedaan”, zegt hij.
“Architecten hebben de beste inten ties, daar ligt het niet aan. Maar in de praktijk zie je dat schoolgebouwen vaak achter de architect aanlopen.
Terwijl we eigenlijk eerst moeten bedenken wat voor onderwijs er in 2030 gegeven wordt. En dan pas uitzoeken welke stenen je daarvoor moet stapelen.”
Laagjes pellen Hans van der Hek, met een mooi woord veranderkundige van beroep, kijkt als adviseur hoe bestaande sys temen langzaam aangepast kunnen worden. Laag voor laag pelde hij de opdracht af die hij van de gemeente Rotterdam kreeg. “Ik ging nadenken: hoe kan ik erachter komen wat de leeromgeving in 2030 is? De op dracht werd steeds groter”, lacht hij. Van het uiterlijk van het gebouw kwam hij bij de inhoud en vorm van het onderwijs terecht.
Daar kon Josine Meurs zich in vinden. Meurs is hoofd Onderwijs van de gemeente Rotterdam en vertel de tijdens de jaarbijeenkomst van Bouwstenen over de Rotterdamse zoektocht naar de schoolgebouwen van de toekomst. “Als we blijven bouwen zoals we doen, dan krij gen we opnieuw wat we altijd al kregen”, zei ze toen. “Dan bouwen we bijna dezelfde scholen als in de Middeleeuwen: rechthoekige ruimtes met bankjes.”
Experiment
Van der Hek pelde nog een laagje verder: “Om te weten hoe de leer omgeving er in 2030 uitziet, moet je eigenlijk kijken naar de veranderende relatie tussen leerlingen, ouders en docenten.” In die veranderende relatie ligt immers de kern van hoe het on derwijs er in de toekomst uit gaat zien. Dát de relaties op school veranderen, ziet Van der Hek al een aantal jaar. Van der Hek somt de veranderingen in hoog tempo op: “Klassen worden groter, ouders worden veeleisender. Kinderen raken verveeld omdat ze in de buitenwereld meer prikkels krijgen. Ze willen bewegen om energie kwijt te raken, ze willen schakelen. Veel meer dan de vorige generatie zijn ze in staat om met grote hoeveelheden informa tie om te gaan.”
Door: Schoolfacilities
Rembrandt Sutorius Foto: Roger Cremers
Foto: Still uit de film
4 Schoolfacilities, maart 2019
School van de toekomst
Maar hoe kom je erachter hoe scho len in Nederland hiermee omgaan? Met een wedstrijd, besloot Van der Hek. En de winnaars krijgen niet een geldprijs, maar een kennisprijs: een tour langs de meest inspirerende scholen van Nederland. De prijs vraag die hij uitschreef: hoe zien schoolbesturen en leerkrachten de veranderende relaties en hoe spelen ze daar nu al op in? En hoe verhoudt de school zich tot de leefomge ving? “Het was voor ons een manier om erachter te komen waar nu al experimenten gedaan worden met inspirerende leeromgevingen”, zegt Van der Hek.
Dubbele neusjes van de zalm Dat lukte: er kwamen zeventien inzendingen. “Best bijzonder, als je nagaat dat het midden in de zomer was”, voegt hij toe. Een jury onder leiding van Bas van der Pol, directeur van Architectuur Instituut Rotterdam, koos uit de inzendingen zeven winnaars. “We keken onder andere naar welke inzenders als het ware al werken in 2030”, licht hij toe.
In november was het tijd voor de prijs: een vierdaagse tour, voor medewerkers van de gemeente Rotterdam, schoolbesturen en de ze ven prijswinnaars. Niet met z’n allen in een tourbus zoals eerst het plan was – dat was toch wat onhandig als alle prijswinnaar verspreid door het land wonen.
“De winnaars zijn eigenlijk dubbele neusjes van de zalm”, zegt Hans van der Hek. “Ze zijn de meest inspire rende personen uit de prijsvraag die nog een keer extra inspiratie opdoen bij elkaar. We hebben bij allemaal een kijkje in de keuken genomen.” Het is een metafoor voor het on derwijs, vindt hij: de ontmoeting faciliteren, en vervolgens leren van elkaar.
Vertalen naar stenen Het was inspirerend voor de prijs winnaars zelf, die er allemaal van overtuigd waren dat zij terecht de prijswinnaar waren, maar ook voor Hans van der Heks missie: bedenken hoe de Rotterdamse schoolgebou wen eruit moeten zien. Hoe vertaalt hij de scholentour naar nieuwe schoolgebouwen? “We hebben gezien hoe je anders leren vertaalt naar de omgeving. Kinderen leggen meer nadruk op samen projecten uitvoeren en eigen vaardigheden leren. Dat vraagt niet om klaslokalen maar om een flexibele omgeving met overlegplekken en gemakkelijke zitjes. En daarnaast plekken waar je je kunt terugtrekken om geconcen treerd te werken.”
De volgende stap wordt nu om de schoolbesturen uit te nodigen te formuleren wat zij nodig hebben om nieuwe onderwijskundige concepten te ontwikkelen en te testen in de praktijk. “De vraag is namelijk ook: welke bagage hebben leerkrach
ten niet meer nodig in 2030, en wat moeten ze juist bijleren? Welke behoeften heeft de economie in Rotterdam in 2030?”
Eerder dan 2030 De rol van de onderwijsinspectie is ook van belang, legt Van der Hek uit. Voor nieuwe vaardigheden hebben leerkrachten immers ruimte nodig.
“Tijdens de tour hebben we bij Agora in Roermond gezien dat leerkrachten bijvoorbeeld meer ruimte heb ben voor coachend leiderschap, in plaats van het geven van klassikale instructies. Dat is mogelijk omdat ze met de Inspectie afgesproken hebben dat ze niet alle testen en toetsen per se hoeven te maken.”
De eerste resultaten zijn niet pas in 2030 te bewonderen, maar al eerder.
“Op korte termijn gaan we de tour vertalen naar kwalitatieve eisen die je kunt stellen aan leeromgeving van de toekomst”, zegt Van der Hek. “Stenen stapelen is dan niet langer een doel op zich; het gaat om de veranderende relatie tussen leerlin gen, leerkrachten en ouders, en de gevolgen die dat heeft voor de leer omgeving. De tour heeft laten zien dat goed luisteren naar de beslissers van morgen een mooi begin is.”
Dit artikel wordt u aangeboden door gemeente Rotterdam
www.rotterdam.nl
Meer weten/meedoen?
Bouwstenen organiseert op 17 april 2019 een actualiteitencollege over de School van de Toekomst. Daarbij worden de resultaten uit de tour van Rotterdam en andere actualiteiten gedeeld en kijken we samen naar de vertaling hiervan naar huisvesting en vastgoed. Meer informatie treft u op www. bouwstenen,nl trefwoord actu aliteitencolleges. Mail met Hans van der Hek via ha.vanderhek@ rotterdam.nl of bel hem via 06 25 101 443.
‘Bijschrift van de foto’
Schoolfacilities, maart 2019
5
Ontmoeten in het onderwijs
Ontmoeten heeft meerdere functies. Het voorziet in een menselijke be hoefte aan contact en is een noodzakelijke voorwaarde als van elkaar wilt leren of iets van elkaar nodig hebt. Om te socialiseren en een actief burger te kunnen zijn, moet je anderen ontmoeten. In het najaar van 2018 kwa men vijftien bijzondere gasten uit het onderwijs bijeen voor een diner en om van gedachten te wisselen over ontmoeten in het onderwijs.
Door: Schoolfacilities
6
De school als ontmoetingsplek
In het traditionele onderwijs zit het leren ontmoeten impliciet en deels automatisch in het pakket. De leraar doet voor hoe je contact legt en geeft de ruimte en de spelregels waarbinnen kinderen met elkaar mogen omgaan. Kinderen kunnen de hele dag oefenen hoe je in de hectiek van een "te volle" klas en "te smalle" gangen elkaar toch aardig benadert en met elkaar omgaat. Zo wordt een aantal vaardigheden geleerd en normen overgedragen: “zo doen wij het, rustig blijven en netjes op je beurt wachten”.
In het gepersonaliseerd onderwijs zit dit niet automatisch ingebakken. Iedereen volgt zijn eigen leerweg en heeft meerdere relaties binnen en buiten school die aan het leren bijdragen.
Niet in een lesje De opdracht van het huidige on derwijs is vooral gericht op het cognitieve. Ook het ontmoeten van de ander staat in dat teken. Kinderen die afwijken omdat ze anders denken of een andere sociaal-eco nomische achtergrond hebben, worden buitengesloten en zoeken de veiligheid van een eigen kamer, groep of school. Om volwaardig te kunnen meedraaien in de samenle ving zijn vaardigheden nodig. Leren hoe we met elkaar omgaan zou in de haarvaten van het onderwijs moeten zitten. Niet in een lesje burger schapsvorming, maar in alle relaties, omgangsvormen, lesmateriaal, leermethodes, gebouwen en plekken waar onderwijs wordt gegeven.
Zo zou je bijvoorbeeld kunnen denken aan de Socratische leerme thode, om door middel van vraag en antwoord ideeën te testen. En qua personeel aan mensen die kinderen iets kunnen leren over ontmoetin gen, hun blik verruimen, hun grenzen helpen verleggen en de omgang met allerlei mensen en culturen voorle ven. Mensen die dat kunnen zijn op diverse plekken te vinden, niet alleen in het onderwijs, maar ook bijvoor
beeld in de muziek- en sportwereld. De vijver waaruit het onderwijs kan vissen qua personeel en plekken om te leren is groot.
Karrenspoor De uitdaging voor het onderwijs ligt in het zoeken naar de juiste balans tussen veiligheid, als voorwaarde om te kunnen leren, en uitdaging, om iets te leren. Het ligt ook in de balans tussen verwantschap, om te kun nen identificeren, en diversiteit, om te leren). Je zou een school kunnen zien als een huis met open deuren en ramen voor alles en iedereen waar je van kunt leren. Maar we zitten in een karrenspoor: zo doen we het al jaren en we weten er niet goed uit te komen.
Ramen open of dicht
In het onderwijs zoals we het kennen is de groep een belangrij ke thuisbasis. We hebben de groep georganiseerd rond denomina ties (geloof) en omvang (minimaal zoveel kinderen op een gesubsidi eerde school). Dat past niet meer, maar het is nog onduidelijk wat de samenleving wel past. We zien een hergroepering: ander gebruik van techniek zoals de iPadschool, andere overtuigingen, andere leefstijlen en andere financiering, zoals privaat. We zien scholen met andere groeps grootte, bijvoorbeeld thuisonderwijs of een klasje van drie, en scholen met homogene of juist gemengde groepen. Er komt steeds meer vari atie in de basis van waaruit kinderen kunnen leren.
Een belangrijke vraag is waar deze basis is: thuis, op school of elders, en of de ramen en deuren van deze basis voldoende open staan om anderen te (leren) ontmoeten. Wat is een school als je de cognitieve kennis overal kunt halen en in principe ook overal kunt leren? Is een school dan vooral een onderwijsprogram ma of bestaat er nog iets van een schoolgebouw waar mensen elkaar ontmoeten en samenkomen?
School als ontmoetingsplek
Als de school een plek is waar men sen samenkomen, wie ontmoet je daar? Is het schoolgebouw primair een ontmoetingsplek voor docen ten en leerlingen, en leerlingen onderling, of juist een plek waar je anderen ontmoet en die je uitdaagt je blik te verruimen en je grenzen te verleggen? Kinderen willen elkaar ontmoeten en leren ook van elkaar. Ze ontmoeten elkaar nu vooral op school, bij muziek- en sportclubs en op straat. Is een schoolgebouw een eigentijds jeugdhonk, een sportclub met een didactische opdracht of vooral een plek waar je juist andere mensen ontmoet? Het zijn essentiële vragen voor het onderwijs.
Tijdens het gesprek komen een aan tal mooie voorbeelden voorbij. Alle gasten aan tafel gaan vol energie en nieuwe ideeën naar huis.
Diner met inhoud
Dit artikel is gebaseerd op een diner in Amersfoort rond thema's die in het onderwijs spelen. We willen vaker dergelijke di nertjes organiseren. U kunt een thema aandragen. Kosten voor deelname is € 35,- per persoon. Een mooie prijs voor een goed bord eten en een frisse kijk op het onderwijs. We horen graag. Welk onderwerp vraagt verdieping?
nieuws@schoolfacilities.nl
Schoolfacilities, maart
7
2019
Gezien &gelezen
Valgevaar
Steeds meer scholen verduurzamen met zonnepanelen op het dak. Een goede ontwikkeling. Maar één aspect wordt vaak over het hoofd gezien: veiligheid. Tijdens het uitvoeren van (onderhouds)werkzaamhe den op het dak moeten monteurs een veilige werkomgeving hebben. Schoolbesturen zijn volledig aan sprakelijk voor mogelijke incidenten.
Om vast te stellen of een schooldak geschikt is voor zonnepanelen moet een dakinventarisatie uitgevoerd worden. Een expert kijkt dan naar de staat van de dakbedekking en de dakconstructie, de draagkracht van de onderconstructie, en of er veilig heidsvoorzieningen zijn.
Vaak worden zo veel mogelijk zonne panelen geplaatst, om een zo hoog mogelijk rendement te behalen. Het risico bestaat dat medewerkers (of monteurs) te dicht bij de dak rand komen bij gebrek aan ruimte, met verhoogde kans op een val van hoogte.
Als een school geen maatregelen neemt om valgevaren te beperken, is dat in strijd met de wet. Gelukkig zijn zonnepanelen prima te combineren met oplossingen voor veilig werken op hoogte, mits er vóór de installatie goed over wordt nagedacht.
www.ar.nl/scholen
Afvalvrije school
Hoe kan een basisschool afvalvrij worden? Het lukte De Rossenberg in Leusden, een relatief kleine school die een gebouw deelt met twee andere basisscholen. Volgens Maeyke Wiggers, directeur van de Rossenberg, en Jolanda Zeilmaker van De Groene Belevenis, zijn heldere afspraken essentieel voor het succes.
Eén van die afspraken was de taakverdeling voor het legen en schoonmaken van de verzamel-af valbakken. Zo werken ze met emmertjes en kleine bakjes. Het schoonmaken van de bakken kost veel tijd, vooral van GFT-bakken. Daarom heeft de schoonmaker een uitbreiding van het contract gekregen.
Afvalpreventie is belangrijk. Alle kinderen die op de basisschool in Leusden zitten, hebben een gratis Dopper gekregen. Het doel hiervan is om afval, in de vorm van drinkpakjes, te verminderen. Om het gebruik van de Dopper of drinkbeker te stimu leren gaan de lege drinkpakjes weer mee terug naar huis, net als plastic van tussendoortjes.
www.afvalcirculair.nl
De school verdwijnt
Is de school nog nodig? Kijk eens op hoeveel plekken er al gewerkt wordt met ‘flipping the classroom’, pro bleemgestuurd onderwijs of ‘blended learning’. De voordelen zijn groot: het leerproces sluit beter aan bij de kennis van de leerling en nieuwe middelen verbeteren de motivatie en dus de resultaten. Digitalisering is bovendien een noodzakelijke ont wikkeling voor onderwijs dat opleidt voor beroepen die straks geautoma tiseerd zijn.
Maar juist nu moeten scholen zich de vraag stellen hoe zij een goed evenwicht vinden tussen kwalifi catie, digitalisering, socialisatie en persoonsvorming. Hoe laat je tussen alle geweld van individuele leerroutes zowel het gemeenschappelijke als het individuele perspectief tot zijn recht komen?
Het onderwijs is er om mensen, zowel individueel én als groep te helpen ontplooien. De samenleving heeft bewuste, gelukkige, verbinden de en ondernemende mensen nodig met verantwoordelijkheidsgevoel. Dat zijn vaardigheden die kinderen en jongeren in individuele, digita le leerroutes niet leren. Daar is een school voor nodig. Die laten we dus niet verdwijnen. Maar de huidige ontwikkelingen dwingen bestuurders in het onderwijs nú stappen te zetten voor een nieuw evenwicht.
www.verus.nl
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, maart 2019
8
Innovatie
Op donderdag 14 februari 2019 is innovatiewerkplaats NEXTWORX geopend in Appingedam. NEXTWORX wil de regio uitdagen om samen te werken aan de ontwikkeling van de regionale economie door innovatie. Dat gebeurt via een methode die zich richt op het organiseren van lokaal contact, waarbij onderzoe kers en studenten belangrijk zijn. Het lectoraat Duurzaam Coöperatief Ondernemen van lector Willem Foorthuis van de Hanzehogeschool Groningen ontwikkelde deze methode.
Sinds december 2018 onderzoeken studenten van de Hanzehogeschool bedrijven en instellingen van uit de NEXTWORX-vestiging in Appingedam. Samen met onder zoekers stellen ze een agenda op. Belangrijke thema's zijn hernieuwba re energie, gezondheid, leefbaarheid en ondernemen.
www.eemsdelta.nl
Kenniscentrum
en andere hogescholen. Het ken niscentrum richt zich op ‘leren en innoveren’. De uitkomsten worden via publicaties toegankelijk gemaakt en toegepast in het onderwijs.
www.hsleiden.nl
Méér doen
Veel scholen vrezen dat ze in de toekomst bepaalde vakken niet meer kunnen geven omdat er te weinig le raren zijn. Met name bij informatica, wiskunde, scheikunde en de vreemde talen dreigt een groot tekort. “Als het beleid niet wijzigt, zullen er in 2027 naar verwachting zo’n 1200 onver vulde vacatures in het VO zijn”, aldus Hein van Asseldonk, vice-voorzitter van de VO-raad. “Wij, de leraren opleidingen, het bedrijfsleven en de politiek, zullen meer moeten doen.”
Van Asseldonk doet daarom een appèl. “Wij moeten er alles aan doen om werken in het onderwijs aantrek kelijker te maken. Het gaat om zaken als werkdruk, variëteit, carrièremo gelijkheden en ruimte om je vak te ontwikkelen. Ook moeten we zorgen dat de lerarenopleidingen beter aan sluiten bij wat mensen in hun mars hebben.”
Circulaire uni
De Universiteit Utrecht kiest bij uni versitair vastgoed voortaan voor de principes: gezond, energieopwekkend en circulair. Met het nieuwe ambi tiedocument “Toekomstbestendige gebouwen” richt de universiteit zich op een duurzame samenleving, zegt collegevoorzitter Anton Pijpers.
Duurzaamheid integreren in het onderwijs, dat is het doel van het nieuwe Kenniscentrum Duurzaam Organiseren. Het kenniscentrum is opgericht door de opleidingen van de faculteit Management en Bedrijf van de Hogeschool Leiden. Docenten en lectoren van verschillende opleidin gen werken nauw samen. Om het praktijkonderzoek te laten aan sluiten op de actualiteit zoeken ze samenwerking met het beroepsveld
“Lerarenopleidingen moeten flexibi liseren. Daarnaast zou de politiek de ruimte moeten vergroten voor het gedeeltelijk in de school opleiden van leraren; om dit lerarenopleidingen mogelijk te maken is zo’n 50 miljoen euro extra nodig. Het bedrijfsleven kan bijdragen door bij reorganisaties te faciliteren dat mensen beschikbaar komen voor het onderwijs.”
www.vo-raad.nl
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, maart 2019
De gebouwen die de universiteit neerzet, leveren energie op in plaats van dat ze energie verbruiken en zijn demontabel: de grondstof fen behouden hun waarde. Ook zijn de gebouwen aanpasbaar. “Toekomstbestendige gebouwen zijn essentieel bij het ontwikkelen van een duurzame, vitale en be taalbare campus,” aldus Fiona van ’t Hullenaar, directeur Vastgoed & Campus. "Dit zijn voordelen voor mens en milieu. Ook is het fi nancieel interessant, zoals het verlagen van energieverbruik en onderhoudskosten."
De universiteit doet nog meer. Ze wekt energie op met behulp van zonnepanelen en gebruikt warm te- en koudeopslag. De universiteit koopt duurzaam vertogas en groene energie die opgewekt wordt door windturbines in Nederland. Je kunt in de machines geen wegwerpflesjes water meer kopen en vergader lunches zijn voortaan standaard vegetarisch.
www.uu.nl
9
>>
We willen bewegen
scholen: ontwerp de School van de Toekomst. De achttien scholen van De Waarden stuurden elk twee leer lingen die brainstormden over wat zij willen leren, wat een goede leerkracht is, en de School van de Toekomst.
“Kinderen denken nog zo basaal”, blikt Petra Nobel terug. “Soms moest ik echt even slikken. Bijvoorbeeld toen bleek dat ze állemaal vinden dat ze teveel stilzitten op school. “Waarom moeten we vijf uur per dag op onze stoel zitten?”, vroegen ze. Ik dacht: Wat doen wij kinderen eigenlijk aan?”
De School van de Toekomst is zelf voorzienend: kinderen willen hun eigen fruithapje plukken uit de tuin.
Ze willen allemaal bewegen. De ideale school staat in een bos, heeft een zwembad op het dak die in de winter omgetoverd wordt tot ijsbaan, trampolines op het schoolplein en een gracht waarin ze kunnen bootjevaren.
Ze willen een school van “waardeloos materiaal”, als tussendoortje een ap pel uit eigen schooltuin en héél véél bewegen. Stichting De Waarden hield een wedstrijd onder haar achttien
Een aantal zaken kwam in vrijwel alle ontwerpen van de kinderen terug:
Kinderen zijn heel erg bezig met het milieu. Een schoolgebouw moet duurzaam zijn, vinden ze.
Ze willen techniek en robots voor de klas. Maar die kunnen nooit helemaal de leraren vervangen. Nobel: “Een leerling zei: Een robot kan namelijk niet weten wanneer iemand gepest wordt, want dat is een gevoel.”
www.verus.nl
Waarom kiest u voor Sonesto?
Al meer dan 35 jaar specialist op het gebied van kwalitatief hoogwaardige lockers, garderobes, postvakken en uitgiftesystemen
Volledige turn-key oplevering door onze monteurs Altijd maatwerk voor uw specifieke opbergvraagstuk Gebruik makend van het meest geavanceerde, door ons eigen ontwikkelde, elektronische sluitsysteem in de markt LoQit Vandalismebestendige lockers door glasvezelversterkte materialen
Al ruim 35 jaar dé standaard in lockeroplossingen.
Schoolfacilities, juni 2018
info@sonesto.nl | sonesto.nl
Advertentie
10
Gezien & Gelezen
Tour Rotterdam
Inspirerende scholentour
gewoon ROC funest. De ‘school’ ziet eruit als een kantoor, behoorlijk prik kelarm. Hier treffen leerlingen elkaar en worden ze gecoacht op persoon lijke verzorging, omgangsvormen en werkvaardigheden.
Door: Schoolfacilities
DOE040:
de school als werkplaats
Jacqueline van Ewijk, directeur van DOE040 in Veldhoven, ziet een school vooral als bedrijf, weliswaar ook gerund door kinderen en met een bijzondere opdracht. Dat ze daar gevoel voor heeft, zie je als je rondloopt op haar private school met 87 leerlingen tussen 4 en 21 jaar. Leerlingen komen van ver, er zijn ruimtes zoals een keuken, theater, atelier en een bibliotheek; allemaal met gekregen spullen. En sinds kort is er een kinderboerderij met kippen.
Het meest opvallend is hoe zelf bewust de kinderen hun gasten rondleiden en hun eigen pad in het onderwijs uitzetten. Is de school voor iedereen geschikt? De kinderen vin den van wel, maar volgens Jacqueline is de school niet geschikt voor kinderen met een niet te veranderen gedragsstoornis, en ook niet voor alle ouders. Zij moeten de focus op een diploma loslaten en erop vertrouwen dat kinderen uit zichzelf willen leren.
Ouders betalen €300,- per maand voor het eerste kind en €200,voor elk volgend kind. De kinderen kunnen tussen acht en zestien uur op school zijn, ouders kunnen op elk gewenst moment hun vakantie plan nen. Vier weken per jaar is de school dicht: twee in de zomer en twee rond kerst. De visie en de inrichting van de school nodigen uit om opnieuw naar het onderwijs en het gebouw te kijken. De school als verzamelplek en werkplaats, waar je naast leeftijdsge noten ook mensen van alle leeftijden ontmoet, van alles kunt leren en van waaruit je vertrekt om de rest van de wereld te verkennen.
www.doe040.nl
REA college:
de school als opstap naar werk
Het REA college, een MBO in Eindhoven, is eigenlijk geen school, maar begeleidt jongeren naar werk. Hier zitten jongeren vanaf 18 jaar met een (dubbele) diagnose, vaak in het autistische spectrum. Kinderen met een fysieke beperking worden door het reguliere onderwijs wel op gevangen, maar voor autisten is een
Daarvoor is geld beschikbaar vanuit het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Ondanks de lastige start is er relatief weinig uitval. Van alle leerlingen sluit tachtig procent de opleiding met goed gevolg af, en vindt zestig procent een baan. De uitval die er is, heeft vooral te maken met de thuissituatie. Wat nemen we mee van deze school? De mooie gedachte dat we het in Nederland toch ook voor elkaar krijgen jongeren individueel te begeleiden naar een plekje in de samenleving, desnoods met geld vanuit andere sectoren.
www.reacollegenederland.nl
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, maart 2019
OBS West: met oog op techniek Peter van Loon van Scholen van Morgen leidt ons door ‘De Klas van de toekomst’. Deze klas biedt kinde ren van 7 tot 12 jaar een uitdagende omgeving. Het zijn eigenlijk zes ruimtes en er is een nauwe samen werking met de PABO in Leiden, Hogeschool Rotterdam en Saxion Hogeschool. De lokalen en de ge meenschappelijke ruimte staat vol met techniek.
In het najaar van 2018 ging een groep van meeen dwarsdenkers langs bij inspirerende scholen in het hele land. Een collage.
>>
11
GELD BESPAREN IN HET ONDERWIJS
Profiteer nú van collectief inkoopvoordeel
Inkoopcollectieven zijn zeer gunstig voor onderwijsinstellingen. Ze leveren deelnemers veel voordeel op. Er wordt rekening gehouden met belangen van de deelnemers en scherp getoetst op doelmatigheid en (Europese) aanbestedingsregels.
De voorwaarden en deelnameprijs zijn eerlijk en transparant. Géén vereiste dure lidmaatschappen van koepelorganisaties of hoge vergoedingen aan tussenpersonen. Bij Pro Mereor zijn we transparant en komen de behaalde resultaten 100% toe aan de deelnemende instellingen.
Alle inkoopcollectieven worden Europees aanbesteed, zodat u voldoet aan de eisen van de aanbestedingswet. Naast inkoopvoordeel bieden we u aanvullende dienstverlening.
Pro Mereor bundelt al meer dan 15 jaar inkoopkracht en realiseert betere tarieven en voorwaarden. Zo kan ook uw organisatie meeprofiteren van de kracht van een inkoopcollectief tegen lage deelnamekosten.
Een efficiënte inkoop biedt enorme kansen; er zijn flinke besparingen te realiseren. Pro Mereor is specialist in het begeleiden van (Europese aanbestedingsprocedures en het realiseren van structurele kostenbesparingen in het onderwijs.
Mereor
“Kindante is een groot schoolbestuur (PO en VO) en we willen alles goed geregeld hebben op het gebied van energie. Pro Mereor is een bekende en vertrouwde partij met kennis van zaken en transparante handelswijze. De keus om ons aan te sluiten bij het inkoopcollectief energie was daarom snel gemaakt. Dan weten we dat het goed komt.“ Guus van Kan (adviseur Stichting Kindante)
Voor meer informatie over onze inkoopcollectieven: Neem contact op met de heer Guido van Rijnsbergen. Bel 026 37 01 476 of mail naar inkoopcollectieven@pro-mereor.nl
370
PRO MEREOR BIEDT HET ONDERWIJS DIVERSE COLLECTIEVE INKOOPCONTRACTEN OP HET GEBIED VAN:
ELEKTRICITEIT
KANTOORARTIKELEN
GAS PAPIER
12 Schoolfacilities, maart 2019
Pro
| Burgemeester Weertsstraat 69a | 6814 HM Arnhem | T 026
14 76 | E info@pro-mereor.nl | pro-mereor.nl
Tour Rotterdam
De eerste klas heeft€300.000,gekost, waarvan €90.000,gesponsord werd. Hier werken ze met bevlogen vakdocenten, de lessen duren van 8.15 tot 13.15 uur.
De kinderen hebben geen vaste plek maar bewegen zich vrij door de ruimte, werken aan hoge tafels en hebben opvallend veel oog voor het milieu. Ze meten de luchtkwaliteit, hebben zonnelampen en planten die de lucht zuiveren. Maar ook twee mengtafels voor muziek en videogames. De school daagt uit en hanteert het principe van adven ture learning (leren door doen) en coöperatief leren (leren van elkaar).
De school is populair in de buurt met veel nieuwbouwhuizen, maar de kinderen komen ook van ver buiten de wijk. De school laat zien dat veel mogelijk is als bevlogen vakdocenten de ruimte krijgen en dat een school ook van binnenuit verduurzaamd kan worden.
www.obswest.nl
Gooise praktijkschool: vanuit de relatie
René Knoester van de Gooise prak tijkschool in Hilversum vertelt graag over de school. Het is een school met verregaand individueel onderwijs en een prachtig gebouw. “Veel mensen zeggen: zo, dat is een dure hal. Maar het is belangrijk dat deze kinderen binnenkomen in een gebouw dat wat voorstelt, omdat zij ook wat voorstellen.”
Op de school zitten kinderen tussen de 12 en 18 met een laag IQ. Elke leerling werkt aan een persoonlijken een onderwijsontwikkelplan. Het onderwijs is gebaseerd op het Big picture-concept uit Amerika: werken vanuit de relatie. “Een klas van vijf tien tot zestien leerlingen werkt het best. Voor de algemeen vormende vakken zitten leerlingen bij elkaar in kleine lokalen, met een variatie aan meubilair. Voor praktijkvakken zitten ze in samengestelde groepen.
Op de school werken ze niet met
cijferlijsten maar wordt het werk beoordeeld door klasgenoten, ouders en anderen uit de omgeving van het kind. Ze geven ook elkaar advies. Allemaal vanuit het idee: It takes a village to raise a child.” Nu wordt die samenleving vaak weg gehouden van het kind. Dat zet aan tot nadenken.
www.gsf.nl
Laterna Magica:
binnen en buiten Het onderwijs in de school, voor kinderen van 0 tot 12 jaar, wordt aangeboden via drie leerroutes: au thentiek leren, oftewel betekenisvol en praktisch leren, waarbij gebruik gemaakt wordt van kernconcepten, ontdekhoeken met verschillende functies, en clubs, waar leerlingen reken- en taallessen volgen.
De ouders worden betrokken bij het leren: ze volgen samen met de school de leerresultaten en maken met de kinderen afspraken over het traject. De leerlingen organiseren deels zelf het onderwijsaanbod door workshops over bepaalde onderwerpen te geven.
Er heerst een prettige sfeer en de kinderen zijn op allerlei manieren aan het leren. Het leren vindt plaats zowel binnen als buiten de school.
Er is een “avontuurlijk-leren tuin” met veel dieren, zoals een varken dat de kinderen verzorgen. Kortom, een mooie school met heel tevreden kin deren en zeer betrokken personeel.
www.laternamagica.nl
Wat willen kinderen zelf?
Tijdens de tour ging een kindercoach in gesprek met de kinderen van de betrokken scholen en hebben zij aan de hand van het Scholenkwartet gesproken over hun wensen rond de school van de toekomst. Bekijk het resultaat op YouTube onder titel ‘Gebouwd voor de toekomst’: https://youtu.be/Zz-eu3_Djhg
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, maart 2019
13
Johanna Baijense
De toekomst biedt perspectief
Het blijft een enorme kluif om de organisatie klaar te stomen voor de toekomst. De samenleving vraagt om leerlingen met andere capaciteiten: minder theoretische kennis en meer sociale en praktische vaardigheden. Tegelijkertijd is er een lerarentekort en moeten gebouwen verduurzaamd worden, terwijl de beurs smal is. Dan loont het om eens bij anderen in de keuken te kijken, aldus Johanna Baijense. Ze deed mee aan de prijs vraag Gebouwd voor de Toekomst van de gemeente Rotterdam en mocht mee op tour. Het liefst was ze met haar hele team gegaan.
Te weinig beeld
De wil om de St. Bernardusschool klaar te stomen voor de toekomst was er al, vertelt Baijense. “We experimenteren met diverse groe peringsvormen en geven zoveel mogelijk onderwijs op maat . Maar soms zijn er andere, creatieve ma nieren om te werken, waar je binnen je eigen context van werken niet op komt. Onze leerkrachten hebben, als het op nieuwe onderwijsconcepten aankomt, nog onvoldoende een beeld kunnen vormen van de mogelijk heden. Als directeur wil ik daar iets mee.”
Scholentour
Johanna Baijense, directeur van de Sint
Bernardusschool uit Epe, en haar clustermanager Anita Kroonen hebben een duidelijke visie op de school van de toekomst. “Het is bijna onmogelijk om te voorspellen wat nodig is. Toch moeten we anticiperen.”
Baijense merkte dat ook zijzelf nog meer wil weten hoe het anders kan in het onderwijs. Ondanks dat de tour een hap uit haar agenda nam, was ze blij dat ze mee mocht. “Het zorgde voor inspiratie. In Amsterdam zag ik bijvoorbeeld hoe kinderen leren rekenen aan de hand van de maaltijden die werden bereid, in grediënten die geteld en afgewogen werden. Na schooltijd werden de maaltijden verkocht aan ouders van school die daar gebruik van willen maken. Zo concreet kan het onder wijs dan worden.”
Niet alleen onderwijs Ook de combinatie van meerdere ac tiviteiten willen Baijense en Kroonen op de school toepassen. “Gebouwen waarin alleen onderwijs gegeven wordt, dat concept is op de lange termijn niet houdbaar”, zegt Kroonen.
Door: Schoolfacilities
14 Schoolfacilities, maart 2019
Ze geloven allebei meer in gebouwen die langer open zijn en waar ruimte is voor bijvoorbeeld welzijns- en buur tactiviteiten. Dat past beter bij de tijd waarin we leven.
Meerdere organisaties en activiteiten in één gebouw biedt ook moge lijkheden voor het onderwijs zelf, aldus Baijense. In Epe zou ze het gebouw bijvoorbeeld graag delen met een muziekschool. Ook ziet ze brood in een nauwere samenwerking met andere organisaties zoals het voortgezet onderwijs. “Hoe mooi is het als we een techniekles voor onze leerlingen kunnen verzorgen bij een middelbare school, in een techniek lokaal met de juiste spullen.”
Beter inspelen
Op het schoolplein krijgen de leerlin gen inmiddels verkeersles. Kroonen en Baijense bekijken het tafereel ge amuseerd. Het is een voorbeeld van buiten leren, in een andere setting dan de klas. In echte situaties heeft leren veel meer betekenis. Zo wordt leren uitdagender voor de leerlin gen. “Die aanpak is meer gericht op hoe kinderen leren in plaats van wat kinderen leren. Wanneer je meer va riatie aanbrengt in de lesmethoden, groepsgrootte en onderwijsruimte kun je beter inspelen op de persoon lijke leerstijl van kinderen. Zij vinden de lessen leuker en als leerkracht zie je beter welke interesses en talenten de kinderen hebben.”
Kwartetspel
Bij het vormgeven van het on derwijs van de toekomst wilde Baijense weten hoe leerlingen, ouders en leerkrachten tegen de St. Bernardusschool aankijken en hoe zij de toekomst zien. Daarom ging ze met hen in gesprek aan de hand van het Scholenkwartet. “De uitkomsten van deze gesprekken gaven mij meer inzicht in wat ze belangrijk vinden en hoe je daar als school op in kunt spelen. Het leidde ook tot verrassen de inzichten. Van tevoren dacht de klankbordgroep van ouders bijvoor beeld dat wij vooral een school zijn die ambitie, taakgerichtheid en for meel werken belangrijk vindt. Vanuit
Tour Rotterdam
Tips voor andere scholen
Ga open in gesprek met alle an dere betrokkenen over de school en de toekomst, met leerlingen, ouders, medezeggenschapsraad, bestuur en gemeenten.
Luister naar leerkrachten en laat hen vertellen wat ze nodig hebben om hun werk te kunnen doen.
• Leer van andere scholen die al een vergelijkbaar traject hebben doorgemaakt. Zoek ze op.
3 Hoe is de sfeerop school?
1 Waar kunnen kinderen goed leren?
Durf ook van andere scholen te leren, van VO, MBO, HBO en WO en zowel publiek als privaat.
• Toon lef en begin met de veran deringen. Wacht niet op de rest.
• Werk aan wat er mogelijk is. Vier wat er gebeurt. Maak zichtbaar waar het knelt.
• Zet geen stip op de horizon, maar biedt perspectief.
Foto:
Opgeruimd en netjes
4 Wie gaan daarnaar school?
In hun eigen buurt
uit te doen als je een ruimte verlaat. Ook doen we mee aan projecten op het gebied van zonne-energie en hebben we met de leerlingen deelgenomen aan een project over duurzaam bouwen.”
Foto: Levien Willemse 11 Wie maakt daar schoon?
het kwartetspel kwam echter een ander beeld naar voren. Dat beeld hebben we bijgesteld, een aangena me verrassing.”
Bewustwording
Wie klaar wil zijn voor de toekomst, moet ook investeren in het gebouw. Baijense wil in Epe snel stappen zet ten als het gaat om duurzaamheid. “Er is nu geen dakisolatie, in een deel van de school is nog enkel glas en we hebben allen op de bovenverdieping led-verlichting. Dat moet verande ren. Daarnaast proberen we onze leerlingen en leerkrachten bewust te maken dat het belangrijk is om de deuren dicht te houden en het licht
Schoolfacilities, maart 2019
De school maakt bewust kleine stapjes, want het onderwijs van de toekomst blijft een ingewikkeld verhaal, weet ook Baijense: “De technologische ontwikkelingen gaan zo snel dat het bijna onmogelijk is te voorspellen welk type onder wijs überhaupt nodig is in 2030 of 2050. Als onderwijsgroep moeten we daarop anticiperen. Dat vraagt een flexibele houding.”
Streep aan de horizon Het lerarentekort en de bekosti ging van de ambities vormen net als bij veel andere scholen een flink probleem. Baijense en Kroonen laten zich er niet door uit het veld slaan. Vol goede moed blijft de blik gericht op wat komen gaat. Ook al is het uiteindelijke doel soms nog onzeker. “Je kunt beter een perspectief bieden dan een stip op de horizon zetten”, zegt Kroonen. Een perspectief geeft ruimte voor ontwikkeling, een stip kan frustreren als je dat gaandeweg moet bijstellen.
Het scholenkwartet is te bestellen via: www.bouwstenen.nl/publicaties
15
Ingrid de Moel
Vrijwilligers onder leiding van professional Foto: Designed by peoplecreations
Hoe gaan we de huisvesting betalen?
Door: Schoolfacilities
Dit jaar komt er misschien meer duidelijkheid over de financiering van de huisvesting van het primair en voortgezet onderwijs. En dat is nodig, zeker gezien de verduurzamingsopgave.
Diederik Samsom, voorzitter van de sectortafel Gebouwde Omgeving voor het Klimaatakkoord, liet de cijfers op zijn publiek inwerken. Om voor 2050 al het maatschappelijk vastgoed te verduurzamen, moeten we elke dag vijftig panden verbouwen. “Dat klinkt als een onoverzichtelijk grote opgave”, vertelde hij afgelopen december tijdens de jaarbijeenkomst van Bouwstenen. “Maar je kunt het ook zo zien: we hebben tot 2050 de tijd om elk gebouw één keer goed aan te pakken. Dat is te doen. Maar in Nederland komt altijd meteen de vraag: hoe gaan we het betalen?”
Het verduurzamen van school gebouwen, en dan met name de bekostiging daarvan, is een inge wikkelde opgave. Er is niet alleen te weinig geld voor de huisvesting beschikbaar, maar er bestaat in het primair en voortgezet onderwijs ook veel onduidelijkheid over wie wat moet betalen. Het goede nieuws is: de voorstellen om een deel van de onduidelijkheid op te heffen worden steeds concreter.
Voorstellen voor minister
De Algemene Rekenkamer was in 2016 al heel stellig: het huisves tingsstelsel zit op slot. Gemeenten en schoolbesturen worden niet geprikkeld om te investeren in schoolgebouwen. Vorig voorjaar stelden de VNG, de PO-raad en de VO-raad na lang beraad een wets wijziging voor om een einde aan de onduidelijkheid te maken. Afgelopen december ging het concrete plan naar minister Slob. Het voorstel is om gemeenten en schoolbesturen samen een meerjarig integraal huisvestings plan te laten opstellen, om renovatie in de wet op te nemen als alternatief voor vervangende nieuwbouw en om het investeringsverbod in het primair onderwijs te versoepelen.
Handreiking
Ambtenaren van het ministerie on derzoeken de voorstellen nu. Minister Slob stuurt voor de zomer van 2019 een brief naar de Tweede Kamer, met daarin een reactie op deze voorstel len, en een overzicht van de stappen die hij zal nemen om de verduur zaming van onderwijsgebouwen mogelijk te maken.
De PO-raad en VO-raad werken on dertussen aan een model-IHP, waarin staat welke onderdelen hierin ‘moe ten’ worden opgenomen, en welke ‘kunnen’ worden opgenomen. De doelstellingen uit het Klimaatakkoord zullen daar een belangrijk onder deel van worden. Ook komen ze met een handreiking die gemeenten en schoolbesturen kunnen gebruiken bij hun overleg over de verdeling van de kosten bij renovatie.
16 ‘Bijschrift van de foto’ Schoolfacilities, maart 2019
Jaarverslagen openbaar Schoolbesturen worden wettelijk verplicht om jaarverslagen open baar te maken. Een wetsvoorstel daarvoor ligt bij de Tweede Kamer. Eerder was afgesproken dat scho len dat vrijwillig zouden doen, maar omdat niet iedereen meedeed, komt er nu dus een verplichting. Ministers Van Engelshoven en Slob willen dat schoolbesturen openbaren hoeveel geld ze krijgen, wat de reserves zijn, en hoeveel ze waaraan uitgeven.
Hiermee wordt een basis gelegd voor een zogeheten ‘benchmark’, waar door er meer inzicht ontstaat in de kostenstructuur van het onderwijs en waardoor de informatie over verschillende scholen en onderwijs besturen met elkaar te vergelijken zijn. Deze informatie is niet alleen relevant voor besturen, mede zeggenschapsraden en raden van
toezicht, maar ook in verband met de verduurzaming. Het wordt dan duidelijker wat de kosten zijn voor gebouwen, het gebruik en onder houd. Toch gaat het niet alleen om de cijfers, lieten de ministers in een kamerbrief weten: ze willen school besturen de ruimte geven om ook juist het verhaal achter de cijfers te vertellen.
Verdere onderzoeken En dat is nog niet alles. Minister Slob gaat onderzoek laten doen naar de toereikendheid en doelmatigheid van de uitgaven in het primair en voortgezet onderwijs. Daarnaast doet de VNG onderzoek naar de kosten van onderwijshuisvesting, zowel in het verleden als in de toekomst. Hun expertiseteam maakt een reconstructie van de ontwikkeling van geldstromen die gemeenten de afgelopen tien jaar beschikbaar
Schoolfacilities, maart 2019
hadden voor onderwijshuisvesting. Ook schetsen ze een verwachting van de kosten die gemeenten gaan maken als gevolg van hun zorgplicht en nieuwe duurzaamheidseisen. De resultaten zouden in het voorjaar van 2019 bekend moeten worden.
Diederik Samsom, voorzitter van de sectortafel Gebouwde Omgeving voor het Klimaatakkoord
Minister Arie Slob, foto: Anne Paul Roukema
Financiering 17
In gesprek tot grote hoogte reiken
Door: Hago Onderwijs
Na iedere aanbesteding kunnen schoon makers een nieuwe werkgever krijgen en toch op dezelfde plek werken. In die nieuwe arbeidsrelatie moeten zowel schoonmaakmedewerkers, hun nieuwe werkgever én de opdrachtgever inves teren. Bij UvA heeft deze samenwerking door gesprekken, geduld, duidelijkheid en een open houding geleid tot een aansprekend succes waarin schoonma kers en hun werkgever nader tot elkaar kwamen.
“Ik kan het me nog herinneren als de dag van gisteren; op onze eerste vrijdag bij UvA vertelden we de schoonmakers hoe we het anders en beter wilden doen en de maan dag erop stond FNV op de stoep. De revolutie die we voor ogen hadden, werd een totaal andere.” Hago’s rayonmanager Ali Karabulut beseft dat de boodschap van toen niet de juiste was. “We wilden ’s avonds gaan schoonmaken in plaats van in de ochtend en hadden taken en medewerkers opnieuw ingedeeld. We vergaten te luisteren naar mensen en voerden op basis van onze eigen aannames veranderingen door. Daar hebben we van geleerd. Vanaf dat moment zijn objectleider Abdel Boukhiar en ik in gesprek gegaan met de schoonmakers.”
De kwaliteit was niet op orde toen Hago begon en de groep schoonma kers was geen team. Mensen trokken
veel naar hun ‘eigen’ mensen en werkten niet of niet goed samen met anderen. De bereidheid om eens iets nieuws te proberen was bovendien bijzonder klein. Hago’s dagelijkse lei ding bij UvA heeft veranderingen, die toch echt nodig waren, uiteindelijk in anderhalf jaar doorgevoerd. Steeds door persoonlijk contact en samen met FNV en Hago’s regiodirecteur Robbert van den Berg. Langzaamaan kwam het besef bij schoonma kers dat Hago, samen met UvA, het beste met ze voorhad, zo beamen ook medewerkers Karima, Lucretia, Mohamed en Mouiloud.
“De face-to-face gesprekken waren prettig. We voelden ons gehoord en konden ook aangeven waar we zelf mee zaten. De hoge werkdruk, bijvoorbeeld, door de indeling van taken zoals die er was.”
“We hebben meer dan eens in de spiegel gekeken om te zien wat we zelf beter konden doen. Zo zijn Abdel en ik duidelijker en vooral ook eenduidiger gaan communiceren. Dat hielp. Ook hebben we ruimte gekregen van UvA om taken anders in te delen. We hebben Facility Hosts in het leven geroepen, die echt bezig zijn met de beleving van schoon. Dat veranderde de werkdruk.” Ali Karabulut zag langzaam maar zeer zeker een kentering in de negatieve sfeer tussen schoonmakers onder ling en die tussen medewerkers, Hago en UvA. Gevoelens van onvrede maakten plaats voor vertrouwen.
Schoolfacilities, maart 2019
Hago bleef medewerkers betrekken bij het resultaat en in ruil daarvoor stelden schoonmakers zich meer open en flexibel op en waren ze veel meer bereid om mee te denken. Het contact met UvA was altijd al goed. Daar bestond het partnerschap al dat de schoonmakers ook steeds meer voelden met Hago.
Vier maanden geleden kwam FNV voor het laatst op bezoek bij UvA, voor een sessie met het schoon maakteam en de dagelijkse leiding en regiodirecteur van Hago. “Toen en daar hebben we de ‘strijdbijl’ definitief begraven, om het zo uit te drukken. Voor ons is het nu goed zoals het is. We voelen ons door alle gesprekken ook veel meer echt een team, wat werken natuurlijk ook veel leuker maakt. Nu overleggen we vooral om successen te vieren en elkaar bij te praten, in plaats van om het over negatieve dingen te hebben.” Tevreden schoonma kers dus. Tevreden schoonmakers die tijdens de laatste onafhankelijke kwaliteitscontrole ineens heel anders onder de aandacht kwamen. “Locatie ligt er keurig onderhouden bij. Je ziet het plezier bij de medewerkers op de werkvloer terug in de kwaliteit. Goede interne controle en aansturing maken het mogelijk dat dit resultaat kan worden behaald. Hiervoor onze complimenten.”
18
UvA en Hago hebben samen een flink deel van hun eerste gezamen lijke contractperiode geïnvesteerd in communicatie met schoonmaak medewerkers. Het resultaat, blije schoonmakers en echt schone univer siteitsgebouwen, is zo bevredigend dat beide partijen na een nieuwe aanbe steding hun samenwerking hebben verlengd met in ieder geval acht jaar.
“In de vorige aanbesteding hebben we voor Hago gekozen omdat dat het mensenbedrijf is dat ons vooruit kon helpen en dat stond voor de dingen die wij ook belangrijk vinden.” Ook Wil van Zijl-Barbe en Nel van den Oudenalder van UvA schrokken toen FNV ten tonele verscheen, na de aangekondigde veranderingen in de schoonmaak. “Hago had in het begin moeite om zich te manifesteren als het mensenbedrijf dat het is, door de bijzonder defensieve houding van de schoonmakers. Die terughoudend heid kwam voort uit de angst dat het bij alweer een nieuwe werkgever alleen maar slechter zou worden dan beter. Veel schoonmakers zijn de Nederlandse taal niet of niet goed machtig, wat dat gevoel verder in de hand werkte.” Een moeizame start dus.
Wil en Nel zijn niet alleen de contactpersonen van Hago. Ze hebben intern ook klanten, zoals de verschillende faculteiten en studie verenigingen van UvA. “We zijn vanaf het begin standvastig maar begrip
vol geweest. We hebben te maken met veel verschillende stakeholders, waarvan ook de schoonmakers er een is. Ook wij wilden graag om tafel om allemaal met dezelfde energie aan het werk te gaan. We zijn Hago’s regiodirecteur bijzonder dankbaar dat hij FNV aan tafel heeft gekregen. Zo konden we werken aan een structurele verbetering van de schoonmaakdienstverlening, met medewerkers die positief naar hun werk keken in plaats van alleen pro blemen zagen.”
De eerder geschetste werkdruk was zo’n probleem. Maar, vanuit Hago en UvA, het gebrek aan een flexibele houding van schoonmaakmedewer kers ook. “De prestaties die Hago en wij van schoonmakers vroegen, was er eerder ook al. Het werk was dus gewoon nog hetzelfde, daar kon die verhoogde werkdruk niet vandaan komen. Wel zagen Hago en wij dat met name oudere medewerkers moeite hadden hun taak helemaal uit te voeren. De kwaliteit bleef daardoor achter bij de verwachtin gen. Daarom zijn ook wij in gesprek gegaan. Met Hago, met de schoon makers en met FNV. Om samen tot oplossingen te komen.”
Twee jaar geleden zijn Hago en UvA begonnen met het organiseren van sessies waarin iedereen zijn stem kreeg. Opdrachtgever, opdrachtne mer, vakbond, schoonmakers en zelfs studenten mochten hun zegje doen.
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, maart 2019
“Die sessies brachten verschillende mensen dichter bij elkaar. We hebben de meer dominante schoonmakers in de groep apart genomen, zodat andere mensen ook aan het woord kwamen. Met deze gesprekken werd het vertrouwen groter. Waar medewerkers eerst zelf of in kleine groepjes bepaalden wat ze deden, zagen ze steeds beter het grotere belang en hun rol daarin.”
De gevraagde schoonmaakpresta tie is onveranderd, maar door het plezier dat mensen nu wel hebben, ervaren ze het veel minder als druk. UvA heeft, naar aanleiding van de gesprekssessies, het contract ook uitgebreid met Facility Hosts. Dat zijn de vooral oudere schoonmakers die eerder moeite hadden om mee te komen. Door gesprekken te houden hebben deze medewerkers nu een taak die zorgt dat ze veel langer vitaal blijven. Dezelfde sessie hebben ook voor een echt schoonmaakteam gezorgd dat, in plaats van te werken achter een zweem van negativisme, uitermate positief wordt opgemerkt en beoordeeld tijdens kwaliteitscon troles. Zo reiken UvA en Hago samen tot grote hoogte. Met kwaliteit die verwachtingen misschien wel over treft en mensen die uitstralen dat ze hun werk leuk vinden.
Dit artikel wordt u aangeboden door Hago Onderwijs Tel. 088 099 08 90 www.hagoonderwijs.nl
Van links naar rechts: Karima Kabir, Abdel Boukhiar, Lucretia Rother, Mohamed Tessoudali, Nelly van den Oudenalder, Mouiloud El Khattouti, Wil van Zijn- Barbe en Ali Karbulut.
19
Nieuw op de markt
Veilig data opslaan
De datahoeveelheid van on derwijsinstellingen groeit hard. Roostergegevens, toetsresultaten, data van onderwijsafdelingen en persoonsgegevens van studenten, leerlingen en medewerkers. Niet al die data hoeft per direct opvraagbaar te zijn, maar het moet wel op een veilige manier bewaard worden. Voor de opslag en het beheer van die data wordt wel nog steeds evenveel geld betaald als voor data die wel direct oproepbaar moet zijn. Hoe zorg je als onderwijsinstelling ervoor dat data op een kostenefficiënte én veilige manier wordt opgeslagen?
De opslagoplossing FlexStorage van Vancis classificeert automatisch data en archiveert die data op een veilige manier. Zo wordt de data altijd op de meest kostenefficiënte manier opgeslagen en hoeft u geen eigen handelingen uit te voeren. De be standen blijven gewoon zichtbaar en toegankelijk voor de gebruiker. Wilt u ook uw data kostenefficiënt én veilig opslaan? Neem dan contact met ons op via info@vancis.nl of bel naar 020 560 6600.
www.vancis.nl
Zit, sta, zit, sta
Sinds kort produceert Ergotron een nieuwe flexibele zit-sta werkplek, de JŪV Wall. Deze kan ingeklapt worden om ruimte te besparen. Het niet-elektrische, op hoogte verstelbare en inklapbare werkblad is een innovatie voor een flexibe le werkplekinrichting in nieuwe en bestaande ruimtes. Je kunt geduren de de dag makkelijk wisselen tussen zittend en staand werken, omdat het aanzienlijk sneller gaat dan bij traditionele, elektrisch verstelbare werkplekken. Het verstelbereik van 66 centimeter voldoet aan alle nati onale en internationale normen.
Het stimuleren van beweging op de werkplek is Ergotron’s missie. Geïnspireerd door mobiliteit, flexibiliteit en samenwerking in de kantooromgeving creëren de ontwerpers van Ergotron actieve omgevingen die creativiteit en in novatie stimuleren, ruimte besparen en bijdragen aan de gezondheid van medewerkers. www.ergotron.com
Vloer van restjes
De Fabscrap vloerbedekking van Forbo maakt van ongebruikt en overgebleven granulaat. Het is een kleurige vloer van premium homoge ne kwaliteit, ftalaatvrij en echt uniek, omdat elke batch granulaat anders is.
Fabscrap is een vloerbedekking die gemaakt wordt van restmateriaal, waardoor een nieuwe kleurrijke mix ontstaat die verwerkt wordt tot een unieke bijna-nul emissie vloerbe dekking. Met het gebruik van het overtollige granulaat ontstaat een geheel nieuwe vloer die lijkt op een kleurrijk terrazzo. Het granulaat wordt hergebruikt in een willekeurige mix van kleuren om een unieke en speelse vloerbedekking te creëren die bijdraagt aan een beter binnenmilieu.
Het concept begint met een aanbod van vier basistinten die de achtergrond vormen van de kleurrijke gra nulaatmix: Mortel, China Blauw, Wit en Midden Neutraal Grijs. De Fabscrap-mix is een willekeurige combinatie van zeven tot acht helde re kleuren.
www.forbo.com
Schoolfacilities, juni 2018Schoolfacilities, maart 2019 20
Kosten renovatie
De kostenconfigurator voor reno vatie in het primair en voortgezet onderwijs is beschikbaar, waarin de meest recente ontwikkelingen zijn verwerkt. Schoolbesturen, gemeen ten en belanghebbenden kunnen de renovatiekostenconfigurator 2019 kosteloos bij HEVO opvragen.
Hiermee is op basis van diverse te selecteren gebouw ingrepen inzichtelijk te krijgen wat de investeringskosten voor levensduur verlenging zijn. De uitkomsten zijn eenvoudig te spiegelen aan nieuw bouwprijzen.
Met dit instrument is voor alle par tijen eenvoudig inzichtelijk te maken of renovatie passend kan zijn, ofwel dat toch nieuwbouw noodzakelijk is. HEVO hoopt bij te dragen aan een open en heldere discussie over de keuze voor renovatie of nieuwbouw.
Stille plek
De wens van veel mensen: in stilte kunnen werken. Speciaal daarvoor is er de MuteCube. De MuteCube is een stiltewerkplek met uitstekende geluidsisolatie. Een rumoerig kantoor wordt bij wijze van spreken zo stil als de leeszaal van een bibliotheek. De MuteCube kan dan ook beschreven worden als een oase van rust. En rust is voor leerlingen en leraren essenti eel om efficiënt te werken.
De MuteCube is modulair opgebouwd en uitgerust met de noodzakelijke technische voorzieningen. Een mon teur komt langs en binnen een paar uur is hij klaar voor gebruik: elektra inpluggen en men kan in alle rust aan de slag.
De MuteCube wordt kant en klaar geleverd en past gewoon in de lift. Hierdoor is er praktisch geen overlast bij het plaatsen. En minstens zo belangrijk: als de MuteCube ooit verplaatst moet worden, is er geen restschade.
Ruimtes roosteren
Op het gebied van onderwijslogistiek zien wij steeds vaker dat de keten partners de verbinding met elkaar opzoeken. Deze trend is ook zicht baar tussen planners, roostermakers en facilitair/huisvesting. Maar hoe kun je elkaars expertise nou ge bruiken om het onderwijs dusdanig te plannen en te roosteren dat de beschikbare lesruimten binnen een gebouw zo optimaal mogelijk benut worden?
Speciaal daarvoor heeft Senz Interim de workshop “Optimale lokaalbenut ting” ontwikkeld. Een interactieve workshop waarin de deelnemers nadenken over de verschillende definities van optimale lokaalbe nutting, hoe deze te realiseren en welke invloed iedereen heeft op het ruimtegebruik. De workshop is interessant voor zowel planners, roostermakers als medewerkers van de afdeling huisvesting/facilitair. De volgende workshop staat gepland op woensdag 15 mei.
www.mutecube.nl
www.senzinterim.nl/workshops
Schoolfacilities, maart 2019 21
www.hevo.nl
CSV Reggesteyn blij met overstap naar cloudbased printen
Bij CSV Reggesteyn wordt sinds oktober 2017 van uit de cloud geprint. De printers en multifunctionals zijn geleased en alle processen rondom het printen worden door Xafax gehost. De ervaringen zijn uitstekend, zegt ICT-medewerker Peter Klingeman. “Wij hebben de volledige vrijheid om zelf een leverancier van multifunctionals te kiezen. Xafax beheert de printersoftware en als ICT-afdeling doen wij de eerstelijns helpdesk.”
Door: Piet Scheerhoorn
CSV Reggesteyn is een brede scho lengemeenschap met twee locaties in Nijverdal en één in Rijssen. De ruim 3.000 leerlingen volgen er onderwijs van VMBO-niveau tot Gymnasium. De school gebruikt al ruim 15 jaar producten van Xafax. De belang rijkste reden om met Xafax in zee te gaan heeft te maken met flexibili teit. “Onze visie is dat wij voor het betalen van printjes niet afhankelijk willen zijn van de printerleverancier. Het kan toch niet zo zijn dat we met Ricoh een ander afrekensysteem moeten gebruiken dan met Canon. Xafax had daar een goede oplossing voor. Dat we datzelfde systeem ook kunnen gebruiken voor het afre kenen bij de vendingautomaten en de kassa’s in de kantine is mooi meegenomen.”
‘Bijschrift van de foto’
‘Bijschrift van de foto’
Schoolfacilities, maart 2019 22
Systemen
Transitie naar de cloud
Zoals veel VO-scholen zit ook CSV Reggesteyn midden in een traject om alle IT-systemen om te zetten naar cloudbased services. Op de werkstations mag in principe geen software meer worden geïnstal leerd. Bij educatieve software levert dat regelmatig problemen op. “Wij worden ermee geconfronteerd dat de techniek soms achterloopt, waardoor we sommige pakketten toch nog op de werkstations moeten installeren. Het heeft dus best veel voeten in de aarde als je als organisatie volledig wilt overstappen naar cloudbased services. Maar het is ook een heel mooi traject. Ik zie het als een spel, met als inzet een optimale dienst verlening. Dat spel moet je als school samen met de leveranciers willen spelen.”
Dure oplossing
De transitie naar cloudbased heeft binnen de school vooral impact op de IT-afdeling. Alle ICT-systemen in de school waren in het verleden eigendom van CSV Reggesteyn: de servers, de printers en alle software.
De ICT-afdeling beheerde al die systemen. Omdat dat specialistisch werk is, werden daarvoor externe ict’ers ingehuurd. “Wij hadden wel 4 of 5 externe mensen in dienst, die permanent bij ons op school aan het werk waren. Dat ging prima. Onze systemen werkten uitstekend, maar het was wel een hele dure oplos sing.” De helpdesk was een integraal onderdeel van de ICT-afdeling. Als er een storing of een probleem was, loste een ICT-medewerker het pro bleem ter plekke op.
IT-regieafdeling
Bij hosted services ligt de verant woordelijkheid voor het beheer bij de leveranciers van de clouddiensten.
De ICT-afdeling heeft een ande re rol gekregen. “Wij zijn meer een IT-regieafdeling geworden in plaats van dat je zelf achter de knoppen zit. Die knoppen worden nu bediend door externe leveranciers, zoals Xafax voor hosted printing, en wij sturen hen zo goed mogelijk aan. Maar zij zijn de specialisten.”
De helpdesk is ook anders ingericht. Elke locatie heeft nu een eigen ICTassistent. Als er een melding komt van een storing wordt die eerst ge analyseerd door de IT-regieafdeling.
Bij een simpele storing wordt de ICT-assistent van de locatie erop afgestuurd om het probleem op te lossen. Als dat niet lukt of als er sprake is van een ernstige storing, wordt die direct doorgezet naar de leverancier van de clouddienst. Die leverancier komt dan meteen in actie.
Klingeman merkt dat het een kwestie van aftasten is waar de grens ligt als het gaat om de verantwoordelijkhe den ten aanzien van het verlenen van service. “We moeten daar allemaal aan wennen, ook de leveranciers. Zij verwachten dat wij met goede en concrete vragen komen, maar wij hebben dat ook niet altijd helemaal helder voor ogen.”
Flexibel afdrukken
Ondertussen zijn er in de afgelo pen twee jaren met het migreren naar de cloud flinke vorderingen gemaakt. Werkplekbeheer gebeurt bijna volledig vanuit de cloud, het personeel heeft met Office365 een volledig digitale werkomgeving en de leerlingen werken in een cloud based leerplatform. Sinds oktober 2017 wordt er met hosted printing van Xafax afgedrukt vanuit de cloud. Een leerling kan dat op twee ma nieren doen. In de klaslokalen staan eenvoudige printers. Die worden gebruikt als leerlingen meteen een afdruk moeten maken. Daarmee wordt voorkomen dat zij tijdens de les door de gangen gaan lopen.
Een printje dat minder haast heeft kan worden afgedrukt op één van de multifunctionals, die overal in de ge bouwen staan. Dat zijn luxe copiers. Ze zijn geschikt zijn voor zwart-wit afdrukken en voor kleurenprints. Deze multifunctionals werken met Follow Me. Dat betekent dat een op dracht eerst in een wachtrij terecht komt. Hij wordt pas afgedrukt op één van de multifunctionals als een leer ling zijn pasje daarbij houdt. Voor het betalen maakt het niet uit waar een
afdruk wordt gemaakt: alle printop drachten worden op de achtergrond volautomatisch afgerekend.
Dienstverlening is gezamenlijke verantwoordelijkheid Door het overstappen naar hosted printing en de andere cloudservices worden aantoonbaar minder kosten gemaakt door de ICT-afdeling. Dat komt vooral doordat er geen externe specialisten meer worden ingehuurd. De afdeling telt nog slechts vier mensen: een informatiemanager, twee helpdeskmedewerkers en een halve applicatiebeheerder. De werk druk van de ICT-afdeling is verder verlaagd door het applicatiebeheer voor een deel onder te brengen bij de gebruikers van de applicaties.
Over hosted printing is Klingeman bijzonder tevreden. Het systeem draait ruim een jaar en het werkt altijd. “Als zo’n systeem goed draait kost het beheer bijna geen werk, maar als er een probleem is kan het veel tijd kosten voordat het is opgelost. Xafax heeft die verant woordelijkheid uitstekend op zich genomen. Ik kende ze natuurlijk al lang, maar ook in de afgelopen jaren hebben ze weer aangetoond dat je echt goed met hen kunt overleggen en schakelen. Dat is belangrijk.” Hij voegt er aan toe dat scholen die cloudbased willen werken voldoende aandacht moeten besteden aan de onderlinge samenwerking. “Je moet als school én als leverancier bereid zijn om te praten over je eigen rol in die processen. Want je bent nu samen verantwoordelijk voor de dienstverlening.”
Dit artikel wordt u aangeboden door Xafax
Tel. 072 566 7400 info@xafax.nl www.xafax.nl
Schoolfacilities, maart 2019
‘Bijschrift van de foto’
23
Informatieplicht
In het kader van de Wet milieubeheer zijn scholen verplicht energiemaatregelen te treffen. Ook moeten ze vóór 1 juli 2019 via een eLoket het Rijk informeren welke erkende maatregelen ze wel en niet hebben getroffen.
Door: Bouwstenen
De informatieplicht geldt voor inrichtingen (locaties) die onder de Wet milieubeheer vallen en meer dan 50.000 kWh elektriciteit en/of meer dan 25.000 m3 gas per jaar gebrui ken; zo’n beetje 10 keer het gebruik van een gemiddeld huishouden. Dat betekent dat vrijwel alle 1.600 loca ties van VO-scholen en ongeveer 25 procent van de 6.000 PO-locaties (1.500 locaties) voor 1 juli 2019 in beeld moeten hebben of ze al dan niet alle energiemaatregelen hebben getroffen die zich in 5 jaar terug verdienen; de zogenaamde ‘erkende maatregelen’.
Voorbeelden
Het Carmelcollege, de ge meente Arnhem en Facilicom Energiemanagement delen hun ervaring met de informatieplicht de komende maanden via de digitale nieuwsbrieven en bijeenkomsten van Bouwstenen voor Sociaal. Zo hopen zij, aan de hand van hun eigen prak tijk, andere scholen en gemeenten vooruit te helpen.
Leo van Wijchen van het Carmelcollege: “Ons bestuur ziet de noodzaak van het verduurzamen
van vastgoed. Dat is natuurlijk niet onze hoofdfocus, maar we zijn er wel volop mee bezig. Niet alleen vanuit kostenreductie, maar ook vanuit de voorbeeldfunctie die wij hebben voor onze 37.500 leerlingen en 4.400 medewerkers.”
Het Carmelcollege heeft tien jaar geleden al een begin gemaakt met het in kaart brengen van ener giebesparende maatregelen van haar locaties. De locaties zijn toen verdeeld in meerdere categorieën. De meeste uitdagende zijn als eerste aangepakt. Leo: “Onze aanpak is nu onderdeel van het (D)MJOP waardoor er ook budget gereserveerd wordt voor de verduurzaming van het vast goed. Een flinke opgave, zeker in een krimpgebied.”
Slimme oplossingen
Ook is het Carmelcollege al een tijdje bezig met slimme oplossingen op het gebied van energiemanage ment. Denk aan het zelf inkopen van energie, dus niet via een collectief, het werken met een eigen energie registratie en -bewakingssysteem en een strategisch huisvestingsplan. In verband met handhaving op de verplichtingen is het van belang goed in contact te zijn met de plaatselijke omgevingsdienst. De omgevings diensten weten vaak zelf ook nog niet zo goed wat hun rol is bij de in formatieplicht. Het is dus van belang om tijdig met hen in gesprek te gaan, aldus Leo.
Blanco
De gemeente Arnhem staat nog redelijk blanco in de informatieplicht. Wel heeft de vastgoedafdeling al een bezoek gehad van de omge vingsdienst. Marianne de Widt van
de gemeente Arnhem denkt dat het monitoren van het energiegebruik en het nemen van kosteneffectieve maatregelen in haar gemeente nog wel wat uitdagingen met zich mee brengt. “Die gegevens zijn bij ons nogal verstopt bij een centraal bu reau energiebeheer. We doen mee als voorbeeldproject omdat de gemeente een voorbeeldfunctie heeft en ook echt stappen willen zetten, maar we moeten ook nog ontdekken wat er precies moet gebeuren en wat er van ons wordt verwacht in het kader van de informatieplicht.”
Ervaring delen Beiden geven aan dat de informa tieplicht waardevolle informatie oplevert, maar realiseren zich ook dat achter deze verplichting nog allerlei vragen schuilgaan, zegt Monica Gaastra van Facilicom Energiemanagement. “Bijvoorbeeld, welke informatie moeten we aan leveren? Hoe komen we aan de gegevens? Waar registreren we die? Welke maatregelen kunnen we nog voor 1 juli treffen? Wat en hoe communiceren we met het bestuur?” Facilicom kijkt samen met Carmelcollege en de gemeente Arnhem hoe ze deze vragen kunnen beantwoorden.
Marianne de Widt
Leo van Wijchen
Schoolfacilities, maart 2019 24
Welke maatregelen?
Voor scholen gelden in grote lijnen de volgende verplichte maatregelen:
o Inzicht: Gebruik van energieregistratie en bewakingssystemen.
o Isoleren: buitenschil en leidingen (spouw muurisolatie, isolatieglas).
o Verlichting: Energiezuinige verlichting (LED lampen), niet aan als het niet gebruikt wordt (bewegingssensoren en tijdschakelaars) en beperkte buiten- en reclameverlichting.
o Ventileren: installatie automatisch uit als het gebouw of ruimte niet gebruikt wordt (schakelaar), warmteterugwinning uit venti latielucht, energiezuinige ventilator.
o Verwarmen: Verwarming niet aan in ruimtes die niet gebruikt worden (temperatuur per ruimte naregelbaar), energiezuinige stookin stallaties (HR-installaties) en goed ingeregeld (weers- en gebruiksafhankelijke regeling).
o Koelen: voorkom ijsvorming (automatisch ontdooien) en binnentreding vochtige lucht (deurschakeling).
o Koken: debiet afzuiging grootkeukens beper ken, grill uit als die niet gebruikt wordt.
o Blazen/oppompen: Persluchtinstallatie uit als die niet gebruikt wordt (automa tisch regelen), gebruik koude lucht (toevoer) en gebruik beperken (HR-blaaspistool en blaasmondje).
o Liften: zie verlichten en ventileren.
o Communiceren: energiezuinig printen en (centraal) kopiëren, minder (losse) servers, server-ruimte energiezuinig en niet onnodig koelen.
o En verder: energiezuinige noodstroomvoor ziening en elektromotoren.
Zie www.rvo.nl/informatieplicht voor: De Wetchecker energiebesparing om te kijken of uw school onder de informatieplicht valt Toelichtende tekst op de maatregelen.
• Contact met de helpdesk.
Bron: Definitief concept erkende maatregelen zoals in januari 2019 verspreid door het Ministerie van EZK
Zie www.bouwstenen.nl/informatieplicht voor:
• Een planning van de activiteiten om aan de verplichting te kunnen voldoen.
• Een overzicht van de verplichte maatregelen voor scholen en gemeenten.
• Praktijkervaring met de (verplichte) maatregelen.
• De bijeenkomst op 26 maart 2019 over de informatieplicht in de praktijk.
Of stel uw vraag aan collega’s bij andere scho len of gemeenten via vraag@bouwstenen.nl of de gesloten LinkedIn-groep van Bouwstenen. U kunt daar ook uw ervaring en eigen antwoor den inbrengen.
25Informatieplicht
Schoolfacilities, maart 2019
“Maak je niet druk over het rooster”
Een uniek leerpad, voor iedere leerling op maat gemaakt. Het is een droom van veel scholen. Een droom die vaak in duigen valt zodra het over de praktische uitvoering gaat. Gepersonaliseerd onderwijs: hoe giet je dat in een rooster?
Veel scholen zijn bezig met ge personaliseerd leren. De voordelen zijn duidelijk: het maakt leerlingen zelfstandig, verbetert hun ICTvaardigheden en speelt in op de goede en zwakke kanten van leerlingen. Wel moeten leerlingen bepaalde vaardigheden ontwikkelen. Ze hebben goede metacognitieve en zelfregulerende vaardigheden nodig, en moeten hun eigen leerproces beoordelen. Het werkt dus zeker niet voor iedereen.
Maar het grootste obstakel is het rooster. Hoe zorg je ervoor dat een rooster mogelijkheden biedt, in plaats van belemmeringen? We hebben de afgelopen maanden met
verschillende scholen gesproken over hun aanpak van gepersonali seerd leren. Wat opvalt: er zijn veel verschillende methoden. De ene methode ligt nog redelijk dicht bij het traditionele onderwijs, de ander voert het gepersonaliseerd leren volledig door.
Ruimte voor eigen route Bij het Vathorst College in Amersfoort kunnen leerlingen zelf kiezen wanneer ze welk vak vol gen, en ze krijgen meer uren om aan vakken te werken die ze lastig vinden. Dit vraagt om zelfkennis en verantwoordelijkheid. Docenten hebben daarom de rol van coach, die richting geeft en ruggensteun biedt. Leerlingen van verschillende leef tijden en niveaus zitten bij elkaar in een leerhuis, waar meerdere docen ten aanwezig zijn om ondersteuning te bieden, in groepjes en individueel. Hierdoor zijn zowel de leerlingen roosters als de docentenroosters een stuk makkelijker te maken.
Zo min mogelijk tussenuren”
te maken met betrekking tot verdie ping in een bepaald onderwerp. Zo ontstaat er ruimte voor de leerlingen om hun eigen route uit te stippelen. Deze verdieping vindt grotendeels zelfstandig plaats.
Eén op de drie Bovenstaande voorbeelden hebben gevolgen voor de roosters van leraren en leerlingen. Voor scholen die dat een stap te ver vinden, bestaan er ook tussenvormen. Ralph Young, rector van het Coenecoop College, legt uit hoe de school - binnen het gro tendeels traditionele rooster- meer maatwerk biedt aan leerlingen. Bij het Coenecoop College is men gestart met een ontwikkeling waarbij één op de drie uren een keuzewerktijd wordt.
‘Bijschrift van de foto’
Een andere methode is die van het Cartesius 2 in Amsterdam, waar ze niet zozeer een flexibel rooster han teren, als wel een rooster met veel ruimte. Leerlingen werken twee maal drie uur aan een thema, waarin ver schillende vakken samenkomen. Net zoals het er op de universiteit aan toe gaat. Binnen de modules krijgen leerlingen de ruimte om zelf keuzes
Schoolfacilities,
“Hierdoor kunnen leerlingen kiezen aan welke vakken ze meer, of juist minder aandacht willen besteden”, zegt Young. “Door een uur klassika le wiskunde per week in te leveren, ontstaat (gemiddeld) ruimte om vijf keer in de week een KWT-uur bij een wiskundedocent aan te bieden, om verder op bepaalde onderwerpen in te gaan. In de onderbouw is de keuze werktijd groepsgebonden
‘Bijschrift van de foto’
Door: Schoolfacilities
maart 2019
ingevuld. Docenten vervullen de rol van procesbegeleider. In de bovenbouw is de keuzewerktijd groepsdoorbrekend en kunnen de leerlingen zichzelf inroosteren bij een vak waar zij extra ondersteuning bij nodig hebben.”
Gaten vullen “De school heeft voor compacte roosters gekozen, oftewel zo min mogelijk tussenuren. Dat is moge lijk omdat één op de drie lessen een KWT-uur is. Die uren vullen de gaten in de roosters.” De school telt 1100 leerlingen en heeft niveaus van vmbo basis tot gymnasium. Het betekent dat niet voor elk vak een docent beschikbaar is tijdens elk KWT-uur. Young: “Leerlingen zijn echter niet verplicht om bij de gekozen vakdocent aan dat vak te werken. Dit kunnen ze zelf kiezen.”
Eén van de locaties van het Coenecoop is speciaal ingericht op gepersonaliseerd leren. Naast de vak lokalen zijn er twee grote, flexibele werkruimtes. “Hier kunnen leerlingen op verschillende manieren werken tij dens hun KWT-uren. In deze ruimtes staan onder meer zitbanken en zijn rustige hoeken waar de leerlingen aan de slag kunnen.” Omdat de school twee locaties heeft, zijn de roosters van de docenten lastig in te delen. De school heeft ervoor gekozen om de docenten in dagdelen in te delen voor de verschillende locaties. Dit leidt soms tot een gat hier en daar, maar daar valt volgens Ralph helaas weinig aan te doen.
Perfect roosteren
Toen de eerste stappen gemaakt werden, verwachtten docenten dat het systeem perfect zou zijn, vertelt Young. “Dat is een valkuil. Perfect
Inkoopcollectieven: Kiezen voor kostenbesparing
Door: Pro Mereor
Onderwijsorganisaties kunnen deelnemen aan een breed scala aan inkoopcollectieven, bijvoorbeeld voor energie of ICT. Koepelorganisaties, adviesbureaus en leveranciers bieden deze collectieven aan. Hoe vergelijk je ze en hoe maak je de goede keuze?
Kostenbesparingen Weet u zeker dat een inkoopcollectief de beste keuze is voor uw orga nisatie? Is de deal aantrekkelijker dan uw huidige voorwaarden? Deze keuze wordt inzichtelijker wanneer u een tool heeft waarin uw uitgaven worden vergeleken met het collectief (ofschoon dit geen garantie is voor de toekomst).
Rechtmatig aanbesteden
Gezamenlijke inkoop moet rechtma tig worden aanbesteed in verband met de regelgeving. Inkoopcollectie ven die niet worden aanbesteed zijn, onrechtmatig van aard en kunnen
leiden tot negatieve oordeelsvorming van uw accountant bij de jaarcontro le, conform het onderwijsprotocol.
Transparantie
Het is verstandig uit te zoeken wie geld verdient aan het collectie ve inkoopcontract. Vraag naar de voorwaarden en het verdienmodel van de adviseur of leverancier. Zijn de gerealiseerde winsten bedoeld voor de scholen of komen ze deels ten goede aan tussenpersonen?
Geen extra voorwaarden
Bij sommige inkoopcollectieven moe ten deelnemers extra voorwaarden accepteren of hoge lidmaatschappen betalen voordat toetreding mogelijk is. De kosten kunnen oplopen tot duizenden euro's.
De winst lekt weg
Bij een professioneel inkoopcollectief worden de resultaten gedurende de contractperiode getoetst op markt conformiteit, zodat behaalde resultaten niet weglekken of prijsverhogingen
Schoolfacilities, maart 2019
roosteren is een onmogelijke klus. De keuzemogelijkheden zijn namelijk niet oneindig. Het is dan ook belangrijk om verwachtingen van zowel leerlin gen als docenten goed te managen en duidelijk aan te geven dat het nieuwe systeem niet zal leiden tot een per fect rooster.”
Perfect roosteren is een onmogelijke klus”
Als tip geeft Young iets mee wat hij zelf heeft gehoord op het Picasso College in Zoetermeer, toen ze bezig waren met het opzetten van dit systeem: “Maak je niet te druk over het rooster. Communiceer meteen dat het niet perfect werkt. Maar zolang de docent flexibel is, is er heel veel mogelijk.”
zonder tegenspraak worden opgelegd. Onafhankelijkheid project Collectieven met vaste leveranciers betekenen vermindering van concur rentiestelling en zullen op den duur leiden tot prijsverhoging en minder keuze.
Conclusie
Inkoopcollectieven zijn gunstig voor scholen en leveren de deelnemers voordeel op indien rekening wordt gehouden met de belangen van het onderwijs en scherp getoetst wordt op doelmatigheid, transparantie, le veranciersmarkt en rechtmatigheid.
Inkoopkenniscentrum Pro Mereor ondersteunt al 20 jaar onderwijs op het gebied van inkoop en aanbesteden. Meer weten over inkoop collectieven? Neem telefonisch contact op via 026 370 14 76 en vraag naar de mogelijkheden!
Guido van Rijnsbergen, projectcoördinator, Pro Mereor
Dit artikel wordt u aangeboden door Pro Mereor www.pro-mereor.nl Tel. 026 370 14 76
‘Bijschrift van de foto’
27
Beroep &branche
Probeer in goed overleg met de gemeente en besturen onderling tot de best mogelijke kwaliteit voor de leerlingen te komen.”
Hoge bouwkosten
Aanbestedingen staan onder druk door hoge bouwkosten en een tekort aan personeel. Wat kunnen school besturen doen? Beleidsadviseur Tanja van Nes van de PO-Raad adviseert: “Als je concessies moet doen aan het gebouw, probeer dan in ieder geval de route naar verdere verduurza ming open te houden. Maak slimme keuzes, no-regret-maatregelen, zodat de voorziene kosten in ieder geval zo laag mogelijk blijven. Een gebouw moet niet alleen gerealiseerd worden, maar ook geëxploiteerd. Het kan nooit kwaad om je gemeente daar nog eens op te wijzen, want dat heeft niet iedere gemeente helder in het vizier.”
Wanneer schoolbesturen en gemeen ten een integraal huisvestingsplan hebben, ligt de prioritering voor de eerstkomende vier jaar vast. Als de kosten voor het eerste schoolgebouw op de wachtlijst hoger uitvallen dan gepland, kan dat vertraging beteke nen voor het volgende gebouw. Een prisoners-dilemma ligt op de loer.
Van Nes: “Ik adviseer schoolbestu ren altijd gebruik te maken van hun inspraakrecht, maar denk daarbij niet alleen aan de korte termijn of aan je eigen hachje. Het staat buiten kijf dat er te weinig geld is om alle gebouwen klimaatneutraal te krijgen.
www.poraad.nl
Bewustwording
Dit keer wil Nico van Zuylen van de VO-Raad het hebben over de informatieplicht. Op grond van de Wet milieubeheer bestaat al sinds begin jaren ’90 de plicht om maat regelen te nemen die leiden tot energiebesparing, die zich binnen vijf jaar terugverdienen. De verplich ting geldt voor vrijwel alle scholen in het voortgezet onderwijs. Een voorwaarde is namelijk dat het ener gieverbruik hoger ligt dan 50.000 kWh en/of 25.000 kuub aardgas.
Wat mij opvalt is de onbekendheid met deze verplichting binnen het VO. Het is begrijpelijk, omdat er veel op scholen afkomt en energiebesparing niet bovenaan het lijstje met priori teiten staat. Aan de andere kant: het is een verplichting die al meer dan 25 jaar bestaat, dus er is al heel lang de mogelijkheid om er kennis van te nemen. De terugverdientijd van vijf jaar is bovendien aantrekkelijk, dus veel scholen laten al lang de moge lijkheid liggen om geld te verdienen.
De informatieplicht drukt ons met de neus op de feiten. Scholen die aan de voorwaarden voldoen moeten voor 1 juli melden aan de overheid hoe zij omgaan met de verplichting tot energiebesparing: welke maatregelen ze moeten nemen, welke al genomen zijn en wat hun plannen voor verdere actie zijn. Hiermee ontstaat voor scholen de bewustwording die meer dan 25 jaar lang uitbleef.
www.vo-raad.nl
Energie voor scholen
Verus en de andere profielorganisa ties nemen hun verantwoordelijkheid voor milieu en klimaat: inkoopcol lectief Energie Voor Scholen (EVS) zal in de nieuwe Europese aanbesteding voor de periode 2021-2025 volledig voldoen aan de door de overheid gestelde duurzaamheidsdoelstel lingen. Energie Voor Scholen is het inkoopcollectief voor energie van de profielorganisaties, waaronder Verus. Zo’n 850 schoolbesturen en ruim 6000 schoolgebouwen voor primair en voortgezet onderwijs benutten dit collectief.
De profielorganisaties hechten er bij de Europese aanbesteding voor de periode 2021-2025 aan om te
Schoolfacilities, juni 2018
Schoolfacilities, maart 2019
28
“Onderschrift bij de foto”
voldoen aan de duurzaamheids doelstellingen van de Nederlandse overheid. Daarnaast biedt EVS de mogelijkheid om aanvullend te ver groenen tijdens het contract. Verus kent als geen ander het onderwijs en begrijpt dat dit vaak ongewenste extra kosten met zich meebrengt. Op basis van benchmarkcijfers blijkt dat het voldoen aan de duurzaamheids doelstelling van de overheid per jaar slechts enkele tientjes meer jaar zal kosten.
Energie Voor Scholen biedt u de mogelijkheid mee te doen met de nieuwe Europese aanbesteding voor de periode 2021 tot en met 2025. U kunt uw organisatie hiervoor tot en met 29 maart aanmelden. Meer informatie over het inkoopcollectief met betrekking tot dit artikel vindt u op www.energievoorscholen.nl.
www.verus.nl
Leergang gebouw
Het schoolgebouw moet aan sluiten bij maatschappelijke en onderwijskundige ontwikkelingen. Schoolleiders krijgen niet alleen grip op het (ver)bouwproces, maar worden uitgedaagd en begeleid om de regie te nemen. Ze hoeven niet de expert te worden voor deze
opgave, maar wel beschikken over kennis van wat de opgave is, wat de mogelijkheden zijn en wat er van hen wordt verwacht. Denk hierbij aan de vertaling van het onderwijskundige concept naar inrichting en ruimte. Door professioneel opdrachtgever schap weet de schoolleider welke opdracht deze aan experts kan ver strekken en hoe een goed proces en realisatie tot stand komt. Deelnemers leren ook een businessplan op te stellen en een verantwoorde aan vraag te doen voor financiering van (vernieuw)bouw, verduurzaming of vergroening van een multifunctionele accommodatie.
Doelgroep: directeuren primair onderwijs Startdatum: 28 januari 2020 Thema’s Schoolleidersregister PO: ‘Regie en strategie’, ‘In relatie staan tot de omgeving’, ‘Toekomstgericht onderwijs’, ‘Kennis en kwali teitsontwikkeling’ (deelthema’s: Strategisch kwaliteitsmanagement en Onderzoeksmatig werken)
www.avs.nl/cel/rog
dat gemeenten moeten opstellen.
Verder moet renovatie een alternatief vormen voor vervangende nieuw bouw en moeten schoolbesturen kunnen investeren in huisvesting.
De LVO biedt aan om te helpen bij de uitwerking van die voorstellen. De voorstellen worden voorzien van aanvullende suggesties:
• De LVO pleit voor het vastleggen van kwaliteitseisen in de model verordening. Daarbij kan worden verwezen naar de in 2016 opgestel de Kwaliteitskaders voor PO en VO.
• Bij renovatie van bestaande bouw wordt gestreefd naar behalen van de prestatie-eisen voor nieuwbouw uit actuele bouwbesluit en moet de toegevoegde levensduur minstens 40 jaar zijn.
• Het bestuur moet verplicht bijdra gen bij vervangende nieuwbouw en renovatie omdat het schoolbestuur jaren onderhoud uitspaart en daar na minder energiekosten heeft.
• Het opstellen van een IHP zou minder dwingend moeten zijn, om ruimte te bieden aan lokaal al ont wikkelde werkwijzen.
Suggesties LVO
De VNG heeft samen met PO- en VO-Raad plannen ontwikkeld voor onderwijshuisvesting. Centraal staat het integraal huisvestingsplan (IHP),
• De LVO attendeert de VNG erop dat de levensduur van schoolgebou wen vaak wordt verward met de afschrijvingstijd. Ook de inhou delijke redenen om vervanging of nieuwbouw te overwegen zouden verbeterd moeten worden.
www.lvo-onderwijs.nl
“Onderschrift bij de foto”
Schoolfacilities, juni 2018
Schoolfacilities, maart 2019
29
Besparen op verwarmingskosten & Wet Milieubeheer
Door: Hero Balancer
Zoals u eerder las is de kans groot dat uw school Wet Milieubeheer (WM) plichtig is. Ook als uw scholen niet allemaal WM plichtig zijn, loont het om de verwarmingskosten te be perken. Scholen verspillen tussen de 15 en 40% aan verwarmingskosten. Het goede nieuws is dat er een quick win is om deze kosten te beperken. Hieronder leest u wat u kunt doen.
Beperken van verwarmingskosten De kosten voor verwarmen stijgen sterk. Zowel de leveringstarieven, de energiebelasting als de Opslag Duurzame Energie (ODE) zijn per 2019 weer flink gestegen. Daarnaast wordt er nog steeds veel energie verspild door scholen te verwarmen wanneer er niemand is. Wat gaat er mis:
• Nagenoeg geen enkel verwar mingssysteem anticipeert op de weersverwachting van de komende uren, meestal hebben ze slechts een buitenvoeler. Uw verwarmingssys teem houdt daardoor geen rekening met het effect van zonnewarmte en windrichting en -snelheid op de opwarming van uw school. De temperatuur van uw ver warmingssysteem is hierdoor regelmatig te hoog. Scholen zijn hierdoor vaak te warm, ook in de winter. Verwarmen op hoge tempe ratuur is daarnaast fors duurder dan op lagere temperatuur.
• Er wordt onnodig verwarmd tijdens feestdagen, in het weekend of op uren dat er niemand aanwezig is. Overbodig stoken = geldverspilling en onnodige CO2-uitstoot.
• Inzicht in functioneren verwar mingssysteem ontbreekt en voor wijzigen van instellingen is een (dure) installateur nodig.
Efficiënter verwarmen = Geld en CO2 besparen Hero Balancer is een bedrijf dat be staande verwarmingssystemen voor o.a. scholen slim maakt. Slim, omdat uw verwarmingssysteem nooit meer dan nodig verwarmt en u overal real time toegang heeft tot alle data van uw verwarming en energiegebruik.
Elke 5 minuten wordt uw verwar mingssysteem opnieuw ingeregeld op basis van de actuele warmtevraag.
Grote besparing mogelijk Schoolbesturen staan elk jaar voor de uitdaging om binnen de begroting te blijven. Met Hero Balancer: Voldoet u aan de Wet Milieubeheer m.b.t. het inregelen van uw verwarmingssysteem.
• Voldoet u aan de Wet Milieubeheer m.b.t. het hebben van een Energieregistratie- en bewakings systeem (EBS).
• Bespaart u 15 – 35% op uw verwarmingskosten.
• Verbetert u het binnenklimaat door efficiënter en op lagere tempera tuur te stoken.
• Bespaart u 15 – 35% aan CO2uitstoot.
Inzicht & overzicht Daarnaast is het voor u prettig als u overzicht heeft over de verwarming en de bedrijfstijden per locatie. Elke locatie die een Hero geïnstalleerd heeft, vindt u terug in uw dash board. Per school ziet u exact hoe uw systeem performt, de heating curve en kunt u op afstand uw verwarming aansturen. Zo voorkomt u dat er ver warmd wordt op uren dat de school niet in bedrijf is.
Win 1 van de 3 gratis Hero installaties
twv € 2.500,-!
In samenwerking met Hero Balancer mag Schoolfacilities drie gratis Hero Balancer installaties weggeven. Ga naar www.herobalancer.nl/scholen en laat uw gegevens achter. Voor 31 maart hoort u of u tot de winnaars behoort.
‘Bijschrift van de foto’
De terugverdientijd van een installatie van Hero Balancer is afhankelijk van uw verbruik en systeem tussen de 3 – 12 maanden. Dit maakt het van alle WM verplichte maatregelen één van de meest lucratieve investeringen! Zie voor meer informatie over dit sys teem www.herobalancer.nl/scholen.
Dit artikel wordt u aangeboden door HeroBalancer Tel. 0229 769 009 www.herobalancer.nl
30
Schoolfacilities, maart 2019
Hopen op nieuwe wet
De politiek buigt zich over een wetsvoorstel om makkelijker nieuwe scholen op te richten. “Ik wacht tot de nieuwe wet er is. Anders wordt mijn aanvraag gewoon afgewezen.”
“Onlogisch”, vindt Minke Knol, “bijna niemand kiest een school op basis van religieuze overtuiging. Je kiest op basis van pedagogische en didacti sche ideeën.”
Makkelijker
Het onderwijs moet en kan anders, vond interim-schoolleider Minke Knol. Kleine klassen, leren door doen, onderwijs dat ook bestaat uit persoonsvorming en creatieve vak ken. Ze besloot een nieuwe school op te richten: het Erasmus College Rivierenland, voor leerlingen van vier tot achttien jaar. Maar drie jaar later bestaat de school nog niet: haar voorstel werd afgewezen. “Het is nu onmogelijk om een nieuwe school op te richten”, zegt ze. “Ik wacht tot de nieuwe wet aangenomen wordt.”
Het Wetsvoorstel ‘Meer ruimte voor nieuwe scholen’ moet het makke lijker maken om bekostigde scholen in het basis- en voortgezet onder wijs op te richten. Op dit moment wordt per ‘richting’ gekeken of een school al bestaat. In de Grondwet staat immers: ‘vrijheid van richting in het onderwijs’. Het is een probleem voor scholen met een pedagogisch of onderwijskundig concept, zoals die van Minke Knol: zij vallen nu allemaal binnen dezelfde richting ‘algemeen-bijzonder’. Dat bete kent dat als er bijvoorbeeld al een Montessorischool in de gemeen te staat, het vrijwel onmogelijk is een Jenaplanschool te beginnen.
In het nieuwe wetsvoorstel is de ‘richting’ van een school niet langer de bepalende factor. Scholen op basis van een nieuw onderwijscon cept kunnen daardoor makkelijker starten. In plaats daarvan moeten initiatiefnemers meten hoe groot de belangstelling voor de nieuwe school is door marktonderzoek of ouderverklaringen. Als de Inspectie van het Onderwijs oordeelt dat de te verwachten kwaliteit in orde is, mag de school beginnen. Doet de school het slechter dan verwacht op gebied van kwaliteit en leerlingenaantallen, dan kunnen nieuwe scholen snel ler gesloten worden dan onder de huidige wet.
De roep om makkelijker scholen op te richten klinkt al jaren: in 1996 en 2012 pleitte de Onderwijsraad al voor ‘richtingsvrije planning’. De toenmalige Tweede Kamer stond in 2014 sympathiek tegenover het plan en twee jaar later presenteerde staatssecretaris Sander Dekker een conceptwet. Afgelopen ok tober diende minister Slob het wetsvoorstel in bij de Tweede Kamer. Partijen spraken hun waardering uit, maar zitten nog met veel vragen: 315 vragen werden schriftelijk ingediend.
Vaart maken Zo zijn meerdere par tijen bezorgd dat het wetsvoorstel leidt tot versnippering, onderlin ge concurrentie en het sluiten van bestaan de scholen, zeker in krimpge
bieden. Ook hebben ze vragen over de technische kant van de nieuwe procedure. Het ministerie verwacht de antwoorden in maart naar de Kamer te sturen. Dan kunnen de Kamerleden aanvullende vragen stellen, of het debat inplannen. Het is dus nog onbekend wanneer ze over de nieuwe wet gaan stemmen.
Minke Knol hoopt dat ze vaart ma ken. “Ik ga nu geen nieuwe aanvraag indienen omdat hij toch afgewezen wordt. Ik moet dus wachten. Hopelijk wordt de wet begin juni aangeno men. Dan kan ik vóór 1 november de aanvraag indienen en gaat de school
Door: Schoolfacilities
31 Schoolfacilities, maart 2019 Wetgeving
Vervuiling op school te lijf met psychologie
Zwerfvuil is een probleem in veel kantines van onderwijsinstellingen. Studenten op mbo’s, hogescholen en universiteiten nemen het niet al tijd nauw met netheid en hygiëne. Frustrerend voor facilitair managers en schoonmaakbedrijven. Als ook de zoveelste postercampagne en ex tra opruimrondes geen effect sorteren, geven veel scholen de strijd op. Maar misschien komt de oplossing wel uit een onverwachte hoek: de psychologie. Schoonmaakbedrijf Gom neemt op de hoofdlocatie van mbo-onderwijsinstelling Zadkine de proef op de som.
Door: Gom Onderwijs
“Eerst effe afvalshoppen in de kantine!”
Schoolfacilities, maart 2019 32
Het gebouw aan het Benthemplein in Rotterdam oogt als de ideale testlocatie voor het experiment. Het is verreweg de grootste locatie van Zadkine, waar ruim 16.000 studen ten staan ingeschreven. Met name tijdens de piekuren is de vervuiling in de kantine duidelijk zichtbaar. Tafels worden plakkerig, blikjes en zakjes blijven achter, restanten brood worden wel erg gemakkelijk achtergelaten. “Studenten vertikken het vaak om afval weg te gooien in de kantine”, zegt facilitair manager Martin Overes, die als docent facili taire dienstverlening (één dag in de week) de doelgroep als geen ander kent. “Schoon is bij hen niet sexy. Het is ook een stukje status, je troep niet weggooien. En bij McDonalds zien ze dat er continu iemand rond loopt om afval van de tafels weg te halen. We hebben het weleens geprobeerd met posters met kreten erop. Maar gedrag beïnvloedt je niet met een poster.”
‘Ze zoeken het maar uit’
Richard Phillip de Vries van on derzoeksbureau Urban Senses, gespecialiseerd in gedragsbeïn vloeding, herkent zijn constatering. “We hebben 31 enquêtes gehouden. Daaruit bleek dat studenten verge ten afval weg te gooien of dat de afvalbak te ver staat. Het is gemak zucht. Ze zijn niet thuis, het voelt niet als hun eigen omgeving én het wordt toch wel opgeruimd. Het is de mentaliteit van ‘ze zoeken het maar uit’. Studenten voelen zich geen eigenaar van de kantine. Maar ze ergeren zich wel als hun tas vastplakt aan de tafel of als er geen ruimte is om te zitten door tafels bezaaid met afval. Er zijn ook praktische zaken. Deksels van afvalbakken zijn vaak te vies om aan te raken. De bakken zijn bovendien vaak grijs en vallen weg in de omgeving.”
Speelautomaat
Tijdens een kennissessie van Gom Onderwijs oppert Overes het idee om “een bak te ontwikkelen die als
Schoonmaken
een speelautomaat prijzen uitdeelt. Vooral dat spelelement is belangrijk.” De Vries gaat ermee aan de slag. Het resultaat staat sinds 31 januari in de kantine aan het Benthemplein: de Trash Roulette, het schoolvoor beeld van gamification. Het is een interactieve afvalbak met sensoren die registreren als er afval in wordt gedeponeerd. De trendy vormge geven bak is zo afgesteld dat er een aantal malen per dag een prijs valt: een blikje drinken, een broodje of een andere prijs. Via een ticket dat realtime wordt uitgeprint kan de ‘winnaar’ de prijs direct verzilveren. Tegelijkertijd klinkt er muziek en zijn er lichteffecten te zien. Ook als het systeem geen prijs ‘uitkeert’ is er een psychologische beloning doordat de bak reageert. De trap naar de kantine is voorzien van teksten die studenten moeten motiveren. Dit zijn kreten die de studenten zelf hebben bedacht zoals Wat vind jij ervan als er döner aan je tas plakt? en Wij hebben afval weggooien leuk gemaakt. Bovenaan de trap ligt een vloerkleed met de tekst ‘welkom in onze kantine’. Bestaande afvalbakken kregen een makeover en triggeren studenten met teksten erop als ‘feed me’ en ‘try me’. Of het allemaal helpt? De eerste signalen zijn positief. Studenten in de lift van de school stoppen op de kantineverdieping. “Eerst effe af valshoppen in de kantine” klinkt het opeens.
Actueel thema
Mieke Sprinkhuizen is als senior account manager van Gom Onderwijs nauw betrokken bij het experiment. “Het is een actueel thema in onder wijsland: hoe kan een student een positieve bijdrage leveren aan een school die schoon, heel en veilig is?
Dat houdt onze opdrachtgevers en ons bezig: het heeft effect op onze business. Tegelijkertijd is er ook een cultuuraspect. Als de policy is dat er niet mag worden gegeten tijdens de lessen of colleges maar het wordt wel toegestaan, dan is het hek van de dam. Als je niet oppast wordt het probleem steeds groter. Daarom hebben we besloten het anders aan te pakken en te experimenteren met deze interactieve prullenbak. We willen dit soort experimenten overigens ook breder trekken waarbij meerdere opdrachtgevers tegelij kertijd betrokken zijn. Zo willen we met elkaar een learning community vormen en daadwerkelijk het verschil maken voor een onderwijsomgeving die schoon, heel en veilig is.”
Dit artikel wordt u aangeboden door Gom Onderwijs Tel. 088 298 63 00 www.gom.nl/onderwijs
33 Schoolfacilities, maart 2019
Kennispartners
Een vendor onafhankelijk printplatform
In het onderwijs wordt nog steeds veel papier gebruikt voor zowel de primaire processen als secundaire processen. Doordat leerlingen over print- en kopieermogelijkheden moeten beschik ken en er geen ongecontroleerde hoeveelheid afdrukken en kosten mag ontstaan, vraagt vrijwel iedere organisatie om een ‘print management’ of accounting oplossing als onderdeel van het printerpark. Daarbij is het printen voor docenten en medewerkers meestal kosteloos maar moe ten de leerlingen hiervoor wel betalen via een betaaloplossing.
Naast het betalen van print- en kopieerop drachten is ook het efficiënt ontsluiten van printerapparatuur een onderdeel van het PMS (Print Management Systeem, ook wel accoun tingsysteem genoemd). Dit wordt opgelost met Follow Me printing.
Het is nog vaak zo dat een PMS en betaaloplos sing een onderdeel uitmaakt van het printerpark en dat bij aanbesteding de printerleverancier verzocht wordt om dit in de totale aanbieding mee te nemen.
Dit betekent dat iedere 4 tot 5 jaar het gehele systeem vervangen en grotendeels opnieuw inge richt moet worden. Hiermee gaat een aanzienlijk deel van de technisch functionerende infrastruc tuur verloren en zijn de kosten voor herinrichting aanzienlijk.
Xafax ziet een tendens om de printomgeving inclusief printmanagement en betaaloplossing los te trekken van de (printer/MFP) hardware. Het iedere 5 jaar opnieuw kopen van softwarelicenties is financieel en operationeel niet aantrekkelijk, temeer omdat die software steeds verder geïnte greerd wordt in de ICT omgeving.
Xafax
Telefoonnummer: 072-566 7400 www.xafax.nl.
Studenten van de mbo-opleiding Dienstverlening (niveau 2) aan Albeda in Rotterdam gaan niet langer meer naar school. Albeda is gestart met ‘praktijkleren’, in samenwerking met Welzijn E25, zorgorganisaties Laurens en Humanitas, SBV Excelsior en Facilicom Group. Twee jaar lang rouleren de studenten: na 20 weken volgt een nieuw traject bij een andere partner. Dat biedt hen de kans te ontdekken in welke richting zij willen afstuderen: zorg en welzijn, sport en recreatie of facilitaire dienstverlening.
De proef moet mbo’ers op niveau 2 betere diplomakansen bieden. ‘Dit zijn doeners. Onderwijs moet hen meer uitdagen. Ook om dat het een diverse doelgroep is, met vaak een heel onderwijsverleden achter zich’, constateert onderwijsleider Syb van Seters van Albeda. Door technologie raken veel banen op dit niveau ver loren. Tegelijkertijd komen sectoren nu al handen tekort, zoals zorg en schoonmaak. Van Seters: ‘lk ben ervan overtuigd dat dit onderwijs de toekomst is voor deze doelgroep.’
Om die reden participeert ook Gom - on derdeel van Facilicom Group - in het traject. Senior account manager Gom Onderwijs, Mieke Sprinkhuizen: ‘Voor de student creëren we een uitdagende leeromgeving. Die krijgt de kans prak tijkervaring op te doen in verschillende branches waar wij onze diensten verlenen. Een student die al is ingewerkt, kan voor ons een prima vakantie kracht zijn. Én met het project kijken we ook naar de toekomst, naar het werven van een nieuwe populatie werknemers. Het is dus zowel op korte als lange termijn van waarde voor de student én voor ons als werkgever.’
Gom Onderwijs
Telefoonnummer: 088 298 63 00 www.gom.nl/onderwijs
Lumia van Rentokil
Albeda bouwt aan het onderwijs van de toekomst voor mbo’ers op niveau 2
34 Schoolfacilities, juni 2018
Schoolfacilities, maart 2019
Kennispartners
Vergroting van verbale toezichthoudende skills
Meestal veroorzaakt niet hufterig gedrag van een leerling commotie op sociale media, maar de reactie erop van een personeelslid. Met begrip van ‘het grote publiek’ dat je ‘niet alles hoeft te pikken’ schiet een school niets op; wel met professioneel optreden bij agressie. Het ‘nek vel-incident’ eind januari in Heemskerk leverde schade op voor alle betrokkenen. Waar onge wenst gedrag door jongeren (en hun ouders) niet valt te voorkomen, kan de reactie erop wel adequater door een combinatie van beleid en training.
In een school die duidelijke regels omtrent gedrag heeft, kan een conciërge of toezichthouder effec tiever optreden. Wat zeker ook helpt, is training. FiAC heeft een in de praktijk bewezen aanpak die bestaat uit: contact maken, reflecteren op gedrag, ‘plus-min’ taal hanteren, waarschuwen, een grens stellen en de leerling verantwoorde lijk maken voor de keuze tussen doorgaan en inbinden. Medewerkers die op deze wijze verbaal ingrijpen, kunnen situaties de-escaleren zodat alle betrokkenen in hun waarde blijven en de school reputatieschade voorkomt.
Tijdens de driedaagse FiAC-training ‘Veiligheid, beveiliging en toezicht’ gaat het om alle aspecten van veiligheid, waar het onderwijsondersteu nend personeel mede zorg voor draagt: sociale veiligheid (pesten e.d.), fysieke veiligheid (brand, diefstal, indringers) en adequaat optreden bij calamiteiten. De cursus wordt gegeven op 7, 14 en 21 juni te Utrecht.
Koffie in het onderwijs
Koffie en onderwijs gaan goed samen. Want werken in het onderwijs is mooi, maar kan ook pittig zijn. Een goede kop koffie komt dan als geroepen. Fortune Coffee biedt een praktische, betaalbare maar vooral lekkere oplossing voor de koffievoorziening bij jou op school.
Met verschillende soorten automaten kies je altijd een automaat die aansluit op jouw wensen. Met een vriesdroogautomaat tap je binnen enkele seconden een kop koffie. De freshbre wautomaat biedt verschillende koffievariaties, die smaken als de koffie thuis. Voor luxe kies je een bonenautomaat, waarbij voor elke kop koffie bonen vers gemalen worden.
Niet alleen zorgen we voor koffie en automa ten. Ook voor warme chocolademelk, thee, waterkoelers en soep staan we voor je klaar. Zo bied je het totaalplaatje aan je medewerkers en docenten aan, maar ook gasten, ouders op ouderavonden of leerlingen.
Persoonlijk contact hoort bij onderwijs. Ook wij vinden dit erg belangrijk. Daarom regel je alles rondom de koffie met één contactpersoon. De koffieleverancier komt geregeld langs om de voorraad aan te vullen en onderhoud te plegen. Toch een storing? Dan staan we vaak dezelfde dag nog op de stoep. Zo geniet iedereen altijd van lekkere koffie.
Wil je meer weten over wat Fortune voor jouw school kan betekenen, of de koffie eens proe ven? Bel gerust naar 0800-1012 of bezoek onze website fortune.nl en maak een afspraak met de koffieleverancier bij jou in de buurt.
Fortune Coffee
Telefoonnummer: 0800-1012
www.fortune.nl
Schoolfacilities,
Schoolfacilities, maart
35
juni 2018
2019
Fiac Telefoonnummer: 025 234 04 13 www.fiac.nl