
7 minute read
Slimme stad vraagt om slimme beslissingen
De ontwikkeling van smart cities is niet te stoppen, ondanks dat veel steden zich in de basis vergalopperen. “Steden kijken te weinig naar een infrastructuur die flexibel genoeg moet zijn om allerlei toekomstige plannen onder te brengen en met een uniform beheersysteem”, stelt Spencer Hinzen, EMEA Director Business Development bij Ruckus Networks.
Advertisement
De voordelen van een slimme stad zijn inmiddels genoegzaam bekend. Dankzij data en digitalisering is het mogelijk maatschappelijke vraagstukken als bereikbaarheid, veiligheid, werkgelegenheid en duurzaamheid slim en efficiënt te beantwoorden. Een smart city stimuleert daarnaast de stedelijke economie en vergroot de gastvrijheid voor toeristen. “Voor gemeenten is het een tool om effectiever beleid te kunnen maken”, zegt Spencer Hinzen. De specialist op het gebied van smart cities bij Ruckus Networks haalt daarvoor graag de SmartZone in Antwerpen aan. “Deze zone is volledig van WiFi-dekking voorzien. Passantentelling, sensoren om de luchtkwaliteit te meten, slimmere routering van het verkeer en het in kaart brengen van de bewegingsstromen in de stad zijn slechts enkele voorbeelden die daardoor mogelijk zijn geworden.”
Kostenbesparend
Een slimme stad biedt nieuwe services aan bewoners en bezoekers, maar leidt ook tot kostenbesparingen, met name door hogere efficiencyefficiëntie. Hinzen: “Als je een stad bijvoorbeeld uitrust met intelligente cameratechnieken, kun je handhavend personeel sneller en effectiever inzetten, ook in de buitenwijken. Dat is niet alleen efficiënt, het zal ook tot een hogere tevredenheid van de inwoners leiden, wat het leefklimaat verbetert.”
Een ander ‘hot item’ is steden nu en in de toekomst bereikbaar houden. De toenemende digitalisering van verkeersstromen helpt om verkeer effectief te routeren door de stad. “De digitale auto, verkeerslichten, sensoren in de weg en digitale informatie over files en wegwerkzaamheden helpen om de bereikbaarheid te verbeteren.” “Efficiënt”, noemt Hinzen dat. “Want als je dan ook nog eens slimme automatische parkeergelegenheden creëert, kun je een gedeelte van de controleurs voor andere diensten inzetten. Een echt slimme stad leidt simpelweg tot kostenbesparingen.”
Steun voor detailhandel
Ook voor retailers bieden smart cities veel nieuwe kansen. Niet voor niets is de Europese Commissie gestart met het WiFi4EUprogramma, waardoor alle Europese gemeenten subsidie kunnen aanvragen voor de ontwikkeling van smart cities. De achterliggende motivatie is het stimuleren en moderniseren van de detailhandel. Deze steun voor de ontwikkeling van smart cities is voor retailers uitstekend nieuws, aldus Hinzen. “Dankzij nieuwe technologieën worden winkeliers kostenefficiënter, kunnen ze het contact met de klant intensiveren en beter inspelen op behoeften. De customer engagement neemt toe, de online en offline wereld komen samen en de interactiviteit met de klant krijgt een enorme boost. Smart city WiFi-netwerken halen klanten weer naar de stad en creëren een geheel andere beleving.”
Solide basis ontbreekt
Dat gezegd hebbende, signaleert de EMEA Director Business Development bij Ruckus Networks wel dat lang niet altijd een goede basis wordt neergelegd. Tot zijn spijt ziet hij regelmatig dat allerlei initiatieven los van elkaar worden ontwikkeld en uitgerold, wat allereerst niet erg efficiënt is. “Als je op langere termijn diensten slim wilt kunnen blijven combineren en de kosten beheersbaar wilt houden, is het verstandig nu al te kijken naar een solide basis”, waarschuwt Hinzen. Een andere uitdaging is dat klanten van Ruckus - waaronder gemeenten - niet alleen om een WiFioplossing vragen, maar om een geïntegreerd netwerk, inclusief bijvoorbeeld Bluetooth en LoRa. “We upgraden de infrastructuren met meer dan WiFi alleen en bouwen deze geïntegreerd verder uit met andere technologieën. Dat is wel zo efficiënt.”
Hinzen ziet nu in verschillende steden projecten met een wirwar aan infrastructuren. Dat is op termijn vragen om problemen. Hij geeft een voorbeeld: “Diverse steden zijn bezig met slim parkeren met behulp van WiFi. Als je daar een Traffic Management oplossing naast zet die gebaseerd is op ZigBee en een Asset Management systeem op basis van BLE, waarmee je bijvoorbeeld leenfietsen wilt tracken, dan heb je al drie verschillende infrastructuren opgezet, waarvoor je ook driemaal kennis in huis moeten zien te krijgen. Voor ieder van die oplossingen valt iets te zeggen. Maar als je ze alle drie naast elkaar zet, ben je niet efficiënt bezig. Bovendien wordt het zo steeds moeilijker deze initiatieven bijeen te brengen tot een combinatie van diensten die elkaar versterken en samen de smart city vormen die je voor ogen had.”
In plaats van een geheel nieuwe infrastructuur op te bouwen voor ieder nieuw idee, is het handiger te kijken hoe een toch al uitgerolde infrastructuur gebruikt kan worden om nieuwe nevendiensten te ontwikkelen. Als je toch al een Wifi-netwerk over de stad legt om slim parkeren mogelijk te maken, bedenk dan dat je datzelfde netwerk ook uitstekend kunt gebruiken voor Traffic en Asset Management. “En als je dan toch bezig bent, overweeg dan ook om bijvoorbeeld gratis WiFi aan te bieden: een nieuwe dienst waar je ongetwijfeld de handen voor op elkaar krijgt bij de inwoners en de mensen die de stad bezoeken, en die kostentechnisch gezien een ‘quick win’ is omdat je het grootste deel van de initiële investering al hebt gedaan uit het parkeerpotje”, geeft hij een simpel advies.
Centrale IoT Suite
In de waan van de dag wordt een uniforme infrastructuur neerzetten nogal eens vergeten. Om in de toekomst bestaande diensten eenvoudig te kunnen uitbreiden naar nieuwe oplossingen, pleit Hinzen dan ook voor één centrale IoT Suite. “Dat voorkomt dat je vroeg of laat vastloopt in een woud van standaarden, apparatuur en diensten. Nu wordt nog vaak geïnvesteerd in oplossingen die gericht zijn op een enkele toepassing, zonder dat iemand zich afvraagt of die te integreren is met andere IoT initiatieven. Veel slimmer is het om nu al te kijken naar een infrastructuur die flexibel genoeg is om allerlei toekomstige plannen onder te brengen in een uniform beheersysteem. De kans op een gunstige ROI neemt drastisch toe als je voorkomt dat voor ieder nieuw idee het hele wiel opnieuw moet worden uitgevonden.”
Nlyte in zee met IBM Watson

Machine learning versterkt DCIM
Nlyte maakt gebruik van het IBM Watson IoT-platform om een zogeheten cognitieve DCIM-oplossing op de markt te kunnen brengen. Hiermee kunnen de enorme hoeveelheden data die monitoring in een datacenter oplevert, worden geanalyseerd op patronen en onderlinge relaties. Het doel daarvan is het verder optimaliseren van de operatie van het datacenter.
Datacenters worden steeds complexer, doordat zij steeds vaker hele specifieke rollen krijgen. Denk aan edge computing, gecontaineriseerde implementaties, hybride IT- en multicloud-omgevingen. Tegelijkertijd dienen zij onderling verbonden te zijn om IT-diensten aan de gebruikers te kunnen leveren. Om de operatie van het datacenter te optimaliseren en de prestaties van de diverse IT-toepassingen te garanderen, verzamelen datacenter operators grote hoeveelheden monitoring- en andere gegevens. Dit verzamelen is vaak nog wel te doen, al is het nog niet zo eenvoudig om alle data op een centrale plek vast te leggen. Een groter probleem is het begrijpen van al deze data. Laat staan dat een datacenter manager op basis van deze gegevens snel tot actie kan overgaan.
Intuïtieve tools
Er is duidelijk behoefte aan intuïtieve tools om al deze informatie snel te kunnen verzamelen en te analyseren. Zodat eigenaren van datacenters een beter inzicht krijgen in de IT-workloads en de impact daarvan op de fysieke infrastructuur van hun faciliteit. “Ongeacht het type datacenter of het toegepaste bedrijfsmodel moeten operators gebruikmaken van analyses om de operationele kosten te minimaliseren en inzicht te krijgen in de infrastructuur waar de werklast draait”, zegt Enzo Greco, Chief Strategy Officer van Nlyte Software. “Nlyte heeft zich altijd al gericht op het bij elkaar brengen van facilitair beheer en IT-operaties. De volgende stap in deze evolutie is het toepassen van IBM Watson IoT. Dit platform biedt machine learningtechnologie om potentiële problemen in de infrastructuur op te lossen. Daarbij kunnen we de impact van IT workloads op de facilitaire laag verbeteren door de posities die deze workloads op zaal en in de racks krijgen te optimaliseren.”
Data streamen
Nlyte Machine Learning is dus gebaseerd op IBM Watson IoT. Het richt zich op het vraagstuk van het verzamelen, normaliseren en creëren van patronen van monitoring- en andere data over zowel de fysieke infrastructuur als de IT-systemen.
Deze data wordt hiertoe gestreamd naar IBM Watson IoT. Deze software gebruikt vervolgens technologie voor machine learning om voorspellende modellen te ontwikkelen. De resultaten van deze analyses wordt vervolgens weer teruggestuurd naar Nlyte. Hier wordt deze info in een visueel dashboard weergegeven. In dit dashboard zijn potentiële problemen zichtbaar, zoals rijen met servers die in de (nabije) toekomst meer koeling nodig hebben dan nu op die posities beschikbaar is.
Workload-infrastructuur
Met dit soort informatie kunnen datacenterbeheerders eventuele toekomstige problemen proactief identificeren en IT workloads preventief verplaatsen. Het nettoresultaat is meer controle over de infrastructuur met meer flexibiliteit en een grotere betrouwbaarheid.
“De workload-infrastructuur wordt steeds belangrijker en de manier waarop een organisatie deze beheert, is rechtstreeks van invloed op de prestaties en de beschikbaarheid van applicaties”, aldus Doug Sabella, CEO & President van Nlyte Software. “Nlyte Machine Learning stelt organisaties in staat om informatie over de bedrijfskritische infrastructuur te gebruiken, zodat zij beslissingen kunnen nemen die helpen de kosten te verlagen en de prestaties rond het leveren van applicaties te verbeteren.”