![](https://assets.isu.pub/document-structure/201015095830-21973933c762c6ef240f1d581a4eb008/v1/acc06a69ec4af81dc504de7d7d11716a.jpg?width=720&quality=85%2C50)
10 minute read
Vertical in beeld: Onderwijs
from TBM 02/2018
Onderwijs zit in digitale overgang
Het onderwijs zit in een overgang van papier naar digitaal. Aan de achterzijde is dit al grotendeels afgerond. Nu komt de voorkant aan bod: hoe kan ICT ingezet worden om leerlingen voor te bereiden op een digitale samenleving? Hoe kunnen en moeten docenten hiermee aan de slag? ICT-leveranciers en uitgevers zijn druk bezig hier grip op te krijgen. Kunnen ICT-resellers hier ook nog een rol spelen, of blijft voor hen alleen een functie als dozenschuiver over?
Advertisement
De digitalisering van het onderwijs is niet nieuw. Het afgelopen decennium is aan de achterzijde al veel geautomatiseerd en gedigitaliseerd: roosters, leerlingendossiers. De toegang tot een nieuwe digitale wereld is tot stand gekomen met draadloze netwerken, laptops, tablets en smartphones. Digitale leermiddelen worden voor steeds meer leeropdrachten ingezet. Digitale transformatie betekent dat er nieuwe (digitale) vaardigheden gevraagd worden voor nieuwe manieren van communicatie en samenwerking. Leerlingen zullen op school moeten leren hoe ze de juiste vaardigheden kunnen verwerven om zich een weg te vinden in een digitale samenleving. Scholen staan aan het begin van deze tweede omwenteling en zoeken moeizaam hun weg. Digitalisering: substitutie en fragmentarisch Er is ontzettend veel beschikbaar aan digitale middelen. Wat er tot nu toe volgens Reijer van Wegen – directeur van op het onderwijs gerichte ICT-aanbieder Veltwerk - vooral heeft plaatsgevonden, is één op één substitutie van bestaande lesstof. Papieren leermiddelen zijn gedigitaliseerd, maar het curriculum zelf (de lesstof) is bijna niet veranderd. Waar dat wel gebeurt, is het vaak fragmentarisch en leunen scholen vooral op de uitgeverijen van lesmethodes in plaats van dat ze zelf actief aan de slag gaan met de benodigde vernieuwing.
“Ik denk dat dit een reden is waarom iPad-scholen niet zijn aangeslagen. Zo veel als mogelijk de iPad gebruiken was het uitgangspunt, maar daarbij is onvoldoende gekeken naar kwaliteit en bruikbaarheid van de lesstof. Het onderwijs bedienen met ICT lukt alleen goed wanneer je eerst goed nadenkt over wat je doelen zijn en waarom je technologie nodig hebt om die doelen te behalen. Daarbij gaat het vooral om het centraal stellen van docenten en leerlingen en wat ze willen bereiken. De samenleving verandert en dit vraagt om het aanleren van nieuwe kennis en vaardigheden. Het heeft weinig zin om iedereen een tablet of chromebook in de handen te stoppen zonder dat het lesprogramma daarop is afgestemd.”
Nederland loopt achter Vernieuwing van het curriculum is niet voor de tijd, meent Martin Diepeveen, Education Lead bij Microsoft. De digitalisering van de samenleving en het bedrijfsleven is in volle gang maar de laatste vernieuwing van het curriculum is in 2008 doorgevoerd en enkele jaren eerder ontwikkeld. Dat is nu 12 jaar geleden. Een nieuw curriculum zal niet eerder dan in 2021 ingang vinden. Ondertussen zullen er circa 2 miljoen leerlingen
de arbeidsmarkt opstromen zonder voldoende digitale geletterdheid. Diepeveen: “We lopen achter bij veel landen in onze omgeving, zoals Engeland of Spanje, waar digitale vaardigheden al wel landelijk onderdeel uitmaken van het curriculum.” Wel zijn er volgens Diepeveen al goede voorbeelden van een integrale aanpak, zoals in Groningen (Digideal), waar scholen, gemeenten en provincie samen optrekken om digitale geletterdheid op een hoger niveau te krijgen. Dat is integraal onderdeel van het curriculum geworden. “Wij ondersteunen daar door digitale vaardigheden op het programma van iedere leerling en student te krijgen of je nu op de basisschool zit, een kappersopleiding volgt of op de PABO studeert.”
Leerlingen centraal Zo kijkt ook de NSG er tegenaan. De eerste automatiseringsslag maakte de Nijmeegse middelbare school NSG al 20 tot 25 jaar geleden. Hoewel communicatie met ouders en leerlingen nu vooral digitaal verloopt en leerlingvolgsystemen zoals Magister normaal geworden zijn - toegankelijk vanaf elk device - is digitalisering geen doel op zich. Leerlingen staan centraal, benadrukt operationeel directeur Erick Loermans van de NSG. “Wij willen hen klaar maken voor de snel veranderende maatschappij. Leerlingen en ook docenten moeten daarom meer de regie krijgen. Maatwerk in lesmethoden, in vak- en roosterkeuzes is belangrijk. Dat is onze visie en daar moet alles in passen. Of het nou gaat om het invoeren van een keuzerooster of digitalisering van het onderwijs.” Dat is een andere route dan die veel andere scholen gevolgd hebben. De vernieuwing van het WiFi-netwerk, pilots en daarna schoolbreed invoeren van chromebooks, het gebruik maken van digitale lesmaterialen, alles moet de visie van noodzakelijke onderwijsvernieuwing ondersteunen.
Docenten ondersteunen ICT-coördinator Jan Koopman (docent Economie) van de NSG vindt het in het kielzog van ‘leerlingen centraal’ belangrijk dat docenten zo veel mogelijk ondersteund worden in het op een slimme manier inzetten van lesmethoden en lesstof. Dat kan op papier of digitaal zijn, of een combinatie. Het gaat er om wat het beste werkt voor een vak en voor een leerling. “Een harde keuze voor papier of – in de meeste gevallen – digitaal is niet goed. Je moet ook niet afwachten wat uitgevers aanbieden. Bij de een is dat vooral ‘boeken onder glas’(één op één vertalen van de lesstof naar digitale toegankelijkheid) of een vernieuwde lesmethode waarbij allerlei digitale toepassingen gebruik worden om maatwerk voor docenten en leerlingen mogelijk te maken.”
Als voorbeeld schetst Van Wegen (Veltwerk) hoe ICT met simpele middelen een handvaardigheidsdocent kan ondersteunen. “Hij of zij kan net zoals vroeger elk project van een leerling fysiek bekijken en beoordelen en dan het oordeel en cijfer digitaal invoeren. Dan is zo’n docent misschien een halve dag bezig. Hij kan ook zijn leerlingen de opdracht geven een project van diverse kanten te fotograferen en voorzien van informatie over wat de leerling er mee bedoelt, digitaal laten uploaden. De leerling leert zo op een meer digitale manier een project maken en de docent kan projecten sneller
Rol voor ICT-reseller Welke rol is er weggelegd voor de gemiddelde ICT-reseller bij het bedienen van het onderwijs in de nieuwe digitaliseringsslag? Het wordt namelijk druk op het digitale speelveld. Zo claimen grote uitgevers steeds meer een positie voor zichzelf, nu traditionele boeken minder omzet opleveren. Zo is Magister van de Iddink Groep veruit het grootste leerlingvolgsysteem. Daarnaast wordt er op meer overkoepelend niveau samengewerkt, om de ICT-basis op orde te houden. Er is zelfs al een landelijk initiatief
beoordelen.” voor de inkoop van ICT-producten en -diensten onder de naam SIVON (zie kader). Dat zal leiden tot grotere aanbestedingen waarbij grotere ICT-partijen vaak meer kans maken. Als je dat combineert met het gebruik van Cloud-toepassingen zoals van Google of Microsoft, lijkt er voor ICT-aanbieders zoals resellers steeds minder een rol voor het onderwijs. Volgens Loermans en Koopman van de NSG verdwijnt door de opkomst van centrale systemen zoals Magister en werkomgevingen zoals van Google of Microsoft de noodzaak van veel ICT-beheer. Dat wordt meer facilitair beheer.
Dozenschuiver en adviseur Voor ICT-aanbieders zien directeur en docent van de NSG echter nog wel degelijk specifieke rollen weggelegd. Als de traditionele dozenschuiver – want hardware zoals chromebook, WiFi-netwerken, digitale schoolborden, blijft
Vraagbundeling ICT
In december 2017 is voor vraagbundeling van ICT-producten en -diensten SIVON van start gegaan, van internetconnectiviteit en WiFi-netwerken tot en met digitale diensten. De inkoopcoöperatie is bedoeld voor publieke scholen in het primair en voortgezet onderwijs. Vooralsnog doen er 24 besturen mee van onderwijsinstellingen. De ambitie is het realiseren van goed onderwijs met een toekomstbestendige ICT-infrastructuur en kwalitatief hoogwaardige ICT-producten, zo stelt SIVON op de eigen website. Advies en het benchmarken van de beste producten en diensten horen daar ook bij.
Pijnpunten: geen geld, hoog BTW-tarief
Een van de eerste diensten waar de inkoopcoöperatie mee aan de slag is gegaan, is een dienst externe connectiviteit, omdat stabiele en snelle internetverbindingen voor het geven van les en bieden van toegang tot digitale leermiddelen steeds belangrijker wordt. Minister Slob van Onderwijs onderschrijft dit belang, maar stelde in januari 2018 geen extra financiële middelen hiervoor beschikbaar te hebben. Een ander probleempunt op digitaal gebied is het hoge BTW-tarief op digitale leermiddelen (21%) versus het lage tarief op papieren leermiddelen. Dit hoge tarief staat volgens organisaties zoals de PO-raad (brancheorganisatie primair onderwijs) en de VO-Raad (brancheorganisatie voortgezet onderwijs) digitale innovatie in het onderwijs in de weg. Voor een verlaging van het BTW-tarief op digitale leermiddelen is echter een Europese wetswijziging nodig. De minister verwacht dat de gesprekken hierover voor komende zomer worden hervat.
Yes. Eindelijk kostenbeheersing.
Met Yes E-view.
![](https://assets.isu.pub/document-structure/201015095830-21973933c762c6ef240f1d581a4eb008/v1/4eadb495603982c0036b939dcb1230a6.jpg?width=720&quality=85%2C50)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/201015095830-21973933c762c6ef240f1d581a4eb008/v1/06cef121d828b732b0769c1c933da7ed.jpg?width=720&quality=85%2C50)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/201015095830-21973933c762c6ef240f1d581a4eb008/v1/64b9b629e4c8e79c7b7126c44e5edacb.jpg?width=720&quality=85%2C50)
![](https://assets.isu.pub/document-structure/201015095830-21973933c762c6ef240f1d581a4eb008/v1/ee915b8671f4590cc088c926416165dd.jpg?width=720&quality=85%2C50)
Een deel van ondernemen is kostenbeheersing. Om klanten daarin te ondersteunen hebben we Yes E-view ontwikkeld. Het perfecte instrument om telecomkosten te beheersen. Op ieder moment van de maand heeft uw klant een duidelijk overzicht in het actuele verbruik van zowel spraak als data. Daarmee kunnen zij op tijd actie ondernemen en worden verrassingen op de eerstvolgende factuur voorkomen.
MetMet Yes E-view maakt uw klant niet alleen een analyse van de totaalfactuur of per aansluiting. Het is ook mogelijk om per uur, dag, week of maand een analyse te maken. Met één druk op de knop is het mogelijk om kostenplaatsen en gesprekslabels aan te maken én daarnaast kunnen klanten door middel van selfservice een nieuwe simkaart activeren en blokkades in- en uitschakelen.
Voor meer informatie gaat u naar www.yestelecom.nl
nodig. Of: als ad hoc adviseur om mee te denken over nut en noodzaak van het toepassen van digitale technologie bij het bereiken leerdoelen.
Ook Microsofts Diepeveen ziet voor het kanaal een rol in het faciliteren van onderwijsinstellingen in hun digitale transformatie – aan de achterzijde en aan de leerlingkant. Die rol ligt in eerste instantie op adviserend gebied. Dat vergt wel meer dan in staat te zijn om de Office-apps of Magister op een tablet of smartphone te ontsluiten, of de aanleg van een WiFi-netwerk dat meer capaciteit aan kan. “Je moet weten wat er allemaal speelt in het onderwijs. Waar docenten, besturen, overheden mee bezig zijn. Dat moet je kunnen koppelen aan processen en dan pas aan ICT en digitale middelen. Dat is best veel. Door partnerships aan te gaan met scholen, resellers en ICT-leveranciers zoals Microsoft, kunnen we samen het onderwijs het beste bedienen.”
Adviseren zonder implementeren Veltwerks Van Wegen ziet net zoals Diepeveen vooral veel in de adviesrol - zonder dat hier meteen implementatie aan vast zit. Reden voor Veltwerk om twee teams te hebben die met potentiële klanten aan de slag gaan. Allereerst een team van onderzoekers en adviseurs, met in tweede instantie een team van techneuten.
Advies begint volgens Van Wegen ook niet met technologie, maar met de behoeften van een organisatie. Waar wil men heen, wat zijn de doelstellingen? In het geval van een onderwijsinstelling is het doel het bijbrengen van de juiste kennis en vaardigheden. De school kiest de leerstof (het curriculum) die ze wil gebruiken om die doelstelling te realiseren. De relatie tussen leerdoelen en lesstof zal eerst duidelijk moeten zijn om te kunnen beoordelen of, hoe en waarom ICT hierin kan ondersteunen. “De doelstellingen voor een topsportschool zullen heel anders zijn dan van een reguliere VMBO-opleiding. Daarnaast heeft binnen een school elke sectie weer andere deeldoelen. Er is dus geen one-size-fits all.”
![](https://assets.isu.pub/document-structure/201015095830-21973933c762c6ef240f1d581a4eb008/v1/b7b21a1cdd75e36b7fd13a2ce8870ce0.jpg?width=720&quality=85%2C50)
Microsoft is niet alleen als technologieleverancier actief op het gebied van digitalisering in het onderwijs. De onderneming probeert op diverse gebieden digitalisering bij en van scholen te ondersteunen. Dat betekent onder meer dat er:
*Samengewerkt wordt met docenten die voorop lopen met het (willen) toepassen van digitale lesmethoden en instrumenten, zodat zij geen roepende in de woestijn zijn.
*In het geval van scholen waar met name het bestuur enthousiast is, organiseert Microsoft regelmatig sessies om leerkrachten te laten zien hoe technologie kan helpen bij onderwijsvernieuwing.
*Dan moet welde ICT-infrastructuur van een school op orde zijn. Dat is de basis, anders kun je nog zoveel willen maar dan krijg je de grote meerderheid niet mee.
*Ten vierde moet het curriculum goed digitaal toegankelijk gemaakt worden, ook voor docenten. “dat begint al op de pabo’s, waar docenten in opleiding de juiste digitale vaardigheden geleerd moeten krijgen als integraal onderdeel van hun eigen curriculum.”
*Een vijfde element is maatwerk voor leerlingen. Hoe kun je ervoor zorgen dat een leerling die niets met bijvoorbeeld scheikunde heeft of er niet goed in is, meer belangstelling of inzicht krijgt door bijvoorbeeld een spel als Minecraft Chemistry er voor in te zetten om de lesstof te leren.
Samenwerking tussen stakeholders – van leveranciers en resellers tot en met overheden en onderwijsinstellingen zelf (bestuur, docenten) is echter het belangrijkste element. “De verandering in het onderwijs moet vanuit onderwijs en overheid zelf geïnitieerd worden,” stelt Diepeveen. “Technologieleveranciers, uitgevers van digitale leermiddelen, moeten vooral faciliteren en meedenken.”