Kadet 6 - Kaap 1 - Werkboek

Page 1


TOEPASSINGEN

LES 1 Intro

Bouw een kettingreactie

- op een oppervlakte van maximum 4 m², - met een hoogte van minstens 0,7 m, - met een symmetrisch element.

Maak een plattegrond en neem foto’s van de zijaanzichten

De langste kettingreactie wint!

Voorbereiding kettingreactie

Groepsnaam: _____________________

Groepsleden: _____________________

Mijn taak in de groep: _____________

Maak een eerste ontwerp in de vorm van een plattegrond. Noteer hieronder welke onderdelen je in je kettingreactie wil stoppen en welke materialen je hiervoor nodig hebt.

Noteer hier nog zaken die belangrijk zijn (bv. een website met ideeën):

Naam: Klas: Nummer:

LES 2 Getalbegrip tot 10 000 000

1 2 3

Getallendictee: noteer de getallen.

Noteer de bezoekersaantallen op de juiste plaats in de positietabel.

Parijs

745 855

750 644

400 187

245 609

581 154

750 846

950 708

Vorm de getallen. Kijk naar de positietabel indien nodig.

Vul aan met M, HD, TD, D, H, T of E.

Vul de getallenassen aan.

Rangschik de getallen.

Vul aan met sprongen.

+ 1 500 000 1 000 000

– 150 000 1 000 000

+ 300 000 3 300 000

– 800 000 10 000 000

Los op.

Maak een zo klein mogelijk getal met zeven verschillende cijfers.

Maak een zo groot mogelijk getal met 1, 5, 6, 7, 0, 4, 2.

Welk getal ligt precies tussen 5 450 000 en 6 650 000?

BEWERKINGEN - HOOFDREKENEN

LES 3 Optellen en aftrekken met natuurlijke getallen tot 1 000 000

1 2 3

Los de optellingen op.

14 000 + 50 = __________________________

14 000 + 550 = _________________________

14 000 + 5 550 = _______________________

14 000 + 55 550 = ______________________

Los de aftrekkingen op.

884 500 – 300 = ________________________

884 500 – 3 300 = ______________________

884 500 – 33 300 = ____________________

884 500 – 333 300 = ___________________

Lees, bereken en kruis aan.

= _______________________

Ava zit in de attractie waarvan de uitkomst het kleinst is. In welke attractie zit Ava?

Matteo zit in de attractie waarvan de uitkomst het grootst is. In welke attractie zit Matteo?

Lees en los zo eenvoudig mogelijk op.

Een reuzenpretpark in de VS telt op één dag heel wat bezoekers, namelijk 120 522 volwassenen, 99 978 kinderen en 7 478 senioren.

V Hoeveel bezoekers waren dat op één dag?

In een topweek heeft het pretpark in de VS 956 700 bezoekers. Dat zijn bijna 1 000 000 bezoekers. Het grootste pretpark in België heeft dit aantal bezoekers op een jaar.

V Wat is het verschil tussen beide pretparken als een topweek in België 16 898 bezoekers telt?

BEWERKINGEN - CIJFEREN

LES 4 Optellen en aftrekken met natuurlijke getallen tot 1 000 000

Walibi

Bellewaerde

Plopsaland

Plopsa Indoor

Plopsa Coo

Aantal bezoekers zomer 2022 © HLN 29/08/2022

Los op en benoem de begrippen.

Hoeveel bezoekers hadden Walibi en Bellewaerde samen? Ik schat:

Hoeveel bezoekers had Plopsaland meer dan Bellewaerde?

Ik schat:

Schat en bereken de som. Vergelijk de oplossing met je schatting.

Ik schat: _____________________________ OK

396 528 + 407 573 =

schat: _____________________________ OK

Schat en bereken het verschil. Vergelijk de oplossing met je schatting. Ik schat: _____________________________

870 307 – 453 715 =

Bekijk opnieuw het staafdiagram ‘Aantal bezoekers zomer 2022’. Maak volgende cijferoefeningen en noteer de uitkomsten.

V1 Wat is de som van het aantal bezoekers in Walibi en Plopsaland? B1 ___________________________________________________________________________________

V2 Wat is het verschil in aantal bezoekers tussen het park met de meeste bezoekers en het park met de minste bezoekers? B2 ___________________________________________________________________________________ A2 _______________________________________________________________________________ OK

V3 Wat is het totaal aantal bezoekers van de drie Plopsaparken? B3 ___________________________________________________________________________________

BEWERKINGEN - CIJFEREN

LES 5 Vermenigvuldigen en delen met natuurlijke getallen tot 1 000 000

Zoek het product. Schat eerst. Benoem de begrippen.

19 058 x 28 = Ik schat: _______________________________________________________________________ OK 1 9 0 5 8 2 8 x +

Zoek het quotiënt. Schat eerst. Benoem de begrippen.

430 592 : 32 =

Ik schat: _______________________________________________________________________ OK

Zoek het product of het quotiënt. Controleer achteraf met de ZRM.

17 x 42 043 =

: 15 = q

Noteer de getallen correct onder elkaar en bereken. Let op het bewerkingsteken!

Vergeet de schatting niet. Controleer achteraf met een ZRM.

Bereken het product van 69 en 2 534. B

Ik schat: ____________________________________________________________________________ OK

Bereken het quotiënt van 543 583 en 64. B ___________________________________________________________________________________

Ik schat: ____________________________________________________________________________ OK

Bereken het product van 4 062 en 127.

Ik schat: ____________________________________________________________________________

MEETKUNDE

LES 6 Ruimtelijke oriëntatie: plaats, richting, gezichtspunten, plattegrond, kaart en coördinaten

Noteer de coördinaten en los op.

Kyan zit in het oranje autootje van de draaimolen. Hij bevindt zich in vak .

Klara staat in het huisje bij het reuzenrad. Ze controleert er de kaartjes.

Ze staat in vak(ken) .

Ilona ziet recht voor haar de luchtballon. Rechts ziet ze een feesttent, links een wit huis.

Omcirkel Ilona. Ze staat in vak

Ilias staat in vak D7. Hij heeft een paarse trui aan. Bij welke attractie staat hij?

Ilias moet straks naar de ingang gaan. Beschrijf de kortste weg die hij moet a eggen aan de hand van de coördinaten.

Bekijk aandachtig en los op.

Waar stond de fotograaf? Noteer het juiste cijfer bij de afbeeldingen.

1 3 4 2 2

Wat is het juiste bovenaanzicht bij dit vooraanzicht? Kruis aan.

Los op.

In een nieuw pretpark willen ze dat robot Kai het eten brengt naar tafel 18. Programmeer de robot met zo weinig mogelijk commando’s. Noteer in de tabel onderaan de stappen met pijltjes. Indien een stap herhaald moet worden noteer je het aantal. Bijvoorbeeld: x 2

1

MEETKUNDE

LES 7 Ruimtelijke oriëntatie: blokkenbouwsels met aanzichten

Noteer de begrippen op de juiste plaats: zijaanzicht, bovenaanzicht en vooraanzicht.

Kleur het blokkenbouwsel in de juiste kleuren en vul het grondplan/hoogteplan aan.

grondplan/hoogteplan

2

Teken de aanzichten die bij het grondplan/hoogteplan horen en los op. 3 2 4 4 2 1 3 2 2 4 grondplan/hoogteplan vooraanzicht rechterzijaanzicht linkerzijaanzicht

Hoeveel blokken telt dit bouwsel?

grondplan/hoogteplan vooraanzicht rechterzijaanzicht linkerzijaanzicht

Hoeveel blokken telt dit bouwsel?

Los op.

Een pretparkontwerper maakt een constructie voor een nieuwe attractie.

Welk aanzicht hoort bij deze constructie? Kruis aan.

1 2 3

LES 8 Kommagetallen tot 0,001

Getallendictee: noteer de getallen.

Zet de getallen op de juiste plaats in de positietabel.

5 H 6 E 3 t 5 d zestien komma achthonderdvijfentwintig

achttien en driehonderdachttien duizendste

5 t 8 E 2 h 9 H

, ,

Bij welk getal horen de cijfers op de botsauto’s? Kijk naar de waarde en kleur in de juiste kleur.

4 5 6 7

Vul de getallenassen aan.

Vul in met = , > of <.

Rangschik de getallen van klein naar groot.

Rond de volgende bedragen zinvol af.

Tel verder met sprongen.

15,55 15,95

2,155 4,255

Vorm de volgende getallen. Gebruik telkens alle cijfers in het reuzenrad.

Maak een zo groot mogelijk kommagetal met drie cijfers na de komma. _____________

Maak een zo klein mogelijk kommagetal met drie cijfers na de komma. ________________

Maak een zo groot mogelijk kommagetal met drie cijfers na de komma met als eenheid 1. ___________________________________________________________________

Maak een zo groot mogelijk kommagetal met drie cijfers na de komma met als duizendste 9. ________________________________________________________________ 8 9

BEWERKINGEN - HOOFDREKENEN

LES 9 Optellen en aftrekken met kommagetallen tot 0,001

Splitsen en doorrekenen: ______________________________________________________________

Compenseren bij een optelling: ________________________________________________________

Compenseren bij een aftrekking: ______________________________________________________

Zoek de som.

47,5 + 58,11 = __________________________________________________________________________

19,521 + 7,622 = ________________________________________________________________________

58,866 + 6,99 = _______________________________________________________________________

37,77 + 88,5 = __________________________________________________________________________

104,7 + 22,653 = _______________________________________________________________________

Vul de optellingen aan.

45,89 + ________________________ = 47,997 405,812 + ______________________ = 518,178

Zoek het verschil.

105,91 – 8,205 = _______________________________________________________________________

780,89 – 258,844 = ____________________________________________________________________

31,07 – 3,995 = ________________________________________________________________________

78,9 – 25,855 = ________________________________________________________________________

574,6 – 6,99 = _________________________________________________________________________

Vul de aftrekkingen aan. 99,87 – __________________________ = 73,73 – 258,110 = 397,747 1 2 3 4

Los op.

Een mama en haar twee kinderen gaan naar het pretpark. De prijs van de toegangstickets verschilt per gezinslid. Het kind kleiner dan één meter betaalt € 16,50. Het kind jonger dan 12 jaar betaalt € 28,85. De mama betaalt als volwassene € 35,50.

V Hoeveel moet het gezin in totaal betalen?

Tijdens hun uitstap kopen ze in het pretpark wat eten en drinken. Na het kopen van de toegangstickets hadden ze hiervoor nog € 39,15.

V1 Hoeveel hadden ze oorspronkelijk mee?

V2 Hoeveel geld hebben ze nog over na een pakje popcorn van € 6,55 en een ijsje van € 4,85?

BEWERKINGEN - HOOFDREKENEN

LES 10 Vermenigvuldigen met natuurlijke getallen tot 1 000 000 en kommagetallen tot 0,001

Splitsen en verdelen: __________________________________________________________________

Flexibel rekenen: 9 x = ______________________ en 11 x = x 20 = _____________________ en x 40 =

Wisselen en schakelen: ________________________________________________________________

Vermenigvuldig de natuurlijke getallen.

25 30 6 400 8 15 1

45 850 x 20 = _________________________________________________________________________

3 580 x 9 = ____________________________________________________________________________

18 900 x 40 = _________________________________________________________________________

563 x 5 x 200 = ________________________________________________________________________

70 x 3 240 = ___________________________________________________________________________

6 150 x 30 = ___________________________________________________________________________

11 x 18 400 = __________________________________________________________________________

25 x 1 632 x 4 = ________________________________________________________________________

Blikken gooien! Vermenigvuldig telkens de twee getallen die naast elkaar staan en schrijf het product erboven.

Vermenigvuldigen met kommagetallen komma’s wegwerken

1,2 x 45 = 54 12 x 45 = 540 x 10 : 10

Vermenigvuldig de kommagetallen.

1,2 x 550 = ____________________________________________________________________________ 9 x 3,6 =

0,2 x 66,6 = ___________________________________________________________________________

1,2 x 200,33 = _________________________________________________________________________

35 x 2,19 = _____________________________________________________________________________

3,56 x 11 = _____________________________________________________________________________

310,4 x 0,9 = __________________________________________________________________________

4,8 x 0,22 = ___________________________________________________________________________

Blikken gooien! Vermenigvuldig telkens de twee getallen die naast elkaar staan en schrijf het product erboven.

Los op.

In september geven pretparken nog enkele laatste promoties om mensen te lokken. Voor de snelle beslissers staan de eerste 150 tickets te koop voor € 25,50 in plaats van € 32,80.

V1 Hoeveel kosten de eerste 150 tickets samen?

V2 Hoeveel inkomsten heeft het pretpark minder verdiend aan die 150 tickets?

MEETKUNDE

LES 11 Meetkundige relaties: symmetrie, spiegelen, gelijkvormigheid en gelijkheid van vorm en grootte

Teken alle symmetrieassen waar mogelijk.

Indien er in een guur hierboven geen symmetrieassen zijn, omcirkel dan de elementen die voor asymmetrie zorgen.

Zijn de spiegelbeelden correct getekend? Kruis aan. as as juist fout juist fout

Teken de spiegelbeelden. as as

Welke guren zijn gelijkvormig aan de eerste guur? Kruis aan.

Omcirkel de zeven fouten in het spiegelbeeld.

LES 13 Breuken en kommagetallen tot 0,001

= 1 2 3

Verbind de gelijkwaardige breuken en kleur de gelijknamige breuken in eenzelfde kleur.

Zet de breuken om naar kommagetallen.

Zet de kommagetallen om naar breuken. Vergeet de breuken niet te vereenvoudigen.

Verbind de karretjes met de juiste plaats op de getallenas. Zet zelf streepjes bij indien nodig.

Noteer bij de groene karretjes een passend kommagetal en noteer bij de blauwe karretjes een passende breuk.

Los op.

Karim heeft de afstand van enkele wachtrijen voor attracties genoteerd via zijn digitale horloge. Zaterdag noteerde hij ze in kommagetallen, zondag in breuken. zaterdag

achtbaan 0,45 km

carrousel

km

km

V Bij welke attractie en op welke dag was de afstand van de wachtrij het kleinst?

zaterdag zondag

achtbaan

carrousel

waterglijbaan

wildwaterbaan

BEWERKINGEN - HOOFDREKENEN

LES 14 Delen met natuurlijke getallen tot 1 000 000 en kommagetallen tot 0,001

: 6 = 375,2 : 5 = 3 730,05 1 2 3

Los de delingen met natuurlijke getallen op.

64 328 : 8 = ____________________________________________________________________________

125 855 : 5 = ___________________________________________________________________________

215 614 : 7 = ___________________________________________________________________________

677 340 : 3 = __________________________________________________________________________

845 040 : 8 = __________________________________________________________________________

395 064 : 6 = __________________________________________________________________________

75 900 : = 12 650 : 3 = 66 500

Zoek het quotiënt van deze delingen met kommagetallen.

75,05 : 5 = _____________________________________________________________________________

143,2 : 4 = _____________________________________________________________________________

46 804,8 : 8 = _________________________________________________________________________

33 720,6 : 2 = __________________________________________________________________________

671 048,1 : 9 = _________________________________________________________________________

218 520,6 : 6 = _________________________________________________________________________

Vul de delingen aan.

In de winter is het pretpark op zondag zes uur lang open. Op het einde van de dag zit er 28 953,60 euro in de kassa.

V Hoeveel euro is dit gemiddeld per uur?

De drank- en eetkraampjes zijn slechts vier uur lang open. Daar hebben ze op het einde van de dag 7 720,96 euro in de kassa.

V Hoeveel euro is dit gemiddeld per uur?

Op vrijdag is het pretpark vijf uur lang open. Toen kwam er 17 841 euro binnen.

V Hoeveel euro is dit gemiddeld per tien minuten?

Welk kraampje bracht het meest op per uur? Bereken, rangschik en kruis aan.

METEN EN METEND REKENEN

LES 15 Lengte en omtrek

Meet de gevraagde afmetingen.

de speelplaats

breedte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is m meer/ minder dan 1 km.

lengte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is m meer/ minder dan 1 km.

Bereken de omtrek van de speelplaats:

de klas

hoogte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is cm meer/ minder dan 2 m.

breedte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is cm meer/ minder dan 10 m.

lengte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is cm meer/ minder dan 10 m.

Bereken de omtrek van de klas:

de Sloep

breedte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is cm meer/ minder dan 1 dm.

lengte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is cm meer/ minder dan 1 dm.

Bereken de omtrek van de Sloep:

1 2 3

de valmat

breedte Ik schat: cm

Ik meet: cm Dat is m meer/ minder dan 1 m.

lengte Ik schat: cm

Ik meet: cm Dat is m meer/ minder dan 1 m.

Bereken de omtrek van de valmat:

Zet om. 1

Vul de passende maateenheid in.

Een deur is 2 hoog.

Een etsband is 5 _________ dik.

Zet om. Gebruik de tabel indien nodig. 63

het bureau van de leerkracht/directeur

breedte Ik schat: cm

Ik meet: cm Dat is m meer/ minder dan 1 m.

lengte Ik schat: m

Ik meet: m Dat is m meer/ minder dan 1 m.

Bereken de omtrek van de bureau:

De Belgische kust meet ongeveer 65 Een boekentas is 5 lang.

Tel op of trek af. Let op de maateenheden!

24 cm + cm = 1 m

110 m + m = 0,5 km 65 dm – dm = 10 cm 8 km – m = 7 500 m

50 cm + dm = 0,8 m

40 m + dm = 0,3 km

Omtrek van een veelhoek = de som van alle zijden = de totale lengte van de buitenzijde van een guur

Los op.

m

V Dit is een parking van een groot pretpark. Wat is de omtrek van de parking?

A De omtrek is OK

Hoeveel kilometer is dit?

Er komt een nieuwe omheining rond de parking. Er zal een ingang van 10,34 m breed komen. De uitrit blijft 680 cm breed.

V Hoeveel meter omheining moet er voorzien worden?

METEN EN METEND REKENEN

LES 16 Oppervlaktematen en landmaten

Vul de tabel aan met de oppervlakte- en landmaten.

2 m2 ca

Vul de passende maateenheid in.

Het maïsveld van boer Klaas is 2 groot.

Een glasonderlegger is 1 groot.

Zet om. Gebruik de tabel indien nodig.

12,3 dm² = cm²

360 cm² = m²

921 a = ha a ca

478 m² = ha a ca

430 cm² + dm² = 0,58 m²

De salontafel is 1 groot.

De bouwgrond is 3 25 groot.

0,375 km² = ha a ca 825 cm² = dm²

0,007 km² = m² 1 2 m² = dm²

5 a – m² = 3 a 15 ca 80,5 dm² + m² = 1 ca

mm² – 1,5 cm² = dm²

Rangschik de oppervlaktes van klein naar groot. Zet eerst om. 280 ca 4 a 3 ca

km²

m2 43 000 dm2 < < < < 1 2 3

Welke oppervlakte past bij welk zwembad? Kleur in de juiste kleur.

Hoeveel zwembaden van deze grootte zijn er nodig om 1 ha te bedekken? 4 5

TIP Schrap de oppervlakte die niet kan, rangschik en kleur in.

Bereken de oppervlakte van het zwembad. 10m

Oppervlakteformule rechthoek = _______________ x _______________

lengte = breedte = x =

BEWERKINGEN - CIJFEREN

LES 17 Optellen en aftrekken met kommagetallen tot 0,001

Opbrengsten van de verschillende kraampjes in het pretpark:

Bereken de som. Vergelijk de oplossing met je schatting.

ijsjes + drank = __________________________ Ik

eten + snoep + drank = _________________

ijsjes + snoep =

Bereken het verschil. Vergelijk de oplossing met je schatting.

ijsjes – snoep = Ik schat: ________________________________

=

1 7 8 8, 5 0

eten – ijsjes =

Ik schat:

Noteer de getallen correct onder elkaar en bereken. Let op het bewerkingsteken!

4 763,8 + 817,49 = Ik schat:

8 542 – 1 634,2 =

6 321,78 + 875,3 =

Reken al cijferend uit en noteer de uitkomst naast de oefening.

Bereken de totale opbrengst van de vier kraampjes. OK

Wat brengt het meest op: alle voedingskraampjes samen (ijsjes, eten en snoep) of het drankkraampje? OK

Hoeveel bedraagt het verschil? OK Vul de ontbrekende cijfers in.

BEWERKINGEN - CIJFEREN

LES 18 Vermenigvuldigen en delen met kommagetallen tot 0,001

1 2

Zoek het product. Schat eerst. Vergelijk je uitkomst met je schatting.

Ik schat: ___________________________ OK

1 245,07 x 25 = __________________________

Ik schat: ___________________________ OK

+ 30 154,7 x 3,2 = __________________________ Ik schat: ___________________________ OK x +

Reken al cijferend uit in je kladschrift. Noteer de getallen correct onder elkaar en bereken. Let op het bewerkingsteken! Controleer achteraf met een ZRM.

1. Wat is het product van 84 355,3 en 3,9? _____________________________________________

2. Het product van 43 287,8 en 42 tiende is ____________________________________________ .

3. Vermenigvuldiger 397,75 en vermenigvuldigtal 7,3 geven als product

4. De toegangsprijs voor het pretpark voor een volwassene is € 33,95 en voor kinderen € 27,35. Hoeveel moet een groep van 17 volwassenen en 26 kinderen betalen?

4

Zoek het quotiënt.

7 354,51 : 16 = ___________________________ Ik schat: ___________________________ OK

7 3 5 4, 5 1 1 6

90 358,7 : 38 = __________________________

Ik schat: ___________________________ OK

9 0 3 5 8, 7 3 8

8 407,32 : 25 = ___________________________ Ik schat: ___________________________ OK 8 4 0 7, 3 2 2 5

: 45 = ___________________________

___________________________

Reken al cijferend uit in je kladschrift. Controleer met een ZRM.

2. Het deeltal is 663. Het quotiënt is 17. Wat is de deler? _______________________________ 3

1. Wat is het quotiënt van 415 812,5 gedeeld door 125? _________________________________

METEN EN METEND REKENEN

LES 19 Inhoud, gewicht/massa en volume

Inhoud. Zet om.

Een pot con tuur bevat 250 con tuur. Een kleine auto weegt 0,75 . 1 2 3 4 5

5,8 dl = cl 0,06 l = cl

Vul de passende maateenheid in.

ml = l

cl = ml

In een emmer water past 10 water.

Een ko elepel bevat 5 .

Tel op of trek af. Let op de maateenheid.

80 cl – 30 cl = dl

Een drankje is 200 .

Een es wijn bevat 75 wijn.

1 l – 250 ml = cl 5,5 dl + cl = 0,6 l 4 cl – ml = 0,3 dl

De technieker van het pretpark moet elk tandwiel van een attractie inoliën. In zijn bus olie zit nog 0,675 l. Hij spuit gemiddeld 15 ml per tandwiel.

V Hoeveel tandwielen kan hij inoliën?

Gewicht/massa. Zet om. Gebruik de tabel.

0,25 kg = g 1 2 ton = kg

Vul de passende maateenheid in.

ton = kg

3 2 2 1 1 2 6 7 8

Tel op of trek af. Let op de maateenheid.

1 2 kg – 100 g = kg

1 ton – 2 000 g = kg

In het pretpark zijn er twee eetkramen.

0,7 kg + g = 1 kg 1 2 ton – kg = 400 kg

Eetkraam Foodie verkocht in een uur 2,5 kg braadworsten, 3 840 g frietjes en 0,89 kg hamburgers. Eetkraam Lizza’s Pizza verkocht in twee uur 4 300 g pizza, 3 2 kg panini’s en 2,6 kg pasta.

V Welk kraam verkocht het meeste gewicht/massa per uur?

Wat is het volume van deze blokkenbouwsels?

Eén kubusje meet 1 cm op 1 cm.

blokken of cm³

Bekijk het grondplan/hoogteplan aandachtig en los op.

Bouw dit plan met blokjes van 1 cm³.

blokken of cm³

Wat is het volume van dit bouwsel? blokken of cm³

Bouw een constructie met hetzelfde volume. Noteer het grondplan/hoogteplan:

4 3 4

Vul aan en omcirkel.

V Wat is het volume van deze corn akesdoos?

Een andere doos heeft een volume van 1 500 cm³. Dit is cm³ minder/meer dan 1 dm³.

LES 20 Staafdiagrammen, lijngra eken en cirkeldiagrammen

1 2

Kijk naar de lijngra ek en beantwoord de vragen. minuten maandag woensdag dinsdag donderdag vrijdag zaterdag zondag

Gemiddelde wachttijd waterattractie

Hoeveel minuten moet je gemiddeld wachten op maandag? ___________________________

Welke dag moet je het langst wachten? ________________________________________________

Op welke dag geraak je het snelst op de attractie? ______________________________________

Op welke dagen moet je even lang wachten? __________________________________________

Kijk naar het staafdiagram en beantwoord de vragen.

Welke dag had het meeste uren zon?

Welke dag had het minste uren zon?

Hoeveel dagen hadden tien of meer uren zon?

Aantal uren zonneschijn juli

Wat doen kinderen het liefst in een pretpark? meisjes

jongens show waterattractie snelle attractie rollercoaster (ondersteboven)

Kruis aan. waar niet waar

Er zijn meer meisjes die graag een show zien dan jongens.

De waterattracties zijn meer in trek bij meisjes dan bij jongens.

Jongens hangen liever ondersteboven op een rollercoaster dan meisjes.

Los op.

Openingsuren

maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag zaterdag zondag

Wanneer is het pretpark het langst open? ______________________________________________

Wanneer is het pretpark het kortst open? _______________________________________________

Harry werkt drie dagen in de week in het pretpark. Welke dagen werkt hij als je weet dat hij 29 uren per week werkt?

Kijk goed naar het cirkeldiagram. Kruis aan.

Verkoop winkeltjes pretpark

Over de middag zijn er opvallend minder mensen aan de attracties omdat ze aan het eten zijn. 4 5

notitieboekjes sleutelhangers knu elberen magneten postkaarten stickers waar niet waar

Er worden evenveel stickers als notitieboekjes verkocht.

Er worden geen magneten verkocht.

Sleutelhangers zijn het populairst.

Knu elberen, notitieboekjes en postkaarten zorgen samen voor de helft van de verkoop.

Welke uitspraak past het best bij de gra ek ? Kruis aan.

Er zijn de hele dag door veel mensen aan de attracties.

’s Morgens is er niet veel volk bij de attracties.

LES 21 Gemiddelde en mediaan

Gemiddelde = _________________________________________________________________________

Zoek het gemiddelde en de mediaan.

De attracties hebben een verschillend aantal karretjes. Bereken het gemiddelde en de mediaan van het aantal karretjes.

Gemiddelde: __________________________________________________________________________

Mediaan: _____________________________________________________________________________

Op het vliegend schip zitten bij elke rit een ander aantal mensen. Bereken het gemiddelde en de mediaan van het aantal mensen per rit per dag.

Gemiddelde vrijdag: __________________________________________________________________

Gemiddelde zaterdag: _________________________________________________________________

Gemiddelde zondag: __________________________________________________________________

Mediaan vrijdag: ______________________________________________________________________

Mediaan zaterdag: ____________________________________________________________________

Mediaan zondag: _____________________________________________________________________ 1

Los op. Je mag je ZRM gebruiken.

Otis werkt in het pretpark. Op maandag is het pretpark gesloten. Van dinsdag tot en met zondag telt Otis hoeveel personen er met het openbaar vervoer naar het pretpark komen. Dit geeft een gemiddelde van 355 personen per dag.

V Hoeveel mensen kwamen op woensdag met het openbaar vervoer?

Wat is de mediaan van de bezoekers die met het openbaar vervoer kwamen deze week?

LES 24 EN 25 Thematische outro

Evaluatie: voldoet jullie kettingreactie aan de criteria? Vink aan.

Bouw een kettingreactie op een oppervlakte van maximum 4 m², met een hoogte van minstens 0,7 m, met een symmetrisch element.

De lengte van onze kettingreactie is meter.

Plattegrond:

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.