![](https://assets.isu.pub/document-structure/220201140938-e75bf99f2c54a1d6db8d96d52d32fa28/v1/8ce5d5875293da9b73d2b3ab896a0dc3.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
12 minute read
Gezond eten van de korte keten
Groene voedselproducenten in beeld
Joke Colijn, foto’s: Ab en Tiny Vonk Noordegraaf
Advertisement
CO2-uitstoot, stikstofoverschot, gif- en medicijngebruik in de reguliere land- en tuinbouw zijn grote problemen in het milieu en klimaat. Natuurinclusieve vormen van landbouw dragen structureel bij aan stikstofreductie en minder gebruik van bestrijdingsmiddelen en medicijnen. Bij extensieve landbouw zijn kosten soms hoger en opbrengsten lager; de producten van deze boeren moeten daarom vaak iets duurder zijn: een eerlijke prijs voor een eerlijk product. Door producten te kopen van een groene voedselproducent kan iedereen zelf bijdragen aan een gezonder milieu: gezond eten van de korte keten! Door dichtbij huis te kopen, zijn er minder vervoerskosten en minder CO2-productie. We belichten in elke Waardvogel een groene voedselproducent uit de Krimpenerwaard. Deze keer gaan we op bezoek bij Ab en Tiny Vonk Noordegraaf-Kaptijn van Natuurboerderij Hoeve Linquenda, IJsseldijk Noord 244A, 2935 BP Ouderkerk aan den IJssel. D
Ab is sinds 2013 natuurboer, dat wil zeggen dat beheer en natuurontwikkeling voorop staan in de bedrijfsvoering en hij zijn kringloop zo goed als rond heeft. Hij begon op de boerderij van zijn vader met 2 ha huiskavel. Al snel kwamen er 10 ha van de Natuurcoöperatie bij. Vervolgens kwam hij in beeld bij het ZuidHollands Landschap (ZHL) waarvan hij er 30 ha in pacht bij kreeg, waaronder de moeraspercelen in de Berkenwoudse Driehoek. Hierdoor heeft hij in relatief korte tijd een vleesveebedrijf op poten kunnen zetten; eerst met alleen schapen, inmiddels is daar rundvee bijgekomen. Op de percelen in het natuurgebied staan de weidevogels centraal. Het boeren mét de natuur is Ab met de paplepel ingegoten. Zijn vader heeft nooit aan de race naar schaalvergroting meegedaan, die keek altijd breder. Hij ging ook niet mee in de intensivering van de landbouw. Zijn vader gebruikte altijd al weinig kunstmest, weinig bestrijdingsmiddelen, keek toen al goed naar de milieueffecten. Net voor 1995 wilde hij eigenlijk biologisch worden. Daarvoor ging hij de stal ombouwen tot een potstal. Toen kwam de landinrichting met alle onzekerheden, waardoor hij dat plan nooit heeft omgezet in daden. Erg jammer, want dat had Ab en Tiny al tien stappen verder gebracht. Nu lopen ze tegen de beperkingen aan van een 45 jaar oude groepstal. De naam Linquenda staat voor de Latijnse spreuk van de Romeinse dichter en filosoof Horatius (65 – 8 v.C.) en luidt voluit: Linquenda tellus, et domus, et placens uxor, en betekent: Eens moeten wij deze grond (aarde), dit huis en de dierbare echtgenote verlaten. Het is tevens een belofte dat het ‘huis’ langer zou meegaan dan de eigenaar. Een deel van de percelen die van zijn vader geweest zijn en waar zijn opa in 1939 op begon, heeft Ab nu in natuurpacht. Die zijn nog nooit doorgezaaid, ze hebben nog de grasmat van decennia terug. Dat Ab die percelen nu weer in gebruik heeft is in dat licht bezien wel heel speciaal: blijkbaar moest dit zo zijn. Ab en Tiny hebben vier kleine kinderen in de leeftijd van 1 t/m 7 jaar. Tiny heeft overdag de praktische zorg voor de kinderen en helpt daarnaast mee op de boerderij en met alle voorkomende taken. Ab vertelt dat hij uit het hoveniersvak komt. In de crisisjaren vanaf 2008 werd hij gedetacheerd naar de gemeente Rotterdam. Hij heeft zich daar snel kunnen ontwikkelen door veel en grote projecten te begeleiden. De daar opgedane kennis en ervaring brengt hij nu in bij het Natuurbeheer Collectief (NBC), hierover straks verder. Bedrijfsvoering: Inkomen komt van diverse bronnen. Als natuurboer ontvangt Ab een deel van zijn inkomen uit het GLB (Gemeenschappelijk Landbouwbeleid). Bij een extensieve bedrijfsvoering vallen de kosten relatief wat hoger uit, dus daar moeten opbrengsten tegenover staan. Ab kiest dieren die passen in extensieve bedrijfsvoering. Hij heeft zo’n 40 runderen, en 150-160 schapen. In de Berkenwoudse Driehoek lopen 21 Herefords, een vleesras dat eigenlijk jaarrond kan weiden maar vanwege opzetten van het waterpeil toch in de loop van december naar binnen gaat. Ab: “In de Herefords zit nog veel oergedrag; dat zie je aan de manier waarop ze met de kalveren omgaan, met mensen omgaan, ze lopen met het grootste gemak door water, een rustige koe die op een sober dieet goed kan leven; kortom een stoer ras met een heel eigen karakter.” De andere 20 zoogkoeien en ossen staan sinds kort op stal. Het zijn Oud-Hollandse rassen en kruisingen daarvan: het gewone Maas Rijn en IJssel (MRIJ) rund, het Brandrode rund (een ondertak van MRIJ), een Blaarkop, een witrik. Ab: “Eigenlijk proberen we zo welk ras het beste past bij ons bedrijf en op onze percelen. Hiermee gaan we de richting op van het ouderwetse type MRIJ, het veeras dat
Op de voorgrond de Noordhollander schapen, achteraan de Herefords
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220201140938-e75bf99f2c54a1d6db8d96d52d32fa28/v1/b4a639a448520e79ec8895325e12a451.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
Een gekruiste Blaarkop-koe met twee kalfjes waarin MRIJ-bloed terugkomt.
hier vroeger liep. Dat was niet raszuiver, maar met 25 tot 50% Verbeterd Roodbont er doorheen, zodat je de oude Baggerbont types kreeg om het dubbeldoel (vlees en melk) in stand te houden, en een robuust en sober dier te hebben dat goed kan functioneren op ruwvoer en weinig krachtvoer nodig heeft, met sterke benen en hoeven.” Ab en Tiny hebben Noordhollander schapen, een kruising tussen de Texelaar en het Finse landschaap. Dit schaap heeft een jaarcyclus en een vrij lange bronst. Krijgt gemiddeld iets meer lammeren dan de Flevolander (een intensief productieschaap dat zelfs elke acht maanden kan lammeren). Het Noordhollander schaap heeft de goede moedereigenschappen, genoeg melk eronder, én is in staat vrij veel ruwvoer op te nemen omdat het een groot, ruim schaap is, minder geblokt (gedrongen, gevleesd) dan de Texelaar. Door het wat fijnere beendergestel worden lammeren vrij makkelijk geboren. Het natuurbedrijf staat steeds beter op poten, kan zichzelf bedruipen inclusief alle investeringen die Ab en Tiny doen. Ze proberen alles met eigen geld te doen en hebben heel lage vaste kosten. Ook energie is slechts een paar tientjes vastrecht en ze leveren nu tussen de acht- en tienduizend KWh terug per jaar. Dat willen ze nog uitbreiden, zie bij Energietransitie.
Drie werkdagen worden besteed aan de groene en ecologische dienstverlening bij Hoveniersbedrijf C. Punt & Zn. B.V. Daar is hij als 15-jarige begonnen en gebleven. Hij werkt er gemiddeld 40 weken in drie dagen, waarbij hij zo flexibel kan zijn dat hij in de drukke lammertijd volledig thuis is, en in het rustige seizoen een dag extra buiten de deur werkt. Verder werkt hij gemiddeld één dag in de week voor het NBC. Het bestuur is inmiddels compleet met vertegenwoordigers van alle betrokken organisaties, nu krijgt de uitvoering zijn beslag. Ab werkt daar sinds 1 april jl. als Veldmedewerker/Pachtcoördinator samen met George de Wit en René Langedijk. Het NBC heeft de opdracht om in het NNN-gebied van de Krimpenerwaard de omvorming te realiseren van agrarisch gebruik, naar natuur met agrarisch medegebruik. Dat vraagt een grote omschakeling van de boeren die daarvoor tekenen, maar biedt hen ook kansen. Het gaat daarbij zowel om een doelmatige inrichting als om het langjarige beheer waardoor die nieuwe natuur in een evenwichtig stadium komt. Heel belangrijk daarvoor is zorg voor de bodem: de chemische samenstelling, de zuurgraad, het bodemleven, alles moet in balans komen. De agrariërs die in het NNN-gebied al hun bedrijf hadden (of die daar willen gaan boeren), moeten nu de omslag maken naar natuurinclusief boeren. Dat gaat uiteraard niet zonder slag of stoot, en ook niet alle boeren willen of kunnen die omslag maken. In dat laatste geval volgt het proces van onteigening, waarna die grond beschikbaar komt voor agrariërs die wél natuurboer willen worden, zodat ze hun bedrijfsvoering kunnen extensiveren. Daartoe moeten realistische plannen worden ingediend; er moet zowel natuur worden geproduceerd als een reëel inkomen worden behaald. Ze krijgen uiteraard veel hulp en adviezen, waar Ab nu heel druk mee is. De omstandigheden binnen het NNN-gebied worden compleet anders. Zo gaat het waterpeil omhoog in de natuurgebieden en dat heeft ook grote invloed op de bodem en het bodemleven. Met name de zuurgraad moet goed worden gemonitord, zeker in het weidevogelgebied. Onder een pH van 4,7 gaat het bodemleven dood, dus de bodem mag zeker niet te zuur worden. Ab: “Het liefst doe ik iets met bokashi, daaraan wordt zeeschelpenkalk toegevoegd, een heel mooie langzame calciumbron, die juist in natuurgebied nodig is om je basen goed te houden. Helaas zit er een kostprijs aan.” Het NNN-gebied kent drie doeltypen: ‘blauw botanisch gebied’ – geen bemesting. ‘Blauw weidevogelgebied’ – volgens Ab een zoektocht naar de juiste verhouding tussen bemesting en de ontwikkeling van kuikenland. ‘Geel gebied met weidevogeldoelstelling of kruiden- en faunarijk grasland’ – hiervan zegt het NBC: alleen matige stalmestgift, geen drijfmest. Een gezonde bodem is de basis voor goed natuurbeheer. Na tientallen jaren van geleidelijke intensivering (naar monocultuur van Engels raaigras, kunstmest en drijfmest) is het natuurlijk evenwicht in de bodem uit balans geraakt en het bodemleven dat zorgt voor een goed doorlatende bodem, verstoord. Het vee werd op het intensieve bedrijf aangepast door fokkerij, selectie en met bijvoeren. Bij omschakeling naar extensieve natuur komt hierin weer een omslag. Dit heeft grote gevolgen voor de bodem en het bodemleven, zeker als dit abrupt en in snel tempo gebeurt. Daarom is het belangrijk om de bodemprocessen te monitoren en waar nodig bij te sturen. Het kan lang duren voor de verhoudingen tussen bodemleven, mineralen en sporenelementen, weer op peil zijn. Het is dan ook niet mogelijk om snel resultaat te verwachten; eerst moet de basis (de bodem) weer in een nieuw evenwicht komen en een extensieve bedrijfsvoering onder voorwaarden is de enige manier om dat te bereiken. Geduld is hierbij een schone zaak. Daarbij komt dan ook nog dat zo vlak bij de dijk het probleem van ijzerkwel speelt. IJzer verdringt koper, selenium, molybdeen enzovoorts, die allemaal belangrijk zijn voor belangrijke lichaamsprocessen. Voorheen viel dat te compenseren met een hogere voedingswaarde en met krachtvoer van elders, waardoor het dier ook meer weerstand opbouwde, maar het best is natuurlijk een goede mineralenbalans in de bodem, zodat het eigen ruwvoer alle benodigde mineralen en sporenelementen bevat.
Motivatie De natuur centraal, staat er bovenaan op de huidige website. De filosofie is dat het bedrijf circulair moet zijn, Ab is van mening dat hij de kringloop binnen het natuurbeheer rond moet kunnen
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220201140938-e75bf99f2c54a1d6db8d96d52d32fa28/v1/f9301077e350e2b4360ed6f36f042032.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
Als de schapen gaan lammeren komt Ab handen tekort
zetten. Dat is voor alles van belang. Natuurboer zijn wil voor hem zeggen: een korte keten, een gesloten kringloop en een extensieve bedrijfsvoering. Zo extensief mogelijk tot het punt waar de diergezondheid in het geding komt. Niet biologisch: dat is een stap terug, want ook een biologische boer is vaak nog gefocust op productie. Die focus is er bij Ab en Tiny aardig af: zij zijn vooral natuur aan het realiseren en daar gebruiken ze hun vee voor. Een biologische boer gebruikt geen kunstmest meer, geen bestrijdingsmiddelen, en hij heeft zijn stal aangepast, maar hij heeft nog steeds eiwitrijk Engels raaigras voor hogere productie - met weliswaar veel klavers erin. Ab zou zo biologisch kunnen worden, op de oude stal na. De volledige kringloop is echter een uitdaging. Met bijna alleen natuurgronden, waar de focus soms te veel ligt op alleen vergaande verschraling en daardoor een steeds verminderende mestplaatsing in natuurgebieden, wordt een sluitende kringloop steeds lastiger. Het risico hiervan is dat zijn agrarische gronden intensiever gebruikt moeten worden, waardoor er een omgekeerd en ongewenst effect ontstaat.
Energietransitie Ab is opgegroeid met het credo om zuinig om te springen met energie. Zijn vader was 40 jaar geleden al bezig met wind- en zonne-energie. Het onderwerp had altijd zijn interesse, hij was een voorloper. Hij kocht de eerste spaarlampen en was zuinig met energie, juist ook vanwege de milieubelasting. Hij stopte in 2007 met melken, verkocht zijn melkquotum en een groot deel van zijn land, waarna Ab is begonnen met de schapenhouderij. Toen kon zijn vader investeren in zonnepanelen op de koeienstal: eerst 36, toen 72, toen nog 10 erbij: die 82 panelen liggen er nog steeds. Ab en Tiny zijn netto leverancier en leveren een flinke hoeveelheid stroom terug. Ze gebruiken in huis nu nog een beetje gas, de houtkachel is de hoofdverwarming, ze koken al elektrisch. Er komen de nodige kabels achter het huis langs te liggen, mede onder druk van de dijkverzwaring. Volgend jaar gaat de gasaansluiting er uit. Dan gaan ze gelijk naar een grootzakelijke middenspanningaansluiting omdat die middenspanningleiding ook achterlangs komt. Vervolgens willen ze al hun daken vol leggen en aangezien het net zwaar genoeg is, kunnen ze dan écht gaan leveren! Ze zoeken nog naar de mogelijkheden om ook de stroom in de korte keten af te zetten. Ab: “Landelijk zijn de beperkingen van het net een groot probleem bij teruglevering, dit wordt mede veroorzaakt omdat we stroom opwekken waar we het niet gebruiken! Wek stroom op op industrieterreinen, dáár wordt de stroom verbruikt! Alsjeblieft géén zonneweiden. Op zee wordt geen stroom verbruikt, dus creëer je een probleem met die grote windparken daar. Ondertussen bouwen we datacenter nummer zoveel – níet voor Nederlanders maar voor buitenlandse giganten. En wat nog steeds niet voldoende aandacht krijgt: waar en hoe kunnen we stroomverbruik vermínderen?”
De producten Rundvlees en lamsvlees leveren inkomen uit een nog steeds groeiende markt. Enige jaren terug was er soms een stop op de levering van het lokale vlees van Hoeve Linquenda omdat het aanbod relatief klein was, maar door de doorgemaakte groei kan het bedrijf de vraag nu goed aan. In het begin hadden de (ingevroren) vleespakketten een vaste samenstelling, inmiddels kan er veel meer naar wens worden besteld. Tegen de kerst krijgen vaste klanten een update van de nieuwste ontwikkelingen in het bedrijf, die vergezeld gaat van een bestellijst. - Rundvlees in samengestelde pakketten naar de wens van de klant - Schapenvlees in samengestelde pakketten naar wens - Losse verkoop van beide - En straks groene, lokale stroom - Natuur als product, binnenkort vergoeding via ACK
Afzetlijnen van de Natuurboerderij Hoeve Linquenda *Bestellen en afhalen op de hoeve via info@hoevelinquenda.nl of 06-49497962, een digitale folder is beschikbaar *Lamsvlees via Rechtstreex *De eventueel scheefgegroeide voorraad rundvlees wordt ook afgezet via Rechtstreex. De huidige website wordt vervangen; een nieuwe mét een webshop is onder constructie. Vermeldenswaard is nog dat ook Ab en Tiny hebben bijgedragen aan het kookboek Smaak van de Waard van Esther van Leeuwe, met lekkere en duurzame recepten van streekproducten uit de Krimpenerwaard. D
![](https://assets.isu.pub/document-structure/220201140938-e75bf99f2c54a1d6db8d96d52d32fa28/v1/0ffb7154ba075e3cd6e4b51d95f35c51.jpeg?width=720&quality=85%2C50)