Bureau B+B
Stedenbouw en Landschaparchitectuur
Bureauvisie
Collectief talent We zijn een internationaal werkend ontwerpbureau, opgericht in 1977. Ons bureau koppelt de ontwikkeling van jong talent aan de jaren lange ervaring binnen het bureau. We zijn daarmee een spil van de vernieuwing en springplank voor nieuw talent in de Stedenbouw en Landschapsarchitectuur in Nederland. We werken interdisciplinair en gaat uit van een gelijkwaardige inbreng van alle medewerkers. We organiseren een proces dat garant staat voor levendige discussies en verrassende oplossingen.
Poëtische Helderheid Tegenwoordig wordt er bijna geen ontwerp meer gemaakt dat níet voortbouwt op het ‘verhaal van de plek’. Echter, waar men veelal een historisch sausje aanbrengt, werkt Bureau B+B aan de daadwerkelijke doorwerking van de eigenschappen van een plek. Wij zien wat je op een plek vaak al cadeau krijgt, letten op tradities, rituelen en het huidige gebruik van een plek. We ontwerpen een functioneel plan waarin altijd een inval of ontregelende greep is opgenomen die de ruimtelijke ervaring boven het functionele uittilt. Wij noemen deze Poëtische Helderheid. Het is een combinatie van ratio en emotie, van analyse en intuïtie, altijd kunstzinnig en esthetisch. Zo krijgt een plek opnieuw betekenis, zodat deze weer decennia meekan. Het verhaal kan door bewoners, bestuurders en opdrachtgevers keer op keer verteld worden. Zo krijgt een plek opnieuw betekenis, zodat deze weer decennia meekan.
Kernwinkelgebied, Maastricht, Nederland (1996-2003)
Vakmanschap Wij streven naar precisie en vakmanschap: in de technische detailering, in controle van de bestekken, in het contact met kwekers en materiaalleveranciers, in het begeleiden van de uitvoerders. De daadwerkelijke realisatie van een ontwerp maakt het verschil tussen een middelmatig of een duurzaam kwalitatief project. Bovendien scheelt een goede uitvoering aanzienlijk in de beheerslasten. Bureau B+B werkt met hooggekwalificeerde cultuurtechnici waarbij de inbreng van de technicus vanaf de eerste brainstorm gegarandeerd is. De grens tussen ontwerpen uitvoeringsinbreng is bij ons fluïde – het ontwikkelen van een ontwerp is immers een collectief proces dat heen en weer kaatst tussen de verschillende teamleden.
Innovatiepool, Turnhout, (2010-heden)
CiBoGa, Groningen, (2004-heden)
Samenwerking Het open ontwerpproces zoals we beschreven in de kernwaarde collectiviteit, kan ook in een overleg- en opdrachtgeverssituatie worden ingezet. Wij houden van echte samenwerking, die wij opvatten als een proces waarin iedere partij vanuit eigen verantwoordelijkheid deelneemt. Geen onafzienbare hoeveelheid overlegmomenten, maar een aantal goed geregisseerde bijeenkomsten. Vertrouwen en gemeenschappelijkheid zijn hierin essentieel.
Duurzaamheid Bureau B+B is al meer dan dertig jaar duurzaam in de bureauaanpak, in de relatie met opdrachtgevers, in het herinrichten van plekken en gebieden en in materiaalgebruik. Duurzaamheid is voor ons een allesomvattend en vanzelfsprekend uitgangspunt voor ons gehele ontwerpproces, waar wij zeer bewust mee omgaan. In de stedelijke ruimte betekent duurzaamheid het maken en beheren van een robuust stelsel van openbare ruimtes, herkenbaar en passend bij het karakter van de stad en zijn bewoners. De basisfilosofie is dat wat lang mee gaat, duurzaam is.
Expo 2000, Hollandse Tuin, Hannover, Duitsland (1998-2000)
Hyperspeeltuin, Waldpark, Potsdam, Duitsland (1998-2001)
Zierikzee, Nederland, (2011-heden)
Corporate Gardens Prinsenhof Den Haag, Nederland (2003–2007)
Type: Tuin
Opdrachtgever: BPF/Bouwinvest BV Amsterdam
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: -
Oppervlak: 6.500 m2 Bouwsom: € 420.000,-
De corporate gardens van Prinsenhof bestaan uit drie hoven die zijn uitgesneden uit één gebouw. De hoven liggen deels binnen en deels buiten. Bos is het overkoepelende thema voor de inrichting van de corporate gardens. Afhankelijk van de functies die in de gebouwen komen, worden de bomen op verschillende manieren toegepast. In alle hoven komen buiten Pinussen, soms in grasheuvels en soms in een onderbeplanting, zodat er een echte tuin ontstaat. In het (eerste) gerealiseerde binnenhof worden palmen aangeplant en zo een sfeer gecreëerd voor het horecaterras. De onderbeplanting varieert per buitenhof en kent veel seizoensaspecten waardoor de tuinen er altijd aantrekkelijk uitzien. De verhardingsmaterialen van de hoven ogen natuurlijk en hebben steeds een antracietbruine kleur zoals roestbruin gevlekt natuursteen en paden van cortenstaal. De binnenhoven sluiten qua materiaalgebruik aan op de buitenhoven waardoor de sfeer van buiten naar binnen wordt voortgezet. Er ontstaat één landschap en toch behoudt elk hof zijn eigen identiteit.
Geprogrammeerde toverbal Expo 2000, Hollandse Tuin, Duitsland (1998–2000)
Type: Tuin, Terreininrichting
Opdrachtgever: Stichting Nederlandse Wereldtentoonstellingen
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met MVRDV en Jaqueline van der Kloet
Programma: Route naar het paviljoen voor miljoenen bezoekers
Oppervlak: 9.000 m2 Bouwsom: € 450.000,-
De Hollandse Tuin op de Expo 2000 in Hannover was, net als het bureauproject Looking for Jane in Makeblijde, een tentoonstellingstuin met een ijzersterk concept. Het gestapelde Nederlandse paviljoen van mvrdv was een statement over de omgang met de schaarse ruimte in het dichtbevolkte Nederland. Het paviljoen was uitermate compact: rondom het gebouw bleef een terrein over van maar liefst 8000 vierkante meter. Voor de vormgeving ervan schreef de opdrachtgever van de Nederlandse presentatie, de Stichting Nederland wereldtentoonstellingen, een besloten prijsvraag uit, die Bureau B+B won. De Hollandse Tuin die het bureau ontwierp was een directe reactie op het gebouw. De ontwerpers vatten de ruimte op als een nog ongeplande plek, wachtend op nieuwe ontwikkelingen: een verademing in een land waar elke vierkante meter een bestemming heeft. Dergelijke raakliggende terreinen bevinden zich tijdelijk in een pioniersstadium met een ratjetoe aan beplanting: een nieuwe natuur in aanzet. Dit gegeven werd verwerkt in een ontwerp waarbij bezoekers door eenuitgestrekt tapijt van verschillende bloemen min of meer hun eigen weg moesten vinden. Om een ‘natuurlijk’ proces in gang te zetten, was alleen een startpositie gecreëerd van waaruit de tuin gedurende de tentoonstelling langzaam vaste vorm kreeg. Dynamische invloeden zoals het weer, plantengroei en spontane bewegingen van bezoekers droegen bij aan het wisselende aanzicht van de tuin. Een eindbeeld was er niet. Deze schijnbare toevalligheid was extreem gepland, erg hightech en typisch Nederlands. De ondergrond bestond uit verschillende lagen rood mijnsteen en zwart sediment. Op plekken waar veel bezoekers liepen, verdween het kleine zwarte split tussen het grovere rode mijnsteen en kreeg beplanting minder kans. De twintig verschillende plantensoorten – er werden geen heesters of bomen gebruikt, slechts bollen, eenjarigen en vaste planten – hadden verschillende kleuren en bloeitijden. Een uitgebreid leidingennetwerk voor druppelbevloeiing zorgde ervoor dat een proces dat normaal gesproken vijf jaar in beslag zou nemen, zich binnen één jaar voltrok.Door, vooraf gepland, toeval en willekeur veranderde de tuin als een toverbal van dag tot dag, een steeds veranderende context voor het Nederlandse paviljoen.
1.8 km Tijdloze Voetgangersboulevard Mariahilferstrasse, Wenen, Oostenrijk (2013–heden)
Type: Binnenstad, Openbare Ruimte Opdrachtgever: Stadt Wien MA 19 Architekturund Stadtgestaltung Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur i.s.m. Orso.Pitro
Programma: winkelstraat, Shared space, zitelementen, verlichting, busbaan
Oppervlak: 1,8 km 42.753 m2 Bouwsom: Euro 25.000.000,-
De stad Wenen ondernam de grootschalige herinrichting van de grootste en meest beroemde winkelstraat van Oostenrijk; de Mariahilferstrasse. De straat, die van het de Westbahnhof tot aan het Museumkwartier reikt, is gebruiksvriendelijker gemaakt voor voetgangers door de straat deels af te sluiten voor doorgaand autoverkeer. Bureau B+B Stedebouw en Landschapsarchitectuur en het Weense architectenbureau Orso-Pitro wonnen in 2012 de internationale prijsvraag voor de herinrichting van de straat. De 1.8 km lange straat is opgeknipt in drie zones. Het middelste deel, een nieuwe voetgangerszone, vormt het nieuwe hart van de straat. De twee buitenste zones zijn naar het shared space principe ingericht. De verblijfsruimte wordt ingedeeld als verblijfsruimte en wordt niet geïnterpreteerd als verkeersruimte. Het ontwerp is op het eerste gezicht eenvoudig en stelt zich als doel de straat in te richten voor voetgangers en fietsers, waarbij tevens het busverkeer en bevoorrading van winkels op prettige wijze wordt ingepast. Het is een elegante, tijdloze en voetgangersvriendelijke shoppingboulevard tussen de historische façades van Wenen geworden. De straat wordt van gevel tot gevel op één niveau geplaveid met zeer terughoudende geleidingslijnen voor de verschillende gebruikers. Een asymmetrisch straatprofiel is toegepast om, daar waar meer breedte gewenst is, deze vanzelfsprekend te kunnen genereren. Op toegewezen plekken zijn Citylounges ingericht met zogenoemde “Dialoogmeubels”. Het meubilair is zo ontworpen dat ze in verschillende configuraties bij elkaar gezet kunnen worden om zo luwe plekken in de straat te creëren voor ontmoeting en dialoog. Deze nieuwe aantrekkelijke verblijfsruimtes nodigen jong en oud uit om te observeren, te struinen en te verblijven, het gehele jaar door. Daarnaast voegen kleurrijke nieuwe bomen in boombakken een extra laag toe aan de aanwezige hoog opgekroonde bomen en zorgen hierdoor voor een intiem karakter. De bestaande verlichting is niet vernieuwd zoals gebruikelijk, maar de huidige armaturen zijn gerenoveerd en in een nieuwe kleur geverfd, zodat zij zich voegen in het ontwerp. Langzaam herontdekt de gebruiker de straat. Hij gedraagt zich anders, ontdekt en genereert nieuwe situaties in de openbare ruimte. Hartelijk welkom in de Mariahilferstrasse, een podium voor het alledaagse openbare leven!
de situatie in 2013
huidige situatie in uitvoering
Victor Hugo Plantsoen Utrecht, Nederland (2013-2015)
Type: Landschapsontwerp
Opdrachtgever: NEXT Architects
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur i.s.m. NEXT Architects, Rudy Uytenhaak architecten, ARUP en RODOR
Programma: Buurtpark, school met schoolplein, fietsroute, brug, 12 woningen
Oppervlak: 1,68 ha Bouwsom landschapsontwerp: € 650.000,-
Opgave was om een nieuwe brug in te passen over het Amsterdam Rijnkanaal waarmee een fietsverbinding tussen Leidsche Rijn en de Utrechtse binnenstad ontstaat. De brug die stijgt naar een hoogte van 7meter, het ontwerp gebruikt deze hoogte om een de brede school te intergreren in het brugontwerp. De school krijgt licht en open ruimte aan alle kanten, het uitzicht van de fietsende passant wordt nergens belemmerd en de omwonenden krijgen een gebouw met aan alle kanten levende gevels. Met de ligging van de fietsbrug aan de zuidkant ontstaat er ruimte aan de noordkant voor het schoolplein. De school en het plein oriënteren zich duidelijk op het plantsoen. Door de school aan de oostkant, onder de aanbrug wat smaller te maken; ontstaat een besloten schoolplein aan het plantsoen en een vanzelfsprekende hoofdingang in het verlengde van de straat. Het is een goed zichtbare plek voor halen en brengen. De brede kant van de school aan het water maakt de ruimte van het plantsoen af en creëert een veilige omsloten speelruimte voor de kinderen. We willen dat het groene plantsoen zo groot mogelijk blijft. Alle nieuwe elementen worden daarom zo veel mogelijk op een landschappelijke manier opgenomen in het plan. Uitgangspunt is een doorlopend open plantsoen, waarin zoveel mogelijk bestaande bomen zijn ingepast. Ook het begroeide dak van de school maakt onderdeel uit van de groene ruimte waar de fietser zich doorheen beweegt. Een belangrijk aandachtspunt daarin vormt de kom die ontstaat door de fietslus in het park. Door een opening onder de aanbrug bij het schoolplein en een goed bezond sportveld in de lus wordt ook dit deel een karakteristiek onderdeel van het geheel. Met een ruime bocht wordt de fietser licht opgetild uit het plantsoen, om langs de permacultuurtuin over het dak van de gymzaal heen te worden geleid, door de bomen naar een panoramisch uitzicht over het kanaal. Met aan weerszijden zicht op het water in de lengterichting van het Amsterdam Rijnkanaal rijdt men tussen een vlechtwerk van kabels onder een ranke poort naar de nieuwe stad.
ruimte aan de noordkant voor het schoolplein. De school en dak het plein oriënteren zich duidelijk op het plantsoen.Een Door deom onder te leren school aan de oostkant, onder de aanbrug wat smaller te brug die stijgt naar een hoogte van 7meter is een maken; ontstaat een besloten schoolplein aan hetEen plantsoen prachtige kans om een afdak te maken om onder te en een vanzelfsprekende hoofdingang in het verlengde van de straat. Het is een goed zichtbare plek voorleren. halen De school krijgt licht en open ruimte aan alle en brengen. De brede kant van de school aan hetkanten, water het uitzicht van de fietsende passant wordt nergens maakt de ruimte van het plantsoen af en creëert een veiligebelemmerd en de omwonenden krijgen een gebouw met aan alle kanten levende gevels. omsloten speelruimte voor de kinderen.
fietsbrug en school utrecht →
Integrale opg
+10.6 NAP Grote Groene ruimte Ruim schoolplein We willen dat het groene plantsoen zo groot mogelijk Met de ligging van de fietsbrug aan de zuidkantDit ontstaat er bevat een samenvatting van de Voorlopige Ontw document blijft. Uitgangspunt is een doorlopende transparante ruimte aan de noordkant voor het schoolplein. De school en Rijnkanaal, Openbare Ruimte het Victor Hugo ruimte, waarin de bestaande bomen behouden blijven. het Amsterdam het plein oriënteren zich duidelijk op het plantsoen. Door de Een belangrijk aandachtspunt daarin vormt de kom die basisschool Oog in Al. Deze kunnen gezien worden als onderd smaller te ontstaat door de fietslus in het park. Die willen weschool bij de aan de oostkant, onder de aanbrug watopgave. maken; ontstaat een besloten schoolplein aan het plantsoen grote groene ruimte van het buurtplantsoen houden. Door een opening onder de aanbrug bij het schoolplein en en een een vanzelfsprekende hoofdingang in het verlengde vaneen de straat. Het is een goed zichtbare plek voor halen brug over het Amsterdam Rijnkanaal maakt een fie goed bezond amfitheater in de lus wordt ook dit deel De nieuwe DUBO-SCHEMA SCHOOL RUIMTELIJK-FUNCTIONEEL CONCEPT BUITEN en fietsers brengen. De brede kant van de school aan het water karakteristiek onderdeel van het geheel. En voor de Rijn en de Utrechtse binnenstad. Een comfortabele brug voor maakt de ruimte van het plantsoen af en creëert een veilige ontstaat er een doorzicht naar het water in hun aanloop ingepast is in de omgeving. omsloten speelruimte voor de kinderen. naar de brug. EN ING
N WO WARMTE BUFFER
GYM KANS: SMART GRID
huidige school
SCH
huidige school
KANS: zonnecellen -> electriciteit zonnecollectoren -> warm water
L OO
perma cultuurdak MATERIALEN
↑ MAqUEttEBEELD
Grote Groene ruimte → een dak om onder te leren We willen dat het groene plantsoen zo groot mogelijk logische ontsluiting doorzichten drie eenheid: park, dak, brug blijft. Uitgangspunt is een doorlopende transparante De tuin vormt het centrum Een brug die stijgt naar een hoogte van 7meter is een prachtig ruimte, waarin de bestaande bomen behouden blijven. De daktuin tuin is een essentiële spil tussen alle maken om onder te leren. De school krijgt licht en open ruimte Een kom die onderdelen, zij continueert de groene omgeving op hetbelangrijk aandachtspunt daarin vormt de van de de fietsende passant wordt nergens belemmerd en de om ontstaat door de fietslus in het park. Die willen we bij dak, biedt een extra verblijfsplek voor de school en creëert gebouw met aan alle kanten levende gevels. grote groene ruimte van het buurtplantsoen houden. Door een vanzelfsprekende afstand tussen school en fietsers. een opening onder de aanbrug bij het schoolplein en een Doordat de tuin lager ligt dan de aanbrug ontstaat er amfitheater in de lus wordt ook dit deel een DUBO-SCHEMA SCHOOL een beschutte ruimte en komt er noorderlicht diepgoed in hetbezond RUIMTELIJK-FUNCTIONEEL CONCEPT BUITEN karakteristiek onderdeel van het geheel. En voor de fietsers gebouw. ontstaat er een doorzicht naar het water in hun aanloop naar de brug. EN ING
N WO WARMTE BUFFER
GYM KANS: SMART GRID
huidige school
SCH
huidige school
↑ MAqUEttEBEELD VAn DE DRiE gEïntEgREERDE pROjEctEn
perma ↑ MAqUEttE cultuurdak pLAngEBiED
KANS: zonnecellen -> electriciteit zonnecollectoren -> warm water
L OO
→ ruim schoolplein
MATERIALEN
Met de ligging van de fietsbrug aan de zuidkant ontstaat er rui het schoolplein. De school en het plein oriënteren zich duidelij school aan de oostkant, onder de aanbrug wat smaller te mak schoolplein aan het plantsoen en een vanzelfsprekende hoofdi de straat. Het is een goed zichtbare plek voor halen en brenge De tuin vormt het centrum school aan het water maakt de ruimte van het plantsoen af en De daktuin tuin is een essentiële spil tussen alle onderdelen, zij continueert de groene omgeving op het speelruimte voor de kinderen.
dak, biedt een extra verblijfsplek voor de school en creëert een vanzelfsprekende afstand tussen school en → fietsers. grote groene ruimte Doordat de tuin lager ligt dan de aanbrug ontstaat er een beschutte ruimte en komt er noorderlicht diep in het We willen dat het groene plantsoen zo groot mogelijk blijft. Alle gebouw.
worden daarom zo veel mogelijk op een landschappelijke man Uitgangspunt is een doorlopend open plantsoen, waarin zovee zijn ingepast. Ook het begroeide dak van de school maakt ond ruimte waar de fietser zich doorheen beweegt. Een belangrijk de kom die ontstaat door de fietslus in het park. Door een open schoolplein en een goed bezond amfitheater in de lus wordt oo onderdeel van het geheel.
Speelruimte, een transformatie voor Cruquius Amsterdam, Nederland (2010–2012)
Type: Openbare Ruimte
Opdrachtgever: POR, platform Openbere Ruimte i.s.m. AMVEST
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met Investeren in Ruimte
Programma: -
Oppervlak: 17 ha Bouwsom: -
Prijsvraag voor de herontwikkeling van het schiereiland Cruquius, Oostelijk Havengebied Amsterdam. Met de inzending ‘Speelruimte’ heeft Bureau B+B i.s.m. Investeren in Ruimte de prijsvraag ‘Cruquius: Openbare ruimte als motor voor transformatie’ gewonnen. De prijsvraag, uitgeschreven door Platform Openbare Ruimte roept op tot innovatieve ontwikkelingsvisies en -strategieën voor de herontwikkeling van het schiereiland Cruquius in het Amsterdamse Oostelijk Havengebied’. Uit 55 inzendingen koos de jury unaniem voor de strategie ‘Speelruimte’. In het plan wordt geschetst hoe de transitie van het verouderde bedrijventerrein in gang wordt gezet vanuit een krachtige visie op de ruimtelijke kernkwaliteiten van het gebied. Op cruciale plekken wordt letterlijk ruimte geschapen. Met geel/zwarte signalering uit scheepvaart en tijdelijke wegenbouw worden deze voids als speciale plekken gemarkeerd. De leegte schept kansen voor tijdelijke evenementen of programma dat Cruquius activeert en haar verborgen kwaliteiten uitlicht. Tegelijkertijd zwengelt leegte een nieuwe dynamiek aan voor bedrijvigheid en (op termijn) wonen. Er wordt ruimte gecreëerd voor doorschuifmogelijkheden en doorgroeimogelijkheden binnen het gebied. Uit het juryrapport: “De jury prijst ‘Speelruimte’ als een fluïde en adaptief plan dat de ontwikkeling in de tijd kan opnemen zonder dat de hoofdstructuur wordt aangetast en een stedenbouwkundige strategie die ook ontwikkeling in de toekomst kan opnemen zonder dat het op plekken vastloopt. Het transformatieproces krijgt nadrukkelijk een rol met duidelijke uitspraken over tussentijd en flexibiliteit.” En “‘Speelruimte’ is een nieuw type plan waardoor zij een belangrijke bijdrage levert aan de vakontwikkeling als geheel.” Voor meer informatie over de prijsvraag en het juryrapport zie de website van Platform Openbare Ruimte.
Nu Het gebied is afgesloten door hekken muren en bebouwing. Er is geen visuele verbinding naar het water. De kaders worden niet benut. Kansen De ligging in de stad is positief, het goed ontsluiten van fiets en autoverkeer zorgt voor meer activiteit. De bestaande silo’s, wijnvaten, kranen,Sigma Verffabriek en Huis van Magnus bieden sfeer en verschillende gebruiksmogelijkheden.
Ingreep Door leegte te maken, door hekken te verwijderen, gebouwen te slopen of zwart te verven en stelconplaten te leggen ontstaat er schuifruimte. De blackboxes worden bakens in de skyline van transitie, er ontstaan visuele en fysieke verbindingen met de omgeving en naar de waterkant.
t=01 Door de Cruquiusweg in te zaaien met groene kruiden, gele markering aan te brengen, bestaande loodsen zwart te verven en clip-on’s toe te voegen ontstaat er een herkenbare openbare ruimte waar evenementen kunnen worden georganiseerd. Ook kunnen er pontjes naar Sporenburg en Zeeburgereiland gaan varen. Het tijdelijk gebruik ontplooit de identiteit van het gebied in transitie
t=02 De schuifruimte blijft gewaarborgd en de oevers van de Nieuwe Vaart worden zachter en ingeplant. De smalle straten op de havenpier richten zich op het Entrepothaven. De open landschappelijke atmosfeer aan de zuidzijde verbindt Cruquius met de Nieuwe Vaart.
t=03 De kop van Cruquius wordt losgeknipt en fungeert als schakel van de stad. De lange havenpier voegt zich bij Java, KNSM, Borneo en Sporenburg. De schuifruimte blijft gewaarborgd, De kop van Cruquius wordt ontwikkeld en met het IJ verbonden de Entrepothaven leeft op. Het huis van Magnus krijgt een nieuwe bestemming.
Aldenhofpark Hoensbroek, Heerlen, Nederland (2011-heden)
Type: stedenbouwkundig ontwerp, park Opdrachtgever: Gemeente Heerlen
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur i.s.m. Buitenom
Programma: woningen, school, park
Oppervlak: 6,2 ha Bouwsom: € 8.600.000,-
In opdracht van de gemeente Heerlen wordt het Aldenhofpark ontwikkeld. De lokatie van zo’n ruim 6 hectare ligt op een strategische locatie op loopafstand van het winkelcentrum van Hoensbroek. De oude LTS midden in de locatie was reeds gesloopt en een kale vlakte met daaraan slecht onderhouden, na-oorlogse portiekflats gelegen vormde het gezicht van de buurt. Niet bepaald een aantrekkelijke verblijfsplek, die zich bovendien bevindt in een krimpgebied. Krimpgebieden krijgen steeds meer te maken met leegstand en vergrijzing. Een goed moment voor de gemeente om in te grijpen op de situatie en een nieuwe kwalitatief hoogwaardige ontwikkeling te realiseren. Hierbij worden 189 portiekflatwoningen gesloopt en komen er 54 woningen, een Brede Maatschappelijke Voorziening (BMV), en een park voor in de plaats. Om te komen tot een goed plan waar de gebruikers achter staan, is partcipatie erg belangrijk. Daarom is in enkele ateliers aan het begin van het planproces uitvoerig gesproken met verschillende maatschappelijke groepen en bewoners om specifieke informatie en lokale input voor het plan te krijgen. Een belangrijke conclusie die hieruit naar voren kwam is dat de Hoensbroekenaren zich met elkaar verbonden voelen onder andere door ontmoetingen in het verenigingsleven. Daarnaast is het wonen in een aantrekkelijke groene omgeving, dichtbij het centrum en met een dorpse uitstraling een grote wens en uitgangspunt voor het plan. Het park bestaat uit groene ‘scheggen’ die worden gescheiden d.m.v. paden. Op de scheggen bevinden zich de functies. De scheggen zijn wisselend verhoogd om de natuurlijke hoogteverschillen van het gebied maximaal te ervaren. Langs de paden, op de randen van de scheggen, zijn op sommige plekken bankjes geplaatst. Het park wordt nadrukkelijk een ontmoetingspark, een aangename groene ruimte waar men zich van jong tot oud prima kan vermaken. Het gehele plan wordt duurzaam ingericht met duurzame materialen. Sociaal duurzaam met genoeg ruimte voor
Het weilandwonen en de Nesteljas Nederland (2011-heden)
Type: Stedebouw, Openbare Ruimte, Architectuur, Onderzoek
‘De geur van het groene gras hangt dicht om het huis. We eten buiten. Op blote voeten loop ik in en uit met schalen eten, een kan water en een goede fles wijn. Er brandt een vuurtje om de kilte van de avond te verdrijven.‘
Opdrachtgever: -
Het idee om de gronden van weilanden te gebruiken om woningbouw op te ontwikkelen is niet nieuw. We zien echter een verlangen ontstaan naar een andere woonomgeving dan die van de overgereguleerde VINEX wijken met geplaveide stoepen en straten van klinkers. Een verlangen naar meer vrijheid, vaak ook naar meer natuurgroen, naar wonen met een vakantiegevoel. De vraag die boven komt drijven is of het mogelijk is de landschappelijke sfeer van een weiland te behouden en tegelijk een woonomgeving te ontwikkelen? Het ontwerp van buroKetting en Bureau B+B verwezenlijkt een maximale verwevenheid tussen weiland en wonen die leidt tot een vernieuwende woonvorm: het weilandwonen. Het direct voelbaar maken van de aanwezigheid van het weiland genereert een vakantiegevoel voor de bewoners. Sommige van ons willen dit vooral alleen, anderen samen, in een kampement. Twee verkavelingsplannen vertegenwoordigen deze uitersten: ALLEEN en SAMEN. Het verkavelingsplan ALLEEN is voor het individu dat zo min mogelijk contact met de buren wilt hebben, zich alleen wilt voelen met een weids zicht op het weiland, rust in zijn jachtige leven. Bij verkavelingsplan SAMEN woon je op kavantiekavels net zoals op vakantie als je samen rond het kampvuur zit. Deze hele grote kavels waarop meerdere woningen mogen worden gebouwd zijn geschikt voor collectief particulier opdrachtgeverschap, voor een groep vrienden of een gehele familie.
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met buroKetting
Programma: -
Oppervlak: Bouwsom: € -
bewoners nesteljas: mussen, mezen en zwaluwen wonen met het weiland bewoners zakken nesteljas: konijnen en duiven
bewoners nesteljas: mussen, mezen en zwaluwen
bewoners nesteljas: mussen, mezen en zwaluwen
bewoners nesteljas: mussen, mezen en zwaluwen
bewoners nesteljas: mussen en mezen
bewoners zakken nesteljas: konijnen en een steenuil
bewoners zakken nesteljas: eenden
bewoners zakken nesteljas: een egel en een steenuil
bewoners zakken nesteljas: eenden
de ‘donsjas’
de ‘nesteljas’ houtskelet
schapenwol
spouw
plaatmateriaal
Geerpark Vlijmen, Nederland (2007–heden)
Type: Stedenbouw, Water, Park
Opdrachtgever: Gemeente Heusden en Stichting Woonveste
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur, vanaf 2009 in samenwerking met Atelier LoosvanVliet
Programma: 800 woningen, park 4 ha en waterslinger 7 ha
Oppervlak: 40 ha Bouwsom: €-
een hof langs de waterslinger
Geerpark Vlijmen zet in op het predicaat ‘meest duurzame wijk van Nederland’. Het plangebied, waar ca. 800 nieuwe woningen worden gebouwd, is bestempeld tot ‘excellent gebied’. In de excellente gebieden wordt ervaring opgedaan met vernieuwingen die zowel technisch, organisatorisch of financieel van aard kunnen zijn om energieneutraal te kunnen bouwen. De resultaten van deze vernieuwingen worden verzameld en verspreid in een kennis- en leertraject. Geerpark is een uniek nieuw woonmilieu voor Vlijmen. Het ruimtelijk concept legt de structuur vast en werkt als een kapstok voor de ambities zoals duurzaamheid, biodiversiteit, waterhuishouding, programma, variatie in woonvormen en ontwikkelmogelijkheden, mobiliteit en architectuur. De ruimtelijke structuur, het skelet van Geerpark, biedt de mogelijkheid om nieuwe voortschrijdende inzichten ten aanzien van de ambities gedurende de ontwikkeling van Geerpark toe te passen. De structuur ligt vast maar is flexibel in invulling. In Geerpark wonen mensen straks aan een groene waterslinger. De bindende werking van de waterslinger staat symbool voor de collectiviteit die de wijk in potentie heeft. Een groene ruimte vormt het hart van de wijk. De buurten hebben een omvang en ordening die uitnodigt tot sociale cohesie en collectieve activiteiten mogelijk maakt. In noordzuidrichting is, geïnspireerd op de houtwalstructuur uit het verleden, een lijnvormig boomstructuur toegevoegd. De bomen onderstrepen het lineaire karakter van het landschap. Iedere lijn kan bestaan uit een onderscheidende boomsoort met een specifieke ecologische waarde. Het versterkt zowel de identiteit van de stroken onderling als de ecologische waarde van de gehele wijk. Het masterplan gaat uit van drie onderscheidende woonmilieus. Langs de waterslinger ligt een reeks van hoven (1). De hoven vormen herkenbare eenheden die zich onderscheiden van de overige bebouwing. Tussen de hoven liggen stroken (2) met individuele bebouwing en aan de zuidkant van het gebied ligt Mommersteeg (3), een oude fabriek die het hart vormt van het dorpse buurtje.
Lofzang op de Luiheid Sloterplas, Amsterdam, Nederland (2008–2009)
Type: Landschap, Onderzoek, Park
Opdrachtgever: Gemeente Amsterdam, DRO
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: Verlichtingsplan voor park en omgeving
Oppervlak: Bouwsom: €-
Als onderdeel van de vierde Internationale Architectuur Biënnale (IABR) maakten negen ontwerpbureaus in opdracht van de Dienst Ruimtelijke Ordening een visie op verschillende delen van Amsterdam. De tentoonstelling had als thema ‘Vrijstaat Amsterdam’: een stad waar mensen werkelijk vrij kunnen zijn en waar toeval, ingevingen en spontaniteit een rol hebben in planningsprocessen. Bureau B+B werd gevraagd een visie te maken voor de Sloterplas, het grote park en recreatiegebied midden in de Westelijke Tuinsteden. Het thema ‘Vrijstaat’ verbond het bureau met Luilekkerland, het land van melk en honing. Het ontwerp betrof een feeërieke verlichting voor de bomen en het water, die het park verandert in een unieke droomwereld. Verlichting, een eenvoudig middel, geeft identiteit aan de Sloterplas, genereert levendigheid en zet aan tot nieuwe initiatieven van omwonenden, ondernemers en instanties. In de tentoonstelling was dit plan in een maquette 1:1000 verbeeld door groeiende magische bomen met zoutkristallen op een gitzwarte ondergrond die tijdens de tentoonstelling groeiden en veranderden en waarvan het eindresultaat niet op voorhand bekend was. Maandenlang had het bureau verschillende papiersoorten, boomvormen, gedestilleerd water, pipetten, zout, ammoniak, lijmen, infuuszakken en siliconen getest, voordat de maquette op de zes weken durende expositie uit kon groeien tot een kleurrijk, wild landschap. Directeur van de Amsterdamse Dienst Ruimtelijke Ordening Zef Hemel schreef na afloop van de tentoonstelling op zijn blog: ‘Met weemoed denk ik aan de maquette terug. (…) De droommaquette, hij is niet meer.’
001 21/07/2009
002 21/07/2009
003 03/09/2009
004 22/07/2009
Arboretum van kartonnen bomen gemaakt van verschillende soorten papier.
Aanzicht kartonnen bomen: zwart en groen karton, dikte 1mm.
‘Silk’ verf werkt het beste samen met de Mr. Stewards + zout-methode.
De bomen die van te dun karton zijn gemaakt zwichten onder de zoutkristallen.
005 24/07/2009
006 14/09/2009
007 24/07/2009
008 24/07/2009
Fantastische bomen, maar sommige zijn toch echt te slap.
De laatste test! Het wordt fantastisch!
Deze is echt heel fel van kleur!
009 24/07/2009
010 24/07/2009
011 20/07/2009
012 23/07/2009
De basis met de diepe Sloterplas.
Alle huizen uit foam!
Negen verschillende boomvormen. Welke kan het beste groeien?
Een heel romantisch bos.
013 14/09/2009
014 24/08/2009
015 13/08/2009
016 31/07/2009
De laatste test! Het wordt fantastisch!
De bomen worden beschildert en dan krijg je mooie gekleurde kristallen.
Out-fit voor als je ‘Crystal Clear’ gaat gieten.
De hele Sloterplas. Blijft die nu wit of maken we alles zwart?
‘Fierljep’ polder en een informatiecentrum Jinzhou, China (2011–2013)
Type: Tuin, Architectuur
Opdrachtgever: Jinzhou World Landscape Art Exposition
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: Tuin, dijk, watersysteem en een informatiecentrum
Oppervlak: 3.200 m2 (inclusief gebouw 350 m2 bvo) Bouwsom: € 915.000,-
De stad Jinzhou ligt 430 kilometer ten noorden van Beijing, in de provincie Liaoning. Jinzhou Longqiwan New Area is een stedelijke uitbreiding direct aan de kust van de Bonsaizee. Onderdeel van deze nieuwe wijk is een park waarin Bureau B+B een ‘fierljep’ polder en een informatiecentrum bouwt. De poldertuin wordt geopend in 2013 tijdens de Jinzhou World Landscape Art Exposition. Een drie meter hoge dijk omringt de polder en beschermt het grasland en het stelsel van sloten. De polder is leeg, ontdaan van vergezichten en als zodanig in contrast met het omliggende park. Maar voor je het weet, verandert de polder in een speeltuin. Met stokken steken de bezoekers, vaders, moeders en kinderen over de slootjes van de ene wei naar de andere. In euforie over het in bezit nemen van onbereikbaar land en volgens de duizend jaar oude traditie van het ‘fierljeppen’ transporteert de bezoeker zich met de stok door de tuin. De bezoeker betreedt de polder via een informatiecentrum. Hier verwisselt de bezoeker zijn schoenen voor rode rubber laarzen en geeft een instructiefilm uitleg over de techniek van het ‘slootje springen’. De betonnen ruimte met nissen en kijkgaten bevindt zich in de dijk en refereert aan een vestingwerk. Het groen gepigmenteerde beton en de spelonken die de ruimte van daglicht voorzien, maken het centrum tot een belevenis al voordat de bezoeker het speelveld betreedt. Tussen de slootjes van het speelveld ligt een bloemrijk grasland. Door gevarieerd maaibeheer, bezoekers dynamiek en subtiele verschillen in de bodem en vochtbalans verschillen de weides van kleur. Het resultaat is een eilandenrijk van beemden met tredplanten, water- en oeverplanten, klavers en bloemen in het gras, dat gedurende de seizoenen verandert. Je mag bloemen plukken en in het gras liggen. Met een zelfgemaakt kroontje van bloemen en water waterspetters op je wang verlaat je de polder.
een systeem van
springend door de polder
route door de polder over houten planken
Scholencampus Panhoven Peer, België (2011–heden)
Type: Stedenbouw, Terreininrichting, Campus, Park Opdrachtgever: DBFM Scholen van Morgen nv
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met Bekkering Adams Architecten
Programma: Sportvelden, speel-pleinen, park, 170 parkeerplaatsen
Oppervlak: 5,5 ha Bouwsom: € 800.000,- (buitenruimte)
Bureau B+B heeft samen met Bekkering Adams Architecten de besloten competitie voor een scholencampus in Peer gewonnen. Het project behelst de inrichting van een campus van 5,5 hectare met de nieuwbouw voor een middelbare school, een lagere school, een sportcomplex en een internaat met een bijbehorend sport en educatief programma. Het juryrapport roemt de visie die door het team is neergelegd. Het project is vormgegeven als een landschappelijk ensemble, waarbij de sportvelden, speelpleinen en een groot openbaar park een integraal onderdeel uitmaken van het ontwerp van de campus. Door de schakering van gebouwen, overdekte speelpleinen, en buitenruimten ontstaat een divers speel- en leerlandschap, waar een scala aan activiteiten mogelijk is. In onze zoektocht naar een logische positie van het sportprogramma raakten wij gefascineerd door de schoonheid van de geometrische vormen van verschillende sportvelden. De Neufurtgrafieken inspireerde ons tot een aaneenschakeling van een atletiekbaan, voetbalveld, basketbalveld en baseballveld, deze vormen samen de centrale open ruimte van de campus. Deze open ruimte wordt omsloten door de massa van de gebouwen welke wordt versterkt met het aanplanten van bomen. De platte geometrische vorm van de velden wordt daarmee ruimtelijk.
plankaart
langzaamverkeer
massa gebouwen
zonering toegangelijkheid
Wijkeroogpark Velsen, Nederland (2004-heden)
Type: Park, Water
Opdrachtgever: Gemeente Beverwijk
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met Erick de Lyon
Programma: Beek, Brakwatervijver, Vishevel, Parkinrichting
Oppervlak: 19 ha Bouwsom: € 1.313.500,-
Met de inpassing van nieuwe artificiële beekloop in het Wijkeroogpark, te Velsen heeft Bureau B+B in samenwerking met kunstenaar Erik de Lyon het park met zijn omgeving verbonden. Het wijkeroogpark – oorspronkelijk uit de jaren 60 - is met de aanleg van de Velsertunnel in tweeën gedeeld. De bestaande waterlopen in het park versterkten de fysieke barrière tussen de verschillende groenonderdelen en de naastgelegen woonwijken. De Scheybeek, een oude beekloop ontspringt in de binnenduinrand bij Heemskerk. De Scheybeek is door de loop der tijd opgenomen in het polderlandschap en als beek niet meer herkenbaar. De beek werd oorspronkelijk niet alleen gevoed door zoet water uit de omgeving, maar stond ook onder invloed van eb en vloed. Bureau B+B heeft de benedenloop van de vroegere beek de Scheybeek aangegrepen als rode draad voor het ontwerp. In combinatie met de inpassing van de Scheybeek worden de ruimtelijke structuur en de verbindingen met de omgeving verbeterd. De beek wordt samen met een nieuw voet- en fietspad in de lange parkruimtes geënsceneerd. Er ontstaat een spel van ontmoeting en verdwijning tussen bezoeker en beek. De beek is een nieuw en autonoom element en ligt met een natuurlijk verhang gemiddeld 30 cm boven het maaiveld. Deze kunstmatige situatie biedt kansen voor natuur en recreatie. Het element voorkomt dat beekwater wegstroomt naar het grondwater en mogelijk droogvalt tijdens warme zomers. Bij extra wateraanvoer, gemiddeld een keer per maand, overstroomt een deel van de natuurlijke oever. De bruggen over de beek zijn staalplaten afkomstig van de nabijgelegen Hoogovenfabrieken. De smalle en lage beekovergangen functioneren als kleine observatieposten voor het leven in en om de beek. Het hoofdmoment in het park is de monding van de beek in het Noordzeekanaal. Onderaan de dijk vloeit het zoete beekwater uit in een brakwater vijver met water afkomstig uit het Noordzeekanaal. Water uit de brakwater kan via en vishevel vrij van en naar het Noordzeekanaal stromen. Door de uitwisseling ontstaat een bijzondere zoutgradiënt die kansen biedt voor specifieke brakwaterflora en -fauna zoals Zilte rus, Zulte en vissen zoals de Dikklipharder, zeeprik en zwarte gondel.
beplanting: bos (duurzame soorten) solitaire bomen gazon ruig gras slootkanten (ruigtekruiden) rietmoeras (voor zuivering) waterplantentuin brakwatervegetatie
oevertypen: natuurlijke oever + grasdijkje natuurlijk oeverbos steile slootoever met ruigtekruiden rietoever (voor zuiveringsfilter regenwater) natuurlijke oever (brakwater vegetatie)
kunstwerken algemeen: aquaduct (beekprofiel op betonplaat) brug (cortenstaalplaat over beek) voetgangersbrug eco- duiker coupure (twee cortenstaalplaten) met brug zeedijk doorwaadbare plaats (stapstenen van staal)
infrastructuur: fietspad (asfalt) voetpad (mijnsteen) wandelboulevard (asfalt) graspaden op dijkje graspad voor trailers en spoedverkeer toekomstig fietspad
zichtlijnen
CiBoGa Groningen, Nederland (2004-heden)
Type: Openbare Ruimte, Tuin, Park
Opdrachtgever: Gemeente Groningen
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: -
Oppervlak: OR 25.000 m2, Schots Drie 1.020 m2, Schots Vijf 1.475 m2 Bouwsom: €3.325.000,-
Ciboga is een omvangrijk woningbouwproject aan de rand van de Groninger binnenstad, op de voormalige stadsomwalling. Het stedenbouwkundig plan omvat elf vrijwel gesloten bouwblokken, ‘schotsen’, gezet in een openbaar, parkachtig landschap. Een essentieel onderdeel zijn de semiopenbare binnentuinen, die moeten bemiddelen tussen de vele woningen in een hoge dichtheid met weinig privé-buitenruimte en de groene openbare ruimte die van de stad is. Bureau B+B ontwierp het parklandschap rondom de schotsen en de binnentuin van Schots Drie, een gebouw van AAS architecten. De openbare ruimte tussen de schotsen bestaat uit een autoluwe woonomgeving, voor een groot deel gelegen op een parkeergarage. De tussenruimtes zijn vaak smal. Uitgangspunt voor de inrichting is om de buitenruimte als een parkachtige sfeer zo eenduidig mogelijk in te richten en geen traditionele straatprofielen te creëren. Smalle asfaltpaden afgestrooid met parelgrind. De vormgeving van de binnentuin van Schots drie is gebaseerd op een oude Joodse begraafplaats die hier eens lag, en waar, zoals gebruikelijk, bomen niet gekapt mochten worden, met als gevolg dat ze op bijzondere, informele wijze tussen de graven groeiden. Dit idee komt terug in een pad dat is vormgegeven als een tak die een weg zoekt door het blok, en tegelijk de ontsluiting van de woningentrees verzorgt. Het strakke betonpad – met een toeslag van ijzervijlsel, waardoor het na verloop van tijd roestbruin kleurt – vormt een mooi contrast met de vele soorten siergras in verschillende hoogtes. De hogere grassen geven de aangrenzende privéruimtes een besloten sfeer op zithoogte en verdelen de tuin in open, beschutte en ook verborgen plekken. Crocosmia en Imperata cylindrica ‘Red Baron’ geven de tuin het hele jaar door kleur. Fluweelbomen zorgen in de zomer en herfst voor een bijzonder kleuraccent. De tuin werd genomineerd voor de internationale prijs ‘Best private plots 2010 /Die besten Gärten 2010’.
Achmea Campus en Binnentuin Apeldoorn, Nederland (2006–heden)
Type: Terreininrichting, Binnentuin, Campus Opdrachtgever: ADP Architecten
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: Padenstelsel, tuinen op dek, heide, bos en 2.500 parkeerplaatse, binnentuin, onthaalruimte, trappen, terassen Oppervlak: 10,2 ha binnentuin 750 m2 Bouwsom: € 3.500.000,binnnentuin € 150.000,-
In 2012 heeft Centraal Beheer Achmea een deel van zijn bedrijf verhuist naar een locatie aan de rand van Apeldoorn. De nieuwe locatie ligt in een uitloper van het grootste natuurgebied van Nederland: de Veluwe. Samen met ADP architecten won Bureau B+B een besloten prijsvraag voor uitbreiding van reeds bestaande bebouwing en een nieuwe inrichting van het terrein. Het terrein is opgezet als een campus waardoor we het omringende Veluwse landschap – licht glooiend met duinen, berken, jeneverbes, heide en dennen – naadloos over het gehele terrein konden door trekken. Er was al een aanzet: een prachtig bestaand bos, een houtsingel, een beukenlaantje en een enorme Sequoiadendron Giganteum. Alle ingrepen die zijn ontworpen, versterken het gevoel midden in de natuur te werken. Vanaf de werkplek kan je zo het landschap instappen om te lunchen, wandelen of vergaderen. Daarnaast liggen verspreid over het terrein bijzondere plekken, die refereren aan kenmerkende elementen van de Veluwe, maar duidelijk gecultiveerd zijn: cirkeltuinen met felbloeiende heidesoorten, een grillig gevormde waterpartij en twee paviljoens verscholen in het bos. Een systeem van asfaltpaden dat net iets is opgetild boven het landschap slingert als uitgesleten olifantenpaden over het terrein. Centraal in het plangebied slingert een pad omhoog en verandert in een drie meter boven maaiveld gelegen dek, waaronder wordt geparkeerd. Het ontwerp is een totaalbenadering van het terrein: een landschap, in plaats van een kantoortuin. Het middelpunt van de nieuwe campus is waar het landschap van de Veluwe dwars door het atrium van het vergadercentrum heen loopt. De ruim 750 vierkantemeter grote binnentuin vult de welkomsthal met een glooiend landschap dat van de begane grond tot op de eerste verdieping reikt. De ontvangstruimtes, balies en het restaurant zijn rondom de tuin georganiseerd en bieden uitzicht op de grassige heuvels, duinpannen en valeien met verschillende soorten varens. Hier is het waar de bezoekers wachten op hun afspraak, medewerkers elkaar ontmoeten bij de koffieautomaat, informele meetings ontstaan en het jaarlijkse sinterklaasfeest met de hele familie gevierd wordt.
Straatjes, bruggen, banen, sporen en paden Industriestrasse - Bocholter Aa, Bocholt, Duitsland (2009 tot heden)
Type: Park, Water, Stedenbouw
Opdrachtgever: Stadt Bocholt
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met SeARCH en ARUP
Programma: -
Oppervlak: 23 ha Bouwsom: € 14 mil. incl. bruggen
Voor dit 35ha groote industriële gebied hebben B+B en SeARCH in 2009 en stedenbouwkundig plan gemaakt en de tweede prijs gewonnen. In 2013 was onze team gevraagd de ontwikkeling van de publieke ruimte uit te werken en een stappenplan voor te stellen voor de kwalificering van dit gebied voor de Regionale 2016, een stimuleringsprogramma van de West-Münsterland. Het bijzondere van dit gebied tussen de binnenstad van Bocholt en de Aa-Meer is de textiele geschiedenis – meer dan 2 eeuwen lang zijn hier onder andere de wereldberoemde blauw en rood geblokte theedoekjes geproduceerd en hebben een kleine industrielandschap van sheddaken, baksteenmuren, schoorstenen en productierelicten achtergelaten die nu op een herontwikkeling tot een woongebied wachten. Het plan van B+B en SeARCH toont de rijke geschiedenis in de nieuwe publieke ruimte en legt met de verborgene kwaliteiten van de Bocholter Aa een goede basis voor de toekomstige ontwikkelingen. Wij stellen voor de twee textiele museums met een veelvoudig bruikbare podiums brug met elkaar te verbinden. De oeverzones in het gebied krijgen door verschillende ingrepen een nieuw gezicht, maken interactie met het water weer mogelijk en verrijken de ecologie rond het water. Door de oever op verschillende manieren te verbreden is ook de overstromingssituatie bij hoogwater verbeterd. De toegankelijkheid van het gebied wordt met een onderdoorgang onder een bestaande brug en het toegankelijk maken van een oude spoorbrug verbeterd en nieuwe fiets- en wandelpaden beleven het areaal. Het textiele park met de vervende bomen vertelt iets over de verbinding van planten en industrie en verrijkt samen met de waterspeeltuin de park- en groenstructuur van Bocholt. Verschillende sporen uit het industrieel verleden zoals muren, gebouwtjes, verharding, spoorbanen en oude bomen worden in het ontwerp geïntegreerd en door kleine ingrepen geënsceneerd. Met een faseringsplan tot het jaar 2016 hebben wij een vorstel getoond om transformatie als kans te begrijpen en ook toekomstige ontwikkelingen van de textielindustrie hier een plek te geven.
Wende keit möglich
2
L 57
ße
ra erst
nst
tro's Maes KLUP
raße
osco-St
Don-B
stra arck Bism ße rg-
Overbe schule
lle
Sportha
Tex ti We lWerk bere Boch i o
Gleise
hDre e sch
72 L5
lt
Web
erei
plat
z
e Th od He
orGle ise
Radsch nellweg
ing
s-R
Café
us Po diu
m -B
rü
ck e
Café
fen
stu
de
rücke
Steg
Sekundäraue
and
ndw
alte
Spu
Auenpark
Pla tz
Sitzstuf en
e Brücke
e
selzon
rwech
Wasse
Quartiersbrücke
omena
Uferpr
Versunken
fen
stu
Sitz
Steg
Platz
Alte Eisenba hnb
Theodor-Heuss-Ring
Sitz
Wassersp
ielplatz Eisenb
Radweg
ahnpla
tz
dweg
Ra
L 572
Wohnen
Museumsplatz
Birken
hain
Staubturm
Torgebäude
Ehem. Maschinenhaus
Theodor-Heuss-Ring
Mü
Lernwerk
Parken
Platz
Büro / Dienstleistung
Industriestraße
TextilWerk Bocholt Spinnerei
Verwaltungsbau (Bestand)
Büro / Dienstleistung
Industriestraße
Bürogebäude
Machine + Duin Sluizencomplex Ijmuiden, Velsen (2002 - heden)
Type: Landschap, Infrastructuur
Opdrachtgever: Rijkswaterstaat
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: nieuwe en bestaande sluizen, werkterrein en infrastructuur
Oppervlak: Bouwsom: € 900.000.000,-
In 2002 won bureau B+B een meervoudige opdracht van Rijkswaterstaat voor de landschappelijke inpassing van de sluizen bij IJmuiden. Het enorme complex bij IJmuiden bestaat uit verschillende sluizen, waarvan de eerste gebouwd in 1896 en de laatste in 1929. Aanleiding voor de opdracht was de vertroebeling van de samenhang op het terrein en het op stapel staande project Zeepoort, dat een uitbreiding van het complex met een vierde grote zeesluis en een nieuw verkeersleidingscentrum behelst. B+B zoekt de opgave in het contrast tussen de nieuwste techniek van infrastructuur en het samenkomen van industrielandschap met duinnatuur. In de visie ‘Machine+Duin’ stelt het bureau voor om het voormalige duinlandschap terug te laten keren op de landtongen tussen de sluizen. Een rijkelijke inzaai met ruig bloemrijk grasland zorgt voor een scherp natuurlijk contrast met de civieltechnische omgeving. Deze sterke landschappelijke eenheid vormt een entree naar Amsterdam voor schepen vanuit de hele wereld en vooral een entree naar Europa’s Rijnlandschap. Bij de inpassing van de nieuwe zeesluis ging het om het opzoeken van ruimte tussen de bestaande sluizen om zo een nieuw bouwwerk in de bestaande context te voegen. Een nieuw kunstwerk biedt zo de kans om de ruimtelijke en landschappelijke samenhang van het bestaande complex te herdefiniëren en een nieuwe laag daaraan toe te voegen die de plek tot zijn recht laat komen.
in de duin gegraven het oude havenmond, de noordzeekanaal en de eerste sluizen
ook de belevenis van het sluizenspectakel vanuit het land speelt een belangrijke rol voor de ruimtelijke kwaliteit van het complex
+ machine machine en duin - het basisprincipe voor de landschappelijke inpassing en het formuleeren van het esthetische programma van eisen
Duin
Centraal Station Arnhem, Nederland (2002-heden)
Type: Openbare Ruimte, Infrastructuur Opdrachtgever: Gemeente Arnhem
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur ism UN Sudio & Atelier Lek
Programma: Busstation, taxistandplaats, plein, zitelementen, verlichting
Oppervlak: 30 000 m2
In het hart van Arnhem wordt een complex stukje stad heringericht: het stationsgebied. De centraal gelegen transferhal bied rechtstreeks toegang bied trein, taxi, bus, fiets, auto, kantoor en stad. Bij het samenbrengen van al deze vervoersnetwerken is dankbaar gebruik gemaakt van het voor Arnhem kenmerkende natuurlijk glooiende landschap. Het stationsgebied ligt op de overgang van de Veluwe naar de rivier de Rijn. De aanwezige hoogteverschillen van soms wel twintig meter, zijn gebruikt om het stationsgebied te ontwikkelen tot een stedelijk landschap dat de verschillende bezoekersstromen, voorzieningen en belevenissen in zich op neemt en in zijn plooien bijeenbrengt. De verschillende deelgebieden zijn opgevat als één continu en coherent maaiveld. Zowel de binnenals de buitenruimte wordt uitgevoerd in natuursteen. De legrichting van het natuursteen voegt zich door middel van knikken tot de verschillende richtingen van de ruimtes en vormt hierdoor als het ware de vingerafdruk van het gebied. In de verharding geven roestvast stalen cijfers op subtiele wijze de hoogtes in het gebied aan. Veiligheid en bezoekersstromen van de 65.000 reizigers die hier dagelijks hun weg vinden staat voorop. Het station is naast een overzichtelijke transitieruimte, de entree van Arnhem en een aangename ontmoetingsplek. Een plek die de aankomst in de stad tot een belevenis maakt. Om het stationsgebied aan te laten sluiten op de groene identiteit van Arnhem worden een aantal grote bomen gepositioneerd op strategische punten. Deze bomen vormen altijd een punt op de horizon wanneer men beweegt door het stationsgebied zodat de oriëntatie verbetert. Daarnaast vormen verschillende groepjes bomen en tuinen verblijfsplekken met natuurlijke kwaliteit. Een grote meerstammige plataan staat op het stadsbalkon en vier mooie Gleditsia’s op het entreeplein. De uitzonderlijke randlengte die de hoogteverschillen met zich mee brengt worden gebruikt als zitgelegenheid. Diverse banken komen voort uit het maaiveld en worden gemaakt uit hetzelfde natuursteen. De toevoeging van houten zittingen zorgen voor extra comfort. Voor het gehele gebied is, in samenwerking met Atelier Lek een verlichtingsconcept ontwikkeld. Per plek is specifieke verlichting ontworpen in samenhang met de architectonische verlichting van de stationshal.
Plankaart Arnhem Centraal
inspiratie voor de richtingen van de natuursteen
Participatie Marktplein Papendrecht Papendrecht, Nederland (2001–heden)
Type: Visie binnenstad, openbaare ruimte, plein, participatie
Opdrachtgever: Gemeente Papendrecht
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: Marktplein
Oppervlak: 1,2 ha Bouwsom: 1,4 mill. euro
In 2012 zijn door de kinderen uit de groepen 7 en 8 van de Papendrechtse basisscholen op een ludieke wijze ideeën in beeld gebracht over de toekomstige inrichting van het plein. In 2013 heeft dit een vervolg gekregen waarbij verenigingen en maatschappelijke organisaties in Papendrecht zijn benaderd om hun visie te geven op mogelijkheden voor toekomstige evenementen op het marktplein. Aan de hand van deze inbreng, zijn in gesprekken gevoerd met ondernemers, belanghebbenden, geïnteresseerde verenigingen, maatschappelijke organisaties en omwonenden. Ook is door de wethouder en Bureau B+B een Papendrechtse basisschool bezocht. De diverse ideeën die de gemeente al waren aangereikt, zijn gebruikt om het gesprek te voeren over wat men belangrijk vond bij de herinrichting. Met medewerking van Bureau B+B zijn de (maatschappelijke) wensen vertaald naar vier verschillende varianten voor een toekomstige inrichting van het plein. De vier varianten zijn in december 2013 tentoongesteld in een expositie in het gemeentehuis en op de website www.papendrechtmarkt.nl. De varianten waren zeker nog geen definitieve ontwerpen. De bedoeling van de expositie was juist om bij de Papendrechters op te halen welke ideeën er bij hen leven voor het marktplein, maar ook om de gevoelens te vernemen die de geschetste varianten oproepen. Binnen elk model was nog veel mogelijk. Alle inwoners van Papendrecht zijn in de gelegenheid gesteld hun voorkeur voor een van de varianten uit te spreken, maar ook om aan te geven wat hen in de verschillende varianten aansprak of juist wat voor verbetering vatbaar was. Met een korte, maar krachtige publiciteitscampagne, ook via ‘social media’ heeft de gemeente haar best gedaan zoveel mogelijk Papendrechters te bereiken. Uiteindelijk hebben bijna 2000 mensen van de gelegenheid gebruik gemaakt om hun voorkeur uit te spreken. Meerdendeel van de inwoners koos voor het ontwerp: Meander met bloemen.
Presentatie en tentoonstelling in het Gemeentehuis
Promotie Team
Infoavond raadsleden
Bezoek en workshop op de Prins Florisschool
Website papendrechtmarkt.nl
Presentatie infoavond raadsleden
47%
VARIANT 4 meander met bloemen
VARIANT 3 WATERSPEL
13%
VARIANT 1 de groene kamer
22%
VARIANT 2 boOMeilanden
17%
De Klimaatvriendelijke Stad De Baarsjes, Amsterdam, Nederland (2009)
Type: Onderzoek
Opdrachtgever: Milieubureau Amsterdam
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: -
Oppervlak: Bouwsom: -
Op uitnodiging van Milieucentrum Amsterdam heeft Bureau B+B een bijdrage geleverd aan de expositie ‘De Klimaatvriendelijke Stad’. De vraag was om ideeën te ontwikkelen die bestaande wijken met een hoge dichtheid duurzaam maken. In dit geval ging het om stadsdeel De Baarsjes in Amsterdam. Met het gegeven dat de voedselproductie in de wereld in 2050 verdubbeld moet zijn, richt het voorstel zich op het produceren van voedsel in de stad. Aangetoond is hoe de voedselproductie in de Baarsjes binnen de bestaande stedelijke structuur stapsgewijs kan worden vergroot. We zijn op zoek gegaan naar ruimte in de Baarsjes voor het produceren van voedsel. De Baarsjes levert de benodigde ingrediënten voor 50.362 appeltaarten per jaar. Het verbouwen van eetbare gewassen start eenvoudig. Tegen de zuid georiënteerde gevels worden druiven geplant. Na 3 jaar kunnen de eerste druiven geoogst worden, daarna jaarlijks. Tegelijk wordt gestart met de aanplant van tarwe op de platte daken en gras en suikerbieten in binnentuinen in beheer van woningbouwverenigingen (totaal 52% van het woningaanbod). Ook worden de eerste kippen geïntroduceerd. De binnentuinen zijn publiek toegankelijk gemaakt zodat ook de sociale duurzaamheid van de Baarsjes wordt vergroot. De teelt wordt beheerd door de bewoners zelf of het kan worden uitbesteed. Onder de pleinen worden grote parkeergarages gemaakt voor Greenweel rijders (bewoners die de auto delen). Hierdoor kan de wijk toe met minder auto’s en is parkeren op straat overbodig. De Baarsjes is compact, je hoeft nooit ver te lopen naar de parkeergarage. Op straat komt er ruimte vrij. Hier worden appelbomen geplant. De Baarsjes is een stadsdeel waar veel culturen de openbare ruimte delen. Op de pleinen, boven op de parkeergarages, worden kassen gebouwd met exotische vruchten en kruiden als abrikozen en kaneel. Er kunnen net zo veel recepten
voor taart ontstaan als er culturen vertegenwoordigd zijn in de Baarsjes. Op de pleinen worden biologische markten gehouden waar bewoners elkaar ontmoeten en waar de oogst en gerechten worden verhandeld. Na circa 10 jaar kunnen de eerste koeien de binnentuinen gaan bewonen. Per aangegeven binnentuin kunnen een tot drie koeien staan. Zodra de koeien gekalfd hebben en ze melk produceren, zijn alle ingrediĂŤnten voor de appeltaart te vinden in de Baarsjes, en kan het eerste appeltaartenfeest worden gegeven. Onze bijdrage voor de tentoonstelling is vooral een betoog voor het benutten van locale condities voor het duurzaam maken van de stad. Het onderzoek toont aan dat duurzaamheid ook in de compacte stad mogelijk is en zoekt het in de kracht van de verbeelding. Het project laat zien dat het tot stand brengen van een meer klimaatneutrale stad ook een groenere, sociaal duurzame en meer smaakvolle stad oplevert.
0
100
200
500
1000
Centrumplan Nieuwegein, Nederland (1997–heden)
Type: Stedenbouw, Binnenstad
Opdrachtgever: Gemeente Nieuwengein
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met UN Studio en Michael van Gessel
Programma: -
Oppervlak: 67.650 m2 Bouwsom: € 8.500.000
De bouwactiviteit in groeikern Nieuwegein concentreerde zich in eerste instantie, begin jaren zeventig, op de woonwijken. Tegen de tijd dat het centrum ontwikkeld kon worden, bood het economische klimaat weinig financiële ruimte. Het resultaat was een in zichzelf gekeerd, goedkoop ogend overdekt winkelcentrum. Net als veel andere groeikernen staat Nieuwegein voor de opgave het oude winkelcentrum om te vormen tot een kloppend stadshart. De jarenzeventigstructuur gaat volledig op de schop. De ontwikkelingsvisie van de gemeente is nader uitgewerkt door Bureau B+B i.s.m. UN Studio en Michael van Gessel. Het plan accommodeert in een divers programma, waaronder woningen, kantoren, een gemeentehuis, een stadstheater, een bioscoop, een muziekcentrum, een bibliotheek en een verdubbeling van het huidige metrage winkels. Deze aanzienlijke toevoeging is alleen haalbaar met een intensief, meervoudig gebruik van de ruimte. Het stadscentrum opent zich naar buiten op een representatieve wijze en maakt contact met het water de Doorslag. De openbare ruimte is verspreid over verschillende niveaus bijeengehouden door een geplooid maaiveld, dat de bezoeker op een vanzelfsprekende wijze naar alle programma onderdelen leidt. De uitwerking van het openbareruimte ontwerp heeft als concept ‘Blooming city’. Dit is vertaald in een bijzonder bestratingspatroon van natuursteen in twee verschillende mengsels. Het patroon maakt zich vrij van het stedenbouwkundig plan en de architectuur door een abstracte weergave van natuurlijke elementen als takken en bloemen. Het groen is geconcentreerd op de pleinen. Boomeilanden en verhoogde boomvakken met geïntegreerd zitmeubilair geven ieder plein een eigen karakter. De binnenstad is verdeeld in verschillende ruimtes: het winkelplein, Markt, een stadsboulevard en het Stadsplein. Het winkelplein heeft een hoog en een laag gedeelte met een brede theatrale trap, een lift en roltrap die de twee delen verbinden. Het Marktplein is een plein met horeca, terrassen en winkels. Er staan boomgroepen met verschillende soorten (bloeiende) magnolia’s. Door een verhoging van de bestrating onder de bomen, hebben de wortels voldoende ruimte. Rond de boomgroepen vormen banken gezellige zitjes.
Stationsplein Zwijndrecht Zwijndrecht, Nederland (2007–2012)
Type: Openbare Ruimte
Opdrachtgever: Gemeente Zwijndrecht
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met de gemeente Zwijndrecht en het Ingenieursbureau Drechtsteden Programma: AAaneengesloten pleinruimte, ensemble van groene eilanden, bushaltes, taxistandplaats Oppervlak: 11.100 m2 Bouwsom: € 1.850.000,-
Bij aanvang van het project trof Bureau B+B een woestijn aan van verschillende soorten en kleuren steen. Een ruimte waar de voetganger aan zijn lot werd overgelaten op een voor busverkeer ingerichte pleinruimte. Geen representatief entreeplein van de tuinstad Zwijndrecht. Directe aanleiding voor de herinrichting van het stationsplein Zwijndrecht is het project ‘Hoogwaardig Openbaar Vervoer Drechtsteden’. Een regionaal project met de intentie het openbaar vervoer sneller, klantvriendelijker en veiliger te maken. Wij hebben ons in dit project afgevraagd hoe dit stationsplein getransformeerd kon worden naar een representatieve entree van Zwijndrecht, waarbij de specifieke lokale groene kwaliteiten het beste tot uitdrukking kwam. Er is om die reden voor gekozen om de bushaltes te verplaatsen en een compacte opstelling van bushaltes aan de Stationsweg te maken. Met deze keuze kwam er veel ruimte vrij voor het stationsgebouw. Een aaneengesloten pleinvloer van gebakken steen loopt van het station tot de gevels van de winkels aan de overzijde. Deze vloer zorgt voor een rustige basis en smeed het plein tot een geheel. Door een ensemble van verhoogde groene eilanden krijgt het plein een uitgesproken groen karakter. Deze eilanden begeleiden bezoekers over het plein naar de bussen, taxistandplaatsen en belangrijkste aansluitende straten. Ze zijn beplant met een mengsels van siergrassen, aangevuld met vaste planten en bollen. Elk eiland heeft één kleur bloeiende beplanting die door het jaar heen verschillende bloemen geeft. De beplanting wordt in het voorjaar gemaaid, waardoor de vegetatie een compactere groeiwijze krijgt en onkruid wordt tegengegaan. Door het eenvoudige beheersregime kan de vegetatie binnen het beperkte beheerbudget worden onderhouden. De randen zijn vormgeven met prefab beton elementen die als zitrand kunnen worden gebruikt. Hiermee is het plein zowel een ontmoetingsplek als een aangename transitiezone geworden.
Havenplein Zierikzee Zierikzee, Nederland (2011–2012)
Type: Openbare ruimte, Binnenstad Opdrachtgever: Gemeente Schouwen Duiveland
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur
Programma: gemengd gebruik straten, pleinen, groenstructuur parkeren
Oppervlak: 7280 m2 Bouwsom: € 1.210.000,-
Gelegen in het uitgestrekte open Zeeuwse landschap en de Oosterschelde ligt de compacte binnenstad van Zierikzee. Het ruimtelijke contrast tussen ‘binnen en buiten de vesting zijn’ is kenmerkend. Het nautisch karakter van Zierikzee is nog steeds beleefbaar in stad en de relatie met het water is sterk, mede door de zichtbaarheid van eb en vloed. De stad dankt haar monumentale rijk versierde panden aan de handel over zee. Daar waar vissersdorpen soms sober of wellicht volks zijn in hun cultuuruitingen heeft Zierikzee een rijke cultuur van verfraaiing. Dit zijn ruimtelijke kwaliteiten die ertoe uitnodigen straat en stad verder te ontdekken. In de zomer is er veel dagtoerisme, het toeristisch seizoen wordt steeds langer en de verblijfseconomie belangrijker. Om die reden heeft de Gemeente Schouwen Duiveland besloten de verblijfskwaliteit van de openbare ruimte van de binnenstad te verbeteren. Bureau B+B is gevraagd een visie voor de gehele binnenstad op te stellen en om één van de zeldzame open plekken in de compacte binnenstad, het Havenplein, her in te richten. De Oude Haven met het daaraan gelegen Havenpark en Havenplein vormt de schakel tussen de binnenstad en Oosterschelde. Havenplein, Havenpark en Oude Haven waren oorspronkelijk één havenkom. Ze vormen nog steeds een drie-eenheid van ruimten. De drie-eenheid is evident maar wordt in het ontwerp verder versterkt. Om deze eenheid te versterken wordt de Oude Haven, het plein en het park omzoomd met dezelfde mix van gebakken klinkers. Er wordt een specifieke mix van gebakken klinkers ontwikkeld voor Zierikzee. De kleur van de mix heeft een rijke schakering van genuanceerde kleurverschillen per klinker. De kopse kanten van de drie ruimten worden ruimtelijk en functioneel verbonden doordat men obstakelvrij vanuit de ene ruimte in de andere kan kijken. Daarbij kan men straks makkelijk over het plein door het park naar de Oude Haven lopen.
Het Havenplein is een ruimte die zowel op als aan het plein verschillende functies herbergt. Onder andere winkels, terrasjes, de weekmarkt en de paardenmarkt. Een ruimte die flexibel is in gebruik. Door het plein te transformeren van parkeerterrein naar een open flexibele ruimte wordt de gebruikswaarde beter benut. Op het plein is ruimte voor terrassen. Door een subtiel en terughoudend materiaal gebruik wordt de rijkheid van de versierde gevels benadrukt en zichtbaar. De particuliere stoepen behorende bij de afzonderlijke gevels worden, daar waar ze zijn verdwenen, weer teruggebracht. De oude kasseien uit de binnenstad worden gezaagd en hergebruikt op het plein. Door het gezaagde oppervlak is het plein makkelijker begaanbaar geworden. Een uitgesproken decoratief bestratingspatroon met een vormentaal ge誰nspireerd op de het verloop van de geulen van de Oosterschelde, verrijkt de pleinvloer. Het meubilair wordt tevens verrijkt met de filigraan technieken die ook in de Zeeuwse Knoop zijn terug te vinden.
Voor de ervaren vorser Oostvaardersland, Lelystad, Nederland (2009–2010)
Type: Landschap, Water
Opdrachtgever: Staatsbosbeheer
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met HL architecture
Programma: Natuur, 125 parkeerplaatsen, 30 fietsen, 3 ecolodges en een natuurkampeerterrein Oppervlak: 260 ha Bouwsom: € 3.400.000,-
Het tussen Lelystad en Almere gelegen natuurgebied Oostvaardersplassen zal met aangrenzende gebieden ontwikkeld worden tot een 15.000 hectare groot aantrekkelijk natuur- en recreatiegebied: het Oostvaardersland. In 2009 schreef Staatsbosbeheer als beheerder van het gebied een openbare prijsvraag uit voor een nieuw Natuuractiviteitencentrum (1.100 m²) voor de verwachte 150.000 jaarlijkse bezoekers. Bureau B+B werkte samen met HL Architecture en werd tweede met een poëtisch plan waarin de bodemgesteldheid de architectuur en het landschap op een vanzelfsprekende manier verweeft. Aan de basis van het plan ligt een ingreep die het landschap zal veranderen: het verhogen van het waterpeil en het koppelen ervan aan dat van de Oostvaardersplassen. Langzaam zal de grote open plas die zo ontstaat verlanden, waarna zich een nieuw dynamisch evenwicht vormt. Weersinvloeden zoals de wind, waterdieptes en eventueel peilverschil tussen de seizoenen zullen de uiteindelijke verschijningsvorm van het gebied bepalen. Via de hoge Knardijk, vanwaar je het gehele natuurgebied kan overzien, is het bezoekerscentrum te bereiken. Aan de voet van de dijk liggen smalle parkeerveldjes tussen wilgenbomen. Een 3,5 meter breed pad van iets uit elkaar gelegde zandkleurige betonnen bielzen slingert naar het natuurcentrum, dat hier al jaren lijkt te liggen, half weggezakt op de voormalige zeebodem. Op de nieuwe overgang van land naar water, de plek waar natuurlijke processen manifest zijn en die telkens opgezocht zal worden door fauna met allerlei pluimage, reflecteert het ringvormige, glanzende gebouw de omliggende natuur en de voortdurend wisselende wolkenluchten. Om, in en op het gebouw ontstaat een ruimte die fungeert als basiskamp voor lange wandeltochten, als uitkijkpunt – je loopt zo het dak op – en als rustige verblijfsplek. Binnen in de ring is de entree van het natuurcentrum, een speelplek, een stookplaats en een lange tafel. Toch is het landschap nog zichtbaar onder het gebouw door, en loop je zo naar de oever van het water. Vanuit het centrum lopen verschillende soorten paden het natuurgebied in.
1. high waterlevel
2. intermediate waterlevel
3. low waterlevel
koppelen watersysteem
open water nieuwe situatie
paden Oostvaardersveld
huidig waterpeil
Direct na het instellen van het nieuwe peil ontstaat er een grote open plas. Deze zal gedeeltelijk verlanden waarna er een nieuw dynamisch evenwicht ontstaat. Weersinvloeden als wind, diepte van het water, en eventueel peilverschil tussen seizoenen bepalen de uiteindelijke vorm van de nieuwe plas.
verhoogd waterpeil
Ode aan het Brabantse land Veghels Buiten, Veghel, Nederland (2006−2012)
Type: Stedenbouw, Landschap
Opdrachtgever: Gemeente Veghel
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur vanaf 2009 in samenwerking met LoosvanVliet
Programma: 2.000 woningen, basisschool 5.000m2 bvo, wijkcentrum 1.500m2 bvo, detailhandel 1.500m2 bvo en zorgcentrum 550m2 bvo Oppervlak: 330 ha Bouwsom: €-
De ruimtelijke opgave voor Veghels Buiten bestaat uit het gefaseerd realiseren van 2000 woningen met aanvullende voorzieningen. Het nieuwe woongebied wordt niet in één keer planmatig ontwikkeld. Het masterplan van Bureau B+B is een organisch groeimodel en houdt een geleidelijk op de behoefte afgestemde ontwikkeling in. De ontwerpers interpreteerden het gebied als een ‘Brabant in het klein’, waar in de twintigste eeuw verschillende pogingen om tot te komen een concentratie van verstedelijking zijn stukgelopen en het gespreide patroon van nederzettingen nog altijd het karakter bepaalt. Veghels Buiten is aldus opgezet als een ‘suburbane sterrennevel van dorpse enclaves’: compact bouwen in nieuwe woonkernen met circa 30 tot 250 woningen. De kernen hebben elk een eigen identiteit. Ze liggen vrij in het landschap en worden verbonden door een eenvoudig nieuw bochtig lint met een landelijk karakter en een lage toegestane rijsnelheid. Op basis van het oude verkavelingspatroon onthouden nieuwe coulissen de bezoeker van verre zichten en wekken ze de verwachting van een eindeloos onthaast landschap. Tussen de enclaves ligt een fiets- en voetpadenstructuur die gebruikmaakt van oude zandpaden. Extensieve veehouderijen, eventueel gecombineerd met hobbyboeren en paardenweides, zullen de basis vormen van het landschapsbeheer. Het watersysteem bestaat uit vloeivelden, bestaande watergangen en een nieuwe ecologische greppelstructuur. Het masterplan onderscheidt twee landschappelijke eenheden: de oude ontginning, een kleinschalig landschap met kronkelige linten en mooie doorzichten en de nieuwe ontginning, een regelmatig, meer open boomkamerlandschap. Op de oude ontginning wordt niet drastisch uitgebreid, waar mogelijk worden kleine hoeveelheden woningen toegevoegd, meestal achter de bestaande kernen. Op de nieuwe ontginning is de nieuwbouw te gast in het
Kilen, a C2C inspired development Kilen, Ronneby, Sweden (2014)
Type: Vision, concept / sketch design Client: Municipality Ronneby
Designteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur, LIAG architects, Except
Program: Playground, youth space, navigable water / recreational water, lake amphibian
Surface: 5,5 acres Budget: -
In march 2014, B+B was invited to attend a workshop about the Kilen area in Ronneby, Sweden. Together with Liag and Except we were one of the international teams to create a developing strategy for the Kilen area. The workshop was organized by the municipality of Ronneby and the goal was to broaden the perspectives, develop ideas and finding models for the future of Kilen, all inspired by Cradle to Cradle. The area of Kilen is an almost empty space with some businesses on a very central location of Ronneby. The city is known for its oldest and most famous wellness centre of Sweden. The goal is to transform the Kilen area into a lively and sustainable neighbourhood that leaves a positive footprint instead of a less negative, and also strengthening municipal and regional competitiveness. Ingredients to work with are: inspired innovation, positive effect on the environment, contributes to human health, a part of the city-centre, a meeting point for everyone, and beautifies Ronneby. Rather than developing a masterplan being filled in over time, guidelines are suggested. These guidelines are open for change and adaptable to future needs of the development the upcoming years. To organize the development an entity or the purpose of the development of Kilen is established. This entity takes care of all the goals and wishes. Parties who want to join the development become share-holders and by doing so commit themselves to the goals. The municipality van provide startup capital and be the main share-holder. The guidelines are put together into a roadmap for demand driven development and contain different steps that need to be taken over time, starting today. Examples of such steps are to design a park along the river that cleans the polluted soil and connects Brunnspark with the city centre, or make flexible and temporary structures to initiate new activities on Kilen, which can be replaced with permanent buildings over time. Also invite local people and businesses to present their ideas and plans for Kilen, or build ‘the house of the future’ on the site and test it to get some real life data for improvement.
By doing so a new form of urban planning will be established. Therefore also the legal instruments have to be flexible enough to allow a development rather based on flexibility and changes in time than on a known masterplan. The urban plan will then be based on local needs and possibilities. Not only profit is the driving force but also other aspects as health, pleasure and biodiversity will be taken into account. A healthy and happy neighbourhood with a sound mix of functions can evolve on Kilen. An example of daring to change the world will be established by using the best available and also doing things differently where necessary.
INCABATOR INITIATES TEMPORARY DEVELOPMENT
phase 1 phase 1: incubator on site connect to the train station plants in park clean the soil
phase 2
phase 2: incubator initiates temporary development new connection river plants in park clean the soil
TEMPORARY HOUSING BECOMES PERMANENT
phase 4
phase 3 phase 3:
connection pedestrians from fly-over into area new connection river temporary use existing shed
phase 4: flexible use buildings along the river road connection with parking facilities railwaystation development other side of railway
phase 5:
soil is clean, soil ready to be built on more buildings and public space
final phase: possible outcome of the urban development. High quality public space with mixed-use flexible buildings. A very pleasant area, all C2C.
Innovatiepool Turnhout Turnhout, Belgie (2010–heden)
Type: Stedenbouw, Openbare Ruimte Opdrachtgever: Stad Turnhout
Ontwerpteam: Bureau B+B stedebouw en landschapsarchitectuur in samenwerking met Barchitecten Programma: 60.690 m2 wonen, 8.450 m2 commercieel, 34.030 m2 kantoren, 5.265 m2 publiek, spoorwegonderdoorgang, stationsplein, busstation, plein, hof, openbare tuin en straten Oppervlak: 16,3 ha Bouwsom: €-
De stad Turnhout wil het plangebied ontwikkelen tot een Innovatiepool voor Life Science en Global Care. Daarbij gaat het niet alleen om onderzoek en innovatieve projecten rond zorg en wonen maar ook om nieuwe integrale woonzorg concepten en een integrale hoogwaardige openbare ruimte. Bureau B+B en B-architecten hebben zich de vraag gesteld in hoeverre de wensen van de stad Turnhout vertaald kunnen worden in een onderscheidende stedenbouwkundige structuur en bijbehorende publieke ruimte, als identiteit voor de Innovatiepool. De locatie kenmerkt zich nu door verlaten grote loodsen met fantastische kapconstructies, stenen muren, rafelige achterkanten, kleine grondgebonden woningen, Mariabeelden, oude tuinen met grote bomen. Verborgen kwaliteiten die wij, verweven in een nieuwe stedenbouwkundige structuur, weer tot leven willen laten komen. Het stationsgebied vormt een entree naar de stad en naar de Innovatiepool. Deze stedelijke ruimte wordt geaccentueerd met een nieuw plein, ontdaan van doorgaand autoverkeer en gemarkeerd door een grote sculpturale luifel. Een glazen constructie functioneert als verbindend element, waar rond alle functies van het station een plek kunnen vinden. Aan de westzijde krijgt het stationsplein een nieuwe gevel, een markant gezicht van de Innovatiepool. De stedeling wordt met een passage onder het spoor door begeleid naar het vernieuwde stadsdeel, de Innovatiepool. Midden in de Innovatiepool bevindt zich een plein als centrale ontmoetingsplek van het gebied. Deze publieke ruimte voegt zich in een reeks van stedelijke pleinen, publieke tuinen, gaanderijen, binnenplaatsen, straten en achterpadden. De drie gebouwen rond het plein dragen stedelijke functies die het gebied ten allen tijde opladen: wonen, werken en publieksfuncties. De markante silhouetten refereren naar de grote industriële bedrijvigheid die hier lange tijd gevestigd was.