MARK Magazine 041 by Ads & Data Brand Studio

“90 procent van mijn bedrijf werkt thuis. Altijd.”

NR. 41 - NOVEMBER 2018

De doorbraak van telewerken MIJN WERK IS WAAR MIJN LAPTOP STAAT

VERBETER DE WERELD,

begin met je bedrijf (PAGINA 28)

5 CARRIÈRELESSEN VAN

Peter Paul Rubens (PAGINA 7) Volg ons op @mark_magazine of markmagazine.be

BEN JIJ EEN

4 generaties

creatieve generalist?

KUNNEN RICHARD GERE EN BEYONCÉ SAMENWERKEN?

(PAGINA 39)

(PAGINA 8)

Werken bij Lidl voor iedereen die telt

Elke drie weken een nieuwe winkel. Elke drie jaar een nieuw distributiecentrum. In BelgiĂŤ doet niemand ons dat na. Zeggen we dit om op te scheppen? Neen. Maar het toont wel aan dat we ambitieus zijn. Het is onze droom om nog meer harten van klanten te winnen met onze verse groenten en ons lekker brood. Elke dag opnieuw.

Het geheim van dat succes? Een team van 8.500 medewerkers. In onze winkels, distributiecentra en op onze kantoren. Die de handen uit de mouwen steken en hun carriĂ¨re zelf in handen nemen. Met vallen maar vooral ook opstaan. En waar nodig, geven we graag dat kleine duwtje. Met opleidingsprogrammaâ&#x20AC;&#x2122;s en managers die steeds beter worden als coach. Zo stimuleren we iedereen om de beste versie van zichzelf te worden.

Werken bij Lidl, iets voor jou? Ontdek de verhalen van onze medewerkers op

vooriedereendietelt.be

INTRO

Inhoud 4

OVERWERK

DE DAG VAN …

VIJF CARRIÈRELESSEN VAN PETER PAUL RUBENS

Over loon, work-life balance en temperatuur op kantoor

Wees diplomatisch

VIER GENERATIES OP DE WERKVLOER

GENERATIES AAN HET WERK

Hoe vlot werken Richard Gere en Beyoncé samen? Hoe zorg je dat vroege twintigers en late vijftigers elkaar vinden?

DOSSIER: TELEWERK

18 – Mijn werk is waar mijn laptop staat 19 – Vijf waarheden over werken vanop afstand 20 – Vier fervente telewerkers aan het woord

INNOVATIEF ÉN DUURZAAM

DE TIEN VAN ... UZ LEUVEN

DE ONBEKENDE JOB VAN DELPHINE

EEN BETERE WERELD BEGINT BIJ JEZELF ÉN JE BEDRIJF

Lidl maakt het leven Simpl (en komt met de fiets)

We leggen ons oor te luisteren bij de medewerkers zelf Wat doet een application consultant?

Acht ijzersterke praktijkverhalen over duurzaam ondernemen

Stroom, wifi en koffie

Verpleegkundig specialist Nathalie

BEN JIJ EEN CREATIEVE GENERALIST?

Vier unieke eigenschappen om het te herkennen

“We bereiken een breder publiek dan vroeger. Een outdoorjas en wandelschoenen zijn veel meer mainstream geworden.” KATHLEEN VAN A.S.ADVENTURE op pagina 10

Ik zeg weleens dat ik om mijn werk te doen maar drie dingen nodig heb: stroom, wifi en koffie. Dat klopt natuurlijk niet (menselijk contact is minstens zo belangrijk). Al geeft het aan hoe gemakkelijk we plaatsen tijdsonafhankelijk kunnen werken, zoals dat heet. De drie elementen zijn ruim beschikbaar. Enfin, daar ging ik altijd van uit, want dat eerste (stroom dus) bleek de voorbije weken geen evidentie. Maar we wijken af. Telewerk is de voorbije twaalf maanden echt doorgebroken. Het thuiswerkalarm is bekend. Kortom, mijn werk is waar mijn laptop staat. Toegegeven: niet voor iedereen. Uit studies blijkt dat een op de drie medewerkers af en toe thuis kan (en mag) werken. Voor de tien medewerkers van UZ Leuven (pagina 24) bijvoorbeeld is dit logischerwijs vaak geen evidentie. Al merk ik tegelijk dat tele- of thuiswerk intussen gebeurt voor werkzaamheden die je niet meteen zou verwachten. Denk aan de customer service-medewerkers van A.S.Adventure (pagina 20) die hun avond- of weekenddienst van thuis uit doen. Of aan die ene kmo die zowat 90 procent van zijn mensen altijd thuis laat werken (pagina 22). Welkom in MARK Magazine. Behalve over telewerk hebben we het over duurzaamheid (verbeter de wereld, begin met je bedrijf) en over vier generaties op de werkvloer (kunnen Richard Gere en Beyoncé samenwerken?). Al hebben we het ook over generalisten, over de temperatuur op kantoor (een eeuwig twistpunt) én krijgen we carrièrelessen van Peter Paul Rubens. Veel leesplezier! Het volgende MARK Magazine verschijnt op 15 december in De Standaard en Het Nieuwsblad. William Visterin, hoofdredacteur MARK Magazine @wvisterin ALLES VAN A TOT Z MARK Magazine is een realisatie van MH Brand Studio, dat als content marketing divisie van Mediahuis merken en bedrijven de kans geeft om hun ideeën en visie te delen met de community van De Standaard en Het Nieuwsblad. MH Brand Studio draagt de redactionele verantwoordelijkheid voor deze publicatie. Jouw mening?

@mark_magazine

OVERWERK

Werk, slaap, vrienden, familie of fitness? Kies er drie WORK-LIFE BALANCE IS EEN FLINKE UITDAGING VOOR VELEN. RANDI ZUCKERBERG, DE VOORMALIGE MARKET DEVELOPMENT DIRECTOR VAN FACEBOOK EN ZUS VAN MARK, HOUDT ER EEN EENVOUDIGE VUISTREGEL OP NA: KIES DRIE PRIORITEITEN UIT WERK, SLAAP, VRIENDEN, FAMILIE OF FIT BLIJVEN. DIE DRIE ZIJN HAALBAAR, MEER NIET.

Randi legde dit dilemma voor in functie van de opstart van een eigen bedrijf, al geldt het misschien ook wel voor iedereen met een intense job. En in het geval van Randi: de combinatie met een gezin.

Is het goed om het loon van je collega te kennen? Het gemiddeld maandelijks brutoloon in België bedraagt 3.329 euro. Dat blijkt uit de loonwijzer 2018 van Jobat, een rondvraag bij 20.000 werkende Belgen. De lonen zitten in de lift. Een loon van 3.329 euro is natuurlijk een gemiddelde, dat veelverdieners naar boven trekken. Daarom vermelden we ook de mediaan: die ligt volgens Jobat precies op 3.000 euro bruto. De helft van de ondervraagden verdient dus minder dan 3.000 euro en de andere helft meer dan dat bedrag.

Het dilemma, dat ze ooit uitte als vorm van frustratie, werd op internet uitvoerig opgepikt. Sommige oprichters van start-ups bevestigen dat je om dingen te verwezenlijken effectief moet kiezen, anderen op-

peren dan weer dat je kunt combineren, bijvoorbeeld door met vrienden te gaan sporten. Recent verscheen er over de stelling van Randi ook een boek over met de logische titel: Pick Three.

Nu we het gemiddelde en de mediaan kennen, is het de vraag of je ook het loon van je rechtstreekse collega kent. OnderzoekersvanHarvardUniversity endeUniversiteitvanCalifornië–Los Angeles (UCLA) zochten de effecten hiervan uit. Medewerkers konden alvast beter het loon van hun collega’s raden dan dat van hun manager. Al zijn de effecten verschillend.

beeld gemiddeld 10 procent meer kreeg, daalde het aantal uren dat de minder verdienende collega op kantoor was met bijna 10 procent. Ook verstuurde hij zowat 4 procent minder mails en verkocht hij 7 procent minder.

Medewerkers die te weten kwamen dat collega’s meer verdienden dan zijzelf, gingen minder hard werken. Als bleek dat een collega bijvoor-

Bij managers ligt dit anders. Blijkbaar zou het medewerkers eerder aansporen als ze het loon van hun baas kennen. Het zet hen aan om harder te werken omdat ze zo een beter idee hebben van wat ze in de (nabije) toekomst zouden kunnen verdienen.

Temperatuur is belangrijkste discussiepunt op kantoor BIJNA EEN OP DE VIJF WERKNEMERS IS ONTEVREDEN OVER DE KWALITEIT VAN DE LUCHT OP KANTOOR. NAAST ALGEMENE LUCHTKWALITEIT ZIJN OOK DE LUCHTVOCHTIGHEID EN TEMPERATUUR BELANGRIJKE TWISTPUNTEN. BIJNA 10 PROCENT VINDT HET KANTOOR TE KOUD, TERWIJL 8 PROCENT HET DAN WEER TE WARM HEEFT.

De cijfers, afkomstig van HR- en well-being-specialist Attentia, komen deels voort uit de huidige opbouw van het doorsnee kantoor. “Vroeger waren gesloten individuele bureaus de norm, terwijl we vandaag overal open kantoorruimtes terugvinden”, verklaart Jolien Van Pamel, teamleader ergonomie bij Attentia. “Meer mensen zitten in één ruimte, wat het moeilijker maakt om tegemoet te komen aan ieders klimatologische wensen.”

de temperatuurervaring. Van Pamel: “Een man heeft doorgaans meer spierweefsel, houdt zichzelf eenvoudiger warm en verdeelt die warmte beter. Vrouwen hebben meer vetweefsel en minder bloeddoorstroming. Het vrouwenlichaam is erop gefocust om de organen warm te houden, en dat gaat ten koste van het verspreiden van warmte. Dat werkt het koudegevoel in de hand, aan onder meer handen en voeten.”

Temperatuur zal altijd een twistpunt zijn, want fysiologische verschillen tussen man en vrouw beïnvloeden

Al die factoren dragen ertoe bij dat een vrouw (gemiddeld) het comfortabelst is op kantoor bij een tempe-

21/22 °C

23/24 °C

ratuur tussen de 23 en de 24 graden, terwijl voor mannen het ideaal op 21 tot 22 graden ligt. “Er bestaat dus geen gouden temperatuur waarop iedereen zich het best voelt. Sensibilisering is daarom belangrijk. Zo ontstaat er een beter begrip onder collega’s.” FRISSE LUCHT

Ook controle speelt een belangrijke rol. Dat bijna 20 procent van de werknemers uit het Attentia-onderzoek een tekort aan frisse lucht ervaart, heeft deels te maken met het gebrek aan controle in (nieuwe) kantoren, waar ramen niet meer open kunnen om de geavanceerde klimatologische systemen niet te storen. “Die systemen zorgen in theorie voor meer, betere en gefilterde lucht, al zijn ze niet altijd even goed afgesteld en onderhouden.”

NV OVERWERK

DAGBOEK

De dag van verpleegkundig specialist Nathalie NATHALIE DUERINCKX STARTTE IN 2009 BIJ UZ LEUVEN ALS VERPLEEGKUNDIGE CARDIOLOGIE EN HARTTRANSPLANTATIE. SINDS VIER JAAR WERKT ZE ALS VERPLEEGKUNDIG SPECIALIST BINNEN HET ZORGPROGRAMMA HARTTRANSPLANTATIE. ZE VERTELT HOE HAAR WERKDAG VERLOOPT.

8.00 uur De dag start op de dagzaal harttransplantatie, waar ik patiënten begeleid die een harttransplantatie ondergingen. Ik werk hiervoor nauw samen met de arts. 10.15 uur Ik neem contact op met een rusthuis waar een van onze patienten verblijft om een medicatieaanpassing en een aantal aandachtspunten te bespreken. Als verpleegkundig specialist ben ik een centrale figuur tussen de patiënt en de zorgverleners in het ziekenhuis en daarbuiten. Goede onderlinge c ommunicatie en het doorverwijzen van patiënten hoort daarbij.

11.00 uur Op de hospitalisatieafdeling cardiologie en harttransplantatie ga ik langs voor een gesprek bij een patiënt die nog maar net getransplanteerd is. De patiënt ligt in een protectieve isolatiekamer omdat hij door de afweerremmende medicatie vatbaar is voor infecties. 11.45 uur Ik check nog snel even mijn e-mails. 12.00 uur Tijd voor een lunchvergadering met de 34 verpleegkundig specialisten van UZ Leuven. Maandelijks bespreken we gemeenschappelijke thema’s.

13.30 uur Samen met de hoofdverpleegkundige van de dienst cardiologie en harttransplantatie, bespreek ik de voorbereiding van de permanente vorming orgaantransplantatie voor 2019. 14.15 uur Op ons wekelijkse overleg bespreken we alle gehospitaliseerde patiënten en complexe casussen. Samen met de arts, verpleegkundigen, kinesist, psycholoog, sociaal werker en diëtist bekijken we hoe we de patiënten de beste zorg kunnen geven. 14.45 uur Ik geef een opleiding aan nieuwe verpleegkundigen over hoe je medicatietrouw van patiënten kunt bevorderen aan de hand van motiverende gesprekstechnieken. Opleiding en coaching zijn een belangrijk onderdeel van mijn takenpakket. 15.30 uur Aan het werk aan mijn bureau. Ik zit er samen met collega’s van de cardiologische diensten. Ik heb er een eigen, rustig plekje en werk aan een artikel over depressieve symptomen na een harttransplantatie, op basis van een studie die we hebben uitgevoerd in 36 harttransplantatiecentra wereldwijd. 16.15 uur Ik ga met de trein naar de bestuursvergadering die plaatsvindt bij de FOD Volksgezondheid. Ik ben bestuurslid van de Belgische Vereniging voor Verpleegkundig Specialisten. We bespreken daar de verankering van onze functie in de wetgeving. 20.00uur Terug thuis. Tijd voor een ontspannende avondwandeling.

HET MERK IK

Vijf carrièrelessen van Peter Paul Rubens Ruim 350 jaar na zijn dood is Peter Paul Rubens nog altijd springlevend. Het Barokjaar in Antwerpen is aan hem gewijd en met De kindermoord in Bethlehem hangt zijn duurste schilderij tot maart in het Rubenshuis. Maar wat kun jij voor je carrière leren van Rubens?

1. WEES DIPLOMATISCH

Rubens was welbespraakt. De man sprak maar liefst zeven talen. Een man van de wereld met een innemende persoonlijkheid. En door zijn artistieke talent ook een heel gerespecteerde gast bij de Europese hoven en in de hoogste kringen. Een topdiplomaat dus. Aartshertogin Isabella van Spanje zond hem zelfs over heel Europa uit om te onderhandelen over een mogelijke vrede tussen Spanje en Engeland. Dat hij zelf in volle oorlog was opgegroeid, speelde ook een rol.

2. GEBRUIK JE TIJD EFFICIËNT

Meer dan 3.500 kunstwerken zijn toe te schrijven aan Rubens. Dat zijn er tien keer zo veel als zijn collega en tijdgenoot Rembrandt. Hij moet de kunstenaar met de volste agenda uit de (kunst)geschiedenis geweest zijn. “Een goede organisator en multitasker. Hij kon tegelijk schilderen, een gast ontvangen en een brief dicteren aan een van zijn assistenten”, aldus Ben van Beneden, directeur van het Rubenshuis, onlangs in Het Nieuwsblad.

Peter Paul Rubens kon tegelijk schilderen, een gast ontvangen en een brief dicteren.

3. DENK AAN JE WORK-LIFE BALANCE

Rubens vond als veelgevraagde schilder en gedreven zakenman toch ook nog tijd voor familie. Hij trouwde twee keer en kreeg acht kinderen. Zijn laatste vrouw schonk hem vijf kinderen. En voor haar ging Rubens het zelfs rustiger aan doen in de laatste tien jaar van zijn leven.

4. VERZORG JE NETWERK (EN UITERLIJK)

Rubens was een netwerker nog voor er sprake was van netwerkrecepties en sociale media. Hij schakelde influencers in, die over hem spraken in de betere kringen. Hij portretteerde

zichzelf ook graag als een man van aanzien. Met de kleren van een politicus of zakenman. En dus niet als kunstenaar met een schildersezel.

5. DENK AAN DE CENTEN

Als schilder en zakenman wist hij altijd zijn hoog aangeschreven en rijke klanten te behagen. Maar tegelijk kon hij stevig onderhandelen over de prijs van zijn kunstwerken. En hij liet zich ook geen werk afsnoepen. Rubens past dus zeker niet in de rij van kunstenaars die berooid stierven. Bij zijn overlijden in 1640 was hij naar verluidt zelfs een van de rijkste mensen van de Spaanse Nederlanden. Tekst: William Visterin

D O S S I E R - G E N E R AT I E S O P W E R K V LO E R

Vier generaties op de werkvloer HOE VLOT WERKEN RICHARD GERE EN BEYONCÉ SAMEN? Voor het eerst in de geschiedenis zijn er vier verschillende generaties op de werkvloer. Van de babyboomers tot generatie Z: allemaal werken ze samen. Al is er misschien meer dan hen bindt dan scheidt. Teksten: Wieland De Hoon & William Visterin

Er is de laatste jaren heel veel gezegd en geschreven over Generation X, Y en Z. Leden van een bepaalde generatie zouden erg verschillen van een andere. De X’en zijn bijvoorbeeld de doeners, de Y’s zijn prestatiegericht en de Z’ers zijn niet gewend aan autoriteit, klinkt het dan. Frank Vander Sijpe, director HR-research bij Securex, neemt deze eigenschappen met een korrel zout. “Onderzoek toont aan dat de individuele verschillen tussen generatiegenoten groter zijn dan die tussen verschillende generaties”, stelt hij. Aspecten als persoonlijkheid en karakter spelen hierbij, volgens hem, een grotere rol. Of hoe mensen meer van elkaar kunnen verschillen dan generaties. CONTEXT

Is er dan geen verschil tussen die vier generaties? Toch wel. Wat volgens hem wel een impact heeft, is de context waarin een generatie opgroeit en werkt. “70 procent van wat mensen gedragsmatig vertonen, wordt ver-

“Veel gedrag wordt verklaard door de context” FRANK VANDER SIJPE

Securex

klaard door de context. In de jaren tachtig was thuiswerk bijvoorbeeld nog niet ingeburgerd, omdat de technologie nog niet op punt stond”, zegt Vander Sijpe. “Internet en smartphones ontbraken. Onze generatie van toen kwam er niet mee in contact. Dan is het ook logisch dat we van oudsher minder vertrouwd waren met technologie.” Vander Sijpe merkt bovendien op dat geen enkel onderzoek aantoont dat er op het vlak van waarden en behoeften fundamentele verschil-

len bestaan tussen generaties. Dan denkt hij bijvoorbeeld aan belangrijke basisbehoeften zoals veiligheid, zekerheid, erkenning en de nood aan sociale relaties. “Die zijn in al die jaren niet veranderd. Een motivatietheorie als die van Frederick Herzberg is vandaag nog altijd dezelfde”, oppert hij. “Het is niet omdat jongeren vaak in de weer zijn met hun smartphone, dat zij geen nood hebben aan menselijke relaties. Die nood is gewoon anders ingevuld. Die smartphone is een product van de context.”

GEN X

1965-1979

BABYBOOMERS

Referentieproduct: personal computer, laptop Referentietoepassing: Outlook, Yahoo en Google Communicatievorm: e-mail en tekstbericht

1946-1964

Referentieproduct: televisie Referentietoepassing: Microsoft Windows Communicatievorm: telefoon

GEN Z

1995-2010 Referentieproduct: smartphone en augmented reality (zoals PokĂŠmon Go) Referentietoepassing: Snapchat en YouTube Communicatievorm: handheld communicatietoestellen

GEN Y

1980-1994 Referentieproduct: tablet en smartphone Referentietoepassing: WhatsApp, Instagram en Facebook Communicatievorm: tekstbericht en social media

Bronnen: Trendwolves, Commscope, Barclays, Securex

D O S S I E R - G E N E R AT I E S O P W E R K V LO E R

Generaties aan het werk (x8) DE GENERATIEKLOOF IS GEDICHT, VERTELLEN SOCIOLOGEN ONS. TIENERS NEMEN MAMA EN PAPA MEE NAAR TOMORROWLAND, TERWIJL HUN GROOTOUDERS AAN HET BOARDEN ZIJN VOOR BORNEO. LOOPT HET OP DE WERKVLOER NET ZO VLOT? HOE ZORG JE DAT VROEGE TWINTIGERS EN LATE VIJFTIGERS ELKAAR VINDEN? EN HOE OMSCHRIJF JE EIGENLIJK ‘EEN GENERATIE’? Tekst: Wieland De Hoon INGRID, ROBIN, KATHLEEN EN MATTHIAS - A.S.ADVENTURE

Hoezo generatiekloof? “Samen verzet je bergen” Leeftijdsverschil tussen collega’s? Doet er niet toe. Dat is de conclusie van een vragenrondje in de stoere A.S.Adventure in Mechelen. Vier collega’s tussen 20- en 50-plus over good vibes, een open geest en helpende handen. Even voorstellen: Ingrid (53) werkt op de fashionafdeling. Robin (24) is pas vier maand aan boord in Mechelen na een grote Australiëreis. Kathleen (41) begon bij A.S.Adventure op haar 21ste en maakte de hele evolutie van het bedrijf mee. Matthias (27) werkt al drie jaar in de Mechelse store en beheert het trekkingmateriaal. Vier collega’s met vier heel verschillende leefwe-

relden nemen ons even mee op de winkelvloer. OUTDOOR WERD MAINSTREAM

“We bereiken een breder publiek dan vroeger”, zegt Kathleen. “Een outdoorjas en wandelschoenen zijn veel meer mainstream geworden. Alles moet sterk én fashionable zijn, bruikbaar tijdens een citytrip én op een technische wandeling. Outdoor is trendy geworden. Steeds meer mensen trekken de natuur in.” Zijn de A.S.Adventure-collega’s zélf allemaal trekking- en outdoorfanaten? En wat zegt dat over hun manier van samenwerken? Vijftiger Ingrid is zelf niet zo outdoorsy, geeft ze toe. “Ik ga wel jaarlijks skiën en ik heb een elektrische fiets, maar tot zover mijn sportiviteit (lacht). Toch voel ik me hier thuis. We helpen elkaar meteen, je hoeft het maar te vragen. Leeftijd speelt totaal geen rol. We houden allemaal van de dynamiek en de afwisseling in de job. Trouwens: ik werk op de fashionafdeling. Daar zie je minder het typische outdooren eerder het modebewuste publiek rondsnuffelen. Dat is meer mijn ding. Maar ook met collega’s die wél

het liefst in een tentje op een berg zitten, heb ik een leuke band.” 20 JAAR VERDER, EVEN GOEDE SFEER

Zo’ncollegaisRobin,dejuniorvanhet team. De 24-jarige kijkt net iets anders naar de wereld dan zijn leeftijdsgenoten. “In Australië werkte ik op een ecoboerderij”, vertelt hij. “Ik werd er fantastisch ontvangen door een ouder koppel. We houden nog elke maand contact. Ik ben sowieso geen typische ‘jongere’: ik luister nog het liefst naar Led Zeppelin en Pink Floyd.” Winkelveterane Kathleen heeft ook geen last van een generatiekloof. “De sfeer op de werkvloer is even goed als twintig jaar geleden. Toen waren we ook een leeftijdenmix en gingen we net zo collegiaal met elkaar om als nu. Het is wel goed dat je het nu dankzij het grote opleidingsaanbod allemaal minder zelf moet uitzoeken.” Vloeit alles mooi samen bij A.S.Adventure? Is iedereen mee met het tempo? “Ja, we zitten op dezelfde golflengte”, beaamt Matthias. “We verkopen natuurlijk ook leuke producten waarover veel te vertellen valt. Mensen willen op reis, hebben een uitrusting nodig en beginnen te vertellen over hun reiservaringen. Je leeft even mee met je klant. Dat vinden we allemaal tof én het creëert een band.”

MARIJS - JUTTU

“Ze komen hun hart weleens uitstorten” Marijs Campaert loopt tegen de zestig en dat was perfect voor haar nieuwe werkgever Juttu, die speciaal uitkeek naar een oudere verkoopster.

Vier collega’s in A.S.Adventure in Mechelen: tussen 20- en 50-plus.

“Juttu is een nieuw concept van Retail Concepts, dat ook het huis achter A.S.Adventure is”, zegt Marijs (59). “Juttu is een Fins woord en betekent ‘anekdote’, een wist-je-datje. We verkopen merken met een sterk verhaal, we bieden fashionkleding voor dames en heren maar ook heel wat home- decoratiespullen. Ik werk hier nu anderhalf jaar. Ik mocht meteen beginnen omdat ze op zoek waren naar een medewerkster met wat ‘maturiteit’. Ik verving iemand die

net als ik bijna zestig was. Mijn collega’s zijn allemaal jonger dan dertig. Ik ‘bevrouw’ meestal de paskamers voor een optimale paskamerservice. Ik vind het best uitdagend om als ouderdomsdeken te werken voor zo’n jong en hip concept.” De samenwerking met de jongere collega’s verloopt volgens Marijs uitstekend. “Ik heb zelf twee dochters van hun leeftijd. Ik ben veel met mode bezig, dus we hebben aankno-

pingspunten. In de groep voel ik me helemaal thuis. Lukt er fysiek iets niet, dan nemen mijn collega’s de pakken kleren bij de paskamers op de tweede verdieping voor mij mee naar beneden. Ze komen weleens hun hart uitstorten bij mij, want ik heb uiteraard al wat ervaring, maar omgekeerd kan ik ook ben hen terecht. Blijkbaar ligt dat aan mij: ze vertellen me dat ik heel knuffelbaar ben. Collega’s mogen toch ook vriendinnen zijn?”

D O S S I E R - G E N E R AT I E S O P W E R K V LO E R

“Millennials willen autonomie, zingeving en bijleren” Verschillende generaties op de werkvloer, één hecht team? HR- en well-beingdienstverlener Attentia biedt er een heuse werkgeverssessie voor aan: ‘Van intergenerationeel onbegrip naar intergenerationele samenwerking’. “Alle leeftijden op de werkvloer is een verrijking, maar de meerwaarde komt niet vanzelf”, zegt generatiecoach Rudi Francken, die werkgevers klaarstoomt voor het jonge digitale geweld dat eraan komt. Tsjernobyl (1986) of Fukushima (2011), het zijn maar twee voorbeelden van ‘groot nieuws’. Critical events die je deelt met generatiegenoten, bepalen mee je blik op de wereld. Van jong naar ouder onderscheid je daarbij de generaties Z, Y (de ‘millennials’), X en de babyboomers. Hoe help je twenty tot sixty somethings beter samenwerken? VERWEND EN ONGEDULDIG

“Dé breuklijn is digitaal”, zegt Rudi Francken. “Generatie Z is na 1995

geboren. Zij zijn de eersten voor wie online even natuurlijk is als offline. Maar ze verwachten ook een heel ander soort leiderschap.” Zijn ze echt ongeduldig en verwend? Denken ze dat ze overal recht op hebben? “Nee, het zijn vooral hoogopgeleide jongeren met ambities en engagement. Aan één werkgever zijn ze niet per se loyaal. Mijn pa heeft nog altijd zijn gouden horloge van General Motors, die generatie is loyaal aan zijn netwerk. Generatie Z vindt ervaring hebben in een functie oké, maar daarom accepteren ze jouw leiderschap nog niet.” MOTIVATIE 3.0

Klikt het niet, dan ligt dat vaak niet aan de jonge medewerkers zelf, wel aan de werkgevers die daar niet klaar voor zijn, zegt Francken. “Ik zie best wel generatieconflicten door jongeren die houden van een vlakke structuur en dan botsen met hiërarchie.

Ze hebben geen baas nodig, wel een coach. Ze willen autonomie, zingeving en bijleren. Dat noem ik motivatie 3.0. Een autoritaire baas is dan een lelijke mismatch, die haaks staat op leiderschap 3.0.” LUISTEREN EN RESPECT

Wat je daaraan kunt doen? “Een ‘intergenerationeel charter’ waar medewerkers zelf aan meebouwen, helpt. Generatie Z kan de mentor zijn voor de babyboomers, als het gaat over communicatie en sociale media. En misschien ook wel om het vuur weer aan te wakkeren. Een leeftijdsmix op de werkvloer is een verrijking, net als meerdere nationaliteiten of een evenwichtige genderverdeling. Als je maar luistert en respect hebt voor elkaar. Belangrijk, want als je als bedrijf geen generatie Z aantrekt, dan heb je een probleem.” www.attentia.be/vitaal-leiderschap

VEERLE - LIDL

“Vooral de teamgeest telt” Veerle (47) is assistent storemanager bij Lidl en werkt sinds 1995 bij de discounter: het jaar waarin François Mitterrand de handdoek wierp als Frans president. “Ik ben er al bij sinds de start van Lidl in België.” “Ik heb verschillende winkels mee helpen uitbouwen”, vertelt Veerle.

“In Waregem, waar ik nu werk, hebben veel collega’s al flink wat jaren op de teller. Maar samenwerken met twintigers of met mensen van mijn leeftijd, maakt me niet zo veel uit. Vooral de teamgeest telt – en die zit goed.”

ger. Ze doen hun job en that’s it. Wij waren ook minder mondig. Inspraak willen, vind ik geen nadeel. De mentaliteit is gewoon anders. Je moet je een beetje aanpassen. Respect voel ik wel, daar gaat het niet over.” MEER INFORMATIE

MINDER MONDIG

“Lidl is nog altijd een jong bedrijf, maar toen ik startte, waren ook mijn collega’s een stuk jonger dan nu”, vervolgt Veerle haar verhaal. “We zijn meegegroeid met onze werkgever: ik hoor nu bij de oude garde, hè! Jongeren nemen wel minder vlot verantwoordelijkheid op dan wij vroe-

“Veel zaken zijn ook wel beter in vergelijking met vroeger”, zegt Veerle. “Overuren worden betaald. Er komt veel op je af. Gelukkig vangen de opleidingen dat mooi op. We hebben nu ook een beleid specifiek gericht op 45-plussers, maar daar ben ik zelf nog niet ingestapt”, besluit Veerle met een lach.

“Vooral de teamgeest telt – en die zit goed.”

D O S S I E R - G E N E R AT I E S O P W E R K V LO E R

vechten geleverd, verschuiven je prioriteiten en maak je andere keuzes. Vrouwen die het ver schoppen in de bedrijfswereld, zoals de FransMarokkaanse Ilham Kadri (49), de nieuwe CEO bij Solvay, vind ik mooi. Toch besef je gaandeweg dat er meer is in het leven dan carrière

maken. Jongeren hebben dat wel begrepen. Ze willen wel vooruit in het leven, maar niet ten koste van alles. Mijn advies? Sta proactief en positief in het leven. En blijf bijleren en jezelf ontwikkelen, of je nu 20 of 70 bent. Openstaan voor nieuwigheden houdt je jong.”

NINON- UNILIN

Fifty-licious, in het echt “Ik vind mezelf helemaal geen doorsnee vijftigplusser”, zegt Ninon Buyle. “Ik had vaak vrienden of collega-vrienden van een generatie jonger. Je trekt vooral op met mensen die op jouw manier in het leven staan, of dat nu leeftijdsgenoten zijn of jongere mensen.” Ninon Buyle is verzekerings- en schadeadministrator voor UNILIN in Wielsbeke. “Schadegevallen op al onze sites lopen via mij”, vertelt ze. “Ik heb 26 jaar lang voor hetzelfde bedrijf gewerkt. Tot 2010, toen er door de crisis een collectief ontslag volgde. Jammer, maar het maakte mijn leven wel boeiend: ik leerde nieuwe bedrijven kennen, nieuwe collega’s, nieuwe taken. Ik moest opnieuw solliciteren. Maar mijn ervaring in verzekeringen, legal en talenkennis waren stevige troeven.” COUGARS OP DE WERKVLOER

Toch houdt leeftijd Ninon bezig. Ze heeft een blog, www.fiftylicious.be en twee Facebook-pagina’s, Fiftylicious en Mooie Madammen. “Een artikel op m’n blog heeft bijvoorbeeld als titel ‘Cougars op de werkvloer’. Als rijpere vrouw heb je al veel ge-

“Openstaan voor nieuwigheden houdt je jong”, stelt Ninon Buyle, verzekerings- en schadeadministrator voor UNILIN in Wielsbeke.

ABDES, BRENT EN ARNE - UNILIN

Duaal leren: “Soms kunnen wij onze mentor iets bijbrengen” Geboren rond de millenniumwisseling? Toen 9/11 de wereld in rep en roer zette, was jij pas uit je wieg. Wat zegt dat over jouw opvattingen over leeftijd en leiderschap? Drie zevendejaars industriële elektriciteit van het VTI in Waregem, Brent Folens (18), Abdes Kasmi (18) en Arne Deridder (19), zijn via duaal leren aan de slag bij UNILIN. De drie worden op de werkvloer begeleid door ervaren mentoren. Hoe beleven ze dat? Abdes: “Mij maakt het niet uit of ik met een ouder iemand moet samenwerken. Ook van een leeftijdsgenoot met meer ervaring zou ik willen bijleren.” Wat kunnen jullie oudere collega’s bijbrengen?

Brent: “Over iets wat ik geleerd had op school – de korte en de lange shunt van een motor met regelbare voeding – hadden mijn collega’s nog nooit gehoord. Ze wilden weleens weten hoe dat juist in elkaar zit. Dat vond ik tof.” Zouden jullie jezelf zien lesgeven aan een 35-jarige?

Abdes: “Misschien vreemd op het eerste gezicht, maar leeftijd hoeft niet zo veel verschil uit te maken. Wat telt, is wat je weet en kent. Het zou me een beetje stress bezorgen.”

Drie zevendejaars industriële elektriciteit van het VTI in Waregem worden op de werkvloer begeleid door ervaren mentoren. Hebben jullie vrienden van 30 jaar of ouder?

Arne: “Nee, ik heb eigenlijk alleen vrienden van school en in de voetbalclub.” Abdes: “Oudere vrienden heb ik niet,

maar ik vind het contact met sommige oudere collega’s interessant. Ik steek heel wat van hen op.” Brent: “Ik ga mee fietsen met mijn nonkel en zijn maten. Dat leidt wel tot fijne vriendschappen.”

D O S S I E R - G E N E R AT I E S O P W E R K V LO E R

is het belangrijk om open te zijn en elkaar te begrijpen en ondersteunen waar nodig. Zo kunnen we zeker ons hart luchten bij iedere collega.” ROZE SOK

CARO - UZ LEUVEN

“Jongofervaren, we kunnen altijd op elkaar rekenen” Verpleegkundige Caro Geeraerts (26) werkt in het operatiekwartier (OK) van UZ Leuven. “Ons team vormt een goede mix tussen jonge en ervaren collega’s. Dit creëert een leuke sfeer, maar vraagt ook werkstructuren.” “Communicatie en samenwerking zijn heel belangrijk binnen ons team. Zeker ineenurgentesituatieziejehoegoedwe op elkaar zijn afgestemd. Het kan één grote chaos zijn waarin we dan samen een structuur brengen. Of het nu gaat omeenjongofervarenteam,wekunnen altijd op elkaar rekenen”, zegt Caro. SAMENWERKING

“Als junior leer je veel bij van de ouderen. We zijn altijd met zijn tweeën in een zaal. Bij een oudere collega voel ik me evengoed op mijn gemak als bij een jongere. De ervaren verpleegkundigen steunen de nieuwe in hun leerproces en zorgen ervoor dat alles in goede banen loopt.” “Omdat we zo nauw samenwerken,

Vrijdag begint het weekend, maar niet per se voor de verpleegkundigen. “Op vrijdag is het meestal superdruk. Om het leuk te houden, dragen we elke vrijdag roze sokken. Dat creëert een band en geeft wat ontspanning. Al gaan de mannelijke collega’s wat minder vlot overstag. Hier moet nog aan gewerkt worden (lacht).”

MARGA - UZ LEUVEN

“Ik switchte heel geleidelijk van generatie” Met haar vijftien jaar jongere adjunct vormt hoofdverpleegkundige Marga Theys (47) een junior-senior-tandem op de dienst gynaecologie en verloskunde van UZ Leuven. “Samen leidinggeven, vergroot je impact op het team.” Marga is al tien jaar hoofdverpleegkundige in UZ Leuven en daarvoor acht jaar in een perifeer ziekenhuis. “Ik startte met veel oudere collega’s”, blikt ze terug. “Die gingen met pensioen en zo gingen we naar een gemengde en ten slotte een jonge equipe. Terwijl ik zelf natuurlijk 18 jaar ouder werd (lacht). Ik switchte heel geleidelijk van generatie.” MEDE-EIGENAARSCHAP

“Zo’n gemengd team werkt volgens mij het beste”, zegt ze. “Sinds we met twee leidinggeven, heeft elk teamlid

Hoofdverpleegkundige Marga Theys, rechts haar jongere adjunct Emilie Dasque.

eenaanspreekpuntbijwiehijofzijzich het beste voelt. Vernieuwing ligt soms moeilijker voor oudere medewerkers. Dat moet je voorzichtig aanpakken. Zorg ervoor dat je mensen betrokken zijn, zoek samen met hen een manier van aanpak, maak hen mede-eigenaar. Dan krijg je een gedragen project. Zo hou je het enthousiasme erin.” LIEVER GEEN WEEKENDWERK

Hoe ziet Marga jonge verpleegkundigen van nu? “Twintigers zijn assertief en weten hoe de dingen in mekaar zitten. Ze zijn dynamisch en véél mondiger. Daar kunnen ook ervaren professionals iets van opsteken. Digitaal zijn ze natuurlijkmee.Vroegerwasjewerkhet belangrijkste en moest je maar zorgen dat je het regelde. Nu kiezen jonge medewerkers vaak specifiek voor een ambulante dienst omwille van hun privéleven. Maar ze moeten wel voorbij hun persoonlijke situatie kijken, vind ik.” IEDEREEN STAAT KLAAR

Via social media houden jongere collega’s ook buiten de werkvloer contact. “Gelukkig heeft mijn adjunct WhatsApp en Facebook, want ik heb er geen tijd voor”, zegt Marga. “Toegegeven: zo plaats je jezelf een beetje aan de zijlijn. Maar dat vind ik niet zo erg. Als het erop aankomt op de werkvloer, vind ik jongeren niet anders dan ‘in mijn tijd’. Iedereen staat klaar voor elkaar.”

JOHAN EN NICOLAS - AQUAFIN

“Overleg is heel belangrijk geworden” Wat als een jongere collega voorstelt om het eens anders aan te pakken? Vijftiger Johan Van Rysselberghe is teamcoördinator bij waterzuiveraar Aquafin. Technisch medewerker Nicolas Totté zit in Johans team en is een volle generatie jonger. “Eenfrisseblikissomswelnuttig.” “Ons team, Antwerpen-Noord, telt acht man”, zegt Johan. “Het zijn twintigers tot vijftigers. Jonge medewer-

kers zijn assertiever dan wij vroeger. Overleg is belangrijk geworden. Dat heeft zijn voor- en zijn nadelen, maar ik weet hoe het werkt: ik heb zelf drie jongvolwassenen in huis.” Dé grote verandering vindt hij sociale media op de werkvloer. “Nu is iedereen meteen overal van op de hoogte. Op een vraag krijg je prompt een antwoord. Vroeger stondjeervaakalleenvoor.Wegebruiken meestal WhatsApp. Ik zorg nu wel dat mijn mobiele data altijd openstaan (lacht), dat heb ik geleerd van mij jongere collega’s. Ik wil mee zijn: via mijn werk volg ik een opleiding sociale media. Eigenlijk ben ik door jongere collega’s ook privé meer sociale media gaan gebruiken: Facebook, WhatsApp en LinkedIn.” Niet dat elke twintiger altijd en overal online is. Johans eigen zoon trekt – net als de teamcoördinator zelf – liever de natuur in.

FLYING PIG

“WhatsApp is belangrijk voor ons team”, beaamt Nicolas Totté. “We hebben een groepje waarin we onze technische updates posten. Heel positief: we hangen als team goed samen. ‘s Zomers gaan we op een vrijdagavond weleens naar een Flying Pig-weekendaperitief. Iedereen wordt dan uitgenodigd. Met enkele jongere collega’s zijn we ook naar Werchter geweest. Het verschil? Jongere collega’s zijn misschien wat losser in de omgang en zitten met meer vragen. Logisch, je hebt nog niet zo veel ervaring. Maar ook als beginner heb je een meerwaarde. Door fysiek even een handje toe te steken, bijvoorbeeld. Je kunt ervaren collega’s ook wijzen op de manier waarop ze een bepaalde job aanpakken. Een frisse blik is nuttig. Soms komt zo’n voorstel erdoor, soms ook niet.”

STORYTELLING

Hoe AE zijn medewerkers omvormde tot klantenbegeleiders IT-ARCHITECTUUR: DAT IS DE KERNACTIVITEIT VAN HET BELGISCHE AE. WAS DAT TOT VOOR KORT NOG LOUTER EEN TECHNISCHE KWESTIE, DAN RAAKT IT VANDAAG HET HART VAN ELKE ORGANISATIE EN DUS OOK DE KLANTEN VAN AE. DE ORGANISATIE VAN AE VOLGDE DE EVOLUTIE VAN DE OMGEVING.

“De wereld is VUCA”, vertelt Luc De Bodt, managing partner bij AE. Daarmee doelt hij op volatile, uncertain, complex en ambiguous. De wereld rondom ons verandert sneller dan voorheen. “En in onze eigen omgeving, met hoofdzakelijk hoogopgeleide software engineers, uit zich dat eens zo snel: onze klanten worden geconfronteerd met steeds complexere uitdagingen en verwachten dat wij hen Lees het volledige artikel op markmagazine.be

gidsen en begeleiden”, stelt De Bodt. “Binnen deze veranderende en digitaliserende wereld is net de menselijke component, en dus onze werknemer, alsmaar belangrijker geworden”, stelt Leen Van Wambeke, business development manager bij AE. “Met zogenaamde networked teams zorgen wij ervoor dat kennis en expertise breed en efficiënt wordt ingezet.”

Leen Van Wambeke en Luc De Bodt, respectievelijk business development manager en managing partner bij AE.

De toekomst bestaat erin om, onder meer via deze teams, c ross-functioneel en vanuit een gezamenlijk doel te opereren. “Vroeg had je teamleaders. Vandaag beschik je als medewerker over een hoge mate van autonomie en zelfsturing”, aldus De Bodt. “Je geeft bijvoorbeeld mee aan op welke van je talenten je het liefst wilt inzetten en doorgroeien.”

DOSSIER - TELEWERKEN

Mijn werk is waar mijn laptop staat Telewerken is populairder dan ooit. MARK Magazine omarmt de trend en laat fervente telewerkers aan het woord. Van de customer service agent die thuis in de keuken klantentelefoontjes beantwoordt tot de bediende in het satellietkantoor. Of van de vertaalster die zich thuis optimaal kan concentreren tot de zaakvoerder die 90 procent van zijn mensen thuis laat werken. Teksten: William Visterin

De doorbraak van telewerk

VIJF WAARHEDEN OVER WERKEN VANOP AFSTAND

OF JE NU AF EN TOE THUIS OF IN EEN SATELLIETKANTOOR WERKT, WE DEDEN NOG NOOIT ZO VEEL AAN TELEWERK. TOCH ZIJN ER NOG OPMERKELIJKE VASTSTELLINGEN IN HET WAAR EN WANNEER VAN ONS WERK.

In de eerste zeven maanden van dit jaar is het aantal uren telewerk gepresteerd door medewerkers in België toegenomen met ruim een kwart, vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Ook het aantal bedrijven dat inzet op telewerk stijgt sterk. Dat blijkt uit cijfers van HR- en well-being-specialist Attentia. Ook deze zaken vallen op.

TWEE GROTE VOORDELEN

De voordelen van telewerk liggen voor de hand, maar over het algemeen gaat het om deze twee: een positieve impact op de mobiliteit én een betere work-life balance van medewerkers. “Doordat zij minder geconfronteerd worden met verkeer en file én verplaatsingstijd kunnen uitsparen, heeft het ook een positieve invloed op de stress die ze ervaren”, vult Stefanie Devestel, HR legal partner bij Attentia aan. “Bovendien draagt het actief bij aan het oplossen van de mobiliteitsproblematiek.”

TWEE POPULAIRE DAGEN

Woensdag en vrijdag zijn bij uitstek de populairste dagen om het kantoor links te laten liggen, met respectievelijk zowat 23 en 29 procent van de gepresteerde telewerk-uren op die dagen. Maandag is de minst populaire telewerk-dag.

TWEE SOORTEN WETGEVINGEN

Het onderzoek van Attentia behelst zowel occasioneel als niet-occasioneel telewerk. Het niet-occasioneel telewerk, waarbij een medewerker één of meerdere vaste dagen per week niet vanop kantoor werkt, is al geruime tijd wettelijk geregeld. Sinds 1 februari 2017 is dat ook het geval voor het occasioneel telewerk. “Daarbij kunnen medewerkers af en toe thuiswerken, bijvoorbeeld om een privéafspraak in hun agenda in te passen, of grote files te vermijden wanneer de spits in het honderd loopt door grote ongevallen of noodweer”, verduidelijkt Devestel, die verwijst naar het zogenaamde thuiswerkalarm.

AANTREKKINGSPOLEN VOOR TWEE SOORTEN MEDEWERKERS

Telewerk ontpopt zich steeds meer tot een troef die ondernemingen kunnen uitspelen in de zoektocht naar nieuw talent, weet Stefanie Devestel. “Medewerkers zijn alsmaar vaker bereid om van job te veranderen als dat betekent dat hun pendeltijd daardoor daalt. Met een duidelijk beleid voor telewerk maken organisaties zich aantrekkelijker op de arbeidsmarkt.” Anderzijds helpt het de bestaande medewerkers. “Telewerk is een krachtig hulpmiddel om je werknemers aan je onderneming te binden.”

LOONVOORDEEL VOOR WERKNEMER ÉN -GEVER

Niet zomaar telewerk, maar zeker thuiswerk kan erg aantrekkelijk zijn, voor zowel de medewerker als de onderneming. Thuiswerk geeft immers recht op bijkomende vergoedingen, vrijgesteld van RSZ. “Daarvan kunnen organisaties gebruikmaken om in één klap ook de loonvoorwaarden van medewerkers aantrekkelijker te maken”, stelt Devestel, die de trend naar telewerk nog ziet toenemen. “Het ontpopt zich tot standaardbeleid in sectoren waar dat mogelijk is.”

DOSSIER - TELEWERKEN

Irjen en Florence beantwoorden thuis alle klantenvragen VRAGEN OVER DIE AANGEKONDIGDE BESTELLING OP DE WEBSHOP VAN A.S.ADVENTURE? OF TOCH EVEN CHECKEN OF DIE JAS DIE JE OP HET OOG HEBT ECHT WEL WATERDICHT IS? DE KANS IS GROOT DAT JE IN DE WOONKAMER VAN IRJEN OF FLORENCE TERECHTKOMT. DE KLANTENDIENST VAN A.S.ADVENTURE IS BEREIKBAAR VAN 10 TOT 22 UUR EN NA DE KANTOORUREN EN IN HET WEEKEND WERKEN DE MEDEWERKERS VAN THUIS UIT. IRJEN WERKT IN DE WOONKAMER

Bij A.S.Adventure zijn zeven à acht customer service-medewerkers aan de slag. Zij beantwoorden al uw vragen, soms van thuis uit. “In principe werk ik op het hoofdkantoor. Maar een tot twee dagen per week werk ik van thuis uit. Dat gebeurt bij een avondshift: van 16 tot 22 uur. Maar ook in het weekend werken we standaard van thuis uit”, vertelt Irjen Schamphelaere. Het voordeel is natuurlijk dat je je niet hoeft te verplaatsen. “Binnenkort ga ik verhuizen naar Temse en dan is het wel een grotere afstand naar het werk. Maar het leukste vind ik gewoon dat je je werk kunt doen zonder je huis uit te komen”, oppert Irjen. A.S.Adventure voorziet alle infrastructuur: van headset en laptop en toebehoren, tot zelfs een bureaustoel. Zelf werkt Irjen aan een aparte tafel in een hoek van de woonkamer. “Een aparte ruimte is niet verplicht of noodzakelijk. Maar het is natuurlijk wel belangrijk om de klanten goed te woord te kunnen staan. Mijn partner houdt er ook rekening mee als ik

thuis moet werken”, stelt Irjen, die al twee jaar aan de slag is als customer service-medewerker. Altijd thuis werken, hoeft zeker niet voor haar. “Dan zou ik het sociale aspect wel missen. Op kantoor zitten wij met alle collega’s aan een heel grote tafel. Het is ook altijd fijn om even feedback te krijgen tijdens je werk.” FLORENCE WERKT AAN HAAR KEUKENBLOK

Florence ging in augustus van dit jaar bij A.S.Adventure aan de slag als customer service-medewerker. En ook zij werkt wekelijks een à twee dagen thuis. Net als bij collega Irjen is het haar taak om telefoontjes, mails en chats van klanten af te handelen. “Dat gaat dan van vragen over een geplaatste bestelling tot advies bij een aankoop van bijvoorbeeld kledij of een tent.” Ook Florence vindt thuiswerk eerder iets voor af en toe. “Ik vind A.S.Adventure een topbedrijf om voor te werken en ik heb zeer toffe collega’s die ik ook graag terugzie.” Dat bij thuiswerk de verplaatsing

Florence (foto boven) en Irjen (onder), thuis aan het werk.

wegvalt, is handig, maar voor haar niet cruciaal. “Ik woon in centrum Antwerpen en ben met de fiets op iets meer dan twintig minuten op het hoofdkantoor”, stelt ze. Ziet ze thuiswerk tussen 16 en 22 uur ten slotte ook echt als werk? “Zeker. Je weet in die uren absoluut wat te doen en ik heb dus zeker ook het gevoel dat ik werk. Het is hier thuis qua context misschien meer ontspannen dan op mijn werk, maar ik zit hier dus niet in mijn pyjama voor de televisie.” VOORDEEL

je werk doen zonder buiten te komen TELEWERKRITME

een à twee dagen per week thuis

Tom werkt in het satellietkantoor TOM BAETENS IS TECHNISCH ADMINISTRATIEF MEDEWERKER BIJ AQUAFIN EN WERKT ER 80 PROCENT. “GEMIDDELD WERK IK TWEE DAGEN PER WEEK IN HET HOOFDKANTOOR IN AARTSELAAR, EN TWEE DAGEN IN HET SATELLIETKANTOOR DE ZUIDERPOORT IN GENT”, VERTELT HIJ. ALS VAKBONDSAFGEVAARDIGDE VAN BBTK-ABVV ZORGT HIJ IN OVERLEG MET DE WERKGEVER MEE VOOR EEN GOED BELEID ROND WORK-LIFE BALANCE EN MOBILITEIT.

Tom Baetens is technisch administratief medewerker bij Aquafin en werkt er 80 procent. “Gemiddeld werk ik twee dagen per week in het hoofdkantoor in Aartselaar, en twee dagen in het satellietkantoor De Zuiderpoort in Gent”, vertelt hij. Als vakbondsafgevaardigde van BBTKABVV zorgt hij in overleg met de werkgever mee voor een goed beleid rond work-life balance en mobiliteit. Naast Gent biedt Aquafin zijn medewerkers nog twee andere satellietkantoren, in Leuven en Herentals. Medewerkers mogen er structureel werken, bijvoorbeeld op een vaste dag in de week en dit zo zelfs laten vastleggen in hun arbeidsovereen-

komst. Dit alles in overleg met leidinggevenden en in functie van teamplanning “Het is een luxe om zo dicht bij huis te kunnen werken”, vindt Tom, afkomstig uit het Gentse en al 22 jaar bij Aquafin aan de slag. De winst in verplaatsingstijd is voor velen het grote voordeel van het telewerken, al gaat het bij Tom niet om autokilometers. “De eerste vijftien jaar deed ik aan carpooling. Intussen heb ik mijn wagen weggedaan. Nu ga ik naar het hoofdkantoor met de trein en de plooifiets. Ik ben evengoed een uur onderweg dan wanneer ik met de auto zou komen, maar het is beter voor het milieu (practice what you preach), ontspannend en gezond.” THUISWERK

Thuiswerken is bij Aquafin ook perfect mogelijk, maar dat doet Tom zelden tenzij in combinatie met een halve dag verlof. Ook omdat de fietsafstand naar het satellietkantoor slechts tien minuten bedraagt. “We hebben in dat kantoor ook genoeg faciliteiten. Via videoconferencing kunnen we vergaderen met de collega’s uit het hoofdkantoor. En mijn

laptop is uitgerust met een Cisco Jabber en WebEx zodat ik er ook mee kan telefoneren. Alles is vandaag digitaal, een groot verschil met twintig jaar geleden.” Sinds kort is er ook meer aandacht voor het stille werk. “Vroeger was het in het satellietkantoor één grote open ruimte. Dankzij de inspraak van de werknemers zelf, is het kantoor volledig opnieuw ingericht met aangepaste stille ruimtes. Het is best mooi gedaan.” VOORDEEL

snelle verplaatsing, nieuwe collega’s ontmoeten in satellietkantoor TELEWERKRITME

twee dagen per week in satellietkantoor van Aquafin in Gent

TELEWERKEN OP EEN WATERZUIVERINGSINSTALLATIE

Met een werkgebied in heel Vlaanderen en veel collega’s op de baan, zet Aquafin hard in op plaatsonafhankelijk werken. Medewerkers hoeven niet elke dag naar het hoofdkantoor in Aartselaar, maar kunnen, behalve op drie satellietkantoren, ook terecht op dertien ‘flexplekken’: werkplaatsen op dertien waterzuiveringsinstallaties verspreid over Vlaanderen die uitgerust zijn met bureaus, netwerkaansluiting enzovoort. Ook vergaderingen kunnen daar plaatsvinden. Dit soort telewerk past ook binnen de mobiliteitsdoelstellingen van Aquafin, in haar beleid rond maatschappelijk verantwoord ondernemen én als bijdrage aan de klimaatdoelstellingen van de Vlaamse regering.

DOSSIER - TELEWERKEN

“90 procent van medewerkers werkt thuis. Altijd” VAN DE ACHTTIEN MEDEWERKERS BIJ ‘DE AFSPRAKENMAKER’ WERKEN ER ALTIJD MINSTENS VIJFTIEN THUIS. “EEN VRIJ UITGESPROKEN VORM VAN TELEWERK”, GEEFT ZAAKVOERDER EN OPRICHTER BERT LAMBRECHT TOE.

Zijn bedrijf maakt afspraken voor techbedrijven, waardoor de medewerkers voor hun job vaak aan de telefoon hangen. Dat bijna niemand naar kantoor komt, is puur een kwestie van efficiëntie. “Als ik de medewerkers samenbreng zou dat veel storender zijn voor mezelf maar ook voor elkaar”, stelt hij. De medewerkers, voor de meerderheid dames, werken dagelijks zes uur. De uitdaging zit natuurlijk in de cre-

atie van een bedrijfscultuur, ook als iedereen thuis werkt. “Zo hebben we een soort systeem waarbij elke werknemer per dag de andere werknemers via videocalls volgt en coacht. En op maandag hebben we online samen een lunchmeeting”, vertelt Lambrecht, die wel overweegt om de werknemers toch regelmatig op kantoor te laten werken. “Mensen blijven nu eenmaal sociale wezens en voor de connectie met de organisatie is dat mogelijk beter.”

VALÉRIE VERTAALT VAAK THUIS

Valérie Chandelon is vertaalster bij Arvesta, het vroegere Aveve. “Mijn job leent zich perfect voor thuiswerk. Het is voor een flink stuk puur individueel werk”, vertelt ze. “Ik werk al vanaf 2003 thuis. Ik was de eerste die het mocht”, herinnert ze zich. “In het begin was het drie dagen thuis en tweedagen opkantoor inLeuven. Vandaag is het omgekeerd: drie dagen op kantoor en twee thuis, omdat er wat aanpassingen waren en men mij had gevraagd om wat meer in Leuven te zijn”, vertelt ze. ZelfomschrijftValériezichals‘pro telewerk’. “Meer mensen zouden thuis mogen werken”, vindt ze. Het grote voordeel voor haar is dat ze thuis rustig kan werken. “Ik heb altijd het gevoel dat ik er veel werk gedaan krijg”, klinkt het. Opvallend: haar werkuren zijn dezelfde. “Ik werk altijd van 8 tot 16 uur, thuis én op kantoor.” VOORDEEL

rustige werkomgeving en hoge productiviteit TELEWERKRITME

twee dagen per week thuis

I N N OVAT I E

Lidl maakt het leven Simpl (en komt met de fiets)

NIEUWE BEZORGDIENST VOLOP GETEST OP HET HOOFDKANTOOR

Een drukke levensstijl en mobiliteit vormen niet altijd een geweldig huwelijk. Het is vaak een race tegen de klok en een hele uitdaging om de huishoudelijke avondspits tot een goed einde te brengen met een gezonde maaltijd. De nieuwe bezorgdienst van Lidl maakt het leven echter gemakkelijker: Simpl levert meer dan vierhonderd kwaliteitsproducten met de fiets aan huis of op het werk. Sinds begin augustus test het personeel van het Merelbeekse hoofdkantoor de nieuwe bezorgdienst van Lidl uit. Met Simpl kunnen de medewerkers online hun bestelling plaatsen, die per fietskoerier op het kantoor geleverd wordt. „Lidl is een groeiende winkelketen zowel qua personeelsaantal als qua filialen”, legt head of digital Thomas De Ganck uit. „We beseffen dat het voor onze medewerkers niet altijd evident is om tijdens de lunchpauze of na de uren nog naar de supermarkt te hollen. Nochtans hecht iedereen steeds meer belang aan gezonde voeding. Met Simpl willen we hen helpen om op een eenvoudige en duurzame manier verse producten naar keuze in huis te halen tegen dezelfde prijs als in de winkel.” Online kiezen ze uit meer dan vierhonderd voedingsmiddelen voor ontbijt, lunch en avondeten. “Wie nog niet beslist heeft wat de pot die avond schaft, kan een recept aanduiden, waarvan de ingrediënten auto-

Thomas De Ganck, head of digital bij Lidl: “We beseffen dat het voor onze medewerkers niet altijd evident is om tijdens de lunchpauze of na de uren nog naar de supermarkt te hollen.”

matisch in zijn winkelmandje vallen. Vanaf 25 euro is de levering gratis.” MINDER DRUK

Met dit initiatief zet Lidl in op tijdsbesparing, gezonde voeding en duurzaamheid. Een ‘Lidliaan’ die voor 13 uur bestelt, krijgt zijn boodschappen immers tussen 15 en 16 uur geleverd door een fietskoerier. „Onze mensen moeten dus niet meer de baan op, wat minder drukte, files en uitstoot betekent”, aldus De Ganck. „Ikzelf ben ook gebruiker van het eerste uur en ben vooral blij dat ik mijn bood-

schappen enkele lokalen verder mag oppikken en recht naar huis kan. Mijn verse producten zitten in een papieren zak met mijn naam op en zijn al die tijd op de juiste temperatuur bewaard.” Zoals elk nieuw project kampte deze eerste testfase met enkele kinderziektes. “Maar dankzij deze vele feedback met suggesties tot verbetering, is Simpl absoluut een succes geworden. Ook de inwoners van Gent centrum hebben er al van kunnen proeven en het initiatief werd ook door hen erg gesmaakt.”

UZ LEUVEN KENT ALS ZIEKENHUISGROEP EEN UITSTEKENDE REPUTATIE, ZOWEL IN BINNEN- ALS BUITENLAND. HET IS INNOVATIEF EN STAAT IN VOOR KWALITEITSVOLLE ZORG EN RESEARCH. MEDE HIEROM IS HET EEN AANTREKKELIJKE WERKGEVER. MAAR WIJ KUNNEN VEEL ZEGGEN. LATEN WE VOORAL ONS OOR EENS TE LUISTEREN LEGGEN BIJ ZIJ DIE HET KUNNEN WETEN: DE MEDEWERKERS ZELF. Tekst: Bert Verbeke & William Visterin

1.Yanah Vandiest (22)

MANAGEMENT ASSISTANT © Karel Hemerijckx

“Mijn job vraagt om een uitgebreid aantal competenties: gestructureerd werken, perfectionisme, stressbestendigheid, kennis van softwareprogramma’s, klantvriendelijkheid en talenkennis. De variatie aan taken zorgt ervoor dat ik me geen dag verveel, integendeel.”

VERPLEEGKUNDIGE ZORG

“Tijdens mijn bacheloropleiding verpleegkunde liep ik stage op de afdeling endocrinologie en reumatologie van UZ Leuven. Toen daar een functie vrijkwam, heb ik gesolliciteerd en sinds 2015 ben ik er aan de slag. Voor mij was dit een ideaal scenario. Ik verzorg acht à tien patiënten, doorgaans met een chronische ziekte. Wij fungeren als een klankbord en tussenpersoon. Ik werk tien dagen na elkaar in verschillende shiften, nadien ben ik vier dagen vrij. Je mag het werk fysiek niet onderschatten, met steeds vaker obese patiënten en een stijgende zorgzwaarte. Dagelijks tel ik al snel 8.000 stappen. Naast het zorgaspect maakt ook administratie een groot deel uit van mijn takenpakket. Op mijn mobiele computer beschik over alle medische gegevens van een patiënt en zo weet ik precies welke medicatie of verzorging ik moet toedienen.” “Ik ben zeer te spreken over de kansen die ik krijg. Vorig jaar volgde ik tien weken lang een opleiding rond wondzorg waardoor ik erkend ben als een referentiepersoon. Daarnaast groeide ik ook door tot mentor voor studenten in opleiding. Ik kan mijn kennis overdragen en zo krijgt mijn job een extra dimensie.”

3.Martijn Delvael (30) MEDEWERKER KEUKEN

“Ik heb mijn draai gevonden in de keuken van de centrale productie-eenheid van UZ Leuven. Na mijn opleiding aan de hotelschool Ter Groene Poorte in Brugge deed ik heel wat ervaring op in diverse restaurants. De onregelmatige werktijden vond ik verre van ideaal voor mijn gezinsleven met twee kinderen. Begin 2018 kon ik hier starten als keukenmedewerker. In totaal zijn we met ongeveer veertig medewerkers in de keuken. Dagelijks produceren we 3.500 warme maaltijden. Ik ben vooral betrokken bij de bereiding van dagverse soepen, op dagbasis zo’n 2.000 liter soep, voor zowel patiënten als medewerkers. We moeten daarbij ook steeds rekening houden met diverse diëten en allergieën. Waar nodig help ik ook op andere afdelingen in de keuken.” © Karel Hemerijckx

“Al van jongs af was ik gefascineerd door UZ Leuven. Het is een groot en innovatief ziekenhuis dat tot de Europese top behoort. Dat ik er nu mag werken, is voor mij een droom die uitkomt. Na mijn middelbare opleiding economie moderne talen behaalde ik een bachelor officemanagement met als afstudeerrichting management assistant. UZ Leuven is mijn eerste werkgever, ik ben er nu een jaar aan de slag. Ik werk voor de mobiele equipe, wat betekent dat ik geen vaste dienst heb maar ingeschakeld wordt op diverse afdelingen. Wekelijks krijg ik een planning afhankelijk van de noden van de secretariaten op de verschillende diensten. In hoofdzaak verleen ik administratieve ondersteuning voor zowel artsen als patiënten. Voor patiënten boek ik onder meer afspraken of opnames in. Voor artsen neem ik inschrijvingen en accreditaties van congressen voor mijn rekening, naast het opstellen van presentaties en het verwerken van financiële dossiers.”

2.Bert Van Winkel (24) © Wim Feyaerts

De tien van ... UZ Leuven

“Ik start ’s morgens om 5 of 6 uur en ben klaar om 13 of 14 uur, zodat er iedere dag nog heel veel vrije tijd overblijft. De

samenwerking met collega’s vind ik een grote meerwaarde, we geven allemaal het beste van onszelf om kwaliteitsvolle maaltijden aan te bieden. Mijn overstap van de horeca naar UZ Leuven heb ik me nog geen moment beklaagd.”

4.Annelies Van Campenhout (30)

MEDISCH LABORATORIUMTECHNOLOOG © Karel Hemerijckx

“Ik waardeer de afwisseling in mijn werk. In ons vak moet je echt groeien, het neemt toch wel snel een jaar in beslag voor je alle facetten onder de knie hebt en dan nog kun je blijven bijleren. Ik ben heel tevreden met mijn huidige job. Naast een prima verloning zorgt UZ Leuven ook goed voor het welzijn van zijn werknemers. Ik denk hierbij onder andere aan een soepele regeling voor de opvang van kinderen.”

5. Jolien Claes (27)

MEDISCH BEELDVORMER © Lies Willaert

6.Frederik Lenaerts (32)

BEWEGINGSTHERAPEUT EN ZORGZONEVERANTWOORDELIJKE

“Ik begon hier elf jaar geleden als bewegingstherapeut in Pellenberg. Ik was afgestudeerd als master lichamelijke opvoeding (LO) met sport voor mensen met een beperking als specialisatie. Dat is ook mijn job geworden: mensen met een beperking weer actief krijgen. Het gaat dan bijvoorbeeld om mensen die na een ongeval of hersenbloeding een beperking hebben.” “Intussen ben ik, naast bewegingstherapeut, ook doorgegroeid tot zorgzoneverantwoordelijke en coördineer ik de initiatieven rond sporten groepstherapie. Hier horen ook andere groepen bij, zoals de revalidatie van (top-)sporters, reconditionering na kanker en het UZ Fit-initiatief voor het eigen personeel van UZ Leuven. In mijn team zitten een veertiental kinesisten en LO’ers. Ik ben meewerkende leidinggevende, zoals dat heet. Ik doe dus nog altijd de revalidatie met de patiënten. Ik doe mijn job graag en ben blij met de kansen die ik hier heb gekregen. Zolang ik uitdagingen krijg om mezelf te ontwikkelen, inhoudelijk binnen mijn vakdomein én als leidinggevende, vind ik het prima.”

7.Michèle De Ruyter (40) OP N AME P L ANNING

“Alle patiënten die in ons ziekenhuis worden opgenomen, moeten een ziekenhuisbed krijgen. Voor de regeling van de opnameplanning zorg ik mee. De aanvraag hiervoor komt via de arts of het secretariaat. Soms is zo’n opname gepland maar soms niet, zoals via de spoeddienst. Ik werk op de cluster van onder meer de oncologische diensten en hematologie. Elke cluster heeft zijn eigen bijzonderheden. Ik werk op onze opnamedienst sinds © Karel Hemerijckx

“Ik behaalde een bachelorsdiploma technoloog medische beeldvorming, liep stage in UZ Leuven en kon er nadien met een vast contract starten op de afdeling radiotherapie-oncologie. Ik begeleid kankerpatiënten vanaf de voorbereiding van een behandeling tot het toedienen ervan. Gedurende enkele weken komen patiëntendagelijkslangsvooreenbestralingenopdiemanier kunnen wij ze van zeer nabij opvolgen. Om patiënten goed te kunnen bestralen is techniek belangrijk, het technologische aspect van mijn job vind ik uitermate boeiend. Bijscholing is een must, dit jaar heb ik nog een congres rond ‘imaging’ bijgewoond in Rome. Op regelmatige basis volg ik cursussen

“Empathie is onlosmakelijk verbonden met onze job, je moet je kunnen verplaatsen in het leven van de patiënt. Door de samenwerking in een team kan je elkaar steunen en ook veel van elkaar leren, ook de dankbaarheid van patienten voelt voor mij goed aan.”

“Na mijn middelbare opleiding techniek wetenschappen behaalde ik een bachelor medische laboratoriumtechnologie aan de hogeschool. In UZ Leuven liep ik stage bij het centrum menselijke erfelijkheid bij het laboratorium aangeboren afwijkingen. Na een half jaar stapte ik over naar het laboratorium voor cytogenetica bij verworven aandoeningen. Wij onderzoeken voornamelijk bloed- of beenmergstalen van patiënten die vermoedelijk kampen met leukemie of lymfoom. Afhankelijk van de diagnose, kiezen wij specifieke kweekcondities en maken we preparaten van de cellen. Aan de hand van een chromosomenkaart kunnen we detecteren of er specifieke afwijkingen aanwezig zijn. Die kunnen bepalend zijn voor de therapie en prognose.”

zowel binnen als buiten het ziekenhuis. Er liggen zeker doorgroeimogelijkheden, vanaf september 2019 ga ik aan de slag in het gloednieuwe protoncentrum van UZ Leuven.”

DE TIEN VAN... UZ LEUVEN

begin dit jaar. Ik vind het boeiend om voor alle patiënten een oplossing te zoeken. Het is een behoorlijk verschil met mijn vorige job bij UZ Leuven. Daar was ik logistiek medewerker, die functie heb ik acht jaar met veel plezier gedaan.” “Ik ben blij met de kansen en opleiding die ik bij UZ Leuven heb gekregen. Weet je dat ik van opleiding dierenartsassistent ben? Ik heb vroeger acht jaar bij een dierenarts gewerkt. Ja, dat vinden mensen wel opmerkelijk. Voorts ben ik een muziekliefhebber en fervente Stu Bru-fan. Ook hou ik erg van dieren en lees ik graag historische romans. Je merkt het, we houden het op alle vlakken boeiend.”

8.Gerda Vanderloock (55) LOGISTIEKE MEDEWERKER © Karel Hemerijckx

“Je mag me gerust omschrijven als het manusje-van-alles op onze eenheid. Ik begeleid patiënten voor en na hun ingreep en onderzoek. Ik zorg er voor het onthaal van patiënten, bezoekers en ziekenhuismedewerkers. Ik handel de telefonische oproepen af. Kortom, ik heb een gevarieerde job: van het wegbrengen van (bloed)stalen tot het verstrekken van de maaltijden. En bij alles wat wij doen, staat de patiënt centraal. Ik werk al 27 jaar op deze dienst. Dat geeft ook wel aan dat ik hier graag werk.”

9.Evelien Gielen (38) MEDISCH STAFLID

“Ik werk sinds 2013 als medisch staflid op de dienst geriatrie. Daarnaast ben ik een van de supervisoren op het centrum voor metabole botziekten. Ik ben in 2005 afgestudeerd als arts en nadien heb ik me verder gespecialiseerd in inwendige geneeskunde en daarna in geriatrie. Op geriatrie helpen wij kwetsbare patienten ouder dan 75 jaar met een complexe verwevenheid van medische, functionele, mentale en sociale problemen. Op oudere leeftijd presenteren ziektes zich vaak op een

“Ik ben in dit vakgebied terechtgekomen doordat ik na mijn opleiding tot internist een doctoraat kon doen over osteoporose (botontkalking) en sarcopenie (leeftijdsgebonden verlies van spiermassa en spierkracht). UZ Leuven was en is voor mij een logische keuze. Het is een universitair ziekenhuis met focus op zorg, onderzoek en onderwijs. Zo onderzoek ik de behandeling van osteoporose en sarcopenie. Sarcopenie is een onderzoeksdomein dat volop in ontwikkeling is. Het is heel fijn om daaraan te kunnen meewerken. Ik geef ook les, onder andere aan de studenten geneeskunde van de KU Leuven en verzorg in het ziekenhuis mee de opleiding van studenten, stagiairs en assistenten. Na een lange opleiding is het nu mijn beurt om toekomstige artsen en specialisten op te leiden.”

10.Johan Benett (41)

INTERVENTIECARDIOLOOG

“Ik werk op de dienst harten vaatziekten in UZ Leuven als interventiecardioloog. Er zijn hier ongeveer 25 cardiologen, van wie 6 interventiecardiologen. Wij richten ons vooral op invasief onderzoek en behandeling van vernauwingen aan de kransslagaders. Zo maken we vernauwde kransslagaders open, vaak een noodzakelijke ingreep om een patiënt van zijn klachten te verhelpen, of zelfs om de patiënt te helpen overleven. Sommige ingrepen zijn acuut, andere zijn gepland. Elke patiënt is anders, en elke dag ook. Soms word je, als je van wacht bent, uit je bed gebeld voor een patiënt met een acute hartaanval. Op dat moment red je echt levens en dat geeft wel een enorme voldoening.” © Karel Hemerijckx

“Ik werk als logistieke medewerker op de dienst nefrologie, meer bepaald bij abdominale transplantatie. Een zeer specifieke dienst. Patiëntendiegetransplanteerdzijn of gaan worden, komen terecht op onze eenheid. Zij krijgen hun orgaan van een donor en zijn die ook heel dankbaar. Sommige patiënten komen vaak terug voor medische opvolging en dat zorgt er ook voor dat je de patiënten goed leert kennen, en omgekeerd. Dat vind ik wel aangenaam.”

atypische manier. Bovendien hebben deze patiënten verminderde reserves, waardoor zij vaak moeilijk herstellen. Oudere patiënten met een dergelijk profiel worden door een multidisciplinair team onder leiding van een geriater behandeld om hun functionaliteit en levenskwaliteit zo goed mogelijk te herstellen.”

“Intussen werk ik hier vijf jaar als interventiecardioloog, ervoor volgde ik zeven jaar opleiding cardiologie. Zelf heb ik geneeskunde gestudeerd in het Verenigd Koninkrijk, omdat mijn moeder van daar afkomstig is. Uiteindelijk ben ik teruggekeerd naar UZ Leuven. Hier vind je alles wat een cardioloog nodig heeft. Er zijn, denk ik, weinig plaatsen in Europa met zo veel mogelijkheden. Het is een groot ziekenhuis waar innovatieve behandelingen, wetenschappelijk onderzoek en onderwijs worden gekoppeld aan de drukke dagelijkse patiëntenzorg. Want cardiologie staat nooit stil, eigenlijk net zoals het hart zelf.”

INTERVIEW

De onbekende job van Delphine

DELPHINE DE SMET IS APPLICATION CONSULTANT

APPLICATION CONSULTANT EN PROJECT LEAD BIJ ATTENTIA, DAT IS DE OFFICIËLE FUNCTIEBENAMING VAN DE JOB VAN DELPHINE DE SMET. “OP HET KRUISPUNT VAN HR EN IT”, VERTELT ZE.

“Ik sta in voor het opzetten en toepassen van flexibel verlonen, ook bekend als cafetariaplannen, bij klanten”, zo vat Delphine De Smet haar functie samen. “Keuzes die werknemers kunnen maken qua extralegale verloning moeten in onze software solution DOTS Flexible Reward voorzien worden. Daar zorg ik mee voor.” Is het een technische job?

Delphine: “Tussenin. Het is een brugfunctie tussen onze klanten enerzijds en anderzijds collega’s bij Attentia, onder meer de IT-collega’s. Zij programmeren de code in DOTS op basis van de zaken die ik met de klant heb besproken. Ik zorg voor de analyse en koppel de wensen van de klant met hen terug. Ik heb zowel kleinere organisaties als grote bedrijven als klant. De doorlooptijd van projecten verschilt van vier maanden tot een jaar, waardoor je een goede band met hen kunt opbouwen. Bij sommige klanten kom ik al voor de derde keer.” Doe je het graag?

“Zeker. Mijn job is inhoudelijk op het vlak van HR, maar tegelijk heeft het een IT-component waarbij ik bekijk wat we functioneel kunnen bieden. Heel fijn is de brede waaier aan mensen met wie ik in contact kom. Dat

gaat van HR, juristen tot IT’ers, zowel die van bij ons als die bij de klant zelf. Ik merk ook actuele trends, zoals het aanbod rond bedrijfsfietsen in het rewardpakket. Bovendien geef je ook de cultuur en het loonbeleid van een bedrijf mee vorm, dat vind ik persoonlijk wel heel boeiend.”

Heel ﬁjn is de brede waaier aan mensen met wie ik in contact kom. DELPHINE DE SMET

Application consultant en project lead bij Attentia

Hoe ben je in de job verzeild geraakt?

“Ik heb handelswetenschappen gestudeerd met optie strategisch management, wat een brede richting is. Ik heb hiervoor twee jaar als recruiter gewerkt. Daarin ging ik onder meer op zoek naar IT-profielen, zoals businessanalisten en projectmanagers. En ook naar de functie die ik nu zelf uitvoer. Tijdens die selectiegesprekken werd mijn interesse opgewekt en heb ik veel opgestoken. Zo heb ik de stap naar Attentia gezet.”

Betekent een mix van business en IT ook een gendermix bij je collega’s qua mannen en vrouwen?

“Ja, eigenlijk wel. Wij hebben een perfect gemengd team van jonge starters tot mensen met meer ervaring. Elk vaak vanuit hun eigen expertise. Qua geslacht is het ook mooi verdeeld. Dit in tegenstelling tot de IT-ontwikkelaars met wie ik vanuit mijn job in contact kom. Dat zijn wel bijna allemaal mannen (lacht).” Tekst: William Visterin

DOSSIER - DUURZAAMHEID

Een betere wereld begint bij jezelf én je bedrijf Duurzaamheid is geen buzzword. Toch niet als je hoort hoe het bij heel wat organisaties écht leeft. Tijden veranderen, zo bewijzen deze praktijkverhalen over duurzaam ondernemen. Tekst: Nathalie Dirix, Grete Flies en Thalisa Devos

1. Duurzame en lokale sojateelt bij Arvesta “ER ZIJN VEEL GOEDE REDENEN OM IN SOJA TE INVESTEREN”

“Wij zien onszelf als partner voor de lokale land- en tuinbouwers. Samen onze sector verduurzamen en vernieuwen is een belangrijke opdracht. Daarom zetten we in op de lokale productie van ggo-vrije soja (zonder genetisch gemanipuleerde organismen, n.v.d.r.). Dit gewas bevat veel eiwit en is de laatste jaren in trek bij de consument. Een bedrijf zoals Alpro is dan ook erg geïnteresseerd

in soja die lokaal geteeld wordt”, stelt Dieter Peeters, marketingmanager bij Arvesta. “Komt erbij dat dit gewas weinig kunstmeststoffen nodig heeft door de manier waarop het een binding met stikstof in de lucht maakt”, vervolgt Peeters. “Ook op het vlak van waterverbruik scoort het goed. Maar soja biedt nog een ander voordeel: na de sojateelt is de bodemkwaliteit beter dan voordien. Een hele set van goede redenen dus om in dit gewas te investeren en de sojateelt in ons land naar een hoger niveau te tillen.” VOLLEDIGE BEGELEIDING

“Onze rol is vooral om de onderzoeksresultaten om te zetten in bruikbare praktijkadviezen voor de professionele Belgische landbouwers. Als voornaamste leverancier

in de land- en tuinbouw in België zorgen we voor het meest geschikte zaaigoed, het inoculant (om stikstof uit de lucht in de bodem vast te houden, n.v.d.r.), de grondstoffen ... Daarnaast bieden we, op basis van de nieuwste wetenschappelijke bevindingen en praktijkervaringen, een volledige teeltbegeleiding. En dit vanaf het zaaimoment tot aan de oogst”, zegt Dieter Peeters. “Bovendien zorgen we voor de ontvangst, reiniging en opslag van de sojaoogst tot die voor afwerking bij Alpro kan geleverd worden. Dit biedt een enorme zekerheid voor onze klanten. Het is dan ook het unieke aspect aan onze service waarmee we ons onderscheiden. In ieder geval, sojateelt in België en Europa is een duurzaam verhaal met potentieel. En daar willen we graag verder aan blijven meewerken.”

2. Lidl bouwt aaneen nieuw klimaat “PROACTIEF NADENKEN OVER ECOLOGISCHE VOETAFDRUK”

Klimaatopwarming is een hot topic: iedereen spreekt erover. Bij Lidl blijft het echter niet bij gebakken lucht. Bij de bouw van nieuwe filialen vertaalt de supermarktketen maatschappelijk verantwoord ondernemen in een aantal duurzame initiatieven. Anno 2018 kan geen enkel bedrijf nog rond de milieuwetgevingen en die zullen in de toekomst alleen

maar strikter worden. Maar niet alleen reglementaire verplichtingen schoppen Lidl een milieubewust geweten, ook persoonlijke motieven spelen een rol. „Bij Lidl denken we proactief na over hoe we onze ecologische voetafdruk zo klein mogelijk kunnen houden”, zegt Yuri Vandenfonteyne, teamleider filiaalbouw. „Zo worden alle nieuwe filialen uitgerust met zonnepanelen. Tegen 2020 zullen dat er honderd zijn. We bekijken bovendien volop de stabiliteit van de daken van bestaande filialen om te zien of dat ook daar een optie is. In de nieuwe vestigingen installeren we ook een systeem om regenwater te recupereren, zodat het kan hergebruikt worden om toiletten te spoelen en te poetsen. En aangezien de business van elektrische wagens groeit, voorzien we al sinds 2016 laadpalen op de parkings.”

VERSCHIL MAKEN

Ledverlichting is al langer in opmars: Lidl plaatst dit al vier jaar in alle nieuwe filialen. „Daarnaast bekijken we wat mogelijk is in de oudere gebouwen, want met leds kunnen we ons energieverbruik drastisch doen dalen. Momenteel onderzoeken we ook of windmolens in te schakelen zijn en hoe een vernieuwde koelinstallatie onze CO2-uitstoot zou kunnen verminderen. Ik ben er zeker van dat we met al deze initiatieven op termijn een groot verschil zullen maken. Dankzij een monitoringsysteem kunnen we ons totaalverbruik minutieus opvolgen en snel bijsturen wanneer de software bijvoorbeeld ergens een lek detecteert. Circulair bouwen is een ander verhaal waarmee we ons in de toekomst willen bezighouden. Door bijvoorbeeld materialen te hergebruiken willen we namelijk het restafval tot een minimum herleiden.”

“We denken proactief na over hoe we onze ecologische voetafdruk zo klein mogelijk kunnen houden”, zegt Yuri Vandenfonteyne, teamleider filiaalbouw bij Lidl.

DOSSIER - DUURZAAMHEID

Hadithi Crafts, een project waarop Solid de komende jaren voluit wil inzetten. Het was een betekenisvolle ervaring. Ik bezocht een atelier waar vrouwen manden weven en zo een eerlijk loon verdienen waarmee ze een beter leven kunnen leiden. Dit sluit volledig aan bij het uitgangspunt van Solid: Give a man a fish and you feed him for a day; teach a man how to fish and you feed him for a lifetime.”

3. A.S. Adventure steunt project in Kenia

Solid bewijst, volgens haar, hoe commerciële doelstellingen en een sociale ingesteldheid ook perfect hand in hand kunnen gaan. “Enerzijds installeren ze duurzame handwerkateliers die kansarme mensen tewerkstellen. Anderzijds investeren ze de winst die daaruit voortvloeit in sociale projecten zoals opvangcentra voor tienermoeders of ondersteuning van gevluchte en misbruikte kinderen. Dat ik dankzij m’n marketingjob aan

zulke projecten een bijdrage kan leveren, vind ik top”, vertelt Claudia Verswyver. “Als commerciële organisatie kunnen we wel degelijk maatschappelijk relevant zijn. Als je in Kenia ziet hoe mensen door manden te knopen een stuk onafhankelijker in het leven kunnen staan, dan weet je dat je met gerichte initiatieven het verschil kunt maken”, zegt Claudia Verswyver. “Duurzaamheid betekent voor mij veel meer dan met duurzame producten werken. Het betekent ook zorgzaam omgaan met andere mensen. Het is voor mij alvast een manier waarop ik in het leven wil staan. Mijn inleefreis naar Kenia heeft nog eens bevestigd hoeveel betekenisvoller je leven wordt, wanneer je anderen een stukje op weg kunt helpen naar een beter leven.”

“TEACH A MAN HOW TO FISH AND YOU FEED HIM FOR A LIFETIME”

“Ayacucho is ons private label voor de outdoorcollectie die we in 2009 gestart zijn. Het is een merk met een sterk verhaal waarin een aantal waarden zoals ‘verantwoordelijk’ en ‘duurzaam’ heel duidelijk verweven zijn. Een aanzienlijk deel van de opbrengsten van Ayacucho gaat naar projecten van Solid”, vertelt Claudia Verswyver, marketing- en projectcoördinator Ayacucho bij A.S.Adventure (Retail Concepts). Solid is een Belgische organisatie die projecten rond duurzame gemeenschapsontwikkeling en lokale tewerkstelling startte in de regio van Ayacucho in Peru. De voorbije jaren breidde haar actieterrein uit naar andere regio’s in India en Kenia. “Ook die uitbreiding willen wij vanuit A.S.Adventure steunen”, vervolgt Verswyver. “Een paar weken geleden was ik op reis in Kenia om ter plekke te kijken naar de mandenweverijen

De manden die in de mandenweverijen Hadithi crafts in Kenia gemaakt worden, zijn te koop bij Juttu. In december vind je ze ook bij A.S.Adventure.

4. Attentia en de missie naar India “ONDERWIJS OPENT POORT NAAR EEN BETERE TOEKOMST”

“In oktober 2017 werd in ons bedrijf binnen het kader van maatschappelijk verantwoord ondernemen een oproep gelanceerd. Of er medewerkers waren die ideeën hadden en initiatieven wilden nemen om geld in te zamelen om de vzw AMAR in India te steunen? De medewerkers met de beste ideeën en het grootste engagement zouden een week op missie naar India mogen om er ter plaatse waar te nemen wat AMAR precies doet”, vertelt Maaike Van Coppernolle, content- en communicatieverantwoordelijke bij Attentia. “Ik voelde me meteen aangesproken. Vooral omdat de doelstellingen van AMAR me nauw aan het hart liggen. AMAR zorgt ervoor dat kinderen uit arme gezinnen de kans krijgen op onderwijs en bijgevolg ook op een betere toekomst. Vooral voor meisjes is dat cruciaal in India. Onderwijs is hun beste bescherming om op jonge leeftijd niet uitgehuwelijkt te worden, meer gerespecteerd te worden in de maatschappij en meer kansen te krijgen op een betere toekomst.” Ook collega Ann Degowie, sales assistantbijAttentia,hadmeteenhetgevoel om ervoor te gaan. “Het leek me heel interessant om ter plekke de situatie te leren kennen. Onze reis werd een ervaring om nooit te vergeten. De hartelijkheid waarmee we ontvangen werden, de menselijke warmte die we mochten voelen: het heeft me echt geraakt. Het heeft me ook overtuigd hoe belangrijk het is dat projecten zoals

“Door die kinderen in India te proberen helpen, zijn we een stukje dichter bij elkaar gaan staan”, vertelt Maaike Van Coppernolle, rechts op de foto naast collega Ann. De andere dames op de voorgrond zijn Sunita en Shreedeep, de juffen van de huiswerkklassen van AMAR vzw.

AMAR gesteund worden. Onderwijs opent voor die jonge meisjes de poort naar een betere toekomst”, zegt Ann Degowie. “Het was opvallend hoe de mensen het weinige dat ze hadden met ons deelden. Ik heb er kunnen vaststellen dat vele kinderen ongeletterde ouders hebben. Waar moeten zij met de vragen over hun huiswerk terecht? Gelukkig zijn er de ‘huiswerkklassen’ van AMAR waar kinderen opgevangen en begeleid kunnen worden.” LEVENSLANG ENGAGEMENT

“Het is aanmoedigend om te zien dat er vandaag al 110 kinderen een beroep doen op AMAR. Maar er is nog een lange weg af te leggen”, vindt Ann. Ik

hoop dan ook dat er de komende jaren nog heel wat geld naar dit project stroomt. Dat geld geeftze toegangtot onderwijs en onderwijs is hun sleutel tot een beter leven.” “Die reis naar India heeft een levenslang engagement bij me losgemaakt”, stelt Maaike. “Het heeft me doen inzien over welke banaliteiten wij hier soms durven te klagen. Dat bewustzijn is een positief neveneffect. Net zoals de verbindingen die dit project bij onze organisatie intern teweegbrengt. Het is mooi om te zien hoe we door ons sociaal engagement om die kinderen in India te proberen helpen, binnen Attentia een stukje dichter bij elkaar zijn gaan staan. Een mooie manier om over de departementen heen te connecteren, toch?”

DOSSIER - DUURZAAMHEID

“Wij willen niet afwachten, maar een voortrekkersrol spelen met deze ‘test & learn’ van elektrische wagens.” PIERRE CAMÉ

General manager van Mars Belgium

5. Mars elimineert CO2emissies Mars heeft wereldwijd de ambitie om de CO2-uitstoot uit eigen activiteiten volledig te elimineren tegen 2040. In België willen ze dat bereiken met 100 procent hernieuwbare elektriciteit (sinds 2017), een ecologische logistieke hub (sinds 2016) en nu ook met een testproject voor elektrische auto’s en fietsen. “De elektrische auto werkt. Het is vooral de maatschappij errond die zich nog moet aanpassen.” “ZOALS RIJDEN OP EEN WOLKJE”

Mars Belgium wil een voortrekkersrol spelen in duurzame mobiliteit. Enerzijds door minder autogebruik aan te moedigen via flexibiliteit en thuiswerk en door het aanbieden van elektrische fietsen. Anderzijds door de conversie van het wagenpark naar uitstootvrije elektrische auto’s. De ambitie is om tegen 2020 minimaal 25 procent van de geleasede bedrijfsauto’s om te schakelen naar volledig elektrische wagens en om 30 procent van de werknemers regelmatig elektrische fietsen te laten gebruiken.

Op 1 oktober lanceerde Mars een test met volledig elektrische auto’s om gedurende drie maanden kennis en ervaring op te doen. Dat project kadertineenlangetermijnvisieenhet plan ‘Sustainable in a Generation’, dat focust op een gezondere planeet, groeiende en menselijke welvaart en het bevorderen van gezondheid en welzijn. Het hoofddoel van dat plan is om tegen 2040 de broeikasgasuitstoot in directe en eigen activiteiten helemaal weg te werken. “Wij willen niet afwachten, maar een voortrekkersrol spelen met deze ‘test & learn’ van elektrische wagens”, aldus Pierre Camé, general manager van Mars Belgium. “Elke lokale beslissing voor Mars Belgium wordt genomen om onze ecologische voetafdruk te verminderen. In België is het marktaandeel van elektrische auto’s nu 0,1 procent (iets meer dan 7.500 wagens), het aandeel van elektrische auto’s in nieuwe inschrijvingen ligt lager dan 1 procent. In een land met meer dan 5,7 miljoen auto’s, waarvan 21 procent niet-particuliere wagens, kunnen de bedrijven en ondernemers in België een significante rol spelen. We merken dat er een zeer groot enthousiasme leeft bij de Mars-medewerkers om deel uit te maken van deze omschakeling naar elektrische fietsen en auto’s. Duurzaamheid op lange termijn maakt niet alleen deel uit van onze bedrijfsstrategie, het is een ambitie waar élk van onze werknemers voluit voor wil gaan.”

Hettestprojectlooptmomenteelnog. Tijdens de volledige testfase houden alle deelnemers een dagboek bij om nauwlettend struikelblokken, mogelijkheden en oplossingen te definiëren. Na drie maanden volgt dan een volledige analyse, die de realisatie van de langetermijnvisie weer een stap dichterbij moet brengen. Drie testers delen nu al graag hun eerste bevindingen.

“Meer planning nodig, maar elektrische auto is broodnodige eerste stap” GENEVIÈVE REYCKAERT (50)

Customers manager Out of Home

“Toen ik gevraagd werd om deel te nemen aan dit project, heb ik geen seconde getwijfeld. Ik droom hier al een tijdje van: weten wat het is om met een elektrische auto rond te rijden. Het is heel aangenaam gebleken. Vooral de rijervaring en het automatische gedeelte vond ik erg comfortabel. Omdat ik in sales werk en veel de baan op ben, is het niet altijd evident om elektrisch te rijden. Vooral het opladen kan dan een obstakel vormen. Je moet op voorhand een beetje rekenen hoe groot je afstanden zijn en waar je kunt laden. Moet ik heen en terug naar het werk dan is er geen probleem, want opladen kan daar. Thuis heb ik geen laadpaal en moet ik op zoek naar eentje in de buurt. Dat is geen sinecure, vooral in het weekend. Ik merk dat ik meer moet plannen. Impulsief de wagen nemen, gaat moeilijker. Boodschappen doe ik nu in een andere winkel dan gewoonlijk omdat ik er mijn auto een uurtje aan de laadpaal kan hangen. De algemene ervaring heeft me wel doen nadenken over de langetermijnvisie en deze omschakeling die als eerste telt. Door elektrisch te rijden, ben ik ook veel bewuster geworden van wat ik verbruik. Ook met een gewone wagen.”

“Overweeg een permanente overstap” LIESBET VAN DER SMISSEN (29)

Financial planner chocolate & food

“Mijn eerste opmerking toen ik gevraagd werd voor dit project ging over de grootte van de wagen. Ik reed vroeger met een Volkswagen Polo. Bewust een kleine wagen, aangezien ik in Leuven woon. Ik heb een wagen gekregen van vergelijkbare grootte. Op dat vlak voelde ik dus geen verschil. Toch overweeg ik een permanente overschakeling. Het is heel aangenaam om in de file elektrisch te rijden. Ook op volle snelheid op de snelweg is het een heerlijke aanpassing. Terug in de stad is het wel opletten geblazen. Ik merk dat mensen me niet horen aankomen. Ik heb hen gezien, maar zij mij niet, waardoor ze op het laatste moment schrikken. Dat vraagt toch wel een aanpassing van beide partijen.” “Voorts is mijn woon-werkverkeer 18 kilometer heen en dan ook terug. Thuis moet ik dus weinig opladen, dat kan op het werk. Ik rijd, afhankelijk van de rijmodus weliswaar, zo’n 180 kilometer met een volledig opgeladen batterij. Toen ik onlangs op hotel moest, heb ik hen gecontacteerd met de vraag of zij een laadpaal hadden. Dat was niet zo. Dan moet je op zoek naar een oplossing. Er bestaan apps waarmee je een paal kunt zoeken. Maar die werken tot op dit moment niet feilloos. Veel ervan blijken privé te zijn of op een domein te staan waar je na de kantooruren niet meer terechtkunt. Maar dat is een kwestie van oplossingen zoeken en plannen. Het valt me op dat de elektrische auto doet wat hij moet doen, maar dat het vooral de maatschappij errond is die zich nog moet aanpassen.”

Geneviève Reyckaert en Raphaël Mahler van Mars Belgium.

“Geen twee keer moeten nadenken” RAPHAËL MAHLER (28)

Customer marketing coördinator petcare

“Mijn woon-werkverkeer bedraagt amper 20 kilometer heen en ook terug. De ideale afstand voor een elektrische auto dus. Ik heb alvast geen twee keer moeten nadenken over dit voorstel. De ervaring tot nu toe is heel fijn. Niet alleen het idee dat ik kan bijdragen tot het ecologische aspect, maar ook de rijervaring zelf. Zoals op een wolkje. Deze wagen

maakt zo goed als geen lawaai, wat me ook heeft doen beseffen hoeveel reguliere auto’s dat wel doen. Maar dat is ook een aanpassing. Mensen zijn erop ingesteld wagens te zien én te horen, bij een elektrische wagen valt een van die zintuigen weg. Daar moet je als bestuurder toch extra rekening mee houden. Ook laadpalen vinden, vormt een uitdaging. Momenteel vind ik dit de ideale tweede gezinswagen. Altijd te gebruiken als het enigszins kan, maar eerder als aanvulling van een eerste wagen of in afwachting tot de maatschappelijke infrastructuur iets beter aan de elektrische auto is aangepast.”

DOSSIER - DUURZAAMHEID

6. Duurzame en lokale initiatieven bij UNILIN “TROTS OP WAT WE AL GEREALISEERD HEBBEN”

“Bij UNILIN zijn we binnen ons concept The Happy Workout steeds op zoek naar leuke initiatieven voor onze medewerkers. De initiatieven

variëren van sportevenementen over bepaalde kortingen tot praktische zaken die het leven gemakkelijker maken zoals onze Coffee Corner of vakantiewerking. Bij de keuze van de initiatieven houden we rekening met meerdere elementen zoals duurzaamheid en lokale economie”, vertelt Lien Vandelanotte, compensation & benefits manager bij UNILIN. “Zo zijn we dit jaar van start gegaan met de leasefiets. Onze medewerkers kunnen in een leasingformule stappen waarbij zowel de werkgever als de medewerker een bijdrage leveren. Veel collega’s komen vandaag regelmatig met hun (elektrische) leasefiets naar het werk. Het succes van de fiets? Je zorgt ervoor dat er minder auto’s op de weg zijn en je voelt je niet alleen fit in de benen, maar ook in het hoofd.” VELOVRIENDEN

“Bovendien maakt elke fietser bij UNILIN deel uit van de Velovrienden-groep. Die krijgen af en toe een extraatje. We organiseren

Bij UNILIN zijn intussen 400 medewerkers in de formule van de leasefiets gestapt.

acties om onze Velovrienden te belonen voor hun fietsritten. En het communitygevoel krijg je er bovenop! Je kunt bovendien zelf je lokale fietshandelaar kiezen. Maar liefst 400 mensen zijn intussen al in de formule gestapt. De lokale economie steunen we ook met onze broodautomaat met brood van een lokale warme bakker. En met het fruit van een lokale fruitboer dat we gratis ter beschikking stellen van onze medewerkers”, aldus Lien Vandelanotte. “Hoe wij naar een duurzame toekomst kijken? We mogen best trots zijn op wat we al gerealiseerd hebben. We kijken steeds uit naar nieuwe initiatieven. Je voelt dat het thema bij de mensen leeft. De gedachte dat het anders kan, trekt veel mensen aan. UNILIN speelt daar graag op in. We zijn dan ook tevreden wanneer we zien dat mensen zelf initiatieven nemen (tijdens de middag joggen, organiseren van yogalessen). Het is een teken dat onze duurzame aanpak op het juiste spoor zit.”

Fruit en brood komt van een lokale handelaar. “Duurzame initiatieven zijn welkom”, stelt Lien Vandelanotte van UNILIN.

UNILIN, WAAK EN DUURZAAM ONDERNEMEN: EEN WIN-WIN

“Duurzaam ondernemen wint terrein. Bij UNILIN, producent van onder meer Quick-Stepvloeren, maakt het al decennialang deel uit van ons DNA. Duurzaam denken is een noodzakelijke voorwaarde in elke schakel van ons bedrijf. Duurzaamheid gaat om veiligheid op de werkvloer, een laag energieverbruik, een dalende CO2-uitstoot en een minimale impact op het milieu”, stelt Kristof Van Hoye, category manager facilities bij UNILIN. “Onder de vlag van duurzaamheid valt ook investeren in de maatschappij waarin je onderneemt. Zo steunen wij diverse projecten in onze omgeving maar dragen wij ook ons steentje bij tot een duurzame en sociale tewerkstelling. Ons groenbeheer besteden we uit aan WAAK Green & Clean. Vier van hun medewerkers staan onder meer in voor de groene zones op onze sites.”

Kristof Van Hoye, category manager facilities UNILIN, en het team van WAAK Green & Clean.

“WAAK creëert al meer dan vijftig jaar duurzame en aangepaste tewerkstelling met kansen tot zelfontplooiing voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Ook bij UNILIN gebeurt dit op maat van de medewerker, maar met de opdracht en de noden van de klant voor ogen, via één aanspreekpunt. Dat is de teamleider die de taken plant en het team aanstuurt. Wij zien die samenwerking als een echte winwin. WAAK biedt ons professionele en kwalitatieve service. Wij kunnen op onze beurt duurzame en sociale tewerkstelling een duwtje in de rug geven.”

7. Hoe Aquafin de biodiversiteit vrijwaart “DE TIJD VAN STRAK GEMAAIDE GAZONS EN ONKRUIDVERDELGERS LIGT GELUKKIG ACHTER ONS”

“Een groene omgeving rond de waterzuiveringsinstallaties van Aquafin, is al vele jaren onze inzet. Op onze driehonderd sites vind je dan ook altijd een groenscherm rond onze installatie. Dat groenscherm bestaat vooral uit inheemse struiken, bomen en planten. Het zorgt ervoor dat de betonnen constructie het landschap niet verstoort”, stelt Marc Vanhullebusch (links), adviseur groenbeheer bij Aquafin. “Waarom we vooral met inheemse flora werken? Zij hebben een positief effect op de biodiversiteit. Neem nu onze site in Ingelmunster. Daar hebben we in functie van de bedreigde eikelmuis verschillende soorten fruitbomen geplant. Een ander voorbeeld is onze zuiveringsinstallatie in Zemst, waar we met het planten van de sleedoornstruik de sleedoornpage, een vlindersoort, aantrekken.” “Ik doe deze job al meer dan 35 jaar.

Marc Vanhullebusch (links), adviseur groenbeheer bij Aquafin, naast Inge Fastenaekels en Stan De Laere, twee andere leden van de werkgroep biodiversiteit.

Eigenlijk ben ik altijd al een ‘groene jongen’ geweest. Vandaag is er een algemeen besef dat we de natuur moeten koesteren. Ik heb de natuur altijd als een kostbaar goed benaderd. Vroeger spraken we van ‘groenonderhoud’. Vandaag gaat het over ‘groenbeheer’. De tijd van strak gemaaide gazons en onkruidverdelgers ligt dan ook gelukkig achter ons”, zegt Marc Vanhullebusch. Om het milieu te sparen, werkt Aquafin al ruim vijftien jaar niet meer met pesticides. “Als waterzuiveringsbedrijf ligt het milieu ons nauw aan het hart. Dat merk je aan de inspanningen die we leveren om de

biodiversiteit te vrijwaren. Een paar voorbeelden? De bloemenweiden die we op onze sites zaaien en de takkenwallen die we aanleggen en die de dieren uitnodigen om er een nest in te bouwen.” “Zelf kan ik nog altijd blij worden als ik een bijtje of een vlinder op ons terrein zie. Maar ik krijg evenzeer een fijn gevoel wanneer ik vaststel dat de medewerkers op onze bedrijventerreinen de effecten van onze inspanningen waarderen. Een bloemenrijk grasland, de bloesems van een fruitboom, de kleurrijke vleugels van een vlinder: het zijn die kleine zaken die levens- én werkvreugde brengen.”

INFOGRAFIEK

Waterzuivering is ook een recyclageproces

HOE AQUAFIN NIET ALLEEN WATER ZUIVERT, MAAR HET OOK RECYCLEERT

De Vlaming produceert elke dag 120 liter afvalwater.

VERBRANDINGSINSTALLATIE Niet vergist slib wordt in slibdrooginstallaties gedroogd tot pellets. De cementindustrie gebruikt deze pellets als co-brandstof in cementovens ter vervanging van fossiele brandstoffen.

SLIBPELLETS

AFVALWATER

POMPSTATION Aquaﬁn beheert 313 zuiveringsinstallaties en 6250 km leidingen in Vlaanderen. Momenteel zuivert Aquaﬁn 83 procent van het huishoudelijke afvalwater.

6250 km leidingen

FOSFOR De urine die we doorspoelen, is rijk aan het schaarse mineraal fosfor. Aquaﬁn onderzoekt verschillende manieren om fosfor terug te winnen via het zuiveringsproces. Dat kan gebuikt worden voor de productie van kunstmeststoffen.

SLIB

SLIBDROGER

ZUIVERINGSINSTALLATIE

313

SLIB

installaties

SLIB

SLIBVERGISTING

BIOGAS

ELEKTRICITEIT

Een zuiveringsinstallatie bootst het natuurlijke zuiveringsproces in een waterloop na. Levende bacteriën voeden zich met de vuildeeltjes. Dit slib groeit continu aan. Het teveel aan slib gaat niet verloren. Aquaﬁn heeft 17 installaties waarin het slib wordt omgezet in biogas. In 2017 produceerde Aquaﬁn op die manier 13 miljoen kWh groene stroom, die het zelf gebruikt.

GEZUIVERD WATER

Het gezuiverde water gaat terug naar de waterloop, maar kan nog voor heel wat andere toepassingen gebruikt worden zoals koel-, sproei- en proceswater.

Cellulose, afkomstig van doorgespoeld toiletpapier, leent zich perfect als grondstof voor isolatiematerialen en bioplastic. KOEL- OF PROCES WATER

Gezuiverd afvalwater is bruikbaar voor toepassingen die geen drinkwaterkwaliteit vereisen: voor het besproeien van akkers, sportvelden en plantsoenen of als koel-of proceswater voor de industrie

DRINKWATER

Watermaatschappij IWVA in Veurne gebruikt het gezuiverde afvalwater van de rioolwaterzuiveringsinstallatie in Wulpen om drinkwater te produceren.

DOSSIER - DUURZAAMHEID

8. Ecologisch groenbeheer UZ Leuven

“EXTRA INSPANNINGEN LONEN DE MOEITE”

“Wijzijneenteamvanachtmensendie instaan voor het groenbeleid van UZ Leuven. Dit houdt in dat we verantwoordelijk zijn voor de aanleg en het onderhoudvanalleswatgroenisopde meerdere campussen die deel uitmaken van UZ Leuven. Ook het verzorgen van de planten in het ziekenhuis en het onderhoud van het groendak

en de groengevel, horen daarbij”, stelt Pieter Van Goidsenhoven, meestergast groendienst bij UZ Leuven. De voorbije jaren heeft UZ Leuven, volgens Van Goidsenhoven, erg ingezet op een ecologisch groenbeleid. “Zo pakken we vandaag het maaien van onze grasvelden op een andere manier aan. We beschikken namelijk over een veertigtal schapen die het gras van onze velden grazen. Dit gebeurt onder het toeziend oog van een ervaren herder die met die dieren weet om te gaan.” THE WAY TO GO

“Ook onkruidbestrijding pakken we anders aan dan vroeger. We werken niet langer met kunstmatige onkruidverdelgers. Vandaag verwijderen we onkruid met de hark of met heet water en hete stoom. Dat dit arbeidsintensiever is, hoef ik je niet te vertellen. Zeker als je bedenkt dat er nogal wat kiezelpaden zijn waartussen het onkruid weelderig groeit”, vertelt Pieter Van Goidsenhoven.

“We beschikken over een veertigtal schapen die het gras van onze velden grazen, onder het toeziend oog van een ervaren herder”, stelt Pieter Van Goidsenhoven.

“Maar die extra inspanningen lonen de moeite. Een ecologisch groenbeheer is goed voor iedereen. Zowel voor de patiënten, de medewerkers van UZ Leuven,debezoekersalsvoorons.Ons teamisvoorstandervandevergroening die onze groendienst de voorbije jaren kende. We zijn ons maar al te goed bewustdatergeenwegterugmeeris.Een ecologisch verantwoord groenbeheer is the way to go. Voor ons maar ook voor de generaties die na ons komen.”

CARRIÈRE

Ben jij een creatieve generalist?

VIER UNIEKE EIGENSCHAPPEN

ONZE MAATSCHAPPIJ IS HEEL ERG GERICHT OP SPECIALISTEN. DENK AAN DE MUZIKANTEN DIE LEVEN VOOR HUN MUZIEK. OF DOKTERS EN PILOTEN DIE VAN KLEINS AF AL WISTEN WAT ZE WILDEN DOEN. MAAR MISSCHIEN BEN JIJ WEL EEN CREATIEVE GENERALIST?

“Als kind had ik verschillende hobby’s en koos ik een studierichting waarin je ‘van alles wat’ kreeg. Als mensen mij vroegen wat ik nu het liefste deed, kon ik onmogelijk op die vraag antwoorden”, vertelt Veerle Steyaert, loopbaancoach bij A-Lissome. “Ik deed het allemaal graag en vond alles interessant”, vertelt Veerle, die lange tijd als hulpverlener in de Bijzondere Jeugdzorg werkte. “Tot ik tijdens het grasduinen op het internet op de term ‘creatieve generalist’ stootte en er een nieuwe wereld voor mij openging”, weet Steyaert. “Creatieve generalisten zijn mensen met veel interesses. Ze willen niet kiezen voor één domein of interesse, want dat beperkt hen.” Veel creatieve generalisten botsen op de heersende overtuigingen in de maatschappij. “Zo zou het niet goed zijn om verschillende korte jobs op je cv te hebben staan. Terwijl creatieve generalisten net die eigenschappen hebben die specialisten minder

hebben en daardoor vullen ze elkaar mooi aan.” Met Steyaert overlopen we vier kenmerken.

SNEL DOORHEBBEN HOE IETS WERKT

Generalisten hebben de gave om snel te zien hoe bepaalde systemen en processen in elkaar zitten. “Projectmatig werken of werken via outsourcing kan voor hen een goede optie zijn. Ze kunnen snel opstarten in een nieuw project of op een nieuwe werkplek. En eenmaal ze weten hoe alles in elkaar zit en dreigen hun interesse te verliezen, is het project afgerond”, stelt Steyaert, die opmerkt dat ook veel creatieve generalisten kiezen voor het ondernemerschap.

VERBANDEN ZIEN

Doordat ze veel interesses hebben, zullen creatieve generalisten sneller verbanden leggen tussen zaken die ogenschijnlijk niets met elkaar te

maken hebben. “Een generalist kan op die manier een nieuwe wind doen waaien in een bedrijf door de dingen vanuit een ander perspectief te bekijken.”

LEERGIERIG

Creatieve generalisten hebben een voortdurende honger naar nieuwe kennis. “Ze hebben geen schrik om zich te smijten op nieuwe materie. Integendeel, ze willen er zo veel mogelijk over te weten komen. Daardoor kunnen ze gemakkelijk veel informatie verwerken en hoofdvan bijzaken onderscheiden.”

GEEN SCHRIK VOOR VERANDERING

Hun leerhonger en veelheid aan interesses maakt dat creatieve generalisten veel nood hebben aan verandering. “Eens ze weten hoe iets in elkaar zit, verliezen ze vaak hun interesse. Dan gaan ze op zoek naar iets nieuws”, stelt ze. “De keerzijde hiervan is echter dat generalisten geen schrik hebben voor verandering. Die doorbreekt het dagelijks patroon en dat is wat generalisten zo plezant vinden.” Tekst: William Visterin

COLOFON MARK Magazine is een uitgave van Mediahuis, MH Brand Studio / Verantwoordelijke Uitgever Hans De Loore / Business Manager Mark Maldeghem Marketing & Advertentie Dries Verhaegen, Sabrina Pinxten / Hoofdredacteur: William Visterin / Redactie: Wieland De Hoon, Thalisa Devos, Nathalie Dirix, Grete Flies Eindredactie Robin Van den Bogaert / Fotograﬁe Bart Dewaele, Karel Hemerijckx, Ivan Mervillie, Carlo Verfaille / Vormgeving Nadruk.be Contact markmagazine@mediahuis.be - tel: 02/467 48 32

Cantaloupe Interim Management

voor

Interim Managers/Freelancers gespecialiseerd in

Human Resources

HR Management Reward Performance Management Transformation/Integration/Harmonization HRBP Recruitment & Internal Mobility Learning & Development Digital HR Employee Relations HR Legal Job Grading HRIS Payroll HR Project Management Organizational Development Talent Management Change Management Employer Branding â&#x20AC;Ś

Cantaloupe

Interim Management

Marc Plancke +32 477 73 32 37 marc@cantaloupe-im.eu www.cantaloupe-im.eu