Man op je lip

Page 1

Vloed Bonk. Bonk. Bonk. Als ze niet stopt met dat irritante geluid, vermoord ik mijn eigen dochter nog. Het zoveelste nationale familiedrama? – Geen geld voor kleding, toch trendy. Doe dat maar eens na. Kon iemand zo denken? Zo hard? Ironisch? En over z’n eigen kind? Ja. Dat kan. Als je tot aan je kop in de ellende zit, blijk je dat soort opwellingen te kunnen hebben. Niet leuk, wel waar. Maar waarom nu die gedachte die thuis al duizend keer door mijn hoofd was gegaan? Ik was niet eens in de buurt van mijn huis. Ik was nog maar een paar straten verwijderd van Dress for Success. Werd de herinnering misschien getriggerd door het gebeuk van de heipalen hierbuiten? Of kwam het door de plek waar ik naar onderweg was – nu al voor de derde keer in mijn leven? Riep de locatie van alles op? Ik wist het niet. Maar ik wist wel meer niet. Ineens overviel me nu ook de eerste keer dat ik bij de goedgeefse winkel moest zijn. Net als alle andere stakkers, sukkels en sloebers. Zo blut als maar kon, op jacht naar gratis merkkleding. Met het zweet in mijn handen voor die krenkende ervaring. De afgang! Dit had ik nooit eerder meegemaakt en gunde ik niemand. Behalve Oskar natuurlijk, maar het was dan ook allemaal zijn schuld. Niet aan denken. Helpt je niet. Nee, zal wel. Maar hoe graag ik het verleden ook uit mijn geheugen had gewist, het mislukte. Fijntjes kreeg ik weer voor me uitgestald dat ik die eerste keer bij Dress for Success (toch al tot op het bot vernederd door scheidingsperikelen en geldgebrek), er juist met een rechte rug naar binnen wilde. ‘De schaamte voorbij’. Ha! Ik durfde niet eens de déúr open te doen. Sterker, de regen kwam met bakken naar beneden en mama ging nog een blokje om. Angst-schaamte-ongemak. Wat was het moeilijk om ineens aan de andere kant te moeten staan. Die van armoedige bedelaar. Ik! Inez! Moi! Ik kende met mijn MGD-tjes en royale schenkingen daaraan enkel het topgevoel van gulle gever. Dacht (naast m’n eigen fijne sociale statusstijging) de ontvanger ook simpel blij te maken. Maar dat lag ietsje anders. Dat ontdekte ik dus pas toen mijn eigen leven zo radicaal 180º was omgedraaid. De gang naar zo’n bietsplek alleen al; te moeten smeken; het miserabele gevoel afhankelijk te zijn; geen keuze te hebben, it sucked. Ja, daar kwam ik destijds in die plensbui achter, terwijl nerveuze buikkrampen me nog stressier maakten dan ik al was. Want ik wist dat ik er ondanks alles heen moest; bij Dress for Success naar binnen moest. Hoopte zo dat ik een mooi pakje mocht uitzoeken, dat er please iets was in mijn maat. Ik móést goed voor de dag komen bij mijn sollicitatie later. Ik keek in een etalageruit (hetzelfde raam waar ik idioot genoeg nu net langsloop) en inspecteerde mezelf. Wat ik zag, kwam pijnlijk nauw overeen met hoe ik me voelde. Niks rechte rug. In elkaar gekrompen. ‘Verlepte bloem’, had mijn immer complimenteuze moeder kunnen zeggen. Het kwam niet vaak voor, maar ik had haar dan nog gelijk moeten geven ook. Mijn haar plakte in kleffe slierten aan mijn kletsnatte wangen, de zwarte, uitgelopen mascara verdiepte de kringen rond mijn ogen en de lipstick had ik koortsachtig van mijn lippen gegeten. Hoeveel eerder had zo’n gênant spiegelbeeld me zeker doen besluiten geen stap op straat te zetten? Maar ik besefte op tijd dat dit sneue uiterlijk bij Dress for Success juist voor me kon werken: des te erger ik eruitzag, des te zichtbaarder mijn nood en des te groter mijn kans iets moois te bemachtigen. Want dat was een andere angst: stel je voor dat ze me niet zouden geloven! Dat ze dachten: ‘daar heb je zo’n kakwijf (geen rare gedachte, ik was het zo’n beetje mijn hele leven geweest – blijft toch aan je plakken) dat probeert hier gratis iets fraais op de kop te tikken.’ En ook dat was geen rare gedachte, want het bestaat, stinkrijke vrouwen die stelen als raven. Voor de sport. Spel-letje. Omdat ze van gekte niet weten wat ze anders moeten. Terwijl deze ‘Verlepte Bloem’ serieus zo diep was gezonken dat ze moest grijpen wat ze nog grijpen kon, zolang er überhaupt nog iets te grijpen viel. Ik ben er. Na alles wat ik al had meegemaakt, sta ik nu dus voor de derde keer in mijn leven voor ‘Dress4’. Weer verhit, vochtige handen incluis. Gespannen. Het gebonk van de heipalen is in de loop hierheen harder geworden. Ik voel het in mijn voeten. In mijn knieën, mijn buik. Net of ik op een groot hart sta. Het dreunt en gonst door mijn hele lijf. En ineens worden mijn herinneringen intenser – of het heftig kloppende hart ze vooruit stuwt. Weird. Zo levendig ook, al die gebeurtenissen. Ik lijk zelfs te zien wat anderen meegemaakt hadden, of ze het nu aan mij verteld hadden of niet, of niet alles, het komt als een verrassende golf over me heen, woord voor woord, tot en met de geheimen die ik de afgelopen maanden in mijn dagboek had geschreven. Gênant Dit durf ik aan niemand te vertellen. Echt niemand. Never. Alleen aan dit stomme papier kan ik het volstrekt absurde uiten. Vakantie. Amerika. Boot ‘Queen Mary’. Ik – heb – het – met – Dr. – Phil – gedaan. In donkere uren kan iedereen vals zijn blijkbaar.Ik schaam me kapot. Heb er geen woorden voor.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.