7 minute read

Alternatieve BBD gestaakt

Alternatieve BBD gestaakt vanwege een Amerikaanse dwaalgast

Tekst en foto’s: Coen van Nieuwamerongen

Advertisement

In verband met corona ging de officiële Big Birding Day niet door, dus besloten Herman, Jaap, Quinten en ondergetekende zelf een Big Day te houden in de Krimpenerwaard. Officieel of niet, we hadden een prachtige voorjaarsdag voor de boeg. D

Wanneer we het hebben over een Big Birding Day hebben we het natuurlijk over vroeg op gaan. Zo ging de wekker op Koningsdag ook weer veel te vroeg en verzamelden zich om 04.45 uur vier fanatiekelingen op de parkeerplaats bij het Loetbos. De allereerste soort was gelijk een mooie bonus. Vanaf de parkeerplaats klonk de heldere en harde zang van een nachtegaal, direct gevolgd door een zingende bosuil. Het was begonnen! Doordat we een kwartier eerder dan normaal van start waren gegaan, gaven we onszelf net iets meer tijd om andere uilensoorten op de lijst te krijgen. We zetten koers richting de Achterbroek waar ik pas een zingende ransuil had waargenomen. Ook deze was volop aan het zingen bij aankomst. Naast een zingende ransuil noteerden we ook een blauwborst. Daarvan volgden er in de loop van de dag nog vier. Het zou snel licht worden, dus lang blijven stilstaan zat er niet in. We reden door naar een locatie van de kerkuil. De afgelopen tijd gaf deze niet thuis, maar met een klein vonkje hoop gingen we toch kijken. En geloof het of niet, hij liet zich prachtig zien in het licht van de zaklamp. Dat was nog eens mazzel. We waren pas een kwartier onderweg en we hadden al drie soorten uilen gezien.

We zetten koers in de richting van de Kwakels waar we onder andere soorten als roerdomp, waterral en snor konden schrijven. We liepen door het tunneltje onder de provincialeweg en zo kwamen we bij de Okkerse Kade. Daar zong zachtjes, maar overduidelijk een sprinkhaanzanger en hoorden we later op de dag onze tweede nachtegaal. Omdat het toch zo op rolletjes liep, hadden we even tijd voor een korte pauze, voordat we onze weg vervolgden naar de Berkenwoudse Driehoek. We waren niet de enigen. Overal om ons heen zongen en vlogen vogels. Wat genoten we! We scoorden soorten als grasmus, tuinfluiter en rietzanger. Met de telescoop keken we uit over de plasdrasgebiedjes die deze polder te bieden heeft. Steltlopers als bosruiter, kemphaan, regenwulp en groenpootruiter ontkwamen niet aan onze scherpe blik. Andere soorten die we konden waarnemen waren ooievaar, groene specht, slechtvalk, kolgans, watersnip en Cetti’s zanger. Lang in het gebied blijven was geen optie vandaag, want we hadden een vol programma.

Polder De Nesse bood ons drie soorten zwaluwen, een vroege braamsluiper, kramsvogels en ringmussen. Bij de oude molen in deze polder verbleef al een week een kleine zwaan. Normaal gesproken zit deze soort eind april al in het broedgebied, maar deze zocht zijn heil tussen de knobbelzwanen. Aan het kleed te zien ging het om een onvolwassen vogel van twee jaar oud. Het plasje was ook goed voor twee pijlstaarten. Eerdere jaren lukte het ons nooit om deze soort in mei te zien op een Big Birding Day. Het was eb, dus maakten we de keuze om langs de IJssel de slikrandjes te checken op eventuele steltlopers. Het leverde ons alleen een oeverloper en twee kluten op. Maar niet getreurd, want langs de dijk zaten ook soorten als huismus en Turkse tortel. Elk soort telde op een dag als deze! Even voorbij Gouderak vingen we een glimp op van een zwarte roodstaart. We zetten koers naar het Doove Gat.

In het Doove Gat aangekomen, bleek het bijzonder rustig qua soorten. De enige drie soorten die aan de lijst konden worden toegevoegd waren gele kwikstaart, wulp en kleine plevier. Inmiddels was het negen uur geweest en werd het tijd om richting de Lek te rijden. Het plan was om via de Vlisterdijk te rijden in de hoop op een vroege grauwe vliegenvanger, maar dit viel al snel in duigen doordat er een overvliegende reuzenstern werd gemeld. Met een beetje geluk konden we deze fantastische soort oppakken tussen Stolwijk en Bergambacht. Helaas nam de stern een andere route en kon deze niet worden genoteerd. De route via Stolwijk leverde ons wel een mannetje beflijster op.

We besloten om door te rijden naar het Helofytenfilter in polder Den Hoek. Daar aangekomen kwamen er precies 5 steltkluten aangevlogen en landden voor ons in een van de vele bakken. Dat was een mooie goedmaker. Er ontstond steeds

Boompieper zat aan de grond maar werd gesnapt in een boom De grijze junco was de reden om de BBD niet helemaal af te maken

meer thermiek in de lucht en de wind was gunstig voor eventuele roofvogeltrek. Konden we dan niet beter even op de Bakkerswaal in Krimpen aan de Lek gaan staan? Dat bleek ons gouden half uurtje te worden. Onder het genot van een kopje koffie en een lekkere koek kwam een prachtig mannetje grauwe kiekendief overgevlogen. Totaal onverwachts en wat een bonussoort! Al snel daarna volgden een rode en zwarte wouw. Dat was nog eens mazzel! Op de plas in de Bakkerswaal deed een dodaars ijverig een poging tot het vangen van een visje, terwijl er boven in de lucht twee zwartkopmeeuwen onze aandacht vroegen. In het riet zongen drie kleine karekieten. Eerder vandaag konden we deze soort niet vinden. Het was pas 10 uur en nu al stond de teller op 100 soorten! Dat hadden we niet zien aankomen.

We besloten verder de dijk af te rijden in de richting van Bergambacht. Op telpost de Hoekse Sluis flitste een ijsvogeltje voorbij. Ook zagen we daar onze tweede smelleken van die dag. Voor de tweede keer deze dag stopten we bij de Kwakels. Groenling en boompieper konden worden genoteerd. Boompiepers zien we in de Krimpenerwaard zelden aan de grond, maar deze twee scharrelden rustig op enkele meters voor ons tussen de bladeren. We begonnen ons inmiddels wel zorgen te maken. Het liep tegen 13.00 uur en we hadden nog steeds geen koekoek, boomkruiper en zomertaling. Dus reden we weer naar het Loetbos. Het duurde niet lang of boomkruiper werd aan de lijst toegevoegd. Het rondje Loetbos om 13.00 uur zorgde er voor dat we onze enige havik die dag tegenkwamen. Waar het al niet goed voor is. Afijn, nog steeds geen koekoek. Er zat niets anders op dan doorrijden naar het Krimpenerhout. Daar verraadde deze soort zich door gewoonweg zijn eigen naam te roepen. De koekoek was goed voor een evenaring van het eerdere gehaalde Big Birding Day-record van 114 soorten gehaald door het team van Harm, Erik, Johannes en Cor in 2019. Soorten als grote mantelmeeuw, Pontische meeuw en paapje ontbraken nog aan onze lijst. De Stormpolder bracht geen nieuwe soorten op de lijst. Daarom besloten we richting de Hem in Schoonhoven te rijden om de hierboven genoemde meeuwensoorten op de lijst te krijgen. En dat lukte ons! Nog even naar het Doove Gat in de hoop op paapje, zomertaling, zwarte ruiter en zwarte stern te zien. Alleen de laatste soort zagen we. Het was inmiddels 15.30 uur.

Je zult misschien denken, waarom nu deze titel boven het verslag. Vanaf elf uur werd in Friesland in het plaatsje Koudum een grijze junco gezien. Dit was pas de vierde keer dat deze soort in Nederland werd waargenomen. De soort komt voor in Amerika en was dus flink verdwaald. Maar ja, een Big Day onderbreken was ook zo wat. Toen om 15.30 uur de teller op 117 soorten stond, besloten we het toch naar Friesland te rijden. En ik moet eerlijk zeggen dat de soort het waard was! Hij liet zich prachtig zien en af en toe zelfs horen! En zo eindigde deze Koningsdag Big Day 2021 in Lelystad bij het restaurant met de gouden bogen, beter bekend als McDonald’s. Maar de vraag rijst of dit een echte Big Birding Day genoemd mag worden nu we - zonder mededingers - slechts een kleine elf uur in de Krimpenerwaard gevogeld hebben…? D

Grijze junco

De grijze junco is een zangvogel uit Noord-Amerika die hoort tot de familie van de gorzen. De vogel heeft een grijze bovenkant, witte buik en donkergrijze vleugels. Hij wordt ook wel ‘snowbird’ genoemd, omdat hij zich goed redt onder winterse omstandigheden. Maar het is bekend dat wanneer het extreem slecht winterweer is, de grijze junco’s lange afstanden afleggen richting het zuiden van het NoordAmerikaanse continent. Een mannetje werd op 27 april 2021 in Koudum gezien. Op 1 mei 2021 werd een mannetje grijze junco op de Maasvlakte gesignaleerd. Dit waren pas de vierde resp. vijfde officiële waarnemingen van deze soort in Nederland. Het eerste Nederlandse geval betrof een uitgeputte vogel die in februari 1962 tijdens een sneeuwstorm werd gevangen in Rotterdam en vervolgens tot zijn dood in een volière verbleef. Verder is de vogel in Nederland gesignaleerd in februari-april 2015 en in mei 2017. Er zijn wel discussies over de herkomst van de vogels: zijn het geen ontsnapte volièrevogels? Vogelaars hanteren voor een wilde herkomst onder andere de volgende criteria: hij moet ongeringd zijn (in elk geval niet gekleurringd), geen vreemde beschadigde veren hebben en de soort moet normaliter wel over lange afstanden trekken. In de rest van Europa worden er af toe ook grijze junco’s aangetroffen. Veel exemplaren worden in Europa in achtertuinen ontdekt. Misschien niet zo vreemd want hij staat in de VS bovenaan in de top-10 van voedertafelsoorten. Bron: www.dutchbirding.nl

This article is from: