4 minute read

Wortel: De pastorij is een ambtswoning

Eén van de goeie dingen van de Wortelse pastorij (Worteldorp 3) is dat die midden in het dorp ligt en op een boogscheut van de kerk. Pastoor Fons Van Dijck woont er vanaf juni 1998 en tot zijn grote tevredenheid. Het is een gewoon dorpshuis in de rij met de andere huizen. De oudste Wortelaren herinneren zich misschien nog dat het één van 22 cafés van Wortel was: café De Ster van wagenmaker en barbier Jan Druyts en Sieke Plas. Ik herinner me enkel nog het café toen Jos en Mina Van Ostaeyen er de plak zwaaiden.

Toen de oude pastorij in Wortel in verval raakte werd het gebouw door de gemeente verkocht zodat de kerkfabriek op zoek moest naar een woonst voor de nieuwe pastoor Quets. Die zal wel blij geweest zijn dat hij niet in die oude vervallen pastorij moest trekken want pastoor Quets hield niet zo van oude dingen. Modern moest het zijn, ook in de kerk waar hij dan ook consequent bijna alle heiligenbeelden en vele waardevolle ornamenten verwijderde.

Na hem kwam pastoor Luyts en toen die vertrok was het de beurt aan Walter d’Hauwe die echter maar één jaar in Wortel bleef.

En nu dus pastoor Van Dijck die ook dienst doet in de kerk van Hoogstraten. maar die liever in Wortel woont: “De pastorij is eigenlijk een ambtswoning, niet enkel de woonst van de pastoor. In dit huis wordt het archief bewaard, vergadert de kerkfabriek en het parochieteam en hier is ook het parochiesecretariaat, het domein van Lieva, de secretaresse. In Hoogstraten zijn al die functies niet voldoende gescheiden zodat de privacy van de pastoor wel eens in het gedrang komt. Daarom woonde de laatste pastoor daar op een appartement en niet op de pastorij.”

Pastoor Van Dijck koos voor Wortel, maar is ook (terug) verantwoordelijk voor de parochies in Hoogstraten.

“Ik zeg altijd dat ik woon in mijn werk maar aan dit huis is een apart gedeelte: Het Hoog, boven de oude wagenmakerij. Dat hebben we helemaal ingericht met bureau, computer en zelfs een keukentje en heeft een eigen ingang. Daar vergadert de kerkfabriek en het parochieteam en daar is ook hun eigen administratie. Vooraan in het eigenlijke huis is het secretariaat. Achteraan is mijn eigenlijke thuis met o.a. een veranda en een kleine tuin. Ik heb hier echt alles wat ik nodig heb en ik woon hier graag.

De gemeente betaalt de huur aan de kerkfabriek, zo’n 400 euro wat bepaald wordt door de kadastrale waarde van het huis; de gemeente betaalt ook de verwarming en de telefoonkosten. Het onderhoud is voor mijn rekening.

Of ik hier kan blijven als ik geen pastoor meer ben, weet ik niet. Vroeger was het vanzelfsprekend dat de oude pastoor vertrok als de nieuwe er aankwam maar of in Wortel een nieuwe pastoor zal komen is niet zo waarschijnlijk. In andere parochies waar geen eigen pastoor meer is maar wel een parochiesecretariaat, betaalt de gemeente ook daarvan de huur. Die bedraagt dan de helft van de huur die moet betaald worden voor een volledige pastorij (met woonst voor de pastoor). Zo zou het ook hier kunnen; de gemeente zou het secretariaat en Het Hoog voor haar rekening kunnen nemen en de rest van het huis aan iemand anders verhuren, eventueel aan mij, de “rustend pastoor”die dan ook zelf de huur betaalt. We zien wel als het zo ver is. (Jof)

Barbier, wagenmaker en cafébaas: Jan Druyts met zijn klanten voor café De Ster, waar nu de pastoor woont. De Ster was allicht de meest wereldse café van Wortel. Er kwamen meisjes over de vloer en er werd al eens gedanst.
This article is from: