ONE DEME #2 2021 Nederlands

#2 2021 NEDERLANDS PUBLISHER: DEME COMMUNICATIONS

MEET THE FLEET

Kabelinstallatieschip ‘Living Stone’

FAB FOUR

Marianne Van Gerven

Second Mate Trainee ‘Innovation’

Kapiteins Leo Janssen en Bert Van Der Meulen blikken terug op een druk jaar aan boord van de ‘Living Stone’ en vertellen wat dit unieke schip zo bijzonder maakt.

Jurgen Noorland

Lees meer over de ‘Living Stone’ op pagina 24

Kraanmachinist

Nereida Gomez Project Manager

Christophe Van den Berghe

SNAPSHOT TEAM NIGERIA

Hoe DEME een van de meest afgelegen baggerprojecten ooit realiseerde tijdens de pandemie

Sanering van één van de meest vervuilde plekken in België

Fort Sint-Filips

Kapitein TSHD ‘Bonny River’

Backstage

16

3

met het Dredging Operations Department

32

DE HEROES ZIJN TERUG!

6

EDITORIAAL

Ondanks de uitdagingen van de voorbije 12 maanden wisten we enkele mooie projecten binnen te halen.

Vele van deze projecten zullen over meerdere jaren lopen en zo onze vloot drukbezet houden, wat een grote bijdrage zal leveren aan onze omzet.

Onlangs merkte een van onze klanten op dat ‘de lente ten­ minste niet kan worden afgelast’. En dat is ook zo. Na vele maanden leren leven met de pandemie, zijn er meer en meer positieve berichten over de vaccins die ons geleidelijk terug naar een normaler leven moeten loodsen. Iets om naar uit te kijken, net zoals de lente. Bij DEME hebben we inmiddels ook heel wat positief nieuws te melden. Ondanks de uitda­ gingen van de voorbije 12 maanden wisten we enkele mooie projecten binnen te halen. Vele van deze projecten zullen over meerdere jaren lopen en zo onze vloot drukbezet hou­ den, wat een grote bijdrage zal leveren aan onze omzet. Ook hebben we met succes enkele zeer technische, complexe projecten afgerond. Sommige daarvan komen in deze editie aan bod.

Op onze thuismarkt sleepten we twee contracten in de wacht voor de Oosterweelverbinding, die de Antwerpse ring zal sluiten. Wij zullen ondermeer meebouwen aan het “kroon­juweel” van dit cruciaal infrastructuurproject: de Scheldetunnel, een afgezonken tunnel met een totale lengte van 1.800 m. Dit contract, dat goed is voor vijf jaar werk, illustreert onze sterke expertise op het gebied van afgezonken tunnels. Die vloeit voort uit het bouwen van ondermeer de Coentunnel in Nederland en gaat zelfs helemaal terug tot de jaren ‘60.

Toen bouwden we de Kennedytunnel in Antwerpen. Deze specialisatie is dus al een hele tijd een belangrijk onderdeel van onze portfolio.

EXPERTISE IN AFGEZONKEN TUNNELS

UITZONDERLIJK THUIS BEZORGD Deze editie van ONE DEME wordt uitzonderlijk op je thuisadres bezorgd gezien vele kantoren gesloten zijn door COVID-19.

LAATSTE NIEUWS Een overzicht van het laatste DEMEnieuws kan je vinden op onze website

KLIK HIER

Dankzij deze unieke ervaring in afgezonken tunnels haalde ons consortium enkele jaren geleden ook het contract binnen voor de bouw van de unieke Fehmarnbeltverbinding, die met een lengte van 18 km de grootste af­gezonken weg- en spoortunnel ter wereld wordt.

Dit historische project, dat Denemarken met Duitsland verbindt, zal bijna 10 jaar in beslag nemen. Vier jaar na de ondertekening van het contract gaf de Deense regering haar fiat voor het uitvoeren van het project. In januari 2021 ging de bouw officieel van start.

we geschiedenis zullen schrijven door monopijlers in een buitengewoon harde rotsbodem te boren in plaats van te hameren. Met onze technische expertise wisten we deze unieke oplossing te bedenken. Die zal het onderwaterlawaai ook drastisch verminderen, in overeenstemming met onze doelstelling om duurzame oplossingen te bieden.

Een opmerkelijk project in het orderboek is Dogger Bank, waar we een EPCI-contract in de wacht sleepten voor de inter-­arraykabels van dit enorme windmolenpark van 3,6 GW. En ook daar schrijven we geschiedenis – het is het grootste inter-arrayproject dat ooit werd toegewezen in de sector! De unieke eigenschappen van ons buitengewoon kabel­ installatieschip ‘Living Stone' zijn een van de hoofdredenen waarom dit enorme project aan ons werd toevertrouwd. In deze editie van ONE DEME vind je een interview met de kapiteins van de ‘Living Stone’ over hun drukke jaar. De ‘Living Stone’ werkt vrijwel non-stop en we zien dat onze investering in dit bijzondere schip haar vruchten afwerpt.

We plukken nu echt de vruchten van onze ervaring in marine engineering en civiele bouw. Deze combinatie wordt erg op prijs gesteld door onze jointventurepartners. Onze expertise en de synergieën in onze activiteiten springen ook in het oog bij de megaprojecten die momenteel lopen in Nederland, namelijk de RijnlandRoute, Blankenburgverbinding en Nieuwe Sluis Terneuzen.

Een onlangs afgerond project is het offshore windmolenpark Moray East. Op het hoogtepunt werkten er 4.500 mensen aan het 950 MW grote windmolenpark en waren er 15 schepen actief. We overwonnen alle moeilijkheden, van de pandemie tot de dreiging van piraterij, van de bouw van de grootste jackets ooit tot de oplevering ervan. Met een diepte van bijna 55 m is het ook een van de diepste windmolenparken ter wereld. Ik kan het niet genoeg benadrukken: we realiseerden dit ontzettend uitdagende project voor onze klant ondanks de vele moeilijkheden, het strakke schema en de bijkomende kosten.

GESCHIEDENIS SCHRIJVEN IN OFFSHORE WINDENERGIE

GROTE SANERINGSCONTRACTEN BINNENGEHAALD

Andere belangrijke projecten zijn o.a. het offshore windmolenpark Saint-Nazaire, waar

Onze Environmental teams boekten ook enkele belangrijke successen. Zo wees ExxonMobil ons een tweede groot contract toe voor de sanering van zijn voormalige site in Bowling bij Glasgow. Dit volgde op de succesvolle realisatie van een vier jaar durend saneringsproject voor een raffinaderij in Tønsberg, Noorwegen. ­ We verwachten dat er op de Schotse site maar liefst 250.000-300.000 ton grond zal behandeld worden. Alle grond moet volgens de strikte normen van ExxonMobil worden gesaneerd, zoals overeengekomen met het Schotse Agentschap voor Milieubescherming.

Ik ben erg blij dat ExxonMobil ons opnieuw zo'n complex project heeft toevertrouwd.

Dit onderstreept onze sterke ervaring op het vlak van sanering en milieuwerken.

Ondertussen voeren we, op een site die zelfs vanuit ons hoofdkantoor te zien is, een van de grootste saneringsprojecten ooit in België uit, waarbij de historische vervuiling van Fort Sint-Filips in de haven van Antwerpen wordt aangepakt.

2 – EDITORIAL

UITKIJKEN NAAR DE KOMST VAN SNIJKOPZUIGER ‘SPARTACUS’

Zeer binnenkort zal de gigantische snijkop­ zuiger ‘Spartacus’ onze vloot versterken en deel uitmaken van de “armada” groene ­schepen van DEME die al druk bezig zijn op het project voor de haven van Abu Qir in Egypte, het grootste bagger- en landwinnings­ project uit ons bestaan. Het is niet overdreven te stellen dat de ‘Spartacus’ een gamechanger is. Dit bijzondere schip speelde een belangrijke rol bij het binnenhalen van het Abu ­Qir-contract. Onlangs haalden we in Egypte nog een tweede contract binnen, dit keer voor de containerterminal van Abu Qir. Op beide projecten zal een groot deel van onze vloot worden ingezet en aanzienlijk bijdragen tot onze omzet.

INDRUKWEKKENDE REALISATIE IN HET NOORDPOOLGEBIED

Naast het nieuws over deze nieuwe contracten in Egypte is er nog de indrukwekkende realisatie in het noordpoolgebied dankzij onze bemanningen en het projectteam die werkten op het Sea Channel project. We belichten dit bijzondere project graag in deze editie.

We mobiliseerden maar liefst acht baggerschepen en dit jaar doen we dit huzarenstukje nog eens over. Bij het Sea Channel-project stelden we ook een nieuwe norm voor bagger­ werken in deze kwetsbare omgeving. Onze sterke milieuprestaties op het project zijn het resultaat van onze jarenlange kennis en expertise. In tegenstelling tot anderen is DEME niet nog maar net op de duurzaamheidskar gesprongen: we werken immers al meer dan een decennium rond dit thema, in lijn met onze ambities om mee de wereld volledig koolstofvrij te maken en uiteindelijk een betere samenleving te scheppen voor toekomstige generaties.

STERK ORDERBOEK

Tot slot wil ik jullie allemaal bedanken voor jullie vastberadenheid en flexibiliteit tijdens de pandemie. Hopelijk zorgen onze gezamenlijke inspanningen ervoor dat alles na de zomer geleidelijk aan weer wat normaler wordt. We kunnen dit de baas. Kijk maar hoe we verder werkten aan onze projecten, ondanks de vele hindernissen die we moesten overwinnen.

We hebben een sterk orderboek en er lopen tal van aanbestedingen. Daarnaast kunnen we rekenen op ongelooflijke troeven zoals de ‘Living Stone’ en ‘Spartacus’. We staan meer dan klaar voor als alles terug wat in zijn plooi valt. Die dag komt, maar het is nog niet helemaal zeker wanneer.

Met onze ‘One DEME, One Team’-spirit gaan we geen uitdaging uit de weg!

Luc Vandenbulcke CEO DEME Group

BACKSTAGE

Backstage met het Dredging Operations Department Nieuwe Dredging Operations Department wil kantoren, projectsites en schepen dichter bij elkaar brengen De oprichting van de nieuwe afdeling Dredging Operations in 2020 illustreert nu al de voordelen van een geïntegreerde aanpak bij projecten zoals Saint-Nazaire in Frankrijk en de kerncentrale van Akkuyu in Turkije. We praten met de zes managers.

Tenslotte zijn we One DEME, One Team!

Dredging Operations wordt geleid door Operations Manager Sven De Beenhouwer, die sinds 1999 bij het bedrijf werkt, en telt vijf afdelingshoofden. Sven legt uit: “De nieuwe afdeling Operations binnen de Activity Line Dredging neemt in feite de ­activiteiten van de vroegere COO-afdeling over en combineert de activiteiten van enkele andere afdelingen. Die activiteiten gaan van tenders tot de uitvoering van projecten. Daarom werden de vaardig­heden en expertise van vijf afdelingen nu gebundeld in de afdeling Dredging Operations.”

Het tender-team, onder leiding van Johny Van Acker, ondersteunt de Area Directors met hun berekeningen van de juiste prijs voor onze projecten. De tender- en project­ teams krijgen deskundige technische input van de afdeling Engineering, Design & Technology, onder leiding van Marc Van Den Broeck. Zodra het project binnengehaald is, zal het Project Office, met Sofie Verheyde aan het hoofd, de nodige schepen

plannen en de projectteams ondersteunen met de mobilisatie en opzet van het project.

Sofies afdeling zorgt ervoor dat het juiste schip wordt ingezet bij het juiste project en streeft naar operationele continuïteit voor elk schip binnen de vloot. De Fleetafdeling, onder leiding van Filip Clemeur, zorgt ervoor dat al deze schepen in de best mogelijke technische staat verkeren met het oog op een maximale efficiëntie. En last but not least is er de afdeling QHSE, die door Kris Gettemans wordt geleid. Deze afdeling ondersteunt de tender-teams, projectteams en bemanningen opdat de strengst mogelijke veiligheidsnormen worden geïmplementeerd en gehanteerd bij al onze projecten.

Sven benadrukt: “Het ‘ops’-team (­operations), waarin iedereen zijn eigen specialiteit heeft, valt nu onder één koepel. We kunnen p­rojecten niet uitvoeren zonder elk van hen, waarbij elk teamlid zich inzet om onze p­rojecten maximaal te ondersteunen.

Tenslotte zijn we One DEME, One Team!”

Cutter suction dredger 'd'Artagnan en TSHD 'Bonny River' aan de slag op het Saint-Nazaire offshore windparkproject.

Het team haalt enkele recente voorbeelden aan waar deze geïntegreerde aanpak al een rol speelt, met name bij projecten als SaintNazaire in Frankrijk en de kerncentrale van Akkuyu in Turkije.

SUCCES IN SAINT-NAZAIRE

In Saint-Nazaire, waar de voorbereidingen in volle gang zijn voor het eerste commerciële offshore windmolenpark ooit in Frankrijk, werkt het baggerteam samen met het project­ team van DEME Offshore. Sven merkt op: “Uiteindelijk staat de techniek centraal bij dit project, waar we te maken hebben met een zeer harde, rotsachtige zeebodem. Heel wat technische input van Marcs team was hierbij nodig. Normaal zouden we dit project aanpakken met een cutter, maar in plaats daarvan gebruikten we onze gloednieuwe sleephopperzuiger ‘Bonny River’. Die was uitgerust met een sleepkop die steen kan vermalen.”

Door de extreme offshore weers­omstandig­ heden voor snijkopzuiger ‘D’Artagnan’ werd de ‘Bonny River’ erbij gehaald om het resterende werk voor de ‘D’Artagnan’ zoveel mogelijk te verlichten, zegt hij.

“De teams van Johny en Marc hadden al tal van uitvoerings­ scenario’s onderzocht.

Zodra Filips team de ‘Bonny River’ en de ‘D’Artagnan’ had klaargemaakt voor de best mogelijke uitvoering van het werk, moest Sofie ervoor zorgen dat de ‘Bonny River’ beschikbaar was tussen ­projecten door en dat de ‘D’Artagnan’ ook werd gemobiliseerd.

Tegelijk moest ze ook de planninginterfaces met DEME Offshore goed in de gaten houden. Ondertussen hielp het team van Kris het projectteam om ervoor te zorgen dat we aan de strengste normen voor offshore veiligheid voldeden.”

“Alle vijf afdelingen werkten heel goed samen.

Daardoor en door de nauwe samenwerking met het projectteam kon deze fase van het project eerder dan gepland worden uitgevoerd, met een goed eindresultaat,” merkt Sven op. Johny benadrukt dat alle teams (het Projectteam en de Operationsteams van Dredging en Offshore) heel nauw samenwerkten. “Alles verliep vlot – de planning, technische kant – en uiteindelijk leverde dat een tevreden klant op.” Marc voegt eraan toe dat de kracht van het nieuwe Operationsteam schuilt in zijn horizontale in plaats van verticale organisatie. “Vroeger werkten we misschien op ons ‘eigen eiland’, in onze ‘eigen bubbel’ zoals we tegenwoordig zeggen.

Belangrijkst van al is dat we nu een beter zicht hebben op waar de kennis zit, aan wie we iets moeten vragen.”

BACKSTAGE - 3

Sofie Verheyde, Deputy Operations Manager & Lead Project Office Ann De Vos, Administrative Support

Kenneth Engelen, Vessel Planning & Deputy Lead Project Office

Kenneth Bovyn, Tender Manager Ivan Driessens, Fleet Manager

Kris Gettemans, Head of QHSE-S

VLOT WERKEN IN AKKUYU

Die naadloze integratie en nauwe samenwerking van het Operations-team met het projectteam springt ook in het oog bij de werken voor de kerncentrale van Akkuyu in Turkije. Ook daar verliep het werk vlot en hadden we te maken met bijzonder hard gesteente. “Zodra het groene licht gegeven was, kwamen er tanden en snijkoppen uit de hele wereld,” zegt Sofie. “Ja, hard gesteente en ‘vlot’ werken zijn twee dingen die normaal niet zo goed samengaan!” voegt Marc eraan toe. Het projectteam en de bemanning van de ‘D’Artagnan’ rondden het project snel af, dat ongeveer 1 miljoen m3 vertegenwoordigde.

“De teams ter plaatse leverden een fantastische prestatie!” benadrukt Sven.

Filip merkt op dat het ook van vitaal belang is om de beperkingen van de tools en werktuigen te kennen. “De teams ter plaatse slaagden er bijvoorbeeld in om het werk uit te voeren ondanks het harde gesteente, door de ‘D’Artagnan’ tot het uiterste te drijven zonder enige schade te brengen aan het schip.”

Ze lachen allemaal en zeggen dat ze ‘werktuigen altijd voorbij hun limieten proberen te drijven’. Dat geeft Filip en zijn team heel wat werk. Filip is het daarmee eens en grijnst.

“Ja, we worden vaak uitgedaagd om grenzen te verleggen, het is een grijze zone.” Johny merkt op dat de concurrentie nog heviger is in coronatijden. “We moeten slimme, vernuftige oplossingen bedenken, die inderdaad vaak de grenzen verleggen. Zo kunnen we dan een goede prijs maken en de concurrentie verslaan.”

FELLE CONCURRENTIE OM ABU QIR BINNEN TE HALEN

Ze verwijzen allemaal naar de recente toekenning van het grootste bagger- en landwinningsproject uit het bestaan van DEME – Abu Qir in Egypte. Marc legt uit: “We haalden dit drie jaar durende project binnen,

4 - BACKSTAGE

Cutter suction dredger 'D'Artagnan' voerde baggerwerk uit voor de kerncentrale van Akkuyu in Turkije.

dat een groot deel van onze omzet vertegenwoordigt. Maar het was op het nippertje.”

“In de veronderstelling dat de tender een ­succes ging zijn, was het team al begonnen met de voorbereidingen. Zo konden ze snel handelen eens het zover was,” benadrukt Johny. “Dat is de nieuwe dynamiek – in een zeer vroeg stadium de uitvoeringsfase in gang zetten.”

Sofies team begon meteen de inzet van de vloot te plannen en schepen strategisch te positioneren, zodat DEME zo snel en productief mogelijk kon beginnen bagge­ ren. “Eerst positioneerden we vijf hoppers.

De ‘Nile River’ kwam uit Singapore, de ‘Breughel’ en de ‘Breydel’ bevonden zich in de Middellandse Zee, de ‘Congo River’ legde de laatste hand aan een project in Italië.

En de ‘Reynaert’ wordt klaargemaakt in

Griekenland. Uiteindelijk zullen er nog veel meer schepen volgen, waaronder snijkop­ zuiger ‘Spartacus’, ons nieuwe vlaggenschip dat meteen na oplevering zal worden gemobiliseerd voor dit project.

“Dit wordt ook mogelijk gemaakt door een transparante communicatie tussen de ­verschillende afdelingen. We onderzochten de planning, de oplossingen van de ­afdeling Engineering, Design & Technology en de technische gereedheid van de schepen.

Filip vroeg zich af of het nodig was om ­schepen vroeger aan de kant te halen voor een d­ ocking enz. We werken samen, met zeer korte communicatielijnen.”

Marc voegt eraan toe dat zijn ingenieurs, wanneer ze berekeningen maken, altijd uitgaan van de veronderstelling dat de

schepen en werktuigen 100 % beschikbaar zijn.

“Dat maakt Filips werk zeer moeilijk en u itdagend. Herstellingen moeten snel ­ ­gebeuren en Kris moet er ook voor zorgen dat alles veilig verloopt.”

TECHNISCHE EXPERTISE DE KLOK ROND

Filip, die instaat voor 105 drijvende ­eenheden (waaronder 21 sleephopperzuigers, 11 snijkopzuigers, 3 backhoe dredgers en 8 splijtbakken), is het ermee eens dat zijn werk een hele uitdaging is, vooral met de impact van de pandemie. Hij kan rekenen op 75 technical superintendents die kapiteins en chief engineers ondersteunen. “Maar ongeveer 50 % van hun werk doen ze nu vanop afstand, dat is heel zwaar. Onze experts werken bijna de klok rond. Ze moeten dus wel on­con­ventioneel denken om onderhoud en herstellingen uit te voeren,” zegt hij. “Het professionalisme van

Sven De Beenhouwer, Operations Manager

Johny Van Acker, Lead of the Tender Department

Filip Clemeur, Head of Fleet

Tom Nees, Engineering, Design and Marc Van Den Broeck, Technology Manager Lead of Engineering, Design and Technology Department

Brenda Van de Voorde, QHSE Manager

de bemanningen verdient alle lof. Het internet aan boord werkt niet altijd goed, maar na een kort gesprek met onze specialisten worden problemen snel opgelost. De bemanningen zijn goed op de hoogte van hun aen de onderhoudsprocedures.”

willen deze praktische kant en technische kant ­ combineren. Zo kunnen we elkaar begrijpen en ‘elkaars taal’ spreken – een heuse ‘One DEME, One Team’-filosofie.”

Sven besluit: “We hebben een uitstekend team, en ik heb er alle vertrouwen in dat het ons zal lukken. De juiste mensen zitten op de juiste plaats!”

PROFESSIONALISME VAN DE BEMANNING

Sofie geeft als voorbeeld de ‘Lange Wapper’.

Die was bijna klaar met zijn project in het Colombiaanse Buenaventura, toen er iets stuk ging. De kapitein was echter vast­ besloten om de werken verder te zetten en de panne te verhelpen. Filip verwijst naar de bemanning van de ‘Uilenspiegel’, die ook puike onderhouds- en herstellingswerken uitvoerde op weg naar het noordpoolgebied.

Ze zijn allemaal erg onder de indruk van de gedrevenheid en vastberadenheid van de bemanningen om de klus te klaren. Sven merkt op dat de interactie tussen de vijf afdelingen nu al goede operationele resultaten oplevert, maar hij is absoluut vastbesloten om de kantoren, projectsites en schepen dichter bij elkaar te brengen.

EEN UITSTEKEND TEAM

“Een belangrijk doel is de kloof te dichten tussen de kantoren en projectsites en tussen de kantoren en schepen. Planning, veiligheid, techniek… we moeten allemaal dichter bij de sites en bemanningen staan. We doen er alles aan en engageren ons om dat te r­ealiseren.

Jammer genoeg moesten alle geplande bezoeken aan schepen en projectsites natuurlijk worden uitgesteld of zelfs geannuleerd omwille van COVID. Maar dit is van cruciaal belang als we een beter inzicht willen krijgen in elkaars werk.”

Marc is het daarmee eens en voegt eraan toe dat de afdeling Engineering, Design & Technology een zeer jong team is. “Onze mensen hebben een enorme technische kennis, en de bemanning van haar kant beschikt over praktische kennis en ervaring. We

Wie is Wie in het Dredging Operations team OPERATIONS MANAGER, SVEN DE BEENHOUWER

Sven ging in 1999 aan de slag bij Tideway (nu DEME Offshore) en werkte vier jaar aan boord van de valpijpschepen die steenstortwerken uitvoeren. Daarna was Sven aan land betrokken land fall-projecten. Een decennium later trok hij naar DI en werkte hij overal ter wereld. “Ik heb een tijdje funderingen geïnstalleerd voor fase 2 van het offshore windmolenpark C-Power; België is dus nog vrij nieuw voor mij! Maar het is leuk om weer thuis te zijn.”

DEPUTY OPERATIONS MANAGER EN PROJECT OFFICE LEAD, SOFIE VERHEYDE

Sofie studeerde in 1999 af als ingenieur en was meteen gebeten door de DEMEmicrobe, de sfeer en de gedrevenheid. Ze begon bij de survey-afdeling en werd vervolgens superintendent, works manager, projectleider… Ze voer ook acht jaar lang de hele wereld rond. Sofie heeft veel in de offshore sector gewerkt, maar maakt nu deel uit van de afdeling Operations en houdt zich opnieuw bezig met bagger­ werken – “mijn oude liefde”.

LEAD ENGINEERING, DESIGN & TECHNOLOGY, MARC VAN DEN BROECK,

Marcs carrière bij DEME begon in 1989.

Daarvoor was hij academicus en assistent-­ professor aan de Universiteit van Gent, gespecialiseerd in bodem- en rots­ mechanica. “Deze tak van de wetenschap lag me nauw aan het hart en dat zal altijd zo blijven. Alain Bernard overtuigde me om het eens te proberen bij DEME, eerst in 1989 en later in 1996 als hoofd van de technische afdeling. Zodra ik de smaak te pakken had van wat het werk van een aannemer inhoudt, was ik verkocht!”

DEPUTY OPERATIONS MANAGER EN LEAD TENDER-AFDELING, JOHNY VAN ACKER

Johny kwam 30 jaar geleden bij DEME werken, aanvankelijk bij Hydro Soil Services.

Hij was vooral gespecialiseerd in bodem­ onderzoeken voor tenders en directioneel boren. Daarna trok hij naar DI en nam hij deel aan grotere tenders, zoals die voor het eiland Jurong in Singapore. In 2000 werd hij desk manager voor Noord-Europa en daarna Area Manager. Hij was betrokken bij de tender voor de Fehmarnbeltverbinding.

“Uiteindelijk doe ik heel graag tenders, ik hou ervan om contracten binnen te halen.”

HEAD OF FLEET, FILIP CLEMEUR

Filip begon in 2002 als Technical Superintendent. Enkele jaren later werd hij benoemd tot Technical Manager en trok hij naar Qatar, waar DEME net de Middle East Dredging Company aan het oprichten was.

In 2015 keerde hij terug. Hij heeft nu de leiding over de volledige baggervloot.

HEAD OF QHSE-S, KRIS GETTEMANS

Kris kwam vrij recent bij het bedrijf ­werken.

Oorspronkelijk ondersteunde hij DEME QHSE-S in 2017 als externe consultant en werd hem gevraagd of hij interesse had om over te stappen naar DEME. “Ik hou van de uitdagende en innovatieve sfeer bij DEME, vandaar mijn beslissing om hier te komen werken!”

5

SNAPSHOT TEAM NIGERIA

Hoe DEME een van de meest afgelegen baggerprojecten ooit realiseerde tijdens de pandemie Gezien de huidige COVID-situatie konden we helaas geen mooie foto maken van het team in Nigeria. Toch willen we hen in deze editie van ONE DEME even in de schijnwerpers zetten voor al hun inspanningen en harde werk. Hartelijk dank aan het hele team!

Sleephopperzuiger 'Breughel' tijdens de bagger- en landwinningswerkzaamheden in de haven van Onne in Nigeria.

6 - SNAPSHOT

Iedereen droeg zijn steentje bij en reorganiseerde zijn eigen team om te helpen.

Sleephopperzuiger “Marieke” voert baggerwerkzaamheden uit voor de Bonny Bodo Road.

Luke Inegbedion

Nu de (on- en offshore) teams in Nigeria het buitengewoon moeilijke project voor de Bonny-Bodo-weg hebben afge­ rond, praten we met Luke Inegbedion, Director of Operations (Nigeria), en met Mark Coenjaerts, General Manager (BCC – een joint venture), over de manier waarop dit ingewik­ kelde project werd gerealiseerd op het hoogtepunt van de pandemie.

Project Manager Filiep en Works Manager Pierre bleven ter plaatse van februari tot het einde van het project in september.

De bemanning van de ‘Marieke’ moest lang aan boord blijven. Maar wat er ook gebeurde, de productiecijfers bleven hoog.”

Luke, die al ruim 30 jaar bij DEME werkt, zegt dat hij bij nagenoeg elk project in Nigeria betrokken was – rechtstreeks of onrechtstreeks. Hij leidt een team van een 200-tal mensen en licht de structuur van de activiteiten bij DEME toe.

Luke merkt op dat het moreel hoog bleef, omdat Filiep bij de bemanning bleef en Pierre elke dag ter plaatse was. “Er was altijd iemand van het management aan boord van het schip.

Hieruit blijkt het engagement van de directie: ze geven het goede voorbeeld, ze zijn samen met jou aanwezig. Of het nu om medewerkers aan land of de bemanning gaat – we zijn een groot team.”

HET GOEDE VOORBEELD GEVEN

In Nigeria zijn een ondersteuningsteam en een uitvoeringsteam opgericht voor elk project. Het ondersteuningsteam bestaat vooral uit Nigeriaanse medewerkers, terwijl het uitvoeringsteam een mix van expats en Nigerianen is. Hij is vooral trots op wat het ondersteuningsteam heeft verwezenlijkt. “Onze ondersteuningsteams hebben een lange geschiedenis binnen DEME en staan voor continuïteit – ze begrijpen elk project en weten waar ze moeten aankloppen als er problemen moeten worden opgelost.

Ze bestaan al zo lang als het bedrijf bestaat en we vertrouwen op hen om de klus te klaren.

Je kan best stellen dat zij de ruggengraat zijn van het bedrijf.”

Een uniek aspect van zaken doen in Nigeria is het belang van de lokale gemeenschap, benadrukt Luke. “De gemeenschap aan boord krijgen is van cruciaal belang om succes te boeken.

Daarom is de relatie tussen het projectteam en de gemeenschap altijd een prioriteit.” Een verbindingsofficier, die de cruciale link vormt met de gemeenschap, stelt DEME voor en legt het project uit, vaak in samenwerking met de klant.

WIL JIJ JOUW TEAM IN DE KIJKER ZETTEN?

Neem een leuke teamfoto en stuur deze naar communications@deme-group.com.

Misschien zien we jou wel schitteren in de volgende editie van de ONE DEME-krant!

SUCCES ONDANKS LOCKDOWN

Een zeer moeilijk project, te midden van de pandemie, was de succesvolle ophoging door DEME van een 6 km lange strook moerasland tussen Bonny en Bodo, waar een nieuwe weg zal worden aangelegd. Het project voor de Bonny-Bodo-weg was een van de meest afgelegen projecten ooit van DEME. Toch was het van vitaal belang om de ganse gemeenschap aan boord te krijgen. Teamwerk stond voorop bij het project.

Deze strook van in totaal een 35-tal km door de jungle en grotendeels door mangrovebossen werd met succes afgewerkt, ondanks het feit dat de teams te maken kregen met lockdowns vanwege de pandemie. “Zelfs zonder de pandemie ligt dit project in niemandsland, de enige toegang is via het water. De logistiek ging dus altijd al een uitdaging zijn.

Het project zat al drie decennia in de pijplijn van de overheid, maar is nu eindelijk klaar!” lacht Luke.

De nieuwe weg verbindt voor het eerst het vasteland met het eiland Bonny en is zeer belangrijk voor zowel de regionale gemeenschap als de Nigeriaanse economie. De weg vormt namelijk een gemakkelijke toegang over land tot de Nigeriaanse gasexportterminal op Bonny. In januari 2020 begon het team te mobiliseren en in september werd het project overgedragen aan de klant.

“Mijn collega’s verdienen alle lof. Zo zat Project Manager Filiep De Zutter ongeveer acht maanden lang vast ter plaatse en kon hij niet naar huis. Alle zee- en luchtvervoer lag stil.” Alleen dankzij onze mensen en hun flexibiliteit konden we ons aanpassen, benadrukt Luke. “Onze Works Manager Pierre Smit en ons ondersteuningsteam, en natuurlijk de bemanning van de ‘Marieke’, hebben allemaal geweldig werk geleverd onder deze zware en moeilijke omstandigheden.

Afrikaanse spirit in mijn bloed zit.” Mark is momenteel gevestigd in Lagos en verantwoordelijk voor de hub op Bonny. Hij legt uit dat zijn team ook het Bonny-Bodo-project hielp ondersteunen. “We zijn een klein team, we werken hand in hand en houden elkaar gemotiveerd. Als er mensen of goederen te kort waren, trokken we met een speedboot naar het Bodo-team. Iedereen droeg zijn steentje bij en reorganiseerde zijn eigen team om te helpen. We werkten in synergie.”

Mark benadrukt hoe belangrijk het is om de cultuur en mensen te begrijpen. “Pierre, die tot voor kort lid was van het uitvoeringsteam in Bonny, kent de problemen en begrijpt de uitdagingen. Hij kent ook de meeste medewerkers, dat helpt. We hebben mensen nodig die de omgeving hier en de cultuur van de mensen kennen.”

De flexibiliteit van DEME was ongetwijfeld van cruciaal belang.

“Ook op het terrein Het droeg iedereen zijn Luke is het daarmee ondersteunings­ steentje bij, ze moesten eens: “We proberen team is echt de zowel vindingrijk als altijd mensen in te ruggengraat van flexibel zijn, omdat zetten die de cultuur de situatie voortdubegrijpen en respecteDEME in Nigeria. rend veranderde door ren. Ik ben de lokale Zonder hen zouden COVID.” Om nog een medewerkers en onze we niet staan waar voorbeeld te geven van superintendent dank­ de extreme uitdagingen baar. Ze hebben we nu staan. die ze moesten overdoorgaans 10-20 jaar winnen, wijst Luke ervaring. Ze weten hoe naar Lamin Dania, ze zich moeten aanpasBase Manager in Port sen – het ondersteuHarcourt. In een totale lockdown, waarbij ningsteam is echt de ruggengraat van DEME verplaatsingen tussen staten verboden waren, in Nigeria. Zonder hen zouden we niet staan moest Lamin het wegtransport regelen van waar we nu staan,” aldus Mark. ongeveer 240 stuks baggerleiding van Lagos naar Port Harcourt, dwars doorheen vier Luke voegt eraan toe dat de ­verwezenlijkingen staten. De beveiliging was een prioriteit en van het Nigeriaanse team en de bemanning er was ook een speciale toelating nodig om van de ‘Marieke’ best indrukwekkend zijn. goederen tussen staten te vervoeren, omwille “Hoewel dit project plaatsvond tijdens de van de lockdown. Bovendien veranderde het pandemie, op een van de meest afgelegen beleid regelmatig, zodat het team zich voortlocaties ter wereld, wisten ze toch de klus durend moest aanpassen. te klaren! Dit is de typische DEME-spirit – we zijn flexibel, we passen ons aan. We mobiDE CULTUUR EN MENSEN BEGRIJPEN liseerden twee hoppers, ondanks de volledige Mark Coenjaerts werkt al enkele jaren bij het lockdown! We zijn echt een team, als een uitvoeringsteam en het ondersteuningsteam, familie. We zorgen voor elkaar.” zowel in Nigeria als daarbuiten. Hij vertelt dat hij zich thuis voelt in Afrika, omdat hij in Rwanda geboren is. “Ik denk dat de

7

FAB FOUR SECOND MATE TRAINEE ‘INNOVATION’

Marianne Van Gerven Marianne Van Gerven, Second Mate trainee aan boord van de ‘Innovation’, is een van onze nieuwste aanwervingen. Ze ging in maart 2020 bij DEME aan de slag, nadat ze twee jaar op bulkers en containerschepen in de koopvaardij had gewerkt.

Marianne studeerde af aan de Antwerpse Zeevaartschool.

Ook al zitten er geen zeelieden in haar familie, ze vaart al het grootste deel van haar leven en stak al meermaals de ­oceaan over tijdens familievakanties.

De kapiteins en bemanningsleden hebben me allemaal beïnvloed door hun bereidheid om hun kennis en ervaring te delen. Daar leer ik elke dag van.

BEN JIJ DE VOLGENDE? In elke editie van onze ONE DEME-krant maken we kennis met vier DEME-collega’s in diverse functies uit alle hoeken van de wereld. Aan elke collega worden dezelfde vier vragen gesteld. Daaruit blijkt ­waarom DEME bijzonder is voor hen. Ook geven ze een inzicht in hun loopbaan en opvallende projecten. De ‘Fab Four’ wordt ook gevraagd of ze tips voor DEME hebben, in lijn met ons streven naar continue verbetering.

Wil je graag deelnemen of een collega nomineren die volgens jou een speciale vermelding verdient in de volgende editie, mail dan naar: communications@deme-group.com

8 – FAB FOUR

Wat maakt DEME bijzonder voor jou?

Ik kon meteen aan de slag bij DEME Offshore, in de sector van hernieuwbare energie. Dat wou ik altijd al doen. Ik wist dat deze sector een van de kernactiviteiten van de DEME Group is en alles rond hernieuwbare energie ligt me nauw aan het hart.

Ik vind het heel belangrijk dat we iets terugdoen voor onze planeet, omdat ze ons zoveel geeft. Mijn masterthesis ging over ­hernieuwbare energie, en in het bijzonder over walstroom in de haven van Gent. En nu werk ik op de ‘Innovation’, waarmee we offshore windparken installeren, die ­woningen en landen voorzien van schone, groene energie.

Ik wou ook bij een bedrijf werken waar ik (hopelijk) mijn hele carrière kan blijven.

DEME staat erom bekend dat het zorg draagt voor zijn mensen. Dat heb ik zelf kunnen merken aan de manier waarop het de corona­ pandemie en het incident op de ‘Orion’ aanpakte. DEME zorgt echt voor je welzijn – je bent geen nummer. Het bedrijf zorgt voor gelukkige werknemers aan boord.

Daarnaast is het geweldig om als vrouw dezelfde kansen te krijgen als mannen.

Ik moet misschien harder werken om me te bewijzen, maar ik ga geen uitdaging uit de weg. Ik wil graag bewijzen dat we dezelfde doelstellingen kunnen halen als onze mannelijke collega’s.

En, belangrijkst van al, ik vaar graag en ontdek graag nieuwe culturen. Bij een bedrijf als

DEME kan ik mijn passies dus kunnen combineren in één job!

Is er iemand/iets dat je carrière bij DEME op een speciale manier heeft beïnvloed?

Ik heb oorspronkelijk in de koopvaardij gewerkt, ik ben al mijn collega’s aan boord van de ‘Orion’ en de ‘Innovation’ dus enorm dankbaar. Ze gaven me de kans en gelegenheid om mijn vaardigheden te ontwikkelen, vooral de kapiteins Helmut, Michiel en Jörg. Ik kreeg de gelegenheid om te groeien en mijn carrière te ontwikkelen. Dankzij hun deskundige kennis kan ik een rol spelen bij de projecten.

De kapiteins en bemanningsleden hebben me allemaal beïnvloed door hun bereidheid om hun kennis en ervaring te delen. Daar leer ik elke dag van. Ik hoop nog lang bij DEME te mogen werken.”

Op welke realisaties ben je het meest trots?

“Het is moeilijk een specifiek project te noemen. Ik ben nog relatief nieuw, maar over het algemeen ben ik trots op de manier waarop ik me in de teams van de ‘Orion’ en de ‘Innovation’ heb geïntegreerd. Mijn eerste schip zou de ‘Orion’ zijn. We weten allemaal wat daarmee is gebeurd. Op enkele dagen tijd werd ik echter aan een ander schip toe­ gewezen. Iedereen werkte zo nauw samen, van de projectteams tot de kapiteins en de Crewing-afdeling. Ik was onder de indruk van de manier waarop iedereen ermee omging en samenwerkte.

En nu werk ik aan boord van de ‘Innovation’.

Ook daar zie je de ‘One DEME, One Team’-filosofie bij elk project. De motivatie

en inspanningen van onze bemanning en project­teams maken van al onze projecten een succes. Daar zijn we als team erg trots op.

Voor sommigen was ik aanvankelijk misschien een ‘jong meisje’ zonder ervaring, maar dankzij de bemanning voelde ik me echt welkom. We vormen één team.

Ik ben er echt trots op dat ik deel uitmaak van een team dat uitdagende projecten zoals Saint-Nazaire zal kunnen realiseren – dat is iets heel bijzonders. Het is een fantastisch project waarmee we een heuse pionier in onze sector zijn.

Waar droom je nog van?

Op professioneel vlak wil ik in de sector van offshore hernieuwbare energie blijven ­werken.

Ik hoop dat mijn carrière me naar verre plekken voert, liefst zo ver mogelijk. Ik wil zoveel mogelijk culturen ontdekken. Ook wil ik aan uitdagende projecten zoals Saint-Nazaire werken – dingen die nog niet eerder zijn gedaan.

Op persoonlijk vlak is dat niet heel anders – ik wil reizen, verschillende culturen ontdekken en ik wil echt eens naar de Galapagoseilanden en Spitsbergen varen.”

Heb je een tip voor DEME? We leven in een wereld met toenemende concurrentie van landen zoals China en tussen multinationals, maar we hebben een mooi bedrijf dat zorg draagt voor zijn mensen.

Ik hoop dat dat de komende 20 jaar zo zal blijven. Toen ik nog lange reizen maakte op bulkers en containerschepen, zag ik onder welke druk iedereen werkte, alsook de voortdurende focus op kostenverlagingen.

Ik hoop ook dat DEME spannende opportuniteiten blijft bieden. Als je ruimdenkend bent, weet je nooit welke deuren zullen opengaan. Er moet altijd de gelegenheid zijn om met leuke collega’s te werken en coole, ­innovatieve projecten te realiseren!

FAB FOUR KRAANMACHINIST

Jurgen Noorland Jurgen Noorland werkt al 20 jaar lang als kraanmachinist bij DEME, hoewel dat nog 'Geka Construction’ heette bij zijn indiensttreding. Op een vakbeurs ontmoette hij Paul Van den Berg, Technical Superintendent, die hem wist te over­ tuigen om lid te worden van het DEME-team.

WORKING AT DEME DEME biedt oplossingen voor uiteenlopende uitdagingen in een snel veranderende ­wereld. Onze medewerkers zijn de sleutel tot ons succes.

Ondanks deze bijzondere en uitdagende tijden zijn we steeds op zoek naar nieuw talent. Ken jij iemand met de juiste One DEME, One Team spirit? Verwijs hen dan zeker door naar onze website voor een overzicht van openstaande vacatures.

KLIK HIER

Wat maakt DEME bijzonder voor jou?

Ik hou vooral van het feit dat we heel wat vrijheid krijgen bij het uitvoeren van ons werk.

We krijgen bijvoorbeeld echt de ruimte om na te denken en onze eigen ideeën voor te stellen.

We kunnen ons dagelijks werk op onze manier doen. Dat stel ik echt op prijs.

Als kraanmachinist bij DEME is iedere dag anders. Dat maakt het uitdagend en leuk.

De vrijheid krijgen om de dingen op jouw manier te doen, maakt alles veel leuker en lonender.

DEME is bijzonder voor mij, omdat mensen hier de kans krijgen om zich te ontwikkelen, om hun eigen ding te doen. Het spreekt me enorm aan dat ik tijdens mijn werk zelf kan nadenken over oplossingen."

Is er iemand/iets dat je carrière bij DEME op een speciale manier heeft beïnvloed?

Jurgen lacht: Je bepaalt zelf je carrière!

Nee, ik ben Paul zeer dankbaar voor de kansen die hij me heeft geboden. Het is dankzij hem dat ik het bedrijf leerde kennen en dat ik hier na 20 jaar nog altijd met volle overtuiging werk. Ik ben hem dus heel wat verschuldigd.

Persoonlijk ben ik er gewoon van overtuigd dat je het ook moet waarmaken. Je moet kansen met beide handen grijpen en daar het beste uit halen. Paul heeft me de kans geboden om hier te beginnen, het is aan mij om daar het beste uit te halen.

Op welke prestaties ben je het meest trots binnen het team waarin je werkt?

Ik ben echt trots op elke opdracht.

Funderingswerken zie je nooit, die gebeuren allemaal ondergronds. Maar we bouwen voort op die funderingen – daar kan je alleen maar trots op zijn.

Waar droom je nog van?

Eerlijk? Ik kan echt zeggen dat ik een gelukkig man ben, ik heb alles wat ik wil. Meer kan ik niet dromen, toch?

DEME is bijzonder voor mij, omdat mensen hier de kans krijgen om zich te ontwikkelen, om hun eigen ding te doen.

We hebben vroeger al zulke fantastische ­projecten ge­­ realiseerd dat ik er moeilijk een kan kiezen.

Ik moet wel toegeven dat ik zeer trots ben op het Duinkerken- en IJdok-project in Amsterdam. Dat zijn twee van de mooiste projecten waaraan ik heb meegewerkt.

Na 20 jaar hou ik nog altijd van dit werk. Maar het klopt dat ik nog de ­ambitie heb om een aankoper van nieuwe materialen te worden. Dat is iets waarbij mijn ervaring als kraan­ machinist uiteindelijk goed van pas zal komen.

Heb je een tip voor DEME? Naar mijn mening moeten ze de mensen die het werk gaan uitvoeren, sneller betrekken bij een nieuw project. Op die manier kunnen ze de opgedane ervaring meteen toepassen bij de ontwikkeling van het project. Maar ik moet toegeven dat ze dat al proberen te doen bij ons project.

Voor het overige ... Doe zo voort!

FAB FOUR – 9

MEET THE FLEET

“Dat is de magie van de ‘Dhamra’!”

Mario Van der Sluiszen, bijgenaamd ‘de vader van de Dhamra’, vaart al sinds hij acht was. Toen hij amper 16 was, werd hij een officiële baggeraar. Zijn liefde voor dit bijzondere schip is onmiskenbaar.

Mario’s vader en grootvader waren allebei baggeraars. “Er bestaat geen twijfel over mijn zeevarende afkomst”, lacht hij, “dat zie je zelfs aan mijn achternaam! “

Waterinjectiebaggerschip 'Dhamra' op de Elbe in Duitsland.

10 - MEET THE FLEET

“Baggeren zit in mijn bloed. Als schoolverlater deed ik laswerk om mijn diploma’s te behalen.

Ik zat te lassen op een emmerbaggerschip, toen één van de chefs me zei dat een kraanschip een skipper kon gebruiken om ernaast te varen. Toen mijn baas me zag manoeuvreren met het schip, was hij onder de indruk en vroeg hij of ik met een sleepboot overweg kon.”

Mario had van kleins af aan met zijn vader gevaren. Op 18-jarige leeftijd skipper worden, schrikte hem dus niet af. Daarna reisde hij meer dan 23 jaar lang de hele wereld rond.

Mario kwam 13 jaar geleden bij DEME werken. Toen hij weer in Nederland was na zijn avonturen in het buitenland, nam hij contact op met de ‘grote vier’. “Ik koos voor DEME omdat het duidelijk was dat ik er geen nummer was.” Mario heeft nauw samengewerkt met Wally Catoor voor Lincolnshire en enkele andere projecten. “Wally zag wat ik in mijn mars had, dat ik zelfstandig kon werken om problemen op te lossen en dat ik de nodige specifieke vaardigheden had.”

Zijn liefde voor het waterinjectiebaggerschip ‘Dhamra’ begon negen jaar geleden in Duitsland. Het schip was van Azië naar Duitsland gevaren om onderhoudswerken uit te voeren op de Elbe, maar er waren

Waterinjectiebaggerschip “Dhamra” in actie op de rivier de Elbe.

Een vaste bemanning hebben die het schip begrijpt, is belangrijk. Het is een andere omgeving, deels omwille van het lawaai en de beperkte ruimte. We zijn een klein, flexibel team en zijn zeer hecht.

'De vader van de Dhamra', Mario Van der Sluiszen voor het waterinjectiebaggerschip.

aanvankelijk enkele problemen met de bagger­uitrusting. “Gelukkig had ik ervaring met ploegen bij stromingen, met slepen en wist ik hoe ik met een anker moest omgaan.

Ik had ook ervaring opgebouwd in machinekamers, met elektronica en aan motoren en hydraulica gewerkt. Bovendien sprak ik vlot Duits, wat één van de clausules in het contract was.

“In het begin waren er heel wat problemen en de werkomgeving ging gepaard met veel lawaai en drukte. Het helpt dat je eraan gewend bent!” Maar Mario wist de problemen vrij snel op te lossen. En maar goed ook, want de klant bezocht het schip op één van de eerste dagen.

EEN ECHT BAGGERSCHIP

“Ik voel me thuis en zie het als een uitdaging om het beste uit het schip te halen. Ik los graag problemen op.” Mario wijst erop dat de ‘Dhamra’ geen MultiCat is – maar een echt baggerschip.

“Het heeft alles wat een hopper heeft.”

Als voorbeeld noemt hij een project in Bordeaux, waar mooie resultaten werden geboekt in vergelijking met de concurrentie.

“Het schip presteerde fantastisch in een sterke stroming van 5,2 nm. In de winter bezinkt de modder in de rivier tot een 2,5 m dikke laag.

Zoveel modder verwijderen was geen enkel

probleem.” Ook kon het schip de grote sporen van de andere baggerbedrijven nivelleren.

De ‘Dhamra’ is ideaal om in havens en naast kades te werken. Het kan dingen doen die ­hoppers niet kunnen, benadrukt hij. “Zijn vaste frame en jet power maken het schip enorm wendbaar. Zo geraken we in alle hoekjes en blinde spots, en kunnen sporen worden uitgevlakt.”

PRECISIEBAGGEREN

Mario omschrijft de ‘Dhamra’ als een multifunctioneel schip, dat aan precisiebaggeren kan doen, tot op een paar centimeters. “We kunnen sluizen, zand en harde grond baggeren, zelfs op de randen van hellingen.

Normaal zouden daarvoor graafmachines worden gebruikt.”

minder brandstof te verbruiken. “Het is ons gelukt het hydraulische systeem te vervangen om energie aan boord te besparen. We hebben eigenlijk veel dingen aan boord veranderd”, grijnst hij.

Met zijn breedte van 14 m en lager brandstofverbruik, heeft de ‘Dhamra’ genoeg aan vijf bemanningsleden. De bemanning is zeer bijzonder, benadrukt hij. “Een vaste bemanning hebben die het schip begrijpt, is belangrijk.

Het is een andere omgeving, deels omwille van het lawaai en de beperkte ruimte. We zijn een klein, flexibel team en zijn zeer hecht.”

EEN HECHTE BEMANNING

Door de jaren heen heeft Mario zelf verscheidene verbeteringen aangebracht aan het schip.

Hij is zeer trots op de door hem aangepaste zijspuitkoppen. “Het is nu veel gemakkelijker om in blinde hoeken te werken aan de achtersteven. De spuitkoppen bestonden vroeger uit keramisch materiaal, maar ze gingen altijd stuk. Daarom maakten we stalen spuitkoppen, die niet zo onderhevig zijn aan slijtage.”

Het is geen gemakkelijk werk. De mannen moeten zich kunnen aanpassen aan uiteen­ lopende taken, zegt Mario. “De ‘Dhamra’ is meer dan baggeren en manoeuvreren. Er gebeurt ook onderhoud aan boord, er zijn ­oefeningen en checklists, DTPS-onderzoeken, de vereisten van de verschillende havenstaten, we regelen wisselstukken en benodigdheden.

Daarnaast zijn er audits, moet je omgaan met classificatiemaatschappijen, ligplaatsen…

Je moet alles doen. Het is een hele verantwoordelijkheid om aan de hoge standaarden van DEME en onze klanten te voldoen.”

Het was ook zijn idee om één hydraulische pomp en één generator te gebruiken en zo

Voor Mario is het geen enkel probleem als het hoofdkantoor of project managers hem bellen

in verband met de ‘Dhamra’. “Ik volg altijd alles op, omdat ik me verantwoordelijk voel – en niet alleen wanneer ik aan boord ben.

Ik geef me 100 % en let nooit op het uur.

Als er een probleem is, probeer ik altijd te ­helpen, zelfs als ik met vakantie ben. Dat is mijn werk en mijn passie!”

“Er is slechts één ‘Dhamra’! De hoppers zijn vrijwel allemaal hetzelfde. Het is een ingewikkeld, maar uniek schip. Zo’n tweede schip zou mooi zijn.” Hij geeft nog een voorbeeld van de veelzijdigheid ervan. Sommige plekken bleken te hoog en te moeilijk te zijn voor de hoppers in Duitsland, omdat het manoeuvreren veel tijd zou kosten. “Ik vroeg of ik eens mocht proberen. Na een paar keer over en weer varen was het opgelost. Dat is de magie van de ‘Dhamra’!”

11

12 – PROJECT SPOTLIGHT

PROJECT SPOTLIGHT

Offshore windpark Moray East

Op technisch en logistiek vlak een van de meest veeleisende projecten ooit Er zijn maar weinig projecten in het bestaan van DEME die in technisch en logistiek opzicht zo veeleisend waren als het enorme offshore windpark Moray East, en in ieder geval maar weinig die zo’n grote tijdsdruk en zoveel ongekende uitdagingen met zich meebrachten, waaronder mobiliseren tijdens een pandemie, gesloten productiesites, de dreiging van piraterij, een wereldwijde toeleveringsketen die maar liefst 12 landen bestrijkt, en enkele van de grootste jackets die ooit werden gemaakt.

We hadden een gesprek met het team dat verantwoordelijk was voor dit bijzondere project.

Dit enorme offshore windpark, gelegen in Outer Moray Firth, aan de noordoostelijke kust van Schotland, telt 100 × 9,5 MW MHI Vestas-turbines. Op het hoogtepunt waren er wereldwijd maar liefst 4.500 mensen (onder wie een 120-koppig projectteam) mee bezig en beheerde DEME 15 schepen op de offshore site.

In oktober 2017 kreeg DEME Offshore de status van ‘preferred bidder’ en in november 2018 werd het EPCI-contract (Engineering, Procurement, Construction & Installation) PERSBERICHT GEMIST? Een overzicht van het laatste DEMEnieuws kan je vinden op onze website

KLIK HIER

ondertekend na intensieve onderhandelingen, waar ook het topkader bij betrokken was. Oorspronkelijk stond DEME in voor de 100 turbinefunderingen, de funderingen voor drie offshore substationplatformen en het transport en de installatie van de drie sub­stationplatformen. In juli 2020 haalden we ook het T&I-subcontract binnen voor de installatie van de inter-arraykabels, toen de vorige aannemer in de problemen kwam.

We namen het over met de ‘Living Stone’, die uitstekende productiecijfers haalde.

BOUW VAN 103 GIGANTISCHE JACKETS

Een van de eerste zaken die het team aanpakte, was de inkoop en bouw van 103 gigantische jackets, elk ongeveer 80 m hoog en 1.000 ton zwaar. Omdat de locatie ver uit de kust ligt en het water er erg diep is, kon geen enkele producent monopijlers maken. Stijn Kenis, Moray East Project Director, legt uit: “Met een diepte van bijna 55 m is het een van de diepste van alle offshore windparken ter wereld.”

Om binnen het strakke schema en budget te blijven, besloot het team de jackets te bestellen bij twee fabrikanten, een in België en een in het Midden-Oosten. Zo kon de productie tegelijk gebeuren. Rig Metals LLC (onderdeel van Lamprell) maakte 45 jackets en drie substationjackets in Dubai.

'Apollo' aan het werk op het Moray East offshore windpark.

De overige 55 jackets werden aan Smulders toegewezen, die ze bouwde in faciliteiten in België en in Newcastle, VK. Malcolm Rutter, Commercial Director voor Moray East, merkt op dat Rig ook twee werven had. Voor de jackets alleen al moest het team dus vier sites in vier landen screenen en superviseren.

Deze enorme funderingen brachten nog veel meer hindernissen met zich mee. Omdat de funderingen te hoog waren, raakten de Heavy Lift Vessels (HLV’s), die ze naar Schotland transporteerden, niet onder de brug over het Suezkanaal. Daarom moesten ze rond het Afrikaanse continent varen en kregen ze te maken met de zware omstandigheden ter hoogte van Kaap de Goede Hoop.

VAN EEN PANDEMIE TOT PIRATERIJ

te zorgen, zegt Malcolm. Het gevolg was dat ze met de vestiging in de Buiten-Hebriden moesten samenwerken, die vervolgens bankroet ging. Ze benadrukken dat de teams van DEME in feite de arbeiders moesten opleiden om de pinpalen te maken en schilderen. Dat was natuurlijk niet ideaal wat planning en budget betrof.

STERKE NADRUK OP LOKALE CONTENT

In totaal droeg DEME tientallen miljoenen ponden bij aan de Schotse economie en betekende het project ongetwijfeld een grote boost voor de lokale tewerkstelling en de havens van Invergordon en Nigg, zegt Jan. Het team benadrukt dat het er alles aan deed om de klant te ondersteunen en de drukke planning te respecteren. Tijdens het ­transport van de bakken voor de pinpalen van Zuid-Korea richting Scotland, herinnert Jan zich, kreeg het schip met een motorstoring te maken in de Filippijnen. DEME greep nogmaals in en stuurde zijn eigen team om het probleem te onderzoeken en het schip weer op gang te krijgen. “Tot voor dit project had ik geen enkel grijs haar,” grijnst Jan.

Het was echt een epische reis, benadrukt Jan Klaassen, Business Unit Director UK & Americas. “De spanningen tussen de VS en Iran liepen op dat moment hoog op, maar de HLV’s hadden geen andere keuze dan door de Perzische Golf te varen. Het was in feite ons beleid om zo ver mogelijk uit de kust te varen en dicht bij onze bondgenoten op zee te blijven. Er was ook Dit is nog de dreiging van piraten aan de kust van Somalië en ongetwijfeld West-Afrika. Door stormen een van de moesten de schepen boventechnisch dien aanleggen in het ZuidAfrikaanse Port Elizabeth.” zwaarste

En natuurlijk weet iedereen wat er met de ‘Orion’ gebeurde, enkele weken voor het Moray East-project van start ging. “Dat was voor mij een dieptepunt. Maar dat we in minder dan 24 uur een volledig nieuw, speciaal team hadden opgericht en we kort daarna een vervangschip hadden gevonden, de ‘Scylla’, was fantastisch,” zegt hij.

projecten Malcolm voegt eraan toe uit mijn hele dat het team ook eventuele logistieke problemen aan de loopbaan. andere kant van de wereld moest zien op te lossen. “Eens de jackets waren geassemHet team deed alle t­ echnische bleerd in de faciliteit van evaluaties, herzag de ‘method Smulders in Newcastle, konden ze niet over statements’ en paste het schip aan. Zo konden de rivier vervoerd worden. 100 m erboven de nodige goedkeuringen worden bekomen hing namelijk een hoogspanningslijn die van de maritieme inspecteur, de maritieme vonken en dus brand kon veroorzaken als ze vergunningverlener en de klant om toch tegen te dichtbij kwamen.” De overheid stemde er 1 juli 2020 te kunnen starten – de oorspronechter mee in om de elektriciteitskabels 3-4 m kelijke aanvangsdatum. Stijn voegt eraan toe: hoger te hangen. Dat leverde genoeg speling “Het team heeft dit fantastisch gedaan. Onze op. klant kon niet geloven dat we de klus wisten te klaren!”

Een ander huzarenstukje was de bouw van de pinpalen, waarbij teams in verschilJan benadrukt: “Dit is ongetwijfeld een van lende landen betrokken waren. De palen de technisch zwaarste projecten uit mijn hele werden gemaakt door twee fabrikanten: loopbaan, zelfs als je ziet hoeveel uitdagende EEW in Rostock (Duitsland) en Vlissingen EPCI-projecten we doen. Moray East ligt (Nederland) maakten 159 palen en BiFab, heel afgelegen en we bouwden en leverden gevestigd in Methil en Arnish, Schotland, met succes enkele van de grootste jackets ooit. maakte er 150.

Daarnaast hielden we een enorme wereldwijde toeleveringsketen draaiende en tegeEen belangrijk onderdeel van het contract lijkertijd kampten we ook nog eens met de was de sterke nadruk op lokale content. Door COVID-crisis. Om dit te onderstrepen: toen de Britse en Schotse regering werd intensief we in maart 2020 van start gingen en de pangelobbyd en druk uitgeoefend op het DEMEdemie pas echt losbrak, hadden we nog geen team om voor zoveel mogelijk lokale content enkele jacket in Europa. Tegen eind december 13

hadden we 103 jackets geïnstalleerd voor de kust van Scotland, ondanks alle uitdagingen.”

INDRUKWEKKENDE VEILIGHEIDSPRESTATIES

persoonlijke hoogtepunten. Daar komt nog bij dat het project­team duizenden mensen in ­verschillende tijdzones en locaties wist te coördineren – en dit alles tijdens een ­pandemie!

En ook in commercieel opzicht werden tal van waardevolle lessen geleerd voor toekomstige projecten, voegt Jan er nog aan toe.

De veiligheidsprestaties zijn ook indrukwekkend. Stijn merkt op: “Veiligheid is altijd onze prioriteit. Er waren geen grote incidenten of ongevallen, wat een hele prestatie is, aangezien SPECIALE DANK er – op het hoogtepunt in het eerste kwartaal Ze benadrukken vooral dat een geweldig – 4.500 mensen bezig waren met dit project en en toegewijd team dit project mogelijk het tot dusver ruim 15 miljoen manuren heeft heeft gemaakt. Speciale dank gaat uit naar gekost.” Bovendien liep dit EPC Manager Jan Van enorme project gewoon de Velde, T&I Manager door nadat DEME een Tobe Possemiers, Project heleboel extra COVIDControls Manager Xenios maatregelen had genomen.

Tillez en Mark Swinnen…

Dit alles drijft de kosten Bij DEME om maar enkele van de uiteraard op. Maar zoals sleutelfiguren te noemen hebben we een altijd komen gezondheid en die dit project mee hebben fantastische veiligheid op de eerste plaats helpen realiseren. Last but 'can do'-­ voor alle betrokkenen.” not least willen we onze waardering uitdrukken attitude.

DE KLANT EEN HEEL voor de bemanning en het SEIZOEN BESPAREN personeel aan boord van Hij benadrukt ook dat alle onze schepen die met zeer elementen van het EPCImoeilijke omstandigheden contract werden ingekort zodat het ambitieuze te maken kregen als gevolg van de pandemie, programma van de ontwikkelaar kon worden en de mensen die hun plicht bleven vervullen gerealiseerd voor de eerste stroomopwekking. terwijl ze door de COVID-beperkingen vast“We bleven op schema door het ontwerp en de zaten op hun projectlocatie (VAE/Schotland) fabricage te versnellen. Dit is volgens mij de eeren pas maanden later naar huis konden reizen. ste keer dat we het staal voor de fabricage bestelden op basis van een ontwerp dat nog niet af was.

Malcolm is het daarmee eens: “Bij DEME Uiteindelijk konden we het Master Programme hebben we een fantastische 'can do'-attitude. van de klant met een heel seizoen inkorten.”

Moray East heeft dat echt bewezen. En bij dit Technisch gezien is Moray East op veel vlakken een groot succes, daar zijn ze het mee eens. Dankzij het slimme ontwerp, dat identiek was voor de windturbines en de offshore sub­stations, konden ze het gebruik van pas ontwikkelde, innovatieve tools en apparatuur optimaliseren en synergieën realiseren. De immense jackets en de i­nstallatie van drie offshore substations in amper twee maanden tijd zijn maar enkele van hun MEET THE TEAM Jan Klaassen, Business Unit Director UK & Americas, die zich nu vooral ­bezighoudt met de opkomende markten voor offshore windenergie in Noord- en Zuid-Amerika, heeft een achtergrond in elektrotechniek. Zelfs toen hij nog op de universiteit zat, wist hij dat hij in de sector van de hernieuwbare energie wou werken. In 2009 kwam hij bij de tender­ afdeling voor offshore windenergie van DEME werken (Central Competence Centre). Daarna werd hij Area Manager voor het Verenigd Koninkrijk & Ierland voor GeoSea (nu DEME Offshore) en stond hij in voor business development in China. Drie jaar geleden werd hij verantwoordelijk voor de offshore wind­ activiteiten in de VS en de rest van Noorden Zuid-Amerika.

Stijn Kenis, Moray East Project Director, werkt al zijn hele loopbaan bij DEME – tot dusver 25 jaar. Nadat hij over de hele wereld had gewerkt aan diverse baggerprojecten en civiele maritieme ­projecten voor DI, is hij sinds drie jaar actief bij DEME Offshore, waar hij zich bezighield met het Moray East-project.

Na zijn studies als bouwkundig ­ingenieur begon Malcolm Rutter, Commercial Director voor Moray East, zijn loopbaan aan land, onshore dus, met projecten voor petrochemische fabrieken en de bouw van wolkenkrabbers. Daarna ging hij in de offshore olie- & gassector aan de slag. Drie jaar geleden kwam hij bij DEME werken. “Ik ging van zwarte naar groene energie,” lacht hij.

14

Tijdens de pandemie bleef het projectteam aan de slag in Dubai om de tijdige levering van de jackets te garanderen.

project zijn er veel voorbeelden van mensen die zichzelf overtreffen.”

Jan besluit: “Dit project bewijst hoeveel tijd de verschillende processen – aanbesteding, ondertekening van het contract, ontwerp, fabricage en installatie – in beslag kunnen nemen. Het is maar liefst zeven jaar geleden dat ik voor het eerst gesprekken voerde met de klant over dit project!”

Slimme oplossing voor erosiebescherming op Moray East Bij offshore windmolenpark Moray East werd een slimme en kostenefficiënte oplossing voor erosiebescherming toegepast, met een alternatief ontwerp, om de inzet van de valpijpschepen te optimaliseren.

Na zijn masterdiploma Civiele Techniek te hebben behaald, kwam Works Manager Jorgen Van Bael in 2012 bij DEME werken.

De SARB-eilanden in Abu Dhabi waren zijn eerste project. Daarna werd hij super­ intendent op de ‘Marieke’. Vervolgens ging Jorgen op zoek naar een nieuwe uitdaging en werkte hij een tweetal jaar op de valpijpschepen. Nu houdt hij zich in het kantoor in Breda bezig met projecten voor deze schepen.

Hij schetst de erosiebescherming op het Moray East-project. “In termen van volume was het niet zo’n groot project.

Oorspronkelijk ging het over iets meer dan een volle lading voor een van onze grootste schepen, de ‘Flintstone’, dus ­ ­ongeveer 17.500 ton. We wilden de ­schepen zo ­efficiënt mogelijk inzetten, maar het was een hele uitdaging om het materiaal te ­beperken tot één lading. Het is uiteraard niet zo economisch om twee trips uit te voeren voor een paar duizend ton.”

VIJF LOCATIES

Ook moest erosiebescherming op vijf locaties worden voorzien, drie voor de offshore substationplatformen en twee voor de WTG’s. Daarom stelde het scour protection­-team een alternatief ontwerp voor de WTG-locaties voor. In plaats van een driehoekige basis kozen ze voor drie cirkels rond de voeten van de jacket­funderingen voor de turbines. “Zo konden we het grondoppervlak verkleinen, de tonnage verminderen en alles uitvoeren met één lading – uiteindelijk kwam dat neer op 15.750 ton.”

Het project verschilde ook lichtjes van wat het team gewend is, legt hij uit, omdat het technisch gezien eerder pre-laying-werk was. Eerst werden de jacketfunderingen geïnstalleerd. Dan werden ‘caps’ op de ­jackets geplaatst om te voorkomen dat de valpijpschepen ze met steen zouden ­vullen.

Daarna volgde de erosiebescherming.

“Na het verwijderen van de caps konden onze collega’s de jackets zelf, de turbine­ torens, enz. installeren,” zegt Jorgen.

Een andere uitdaging waren de spudcan-­ afdrukken die het jack-up schip achterlaat tijdens de installatie van de jacket­ funderingen. Enkele van die afdrukken zaten zo dicht bij de rand van het door het team gemaakte ontwerp dat ze gedeeltelijk moesten worden opgevuld. Dat zou meer steen vereisen. Jorgen legt uit: “Op basis van het onderzoek van de afdrukken berekenden we dus opnieuw het nodige volume en zorgden we ervoor dat we genoeg hadden aan één scheepslading zonder afbreuk te doen aan een stabiele en veilige erosiebescherming.”

Ondertussen was Cristina Vasilache, Project Manager Rock Placement, druk ­bezig met de steenstortwerken voor de export­kabel, goed voor 82.000 ton. Cristina kwam in de zomer van 2013 bij Tideway (nu DEME Offshore) werken. Ze behaalde haar bachelordiploma Civil Engineering en masterdiploma Construction Management and Engineering aan de TU Eindhoven.

SLEUFWERKZAAMHEDEN

Cristina merkt op: “De grootste uitdaging was dat de werken voor de sleuf voor de export­kabels nog bezig waren. We wisten dus niet hoe die werken zouden aflopen.

Eerst plaatsten we slechts 2.000 ton voor de kruisingen. De rest van de opdracht week eigenlijk af. De druk was redelijk groot.

We moesten zo snel mogelijk klaar zijn, om de kabels goed te beschermen. Het project omvat drie exportkabels, de langste daarvan meet 63 km.”

SAMENWERKING BINNEN DEME OFFSHORE

Uiteindelijk werden het twee afzonderlijke campagnes. Het team ging medio ­november vorig jaar van start en was klaar in januari. “De werken voor de sleuf ­verliepen veel beter dan we hadden ­gehoopt. Bij de eerste campagne ging het om drie scheeps­ ladingen. Net voor Kerstmis mobiliseerden we opnieuw. Ik had dus een drukke kerstavond!” De laatste lading van de ‘Rollingstone’ diende om steen te storten bij de Offshore Substation Platformen.

Beiden voegen eraan toe dat de samen­ werking binnen DEME Offshore het makkelijker maakt om deze projecten te realiseren onder tijdsdruk. “Of het nu om de funderingen, kabels of erosiebescherming gaat, we zijn nu ‘One DEME, One Team’.

We denken met elkaar mee. Zo kunnen we vooruitdenken en betere oplossingen vinden voor alle disciplines die bij het project betrokken zijn.”

Nu het Moray East-project klaar is, ligt de focus van Cristina en Jorgen op de komende projecten. Cristina is volop bezig met de voorbereidingen voor het project Hollandse Kust, samen met haar Belgische collega’s, terwijl Jorgen zich focust op de kabel­kruisingen voor Viking Link, de 760 km lange HVDC-interconnector ­tussen GrootBrittannië en Denemarken, die meerdere campagnes zal duren.

KITCHEN SECRETS

Gerd Van Der Voort, CSD ‘Amazone’

“De smaak van thuis is een vitaal ingrediënt”

Gerd Der Voort in de keuken van snijkopzuiger 'Amazone'.

Nadat hij afgestudeerd was, werkte Gerd Van Der Voort in tal van restaurants. Hoewel hij een carrière als kok ambieerde, was hij er ook zeker van dat hij de rest van zijn leven niet aan land wou werken. Hij legt uit: “Mijn vader was kapitein, je kan dus stellen dat de zee in mijn DNA zit.”

“Ik kook echt graag op een schip, het is totaal anders en je leert het team echt goed k­ ennen.”

Als scheepskok moet je ook meer aan ­voorraad- en orderbeheer doen, voegt Gerd eraan toe. Dat doet hij graag. “Als je aan land door je voorraden heen zit, kan je de leverancier ­bellen om snel wat te brengen. Maar aan boord moet je zelfvoorzienend zijn en gerechten kunnen bereiden met wat er voorhanden is op het schip.”

project voor mij, om diverse redenen. Eerst moesten we drie weken varen om uiteindelijk in niemandsland terecht te komen”, lacht hij. “Natuurlijk zouden verse producten in beperkte mate beschikbaar zijn, omdat er ginder bijna niks voorhanden is. Het schip klaarmaken voor de afreis naar Sabetta was zeker en vast de grootste uitdaging waar ik ooit mee te maken kreeg.”

Gerd moest voor minstens drie maanden Nadat Gerd enkele jaren op container­schepen voorraden meenemen, elke vriezer aan boord had gewerkt, besloot hij om bij DEME zat propvol. “We hadden ongeveer vijf ton vis te solliciteren. “Enkele maanden na mijn en vlees mee. Ik hield ook rekening met het ­sollicitatie belden ze me ‘worst case scenario’ – de uit het niets en zeiden ze mogelijkheid dat we vast dat ik kon beginnen op zouden komen te zitten de jack-up ‘Vagant’.” Maar in het ijs. Het was een Onlangs Gerds eerste baan bij enorme logistieke krachtzei een kapitein, DEME in augustus 2008 toer om alles aan boord te die 42 dagen bleek op een accommokrijgen.” aan boord was datieponton te zijn, dat offshore windparkprojecHij was zeer blij dat hij geweest wegens ten ondersteunde. Daarna enkele van de andere de pandemie, scheepte hij in op de CSD koks van DEME bij het dat hij geen ‘Rubens’, alvorens hij op project kon helpen, met de ‘Pearl River’ in Dubai een paar extra broden en twee keer ging werken. Nu, enkele vlees. “Het was een leuk hetzelfde had hoppers later, werkt Gerd gevoel dat ik hen kon gegeten! Dat al twee jaar op de CSD helpen. De omstandig­ ­ ‘Amazone’. heden in Sabetta zijn deed me veel zwaar, maar het succes plezier.

NOORDPOOLUITDAGING ervan gaf me heel wat perVolgens hem was het soonlijke voldoening.” recente Utrenniy-project in het noordpoolgebied Op de terugreis kwamen ongetwijfeld het meest uitdagende project. ze in zwaar weer terecht, maar Gerd was niet Daar baggerde het team een toegangskanaal uit zijn lood geslagen. “De eerste keer dat je voor een terminal waar vloeibaar aardgas in een storm moet koken, is iets bijzonders, wordt behandeld. “Dit is zo’n uitzonderlijk maar het went. Ik word nooit zeeziek en zorg

er gewoon voor dat ik met halfvolle pannen kook en dat alles rond het fornuis zeevast is gemaakt.”

VERANDERING VAN SPIJS DOET ETEN

Een ‘keukengeheim’ van Gerd is dat eten mensen blij kan maken en een leuke sfeer aan boord kan scheppen. Verandering van spijs doet ook eten, zoveel is zeker volgens Gerd. “Onlangs zei een kapitein, die 42 dagen aan boord was geweest wegens de pandemie, dat hij geen twee keer hetzelfde had gegeten!

Dat deed me veel plezier. Ik probeer altijd rekening te houden met ieders voorkeur en zet iedere dag een paar favoriete dingen op het menu. Ik zorg ook voor zoveel mogelijk afwisseling en kies voor verschillende keukens, rekening houdend met ieders culturele achtergrond.”

DE SMAAK VAN THUIS

De smaak van thuis is ook een vitaal ingrediënt.

“Ik maak graag gerechten die de vertrouwde

gerechten van de bemanning benaderen, die ze thuis eten. Als ik bijvoorbeeld voor Aziatische of Russische bemanningsleden kook, vraag ik hen naar hun favoriete maaltijd en probeer ik die te maken. Soms krijg ik een bedankje, andere keren lukt het niet helemaal.

Maar ik probeer het altijd en sta open voor nieuwe ideeën en technieken.”

De uitdaging voor mij is iedereen zoveel mogelijk tevreden te stellen met mijn bereidingen, benadrukt hij. “Het is altijd leuk om mensen buiten hun werktijd te zien babbelen en ontspannen, terwijl ze samen iets eten.

Ze kijken allemaal uit naar die momenten van de dag. Het is belangrijk voor mij dat ze zoveel mogelijk lekkers te eten hebben.”

En als er iets is dat Gerds collega’s heel blij maakt, is het wel het vaste zondagse ritueel.

“Het is een ongeschreven wet dat we iedere zondag, wat er ook gebeurt, biefstuk met friet eten!”

KITCHEN SECRETS – 15

PROJECT SPOTLIGHT

Sanering van Fort Sint-Filips, één van de meest vervuilde plekken in België Het DEC-team is bijzonder trots dat het kan meewerken aan een van de grootste saneringsprojecten ooit in België. Op Fort Sint-Filips in de haven van Antwerpen pakt het namelijk de historische vervuiling aan, door ondermeer de ruïnes van het fort in te kapselen. Dirk Ponnet, General Manager van DEC, benadrukt: “We zijn blij dat we deze site mogen opkuisen. Fort Sint-Filips is een van de laatste zwaarst verontreinigde sites in België.”

Na de Tweede Wereldoorlog deed het oude, 19e-eeuwse fort dienst als dumpplaats voor miljoenen liters olie en chemisch afval, en ook als verbrandingsoven.

Dirk, die in 1995 zijn loopbaan bij DEME begon, heeft voor Dredging International, Ecoterres, Scaldis en GRC gewerkt, alvorens hij in 2004 bij DEC aan de slag ging. Hij vindt het bijzonder dat hij aan dit project

mag werken, vooral omdat het bij wijze van spreken “in de achtertuin” is en zelfs te zien is vanuit het hoofdkantoor van DEME, net aan de overkant van de Schelde. “Het is mooi om te zien dat het DEC-team zo’n verschil kan maken op ‘eigen terrein’,” voegt Dirk eraan toe.

SIGMA-OVERSTROMINGSPLAN

Dit project is ook belangrijk voor België, omdat de oevers rond het fort deel uitmaken van het Sigma-overstromingsplan. De dijken zullen dus worden opgehoogd en er komt een nieuwe oeverbekleding langs de Schelde.

In het voorjaar van 2019 kende De Vlaamse Waterweg het contract toe aan de 50/50 joint venture (DEC en Jan De Nul/Envisan) en in oktober van dat jaar gingen de werken van start.

Projectleider Steff Van Cauwenberg, die een achtergrond in civiele techniek heeft, kwam in 2013 bij DEC werken. Hij is ook enorm trots dat hij aan zo'n complex en lonend project in eigen land kan werken. Ook persoonlijk is het een grote uitdaging voor Steff. Hij ziet toe op het budget en tijdens de aanbesteding werd er een felle concurrentiestrijd geleverd om een competitieve prijs te kunnen bieden.

VIJF SITES IN ÉÉN PROJECT

Onze experten pakken de meest vervuilde “zwarte vlek” van België aan.

16 – PROJECT SPOTLIGHT

Dirk en Steff schetsen dit multidisciplinaire project. “Het is een zeer complex project.

Het gaat in feite om vijf aparte sites op één terrein. Een groot deel van de werken vindt tegelijk plaats en ze zijn allemaal met elkaar verweven. Dat vraagt enorm veel planning en expertise,” merkt Steff op.

Er komen verschillende disciplines bij kijken.

Een van de hoofdelementen van het project is de bouw van een 2 km lange dijk conform het Sigma-plan, tot een hoogte van 11 m TAW (Tweede Algemene Waterpassing is de referentie­ hoogte waartegenover hoogtemetingen in België worden uitgedrukt).

Bovendien komt er een 500 m lange dijk in de Schelde. Door de aanleg hiervan ontstaat een terrein dat tweemaal per dag boven en onder de waterlijn ligt, als gevolg van de getijden.

De site omvat ook een 22.000 m2 grote lagune, die zwaar vervuild is. Die wordt met HDPEfolie en bentonietliners afgedekt. “Het materiaal was zo zwaar vervuild dat het onmogelijk kon worden gestort,” benadrukt Steff. Dit is een zeer technisch en moeilijk onderdeel van het project, legt hij uit. “Het sediment in de lagune is te onstabiel om op te werken. Je kan er niet op lopen, laat staan met machines op werken.”

Het team verlegde eerst een buis waardoor water in de lagune geloosd werd afkomstig van een waterzuiveringsinstallatie van de nabij­ gelegen Total-fabriek. Ze gebruikten een pomp­ installatie met een capaciteit van 1.500 m3 per uur om het water via baggerbuizen naar

Het is een zeer complex project. Het gaat eigenlijk om vijf aparte sites op één terrein. Een groot deel van de werken vindt tegelijk plaats en ze zijn allemaal met elkaar verweven.

De werken op Fort Sint-Filips onderstrepen onze expertise in complexe saneringsprojecten.

de rivier te pompen. Van zodra de lagune volledig afgedekt en beschermd is, kan het water opnieuw erin stromen.

ONDERGRONDSE WAND UIT CEMENT-BENTONIET

Om de lagune af te dekken met HDPE-folie en bentonietliners, bedachten ze een vernuftige methode waarbij twee graafmachines met een lier ertussen worden gebruikt. Deze lier trekt de HDPE-folie vanaf de zijkant over de lagune en een lasmachine wordt over de folie gereden om de liners aan elkaar te lassen.

Om te voorkomen dat de machine wegzinkt in het slijk, wordt een onbuigzame HDPEplaat onder de folie getrokken, aan dezelfde snelheid als de lasmachine. Zo ontstaat ‘een bewegende vloer’, zegt Steff.

Omdat het resterende afval niet kon worden gesaneerd, moest het 19e-eeuwse fort zelf worden ingekapseld in een ondergrondse wand uit cement-bentoniet, met een omtrek van 650 m en een diepte van 32 m. Als extra ­beveiliging zitten er in elkaar grijpende, 32 m diepe HDPE-liners in de wand uit cement-bentoniet, naast damwanden voor de stabiliteit. “Er kan niets in of uit sijpelen,” zegt Steff. Deze wand sluit aan op een ondoordringbare laag natuurlijke klei op de bodem. Een gasdrainagelaag en bentoniet-matten worden erbovenop gelegd en HDPE-liners dekken het fort vervolgens af. In totaal zal ongeveer 50.000 m² HDPE en bentonietliners worden gebruikt op de site.

Het projectteam moest ook het dak van het fort slopen en alle kamers opvullen, zodat het dak in de toekomst niet zou instorten.

BELANGRIJK PROJECT VOOR BELGIË

Naast het fort en de lagune moet het team meer traditionele saneringswerken uitvoeren op verschillende locaties. Alle afgegraven, vervuilde grond wordt behandeld in de eigen faciliteit van DEC in Kallo. Na het afgraven worden de sites opnieuw gevuld met propere grond en worden betonnen pijlers geboord om de hellingen te versterken. Zo worden eventuele grondverschuivingen voorkomen. De hele site wordt met zuivere dekaarde a­ f­gewerkt en zou eind dit jaar klaar moeten zijn.

Als gevolg van de vervuilingsgraad en onstabiele aard van de constructies konden de gebouwen van het fort niet worden gered.

Het grondplan zal echter zichtbaar blijven, waaronder drie torentjes en de contouren van het binnenplein van het fort. Ook zullen wandelaars en fietsers de contouren van een ouder 16e-eeuws fort op de site kunnen zien.

Volgens Steff is het een erg lonend project voor het team. “Het is niet zomaar een grote, multidisciplinaire opdracht, het is een complex werk. Het is fijn om dit uitdagende project aan te pakken. Het is zeker niet iets dat we dagelijks, of zelfs jaarlijks doen!

En het is een belangrijk project, niet alleen voor Antwerpen, maar ook voor België.”

17

THE COFFEE BREAK

“Op lange termijn zal duurzaamheid echt draaien om bedrijfscontinuïteit en competitief blijven” Jiska Verhulst, Sustainability Director

Al te vaak beschouwen bedrijven duurzaamheidsdoelen als een mooi ‘verlanglijstje’ of misschien zelfs als een paar modewoorden om aan hun persberichten toe te voegen. Maar DEME pakt het heel anders aan en doet dat al minstens een decennium. Voor ons moet duurzaamheid leven en ademen binnen de organisatie. We hebben een duurzaamheidskader en -strategie die goed onderbouwd zijn en tastbare resultaten opleveren. Voor DEME gaat duurzaamheid om veel meer dan alleen het verminderen van emissies, het raakt elk aspect van onze business.

Wist je bijvoorbeeld dat onze zeer succesvolle DIVER 2020-campagne 600 nieuwe ideeën opleverde, waarvan bijna 120 gerelateerd aan duurzaamheid? Wist je dat we in 2020 128 groene initiatieven hebben gerealiseerd en een zeer succesvolle milieucampagne hebben gevoerd met 198 projecten en kantoren in 37 landen die meer dan 400 keer de toolboxen gebruikten? Onze dual-­fuelschepen staan bekend in de sector, maar wist je dat DEME nu al de volgende stap zet en de

18 – THE COFFEE BREAK

mogelijkheden onderzoekt van de brandstoffen van de toekomst zoals methanol en groene waterstof? En wist je dat we vorig jaar actief betrokken waren bij negen ­initiatieven rond milieutechnische en op de natuur gebaseerde oplossingen voor onze projectontwerpen? Dit zijn slechts enkele van de vele voorbeelden van onze initiatieven.

Ze benadrukken hoe we gestaag vooruitgang boeken en aan onze duurzaamheids­ doelstellingen werken.

Jiska Verhulst, Sustainability Director, schetst de aanpak van DEME en waarom het nodig is om op dit elan te blijven doorgaan. “Natuurlijk willen we aan een betere wereld helpen bouwen.

Maar waar duurzaamheid op lange termijn echt om zal draaien, is bedrijfscontinuïteit (in de toekomst) en competitief blijven – niet alleen door kostenefficiënt te werken en op tijd hoogwaardige diensten te leveren – maar ook door duurzaamheid structureel in onze aanbestedingen en projecten op te nemen als concurrentievoordeel .”

Meerdere factoren spelen daarbij een rol, zegt ze. “We zien dat steeds meer van onze klanten een hogere prioriteit geven aan duurzaamheid, of dit nu te maken heeft met bedrijfsethiek, de CO2-voetafdruk, mensenrechten of de impact op het zeeleven tijdens onze activiteiten… Bovendien willen werknemers – vooral jongeren – dat hun werkgevers dit probleem aanpakken. Ze willen werken

voor bedrijven die geven om mensen en de planeet. Ook oefenen financiële instellingen en krediet­verzekeringsmaatschappijen druk uit om duidelijk te laten zien hoe bedrijven vooruitgang boeken bij hun belangrijkste duurzaamheidsthema’s. En inderdaad, internationale wettelijke kaders zetten beleggers, aandeelhouders en bedrijfs­ a nalisten meer onder druk om bij investerings­ beslissingen rekening te houden met niet-financiële informatie (ook wel Milieu-, Sociale en Governance-gegevens genoemd, of de inmiddels gangbare afkorting ESG, wat staat voor Environmental, Social en Governance-gegevens.)

GERICHTE AANPAK

Duurzaamheid is geen nieuw thema voor DEME, stipt Jiska aan. Daar is het bedrijf al geruime tijd mee bezig. Vroeger werd het aangepakt in het kader van verschillende initiatieven rond veiligheid en milieu-impact,

We verlengden onze langdurige samenwerking met Mercy Ships en financierden een tweede hospitaalschip.

Honderden medewerkers over de hele wereld namen tijdens de jaarlijkse World Cleanup Day deel aan initiatieven om plastic op te ruimen.

DUURZAAMHEID IN ACTIE!

maar nu is alles samengebracht onder één ‘duurzaamheidskoepel’. “We hebben onze focus aangescherpt. DEME hanteert een meer coherente aanpak, die beter is voor onze medewerkers, stakeholders en de buitenwereld.”

INTRODUCTIE VAN DUURZAAMHEIDS­PROGRAMMA'S

SUSTAINABILITY AMBASSADORS EN PROGRAMME LEADS

In het algemeen is het de taak van het Sustainability Department om na te gaan waar DEME de grootste impact kan hebben op deze duurzaamheidsthema’s, legt Jiska uit. “We volgen de ontwikkelingen op de voet om vooruitgang te blijven boeken en bundelen alles tot een duidelijke verhaallijn die de communicatie en interactie met onze stakeholders bevordert.”

Deze nieuwe aanpak wordt onderstreept door de duurzaamheidsprogramma’s die in 2020 werden geïntroduceerd en die onze De afdeling is echter erg klein, voegt ze eraan toe. duurzaamheidsstrategie op twee manieren Daarom werden er in 2020 vijf Sustainability verder helpen implementeren: “Ten eerste Ambassadors – bij elke Activity Line – en willen we onze duurzame bedrijfsportfolio zeven Programme Leads aangesteld om duidelijk tonen: dit zijn hen te o­ ndersteunen. “De bedrijfsactiviteiten die subSustainability Ambassadors stantieel en nadrukkelijk hebben een algemeen beeld bijdragen aan de Duurzame Uiteindelijk van wat er binnen hun Ontwikkelingsdoelen (SDG’s Activity Line gebeurt op het willen we dat of Sustainable Development vlak van duurzaamheid. Dit iedereen deel Goals) van de Verenigde zijn de eerste aanspreekpunuitmaakt van Naties. Dit zijn de zogeten voor de Activity Lines naamde EXPLOREen ze helpen ons ervoor te duurzaamheid programma's. Ten tweede zorgen dat de programma’s bij DEME. willen we de belangrijkste relevant zijn voor hen.” duu r z a a m heid st hema’s Daarnaast staan de zeven onder­ strepen waaraan we Programme Leads bij de moeten werken om duurondersteunende diensten in zaam te presteren bij onze dagelijkse activiteivoor een specifiek duurzaamheids­programma. ten en willen we laten zien hoe we die beheren “Uiteindelijk willen we dat iedereen deel uiten vooruitgang boeken, benadrukt Jiska. Dit maakt van duurzaamheid bij DEME!” zijn de zogenaamde EXCEL-programma’s.”

En wat mogen we nog verwachten? Jiska zegt: De belangrijkste duurzaamheidsthema’s van “We hebben veel werk verzet en hebben nu DEME zijn energie-efficiëntie, het beperken een goede structuur en bestuur. De komende van mogelijke nadelige gevolgen voor het jaren moeten we voortbouwen op onze promilieu, het uitbouwen van partner­schappen gramma’s, (bijkomende) doelen stellen en met onderzoeksinstellingen en universiteiverdere vooruitgang boeken.” ten om duurzame innovatie te versterken, het hergebruik van materialen, het garanHET VOORTOUW BLIJVEN NEMEN deren van de gezondheid en het welzijn En wat onze toekomstige ambities betreft, van onze medewerkers, diversiteit en het merkt Jiska op: “We moeten het voortouw creëren van een inclusieve werk­omgeving, blijven nemen op het vlak van duurzaamheid. minimumnormen voor bedrijfsethiek en Uiteindelijk zal dit een concurrentievoordeel mensenrechten, en betrokkenheid bij en worden en een positieve bijdrage leveren aan deelname aan lokale gemeenschappen. de Groep. Het zal tijd kosten, maar ik geloof Dit weerspiegelt de visie van DEME dat dat het ons een voorsprong zal geven op de duurzaamheid veel verder gaat dan zich concurrentie. Je ziet nu al dat het bedrijfs­ concentreren op het louter verminderen van klimaat verandert, klanten gaan meer en meer broeikasgasemissies. verwachten dat we ook hier koploper in zijn.”

We lijsten graag enkele voorbeelden op van tastbare resultaten die we in 2020 hebben geboekt. Deze resultaten weerspiegelen het harde werk van vele collega’s bij de businessunits en ondersteunende diensten in de hele organisatie.

- We blijven een meerjarig investeringsprogramma implementeren om de energie-­efficiëntie verder te verhogen, de luchtemissies rechtstreeks en aanzienlijk te verminderen en om op lange termijn de overstap te kunnen maken naar het gebruik van brandstoffen van de toekomst op basis van waterstof.

- In april richtte DEME (de Vries & van de Wiel) samen met enkele partners het Emissieloos Netwerk Infra op om de energietransitie in de infrastructuursector te versnellen. Doel van dit netwerk is om al in 2026 te kunnen bouwen met emissievrije werktuigen.

- Onze focus lag op het verder verbeteren van onze monitoring van energie­ gegevens door een betrouwbaar en robuust kader voor gegevensverzameling op te zetten. We hebben ook dashboards voor de uitstoot van broeikasgassen en energie ontwikkeld voor al onze businessunits.

- De milieucampagne van DEME was gericht op het slimme gebruik van natuurlijke hulpbronnen en het voorkomen van emissies in water. Deze informatie­ campagne was erg succesvol met 198 projecten en kantoren in 37 landen die de toolboxen (posters, video’s, ...) meer dan 400 keer gebruikten! Bovendien won deze campagne de zilveren medaille bij de ‘European Business Awards for the Environment’ van de Europese Commissie in de categorie ‘Management’.

- We hebben een zeer succesvolle campagne rond groene initiatieven gevoerd.

Die ­leverde in 2020 in totaal 128 groene ­initiatieven op en bracht het totale aantal op 240.

- We waren actief betrokken bij negen initiatieven rond milieutechnische en op de natuur gebaseerde oplossingen voor onze projectontwerpen.

- Meer dan 1100 medewerkers namen deel aan de DIVER 2020-campagne, die 600

-

-

-

-

-

-

-

-

nieuwe veelbelovende ideeën (waarvan 119 over duurzaamheid) en 200 gerealiseerde initiatieven (waarvan 22 over duurzaamheid) opleverde.

We gingen 14 partnerschappen aan met onderzoeksinstellingen en universiteiten, waaronder een langetermijnrelatie met ESITC Caen (Frankrijk).

We ondersteunden 22 masterproeven en d ­ octoraten, waaronder twee Baekeland-mandaten.

We zorgden ervoor dat nieuwe bemanningsleden onze Basics4startersopleiding konden volgen.

We namen deel aan het project ‘areyouwaterproof.be’ dat meer vrouwen wil aantrekken in de maritieme wereld.

Bij dit project sloegen DEME en andere maritieme werkgevers de handen in elkaar met onderwijsinstellingen om meer bewustzijn te creëren rond werken in een maritieme hoogtechnologische omgeving en om jonge vrouwen en mannen te begeleiden naar de gepaste onderwijs- en opleidingsprogramma’s.

We haalden een slaagpercentage van 97 % voor onze verplichte e-learning over bedrijfsethiek voor onze medewerkers op kantoor. Voor onze bemanning begonnen we klassikale toolboxen te gebruiken en sinds COVID-19 ontwikkelden we ook een nieuw digitaal systeem voor bemanningsleden in quarantaine.

We verlengden onze langdurige samenwerking met Mercy Ships. We droegen bij aan een tweede hospitaalschip, dat de laatste bouwfase ingaat.

Honderden medewerkers over de hele wereld namen tijdens de jaarlijkse World Cleanup Day deel aan initiatieven om stranden op te ruimen.

We namen deel aan verschillende lokale sociale initiatieven, waaronder ‘Shave for a cure’ in Papoea-Nieuw-Guinea om borstkanker te bestrijden, en een boomplantactie in Rio de Janeiro door ons team in Brazilië.

We werkten ook aan ons derde duurzaamheidsverslag, dat de komende weken zal worden gepubliceerd.

19

Er gaat niets boven de eerste te zijn om iets te doen… laten we die leidersrol blijven opnemen!

FAB FOUR PROJECT MANAGER

Nereida Gomez Nadat ze was afgestudeerd aan de Internationale Zeevaartschool van Panama waar ze zich gespecialiseerd had in werktuigbouwkunde, trad Nereida Gomez toe tot de maritieme wereld. Van de 268 cadetten aan de Zeevaartschool was Nereida een van de enige twee vrouwen die afstudeerden. Ook heeft ze enige tijd gevaren op tankers en schepen voor wetenschappelijk onderzoek.

Haar eerste officiële contact met DEME was toen haar werd gevraagd om bij DI te komen werken. “Mijn sollicitatiegesprek vond plaats op een dinsdag, en de middag erna trok ik mijn laarzen en overall van DEME al aan!”

Dat was in augustus 2011. Maar Nereida was eigenlijk al onder de indruk geraakt van DEME toen ze tijdens haar studies stage liep bij het Panamakanaal-project. “Ik zag de schepen op het kanaal werken en was gefascineerd door de baggerschepen, vooral de ‘D’Artagnan’. Ik was dus nog enthousiaster toen ik een telefoontje kreeg met de vraag of ik aan boord wou komen.”

We ontmoeten Nereida wanneer ze net terug in Panama is, na 13 weken aan vijf projecten te hebben gewerkt op de ‘Lange Wapper’, en net voor ze het team op het hoofdkantoor vervoegt.

Wat maakt DEME bijzonder voor jou?

Vanaf mijn eerste dag bij DEME wist ik dat het een geweldig avontuur zou worden met uitdagingen (ik dacht dat ik wist wat baggeren was), voortdurende veranderingen (vooral wanneer er in het buitenland wordt gewerkt) en diverse culturele ervaringen. Maar wat ik toen niet wist, is hoe snel deze ervaringen me zouden verrijken als persoon en als professional – niet alleen wat betreft kennis, maar ook bij tal van andere aspecten in mijn leven.

DEME is een bedrijf dat deuren opent om te leren, dingen te proberen, te ervaren en voortdurend te groeien, door opportuniteiten te bieden waarbij elke stap telt, door te luisteren

20 – FAB FOUR

naar je interesses. Bovendien schat DEME dit allemaal naar waarde – om nu en in de toekomst toe te passen.

De manier waarop DEME gelijke tred houdt met technologische veranderingen, door de uitdagingen van vandaag en morgen aan te gaan, door innovatief en inventief te zijn en altijd minstens een stap voor te blijven, is iets waar ik zeer trots op ben: er gaat niets boven de eerste te zijn om iets te doen… laten we die leidersrol blijven opnemen!

Is er iemand/iets die/dat je carrière bij DEME op een speciale manier heeft beïnvloed?

Dat is een moeilijke vraag: gedurende mijn carrière bij DEME waren er tal van mensen en situaties die mijn koers op de een of andere manier beïnvloed hebben. Maar omdat het doel van deze vraag vrij duidelijk is en omdat ik wel een antwoord kan bedenken, zou ik graag vermelden dat de samenwerking met de bemanning en mijn collega’s tijdens de pandemie misschien een van de grootste uitdagingen was, maar wel een heel bijzondere.

We bekeken het allemaal van de positieve kant en bleven constant en optimaal verder werken, zonder ons te laten tegenhouden door de COVID-19-beperkingen. Ondertussen gaven we de klant de dienstverlening die hij verwachtte, met de beste resultaten en zonder enige onderbreking van onze activiteiten.

Het engagement en de motivatie van onze bemanning tijdens die weken van hard werk

was buitengewoon. Aan boord zij aan zij samenwerken met hen zal een van mijn beste herinneringen aan deze tijden zijn. Iedere dag, bijna 13 weken lang, hadden we een duidelijk doel, de site was klaar en de prestaties waren eersteklas. Ik moet eerlijk toegeven, het was een van mijn beste ervaringen en natuurlijk zal ik de zondagse biefstuk aan boord missen!

en om meer betrokken te worden bij onze andere activiteiten. Op persoonlijk vlak is het nog altijd mijn droom om advocaat te worden.

Twee verschillende loopbanen hebben is een familietrekje. Ik droom er ook van een boek te schrijven en van de dag waarop ik met mijn eigen boot kan varen… maar dat is nog veraf (lacht).

Op welke realisaties ben je het meest trots?

Ons werk aan het Panamakanaal. Voor mij, als Panamese, was dit werk van essentieel belang voor de ontwikkeling van ons land en zijn economische en strategische groei op de globale maritieme markt. Het was geen gemakkelijk werk en we moesten rekening houden met tal van variabelen, zoals het scheepvaartverkeer, het soort materieel, een strak schema en verschillende van onze bagger­schepen die tegelijk bezig waren om ons doel te halen.

Heb je een tip voor DEME? “In deze wereld van snelle deals en technologische veranderingen weet DEME beter dan wie ook de verschillende activiteiten van het bedrijf klaar te stomen voor de toekomst, door kansen te grijpen en veranderingen te implementeren op een strategische manier.

Het baggeren van basalt is misschien wel een van de meest ingewikkelde uitdagingen bij het baggeren van hard materiaal, maar ook dit keer paste DEME nieuwe technologieën toe. Daarmee konden de CSD ‘D'A rtagnan’ (met de toevoeging van speciale snijkoppen) en de TSHD ‘Lange Wapper’ (en de geweldige crush head) de baggerwerken voltooien, terwijl velen dat onmogelijk achtten.

We merkten hier meteen de impact van dit succesvolle project – onmiddellijk waren er nieuwe scheepsherstellers, rederijen en kreeg de handel een flinke boost. Het maakte een enorm verschil en ik ben trots op mijn rol bij dit historische project.

Waar droom je nog van?

Sinds het begin van mijn carrière hield ik me vooral bezig met baggerwerken. Het is dus tijd voor verandering – ik sta open voor nieuwe opportuniteiten, nieuwe ervaringen

De grootste verschuiving op zakelijk vlak is die naar online en digitale technologie.

Daarom moet DEME technologieën blijven implementeren die de operaties verbeteren en een betere communicatie tussen teams mogelijk maken. Dat geeft het bedrijf en de medewerkers een ongeziene flexibiliteit om te werken, waar en wanneer ook.

Blijf je medewerkers engageren en hen stabiliteit en een multiculturele omgeving bieden, blijf investeren in toekomstbestendige activiteiten en een solide personeelsbestand dat een positieve bijdrage levert, met innovatieve ideeën die het bedrijf maken tot wat het vandaag is: een leider in zijn vakgebied!”

PROJECT SPOTLIGHT

Grondige voorbereiding en flexibiliteit sleutel tot succes in noordpoolgebied

Flexibel en goed voorbereid zijn waren de sleutel tot het succes van het opmerkelijke Sea Channel-project in het noordpoolgebied. Opnieuw bewees de aanpak ‘One DEME, One TEAM’ de juiste te zijn, benadrukt Area Director Dirk Poppe. “Zelfs in deze COVID-tijden slaagden we erin de lat weer wat hoger te leggen wat werken in het noordpool­ gebied betreft.”

Vanaf het begin was de teamspirit van DEME duidelijk. Dirk verwijst naar de buiten­ gewone realisatie van het tender team en onze Russische collega’s. “In januari 2020 kregen we de bevestiging dat we het laagste bod voor dit enorme project hadden ingediend.

De contractonderhandelingen vonden vervolgens plaats tijdens de quarantaine tussen februari en 24 april. Toen werd het contract getekend, terwijl iedereen een masker droeg!”

Dankzij MS Teams kon iedereen blijven communiceren, maar fysiek vergaderen was natuurlijk niet mogelijk. “Ons Russische team heeft het fantastisch gedaan. Alles moest worden vertaald. Ze wisten te anticiperen op de vragen die ons gesteld zouden worden tijdens deze lange onderhandelingen.

En ook al kan je onderhandelingen voeren via MS Teams, het is zeer moeilijk wanneer je iemands lichaamstaal niet kunt lezen. Dat is van vitaal belang wanneer je bijvoorbeeld een compromis tracht te sluiten.”

Dit driejarig contract omvat het baggeren van een 50 km lang kanaal, met een breedte van 573 m en een grondoppervlak van bijna 30.000.000 m². Voor Rusland is dit project van vitaal belang op economisch vlak. Zo kan het land het hele jaar door LNG wereldwijd exporteren. Veel ijsbrekende LNGtankers varen immers naar Zeebrugge en Zuidoost-Azië.

MILITAIRE OPERATIE OM DE VLOOT TE MOBILISEREN

Ondanks het feit dat DEME in 2019 al voor deze klant had gewerkt, voor de Hydrografische Afdeling van het Staatsbedrijf voor Atoomenergie Rosatom, viel het nieuwe project ook onder een ander contractenrecht.

Daarom moesten de onderhandelingen vanaf nul worden gevoerd.

Na de ondertekening van het project was het bijna een militaire operatie om de schepen te mobiliseren voor het noordpoolgebied.

Tegelijk was er veel onzekerheid over de voedselbevoorrrading, wisselstukken en of de bemanning wel gewisseld kon worden.

“Alle ondersteunende afdelingen, het projectteam en de bemanningsleden waren uiterst flexibel. De meesten geraakten niet van hun schip, zo bleek.” De weinigen die wel konden reizen, vlogen naar Noorwegen, reden naar Moermansk en brachten twee weken in quarantaine door voor ze verder vlogen naar Sabetta.

Jean-Pierre Desmanet, toen General Manager van Mordraga, stuurde zijn gezin zelfs terug

Uiteindelijk mobiliseerde DEME met succes acht grote TSHD’s, de ‘Uilenspiegel’, ‘Congo

ONDERHANDELINGEN TIJDENS QUARANTAINE

Hoewel het schip bevroren lijkt in de tijd heeft het enkele maanden hard gewerkt op het project.

naar huis in België en verbleef drie maanden in isolatie in Rusland om de deal te sluiten.

Technical Director Alexander Ivanyuk heeft ook een enorme inspanning geleverd, benadrukt Dirk. “De onderhandelingen waren echt teamwerk, zoveel is zeker.”

PROJECT SPOTLIGHT – 21

River’, ‘Breughel’, ‘Breydel’, ‘Meuse River’ en ‘Artevelde’, plus twee gecharterde schepen.

Alles bij elkaar ging het om 20 schepen.

Dirk benadrukt de inspanningen van het technisch- en mobilisatieteam. “De ‘Congo River’ kwam uit India, andere schepen uit de Middellandse Zee en de ‘Meuse River’ maakte haar eerste reis. Dankzij de uitstekende voorbereidingen van de technische afdeling waren er geen van de gebruikelijke kinderziekten.

Het schip deed een hele c­ampagne mee en was een van de schepen met de hoogste productiecijfers.”

Project Managers Dirk Draulans en Bart Cierkens waren de belangrijkste aanspreekpunten tussen de site, het hoofdkantoor en de klant. Ze zorgden ervoor dat alles vlot verliep. Project Managers Yves Brynckman en Annelies Rubben bleven voor de volledige duur ter plaatse, van juli tot november.

FITNESSWEDSTRIJD KRIKT MOREEL OP

Om iedereen gezond en fit te houden en het moreel op te krikken, organiseerden Yves en Annelies een roei-, fiets- en loopwedstrijd aan boord van de schepen. Uiteindelijk werd door het team 1.600 km bij elkaar gelopen, 1.300 km gefietst en 110 km geroeid! “Het projectteam en de bemanning zijn bijzonder creatief. Het is niet gemakkelijk om vol te houden als je maandenlang geen land ziet. Ik heb een enorm respect voor hen.”

Ondanks ieders inspanningen liepen we ongeveer een week vertraging op, maar dat lag niet aan DEME. De UXO-opruiming was niet tijdig gebeurd en een stortvergunning was niet geregeld. Maar zoals Dirk opmerkt, had DEME oorspronkelijk verwacht 27 miljoen m3 te kunnen baggeren. In amper 11 weken tijd baggerde het team maar liefst 32 miljoen m3 en werd het project voltooid naar de volledige tevredenheid van de klant.

EEN BUITENGEWONE REALISATIE

Dirk sluit af met een welgemeende dank aan het voltallige team. Het Sea Channel-succes was enkel mogelijk dankzij zeer grondige voorbereidingen en de ervaring die in 2014-15 en 2019 was opgedaan, zegt hij. Maar deze prestatie is nog uitzonderlijker, gelet op de pandemie.

“Optimale productiecijfers halen en 32 miljoen m3 baggeren in ruim 77 dagen – meer dan 415.000 m3 per dag! Ik spreek altijd in voetbaltermen, dat is elke dag een voetbal­ veld van 83 meter hoog! Dat is gewoonweg fantastisch.”

Dirk Demonie, Chief Engineer ‘Artevelde’, geeft ons een inkijk in het leven aan boord in het noordpoolgebied Op 18 januari vierde Dirk Demonie, Chief Engineer op de TSHD ‘Artevelde’, zijn 30e verjaardag bij het bedrijf. Maar hij wijst er snel op dat de echte viering misschien moet wachten tot hij weer op het droge staat.

Dirk schetst zijn lange loopbaan. “Na mijn studies ging ik meteen aan de slag als civiele onderhoudstechnicus bij de Belgische zeemacht. Ik heb altijd geweten dat ik iets met schepen wou doen.” Dirk vervoegde oorspronkelijk de vloot van DEME als elektricien op de ‘Vlaanderen XX’. Enkele jaren later werd hij First Engineer bij DI, alvorens hij in 1999 betrokken werd bij de bouw van de ‘Lange Wapper’. Nadien werkte hij als technicus en elektricien mee aan de bouw van de ‘Pallieter’. Daarna volgde de ‘Uilenspiegel’ en het nieuwbouwschip ‘Marieke’. Hij werd benoemd tot Chief Engineer en werkte 11 jaar lang op de ‘Marieke’. Sinds maart 2017 heeft hij dezelfde functie op de ‘Artevelde’.

Dirk is lid van het team dat onlangs terugkeerde van het Sea Channel-project in het noordpoolgebied, maar hij was al vertrouwd met die locatie – in de zomer van 2015 had hij al aan het Sabetta LNG-­ project gewerkt met de ‘Marieke’.

Deze prachtige foto's laten de rillingen over je rug lopen.

Het projectteam en de bemanning zijn bijzonder creatief.

Het is niet gemakkelijk om vol te houden als je maandenlang geen land ziet. Ik heb een enorm respect voor hen.

22

Sleephopperzuiger 'Artevelde', omgeven door een witte regenboog, ook wel mistboog genoemd omdat deze ontstaat door kleine waterdruppeltjes van mist.

Dirk vertelt over dit buitengewone project: “Het was leuk werk. Aanvankelijk maakten we ons enigszins zorgen over hoe we aan verse bevoorrading en brandstof moesten komen, omdat we niet zeker waren dat we konden bunkeren. Natuurlijk is het niet normaal dat er vier à vijf maanden aan een project wordt gewerkt zonder van bemanning te wisselen, maar door COVID konden we niet anders. Dat maakte het zeer moeilijk.” Er waren ook problemen met visa.

Daardoor kon Dirks collega hem niet aflossen. “Bovendien is het Sea Channel zelf met geen ander kanaal te vergelijken. Het is zo groot dat je gedurende 10 weken of zo geen land ziet.”

De laatste vijf jaar zat ik aan boord met kerst en nieuwjaar.

Dit is de eerste keer dat ik er geen spijt van heb!

We zaten allemaal veilig in onze scheepsbubbel!

“Je verwacht altijd om de zes weken van ­bemanning te kunnen wisselen, maar door alle lockdowns werd dat een groot probleem.

We werkten allemaal extra weken. Ikzelf werkte 15 weken langer. Ik vertrok vanuit Antwerpen en reisde terug naar Zeebrugge met het schip. Een verlengd verblijf aan boord is doenbaar als je zo snel mogelijk weet dat je reis wat langer zal duren. Dan kan je je aanpassen en dat accepteren. En vrijwel vanaf het begin hadden we het vermoeden dat dat het geval zou zijn.” Hij voegt eraan toe dat de bemanning van de ‘Artevelde’ tenminste de ijzige omstandigheden en zware stormen wist te vermijden, omdat ze zich vroegtijdig moesten mobiliseren voor een project in het Verenigd Koninkrijk.

Als Chief Engineer hield Dirk zich vooral bezig met de voorraad reserveonderdelen, maar hij is tamelijk onverstoorbaar. “Soms moet je gewoon improviseren”, voegt hij eraan toe. “Ik moet ervoor zorgen dat het schip altijd mechanisch in orde is.” Hij wijst op het grote kameraadschap tussen alle bemanningen op de schepen die er werken.

“Gelukkig hielpen alle schepen elkaar. Soms belden we elkaar en vroegen we de technical superintendents welke reserveonderdelen ze hadden. Alles verliep heel vlot.”

Hij voegt eraan toe dat de 14-koppige bemanning van de ‘Artevelde’ wel te maken kreeg met een extra uitdaging.

Het schip was pas overgestapt van het AMOS-systeem voor voorraadbeheer naar Maximo. “We waren de enigen in het noordpoolgebied met dat systeem. Het was totaal anders toen we aan boord kwamen en het kostte ons veel tijd en moeite om Maximo te optimaliseren.”

Ondanks COVID en de afgelegen locatie zegt hij dat alle schepen echt goed presteerden en veel meer produceerden dan de vooraf geraamde baggervolumes.

“Ik doe gewoon mijn werk en blijf positief, wat er ook gebeurt. Ik probeer altijd het leven van de zonnige kant te bekijken, de problemen op te lossen en door te gaan! (naar goede DEME-gewoonte).”

En de pandemie heeft een klein voordeel, glimlacht hij: “De laatste vijf jaar zat ik aan boord met kerst en nieuwjaar. Dit is de eerste keer dat ik er geen spijt van heb! We zaten allemaal veilig in onze scheepsbubbel!”

Milieubeheer in het noordpoolgebied Milieubeheer en sensibilisering waren topprioriteiten van het projectteam dat de leiding had over het uitdagende Sea Channel-project in de baai van Ob in het noordpoolgebied.

Marc Huygens, Environmental Manager binnen het Tender Department Activity Lines Dredging & Offshore, merkt op: “Je werkt niet elke dag in het noordpoolgebied.

We respecteren het rijke en kwetsbare ecosysteem. Daarom besteedden we nog meer aandacht aan milieubeheer.”

Het Russische standaardkader voor naleving in verband met afvalbeheer en waterkwaliteit werd als uitgangspunt gekozen. “Maar we wilden veel verder gaan dan dat.” Het was belangrijk om rekening te houden met de impact van de baggeractiviteiten op de troebelheid en de impact daarvan op de waterkwaliteit in de baai van Ob en op de flora en fauna in de monding ervan.

SPECIAAL ONTWORPEN MILIEUBOEIEN

Hiervoor gebruikte het team vijf intern ontworpen milieuboeien, voorzien van waterkwaliteitssensoren. Die registreren

de troebelheid, de watertemperatuur, het zoutgehalte, de opgeloste zuurstof en Chl-A in real time en online. Deze milieuwaarden worden gecombineerd met golf- en stromings­ metingen. Deze boeien van het SPAR-type zijn ongeveer vijf meter hoog en worden aan de zeebodem bevestigd met sterke ankers. Ze zijn goed bestand tegen de barre omstandigheden op de open zee in de baai van Ob. “Ze waren ongeveer 99 % van de tijd online. Dit betekent dat alle verzamelde veldgegevens kunnen worden uitgelezen op de schepen en op het hoofdkantoor, waar specialisten de gegevens kunnen analyseren. Wat cruciaal is, is dat de resultaten hebben uitgewezen dat onze baggeractiviteiten geen invloed hadden op het natuurlijke troebelheidspatroon.”

De SPAR-boeien zelf zijn een heuse, geïntegreerde inspanning van het hele team, waarbij de milieu-ingenieurs en de afdeling Survey samenwerkten met een externe IT-specialist. DEME heeft deze boeien al eerder gebruikt bij het project voor de Nord Stream 2-gaspijpleiding. Sindsdien werden ze echter aangepast aan de barre omstandigheden in het noordpoolgebied, omdat ze

niet op zonnepanelen alleen konden werken.

Marc voegt eraan toe dat het veel weg heeft van werken op de open zee, omdat de monding zo breed is en sterke stroming en golven kent.

DE ‘MILIEUKAPITEIN’

Een ander cruciaal kwaliteitsonderdeel van het Environmental Management Plan van DEME was de aanstelling van een zogenaamde ‘Milieukapitein’.

Aanvankelijk maakte DEME een eigen evaluatie van de milieurisico’s om de gepaste controle- en beperkingsmaatregelen te bepalen en implementeren voor afvalbeheer, observatie van zeezoogdieren, noodplannen voor olielekken, troebelheid, enz. Om de correcte toepassing en uitvoering van al deze milieubeheermaatregelen door het operationele team ter plaatse te controleren, voerde de Milieukapitein een onafhankelijke expertise uit. Daarbij werden de strenge internationale kwaliteitsnormen van onze specifieke aanpak benadrukt. Aangezien dit alles gebeurde tijdens de pandemie, was het een enorme uitdaging om de expert veilig en goed ter plaatse en weer thuis te krijgen.

Het is mogelijk om verantwoord en duurzaam te werken in het noordpool­ gebied als we omzichtig te werk gaan.

Ook werd tijdens toolboxvergaderingen de nadruk gelegd op de internationale n ­ ormen voor het observeren van zoogdieren. Er waren meer dan 30 observaties van o.a. zeehonden, sneeuwuilen, beluga’s en zelfs een ijsbeer.

Er waren meer dan 30 observaties waaronder zeehonden, sneeuwuilen, beluga walvissen en zelfs een ijsbeer.

er vanaf het bunkerschip wordt gepompt.

Om zijn broeikasgasuitstoot rechtstreeks te verminderen koos DEME ervoor om de duurdere Marine Gas Oil (MGO) te gebruiken, in plaats van zware stookolie. Deze brandstof heeft niet ­alleen een laag zwavel­gehalte, maar ook minder en kleinere zwevende deeltjes. Door MGO te gebruiken komt er dus veel minder zwarte koolstof vrij (fijne deeltjes die warmte absorberen op de smeltende ijsmassa).

Een strikt protocol in geval van olielekken was ook van kracht. Tijdens het bunkeren van de schepen werden zeer gespecialiseerde droge koppelingssystemen gebruikt. Die lijken sterk op de brandstofkoppelingen die in de Formule 1 worden gebruikt en garanderen dat er geen lekken optreden terwijl

GEEN IMPACT OP DE MONDING

Marc benadrukt dat hij als Environmental Manager bijzonder trots is op het noordpool­project. “We hebben het team volop gesensibiliseerd wat betreft het milieu. Het is altijd het project­ team ter plaatse dat de nodige inspanningen moet leveren. Zij sprongen maar al te graag op de kar. Door hen bewust te maken van het ecosysteem waarin ze ­werken, ben je al goed op weg om veel van de milieu-uitdagingen op te lossen die zich kunnen voordoen.

Ik ben ook zeer trots op de sterke tools waarover we nu beschikken. Dankzij de milieuboeien konden we online én in real time zien wat er in het ecosysteem gebeurt. Op 2 à 3 uur tijd kregen onze specialisten een grondige analyse van wat er precies gaande is.

Tot slot bewezen de metingen dat onze werkzaamheden weinig tot geen impact hadden op de natuurlijke dynamiek van de unieke monding in de baai van Ob. Dat kunnen we aan de buitenwereld laten zien – het is mogelijk om verantwoord en duurzaam te werken in het noordpoolgebied als we omzichtig te werk gaan.”

Alle ondersteunende afdelingen, het projectteam en bemanning waren uiterst flexibel omdat, zoals gebleken is, de meeste van hen niet van de schepen konden.

23

MEET THE FLEET

Kabelinstallatieschip ‘Living Stone’ Kapiteins Leo Janssen en Bert Van Der Meulen blikken terug op een druk jaar aan boord van de ‘Living Stone’ en vertellen wat dit unieke schip zo bijzonder maakt.

In zijn 28-jarige loopbaan als kapitein heeft Bert zes jaar lang op koopvaardijschepen en bijna twee decennia op baggerschepen en steenstortschepen van Van Oord gewerkt.

Bert was eigenlijk door HGO ingezet op de ‘Innovation’, maar tegen de tijd dat hij besloten had om elders als freelancer te blijven werken, had men hem een functie bij Tideway (nu DEME Offshore) aangeboden om in 2015 kapitein van de ‘Omalius’ te worden . Voor hij inscheepte op de ‘Living Stone’ had hij ook op de ‘Rollingstone’ gevaren.

Leo, die zich op het moment van het interview aan boord van de ‘Living Stone’ bevond, was blij de tweede helikopter van die dag vlot te zien landen om de nieuwe bemanning af te zetten. De ‘Living Stone’ voert momenteel herstellingen uit aan kabels op het offshore windmolenpark Hornsea One, 120 km voor de kust van Yorkshire in het Verenigd Koninkrijk.

Tijdens zijn studies aan de zeevaartschool werkte Leo tijdens de vakantie als AB voor de Spliethoff Groep in Amsterdam. Nadat hij afgestudeerd was, ging hij in 1995 officieel bij Spliethoff werken als Maritime Officer. Hij maakte deel uit van de multifunctionele vloot, maar genoot echt van de Heavy Lift Vessels.

“Als Second Mate was ik betrokken bij alles van het zeevast maken tot het bedienen van de kranen. We moesten echt als team werken.”

In 2000 ontmoette hij enkele van zijn ­vroegere schoolmakkers die al bij Tideway werkten. “Ik wou destijds meer zekerheid hebben over mijn tijd aan land en besloot om over te stappen naar de steenstorters. Ik was toen Second Mate en vond vooral het DP-aspect leuk. ” In 2009 werd Leo kapitein. Hij werkte 12 jaar aan boord van de ‘Rollingstone’, vijf jaar op de ‘Seahorse’ en ook een paar maanden op de ‘Flintstone’.

Leo’s kennismaking met de ‘Living Stone’ was vrij ongewoon, geeft hij toe. “Toen ze mij in 2017 vroegen om kapitein van de ‘Living Stone’ te worden, was die nog in aanbouw in Bilbao. Mijn eerste taak bestond er zelfs in om het vertrek van het schip op de Spaanse werf te plannen, die toen op de rand van het bankroet stond. We spraken af met het management om het schip naar een andere locatie te brengen enkele kilometers verderop. Ondanks het fake news hierover in de Spaanse pers, was het een zeer succesvolle operatie. De werf zag dat we de toestand zeer ernstig namen.”

Ondertussen werd de kabelleginstallatie gebouwd in Vlissingen. Daarom moest de ‘Living Stone’ van Bilbao naar Vlissingen worden gesleept, om er de kabeluitrusting op te installeren, samen met het helikopterdek.

En eens deze installatie klaar was, begon het schip aan het laatste stuk van zijn reis. Het werd naar Rotterdam gesleept, waar het in de beroemde groene kleuren van DEME werd geschilderd.

WAT MAAKT VAN DE ‘LIVING STONE’ ZO’N BIJZONDER SCHIP VOOR DEZE ERVAREN KAPITEINS?

Volgens Bert is dat het grote aantal mensen aan boord, in combinatie met de revolutionaire

24 – MEET THE FLEET

kabellegtechnologie. “De bemanning kan oplopen tot 100 mensen, tegenover een 45-tal aan boord van de steenstorters. Als kapitein moeten we samen met de andere afdelingshoofden aan boord een team vormen, opdat alles op rolletjes loopt. Dat is echter een hele uitdaging, gezien de vele verschillende nationaliteiten, en we hebben ook tal van onderaannemers en krachten die via een agent aan boord werken. Dat kan het moeilijk maken om een hecht team te vormen. Maar dankzij de zeer gemotiveerde vaste bemanning lukt het ons om goed samen te werken.”

Leo is het daarmee eens en merkt op: “Als kapitein doen we ons uiterste best voor ‘One DEME, One Team’. Maar ik denk dat we een fijn team hebben gevormd – natuurlijk zijn er de verschillende groepen – zo zijn er de mates, het kombuisteam, de kabelleggers en kabellassers van de klant. Maar de kabellassers dragen hun steentje bij en helpen ons met andere activiteiten aan boord. Iedereen werkt heel goed samen.”

Beiden zijn duidelijk fan van de kabellegtechnologie en halen veel voldoening uit de uitdaging om steeds meer te leren over deze complexe sector.

naast elkaar leggen.” Leo werkte ook graag aan het offshore windmolenpark Moray East, waar veel kabels moesten worden gelegd binnen een zeer strak schema.

MANOEUVREREN IN EEN SMALLE FJORD

Beiden kijken uit naar een zeer uitdagend volgend project, waarbij ze het offshore gedeelte van de DolWin6-hoogspanningskabel moeten installeren, die van de offshore windmolen­ parken in Duitsland door de Waddenzee loopt.

Met zijn twee kabelcarrousels kan de ‘Living Stone’ kabelbundels naadloos installeren. In dit geval zal het schip de secties van 2 × 40 km tegelijk leggen. De echte uitdaging vanuit het oogpunt van de kapiteins is echter dat ze eerst de kabel moeten laden bij de productiesite van Nexans in Halden, Noorwegen, in een fjord met een zeer smalle toegang. Er moeten zelfs boeien worden verwijderd om de ‘Living Stone’ te laten passeren.

Het schip is 32 m breed, maar met alle aanhangsels erbij is dat 37 m. Beide kapiteins zullen vóór het project hun vaardigheden aanscherpen op simulatoren. “Zulke projecten zijn zeer interessant voor een kapitein,” voegen ze eraan toe. Ze moeten ook de kabels laden voor de tweede campagne bij Moray East in Hartlepool, een andere kleine haven.

Dat wordt dus ook een uitdagend project.

Het doel van Bert is de kabels veilig en sneller dan ooit tevoren te installeren. “We verbreken records, het is een grote uitdaging en er is enige finetuning nodig van het DP-systeem, maar we boeken steeds vooruitgang.” Leo voegt eraan toe: “Ja, dit unieke schip is uiteindelijk gemaakt voor infield kabels. Ik zou de vorige records dus graag verbreken, zoals bij het offshore windmolenpark SeaMade, en ik zou ook graag meer kabels tegelijk leggen.”

Het offshore windproject SeaMade in België is Bert tot dusver het meest bijgebleven. “Voor SeaMade moesten we verscheidene kabels leggen op zeer korte tijd. Maar alles viel op zijn plaats en liep goed.” Nochtans kreeg het team enkele dagen lang met windkracht 12 te maken! “Het was een hele uitdaging, maar gelukkig is alles vlot verlopen.”

NADRUK OP VEILIGHEID EN WEERSOMSTANDIGHEDEN

Veiligheid en weersomstandigheden zijn altijd hun voornaamste focus, benadrukken ze. Bert merkt op: “Dat is misschien een verschil met andere schepen. We moeten ver vooruit plannen rekening houdend met het weer en moeten vaak van koers veranderen.

Kabels leggen omvat zoveel stappen, zoals de vele pull-ins en natuurlijk zitten we vast aan een kabel, zodat we niet zomaar ergens heen kunnen.”

Kapitein Bert Van Der Meulen

“Ja, we moeten echt meer vooruit denken, een verbinding kan bijvoorbeeld drie dagen in beslag nemen,” zegt Leo. Het project dat Leo het meest is bijgebleven, is het Modular Offshore Grid (MOG) in België, een ‘power hub’ die verscheidene offshore windmolenparken met elkaar verbindt, waaronder SeaMade. “Het ging om een zeer grote exportkabel van 85 km lang, die we moesten laden bij de fabrikant in Griekenland. We moesten ook twee kabels

Kapitein Leo Janssen

254 DP-DAGEN IN 2020

Leo blikt terug op het drukke jaar dat ze in 2020 hadden. “Ik heb uitgerekend dat we 254 DP-dagen hadden! Dat is zeer indrukwekkend, gezien het feit dat deze projecten allemaal plaatsvonden tijdens COVID.” En deze bedrijvigheid betekende dat we de bemanning aan boord aan het werk konden houden, benadrukken ze.

Zowel Bert als Leo zijn optimistisch over de vooruitzichten voor dit jaar. Ze zijn blij dat ze zichzelf kunnen blijven uitdagen en hun ­ kennis van het kabelleggen kunnen ­verruimen. Leo merkt op: “Soms mis ik de steenstorters, maar er valt nog heel wat te leren over kabels installeren. Ik haal echt energie uit de samenwerking met een groot team.” Bert is het daarmee eens en voegt eraan toe: “Ik ben heel blij dat ik op de ‘Living Stone’ kan blijven, het is echt een fijne bemanning.

En ik wil onze kabellegcapaciteiten verder optimaliseren en verbeteren.”

We moeten ver vooruit plannen rekening houdend met het weer en moeten vaak van koers veranderen.

We zitten ook vast aan een kabel, zodat we niet zomaar ergens heen kunnen.

Benedendeks heeft 'Living Stone' twee kabelcarrousels.

25

FAB FOUR KAPITEIN TSHD ‘BONNY RIVER’

Christophe Van den Berghe Ruim 20 jaar geleden begon kapitein Christophe Van den Berghe zijn loopbaan bij Dredging International, waar hij eerst deckhand was.

In juli 2009 kreeg hij voor het eerst bevel over een schip.

Toen werd hij kapitein van de ‘Artevelde’, die toen gloed­ nieuw was. Sindsdien heeft hij altijd gewerkt op een van de vele TSHD’s met een ‘eenmansbrug’. Twee jaar geleden begon voor hem een nieuw ­avontuur op onze revolutionaire TSHD ‘Bonny River’, die hij als een echte gamechanger beschouwt – ‘de meest veelzijdige TSHD ter wereld!’, zoals Christophe het zelf zegt.

Wat maakt DEME bijzonder voor jou?

Meteen na mijn studies aan de Antwerpse Zeevaartschool kwam ik bij DEME werken.

Het was dus mijn eerste werkgever en hopelijk ook mijn laatste. Als student heb ik jarenlang in een familierestaurant gewerkt, vlakbij mijn ouderlijk huis. In mijn ogen heeft DEME dezelfde familiewaarden die ik daar heb gezien. Ik zet me in voor slechts één bedrijf, ik doe mijn best en leef de kernwaarden na.

Ik geloofde toen in het langetermijndoel van een kwaliteitsproduct, gebaseerd op klantentevredenheid, werksfeer en een efficiënte organisatie. Daar geloof ik ook nu nog in.

Ik beschouw DEME als een familiebedrijf, met een voorbeeldig engagement voor het welzijn van zijn bemanning en medewerkers. Het is echt geruststellend, vooral in deze tijden, om te weten dat je niet als een ‘I-nummer’ wordt beschouwd, om maar een voorbeeld te gebruiken uit ons nieuwe programma Maximo (waarin een 'I-nummer' een verbruiksartikel of reserveonderdeel is), maar wel als een echte meerwaarde. DEME investeert in mensen, schept een sterke solidariteit tussen medewerkers en zorgt voor engagement ten aanzien van het bedrijf.

Is er iemand/iets dat je carrière bij DEME op een speciale manier heeft beïnvloed?

Er zijn zoveel ‘fab fours’ in het bedrijf die me beïnvloed hebben. Ik ben erg blij dat ik met gelijkgezinden bij onze technische afdelingen

en in de nieuwe BOOS-T-omgeving heb kunnen werken – Erik Van Nieuwenhuijzen, Geoffrey Kennis, Jonas Van Drom, Tom Nees, Bruno Galvao, Wouter Eyckmans, Dennis Ongena, Koen Van den Maegdenbergh en nog vele anderen. Samen met onze slimme bemanning aan boord bereiken we veel meer dan waarvoor onze schepen oorspronkelijk bedoeld waren. We mogen het belang van een fantastische bemanning niet ­onderschatten – Pieter, Wim, Omar, Benny, Matthijs, Laurentz, Niels, Christoph, Ivan, Mario, Max, Jef, Tom, Michiel, Arthur, Kristof en nog vele anderen hebben allemaal een rol gespeeld bij mijn ontwikkeling. Hun kennis en steun zijn fantastisch. Het zijn teamspelers en zeer proactieve mensen die echt het verschil maken aan boord. Daarvoor wil ik hen bedanken.

Een andere grote invloed is de filosofie van DEME om ‘onconventionele’ ideeën aan te moedigen. Door die kleine ideeën blijf je alert!

Uit honderden ideeën is er misschien eentje dat zijn vruchten afwerpt. Dat is wat mij drijft – mijn passie. Een goed voorbeeld zijn de fantastische ideeën uit de Diver-campagnes.

Op welke realisaties ben je het meest trots binnen het team waarin je werkt?

Op de voortdurende zoektocht naar een betere efficiëntie en veiligheid van de schepen waarop ik heb gewerkt. Ik word toegewezen aan een schip om een manier te vinden om een veilige en efficiënte werkstroom te

coördineren. Dat verhoogt de productie in het algemeen en heeft een rechtstreeks effect op de projectkosten. Om het met een oud Nederlands spreekwoord te zeggen: ‘Zonder zand, geen vreten’.

zeebodem konden we toch overal baggeren.

De MPDH is het resultaat van echte teamwerk. Tal van afdelingen waren betrokken bij het ontwerp, de bouw en de installatie van de sleepkop.

Ik bewonder het engagement van ons management om dit te ondersteunen met het Diver-programma uit 2017. Dat zorgde voor een nieuwe ‘spirit’ bij onze productieafdeling, zoals blijkt uit BOOS-T. Het oude gezegde van DEME – ‘er gaat niets boven ervaring’ – blijft relevant. Kennis moet worden gedeeld en de hoge mate van automatisering en technisch leiderschap op onze schepen moet in ons voordeel worden gebruikt.

Waar droom je nog van?

Nog zoveel dingen, mijn kinderen groeien op in deze rare tijden. Ik wil dat alles weer normaal is, dat ik samen met mijn vrouw mijn familie en vrienden weer kan zien, zonder voortdurend rekening te moeten houden met COVID-19.

Het loont de moeite om deel uit te maken van dit voortdurend streven naar een betere aanpak van nieuwe projecten in verband met onze TSHDs. In het kader hiervan zou ik de nieuwe, intern ontwikkelde Multipurpose Draghead (MPDH) willen aanstippen die op de ‘Bonny River’ is geïnstalleerd. Die blijkt een fantastische tool te zijn om de productie sterk op te drijven en opent echt nieuwe markten met zijn onderlinge verwissel­ baarheid, vermogen om dieper te snijden en jet-combinaties.

Nu kunnen we efficiënter baggeren in rotsbodems en andere moeilijke ondergronden.

Zo leverde de ‘Bonny River’ uitstekend werk in Saint-Nazaire. Ondanks de moeilijke

Samen met onze slimme bemanning aan boord bereiken we veel meer dan waarvoor onze schepen oorspronkelijk bedoeld waren.

We mogen het belang van een fantastische bemanning niet onderschatten.

De bemanning van 'Bonny River' tijdens de doopceremonie in november 2020.

26 – FAB FOUR

Natuurlijk zorgde dit ook voor stress en soms moeilijke omstandigheden aan boord.

Toch was het idee van een ‘COVID-vrije scheepsbubbel’ een opluchting – zo hadden alle bemanningsleden een normale werkplek.

Maar het einde van de tunnel is in zicht, daar kunnen we van dromen…

Waar ik op werkgebied van droom, is dat ik op lange termijn hoop mee te werken aan onze nieuwbouwschepen, vooral de TSHD’s – van het eerste idee op de tekentafel tot de definitieve oplevering ervan. Na 20 jaar aan boord van onze trailers te hebben gewerkt en gewoond heb ik een vrij goed idee van wat goed werkt en wat niet.

Heb je een tip voor DEME? Koploper blijven moet altijd het hoofddoel zijn. We mogen nooit achterover leunen, we moeten altijd de beste van de klas zijn, ongeacht goedkope concurrenten met lagere normen en geen duurzaamheidsdoelen… we kunnen altijd het verschil maken als we ons focussen op onze expertise. Ik geloof vooral in het ‘investeren’ van extra middelen en inspanningen om meerwaarde te creëren in een ‘lean’ omgeving. Als we blijven investeren, zal dat beter zijn voor het milieu, zijn we productiever en boeken we betere resultaten. Samengevat – de juiste tools gebruiken op de juiste manier.

Denk maar aan de ‘Bonny River’ – het eerste DP2-baggerschip ter wereld! De ‘Orion’ en ‘Spartacus’, ook dat zijn pioniers.

Er zijn altijd zaken die beter kunnen. Dat is volgens mij de reden waarom ik de voorbije 20 jaar nooit een saaie werkdag had. En hopelijk evenmin de volgende 20 jaar!

SAFETY FOCUS

200 inspirerende ideeën ingezonden bij eerste campagne rond succesverhalen op het vlak van veiligheid Onlangs lanceerde de afdeling QHSE een nieuwe campagne­ strategie voor veiligheid. In plaats van te focussen op bijna-­ ongevallen, arbeidsongevallen met werkverlet en incidenten met een hoog potentieel risico, draait die rond positieve zaken en rond wat er goed ging – jullie succesverhalen op het vlak van veiligheid. Als campagnefocus werd gekozen voor ‘Werken op hoogte’, omdat het een risicovolle taak is, die voorkomt bij al onze vier activity lines en in ons dagelijks leven thuis.

QHSE was blij dat zoveel teams deelnamen aan de campagne. Er werden een 200-tal succesverhalen op het vlak van veiligheid ingezonden door collega’s op schepen, projectsites en kantoren over de hele wereld.

Uit deze inspirerende verhalen bleek dat ­briljante ideeën geen fortuin hoeven te k­ osten.

Ze werden in de kijker gezet op de Safety Moment Day in december. Toen werden de beste ideeën bekroond met een prijs. Er waren zoveel suggesties dat het QHSE-team ze nog steeds aan het doorspitten is, maar ze benadrukken dat alle inzendingen bekeken zullen worden en dat de teams persoonlijke feedback zullen krijgen.

PROCEDURES VOOR WERKEN OP HOOGTE OP ELKAAR AFSTEMMEN

Sina Cordes, QHSE Team Coordinator, legt uit: “Soms zit er nogal wat verschil tussen onze activity lines. Daarom wilden we tot een ‘One DEME’-aanpak komen voor werken op hoogte en alle procedures op elkaar afstemmen.

Uiteindelijk willen we eindigen met duidelijke definities en werkbare, praktische procedures.”

Marc Weynen, QHSE Officer, voegt eraan toe: “We wilden inderdaad komaf maken met al die verschillende regels en alles op elkaar afstemmen – One DEME, One rule!”

Hij voegt eraan toe dat de regels rond werken

Annelies Du Bois, QHSE Engineer, is het daarmee eens en voegt eraan toe: “Ik was echt op zoek naar slimme, eenvoudige en kosten­ efficiënte oplossingen. Ideeën kunnen innovatief zijn en toch relatief ­ weinig kosten. Ze moeten ook gemakkelijk te implementeren en te herhalen zijn bij andere projecten.”

Alle procesverantwoordelijken hebben ondertussen de documentatie over werken op hoogte geüpdatet, zodat iedereen mee is. Sina benadrukt dat in plaats van stapels documentatie uit te delen, de grootste nadruk werd gelegd op het toegankelijker maken van al het We zochten nieuwe communicatiemateriaal – duidelijke posters naar de meest die gemakkelijk te gebruiinnovatieve, ken zijn op schepen en unieke ideeën, projectsites, bijvoorbeeld.

op hoogte soms heel anders geïnterpreteerd kunnen worden en dat DEME’s eigen standaarden ook veel verder gaan dan de vereisten volgens de regelgeving.

De afdeling QHSE was er ook op gebrand om in de campagne voor werken op hoogte een breed scala aan thema’s te zien, van stellingbouw, persoonlijke valbeveiliging, mobiele hoogwerkers, persoonskorven, touwtoegang en ladders tot vallende voorwerpen.

SLIM, EENVOUDIG EN KOSTENEFFICIËNT

maar ook naar die ideeën waarbij mensen het meest leren.

Eens alle verhalen waren verzameld, namen de vier procesverantwoordelijken ze door en kozen ze hun drie topfavorieten. Volgens Hanne Goudry, QHSE Engineer, bereikte het team een algemene consensus over de beste ideeën. “Ik denk dat we naar de meest innovatieve, unieke ideeën zochten, maar ook naar die ideeën waarbij mensen het meest zouden leren. Een paar vielen echter op omdat ze onconventioneel waren.”

Het team was niet voltallig beschikbaar op het moment van het interview, maar laat opmerken dat hun twee andere ­collega’s ook vermeld moeten worden voor al hun harde werk aan de campagne – John Verharen, QHSE Engineer en Robert Nuyts, QHSE Engineer. Ook wil het team de collega’s bij ‘System & Tools’ bedanken voor het vele werk aan de campagnepagina en het platform waarop de succesverhalen rond veiligheid werden geüpload in Apprise – Michaël Delvaulx en Antonio Covas.

PROJECT IN GHANA

WINT PRIJS VOOR SAFETY SUCCESS STORY Joachim Lebbe is de trotse winnaar van DEME’s allereerste prijs voor de Safety Success Story, en dat voor een eenvoudige maar slimme uitvinding: de ‘cutter repair chair’, een stoel om snijkoppen te herstellen. Die werd gebruikt bij het project voor de uitbreiding van de haven van Tema in Ghana.

Joachim is blij en zeer verrast dat hij de prijs heeft gewonnen. Maar hij benadrukt eerst en vooral dat de ‘cutter repair chair’ het resultaat is van een nauwe samenwerking, in het bijzonder met lasverantwoordelijke Jestin Davis Thekkumpuram, en een brainstormsessie in groep over veiligere en gemakkelijkere manieren om snijkoppen

Joachim Lebbe, winnaar van de Safety Success Story Award.

te herstellen. “Deze uitvinding is een goed voorbeeld van hoe het uitwisselen van ­ervaringen tussen verschillende afdelingen kan leiden tot een mooie samenwerking.

Het QHSE-team ter plaatse, het hoofd­ kantoor, de kapiteins van de snijkopzuigers en a ­ ndere sites gaven allemaal hun input.”

DEME's uitdaging in de haven van Tema was het baggeren van 2 miljoen m3 rots. Dat deden we met onze CSD ‘D’Artagnan’ en TSHD ‘Breughel’. Als gevolg van verkeerde bodemgegevens bleek het gesteente in de haven veel harder dan verwacht. Dat eiste een zware tol van de snijkoppen.

Joachim, die Deputy Project Manager bij Tema was, legt uit: “De snijkoppen werden zo intensief gebruikt dat de werkplaats zwaar belast werd. Ze moesten ­ voortdurend herstellingen uitvoeren. We verdubbelden de bezetting, lieten mensen ­ overvliegen, voerden een dag- en een nachtshift in…

En door al die druk maakte ik me zorgen over de veiligheid.”

Hij merkt op dat snijkoppen 2,5 hoog ­kunnen zijn en dat lassers er soms bovenop moeten staan. Joachim begon na te ­denken over een idee voor een ‘stoel/­ platform’ waarmee veiliger, ergonomischer en ­comfortabeler kan worden gewerkt tijdens herstellingen en laswerken aan de snijkop.

“Jestin en ik vonden dat er een betere manier moest zijn. We brachten het probleem ter sprake en iedereen nam deel aan de brainstormsessie. De snijkop is natuurlijk kegelvormig, het is dus moeilijk een platform te maken waarmee alle plaatsen te bereiken zijn. We moesten een systeem vinden waarbij de lassers op de snijkop kunnen klimmen en op alle verschillende plaatsen kunnen lassen. Ook moet de stoel gemakkelijk vast en weer los te maken zijn.”

Het resultaat was de ‘cutter repair chair’.

Die werd zo licht mogelijk gemaakt en heeft een demonteerbare reling. De stoel wordt op de tanden van de snijkop gelast. Van cruciaal belang is het vergrendelings­ systeem, waarbij de tanden in de adapters en borgpennen worden geschoven. Zo wordt komaf gemaakt met de vroegere methode. Toen werd een platform gelast en weer losgesneden om het te verplaatsen.

“De uitvinding is zeker comfortabeler om op te werken en er waren geen incidenten in de werkplaats. Ik denk ook dat het voor het lasteam een zeer positieve ervaring was.

Zij hielpen de uitvinding maken en zagen dat naar hun ideeën werd geluisterd.”

De ‘cutter repair chair’ werd daarna gebruikt bij andere projecten, zoals het project voor de centrale van Akkuyu in Turkije.

VAN WELKE IDEEËN WAS HET TEAM VOORAL ONDER DE INDRUK?

Om werken op steile hellingen te vermijden, maakten de projectteams voor Jurong Island Westward en TTP1 in Singapore gebruik van drones. Zo konden ze de gevaren elimineren.

Containers vastmaken is altijd riskant, maar verscheidene teams deelden hun successen.

De favoriete succesverhalen kwamen van de DIMCO-werkplaats in Nederland en het Berth 96-project om de zeebodem te ruimen in de haven van Dekheila, Egypte.

Beide sites pasten een methode toe waarbij de onderste twist locks van de container werden gebruikt in combinatie met een hefbalk.

QHSE ontving bijna 50 verhalen over collectieve bescherming, zoals vaste werkplatformen en leuningen. Twee verhalen vielen op: een over het Tema Dredging & Reclamation-project in Ghana – de algemene winnaar van de prijs voor Safety Success Story 2020 (zie kaderstuk) – en een over het team in Abu Dhabi, in verband met de EMW laydown-zone, waar een systeem wordt gehanteerd om de laadbakken van vrachtwagens af te dekken.

Verscheidene kantoren gaven aan hoe ze hun License to Stop-bevoegdheid hadden gebruikt.

Het kantoor van BDC in Oostende heeft er nu voor gezorgd dat hun glazenwassers volledig uitgerust zijn met PBM. Wat werkvoorbereiding en Safety by Design betreft, gingen de beste verhalen over het steigerproject voor Koole Terminals in Nederland, waar een instelbaar werk­ platform boven het water werd hertekend.

De projectteams voor de offshore windparken Borssele en Triton Knoll schetsten hoe ze VR gebruiken om de toegang tot ­structuren te beoordelen en mogelijke gevaren te identificeren.

De bemanning van onze FPV ‘Rollingstone’ deelde een verhaal over werken volgens de regels, met gecertificeerde onderaannemers, toolboxes en verboden zones om kabels op hoogte te bereiken en vervangen. de Vries & van de Wiel werd ook gekozen voor zijn verhaal over de manier waarop het team de tuigage op hoogte veilig en efficiënt vastmaakte. Daar kwam een gedetailleerd werkplan, een risico-evaluatie, instructies, een hijsplan en checklist aan te pas.

SAFETY FOCUS – 27

PROJECT SPOTLIGHT

Blankenburgverbinding Een indrukwekkend staaltje van DEME's technisch kunnen De Blankenburgverbinding in Nederland illustreert hoe onze activity lines – in dit geval Dredging en Infra – naadloos samen­ werken om deze grootschalige en vitale infrastructuurprojecten te realiseren.

28 – PROJECT SPOTLIGHT

Zijn team voerde ongeveer 1,5 miljoen m³ zand aan, zal ongeveer 2 miljoen m³ ontgraven en 1,5 miljoen m³ terug aanvullen.

We passen in feite allerlei bewezen technieken toe, maar drijven die tot het uiterste.

Erlend Van Maele en Robbert de Groot voor de zelfvarende splijtbak 'Sloeber'.

PERSBERICHT GEMIST? DEME is ook betrokken bij de bouw van de langste afgezonken wegen spoorwegtunnel in de wereld.

KLIK HIER

DETAILS VAN DE NIEUWE A24 De A24 ‘Blankenburgverbinding’, die de A20 en de A15 verbindt, ontsluit de regio rond Rotterdam. Het project omvat de bouw van een snelweg met 2×3 rijstroken, een landtunnel, afgezonken tunnel, een uitgediepte verbinding met de A20 en een hoge verbinding met de A15. Ook zal de A20 worden verbreed.

Rijkswaterstaat (onderdeel van het Nederlandse Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat) kende dit publiek-private partnerschap van 1 miljard euro toe aan het BAAK Consortium, dat ­bestaat uit DEME Concessions, Ballast Nedam Concessies en Macquarie Capital. Het ­project omvat het ontwerp, de bouw, de financiering en het onderhoud met een looptijd van 20 jaar.

Operations Manager Robbert De Groot, die een civieltechnische achtergrond heeft, werkt sinds november 2017 bij het bedrijf en bij het BAAK Consortium. Daarvoor werkte hij 20 jaar lang bij TBI Infra. “In die periode werkten we samen met CFE/DIMCO aan projecten zoals de geboorde tunnel onder het Pannerdensch Kanaal en Spoorzone Delft.”

Als Execution Director bij BAAK is hij verantwoordelijk voor de realisatie van het cruciale onderdeel van het project – de af­gezonken Maasdeltatunnel, naast alle droge en natte grondverplaatsingen. “In technisch opzicht is het een fascinerend project. Het is spannend en houdt veel uitdagingen in.”

Project Manager Erlend Van Maele, die ook een civieltechnische achtergrond heeft, kwam in 2013 bij DEME werken. Daarvoor was hij als werfleider of project manager voornamelijk betrokken bij de uitvoering van infrastructuur- en wegenwerken. Momenteel staat hij aan het hoofd van de Benelux-afdeling voor droog grondverzet. “Je zou kunnen zeggen dat het geen echt baggerwerk is – er zijn meerdere soorten!”, grijnst hij. Erlend was ook betrokken bij de aanbestedingsprocedure voor de Blankenburgverbinding, die in 2016 van start ging. Zijn uiteenlopende verantwoordelijkheden bij BAAK, waar hij aan het hoofd staat van het team voor droog grondverzet, omvatten de levering van zand voor het voorladen en de tijdelijke infrastructuur voor de bouwplaatsen, naast het uitgraven van de bouwputten (zowel droog uitgraven als onder water) en de voorbereidingen voor de funderingen en betonwerken. Het team doet ook het baggerwerk voor de tunnels en alle landschappelijke eindinrichting.

Op het hoogtepunt van het project waren er een 400-tal mensen bij betrokken in de kantoren; momenteel werken er een 250-tal er plaatse, maar dat zullen er nog meer worden in de loop van 2021.

Vorig jaar was een heel druk jaar voor het team.

In het noorden was er eerst de ver­breding van de A20, van 2×2 naar 2×3 rijstroken. Verder begonnen ze de bestaande viaducten over de A20 aan te passen. Tussen de A20 en de Maasdeltatunnel hebben ze ook gewerkt aan de Hollandtunnel, de zogenaamde landtunnel, en zijn ze druk bezig met de funderings­ werken, waaronder de damwanden en

verankeringssystemen. Daarna begonnen Erlend en zijn team de bouwputten uit te graven.

NIEUWE LOGISTIEKE ROUTE VOLGENS SCHEMA GEREALISEERD

Een zeer belangrijk onderdeel van het project dat in 2020 met succes werd afgerond, was de voltooiing van de overweg voor de ‘Hoekse Lijn’, de spoorlijn tussen Hoek van Holland en Rotterdam. Hierdoor hoeft het werf­verkeer niet langer door dorpjes zoals Maassluis te rijden. Deze nieuwe logistieke route zo snel mogelijk voltooien, was van cruciaal belang om de opdracht binnen te halen. De route was volgens schema klaar na 18 maanden.

Wat de Maasdeltatunnel betreft, werd in augustus 2019 gestart met het boren van 7.500 verticale ankers – een gigantisch werk dat klaar was in april 2020. Dit volgde op de installatie van de combiwanden in 2019, voornamelijk door ons Infra-team. Deze enorme, 65 m lange ankers werden 40 m diep geboord, waarbij 11 boormachines werden ingezet.

Na deze ankers kon worden gestart met de droge afgraving en de installatie van de ­betonnen steunbalken tussen de combiwanden, 10 m onder de grond.

100 UUR LANG BETON STORTEN

Dit jaar begon ook het titanenwerk voor de bouw van de onderwaterplaten uit gewapend beton voor de bouwputten. De diepste hiervan ligt een 30-tal m onder water. De cijfers zijn duizelingwekkend. Een compartiment van de bouwput is 100 m × 35 m breed en moet met 10.000 m3 onderwaterbeton worden gevuld. Dat neemt een 100-tal uren in beslag, 24 uur per dag! De Maasdeltatunnel telt 11 compartimenten. De graafwerken zullen het grootste deel van 2021 duren. Daarna zullen de bouwputten worden leeggepompt.

Maar vooraleer het team het onderwater­beton kan gieten, moeten ze 7.500 draagankers verlengen en 1.100 prefab wapenings­korven installeren binnen de strenge ontwerp­ limieten. Dat is een hele uitdaging.

Het projectteam heeft al een speciale kade gebouwd om materiaal over water te kunnen leveren. Daarnaast gaan ze een betonmenginstallatie zetten, die in 2021 operationeel moet zijn. Alle zand en grind zal ook door DEME Building Materials worden geleverd.

Aangezien dat via het water kan, zal er minder verkeer door Maassluis rijden en zal de milieu-­ impact dus lager zijn.

ERVARING IN AFGEZONKEN TUNNELS

Robbert voegt eraan toe: “Wij zijn een echte specialist in afgezonken tunnels en tunnel ­elementen. Dat is het mooie aan DEME – dat we alles kunnen. We weten alles van betonwerken en afgezonken tunnelelementen, het baggeren van kanalen, droog grondverzet, het aanvoeren van zand en grind (van DBM) – een grote expertise dus, over onze activity lines heen.”

Erlend blikt terug op het project tot dusver: “De grootste uitdaging in het eerste jaar was de aanvoer van zand. We moesten ervoor zorgen dat het civiele team op tijd kon beginnen. Ook lag er veel nadruk op het hergebruik van zoveel mogelijk materiaal.” Erlend apprecieert het vertrouwen van het management in hem, als hoofd van het team voor droog grondverzet.

“Toen ik begon, telde het team twee leden. Nu zijn dat er 20. Het was echt een grote uitdaging om het team uit te bouwen en alles op tijd klaar te hebben voor de uitvoering.”

Milieuwerken vallen ook onder de verantwoordelijkheid van Erlend. Alle verontreinigde grond (ongeveer 60.000 m3) is nu afgegraven en zal met schone grond worden aangevuld en aangelegd. Zijn team voerde ongeveer 1,5 miljoen m3 zand aan en zal ­ongeveer 2 miljoen m3 afgraven.

EÉN TEAM

Robbert vat samen waarom het project hem zo trots maakt. “We passen in feite allerlei ­bewezen technieken toe, maar drijven die tot het uiterste. Zo is het aanleggen van onderwater­ beton 30 m onder water erg spannend. Ik hou van de technieken en de uitvoeringsaspecten. Daar gaat je hart sneller van kloppen. En dan is er nog de uitdaging om één enorm, geïntegreerd team te vormen met mensen van bij Infra, Dredging en Ballast Nedam, plus de onderaannemers. Maar als je zo'n ambitieus project wil realiseren, heb je uiteraard een hecht team nodig! Zo'n uitdagend project tijdig en op een veilige manier realiseren, met alle verschillende partners, geeft mij veel persoonlijke voldoening!”

29

THE DEME SUITCASE

“In al die jaren is Hong Kong Disneyland mijn favoriete project!”

Taco Jaquet, Kapitein TSHD ‘Artevelde’ De ‘DEME-koffer’ reist de wereld rond, boordevol verhalen!

In deze editie van onze ONE DEME-krant pakt Taco Jaquet, kapitein van TSHD ‘Artevelde’, zijn koffer uit.

Kapitein Taco Jaquet, een heuse ‘hopperveteraan’, vierde onlangs zijn 25e verjaardag bij het bedrijf. Meteen na zijn studies en net na zijn 18e verjaardag ging hij aan de slag bij DEME. Sindsdien draait zijn hele carrière rond de hoppervloot. Volgens kapitein Jaquet heeft zijn carrière grotendeels het traditionele parcours gevolgd om kapitein te worden. “Ik begon als AB op onze TSHD ‘Antigoon’, die toen gloednieuw was!” lacht hij. Hij werd pipe operator op de ‘Atlantico Due’, die vervolgens, na vele jaren dienst, naar zijn laatste rustplaats vertrok. Als Second Mate werkte hij op de welbekende favorieten van DEME: de ‘Lange Wapper’, ‘Uilenspiegel’ en ‘Nile River’.

In 2011 werd kapitein Jaquet gepromoveerd tot een van de First Mates als bemanningslid van de ‘Congo River’. Toen werkte hij naast Chief Electrician Dennis Couwyzer, die zijn reiskoffer doorgaf aan Taco in de vorige ONE DEME-krant. Na zeven jaar gewerkt te hebben als First Mate, kreeg hij de kans om enkele weken lang aflossingskapitein te worden. En in 2018 aanvaardde hij met trots de ultieme promotie, die van kapitein van de ‘Minerva’. “De ‘Congo River’ en de ‘Minerva’

– ‘slimme schepen van de volgende generatie’ – hadden heel wat meer technologie aan boord en waren de volgende stap in mijn carrière.

De ‘Congo River’ heeft een eenmansbrug en de ‘Minerva’ was het eerste schip in onze vloot op LNG.” NIEUW LAND CREËREN VOOR HONG KONG DISNEYLAND

Kapitein Jaquet aarzelt geen moment als we hem vragen naar zijn favoriete project in al die jaren – Hong Kong Disneyland in Penny’s Bay – waar hij drie jaar lang was gestationeerd op de ‘Lange Wapper’. “De 'big four' waren allemaal aanwezig bij dit greenfield-project.

Volgens mij waren er wel 20 of 30 TSHD’s!

Het kameraadschap en de samenwerking waren fantastisch. We creëerden letterlijk nieuw land! Ook werd ik officieel benoemd tot Second Mate van de ‘Lange Wapper’. Dit gebeurde tijdens de millenniumviering in 2000, en ik zal het vuurwerk boven de baai dus nooit vergeten!”

kampt, had de ‘Minerva’ de handen vol om de vereiste diepte te behouden. “De ‘Minerva’ heeft prachtig werk geleverd en ik had een fantastische bemanning, een echte mix – Bulgaars, Frans, Argentijns, Uruguayaans – allemaal verschillende culturen, maar we werkten heel goed samen.”

Kapitein Jaquet begint nu aan de volgende uitdaging en het volgende avontuur in zijn carrière. In december scheepte hij in op de TSHD ‘Artevelde’ en vertrok hij naar het zuiden van Frankrijk. De ‘Artevelde’ mag dan een nieuw schip voor hem zijn, hij kent al enkele bemanningsleden.

Wat zou Kapitein Jaquet meenemen naar een onbewoond eiland? “Mijn gezin, mijn vijf­ jarig dochtertje June.”

“En mag ik nog iets meenemen?” vraagt hij. Ja, natuurlijk! “In dat geval mijn Harley-Davidson!”

De laatste twee jaar was kapitein Jaquet betrokken bij het onderhoud van het Martín García-kanaal, tussen Uruguay en Argentinië.

Omdat het kanaal met veel sedimentatie

Ta c oet J a qu 30 – THE DEME SUITCASE

DE VOLGENDE DIE ZIJN REISKOFFER MAG PAKKEN IS… Ruben Hulstaert Kapitein Jaquet stelt Marine Coordinator Ruben Hulstaert voor, met wie hij heeft samengewerkt toen ze beide First Mates waren op de ‘Congo River’. “Ik heb echt bewondering voor Ruben, die besloten heeft om zijn loopbaan voort te zetten aan land. En het is fijn dat we nog altijd van elkaar kunnen leren. Ik gaf mijn kennis aan hem door toen we samen op de ‘Congo River’ werkten. Als ik nu vragen heb over maritieme regelgeving enz., bel ik hem en helpt hij mij.”

Groeten van

Da ria Pia tk owsk a

Project Engineer op het Świnoujście-Szczecin-project in Polen

Nadat ze afgestudeerde aan een technische universiteit in Polen, koos Project Engineer Daria Piątkowska ervoor om haar kansen te grijpen en wat werkervaring op te doen buiten haar thuisland. Tijdens haar studies volgde ze als uit­ wisselingsstudent een jaar lang les aan de Polytechnische Faculteit van Bergen. Daarop besloot ze in België te blijven en solliciteerde ze uiteindelijk bij DEME, ruim 10 jaar geleden.

Daria glimlacht: “Ik kom niet uit de maritieme wereld, alles was dus nieuw en boeiend voor mij!” Oorspronkelijk werkte Daria op de tenderafdeling en hield ze zich vooral bezig met de Poolse markt. Haar takenpakket werd later uitgebreid tot de Scandinavische en Baltische landen, Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. “Ik vond het fijn dat elke aanbesteding anders is. Er is die drang om de aanbesteding binnen te halen en natuurlijk is er soms teleurstelling. Maar ik ben echt trots op onze projecten en op wat we over de hele wereld realiseren. Ook stel ik de inspanningen op prijs die DEME levert om duurzamer te worden, dat vind ik belangrijk.”

EEN GEVARIEERDE EN DRUKKE AFDELING

“Dit design & build-project is een grote uitdaging. Voor mij was het een geweldige kans om in Polen te werken en de activiteiten van DEME van een meer praktische kant te ­ervaren.” Daria maakt deel uit van de afdeling projectcontrole, die instaat voor een hele reeks ondersteunende activiteiten, w ­ aaronder planning, rapportering, documentatie, kwaliteitsbewaking, ORM en cost engineering. “Het is een zeer gevarieerde en drukke a­ fdeling. Wij doen alles wat de operaties en andere afdelingen vooruit helpt.”

“Ik ben vooral verantwoordelijk voor de rapportering, maar ben ook betrokken bij Na acht jaar op de tenderafdeling te hebben documentcontrole (waaronder veel vertaalwerk, gewerkt, kreeg Daria de kans om de uitvoeaangezien de overeenkomst in het Pools is ringskant van DEME’s opgesteld) en communicatie activiteiten te zien, én met de klant, ingenieurs om terug te keren naar en andere stakeholders.

Ik vond het Polen. Daria werkt aan het In mijn functie zijn twee project voor de vaargeul weken nooit hetzelfde.” fijn dat elke Świnoujście-Szczecin en Daria coördineert en volgt aanbesteding is gefascineerd door de momenteel het bodemonanders is. vorderingen. derzoek op de twee nieuwe eilanden op. “Er is altijd veel Er is die Ze was er van in het begin werk, maar ik probeer elke drang om de bij betrokken. “De aankans te grijpen om te kijken aanbesteding besteding werd helemaal wat er momenteel buiten het op het einde van december kantoor gebeurt. We zijn binnen te 2017 aan­ gekondigd. In ook druk bezig met het idenhalen en mei 2018 dienden we tificeren en elimineren van natuurlijk de aanbesteding in. Na UXO’s, het versterken van vier maanden toelichting de hellingen en kaaimuren is er soms en onderhandelingen langs het kanaal, het verteleurstelling. werd de overeenkomst leggen van kabels en tal van dan ondertekend op andere werken. Wat opvalt, 28 september.” Daria is dat het project zo goed merkt op dat Poolse vordert tijdens de COVIDaanbestedings­procedures zeer formeel kun19-­pandemie – echt indrukwekkend!” nen zijn en dat je gemakkelijk kan worden geëlimineerd wegens een klein detail of een Daria haalt veel voldoening uit de activiteiten niet-conformiteit. Zo'n prestigieus project op het project, nadat ze betrokken was bij binnenhalen is dus heel wat. de aanbestedingsfase. “Ik hou van de dynamiek ter plaatse.” Maar er is één ding dat ze De vaargeul biedt toegang via de Baltische mist van toen ze nog op het hoofdkantoor Zee vanaf de stad Świnoujście tot aan de werkte – elke dag naar het werk fietsen. “Om haven van Szczecin, 62 km verderop in het het Antwerpse verkeer te vermijden fietste ik binnenland. De grote reikwijdte van de werkgewoonlijk 30 km per dag, zo bleef ik fit.” En zaamheden omvat het baggeren van meer dan lachend benadrukt ze dat het geen elektrische 20 miljoen m³ en de aanleg van twee kunstfiets was! matige eilanden in de lagune van Szczecin met het gebaggerde materiaal.

GREETINGS FROM – 31

De DEME Heroes zijn terug!

De lente hangt in de lucht, tijd om een frisse wind te laten waaien. Geen beter moment dus om ons inspirerende DEME Heroes-programma terug te lanceren!

Binnen DEME gaan we op zoek naar 12 Hero Ambassadors – 6 fietsers en 6 lopers.

Het maakt niet uit of je jong of oud, man of vrouw bent, het belangrijkste is dat je gemotiveerd bent om de switch te maken naar een gezonde levensstijl! Misschien wil je weer wat fitter worden, extra kilo’s verliezen of deelnemen aan een loop- of fietsuitdaging met je collega’s… het belangrijkste is dat je er volop voor gaat!

Om hun doelen te halen, zullen de 12 geselecteerde Heroes door professionals ­ worden begeleid. Het hoofddoel voor de lopers wordt de ‘Antwerp 10 Miles’ (10/10/2021) en voor de fietsers 'Vlaanderens mooiste' (18/09/2021).

VOOR WIE?

Voor iedereen! We mikken niet per se op de sportiefsten onder jullie. Integendeel, als je de voorbije jaren wat ongezonder hebt geleefd (om welke reden dan ook), maar geïnteresseerd bent in deze unieke kans om weer in actie te schieten, is dit het moment! Alle vaste medewerkers van DEME komen in aan­ merking voor deelname.

HOE WORD JE VOORBEREID?

De DEME Heroes worden aan een volledig lichamelijk onderzoek onderworpen en persoonlijk begeleid door Energy Lab Coaches.

Dit omvat een test van hun fysieke fitheid, een DEXA-scan van hun lichaam, een gepersonaliseerd trainingsschema en enkele maanden fysieke coaching.

HOE KAN JE JE INSCHRIJVEN?

WAT VERWACHTEN WE VAN EEN DEME HERO?

Onze Heroes krijgen een geweldige kans om hun levensstijl drastisch om te gooien met de volle steun van DEME. DEME zal instaan voor alle screenings, testen en coaching, net als de kosten voor deelname aan het loopen fietsevenement. We verwachten dan ook het volgende van een DEME Hero: - BETROKKENHEID en ENGAGEMENT: je wordt verwacht om tijd en energie in dit project te stoppen, met de volle steun van je familie en collega’s.

- VOLLEDIGE AANWEZIGHEID in België op de testdag (wordt individueel ingepland rekening houdend met COVID), de loopwedstrijd (10/10/2021) of fietswedstrijd (18/09/2021) en de algemene training om de twee maanden (behalve als je voor DEME aan boord of in het buitenland verblijft op de dag van een training).

- Een Hero zijn betekent ook de boodschap van Energy@DEME uitdragen (zorg dragen voor jezelf, gezondheid voorop stellen en energiek zijn, je ten volle inzetten, een positieve ingesteldheid hebben en voldoening halen uit je werk) en je collega’s motiveren om deel te nemen aan de activiteiten van het Energy@DEME-programma.

- Kandidaten dienen zich een goede fiets of loopschoenen en een hartslagmeter aan te schaffen.

De ene Hero moedigt de andere aan, that's the spirit!

OPPORTUNITEITEN BUITEN HET HEROES-PROGRAMMA

Grijp nu deze unieke kans. Ga naar de Heroes-pagina, klik op de knop ‘I’m in’ (ik doe mee) en vul het inschrijvingsformulier in (alle verzamelde gezondheids- en persoonsgegevens zijn strikt vertrouwelijk). Inschrijven kan tot vrijdag 19 maart 2021!

Maar ook als je niet meteen de ambitie hebt om een Hero te worden, plant DEME nog enkele andere activiteiten tijdens onze ‘Energy Days’. Als je meer wil weten over je conditie, surf dan naar de website van Energylab en maak een afspraak voor een test (lopen of fietsen). Deze test is betalend, maar er is een speciale ‘DEME-korting’ voorzien.

KLIK HIER

KLIK HIER

Bijna 100.000 volgers op LinkedIn! We hopen dat je hebt genoten van de nieuwste editie van onze ONE DEMEkrant. Vergeet ons ook niet te volgen op onze sociale mediakanalen voor de laatste updates en foto’s. Met jouw hulp kunnen we de kaap ronden van 100.000 volgers op onze LinkedIn-pagina! Sharing is caring!