DEFENSIE-EILAND, WOERDEN
HOGESCHOOL U TRECHT
M. Kipperman
Cursuscode: TROP-PRJ4-03
S. Stroo
Tutor: Otto Dijkstra
D. Schoonhoven B. van der Meer
Opleiding: Ruimtelijke Ordening en Planologie
B. van Leeuwen
Project: Thema Mobiliteit
R. van de Loosdrecht M. Şahingöz
ROP 4A en 4B
P. de Weerd
Jaar: 2006/2007
Colofon Project: Defensie-eiland Woerden, Thema Mobiliteit
Code: TROP-PRJ41 & TROP-PRJ42 (TROP-PRJ4-03)
Projectgroep: VESPA – Verkeerskundige en Stedenbouwkundige ProjectAdviseurs (Groep 4)
Namen en studentnummers projectgroep: Martijn Kipperman
1505436
Sybren Stroo
1512617
Daniël Schoonhoven
1504987
Brenda van der Meer
1514599
Bart van Leeuwen
1500549
Robin van de Loosdrecht
1500650
Peter de Weerd
1508974
Mehmet Şahingöz
Tutoren/Begeleiders: Otto Dijkstra Hans Dolron Laurens Steijn Frank Stiksma
Fotografie: Daniël Schoonhoven
Lay-out: Martijn Kipperman en Brenda van der Meer
Uitgave: April 2007
2
Woord vooraf In het kader van de opleiding Ruimtelijke Ordening en Planologie (ROP) aan de Hogeschool Utrecht, is een van de onderdelen het ontwerpen van een ruimtelijke/stedenbouwkundige en verkeerskundige ontwikkelingsvisie voor het Defensie-eiland en haar omgeving in Woerden. De projectopgave heeft betrekking tot het thema ‘mobiliteit’.
Aan dit verslag hebben de volgende studenten meegewerkt: •
Martijn Kipperman
•
Sybren Stroo
•
Daniël Schoonhoven
•
Brenda van der Meer
•
Bart van Leeuwen
•
Robin van de Loosdrecht
•
Peter de Weerd
•
Mehmet Şahingöz
Onder begeleiding van: •
Otto Dijkstra
3
Inhoudsopgave Woord vooraf
3
1.
Inleiding
7
1.1
Aanleiding
7
1.2
Ruimtelijke/Stedenbouwkundige en Verkeerskundige Ontwikkelingsvisie
7
1.3
Ligging plangebied
8
DEEL 1: INVENTARISATIE HUIDIGE SITUATIE
2.
Archeologie en cultuurhistorie
10
2.1
De historische groei
10
2.2
De naoorlogse periode
13
2.3
Ligging plangebied in groter verband
19
2.4
Het plangebied
20
3.
Milieuaspecten
22
3.1
Bodem
22
3.2
Water
23
4.
Beleid
24
4.1
Rijksbeleid
24
4.2
Provinciaal beleid
26
4.3
Gemeentelijk beleid
27
DEEL 2: ANALYSE HUIDIGE SITUATIE
5.
Actorenanalyse en krachtenveldanalyse
32
5.1
Politiek-bestuurlijke omgeving
32
5.2
Projectontwikkelaars/Bouwbedrijven
34
5.3
Institutionele omgeving
34
5.4
Corporaties
36
5.5
Bewoners/Gebruikers
36
6.
Stedenbouwkundige situatie Defensie-eiland en binnenstad
38
6.1
Kevin Lynch-analyse
38
6.2
Korrelgrootte Woerden
39
6.3
Kappenkaart
40
6.4
Grote bomen openbaar en privĂŠ gebied
41
4
6.5
Functiekaart Defensie-eiland en binnenstad Woerden
42
7.
Wegenstructuur binnenstad
43
7.1
Gemotoriseerd verkeer
43
7.2
Langzaam verkeer
44
7.3
Openbaar vervoer
45
8.
Kentekenonderzoek
46
8.1
Wat is een kentekenonderzoek?
47
8.2
Waarvoor kan een kentekenonderzoek gebruikt worden?
48
8.3
Hoe wordt een kentekenonderzoek gehouden?
48
8.4
Conclusie kentekenonderzoek Woerden
49
9.
Parkeerdruk/-duuronderzoek centrum
50
9.1
Parkeerdruk
50
9.2
Parkeerdruk in Woerden
52
10.
ParkeerenquĂŞte binnenstad
54
10.1
Begeleidende brief
55
10.2
EnquĂŞte
56
10.3
Codeboek
58
11.
SWOT-analyse
60
11.1
Sterke punten
60
11.2
Zwakke punten
60
11.3
Mogelijkheden
61
11.4
Bedreigingen
61
11.5
Confrontatiematrix
62
DEEL 3: EISEN EN ALTERNATIEVEN
12.
Programma van Eisen
64
12.1
Plangebied
64
12.2
Randvoorwaarden
64
12.3
Richtlijnen/uitgangspunten
65
13.
Alternatief I
66
13.1
Visie
66
13.2
Referentiebeelden
67
13.3
Planeconomische quick-scan
68
5
13.4
Kaarten
69
14.
Alternatief II
71
14.1
Visie
71
14.2
Referentiebeelden
72
14.3
Planeconomische quick-scan
74
14.4
Kaarten
75
15.
Alternatief III
76
15.1
Visie
76
15.2
Referentiebeelden
77
15.3
Planeconomische quick-scan
78
15.4
Kaarten
79
16.
Evaluatie
80
16.1
MCA Alternatieven
80
Bronnen
85
Bijlagen 1.
Plan van Aanpak
2.
Groepsportfolio
3.
Logboek
6
1.
Inleiding
1.1
Aanleiding In januari 2002 wordt bekendgemaakt dat de laatste medewerkers van Defensie op 1 februari de kazerne zullen verlaten. De Dienst Domeinen1 biedt het eiland te koop aan. De gemeente Woerden is geïnteresseerd in het eiland en stelt het vervolgens tijdelijk in gebruik als parkeerplaats voor bezoekers en bewoners van het centrum. De raad stelt in juni 2003 een definitienota vast voor het Defensie-eiland, waarin is aangegeven hoe de gemeente denkt over de toekomstige ontwikkeling van het eiland. Onder andere een parkeernorm en het behoud van enkele monumenten komen hierin ter sprake. De nota is een basis om de onderhandelingen met de Dienst Domeinen te starten. In december 2005 wordt het koopcontract getekend.2 Intussen heeft de gemeente Woerden o.a. stedenbouwkundige en financiële kaders en planningprocedures vastgesteld en heeft zodoende plannen met het Defensie-eiland. Vooral ook omdat de historische binnenstad onlangs is voorzien van nieuwbouw in de vorm van winkels, woningen, parkeergarage en een nieuw plein. Echter, het is nog niet duidelijk wát er precies met het eiland zal gaan gebeuren. Aan ons als adviseurs de taak om een ruimtelijk/stedenbouwkundige en verkeerskundige ontwikkelingsvisie te ontwerpen voor het Defensie-eiland in de gemeente Woerden.
1.2
Ruimtelijke/Stedenbouwkundige en Verkeerskundige Ontwikkelingsvisie Meerdere partijen hebben inmiddels in een open planproces hun gedachten geuit op welke wijze het Defensie-eiland ingericht dient te worden. Dit heeft in een aantal voorstellen geresulteerd. Om zorg te dragen voor een zorgvuldige afweging van alle belangen én de expertise van de ROP-professional (Ruimtelijke Ordening en Planologie) maximaal in het planproces in te brengen, zijn wij als adviseurs (VESPA) gevraagd om een gedegen advies uit te
brengen.
Dit
advies
wordt
geformuleerd
in
een
onderbouwde
ruimtelijke/stedenbouwkundige en verkeerskundige ontwikkelingsvisie voor het Defensieeiland en haar omgeving.
1 2
Dienst Domeinen: beheerder van de eigendommen van de Nederlandse staat e 1949-heden, ‘Hoochwoert enzo’, De ontwikkeling van de Woerdense binnenstad, 1 druk, 2006 Gemeente Woerden
7
1.3
Ligging van het plangebied De begrenzing van het plangebied wordt globaal gevormd door de Prins Hendrikkade en de Oostdam aan de noordwestzijde en de singelgracht aan de zuidoostzijde. Onderstaande figuur toont globaal de ligging en begrenzing van het plangebied.
Figuur 1.2.1 Globale begrenzing plangebied
8
DEEL 1:
INVENTARISATIE VROEGERE EN HUIDIGE SITUATIE
9
2
Archeologie en cultuurhistorie In de loop der jaren is Woerden sterk gegroeid. Aan de hand van kaarten en toelichtingen zal duidelijk worden gemaakt in welke fasen de gemeente Woerden tot stand is gekomen.
2.1
De historische groei De oudste aanwijzingen van bewoning in het centrum van de stad Woerden worden gevormd door archeologische vondsten. In de tweede helft van de eerste eeuw ontstond hier een Romeinse versterking langs de Oude Rijn, het Castellum Laurii, een van de vele versterkingen langs
die
rivier,
die
als
noordelijke
grens
van
het
Romeinse
Rijk
fungeerde.
Na het vertrek van de Romeinen zou o.a. Bonifatius in Woerden zijn missionair werk hebben verricht; bewijzen zijn hiervoor echter niet te vinden. Zeker is dat Woerden tot de eigendommen van de bisschop van Utrecht behoorde. Als grensplaats van het Sticht, gelegen tegen het graafschap Holland, is het plaatsje rondom een klein kerkje voor de verdediging van belang: bisschop Godfried van Rhenen laat er dan ook rond 1160 een versterking bouwen, de voorloper van het huidige Kasteel. In 1280 verwerft graaf Floris V zich het plaatsje en behoort Woerden tot het graafschap Holland. De heer van Woerden, Herman IV, is niet erg loyaal en is een der hoofddaders van de moord op de graaf in 1296. De voortdurende oorlogen in het Stichts-Hollands grensgebied maken dat rond 1370 Woerden onder leiding van de baljuw Willem van Naaldwijk voorzien wordt van wallen en een gracht; in 1372 verleent hertog Albrecht van Beieren Woerden stadsrechten. Rondom dat jaar wordt ook een nieuwe kerk gebouwd, de Petruskerk, waarvan de huidige toren gedeeltelijk nog aanwezig is. Later, in 1401 krijgt Woerden het recht om zijn eigen stadsbestuur te kiezen; in 1410 krijgt Woerden zijn jaarmarkt, de voorloper van de huidige 'Koeienmarkt'. Eveneens in 1410 vervangt Jan van Beieren de oude versterking van Godfried van Rhenen door een nieuw Kasteel, het huidige, waarin de oudste elementen nog terug te vinden zijn. Het Woerdense stadsbestuur bouwt in 1501 zijn eerste stadhuis (uitgebreid in 1610), dat tot 1890 als zodanig gefungeerd heeft; later werd het kantongerecht en thans is het Stadsmuseum. De Woerdense priester Jan de Bakker is de eerste in de Noordelijke Nederlanden, die om zijn van de R.K. kerkleer afwijkende prediking in 1525 ter dood werd gebracht op de brandstapel. De godsdiensttwisten zijn in Woerden aanvankelijk beperkt: de Lutherse hertog Erik van Brunswijk, die Woerden rond 1570 in pacht had, tolereert de Lutherse opvattingen in de stad. In 1575-1576 wordt Woerden, dat zich aan de kant van de
10
Opstand schaarde, door de Spanjaarden belegerd: de stad houdt stand en de Spanjaarden breken hun beleg na een jaar op. Minder fortuinlijk is de stad in het Rampjaar 1672. De Franse troepen, waarmee de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden op dat moment in oorlog is, bezetten Woerden en voerden er ruim een jaar een waar schrikbewind uit. Veel gebouwen en archieven gaan verloren door brand of plundering. In het begin van de 18e eeuw wordt Woerden voorzien van een nieuwe buitengracht (de huidige Singel) en wordt de vesting vernieuwd. De stad gaat deel uitmaken van de Oude Hollandse Waterlinie. In de 18e eeuw wordt een aantal nieuwe gebouwen, deels voor militair gebruik, gerealiseerd. In 1762 wordt het militaire opslagmagazijn Het Arsenaal gebouwd; in 1790 komt er een Kazerne in de binnenstad. In 1755 was op een van de bolwerken van de stadsomwalling al de korenmolen De Windhond gebouwd. De 'Franse tijd' (1795-1813) eindigt in Woerden dramatisch. Omdat de bevolking zich te vroeg achter de Prins van Oranje schaart (de Fransen zijn op dat moment nog in de stad) nemen de terugtrekkende Franse militairen wraak door op 24 november in een grote plunder- en moordpartij 28 burgers te doden en 37 meer of minder ernstig te verwonden. De Ramp van Woerden is een weinig bekend drama in de vaderlandse geschiedenis. In de tweede helft van de 19e eeuw maakt Woerden een gunstige economische ontwikkeling door. Er komt een spoorwegstation (1855), een Militaire Herstelwerkplaats (1873) en een kaasmarkt (1885). Woerden verliest echter zijn militaire belang en wordt niet opgenomen in de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Om de stad beter te ontsluiten en uit te kunnen breiden worden met name onder leiding van burgemeester M.W. Schalij (1883-1912) de wallen en muren gesloopt en de stad opengelegd. Vanaf 1900 vindt de eerste stadsuitbreiding plaats. In 1890 wordt een nieuw stadhuis in gebruik genomen op de Westdam; twee jaar later bouwen de rooms-katholieken hun Bonaventurakerk, terwijl in 1899 een Klooster tot stand komt op de Wilhelminaweg (thans Kunstencentrum).
Afbeelding 4.1.1 Plattegrond Woerden ca. 1650
11
Afbeelding 4.1.2 De groei van Woerden als vestingstad (uit: folder van het Defensie-eiland, www.woerden.nl)
12
2.2
De naoorlogse periode De naoorlogse periode kenmerkt zich door de periode na de Tweede Wereldoorlog, ongeveer vanaf 1950. Per tien jaar zullen enkele specifieke ontwikkelingen worden toegelicht die betrekking hebben op de historische groei van Woerden.
2.2.1
1950/1960
Wederopbouw In het begin van de jaren vijftig is Woerden nog niet veel groter dan de huidige binnenstad binnen de Singelgracht en de Buitengracht. Voornamelijk langs de doorgaande (vaar-)wegen is bebouwing buiten de singels te vinden en de enige echte wijk buiten de singels is Woerdenwest (ook wel: Steenkuilen). Verkrotte huizen in de binnenstad worden gesloopt of onbewoonbaar verklaard. In de Bloemenbuurt en in de buurt van de Rembrandtlaan begint men ook met het bouwen van woningen. Daarnaast worden er ook lagere scholen (de Julianaschool en de Pius X-school), een technische school aan de Burgemeester H.G. van Kempensingel en een huishoudschool aan de Singel gebouwd. Tevens komt er een extra verdieping op de Emmaschool aan de Nieuwe Markt, het nieuwe R.K. Ziekenhuis Ope Dei aan de Utrechtsestraatweg wordt in februari 1954 geopend en het algemene ziekenhuis aan de Meeuwenlaan wordt uitgebreid.
Toekomst Ten behoeve van een onderzoeksrapport over de toekomstige ontwikkeling van Woerden, wordt in december 1950 een krediet van 6.000 gulden beschikbaar gesteld door de gemeenteraad. In het rapport wordt Woerden o.a. geadviseerd de Rijn en de haven te dempen om verkeers- en parkeermoeilijkheden op te lossen. Door de nog steeds aanwezige woningnood, trekken steeds meer mensen weg uit Woerden. Intussen wordt er wel al bijgebouwd: in Tournoysveld, in de omgeving van de C. Ketelstraat en er zijn ook bouwplannen bij de Boerendijk. Echter, met ca. 70 woningen per jaar gaat de woningbouw te langzaam en er is eigenlijk behoefte aan 112 woningen per jaar (volgens het ETI-rapport3). In het uitbreidingsplan van Woerden worden veel nieuwe industriegebieden aangewezen, o.a. tussen de Honthorsterdijk en de Singel en aan weerszijden van de Rijn. De gemeente wil tevens de beschikking krijgen over het landgoed van de familie Bredius, om daar een recreatiegebied aan te leggen. Ten westen van de Boerendijk wordt een nieuwe woonwijk geprojecteerd (de latere Bomenbuurt).
3
ETI-rapport: sociaal-economische onderzoeksrapport wat is opgesteld en uitgevoerd door het Economisch Technologisch Instituut
13
Bestemmingsplan Doel van het nieuwe bestemmingsplan ‘Regeling Binnenstad Woerden’ (vastgesteld in 1957) is het in goede banen leiden van de groeikracht van Woerden. Daarnaast moeten de verbindingen tussen de binnenstad en de daarop aangewezen bebouwing behouden en wellicht verbeterd worden. Ten behoeve van het verbeteren van de aantrekkelijkheid en het functionele aspect van de binnenstad, worden in het bestemmingsplan enkele oplossingen aangedragen. Onder andere de demping van de Oude Rijn, een nieuwe verkeersweg in het verlengde van de Oranjestraat en een nieuw tracé vanaf de molen door het hart van de stadskern naar de noordoostelijke woonwijk zouden de problemen in de binnenstad moeten kunnen oplossen.
2.2.2
1960/1970
Welvaart en woningbouw In de jaren zestig neemt de welvaart verder toe. Woerden is een gemeente die weinig werklozen en veel werkgelegenheid kent. Desondanks werken veel Woerdenaren in Utrecht, omdat daar de lonen hoger zijn. Er ontstaat dus woon-werkverkeer tussen Woerden en Utrecht. Ook is er inmiddels sprake van een migratieoverschot: meer mensen vestigen zich in Woerden en minder mensen vertrekken naar elders. In 1960 is de duizendste naoorlogse woning gebouwd, de woningvoorraad is verbeterd door de activiteiten in de particuliere sector. Voor mensen die op een huurwoning zijn aangewezen ziet het er minder rooskleurig uit, omdat woningwetwoningen maar mondjesmaat worden toegewezen. De woningnood is in deze periode nog steeds groot, met zo’n 500 woningzoekenden. Buiten de binnenstad wordt gestart met de bouw van flatwoningen aan de Rembrandtlaan en er wordt opdracht gegeven voor een uitbreidingsplan Woerden noord-west (tot aan de gracht) en voor het oostelijk deel van Woerden.
Gemeentelijke herindeling Volgens een conceptnota van Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland gaat Oudewater naar de provincie Utrecht en Woerden niet. Als de overgang van Woerden naar Utrecht in 1964 definitief van de baan blijkt te zijn, geeft Woerden aan in de toekomst naar het noorden te willen uitbreiden, richting Kamerik. Mocht dit slechts mogelijk zijn wanneer Woerden naar Utrecht gaat, dan heeft het college geen bezwaar tegen deze overgang. De gemeenten Barwoutswaarder en Rietveld worden per 1 februari 1964 opgeheven. Een deel van deze gemeenten wordt bij Woerden gevoegd, een ander deel bij Bodegraven.
14
Uitbreidingsplan Een nieuw Uitbreidingsplan in Hoofdzaak wordt begin 1966 voor de gehele gemeente vastgesteld, met uitzondering van de bebouwde kom. Naast de bebouwing aan de noord-, oost- en westzijde van de binnenstad is een nieuwe wijk ten zuiden van de spoorbaan bedacht. Een wijk van ca. 80 hectare, ten westen van de Van der Valk Boumanlaan, voor ongeveer 8.000 inwoners. Ten oosten van de Van der Valk Boumanlaan is bestemd voor agrarische doeleinden. Ook wordt rekening gehouden met het uitbreiden van bestaande industrieterreinen. Tot slot wordt de mogelijkheid geboden enkele gestichten in Woerden onder te brengen.
Verkeer Voorlopig zal de haven nog niet worden gedempt, omdat er volgens het college nog voldoende parkeergelegenheid is. Langs de Haven komen 31 parkeervakken, op het Kerkplein 48 en de Nieuwe Markt 117. Voor het parkeren in de binnenstad komt een zogenaamde blauwe zone. Het bromfietsverkeer zal voor een groot deel uit de Voorstraat worden geweerd om geluidshinder voor de bewoners te voorkomen. Ten slotte, om de toename van het verkeer op te vangen en te verwerken en om de kans op ongelukken mogelijk te reduceren, wordt eenrichtingsverkeer ingesteld op de Haven, Emmakade, Eendrachtstraat, Havenstraat, Torenwal en Nieuwstraat.
Defensie-eiland In 1968 wordt het oude ketelhuis uit 1919 van het Centrale Magazijn afgebroken om plaats te maken voor een nieuw. Het ketelhuis is diverse malen verbouwd en uitgebreid, waardoor een onmogelijk geheel is ontstaan. Tijdens de bouw moet het werk doorgaan. In de wasserij worden per dag duizenden dekens, militaire uitrustingen, tenten, etc. gereinigd. Er zijn op dat moment meer plannen bij het militaire bedrijf. Op de plaats van de vroegere kolenopslagplaatsen en de oude houten schilderswerkplaats wil men een groot nieuw gebouw bouwen. Daarnaast bestaan er prille plannen om het kasteel in te richten als Nederlands historisch centrum.
2.2.3
1970/1980
Woningbouw In 1970 wordt gestart met het ontwikkelen van een plan voor de polder Molenvliet. Dit wordt het eerste uitbreidingsplan waarbij de grond opgehoogd moet worden. In 1973 gaat het bouwrijp maken van start en in 1974 start de daadwerkelijke bouw. In het Staatsliedenkwartier zijn nog 500 woningen in aanbouw.
15
Het Batensteinbad en het badhuis In 1970 wordt de eerste paal geslagen voor het overdekte Batensteinbad en in september 1971 wordt het in gebruik genomen. Nu het Batensteinbad in aanbouw is en er in nieuwe woningcomplexen voorzieningen gebouwd worden, vraagt de gemeente zich af of het badhuis (wat overigens verlies oplevert) nog in stand moet blijven. Er wordt besloten het badhuis aan de Oranjestraat per 1 januari 1972 te sluiten en in 1974 wordt in het voormalige badhuis een rouwkamer ingericht.
Bestemmingsplan Binnenstad In maart 1974 wordt een schetsplan gepresenteerd t.b.v. een nieuw bestemmingsplan Binnenstad. Het stedenbouwkundig bureau Kuiper Compagnons gaat ervan uit dat zich – naast de HEMA – nog minstens een grootwinkelbedrijf zich in Woerden wil vestigen. Voor dit doel is ruimte gereserveerd tussen het Kerkplein en de kazerne. Ook de gevelwand tussen de Kerkstraat en Hogewoerd langs het Kerkplein zou in de toekomst uit winkels moeten gaan bestaan. Met de afbraak van de woningen tussen de molen en de kazerne (het Willemshof en de
voormalige
garage
Langeslag)
wordt
parkeerruimte
gecreëerd.
Andere
parkeerconcentraties zijn aan de Achterstraat op het terrein van de St. Jozefschool en de Nieuwe Markt. Waar sloop niet noodzakelijk is, verdient renovatie de voorkeur. Het stratenpatroon wordt als belangrijk historisch gegeven genomen. Primair moet het doorgaande verkeer uit de binnenstad, maar in elk geval uit de Rijnstraat. Dat kan via de Meulmansweg, Kruittorenweg, Wilhelminaweg en Oostdam. Bij de inspraakronde in februari 1976 komt zowel het creëren van parkeerruimte op de plaats van het Willemshof als de vestiging van een tweede grootwinkelbedrijf in de omgeving van de Hogewoerd niet meer voor.
Voorstraat In het najaar van 1975 is besloten om de Voorstraat in te richten als voetgangersgebied en het asfalt te vervangen door sierbestrating. Door de jaren heen zijn diverse verkeersmaatregelen genomen die beperkingen opleggen aan het verkeer in de Voorstraat. De onduidelijkheid rond de openstelling en de toename van het aantal auto’s, waardoor de positie van de voetganger tamelijk kwetsbaar is geworden, hebben tot het besluit geleid. De Voorstraat, de Kruisstraat en een deel van de Jan de Bakkerstraat en Franse Steeg worden voetgangersgebied. Aantekening bij het besluit is dat er wel aandacht wordt gevraagd voor het parkeerprobleem. Een paar maanden later wordt een krediet beschikbaar gesteld voor een parkeeronderzoek.
Bestemmingsplan Binnenstad Voor het eerst geeft het gemeentebestuur in februari 1976 een Binnenstadskrant uit, die bedoeld is als voorbereiding op de eerste ‘hearing’ die op 11 maart wordt gehouden over vier varianten voor het uitbreiden van het winkelareaal. Een tweede ‘hearing’ volgt in mei. Hierin komen andere aspecten aan de orde, zoals wonen, bedrijven, recreatie, verkeer en
16
parkeervoorzieningen. De woongebieden ten westen van de Meulmansweg en ten zuiden van de Wilhelminaweg moeten in hun functie worden versterkt. Betere speelvoorzieningen en aandacht voor het parkeren van de auto’s van de bewoners zijn hierbij belangrijk. In de rest van de binnenstad is behoud van de woonfunctie belangrijk. De derde ‘hearing’ is in november. Niet iedereen is even enthousiast over de te verwachten verkeersdrukte op de Kruittorenweg en vooral op de Wilhelminaweg. Volgens de winkeliers worden te weinig nieuwe parkeerplaatsen gecreëerd. Zij stellen voor een aantal parkeerplaatsen op het Exercitieveld aan te leggen en parkeren op het militaire terrein in het weekend mogelijk te maken.
2.2.4
1980/1990
Herindeling ‘Den Haag’ is van mening dat Woerden naar de provincie Utrecht moet. Woerden praat dan al mee in werkgroepen die de gemeentelijke herindeling in Utrecht bespreken. De reactie van de provincie Utrecht is positief. De provincie Zuid-Holland is minder gelukkig met de plannen.
Kasteel Het kasteel is gebouwd tussen 1407 en 1415. Naast een verdedigingsrol kreeg het kasteel al snel de functie van ambtswoning voor de baljuw van het Land van Woerden en die van gevangenis. Als gevolg van wijzigingen in de belegeringstechniek werden omstreeks het midden van de zeventiende eeuw de vier hoektorens verlaagd. Na 1795 kreeg het kasteel steeds meer de functie van gevangenis. In 1872 is Woerden geen gevangenisstad meer en krijgt het kasteel met een aantal bijgebouwen de bestemming van ‘Centraal Magazijn van kleding en uitrusting’ van het Ministerie van Oorlog. Domeinen biedt het kasteel in 1980 aan de gemeente te koop aan voor meer dan een miljoen gulden en dat terwijl de restauratiekosten worden geschat op ca. zes miljoen gulden. In 1984 wordt door de St. Franciscusstichting een plan voorgelegd aan de Rijksdienst voor Monumentenzorg, waarbij het kasteel gerestaureerd wordt en weer nagenoeg rondom het water komt te liggen. Het plan gaat uit van commercieel gebruik: kantoorruimten en woningen. De kosten worden geschat op ruim acht miljoen gulden. Op korte termijn wordt een acte getekend van de gevormde Stichting van het Kasteel van Woerden, wat verwerving en restauratie van het kasteel als doel heeft gesteld. De restauratie vindt eind jaren tachtig plaats.
Herindeling De bezwaarschriften die veel inwoners van Kamerik, Harmelen en Linschoten tegen de voorgenomen herindeling van hun gemeente aan de provinciale commissie hebben gestuurd, worden in november 1985 ongegrond verklaard. Op 1 januari 1989 is de gemeentelijke herindeling een feit. Woerden, Kamerik en Zegveld vormen één Utrechtse gemeente onder de naam Woerden.
17
Verkeerscirculatieplan en parkeren Het uitvoeren van een aantal ingrijpende maatregelen in de binnenstad met als doel de Rijnstraat minder aantrekkelijk te maken blijkt politiek haalbaar te zijn. Onderdelen van het plan zijn het omdraaien van de rijrichting in de Kruittorenweg, waarvoor de aansluiting op de Wilhelminaweg aangepast moet worden, het aanpassen van het circuit bij de Hema en het aanpassen van de verkeerssituatie bij de Bonaventurakerk. De gemeenteraad besluit in april 1985 een perceel grond op de hoek van de Rijnstraat en de Wagenstraat van ongeveer 400 m² van de R.K. Bonaventuraparochie aan te kopen. Dit perceel is noodzakelijk voor de uitvoering van het verkeerscirculatieplan en om parkeergelegenheid te creëren. Na de najaarsmarkt van 1986 wordt betaald parkeren ingevoerd op de Nieuwe Markt. Voor de 59 parkeerplaatsen aan de kant van de Meulmansweg moet betaald worden. Een gedeelte bij het Gouwe College blijft vrij parkeren. Vanaf het voorjaar van 1987 heeft het verkeer uit de Rijnstraat geen voorrang meer, maar moet het voorrang verlenen. Vrijwel alle winkeliers uit de Rijnstraat zijn het oneens met deze maatregel, vanwege constante files die zouden ontstaan in de Rijnstraat.
2.2.5
1990/2000
Defensie In het najaar van 1991 lijkt de defensietop in Den Haag op korte termijn een besluit te nemen over de verplaatsing van het militair bedrijf op het Defensie-eiland. Een van de opties is een verhuizing naar het bedrijventerrein Snel en Polanen. In de zomer van 1993 wordt het personeel van het militaire bedrijf ingelicht over het in fasen verplaatsen van het bedrijf naar Soesterberg. Binnen vijf jaar moet het bedrijf uit Woerden zijn vertrokken.
2.2.6
2000/nu
Een nieuwe gemeente Op 1 januari 2001 gaat de nieuwe gemeente van Woerden van start. Deze bestaat uit de kernen: Harmelen, Kamerik, Kanis, Zegveld en Woerden. De samenvoeging met Harmelen heeft zowel gevolgen voor de inwoners als voor de gemeentelijke organisatie. In het voorjaar van 2002 wordt landelijk het dualistisch stelsel ingevoerd. De gemeenteraad en het college van burgemeester en wethouders hebben nu duidelijk gescheiden verantwoordelijkheden. Voor inwoners wordt het spreekrecht bij raadsvergaderingen ingevoerd.
Bravo De provincie, het Bestuur Regio Utrecht (BRU) en een aantal gemeenten in de regio willen samenwerken aan een oplossing voor de bereikbaarheidsproblemen in het gebied rondom de A12. Het project krijgt de naam BRAVO (Brede Regionale Aanpak Voorkomt Oponthoud). Hoewel het project een zeer hoge prioriteit heeft, is het om financiële mogelijkheden niet
18
mogelijk alles gelijktijdig uit te voeren. De maatregelen zullen tussen 2007 en 2010 tot uitvoering komen. Vooruitlopend hierop wordt gewerkt aan het ontwerpen van verschillende tracĂŠs, het aankopen van grond en het doorlopen van procedures.
Defensie-eiland In januari 2002 wordt bekendgemaakt dat de laatste medewerkers van Defensie op 1 februari de kazerne verlaten. De Dienst Domeinen biedt het eiland te koop aan. Op zich is de gemeente geĂŻnteresseerd in het eiland. Ook wil zij tijdelijk gebruikmaken van het eiland voor parkeerplaatsen. De raad stelt in juni 2003 een definitienota vast voor het Defensie-eiland. In deze nota is aangegeven hoe de gemeente denkt over de toekomstige ontwikkeling van het eiland. De nota is een basis om de onderhandelingen met Domeinen te starten. In december 2005 wordt het koopcontract getekend.
Het kasteel Het IT-bedrijf Cambridge verlaat in december 2001 het kasteel. De verslechterde marktsituatie in deze branche is de reden van het vertrek. Twee jaar later worden plannen met het kasteel bekendgemaakt. Stichting Abrona wil een deel van het kasteel huren en hier appartementen in realiseren voor mensen met een verstandelijke beperking. Ook worden er delen bestemd voor culturele en commerciĂŤle doeleinden.
2.3
Ligging plangebied in groter verband Het plangebied (Defensie-eiland) is een deel van de gemeente Woerden. Woerden heeft een aantrekkelijke locatie, gelegen in het Groene Hart in de driehoek die wordt gevormd door Amsterdam, Utrecht en Den Haag/Rotterdam. De stad Woerden behoorde tot het jaar 1989 tot de provincie Zuid-Holland en sindsdien tot de provincie Utrecht.
Afbeelding 4.3.1 Ligging Woerden in zijn omgeving
19
2.4
Het plangebied Het Defensie-eiland is ĂŠĂŠn van de deelgebieden van de binnenstad van Woerden en is tevens een Schiereiland in de Singel. Het eiland is tot het jaar 2005 eigendom geweest van het Ministerie van Defensie. In december 2005 is het officieel overgedragen aan de gemeente Woerden.
Afbeelding 4.4.1 Topografische kaart Defensie-eiland
Afbeelding 4.4.2 Satellietkaart Defensie-eiland
In 1873 kreeg het kasteel een nieuwe bestemming als Centraal Magazijn van kleding en uitrusting. Vanaf ongeveer 1880 werd er begonnen met de bouw op de buitenomwalling van onder meer een: wasserij met ketelhuis, diverse loodsen en een werkplaats voor het sorteren van textiel. Het eiland is voornamelijk gebruikt voor het wassen, drogen, spoelen, repareren en opslaan van militaire goederen van textiel - zoals uniformen en tenten - door de afdeling Intendance van de Koninklijke Landmacht. Het kasteel bleef tot 1980 in gebruik bij het ministerie van Defensie.
Afbeelding 4.4.3 De ruimtelijke ontwikkeling van het Defensie-eiland
20
2.4.1
Monumenten plangebied Monumenten in het plangebied zijn:
-
De oude wasserij (gebouw I)
-
De schoorsteen (gebouw M)
-
Wasserij/kleermakerij (gebouw B)
-
Ketelhuis (gebouw K)
Figuur 4.2.1 Bebouwing Defensie-eiland met monumenten/behouden gebouwen
21
3.
Milieuaspecten
3.1
Bodem Het gebruik van chloorhoudende oplosmiddelen voor de chemische wasserijen zijn de oorzaak van verontreiniging van de bodem. Ook is door het gebruik van (ondergrondse) opslagtanks verontreiniging ontstaan. Er is sprake van een drietal brongebieden met chloorkoolwaterstoffen waarvan er bij een ook sprake is van een verontreiniging met minerale olie en aromaten. Daarnaast is er een zestal overwegend kleine locaties die verontreinigd zijn met een minerale olie. In de bovengrond is sprake van een lichte tot sterke diffuse immobiele verontreiniging. Voor het huidige gebruik van het eiland en haar omgeving zijn geen risico’s. In het voorjaar van 2006 wordt het beeld van de verontreinigingsituatie geactualiseerd. Vervolgens wordt ook het saneringsonderzoek geactualiseerd zodat duidelijk wordt welke saneringsvarianten mogelijk zijn.
Figuur 3.1.1 Milieuaspecten m.b.t. geluid en bodem Defensie-eiland
22
3.2
Water Water en peilen: Het eiland wordt geheel omsloten door de singel. Tussen het eiland en de Oostdam zit een bredere waterloop waar het water tot zo’n 3 meter diep is. Tussen het eiland en de Prins Hendrikkade loopt een veel smaller water, waar een diepte van 1 tot 1,5 meter wordt bereikt. De oppervlakte is van het eiland is 3,6 ha en met aftrek van groen uiteinde: 3,1 ha. De omtrek van het gehele eiland bedraagt 1200 m.
Figuur 3.2.1 Water en peilen Defensie-eiland
Figuur 3.2.2 Afmetingen Defensie-eiland
23
4.
Beleid
4.1
Rijksbeleid Nota Ruimte De Tweede Kamer beslist in ons land over het kabinetsbeleid. In dit geval is dat het beleid van het ministerie van Volkshuisvesting Ruimtelijke Ordening en Milieu (VROM). Dit ministerie maakt dit beleid in vorm van een beleidsnota: de Nota Ruimte. Op de volgende pagina zijn de verschillende plankaarten met visies op ruimtelijke thema’s in hoofdlijnen weergegeven. De pijl in de kaart geeft de locatie van Woerden aan. De Nota Ruimte bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en de belangrijkste bijbehorende doelstellingen. De Nota bevat - in overeenstemming met het Hoofdlijnenakkoord van het kabinet - de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. Het gaat om de inrichtingsvraagstukken die spelen tussen nu en 2020, met een doorkijk naar het jaar 2030. In de Nota worden de hoofdlijnen van beleid aangegeven, waarbij het kabinet kiest voor 'decentraal wat kan en centraal wat moet'. Dat betekent in veel gevallen dat provincies en gemeenten aan zet zijn. Meer dan voorheen focust het Rijk zich op de Ruimtelijke Hoofdstructuur (RHS) van Nederland. Daaronder vallen onder andere zes stedelijke netwerken.
24
Figuur 4.1.1 Visies ruimtelijke thema’s uit de Nota Ruimte
25
4.2
Provinciaal beleid Streekplan Het streekplan is hét instrument van Gedeputeerde Staten (GS) om het provinciale beleid op papier te zetten. Hieronder staat de plankaart en enkele punten uit het schriftelijke streekplan (onder de pijl ligt Woerden).
Figuur 4.2.1 Plankaart Streekplan Utrecht
Enkele punten uit het schriftelijke streekplan zijn: •
A12 Oudenrijn-Woerden: Beter benutten door diverse benuttingmaatregelen, waaronder een vierde rijstrook op de zuidelijke rijbaan en een nieuwe aansluiting Woerden-oost, gerealiseerd in 2007. Op langere termijn wellicht nadere maatregelen op het gehele traject.
•
Corridor Oudenrijn-Woerden: Verbeteren ontsluiting Leidsche Rijn (uiterlijk in 2007); ontsluitingen Harmelen en Woerden (beide uiterlijk in 2010) in de richting van regionale wegen parallel lopend aan A12; op langere termijn ontsluiting Rijnenburg op het hoofdwegennet.
•
De castella: De zone van de Oude Rijn is vanaf de Romeinse tijd continu bewoond en gebruikt. De castella in het centrum van Woerden en bij de Hoge Woerd, de Romeinse grensweg bij Vleuten en De
26
Meern en de recent ontdekte resten van wachttorens in Leidsche Rijn getuigen van het belang van dit onderdeel van de Romeinse Limes, en geven aan hoe archeologisch waardevol dit gebied is.
4.3
Gemeentelijk beleid Met meer gedetailleerde uitwerkingen op het Rijks- en Provinciale beleid heeft de gemeente bepaalde doelstellingen gemaakt om naar te streven. Dit heeft zich vertaald in een “Nota van Uitgangspunten� van de gemeente Woerden. Hieronder staan de relevante en beknopte stand- en uitgangspunten van de gemeente weergegeven.
Bodem -
In het kader van het Belvedère project wordt een pilot gestart om de nog aanwezige kleiruggen beter zichtbaar te maken, te behouden en/of te versterken.
-
Locaties met vervuilde bodems zoveel mogelijk saneren.
Water -
In samenwerking met de waterbeheerders en andere partijen zal onderzocht worden hoeveel extra waterberging gerealiseerd moet worden en waar dit het best gerealiseerd kan worden;
-
In samenwerking met de waterbeheerders en andere partijen zal onderzocht worden hoe de problematiek van de cultuurhistorisch waardevolle bebouwing in relatie tot waterpeilen opgelost kan worden.
-
Het nieuwe bestemmingsplan wordt onderworpen aan de watertoets.
Landschap Het gemeentelijk beleid zal zich wat betreft het aspect landschap vooral moeten richten op het voorkomen van de aantasting van de verschijningsvorm van het landschap. Vanuit landschappelijk oogmerk kan het volgende beleid per landschappelijke eenheid geformuleerd worden. Oeverwallen: Een verdichting van de oeverwallen van de Oude Rijn met nieuwe bouwpercelen of landgoederen is onder voorwaarden mogelijk; met name in of aansluitend aan de kernrandzone bij Geestdorp en Breeveld passen nieuwe landgoederen meer in de gegroeide historische structuur. Komgronden en veenontginningslandschap: -
Behoud van de openheid van de grootschalige gebieden;
-
Behoud van het karakteristieke verkavelingpatroon;
-
Behoud van het patroon van kades;
27
-
Concentratie van bebouwing in de ontginningslinten, waarbij nieuwe bebouwing op de agrarische bouwpercelen zo veel mogelijk achter de bestaande bebouwing wordt gesitueerd en adequaat van landschappelijke inpassing wordt voorzien; behoud van de doorzichten naar het achterliggende landschap;
-
Versterking van de beplanting en onder voorwaarden zijn er nieuwe agrarische bouwpercelen mogelijk in de bestaande weg- en lintstructuur.
Cultuurhistorie -
Bij cultuurhistorisch waardevolle elementen wordt de voorkeur gegeven aan stimuleren in plaats van regelgeving.
-
Aan het verkavelingpatroon en andere kenmerken is de ontginningsgeschiedenis van het landschap nog duidelijk af te lezen. Behoud van het karakteristieke verkavelingpatroon en overige lijnvormige elementen in het landschap die iets over de ontginningsgeschiedenis vertellen
(kades,
wegenpatroon,
kanalen
en
weteringen,
erfbeplanting
langs
de
ontginningslinten) is van belang. -
Behoud van de karakteristieke ontginningslinten in het plangebied. Zowel de structuur van de ontginningslinten, als de daar voorkomende monumentale bebouwing, dient behouden te blijven.
-
Behoud van monumentale bomen.
-
Voorkomen van aantasting van archeologische waarden.
-
Stimulering van het behoud en de versterking van de cultuurhistorisch waardevolle bebouwing en elementen via het Belvedèreproject.
-
Bijzondere watergangen, waarvan bekend is dat ze vanwege de hoge cultuurhistorische waarde niet kunnen worden gedempt, krijgen de bestemming water. Agrarisch natuurbeheer
-
Alleen teelten ten behoeve van veehouderijbedrijven zijn toegestaan in het veenweidegebied.
-
Geen nieuwe vestigingen buiten de bestaande lint- en wegstructuur.
-
Een ALN-bestemming ter bescherming van de aanwezige natuurwaarden in het toekomstig reservaatgebied in de polders Rietveld en de Bree.
-
Gezien de activiteiten van de agrarische natuurvereniging ‘De Utrechtse Venen’, wordt geen verder aanlegvergunningenstelsel vereist ter bescherming van de verspreid voorkomende natuurwaarden, zodat planologische schaduwwerking van agrarisch natuurbeheer zoveel mogelijk achterwege blijft.
-
De inspanningsverplichting zal in een convenant met de agrarische natuurvereniging worden vastgelegd. Ecologische structuur
-
Bestaande natuurgebieden worden als zodanig bestemd.
-
Het toekomstige reservaatgebied in de polders Rietveld en de Bree zal bestemd worden als ALN-gebied met na realisatie een wijziging naar de bestemming natuur.
28
-
De toekomstige uitbreiding van de schraalgraslanden in de Meije met maximaal 21 ha aan de westzijde en de ecologische verbindingszones zullen na realisatie gewijzigd worden naar de bestemming natuur.
Recreatie Er bestaat behoefte aan verbetering en uitbreiding van recreatievoorzieningen. Nieuwe ontwikkelingen op het gebied van recreatie kunnen alleen worden toegelaten als ze passen binnen het beleid. Dat houdt in dat: -
Recreatieactiviteiten, die gericht zijn op het ervaren van de leefomgeving passen in het veenweidegebied;
-
Sportieve recreatie en grootschalige verblijfsrecreatie alleen op de oeverwallen en dichtbij de kernen gerealiseerd kan worden;
-
Dagrecreatie met name in en om de kernen en op de huidige recreatieterreinen dient plaats te vinden.
-
De agrarische sector kan een belangrijke rol spelen in het recreatief medegebruik van het landelijk gebied. Recreatieactiviteiten die passen binnen het kader van verbrede landbouw moeten mogelijk worden gemaakt.
-
Nieuwe initiatieven op het gebied van recreatie zouden zoveel mogelijk van vrijkomende agrarische bebouwing gebruik moeten maken.
-
Realiseren van voldoende recreatieve voorzieningen in het landelijk gebied, waarbij recreatief medegebruik van agrarisch gebied mogelijk is.
-
Realisering van een recreatieplas en mogelijke andere recreatievoorzieningen in Cattenbroek bij Snel en Polanen.
-
Recreatie dient de agrarische bedrijfsvoering zo min mogelijk te belemmeren
Wonen -
In principe mag het aantal burgerwoningen in het landelijk gebied niet toenemen.
-
Hierop kan een uitzondering worden gemaakt bij woningsplitsing van een karakteristiek hoofdgebouw en bewoning van cultuurhistorisch waardevolle bijgebouwen, als hiermee het behoud ervan kan worden gewaarborgd. Dan is geen sloop en herbouw mogelijk.
-
Sloop en herbouw van een bestaande woning is wel mogelijk conform de getrapte regeling van het bestemmingsplan Buitengebied van Harmelen, namelijk tot maximaal 500 m3 als de woning nu kleiner is dan 450 m3 en bij een grotere woning is uitbreiding mogelijk met 10% tot een maximum van 600 m3
-
Nieuwe landgoederen kunnen na afweging alleen in- of aansluitend op de kernrandzone van de oeverwallen in Breeveld en Geestdorp.
-
De ‘ruimte voor ruimte’ regeling (sloop van minimaal 1.000 m2 niet-cultuurhistorisch waardevolle bedrijfsbebouwing voor een extra woning) is onder voorwaarden mogelijk.
29
Niet-agrarische bedrijven -
Bestaande niet-agrarische bedrijven moeten kunnen blijven voortbestaan en afgewogen wordt of zij nog maximaal 15 – 20% uitbreidingsmogelijkheden hebben;
-
Ongewenste en/of hinderlijke niet-agrarische bedrijven dienen gesaneerd, gesloopt of verplaatst te worden, waarbij in geval van een dergelijke sanering of sloop de ‘ruimte voor ruimte’ regeling toegepast kan worden;
-
Functiewijziging van voormalige agrarische bedrijven naar niet-agrarische bedrijven is onder voorwaarden mogelijk (zie paragraaf 6.4)
-
Bij functiewijziging van vrijkomende agrarische bedrijfsbebouwing wordt aan de nieuwe nietagrarische bedrijven geen toekomstige uitbreidingsmogelijkheden meer toegestaan, die de in de huidige bestemmingsplannen bestaande niet-agrarische bedrijven na beoordeling mogelijk wel nog hebben.
-
De Hazekade, Molenweg en Mijzijde zijn niet geschikt voor niet-agrarische bedrijven met veel zwaar verkeer.
-
De smalle gebiedsontsluitingswegen zijn minder geschikt voor zeer verkeersaantrekkende functies.
30
DEEL 2:
ANALYSE HUIDIGE SITUATIE
31
5.
Actorenanalyse en krachtenveldanalyse Het doel van de omgevingsanalyse is het in kaart brengen van de betrokken actoren bij een (ruimtelijke) opgave. In de omgeving van Defensie-eiland spelen actoren en factoren een rol. De actoren zijn in de volgende omgevingen uiteen gezet: -
politiek-bestuurlijke omgeving;
-
institutionele omgeving;
-
projectontwikkelaars, bouwbedrijven;
-
corporaties;
-
bewoners / gebruikers.
Figuur 1: Verdeling actoren m.b.t. plangebied Defensie-eiland, Woerden
5.1
Politiek-bestuurlijke omgeving Gemeente Woerden
Belang:
De gemeente heeft het eiland aangekocht met als doel woningbouw en eventueel andere functies te realiseren en om grip te houden op de beoogde kwaliteit. Het Defensie-eiland is een locatie van grote betekenis.
32
Het biedt Woerden een uitgelezen kans om - grenzend aan het huidige centrum van Woerden - woningbouw in een historische context te ontwikkelen.
Soort invloed:
De gemeente, die het Defensie-eiland als ‘een eiland van alle Woerdenaren’ beschouwd, wil alle inwoners betrekken bij de plannen voor deze locatie.
Kracht:
De Gemeente Woerden bepaalt de te volgen aanbestedingsprocedure en heeft de mogelijkheid om de ontwikkelaar te selecteren.
Dilemma’s:
Ondanks ver gevorderde plannen, bestaan er over de invulling van het eiland onder de politieke partijen in de Gemeente Woerden nog altijd verschillen van mening. De PVDA en Groenlinks vinden dat Defensieeiland onderdeel moet uitmaken van een groter stadsplan. Het Algemeen Dagblad AD op 30 september 2005 schrijft er het volgende over: ,,Een plan dat als kern een trein- en busstation heeft en waaromheen dus veel meer mensen goed kunnen wonen, dichtbij openbaar vervoer’.’ Circa 256 huizen op het Defensie-eiland met een ondergrondse garage vindt Kwakkenbos persoonlijk geldsmijterij. Een grote garage met een flinke woontoren erop, dat zet pas zoden aan de dijk, is zijn overtuiging.
Provincie Utrecht Belang:
De Provincie Utrecht coördineert het gemeentelijk beleid. Zo zijn de moeizame onderhandelingen over de verwerving van het eiland door tussenkomst van de Provincie Utrecht vlotgetrokken, waarbij nu een akkoord is bereikt tussen de gemeente en Domeinen, eigenaar van onder meer rijksgebouwen en militaire terreinen.
Soort invloed:
De Provincie Utrecht dient bij elke ruimtelijke opgave geïnformeerd te worden. Met de verwerving van het Defensie-eiland zijn vele miljoenen gemoeid. De overeenkomst bestaat uit een veelvoud van afspraken, waarin zowel provincie als gemeente zijn verantwoordelijkheid neemt. Zo zijn onder andere afspraken gemaakt over de financiële risico’s van bodemsanering en archeologie. De Provincie Utrecht draagt bij vanuit het Stimuleringsfonds en het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing.
Kracht:
De Provincie Utrecht stelt regels op en coördineert het gemeentelijk beleid, waar de Gemeente Woerden zich aan dient te houden.
33
Dilemma’s:
5.2
n.v.t.
Projectontwikkelaars/Bouwbedrijven De ontwikkelaar / aannemer(s) voor de aanbesteding zijn in deze fase nog niet bekend.
Belang:
Neemt de woningbouw op het Defensie-eiland ter hand.
Soort invloed:
De gemeente wil pas na o.a. samenspraak met de burgers de definitieve eisen vaststellen waar de plannen van de ontwikkelaars straks aan moeten voldoen.
Kracht:
Uitvoerende partij; Het is de bedoeling dat de gehele ontwikkelingsopgave (slopen, saneren, bouw- en woonrijpmaken, aanleg infra, woningbouw) door en voor rekening van een ontwikkelende partij wordt uitgevoerd.
Dilemma’s:
De uitgangspunten; Deze dienen voor het te realiseren plan en de voorwaarden waaraan een ontwikkelaar / aannemer moet voldoen, scherp te worden geformuleerd. Bij de keuze van een ontwikkelaar moet vooraf helder worden aangegeven, aan de hand van objectieve wegingcriteria, waarop en met welke zwaarte er wordt geselecteerd. Als de selectie van de ontwikkelende partij door de gemeente zouden worden gewijzigd, is de kans aanmerkelijk dat dit leidt tot een schadeclaim en/of de noodzaak om de aanbesteding over te doen. Dit kan leiden tot forse vertraging.
5.3
Institutionele omgeving De Kabath Vastgoedbescherming
Belang:
Met ‘De Kabath Vastgoedbescherming’ heeft de gemeente Woerden een contract afgesloten voor antikraakwacht en het dagelijks onderhoud. Doordat er op het terrein monumenten staan, zet de gemeente het contract met de organisatie voort. Dit voorkomt eventuele kraakacties op het terrein zolang er nog niet gewerkt wordt.
Soort invloed:
Informatie verschaffen op het gebied van antikraak.
Kracht:
n.v.t.
34
Dilemma’s:
n.v.t.
Utrechtse Stichting voor het INdustrieel Erfgoed (USINE)
Belang:
Het Defensie-eiland staat in de top 20 van belangrijkste industriële monumenten in de provincie Utrecht, zoals ze op de lijst van USINE staan.
Soort invloed:
De Utrechtse Stichting voor Industrieel Erfgoed (USINE) ontplooit de nodige activiteiten, zoals het uitbrengen van advies aan diverse instellingen en diensten op het gebied van monumentenbescherming. Ook worden, waar nodig, onderbouwde adviezen uitgebracht of ondersteund, om belangrijke objecten of complexen op een gemeentelijke of landelijke monumentenlijst te plaatsen.
Kracht:
Advies van USINE is niet bindend voor een gemeente. Contact zoeken met USINE is echter belangrijk om door gezamenlijk optrekken een breder draagvlak te scheppen. USINE is ook aangesloten bij de nieuwe stichting van de provincie, 'Erfgoed en Landschap Utrecht'.
Dilemma’s:
Gebouw I, de was-, spoel- en sorteerinrichting uit 1916 met de bijbehorende schoorsteen uit 1947,
is aangewezen als gemeentelijk
monument. Derhalve moet er zorg gedragen voor de bescherming hiervan tijdens de bouw en tussenliggende periodes.
Vierstroom
Belang:
Vierstroom is een organisatie in Woerden voor thuiszorg, ouder - en kindzorg en maatschappelijke dienstverlening.
Soort invloed:
Informeren m.b.t. tot de mogelijkheden voor maatschappelijk werk voor de toekomstige bewoners van Defensie-Eiland.
Kracht:
Vierstroom heeft een omvang van ruim 64.000 leden en vertegenwoordigd daarmee een grote groep gebruikers in Woerden en Midden-Nederland.
Dilemma’s:
n.v.t.
35
5.4
Corporaties SWW
Belang:
De SWW wil en kan een belangrijke rol spelen bij het beheer, verkoop en verhuur door toekomstige woningen op te kopen op het Defensie-eiland.
Soort invloed:
De SWW wil geïnformeerd worden gedurende het gehele project.
Kracht:
De SWW vertegenwoordigd ruim 15.000 klanten in en rondom Woerden. Het is daarom aan te raden de SWW te betrekken in het planproces, om zodoende het draagvlak voor deze opgave te vergroten. Ook de belangenvereniging binnenstad Woerden (BBW) is hier een voorstander van.
Dilemma’s:
5.5
De eventuele rol van de SWW in het planproces.
Bewoners/Gebruikers Belangenvereniging Binnenstadbewoners Woerden (begeleid door DUBBEL)
Belang:
De gemeente wil pas na samenspraak met de burgers de definitieve eisen vaststellen waar de plannen van de ontwikkelaars straks aan moeten voldoen.
Soort invloed:
De inwoners – verenigd in bovengenoemde belangenvereniging - van Woerden is door de gemeente gevraagd om mee te praten over de ontwikkelingen op het Defensie-eiland. DUBBEL levert een bijdrage aan het participatietraject voor de inwoners. Het bedrijf verzorgde o.a. workshops tijdens de ontwerpsessie in een grote loods op Defensie-eiland.
Kracht:
De burgers hebben op het gebied van aanzien en omvang veel macht. Mede daarom nodigt de gemeente in een serie bijeenkomsten haar inwoners uit om mee te praten en te denken over de invulling van het Defensie-eiland. De eerste fase staat in het teken van het verzamelen van de thema's en gedachten die er leven. In de tweede fase worden al deze aspecten samengevoegd in een openbaar ontwerpproces. In dit ontwerpproces levert DUBBEL haar bijdrage.
Dilemma’s:
De bewoners van de binnenstad in Woerden zijn kwaad op de gemeente.
36
De vergevorderde plannen om 230 tot 280 appartementen te bouwen op het terrein van het defensie-eiland vallen niet in goede aarde. De bewoners vrezen dat het er teveel zijn en dat er te hoog zal worden gebouwd. Bovendien vinden de bewoners dat de historische binnenstad van Woerden er teveel door wordt aangetast. Ten tweede zijn er nog geen concrete plannen over welke betekenis - op het gebied van stedelijke activiteiten en evenementen - het gebied in de tussenliggende periode kan krijgen.
37
6.
Stedenbouwkundige situatie Defensie-eiland en binnenstad
6.1
Kevin Lynch-analyse Op het eiland zijn een aantal kenmerkende oriëntatieobjecten. Het meest opvallende is wel het ‘Grandkasteel Woerden’ (1), die is via de Oostdam te bereiken. Hierin vinden bruiloften en vergaderingen plaats, er is ook een ruimte ingericht voor een brasserie. Op een afstand van ongeveer 50 meter vanaf het ‘Grandkasteel Woerden’ ligt de Bonaventura Kerk. Overige kenmerkende gebouwen in het stadscentrum zijn: de Petrus Kerk, de Watertoren, de molen ‘de Windhond’ en natuurlijk het oude stadhuis. Achter het ‘Grandkasteel’ ligt het Defensie-eiland. Gezien de korte afstand tot het kasteel, de kerk en het winkelcentrum, ligt het eiland in het centrum binnen de singel. Dit brengt een aantal mogelijkheden maar ook beperkingen met zich mee, want de functie van het eiland is sterk afhankelijk van zijn omgeving. Het eiland is te bereiken via de Oostdam en Wilhelminaweg. Kortom het eiland is goed bereikbaar én ligt zeer dicht bij de belangrijkste functies van Woerden, met een authentiek stadscentrum om de hoek.
Figuur 6.1.1 Kaart van Woerden
38
6.2
Korrelgrootte Woerden Van de voorgevelbreedte is het begrip korrelgrootte afgeleid: de gemiddelde vanuit de bestaande situatie afgeleide pandbreedte in een straatwand of gedeelte daarvan. Daarbij worden bijzondere situaties met uitzonderlijk brede gevels beschouwd als uitzonderingen en niet meegerekend. Het begrip korrelgrootte is een belangrijke indicator voor de beleving van de stad. De ritmiek van voorgevelbreedtes bepaalt voor een belangrijk deel de karakteristiek van een straatwand. Zoals bij bijna alle binnensteden, zijn de gevels afkomstig uit de vorige eeuwen. Vroeger bouwde men geen huis dat hetzelfde is als die ernaast, of verder. Dit geeft een gevarieerd gevel aanzicht. Ook in Woerden is dit het geval. Vooral op het eiland, dat zich het centrum van Woerden mag noemen, zijn er vele verschillende gevels. Deze stammen allemaal uit dezelfde tijd. In het winkelcentrum van Woerden zijn de authentieke gevels echter omgetoverd in commerciële uithangborden voor de winkels. De rest van het centrum geeft nog wel een goede indruk van hoe het er oorspronkelijk heeft uitgezien. Deze variatie in gevels geeft een grote fijnmazigheid aan. Deze korrelgrootte is ook te bepalen voor in de hoogte, hier gaan we in op de hogere gebouwen. Gebouwen die daarvoor in aanmerking komen zijn de kerk en het kasteel. Aangezien er in de nabije omtrek geen andere gebouwen zijn met dezelfde kenmerken (lees: hoogte), kan er niet meer gesproken worden van een fijne korrelgrootte maar meer van twee blokken (vanaf een plattegrond gezien) die verder geen structuur weergeeft, oftewel grofmazig. De woningen/gebouwen van het centrum hebben echter allemaal – ongeveer – dezelfde hoogte, hierover kan gezegd worden dat hierin de korrelgrootte weer fijn is.
39
6.3
Kappenkaart
Figuur 6.3.1 Kappenkaart Defensie-eiland en omgeving
Op deze kaart is te zien welke richting de nok van de huizen heeft. Daarmee is globaal het stadsgezicht af te lezen van een kaart. Het geeft ook een indicatie van een erfgrens. De lichtbruine kruisjes geven de platte daken aan. Voor de rest is de infrastructuur grijs gekleurd en het terrein rond de kerk en kasteel groen, om men zich zo eenvoudig mogelijk te kunnen oriĂŤnteren.
40
6.4
Grote bomen openbaar en privĂŠ gebied
Figuur 6.4.1 Bomenkaart Defensie-eiland
Hierboven is te zien waar de grotere bomen staan, met een groen cirkeltje is het bladerdak weergegeven. Dit is tevens om aan te geven welke invloed de bomen hebben op zicht lijnen in de omgeving. Zo te zien zijn er op Defensie-eiland een aantal bomen, deze zijn niet allemaal van dezelfde grootte. Als er vanuit gegaan wordt dat er veel groen in de omgeving moet zijn/blijven, dan is het verstandig om zo’n bomenkaart bij de hand te houden.
41
6.5
Functiekaart Defensie-eiland en binnenstad Woerden
Figuur 6.5.1 Functiekaart binnenstad Woerden
In grote lijnen is, op deze kaart hierboven, uitgezet welke functie waar te vinden is. De ‘prominente’ winkels van Woerden zijn te vinden in het lila-kleurige gebied. Daar vindt men alle voorzieningen die nodig zijn. Grote warenhuizen zal men er echter niet aantreffen. Dit winkelcentrum is omringt door woningen, in het oranje aangegeven. Voor eventuele nieuwe bewoners op het Defensie-eiland is de locatie van het eiland zelf een top locatie. Het ligt vrij dicht bij het NS-Station en op loop afstand van winkels, waaronder een supermarkt ten westen van de kerk. Dit vormt een mooie mogelijkheden om de nieuwe bewoners zo min mogelijk de auto te gebruiken, waardoor de leefbaarheid stijgt, maar de bereikbaarheid er niet minder op wordt.
42
7.
Wegenstructuur binnenstad
7.1
Gemotoriseerd verkeer Woerden heeft een moeilijke wegenstructuur. Al het verkeer wat van buiten de stad komt moet via het centrum richting de A12 of via de uitvalswegen naar de omliggende dorpen, zoals te zien is op figuur 7.1.1.
Figuur 7.1.1 Wegenstructuur en problemen Woerden
Dit geeft in het centrum grote problemen. De huidige structuur kan de grote verkeersintensiteit niet aan en dus staat het verkeer regelmatig vast in het centrum. Op een paar uitzonderingen zijn de meeste wegen waar al het doorgaande en het bestemmingsverkeer overgaat tweebaanswegen. Het meest voorkomende type ontsluitingsweg in het centrum van Woerden is de ontsluitingsweg type b. Buiten het oude centrum is er sprake van ontsluitingswegen type a. In Woerden ontbreekt het eigenlijk aan goede stroomwegen. Deze zouden de hoge intensiteit beter aan moeten kunnen en zouden bijvoorbeeld om het centrum kunnen worden geleid. Een ringweg of randwegen als vervangende stroomwegen (bv. vierbaanswegen met een maximum snelheid van 70 km/h) zouden wellicht een goede oplossing zijn. Een ander probleem is dat de wegen de structuur hebben aangenomen van het oude centrum, dus bijvoorbeeld langs de singel en de grachten. De wegen lopen zelden recht en af en toe moet er flink worden omgereden. Bijvoorbeeld van het centrum naar het treinstation. Ook levert het eenrichtingsverkeer rondom de oude binnenstad problemen op. Automobilisten
43
van buiten de stad raken de weg kwijt en ook hier moet soms flink worden omgereden. Een ander punt in het kader van ‘Duurzaam Veilig’, is dat er te veel conflictsituaties zijn tussen gemotoriseerd verkeer en langzaam verkeer. De loop- en fietsroutes van en naar het centrum kruisen hier en daar de hoofdwegen en door de drukte ontstaan daardoor nog wel eens vreemde situaties en (bijna) ongelukken. Ook het niet in werking zijn van de verkeerslichten bij de Stationsweg draagt daartoe bij.
7.2
Langzaam verkeer Woerden kent redelijk veel fietsroutes. Deze worden over het algemeen ook veel gebruikt. De afstanden in Woerden zijn niet erg groot, dus de fiets is een populair vervoersmiddel onder de bewoners. Toch is het fietsnetwerk niet perfect en zijn er uiteraard de nodige aandachtspunten. De langzaam verkeerroutes lopen veelal langs de hoofdwegen van Woerden. Daardoor zijn er uiteraard veel conflictpunten waar te nemen langs deze routes. Soms zijn er vrij liggende fietspaden en in andere gevallen zijn er suggestiestroken. Het komt ook voor dat het er totaal aan een fietspad ontbreekt. Dit brengt onveilige situaties met zich mee. Bijvoorbeeld op het kruispunt met de Polanerbaan en de Stationsweg (foto 7.2.1). Dit kruispunt wordt veel gebruikt om van het centrum bij het station te komen. Ook is het een kruispunt met een zeer hoge auto-intensiteit. De aanwezige verkeerslichten staan op nonactief, omdat men denkt dat de doorstroming dan beter zal zijn. Dit kruispunt scoort hoog in de lijst met ongevallen (kaart 2). Aanpassing van dit kruispunt is daarom tevens gewenst. Ook is een nieuwe verbinding via het Defensie-eiland een mogelijke oplossing. Deze zou dan ook gebruikt kunnen worden door voetgangers.
Foto 7.2.1 Kruispunt Polanerbaan-Stationsweg
44
Kaart 7.2.2 Verkeersongevallen Woerden 2001-2003
7.3
Openbaar vervoer Woerden kent ĂŠĂŠn NS-treinstation. Het station ligt ten zuidoosten van de binnenstad en op een kleine 600 meter lopen vanaf de binnenstad. Elk kwartier gaat er een trein richting Utrecht en een trein richting Gouda. Elk half uur gaan er treinen richting Amsterdam en Leiden. Veel mensen die wonen in Woerden en werken in Utrecht maken veel gebruik van de treinverbinding met Utrecht. In de toekomst zal Woerden deel uitgaan maken van het zogehete Randstadspoor. Dit is een snelle (lightrail) verbinding die de steden in de provincie Utrecht met elkaar zal verbinden. Bij het station ligt ook het busstation. Eigenlijk is het geen echt busstation, maar zijn het voornamelijk haltes. Aan de noordkant is een halte en aan de zuidkant van het treinstation is tevens een halte. Bij de noordkant stopt buslijn 10 en die gaat via het centrum en het ziekenhuis naar de zuidzijde van het station. Buslijn 12 rijdt de tegengestelde richting. Ook vertrekt er vanuit Woerden een bus (lijn 128) naar Utrecht. Ook rijden er nog twee streeklijnen richting Mijdrecht en Breukelen.
45
8.
Kentekenonderzoek Gegevens -
Locatie:
Oostdam - Polanenbaan en omgeving.
-
Doel:
Indruk krijgen van verkeersintensiteiten, verkeersstromen en verkeerssamenstelling.
-
Tijdstip:
Voor betrouwbare gegevens is de ochtendspits tussen 08.00 uur en 09.00 uur een goed tijdvak om dit onderzoek te doen.
-
Theorie:
Gemeenten willen graag weten hoeveel doorgaand verkeer er door hun dorp rijdt, waar ze vandaan komen en wat hun bestemming is. Dit kan van belang zijn voor bijvoorbeeld de planning van wegen.
Figuur 8.1 Locatie kentekenonderzoek
46
8.1
Wat is een kentekenonderzoek? Een kentekenonderzoek is een onderzoek waarbij - op een aantal wegdoorsneden in een gebied – kentekens worden waargenomen. Dit met als doel te achterhalen welke routes worden gereden of om te bepalen of het doorgaand- of bestemmingsverkeer is. Meestal vormen de waarnemingspunten samen een denkbeeldige waarnemingslijn rondom een bepaald gebied. Dit heet een cordon. Naast een buitencordon – dat het hele onderzoeksgebied omsluit – worden vaak nog een of meer binnencordons vastgesteld. Hierbij wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van fysieke barrières, zoals spoorlijnen of kanalen. Een groot kentekenonderzoek kan meer dan vijftig waarnemingspunten omvatten met vijf tot tien afgesloten binnencordons. Het is overigens evengoed mogelijk dat er op slechts twee of drie punten wordt waargenomen. Door per waarnemingspunt de waargenomen kentekens te vergelijken, kan worden bepaald hoeveel voertuigen op twee of meer punten zijn waargenomen. Van elk individueel kenteken kan wordt bepaald welke route dit voertuig heeft afgelegd. Indien het binnen een vooraf gestelde tijd niet op de grens van een cordon wordt waargenomen, kan men aannemen dat het voertuig in het gebied is gebleven en daarmee dus tot de groep bestemmingsverkeer wordt gerekend. Het resultaat van een kentekenonderzoek is een matrix waarin een overzicht wordt gegeven van het verkeer van alle vastgestelde gebieden naar alle andere vastgestelde gebieden. Ook kan worden bepaald hoeveel verkeer zijn herkomst en bestemming buiten het vastgestelde gebied heeft (doorgaand verkeer), welk verkeer van buiten het gebied komt en de bestemming in het gebied (extern ingaand verkeer), welk verkeer van binnen het gebied komt en de bestemming buiten het gebied heeft (intern uitgaand verkeer) en tenslotte het verkeer dat zijn herkomst en bestemming binnen het gebied heeft (intern bestemmingsverkeer).
Figuur 8.1.1 Doorgaan, extern en intern verkeer
47
8.2
Waarvoor kan een kentekenonderzoek gebruikt worden? Kentekenonderzoeken worden gebruikt voor verschillende (verkeerskundige) doeleinden: -
Om routes te bepalen die automobilisten rijden door een bepaald gebied. Dit kan variëren van routes over enkele kruispunten tot routes die zich uitstrekken tot tientallen kilometers lengte.
-
Om de omvang te bepalen van verkeersstromen in een bepaald gebied of tussen twee of meer waarnemingspunten.
-
Om de omvang te bepalen van het doorgaand verkeer, het herkomstverkeer en het bestemmingsverkeer.
-
Om de omvang van het sluipverkeer te bepalen.
-
Om de reissnelheden op bepaalde trajecten te meten.
8.3
Hoe wordt een kentekenonderzoek gehouden? Voordat het onderzoek plaatsvindt, wordt op een plattegrond vastgesteld wat de omvang van het onderzoeksgebied is. Vervolgens worden de cordons vastgesteld, waarbij in ieder geval moet worden gezorgd dat deze cordons gesloten zijn. Het mag niet voorkomen dat achteraf blijkt dat er een mogelijkheid was om tijdens het onderzoek van het ene naar het andere gebied te rijden zonder te zijn waargenomen door één van de onderzoekers. Er wordt tevens ingeschat wat de reistijd van alle mogelijke schakels is: de reistijd van waarnemingspunt naar waarnemingspunt. Bij de verwerking wordt een kenteken als doorgaand verkeer beschouwd als het op twee punten is waargenomen en als het verschil tussen de twee waarnemingen op het eerste punt en de waarneming op het tweede punt ongeveer gelijk is aan de gestelde doorrijtijd. Zo niet, dan wordt verondersteld dat het kenteken in het gebied een bestemming heeft gehad. Na vaststelling van de cordons, dient de onderzoeker ter plaatse altijd nog te controleren of misschien wegen zijn vergeten, of er eenrichtingswegen zijn en of er wegen met geslotenverklaringen zijn. Er wordt dan eveneens bepaald hoeveel waarnemers er per waarnemingspunt nodig zijn om alle kentekens goed te kunnen waarnemen. Daarbij is de snelheid van registreren mede van belang. Tips: -
Schrijf met potlood op het formulier.
-
Spreek de kentekens in op cassetterecorders.
-
Neem het onderzoek op met een videorecorder. Het registreren en plannen van personeel kan variëren van één persoon in een ‘kleine woonstraat’ die alle passerende kentekens per richting opschrijft tot meer dan tien personen die met een cassetterecorder en/of videorecorder ieder de kentekens op een rijstrook van een drukke invalsweg waarnemen.
48
In principe worden bij lage intensiteiten alle kentekens opgeschreven. Bij het noteren worden alleen de laatste vier karakters genoteerd. Met name bij hoge intensiteiten is de kans op fouten bij het waarnemen van alle zes karakters te groot. Het verkeer rijdt te snel en te dicht op elkaar dat het zelfs mondeling niet is bij te houden. Een nadeel van het noteren van alleen de laatste vier karakters, is dat de kans aanwezig is dat er ten onrechte kentekens aan elkaar gekoppeld worden. Deze kans is juist weer kleiner wanneer alle zes karakters worden genoteerd. Door de samenstelling van de kentekens in het Nederlandse wagenpark, is het aan te raden de laatste vier karakters te nemen en niet de eerste vier (nieuwe kentekens hebben vaak dezelfde beginnende karakters).
8.4
Conclusie kentekenonderzoek Woerden
49
9.
Parkeerdruk/-duuronderzoek centrum Gegevens -
Locatie:
Wagenstraat - Havenstraat en omgeving.
-
Doel:
Indruk krijgen het aantal geparkeerde auto’s op een bepaald tijdstip en in hoeverre er een (eventueel) parkeerprobleem bestaat.
-
Tijdstip:
Voor dit onderzoek kunnen het best verschillende tijdstippen op een dag worden aangehouden.
-
Theorie:
Een veel voorkomende vorm van verkeersonderzoek is een parkeeronderzoek . In veel gemeenten is het parkeerbeleid een ‘hot item’ en spreekt het veel burgers direct aan. Parkeeronderzoek wordt onderscheiden in:
Parkeerdruk: hoeveel parkeerders staan op een specifiek moment op een specifieke locatie.
Parkeerduur: hoe lang maakt een parkeerder gebruik van een specifieke parkeerplaats.
Figuur 9.1 Locatie parkeerdruk-/duuronderzoek
9.1
Parkeerdruk Indien een parkeerdrukmeting wordt uitgevoerd, levert dit een beeld op van de hoeveelheid voertuigen dit in een bepaald gebied geparkeerd staan. Gedurende het onderzoek wordt door één of meerdere waarnemers diverse keren achter elkaar een van te voren vastgestelde route afgelegd. Dit kan elk uur zijn, of meerdere keren per dag. De waarnemer noteert per sectie het
50
aantal geparkeerde voertuigen. Deze secties kunnen (delen van) straten zijn of (afgesloten) parkeerpleinen. Meerdere secties samen vormen een sector (gebied). Desgewenst kan onderscheid worden gemaakt naar parkeercategorie, zoals ‘vrij parkeren’, ‘particulier’, ‘belanghebbenden’, ‘vergunninghouders’, ‘gereserveerd’, ‘betaalautomaten’, ‘parkeermeters’, etc. Ook fout of illegaal geparkeerde voertuigen kunnen worden geregistreerd. Indien het totaal aantal beschikbare parkeerplaatsen per sectie wordt bepaald (de parkeercapaciteit), dan kan informatie worden verkregen over het daadwerkelijke gebruik (de bezettingsgraad) en de beschikbaarheid van de parkeervoorzieningen. Om indruk te krijgen van het aantal parkeerplaatsen dat wordt bezet door bewoners, kan worden volstaan door ’s nachts een telling uit te voeren. De parkeerdrukmethode kan onder meer gebruikt worden voor: -
Het lokaliseren van parkeerproblemen.
-
Het in kaart brengen van de omvang en de duur van de parkeerproblemen.
-
Het verkrijgen van inzicht in het feitelijke gebruik en behoefte van parkeerplaatsen gedurende een dag, week, maand, jaar, etc.
-
Het meten van de omvang van fout of illegaal parkeren.
-
Het bepalen van trends in het parkeren.
-
Het onderbouwen of evalueren van het parkeerbeleid in een gebied of gemeente. Een nadeel van deze methode is dat het uitsluitend een beeld geeft van het aantal geparkeerde voertuigen. Het geeft nog geen inzicht in de parkeerduur van het voertuig en ook niet met welk motief het voertuig staat geparkeerd.
Figuur 9.1.1 Voorbeeld van een kaart met parkeerdrukte
51
9.2
Parkeerdruk in Woerden Omdat het Defensie-eiland dicht bij het centrum ligt, is er een onderzoek gedaan naar de parkeerdruk in twee parkeerstraten om te weten te komen of er op het Defensie-eiland extra parkeerplaatsen nodig zijn voor het centrum. Voor het onderzoek zijn de Havenstraat en de Wagenstraat gekozen. Hieronder vind u de gegevens van het parkeerdruk onderzoek. Havenstraat
Wagenstraat
12:30
14:00
12:45
14:15
Leeg
2
3
70
51
Tijdelijk
3
4
22
44
Vergunning
17
18
32
30
Ontheffing
3
0
1
0
Invalide p.p.
0
0
3 (leeg)
3 (leeg)
Totaal
25
25
128
128
Laden en lossen
2
3
0
0
Parkeerautomaat 2
2
2
2
28 Maart 2007
Te zien is dat de Havenstraat in totaal 25 parkeerplekken en de Wagenstraat 128 parkeerplekken heeft. Dit grote verschil zit hem in het feit dat de Wagenstraat een parkeerterrein heeft en bij de Havenstraat kan er alleen langs de weg geparkeerd worden. Hieronder staan puntsgewijs wat feiten naar aanleiding van het parkeerdruk onderzoek. •
Op geen van de twee tijdstippen waren de parkeerplaatsen van de Havenstraat helemaal vol, dit geldt ook voor de Wagenstraat.
•
De Havenstraat heeft wel een hoge parkeerdruk (gemiddeld staat de havenstraat voor 90% vol), veelal zijn dit vergunningshouders (gemiddeld 70% van de geparkeerde auto’s). Dit betekent dat voornamelijk mensen uit de buurt hier parkeren.
•
De Wagenstraat heeft, dankzij de grote hoeveelheid parkeerplekken, een lagere parkeerdruk (gemiddelde zo’n 53%). Hiervan is zo’n 24% vergunningshouder.
•
De tijdelijke bezoekers in de Havenstraat zijn te verwaarlozen (14%), in de Wagenstraat is dit aantal aanzienlijk hoger (26%).
•
De Wagenstraat heeft drie parkeerplekken voor invaliden, maar deze worden waarschijnlijk nauwelijks gebruikt.
•
De vergunninghouders behoren bijna allemaal tot winkels.
•
Laden en lossen is aangegeven door middel van een gele rand en een bord.
52
De conclusie van deze feiten is dat de parkeerplaatsen nooit ten volle worden benut, alhoewel de parkeerplaatsen in de Havenstraat aardig tegen hun maximum liepen. Mochten de parkeerplekken in de Havenstraat toch vol raken, kunnen bezoekers altijd nog in de Wagenstraat parkeren, die ĂŠĂŠn straat verder ligt. Het aantal bezoekers aan de parkeerplaatsen mag dan wel fluctueren, toch zal deze fluctuatie nooit zo sterk zijn dat er geen parkeerplekken meer zijn voor bezoekers. Daarnaast is hieruit wel af te lezen dat de bezoekers van beide straten kort parkeren voor een snelle boodschap of iets wat uit de binnenstad gehaald kan worden. Uit de resultaten van dit onderzoek blijkt dat er voldoende parkeerplekken voor het centrum van Woerden zijn en dat er geen noodzaak is dat er parkeerplekken op het Defensie-eiland komen.
53
10.
Parkeerenquête binnenstad Om een duidelijk overzicht te krijgen van de parkeerproblemen in de binnenstad van Woerden, wordt er een parkeerenquête opgesteld. Dit is nodig om zo eventuele problemen in kaart te brengen, zodat deze in een later stadium kunnen worden verbeterd. Deze enquête zal een duidelijk beeld geven van de parkeerder in het centrum in de omgeving van de Havenstraat (op Figuur 10.1 met rood aangegeven). De enquête zal uitgedeeld worden op in de directe omgeving van de Havenstraat aan parkeerders en bewoners van het gebied. De enquêtes kunnen dan via de post geretourneerd worden. Bij de enquête zal een begeleidende brief zitten waarin het nut en de noodzaak van de enquête wordt uitgelegd. Ook zal er een adres bij komen te staan waarnaar de enquête (gratis) kan worden geretourneerd.
Figuur 10.1 De Havenstraat
54
10.1
Begeleidende brief
Woerden, xx-xx-20xx
Geachte heer/mevrouw,
Zoals u misschien zelf ook al heeft gemerkt, zijn er in het centrum van Woerden diverse klachten ontstaan over de huidige situatie rondom het huidige parkeerbeleid. Om de diverse problemen in kaart te brengen nodigt de gemeente Woerden u als bewoner uit om deze enquête in te vullen (mits ouder dan 18 jaar). Wij zullen de verkregen gegevens ordenen, waardoor er meer duidelijkheid kan worden geschept wat betreft de problemen rond het parkeerbeleid. De enquête kunt u vinden in het supplement. Het invullen van de enquête neemt hooguit tien minuten van uw tijd in beslag. Als u de enquête heeft ingevuld kunt u hem ongefrankeerd naar het volgende adres retourneren:
Gemeente Woerden Blekerijlaan 14 3447 GR Woerden
Wij danken u bij voorbaat voor uw medewerking.
Hoogachtend,
Namens de gemeente en projectgroep VESPA, Bart van Leeuwen
55
10.2
EnquĂŞte
1.
Wat is uw geslacht?
O
man
O
vrouw
2.
Wat is uw leeftijd?
O
>18; <30
O
>30; <55
O
>55
3.
Ik doe mee aan deze enquĂŞte als zijnde....
O
inwoner van Woerden
O
ondernemer/werknemer van een bedrijf in Woerden
O
een bezoeker van buiten Woerden
4.
Heeft u de beschikking over een auto?
O
ja
O
nee
5.
Hoe vaak per week komt u met de auto in het centrum van Woerden?
O
< 1 keer
O
2 tot 5 keer
O
> 5 keer
6.
Als u parkeert in het centrum van Woerden, wat is dan de duur van het parkeren?
O
<0,5 uur
O
>0,5 uur; <1,5 uur
O
>1,5 uur; <3 uur
O
>3 uur
7.
Wat vindt u van de beschikbaarheid van de parkeerplaatsen in het centrum?
O
goed
O
voldoende
O
onvoldoende
O
weet ik niet/geen mening
56
8.
Wat vindt u van de kwaliteit van de parkeerplaatsen in het centrum?
O
goed
O
voldoende
O
onvoldoende
O
weet ik niet/geen mening
9.
Zou u voor invoering zijn voor parkeren voor vergunninghouders?
O
ja
O
nee
O
weet ik niet/geen mening
10.
Bent u voor verdere invoering van betaald parkeren?
O
ja
O
nee
O
weet ik niet/geen mening
11.
Worden er naar uw mening vaak autoâ&#x20AC;&#x2122;s geparkeerd buiten de parkeerplaatsen?
O
ja
O
nee
O
weet ik niet/geen mening
12.
Zou u eerder het openbaar vervoer als vervoer naar het centrum nemen als deze verbeterd (bv. gratis) zou worden?
O
ja
O
nee
O
weet ik niet/geen mening
13.
Zou u eerder met de fiets naar het centrum komen als de fietsvoorzieningen (denk aan: fietspaden, stallingen) verbeterd zou worden?
O
ja
O
nee
O
weet ik niet/geen mening
Overige opmerkingen of suggesties ....................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................... ....................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................
57
10.3
Codeboek
Vraagnr.
1.
Codering
Naam variabele
Omschrijving
Respondentnr.
Respondentnummer
Getal
Geslacht
Geslacht
1=man 2=vrouw
2.
Leeftijd
Leeftijd
1= >18; <30 2= >30; <55 3= >55
3.
4.
Relatie tot Woerden
Beschikking auto
Inwoner
1= inwoner
Ondernemer/werknemer
2= ondernemer/werknemer
Bezoeker
3= bezoeker
Wel/geen auto
1= ja 2= nee
5.
Hoe vaak auto
Hoe vaak met de auto
1= < 1 keer 2= 2 tot 5 keer 3= > 5 keer
6.
Duur parkeren
Duur parkeren
1= <0,5 uur 2= >0,5 uur; <1,5 uur 3= >1,5 uur; <3 uur 4= >3 uur
7.
Beschikbaarheid
Beschikbaarheid
1= goed
Parkeerplaatsen
2= voldoende 3= onvoldoende 4= weet ik niet/geen mening
8.
Kwaliteit
Kwaliteit parkeerplaatsen
1= goed 2= voldoende 3= onvoldoende 4= weet ik niet/geen mening
58
9.
Vergunningparkeren
Wel/geen vergunningparkeren 1= ja 2= nee 3= weet ik niet/geen mening
10.
Betaald parkeren
Wel/geen betaald parkeren
1= ja 2= nee 3= weet ik niet/geen mening
11.
Fout parkeren
Wel/niet fout parkeren
1= ja 2= nee 3= weet ik niet/geen mening
12.
Openbaar vervoer
Wel/geen openbaar vervoer
1= ja 2= nee 3= weet ik niet/geen mening
13.
Fietsvoorzieningen
Betere fietsvoorzieningen
1= ja 2= nee 3= weet ik niet/geen mening
59
11.
SWOT-analyse In de SWOT analyse komen de sterke en zwakke punten van het plangebied naar voren, alsmede de mogelijkheden en bedreigingen. Deze vier punten worden afzonderlijk behandeld, daarna volgt een strategie.
11.1
Sterke punten Het Defensie-eiland in Woerden is een ruwe diamant. Het gebied heeft een grote potentiĂŤle mogelijkheden, voornamelijk door de ligging. Als eerste sterke punt daarom de ligging in Woerden. Het Defensie-eiland ligt in de historische binnenstad van Woerden, vlakbij het station en het centrum. Uit deze gegevens blijkt dat het eventueel mogelijk is om het eiland om te toveren tot een fantastische woonlocatie. Ten tweede is een sterk punt van het Defensie-eiland de ligging in Nederland. Het ligt zo goed als midden in het land - op een steenworp afstand van Utrecht - en omringd door snelwegen die zich vertakken over de rest van het land. In theorie kan je vanuit deze locatie binnen twee uur overal in het land komen. Mede door de gunstige ligging zijn er veel bedrijven die zich zijn gaan vestigen in en rondom Woerden, waardoor het voor eventuele mensen van binnen en buiten Woerden makkelijk wordt om een baan te vinden. Ten slotte lost het Defensie-eiland een gedeelte van de bereikbaarheidsproblemen op. Dit lijkt op het eerste gezicht misschien vreemd, omdat er meer autoâ&#x20AC;&#x2122;s door het centrum heen moeten om naar huis of werk te gaan, maar door het Defensieeiland loopt een fietsroute met aansluitend een brug over de gracht. Dit verbetert de veiligheid van de fietser en de doorstroming van het autoverkeer bij de omliggende straten. De veiligheid van de fietsers wordt verbeterd omdat de fietser dan niet meer over een fietspad te rijden over een uitgetrokken kruispunt. Hierbij worden ze vaak over het hoofd gezien door automobilisten. Met de fietsroute die de fietsers om dit kruispunt heen leidt, wordt de veiligheid van de fietsers sterk verbeterd. Daarnaast zorgt deze omleiding van de fietsers er ook voor dat de doorstroming van het kruispunt verbeterd, doordat de automobilisten niet meer hoeven te wachten. Hierdoor wordt de doorstroming bevordert en krijgt het kruispunt een hogere capaciteit.
11.2
Zwakke punten Het eerste zwakke punt van het Defensie-eiland is de bereikbaarheid. Zowel in Woerden zelf als in Nederland. Ondanks dat de doorstroming in de omliggende straten wordt verbeterd ten opzichte van de huidige situatie, blijft de doorstroming slecht. Vooral tijdens de spitsuren is er bijna geen doorstroming in en rondom het Woerdense centrum. Daarnaast ligt Woerden wel in het centrum van Nederland, maar dat wil nog niet betekenen dat de Woerdenaren overal snel zijn. Vlak langs Woerden zelf ligt de A12, iets verder weg liggen ook nog de A2, de A27 en de A28. Het gebied ligt daarnaast in en wordt omringd door stukken snelweg die jaarlijks in de file
60
top tien staan. De bereikbaarheid van Woerden zelf is vaak beroerd. Het tweede zwakke punt van het Defensie-eiland is de ligging bij het spoor. De rand van het gebied ligt namelijk tussen de 50 en 150 meter van het spoor. Tel daar het drukke treinverkeer tussen Utrecht - Den Haag en Utrecht - Rotterdam bij op en concludeer dat de overlast op het terrein vrij groot is. Het derde en laatste punt is dat er een aantal gebouwen/bouwwerken behouden moeten worden. Het gaat hierbij om o.a. de oude wasserij, de schoorsteen, de wasserij/kleermakerij en het ketelhuis. Deze gebouwen staan niet op de meest logische plekken, waardoor de ruimte niet zo verdeeld kan worden als dat gemoeten zou worden. Ondanks dat het eiland zijn karakter als defensie-eiland door deze bouwwerken behoudt, zijn ze van dusdanig weinig waarde en kwaliteit dat slopen een betere oplossing geweest zou zijn.
11.3
Mogelijkheden Zoals eerder genoemd, heeft het Defensie-eiland grote potentiële mogelijkheden. Het is vanwege de ligging een fantastische binnenstedelijke locatie, die met de juiste invulling van de ruimte de mogelijkheid heeft om een nog betere binnenstedelijke locatie te worden, door een combinatie van rust en activiteiten, horeca en wonen. Deze verschillende aspecten maken van het eiland een grote aanwinst voor het centrum van Woerden. Daarnaast is er door de goede ligging de mogelijkheid om op een relatief klein stuk grond en grote verscheidenheid aan woningbouw te laten plaatsvinden. Door de gewildheid van de grond kan er voor elke klasse gebouwd worden. Zowel de sociale klasse als de hoge inkomensklasse leven samen op het eiland. Het eiland wordt een model van hoe er later gewoond gaat worden. De laatste mogelijkheid van het eiland is het verfraaien van de Woerdense binnenstad. Mits goed uitgevoerd en met de goede architecten kan het eiland echt een aanvulling worden op de rest van het centrum. Nu is het eigenlijk een lelijk stuk grond, maar na de voltooiing van het plan kan Woerden pas echt trots zijn op hun centrum.
11.4
Bedreigingen De eerste bedreiging van het Defensie-eiland is de financiële haalbaarheid. Er is ten eerste zware bodemverontreiniging in het gebied. Om dit te saneren is veel geld nodig. Daarnaast is één van de gegevens dat in het nieuw te bouwen gebied parkeren op eigen terrein in de meeste gevallen taboe is. Dit houdt in dat er een parkeergarage moet komen. Het is nog niet duidelijk of het parkeren bovengronds of ondergronds is, maar feit is dat het blik van de straat moet. Tel daar de brug over de gracht voor de fietsers bij op en duidelijk wordt dat het, financieel gezien, een moeilijk haalbaar project is. De tweede bedreiging van dit gebied is de bereikbaarheid van het gebied. Zoals eerder beschreven is deze echt dramatisch. Zowel in Woerden als in Utrecht. Mocht deze bereikbaarheid nog meer verslechteren, is het de vraag of het midden en topsegment zich willen vestigen op het Defensie-eiland. Mochten ze dit niet doen heeft dit zware gevolgen voor de financiële haalbaarheid. Ten slotte is er ook nog de
61
weerstand van de omwonenden. De meeste omwonenden hebben een sterke band met het eiland. Een behoorlijk aantal mensen hebben gewerkt op het eiland, daarnaast kent iedereen het eiland en heeft er zo zijn eigen gedachten over. Veel mensen willen dan ook niet dat het gesloopt wordt voor woningbouw.
11.5
Confrontatiematrix Aan de hand van de confrontatiematrix kan worden gekeken waar kansen en bedreigingen liggen. Hierdoor kan er een strategie worden gekozen. Zo kan er bijvoorbeeld worden gekozen tot het behoud van de monumenten en om hier een sterk punt van te maken. Dit kan door het opknappen van de monumenten en wellicht functieverandering. Daarmee verplaatsen we ‘monumenten’ van zwakke kans naar sterke kans.
Intern
STERK
ZWAK
Extern KANS
•
Ligging in Woerden
•
Bereikbaarheid
•
Ligging in Nederland
•
Spoorweg vlakbij
(Groene Hart)
BEDREIGING
(geluidsoverlast) •
Monumenten
•
Rekening houden
•
Parkeren
•
Financiële haalbaarheid
met verschillende
•
Bodemverontreiniging
belangen/actoren
62
DEEL 3:
EISEN EN ALTERNATIEVEN
63
12.
Programma van Eisen Het Stedenbouwkundig Programma van Eisen is een toetsingsinstrument en een communicatiemiddel. Het geeft richtlijnen, eisen en specifieke punten. Het is ook wel de ‘rode draad’ in het projectproces. Meestal wordt het opgesteld door de opdrachtnemer en de opdrachtgever. De opdrachtnemer kan zijn: het ontwerpteam, adviseurs, projectontwikkelaars, etc. Bij het opstellen van het SPvE moet rekening worden gehouden met diverse beleidsstukken, wensen van bewoners en alle andere actoren die betrokken zijn bij het project. Het is van groot belang dat alle belangen worden afgewogen. Door alle sectoren (wonen, groen, monumenten, verkeer) langs te lopen, kan worden gecontroleerd of het SPvE dekkend is. Daarnaast geldt: hoe concreter de eisen worden gesteld, hoe beperkter de ontwerpruimte. Dit SPvE is verdeeld in randvoorwaarden en richtlijnen/uitgangspunten.
•
Randvoorwaarden: de eisen waarvan niet mag worden afgeweken.
•
Richtlijnen/uitgangspunten: geven een richting aan, waarvan enigszins mag worden afgeweken.
12.1
Plangebied Het plangebied wordt begrensd door de Prins Hendrikkade en de Oostdam aan de noordwestzijde en door de Singelgracht aan de zuidoostzijde. Daarnaast wordt de totale oppervlakte van 3,6 hectare (met aftrek van groen uiteinde: 3,1 hectare) omringd door de Singelgracht. De totale omtrek van het eiland bedraagt 1200 meter.
12.2
Randvoorwaarden
•
Luchtkwaliteit, geluidshinder, fijnstof, watereisen/-kwaliteit
•
Behoud monumenten
•
Verkeersfaciliteiten
•
Bereikbaar OV/hulpdiensten
•
300 parkeerplaatsen (parkeernorm)
•
Parkeren bewoners met vergunning
•
Sanering van de grond
•
Zichtlijnen/vrije zone rondom kasteel
•
Maximaal vier bouwlagen met accenten
64
•
Rekening houden met vigerende beleidsdocumenten
•
Minimaal 15% sociale woningbouw en 85% vrije sector
•
Rekening houden met de drie scenario’s van BRAVO (i.v.m. kunstwerken en reeds gemaakte aanpassingen in de omgeving)
•
12.3
Verbinding binnenstad tot station = fiets/voetgangersbrug en rotonde
Richtlijnen/uitgangspunten
•
Aantal woningen: tussen de 230-270
•
Passend in de omgeving: woningen combineren met groen, water en monumenten
•
Aansluiten bij de bestaande stedenbouwkundige faciliteiten
•
Groene en rustige woonomgeving
•
Woningdifferentiatie/Woningbouw voor alle lagen van de bevolking
•
Sociale veiligheid (bv. door het plaatsen van goede verlichting)
•
Creëren speelmogelijkheden
•
Een kostenefficiënte grondexploitatie
•
Rekening houden met toekomstige verkeerssituatie, goede doorstroming voor weggebruikers
•
Geen openbare parkeerplaatsen
•
Voldoen aan de eisen van Duurzaam Veilig (duidelijke wegcategorisering, afmeting, belijning).
65
13.
Alternatief I: Wonen in het groen(e hart) In Nederland is altijd vraag naar wonen in het groen. Het is niet wenselijk om een te hoog bouwvolume te plannen op het Defensie-eiland, omdat het ingaat tegen de wensen van de bewoners. Dit zou namelijk de historische binnenstad van Woerden teniet kunnen doen. Daarnaast is er een sprong gemaakt naar de ligging van Woerden in het nationale landschap ‘Het Groene Hart’, waarin gestreefd wordt naar het behoud en vernieuwing van groen en historisch erfgoed.
Figuur 13.1 Het Groene Hart, Nederland
13.1
Visie De opzet van het alternatief wonen in het groen(e hart) is een parkachtige wijk, waarin veel bomen en gras in samenhang gaan met de parkvilla’s en de parkappartementen, die verspreid staan over het gehele eiland en waar gemotoriseerd verkeer beperkt is. De bestaande monumenten op Defensie-eiland blijven gehandhaafd en worden geïntegreerd in het groen. Een groene openbare ruimte zorgt voor een natuurlijke eenheid binnen de wijk. De villa’s en appartementen worden zo geplaatst dat er belangrijke zichtlijnen naar de historische (binnen)stad van Woerden lopen. Op diverse plekken langs de singel komen er aanlegsteigers, waarmee via kleine bootjes gevaren kan worden naar de overkant. Het is daarmee de bedoeling om het Defensie-eiland te verbinden met zijn historische omgeving en niet te isoleren. De keuze voor parkeren onder de grond maakt het mogelijk om op het eiland op grote schaal een combinatie te creëren van wonen, recreëren en natuur. Eén weg om alle woningcomplexen – die elk over een eigen ondergrondse parkeergelegenheid beschikken – zorgt ervoor dat de woningen ontsloten worden. Verder komen er paden die bestemd zijn voor wandelaars en fietsers. Door de parkachtige opzet kunnen kinderen in bijna het gehele gebied vrij spelen. Daarbij kan er ook gedacht worden aan bijzondere speelvoorzieningen die gemaakt zijn van natuurlijk materiaal om in te klimmen en te 'apenkooien'.
66
Het Defensie-eiland heeft net als een echt park een ontmoetingsfunctie met bewust gecreëerde verblijfplaatsen. Een voorbeeld van een zodanig speciale plek kan een terras van een café zijn gelegen aan het park of een plein. Een andere optie is het creëren van (semi)private ontmoetingsplaatsen, zoals binnentuinen van de parkappartementen. Om het parkkarakter te versterken is de keuze van de te planten bomen belangrijk. Prima keuzes hierin zouden kastanjebomen en zomereiken zijn. Om het park zo open mogelijk te houden kan er beter niet teveel onderbegroeiing (zoals heesters of struiken) komen. Zoals eerder gezegd kan een plein zorgen voor een ontmoetingsfunctie. Een plein met een verharde ondergrond die dan op een natuurlijke wijze kan worden geïntegreerd in de groene omgeving. Als bestrating kan er gekozen voor Portugees graniet, dat op een mooiere manier slijt dan betonproducten. Tevens is een dergelijk plein een mooi decor voor de bewoner van de omliggende woningcomplexen die erop uitkijken.
13.2
Referentiebeelden Afbeeldingen referentiebeelden
Figuur 13.2.1 Referentiebeeld Parkvilla
Figuur 13.2.2 Referentiebeeld Parkappartementen
67
Referentie: Chasséterrein Breda Het Chasséterrein is een voormalig exercitieveld in de binnenstad van Breda. De kans die ontstond toen het terrein werd vrijgegeven, heeft de gemeente gegrepen. Niet alleen om een flink aantal woningen in de binnenstad te kunnen bouwen, maar ook om er een bijzondere stedenbouwkundige interpretatie aan te geven. Met de metafoor ‘campus’ werd aangeduid dat de bouwblokken verstrooid zijn opgezet in een samenhangende groene omgeving. Door concentratie van de woningen in bouwblokken is 78% van het terrein onbebouwd gebleven. Ondanks de hoge dichtheid is er dus toch sprake van veel openbare ruimte. De bestaande militaire bebouwing wordt nu gebruikt voor nieuwe culturele voorzieningen. Daarnaast heeft het Chassé-theater uitbreiding gerealiseerd op het terrein. Door het parkeren ondergronds op te lossen, blijven de verkeersvoorzieningen tot een minimum beperkt. Juist door het idee van een campus en de wijze waarop West 8 (architectenbureau) de openbare ruimte invulde - als een veld van eiken - is dit project een goed voorbeeld van groen wonen in de bestaande stad. Interessant is de hoge dichtheid, die meteen ook wijst op de kwetsbaarheid. Om die dichtheid te realiseren, zijn bouwblokken tot dertien etages hoog nodig. Hoe zich dat in de praktijk verhoudt tot de groene ruimte, moet nog blijken.
13.3
Planeconomische quick-scan In het planvisie van het alternatief “Wonen in het groene hart” zijn de keuzes kenbaar gemaakt en uiteengezet. De grondexploitatie voorziet in de financiele verantwoording van deze keuzes. Omdat de planvisie nog in het concept stadium is kan er slechts een global overzicht worden gegeven van de financiële gevolgen, de zogenaamde Quick scan. De Quick scan hieronder geeft schematisch de kosten en opbrengsten weer. Bouwkosten Stichtingskosten 3000 m2 bvo Parkvilla 6300 m2 bvo Park appartementen 6300 m2 bvo Luxe park appartementen Subtotaal:
€2000/m2 * 3000 m2 €1000/m2 * 6300 m2 €1500/m2 * 6300 m2 €21.750.000
Sanering Bouw en woonrijp maken Planontwikkeling/rente Koopsom Defensie eiland Kosten totaal:
€6.000.000 €3.000.000 €2.000.000 €9.000.00 €41.750.000
Opbrengsten bouwprogramma Opbrengsten woningen (exclusief 19% BTW) Residuele grondwaarde Opbrengsten totaal:
€31.711.500 €10.000.00 €41.711.500
Eindtotaal: €41.750.000 - €41.711.500 =
€ - 38.500
Met een bescheiden verlies op de grondexploitatie is de globale weergave van de kosten en opbrengsten een verantwoording voor verdere uitwerking van deze planvisie.
68
13.4
Kaarten Vlekkenplan
69
Verkeersstructuurkaart
70
14.
Alternatief II: Stedelijk wonen
14.1
Visie De ligging van het Defensie-eiland tussen het station en het centrum heeft grote kansen. De locatie is uitermate geschikt om het eiland een stedelijke uitstraling te geven. Het gehele eiland gaat op de schop. De schoorsteenpijp wordt een herkenningspunt op het eiland en blijft dus behouden en wordt zonodig gerenoveerd. Ook wordt deze pijp in de spotlight gezet. Een oude loods heeft een dermate historische waarde dat die ook blijft staan. Deze wordt opgeknapt en hierin komt horeca. Rondom het kasteel komt een klein park waarvan je een mooi zicht hebt op het kasteel. Ook wordt er een zichtlijn vrij gehouden vanaf het station naar het kasteel. Het eiland is goed te bereiken via de nieuwe langzaam verkeersbrug vanaf het station. Deze brug verbindt tevens het centrum met het station waardoor er een nieuwe route ontstaat. Het zal een drukke route worden wat het eiland ten goede komt en het een stedelijke uitstraling zal geven. Horeca zal zich hier graag willen vestigen. Aan de oostkant van het eiland komt een wandelboulevard langs het water. Met de auto is het eiland te bereiken via de Oostdam. Gelijk aan deze ontsluitingsweg ligt de garage die plaats bied aan circa 300 autoâ&#x20AC;&#x2122;s. deze is bedoeld voor bezoekers van het eiland en voor het centrum van Woerden. Gebruikers van de garage zullen een uurtarief moeten betalen bij het verlaten van de garage. Op het eiland zelf zal er alleen geparkeerd kunnen worden door bewoners (vergunninghouders). de parkeerplaatsen voor de bewoners zullen verdiept liggen onder de bouwblokken. Deze zijn alleen toegankelijk voor bewoners. Voor bezoekers voor de horeca en bewoners zullen een aantal parkeer vakken worden aangelegd. Het uurtarief hier zal wel hoger zijn als in de garage op het eiland. De woningen zullen een mix worden van sociale, middenklasse en luxe woningen. Het gewenste type woningen is op het gehele eiland appartementen. Op het noordelijke deel van het eiland komen twee woontorens van circa 8 a 10 hoog. Centraal op het eiland rondom de schoorsteen ligt een plein met daaraan horeca met erboven appartementen die variĂŤren in hoogte van 4 tot 6 hoog. Op het zuidelijk deel staan grote appartementen blokken van 6 hoog.
71
14.2
Referentiebeelden
Schoorsteenpijp /\
kasteel /\
KNSM eiland Amsterdam /\
72
KNSM eiland Amsterdam /\
Dordrecht binnenstad woontoren /\ 73
14.3
Planeconomische quick-scan
â&#x20AC;Ś
74
14.4
Kaarten Vlekkenplan
75
15.
Alternatief III: Fietsen op het eiland
15.1
Visie Fietsen op het eiland, wat wordt daar onder verstaan? Het antwoord is simpel, fietsen moet namelijk de boventoon op het eiland worden. Het Defensie-eiland moet een plek worden waar fietsen en wandelen centraal staan, gevoed door geconcentreerd parkeren en veel groen. De woningen zullen variëren, er zullen gestapelde woningen, geschakelde woningen en 2-onder1 kap woningen in het plangebied komen voor diverse prijsklassen. Hierdoor ontstaat een grote diversiteit aan mensen op een relatief klein oppervlak. De fietsbestrating loopt als een leidraad door het plan heen, waardoor fietsen het snelste vervoer voor de korte afstand wordt. Hiermee willen wij bereiken dat er ten eerste meer bewogen wordt door de mens, wat zorgt voor fittere en tevreden mensen. Daarnaast is de sociale interactie met medebewoners groter dan wanneer iedereen vanuit het huis rechtstreeks de auto instapt, waardoor de buurt gezelliger wordt. Tevens komen mensen uit verschillende klassen met elkaar in aanraking, wat zorgt voor interessante conversaties en ontwikkelingen. Ten slotte zijn fietsen en wandelen milieuvriendelijke bezigheden, waardoor het, in combinatie met het aanwezige groen, een milieuvriendelijke buurt wordt. Zeker in deze tijd waarin iedereen zich bewust wil zijn van het milieu, is dit een fantastische kans om een voorbeeld te stellen voor de rest van Nederland. Zoals al eerder beschreven vormen de fietsers de belangrijkste groep in het verkeersbeeld op het eiland. Dit is ook goed te zien in het vlekkenplan, alleen de noodzakelijke wegen zijn voor auto’s, de overige zijn georiënteerd op fietsers, waarin de auto (of andersoortige gemobiliseerd verkeer), te gast is. Hierbij willen wij refereren aan een aantal straten in Houten, waarin de auto te gast is. Voor het plangebied zelf houden wij alleen de wegen die naar de parkeervoorzieningen gaan voor auto’s. De overige wegen, die ook langs de woningen lopen, zijn toegankelijk voor auto’s, maar ze mogen slechts laden en lossen bij de woning, daarna moeten de auto’s weer uit het straatbeeld verdwijnen. Zo wordt het straatbeeld strak gehouden, zonder het blik wat in het zicht staat. Er komt ook een fietsbrug over de gracht naar het station, zodat de onveilige situatie van het kruispunt naast het plangebied verholpen wordt. Daarnaast wordt ook op deze manier verwezen naar het specifieke fietsgebruik, omdat men zo sneller bij het station is dan met de auto of iets wat in de buurt ligt. Omdat het Defensie-eiland dicht bij het centrum ligt en overige voorzieningen ligt, is het ook niet nodig om de auto te gebruiken, dat wordt duidelijk gemaakt door de auto ondergeschikt te maken aan de fiets. Het ondergronds parkeren zorgt voor een schoon straatbeeld, waarin het groen extra geaccentueerd wordt. Ondanks de hogere kosten van het ondergronds parkeren zijn de baten
76
van een schone en milieuvriendelijke omgeving dusdanig groot dat hiervoor gekozen wordt. Naar de parkeergarages lopen strakke en snelle voet- en fietspaden, waardoor het tijdsverlies tot een minimum beperkt wordt. De keuze om een café/restaurant in de zuidwestelijk gelegen loods te plaatsen heeft meerdere redenen. Ten eerste hebben verschillende actoren gevraagd om een aantal panden te behouden vanwege de historische waarde. Dit pand is daar één van. Omdat het pand anders geen functie zou kunnen krijgen, is de keuze gemaakt om de bestemming daarvan tot een horecagelegenheid te maken. Ten tweede is de ligging van dit pand dermate gunstig, doordat de loods langs de verbindingszone van het station met het centrum ligt, waardoor de horecagelegenheid niet alleen mensen van binnen het plangebied zal trekken, maar ook mensen van buiten het plangebied. Het derde punt is dat de horecagelegenheid zorgt voor sfeer en gezelligheid binnen de wijk, waardoor mensen elkaar sneller ontmoeten. Daarnaast zorgt het ook voor meer activiteiten in de wijk.
15.2
Referentiebeelden Als referentiebeeld hebben wij het ouder gedeelte van Houten genomen. In het Utrechtse dorp is de auto te gast op het terrein van de fietser. Er zijn fietspaden aanwezig waar auto’s ook gebruik van mogen maken, mits ze hun snelheid dusdanig aanpassen. Om de snelheid te reduceren zullen er diverse snelheide remmende maatregelen worden gebruikt. In Houten is er gebruikt gemaakt van de zogenaamde punaise om auto’s af te laten remmen. De drempels zijn echter niet goed te zien in het donder, wat valpartijen veroorzaakt. Zaak is dus om op het Defensie-eiland fietspaden goed te verlichten.
77
15.3
Planeconomische quick-scan Voor het alternatief fietsen op het eiland is ook een planeconomische quickscan gemaakt. Uit deze quickscan is gebleken dat het project min of meer kostendekkend zal zijn. Dit is slechts een grove schatting van de meeste getallen, de werkelijke waarden kunnen afwijken.
o
Opbrengsten bouwprogramma (VON) Excl. BTW
65 miljoen 55 miljoen
o
Bouwkosten
33 miljoen
o
Kosten kunstwerk
1 miljoen
o
Kosten aanleggen fietsvoorzieningen
0,5 miljoen
o
Residuele grondwaarde
20 miljoen
o
Sanering/bouwrijp maken/planontwikkeling/rente
11 miljoen
o
Koopsom
9 miljoen
78
15.4
Kaarten Vlekkenplan
79
16.
Evaluatie
16.1
MCA Alternatieven. Een MCA is een vergelijkingsmethode die een overzichtelijke rangschikking van alternatieven tot stand brengt. Dit gebeurt door gewichten toe te kennen aan kwantitatieve en kwalitatieve beoordelingscriteria en specifieke regenregels toe te passen.
Gewogen sommering De gewogen sommering is een MCA-methode, waarbij aan de criteria gewichten worden toegekend op basis van hun relatieve belang. De scores worden vermenigvuldigd met de bijbehorende gewichten en vervolgens per alternatief gesommeerd. Op basis van de resulterende totaalscore per alternatief wordt een totale rangorde bepaald.
Alternatief Omschrijving 1
Alternatief wonen in het groen(e hart); Een parkachtige wijk, waarin veel bomen en gras in samenhang gaan met parkvillaâ&#x20AC;&#x2122;s en parkappartementen, en waar beperkt gemotoriseerd verkeer mogelijk is.
2
Wonen in stedelijke omgeving; wonen op een top locatie midden in de stad. Het defensie eiland als een gezellig en druk punt in Woerden. Mooie architectuur met een stedelijke uitstraling.
3
Fietsen op Defensie-Eiland; Een wijk met als uitgangspunt de fiets, dat is waar het defensie-eiland zich uitermate goed voor leent. Het gemotoriseerde verkeer is te midden van een groene oase te gast in deze buurt.
De drie alternatieven worden op zes criteria beoordeeld, te weten: kosten en baten, milieueffecten, ruimtelijke veiligheid, sociale impact, uitvoeringstijd en water.
16.1.1 Kosten en baten
Alternatief wonen in het groen(e hart) De kosten en baten houden elkaar in verhouding, omdat er 250 (sociale) woningen worden gebouwd, wat daarmee niet afwijkt van de door de gemeente gewenste en kostenneutraal berekende hoeveelheid voor Defensie-eiland.
Wonen in stedelijke omgeving Dit plan is winstgevend. Er zullen relatief veel woningen worden gebouwd waarvoor een hoge prijs gevraagd kan worden(toplocatie). De vraag van de gemeente Woerden om 250 woningen te bouwen op het eiland zal overtreden worden. Hierdoor wordt het plan kosten dekkend.
80
Fietsen op Defensie-eiland De baten zullen waarschijnlijk de kosten overtreffen, omdat er 250 woningen worden geplaatst op het eiland. De straten zullen georiĂŤnteerd zijn op het fietsgebruik, wat in deze tijd met een milieubewust gebruik een fantastisch plan is.
16.1.2 Milieueffecten
Alternatief wonen in het groen(e hart) Een parkachtige wijk zorgt voor een vermindering van o.a. geluids- en stofoverlast. De woningen en recreatiemogelijkheden worden aangelegd zonder het natuurlijk evenwicht te verstoren, doordat dit kan worden gerealiseerd met het planten van vele bomen, kleinen planten en gras. Door de bomen en kleine planten zullen dieren voedsel, beschutting en nestelgelegenheid vinden. Met name nectarrijke bloemen in de (binnen)tuinen van de parkappartementen zullen insecten aantrekken die weer belangrijk voedsel zijn voor vogels, knaagdieren en vele andere diertjes. Tevens wordt de bestrating voor de aanleg van terrassen en andere (half)verharding, en speelvoorzieningen van milieuvriendelijk materiaal gemaakt.
Wonen in stedelijke omgeving Dit plan zal geen tot weinig effect hebben op het milieu. Wel zal vanwege de geplande parkeergarage de geluids- en stofoverlast iets toenemen maar wel binnen de gestelde grenzen. De gekapte bomen op het eiland zullen terug komen op een centrale plek op het eiland.
Fietsen op Defensie-Eiland Doordat de fiets de voornaamste verplaatsing zal worden op het eiland, zijn de milieueffecten gunstig. Veel groen en een park zorgen voor een groene omgeving waarin uitgerust en gerecreĂŤerd kan worden.
16.1.3 Ruimtelijke veiligheid
Alternatief wonen in het groen(e hart) De beperking van het gemotoriseerd verkeer en de vele bomen langs de weg zorgen voor grootste
vermindering
van
gevaarlijke
verkeerssituaties.
Het
aanbrengen
van
ontmoetingsfuncties in de wijk zorgt tevens voor sociale controle, doordat de mensen elkaar kennen. Op de donkere plekken zorgt verlichting voor een vergroting van het veiligheidsgevoel.
81
Wonen in stedelijke omgeving De veiligheid zal beter worden dan de huidige situatie. Fietser en wandelaars krijgen een veiligere ontsluiting naar en van het centrum. Gemotoriseerd verkeer dient zich aan de 30 km zone te houden die op het gehele eiland word ingesteld te houden.
Fietsen op Defensie-Eiland Op het gebied van verkeersveiligheid is het alternatief fietsen op het eiland de onbetwiste nummer 1! Het eiland is zo ontworpen dat auto’s er zo min mogelijk te zoeken hebben en daardoor kunnen kinderen en senioren onbezorgd spelen of fietsen. Het aanbrengen van veel verlichting langs de wegen zorgt ervoor dat fietsers ’s avonds en ’s nachts weinig tot geen gevoel van onveiligheid kennen. Speelplekken en andere hoekjes zullen zo ingericht worden dat hangjongeren zo zichtbaar mogelijk worden opgesteld, waardoor er op die plekken geen rare dingen kunnen gebeuren.
16.1.4 Sociale impact
Alternatief wonen in het groen(e hart) Bewoners komen elkaar tegen in de parkeergarage, in de gezamenlijke binnentuinen of op een van de vele andere ontmoetingsplekken zoals het centrale plein of het café. Dit zorgt voor een goede sociale impact via een combinatie van alledaagse en vluchtige sociale interacties, sociale controle, en gedeelde normen over het wonen en samenleven in de buurt. Nieuwe bewoners kiezen bewust Defensie-eiland, waarin iedereen als ‘nieuwkomer’ begint, en dat uit zich over het algemeen in een actieve participatie en inzet voor de buurt.
Wonen in stedelijke omgeving Door de hogere dichtheid van de woningen op het eiland zal de sociale controle hoog zijn. Ook de horeca functies op het eiland dragen hier aan bij. Door goede verlichting langs de wegen en fietspaden op het eiland moeten mensen zich ook s’nachts hier veilig voelen.
Fietsen op Defensie-Eiland De bewoners van het defensie-eiland zullen elkaar snel leren kennen. Of ze nou met de auto gaan of op de fiets, ze komen elkaar vaak genoeg tegen. Als de bewoners met de auto gaan moeten ze eerst nog een stuk lopen naar de parkeergelegenheden in het gebied, als de bewoners met de fiets gaan kunnen ze gezellig met elkaar fietsen. Daarnaast zorgen het centrale plein en het café voor voldoende gezelligheid. Met de binnenstad op loopafstand kunnen de bewoners in het weekend lopend naar de binnenstad. De sociale impact is met dit alternatief groot.
82
16.1.5 Uitvoeringstijd
Alternatief wonen in het groen(e hart) Groengebieden hebben over het algemeen een lange voorbereiding- en uitvoeringstijd, en verwacht wordt dat het project pas na tien jaar gereed kan zijn. Om dit in te korten kan de fasering geknipt worden in een aantal fases. Voor elke fase, zoals voor de sloop, beplanting van het park en woningbouw wordt dan een apart plan gemaakt.
Wonen in stedelijke omgeving Dit is een grootschalig project want in fases opgeleverd dient te worden. Dit om overlast te minimaliseren. Dit realiseren van dit alternatief zou in principe van sloop naar oplevering zo,n 5 a 6 jaar duren.
Fietsen op Defensie-Eiland De uitvoeringstijd is niet langer of korter dan normaal gesproken, want het enige verschil met een normaal gebied is dat de auto niet de boventoon voert. Het enige wat voor een iets langere tijd zorgt is de parkeergarage. Bij het in fases uitvoeren van het plan is het plan in zoâ&#x20AC;&#x2122;n 5 a 6 jaar klaar.
16.1.6 Water
Alternatief wonen in het groen(e hart) Door de singel bij het bij het project te betrekken willen de recreatieve mogelijkheden en de kansen van het water voor de bewoners goed te benutten. Ook zorgt de vele natuur voor weinig water overlast na hevige regenval.
Wonen in stedelijke omgeving Het water omringt het eiland. We doorbreken dit door een brug aan te leggen voor langzaamverkeer. Het water gebruiken we ook in het alternatief om het eiland een mooiere stedelijke uitstraling te geven. Er wordt een wandelboulevard aangelegd langs de singel.
Fietsen op Defensie-Eiland Door de singel bij het bij het project te betrekken willen de recreatieve mogelijkheden en de kansen van het water voor de bewoners goed te benutten. Ook zorgt de vele natuur voor weinig water overlast na hevige regenval.
83
Tabel 1: Multi Criteria Analyse
Sociale impact
Uitvoeringstijd
Water
++
++
+
-
+
Alternatief 2
42
+
+
++
++
+
Alternatief 3
42
++
+
++
++
baten (X3)
veiligheid (X2)
+
Ruimtelijke
42
(X2)
Kosten en
Alternatief 1
sommering
Milieueffecten
Testoordeel
Gewogen
(X3) = gewichtsfactor. ++ = zeer goed (5 punten), + = goed (4),
= redelijk (3), - = matig (2), -- = slecht (1).
84
Bronnen Beroepsproduct: Omgevingsanalyse -
Projectboek, Project Woerden, Hogeschool Utrecht 2006-2007
-
www.keicentrum.nl
-
www.woerden.nl
-
www.sww.nl
-
www.vierstroom.nl
-
www.usine-utrecht.nl
Beroepsproduct: Cultuurhistorisch onderzoek en inventarisatie van monumenten -
http://maps.google.nl/
-
http://www.groenehartarchieven.nl/encyclopedie_item.asp?docnaam=w45,02-032007
-
http://home.hccnet.nl/jan.arkesteijn/stadjes/Woerden/Woerden.html
-
folder van het Defensie-eiland, www.woerden.nl
-
http://www.woerden.nl/download/47342/cd/bebouwing+defensie-eiland_1970.pdf
-
949-heden, ‘Hoochwoert enzo’, De ontwikkeling van de Woerdense binnenstad, 1e druk, 2006 Gemeente Woerden
Beroepsproduct: Wegenstructuur binnenstad -
www.rov-utrecht.nl
-
www.ns.nl
-
www.bba.nl
-
dictaat verkeerskunde deel 2 ontwerp igo 569
Beroepsproduct: Kentekenonderzoek en parkeerdruk-/duuronderzoek -
http://www.dekijkdooswoerden.nl/routebeschrijving.htm
-
http://woerden.dkcms.nl/default/verkeerenvervoer/parkeren/parkeren/id_7316
-
http://www.maps.goole.nl
-
Dictaat Verkeerskunde “Theorie kentekenonderzoek en parkeerdruk/- duuronderzoek”
Beroepsproduct: Milieuaspecten -
bron: folder defensie eiland, www.woerden.nl
Beroepsproduct: Alternatief I Wonen in het groen(e hart) -
www.groenwonen.alterra.nl
-
www.breda.nl
85
Quickscan Fietsen op het eiland -
http://zbs.denhaag.nl/risdoc/2003/RIS101634.PDF, pag. 5
86