VEERKRACHT 1
© Mathias Theisen
HANDVATEN VOOR EEN INCLUSIEVE DANSCREATIE
Monkey Mind Š Thomas Dhanens
2
Voorwoord
p. 4
Wat verstaan we onder inclusieve dans?
p. 6
In de praktijk
p. 10
Interview met danseres Wietse Vendrig
p. 16
Aan de slag
p. 20
Wie kan helpen?
p. 24
En ook nog‌
p. 27
3
VOORWOORD Mensen met en zonder beperking die samen dansen in workshops of in een dansvoorstelling, het is een vrij nieuw fenomeen in Vlaanderen. Met deze brochure willen Danspunt, Dēmos en de Opleiding Dans van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen/AP Hogeschool dansers en makers informeren over de mogelijkheden van inclusieve dans. “Yes, I am an artist with a disability, but my interest isn’t in disability, my interest is in dance…” Dat stelt Katie Marsh, één van zes dansers met een beperking uit de documentaire Physically Being Me. Ook in deze brochure willen we het in de eerste plaats over dans hebben.
verstandelijke beperking vind je heel veel ‘dansers’ terug: mensen die zich het sterkst uitdrukken op een fysieke manier. Inclusieve dans geeft dans als taal terug aan iedereen die ervan gebruik wil maken. Tegelijk vormt het een verrijking voor de dans(taal) zelf. Dansers met een beperking injecteren vaak een stevige portie authenticiteit, energie, levenswijsheid, humor en durf in een creatief proces. Met hun inbreng stellen ze ook heel wat vanzelfsprekendheden over dans in vraag.
Dans is meer dan enkel beweging. Dans is in essentie een vorm van communicatie. Ook onder mensen met een lichamelijke of
4
Š Mathias Theisen
De nieuwe, unieke mix van mogelijkheden die zo ontstaat, lokt op een onnavolgbare manier creativiteit uit. Alle dansers worden uitgedaagd om hun comfortzone te verlaten, om beproefde technieken en patronen achterwege te laten en terug vanuit de essentie van dans te vertrekken. Dans benut zo zijn volledige potentieel om op een eerlijke en directe manier verbinding te maken en te communiceren. Het lichaam liegt niet.
mogelijkheden die daaruit voortvloeien, vinden hun voedingsbodem in het eenvoudige gegeven dat we onszelf de mogelijkheid geven om te dansen. Met deze brochure willen we je vertellen wat inclusieve dans concreet inhoudt en wat het volgens ons zo de moeite waard maakt. We starten met een kader dat weergeeft hoe we naar inclusieve dans kijken. Daarna duiken we de praktijk in, met getuigenissen van makers en dansers. Wat deze verhalen gemeen hebben is ĂŠĂŠn gedeelde passie voor dans. Tot slot geven we je een aantal suggesties mee om zelf aan de slag te gaan met inclusieve dans en bieden we een overzicht van wie je kan helpen voor meer ondersteuning.
Inclusieve dans heeft niets te maken met liefdadigheid. Inclusieve dans is er voor alle dansers, met en zonder beperking. De danswereld in het algemeen wordt erdoor verrijkt. Het gaat om een zoektocht naar nieuwe manieren om via dans te communiceren. Onze gezamenlijke passie voor dans en alle
5
WAT VERSTAAN WE ONDER INCLUSIEVE DANS? Inclusieve dans is elke vorm van dans waarbij mensen met en zonder beperking samen, als gelijkwaardige partners, betrokken zijn in een leer- of creatieproces dat vertrekt vanuit de unieke mix van mogelijkheden die zich aandient. In principe lenen alle vormen van dans zich tot inclusie. Toch merken we dat mensen met een beperking veelal deelnemen aan vormen van dans waar het sport- of bewegingsaspect centraal staat. G-dansen wordt hier gebruikt als de overkoepelende term. Rolstoeldansen is veruit de bekendste vorm van G-dansen.
Maar ook andere vormen van dans, waarbij het creatieve/artistieke aspect centraal staat, zijn steeds meer populair bij mensen met een beperking, jazzdans bijvoorbeeld, ballet of hedendaagse dans. Vooral binnen de wereld van de hedendaagse dans vinden dansers met een beperking hun weg, eerder dan in andere dansvormen die een vast beeld in uitvoering en een vast dansvocabularium hanteren. In deze brochure gaan we dieper in op de ontwikkelingen binnen de hedendaagse dans.
6
Monkey Mind © Thomas Dhanens
DANS EN BEPERKING Verscheidene pioniers binnen de hedendaagse dans hebben het ideaaltype van de danser proberen te doorbreken. Toch zit het in onze (esthetische) overtuigingen nog steeds diep ingebakken wie er mag en kan dansen op een scène. De ‘ideale danser(es)’ is de slanke, blanke, gespierde, lenige jongeman of jongedame die feilloos alle mogelijke bewegingen aankan, over een onuitputtelijke energie beschikt, die zich snel en tot in de perfectie een choreografie eigen kan maken en deze op een persoonlijke manier kan vertolken.
Op het podium merken we soms weinig diversiteit, niet alleen op vlak van lichamelijke mogelijkheden, maar ook op vlak van huidskleur, sociaal-economische status,… Niet alleen binnen de wereld van de dans heerst deze overtuiging. We vinden ze ook terug bij het brede publiek én bij mensen met een beperking en hun omgeving zelf. Starten met inclusieve dans is dan ook niet zo vanzelfsprekend. Je moet een aantal vooroordelen doorbreken.
7
INCLUSIE IN DANS Wanneer mensen met een verstandelijke, zintuigelijke en/of fysieke beperking mee dansen, merken we dat de term ‘inclusief’ op verschillende manieren gehanteerd wordt.
Ten slotte kan de term ‘inclusief’ ook slaan op de kwaliteit van de interactie. Inclusie betekent dan dat mensen met een beperking er helemaal bij horen. Ze kunnen volwaardig participeren. Ze zijn mede-eigenaar in het creatieproces en kunnen ook mee beslissen op vlak van de organisatie en de inrichting van het proces. Gelijkwaardigheid is hier een sleutelconcept.
‘Inclusief’ wordt soms gebruikt om aan te duiden dat iedereen kan meedoen. Niemand wordt uitgesloten. De gebruikte methode(s) en de geboden ondersteuning zorgen ervoor dat iedereen die zich aanmeldt ook effectief kan participeren. Er zijn geen voorwaarden om mee te mogen doen. Deze interpretatie hangt nauw samen met het begrip ‘toegankelijk’. Inclusief slaat hier op het wegnemen van fysieke en mentale drempels.
In deze brochure hanteren we een brede kijk op het begrip inclusie. We tonen verschillende praktijken binnen dit spectrum, zonder uitspraken te doen over wat er ‘meer’ of ‘minder’ inclusief is.
‘Inclusief’ wordt ook gebruikt om aan te duiden dat het gaat om een samenwerking tussen mensen met en zonder beperking. Voor sommigen betekent dit dat er een - al dan niet evenwichtig - gemengde groep deelneemt aan de workshop of samen op het podium staat. Anderen spreken al van inclusie als een groep van mensen met een beperking wordt begeleid door iemand zonder beperking: een dansdocent, choreograaf, regisseur, kostuumontwerper, muzikant of zelfs technicus zonder beperking. ‘Inclusief’ kan ook betekenen dat de participatie in een gangbare context plaats vindt: op locaties en tijdstippen en in omstandigheden waarin creatieprocessen en voorstellingen doorgaans plaats vinden.
8
INCLUSIEVE DANS IS GEEN THERAPIE Elke vorm van kunstbeoefening kan een therapeutisch effect hebben. Toch willen we inclusieve dans niet gelijkstellen aan creatieve therapie of bezigheidstherapie. Therapie gebruikt kunstbeoefening als een middel om een ander doel te realiseren. Bij inclusieve dans zien we kunstbeoefening niet louter als een middel, maar ook als een waarde op zich.
introduceren hun eigen motorische taal en leveren een artistieke/intellectuele bijdrage vanuit hun eigen beleving en verbeelding. In een therapeutische context word je vooral aangeraakt met het oog op ‘genezing’, terwijl fysisch contact binnen de artistieke context ingegeven wordt door de dans zelf. Beide visies lijken elkaar uit te sluiten. Maar wie praktijken observeert in een therapeutische en in een artistieke context, merkt toch soms overeenkomsten. Voor ons vormen beide perspectieven twee kanten van dezelfde medaille: alle dansers, met en zonder beperking, voegen iets toe aan de kunstpraktijk en halen er tegelijk iets uit voor zichzelf.
In een therapeutische context lijkt de focus vooral te liggen op problemen, aandachtspunten en persoonlijke ontwikkeling. In een artistieke context ligt de focus vooral op het ontplooien van individuele artistieke talenten, op de verschillende bewegingsmogelijkheden en op de eigen bewegingstaal. De dansers
EEN APART LABEL VOOR INCLUSIEVE DANS? Inclusieve dans is momenteel nog iets bijzonders. Voor een publiek of in een projectdossier kan het belangrijk zijn om dit expliciet te vermelden. Sommige inclusieve gezelschappen dragen deze naam met trots. Het vormt een belangrijk deel van hun identiteit en het is een manier om zich te onderscheiden van anderen. Tegelijk is inclusieve dans ook iets heel gewoons. Doorgaans zal je merken dat de workshop, het creatieproces en de voorstelling op zich niet fundamenteel verschilt van wat je gewoon bent. Sommigen vragen zich dan ook af of het wel nodig is om te vermelden dat de groep bestaat uit mensen met en zonder beperking. Na een voorstelling reageert het publiek vaak dat die ‘beperking’ na verloop van tijd toch naar de achtergrond verdween.
Toch zijn er ook kunstenaars voor wie hun beperking in een bepaalde levensfase een belangrijk deel uitmaakt van hun identiteit en hun werk. Een voorstelling kan in meerdere of mindere mate de ‘beperking’ thematiseren of net helemaal niet. Als het mogelijk is, dan spreek je dus best af met de dansers zelf, of hun omgeving, voor je een project als inclusieve dans ‘labelt’. Hoe wil jij deze voorstelling profileren? Hoe willen de dansers zich tonen? Vormt hun beperking een belangrijk thema of niet? Zeker binnen het idee van inclusie als mede-eigenaarschap is dit belangrijk.
9
IN DE PRAKTIJK En nu naar de praktijk. We brengen ons kader tot leven, zowel vanuit het perspectief van makers als van dansers. Hoe beleven zij inclusieve dans en wat betekent het voor hen?
10
© Mathias Theisen
Hoe zijn jullie bij inclusieve dans uitgekomen of waarom hebben jullie hiervoor gekozen?
We brengen drie ‘makers’ voor het voetlicht in drie verschillende contexten. Bij danswerkplek Platform-K plukten we fragmenten uit eerdere interviews met artistiek coördinator Inge Lattré en choreograaf George Adams. We interviewden Goele Van Dijck, artistiek leidster van Nat Gras, een dansgezelschap dat voorstellingen maakt voor een jong publiek, maar zich ook richt op inclusie. Ten slotte bestookten we Koen De Preter met onze vragen. De Preter is dansmaker en performer en werkt momenteel met de acteurs van Theater Stap aan de groepschoreografie To Belong.
Inge (artistiek coördinator Platform-K): “Onze werking ontstond enerzijds vanuit een noodzaak bij mensen met een beperking om met hun artistieke talenten aan de slag te gaan en die talenten te delen met een ruim publiek. Het is ook een manier om hun identiteit, cultuur en wereldbeeld te laten zien.
11
Hoe is het om te dansen met mensen met een beperking?
Anderzijds groeide de werking vanuit het geloof dat de unieke vormentaal van personen met een beperking een platform en podium verdient en, meer nog, een meerwaarde vormt binnen de kunsten en de samenleving. Platform-K wil een leemte vullen in het artistieke en sociale werkveld.”
George (freelance choreograaf): “Soms kan het erg emotioneel zijn, omdat we mensen duwen naar een plek die onontgonnen is voor hen. Dans duwt je lichaam. Mensen gaan er vaak vanuit dat wie een beperking heeft, bepaalde dingen niet kan, terwijl ik zeg dat ze het wel kunnen.”
Goele (artistiek leidster Nat Gras): “Tijdens mijn opleiding ben ik nooit met inclusieve dans in aanraking gekomen, maar net nadat ik afgestudeerd was, tijdens de zomer, heb ik een workshop gevolgd van Adam Benjamin. Hij is medeoprichter van het Engelse gezelschap Candoco, dat werkt met mensen met een beperking. Nog later heb ik in één van zijn voorstellingen gedanst en zo is mijn nieuwsgierigheid geprikkeld. Het was niet meteen mijn bedoeling om daar zelf les in te geven, maar door mijn ervaring als danser was ik er, als dansdocent, wel erg door geraakt.”
Goele: “Binnen inclusieve dans moet je als choreograaf voldoende openheid hebben om samen te dansen met mensen met andere mogelijkheden. Het zet heel je beeld over dans op zijn kop. Het gaat om hun mogelijkheden en niet om hun beperkingen. Zij kunnen dingen die ik niet kan. Ik ben gegroeid vanuit contactimprovisatie en dat is voor mij ideaal omdat dat vertrekt vanuit het voelen en het communiceren met elkaar. Het gaat niet over wat ik te vertellen heb, maar om ons gezamenlijke verhaal. Dat verhaal vinden is niet altijd eenvoudig, omdat er soms sterke verschillen zijn tussen de dansers. Bij dansers met een beperking zelfs nog meer dan bij dansers zonder beperking. Via contactimprovisatie vind ik uiteindelijk altijd mijn weg.
Koen (freelance dansmaker): “Zelf ga ik niet zo snel over inclusieve dans spreken. Ik ben gewoon op zoek naar interessante performers en verschillende soorten ‘danserslijven’. (…) Ik hou niet zo van virtuoze dans of technische hoogstandjes, ik werk graag met amateurs of even goed met kinderen of met senioren. Ik had eerder al eens werk gezien van Theater Stap en was toen best wel onder de indruk. Nu werk ik met hen samen, maar vooral omdat het een gezelschap is waar ik in geloof. Ik wil een voorstelling maken met STAP, niet zozeer een voorstelling waarin het om de beperking gaat.”
Tijdens dat zoekproces maak je al eens fouten, of schat je iets verkeerd in. Soms heb je totaal niet door hoe ze bewegen, je kan het niet voelen in hun plaats, ook al probeer je om het je zo goed mogelijk voor te stellen terwijl je een choreografie maakt. Sowieso: een dansje maken en voordoen is niet de beste methodiek.”
12
Koen: “De kracht ligt erin dat ze hun ziel blootleggen op scène, dat ze daar heel oprecht staan, met volle goesting: ‘ik wil hier keigraag staan, kijk naar mij!’.
danstechniek. Vertrek je vanuit improvisatie, kan je je eigen methodiek behouden, maar moet je meer aandacht besteden aan communicatie en aan het proces om iets te creëren als groep.”
De Stappers zijn ook zeer professioneel als acteur. Op vlak van dans hebben ze minder ervaring, ik moet hen dus veel leren. ’t Is ook een zeer uiteenlopende groep. Sommigen hebben het syndroom van Down, anderen autisme, maar lichamelijk kunnen zij zoveel verschillende dingen aan. Ik hou van de eigenheid van de performers. Hoewel ik hen veel aanreik, komen heel veel van de bewegingen van henzelf. Hun eigenheid komt goed naar voren, met hun perfecties en imperfecties. En dat is net het mooie, denk ik, dat het zo verschillend is en dat je dat ook mag zien. Al die kleine imperfecties laat ik gewoon toe in de voorstelling, dat is niet te camoufleren. Daardoor creëren ze mee de voorstelling, door wat ze mij geven, door hun tics, door hun karakter, door hun bagage en door het groepsproces.”
Koen: “Mijn aanpak is niet zoveel anders dan anders. Ik moet wel af en toe duidelijker praten en kortere zinnen gebruiken. Maar in mijn artistiek proces denk ik niet echt aan ‘een methodiek’. Meestal zijn er wel begeleiders van theater STAP bij en die helpen waar nodig, bijvoorbeeld voor de communicatie of extra zorg. Qua aanpak moet je vooral de karakters leren kennen. Bij de ene moet je eerder uitleggen, bij de ander eerder voordoen. Ik denk dat wij hen soms echt onderschatten. Ze hebben meer in hun mars dan we denken. Ik probeer hen dan ook zo veel mogelijk zelfstandigheid te bieden. Ze mogen allemaal individueel opwarmen, al houden ze ook wel van structuur. We doen nu elke dag conditietraining. Dat is een ritueel geworden en dat vinden ze wel plezant. Qua omkadering werken we twee uur in de voormiddag, nemen we een lange pauze en werken we nog eens twee uur in de namiddag. Langere repetities zijn minder vruchtbaar omdat je rekening moet houden met de concentratiespanne van sommigen. In totaal zijn we zo’n vijf maanden bezig geweest met de repetities.”
Welke randvoorwaarden zijn belangrijk? Goele: “Het is geen evidentie om kandidaten te vinden. Soms komen de meest interessante mensen met een beperking niet af op dansaudities. Ook het praktische vraagt veel tijd, aandacht en energie. Niet alle zalen zijn toegankelijk, sommige mensen met een beperking hebben hulp nodig om naar het toilet te gaan, of moeten met speciaal vervoer worden opgehaald en teruggebracht, … Om die zaken goed op te volgen heb je eigenlijk extra begeleiding nodig.
Inge: “Mensen met een beperking moeten vaak over een vertrouwensbarrière. Alles begint dan ook met een goede verstandhouding tussen de choreograaf en de groep. Als die relatie sputtert, klappen sommige dansers toe. Als dansmaker moet je voldoende tijd nemen om te observeren wie er voor je staat en te bepalen hoe je je aanpak daarop afstemt.”
Op het vlak van dans is het vooral zoeken naar een goede methodiek, vooral als je het gewoon bent om het accent te leggen op
13
Wat is voor jullie de meerwaarde van inclusieve dans?
Als je hen op het podium ziet staan, dan word je daardoor geraakt, word je geconfronteerd met sommige vooroordelen en is het ook een beetje een spiegel: ze zetten je aan het denken over je eigen beperkingen.”
Inge: “We bieden mensen met een beperking een platform om hun authentieke bewegingstaal vorm te geven samen met professionele dansers en dansmakers.
Goele: “Voor mij hoeft inclusieve dans niet per se een meerwaarde te bieden. De dansvoorstellingen die mij boeien, zijn soms wel en soms niet inclusief. Wat wel een grote meerwaarde is voor mij, is dat inclusieve dans mijn hele beeld van dansen en hoe ik met dansen omga, op zijn kop zet. Het gaat eigenlijk gewoon om mensen. En elke voorstelling die gaat over mensen is interessant. Of dat nu superbeweeglijke dansers zijn, of heel immobiele, dat maakt mij niet uit, als ze maar iets te vertellen hebben. Alleen zijn we het in onze maatschappij nog niet gewoon. Dat maakt dat je soms bevooroordeeld bent. Ik merk dat het publiek de eerste minuten vooral kijkt naar de handicap en wie er een beperking heeft en wie niet, terwijl je bij een gewone dansvoorstelling niet zo zou kijken.
Via artistieke creatie stellen we – soms onrechtstreeks – de beeldvorming rond personen met een beperking in vraag. We brengen het thema dichter bij een publiek dat er vaak ver weg van staat en trachten zo een beeld van zorg en betutteling om te keren tot een beeld van kracht en competentie. We willen aan de sector tonen dat mensen met een beperking ook kunnen meedraaien in professionele, artistieke producties. Uiteraard hebben ze een beperking, maar meer nog hebben ze een eigen interessante lichaamstaal waarmee ze communiceren en ook creëren. Het is tijd om duidelijk te maken dat kunst echt voor iedereen is en dat iedereen er wel bij kan varen. En niet enkel als vorm van therapie. Wat wij maken is professionele dans.”
Inclusieve dans daagt ons uit om minder in vakjes te denken. Dat is mooi meegenomen, al is het voor mij geen doel op zich. Ik wil dans niet enkel als middel gebruiken om de maatschappij met diversiteit te leren omgaan. Voor mij is dans op zich het belangrijkste. Wat voor mij vooral telt is dat je iets interessants vertelt op het podium.”
Koen: “Ik vind alle lijven danslijven. Het gaat erom dat je het doet, dat je danst, dat je spelenderwijs met je lichaam bezig bent en improviseert en dat kan iedereen. Daarom niet per se op professioneel niveau, absoluut niet. Maar ik denk dat er ruimte voor is. Sommige inclusieve gezelschappen toeren heel de wereld rond. De meerwaarde is dat je mensen met een beperking zichtbaar maakt.
14
You et Vous © Paul Bert
15
INTERVIEW MET DANSERES WIETSE VENDRIG Benieuwd naar het perspectief van de dansers, stelden we dezelfde vragen aan Wietse. In haar rolstoel nam zij al deel aan heel wat dansprojecten en –producties.
16
© Mathias Theisen
Waarom heb je voor inclusieve dans gekozen en hoe ben je erbij terechtgekomen?
Niet omdat ik een beperking heb, maar omdat ik goesting heb om te dansen, ook al heb ik een beperking. Inclusieve dans creëert mogelijkheden, waar anders de deur van de danszaal voor je neus wordt dichtgegooid …als je al tot aan de danszaal geraakt. Inclusieve dans gelooft in de mogelijkheden die verscholen liggen binnen een beperking. In plaats van gelijkenissen zoekt het naar de verschillen bij dansers, naar wat hen uniek maakt.
“Voordat ik in de rolstoel belandde, was ik al een danseres. Gebeten door beweging, geraakt door de taal van de dans. Eenmaal het duidelijk werd dat ik de rest van mijn leven een rolstoel zou nodig hebben om te bewegen, ging ik op zoek naar mogelijkheden om te dansen, want dansen was voor mij essentieel om te overleven. Binnen inclusieve dans voel ik me op mijn plaats. Ik vind er een plek.
17
Het voornaamste van inclusie is dat het komaf maakt met de idee dat mensen met een beperking sukkelaars zijn. Ik ben een danser, geen sukkelaar. Ik heb mijn onmogelijkheden, maar evengoed mijn mogelijkheden en het is heerlijk om daarrond samen te werken met choreografen, dat te tonen aan een publiek. Er is nog een heel parcours af te leggen, maar steeds meer mensen zien de mogelijkheden in van inclusieve dans. Voorzichtig worden er nieuwe denkpistes bewandeld en daar werk ik heel graag aan mee. Ik denk dat mensen die een andere kijk geven op de maatschappelijke norm kunnen bijdragen aan de danskunst. Er is potentieel, het is hoog tijd dat een niet zo perfect lichaam toch aan een danser kan toebehoren.”
Binnen inclusieve dans is het belangrijk dat alle deelnemers, met en zonder beperking, de aangeleerde methodes loslaten. Al die perfecte sprongen, draaien en passen werken niet in de interactie tussen lichamen met mankementjes en getrainde danslijven. Dansen met iemand die een uitgebreid dansvocabularium heeft, tilt me uit mijn beperking. Ik verrijk en verken mijn eigen danstaal, ik zie en erken mijn eigen lijf met alle mogelijkheden en onmogelijkheden. Maar ook dansers die alles lijken te kunnen, genieten. Er wordt veel gelachen, gerelativeerd en we vinden opnieuw plezier in het improviseren en het ontdekken van nieuwe bewegingen en mogelijkheden. Die confrontatie is voor mij een soort magie, die vaak tot een mooie, diepgaande samenwerking leidt. Door te dansen met mensen met allerlei lichamen, bewegingsmogelijkheden en karakters, groei ik als mens. Niet dat het altijd simpel is, maar dat hoeft ook niet. Ik hou van een uitdaging. Durven kijken naar beperkingen spiegelt ook de angst van veel mensen om ooit zelf in een rolstoel te belanden of met beperkingen te moeten omgaan.”
Hoe het is om te dansen met mensen met een beperking of met mensen zonder een beperking? “Het is genieten! Toegegeven, niet altijd en niet zomaar. Er zijn een aantal voorwaarden aan verbonden. Eén van mijn danspartners, een professionele danseres, zei daarover: ‘Je mag de beperking bij iemand niet als hindernis zien, omdat je dan zo sterk focust op wat niet kan, dat je voorbij gaat aan wat wel nog mogelijk is’. Voor mij geldt dat evengoed. Als ik mezelf als een hindernis zie voor de valide dansers en hen probeer te evenaren, dan zorgt dat enkel voor frustratie en beperk ik mijzelf nog meer. Als ik daarentegen open sta voor mijn eigen bewegingsmogelijkheden, hoe beperkt die op het eerste zicht ook mogen lijken, dan creëer ik nieuwe kansen, ook voor de valide dansers. Dan ontstaat er een creatief proces waarin er oneindig veel kan ontstaan.
Welke randvoorwaarden zijn belangrijk? “Eigenlijk zou die vraag niet mogen spelen. Het zou vanzelfsprekend moeten zijn dat repetitieruimtes, danslokalen en podia toegankelijk zijn. Maar de werkelijkheid is anders. Sommige dingen kan je structureel aanpakken. Enige structuur in de planning maakt het bijvoorbeeld gemakkelijker om vervoer te regelen. Maar in de praktijk beland je vooral in situaties waarin je moet improviseren. Dat is soms lastig, anderzijds is het vaak ook geen punt. Als iedereen bereid is elkaar af en toe
18
te helpen, kom je meestal wel een eind. Ik pleit hier vooral voor een open geest, zowel bij de dansmakers als bij de groepsleden. Ook humor kan een hoop onmogelijkheden veranderen in kansen.
willen gewoon deel uitmaken van de groep, hun dansvocabularium opbouwen en erkenning vinden voor de danser die in hun beperkte lijf woont. Maar tot het zo ver is wil ik gerust het woord ‘inclusieve dans’ gebruiken. Ik denk dat de grootste beperking vaak niet bij de mensen met een beperking zit, maar in de algemene overtuiging over hoe dans eruit moet zien, wat een danslichaam is. Ik zie een duidelijke win-win. Door samen te werken met andere, ‘valide’, dansers kan ik mijn dansvocabularium uitbreiden, maar leer ik hen ook ‘out of the box’ kijken en nieuwe mogelijkheden ontdekken.
Voor mij gaat het om een gedeelde verantwoordelijkheid. Soms kan ik me ergeren aan het gemak waarmee je uitgesloten wordt omdat iets niet toegankelijk lijkt. Met een beetje hulp en een beetje out of the box denken, geraak je er wel. Maar ook dansers met een beperking dragen een verantwoordelijkheid. Hoe graag we ook ‘gelijken’ zijn, we verschillen wel in onze noden. Ik denk dat we gewoon opener moeten leren communiceren over onze verschillende noden. Soms is er hulp nodig bij het toiletbezoek, bij het drinken en eten of is er wat extra recuperatietijd nodig. Vaak zijn de spieren van mensen met een fysieke beperking sneller uitgeput of verkrampt en dat moet je wat inschatten als maker of als danser. Maar als danser met een beperking moet je ook zelf je grenzen kennen en aangeven. Je mag die verantwoordelijkheid niet zonder meer afschuiven op de maker of de groep. Dat vraagt wel een sfeer van openheid in de groep.
Het is fantastisch om deel uit te maken van de danswereld. Het voedt mij en inspireert mij. Hindernissen in het leven kan je ombuigen tot kansen als je er mee gaat dansen. Je onderzoekt ze, je beleeft ze, je worstelt ermee tot je de kans erin herkent en de hindernis een rijkdom geworden is. Ik denk dat inclusieve dans ook maatschappelijk een meerwaarde kan betekenen. Ik toon mensen dat het misschien niet leuk is om te leven met een beperking, maar evenmin een drama. En misschien worden ze dan wel minder bang als ze geconfronteerd worden met een niet zo perfect lichaam.
Inclusie is voor mij gelijkwaardigheid, maar dat betekent niet dat ik wil gelijkgesteld worden. Zo vind ik het wel eens fijn om rolstoelbehendigheid te krijgen van een andere rolstoelgebruiker, terwijl de andere dansers sprongen oefenen.”
Ik wil deel uitmaken van datgene wat mijn passie is, mijn thuis, en dat is dans. Dus ja, ik zoek een weg. Ik hoop dat de generatie na mij gewoon kan deelnemen aan danscursussen, dansopleidingen, voorstellingen… ook als ze een beperking hebben, gewoon omdat we allemaal mensen zijn, die niet allemaal hetzelfde kunnen, maar wel gelijkwaardig zijn. Ik hoop dat er heel veel mensen de uitdaging aangaan om de danser in zichzelf ruimte te geven en de danser in de ander te begroeten. De wereld zou er op zijn minst vrolijker van worden, zeg maar ‘dansanter’.”
Wat is de meerwaarde van inclusieve dans? Wat voegt het toe? “Het woord inclusieve dans zorgt vaak voor wrevel. Op een dag zou het normaal moeten zijn dat danslessen en –projecten ook open staan voor mensen met een beperking. Ze
19
AAN DE SLAG Een uitgebreide handleiding of methodiek hebben we niet. Daar gaat het ook niet om. We willen wel een aantal suggesties en handvaten geven om zelf aan de slag te gaan. Vertrouw vooral op jezelf. Uiteindelijk is het aan jou om de sleutel te vinden en dat is in elke groep anders.
20
Monkey Mind © Thomas Dhanens
VERTREK VANUIT MOGELIJKHEDEN Inclusieve dans gaat over een engagement om een stap in het duister te zetten. Bij de bestaande praktijken wist niemand echt goed waar hij aan begon. Toch zijn we ervan overtuigd dat iedere kunstenaar, danser of maker een meerwaarde kan leveren binnen een inclusief project. Niet door bijzondere dingen te doen, maar net door dicht bij je talent te blijven. Kunstenaars zijn het gewoon om om te gaan met die diepe onzekerheid van een nieuwe groep of een leeg podium. Ze schrikken er niet voor terug. Integendeel, ze zoeken dat soort situaties net op en duiken
erin. Adam Benjamin, stichter van Candoco en pionier van inclusieve dans, heeft maar één opdracht voor dansers die inclusief willen werken: creëer schoonheid en laat het werk spreken voor zichzelf. Wil het engagement duurzaam zijn, dan lijkt het ons wel belangrijk dat het diep geworteld is in de kunst die je wil maken en de kunstenaar die je wil zijn. Er is geen verschil tussen de ‘spelende’ en de ‘werkende’ mens, zoals acteur en regisseur Stefan Perceval aangeeft. Inclusie raakt aan de essentie van je kunst.
21
VERRUIM JE NETWERK Mensen met een beperking worden wel eens de onzichtbare burger genoemd. Ook al geven ongeveer zes op tien mensen aan dat ze iemand met een beperking kennen in hun omgeving, toch verdwijnen ze in het dagelijkse leven ‘van de radar’ omdat ze terecht komen in een parallel zorgcircuit. Het netwerk rond je vereniging en het netwerk rond mensen met een beperking raakt elkaar maar zelden. Starten met inclusieve dans vraagt dan ook dat je je netwerk verbreedt.
We denken daarbij aan zorgvoorzieningen, scholen voor buitengewoon onderwijs, dagcentra, ouderverenigingen, thuisbegeleidingsdiensten, vrijetijdszorgorganisaties,… Misschien heb je in je netwerk mensen die actief zijn binnen die circuits en kan je hen aanspreken om bruggen te bouwen.
VERGROOT JE TOEGANKELIJKHEID EN FLEXIBILITEIT Inclusieve dans brengt extra praktische en organisatorische inspanningen met zich mee. Dit slaat zowel op de letterlijke toegankelijkheid van podia en repetitieruimtes, maar evenzeer op vervoer en ondersteuning bij het eten of toiletbezoek. Soms moet je de dansers ook emotioneel extra ondersteunen.
Algemene richtlijnen zijn moeilijk te geven. Het is een kwestie van maatwerk, in nauwe samenspraak met alle betrokkenen. Maak je vooral niet te veel zorgen op voorhand, maar zorg voor een open, flexibele en emotioneel veilige omgeving die eventuele aanpassingen bespreekbaar maakt.
VERRUIM JE BLIK Wie het gewoon is om een workshop te geven of een dansvoorstelling te creëren met materiaal dat de dansers zelf aanbrengen, zal zijn werkmethodes weinig moeten aanpassen.
Toch kan je veel leren, door inclusieve voorstellingen te gaan bekijken of door uitwisseling en bijscholing. Vanaf pagina 24 vind je een overzicht van bij wie je daarvoor terecht kan.
22
You et Vous © Paul Bert
23
WIE KAN HELPEN? Deze brochure kwam tot stand door een nauwe samenwerking tussen Danspunt, DÄ“mos en de Afdeling Dans van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen/AP Hogeschool. Zij kunnen je ook verder ondersteunen of informeren.
24
You et Vous © Paul Bert
OPLEIDING DANS VAN HET KONINKLIJK CONSERVATORIUM ANTWERPEN/AP HOGESCHOOL Sinds het academiejaar 2014-2015 wordt er onder impuls van artistiek directeur Iris een module van 10 uur inclusieve dans opgenomen in het curriculum van de professionele dansopleiding. Regelmatig worden er lezingen en workshops georganiseerd die open staan voor een breder publiek.
Onder de noemer LABO Inclusiedans creëert het Koninklijk Conservatorium een leer- en experimenteerplek voor fundamenteel artistiek onderzoek naar de essentie van dans als communicatiemiddel en naar de essentie van creativiteit als hefboom om problemen op te lossen. Inclusieve dans vormt de motor voor dit artistieke onderzoek. LABO brengt dansers met én zonder beperking samen onder begeleiding van een poule ervaren dansdocenten. De praktijk binnen LABO wordt actief gedeeld met de ruime danswereld.
Het Koninklijk Conservatorium Antwerpen initieert ook onderzoeksprojecten over inclusie in dans en onderwijs. Vanaf het voorjaar 2016 gaat een nieuw onderzoek van start: LABO Inclusiedans.
25
Alle activiteiten worden nauwgezet verslagen in een blog en andere online media. Een stuurgroep zal de ervaringen van zowel dansers als docenten omzetten naar een duidelijke visie rond inclusieve dans. Daarnaast zal LABO leiden tot een variëteit aan open lessen, toonmomenten en andere artistieke output. Er worden stageplaatsen en coachingtrajecten aangeboden om zo de knowhow uit te dragen naar een jong en belangrijk potentieel aan toekomstige dansers.
Onder het motto “Sharing is learning” stelt LABO zich tot doel om via een gedegen artistiek traject draagkracht te creëren voor een platform waarin dansers met en zonder fysieke beperking samenwerken, vanuit hun unieke diversiteit. Het uiteindelijke doel van dat platform is een breder perspectief te bieden op dans. Desguinlei 25, 2018 Antwerpen conservatorium@ap.be www.ap.be/koninklijk-conservatorium
DANSPUNT Danspunt is het artistieke steunpunt voor amateurdans in Vlaanderen en Brussel. Het volgt de maatschappelijke, creatieve en artistieke ontwikkelingen binnen de amateurdanssector op de voet en stimuleert kwaliteit en vernieuwing. Dans is een ideaal middel tot zelfontplooiing en biedt een mooie context waarin mensen met verschillende achter-
gronden elkaar kunnen vinden. Het is dan ook met volle overtuiging en plezier dat Danspunt inclusieve dansprojecten zal blijven ondersteunen. Abrahamstraat 13, 9000 Gent info@danspunt.be, www.danspunt.be
DEMOS Dēmos ijvert vanuit het Participatiedecreet voor de maatschappelijke participatie van kansengroepen in jeugdwerk, cultuur en sport. Sinds haar oprichting ondersteunt en onderzoekt Dēmos sociaal-artistieke praktijken in de brede zin. Die praktijken bieden kansengroepen een reële toegangsweg naar kunst- en cultuurparticipatie en creëren meer diversiteit binnen de sector. Onder de noemer ‘Podium*Ops’ bouwde Dēmos een netwerk uit van mensen en organisaties die
binnen de podiumkunsten rond inclusie werken. Twee keer per jaar is er een collegagroep en op de Dēmos-website wordt alle mogelijke info rond inclusie gebundeld. Als onderzoekspartner ondersteunt de organisatie ook projecten in binnen-en buitenland. Sainctelettesquare 19, 1000 Brussel info@demos.be www.demos.be
26
EN OOK NOG ... In Vlaanderen hebben er nog meer organisaties een uitgebreide expertise op het vlak van inclusieve dans. Je kan onder meer terecht bij:
MOVING GROUND VZW
Sint-Maartenstraat 56, 3000 Leuven movinggroundvzw@gmail.com www.movinggroundvzw.wix.com/moving-ground
NAT GRAS (GOELE VAN DYCK) Touwstraat 32, 2060 Antwerpen Info@natgras.be www.natgras.be
27
PLATFORM-K
Koning Boudewijnstraat 51, 9000 Gent info@platform-k.be www.platform-k.be
Foto’s:
Paul Bert, Thomas Dhanens en Mathias Theisen Tekst:
Kris De Visscher, Iris Bouche, Dirk D’hoe en Laura Van Alphen Eindredactie:
Michael Janart VU:
28
© Mathias Theisen
Iris Raspoet P.A. Danspunt vzw Abrahamstraat 13 9000 Gent