Bestaande bouw: moet die deur dicht?

Harrie Munnik over de verplichte deurdranger

Bestaande bouw: moet die deur dicht?

Garantiedeur, maar niet brandwerend.

Moet je de voordeuren van eenheden in woongebouwen als appartementencomplexen zelfsluitend dan wel met een vrijloopdranger uitvoeren? Dat is een veelgestelde vraag na de recente wijziging van het Bouwbesluit. Die vraag speelt in het bijzonder als de bestaande deuren in een woongebouw vervangen of aangepast worden, omdat ze bijvoorbeeld niet voldoen aan de eisen of om esthetische wensen.

Per 1 juli 2021 is het Bouwbesluit op een aantal onderdelen aangepast. Zo zijn er extra eisen gesteld aan de rookwerendheid van een aantal brandwerende scheidingen. Het is nu ook vereist dat deuren zelfsluitend moeten zijn als ze geplaatst zijn in inwendige scheidingsconstructies met een brand of rookwerendheidseis. In het verleden waren de voordeuren van woningen daarvan uitgezonderd. Deze afwijking ten opzichte van utiliteitsbouw is ontstaan vanuit de gedachte dat het Bouwbesluit moet aansluiten op de gebruikspraktijk. Bij regulier gebruik – bijvoorbeeld boodschappen naar binnen brengen – is een zelfsluitende deur niet handig. Daarom is besloten deze afwijking toe te staan in Bouwbesluit. Om desondanks de veiligheid te garanderen zijn er destijds beperkende eisen gesteld voor loopafstanden binnen en buiten woningen in woongebouwen. Overigens zijn deze beperkende eisen ook na 1 juli van kracht gebleven.

Groot effect

Het is al jaren bekend dat het al dan niet zelfsluiten van voordeuren een groot effect heeft op het brandgedrag in woongebouwen. Bij brandtesten worden onder ‘conservatieve’ omstandigheden weliswaar scheidingen getest, maar telkens weer blijkt dat branden zich altijd anders gedragen dan volgens de standaard brandcurve. Het is niet eenvoudig te voorspellen of een brand zich snel uitbreidt of juist door gebrek aan zuurstof uitdooft. Momenteel wordt onderzoek gedaan naar de invloed van de strengere lucht en rookdichtheidseisen op het brandgedrag. Luchtdichtheid zorgt namelijk niet alleen voor zuurstofgebrek, maar heeft bij brand ook invloed op de luchtdruk in de woningen. Omdat het onderzoek nog gaande is, kunnen hieruit nog weinig conclusies worden getrokken. Internationale brandstatistieken bevestigen echter de ervaring dat zelfsluitende deuren levens redden. Er vallen gemiddeld 60 procent minder slachtoffers dan in gebouwen met deuren die niet automatisch dichtvallen. Een onderzoek van het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV) met brandproeven toont hetzelfde beeld: door zelfsluitende deuren nemen de risico’s voor personen in de vluchtroutes af. Hierbij past de kanttekening dat het zowel gaat om branden in nieuwe luchtdichte woningen, als in oudere veel minder luchtdichte woningen.

Drangers zijn lastig

De testgegevens van het IFV en de kennis vanuit de statistiek was voor de regelgever aanleiding om in 2014 zelfsluitende deuren bij portieken in de nieuwbouw te verplichten. Bij portieken is immers maar één vluchtroute beschikbaar en het risico op slachtoffers is daardoor vrij groot. Sinds juli is het verplicht om de deuren zelfsluitend te maken in alle gebouwen waarin meerdere woningen zijn ondergebracht. Dit geldt voor voordeuren die aansluiten op de verkeersruimte van het gebouw. In de praktijk blijkt dat drangers als lastig worden ervaren in het reguliere gebruik. Ze worden vaak onklaar gemaakt. Daarom, en omdat er weinig controle en handhaving is in woongebouwen, stelt het Bouwbesluit dat alleen bij rook in de woning of het woongebouw de deur zelfsluitend moet zijn. Een exacte positionering zoals vanuit de NEN 2535 is hierbij niet aangegeven. Dit betekent dat een vrijloopdranger of een rookmeldergestuurde dranger een vereiste is voor voordeuren van dat soort woningen.

Verkleurde brandwerende beglazing.

Niet in bestaande toestand

Voor bestaande woongebouwen geldt die eis niet – aldus lid 2 van artikel 6.26 van het Bouwbesluit. Het eerste lid beschrijft de verplichting van zelfsluitendheid voor inwendige brand en rookwerende scheidingen. Het tweede lid stelt vervolgens: “Het eerste lid geldt niet voor een deur in een nietgemeenschappelijke doorgang in een bestaand woongebouw.” Daarbij geldt conform artikel 7.3 tevens: “Een zelfsluitend constructieonderdeel als bedoeld in artikel 6.26, eerste lid, mag niet in geopende stand zijn vastgezet, tenzij het constructieonderdeel bij brand en bij rook automatisch wordt losgelaten.” Bestaande woongebouwen hoeven dus niet te worden voorzien van een (vrijloop)dranger. Ook niet bij vernieuwing van de voordeuren.

30 minuten brandwerend

Hoe is de situatie nu bij een renovatie of verbouwing? Soms worden bij renovaties controles uitgevoerd aan de voordeuren van een woning. Vaak wordt door het gebruik van honingraatdeuren niet Verkleurde brandwerende beglazing voldaan aan de minimale eis van 20 minuten brandwerendheid voor

bestaande bouw. Een deur is een constructieonderdeel volgens het Bouwbesluit en moet dus voldoen aan de daaraan gestelde eisen. Dus moet de woningdeur onder meer voldoen aan de eis van 30 minuten brandwerendheid.

De doelstelling van de wetgever is dat alleen de onderdelen die gewijzigd worden, moeten voldoen aan de huidige eisen. Dit is weergegeven in artikel 4 van de Woningwet: “Indien een bouwwerk gedeeltelijk wordt vernieuwd, veranderd of vergroot, zijn de voorschriften, bedoeld in artikel 2, voor zover zij betrekking hebben op dat bouwen, slechts van toepassing op die vernieuwing, verandering of vergroting.”

Forse kostenstijging van een verbouwing is te voorkomen als je de plannen slimmer afstemt op de regelgeving

Lijkt onlogisch

De delen die niet worden gewijzigd, hoeven dus alleen te voldoen aan de eisen voor bestaande bouw (minimaal 20 minuten brandwerendheid). Dit kan verwarrend zijn. Het kan voorkomen dat een wand voldoet aan 20 minuten brandwerendheid, maar dat een nieuwe deur 30 minuten brandwerend moet zijn door de verbouweisen. Dit lijkt onlogisch, maar volgt uit de omschrijving in de wet dat alleen de

Over Harrie Munnik

Harrie Munnik noemt zijn bureau een kennisfabriek voor brandveiligheid in gebouwen en hun omgeving, ongeacht de omvang en de bestemming als wonen, zorg en industrie. De werkzaamheden omvatten onder meer begeleiding van bouwvergunningsprocedures, automatiseringsoplossingen ontwerpen en borgen, engineering van de brandveiligheid en brandveiligheidsinspecties van gebouwen. Onder zijn klanten bevinden zich architecten, corporaties en eigenaren van gebouwen. Zijn missie: “Iedereen heeft het recht op een brandveilig onderkomen. Als dat bereikt is zijn we overbodig.”

Meer informatie: Munnik Brandadvies, 0598 395 979, info@munnikbrandadvies.nl

onderdelen die je bij de verbouwing vervangt of verandert, moeten voldoen. Als je ook de wand wilt vernieuwen of verplaatsen, dan zal die eveneens moeten voldoen aan de minimale eis van 30 minuten brandwerendheid. Denk aan het aanbrengen van extra beplating, die je dan weer dient af te werken. Zo kan een kleine ingreep behoorlijk in de papieren lopen. Door misinterpretatie van de regelgeving kunnen de kosten voor een renovatie soms met 50 procent stijgen, voor iets wat vanuit wetgeving niet per se vereist is als je de verbouwplannen daarop aanpast. Goed onderzoek en kennis van de (achtergronden) van de bouwregelgeving voorkomt in dit soort gevallen onnodige kosten.

Overdreven brandveiligheidsvoorzieningen. Taatsdeuren met kieren.

DE STRAKSTE ONDER DE GLAZEN BINNENWANDEN

Glazen binnenwanden zijn ‘hot’, maar worden pas echt praktisch als je er alle kanten mee uit kan: horizontaal, verticaal, met welk glasdikte dan ook, met of zonder glazen deur erin geïntegreerd. horizontaal, verticaal, met welk glasdikte dan ook, met of zonder glazen deur erin geïntegreerd.

Dankzij de divina structuur voor glazen binnenwanden van ARLU® hou je alle opties open om een interieur te verdelen zonder verlies van licht. Dankzij het basispro el en de speciaal ontwikkelde regelblokjes, kan de positie van de wand zowel horizontaal als verticaal 10 mm aangepast worden. De innovatieve aluminium structuur kan dankzij het ‘click & connect’ systeem verschillende glasdiktes (van 6 tot 10,8 mm) aan zonder de glaspanelen in de pro elen te moeten lijmen. Dat maakt (de)montage extra gemakkelijk, zonder risico op glasbreuk. Met glaspanelen tot 2,6 m hoog en 1,5 m breed zorgt dit zowel in residentiële toepassingen als in restaurants en kantoren voor een industriële maar minimalistische uitstraling. Maar de divina gaat verder dan bestaande oplossingen op het vlak van glazen binnenwanden: met de mogelijkheid om een kamerhoge deur tot 2600 mm te integreren, voorzien van onzichtbaar geïntegreerde tyo scharnieren. Zo wordt het strakke design van de pro elen niet onderbroken. Een primeur in de markt van wanden en deuren in ‘staal look’. Meer zelfs: ook het argenta magnotica pro magneetslot is onzichtbaar in het pro el verwerkt, maakt een vergrendelingsmechanisme overbodig en blijft zelfs bij een openstaande deur onzichtbaar. Een voegafdichting tussen de deur en de wand zorgt bovendien voor een betere akoestische demping en isoleert ook beter in vergelijking met pivoterende deuren.

Ter Vlucht 2 8850 Ardooie Belgium +32 (0)51 27 05 00 info@arlu.be WWW.ARLU.BE STAND

1022