FRATERS CMM 4/16
| Goed rentmeesterschap | Fraters op Curaçao | Barmhartigheid in Balige | ‘De tekenen des tijds verstaan’ | Een speciale roeping
Inhoud
Gesprek met de algemene overste
4
Rond frater Andreas
5
Mission statement
Colofon
Barmhartigheid is van alle tijden en plaatsen.
Fraters CMM (voorheen Ontmoetingen) is het driemaandelijks contactblad van de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid (‘Fraters van Tilburg’ of ‘Fraters CMM’). Een abonnement is gratis (aanvragen via adres hieronder). ISSN 1574-9193
Barmhartigheid staat centraal in alle wereldgodsdiensten: hindoeïsme, boeddhisme, jodendom, christendom en islam. De beweging van barmhartigheid heeft een spoor getrokken in de geschiedenis. De verschillende vormen waarin zij verschijnt, zijn uitdrukking van de samenleving waarin zij ontstond en van de spiritualiteit die haar draagt. De Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid is geworteld in de christelijke barmhartigheid.
Redactie: Nathalie Bastiaansen (hoofdredacteur), frater Edward Gresnigt, frater Ad de Kok, Peter van Zoest (eindredacteur) Ontwerp: Heldergroen (www.heldergroen.nl). Opmaak en druk: DekoVerdivas, Tilburg Contact: Fraters CMM Gasthuisring 54 5041 DT Tilburg tel.: 013 5432777 (Nathalie Bastiaansen) e-mail: magazine@cmmbrothers.nl website: www.cmmbrothers.org Een vrijwillige bijdrage als tegemoetkoming in de kosten is welkom op IBAN: NL30INGB0001068517 - BIC: INGBNL2A
Foto omslag voor: Deelnemers aan de internationale bijeenkomst ‘Accountable Brothers: Good Stewardship in CMM’, ’Verantwoord-werkende Fraters: Goed Rentmeesterschap in CMM’. Zie pagina 6-9. Verloren zoon, Rembrandt
2
Foto omslag achter: ‘De Baron’, attractiepark De Efteling, Kaatsheuvel. (foto: frater Ad de Kok).
Goed rentmeesterschap
6
Fraters op Curaçao
10
Barmhartigheid in Balige
15
‘De tekenen des tijds verstaan’
16
Jaar van Barmhartigheid
17
Een speciale roeping
18
Apostolaat in beeld
19
Van de redactie Als deze editie verschijnt, is het ‘Jaar van Barmhartigheid’ afgesloten. De congregatie van de Fraters CMM die ‘barmhartigheid’ hoog in het vaandel heeft staan, haakte met verschillende initiatieven in op het barmhartigheidsjaar. Fraters CMM had een speciale rubriek met aandacht voor de uitgavenreeks Barmhartigheid nu! en bijdragen van oud-algemeen overste Harrie van Geene. Op diverse plaatsen is het jaar aangegrepen om in CMM-verband speciale bijeenkomsten te organiseren, zoals een viering in Balige, Indonesië, waarover in deze editie wordt bericht. ‘Aan alle goede dingen komt een einde’, luidt het bekende spreekwoord. Met dit winternummer van Fraters CMM eindigt tevens de zeer gewaardeerde rubriek ‘Dichtbij is zijn genade’ van frater Wim Verschuren. Drie jaargangen vulde hij pagina 23 van iedere editie met behartenswaardige woorden over de minder bekende kanten van barmhartigheid. Ook is er een einde gekomen aan het hoofdredacteurschap van Rien Vissers. Hij heeft het stokje overgedragen aan Nathalie Bastiaansen. Zij is de eerste vrouw die aan het roer mag staan van het congregationele blad! Lees er meer over op pagina 21. 2017 wordt voor de Fraters CMM het jaar waarin het honderdste sterfjaar herdacht wordt van kandidaat-zalige frater Andreas van den Boer. Fraters CMM staat hier uitgebreid bij stil. Dat zal niet meer in vier uitgaven per jaar gebeuren, maar in drie. Het aantal pagina’s wordt in de nieuwe verschijningsfrequentie teruggebracht van 24 naar 20. De congregatie wil bezuinigen om toekomstbestendig te kunnen zijn. Fraters CMM levert hier op deze manier een bijdrage aan.
21
Kort nieuws
In Memoriam
22
‘Dichtbij is zijn genade’
23 3
gesprek
met de algemene overste
Tijdens de internationale bijeenkomst ‘Accountable Brothers - Good Stewardship in CMM’ van 9 tot en met 21 oktober in Vught, lag de nadruk op financieel beheer en management van de congregationele goederen en middelen. Dat is niet meteen het eerste waar je aan denkt bij religieuzen. Waarom toch dit onderwerp?
We hebben de Vaticaanse Richtlijnen voor het beheer van de goederen in Instituten van Gewijd Leven en Sociëteiten van Apostolisch Leven ter harte genomen. Dit was ook een belangrijk discussiepunt tijdens het generaal kapittel van 2014. In het kapittelverslag lezen we: “Als we spreken over financiën, hebben we het over onze levensstijl en de wijze waarop we samenleven: dus ook over de concrete geloofwaardigheid van ons religieuze leven.” En ook: “Tegelijkertijd hebben we het over de manier waarop we gestalte kunnen geven aan onze missie: de betekenis van onze roeping om de armen nabij te zijn.” Er is een wereldwijde bezorgdheid over de zorg voor onze middelen en het milieu. Ook in de congregatie moeten we bouwen aan de toekomst. Ons centrum verschuift van Noord (Nederland) naar Zuid (onze provincies en regio’s in Afrika en Azië). Meer dan 170 jaar zijn de ideeën en steun uit Nederland gekomen, als uit een bron die de andere landen voedt. Het is nu tijd voor deze landen om hun eigen bron te vinden, om te aarden in eigen grond en nieuwe vruchten te plukken. De deelnemers aan de internationale bijeenkomst hebben allemaal een leidinggevende rol in onze congregatie: oversten, bestuursleden, economen, schoolbestuurders of projectleiders. Maar in feite is dit onderwerp belangrijk voor alle fraters. “Waar allen geroepen zijn, zijn ook allen verantwoordelijk” (Constituties I, 100).
4
We leven in een realiteit die vaak ver afstaat van ons ideaal. We worden geconfronteerd met corruptie, misbruik van middelen, gebrek aan transparantie, of gewoon onverschilligheid ten opzichte van de mensen om ons heen en de wereld waarin we leven. Wat is onze eigen rol hierin? Hoe deze werkelijkheid dichter naar het ideaal te brengen? Hoe bouwen we een brug? Paus Franciscus roept ons op om goede rentmeesters te worden. We moeten een voorbeeld zijn voor de samenleving. Dit geldt voor alle fraters. Hoe ga je om met de verantwoordelijkheden die aan jou zijn toevertrouwd? Dit is een grote vraag, maar die moeten we ons steeds blijven stellen. We hopen dat elke frater leert een goede rentmeester te zijn bij het uitvoren van de taken die door de congregatie aan hem zijn toevertrouwd. Hoe begin je je dag? Heb je plannen? Of word je gewoon wakker in de ochtend en wacht je af wat de dag je brengt? Het bouwen van een brug tussen werkelijkheid en ideaal vereist een plan. Wat is jouw bijdrage?
frater Lawrence Obiko geïnterviewd door Nathalie Bastiaansen
rond frater andreas
Niets gevangen Hoe bereid je jonge religieuzen voor op de missie? Hoe houd je ze scherp en gefocust? Hoe zorg je dat ze hun zending vervullen binnen de aangegeven kaders, vanuit de kracht van het evangelie en gedragen door christelijk gemeenschapsleven? Dit waren vragen die bisschop Joannes Zwijsen en zijn algemene overste Franciscus Salesius de Beer serieus onder ogen zagen. Een van de eerste dingen waar ze aan werkten, was om hun jonge fraters een goede vorming en stevige bijbelse basis te geven.
We weten daar het nodige van, omdat bisschop Zwijsen de bijbelse Meditaties van 1849 tot 1852 in drie boekdelen liet verschijnen. Het waren boeken waarmee Jan van den Boer, die enkele jaren daarna bij de congregatie kwam en de naam frater Andreas zou krijgen, in zijn noviciaat vrijwel dagelijks heeft gewerkt. Zwijsen wilde dat zijn religieuzen heel dicht bij het evangelie leefden. De meditaties nodigden uit om zich het evangelie levendig voor te stellen, aan de hand van veel vragen. Waarschijnlijk kregen ze er afbeeldingen bij te zien, zoals die van Gustave Doré, die rond 1860 verschenen.
Een van die meditaties gaat over het evangelie van de wonderbare visvangst (Lucas 5,1-11), een verhaal dat in een missionaire congregatie uiteraard tot de verbeelding spreekt. Stel je voor, zegt de tekst, je bent aan de oever van het meer. Er zijn twee schuiten, op een ervan zie je Jezus, op de andere zitten Petrus en de apostelen. Je hoort Petrus tegen Jezus zeggen: “We hebben ons de hele nacht ingespannen, maar niets gevangen.” Sta bij elk van deze woorden stil. Wat denk je: hoe komt het dat ze niets gevangen hebben? Wat betekent het dat hun netten na een lange nacht nog leeg zijn? Hoe denk je dat die mannen zich voelen na hun vruchteloze werken? Wat maakt het werk van mensen vruchtbaar? Naast dit soort indringende vragen, bevat het boek gebeden en aanmoedigingen. “Het woord ‘vreest niet, gij zult voortaan mensen vangen’ is ook tot ons gericht. Als religieuzen zijn wij geroepen, om zielen voor Hem te winnen.” De meditaties nodigen de fraters uit om Jezus in alles present te stellen. “Het is Jezus’ goddelijke aanwezigheid die al onze pogingen, al onze arbeid vruchtbaar maakt.” Alleen dan kan een missie van barmhartigheid slagen en kunnen wij “van klaarheid tot klaarheid komen” en “licht verspreiden”. Met dit soort oefeningen werden de jonge fraters begeleid in het lezen van het evangelie en op hun onderwijsmissie voorbereid. Zo ook frater Andreas, die een toegewijd leraar en ‘visser’ op Ruwenberg werd. De meditaties ontstaken in hem het missionaire vuur en leerden hem tegelijk dat hij zijn werk in Jezus’ tegenwoordigheid moest aanpakken. Zijn visvangst werd succesvol. Charles van Leeuwen
Gustave Doré, de wonderbare visvangst. 5
Internationaal
Groepsfoto in de tuin van Kloosterhotel ZIN
Werken aan goed rentmeesterschap Het is in de congregatie een traditie geworden om rond een ‘algemene vergadering’ van de algemene overste met provinciale en regionale oversten een internationale bijeenkomst over een specifiek onderwerp te organiseren. Daarvoor worden naast de deelnemers aan de algemene vergadering ook andere fraters uitgenodigd. Van 9 tot 21 oktober vond zo’n bijeenkomst plaats in Kloosterhotel ZIN in Vught. Het thema luidde: ‘Accountable Brothers: Good Stewardship in CMM’, ’Verantwoord-werkende Fraters: Goed Rentmeesterschap in CMM’.
In zijn openingstoespraak lichtte algemeen CMMoverste frater Lawrence Obiko de keuze voor dit thema toe: “Terugkijkend op onze werkbezoeken als generaal bestuur aan de verschillende provincies en regio’s realiseerden we ons dat in deze tijd een goed beheer van onze financiën, bezittingen en middelen van het grootste belang is. De keuze voor dit thema komt ook voort uit de aanbevelingen van het generaal kapittel van 2014. En ten slotte voelden we ons aangesproken door de Vaticaanse Richtlijnen voor het beheer van de goederen in Instituten van Gewijd Leven en Sociëteiten van Apostolisch Leven. Door middel van deze bijeenkomst hopen we, als generaal bestuur, dat we niet alleen het
6
bewustzijn over het belang van goed rentmeesterschap in de congregatie versterken, maar vooral ook dat elke deelnemer inzicht zal krijgen in hoe een goede rentmeester te worden op het gebied van de taken die hem door de congregatie zijn toevertrouwd.” Uit deze woorden blijkt al dat deze internationale bijeenkomst niet alleen ging over financiën, maar ook over het verantwoord inrichten van het religieuze leven en de CMM-missie. Op de agenda stonden verschillende inleidingen, lezingen en workshops, gerelateerd aan het thema.
Algemene vergadering 2016 In de Constituties van de Fraters CMM, artikel 143 van deel II, staat geschreven: “Minstens tweemaal gedurende de bestuursperiode van het generaal bestuur zal, onder voorzitterschap van de algemene overste, een vergadering gehouden worden waaraan deelnemen de generale bestuursleden en de provinciale en regionale oversten. Deze vergadering, genaamd: algemene vergadering, bespreekt het beleid voor de gehele congregatie en kan suggesties doen voor de toekomst.” Op 20 en 21 oktober 2016 werd de eerste algemene vergadering van de huidige bestuursperiode (2014-2020) gehouden in het generalaat van de Fraters CMM in Tilburg. De sfeer was zeer ontspannen en broederlijk. De bestuursleden spraken over verschillende onderwerpen die verband houden met de congregatie als geheel, en over specifieke aandachtspunten in provincies en regio’s. Ze deelden adviezen en moedigden elkaar aan om dienende leiders en goede rentmeesters te zijn.
‘Het goede doen’ De algemene CMM-econoom frater John Grever beet op 10 oktober de spits af met zijn inleiding ‘Rentmeesters van Gods barmhartigheid: financieel management, nieuwe doelen en verantwoordelijkheden’. Uitgangspunt van deze presentatie was het verslag van het generaal kapittel van 2014 met de doelen en verantwoordelijkheden voor de periode 2014-2020. Hij ging in op vragen als: Wat is rentmeesterschap? Wat is financieel rentmeesterschap? Wat is financieel management? Dit alles werd nadrukkelijk geplaatst in de context van religieuze organisaties. In de namiddag presenteerde oud-algemeen overste frater Broer Huitema zijn inleiding ‘Goed rentmeesterschap en duurzaamheid: het spirituele raamwerk en criteria voor goed rentmeesterschap’. Hij besprak het concept van rentmeesterschap zoals dat te vinden is in de bijbel, in de gelofte van armoede, in de encycliek Laudato si’, en in de constituties van de congregatie. Hij verwees ook naar de Ubuntu-filosofie: “Ik ben wat ik ben, vanwege wat we allemaal zijn. Vanuit dit ‘zijn’ kunnen we ‘doen’ wat gedaan moet worden, en we doen dat samen. En zoals Vincent de Paul zei: ‘Het goede doen, door het goed te doen!’.”
Plenaire bijeenkomst
7
Internationaal gevuld met de activiteiten die we meer met een bestuurder dan met een heilige priester associëren. Vanaf het begin van zijn apostolaat was Vincent de Paul een man van actie, een organisator en manager. Hij begon niet zomaar lukraak ergens aan. Nee, als hij besloot een project op te zetten, maakte hij een gedegen plan van aanpak en hij zorgde ervoor dat het benodigde geld verkregen werd.”
Verhaal
Frater Henrique de Fatima Marques uit Oost Timor geeft uitleg bij het symbool dat hij heeft meegenomen.
Symbool Organisatiedeskundige Arnold Roozendaal verzorgde op 11 en 12 oktober een training over leiderschap. Welk type leider ben jij? Wat is typisch voor CMMleiderschap? De deelnemers dachten na over deze vragen. Ze spraken ook over verschillende rollen in het leiderschap: beslisser, manager, coach, broeder en dienend leider. Diverse leiderschapsmodellen werden aangereikt om de fraters te helpen hun leidende rol te definiëren en verder te ontwikkelen. Arnold Roozendaal omschreef het concept van leiderschap in het kort als “vind je eigen stem en inspireer anderen om hun stem te vinden”. Onderdeel van deze training was een ‘symboolpresentatie’. Ter voorbereiding op de internationale bijeenkomst was de deelnemers gevraagd om een symbool van ‘leiderschap’ mee te brengen. Dit resulteerde in een boekje met foto’s van alle deelnemers met hun symbool en een korte beschrijving van hun visie op leiderschap.
Vincent de Paul Op 13 oktober sprak leiderschapsdeskundige Patrick Murphy CM, emeritus hoogleraar aan DePaul University in Chicago, over de Vincentiaanse traditie van dienend leiderschap. Vincent de Paul staat vooral bekend als ‘vader van de armen’. Wat hij deed voor mensen in nood is indrukwekkend. Maar zoals Patrick Murphy zei: “De sleutel tot zulke geweldige resultaten is organisatie. Als oprichter en manager van grote organisatorische ondernemingen, werd Vincents dag voornamelijk 8
Frank Pijpers en Ton Raaijmakers, financieel adviseurs van de Zusters Onder de Bogen, deelden op 13 en 14 oktober hun kennis in een introductie en workshops rond ‘Professionalisering van financieel management’. Hoe kun je heel concreet je financieel beheer controleren? Wat zijn de elementen van financiële planning? Hoe maak je optimaal gebruik van het budgetplan? Hoe kom je tot een langetermijnplanning? Hoe rapporteer je de boekhouding op een transparante manier aan externe accountants, aan het bestuur, aan sponsoren? Hoewel sommigen een nogal ‘droge’ training hadden verwacht over budgetten en cijfers, brachten de begeleiders de stof van deze twee dagen op levendige en inspirerende wijze. Ton Raaijmakers: “Financieel beheer is niet alleen een onderwerp voor boekhouders en economen. Alle personen met een financiële verantwoordelijkheid moeten in staat zijn de financiële cijfers te begrijpen. Elk bedrag staat voor een ‘verhaal’. De uitdaging is om continu de cijfers te verbinden met het verhaal achter de cijfers.”
Excursie Op 15 oktober gingen de deelnemers naar Tilburg voor een excursie. Ze bezochten twee religieuze projecten - het Missionair Servicecentrum Tilburg en het Peerke Donders Paviljoen - alsmede het trappistenklooster Koningshoeven om geïnformeerd te worden over manieren om doelen te financieren.
Fondsenwerving Frans Dokman, voormalig directeur van het Nijmeegs Instituut voor Missiewetenschappen, verzorgde op 17 en 18 oktober een training over ‘Fondsenwerving voor religieuzen’. Welke lokale of internationale fondsen zou ik kunnen aanschrijven voor het project waarin ik werk? Wat betekent het voor mijn organisatie, voor mij als projectleider, voor ons als congregatie, om externe financiering te accepteren? Hoe maak ik een plan voor fondsenwerving? In deze workshop onderzochten en ontwikkelden de deelnemers hun eigen kader voor fondsenwerving. Het allerbelangrijkst in fondsenwerving is volgens Frans Dokman het opbouwen van een relatie: “Fondsenwerving kan niet plaatsvinden op een afstand van degenen aan wie we geven en van wie wij
Inleiding door Patrick Murphy CM. ontvangen. Zonder echte nabijheid loopt fondsenwerving het risico te worden beoefend als ‘liefdadigheid’, uitgevoerd door een superieur aan een mindere. Vanuit een vriendschapsrelatie zullen donateurs, sponsors, mediators en ontvangers de fondsenwerving zien als een geschenk van God, en de ervaring hebben dat ze zelf onderdeel zijn van Gods plan. En door deel te nemen aan Gods plan zijn we allemaal gelijk.”
Ontwikkelingsplan Arnold Roozendaal kwam op 19 oktober terug naar Kloosterhotel ZIN om met de deelnemers te werken aan hun persoonlijk ontwikkelingsplan. Een belangrijke vraag in deze workshop was ook: Hoe kan ik mijn medebroeders stimuleren in hun persoonlijke en professionele ontwikkeling? Op 21 en 21 oktober gingen de oversten naar Tilburg voor de algemene vergadering. De overige deelnemers
werkten samen verder in de workshops ‘Uitvoering van de actieplannen’ en ‘Hoe maak ik een ondernemingsplan’, onder leiding van Frank Pijpers en Ton Raaijmakers.
Verder werken Tijdens de bijeenkomst kwamen tal van vragen aan de orde. Een aantal werd beantwoord door de inleiders tijdens de lezingen en workshops. Andere waren onderwerp van gesprek in groepsdiscussies van de deelnemers die daarin gezamenlijk zochten naar antwoorden. Sommige vragen namen zij mee naar huis om daar met de nieuw opgedane inzichten en kennis in hun eigen context en samen met medebroeders verder te werken aan ‘goed rentmeesterschap’. Nathalie Bastiaansen
Discussie in kleine groepen. 9
Curaçao
Fraters CMM op Curaçao herdacht Op 28 augustus 2016 werd in Scherpenheuvel op Curaçao een permanente expositie geopend over het leven en werk van de fraters op het Caribische eiland. Honderddertig jaar geleden arriveerden de eerste fraters. Ze bleven er tot 1995. De expositie over de ‘Fraters van Scherpenheuvel’ is ingericht in een voormalig internaat van de fraters. Een oud-leerling van de fraters, Elfried Aniceto, secretaris van de Stichting St. Thomascollege, heeft het initiatief genomen om de kapel en het fraterhuis van dit grote complex te renoveren uit dankbaarheid voor alles wat de fraters hebben gedaan en wat ze voor de bevolking van het eiland hebben betekend. Frater Adriano van den Berg, die van 1961-1970 als onderwijzer en schoolhoofd op Curaçao werkzaam is geweest, was samen met frater Edward Gresnigt, vertegenwoordiger van het generale CMM-bestuur, uitgenodigd om de opening van de expositie bij te wonen. Beiden berichten erover.
Het gebeuren vond plaats in het prachtig gerenoveerde gedeelte van ‘Huize Scherpenheuvel’, de voormalige communiteitsruimtes van de fraters. De genodigden werden in de kapel ontvangen waar het grootste gedeelte van het programma plaatsvond. Onder veel oud-leerlingen en collega’s van de fraters was ook Ruthmilda Larmonie-Cecilia, minister van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn, aanwezig.
Grote waardering Ceremoniemeester Melvin Vornis verwelkomde de aanwezigen en nodigde pastoor Mark Hooijschuur uit de avond met een gebed te openen. De voorzitter van de Stichting St. Thomascollege, Sixto Wallé, en Ronald Thode, oud-leerling van het internaat, spraken over hun persoonlijke ervaringen met de fraters en gaven blijk van hun grote waardering. De vice-voorzitter van de stichting, Ronald Statia, ging in op de rol die de fraters hebben gespeeld op het terrein van onderwijs, sport en cultuur. Het gehele programma werd opgeluisterd met het zingen van ‘Amazing grace’, ter ere van de overleden fraters, gevolgd door Curaçaose gezangen, met teksten van de fraters.
Historische periodes Namens de congregatie sprak frater Edward Gresnigt over drie historische periodes van de aanwezigheid van de fraters, die belangrijk zijn geweest voor de mensen op Curaçao. 1. Het begin van de missie werd gekarakteriseerd door grote verwachtingen, een enorm enthousiasme en veel ‘heilig vuur’. De fraters begonnen met het St. Thomascollege, een kostschool voor rijkere jongeren 10
V.l.n.r.: de fraters Adriano van den Berg en Edward Gresnigt, gouverneur Lucille George-Wout en Elfried Aniceto. uit Curaçao en omliggende landen om in de eerste levensbehoeften van de fraters te voorzien. De sterke aandrang om goede onderwijzers op de armenscholen te hebben en ook om wezen op te vangen had de voorrang en Scherpenheuvel, het voormalig seminarie, was daarvoor een geschikte plaats. 2. De opkomst van de olie-industrie en de aanwas van de bevolking van buiten zorgde voor een enorme vraag naar onderwijskrachten. Het aantal fraters groeide sterk en het schoolbestuur kwam de mensen tegemoet die het leergeld niet konden betalen door A- en B-scholen op te richten. Met de A-scholen bekostigden zij ook de B-scholen. In die periode stichtten de fraters tientallen scholen en perfectioneerden het onderwijssysteem.
in Scherpenheuvel richtte hij drie expositiezalen in genoemd naar drie markante fraters: Jan Smits, Carlos Sprockel en Gummarus van Gils. Tijdens zijn presentatie gaf hij uitleg van het project en bedankte hij allen die zowel aan de renovatie van het gebouw als aan de realisering van de expositie hun bijdragen hadden geleverd.
St. Vincentius Harmonie
Luna Aniceto, kleindochter van Elfried Aniceto (achter haar), knipt een lint door, waarmee de expositie is geopend. Links naast haar op de foto frater Adriano van den Berg. Rechts gouverneur Lucille George-Wout en Sixto Wallé, voorzitter voorzitter van de Stichting St. Thomascollege. 3. De laatste fase van de aanwezigheid van de fraters op de Antillen, die van het zich terugtrekken, is ook vruchtbaar geweest voor stichtingen van de congregatie in Afrika, Brazilië en Californië. In die periode is het besef gegroeid dat de congregatie als kerntaak heeft barmhartig aanwezig te zijn en een bijdrage te leveren om de wereld meer bewoonbaar te maken en in de samenleving meer menselijkheid te brengen.
Gouverneur Lucille George-Wout die voor deze belangrijke gelegenheid aanwezig was, richtte het woord tot de aanwezigen en stond stil bij de komst van de fraters naar Curaçao. Daarna volgden alle genodigden de gouverneur naar de expositieruimten waar onder grote belangstelling van het publiek en de pers de kleindochter van de heer en mevrouw Aniceto, Luna Aniceto, officieel het lint doorknipte waarmee de expositie was geopend. Elfried Aniceto gaf uitleg bij de panelen, foto’s en objecten van de fraters op Curaçao. Beeldhouwwerken van frater Max Ghering geven een bijzonder cachet aan het geheel. Tot laat in de avond speelde in een sfeervolle ambiance de St. Vincentius Harmonie die door de fraters is opgericht. frater Adriano van den Berg frater Edward Gresnigt
Verrijkt Frater Adriano van den Berg gaf in het kort aan hoe de jaren op Curaçao zijn leven als mens en religieus hebben verrijkt. Bij de overdracht van zijn taak als hoofd van het St. Willibrordcollege in 1970 ging hij na bijna tien jaar geenszins gefrustreerd naar Brazilië. Hij was er zich van bewust dat de overdracht van werk en de verantwoordelijkheid daarvoor in de lijn ligt van het evangelie. Hij eindigde door te zeggen dat het voor hem een grote verrassing was Curaçao terug te mogen zien en wilde bij deze gelegenheid gewoon in de rij staan om samen met de genodigden zijn medebroeders die hem voorgingen te eren.
Expositiezalen Elfried Aniceto, oud-leerling van onder anderen frater Jan Smits die op 1 augustus 2015 in Tilburg is overleden, kwam namens de Stichting St. Thomascollege voor diens begrafenis speciaal naar Nederland. Daar lanceerde hij het idee om op Curaçao een permanente expositie en documentatiecentrum in te richten over het leven en het werk van de fraters. Zijn research daarvoor deed hij in het archief van de Fraters in Tilburg. In het voormalig internaat van de fraters
Portret van frater Radulphus Hermus, vervaardigd door Jan van Delft. Frater Radulphus is zestig jaar werkzaam geweest op Curaçao. Hij was algemene overste van 1916 tot 1920.
11
Curaçao
Toespraak Gouverneur van Curaçao Geachte aanwezigen. Ik sta vandaag hier voor u om, mede namens de bevolking van Curaçao, mijn dankbaarheid te tonen voor het goede werk dat de Fraters van Tilburg voor onze gemeenschap met hart en ziel verricht hebben. Dit jaar is het precies honderddertig jaar geleden dat de eerste drie fraters op Curaçao aankwamen om een missie op gang te zetten. Gedreven door hun filosofie: ‘zien, bewogen worden en in beweging komen’, zijn vanaf 1886 tweehonderd fraters de oceaan overgestoken met heel weinig persoonlijk bezit en niet-wetende wat ze te wachten stond om de bevolking van Curaçao en in die tijd de Nederlandse Antillen - te helpen. Ze hebben veel offers moeten brengen en velen hebben dit met hun leven betaald. Honderddertig jaar geleden heerste er op Curaçao een crisis op vele terreinen. Er was onder meer gebrek aan onderwijs vooral voor jongens. De Fraters van Tilburg hebben er voor gezorgd dat er scholen gebouwd werden en onderwijsmateriaal ontwikkeld werd. Op het gebied van sport was er bijna niets. Voetbalclubs en andere takken van sport werden gestimuleerd. Ook dat deden de Fraters van Tilburg. Ook op cultureel gebied zagen we beweging komen. Muzieklessen werden er gegeven,
liederen werden gecomponeerd, zangkoren en muziekbands werden opgericht. Een levend voorbeeld is de St. Vincentius Harmonie die vanavond in ons midden is. Allemaal het werk van de Fraters van Tilburg. Op het gebied van vorming hebben jeugdorganisaties het licht gezien als gevolg van de inspiratie en inzet van de fraters, zoals de R.K Verkennerij en de Jonge Wacht. De komst van de Fraters van Tilburg, op verzoek van mgr. Niewindt, was in eerste instantie voor de aanpak van de opvoeding van onze jeugd door het opzetten van een weeshuis voor probleemjongeren. Hieruit blijkt dat we honderddertig jaar geleden ook al problemen hadden met onze jeugd. Er kwam een internaat op Scherpenheuvel en een op Soto, namelijk San Fernando. Dit waren hoogtepunten van het werk van de Fraters van Tilburg. Met de oprichting van deze internaten hebben de fraters baanbrekend werk verricht. Kwaliteit, orde en discipline waren de factoren van hun succes op het gebied van opvoeding. Hun professionele aanpak heeft vruchten afgeworpen en nu nog spreken vele ‘muchanan di Skèrpènè’, ‘pupillen van Scherpenheuvel’, met lof over de fraters van Skèrpènè en uiten hun dankbaarheid voor de opvoeding die ze genoten hebben bij de Fraters van Tilburg.
Elfried Aniceto geeft uitleg aan gouverneur Lucille George-Wout en andere bezoekers, onder wie Ruthmilda Larmonie-Cecilia, minister van Sociale Ontwikkeling, Arbeid en Welzijn (midden met witte jurk). 12
Beeldhouwwerken van frater Max Ghering op de expositie. Wat kunnen we leren van de Fraters van Tilburg? Op de eerste plaats moeten we kunnen ‘zien’. Zien zonder vooroordelen met een helder oog en een zuiver hart. Op de tweede plaats moeten we ‘bewogen worden’. We moeten ons kunnen identificeren met de hulpbehoeftigen en hen helpen, zonder hen te kwetsen met onze hulp. Op de derde plaats moeten we ‘in beweging komen’ en concrete acties ondernemen om tot oplossingen te komen. Ongetwijfeld hebben de fraters van Tilburg ook fouten gemaakt. Er zijn fouten gemaakt die nog steeds pijnlijk zijn voor verschillende personen. We kunnen de fraters verwijten dat hun aanpak op een koloniale leest gestoeld was en dat de overdracht beter voorbereid had moeten worden. Dat kan allemaal waar zijn, maar we moeten dit zien in de geest van die tijd en de Fraters van Tilburg hebben dit met de beste bedoelingen gedaan. Trouwens Jezus zei: ‘Wie zonder zonde is hij gooit de eerste steen.’ In deze moeten we de moed hebben om te vergeven.
afgelopen decennia? De primaire taak in het menselijk bestaan en onze gemeenschap is het aanvaarden van onze verantwoordelijkheid. Bij het oplossen van problemen waar wij voor staan, wachten we vaak liever af om anderen in actie te laten komen om onze problemen op te lossen en vaak komen we er bedrogen uit door valse beloften.
De kardinale vraag is: Wat hebben wij zelf gedaan nadat de Fraters van Tilburg en andere religieuzen zich in de jaren zeventig teruggetrokken hebben van verschillende werkterreinen waar ze actief waren? Hoe hebben wij onze verantwoordelijkheid gedragen in de
Ik wil het bestuur van de Stichting St. Thomas College prijzen voor het initiatief om een documentatiecentrum op te zetten om dit stuk van onze geschiedenis levend te houden voor ons en voor toekomstige generaties. Namens de bevolking van Curaçao wil ik alle
We leven in een tijd waarin kortzichtigheid, materialisme, opportunisme en egoïsme hoogtij vieren in de samenleving. Maar we mogen de hoop niet opgeven. Naar het voorbeeld van de Fraters van Tilburg kan een beweging van barmhartigheid, waarbij wij onze taken doen met hart en ziel, perspectief bieden. We moeten putten uit de krachten die ons kunnen helpen om ons te verenigen voor het welzijn van een ieder en deze krachten zijn: sociale bewogenheid, rechtvaardigheid en integriteit. Onze missie in dit leven is heel simpel: Wees een goed mens … en een goed mens voor de ander.
13
Curaçao
missionarissen en in het bijzonder alle fraters die zijn heengegaan en die nog in leven zijn hartelijk danken. Een bijzonder woord van dank aan frater Adriano en frater Edward, die overgekomen zijn om hun congregatie te vertegenwoordigen bij deze memorabele gebeurtenis. Geachte aanwezigen de missionering is voorbij. De Fraters van Tilburg komen niet meer terug. Wij moeten de realiteit inzien, onze verantwoordelijkheid nemen en de handen uit de mouwen steken om onze problemen zelf aan te pakken. Ik ben ervan overtuigd dat wij het samen kunnen doen. Tot slot wil ik eindigen met de stelling van paus Franciscus die op het programmaboekje staat en het levensdoel moet zijn voor ieder van ons: ‘Nos ta biba pa sirbi, sino nos no ta sirbi pa biba’, ‘Wij leven om te dienen, anders heeft het geen zin om te leven’.
De St. Vincentius Harmonie, ooit opgericht door de fraters, zorgde bij de opening voor de muzikale omlijsting.
Lucille George-Wout.
Herdenking honderddertig jaar fraters op Curaçao Van 10 tot en met 17 november waren de algemene overste frater Lawrence Obiko en de oud-algemeen overste Harrie van Geene op Curaçao bij de herdenking van de komst van de Fraters CMM naar het Caribische eiland, honderddertig jaar geleden. Er was op 12 november onder meer een gebedsdienst op de begraafplaats waar 42 overleden fraters zijn bijgezet in een mausoleum dat pas gerestaureerd is. Hierbij werd een herdenkingsplaquette onthuld. Hoogtepunt van de herdenking was een eucharistieviering in de Heilige Familiekerk op 13 november. Onder de talrijke aanwezigen bevonden zich de premier van Curaçao en de minister van onderwijs.
De fraters Lawrence Obiko en Harrie van Geene met Elfried Aniceto (links) op de begraafplaats bij de zojuist onthulde herdenkingsplaquette.
14
Indonesië
Deelnemers aan de viering in Balige.
Viering ‘Beweging van Barmhartigheid’ in Balige Balige is een stadje op Sumatra, Indonesië. Fraters CMM zijn hier actief sinds 1950. Niet ver daar vandaan, in Tarutung, is een communiteit van de Zusters SCMM gevestigd. Fraters en zusters werken nauw samen binnen de ‘Beweging van Barmhartigheid’. Op 24 juli 2016 zijn fraters CMM, zusters SCMM, groepen van de beweging en gasten samengekomen in Balige voor een viering in het kader van het ‘Jaar van Barmhartigheid’ dat in de katholieke kerk werd gehouden van 8 december 2015 tot en met 20 november 2016. Frater Fransiscus Linus, overste van de communiteit in Balige, bericht. Er was groot enthousiasme om deze viering bij te wonen, zodat we niet verbaasd waren dat er rond de zeshonderd deelnemers kwamen. Voor de fraters, zusters en andere leden van de Beweging van Barmhartigheid, was de bijeenkomst een historisch moment. Er werd eucharistie gevierd tot intentie van de groei van de lokale groepen van barmhartigheid en om steeds meer de spiritualiteit van barmhartigheid te beleven in het gezinsleven.
Humaner Hoofdcelebrant in de eucharistieviering was de aartsbisschop van Medan, Anicetus Bongsu Antonius Sinaga OFMcap. Het thema van de viering was: ‘Zien, bewogen worden, in beweging komen’ en had als subthema: ‘Via de viering van de Beweging van Barmhartigheid, bouwen wij onze katholieke families op als een kerk in het klein, waar de goddelijke barmhartigheid wordt beleefd’. In zijn preek benadrukte de aartsbisschop dat het bij barmhartigheid gaat om ‘zien, bewogen worden en in beweging komen’, wat ook helemaal overeenkomt met het charisma van de Fraters CMM, de zusters SCMM en de visie van paus Franciscus. Tijdens de mis hebben de leden en groepen van de Beweging van Barmhartigheid God geloofd en geprezen om zijn barmhartigheid voor hen. Ze erkenden ook dat
hun barmhartigheid nog zwak is en veel steun behoeft van God. Om de wereld humaner te maken willen zij de barmhartigheid beoefenen en tot hun spiritualiteit te maken. Ze willen zich bezinnen op de barmhartigheid in hun leven en willen die realiseren door te getuigen van Gods barmhartigheid in het dagelijks leven.
Saamhorigheid Na de eucharistieviering, was er een receptie met optredens van kinderen die deel uitmaken van de Beweging van Barmhartigheid. In zijn speech dankte de initiatiefnemer van de beweging in Balige en Tarutung, frater Ad Hems, de aartsbisschop voor de viering van de eucharistie. Hij bracht naar voren dat barmhartigheid niet zo moeilijk is en afhankelijk is van onze wil om barmhartigheid te doen. De viering van barmhartigheid werd beëindigd met het uitreiken van oorkondes door de aartsbisschop aan de leden van de beide congregaties die de viering hadden voorbereid, zodat zondag 24 juli 2016 een inspirerende dag is geworden, ook voor de saamhorigheid van de families in de Beweging van Barmhartigheid. frater Fransiscus Linus
15
Brazilië
Frater Theo Adams (rechts) met enkele deelnemers aan de bijeenkomst in Brasilia.
‘De tekenen des tijds verstaan’ De Conferentie van de Religieuzen van Brazilië (CRB) is een koepelorganisatie van ongeveer 33.000 vrouwelijke en ruim 2000 mannelijke religieuzen. Van 11 tot en met 15 juli werd een algemene vergadering gehouden in Brasilia, met meer dan 500 afgevaardigden. Onder hen bevonden zich de fraters Adriano van den Berg en Theo Adams. Het thema van de bijeenkomst luidde: ‘Het religieuze leven in verandering’. Een terugblik. Verschillende inleiders benadrukten de noodzaak om de ‘tekenen des tijds’ te zien en te verstaan en veranderingen aan te durven gaan binnen religieuze instituten, zodat ze een profetisch signaal blijven voor de hedendaagse wereld en samenleving. Het religieuze leven moet opnieuw een getuigenis geven van de vreugde en van de vrijheid van het evangelie, tegenover de huidige gecompliceerde wereld.
Zending In de eindboodschap van de algemene vergadering wordt benadrukt dat het evangelie altijd voorop moet staan. Luisteren naar het Woord is essentieel. Jezus Christus is de inspirerende bron, die verwijst naar zending en niet naar een obsessie om te overleven in de crisis die het religieuze leven doormaakt. De verkondiging van de blijde boodschap is geen eenrichtingsverkeer maar gebeurt altijd in wederzijdse relatie: we moeten leren om onszelf te geven maar ook om te ontvangen van anderen. De CRB wil bevorderen dat het religieuze leven naar buiten treedt vanuit de uiteenlopende charisma’s. De zending moet altijd iets provisorisch hebben en in het teken staan van onthechting.
16
Sobere levensstijl Aangedrongen wordt op vernieuwing van contacten met jongeren door met vormingsprogramma’s in te haken op de vragen van deze tijd, zodat zij in het religieuze leven vrouwen en mannen ontmoeten als zusters en broeders die met hen op weg zijn. De algemene vergadering heeft aangegeven de ‘voorkeurskeuze voor de armen’ te herbevestigen door een sobere levensstijl, inzet voor sociale kwesties en de strijd voor mensenrechten en gelijkheid voor allen en de kant te kiezen van kwetsbare groepen zoals migranten en vluchtelingen, slachtoffers van mensenhandel, afstammelingen van Afrikaanse slaven en indianen. Gewezen wordt op het belang een integrale ecologie te stimuleren, die voortkomt uit een passie om te zorgen voor ons ‘gemeenschappelijk huis’. Cruciaal in dit verband is een spiritualiteit van profetisch en contemplatief leven zonder overmatige drang naar consumptie, vanuit de overtuiging dat ’minder meer is’, zoals de encycliek Laudato si’ van paus Franciscus aangeeft (vgl. 222). frater Theo Adams
Jaar van Barmhartigheid
Mijn barmhartige ik In februari verscheen de eerste aflevering van de reeks ‘Barmhartigheid nu!’ met bezinningsmateriaal van de Fraters CMM en de Zusters SCMM voor het Jaar van Barmhartigheid. Dit werd van 8 december 2015 tot en met 20 november 2016 in de katholieke kerk gevierd. In april, juni en augustus volgden de tweede, derde en vierde editie. De vijfde en laatste aflevering kwam uit in oktober. De titels van de uitgaven luiden achtereenvolgens: Vreugdevol in Gods Barmhartigheid, Een barmhartige kerk, Een barmhartig ziekenhuis, Een barmhartige school, Mijn barmhartige ik. De eerste vier edities kwamen aan de orde in eerdere nummers van Fraters CMM. In de vijfde uitgave van de reeks wordt de lezer via bezinnende teksten geconfronteerd met vragen als: Op welke manieren ben je barmhartig voor jezelf? Op welke manieren ben je onbarmhartig voor jezelf? Op welke manier ga je om met het spanningsveld tussen verwachtingen en je eigen tekorten? Waar vind je jouw bron, het stromend water van barmhartigheid dat jou doet groeien, bloeien en vrucht dragen? Centraal staat een tekst van frater Wim Verschuren. Enkele citaten daaruit: “Van jezelf houden, barmhartig zijn voor jezelf … wat betekent dat? Accepteren dat je bent wie je bent, met je mooie kanten en je kwetsbaarheden.
Beseffen dat je niet perfect bent en dat ook niet hoeft te zijn. In de spiegel kijken en durven zeggen: ik ben goed genoeg, ik mag er zijn. Vriend worden met jezelf. … Het betekent dat je nee kunt zeggen zonder schuldgevoel te krijgen. Het betekent ook dat je jezelf telkens opnieuw wilt vergeven. Je bent al een heel eind op weg, als je met mildheid en humor naar jezelf kunt kijken. Het is een weg die je je hele leven moet gaan: steeds meer een liefhebbend en innerlijk vrij mens worden.” De uitgaven van Barmhartigheid nu! verschijnen in het Nederlands, Engels, Indonesisch en Portugees en zijn te vinden op www.cmmbrothers.org. Peter van Zoest
De Fraters CMM hebben samen met de Zusters SCMM in oktober voor intern gebruik een boekje uitgebracht met de titel Barmhartigheid. Het bevat bijdragen van fraters en zusters uit de hele wereld, met korte teksten, citaten en afbeeldingen die te maken hebben met barmhartigheid. Het is verschenen in het Nederlands, Engels, Indonesisch en Portugees bij gelegenheid van de afsluiting van het Jaar van Barmhartigheid.
Logo ‘Mater Misericordiae’, ‘Moeder van Barmhartigheid’ dat gebruikt wordt in de diverse CMM-publicaties in het kader van het Jaar van Barmhartigheid, samen met het officiële Vaticaanse logo voor dit jaar. ‘Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid’ is de naamgeefster van de congregaties van de Fraters CMM en de Zusters SCMM. 17
Kenia
Broederschap: een speciale roeping Een roeping is een antwoord op een oproep van God, waarin iemand ontdekt waartoe God hem of haar uitnodigt. Iedere roeping is in feite geboren uit het initiatief van God; het is een geschenk van de liefde van God. Hij is degene die ‘de eerste stap’ neemt, en niet omdat hij in ons iets goeds vond, maar door de aanwezigheid van zijn eigen liefde “in ons hart uitgestort door de heilige Geest” (Romeinen 5,5).
in gemeenschap met medebroeders. De roeping om broeder te worden is een roeping om te laten zien wat het betekent om werkelijk iemands ‘broeder’, iemands ‘naaste’ te zijn. Broeders helpen bij evangelisatie van het woord van God. Geleid door de liefde voor het volk van God gebruiken ze hun vaardigheden om het seculiere leven van mensen in de richting van het Koninkrijk van God te leiden. Ze werken op vele gebieden in de samenleving, zoals de gezondheidszorg, het onderwijs, christelijke opvoeding, maatschappelijk werk, bouw en constructie, journalistiek en sociale media, landbouw, en ga zo maar door.
Dienen en getuigen Frater Videlis Ong’Ombe Minyega. Elke mens als lid van het lichaam van Christus heeft zijn of haar eigen roeping, en een eigen belangrijke rol in de kerk. Sommigen zijn catecheten en anderen zijn dienende leiders in kleine christengemeenschappen. Daarnaast kennen we ook diakens, priesters, bisschoppen, zusters en broeders of fraters. De meeste van de bovengenoemde functies binnen de kerk zijn in meer of mindere mate bekend. Maar ik ben niet helemaal zeker of veel mensen weten wat broeders (of fraters) precies doen. De meeste mensen denken dat broeders bezig zijn om priester te worden. Broederschap is echter een heel eigen, speciale roeping.
Geloften Een broeder is een man die zijn inzet voor God en medemens intensiveert door de religieuze geloften van armoede, gehoorzaamheid, kuisheid en een leven
18
Broeders leven in een gemeenschap met medebroeders die dezelfde idealen delen en die elkaar ondersteunen en aanvullen in het werk. Zowel individueel als collectief getuigen ze van de liefdevolle tegenwoordigheid van Christus; in hun diensten aan de samenleving en hun werken van barmhartigheid. Ze werken samen en volgen het charisma van hun orde of congregatie. Het gaat hen niet om hun eigen, aparte, geïsoleerde activiteiten. Er zijn vele religieuze instituten van broeders die dienen en getuigen in de wijngaard van de Heer. Onze congregatie van de Fraters van Onze lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid is er één van. Afhankelijk van de idealen en het charisma van de verschillende stichters, richten broeders of fraters zich specifiek op onderwijs, ziekenzorg, maatschappelijk werk, of anderszins. Maar waar zij ook werken, overal zullen zij proberen ‘broeders’ te zijn van de mensen om hen heen. frater Videlis Ong’Ombe Minyega, Sikri, Kenia
Apostolaat in beeld
Hoofdingang van het internaat.
Internaat op Oost-Timor De congregatie wordt wereldwijd geconfronteerd met allerlei vormen van materiële en geestelijke noden. In hun apostolaat proberen fraters deze samen met anderen te verlichten. De vijfde aflevering van deze rubriek brengt het internaat in Suai op Oost-Timor in beeld. 450 jaar lang was Oost-Timor een Portugese kolonie. Daarna, van 1977 tot 2002, maakte het gebeid deel uit van Indonesië. In 2002 werd Oost-Timor een zelfstandige staat. Het land heeft op economisch gebied zwaar te lijden gehad onder de onafhankelijkheidsstrijd die werd gevoerd. Oost-Timor is momenteel een van de armste landen ter wereld. Sinds 1988 zijn de fraters er aanwezig. Het internaat in Suai is eigendom van de jezuïeten, maar wordt beheerd door de Fraters CMM. De jongens die hier wonen gaan naar
nabijgelegen scholen. Voor veel families in Oost-Timor is er geen geschikte school in de buurt. Het internaat biedt de mogelijkheid om toch goed onderwijs te volgen op een verder weg gelegen school. Scholen met een internaat staan uitstekend aangeschreven omdat de leerlingen ook na schooltijden huiswerkbegeleiding krijgen, maar bijvoorbeeld ook kunnen deelnemen muziekles en sportactiviteiten. De fraters begeleiden de jongeren op hun weg naar zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid.
Jongens van het internaat.
Een kamer ingericht als kapel. 19
Apostolaat in beeld
Verschillende woonunits.
Slaapkamer in een van de woonunits.
Een tuintje.
Ontspanning.
Een vijver.
Kleinvee, voor vlees en melk.
20
Kort nieuws
Vincentiaanse pelgrimage Bij gelegenheid van de herdenking van ‘400 jaar Vincentiaans charisma’ organiseert de Vincentiaanse Familie Nederland in mei een korte ‘Vincentiaanse pelgrimage’. De heilige Vincent de Paul (1581-1660) stelde zijn leven in dienst van de armen. Hij vond in 1617 zijn werkelijke roeping. In 1625 stichtte hij de Congregatie der Missie (lazaristen), en in 1633 stichtte hij samen met Louise de Marillac een zustercongregatie: de Dochters van Liefde. In de loop der tijd ontstonden er ook andere door de Vincentiaanse spiritualiteit geïnspireerde congregaties en verenigingen, waaronder de Vincentiusvereniging (in 1833 opgericht door Frédéric Ozanam, Parijs) en in Nederland bijvoorbeeld de Zusters SCMM (1832), de Broeders van Maastricht (1840) en de Fraters CMM (1844). Van 1 tot en met 4 mei is er een programma in Nederland in het generalaat van de Fraters CMM, waarin aandacht wordt besteed aan de de actualiteit van het Vincentiaanse charisma. Van 7 tot en met 13 mei reizen de deelnemers naar Frankrijk om daar ‘Vincentiaanse plaatsen’ te bezoeken. Er zijn nog enkele plekken beschikbaar.
Nieuwe hoofdredacteur CMM-archivaris Rien Vissers heeft op 7 oktober het hoofdredacteurschap van Fraters CMM overgedragen aan Nathalie Bastiaansen. Bij die gelegenheid overhandigde hij haar een beeldje van een paard dat hij in 2009 van zijn voorganger frater Jan Smits had gekregen. Deze had het in 2004 op zijn beurt weer ontvangen van hoofdredacteur frater Remigius Heesbeen, die jarenlang aan het roer had gestaan van het congregationele blad Ontmoetingen, de voorloper van Fraters CMM. Rien Vissers liet bij de overdracht weten blij te zijn dat Nathalie Bastiaansen het stokje van hem wilde overnemen nu hij de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt. Hij prees haar “deskundigheid, gedrevenheid en werkkracht”. Die laatste eigenschap straalt volgens hem ook af van het paard. “Een hoofdredacteur moet de kar trekken”, benadrukte hij. Nathalie Bastiaansen (46) studeerde religiewetenschappen aan de Tilburg University en de Radboud Universiteit Nijmegen. Ze werkte mee aan diverse onderzoeken en publicaties. Vanaf 2010 is zij werkzaam als stafmedewerker
communicatie van de Fraters CMM en sinds 2014 ook als ambtelijk secretaris van het generaal CMM-bestuur. Twee jaar geleden trad zij toe tot de redactie van Fraters CMM.
Rien Vissers overhandigt Nathalie Bastiaansen het beeldje van een paard.
21
In Memoriam
Frater
Frater
Francesco (C.J.P.) Paijmans
Placidus (S.P.S.) Siagian
Hij werd geboren te Rotterdam op 17 mei 1924 en trad in de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Tilburg op 29 augustus 1947. Hij legde zijn professie voor het leven af op 15 augustus 1952. Hij overleed op 3 september 2016 in de communiteit van Joannes Zwijsen te Tilburg en werd begraven op het kerkhof van de fraters op landgoed Steenwijk in Vught.
Hij werd geboren te Purbasinomba, Noord-Sumatra, Indonesië op 16 december 1954 en trad in de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid te Balige op 16 december 1976. Hij legde zijn professie voor het leven af op 2 september 1984. Hij overleed op 26 september 2016 in het R.K. Ziekenhuis Hati Kudus te Langgur, Molukken en werd in deze plaats begraven.
Cor was de oudste van vijf kinderen binnen het gezin Paijmans-Sprenger. Hij volgde de basisschool van de Broeders van Maastricht en was onder de indruk van broeder Constantinus. Daar ontstond het verlangen ook zo’n broeder-onderwijzer te worden. Hij tras uiteindelijk in bij de Fraters CMM. Frater Francesco behaalde diverse diploma’s en zette zich in voor kinderen met een beperking, eerst op het Blindeninstituut te Grave en later op het Koninklijk Instituut voor Doven en Slechthorenden te Hasselt, België. Daar had hij contacten met Italianen en Spanjaarden, die er als gastarbeiders werk hadden gevonden. Hij was aanwezig bij hun liturgische vieringen en dirigent van een Italiaans vrouwenkoor. Frater Francesco was een religieuze man. Religieuze bewegingen boeiden hem, hij was oecumenisch georiënteerd en zong in het Byzantijns Koor te ‘s-Hertogenbosch. Samen met zijn zus heeft hij een oecumenische reis naar Assisi ondernomen, de plaats van Franciscus, de man die hem zo inspireerde om attent aanwezig te zijn voor alle mensen die hij op zijn weg tegenkwam. Frater Francesco mocht zich op het laatst goed verzorgd weten in woonzorgcentrum Joannes Zwijsen. In het ‘Jaar van Barmhartigheid’ vertrouwden we hem toe aan God, die we de Barmhartige mogen noemen.
Hij groeide op in de natuurrijke omgeving van ZuidTapanuli. Thuis leerde hij wat eenvoudig leven betekende. De middelbare school volgde hij bij de zusters in Lintong Ni Huta. Daarna vertrok hij naar Balige om er een onderwijzersopleiding te volgen. Hier leerde hij de fraters kennen. Na het afsluiten van zijn studie in 1976 trad hij in het noviciaat van de Fraters CMM. Frater Placidus was op vele plaatsen en in verschillende hoedanigheden inzetbaar. Hij werd onder meer communiteitsoverste, lid van het regionaal bestuur op Sumatra, postulantenmeester, begeleider in het noviciaat, en directeur van een middelbare school. Frater Placidus heeft laten zien wat dienstbaarheid betekent in het leven van een frater. Hij was bereid te gaan waar zijn talenten en krachten nodig waren. Kenmerkend was zijn goede relatie met eenvoudige mensen. Hij verstond hun taal, had zorg voor hen. Na een ernstig verkeersongeluk leek zijn fysieke toestand redelijk, maar in de dagen erna werd zijn situatie zeer zorgwekkend. Medische hulp mocht niet baten. Hij stierf, omringd door velen. Bijna veertig jaar lang heeft frater Placidus getracht om in zijn leven vorm en inhoud te geven aan barmhartige broederschap. Mag de Barmhartige hem nu opnemen in zijn Liefde die geen einde kent.
22
‘Dichtbij is zijn genade’ (UIT DE LEEFREGEL VAN DE FRATERS CMM)
Sereniteit, moed en wijsheid O Heer, Geef mij de sereniteit om de dingen te aanvaarden, die ik niet kan veranderen; de moed om die dingen te veranderen, die in mijn vermogen liggen; de wijsheid om het verschil tussen beide te onderkennen. Dit gebed van G.K. Chesterton hebben al velen, die bewust en zorgvuldig willen leven in de mond genomen. De sereniteit, de innerlijke rust om te accepteren dat je in bepaalde valkuilen blijft vallen. En dan je niet steeds weer schuldig voelen of zeggen: zo ben ik nu eenmaal en er niets aan doen. En dat geldt niet alleen voor jezelf, maar ook voor de degenen met wie je samenleeft of werkt. Ze zijn ook niet volmaakt. Nee, gemakkelijk is dat niet.
Maar ook de moed om jezelf niet voor de gek te houden en aan heelheid en vrede en wegnemen van hobbels te werken in je eigen leven en in de mensen om je heen. Barmhartigheid is krachtig en zacht tegelijkertijd. Soms is het tijd om ook jezelf in liefde krachtig aan te pakken. Over anderen nog niet gesproken. En dan het inzicht, de wijsheid om te onderscheiden wat je moet accepteren en waar je aan moet werken. Chesterton bad daar voor en velen bidden het hem na. En dan ben je al heel eind en besef je dat steeds de vraag naar wat wijs is, weer aan de orde is.
frater Wim Verschuren
23
De inspiratie van de Geest mag niet uitgedoofd worden door vast te houden aan activiteiten en werkwijzen waarvan het belang minder urgent is geworden. Waar nodig moeten wij bereid zijn, in de geest van evangelische vrijheid de gevestigde vormen van dienstbaarheid te herzien of te verlaten. (uit de leefregel van de Fraters CMM)
Blad van de Congregatie van de Fraters van Onze Lieve Vrouw, Moeder van Barmhartigheid