
21 minute read
Addendum 2 _ Vragen en antwoorden
Nieuwe ideeën voelen vaak wat vreemd aan, zeker in het begin. Hier zijn enkele vragen en antwoorden die kunnen helpen om NARDIS juist te kaderen. Sommige heb je misschien zelf al gemaakt. Andere zullen nieuw zijn.
… over NARDIS
Advertisement
Is NARDIS niet te complex?
“NARDIS is inderdaad geen simpel verhaal. Maar de ecologische, economische en sociale uitdagingen waar we voor staan, zijn dat ook niet.
Nieuwe ideeën bedenken via NARDIS, vergt dus wel wat denkwerk en inspanning. Maar iets minder makkelijk lukt ook.”
Waar komt die rare naam “NARDIS” vandaan?
“De keuze viel op NARDIS, omdat SARDIN (of NARDID) nogal stom zou klinken. En ook wel een beetje omdat NARDIS de titel van een gekend jazznummer is. Trompettist Miles Davis componeerde het maar nam
het zelf nooit op. Naar verluid verkoos hij de trio-interpretatie van jazzpianist Bill Evans.”
Waarom focust NARDIS op het ecologische, het economische en het sociale? Er zijn toch nog andere uitdagingen ook?
“Je hebt gelijk dat de ecologische, economische en sociale uitdagingen lang niet de enige zijn. Maar in deze drie domeinen kunnen wij als gewone burgers nog directe impact creëren. In andere domeinen – het politieke en het technologische, bijvoorbeeld – is dat snel een heel pak moeilijker. Voor ons, burgers, zijn politieke en technologische oplossingen vaak indirecte oplossingen: oplossingen die we ondergaan. Het zijn vaak niet-inclusieve oplossingen. Politieke besluiten bijvoorbeeld, worden zo goed als altijd boven onze hoofden genomen zonder veel inspraak. In het economische, ecologische en sociale domein daarentegen, kunnen wij als burgers wél nog directe impact realiseren. Zeker in onze directe omgeving. Daarom is het goed op die drie domeinen in te zetten.
Duurzaamheid in deze drie domeinen werkt trouwens zoals communicerende vaten: ecologisch duurzame ideeën zijn vaak ook sociaal duurzaam terwijl economisch duurzame ideeën tegelijk ook ecologisch en sociaal duurzaam zijn. Duurzame initiatieven in deze drie domeinen versterken elkaar waardoor er een win-win-win situatie ontstaat. ”
Is dit niet te weinig? Gaat NARDIS wel ver genoeg?
“Wie zal het zeggen? Er zijn in dit debat zowel optimisten als pessimisten te vinden. Sommigen noemen zich zelfs realist!
Op het eerste zicht lijkt het logisch om te proberen de gigantische uitdagingen waar we voor staan op te lossen met al even gigantische oplossingen. En dus proberen we de opwarming van de aarde tegen te gaan via bijvoorbeeld wereldwijde klimaatakkoorden. Maar de realiteit is dat veel van die huidige oplossingen misschien wel gigantisch lijken, maar net daardoor te vaak dode letter blijven. Of onvoldoende impact blijken te hebben, of te complex zijn om echt impactvol te zijn, of aan kant worden geschoven wanneer de volgende economische of geopolitieke brandhaard oplaait, of aan prioriteit verliezen wanneer de politieke macht van de ene naar de andere kant verschuift.
Als we de slaagkansen om onze wereld te redden willen vergroten, moeten we zoveel mogelijk krachten zo snel mogelijk activeren. Veel meer dan we tot nu toe hebben gedaan. Daarin is een erg belangrijke rol voor ons, gewone burgers, weggelegd. Wanneer wij een hele hoop NARDIS-ideeën overal ter wereld bedenken en realiseren, creëren we meteen resultaat. Als we dat massaal doen, kan de impact die we genereren snel groter zijn dan die grootse projecten die zo verschrikkelijk lang op zich laten wachten. Anders gezegd: we hebben een duurzame tegenhegemonie nodig om de huidige (niet-duurzame) hegemonie te veranderen. En eerlijk gezegd, in het aanpakken van onze grootse uitdagingen telt elke inspanning.”
Moeten we nu echt niet grootser denken?
“In het licht van een gigantisch wereldwijd probleem zoals de opwarming van de aarde, lijken ideeën zoals #1_op_7 en de volkstuin 2.0 inderdaad maar minuscule kleine oplossingetjes. En uiteraard zijn één groepje van zeven mensen die een dag per week vegetarisch of veganistisch eten en één volkstuin 2.0 die biologisch wordt beheerd maar minuscule druppels op een alsmaar heter wordende plaat. Maar het is niet de bedoeling dat het daar bij blijft.
#1_op_7 is toegankelijk en realiseerbaar voor zowat iedereen en ook volkstuinen 2.0 kunnen we overal ter wereld opstarten, zowel in de stad als op het platteland. De stap van één #1_op_7 groepje en één volkstuin 2.0 naar vele duizenden is niet zo groot. En die duizenden groepjes en tuinen genereren wel heel wat impact. Daarenboven zijn er daarnaast nog een hele hoop andere ecologische én economische én sociale NARDIS-ideeën te bedenken. Wanneer we al die inspanningen samentellen, creëren we reële impact, wereldwijd! Wij samen zijn de hefboom waarmee we onze wereld zullen redden.”
Komt NARDIS niet te laat?
“Of we nog op tijd zijn of niet, doet er niet echt toe. Het alternatief –niets doen en afwachten – is niet echt een alternatief.
Verder musiceren terwijl het schip vergaat, zal onze kansen op overleving niet vergroten. We zijn laat om te reageren, maar het is nooit te laat om iets te doen.”
Hoe weten we of dit zal werken?
“We zullen pas weten hoe goed dit werkt wanneer we volop NARDISideeën realiseren en we de impact van onze activiteiten beginnen te zien en voelen. Dat we meer moeten doen dan we nu doen, staat hoe dan ook buiten kijf.”
Hoe vastomlijnd zijn deze NARDIS-ideeën?
“NARDIS-ideeën zijn vrij in te vullen. Er zijn enkele krijtlijnen uitgezet maar hoe een NARDIS-idee in praktijk wordt gebracht, hangt af van de mensen die het initiatief nemen.
Elk van ons kan er een eigen interpretatie aan geven. Sommige NARDIS-ideeën zullen bepaalde elementen meer en andere dan weer minder benadrukken. Eenzelfde idee kan in een andere regio net zo
goed een andere invulling krijgen. Daar is niks mis mee. Een “one size fits all” eindigt meestal in iets wat niemand echt past. We hebben geen nood aan een nieuw keurslijf. Een te strikt kader zou trouwens niet heel democratisch zijn. NARDIS wil net meer variatie mogelijk maken met meer ruimte voor interpretatie en improvisatie. NARDIS-ideeën zullen onderweg, tijdens de realisatie, ook nog volop veranderen.
Waar we zullen landen, weten we nog niet. En dat is OK.”
Is NARDIS niet té vernieuwend? Té revolutionair?
“NARDIS-ideeën zijn evolutionair, niet revolutionair. Veel van wat we vandaag al doen, zullen we morgen ook nog doen maar dan duurzamer en direct democratischer. NARDIS is een logische volgende stap. Een noodzakelijke ook: het huidige denken en doen reiken nu eenmaal niet meer de juiste oplossingen aan.”
Wil NARDIS dan geen nieuw, groots verhaal zijn?
“Oh jeetje, echt niet. Het is heel twijfelachtig of we wel een nieuw, groots verhaal nodig hebben en of het hoe dan ook kans zou maken om aan te slaan. De vele -ismes (communisme, socialisme, liberalisme, neoliberalisme, fascisme) klinken redelijk afgezaagd. Onze wereld is te complex geworden voor één grootse visie die alles verklaart en op alles een antwoord klaar heeft. Waar we nood aan hebben, zijn miljoenen kleine verhalen, geschreven en gerealiseerd door gewone burgers, zoals jij en ik. Daar reikt NARDIS de handvaten voor aan.”
… over huidige en nieuwe ideeën
Wat dan met de huidige ideeën en organisaties?
“Veel huidige ideeën zullen gewoon blijven doorlopen. Wat telt, is dat we niet langer alleen inzetten en vertrouwen op de huidige ideeën en organisaties maar ook met nieuwe ideeën en projecten aan de slag gaan. De kracht van verandering van de huidige ideeën en oplossingen is te beperkt: ze schieten tekort om de impact te realiseren die nodig is. Daarom moeten we de huidige, platgetreden paden verlaten en nieuwe wegen inslaan. Zoiets vraagt uiteraard tijd. We zullen nog wel even op zowel nieuwe als huidige ideeën moeten blijven inzetten. De hoop is dat we geleidelijk aan meer met nieuwe en minder met de huidige ideeën aan de slag gaan. NARDIS is dus een én-én verhaal. Geen of-of verhaal. ”
“We zullen nog steeds politieke en technologische oplossingen nodig hebben. Heel wat van de huidige politieke en technologische ideeën en initiatieven zullen we dus gewoon verder moeten zetten. Technologische vernieuwingen zullen een belangrijke rol blijven spelen en politieke akkoorden zullen noodzakelijk blijven om de wereld in een betere richting te sturen. Maar het is naïef te geloven dat we er met technologie en politiek alleen wel zullen geraken. Als we onze kans op slagen écht willen vergroten, zal iedereen haar of zijn deel moeten doen (burgers én politici én technologische innovators). We hebben allemaal een rol te spelen! NARDIS gaat over onze rol als burgers.
Om de grote uitdagingen waar we voor staan aan te pakken, moeten we veel meer doen dan we vandaag doen. Het bedenken en realiseren van veel nieuwe NARDIS-ideeën is een logische volgende stap. ”
Zullen de nieuwe ideeën op termijn de huidige ideeën vervangen?
“Geen idee. Voorspellingen doen is erg moeilijk. Zeker over de toekomst. We hebben nu vooral meer verschillende ideeën nodig. De ideeënarmoede van de huidige oplossingen is onderdeel van het probleem: blijven proberen de grote uitdagingen op dezelfde huidige manieren aan te pakken volstaat niet meer. NARDIS-ideeën stellen de status quo in vraag door nieuwe oplossingen binnen de huidige realiteit te realiseren. De nieuwe NARDIS-ideeën en -organisaties staan dus niet buiten de huidige realiteit maar maken er integraal deel van uit en proberen zo de huidige koers in een andere richting te sturen. Het huidige dogmatische denken helemaal vervangen door een nieuw dogmatisch denken zal ons trouwens niet echt vooruit helpen. Alle huidige ideeën vervangen door nieuwe ideeën is waarschijnlijk niet alleen onmogelijk, het zou meer dan waarschijnlijk ook niet wenselijk zijn. We hebben net nood aan meer variatie. Door nieuwe ideeën te bedenken en te realiseren, brengen we meer variatie in het huidige, eenzijdige ideeënlandschap en vergroten we de kansen om onze wereld écht te veranderen. ”
Gaan de huidige en de nieuwe ideeën dan niet botsen?
“Af en toe zal het wel eens botsen maar dat hoeft niet slecht te zijn. Wisselwerking zal er hoe dan ook continu zijn. Nieuwe NARDIS-ideeën en -organisaties zullen naast de huidige ideeën en organisaties staan. Economische NARDIS-ideeën zullen
binnen de huidige economische realiteit worden gerealiseerd. Nieuwe ondernemingen zullen dus opereren naast de huidige ondernemingen. Net zoals nieuwe ecologische en sociale ideeën binnen de huidige sociale en ecologische realiteit zullen staan. Als we veel nieuwe NARDIS-ideeën bedenken en realiseren, kunnen die na verloop van tijd de huidige ideeën beïnvloeden. Sommige huidige ideeën en organisaties zullen dan ook stilaan wat direct democratischer en duurzamer worden...
Wie weet, als we echt heel veel NARDIS-ideeën realiseren en lang genoeg volhouden, zal de balans op zeker moment misschien overslaan en wordt de dingen direct democratisch en duurzaam organiseren de norm. Zonder twijfel zal lang niet iedereen het daarmee eens zijn, zal er verzet vanuit de huidige ideeën en organisaties ontstaan en zal lang niet iedereen zo’n nieuw pad willen of kunnen inslaan. Het zal zonder twijfel af en toe voor frictie zorgen. Verandering brengt nu eenmaal tegenkanting met zich mee. Veranderingen in het verleden hebben ook best veel tegenkanting gekend en dat zal vandaag en morgen ook nog zo zijn. Hoe die frictie zich zal manifesteren? Dat is allemaal nog koffiedik kijken. Laat ons eerst maar zoveel mogelijk NARDIS-ideeën op de sporen krijgen!”
Wat is het belangrijkste onderscheid tussen de nieuwe en de huidige ideeën?
“NARDIS-ideeën zijn nieuw, realiseerbaar, actiegericht en impactvol, maar bovenal zijn ze direct democratisch en duurzaam. Daarin zit het voornaamste verschil met de huidige ideeën. Wanneer wij, gewone mensen, direct democratische en duurzame ideeën realiseren, creëren we een betere en meer leefbare omgeving. Wanneer we dat doen in onze lokale gemeenschap, zal die lokale gemeenschap de vruchten ervan plukken. Wanneer we overal ter
wereld dergelijke nieuwe NARDIS-initiatieven opzetten, zullen we na verloop van tijd globale impact creëren.”
Moeten we niet zoveel mogelijk vernieuwen?
“Alles in het nieuw steken, gaat niet. Beginnen met een hele reeks nieuwe economische, ecologische en sociale NARDIS-ideeën, zal al heel wat zijn. Daarenboven, het is niet omdat NARDIS inzet op het economische, het ecologische en het sociale, dat je jouw fantastisch nieuwe technologische of politieke idee zou moeten laten schieten. Heb je zo’n idee? Waarom het dan niet doen? Hoe meer nieuwe ideeën we proberen te realiseren, hoe beter. Al ben je best op je hoede wanneer jouw idee nauw aansluit bij de huidige ideeën. Voor je er erg in hebt, kom je misschien wel opnieuw in dezelfde mallemolen vast te zitten. Waak erover dat jullie idee bijdraagt tot de oplossing en niet het probleem. ”
… over directe democratie
Werkt directe democratie wel?
“Waarom zou directe democratie niet werken? We zijn als mensen perfect in staat om gezamenlijk beslissingen te nemen op basis van gelijkwaardigheid. En meestal zijn die beslissingen nog kwalitatiever ook!
Maar toegegeven, directe democratie is makkelijker te organiseren wanneer de grootte van de groep beperkt blijft. Een goede graadmeter is dit: zolang alle individuen binnen een organisatie elkaar nog persoonlijk kennen, is een direct democratische besluitvorming heel goed haalbaar. 150 lijkt zowat het magische getal te zijn. Binnen een groep met minder dan 150 mensen, organiseer je relatief makkelijk een werkbare direct democratische besluitvorming. Eens groepen groter worden, wordt het een pak moeilijker. Wordt de groep te groot, kijk dan of de groep kan worden opgesplitst in meerdere kleinere groepen. Of werk via deliberatieve democratie: uit de grotere organisatie wordt dan een representatieve groep van individuen samengesteld. Deze groep krijgt een mandaat om over een bepaald thema tot een besluit te komen, wat dan ook aanvaard wordt door de rest van de organisatie. Een structuur met afvaardiging is ook mogelijk: verschillende direct democratische groepen wijzen dan elk een afgevaardigde aan die de groep vertegenwoordigt, al wordt de concrete besluitvorming best wel nog op groepsniveau genomen. Probeer gerust verschillende (direct) democratische modellen uit maar weet dat over het algemeen in directe democratie het adagio “small is beautiful” geldt. ”
Waarom zijn kleine groepen beter?
“De evolutionaire bioloog en antropoloog Robin Dunbar stelt dat mensen in staat zijn om stabiele sociale relaties te onderhouden met ongeveer 150 mensen. Zodra een groep groter wordt, zijn meer regels en normen nodig. Gemeenschappen van jagers en verzamelaars – van de prehistorie tot nu – hadden en hebben daarom meestal maximaal tussen de 75 en de 150 leden. De kracht van de groep zit in het aantal: groot genoeg om te overleven, maar niet te groot om van elkaar te vervreemden. Onze vroege voorouders overleefden zo gedurende millennia: in minisamenlevingen die uiterst egalitair waren. Heel... democratisch.”
Leidt directe democratie dan niet tot chaos?
“Directe democratie toepassen wil niet zeggen dat er geen autoriteit meer is. Alleen wordt die anders ingevuld. Binnen de directe democratische organisatie wordt autoriteit verkregen op basis van expertise, niet op basis van titel of hiërarchische functie of eigendom. Wie meer expertise of kennis heeft binnen een bepaald domein, kan dus meer wegen op de discussie en onrechtstreeks zo ook op de besluitvorming. In dat opzicht, is de directe democratische organisatie oprecht meritocratisch.”
Als directe democratie zo fantastisch is, organiseren we dan niet beter zoveel mogelijk zaken direct democratisch? Ook in het politieke domein?
“Méér directe democratie in zoveel mogelijk verschillende domeinen is in elk geval een goed idee. Zowel binnen de huidige bedrijven als andere organisaties zijn er alsmaar minder redenen om vast te houden aan het huidige hiërarchische model.
Meer directe democratie in de politiek is ook geen slecht idee, al ligt dat buiten de scope van “Hoe wij onze wereld zullen redden” en NARDIS. NARDIS richt zich op het bedenken en realiseren van nieuwe ideeën en organisaties in het economische, het ecologische en het sociale domein. De huidige politieke structuren en instituten zijn toch nog een heel ander paar mouwen. Maar als jij mogelijkheden ziet in het politieke domein, doe dan vooral jouw ding.”
… over duurzaamheid
Mogen we nog wel iets doen als we ecologisch duurzaam door het leven willen gaan?
“Wat we ook doen, er zal altijd impact zijn op het milieu. Rekening houden met elke mogelijke ecologische impact op alle toekomstige generaties, is simpelweg niet werkbaar of leefbaar. Dan zou inderdaad al snel blijken dat we helemaal niets meer mogen doen. Maar we kunnen wel degelijk een tijdshorizon voorop te stellen waarbinnen we heel wat zaken heel wat duurzamer kunnen aanpakken: de twee volgende generaties, onze kinderen en kleinkinderen. Twee generaties is voor iedereen tastbaar. Kijk naar de eerdere generaties die een directe impact hadden op jouw persoonlijke ontwikkeling: dat zijn je ouders en je grootouders. Een toekomstperspectief dat rekening houdt met de twee volgende generaties is dan ook heel zinnig, tastbaar en concreet. Elke positieve impact die je voor hen creëert, maak je deels nog zelf mee. Als jij dat doet voor jouw kinderen en kleinkinderen, en jouw kinderen dat vervolgens doen voor hun kinderen en kleinkinderen, en zij dan weer voor hun kinderen en kleinkinderen, en zij dan weer... ... dan zijn we vertrokken voor een hele lange duurzame rit!”
Wat dan met de economische groei?
“Het vermogen van de planeet om zichzelf te hernieuwen is ingehaald en voorbijgestoken door de economische groei. Om onze ecologische voetafdruk te compenseren, zouden we nu al anderhalve aarde nodig hebben. Laat het duidelijk zijn: die is er niet. Er is geen planeet B. Permanente economische groei is best een vreemd idee: geen enkel systeem groeit oneindig, behalve onze economie?
Eeuwigdurende economische groei is meer dan waarschijnlijk een fabeltje. Op zich is dat geen enkel probleem. Een vol en rijk leven in een meer statische economie is perfect mogelijk. Al vereist het wel dat we ons idee van “rijkdom” en “rijk zijn” bijstellen. We zullen onder meer consumeren moeten vervangen door consuminderen of minstens “consumanderen” (= anders consumeren). Verder doen zoals nu, is geen optie meer. We moeten dringend betere huismoeders en huisvaders van onze planeet worden. Onze huidige economie put de mensen en de planeet uit. Het wordt hoog tijd dat we het economische, het sociale en het ecologische terug meer in evenwicht brengen. Om dat te doen, zullen we de manier waarop we samenwerken en -leven, moeten herdenken. We zullen de wijze waarop we welvaart interpreteren, distribueren en herverdelen, moeten herorganiseren. NARDIS helpt daarbij.”
… over de nieuwe onderneming
Wat is het probleem met onze huidige economie?
“Het huidige economische landschap heeft veel weg van een monocultuur maar net zoals elke monocultuur is ook de economische variant heel kwetsbaar! Ze put systematisch de grond uit waaruit ze haar opbrengst haalt: wij (mensen) en onze planeet. Als we werk willen maken van een stabielere en duurzamere economie, moeten we zorgen voor meer economische variatie. Economische NARDIS-ideeën zoals de nieuwe onderneming helpen daarbij.”
Wat dan met de huidige ondernemingen?
“Lang niet alle huidige ondernemingen zijn even grote boemannen. Heel wat kleine en middelgrote (familie-)bedrijven proberen nu al een zo duurzaam mogelijk beleid te voeren. Daar staat tegenover dat hoe groter een onderneming wordt, hoe complexer het vaak wordt economisch, ecologisch en sociaal duurzaam te werken. Denk maar aan de vele multinationals die fiscale constructies opzetten om zo weinig mogelijk belastingen te betalen. Dat is niet sociaal duurzaam. Integendeel. Dergelijke asociale praktijken moeten er absoluut uit. ”
Hebben we wel nieuwe ondernemingen nodig? Waarom niet gewoon de huidige ondernemingen omvormen?
“Een huidige onderneming en organisatie veranderen is een heel moeilijke oefening: de huidige manier van denken en doen is er ingebed. Volgens veranderingsmanagement experten mislukt een op twee veranderingstrajecten in organisaties. Met dat in het achterhoofd is het zinvoller de zaken van bij aanvang goed aan te pakken en dat
zal beter lukken in nieuwe ondernemingen die we van de grond af opbouwen. Daarenboven is er één element dat meer dan waarschijnlijk quasi onmogelijk door te voeren zal zijn in zowat elke huidige onderneming: het herdefiniëren van het eigendomsrecht over de onderneming. De nieuwe onderneming is een onderneming zonder privéeigenaars. Maar er zullen slechts heel weinig huidige eigenaars te vinden zijn die bereid zijn hun eigendom – hun aandeel in het bedrijf – op te geven. De scheidingslijn die nu door de meeste huidige ondernemingen loopt, is die tussen aandeelhouder en niet-aandeelhouder. Met andere woorden: bezit je een deel van het bedrijf of niet. Maar die scheidingslijn creëert een vreemd en vaak pervers effect: de medewerkers die het bedrijf draaiende houden – die de omzet en de winst creëren – hangen af van de goede wil van de aandeelhouders óf en hoevéél winst er met hen wordt gedeeld. Ook al hebben die aandeelhouders voor de rest weinig tot helemaal niets vandoen met het bedrijf. Vaak is hun enige band met het bedrijf beschikken over een eigendomsbewijs. De nieuwe onderneming gooit dat principe overboord.”
De nieuwe ondernemingen zullen toch niet al onze economische uitdagingen oplossen?
“Nee, dat niet. Maar nieuwe ondernemingen pakken wel een brede waaier van huidige uitdagingen aan:
• Door een meer gelijke verdeling van de welvaart binnen de nieuwe ondernemingen, wordt een deel van de toenemende kloof tussen arm en rijk tegengegaan. • Door duurzamer te werken wordt de negatieve impact op het ecosysteem ingeperkt. • Door continu te zoeken naar de juiste balans tussen het individueel belang en het groepsbelang wordt het steeds verder om zich heen grijpend individualisme afgeremd.
Daarnaast leidt het direct democratische en duurzame karakter van de nieuwe onderneming tot... • Meer gelijkheid op de werkvloer, • Meer betrokkenheid van alle medewerkers,
• Een fairdere verdeling van de welvaart,
• Een internalisering van de externe milieukosten, • Minder mensen die afhaken door stress en burn-out,
Nieuwe ondernemingen zullen niet alle problemen oplossen, maar ze zullen ons wel een heel eind vooruithelpen. En daarnaast zijn er vast nog een hele hoop andere economische NARDIS-ideeën te bedenken en te realiseren. ”
… over verandering
Is het niet naïef te denken dat wij, gewone burgers, de wereld zullen veranderen?
“Misschien wel. Maar het is net zo goed naïef te geloven dat we enkel met meer technologische innovatie en meer politieke besluiten de wereld terug op een beter spoor zullen krijgen. Alle groene technologie ten spijt blijft onze wereldwijde ecologische voetafdruk maar groeien, zonder enig vooruitzicht dat die binnenkort echt zal verkleinen. Ondanks alle politieke besluitvorming blijven de ecologische, economische en sociale uitdagingen immens. Zonder intensieve, volgehouden inspanning van ons allemaal, dreigt hoe dan ook elke poging tot verandering onvoldoende te zijn. Om echte, duurzame verandering te realiseren, moeten we anders denken en handelen. In “Op weg naar een duurzame samenleving” heet dat “hegemonie”: hoe we denken en wat we doen, van individuen over sociale organisaties tot instituten. Verandering binnen de samenleving en de huidige hegemonie is altijd mogelijk en zelfs onvermijdelijk, maar tegelijk is het niet evident: hegemonische verandering verloopt meestal traag en van onderen naar boven, niet omgekeerd. Wij, burgers, zijn dan ook de belangrijkste hefboom voor verandering. Wanneer wij veranderen, verandert de hegemonie. Wanneer wij duurzamer denken en handelen, verduurzaamt onze wereld. “Op weg naar een duurzame samenleving” zoomt in op hoe hegemonie bepaalt hoe we denken en wat we doen, als individuen, sociale organisaties en instellingen, en hoe een duurzame tegenhegemonie ons wegleidt van de huidige hegemonie en ons zo op weg zet naar een duurzame samenleving. Het is een soort van voorstudie en theoretische onderbouwing van “Hoe wij onze wereld zullen redden”.”
Is verandering – zeker zo’n ingrijpende verandering – wel mogelijk?
“Alles verandert, zo goed als niets (misschien wel niets) blijft eeuwig statisch.
De wereld verandert ons, en wij veranderen de wereld. Elk van ons kan daarin een verschil maken. Veel grootse veranderingen in onze geschiedenis zijn er pas gekomen nadat gewone burgers in actie kwamen en zich organiseerden. En veel van die veranderingen zijn begonnen bij één individu en één idee dat in actie werd omgezet. Eén idee kan het begin zijn van een hele reeks dominostenen die één voor één vallen. Hoe meer NARDIS-ideeën we dus bedenken en realiseren, hoe meer kansen we creëren om onze wereld te redden. ”
Wat met directe actie en protestacties rond duurzaamheid? Zijn die NARDIS?
“Directe acties – denk bijvoorbeeld aan lokale protestacties of bewegingen zoals Occupy of Extinction Rebellion – zijn erg nuttig als bewustwording of om een direct resultaat te realiseren. Directe acties schudden de publieke opinie wakker en slagen er geregeld in nietduurzame activiteiten op korte termijn een halt toe te roepen. Vaak ontstaan ze uit noodzaak: er moet bijvoorbeeld snel worden gereageerd op een acuut probleem. Al zijn er wel enkele gelijkenissen (beide zijn actiegericht, veelal duurzaam en direct democratisch georganiseerd), toch zijn er ook belangrijke verschillen: veel directe acties zijn tijdelijk waardoor ze op langere termijn soms minder impactvol zijn. Nogal wat directe acties spreken een ietwat “alternatiever” publiek aan, terwijl NARDIS mikt op de doorsnee burger die bezorgd is over de staat van onze wereld en waar die heen evolueert. NARDIS-ideeën worden idealiter door gewone mensen gerealiseerd en volgehouden. Zo bouwen we samen aan een tegengewicht voor de huidige ideeën en manieren van handelen. Dat moeten we ook lang aanhouden: anders denken en
handelen doe je niet van de ene op de andere dag, daar gaat best wat tijd over. Directe acties en protestacties zijn dus niet per se NARDIS-ideeën: naast enkele gelijkenissen zijn er ook belangrijke verschillen. Maar hoe dan ook zullen directe acties hun rol moeten blijven spelen.”
Is dit geen utopische poging om terug te keren naar een verleden dat al lang niet meer bestaat?
“Nee, NARDIS-ideeën zijn geen poging om terug te keren naar vroegere tijden. Zelfs wanneer we oude ideeën recycleren, is het belangrijk die naar vandaag te vertalen. Wat ooit was, komt niet meer terug. De wereld en de context waarin we denken en handelen, evolueert continu.
NARDIS is toekomstgericht. Hoe relevant een analyse van het verleden ook mag zijn, wat telt is wat we vandaag doen met als doel een resultaat morgen. NARDIS is dus geen nostalgische terugkeer naar vroegere tijden: het is een actieplan voor een nieuwe, duurzame en direct democratische wereld.”