Db 3(1)1981

Jaargang 3 Volume 3 Nummer 1 Number 1 Maart 1981 March 1981

Tij qschrift van de Stichting Dutch Birding Association J ournal of the Stichting Dutch Birding Association

Dutch Birding

ISSN 0167-2878

Redactieadres/Editorial address Dutch Birding, Postbu s 51 273, 1007 EG Am sterdam Redactie/ Editors H an Blankert, Leendert Meeszstraat 8,2015 JS H aarlem (023 -24213 2) Paul de Heer, Hendrik Casimirstraat 160, 3136 BE Vlaardingen (010-747031) Edward van IJ zendoorn, 3e Schinkel straat 45, 1075 TK Am sterdam (020-727239) Gerald Oreel, Postbus 51 273 , 1007 EG Am sterdam (020-461278) Fotografisch redacteur /Photographic editor RenĂŠ Pop, J acob Gillesstraat 16, 3135 AP Vlaardingen (010-341128) Lay-out/ Lay out & Omslagontwerp/ Cover design Karel Mauer, Graaf Florislaan 11 , 1217 KG Hilversum Drukker/ Printer Acca, Postbu s I, 1700 AA Heerhugowaard (02207 -18025) Du/eh Birding is het driemaandelijk se tijdschrift van de Stichting Dutch Birding Associ ation Du/eh Birding is the qu art erly journalof th e Stichtin g Dut ch Birding Association

Stichting Dutch Birding Association Adres/ Address Stichting Dutch Birding Associ ation, Postbus 71927 , 1008 EC Am sterdam Bestuur/ Board Voorziller/ Presiden/: Edward van IJ zendoorn , 3e Schinkelstraat 45, 1075 TK Am sterda m (020-727239) Seere/aris/Seere/ary: Kees Kl aver, Uilen stede 40, 11 83 AJ Amstelveen (020-43 3090) Penningmees/er/ Treasurer: Gerard Steinh aus, Graaf Adolfl aan 11, 3708 XA Zeist (03404-171 49) Overige bes/ullrsleden/ Remaining ofjieers: Han Bla nkert (023-242132); Janj aap Brin kman, Dri ehui s NH (020-433079); Paul de Heer , Vl aa rdingen (010-747031) ; Gera ld Oreel (020-461 278).

Abonnement 1981 De prijs voor een abonnement op Dil/eh Birding bedraagt minimaal / 25. Abonnees buiten Belgil! en Luxemburg di enen minimaal US $ 15 of een gelijkwaardig bedrag in elke geld soort tegen de geldende wisselkoers te betalen . Het bedrag dient te worden o vergemaa kt op postgirorekening 41 483 43 ten name va n de Stichtin g Dutch Birding Association . Het kan oo k overgemaa kt wo rden op bankrekening 5493 32 065 van de ABN Bank (Amsterd am) ten name van de Stichtin g Dutch Birding Associati o n ofop ba nkrekening 59 27 0888 van de Nati onal Westmin ster Bank (25 Mark et Squ are, Do ver, Kent CTI6 INQ, UK) ten name van Anton van IJ zendoorn .

Subscription 1981 T he ra te of subscripti o n to Duleh Birding amount s to a minimum of / 25. Subscribers o ut side Belgium en Luxembourg should pay a minimum o f US $ 15 or an equivalent am o u nt in any currency at current exchange rates. The amount should be remitted to postal giro account 4 1 48 343 in the name of the Stichting Dut ch Birding Association . It ca n also be remitted to bank acco unt 54 93 32 065 o f the ABN Bank (Am sterdam) in the name of th e Sti chting Dut ch Birding Associati o n or to bank account 59 27 0888 of the Nation al Wes tminster Bank (25 Mark et Squa re, Dover, Kent CTl6 I NQ, UK) in the name o f Anton van IJ zendoorn .

Š St ichting Dutch Birding Associat io n 198 1. Het copyright van de fo to's en teken ingen bli jft bij de foto grafen en te kenaars./T he copyright of the photographs a nd drawin gs remain s with the ph otog raphers a nd artists .

STICHTING DUTCH BIRDING ASSOC IATION

liet eer ste nWlUller van de derde jaargang va n Duich BiI' di ng (DB) dat nu voor u ligt, is , zoal s u wellicht al hebt opgemerkt, niet uitgegeven door de Dutch l3ir ding i\ssociation (DB/\) maar door de St ichting Dutch Birding /\ssociation . Dit is een rechtstreeks gevol g van een /\lgemene Ledenvergadering (i\V) welke op 20 november 1980 te Katwijk aan Zee (ZII) werd ge houden . Op die vergadering \\'erd op voorstel van het bestuur de Verenig.ing DBi\ (op term.ijn) opgeheven . In een toelichting op het voorstel werd het '\\'aarom ' uiteenge ze t. Ile verenigingsvorm \"erd destijds gekozen omdat het oprichten van een vereniging nagenoeg vormvrij :is en met een minimLUll aan kosten een aanvaardbaar samen\\'erkingsverband leek te garanderel1. liet Bur gdijk r';etboek geert de /\V het recht het bestuur te kiezen en een aantal duidelij k omschreven bevoegdheden met betrekking tot s ta tutell\vij zi ging et ceter a . Een van de belangrijks te gevolgen daarvan voo r het lid :is de mogelijkheid door zij n stemgedrag op de i\V de koers vml de vereniging te bepalen .

Veelal kan een opbou\\'[ase van \\'elk samellh'erkingsverband dan ook niet als een rustig kabbelend beekje \vorden omschreven. liet zou niet van realiteits zin getuigen te menen dat de IlB/\ daarop een uit zondering vormt. liet uitbrengen van een tijdschrift van acceptabele kwaliteit maakt alert reageren op nieuwe omstandigheden en [eiten noodzakeJijk . In het bes tuur en de redactje vonden i n de begin[a se wisselinge n plaats zonder dat de ze , voor wat het bestuur betreft, een legale basjs hadden. In die fa se vonllt het teruggaan naar een /\V om de bestuurswis seU ng te sanctioneren een zware be las ting waarvan de benodigde tijd beter aan DB of het organiseren van andere activite iten zou kUlUlen \"orden besteed. Daarop werd besloten de .leden voor te stellen de vereniging op te heffen teneinde de weg vrij te maken voor de Stichting IJB/\ . liet bestuursvoo r stel met die inhoud werd door de leden op 20 november met overgrote meerderheid va n stellullen aangenomen . ~ Iet het ophe (fen van de veren iging 1 i j kt ook een VcUl de voo l'delen van een verenigi ng , namelijk de gestructureerde wisselwerking tus sen de .leden en het bes tuur, te verdwjjnen. Wij denken dat \vij dit be zwaar als volgt kunnen ondervangen. Een s tichting kan donateurs oE aangeslotenen hebben en de ze kunnen zelfs invloed op bepaalde aspecten b"iIUlen het stichtingsgebeuren hebben, mits de totaliteit van die i nvloed ni et overeenkomt met het wettelijk gegarandeerde minimum aĂŠUl i nvloed van de leden en de i\V van de verenj ging. II'.ij denken d:ie invloed te effectuer en door op ad hoc basis bijeenkomsten te or gan i ser en om over bepaalde aspecten die DB of de Stichting aangaml , te di scussie ren . Bovendien staat het natuurl ijk een ieder vrij de pen of de tele[oon te hanteren.

Rest ons nog een mededeling. Ge zien het feit dat aan de opzet van DB als gevo l g va n de verandering van rechtsvonll van de DI3/\ niets verande rt, zij n wij ervan uitgegaan dat dit voor u geen aanleiding vormt DB nie t meer t e le zen . Wij beschouwen u dan oo k zonder tegenbericht met jnga ng van de derde jaargang als donat eur van de nieu\\' opgerichte Stichting Dutch I3irding i\ssociation.

Bestuur

SOME GENERAL PROBLEMS OF FIELD IDENTIFICATION

It seems to me t hat mos t, if not all , field identification problems can be rela ted to three factors : lac k of kJlowJedge, observationaJ factors and psychologi cal influences. An)' binier cml minimi ze (but never entirel)' e liminate) hi s field ident.ification prohlems . All that i s required, is work and aJl aI"areness of these factors . Let us look at each of them.

Knowi ng \·,hat to l ook for The old saying ' Ir you do not know \"hat you are loobng for, you wiU not f ind it ' does not apply in bi.rding . The l ess that you know about s parrowhawks Acci pi·t er, for exampJe , the eas i er it is to Lind a ' Cooper ' 5 Sparrowhawk A. coope r i ·i ' .

I ba se thi s s tatement on the Jllunbe r of Cooper ' s SparrOl"hawks r eported by begi nning birclers as compared to that r eported by more knOl"ledgeable and exp erienced observers . Long- bi lled D(M i tchers Lûnnodromus s co~opaceus are another exampl e ; the se birds , too, are mor e eas il)' fOWld b)' the l ess knowledgeable. And, mor e than one author ha s noted (facetiousl)' , of course) hOI" many mor e ral' Lties he 5:11" in h:i.s ea rl )' da)'s of birding .

Serious l y , though, it is obvious that the more )'ou know, the more accurate )'our identifications will be ,lJ1d the fewer bi rds )'OU \vill have to pass ove r. No th 'i ng i s mor e (rustrating than di scovering , long aftel' the bi.rd has vilnished, that wim t you thought ,,'as your first-ever Le Conte ' s Sparrow Anullos pi za ~econ teii might have heen a Sharp-tai l ed Sparrow A. caudacuta hecause )'OU did not know enough to l ook [or the col our of the median crOlm str Lpe .

I aSSLune that anyone who r ea ll)' wants to improve hi s identification sk iU s , ha s alread)' gone tllrough the rield guides to l ea rn the distinguis hing characte ri stics of the s pecies that he might see mld those of the s pec i es with which the)' might be confu sed . This i s a necessary fi rst stap in knowing \,.}wt to Jook for but there wi.l.l be still problems . I once set out to memor ize a J.l the important field marks fo r all the s pecies in I'eterson ' s guide . I thought that would he a panacea f or a ll m)' field problems and I would be ab Ie to identify eve r y bird from then on. ~ I)' intenti ons wer e good but na ive hecause f i eld guides are 1 imi ted out of necessity by thei r format . Gui.des do not ha ve the space to iUustra te Ol' di scuss a U o r the femaJe , inunature and juvenjJ e plwnages or the range o r variation in each species . l'urthel1l1ore, I know of no guide tha t is [ree from e rrors of fact, of omission or of emphas i s .

Let me g Lve two examples that s how wh)' you have to go he)'ond the f Leld gu ides in o rder to become a more eÀl )ert ohse n Ter. (I) The I<ough-Jegged Buzzards Buieo ~agopus s hOlm in the field gu ides are typical first-winter birds . But there ar e adult s and )'OWlg of both Jight and dark phases as weU as intel1l1ediate fo rms .

Furthennore, there is a great deal of variati on even \üthin an)' one or these t)'pes . So , many Lndiv iduals appeal' appreciabl)' diffel'ent rrom the i llus trati ons and are ei ther l e[t un i.dent.lfied or are identlfi ed as othe r species . 1I00"ever, i f you have acces s to an ornithoJogi ca J Jihrar)' and a good s pecimen col lection, )'OU cml leal'l1 enough about this species ' plwnage to be abJe to identi[y cOlTectJ)' a lmost all t he Rough-.1egged Bu zzards that )'Oll wiJ..l see. (2) One or the rieJd guides sa)'s , in re[e r eJlce to Barrow' s Goldene)'es /JucephaZa islandica and C;oldeneyes IJ . clangu ~a : ' In the winter i t i s not safe to teU females exce pt b)' t he males the)' are with ' . ln fact, femaJ e BalTOW'S Coldeneyes G Ul be dist.inguished from remale Golde neyes eve n i n [ Ugh t , if you knol\' what to look rOl' and have the necessa r y expe r Lence . Unfortwwtel)', one can not get that experience everyl\'he r e .

13e[ore someone gets the impression that I am knock-ing the [LeId guides , let me sa)' most emphat .i ca ll y t hat 1 <UH not. The)' have to be an)' bil'(ler's primar)' identification aid. The)' a l'e adequate rOl' the vast l;lajo ri ty or the hird s t hat )'OU

2

see but other sources ,áll have to be consulted [or those few that give you problems . What sources? I have al ready mentloned other ornithological re[erences aJld a s pecimen collection. But most important are your ca re[ul observations over a long period of tlme. IE you have learned to take field notes [rom ca r eful observations , you can always turn later to other references and collections to identify a bird . And if you have t he patience to make careful and c ritical examiJlation of birds that you s ee in the field, you may even di scover ne,,' identlfication marks .

Seei ng wh at i s rea lly there Several winters ago at Illinois l3each Sta te Park, Lake COWlty (Illi nois ) , USA a bird quickly flew by a sma11 group of binlers . All called the bird a Gos hawk 11 . gentiZis but some said t hat its upperparts were brown and others said t hat t hey were grey. Ilow could different observers, all capable and experienced , see different colours on a bright swmy day? Perhaps it had something to do with the fact that they had only a very quick look whic h always causes problems . But the eye ca n be foo.led even wlder more leisurely c ircLuns tances. A few years ago , a Spotted Reds hank 7'l'inga el'y thl'opus wa s reported i n Ne,,, Yersey , USA. This is a dark s horebird with red legs , about t he s i ze and s hape of a Greater YellOlv.legs 7' . melanoleuca . The bird ,,,a s usually seen at a considerable di s tance through telescopes . Although quite a nwnber of people identified it a s a Spotted Red s hank, it ,,,as fi nally detennined that the dark colour ,,,as oi.l and the bird ",a s a Creater Yello,,'l egs . But ",hat about the apparently red colour. We11 , those of you ,,,ho exmnine birtls carefully , may have noticed that the leg colour of ye1101"legs varies from ye11o", to a more orange-yellOl" , anti t hat late i n the tlay, as t he SLUllight gets redder, 50 do other colour s . FurtherJnore, the chromatic aberratlon in some t elescopes can give a red tint to the leg colour.

These examples and others s how that ,,'hat you see , i s not a Lways ,,'hat is r ea lly there . \\~Jat you see , i s affected by di s tance , duration, angle and qua.lity of light and other factors . lt is impossible to discuss all the possibilities but the follOl"i ng examples s hould give you an :i.tlea of the ki nds of observational facto r s that can cause field problems .

Size . I of ten hear s tatements such as : 'It was too big to be a Crow COI"VUS I . We a ll get iJnpressions o[ the size of a binl seen at a di stance but those 'impres s ions are Largely s ubj ec tive wüess the b:ird is next to a f mniliar object . Apparent size depend s on apparent di s tance ,md that i s of ten cl.ifficult to judge .

I have been fooled 50 of ten on the size of a bird that I believe that the only re.Liable de sc ription of the size of a binl is one that compares Lt to other nearby birds or objects. ~li.simpression of s i ze i s not limited to ins tances ",here the binl is far m"ay , either. From a blind, 1 once ",atched a Lea s t Bittern Ixobl'Ychus exi lir; only two feet away that I had at firs t t hought mus t be a pygmy or rWlt bjrd because it seemed smaller tha n ::IJl American Robin 7'ul'dus migl'atol'ius .

On.l )' ,,,hen the binl returned to Lts nes t, at my accustomed vie,ving di s tance , could I see that i t was of nonnal s i ze .

Dight . Tr)'ing to see colours on a bird agains t an overcast s k)' is a frustration to every birder. But s trong bright SLUlJ.ight ca n al so cause problems by ",a shing out colours . I find that bright sunlight sometimes makes the black ,áng-tips of adult gulls Dal'us a.1most impossible to see at a distance , for exmnple . The angle of t he sLUllight i s of ten i mportant . I have be fore me two s lides of a pair of Western Gulls D. occ'identalis s tanding toge ther. The)' were taken a few mi nutes apart , from the same place . During that time the gulls turned slightly but did not move their .location . Yet the s l:i.ght shift in the angl e of reflec t.ion f rom t he ir backs c h.mged t heir apparent mantle colour . In one s lide, it i s dark gre)' expec t ed for t he particu.lar sub species involved ; in the other s Lide, hOl"ever, the mantle colour is s laty- black as in a Great Black-backed Gull D. mal'inus . The 3

angle of light especiall)' a[[ects the s heen of iridescent feathers . I.ook [or a purple- headed drake ~ la11anl A/laS platyr>hynchos \Vhen one s,~im s di r ectl)' ilI~a)' [rom )'ou , espec:ia ll)' \Vhen i t is backli t. J\[ter )'OU fi nd one , )'OU \Vill be more r e luctant to ident.i.f)' scaup Ay thya based on the he ad colour s given in the field guides. Finall)' , reflected light [ rom a bird ' s SUlTow1dings can effect the colours that )'ou see on the bird. In Florida I sa\V 1I0use Sparro\Vs Passer domas ticus \Vhose underparts \Vere quite noticeably tinged ,端th )'el.low. BefOl'e 1 could speculate about a possible different sub species , I realise zed that the)' were sta nding on a )'e11o\V tr,Uls lucent plastic (eed er tra)'! In a s imilar fashion, light filtering tln'ough the foliage of a tree can give a greenis h or )'ello\Vi s h cast to the plwnage of a b ird .

Disiance . Binls that are too far m~a)', certainl)' can not be identified. But ho,,' [a r is too far, depends on ,,'hat )'OU need to see . J\n albatr oss /Jiomedea ca n be identified over t\Vo m.i.les ilI~a)' but to see that the pale rwnp o( a possible J\rctic Redpoll Car>dueli s hor nemanni is actuall)' Wls treaked, ma)' require )'OU to be ,端thin 30 [eet. You ma)' think that )'OU see an wlstreaked t hroat on a Fairi)' close ,,'ate rtru sh Seiur>us and then put it down a s a Louisiana S . motaciUa . 110wever , the spots on a 'ort hern lI'atertrus h' s S . novebor>acens is throat of ten can not be see n more than 2S feet a,,'a)' (nat to mention t he fact that a [ew Northern s ' throats are llnspotted an )'wa)') .

I ncompleie views . The problem her e is know7:ng that )'our vie\V ha s been i ncompl ete .

1'01' example , a rOlUlded-\Vinged sparro\Vhill~k - wh en flying m,'a)' - ma )' :look more like a po.inted-\Vi nged fakon Falco if it is vie,~ed hom behind. Fores hortening makes the separa te primar)' fea thers appeal' to overlap. SiJnilarl )' , foreshortening can make the tai.! o[ a bi.nl fl)':ing directl)' a\Va)' seem shorter than it rea.l.l)' is.

J\nother example ",he re an apparenti)' adequate vi.e\V can be misleading , i.s the tail of a Cooper ' s Spm-rowha\Vk. If it is comp.1 etel )' [olded, it ma)' appeal' more squar ed-oH l.ike a Sharp- s hinn ed Spa rrOl~hawk' s A str>iatus tail; onl )' when it is spr ead some\Vhat, does the rOlUlded shape become apparent.

If the exampl es 1 have cited r epresent onl)' some o[ the insta nces \Vhere our observations ca n be misleading , ho\V ca n \Ve trust our i denti[ications? The answer, of course , is that an identification takes several facto r s into account . Furthermor e , it is possible to minima ze observational problems if )'ou make an effo rt.

You must go into the field enough to lea11l b)' expe rience ,~hat the problem possi.bilities are, and )'OU Crul develop a criticaJ attitude that leads )'ou to conside r ,~ hat the effects of l ight, distance ,Uld so fo rth might be at the time o[ an important observabon. The ques tion of atbtude brings me to the la st fac tor which gives ri se to fie ld identi.fication problems .

Psychological factors J\ particularl)' dangerou s ps)'chological phenomenon, and one that I fi nd 1 have to guard aga inst , is t hat of ' see ing' \Vhat )'OU expect to see . lf )'OU knOl~ that an w1Usual bird has been seen in a certain area , it some hOl~ becomes much easier to mis take a more conunon spec ies for the rarit)' . Such a phenomenon ,,'as at \Vork in the case of t he Spotted Reds hrulk mentioned previous l)' . It Crul also manifes t itself in other lVa)'s . Thus there i s a tendency to agree ",i. th the j udgement of the group onc is ,vith. Or somebmes a \Vhole group of birclers ca n be s",ayed b)' the pl'onouncements , right or ",rong, of one individual ",ho ha s a reputation as an expe rt. I have seen all of these things happen in the fieJ.d more times than I \Vould like to remember.

Finall)', although I am not a ps)'chologist , I ",ou.ld iJlIagine that there a re W1Common cases "here an individual ' s personal ps )'chological needs interfere ,vith his field identi f:i.cations . Fl'om a des ire or need to tick of[ another species , s tandard s are e ither consciousl)' or w1Conscious l)' r elaxed, or in some othe r \Va)' an

4

incorrect identification i s accepted by the individual.

Dealing with these psychological f actors i s part of developing the c ritical attitude \~hi c h I mentioned earlier . Set high st andards for your own observat ions and maintain them. Be prepared to say: 'I do not care what other s say that that binl i s , I \~a nt to identif y it myself , and LUlless I see everything that I \~ant to, I am not goi ng to COLUlt it '. The right attitude toward rarities i s al so important . Remember, by definition a rare bird i s one t hat you are most LUllikely to see . So think: 'Jus t a moment - this bi rd i s not supposed to be her e . I should bette r see everythi ng that I can alld not accept the identification lUlless everythi ng f its in'. By adopting these statements as part of your general attitude toward f i eld i dentification, you wi ll become a better and more reliable observer.

J\ccepti ng only those identifications \~hich you can make with certainty, ev en if you have to l e t some bi rds go, i s preferabie to trying to identi f y every bin!.

The road to succes in f ield obse rvation requires knowiedge, experience and a critical attitude . Only the fir s t of these comes f rom a book. And the l as t i s the mos t i mportant. Without it , even a kllowledgeable and experienced ob server \VĂ&#x17D;ll never be an expert observer.

Lawrence G. Balch, Wilbul' Wright College, 3400 North Austin J\venue , Chicago, lllinois 60634, USJ\ The above paper was originally published in the Illinois Audubon Bulletin 179 , winte r of 1976/ 77 . It i s r epr inted \VĂ&#x17D;th kind pellniss ion of Lawrence G. Bal ch who i s now Firs t Vice-Pres ident of the Amer ican Birding Association . Editors

REACTIE OP 'WAARN EMING VAN W ENKBRAUWALBATROS IN NEDERLAND IN OCTOB ER 1971'

Ik heb met veel bel angst elling het artikel door Slings (198 1) gel ezen. Bij de vol gende plUlten plaats i k echte r een kanttekening , re~pe ctie ve lijk vraag t ~ ken .

(1) De waarneme r heeft de ondervleugeltekening en de JUls t e snavel kleur Jllet goed kunnen zi en. Dit i s er g j annner omdat .he t de t\~ee . belangnJ ~ s t e kenmerken zi jn om de vier middel grote albatrossen Dwmedea (h e ln aanmerklng komen, van elkaa r t e onder scheiden. (2) De beschrijving van de vogel in de vlucht, t e wet en: (a) t amelijk s tompe vleuge luiteinden; (b) niet geknikte vleuge l s ; en ( c ~ betre kkelij k snelle en ondiepe vleugel s lagen, afgewi sseld ~l o or geregelde gllJ pauzen. Naar mi jn meni ng kLUlIlen deze bijzonderheden nauwellJks betrekklng hebben op een (We nkbraU\~) a lbatros D. (melanophl"is ) . En \~at pLUlt 2c betreft, zeker niet bi j harde wi nd me t een ruwe zee .

Verwijzing Slings , Q. L.1 981. Waa rneming van Wenkbra U\~a lb a tros i n Nederland in october 197 1. Dutch Bil"ding 2: 122- 125 .

Piet Meeth, Brrunenlaan 5, 211 6 TR Bentveld 5

SECOND CAlENDAR-YEAR WHITE-BlllED DIVER SUMMERED IN NETHERLANDS IN 1980

1\ second calendar-year White-billed Oiver Cavia adamsii stayed at Nederhorst den Berg (Noord-ilolland) f r om 24 February w1til 4 I\pril 1980 (l3lankert &. van IJ zen-

doom 1980) and at Kortenhoef (Noord-Holland) hom 23 J uly until 24 September 1980 . The long stay and its tameness provided excellent opportwüties of studying the plwnage changes . Photographs giving details of the plwnage ",ere taken throughout the perioeI, It ",a s found that the bird mouJted t \áce during its s tay and acquired a distinguishable first-swmner plLunage .

February - April

When the White-billed Oiver \"as di scove red, it s ho",ed the typical first-",i nter pattern on the upperparts , fOllned by the r ow1ded and broaclly ",hi tis h- tipped feat hers of back, scapulars (",ith one or t\"O missing) and upper \l'i ng-coverts (sec Dutoh Birding 2: plate 1) . Ouring t he second haH of March many scapulars "'ere l ost , disturbing the regular pattern of the upperparts . I\t the same time throat and upper fore neck became largely grey-brO\\~1 and an almost complete dark brOlmis h collar \\'as f01111ed (through ",ear?) (see Dutah Birding 2 : plate 3) . The remiges stayed intact . The distal half of the bill became yellOl" .

1. White-billed Oiver/Geelsnave lduiker Cavia adarnsii , second calendar-year , Kortenhoef (Noord-Holland), I\ugust 1980 (Edwar'd van IJzendoorn ) • Note the difference bet",een scapulars of first-swmner plLunage and darker fresh ones of second \Y:lnter plwnage (see arro\\ls) July - September

I\t its recliscovery t he White-billed Oiver did not look as i n April. lIead and neck \"ere like a binl i n \Y:lnter plwnage; t he da rk coJlar had gone and hard.! y any yello\\' Nas visible on t he bill. (The bill s hape had not changed; t he culmen \"as evenly s lightly cUl-ved dO\\~1 and the upper mandible projec t ed notably.) The feathers of t he back ",e re broadly \\'hitish-tipped , more or less as i n the first-\\Iinter plwnage. The majority of t he scapulars , especially t hose in front , \\las rectangular and sho\\led \"hitish , vaguely bordered blockings , one on each s ide of t he s haft . These blockings \"ere more prominent t han t hose of t he adult- \l'inter pluma ge but l ess than t he markings of t he first-",inter plwnage . On most scapulars , especially the ones i n front, t hese marki.ngs ",e re at the tip of the feat her but on several there \\'as a jus t discernable dm-ker tenninal bar. More to the back of t he scapular reg ion there \"as a mixture of t hese 'first-sununer' feat hers and fres h adult-\Yinter type scapulars \\Iith larger pale grey subtenninal hlockings .

6

2. \~ite-billed Diver/Geelsnavelduiker Gavia adamsii , second calendar-year, Kortenhoef ( Noord-~blland), August 1980 (Edwapd van IJzendooPn)

3. II'hite-billed Diver/Geelsnavelduiker Cavia adamsii , adult, moulting into swnmer plumage, HartlepooI (Cleveland), England, February 1981 (Cpaham CaUey) 7

The hind part of the body and the wing- coverts were heavily moulting; the l eft half of the lowerback was merely showing downy feathering . The white axillaries s howed dark strea ks along the shafts . The remiges had been renewed and seemed to have reached their appropriate length. The bi rd held its wings crossed and in an asymmetrical position (probably due to moult).

During I\ugust and September more scapulars were changed; progressing gradually tOlvards the front of the scapular region . On the uppenvin g some rows of the (firs t-winter plLUnage) les ser cove rt s had not been moulted and stood out as a pale iJU1er wing-panel each time the bird flapped its \รกngs. In mid -I\ugust bastard wing and under wing-coverts, unlike those of the uppenรกng , were not yet full-grown.

On 8 September , with the help of Norman Vllil Swelm , the bird was trapped to free it from an llilgling-line which was strangled arolmcl its bill . The followi ng data \vere taken. The length of the upper mllild ible was 94 nun (measurecl from tip to feat hering) and 11 9 nun (measured from tip to skull); the upper mllilclible projected 7 nun be)'ond the tip of the lower. The leng th of the wing was 363 nun; that of the tail 89 nun llild of the tarsus 90 nnn. 1\11 primaries of the right \รกng were renewecl; p9 had a notchecl outenveb . 1\11 primaries of the left \รกng were rene\ved except p8, p9 and plO which we re old llild heavel)' abracled. Three rowes of les ser upper \vi ng-coverts were not yet r enewed. Practically all. other coverts were f ull grOlvn as was the bastard wing . The binl was still in body moult. The iJU1er surface of the foot was pinkish-\vhite; the outer surface greyish-brown . The bird \"as ringed llild released. Perhaps th is was the fir s t White-billed Diver ringed ever.

The bird uttered regularly a s hort, soft , mediLUn-pitched ' whoo' . When it Wil S trappeel and held , the bird uttered l oud, long, weird, moaning calls . Unlike i n Februar)' - I\pril , it was never seen flying iJl Jul)' - September (poss ibl)' due to the [act that t he outer three primaries of the left wing were s till LUlJlJoulted).

Reference I3lankert, J.J. & van IJ zendoo rn, E.J. 1980 . Geelsnavelduiker Cavia adamsii bij Nederhors t den Berg . Dutch Birding 2 : 1-2.

Edward J . van IJ zendoorn, 3e Schi nkelstraat 45 , 1075 TK I\ms terdam

CORRECTIEl CORRECT/ON

liet onders chrift bij de platen 56-57 (Dutch Birding 2 : 123) moet zlJ n: WenkbraU\"alba tros Diomedea melanophris , 46 . 15 S , 168 . 32 IV = 1500 zeemijl ten zuiden van Friend ship Is lands, 25 november 1975 (Piet Meeth ).

The caption to t he plate s 56-57 (Dutch Birding 2: 123) should be: Wenkbrau\\'albatros Diomedea meZanophris , 46 .1 5 S , 168 . 32 W = 1500 zcentijl ten zuiden van Friends hip l s lands , 2S november 197 5 (Piet Meeth ).

Redac tie/Edi.tors 8

ON DISCOVERING BROAD·BILLED SANDPIPERS IN NETHERLANDS

Broad- billed Sandpipe r r,imiaola falain e llus i s a scar ce migrant in the Ne therlands . The bi n l is recorded both in spring ( ~Iay) ,md in autwnn (Augu s t-September) . It i s \;orth pointing out that a l1lunber of spring r ecords refers to birds \;hich Ner e seen i n migrant floc ks of Ringed Plover s Char>adrius hiati au l a . It seems r easonable to asswne that t hese 'mi xed' floc ks Ne r e of northern I'elllioscandian origin. These r ecords may indicate t hat t he winte r range s of northern Pennoscandian populations of Broad-b i lled Sandpiper and Ringed Plover at l ea s t partly overl ap. Bi rde r s in the Netherlands regard s ear chi ng of spring migrant floek s of northern Ri nged Plover as the mos t produc tive \;ay of di scove ring Broad- billed Sandpipe r s . This probably al so holds for other parts of wes t ern Europe (including probably southeas tern England).

Gerald J. Oreel, Pos tbus 51273 , 1007 EG

Ams terdam

A TLAS OF THE BREEOING BIROS OF MOROCCO

An atlas of t he breeding birds of Morocco i s ac tua lly ( 1980-84) in prepar a t ion .

Any bird- watcher vi s iting this cow1try during the breeding sea son i s kindly invited to contact Miche l Thévenot (address , see below) or t o commw1Îca t e his obse rva tions . All other obse rva tions outs ide t he breeding sea son a r e also we l come . ~1iche l Thévenot, Laboratoire de 200logi e e t d ' Écologi e , Ins titut Scientif ique ,

Boî t e Pos tal e l OH , Rabat,

~'Ioro cco

ON GREAT BLACK·BACKED GULL WITH ORANGE LEGS

On 6 Pebr uary 1979 a Gr eat Bl ack- backed Gul! Lar us mar i nus \;:lth or ange l egs \;a s seen at Cul embor g (Ge lderland ) (van Krewlingen 198 0). Bar th (1968) pointed out tha t in nor t hern NOJl,'ay sever a l gulls i nclLldi ng Gr eat Bl ack- backed, may shO\; ye lloN f eet and l egs . Thi s fea ture i s al so observed in Gl aucous -\;:lnged L g l auaesaens and Amer i can lIen i ng Gull L. argentatus sllnthsonianus . In the se gulls t he ca rotenoid i s ' act j va t ed' by a s till not f ully w1Clers tood fac t or.

Re fe r ence s Barth, E. K. 1968 . The c ircLUnpol ar s ys tema tic s of Larus ar gentatus and Larus fusaus \;:l th s pecial refer ence to the NO l'l;egian populati ons . Nytt Mag . Zoo l. 15 (s upplement 1) : 1- 50 . van KreLU1Îngen, J . 1980 . Gr eat Blac k-bac ked Gull [,a rus marinus with orange l egs .

Dutah /3i r ding 2: 14.

Paul de lIeer , lIendr ik Cas i mirs t r aat l 60 , 3136 BE Vl aardingen 9

OVER HERKENNING VAN ONVOLWASSEN KLEINE EN KLEINSTE JAGER ON ID ENTIFICATION OF IMMATUR E ARCTIC AND LONG·TAILED SKUA

Vol gens de mees t e ve ldgid sen i s een onvolwassen Kl e ine Jage r Stel"aol"al"ius par>asitiaus niet of nauwe lijks van een onvolh'assen Kl eins t e Jage r S. ~ongiaaudus t e ondersche iden . Veel waa rnemer s doen dientengevol ge \~eini g of geen moei t e om een ' kle ine ' j age r t e herkeJUU1en . Mee s t a l besluit men tot par>asitiaus omdat de kan s op deze soort he t groots t lI'ordt geacht. lie t i s voo rgekomen dat een ~ongiaaudus welke onder optimale oms tamligheden kon worden waa r genomen , pas al s zodani g \\'e rd gedete nnineerd nadat hij \~as bemachtigd . Toch i s de herkenn :ing van onvolwa ssen ' kleine ' j ager minder moei lijk dan veel a l wordt gedacht. In dit artike l noemen wi j een aanta l kenme rken waannee onvolwassen pal"asitiaus en ~ongiaaudus van e l kaar kWU1en \,orden onde r sche iden . In hoeve rre deze in het ve ld gebruikt kWlIlen worden, hangt van de waa rnemingsoms t and igheden af . Onze aandacht i s vooral uit gegaan naar ee r s t e kalende rj aar voge l s (welke van de onvo l \~asse n voge l s he t mees t \~o rd en lI'aar genomen).

Ke nmerk en

De vol gende kelUne rken zijn onder meer uit de liter a tuur be kend. Oe verl engde mi dde l s t e s taartpennen zijn bij de eer s t e en tweede ka l enderj aa r pal"asitiaus sche rp gepunt t e n ü jl ze bi j longiaa udus afge rond zij n; de overige s taa rtpellllen hebben alleen bij par>asitiaus een kle in spits puntj e ( L~pp e ntlün 1932 ) . De bui t ens t e handpennen zi j n bij par>asitiaus puntig en bi j longiaaudus a f ge rond . i\l s de a nnvleuge.l. l ange r i s dan 105 nun , dan \á j s t dit op pal"asi ,t 'iaus ; korte r dan '\0 0 nun, dan op longiaaudus . Bi j par>asitiaus var ieert de J eng t e van de middenteen tussen 35 en ~2 nun en bij longiaaudus tussen 3 1 en 36. 6 nun. Wa t be tref t de ma t en van handvl eugel, snavel en tm'sus bes t aa t e r zovee l ove rl apping da t op grond hie rvan de bepa ling van de soo r t i n de mees t e geva llen nie t moge lijk i s . Oo k de schachtkleur va n de handpeJUlen geeft hi e rove r geen ze ke rhe id (Wa lte r 1962 ).

Wi j hebben i n he t Rijk smuseum van Na tuurlijke lI i s t orie t e Le lden (ZII ) en he t Zoöl ogi sch ~ lu se LUn t e Ams t erdam (NIi) de balgen onde r zocht van 32 ee r s t e ka l ende r j aa r pal"asitiaus en 33 ee r s t e kalende rj aa r longiaaudus . Oe r esultaten van dit onde r zoe k s t aan vellne ld in ta be l 1.

Tabe l 1. Ve r sc hi.llen i n het ver enkleed tussen eer s t e ka l ende rj aar KLei ne Jage r Stemor>al"ius par>as itiaus en Kl eins t e J age r C. lOllgiaaudus .

Algemeen

Kop en hals

Bovende ~en (me i inbegl"ip van stuit) BOl"st

10

l'al"asitiaus Va riabe l; donker - t ot geel brui n - me t geel - t ot ka s t anjebrui ne t e kening .

Vrij duide lijk gevle kt of ges tree pt; gehe l e kop soms zeer l icht ; ha l s mees t a l. lI'annbru:i n

Longiaaudus l' linder va riabe l; grij sbruin met \á t - zonde r w,lI1nbruine kl euren.

Ge\,oonli j k s l echts vaag ge vl e kt, snel egaal lijkend ; bovenkop vaa k wa t donke rde r dan r es t van kop, nooit zo 1i cht a l s bl j sonunl,ge par>as'i iiaus .

Lic ht- t o t kas t anj ebruin geschubd .

Wi t ac hti g geschubd .

Vee.l.a l duide.l.i j k gebandee rd of gev.l.e kt; zijbor s t mees t al wa n nbrui n .

Vrijll'e l egaa l. gr i j s bru.in of heel z\\'ak gebandee rd .

Buik

Veelal duidcJi j k gebandee rd of gevlekt.

Ge\;oon.l.ijk vrij egaal, eventue l e bande rin g duid e lijks t op fla nken; h'it (afs t e kend t ege n bo r s t) tot gl'i jsb ruin.

Onderstaart

~ Ieest al

\;eini g of nie t opvallender gebandee rd dan onderdelen; mees tal du i.de lijk bruinachtig .

Alt ijd opva J.l end ' Zh'art-h'it ' geband ee nl .

Bovenv le ugel

J.ic ht- tot kas t anj e bruin geschubd; kleine dekve r en mees tal breed geschubd en lichte voorvleugel vormend.

lI'i tachtige schub teken .ing , hoogs t ens eve n duide lijk a l s schouders , vaak minder duülelij k.

lIandpennen

~ Iees tal

met duidelij k .lic h-

Gewoonl i jk hooguit zee r smal li cht r,U\dj e aa n t op.

Oksel en ondervleugel

lntens :ief gebandeerd , soms ne t zo contrast rijk a l s bij longiaaudus .

Intensief en ge Lijkmatig gebandee rd; ' gema rmerd ' .

Middelste staart pennen

Doorgaans zonde r I i chte top (niet meer dan th'ee cm u i t s t e kend en s pits toe lopend ) .

Vaak me t Li chte top (halve tot dl'i e cm u i tstekend en afge r ond ) .

te t op.

Bespreking Samenvattend kUlU\en wij het vol gend e zegge n. Ee r s t e ka l ende rj aar paraoU -i aus hebben i n mee r 0 r minde re ma t e \;a Illlbru i ne k leuren, voora l op ha Ls , 5 tu i t, z ijbors t , ond e r s taart e n kl e ine vl euge ldekveren, De ba nde ring op de have nde j en is bruina cht i g , soms e l'g .1 ic ht. Bo r s t en rest van de onde nle l en z ijn gewoon l ijk geba ndee rd of gev l e kt , De toppen van de hand pennen z i j n li c ht. l:e r s t e kal ende rjaar long-i caudu s missen de h'al1l1brlline k le uren en he bben een wi ta chti ge bander in g op bovende j en en onderstaa rt, min of mee l' op de f lan ken en SOI1l S vaag op hor s t en bui k . Il ij parasii1:cUS i s soms de gehe .l e kop zee r Ji c ht; hij longicaudus i s de boven kop vaak wat donke rde r dan de r es t van de kop ( ' pet ' ) . Ile midde lste staartpennen hij longicaudus s t eken ni et nood zake l ij k ve rde r ui t dan die bij parasitiau .

Ile meeste van de in tabel I genoemde punten bLijven vall toepass ing op t\;eede ka l enclerjaar vogcJ s - me t dien vers tande dat bij longiaaudus de l engte van de mid del s te s taartpelU\en aan zienlij k toeneemt en dat parasitiaus altijd een donkere kruin heeft en minder bandering op rug en schouders krijgt (af . lI'aJ te r 1962) . In het de r cIc kalenderjaa I' beg i nnen be ide soo rten veel op een va I\;assen vogel te lijken ,

Dank zegg ing lIie rbij danken \á j het IhjksmllseLUlI VW I Natuurlijke IIi storie te Leiden en he t Zoölogisch ~ Iu seum t e Ams terdam cl.ie ons i n de ge legenhei.d stcJden de ba l gen vall Klei.ne en Klein s te Ja ge r te bekijken .

Summary Fi.rs t caJendel'-)'ear Arctic Skua Sieraorapius parasitiaus s hows mOl'e or J ess h'arm-brO\;n col our s , espec:iall )' on neck , nUlIp, s ides of breast , unde rtail and l esse r wing-coverts . lJppe rpart feat he r s are tipped browni s h, some times ver)' light. Brea s t and be U )' are orten well marked . Primaries a re .light - tipped . The gre)'i s h toned fiT s t cal endar-)'ear Long- tail ed Skua S . long-i aaudus lacks the \\'alll1-brO\;n col ours and ha s a whit.i.s h barri ng on upperparts anel unde rtalJ. , more 11

or l ess on the flank s and sometimes diffuselyon In'eas tand belly. Ilead and nec k appeal' rather wüfonll in longicaudus with of ten a s lightly capped a ppearance \vhereas i n pal"asiticus head and neck are more c l ea rl y marked and sometimes the head i s very light all over. In longicaudus t he projection of t he rouncled central r ectrices varies f r om a half to three cm; in pal"asiticus t he pointed central rectrices do not project more than two cm .

VenlÎ j zi nge n

L0ppenthin, B. 1932 . Die Vöge l Nordostgrönland s . Meddl" Gl";6nlands 9 1 (6) : 83 et seq . \ValleI' , 11.1 962 . Vergleichende Untersuchwl gen an den HaubmölI'en Stel"cOl"al"iU8 pal"asiticus und longicaudus . J . Om . 103 : 166- 179 .

Echva rd J. van IJ zendoorn, 3e Schinkelst r aat '15 ,1 075 TK Am s terdam Paul de lIeer, lIendr i k Casim:irs traat 160 , 3136 BE Vlaardi ngen

WIN TER VOORKOMEN VAN STERNS IN NEDERLAND EN BELGIË: VERZOEK TOT MEDEWERKING

Om een bete l' in zicht te krijgen in het wi ntervoo r komen va n een aantal ste rnsoorten in Nederland e n Be l g i ë , verzoek ik om toe zending ViU l aUe \vaa m emi ngen en vond s ten va n Grote Ste rn Sterna sandvicens'is , V:i sdi ef S . hil"undo , Noordse Stern S . pm'adisaea , IJII'e r gste rn S . albifl"ons en Zwa rte Ste rn Chlidonias nigel" in novembe r, decembe r, jiUlUad en februari ged ul'ende de periode novembe r 1950 rebruar 'i 198 1 in be ide landen. ~Ien ge lieve bij toe zending datwll, plaats, aantal, verenkleed (ee r ste win terkleed , win terkleed or zome r kleed), omstandi gheden, \Vaalllemer(s) en eventuele ande re gegevens te venlle Jd en . AI Je toe zende r s zuLl en worden bedankt .

Gera ld J . Oreel, Postbus 5 1273 ,1 00 7 EG

I\ms terd:ull

(020-~6 1 27R )

VOORKOMEN VAN LACHSTERN IN N EDERLAND EN BELGIË: VERZOEK TOT MED EWERKING

Om een beter in z icht te krijgen in het voor komen van de Lachste rn GeZochelidon nilotica i n Neder land en België, ve r zoe k i k om toe zending van alle \Vaalllemingen en vond s ten gedurende de pe riode 195 1-80 in beide landen . ~Ien ge I i eve bij toezendi ng da tum, pJ aa ts , aa n tal , verenkleed , oms tand i gheden, \Vila m eme l'(s) en eventuele andere gegevens te vellllelden. Alle toe zenders zuUen \Vorden beda nkt .

Cerald J . Oree J, Postbus 51273 , 100 7 EC 12

Amsterdam (020-46 1278 )

SECOND-WINTER ICELAND GULL AT IJMUID EN FROM JANUARY TO MARCH 1981

forom 17 January to at least 5 March 1981 a second -winte r Iceland Gull LaY'us gZaucoides was present a t IJmuiden (Noord- ilolland). It was first seen and identified b)' Teus Luyendi jk . Many observers sm~ the bird. During its s ta)' it was mainly seen flying in one of the fis hing harbours or sitt ing on the roofs of adjacent buildings. The subjoined description is based on de tailed fie ld notes and photogr aphs .

De scription Size and buiZd . Size about that of Herring Gull L. aY'gentatus . I-lead not sma ller than that of Herring Gull and \áth distinctly circular outline ; forehead more steep than in Connnon Gull L. canus ; highest point of cr own behi nd eye . Neck comparative ly short and, especially lowerneck, relatively thic k (both in flight and at re s t) . Wing , especially iJme n~ing , compa r a t i vely broad and with row1ded tip (p9 and pl O di ffered on I)' s lightly in length) ; proj ection of 'hanging ' \ángs beyond tail (not f urther than in I-Ierring Gull) wh en s t anding ; secondaries little ' raised' (as in lIerring Gull) when s\~iJmning and priJnaries a lmos t horizontally and not cr ossed; angle between w1dert ail and \~a te r more acute than i n Herring Gull. Tail l ength cor r esponded a lmost to width of iJmenáng ; i nnertail nonna lly depressed wh en flyi ng (giving s pread t a il wedge-shaped and sometimes even diamond-shaped appearance). Eye posi tion approximatel)' as i n I-Ierring Gull . Bill s lencler and length (measured along lower ridge of lower mandible) about t\~O­ fift h of that of head; proximal half of culmen s traight and di s tal half evenly downcurved; gonys weakly deve l oped ; tip not pointed (as in Connnon -Gull) and not hooked (as in Glaucous Gull L. hypeY'boY'eus ). Leg , both tibia (proxima lly fea thered) and tarsus, comparatively short and thin .

4. Iceland Gull/Kleine Burgemeester LaY'us gZaucoides , second-winter bird, IJmuiden (Noord- Holland) , foebruary 1981 (EdwaY'd van IJzendooY'n) 13

5-6. Ieeland Gull/Kleine Burgemeester La~us gZauooides , second-\~inter bird, IJmuiden (Noord-Holland), February 198 1 (Edwa~d van IJz endoo~n; RenĂŠ Pop )

14

PZwnage . lIead (near anel arowld cye not elal'ker as in G1aucous Gull) and neck whiti sh; lower hindneck whitish with pale brown mottling. Back anel scapulars w端 fonn pa1e grey (in cerUlin lights almost \~hite) and paleI' than in lIerring Gull; nunp and upper tai 1-coverts whi tish (coverts wi th pa1e brown mottling) .

Breas t, flank, bcH)' anel under tai1-coverts \~hit is h with pale brown mottling.

Lesser and meelian wing- coverts mixeel pa l e brOlVJ1, whi tish anel pale gre)' ; tertial coverts anel i nner greate r wing-coverts whitish, outer ones increasingl)' tippeel and edged with pale brOlVJ1; bastarel \ving \~hiti s h with pa l e brO\\~l; pr i mary coverts whitis h, tOl~al'el s tips palc brown; axi lJ.aries anel lllleler wi ng-cove rt s whit is h pale brown mark i ngs tOl~a rel s tips ; tertiaIs, seconelari es anel prima rie s f ull -grOlVJ1 anel almos t \~h ite (secondari es , especiall)' outer ones , s lightl)' elarker) . Rectrices f ull -g rOlVJ1, ver)' pale brOl~n anel edgeel \~it h white; both cent ra l ones a lmost white .

Bare parts . E)'e brown anel appeareel elark mos t of time (bet\~een pupil anel iris ver)' s light cont r ast on some photogl'aphs) ; eye-ri ng whitis h. l3i11 pale )'ello\\'ish-green anel elistal third (inc luding gon)'s) elark brOlVl1 and \~ell-elefi ned (pattem like that of first-wi nte r Gl aucous Cull); gon)'s with some r eelelis h accoreling to some observers ; culmc n and extr eme tip pa1e . Leg anel foot elee p pink; na ils elark.

Behaviour . Flight compar eel to that of I-Ierring Gull s tabie and ca lm anel with 5 1 0and less eleep wingbeats . Oominateel b)' [irst-\\'i.nter anel oleler (inclueling adult) lIerring Gulls \~h e n feedi ng . \~er

Ageing and sex ing The binl \~as a second - \vi nte r Icel anel Gull on the grolUlds of its general colouration anel that of hi nelneck , tail-coverts , rectrices (except both iJmer ones) anel e)'e anel of bill pattem.Thcre are , however , s trong inelication s that it had fi nisheel the (partia l) ' spring ' moult anel was alreael)' \~ea rin g i t s seconel -swmne r plumage . The supposition is s trongl)' support cd b)' t he fact that back, scapulars and some uppe r \ving-coverts \~ere alreael)' pale gr c)' anel t hat both i nner rectrices were alreael)' almost \~h ite . J\cco reli.ng to lIume (1980), t he first gr e)' on the mantle of Ice l and Gull appears eluring the secOJld swmner. The above suppostion is f ur t her supporteel b)' t he fact that the proximal t\~o-t hirel of the bill \~as alread)' pale )'ello\vis h-green . I ce land Gull s in t heir seconel -\~ :inter plwnage s houlel have a light gre)' or pa1e hom bill (lilune) . The birel \~as p1'obab1)' a male on acCOWlt of its compa1'ative l)' large boel)' anel heael size anel 1'elative l)' broael \vings .

Refe ren ce IIlune, R. J\.1980. Ielent ification anel ageing of Glaucous anel Icela nel Gull s . In Sharrock , J . T. R. 7'17e fY'Onti ers of bird identification . pp . 170- 182 . Lonelon .

E(h~arel J . van IJ zcneloorn, 3e Sch.inke l straat 4S, 1075 TK Geralel J. Oreel , Postbus 5 1273 , 1007 EC J\Jnsterelam

J\ms terelam

15

WAARNEMING VAN ROSS' M EE UW TE CAMPERDUIN IN JANUARI 1981 OBSERVATION OF ROSS'S GULL AT CAMPERDUIN IN JANUARY 1981

Op zaterdag 17 januari 1981 ontdekte Ko Klitsie vanuit Paviljoen 'Minkema ' te Camperduin (NH) om 13: 15 een Ross ' Meeuw Rhodostethia l"osea . KK heeft de meeuw vrijwel onafgebroken kwmen waarnemen tot 15: 30 (toen hij helaas weg moest) .

Ook de ouders van Maarten Platteeuw hebben de vogel enige tijd kwmen waarnemen.

Op zondag 18 januari waren , behalve KK, de volgende mensen aanwezig toen de Ross' ~leeuw van 10:00 tot 10:02 in noordelijke richting langs kwam vliegen: Johan Apperloo, Kees Camphuysen, Nick van der Ham en ~laarten Platteeuw (hiervan waren alleen KC en MP op de hoogte gesteld van de waarneming op zaterdag). De waamemingen betroffen een volwassen vogel i n winterkleed met een lichte oliebevll il ing.

Omstandigheden Op 17 januari is de Ross ' ~ Ieeuw langdurig waargenomen terwij 1 deze voor Camperduin boven de zeer eep rondvloog en slechts zo nu en dan korte tijd uit het oog vercll;een. De vogel werd vanuit het paviljoen ontdekt maar is vervolgens vanaf het terras , het strand en de piertj es waargenomen (met 8. 5 x 44- en 10 x 40-ver r e kij ker s ). De waarnemingsafstand bedroeg minimaal zes m; hij k\;am zelden meer dan 25 m uit de kus t. Op 18 januari werd de Ross ' Meeu\\' \;elke vanuit het zuiden aan kwam vliegen, vanuit het paviljoen ontdekt door KC en KK . lIi j werd door de overige waarnemers (JA , vdl! en ~'IP) - die buiten aml het zeetrek-tellen waren gemist omdat de vogel ' t e dichtbij' was . Deze waarnemer s \;erden gCl;aar sc huwd waarna de vogel va naf het t erra s gevolgd kon worden t enรกj 1 de ze traag naar het noorden vloog . Al met al kon de vogel een kleine twee minuten waa r genomen worden (met 8. 5 x 44-, 15 x 80- en 16 x 70-verrekijkers) met als minimum afstand 60 m.

Aml de hand van de oliebevuiling kon worden vastgesteld dat het het zelfde exemplaar betrof als za t erdag.

Beschrijving Kl einer dan Kokmeeuw Lal"US l"idibundus (\;aarmee direct vergelijkbaar); compact e haast duifachtige indruk . Snavel kle in en donker (waarschijnlijk zwart); oog donker ; voor en achter oog enkele vage donker e vlekjes; nek en zijkanten van hals lichtgrijs , als voortzetting van mantel; ook aa n zijkant va n hal s , gescheiden van de grij s-tekening, donker str eepj e , als restant van nekbandj e ; rest van kop, met i nbegrip van kruin , zuiver wit; kop klein en rond, snavel klein en nek vrij kort. Vleugels vrij spit s en lang; rug en bovenvleugels , uitgezonderd smal le ac hterrand, egaal lichtgrij s ; weinig opvallend zwart lijntj e aan handvleugelboeg ; ondervleugels eveneens egaal lichtgrijs (waarschijnlijk zelfde kleur als rug en bovenvleugels) ; smalle achterrand van zowel boven- al s ondervleugels wit.

St aart en stuit van boven zowel al s van onderen zuiver wit ; vrij lange staart, niet alleen in samengevouwen maar oo k i n uitgespreide toestand opvallend wigVOl1ltig. Onderdelen (borst en buik) eveneens wit, echter met uitgesproken roze gloed (met name in zonlicht opvallend). Poten donker. Tussen poten pl ekj e olie (waardoor pootkleur mogelij k beinvloed) ; oo k op rec hterflank , ter hoogte van vleugel , kleine olievlek .

Gedrag In directe vlucht vloog de Ross ' Meeuw rec htlijnig met vrij diepe fla ppende vl eugelslagen. Tijdens het foura ger en vloog de vogel rust i g maar was toch zeer beweeglij k, zeilde vrij veel en doo k vaak op bij na st ernac htige wij ze naar het wateroppervlak waarbij hij vlak boven het water inhield, de s taart gespreid en de poten los van het lichaam hangend (zie ook Grant (1981) : platen 50- 53) , en 16

met de snavel iets uit het water oppikte (of er inderdaad iets eetbaars opgepikt werd, kon niet gezien worden; eenmaal pikte de vogel ee n sliertje groen plastic op uit het water maar liet dat vervolgens snel ,veer vallen). Op 17 januari werd de vogel consta nt vlak onder de kust waargenomen, ze lden meer dan 25 m van het strand ; hij vloog zo nu en dan ook over de piertjes en het strand . Geen enkele maal werd de vogel op het water of op het land gezien: hij bleef voortdurend in de lucht. Gedurende de tijd dat de meeuIV voor Camperduin verbleef, werd hij voortdurend fOUl'agerend en rondvliegend en - ze ilend ,\'aargenomen . Een paar maal zakte hij af naar het zuiden totdat hij uit het zicht verdwenen ,,'as , en zonder dat gezien werd dat hij terug keerde, was hij steeds b.ilmen 10 minuten weer aanIVezig. Op 18 januari "'vam de mee ul\' v,lI1uit het zuiden, vlak onder de kust l angs vliegen. De vlucht was gericht maar niet sne l en zo nu en dan ze ilde hij even .

Eenmaal dook de vogel naar het wateroppervlak maar hervatte daarna zi jn vlucht naar het noorden totdat hij uit het oog verdween. Ilij werd overigens niet meer waargenomen ondanks ven'oede pogingen hem langs de kust t e rug te vinden.

Bespreking ~Ieeuw in winterkleed is , voor zover mij bekend, de t,,'eede ,;aarnemi ng voor Nederland . liet eers t e geva l betrof een volwassen vrou"'tje in zomerkleed dat van 6 jLUli tot 15 juli 1958 op Vlieland (I') verbleef.

Llc hie r beschreven waarnemi ng van een volwassen J<oss I

J\ardig is in di~ verband ook het ( zelfs voor Engelse begrippen) hoge aantal van tot nu toe tenmin s te zes waarnemingen de ze winter in Groot-BrittamliĂŤ en Ierland . Opmerke lij k mag in dit geval vooral de ,\'aarnem ing genoemd worden van een volwassen voge l in winterkleed te Filey Brigg (Yorks hire) , Engeland op 7 en 8 december 1980 (Ilume & J\llsopp 198 1) . Uit exemplaar had munclijk ook een ol.i.evlekje op de buik (Ge r aid Orecl pe l"s . med . ) en zou du s mogelijk hetzelfde individu kwmen zijn als de hier beschreven vogel .

Dankzegging Voor het schrijven van dit artikel wil ik vooral Ko Klitsie bedanken voor diens beschrijving van de voge l en z ijn gedrag . Bovendien hebben ook Kees Camphuysen en (;erald Oreel mij geholpen met hLUl opmerkingen. (Voor een prima artikel over de herkenning van de I(oss ' ~leeUlv in het a l gemeen kan ik veJ'\;ij zen naar Gra nt ( 1 98 I) . )

Summary On 17 and 18 January 198 1 an adult Ross's Gull Rhodostetlria I"osea in ,;inter plumage ,,'as observed at Camperduin (Noord-Ilolland). The bird was a little oiled on belly and right flank. J30th the bird and its behaviour are described . The poss ib:ility that th is record conce rned the same individual as the one observed at l'iley J3rigg (Yorkshire), England on 7 and 8 December 1980, is mentioned . This was the secOJld record of Ross' s Gull for the NetherlGlI1ds.

Verwijzingen Grant, P.J. 198 1. Field identification of west Palearctic gull s 4. Bl"it . Birds 74 : 111-11\ 2 .

IIWlle , R. J\ . & J\llsopp, K. 198 1 . Recent report s . Bl"it . Bi l"ds 74: 159- 160 .

Nick van der lIam, Fritz Conijnlaan 17 , 18 15 AS

Alkmaar

17

ON FIELD ID ENTIFICATION OF COMMON AND ARCTIC TERN

/vlost f i eld guides fail to mention or to depict that COllullon Sterna hirundo and i\rctic Tem S . paradisaea in sUlluner plLUnage can be separateel on heael patte m alone. The ",hite a r ea be t",een the blac k lore and the base of the upper manelible i s generally broad in COllunon and narro", in i\rc tic. This difference (e1epic teel s lightly exaggerat ed in figure 1) i s especia lly useful in identifying bil'e1s ",ith an aberrantly-coloureel bill, i . e . COllunons ",ith l'eeluceel or no black on bill anel i\rctics ",ith black on i t. (It s houlel be noted that the black on bill enel s abruptly in COllunon anel graeles gradua ll y into reel in i\l'ctic.) It i s also useful in i denti fyi ng birels of ",hich bill colour anel pattern (scal'let- or orange- reel anel black- tippeel in Conunon éU1e1 blooel-red and not black- tippeel in i\l'c tic) can not be establ is hed. Othel' useful di fferences be tween the heaels of COllunon and i\l'c tic are provieleel by throa t coJour anel bill l eng til. COllunon has a white or s light.l. y greyi s h- \"Jüte throat and i\l'c tic a greyish-whi t e one (",hich gives the l a tter a more ' white-c hee keel ' appearance). COllunon has a longel' bi l! t han i\rctic. This gi ves t he he ad of the fonne r a l ong and s l eek a ppearance and that of t he latter a rounded and de licate one . (The fO llo",i ng ",ol'ks conta i n usefuJ. infonnation on the fie ld identification of COllunon and i\rc tic Tem: Deviller s ( 1978) , Sharrock (1980) , St a llcup ( 1976) anel Vandenbulcke ( 1979) .)

Refere nc es· Oevi.lle r s , 1'. 1978 . Illus t r ation e1u plLullage j uveni.le des St em es ar c ti que

(5ter>na pal'adisaea ) et pi crrcgarin (5. hir>undo ). Ger>faut 68: 91-96.

Sha rrock , J . T.IL 1980 . 1'he fl' ontier s of bird i de ntification . !.ondon .

St a llcup, ILW.1 976 . I'e l ag i c bird s of ~Ionte rey Bay, Ca li fomia. 11este rn Birds 7 : 11 3- 136 .

VaJldenbulcke , 1'. 1979. Ve lelelc t c nninatie van Visd ief , Noord se cn Douga Jl' s Stcrn.

Veldol'n-itologis ch 1'i jdschY'ift 2 : 93-98 .

GeJ<llei J. OreeJ. , Pos tbus 5 1273 , 100 7 EG

..."..-

.

i\ms t c rdam

~

\'

Fi gure 1. lIeaels of COllunon Tcrn/Visdief Ster na hirundo ( Jc ft) and i\rct ic Te m / Noordse Stern S . paradisaea (right ) in SLUlUilcr plLUllage (Ka Y'et Maue r) 18

DUNN'S LARK IN ISRAEL IN APRIL 1980

\lfhen birding in the ~ Ia' agan ~Iicka' e l Nature Reserve ln l s rae l on 7 April 1980 , Gerry lIinchon and I dlscover ed a bin! which at Eir s t s i ght loo kecl like a thickbillecl lJesert La r k Anullomanes deserti . It \"as sitting on a track along the beach; later on , it moved clown to the beach . Aftel' some time Gil ",a rned St eve lIowell anel Keith Lyon who \\'ere birding nearby. \Ifc were .Late i' joined by ~ I r I ga .L oE the ~'Ia ' aga n ,\ !icka ' cl Kibbut z (who kindly l ent me hi s telephoto l ens ) . I ",as a ble to t ake same photog raph s . The bin! wa s i dent ified as Dunn ' s La rk I;'l'emalauda dunni .

Gene r a l size and col our of lJese rt La r k . CrOlm and neck light pinkis h- bu ff with darkeI' str eaks ; c hecks ",hitis h; eye- ring cons picllous , braad and ",hi.tis h, ex tending i n s hort s tripe behi.nd eye ; line bordering wlder side of eye-ri ng smal.l. and elark ; anc moustachial s tripe s tarting Erom base oE bUl anel one Er om small dark line under eye-ri ng (bath 5 tr:i.pes anI)' c l earl y v i s ible ",hen birc! ",as seen Iwaelon) . Back and scapulars (as c r own and neck) l ight pinkish- buff \üth darker s treak s . Unelerparts ",hlti sh and wImarkeel. \lfings more ru fo us than back anel uns treaked; undenáng pa Ic rufous . Tail dark ; central r ec trices conco Jorous \át h back and scapulars and margin of oute r ones paLe . Bill c l earl )' thicker than that o[ lJesert Lar k , plnk- fle s h and gr aeluall )' ela rker to",arels t:i p; l egs fle s h-col oured .

The I..i te l'ature on DUlln ' s Lark is poor. The s triklng Eaclal pattem is , for insta nce , nelt her descri bed nor illust r ateel. The ~ Ia' agan ~ I i c ka ' cl bin! s howed a g r eat r esemb.Lance to ones photographed in JordaJl (Nelson 1973) and Saudi J\rabia (S.d s b)' 1980) . lts s tatus in t he ~ 1 :iddJ e I:a s t i s also poo rl y knOlm . The nomad ic Ilunn' 5 La l'k has been [ound breeding at J\zraq in Jord<Ul (Nelson) . lts s tatus in l s ra e J 15 obscure ; t he r e are na r ecords [o r Uat (Kra bbe 1980) . Ii: is a r es ident bin! of soutlllYeste m J\rabia anel the southe rn Sa hara (Courtena)'-Thompson 1972 , lIall & ~ Io r ea u 1970 , ~ lel n e rt z ha gen I 9S LI). '1\"0 s ubs pecies arc recognized . The J\rabiaJl birels be long to E. d . el'emodites ; t he Saharan ones to E.d. dunni .

7 . Dwm ' s Lark/Dwms LeeUl"erik El'emalauda dunni , Ma ' agan Mic ka ' el (1 srael) , J\pril 1980 (/Jans tel' /laar) 19

References Courtenay-Thomps on, F. C.W . 19 72 . Check list: blrds of the Ki ngdom of Saudi Arabia . J . Saudi 1I 1'ab'ian nat . lIist . Soa . I (6) :1 -58.

Ilall, 11. P. & ~ Ioreau, IL E. 1970. IIn atlas of' speo'ia ~ion in lIf'l'ioan passel'ine bil'ds . London .

Krabbe , N. 1980. CheoHist of' the bil'ds of' t:la~ . I'rivately publis heel. ~ Ieinert z ha gen, R. 1954 . Bil'ds of' llrabia . Ed i nburgh & London.

Nel son, J.B . 19 73. IIzraq : desel' t oasis . London .

SU s by, J. 1980. Inland bil'ds of' Saudi ll rabia . London.

G.J . (lJan s ) ter lJaar , Uilens tede 202 , 11 83 AP

l\mstelveen

RECORD OF STOLlCZKA'S WHINCHAT IN RAJASTHAN , INDIA IN AUGUST 1978

The Stolicz ka' s Whinchat or \\~üte-brOl"e d Chat SaJ,:ioola maol'O}'hynoha i s a ve r y little knOlm s pec les . It became knOlm to s clence in 1872 on account or s peclmens co.llected by FenLlnand Stoliczka at Rapa r and Bhuj, Kachh (Kutch) i n northwe s tern India . The s pec ies wa s fir s t Jllaced alllong t he genu s Pl'a~'inoola .

All & Ihpley ( 1973) define the breeding range of Stoliczka ' s \\~linc hat a s fo11o\\'s : Pakis tan eas t o[ t he Indus and Ilaryana (Jlissar) , eas tern Uttar I'rades h (AU garh), eas tern Raja s than and Gujarat (Deesa , Kutch and Kathiawar) in India; t hey mention al so tl"O extralimital record s from Kandahar , Afghani s tan . The records rrom Afghani stan are based on s pecimens collected on 19 :\pril 188 1 at Kandaha r and on 24 April 188 1 at Dubrai (Ticehurs t 19 26) . Whis tler ( 192 2) mentions reco rd s h om Bolan ,md Cham,m i n \\'es tern Pakistan and again f r om Ka ndahar and Dubrai. Poss ibly on accowl t of t he se records , Ilüe & Etchécopar ( 1970) r e fer to t hi s s pec ies a s ' Nielificateur : Sud de l ' l\ fghani s trul: Ré s ident mais trè s .1.ocal ' . II'his tler - on \\'hos e finding s mos tof the account of t he s pec i e s in Al i & Ripley lS bas ed - giyes as other locali t les : Khiwa , ~ Iukhi ana, ~ Io c h i\\'ala, BhOl"ana, Ludhamilrü anel Wl noka .

All aLrt hors agr ee t hat Stolicz ka ' s \\~l :in cha t i s a very rare and local blrcl. lts habita t is de scribed a s being ariel plains lá th s pars e bushes ruld al so reedbed s .

I t is of ten referred to as ' de s ert- l ovi ng ' - hence i t s Gennan nlline 'Wüs tenbrau nkehlchen' .

On 2 Augus t 1978 - when travelling through wes tern Raja s than i n search of t he rare Gr eat I nd ia n Bus tard Chol'iotes nigl'ioeps - we r eco rded a male and s eve r al j uven ile Stolicz ka ' s Whinchats ne ar Kha1'a , along the road from Phalodj to Poka1'an . They pe1'ched on l Ol" bus he s along t he road in de5ert-like habitat whi ch 5Up ported a l ofty vegetation of gras5es due to t he heavy ra ins earIier that year.

The habitat l"a5 a150 f1'e quented by G1'ey-backed Finch Larks E'l'emoptel'ix gl'isea , Rufo us -tai led Dese rt Lark5 IImmomanes phoeniou l'us and SmaU or Le 5ser Skylarks II lauda gulgula . The bjrds were fairly t ,une and a .llowed quite c lose approach which enabled ABvdB to take photographs of the male .

20

8 . Stolicz ka ' 5 \\~lin c hat/Stolic z kas Paapj e Saxicola macl"ol"hyncha , adult male , Ra j as than, India, l\ugus t 19 78 (Al"noud van den Bel"g )

Descl"ipii on oj' male . Fairl)' large s Lim Sa.?;i cola c hat Iv.ith Lon g biJl and tail.

Cro",", lIape allel bac k da rk brOlm Ivith Jighter f eather edges ; s i clc or heael alld eal'-cove rt s bLac ki s h- brOlVll, s harpl)' elemarcated from Ivhite cJlill; s upe r c il 'iwn ",h :it e , lUI1TO'" alld l ong (rrom base o f bill to end o r ea r- cove rts ). Chin, throat and uppe rbrea s t s trikingl )' ",hite , r es t of wlde rpart s Li ght Iv.ith gr e)'is h ca s t 011 1 0werbrea s t, be lJ )' anel flank. lI'ing- coverts and r emi ges blac ki s h-bro\\~l ",ith ",e l 1de Lined shouleler patch anel Li ght primar)' cove rt s , Tai I \\·h i te \\,.ith elark central rec tri ces , patte rn not unl i ke tha t of \\'heatear Oenanihe , Bill cons picuous l)' long and black; J egs bJ <Ic k .

The above elescription of the maJ e co rresponel s l;e JJ. ",ith that in Whi s tL er (19 22 ).

The bi.nl "'a s probabJ )' an adult mal e . Thi s on account or the amount of \\'h.ite in Iv.in gs and wil (1\1 i & I{iple)' 1973). lts plumage r esembleel to tha t of Gr e)' Bush Cha t S . j'oJ'l'oa .

The onl )' i IJus trati on in the Jitc ratul'e or St oJ.:i cz ka ' s Wh:in chat i s , a s ral' a s ",e !u1O\\' , the one b)' PauL Barrue l in IIUe & Etc hécopar (19 70). But thi s iJ1us tra tion ele pi.c t s onJ )' bi rel s in ",inte r plLunage . The accompan )' in g photog raph :is probabl)' the fi.r s t- eve r puh1i.s heel o r the s peci es .

Reference s I\ll, S. 1/,. Ri.ple)' , S .D .1 973. !/andbook oj' tho birds oj' India alld Pakistan 9 . Bomba )', Lonelon & Ne", York.

IKie , F. & Etchécopar, R. - D. 19 70. Los ois eaux de Pl"oche ei du Moyen Ol"ient . Pa ri s .

Tice hurs t, C.13. 19 26. The birels or Briti.sh Baluchi s tan I. J . Bombay na t . /l i s i .

Soc . 3 1: 687- 713.

Whis tl e r, 11.1 922 . The birels of Jhang Dis tric t. Ibis : 259- 309.

I\mouel 13 . van elen Be r g , Duin lus tpark",eg 98 , 208 2 EG Santpoort- Zu.iel CedEn 1\. W. Bosman , Pres iele nt St e)'nplantsoen 7 , 1091 Ni) I\ms t e relam Frank G. l{ozendaaJ., Pri.ns lIenelriklaan 58 , 372 1 1\'1' Bilthoven 21

PARTIALLY ALBINISTIC WHEATEARS NEAR KATWIJK AAN ZEE IN AUGUST 1980

pr om 2 LUltil 17 Augus t 1980 a par tially a lbinis tic Wheatear Oenanthe oenanthe was present i n t he dLUles nea r Ka twi jk aan Zee (Zui d-ilollanel) . The bint hael a s t ri kingl y black anel wh i t e appear ence r ecall i ng tha t of a ma l e Snow BLUl ting Plect l"ophenax nivalis , especially i n fl i ght . The throat was I, hite anel s harpl y elemar ca t eel f r om the no nna lly col oureel breas t anel be lly . Remiges anel ta il patte rn we r e black . The res t of the pl LUnage was wh i ti s h wi th only ve r y [ Cl, little br owni s h mark i ngs on Cr O\\1l, back anel wi ng-cover ts . The ba r e part s we r e blac k.

On 10 Augus t t ",o part ially a lb i nis t ic Whea t ea r s ",ere obser veel i n t he same a r ea .

One birel differed from the described one in hav ing a more buffis h back and lvingcoverts and a fCl' mor e ma rk i ngs (Kees Schonen berg pel"s . COl/Uil . ) .

It is i nte r es t i ng to note t hat a l so i n 1979 a par t ially a l bi nisti c \\11Cat ear was seen i n the same area . A bi rd ",i th a comple t e l y white head was present on 25 Augus t (Kees de Mooy pel'S . cO/mil. ) .

So fa r, only one r eco rd of a partiall y a lbinis t ic II'heatear i n the Ne the rla nds was publ isheel. On 3 Septembe r 1968 a bi n t lvith a ",h i t e head (except bl ack ear coverts) , throat and neck ",as observed i n t he Noordholland s Du i nrese rvaat (NoordHoLland) (Sevinga ; Voous 1968) . 1'0 1' mor e info nnation on albi nism i n \\11Ca t ea r, see ~ Ien zel ( 1964) .

The a bove records clearly demons tra t e t hat, ",hen obse rving an LUl famil i ar ",heatear , one should be iII,a r e of an a be rralltly col oured Wh ea t ea r.

Re f e r ences ~ Ie n zel ,

11. 1964 . De l" Steinschm채tze l" (Oenanthe oenan t he) . l'Ii ttenbe r g .

Sevinga , W.; Voous , K. II . 1968. Tapuit met ",itte kop . Limosa 4 1: 157 .

Gijs van der Bent , E.A . Bo r gerstraat 71, 2225 Ar

Kat",ijk aa n Zee

The mont hly journal

British Birds cos ts UK

~:

16 for 12 i ssues and a f uH i ndex .

As well as scientific papers on conservation, migration, ecology , behaviour and breeding biol ogy , t here are mally notes and letters on field ielentification and features on breedi ng birels anel r are migran ts . The maga zi ne i nclueles binl news from all over Europe , e1etail s of expeditions , revie",s , anel a mys tery bint photogr aph qu i z each mont h. British Bil"ds also r LUl S competitions [or ' Bircl Photograph of t he Year ', ' Best r ecent black-anel-white bird-photographs ' allel ' Birel Illus trator of t he Year ' , and s ponso r s t he competition to find t he ' YOlUlg Orni t hologists of t he Yea r ' .

WHY NOT GIVE IT A TRY?

22

por a free sampl e copy wri te to ~ Ir s Erika Sharr oc k, poun tains , Park Lane , Bl LUlham, Bedford ~ IK4 4 3NJ , England Ol" s enel he r your UK S. 16 subscription (payable to Bl"i tish BiJ'ds Lj mi ted) now . (PaynlCnt can be made e1 i r ectly i nto UK Pos t Office Giro Account 37 588 6303 . )

WAARNEMING EN VAN ORPHEUSSPOTVOGEL IN 1960 EN 1968 TEN ONRECHTE AANVAARD OBS ERVATIONS OF MElODIOUS WARBlER IN 1960 AND 1968 WRONGlV ACCEPTED

Volgens de Avifauna van Nederland (19 70) \~erd de Orpheusspotvogel 1/ippolais polyglotta t\I'eemaal in Nederland vas tges teld. Op 12 en 14 augus tus 1960 \I'erd t e Wierden (0) een exemplaa r \I'aargenomen (Kis t &. ~ Iaaldrink 196 1) en op 9 juni 1968 een t e Epse (Gld) (Colde\I'ey 1968) . ~ Iede naar aanleiding van de ringvangs t van een Orpheusspotvogel op 2 september 19 79 .in Zuide lijk Flevoland (ZIJP) (Os i eck 1979 ) heb ik de ze waarnemingen opnieuw op hLUl a,mvaardbaa rheid onderzocht. Ik ben hie rbij tot de conclusie gekomen dat ze onvoldoende zij n gedocumenteerd en de rhalve t en onrechte zijn aanvaard .

Waarnem i ng in 1950

Voor een beoordeling v,m de waarneming Vrul een Orpheusspotvoge l op 12 en 14 augus tus 1960 t e Wierden zijn de volgende pLUlten in de door Ki s t & Maaldrink ( 196 1) gegeven beschrij ving van belang : ( I) ' ... de zang V,U1 de voge l , welke met half geopende bek en diklvij Is ' bi nnensmonds ' werd voortgebracht . liet \I'as een nie t oll\I'e lluidend, zéér zacht en vlug gebabbe l zonder sche rpe uitha len of crescendo ' s , vennengd me t enigsz in s tjilpende en Kneu Carduelis cal1nabil1a-achtige tonen'; (2) ' . . . korte vleugels ( ... ) s l echts tot op het midden van de bovens taa rtd e kve l'en ... ' (3) ' . .. Vrul onderen vrul kin tot onders taartdekveren ] i chtgeel , tussen de poten mee r geelwit ' ; (4) ' Van boven ... ol.ijfbruin ... ' ; (5) ' Op de vleugel \I'as niets t e zien van een door de lichte zomen van de kleine s lagpennen gevolllKle vlek ... ' ; en (6) ' ... kleur de r po t en . .. niet grij sachtig blaUll" . ~Iijn s inzi ens geeft de beschrijving onvoldoende aémknopings pullten om de detenninati.e al s polyglotta t e r echtvaardi gen. ( I) De beschreven zang doet erg aan ' subsong , denken en krul naLlII'e lij ks al s bewij s ge lden . De sugges t.Î.e van subsong \I'elke ook is terug t e vinden in Ki s t &. ~ Iaaldrink - werd op de ve l'gadering van de COlluni ss i e voor de Neder landse i\vifaLUla (CNi\) van 28 october 1961 bes treden. In de notul en van deze ve r gaderin g s taat venne ld: ' ... zijn typerende zang (werd) ook op ruime afs tand ge hoord ' (ve rgel.ijk deze uitspraak me t he t c itaat uit Ki s t &. ~ Ia aldrink). (2) Polyglotia heeft een korte re vleugel dan de Spotvoge l 1/ . ic iel"ina (Svensson 1975) maar dit i s in het ve ld echter moe .ilij k te zien. Bij icteril1a reikt de vLeuge l in zit tot aa n de toppen van de bovens taartdekve r en or er net i e t s voorbij (en niet , zoal s Ki s t & ~Iaaldl'.ink s te lden , t ot he t müklen van de s taart); bij polyglotta : ' .. . the folded primaries either fall shor t of or onl )' jus t reach the tips of the upperta il-coverts . .. ' (Wallace 1980) . Bij de Wie rdense voge l reikten de vleugeltoppen s l echt s tot he t midden van de bovens taartdekveren (nadrukkelijk werd in Kis t &. ~ laaldriJlk ges t eld da t di t goed zichtbaar \I'as) . Di t i s II'el erg kort en men kan zi ch afvra gen \I'am'om het geen jonge icieril1a met nog onvol groe i.de vleuge l s betr of (in de notulen van de ee rder genoeIlKle CNi\-ver gade ring wordt ze lfs opgemerkt dat de vl euge l s 'afgeknipt ' l eken , we lke indruk ontstaan kan zi jn doo r de nog afgeronde vleugels van een j onge vogel) . (3) De lic htge l e onderdelen komen zowel bij jonge icterina al s bij jonge poiygloita voor (Wallace) en vonnen dus geen kenmerk om beide t e ondersc heiden.

(4) De olij fbruine bovende l en z ij n t)'pisch voor polyglot·t a (Wallace) maa r een vergel ijking van enke l e balgen in de co.Llectie van het Zoölogisch ~lusewn te J\lnsterdam (n i) l aat zien dat dit ook voorkomt bij j onge icteril1a . ( 5) De afwe zigheid v,m 1 i chte zomen aan de kle ine s lagpennen bij jonge voge l s in de herfs t duidt op polyglotta (Wallace) . ALs wij de be schrijving e r naUll'keur :ig op na l ezen is he t echter niet du i de lijk of vleugel vle k èn li chte zomen ontbraken of alleen de vleugelvlek . Een citaa t uit Il'allace maakt duide lijk da t dit essentieel is : ' In the case of inunature birds i n autwlUl , icteril1a s hows no continuous wing-panel, but the separate and ' parallel ' whitish edges of the tcrtia l s and innennos t secondaries are broad enough to att rac t attention at considerable r ange . \l' ith

23

inunatur e poZygZotta even t he closest exwnination fails to r eveal any marked character in t his reg ion ' . Dus de af'vezigheid van een vleugel vZek zegt niet veel omdat een jonge ioter'ina dat kenmerk ook niet heeft . (6) De pootkleur wij st op poZygZotta maar het i s mij niet bekend wrumeer jonge ioter'ina de karakteristieke pootkleur krij gen.

Waar nemi ng i n 1968 De beschrijving van de waarneming van een Orpheusspotvogel op 9 jwü 1968 t e Epse (Coldewey 1968) maakt op het eerste gezicht een bet ere indruk. De vogel trok de aru1dacht door een ' . . . zeer lru1gdurig , zacht , zeer vlug, biJmensmonds Spotvogelgebabbel ' . Coldewey beschreef verder de zang van poZygZotta maar het i s niet duidelijk of dit ook betrekking heeft op de waargenomen vogel. IIfgezi en hiervan kru1 de zang in het algemeen geen doorsl aggevende factor zij n bij de beoordeling van een nieuwe soort of dwaalgast t enzij een bru1dopnwne i s gemaakt . Verder wordt melding gemaakt van de volgende kemnerken : (1) ' ... hoge ronde kop ... ' ; (2) ' . .• miste de lichte vleugelvl ek . . . ' ; en (4) ' . . . bovendelen ... effen olijfbruin ' .

Bij de volgende bespreki ng moet er rekeni ng mee worden gehouden dat het hi er om een volwassen vogel moet garu1. ( 1) Een krui n al s boven beschr even schij nt karakteristiek te zijn voor poZygZotta maar WalJ.ace ( 1980) geeft echter aan dat er uitzonderingen zij n: ' I have seen t he crOlm shape r ever sed i n all three species so far described , par'tiouZar'Zy lJhen individuaZs have been in song or' dispZaying , and t hat t here are published descriptions of ' pe11lIanent ' exceptions ' (cursivering door mij) . Dit kenmerk i s dus niet erg betroulI'baar . Sharrock ( 1965) st elde zelfs : ' . . . I have found head-shape very variabie and of little value as a f ield character ' . (2) ' De vleugelpunten r eikten tot aan de bovenstaartdekveren en waren dus bes list korter dan die Vru1 ioter'ina '. Afgez i en nog Vru1 het feit dat PW1ten niet korter kunnen zijn , i s dit een nietszeggende omschrijving: vleugel s rei ken in de meeste gevallen tot aan de bovenstaartdekveren. (3) Een ru1dere onnauwkeurigheid is een citering uit Wallace waannee de indruk wordt gewekt dat dit de mening van Wallace vertolkt : ' .. . t he light patch i n t he closed wing or midwing- pru1el (her e called wing-pru1el) of ioter'ina in spring or swmner as a useful character to distinguish that species f rom poZygZotta ' (citaat naar Coldewey) . De zin begint echter met de woorden: 'In recent years much emphasis has been placed on ' ... ' . De \Vaarde van dit kenmerk moet namelijk niet overschat worden omdat poZygZotta in wissel ende mate ook een lichte vleugel vlek heeft hoewel minder aru1gesloten dan bij io·t er'ina . Bovendien hebben son~ni ge io·t er'ina iJ1 het voorjaar een onduidelijke vleugelvlek (Wallace) . De vogel t e Epse ' .. . miste de licht vleugelvlek , die ioter'ina kenmerkt (lichte zomen van kleine slagpennen), ook dit is voor poZygZotta kemnerkend ' . Dit wij st st erk op poZygZotta maar als dit betekent dat de lichte zomen iJ1 het geheel ontbraken, \Vordt het bijna verdacht. (4) De beschr even bovendel en zijn IVeliswaar typisch voor poZygZotta maar Wallace gaf aan dat zowel bij ioter'ina als bij poZygZotta de groene tint soms naUlvelijks aanwezig is en in het veld dan bijna onzi chtbaar is . Dit schij nt swnen te gaan met blekere onderdelen: ' .. . upperparts usually greenisholive (these colours associated with paleI' w1derparts) ' (ioter'ina ) (Wallace) .

Dit is opmerkelijk omdat de vogel te Epse ' crème- of roomkleurige ' onderdelen had . Nu komen lichte onderdelen ook bij pZoygZotta voor maar dat gaat dan wel swnen met lichte bovendelen: ' ... upperparts usually gr eenish-broIVn of ten with a bright ol:i.ve was h, but in some the suffusion is yellOlv1sh or , rarely , greyish (these paler overtones associated w!th pal eI' w1derparts) (Wallace) . liet i s de vraag of de combinatie die is beschreven - olijfbruine boven- en bleke onderdel en - bij ploygZo-tta voorkomt . In ieder geval was de vogel geen typisch exemplaar en moet aru1 dit kemnerk (kleur van de bovendelen) niet t e veel waarde worden gehecht .

I

24

Summary J\fter a t horough s tud)' of the descriptions of the records of Melodious WarbleI' lIippolais polygloUa in the Netherlands in 1960 and 1968 , the author is of opinion that both are insufficie ntl)' docwnented and therefo r e wrongl )' acceptecl.

Verwij zingen Coldewe)' , C.J . 1968 . Veldl"aa rneming van de Orpheusspotvogel (llippolais polyglotta) . Limosa '11: 107- 108 .

Conun:i.ssie voor de Nederlandse J\v Hauna, De . 1970 . Avi[auna van Nederland . 1,,,eede druk. Leiden.

Kist, J. & ~ Iaaldri nk, E. D. 196 1. De Orpheusspotvogel, lIippolais polyglotta (Vieillot), nieuw voor Nederland . Limosa 34: 12- 15.

Osieck , E.R. 1979 . Vangs t van Orpheusspotvoge l lIippolais polyglotta in Nederland.

Dutch Biroding 1: 73-74 .

Sharroc k, J.T . R. 1965 . Field-identification of lIippolais warblers . Broit . Birods 58 : 52 0-52 1.

Svensson, L. 1975 . Identi[ication guide to B'uroopean passeroines . '[,,,eede druk .

StockhoJm. Wallace , D. 1. ~ 1. 1980 . Field identification of lIippolais \\'arblers . In Sharrock , J.T.R. 2'he fr>On "tieros o[ birod identification . pp. 41-60 . London .

Eduard R. Osieck , Steffenshein 20, 125 1 ZE Laren NII VOORKOM EN VAN ORPH EUSSPOTVOG El l N BENELUX OCC URR EN CE OF M ELOD IOU S W ARBLER IN BENELUX

De Orpheusspotvogel lIippolais polyglotta verv;mgt in Zuich"est - Europa en 'oordMrika de Spotvogel 11 . icteroina (Voous 1960) . Zijn broedgebied lijkt zi ch in I'rankrijk i n noordelijke richting uit te breiden; de mees t noordelij ke broedp.l aa tsen bevinden zich thans dicht bij de I'rans- Bel gi sche grens (Devillers &, Ter schuren 1979) . Ondanks de nabij heid van het broedgebied in I'rankrijk is de Orpheusspo tvogcl nog steeds een ch"aa l gast in BelgiĂŤ , Nederland en het Groothertogdem Luxemburg . In dit artikel za l. het voorkomen va n de soort in de Benelux worden samengevat en kort besproken.

Geva ll en IIieronder s taan in chronol ogische volgorde de aanvaarde of te aa nvaarden waarnemi ngen en ringvangsten (r) van de Orpheusspotvoge L i n de Bene I.u,x (Paul IIe1'roclen in lUi . & peros . med., ~ Ie l c hi o r 1977 , Kees Scharr:inga peps . med. ) . De aanvaarde waa rnemingen in Nede rland in augustus 1960 en juni 1968 zi. jn niet opgenomen (c[ . Osieck 198 1) .

I 14 jul 2 11 mei 3 8 jun 4 5 jun 5 19 mei 6 3 jun 7 12 jun 8 22 jun 9 2 aug 10 2 sep 11 3 aug 12 18 aug

-

3 jul

- 1I1 jWl - 9 jlUl - 12 jul - 27 jun - 3 aug

- 19 aug

1970 1973 1975 1977 1978 1979 1979 1979 1979 1979 1980 1980

I I I I 2 1 1 1 2 I I 2

lier s t al (I.ui k) ( r) Lembeke (Oost-Vlaanderen) (1') Bettembourg (Groothertogdom Luxemburg) Sombre [[e (Namen) (1') IIan zi nel.Le ( amen) ( r) Vil.Lers-La-l.oue (Luxemburg) Vlagtwedde (Gron ingen) I'rasnes- les -Couvin (Namen) liet Zwin (West-Vlaanderen) Zuide.L :i j k I'levol and (Zuidelijke Ijsselmeerpolders ) (1') De PaJUlC (West-Vlaanderen) ( r) liet Zwin (West-Vlaanderen) 25

Bespreking Tot en met 1980 ZlJn In de Benelux 12 gevallen (en i n totaal 15 exempl ar en) van de Orpheusspotvogel vastgesteld. lI iervan hebben zes betrekking op een Ivaarneming en zes op een ringvangst. Acht gevallen zi.jn va stgesteld in de periode me i juli. Deze hebben Ivaarschijnl ijk betrekking op vogel s welke tijdens de voorjaarstrek zij n dool'geschoten ( ' spring overshooti ng ') of tijdens en na he t broedsei zoen zijn gaan zIverven . De vier gevallen in de periode augus tu s - september hebben Ivaa rschijnl.ij k betrekking op vogel s welke a l s gevolg van omgekee l'de trek ('reversed mig ration ' ) in de Benelux zi jn terecht gekomen. liet voorkomen van de Orpheusspotvogel Ü l de Benelux láj kt s terk af van da t in Groot- Brittannië en Ierland. lIier worden de meeste exemplaren niet in de periode mei - jLUli vastgesteld maar i n de periode augustus - october (Sharrock 197/1).

Deze opvallende discrepantie is waarschijnlijk voor het g rootste deel terug te voeren op tlvee omsta nd igheden. ( I) liet ontbreken van gebieden in de Benelux \Vaar tijdens het najaar als gevolg van omgekeenle trek regelmat i.g gr ote concentl'aties zangvogels uit het zuiden en zuidoosten vool'komen. In Groot- Brittannië en Ierland Ivorden de meeste Orpheusspotvogels waargenomen aan de zuidkus t \Vaar in de na zomer en her [s t r egelmatig dergelij kc za ngvogelconcentrat les voorkomen (Sharrock) . (2) De meeste veldwaarnemel's en ringel's i n de Benelux zijn onvoLdoende op de hoogte van de kenme l'ken van de Orphellsspotvogel. Dit hee ft \Vaarschijnl i.j k tot gevolg dat een waargenomen of gevangen Orpheusspo tvogel meesta l niet als zodani g wordt herkend. liet is in dit verba nd opvallend dat vijf van de acht vool'jaarsgevallen in de Benelux betrekking hebben op een zingend exemplaar en de res terende drie op een gevangen exemplaar.

Dankzegging lIierbij dank ik !'aul lIerroelen (secretaris van het Belgisch I\vi fauni s ti sc h lIomologatie Comité) en Kees Scharringa (archivaris van de Commi ss i e Dwaalgasten Nederlandse Avifauna) voor het ter beschikking s tellen va n de in dit artikel genoemde geval.Len van de Ol'pheusspotvogel .

5uJTI11ary The records of ~lclodious WarbleI' /li ppolais polyglo~ta in the Bene lux arc swmnari zed and shortly discussed . Up to and including 1930 12 record s I\'ere cs tabl i s hed; eight refer to the period ~lay - July and four to the period Augus t - Septembel'. '111e au thor s hortly di scusses the di sc repancy between the occu rrence of ~ Ie­ lodious Warbier in t he Benelux and Great llrlta .in LUld Ire land.

Ven-iÏjzingen Dcvillers, 1'. &Terschuren , J .A. 1979 . lIypo.Lais polyglottcs dan s Ic sud de la Ilclgique; leurs identification. Giervalk 69: 269-274 . ~lclchior, E. 19 77 . Orpheusspötter (il-ippola'is polyglotta ) erstmals in LWlCmburg nachgewissen. ReguZus 57 : n5- 177.

Osieck, L R. '198 1. Waarnemingen van Orpheusspotvogel in 1960 en 1968 ten onrec hte aanvaard. Dutch Bi roding 3: 23-25 .

ShalTock, J . T. R. 1974 . Scaroae migrant birods i n /Jroitain and Ire land . Berkhams tec!.

Voous, K.II . 19(,0. Atlas van de t:uroopese vogels . Amsterdam & Brusse!.

J . '; . (lIan) Blankert, LeCJl<lert Mees zs traat 8, 2015 JS

26

lIaarlem

LOGGERHEAD SHRIKE IN GUATEMALA IN DECEMBER 1979

On 7 Dcccmb er 1979 I \"a s dl':i.ving on the lnter-Amc rica n (or Pan-American) Ih glMay in Departemen t e lIuehue t cnango i n Ne s tcm Gua tcmala. At 13 : 20 cr I \"as about fi ve km south of the tOlI'l1 lIuehuetenango (\\'here the road i s c limbin[: a r athc r prominent rielge) . Sutlel enly , I noticeel a Loggcrheael Shr ikc Lanius ludovioianus per ching on the top o[ a mai ze Zea mays blaele . 1 parkeel the cal' anel \"alkeel bac k along t he r oael. 1 could obse rve the binl in gooel light [or 0 .1 5 minutes t hrough 12 x 40 binoculars at a elis tance of 15-4 0 m. The subjoined desc ription is ba seel on notes taken in t he field .

Desol"iption . Süe about t hat of Ea s t ern MeadoNlark StUl"neZZa magna. Builel Lanius s hr ·i ke- like anel \vith s trong hooked-tippeel bill. anel long t a il. Foreheacl, crOl"n anti nape plain gr ey anel unmarkeel; area [rom above anel be hinel base of bill through eye to anel incl udin g ear -coverts black . Back and scapula r s plain gr ey anel unma r ked; rump muc h pale I' than bac k and g raeling to Nhite a t base o[ ta i l. Chin anel throat anel r es t of wKlerpart s almo s t \"Iüte and wunarkeel. lI'ings mai nl y coa l-blac k \"ith h'hite tip s to secondar ies anel Nith \"hite area on ba se of primar i es . Tail coal - black h,ith h'hite edges to aU but central r ec trices . Bin all blac k . Call. not hem'eI . I'e r c hing ho r izontall y on top o[ mai ze b.laele ; s\"ooping eloNn to gr ound tNice but not obse rveel h'j t h !))'cy .

The descript i on [its that of Logge r heael Shrike completel y . The possibility o[ conf us :ion \"ith t he s imilar Gr eat Grey (or No rthe rn) Shr ike L. exoubitol" is exclueled on account of the bin! ' 5 heael patte rn and biLL coloul'. (This is al so on geographical gr ound s high.l y unl ikely . The Gl'eat Grey j 5 a rare bin! in t he southe rn USA anel ha s never been r ecoreleel i n Mexico .)

Figure 1. Loggerheael Shrike Lanius ludovioianus , Guatemala , Decembe r 1979 (Ste fan E'l"iosson )

27

This was probably the first record of Loggerhead Sln:ike for Guatemala . The species ,,,as , for ins tance , not mentioned in the Bi1'ds of Guatemala by Land (1970).

The Loggerhead breeds from southern Canada to northern Oaxaca and southwestern Ver acru z in southe111 ~ Iexico; and it ,VÏnters south to the Is t lunus of Tehuantepec (Oaxaca/Veracruz) (Blake 1953, Davies 1972 , Edwards 1972 , Pet er son & Chalif 1973 , Rand 1960, Robbins et al . 1966) . Ther e are no Loggerhead records f rom other parts of Central Nllerica (cf. Oavies, Peterson &Chalif , Rand, Ridgely 1976) . It \\'as therefore probably also the mos t southern record ever. The birc! ' s subspeci fic identity could not be es tablished but it probably belonged to one of the more northern subspecies .

References Blake, E. R. 1953. Bi1'ds of Mexico . Chicago. lJavies , L. l. 1972 . A f i eld guide to the bi1'ds of Mexico and Central Ame1'ica .

Aus tin & London.

Ed,,,ards , E. P. 1972 . A fie ld guide to the bi1'ds of Mexico . Sweet Briar.

Land, H.C . 1970. Bi1'ds of Guatemala . WyJUlewood.

Peterson, R.T. &Chalif, E.L .1 973 . A field guide to Mexican bi1'ds . Boston.

Rand, A. L. 1960 . In Mayr, E. & Grecm"ay Jr , J.C . Check-li st of bi1'ds of the w01'ld 9. Cambridge.

Ridgely, R.S. 1976. A guide to the bi1'ds of Panama . Pri nce ton .

Robbins , C.S. et al. 1966. Bi1'ds of N01'th Ame1'ica . New Vork.

Stefan Ericsson , Ins titutionen för Ekologisk Botanik, Univer sitetet , 901 87 lhnei\, Sweden

CHECKLIST OF THE BIROS OF EGYPT

In collaboration with the Egyptian Wildlife ServIce, the floly Land Conservation FWK! and the Ornithological Society of the Middle Ea st we are collecting data on t he birds of Egypt (including Sinai) i n order to compile a checklist of the birds of t his country . We would, there fore , greatly appreciate rece iving unpubli shed r ecords and othe r relevant Infonllation for incluslon i n the cheklis t.

Bird-watchers Intending to visit Egypt are reques ted to contact us so that we can send them s tandard forms for the survey in behalf of the planned atlas of the breecling birds in this COWltry. (The collectecl infol1\lation will also be usecl for sWlDllari zing t he s tatus of the bircls in Egypt in 2'he bi1'ds of the fveste1'n Palea1'ctic by S. Cramp &. K. E. L. SinuIlons (1977-) . ) Contri butors w.ill be f ully acknowl eclgecl .

Peter L. ~ Ie in in ge r, Grevelingens traat 127 , 4335 XE Wim C. Mullié , flerberclsl and 66 , 4337 CP ~I idclelburg 28

~Iiclcl e lburg

BIRDING IN NORTH VEMEN

North Vemen (Vemen Arab Republic) i s situated in the south-west of Arabia . lts avifauna i s interes ting in that it contains elements of both Palearctic and Afrotropical origins and that all 11 species of Arabian endemic birds can be fOWld there. The Afrotropical species of North Vemen include several species ",hich may be difficult to see today on a conventional tour of eastern Africa, i . e . Kenya, because of their affinities with t he fauna of Ethiopia (at the nearest point, only a . 40 km away on the other side of the Red Sea) .

During a visit to North Vemen - organised by SWlbird Holidays (Executive Travel (liolidays) Ltd, 141 Sloane Street , London SW1X 913J, England) - from 6 until 20 April 1980 our party r eturned wi th a list of 169 species I"hich included many ' quality' birds although our lis t was on the 10'" s ide in t hat we did not record a single waterfOl"l speci es as no fres hwater areas lVere visited.

We found little evidence of a marked r aptor passage and migrant passerines were pOOl' in munbers on thc coast , indicating little migration through the cowltry; although lVe might just have been wllucky in the fe", days we IVcre on the coast and just hit a 'lull' in any passage that might have bcen taking place .

The purposc of this short paper i s to point out some of the most inter es ting s itcs that lVe vis itcd IVhcre we found a good sel ec tion of species including the Arabian endcmics . It must bc r emembered that many di scoverics have yet to be made on thc binl .life of this lVild and beautiful cowltry and t hat any bird\\'at cher visiting The Vcmen lVill comc across many other intercsting sit es . During our s hort vis it lVe clid littlc more than sclcct a f elV ' kcy ' sites of varied habit at s in IVhich t o bircl-l"atch.

Sa n'a area Without eloubt t hc most interesting site in the inunediatc VICIJllty of thc COLUltry' s capital is thc grcen Waeli Dahr. It i s eas ily reached by taxi, being only a fclV km f rom thc to\\n anel a favourite ' picnic ' spot for the Vemenis on their holy elay. An escarpmcnt ovcrlooks the wadi before the road drops do\\n into the valley floor ; i t is 1V0rth s topping there for an hour or 50 searching thc arid slopcs and small field s by the roadsidc above the escarpment. About these 510pcs IVC had a good sclcction of birds including Philby' s Rock Partridge AZeatorois philbyi , Rcd-cappeel I.ark Calaruwella aineroea and Rcd- brcas t ed 1I11eatcar Oenanthe bottae . Desceneling into the he ad of t hc lVaeli, heavily cultivatcel including 01'chard s and small ficlds , lVe founel a lVealth of birds inclueling lIanuncrkop Saopus wllbroetta~ Dus ky Turtle Dove S路t roeptopeZia Zugens , VcllolY- bcllied (or I3ruce ' s ) Grecn Pigcon 1'roeroon waaZia , Little Rock Thrush Montiaola roufoaineroea , \\1眉tebreas tcd Whitc-eyc Zos 路teroops abyssiniaa and Violct (Amcthys t or Plwn-coloureel) Starling Cinnyroiainalus Zeuaogastero (only t lvO) anel thc endcmics Arabian Waxbill [i,'st roiZda roufibaroba (t\\'o), Arabian Canary Seroinus roothsahiZdi (up to t ln'ce), Vemcn Scrin S . menaahensis (conunon) anel Vemen LiJlIlet Caroduelis yemenensis (conunon).

Not fa r from San'a (a . 40 km north- lVest) are thc villages of Shibam anel Kmykaban, the l attcr pcrched atop a steep cliff, ovcrlooking the fonner lVith a footpath cOJlIlecting the tIVO; add itional spec i es noted about scrubby bushes along t his trail i ncludcd Rcd-cycd Dove S . semi路toroquata , Arabian Warblcr SyZvia Zeuaomelaena anel BrOl\11 Woodlanel WarbleI' Phyllosaopus wllbrooviroens . W c also had several Lanuner geicr s Gypaetus barobatus , LaJlIler s Palao biaromiaus , Dus ky Turtle Doves , Tris t am' s Grackl cs Onyahognathus troistr'GJllii , Vemcn Ser ins anel Vemen Linncts hcrc.

Rcel-brcasted \\11eatcars lVere quite munerous en rooute f rom San' a .

Yar im Varim (Kitab on some maps) lies a . 120 Jan south of SaJl ' a. A fclV Jan to the eas t 29

!ie the upper reaches of wadis II'hich COJUlCct up lI'ith Wadi Bana . 11 search of one of these wadis produced several Philby ' s Roc k Partridges , Long-billed Pipits Anthus simUis , J\rabian J\ccentors PruneUa fagani (five), Yemen ,[,hrushes 1'urdus menaahensis (tll'o) and 13roll'n Woodland Warbiers . The lI'ell-i rrigated heids of a European-run catti e- fa11n he ld a llLunber of migl'ants including se veral harriers Ciraus and Lesser Kestrel s P. naw7Ianni kms small parties of Red- throated Pipits A. aervinus and Yello\~ Wagtai l s Motaailla [lava (of various subspecies) as \~ell as parties of Yemen Ser ins and Yemen LiJmet s .

Wadi Ra f ood Still f urthe r south , passing over the Swnara Pass , and turning oEf on a s ideroad to the west at about the secOJld village south of the pass , it is poss ible to rcach some of the wadis \~hi c h rWl lI'estll'arcls tOll'arcls the coastal plain of The Yemen . The \~adi that we inspected had tropical vege tation (large 'trees) on the floo r of the wadi but with rather s teep ,md semi-arid s lopes on eithe r s iele . The tropical feel to t he \\'adl lI'as enhanceel by the birellife which i nclueled Chanting Goshawk Me lier= metabates , Dusky Turtle Dove , Ye llow- bell i ed Green Pigeon , Grey I-Iornbill 1'oakus nasutus , Gambage Dus ky Flyca tchel' Musaiaapa gambagae , J\frican Paradise Flycatche r 1'ersiphone viridis , Shining Sunbird Neatarinia habessin-iaa , Violet Starling , Rüppe Ll ' s Weaver Ploaeus galbula ans Cinnamon-b r easteel (or IIfrican Roc k) I3wlting E'mberiza tahapisi , as we Il as the endenücs IIrabian Woodpec ker Dendroaopus dorae (about flve) , Vemen Thrus h, J\rablan Waxbi 11 , J\rabian Canary anel Yemen Ser lIl. 0.... , _ _ _ _1-' 90 km

ARABIA

.:'';.y; R EO

NO R TH

VE M EN

SE A

al

p ass SO U T H

ARA B IAN

VEM EN

SE A

Fi gure 1. Map of NOl'th Vemen shO\áng the coastal plain (\Ves t of st ippied band) anel the growld above 1 000 m (east of stippi ed band) (Steve Madge ) 30

~1anakhah

11 picturesque town in the mowltains about mid\;ay bet\"een the Red Sea port of lil lIudaydah anel San'a . 11 couple of days spent in exploring the mOWltains s lopes above ~ I<makhah \"ere mos t rewanling, we fOlUld IIrabian Reel-Iegged Partridge A. me~anocepha~a on the upper s lopes and jus t above the town on the south s ide of it , in a scrubby gulley , we had at leas t two IIrabian Tit Warblers Parisoma buryi a little known s pec i es indeecl. Othe r interes ting birds noted about ~1a n akh ah inc lueleel Dus k)' Turt.le Dove , IIrabian IIccentor, Yemen Thrus h, Scrub WarbIer Scotocerca inquieta , 13rOlVl1 Woodlanel WarbIer, Shining Sunbird, Yemen Se rin anel Yemen Linnet.

Tihama The coas ta.!. plain, kJ10lVl1 a s the Tihallla, i s ver)' ariel alt hough certain parts of the plain, particularl)' the northe rn anel eastern parts , are cultivated . 13irels noteel along the r oadside Erom the vic init)' of Ilais to Zabiel are t)'pical of the more cultivateel parts of the Tihallla <md inclueled: IIbdim ' s Stork Ci conia abdimii , Chanting Gos hawk (quite nwnerous) , Tawny Eagl e Aquila rapa.-c (of the subs pecies A. r . belisar ius ) , IIErican Collareel (or Pink- headed Turtle ) Dove S . r oseogr isea , Nalllaqua Dove Oena capensis , Pa lm Swift Cyps i urus pariJus , IIb)'ssinian Roll e r Coraci as abyssinicus , Black Bush Robin Ce r cotrichas podobe anel I ile Valley Sunbirel Anthr eptes metalticus . J\Jnongst e1esert scrub to west of lIais \"e came upon sma ll Hocks o[ IIrabian Go lelen SpmTO\;S Passer euch l or us . 13e t\"een lIais anel the coa s tal town of lil Khawkhah , in the e1ese rt, we saw several parties of Blac k- crOlmeel l'inch- larks E"r emopterix nigriceps and the re \"ere seve ral Iloopoe Larks Al aemon a~a udipes anel a feh' Chestnut-bellied Sanelgl'ouse Pt er oales exus tus .

Red Sea coast We s pent seve ra l ela)'s camping on the coa s t nea r liJ. Khm"khah wher c da t e pa lms Phoenix gr ew up to the s hore . J\Jnongs t the palms \"e re Nubian Nightj ars Caprimulgua l1ubi cus , 13Lac k-headeel Bush Shrikes 7'chag ra senegala and lI[ri.can Silverbills E"uodice cal1tans anel ve r)' smaLl nlunbe rs of migrant passe rines . The shore \"as mos t interesting ; a t the town itself anel a l i ttle to north we re some small lagoons tha t he ld Hocks of t e rn s Sterna inc.!.uding Cr es t ed S . bergii , Lesse r Crested S .路 bel1ga~ensis , Whi t e-chee keel S . r epressa anel SawlCle r' s J,j tUe S . saunders i . Flocks of Soot)' Lar us hempr ichii anel \\~lite-e)'ed Culls L. ~e ucophtha~mus and plenty of waders inclueling Crab Plove r s Dr omaa ardeola anel Ter ek Sanelpipe r s Xenus cine r eus anel a small fl oe k of Le s ser Golden I'lover s Pluvialis domi l1ica . Pink-bac ked PelicaJlS Pelecanus r uf escenrJ anel Wes tem Reef lIeron s E"gr ett a gu l ari s aeldeel to the variet)' of s horebi.rel s . Offshore movements of seabirels inclueled seve ral Brown 13oobi.es Su~a leucogaster anel a s ingle ~ Iasked (or 131ue-faced) S . dac t y ~at ra , e1is tan t feeding Hoeks of lIuelubon ' s (or Dusk)') Shean"a t e r s Puffinus l hermini er i and 13ridleJ Tern s S . al1aethe 路i us and th ree Red- billed Tropicbird s Phaethon aether eus .

Endem i es The follOl;ing ll specie s are the IIrabian endemies which can be seen in North Yemen anel are mentioneel in thi s short paper: Philb)" s Rock Partriclge Aleetol'is philbyi , J\rabian ReJ-l eggeJ l'artriJge A. melal1oeephala , IIrabian Wooelpec ker Dendl'oeopus do r ae , J\rabian J\ccentor Pl'une l la fagal1i , Yemen Thrush Turdus menache ns is , J\rabian Tit Wa rbI er Pal'isoma buryi , J\rabian Golden Spa rrow Pas sel' e uch ~o 颅 r us , J\rab ian Waxbil.L E"stri~da l'ufibar ba , J\rabian Canar)' Ser inus l'othschildi , Yemen Serin S . menaehensis anel Vemen LiJUle t Car due U s yemenensis .

St eve C. Englancl

~ Ia elge ,

I Cauelle lliU, Fairburn, Knottingle)', Wes t Yorkshire WF11 9JQ ,

31

RECENT REPORTS

This report on r ar e and inter es ting birds in t he Netherl ands and Flanders cover s mainly t he l as t two decades of January, Februaryand the firs t two of March. The r ecord s i nc luded a r e large ly w1checked , not authentica t ed. No c laim fo r the comple t eness of this r eport is made . 'n1e Dutch and scientific names and their orde r correspOlld with the Dutch Birding I1ssociation Checklist (1980). The Englis h names correspond with 7'he ' British Birds ' list of birds ofthe rvestern PaZea rcti c (1978 ).

Di ve r s A Great Northern Diver/IJsdu iker Cavia immer s tayed near Oostvoorne (Zuid - Holland) from 7 Wltil 12 January . /\nothe r was seen at the Eemshaven on 2 Februar y and from 8 February olll"ards a Great Northern frequented Law"ersoog (Friesland).

Albatrosses through s torm petre I s Winte r r ecord s of Leacll ' s Petrel/Vaal Stonnvogeltje Oceanodroma Zeucorhoa are rare . The observation of one at Scheveni ngen (Zuid-Holland) on 14 Janua ry i s ther efor e noteworthy.

Gannet s through fri gate bird s A Shag/Kuifaal scholver PhaZacrocora.-c aristotelis seen on De Maas vla kte (ZuidHolland) on 17 January is so far the only one r eported la s t winter.

Hero ns throug h ibi sses A Great WhHe Egret/Grote Zilverreige r Egr etta aZba I"as observed i n Fries lànd on 3 and 4 March at Oudega and on 14 ~1arc h at Ee rnel"oude .

Duek s Singl e Lesser Whi t e- fronted Geese/ Th"ergganzen I1nser erythropus were r egularl y reported i n Fries land (mainly i n the triangl e ~i'1kkwn - Bolsward - Workwn) . White phase Snow Geese/ Sneeuwganzen 11 . caerulescens I"ere seen i n the Mastenbroekpolder (Overij ssel) t ln'oughout January and near Greonterp (Fries l and) on 1 ~ 1a1·c h. The blue phase bird of t he Plaa t van Scheelhoe k (Zuid- Holland) was still present.

Pa l e-br eas ted Brent Geese/Witbuikrotgans Branta bernicZa hrota were seen at Wons (Friesland) on 25 January ,md i n Zuideli j k Fle voland (Zuidelij ke IJsselmeerpolder s) on 7 February. An adult Black-:t)reasted Brent Goose (Black Brant)/ Zwa rtbuikrotgans B. b . nigricans I"as well studied on 16 February near lIee on Tersche l ling (Friesland ). '1'11'0 Red-breas t ed Geese/ Roodha lsganzen B. ruficollis were seen i n Oostelijk Flevoland (Zuidelijke Ijsselmeer polders) on 14 February. Possibly the same birds I"er e observed nea r Lenuner (Friesland) on 7 Mar ch. A single Redbreasted I"as seen near Gaast (Friesland ) on 17 March. A male Ferruginous Duck/ Witooogeend l1ythya nyroca was observed i n Zuidelijk Flevoland on 16 and 18 February .

Spa rro~lh a wk s through faleon s An early Black Kite/Zwarte WOW" Milvus migrans I"as c losely observed a t Velsen (Noord-lIo11and) on 28 February. The Red Kite/Rode WOW" M. milvus whic h s tayed a t J\melisl"eerd (Utrecht ) Erom 10 December olll"ards, wa s la s t seen on 11 January.

During t he second decade of March Red Kite Illunber s suddenl y rose . Individuals wer e r eported jn Zuidelij k Flevoland on '13 ~1arc h, on Texel (NoorcH 10Iland) , at LenUlle r (Fries land) and at Leiden (Zuid-Holland) on 14 Ivlarc h and i n t he AW-duinen (Noord- lIo11and) on 15 ~'Ia rc h . On 21 ~'Iarch a bird was seen i n the J\lbla sse n "aard

32

9-10 . Blac k-throated Diver/Parelduiker Cavia ar otioa , first- lV i nter , ~1edembl ik (Noord-Ilo I land) , January 198 1 (I?ené Pop ) j Golden Eagle/Steenarend /iquila ch rysae tos , ZuideLijk Flevoland ( Zuidelijke IJsselmeerpolders ), ~ Iarc h 198 1 (I?ené Pop )

33

(Zuid-Holland) . 1\ migrant group of 10 individuals was observed at the Haaselaarsbroek (Limburg) . White- t ailed Eagles/Zeearenden lIaUaee tus aZbiciZla wer e seen at Markelo (Overijssel) on 4 January , in the Ooypolder (Gelderland) from midJanuary wlt il 19 f'ebr uary, at Cromstrij en (Zuid-llolland) on 20 f'ebruary and in the Oostvaardersplassen (Zuidelijke IJsselmeerpolders) area throughout the period . On 27 February an adult ,,,as observed i n Zuidel ij k Flevoland. An eagle present near Den Nul (Overij ssel) from 12 January onward s and identified as a Golden Eagle/Steenar end AquiZa chr>ysae tos tUl'ned out to be a White-tailed . The bird was joined by another White-tailed from 1 March onwards . An immature Golden Eagle wa s present along the Spiekweg in Zuidelijk Flevoland from 16 J anuary onward s .

Oystercatchers through sandpipers Grey Phalaropes/Rosse Franj epoten PhaZar>opus fuZical'ius wer e observed at IJmuiden (Noord-Holland) from 18 wltil 22 January and at Naaldwij k (Zuid-Holland) on 14 February .

Skua s through terns Mediterranean Gull s/Zwartkopmeeuwen Lar>us me ZanocephaZus were noted from midFebruary onwards at their usual coastal sit es : Scheveningen , Katwijk aan Zee (Zuid- Holland) and Hondsbosse Zeewering (Noord-Holland ) . Noteworthy, hOl"ever, was the record of an adult at I<larkelo on 2 f'ebr uary . 1\ second -winter Iceland Gull/Kleine J3urgemeester L. gl aucoide s showed up at IJmuiden on 17 Januar y and stayed until at least S ~1arc h. On 24 Febr uar y it was joined for a few hours by a first-wi nter bird. On 14 Marc h a second-winter Iceland was observed at Lauwersoog. There were more than usual l1lunbers of Glaucous Gull s/Grote Burgemeesters L. hypel'bor>eus : four at Lauwersoog , two on Texel , one at Den lIelder (NoordHolland), two at IJmuiden, one at Scheveni ngen, two or t hree on De Maasvlakte and t\Vo at Oostende (West-Vlaanderen) . Furthennore, one or two leucistis l'lening Gulls/Zilvenneeu\Ven L. ar>gentatus and t\Vo or three I-lening x Glaucous Gulls (including an adult at Amsterdam (Noord-Holland) on 20 January) \Vere studied. The adult Ros s I s Gull/Ross I ~ Ieeuw Rhodos te "thi a l'osea observed at the 1I0ndsbosse Zee\Vering on 17 and 18 January could have been the bird seen at File)' Brigg (Yorkshire), England on 7 and 8 December since both had two littJe oil spots on the wlderparts .

Auks A fir s t-\Vinter I3rĂ&#x153;Jmich s Guillemot/Dikbekzeekoet Ul'ia lOllwia \Va s (owld demI at De liaan (W est- Vl aanderen) on 1\ Januar)' and an adult one at Wenduine (West-Vlaanderen) on 18 Januar)' . These \Vere t he first records for Belgium, A Little Auk/ Kleine Alk Alle a lle at IJmuiden on 2S Januar)' provided excellent vieIVs: .it could be approached up to one m. During t he fir st half of Januar)' at least 10 (most of t hem heavily oiled) \Vere found de ad on the Dutch coast.

I

Owl s The Eagle O,,,l/Oehoe Bubo bubo t hat stayed in the Donkere Duinen near Den lIelder s ince mid-October 1973 , was found dying on"26 February. A fir st-winter femal e Sno\Vy Ăź\"l/SneeuIVuil Nyctea scandiaca (probabl y the one observed in Drenthe and Friesland in December and January) spent 21 ~1arch sitt i ng on a roof top at Delfzij l (Gr oningen) .

Lark s t hrou gh buntings 1'wo belated reports of rare Phylloscopi came i n. An Arctic Warbler/Noordse Baszanger Phylloscopus bor>ealis \Vas trapped on Schiennomlikoog (Friesland) on 10 34

11-12. Grey Pha l arope/Rosse f'ranj epoot Phalar opus fulicarius , IJmuiden (NoordHolland) , J anuary 1981 (Jan Mulder ); Iceland Gull/Kleine Burgemeest er Larus glaucoides , second- winter bird, IJmuiden, January 198 1 (flans Schout en)

3S

Oc tober. And a Pallas ' s Warbl er / Pa llas ' J30s zanger P. proregulus was trapped on 19 November i n Het Zwin (Wes t-Vlaander en). J\n Alpine Chough/Alpenkauw Pyrrhoaor a.. graaulus was cl a imed by sever a l observer s near Retie (Antwerpen) f r om1 3 wltil 16 Mar c h.

J .J . (i-Ian) I3lankert, Leenclert tvleeszstraat 8 , 201 5 J S Haarl em ( 023- 242 132 ) Ech,ard J . van. IJ zendoorn, 3e Schinkel s traa t 45 , 10 75 TK i\Jnst erdam (020-727239) Gerard H. Ste inhaus , Graaf Adolflaan 11, 3708 XA Zeist (03404-1 7149)

13 . Little Auk/Kle ine Alk Alle all e , Ijmuiden (Noord-Holland), January 198 1 (Chris St eeman I3VNF)

ADDITION TO 'OCCURRENC E OF PARROT CROSSBllllN NETHERLANDS'

In a not e on the occurrence of Pa rrot Cr ossbill Lox ia py-t yops i ttaaus in the Ne t herlands e i ght accepted r ecord s \\'er e mentioned ( l3l anke rt 1981) . By mis t a ke a ninth r eco rd lI'a s l eft out. On 10 Decembe r 1975 a Parrot Crossbill \,as fOlllld dead a t Ber gen (Noord - ilolland) (Te kke 19 77 ) .

Reference s B.lanke r t , J.J. 198 1. Occurrence of Parrot Cro ssbill i n Netherl.ands . Dutch 8irdi ng 2: 15 1.

Te kke , ;VI.J . 1977 . Orni thol ogie van Nederl and 1974 en 1975. Limosa 50: 34-60 .

J .J . (lIan) Bl anke rt, Leendert ~1ces z s traat 8 , 20 15 J S lIaa rlem 36

DBA-telefoonsysteem

In de onderstaande lijst staan de telefoonnummers vermeld van personen die deel uitmaken van het DBA-telefoonsysteem. Ze kunnen gewaarschuwd worden bij het waarnemen van een zeldzame vogel. Dit geldt ook bij waarnemingen van locaal of regionaal belang. Deelname aan het telefoonsysteem is vrijwillig en staat open voor iedereen.

Groningen Egge Boerma HarmJan Wight

050 050

Friesland Trinus flaitjema Jan de Jong Meindert Swart

051420513805120-

1708 4788 15932

Drenthe Arend van Dijk

05215 -

331

Overijssel Anton Conings Jowi de Hoever

053 053

- 258286 - 567533

- 351300 - 358703

Gelderland Toon van Dijk Kees Tiemstra

08894 - 2621 03455 - 2174 Zuidelijke IJsselmeerpolders Kees Breek 03200 - 42375 Utrecht Ted Hoogendoorn 03430 - 4521 Jan van Kreuningen 030 - 615493 Frank Rozendaal 030 -781247 Jelle Scharringa 030 - 760230 03404 - 17149 Gerard Steinhaus

Texel Adriaan Dijksen FritsJan Maas Noord-Holland Han Blankert Jan Bos Janjaap Brinkman Klaas Eigenhuis Ronaid Geskus Hans ter Haar Kees Hazevoet

020

- 727239

Edward van IJzendoorn Joop Kooijman Jan van der Laan Peter Meijer Jan Mulder Gerald Oreel Cock Reijnders Kees Roselaar Kees Scharringa Rienk Slings Joop Swaab Peter Zwitser

02209 - 2084 072 - 334023 02278 441 023 - 266124 020 - 461278 02518 - 50600 020 -5222423 072 - 330022 02510 - 40063 020 - 224944 02518 - 55199

Zuid-Holland Gijs van der Bent Paul de Heer Peter de Knijff Henk van der Lee René Pop Adri Remeeus René van Rossum Arend Wassink

01718 - 75186 010 -747031 01720 - 92186 01865 - 1324 -341128 010 070 -474282 01718 - 13523 01718 - 26463

Noord-Brabant Hidde Bult Rini van Meurs

01645 04192 -

3388 4165

Peter Verbeek

04755 ·

524

België (09-32) Luc Matthé Hubert Meeus Sjef de Ridder Guy Robbrecht

014 014 031 052

Engeland (09-44) Steve Gantlett

0842 -

Limburg 02228 02220 -

676 3236

023 - 242132 035 - 61011 020 - 433079 02977 - 23238 02550 - 22765 020 - 457318 020 - 139599

- 218385 - 415758 · 516935 - 301036

5854

Dutch Birding

Jaargang/ Volume 3

Nummer/ Number 1

MaartiMarch 1981

Stichting Dutch Birding Association Bestuur 2 5

Some general problems of fi eld identifi cation Lawrence G. Balch Reacti e op ' Waarneming van Wenkbrauwalba tros in Nederland in october 197 1'

Piet M eeth 6

Second calendar-year White-billed Diver summered in Netherlands in 1980 Edward J. van

IJzendoom 9

On di scovering Broad-bill ed Sandpipers in Netherla nd s Gerald J. Oreel

9

O n G reat Black-backed G ull with ora nge legs Paul de Heer

10

Over her kenning van on volwassen Klein e en Kleinste J ager/On identifi cation of immature Arctic and Long-tailed Skua Edward J. van IJzendoom & Paul de H eer

13

Second-winter Icela nd Gull a t IJ mui den from January to March 1981 Edward J. van IJzendoom & Gerald 1. Oreel

16

Waarneming van Ross' Meeuw te Camperduin in jan uari 198110bservatio n of Ross' s G ull a t Camperduin in Janu ary 198 1 Nick van der Ham

18

On field identifi cation of Common and Arctic Tern Gerald J. Oreel

19

Dunn's Lark in Israel in April 1980 G.J. (Hans) ter Haar

20

Record of Stoliczka's W hinchat in Rajasthan, Ind ia in August 1978 A rn oud B. van den

berg, Cecilia A. W. Bosman & Frank G. Rozendaal 22

Partially albi nistic Wheatears near Katwij k aan Zee in August 1980 Gijs van der Ben!

23

Waarnemi ngen van Orpheusspo tvogel in 1960 en 1968 ten onrechte aanvaard/Observations of Melod ious WarbIer in 1960 and 1968 wrongly accepted Eduard R. Osieck

25

Voor komen van Orpheusspulvogel in Benelux/Occurrence of Melod ious Warbier in Benel ux J.J. (Han) Blanker!

27

Loggerhead Shrike in Guatemala in December 1979 Stefan Ericsson

29

Bird ing in North Yemen Steve C. Madge

32

Recent reports J.J. (Han) Blankert, Edward J. van IJzendoom & Gerard H. Steinhlll s

36

Addition to 'Occurrence of Parrot Crossbill in Netherlands' J. J. (Han) Blankert

Exemplaren van de Dutch Birding Association Veldlijst kan men bestellen door overmaking van f 1,50 per stuk op postgirorekening 41 48 343 ten name van de Stichting Dutch Birding Association (Postbus 71927, lOOS EC Amsterdam).