Respons: Wim Verrelst
Naar een duidelijker profiel? De nieuwe pauselijke encycliek1 oogstte een reeks commentaren. Terecht moeten we dit debat als christendemocraten mee voeren. Het kan een aanleiding zijn om ons oude begrip rentmeesterschap een meer hedendaagse invulling te geven. Zelfs de paus spreekt de mens aan als ‘verantwoordelijke beheerder’.
Weinig politici gaven tot nu hun mening over de encycliek, ook niet vanuit groenlinkse hoek 2 . Door de milieubeweging zijn geen formele standpunten geschreven. Wel enkele reacties van milieuactivisten op sociale media, maar die kwamen neer op een (te) oppervlakkige recuperatie voor het eigen klimaatverhaal. Scherpe kritiek was er van de ecomodernisten3. Zij kunnen zich absoluut niet vinden in de boodschap van de paus en noemen het een verzinnebeelding van de denkwereld van traditionele milieubewegingen: “romantische idealen van soberheid ”, “reactionair paternalisme”, “dezelfde ondertoon dat vooruitgang en consumptie zonde zijn”, “analoog religieus doemdenken”, enz. De ecomodernisten wilden daarmee eigenlijk de milieubewegingen treffen. Het algemeen standpunt van de ecomodernisten, geformuleerd in een manifest in april4, kreeg overigens stevige repliek vanuit ‘klassieke’ milieuhoek5. Wie heeft gelijk? En waar moeten wij ons als christendemocraten situeren? Alvast in hoofdstuk 5 van de encycliek vinden we een boodschap die we herkennen. Door proberen anderen te begrijpen en door in constructieve dialoog met elkaar te gaan, zullen we synthese moeten zoeken. Elk heeft voor een stuk gelijk. Ons gemeenschappelijk huis wordt het best beheerd als we op die manier tot politieke besluitvorming komen. We zitten op dezelfde lijn met de ecomodernisten als ze stellen dat technologische vooruitgang noodzakelijk is om voor iedereen op deze wereld welvaart te brengen. 7– Beschikbaar in Nederlandse vertaling: “Geprezen zijt gij – over de zorg voor het gemeenschappelijke huis” Encycliek Laudato si’ van paus Franciscus, Wereldkerkdocumenten 35, Licap, ISBN 978-94-6196-095-5. 2 Het belerend opiniestuk “De paus kan wat ik niet kan” van Kathleen Van Brempt (De Standaard 18 juni 2015) had de encycliek duidelijk nog niet gelezen. 3 “A Pope against Progress” Mark Lynas, Ted Nordhaus and Michael Shellenberger, on-line blog 20 juni 2015. 4 www.backcover.be/artikels/item/168-ecomodernistisch-manifest-de-start-van-een-nieuwe-milieubeweging. 5 http://www.bondbeterleefmilieu.be/page.php/milieublog/2015/10/287.
74
Naar een duidelijker profiel?
Voor een kringloopeconomie die grondstoffen spaart, is bv. meer energie nodig. Willen we voldoende kwalitatief voedsel voor iedereen, binnen het beperkte beschikbare oppervlak, dan zal intensieve landbouw noodzakelijk zijn. Hoofdstuk 1 van de encycliek ademt vanuit westers oogpunt inderdaad te veel een jaren 70-doemdenken. Maar de ecomodernisten zouden beter het derde hoofdstuk nog eens goed lezen. De paus houdt geen pleidooi tegen technologische vooruitgang. Zo is hij bv. niet tegen ggo’s, maar ziet ze als vervolg op veredeling. Waar de paus zich wel tegen afzet, is het momenteel allesbepalende economisch-technologisch paradigma: een aanbodgedreven consumptie in een blind ontwikkelingscenario zonder grenzen. Hij waarschuwt ervoor dat in een samenleving met hyperspecialisaties niemand nog een totaaloverzicht heeft. Voor krachtige technologieën in handen van enkelen, zonder dat die daar met voldoende kritische waarden mee hebben leren omgaan. Zo pleit hij – om hetzelfde voorbeeld te gebruiken – tegen ggo-technologie die te geconcentreerd onder controle zit van één onderneming en ontplooiing van individuele landbouwers fnuikt. In christendemocratische termen vertaald, komt dit neer op een markteconomie met correcties om te vermijden dat nieuwe technologie in handen komt van mensen die niet in staat zijn alle mogelijke consequenties te beheersen. Zelfcontrole door de markt alleen is onvoldoende. Concreet toegepast is bv. kernenergie zonder streng onafhankelijk toezicht nefast (zoals bleek in Fukushima). De zeepbel die tot de bankencrisis heeft geleid, is een ander voorbeeld. Het uitgangspunt geldt ook op kleinere schaal. Een auto is een potentieel moordwapen in handen van iemand die de gevolgen van roekeloos gedrag niet beseft. De maatschappij moet zo iemand het rijden onmogelijk maken. Zonder auto’s zelf af te schaffen. In het basisprogramma van de Beierse CSU gaat men hiervoor uit van het voorzorgsprincipe en een bereidheid tot (maatschappelijke) zelf beheersing 6 . Bij uitstek is de mondiale klimaatdreiging een uitdaging waar deze principes het scherpst gespannen staan. De paus wil wel degelijk meer welvaart en legt een heel duidelijk verband tussen de slachtoffers van milieuschade en die van armoede. Zijn vraag tot soberheid is een vraag om af en toe stil te staan bij de vooruitgang, om te kijken of we de grenzen niet bereiken en of er correcties moeten gebeuren. Hij ziet die correcties liefst gebeuren door mensen die samen initiatief nemen om aan een gematigdere tussenweg te timmeren. Zijn de klassieke milieujongens allemaal romantische ‘geitenwollensokkers’? Nee, uiteraard niet. Ze bieden tegenwoordig concrete alternatieven, vaak met http://www.csu.de/politik/grundsatzprogramm/.
6–
Naar een duidelijker profiel? 75
onderbouwde kosten-batenanalyses. Maar ze blijven wel fundamenteel tegen kernenergie, ggo’s en intensieve landbouw, en botsen daar zwaar met de ecomodernisten. Het valt trouwens op dat de jonge garde van de politieke ‘groene’ partij geen boodschap van soberheid meer verkondigt. Integendeel zitten er enkele tafelspringers bij die lustig meesurfen op digitale spitstechnologie. Hun communicatie zit eerder op de lijn van consumentenbescherming dan van ‘consuminderen’. Is dit de definitieve omslag van de 68-generatie naar een generatie die mee aan de macht wil en dus compromissen moet sluiten? Vroeg of laat stelt zich dan de vraag naar de geloofwaardigheid van hun kernboodschap, zoals onder paarsgroen is gebleken. De boodschap van de paus heeft congruentie met Agalev destijds. Maar met de politieke groene partij vandaag zijn er toch enkele duidelijke tegenstellingen. Hij laat bv. niet na te wijzen op de onverzoenbaarheid van een verhaal van respect voor de waarde van elk menselijk leven, met een standpunt pro abortus. Ook de verwijtende conflictaanpak past niet in de boodschap van de paus. Het vierde hoofdstuk van de encycliek behandelt de integrale ecologie. Menselijke en sociale dimensies horen onlosmakelijk bij een visie op leefmilieu. Stuk voor stuk komen hier zienswijzen naar voor die aansluiten bij christendemocratische fundamenten. Besef dat alles en iedereen met elkaar verbonden is. Interactie tussen verschillende sociale werelden. Zorg voor bestaande culturele rijkdom. Een thuisgevoel in ieders omgeving. Het principe van algemeen welzijn en respect voor elke menselijke persoon die recht heeft op integrale ontwikkeling. Op basis daarvan zou het christendemocratisch gedachtegoed perfect geplaatst moeten zijn in een integraal verhaal van duurzame ontwikkeling. Waarom worden we dan niet gepercipieerd als meest duurzame partij? De hoofdreden is dat we ons inderdaad altijd prioritair hebben gefocust op meer welvaart voor iedereen, op een sterke sociale zekerheid en economische vooruitgang, op onderwijs voor iedereen, ontwikkeling van havens en werkgelegenheid, op ruimte om rustig te wonen voor iedereen. We zorgden ook voor vooruitgang op milieuvlak, maar kozen daar voor een consensusmodel. VLAREM is er gekomen onder een christendemocratische milieuminister. Er werd destijds schamper gedaan over de KGA-box, maar Vlaanderen staat nu wel in de spits inzake afvalbeleid. Op vlak van watersanering, bodembescherming, luchtkwaliteit enz. zijn enorme stappen vooruit gezet. Maar meestal via een trager compromis, terwijl op milieuthema’s nu eenmaal grote roepers zonder nuance de meeste aandacht krijgen. Emo wint in de media en in de perceptie. De neo-liberale partijen zitten op de ecomodernistische lijn en lijken een aantal goedgekozen symbolische milieuthema’s te kiezen om zich ook langs groene zijde electoraal te profileren, zoals N-VA met natuurbescherming. Maar het is wachten tot puntje bij paaltje komt in een aantal kritieke dossiers. De paus pleit voor meer authenticiteit. Mens en samenleving moeten voeling houden met de noden van iedereen in de samenleving, alsook met de waarde van natuur
76
Naar een duidelijker profiel?
en biodiversiteit. Op dat laatste vlak moeten we ons profiel als christendemocraten scherper stellen. We zijn voor een harmonisch maatschappijmodel waarin we voeling moeten houden met landbouw en met de natuur. Kinderen moeten weten dat melk van een koe komt i.p.v. de supermarkt. En ook dat natuur begint in de tuin of het park om de hoek, waar ze eens goed vuil mogen worden. Zo leren ze respect voor de schepping en voor hetgeen op hun bord komt. De drie P’s van duurzame ontwikkeling ( people, planet, prosperity) zijn ondertussen gemeengoed. Daarmee onderscheiden we ons niet. Wel door het juiste evenwicht te vinden tussen die dimensies, meer bepaald door te kijken naar het geheel, het integrale verhaal. Kunnen we – geïnspireerd door de encycliek – een vierde, spirituele dimensie naar voor schuiven? Evenwicht is geen grijze boodschap, maar moet genuanceerde, duidelijke keuzes bevatten. Tegelijk mogen we niet in de val trappen van belerende mantra’s van weerbare hoogopgeleiden met een goed inkomen. Een poging? Steenkoolcentrales willen we niet meer in Vlaanderen tenzij met technieken die alle schadelijke luchtemissies opvangen. Kernenergie kan niet als het grondig kan mislopen door een fout van enkelingen. Ggo’s zijn een vooruitgang voor de samenleving, maar niet in een monopolistisch marktmodel. Bosuitbreiding is goed als dit nuttig voor de gemeenschap wordt ingezet (als ‘common ground ’), niet als het gaat om extra hectaren af te turven. Bij watersanering en energietransitie moeten we er constant rekening mee houden dat iedereen water en energie nodig heeft en de factuur moet betaald worden. Inzake voeding is de richting naar meer duurzaamheid duidelijk, maar de basisvoorziening zal grootschalig zijn, of anders is ze te duur. Kleinschalige initiatieven hebben hun waarde, en deeleconomie is een uitmuntend voorbeeld van het zoeken naar harmonie en authenticiteit waar encycliek toe oproept. Dat laatste moeten we dan ook dringend veel actiever gaan omarmen. [Wim Verrelst is adviseur energie, leefmilieu & duurzaamheid bij Ceder, studiedienst van CD&V.] wverrelst@cdenv.be
Naar een duidelijker profiel? 77