10 minute read

het interview

EEn PlEidooi En oProEP van johan lEman

‘EEn OudErEnrEchtEncOmmissariaat is nOOdzakElijk’

Advertisement

johan leman (74) was kabinetschef van koninklijk commissaris voor het migrantenbeleid Paula d’hondt, tien jaar lang directeur van het centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding, is hoogleraar antropologie aan de ku leuven, was directeur en nu al dertig jaar voorzitter van het regionaal integratiecentrum foyer in molenbeek. de laatste maanden treedt hij vooral op de voorgrond als pleitbezorger voor de oprichting van een ouderenrechtencommissariaat (orc).

‘Ik ben geen expert in de ouderenproblematiek, al behoor ik ondertussen zelf tot de doelgroep (lacht). Maar ik heb wel jarenlang ervaring met het reilen en zeilen van een commissariaat, zij het dan op het vlak van migratie en racisme.

hoe kwam je op het idee voor een orc?

Dat is ontstaan is tijdens de eerste lockdown. Van de ene op de andere dag mochten grootouders niet langer voor hun kleinkinderen zorgen, werd uitrusten op een bankje geverbaliseerd, mochten bewoners van woonzorgcentra (wzc’s) geen bezoek meer ontvangen … Margot Cloet floot bevoegd minister Beke terug over het bezoekrecht in wzc’s en volgens een hoogleraar moesten mensen vanaf een bepaalde leeftijd verplicht in lockdown. En dan moesten het schrijnende getuigenissenboek Stemmen uit de stilte van de Vlaamse Ombudsdienst en het ontluisterende rapport van Amnesty International – beiden over de situatie in de wzc’s – nog verschijnen.

En dan kruip jij meteen in jouw pen?

Niet in mijn pen, ik ben mee met mijn tijd en postte een bericht op mijn Facebookpagina (lacht). Ik schreef dat verstandig omgaan met leeftijd als bepalende factor in de samenleving een van de lessen is uit de coronacrisis. De kwaliteit van een samenleving laat zich onder meer aflezen uit de manier waarop ze omgaat met mensen die niet produceren en renderen. Beslissingen over deze mensen worden zonder enige vorm van inspraak genomen door zij die tot de zogenaamd productieve leeftijdsklassen behoren. En de samenleving krijgt dat als evidentie ingelepeld.

maakte je dan meteen de link naar een op te richten orc?

De dag nadien schreef ik een uitgebreider bericht, waarin ik voor het eerst pleitte voor een ORC. Kort voor het einde van mijn mandaat op het Centrum voor gelijkheid van kansen en voor racismebestrijding had ik nog bekomen dat de bevoegdheden van dat centrum werden uitgebreid met het bestrijden van discriminatie op basis van leeftijd, maar sindsdien was ik er niet veel mee bezig geweest. Ook verduidelijkte ik wat ik eerder op Facebook geschreven had: dat ik oprecht geschrokken was om te zien hoe sommige wzc’s met ouderen omgaan en hoe de bevoegde Vlaamse overheid handelt als er zich binnen die wzc’s een probleem stelt. Daarbij verwees ik naar een artikel van jurist-journalist John de Wit in de Juristenkrant, waarin hij pleitte voor een ouderenrechtencommissariaat. Gelet op het feit dat in Vlaanderen 20% van de bevolking senior is en dat er 645.000 80+ers zijn, was daar zeker iets voor te zeggen.

maakte je dat voorstel meteen concreet?

Om te beginnen nam ik het voorstel van John over om zo’n ORC te vragen een jaarlijks Senioreneffectenrapport te schrijven. Ik stelde voor om kort en krachtig enkele consensusvoorstellen op papier te zetten en dan actie te ondernemen. Misschien konden we hierover een (digitale) denktank opstarten. De opdracht leek me duidelijk: met consensus werken, geen klaagmuur optrekken en los staan van eigenbelang en partijpolitieke recuperatie. Ik pleitte er in dat verband voor dat we bestaande ouderenverenigingen – zoals het BOp – uiteraard moeten respecteren en ze welgekomen partners zijn bij het nadenken over en ondernemen van actie.

En toen ging de bal voorgoed aan het rollen?

Op mijn vraag tekenden John de Wit en Robert Crivit – lid van de commissie wonen, omgeving en mobiliteit van de Vlaamse Ouderenraad – hun visie uit over de mogelijke invulling van een ORC: dat moest een vast orgaan zijn bij het Vlaams parlement, met deskundigen uit verschillende disciplines. We voorzagen zes taken. Ten eerste: verplicht advies geven bij wetten en decreten die ouderen aanbelangen: onder meer de opwaardering voor de uitbatingsnormen van de rusthuizen, de verbetering van de rechtspositie van ouderen en de controle op de rusthuizen, de hervorming van de mantelzorg en de terugbetaling van ziektekosten. Ten tweede: lokale kernen uitbouwen en begeleiden bij het opstellen van een seniorentoets. Het Senioreneffectenrapport zou daarbij nagaan wat de gevolgen van een beleidsmaatregel zijn voor ouderen. Dat kan gaan van de heraanleg van een straat tot de verandering van de dienstregeling van trein en bus. Een dergelijke toets bestaat nog niet, maar zou moeten veralgemeend en verplicht worden, ook op gemeentelijk vlak. Ten derde: mutualiteiten, ouderenverenigingen en consumenten- en mensenrechtenorganisaties begeleiden bij klachten die zij indienen tegen zorgcentra, mantelzorgers of andere personen of groepen die misbruik maken van hun positie ten nadele van ouderen. Net als het commissariaat zelf krijgen deze organisaties het recht om namens de ouderen een rechtszaak te starten, zowel strafrechtelijk als burgerlijk. Ten vierde: zelf klachten kunnen ontvangen én afhandelen. Daartoe moet het commissariaat een eigen inspectiedienst krijgen. Die dienst moet ter plekke onaangekondigd wantoestanden kunnen onderzoeken en de macht hebben om daarvoor alle documenten op te vragen en getuigen te horen. Ten vijfde: studies over de evolutie van de noden van ouderen en de demografische en financiële problemen stimuleren. In dit verband zou is samenwerking met armoedeorganisaties noodzakelijk. Ten zesde: jaarlijks een rapport met aanbevelingen publiceren over de situatie van ouderen en met eigen voorstellen rond de verbetering van hun positie. We beseften dat we dit met de Vlaamse Ouderenraad moesten bespreken, omdat enkele taken daar wellicht beter thuishoren.

Een hele boterham, die meteen duidelijk de contouren van het commissariaat vastlegde. hoe ging het dan verder?

Een werkgroep heeft deze visie bediscussieerd en naar een breder veld vertaald, uitgaande van zoveel mogelijk consensus tussen de participanten. Dit leidde tot de in november voorgestelde conceptnota Naar een Ouderenrechtencommissariaat. Van die werkgroep maakt een aantal experten deel uit, die veel meer dan ik vertrouwd zijn met de problematiek: de al vermelde Robert Crivit, Mie Moerenhout (voormalig directeur van de Vlaamse Ouderenraad), Tarsi Windey (voormalig sectorcoördinator ouderzorg van Zorgnet-Icuro) en Katrien Van de Weghe (coördinator ouderenwerking van de Sant’Egidiogemeenschap). Nadien werd die groep nog uitgebreid, onder meer met emeritus-hoogleraar Jan Vranken.

is er geen gevaar van overlapping met bestaande organisaties als de vlaamse ouderenraad, okra, s-Plus, fedos en het Bop, die opkomen voor de belangenbehartiging van ouderen?

Het commissariaat wil uiteraard graag on speaking terms zijn en blijven met alle bestaande ouderenverenigingen. Ze hebben echter ook belang bij een goede werking van het commissariaat, dat complementair zal optreden maar ook opdrachten heeft die bijvoorbeeld grondig verschillen van deze van de Vlaamse Ouderenraad. Het commissariaat heeft immers doelstellingen die nu nauwelijks aan bod komen in de belangenbehartiging van ouderen: een beleidsvoorbereidende opdracht op het vlak van een efficiënte verdediging van de mensenrechten van ouderen, een ombudsfunctie, een controle- en auditfunctie, een mogelijkheid tot burgerlijke partijstelling en sanctionerende afhandeling van klachten. Als je in dergelijke vaak ingewikkelde opdrachten

tot een grote zichtbaarheid wil komen, is het belangrijk dat er een uitdrukkelijke wil tot vernieuwende daadkracht komt. Je start geen nieuw beleid met de handrem op, wat nu het geval is bij sommige instanties voor ouderen die aan terreinbescherming doen. Vergeet ook niet dat het commissariaat een plaats zal krijgen bij het Vlaams parlement en jaarlijks een rapport over de situatie van ouderen in Vlaanderen en Brussel zal publiceren, met aanbevelingen voor het beleid. Noem het ORC gerust een noodzakelijk onderdeel van een viertrapsraket met de ouderenverenigingen en de Vlaamse Ouderenraad als basis. Zij bedienen zich van het ORC, dat voor ouderen een specifieke Vlaamse visibiliteit creëert wat rechtsbescherming betreft, dat zowel aan Unia (het Interfederaal Gelijkekansencentrum) als aan de Vlaamse Ouderenraad en het Vlaams Parlement opdrachten levert, en zelf kan optreden als actie van Unia uitblijft.

hoe willen jullie de oprichting van een commissariaat afdwingen?

We roepen iedereen om een petitie te ondertekenen, via onze website: www. initiatieforc.be. Daarbij mikken we op individuele ondertekenaars én hopen we dat ook de bestaande organisaties hun leden zullen aanzetten om dit te doen. Zo zouden we het erg op prijs stellen als het BOp de lezers van dit magazine wil aansporen om die stap te zetten. Want het BOp is voor Brussel een belangrijke gesprekspartner van het ORC.

Zijn er al reacties uit politieke hoek?

Van enkele partijen hebben we al positieve reacties ontvangen. Ik begrijp wel niet goed de houding van het kabinet van bevoegd Vlaams minister Wouter Beke (CD&V), dat geen enkele blijk van belangstelling aan de dag legt. Je zou toch vanuit die hoek een meer proactieve houding mogen verwachten. Als ik kabinetschef van Beke zou zijn, had ik al lang met de initiatiefnemers contact opgenomen en mijn minister geadviseerd om het voortouw te nemen. Hopelijk komt dat nog.

hoe zie jij het verder evolueren?

Voor de petitie mikken we op minstens 3000, zo mogelijk 5000 handtekeningen. Daarvoor rekenen we vooral op steun van de bestaande ouderenverenigingen. Zo ben ik ervan overtuigd dat een oproep tot ondertekening vanwege OKRA ervoor zou zorgen dat ook CD&V het initiatief zou steunen. Ik hoop dat de Vlaamse parlementsleden er rekening zullen mee houden dat veel mensen het idee van een ORC het bestuderen meer dan waard vinden.

slotvraag: hoe zie jij jouw rol in het orc?

Zowel de staf als de beheerraad van het op te richten commissariaat moeten bevolkt worden met deskundigen over thema’s als thuiszorg, woonzorgcentra, zorgbehoeftigen en mobiliteit. Daarnaast moeten mensen uit de ouderenverenigingen een plaats krijgen. Zelf heb ik me voor het nieuw op te richten commissariaat geëngageerd, maar zodra het er is wil ik plaats maken voor mensen met een grotere expertise.

n tekst: luc de munck

foto’s: claudine dewettinck en www.initiatieforc.be

Naar eeN oudereNrechteNcommissariaat ? Het Brussels Ouderenplatform wil Brusselse ouderen ertoe aanzetten om deel te nemen aan culturele, sportieve, educatieve, sociaal-toeristische en welzijnsgerichte activiteiten. Maar evenzeer behartigen we de belangen van die oudere en de ouder wordende Brusselaar. Basis voor onze aanpak is het erkennen en verstevigen van de sterke kanten van de oudere vanuit een geloof in hun potentieel, veerkracht en creativiteit. We willen ouderen in staat stellen om naar eigen wensen en behoeften te participeren aan de samenleving met als doel hun levenskwaliteit en die van iedereen te verbeteren: Active Ageing, het principe van het actief ouder worden. Dit houdt in dat elk individu zo lang mogelijk de regie over het eigen leven in handen houdt. Zo ondersteunen we het ‘succesvol en constructief’ ouder worden; een fysiek, mentaal en sociaal welbevinden op oudere leeftijd. Constructief ouder worden beklemtoont de bijdrage van de oudere zelf tot zijn eigen ouder worden, zonder de context uit het oog te verliezen.

Het aantal ouderen in de samenleving neemt toe: tegen 2030 zal het aandeel 65-plussers van de Vlaamse bevolking stijgen naar bijna 25%. Dat de veranderende demografische samenstelling een belangrijke impact heeft op zowat alle maatschappelijke terreinen is duidelijk en ook dat deze verschuiving grote uitdagingen in zich draagt, niet in het minst op het vlak van volwaardige participatie aan die samenleving. Niet gehoord worden of – nog erger – buitenspel gezet worden is ronduit onaanvaardbaar. Nochtans werd/wordt gedurende deze coronacrisis het tekort aan respect voor (de rechten van) ouderen nog maar eens scherp gesteld. Dat maakt onder andere een rapport van Artsen zonder Grenzen (https://www.msf-azg.be/sites/default/files/imce/ Rapport_MaisonsDeRepos/MSF_lessons%20learned%20 report_NL_FINAL.pdf) pijnlijk duidelijk. Meer dan genoeg aanleiding voor een initiatiefgroep onder leiding van Johan Leman om op te roepen tot de oprichting van een ouderenrechtencommissariaat (http://www.initiatieforc.be/wp-content/uploads/2020/12/Ouderenrechtencommissariaat-Hetconcept.pdf) dat klachten van ouderen ontvangt en behandelt, en waakt over de kwaliteit van diensten en voorzieningen. Met een ouderenrechtencommissaris die opkomt voor hun mensenrechten, desgevallend ook als burgerlijke partij.

Een oproep die het BOp heeft gehoord, bestudeerd, bediscussieerd en onderschreven. Omdat opkomen voor de belangen van ouderen onze bestaansreden is. Maar ook omdat we het belangrijk vinden om de discussie verder te voeren op het publieke forum, en – in overleg – weldoordachte antwoorden te formuleren en effectieve acties te ondernemen. De opdracht en de verhouding tussen de verschillende bestaande en nieuwe initiatieven moeten daarbij logisch en duidelijk zijn.

This article is from: