2 minute read

tentoonstelling

Next Article
Erfgoed

Erfgoed

mode en mannelijkheid

‘masculinities’, de nieuwe thematentoonstelling van het mode & kant museum belicht verschillende soorten mannelijkheid, gekoppeld aan de mode van de laatste 240 jaar. Een thema dat zelden aan bod komt. niet verwonderlijk, ontwerpers focusten zich immers lang enkel op de vrouwenmode.

Advertisement

Tot het laatste kwart van de 18de eeuw rivaliseerden de kokette mannen met de vrouwen. De kledij was even luxueus en mooi versierd. De man droeg een driedelige outfit met vest, mantel en kniebroek of ‘culotte’. Van het Ancien Régime bleef alleen maar bourgeoisiekledij bewaard. De gewone man en vrouw droegen hun spullen tot ze door en door versleten waren en gooiden ze dan weg.

comfort

Rond 1820 kwam er verandering. De kniebroek geraakte in ongebruik en het driedelige ensemble bevatte nu de ‘pantalon’. Dit onder invloed van meerdere factoren. In de Franse revolutie had het ‘volk’ een grote rol gespeeld. De revolutionaire mannen droegen toen lange broeken en hadden de bijnaam ‘sans-culottes’ gekregen. Maar ook de mentaliteitsverandering in de periode van het rococo en de gedachten van filosoof Jean-Jacques Rousseau waren belangrijk. De vrijheid en het speelrecht van het kind zorgden voor een soepelere, lossere of ‘casual’ kledijstijl. Vanaf de 19de eeuw zullen soberheid, vereenvoudiging, het belang van de praktische, grotere bewegingsvrijheid en een beperkt aantal donkere kleuren ‘bon ton’ worden. Er is een voorkeur voor wol, in tegenstelling tot de luxestoffen van vroeger. De Engelse psychoanalyticus John Carl Flügel omschreef dit als ‘de grote mannelijke afwijzing’. Engeland en Amerika werden leidinggevend, in tegenstelling tot de vrouwenmode, waar men naar Parijs keek.

Jean Paul Gaultier © Kerry Taylor Auctions

speels

De creatieve ontwerpers gingen echter in de loop der jaren spelen met de lengte van het jasje, de vorm van de broekspijpen, het postuur, het aantal knopen, de insnoering of tailleversmalling, de snit van de revers, de vorm van de zakken enz. Vanaf de jaren ’60 en ‘70 van de vorige eeuw zorgen Britse en Franse ontwerpers en Giorgio Armani voor meer kleuren en soepelheid. Wat popgroepen als de Beatles en de Rolling Stones dragen wordt door de babyboomers nagevolgd. Het duo Vivienne Westwood en Malcolm Mc Laren keren na hun punkmode terug naar de romantiek en verdedigen een theatrale en androgyne stijl, met knipogen naar het verleden. Ontwerpers laten zich ook inspireren door sportkledij en de kledij van alpinisten, militairen, piloten, cowboys, motards, torero’s of matrozen. Zo maakt Jean-Paul Gaultier in 1983 de matrozentrui met strepen tot een belangrijke outfit voor de vrije en onverschrokken man.

Op de eerste verdieping zien we ‘alternatieve’ mannelijkheden: kledij voor de dandy, voor de pauwman (peacock man) en de kwetsbare man, maar ook jurken en Schotse rokken of ‘kilts’. Deze kledij werd in de oudheid en de middeleeuwen gedragen, en is nog steeds in het Oosten en in bepaalde Afrikaanse landen een normale outfit. In sommige West-Europese milieus - zoals bij justitie en de clerus- zijn deze dingen geen taboe. De meest gedurfde ensembles zijn van de hand van Rick Owens en Jean-Paul Gaultier. Vrouwen dragen al lang de broek. Wanneer durft de man de rok te dragen? De tweede verdieping laat unisex- of niet-binaire mode zien. ‘Genderless’ mode bestaat al vanaf de jaren 60, gedragen door een beperkt publiek. Met enkele mooie creaties van Brusselaars Y-Project en Mosaert wordt de expo afgerond.

n tekst: machteld de schrijver

Tot 23 mei in het Mode & Kant Museum, Violetstraat 12, 1000 Brussel. Info: www. fashionandlacemuseum.brussels. Op donderdag 6 mei kan je met het BOp de tentoonstelling bezoeken: raadpleeg hiervoor de kalender.

This article is from: