Cruydt-Hoeck handleiding & catalogus 2022

Page 112

Begrippenlijst AFPLAGGEN Het verwijderen van de zode zonder de onder-

BUITENGEBIED Het gebied buiten stad of dorp. Hier moeten

liggende grondlaag te verstoren, om daarmee ruimte te maken

we zorgvuldig omgaan met het introduceren (inzaaien) van

voor een nieuw zaaibed.

plantensoorten, omdat dit aanwezige gebiedseigen plantengemeenschappen kan verstoren (zie ook stedelijk gebied).

AKKERBLOEMEN/BLOEMAKKER Bloemrijke begroeiing met voornamelijk éénjarige soorten, die door een regelmatige (jaar-

CULTUURVORM Soort die grootschalig geteeld wordt voor

lijkse) grondbewerking in stand wordt gehouden. Akkerbloemen

diverse doeleinden zoals voor de toepassing als voedergewas,

zijn de onkruiden van de akker. Door de eeuwen heen hebben

groenbemester of bijvoorbeeld als tuinplant. Door de teeltwijze

deze akkeronkruiden zich aangepast aan de jaarlijkse cyclus van

vindt er selectie plaats die enigszins afwijkt van de wildvorm.

de akkerbouw en haar gewassen.

Vaak zijn cultuursoorten productiever dan de wildvorm, maar hebben cultuurvormen ook een meer beperkte genetische

AUTOCHTONE OF GEBIEDSEIGEN PLANTEN Planten

variatie (zie ook genetische variatie, wildvorm).

die van nature in een gebied voorkomen (zie ook exoot, floravervalsing).

ECOLOGIE Wetenschap die zich bezighoudt met het bestuderen van de relaties tussen organismen en hun milieu en de

BIODIVERSITEIT Verscheidenheid aan soorten en levens-

relaties tussen die organismen onderling.

vormen en de interacties daartussen. Een grotere biodiversi­ teit is stabieler en beter bestand tegen veranderende

EÉNJARIG, TWEEJARIG, MEERJARIG Manier om de levens-

omstandigheden.

cyclus van een plant aan te geven. Een éénjarige plant kiemt, groei, bloeit en geeft zaad in 1 jaar,

BIOTOOP Leefgebied van een soort (omgeving waarin alle

daarna sterft de plant.

voor die soort benodigde omstandigheden aanwezig zijn).

Bij tweejarige planten kiemt deze in het eerste jaar en

Bijvoorbeeld het biotoop ‘bos’ of ‘moeras’.

vormt vaak een rozet. In het tweede jaar volgt de bloei en de zaadvorming, waarna de plant sterft.

BLOEMENWEIDE Verzamelnaam voor verschillende combina-

Meerjarige planten hebben minder haast. De zaden kiemen

ties van bloemplanten en soms grassen.

en vormen een plant. Vaak begint de bloei vanaf het tweede jaar en planten kunnen daarna meerdere jaren bloeien en zaad

BLOEMRIJK GRASLAND Een bloemenweide die jaarlijks

vormen.

enkele keren wordt gemaaid en waarbij het maaisel wordt afgevoerd. Met het afvoeren van maaisel worden voedingstoffen

EXOOT Plantensoort waarvan het natuurlijk verspreidings­

afgevoerd, wat gunstig is voor de bloemplanten. Het bloemrijk

gebied buiten Nederland ligt.

grasland is afgeleid van het ouderwetse hooiland.

FLORAVERVALSING Introductie van een soort in een gebied BODEMSOORTEN/GRONDSOORT Voor het bepalen van

waar die soort van oorsprong niet voorkomt.

het juiste mengsel is de grondsoort van belang. Veel bodems

Problemen kunnen ontstaan wanneer woekerende invasieve

bestaan uit lagen of combinaties van grondsoorten. kleigrond:

plantensoorten concurrentie gaan vormen voor gebiedseigen

ontstaan als waterafzetting. Meestal zwaar te bewerken en

soorten (zie ook exoot, autochtone of gebiedseigen planten).

voedselrijk. Voornamelijk te vinden langs de kust (zeeklei) en langs de rivieren (rivierklei). Lastig om te verschralen.

GENETISCHE VARIATIE De verscheidenheid aan eigenschap-

veengrond: voor het grootste gedeelte bestaande uit

pen van een plant. Een gezonde natuurlijke populatie heeft vaak

samengeperst halfverteerd organisch materiaal. Vaak

een brede genetische variatie waarmee deze weerbaar is voor

voedselrijke grond, vooral als de grond ver boven het

veranderende omstandigheden.

grondwaterpeil ligt.

Begrippenlijst

zandgrond: ontstaan als wind- of waterafzetting. Meestal

Door langdurige teelt en selectie versmalt de genetische varia-

gemakkelijk te bewerken, waterdoorlatend, voedselarm of

tie (inteelt) en wordt een plant meer vatbaar voor ziekten

relatief makkelijk te verschralen.

en plagen. Voor Cruydt-Hoeck is het behouden van de geneti-

leemgrond: lijkt op klei, maar is oorspronkelijk door de wind

sche variatie een belangrijk aandachtspunt.

afgezet en bestaat uit zeer fijne deeltjes.

112

Cruydt-Hoeck ✛ Catalogus 2022


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.