Embuild Magazine februari 2024

Page 1

FEBRUARI 2024

Magazine

Maandblad van en voor de aannemer en de installateur Uitgave van Embuild • Kunstlaan 20, 1000 Brussel • afgiftekantoor Gent X • 6 euro

DOSSIER

Brownfieldontwikkeling BOUWFORUM 2024 is een verkiezingseditie

/nl.embuild

BELEIDSPLAN RUIMTE VLAAMS-BRABANT Pittig debat over de plannen

@nl.embuild

U MAAKTE GESCHIEDENIS Gooi de archieven van uw bouwactiviteit dus niet weg!

embuildBE

.embuild.be


Met dank aan onze sponsors


EDITO

Moeilijk jaar voor de bouw, maar Embuild blijft strijdbaar

O

ok 2024 belooft een moeilijk jaar te worden voor de bouw, zo leert de eerste conjunctuurenquête van Embuild dit jaar. In het algemeen zien 6 op 10 bouw- en installatiebedrijven hun contacten met potentiële klanten afnemen. Een kwart spreekt zelfs van een zeer sterke afname. Als de situatie niet snel keert, verwacht 15 procent van de bouw- en installatiebedrijven één of meer medewerkers te moeten ontslaan. Een derde van de bedrijven probeert ondanks de moeilijke conjunctuur zijn personeel aan boord te houden. Ook de woningbouw en -renovatie blijven dit jaar achteruitgaan. Slechts een vijfde van de ondernemingen in deze bouwtakken verwacht in 2024 beterschap. Dan helpt het natuurlijk niet dat voor verkoopprojecten van sloop en heropbouw die dit jaar geïnitieerd worden niet langer 6 procent, maar 21 procent btw geldt. De gevolgen laten zich meteen raden: 60 procent verwacht een daling van door promotoren opgestarte projecten en gaat uit van rendabiliteitsproblemen voor lopende sloop-heropbouwprojecten, omdat een belangrijk deel nog na 2024 (en dan dus aan 21 procent btw) zal verkocht moeten worden. De beslissing van de federale regering om het tarief van 6 procent voor sloop-herbouw vanaf 2024 uitsluitend voor te behouden voor particuliere projecten moet zeker teruggedraaid worden. Voor Embuild is dit een strijdpunt in het licht van de verkiezingen van 9 juni. Grote projecten zijn immers noodzakelijk voor de uitbreiding en vernieuwing van ons sterk verouderd woningbestand. Individueel slopen en heropbouwen is zeker positief, maar ruim onvoldoende om aan de klimaat- en demografische uitdagingen te voldoen.

onze organisatie een zeer belangrijke doelstelling, maar we hebben nog tal van maatregelen in onze mouw zitten om van de bouw de grote overwinnaar te maken van de stembusslag in juni. Daarom nodig ik jullie van harte uit om onze speciale verkiezingswebsite www.samenbeterbouwen.be te bezoeken. Al onze memoranda en voorstellen (Europees, federaal, Vlaams, Waals en Brussels) kunnen er vlot geraadpleegd worden. Het spreekt voor zich dat uw feedback zeker welkom is. We zijn op dit moment nog in heel wat gesprekken met partijvoorzitters, ministers en parlementsleden betrokken. Het is nu, meer dan ooit, dat we hen op het belang van onze sector voor onze economie moeten wijzen. Ik maak hier ook nog graag van de gelegenheid gebruik om jullie welkom te heten op ons BouwForum op vrijdag 23 februari (10.30 u.) in Paleis 10 van de Heizel. We zullen er partijvoorzitters laten debatteren over drie voor Embuild en de bouw essentiële onderwerpen die ook prominent voorkomen in alle memoranda: duurzaam en betaalbaar wonen, de nood aan meer overheidsinvesteringen en aantrekkelijke bouwjobs. Inschrijven kan op www.bouwforumconstruction.be. Hopelijk tot dan! Niko Demeester CEO Embuild

om het tarief van 6 procent voor sloop-herbouw vanaf 2024 uitsluitend voor te behouden voor particuliere projecten moet teruggedraaid worden.

"

Betaalbaar en duurzaam wonen is voor

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

van de "De beslissing federale regering

3


INHOUD

FEBRUARI 2024

Magazine

Maandblad van en voor de aannemer en de installateur Uitgave van Embuild • Kunstlaan 20, 1000 Brussel • afgiftekantoor Gent X • 6 euro

7

DOSSIER

Brownfieldontwikkeling BOUWFORUM 2024 is een verkiezingseditie

/nl.embuild

BELEIDSPLAN RUIMTE VLAAMS-BRABANT Pittig debat over de plannen

@nl.embuild

U MAAKTE GESCHIEDENIS Gooi de archieven van uw bouwactiviteit dus niet weg!

embuildBE

.embuild.be

3 ● Edito

2024 IS EEN VERKIEZINGSJAAR Dit jaar laat het BouwForum de politieke partijen aan het woord. Er worden in 2024 immers verkiezingen georganiseerd op elk bestuursniveau. De resultaten daarvan zullen mee de gezondheid van de sector bepalen in de komende jaren. U bent hartelijk welkom op vrijdag 23 februari in Paleis 10 van Brussels Expo.

Moeilijk jaar voor de bouw, maar Embuild blijft strijdbaar.

PRIKBORD

7 ● Evenement

Het programma van het BouwForum.

9 ● Regionaal standpunt

Pak de wateroverlast doortastend aan!

BOUWBELANGEN

10 ● Persconferentie

Embuild stelde zijn memorandums voor het aan brede publiek.

13 ● Jaarverslag

Wat we voor u bereikten in 2023.

DOSSIER

17 ● Intro

Waarom u dit dossier moet lezen.

17

18 ● Brownfieldconvenanten

Een interview met een onderhandelaar van overheidswege.

BROWNFIELDONTWIKKELING In heel wat steden en gemeenten liggen voormalige industriële sites er verlaten en verwaarloosd bij. Deze brownfields kunnen na een opwaardering een belangrijke rol spelen in het verdichten van het stedelijke weefsel.

22 ● De Lediaan

Interessante ontwikkeling in Diegem.

24 ● Harcourt

Voorbeeld van brownfieldontwikkeling in Wallonië.

4

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


INHOUD

26 ● Bodemverontreiniging Niet alleen een probleem bij ontwikkelingen, ook een kans

SECTOR & BEROEPEN

28 ● Debat over ruimtelijke ordening Marc Dillen verdedigt de prioriteiten van de bouw.

30 ● Archivering

Steun als u het geheugen van de onderneming wilt vrijwaren.

30

32 ● Giga Regio Factory Europees project stimuleert industrialisatie bij renovaties.

ARCHIEVEN BEWAREN De archieven van onze bouwbedrijven bevatten een schat aan informatie die niet verloren mag gaan. Het Vlaams Architectuurinstituut staat aannemers bij die hun archieven willen bewaren.

34 ● Buildwise

• Nieuwe TV 289 over buitenbepleisteringen; • Drie praktische checklists voor de stukadoor; • Buildwise stelt zijn wintercursussen 2024 voor.

PROJECTEN & BEDRIJVEN

38 ● VDS

Ons lid VDS bouwde in Leuven een sociale woontoren die een architectuurprijs kreeg.

42 ● Ledenvoordelen Uw lidmaatschap rendeert!

45 ● Bouwmarkt

• De TB20e: de eerste elektrische minigraver van Takeuchi Benelux. • Deceuninck stelt zijn nieuwe innovatieve en duurzame producten voor. • Stormpan Vario 18 van Wienerberger trekt rode kaart.

38

46 ● Markant

DRIE KREEFTEN Drie Kreeften, een opvallende nieuwe sociale woontoren in Leuven, kreeg een architectuurprijs. We gingen praten met hoofdaannemer VDS die de talrijke uitdagingen tijdens de bouw tot een goed einde bracht.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

• Willy Naessens Group De onderneming van het jaar 2023 is een lid van Embuild! • Euroconstruct De nieuwe bouwvooruitzichten tot 2026.

5


N DE A V G A D ONAL I S S E F PRO UARI R B E F 23

BOUWEN AAN MORGEN

17 › 25.02.2024 20 & 21 GESLOTEN

BATIBOUW.COM


EVENEMENT

BouwForum 2024: een forum voor de politieke partijen Dit jaar vindt ons traditionele BouwForum plaats op vrijdag 23 februari in Paleis 10 van Brussels Expo. Het BouwForum staat dit jaar in het teken van de federale, regionale en Europese verkiezingen van 9 juni 2024. De leiders van de verschillende politieke partijen zullen debatteren over onderwerpen die belangrijk zijn voor de bouwsector.

N

a het forum van verleden jaar "Verkiezingen 2024: Embuild opent de werven" en na de voorstelling van onze memoranda aan de politieke partijen, zet Embuild zijn lobbywerk en ontmoetingen voort met het oog op de komende verkiezingen. Tegen deze achtergrond heeft onze beroepsfederatie logischerwijs besloten om een BouwForum te organiseren dat volledig over de verkiezingen gaat, waarbij alle politieke partijen zijn uitgenodigd om tijdens Batibouw te komen debatteren over de belangrijkste thema's voor onze sector. Die thema’s zijn: betaalbaar en duurzaam wonen, overheidsinvesteringen en aantrekkelijke en boeiende bouwjobs.

Alle politieke partijen!

VRT-journaliste Hanne Decoutere zal de hele voormiddag de verschillende discussies en debatten leiden. Onze medeorganisatoren van dit paradepaardje van Embuild hebben alles uit de kast gehaald voor deze gelegenheid. Ze slaagden er namelijk in alle politieke partijen aan te trekken om in een gezellige sfeer van gedachten te wisselen voor een publiek van aannemers en installateurs. We kunnen nu al de aanwezigheid aankondigen van Georges-Louis Bouchez (voorzitter van de MR), Maxime Prévot (voorzitter van Les Engagés), Jean-Marc Nollet (vicevoorzitter van Ecolo), Thomas Dermine (staatssecretaris voor Relance en Strategische Inves-

PRAKTISCHE INFORMATIE ● WANNEER ? Vrijdag 23 februari van 10.30 tot 12.30 uur (deuren open om 10.00 uur).

● WAAR ? In Paleis 10, Brussels Expo, Miramarlaan 11, 1000 Brussel.

● INFO EN INSCHRIJVINGEN www.bouwforum­ construction.be

● NETWERKEN : Na het forum is er tijd om te netwerken in een aangename sfeer met een gratis walking dinner. De deelnemers krijgen gratis toegang tot Batibouw.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

teringen/PS), Raoul Hedebouw (voorzitter van de PVDA), François De Smet (voorzitter Défi), Tom Ongena (voorzitter Open Vld), Nadia Naji (covoorzitster Groen), Robrecht Bothuyne (ondervoorzitter CD&V), Melissa Depraetere (voorzitter Vooruit), Johan Van Overtveldt (Europarlementslid N-VA) en Tom Van Grieken (voorzitter Vlaams Belang). Na ongeveer 1 uur discussie weet je meer over de intenties van de verschillende Belgische politieke partijen met betrekking tot onze sector. Het lijdt geen twijfel dat deze gedachtewisselingen op meer dan één manier interessant en fascinerend zullen zijn. En wie weet helpen ze je bij het maken van je keuze als je op 9 juni naar de stembus gaat. Meer kunnen we niet hopen...

Programma ● 10.00 - 10.30 uur: Ontvangst. ● 10.30 - 11.05 uur: Verwelkoming en

intro door Thomas Scorier (voorzitter van Embuild).. ● 11.05 - 11.30 uur: Betaalbaar en duurzaam wonen (getuigenissen +

politiek panelgesprek). ● 11.30 - 12.00 uur: Overheidsinvesteringen

(getuigenissen + politiek panelgesprek). ● 12h00 - 12h25 : Aantrekkelijke en boeiende bouwjobs (getuigenissen +

politiek panelgesprek). ● 12.00 - 12.25: Slotbeschouwingen door

Niko Demeester (CEO van Embuild). ● Vanaf 12.30 uur: Netwerken tijdens een

gratis lunch.

7


ClickBrick Pure EEN DOORBRA AK IN CIRCULAIR BOUWEN

Onze ambitie is 100% circulair ClickBrick Pure is een droogstapelsysteem dat bestaat uit vlakgeslepen handvormgevelstenen die aan elkaar worden gezet door middel van RVS-clips en verbonden worden met de achterconstructie via spouwankers. Door de specifieke vormgeving van de stenen ontstaat bij het stapelen automatisch een gevelbeeld met dunne voegen. Met behulp van diverse passtukken kan de architect flexibel ontwerpen.

www.wienerberger.be


STANDPU NT

Unity of Command om in 2024 wateroverlast doortastend aan te pakken

N

et zoals in het najaar van 2023, werden de eerste dagen van 2024 gekenmerkt door wateroverlast op verschillende plaatsen in Vlaanderen. Embuild Vlaanderen onderlijnt al langer dat de klimaatuitdaging zwaar weegt op de waterhuishouding in heel Vlaanderen. Daarom dient de overheid niet alleen veel meer middelen uit te trekken om onze regio te wapenen. Ook vraagt de bouwfederatie de aanstelling van een Watercommissaris. Vandaag wordt het waterbeleid gekenmerkt door verschillende overheidsspelers die naast elkaar werken. Maar er is nood aan één regisseur of Watercommissaris die een inschatting maakt van de noden in heel Vlaanderen. Van belang is om vervolgens lokaal alle spelers rond de tafel te krijgen om een aanpak op maat uit te werken. Zo kan de Watercommissaris de budgettaire middelen gecoördineerd en efficiënt inzetten. Om Vlaanderen waterveilig te maken, dient het volgende Vlaamse regeerakkoord te voorzien in een meerjarig investeringsprogramma. Dat dient te worden opgemaakt in overleg met de betrokken stakeholders op het terrein, waarbij de inbreng van elke partner wordt vastgelegd.

Maar Embuild Vlaanderen schuift ook het belang naar voren van een duidelijke eindverantwoordelijke voor het waterbeleid en de coördinatie van investeringen voor heel Vlaanderen. Vandaag zijn de bevoegdheden versnipperd wat de uitvoering van noodzakelijke maatregelen vertraagt. Een regisseur dient dankzij unity of command het totaalplaatje en de investeringen te coördineren. Dat betekent een wettelijk verankerd mandaat, over legislatuurperiodes heen. Daarbij voert de Watercommissaris de regie over het Waterzekerheidsfonds en kan die beschikken over een eigen team. Na de waterbom in 2021 in Wallonië werd de impact op Vlaanderen nagegaan van een gelijkaardig scenario. In het worstcase scenario lopen de kosten op tot 8 miljard euro. Ook de gevolgen van droogte hebben een kostprijs. Zo werd bijna 100 miljoen euro aan landbouwers uitbetaald door de droogte in 2018, waren er diepgangbeperkingen op verschillende bevaarbare waterlopen en ondervond ook de productie van diverse economische sectoren schade.

dient het volgende Vlaamse regeerakkoord te voorzien in een meerjarig investeringsprogramma.

Marc Dillen Directeur-generaal Embuild Vlaanderen

"

Niet alleen vinden we het belang van een Watercommissaris terug in de adviezen van het expertpanel dat de waterhuishouding in Vlaanderen onder de loep nam na de waterbom in Wallonië in 2021, ook heeft Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken, Lydia Peeters, onlangs beslist een intendant aan te stellen voor de getroffen Denderstreek om met een bottom-up-benadering oplossingen uit te werken.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

Om Vlaanderen " waterveilig te maken,

9


EISENBUNDEL VERKIEZINGEN

Samen beter bouwen, voor een duurzame toekomst Aan het einde van vorig jaar maakte Embuild tijdens een persconferentie zijn verkiezingsmemorandums voor de politieke wereld bekend. Het duurt natuurlijk nog even voor we naar de stembus moeten gaan. Maar onze boodschap is er eentje die je niet te vroeg kunt geven. De samenleving staat voor zeer zware uitdagingen, en zonder de bouw zullen we die niet kunnen oplossen.

O

nze CEO Niko Demeester opende de persconferentie met een verwijzing naar de economische situatie in de sector: "2023 was geen evident jaar voor de sector, en de toestand zal in de komende jaren niet-evident blijven."

Uit de persconferentie kwam duidelijk naar voor dat deze situatie niet alleen ongunstig is voor de bouwsector, maar ook voor de rest van de samenleving. Dat geeft onze memorandums aan de politieke wereld een bijzonder belang. Of zoals Niko Demeester het formuleerde: "Onze voorstellen zijn niet alleen bedoeld voor onze bouwbedrijven, maar willen ook bijdragen aan de oplossing van maatschappelijke problemen. Wij willen hiermee de politieke partijen helpen; we zijn partners van onze overheden." Er bestaan in feite vijf memorandums. De gewesten hebben er elk een, en daarnaast zijn er de memorandums voor het federale en voor het Europese beleidsniveau. Maar al deze eisenbundels dienen hetzelfde doel, en zijn dus opgezet rond dezelfde vier actiepunten: ● het optrekken van de overheidsinvesteringen; ● betaalbaar en duurzaam wonen; ● aantrekkelijke bouwbanen; ● innovatie en modernisering in heel de bouwketen.

Europese voorstellen

Jean-Pierre Liebaert van de studiedienst

10

van Embuild kwam als eerste aan de beurt tijdens de persconferentie. Hij vatte de economische vooruitzichten voor de bouw bondig samen. Dan besprak Niko Demeester het hoofdstuk Europa in onze memorandums. De Europese Commissie heeft een financieel kader voor duurzame financiering uitgewerkt: de taxonomie, een gemeenschappelijke taal voor de definitie en de evaluatie van groene investeringen. De regelgeving op de taxonomie moet echter beter aansluiten bij de technische en economische realiteit van de sector, zodat we die productief kunnen toepassen. Daarnaast moeten er Europese Kruispuntbanken van de Sociale Zekerheid en van Ondernemingen komen. Die moeten de inspectiediensten in de strijd tegen sociale fraude toelaten om op elk moment te beschikken over de nodige informatie om de naleving van de voorwaarden voor detachering en de betaling van sociale bijdragen te controleren. Verder moet Europa via nieuwe investeringsplannen in infrastructuur en woningen zorgen dat we de klimaatdoelstellingen kunnen halen.

Federale voorstellen

Vanwege de budgettaire beperkingen heeft de federale regering de verlaagde btw op sloop en heropbouw vanaf 2024 gelimiteerd tot de particulieren. “De inperking van het verlaagde btw-tarief schiet tekort voor de noodzakelijke uitbreiding en vernieuwing van ons sterk verouderd woningpark. Individueel slopen en heropbouwen is uiteraard goed, maar ruim onvoldoende. De komende 7 jaar moeten we in

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


ons land immers liefst 225 000 extra wooneenheden realiseren om aan de groeiende woonbehoefte te voldoen. Daarom blijven we ijveren opdat het verlaagde btw-tarief ook zou gelden voor verkoopprojecten van sloop en heropbouw”, zegt Niko Demeester. Momenteel gaat maar 2,7 procent van ons bbp naar overheidsinvesteringen, dat is een pak minder dan de 3,4 procent in onze buurlanden. Tegen 2029 en het einde van de volgende legislatuur (2034) moeten de globale overheidsinvesteringen verhogen op alle overheidsniveaus om onze infrastructuur toekomstbestendig te maken. Voor de federale overheid gaat het om een stijging van 3,3 miljard overheidsinvesteringen in 2021 naar 4,9 miljard in 2029 en 6,1 miljard in 2034. De aanpak van sociale fraude is prioritair voor Embuild. Nog deze maand zal de bouwfederatie een tweede Plan voor Eerlijke Concurrentie afsluiten met de vakbonden en de federale overheid, met daarin nieuwe voorstellen om sociale dumping verder tegen te gaan. Sleutelelement hierbij is niet zozeer nog meer regeltjes, maar een betere handhaving en controle van de regels door de sociale inspecties en de arbeidsauditoraten. “We roepen daarom op om het controle- en sanctieapparaat bij alle sociale inspecties en auditoraten te versterken, zodat de huidige wetgeving goed kan worden gecontroleerd, eerder dan nieuwe regels in te voeren”, geeft Demeester mee. Belgische bouwbedrijven hebben, in vergelijking met de 4 landen die goed zijn voor meer dan 90 procent van de detacheringen in België, qua loonkost nog steeds een concurrentienadeel van 2,7 euro per uur. Om deze

loonkosthandicap van 2,7 euro per uur weg te werken, moet de gedeeltelijke vrijstelling van de doorstorting van bedrijfsvoorheffing verder worden verhoogd. Bij overheidsopdrachten moet voortaan naast de prijs ook de kwaliteit een doorslaggevende factor zijn bij de gunning ervan. De gunning van overheidsopdrachten aan de offerte met laagste prijs valt echt niet meer te verzoenen met de huidige uitdagingen van de bouwsector: in een context van duurzaamheid moet absoluut meer belang worden gehecht aan kwaliteit, waarbij rekening wordt gehouden met innovatie, circulaire economie, energieprestaties, milieuvriendelijkheid en dergelijke meer.

Vlaamse voorstellen

De overheidsinvesteringen dienen in Vlaanderen toe te nemen van 3,6 procent van het brp vandaag naar 4,5 procent in 2029 en 5 procent in 2034. Dat is jaarlijks een miljard extra tegen 2029, bijna 2 miljard extra tegen 2034. Dat is nodig voor de shift naar een fossielvrij en klimaatbestendig Vlaanderen. Maar ook om betaalbaar en energiezuinig wonen voor kwetsbare huishoudens te realiseren. De overheid dient in te zetten op eenduidige coördinatie van de middelen en op behoefteramingen rond o.a. energierenovaties bij (semi)publieke) instellingen. Ook in het waterbeleid zien we verschillende overheidsspelers naast elkaar werken. Eén regisseur is nodig. “Overheden kunnen het niet alleen. Het leeuwendeel dient te komen van burgers en ondernemers. Zo stelt het Steunpunt Wonen dat er jaarlijks 5 miljard nodig is voor de

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

11

De journalisten kregen een exemplaar van onze memorandums. Op de foto, tweede van rechts, ziet u Niko Demeester.


EISENBUNDEL VERKIEZINGEN

renovatiegolf. Gerichte overheidssteun is nodig, alsook partnerships en publiek-private samenwerkingen”, zegt Marc Dillen, directeur-generaal van Embuild Vlaanderen. Hoewel de Vlaamse regering stappen heeft gezet om de vergunningsprocedure te vereenvoudigen, is een vergunningstraject complexer dan ooit. Dat zet de rechtszekerheid onder druk. Denk aan de vele beroepsmogelijkheden, toenemende milieuwetgeving en ruimtelijke plannen. Daarom is een taskforce nodig die het Belgisch voorzitterschap in 2024 helpt voor te bereiden om de Europese natuurherstel- en habitatrichtlijn bij te sturen. O.a. de gestegen rente, bouwgrondprijzen, vraag en het stagnerend aantal verdichtingsprojecten houden de woningprijzen hoog. Ook vragen de banken aan kopers 20 procent eigen middelen. Dat vreet aan het budget voor een energierenovatie of hernieuwbare energietoepassingen. Voorstellen richting betaalbaarheid voor elke Vlaming tegen 2034: ● multidisciplinair observatorium gericht op het vrijwaren van betaalbaarheid in het kader van de verschillende maatregelen op diverse beleidsniveaus; ● nieuwe woonbehoeftestudies voor positief verdichtingsbeleid met voldoende woningaanbod; ● jaarlijks 15 000 woningen voor kwetsbare huishoudens met geconventioneerd huren als hef boom. Ook de middenklasse heeft het steeds moeilijker. Daarom is ondersteuning van de Vlaamse overheid nodig bij een hypothecaire lening: bijv. in de vorm van een borgstelling voor een deel van de gevraagde eigen inbreng. Om de werkzaamheidsgraad van 80 procent te halen, dient de VDAB 90 000 mensen te activeren. De bouw kan 20.000 nieuwe jobs of 1/5 van de opdracht invullen door de energietransitie- en renovaties, future-ready bouwen en duurzaam (her)gebruik van grondstoffen. Daarom dient de VDAB veel gerichter in te zetten op werkplekleren en ingroeibanen richting bouwknelpuntberoepen. De sector heeft nood aan ondersteuning en soepele procedures om medewerkers aan te trekken uit Brussel, Wallonië en binnen en buiten de EU.

12

Brusselse voorstellen

Het huidige gemiddelde renovatietempo wordt geschat op 1 procent per jaar en het doel van de renovatiestrategie, om de klimaatverandering tegen te gaan, is om een renovatietempo van 3 procent te bereiken. Met 500 000 woningen die nog gerenoveerd moeten worden, zouden er gemiddeld 50 renovaties per dag in Brussel moeten worden gestart. Embuild.Brussels vraagt dat de strategieën op lange termijn en de publiek-private partnerschappen, zoals Renolution en Buildcircular. Brussels, worden verdergezet en versterkt. Daarnaast dringt er zich een administratieve vereenvoudiging voor een efficiënt beheer van bouwplaatsen op. De administratieve beheerskosten van bouwplaatsen zijn ongeveer 10 keer hoger dan in de twee aangrenzende regio's. Potentiële investeerders zien daardoor het bouwproces als complex, kostbaar en onzeker. Dit leidt tot een vermindering van de economische activiteit, banenverlies en een vermindering van de financiële toegankelijkheid van de woningen voor Brusselaars. Met de positieve resultaten van Construcity.Brussels is het essentieel om de sectorale dynamiek en publiek-private partnerschappen op het gebied van werkgelegenheid en opleiding te versterken, onder meer door de rol van de sectorale beroepsfederaties te vergroten. “We vragen ook om te blijven investeren in duaal leren en het huidige systeem te hervormen naar een model zoals het Zwitserse triaal leren”, zegt Jean-Christophe Vanderhaegen, directeur-generaal van Embuild.Brussels. De stijging van de huisvestingskosten (30 procent van 2014 tot 2021) en de drastische vermindering van de verkoop van nieuwe appartementen liggen aan de basis van de recente toename van de stedelijke uittocht en kunnen leiden tot een ongekende woningcrisis. Embuild.Brussels doet verschillende voorstellen om de toegankelijkheid van huisvesting aan te pakken, voornamelijk wat de te hoge belastingdruk van vastgoedprojecten betreft. “Tot slot hameren we ook op de ontwikkeling van slimme gebouwen en steden. De connectiviteit van gebouwen en stedelijke infrastructuren, het beheer van deze gegevens, cybersecurity, de ontwikkeling van slimme stedelijke systemen, zijn fundamentele thema's voor de toekomst van Brussel in de overgang naar duurzamere en intelligentere levensstijlen”, weet Vanderhaegen.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


JAARVERSLAG

We boekten aanzienlijke resultaten voor u Aan het einde van vorig jaar maakte Embuild zijn jaarverslag 2023 bekend. Het was geen comfortabel jaar voor de sector. Maar dat heeft de beroepsorganisatie niet tegengehouden. Door intens, aanhoudend lobbywerk hebben we talrijke gunstige resultaten geboekt voor de sector.

D

e economische context was niet goed. De bouwactiviteit ging in 2023 met 0,3 procent achteruit. Vooral de woningbouw werd zwaar getroffen en verloor meer dan 5 procent. Maar ook de niet-residentiële bouw kreeg een dreun van 3,3 procent. In de andere segmenten was er wel groei. Deze bedroeg zelfs 4,7 procent in de burgerlijke bouwkunde, maar we mogen ervan uitgaan dat het in dit geval gaat om een tijdelijke piek. In de aanloop naar verkiezingen stijgt de activiteit in dit segment altijd, om vervolgens weer te dalen. Toch verkreeg Embuild een aanzienlijk aantal resultaten voor de sector. We durven niet zeggen dat we het op ons eentje deden – zo werken onderhandelingen met de overheid niet – maar in elk van de voorbeelden die we geven, heeft Embuild een leidende rol gespeeld.

FEDERAAL

Op het federale niveau was er verplichte opleiding Basisveiligheid. Sinds 15 april 2023 moeten alle nieuwe werknemers, zelfstandigen en gedetacheerden die actief zijn op bouwplaatsen deze opleiding van 8 uur volgen. Kortom: de veiligheid van onze werknemers was ook vorig jaar een prioriteit voor Embuild. In het sectorale akkoord voor de bouwvakarbeiders in paritair comité 124 voor de periode 2023-2024 staat een groeipad voor het individuele recht op opleiding, enkel van toepassing op bedrijven vanaf 20 werknemers. De tweede stap in het aanvullend pensioen (vanaf 1 januari 2025) wordt kostenneutraal voor de arbeiders gefinancierd in 2025 en 2026. Een koopkrachtpremie is enkel voorzien voor bedrijven die in 2022 een grote winst hebben behaald. Dat laatste, en de instelling van een groeipad voor het individuele recht op opleiding, staan ook in het sectorale akkoord dat werd afgesloten in PC

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

149.01. Daarnaast staat in dat akkoord een verbetering van de verzoeningsprocedure als de syndicale afvaardiging niet goed functioneert. Ten slotte willen we nog even wijzen op het vernieuwde Plan voor Eerlijke Concurrentie (PEC) voor de bouwsector dat werd opgesteld. Daarin in sprake van een nieuwe publieke RSZ-databank om na te gaan of een buitenlandse werkgever onderworpen is aan de PDOK. Het PEC dringt ook aan op de wettelijke verankering van de Construbadge.

Juridisch Ook op juridisch vlak werden resultaten bereikt. Zo heeft Embuild er bijvoorbeeld op toegezien dat een aantal maatregelen die de consument moeten beschermen, het evenwicht tussen aannemer en particulier respecteren. Daarnaast is het kmo's gemakkelijker gemaakt om mee te dingen naar overheidsopdrachten. Op de website van Embuild zijn de modelcontracten aangepast aan het nieuwe verbintenissenrecht.

Fiscaal Onder meer dankzij het lobbywerk van Embuild zullen de werkelijke huurinkomsten niet belast worden. Daarnaast werd een voorstel om het verlaagde btw-tarief voor renovaties en voor afbraak-heropbouw te verhogen naar 9 procent, van de tafel geveegd. Het blijft 6 procent. Het tarief van 6 procent voor afbraak en heropbouw tot woning wordt in het geval van particuliere projecten bovendien uitgebreid tot heel het land als een aantal sociale voorwaarden vervuld zijn. Wanneer het gaat om projecten voor verhuur en verkoop verdwijnt het verlaagde btw-tarief, maar de bouwsector bekwam ruime overgangsmaatregelen. Het btw-tarief van 6 procent op warmtepompen wordt verlengd tot eind 2024.

EUROPA

Embuild verricht ook lobbywerk op het Europese niveau, in samenwerking met de Europese federatie van bouwondernemingen FIEC. Enkele voorbeelden van de resultaten: ● openbare gebouwen krijgen een voorbeeldfunctie in de herziening van de Europese richtlijn op de energie-efficiëntie;

13


JAARVERSLAG

● de richtlijn op de energieprestaties van gebouwen wordt herzien om een evenwicht te vinden tussen duurzaamheid en toegankelijkheid; ● de verordening op het natuurherstel houdt nu meer rekening met de sociaaleconomische gevolgen. Bovendien worden de verschillen tussen de lidstaten bij de behandeling van betalingsachterstanden kleiner. Ten slotte vermelden we de verordening buitenlandse subsidies. Sinds die in werking getreden is, zijn Europese bedrijven beter beschermd tegen oneerlijke praktijken in andere landen.

VLAANDEREN

Op het gewestelijke niveau is het Embuild Vlaanderen dat het lobbywerk verricht. Het is tevreden dat het Vlaams parlement eind mei 2023 het licht op groen heeft gezet voor de realisatie van de bouwshift. Maar de sector is wel ongerust over de initiatieven op andere beleidsniveaus. Zo worden er ‘provinciale beleidsplannen ruimte’ gelanceerd die die onnodig snel de bouwmogelijkheden afremmen. Tegelijkertijd zien we heel wat lokale belemmeringen en bouwpauzes die verkerning in de weg staan. Daarom oppert Embuild Vlaanderen om met meer stadsvernieuwingsfondsen en PPS-formules een actieve bouwshift te lanceren als positief tegengewicht voor de huidige, verlammende aanpak.

Natuurherstelwet Embuild Vlaanderen heeft de bekommernissen van de bouwsector over de natuurherstelverordening uiteengezet in het Europees parlement. Daarnaast heeft Embuild Vlaanderen eind juni zijn standpunt geduid tijdens een hoorzitting in het Vlaams Parlement.

Groenblauwpeil 2.0 Voortaan kunnen niet alleen particulieren en huishoudens het groenblauwpeil van hun percelen en tuinen berekenen. Ook overheden en professionals, zoals bouwbedrijven kunnen nu voor hun projecten op grotere private terreinen of op het publieke domein het groenblauwpeil nagaan. Sinds de lancering in 2021 hebben meer dan 62 000 Vlamingen www.groenblauwpeil.be geraadpleegd. Van bijna 30 000 woningen en tuinen werd het groenblauwpeil berekend.

Studie over betaalbaarheid van wonen Op vraag van Embuild Vlaanderen heeft prof. Johan Albrecht van de UGent een studie gemaakt

14

over de betaalbaarheid van wonen. Vergeleken met Europa zijn hier globaal minder huishoudens die ernstige moeilijkheden ondervinden om hun woonlasten af te lossen. Maar de groep die kan bouwen, een bestaande woning kan verwerven of huren, verkleint. Zo ondervindt nu ook een deel van de middenklasse problemen.

De kostprijs van verdichtingsprojecten Voor het eerst heeft de Vlaamse overheid samen met de private sector een studie gemaakt over de hindernissen voor en de kostprijs van verdichtingsprojecten. De risico’s en meerkosten van deze projecten blijken hoog op te lopen. Zo is elke vierkante meter bruto vloeroppervlakte een stuk duurder dan bij een verkaveling. Om de gewenste verkerning op de rails te zetten, formuleren de onderzoekers een resem aanbevelingen voor zowel de overheden als de ontwikkelaars.

Green Deal leverde 160 circulaire bouwprojecten op De Green Deal is een overeenkomst tussen (privé-)partners en de Vlaamse overheid die de circulaire bouwpraktijk wil faciliteren. Op 16 februari 2023 werd tijdens een slotevent teruggeblikt op de resultaten. In 4 jaar tijd engageerden 360 organisaties zich om samen 160 projecten op te starten die het circulair bouwen en verbouwen in Vlaanderen moeten stimuleren.

Nieuwe tool Circulair Gebouwd Embuild Vlaanderen en Buildwise hebben de nieuwe tool Circulair Gebouwd voorgesteld. Met dat nieuwe digitale instrument kunnen bouwpartners met concrete circulaire ambities hun project op maat realiseren. De tool biedt een antwoord aan iedereen die aan een circulair bouwproject begint, diept circulaire ambities in detail uit en vult daarom de duurzaamheidstool van de Vlaamse overheid, ‘GRO’ genaamd, goed aan.

Het 14de energiecongres 14e energiecongres: nog 27 Energiecongressen te gaan om Vlaanderen klimaatrobuust te maken? Het 14e Energiecongres, dat plaatsvond op 30 mei 2023, heeft ons een stap dichterbij een klimaatrobuust Vlaanderen gebracht. Deze editie kwam tot stand in samenwerking met Flux50 en Techlink, dankzij de ondersteuning van Buildwise. De rode draad van de dag was klimaatfit dankzij bouwinnovatie. Centraal stond de energietransitie met de nood aan een renovatiegolf,

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


JAARVERSLAG

energiedelen, het belang van een geïntegreerde aanpak, doordachte regelgeving en voldoende vakmensen.

Nieuwe blog Bouw het klimaat

NEWSLETTER EN SOCIALE MEDIA Onze dagelijkse digitale nieuwsbrief wordt naar 18 500 adressen gestuurd. In 35,5 procent van de gevallen wordt hij geopend. Het aantal volgers van Embuild op sociale media gaat in stijgende lijn.

Begin 2023 heeft Embuild Vlaanderen de blog Bouw het klimaat gelanceerd. Centraal staat de grote bijdrage van de bouwsector tot het behalen van de klimaatdoelstellingen. Embuild Vlaanderen werkt een groot deel van de tijd op projecten rond innovatie en duurzaamheid. En die delen ze graag met de buitenwereld. Duurzaamheid, circulariteit, innovatie en een carrière in de bouw staan daarbij centraal.

Eerste Vlaamse betonakkoord Het eerste Vlaamse Betonakkoord werd gelanceerd door de initiatiefnemers Groen Beton Vert, Buildwise, Vereniging van sloop-, ontmantelings- en recyclagebedrijven, Fedbeton en Embuild Vlaanderen. Intussen hebben al tachtig bouwbedrijven en partners het betonakkoord ondertekend. Deze ambitietekst is een mijlpaal voor alle stakeholders in de betonketen om samen werk te maken van meer groen beton.

Samenwerken met universiteiten om meer jongeren aan te trekken Embuild Vlaanderen en de Vlaamse universiteiten hebben de handen in elkaar geslagen om meer studenten te laten kiezen voor ingenieur bouwkunde. De bouw is een sector in volle beweging en steeds meer hoogtechnologisch met uitdagende jobs en uiteenlopende carrièremogelijkheden waarover we jongeren willen informeren.

Lijst met knelpuntberoepen voor migratie Sinds 1 september geldt een nieuwe lijst met middengeschoolde knelpuntberoepen voor migratie van Niet-EU-arbeidskrachten. Hoewel de nieuwe lijst zes extra bouwberoepen telt, heeft Embuild Vlaanderen erop gewezen dat op de VDAB-knelpuntenlijst het aantal bouwknelpuntberoepen op één jaar tijd steeg van 46 naar 66 met drie bouwberoepen in de top 10. Bovendien wijst Embuild Vlaanderen op het feit dat de Waalse lijst een 75-tal beroepen telt, tegenover 29 in Vlaanderen.

#WERFze In 2023 werd deze sociale mediacampagne voortgezet en versterkt. Met als speerpunten Facebook, Instagram en TikTok om gericht jongeren, ouders en leerkrachten efficiënt te bereiken. De focus ligt op enthousiaste bouwprofessionals

● LinkedIn: 27 280 (+ 9 procent) ● Facebook: 6519 (+ 3,5 procent) ● X (vroeger Twitter): 5025 (+ 26 procent) ● YouTube: 425 abonnees (+ 12 procent) Ook onze actie zotvandebouw scoort steeds beter op sociale media. Dat is merkbaar aan de volgers: ● Facebook: 8100 (+ 27 procent) ● Instagram: 1200 (+71 procent) ● TikTok (nieuw dit jaar): 400 Het platform Build Your Home is aanwezig op Facebook en heeft daar 2300 volgers (- 4 procent).

en op innovatieve technieken in de bouw. Sindsdien bereiken we maandelijks gemiddeld meer dan 60 000 jongeren, ouders en leerkrachten in het domein bouw, techniek, energie en klimaat. Daarnaast werd in het voorjaar een maand lang ingezet op een TikTok-campagne met meer dan een miljoen views als resultaat.

Communicatie - Events Een sterke organisatie is een communicerende organisatie, en Embuild heeft ook op dat gebied excellent gepresteerd in het voorbije jaar. ● Het Bouwforum had als gastspreker de gouverneur van de Nationale Bank, Pierre Wunsch, en werd door 700 mensen bijgewoond. ● Onze Open Wervendag, de hoogmis van de sector, gooide het hek open rond 96 fysieke en 7 virtuele bouwplaatsen. Samen trokken deze 60 000 fysieke en 190 000 virtuele bezoekers. De video's werden 3,5 miljoen keer aangeklikt. ● De vier vakbeurzen Install Day, Dag van de Afwerking, Belgian Roof Day en Digital Construction hadden samen maar liefst 13 000 bezoekers, een record!

Jongeren De bouw heeft getalenteerde, gemotiveerde jongeren nodig. Er lopen op dat gebied verschillende initiatieven, waaraan Embuild enthousiast meewerkt. De bouw kijkt verder, de imagocampagne onder leiding van Constructiv, ging in 2023 zijn tweede jaar in. Ze was ook aanwezig op de zomerfestivals Couleur Café, Les Ardentes en Suikerrock. Duizenden jongeren bezochten onze infostand, deden er mee aan acties en demo’s en konden T-shirts met originele slogans op winnen.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

15


Ready to go voor 3 maand gratis op jouw Omnium*? OMNIUM

3 MAAND GRATIS*

Bereken je premie op

federale.be/3maandgratispro *Korting geldig tijdens het eerste jaar van de overeenkomst onderschreven tijdens de actie, rechtstreeks verwerkt in de berekening van de premie en pro rata herberekend bij verzekeringsduur van minder dan één jaar. Meer info en voorwaarden van onze actie op www.federale.be/nl/3-maand-gratis-pro. Federale Verzekering – V.U. : Tom De Troch - Stoofstraat 12 – 1000 Brussel - www.federale.be. Coöperatieve Vennootschap voor Verzekering tegen Ongevallen, Brand, Burgerlijke Aansprakelikheid en Diverse Risico’s CVBA. Financieel rekeningnummer: BIC : BBRUBEBB IBAN : BE31 3100 0723 3155 - RPM Brussel BTW BE 0403.257.506.


DOSSIER

Browfieldontwikkeling Zoals u ook op blz. 28 in dit nummer van Embuild Magazine kunt lezen, woedt er een debat over de verdichting en de versterking van kernen in onze steden en gemeenten. Een jaar of vijftien geleden werd vaak verondersteld dat de ontwikkeling van brownfields hierin een positieve rol zou kunnen spelen. Onder meer daarom werden de brownfieldconvenanten in het leven geroepen, een soort instrument om een ontwikkeling te faciliteren. Maar hoe staat het daar intussen mee? Op die vraag probeert dit dossier een antwoord te zoeken.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

17


BROWNFIELDONTWIKKELING

De brownfieldconvenanten komen op kruissnelheid Vlaanderen telt een aanzienlijk aantal sites die er nu verloederd bijliggen maar die na sanering veel potentieel hebben voor wonen, nijverheid en diensten. Om de ontwikkeling van deze brownfields te stimuleren werd in 2007 het brownfielddecreet met de daarbij horende brownfieldconvenanten goedgekeurd. Een van de mensen die van overheidswege deze convenanten onderhandelen is Stefaan Baeteman. We vroegen hem hoe het ermee gesteld is.

M

aar waar komen de brownfieldconvenanten eigenlijk vandaan? Hun oorsprong heeft te maken met een paradox. Enerzijds heeft Vlaanderen behoefte aan duurzame bedrijventerreinen en aan huisvesting, recreatie, natuur en dergelijke. Maar anderzijds lagen veel sites die vroeger werden gebruikt voor industriële of commerciële doeleinden er verlaten bij. Dergelijk sites hebben een potentieel voor hergebruik. Hun herontwikkeling kan de katalysator zijn voor de heropleving van de buurt. Ze kan banen scheppen, investeringen aantrekken, de leefomgeving en de openbare gezondheid verbeteren en het uitdijen van de stad tegengaan. Helaas zijn de kosten van een herontwikkeling vaak aanzienlijk. Deze sites kunnen bijvoorbeeld verontreinigd zijn, zonder dat de omvang van de verontreiniging en de verantwoordelijke bekend zijn. Stefaan Baeteman: "Onder meer vanwege deze onzekerheid en de daarmee verbonden kosten negeerden investeerders en ontwikkelaars deze brownfields. Daarnaast was er een ander probleem: de herontwikkeling van een brownfield vraagt een aanpak die veel aspecten integreert. Maar de kennis en ervaring op dat gebied waren afwezig of zeer beperkt, zowel bij de overheden als bij de ontwikkelaars." De situatie was dus verre van ideaal, en Vlaanderen zocht inspiratie in het brownfieldbeleid in de Verenigde Staten. Het beleidsdomein Economie kreeg het initiatief. Er werden een aantal sites verspreid over

18

Vlaanderen geselecteerd die kampten met leegstand en een aanzienlijke bodemverontreiniging. Vervolgens werden samen met de betrokken bestuursniveaus de knelpunten en kansen in kaart gebracht en werd een aanpak uitgewerkt. Een dergelijke samenwerking, die de grenzen tussen beleidsdomeinen overschrijdt, was zeldzaam. Maar ze bestaat nog altijd. Ambtenaren van VLAIO, OVAM, het departement

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024


BROWNFIELDONTWIKKELING

NIEUWE OPROEP IS LOPENDE Momenteel loopt de veertiende oproep voor brownfieldconvenanten. De aanvragen die al ingediend zijn op 26 april 2024 worden vanaf dan beoordeeld. Een tweede beoordelingsronde begint op 8 november 2024, voor de aanvragen die tussen 26 april 2024 en die datum ingediend werden. De belangrijkste generieke voorwaarden zijn: • het moet gaan om een brownfield zoals gedefinieerd in het brownfielddecreet (een Brownfield is een geheel van verwaarloosde of onderbenutte gronden die zodanig zijn aangetast, dat zij kennelijk slechts gebruikt of opnieuw gebruikt kunnen worden door middel van structurele maatregelen); • het moet gaan om een brownfieldproject zoals gedefinieerd in het brownfielddecreet (een omschreven geheel van structurele maatregelen dat via de herontwikkeling van een brownfield leidt tot realisaties op economisch, sociaal en milieuvlak); • de eigenaars van minstens 70 procent van de betrokken oppervlakte moeten de aanvraag ondertekenen; • de gemeente moet verklaren dat zij wil meewerken aan de totstandkoming van het project; • een brownfieldconvenant moet een aanmerkelijke faciliterende meerwaarde bieden voor de realisatie van het project; • er is een gecoördineerd optreden tussen en van verschillende overheden noodzakelijk. De belangrijkste specifieke voorwaarden van de veertiende oproep zijn: • de ruimtelijke kwaliteit. Het voorstel moet maximaal inzetten op de tien kernkwaliteiten van het omgevingsbeleid; • de creatie en het beheer van bedrijfshuisvesting; • duurzaamheid en circulariteit; • de herontwikkeling van stortplaatsen (duurzaam voorraadbeheer van stortplaatsen, hoogwaardige valorisatie van afvalstoffen, beschermingsmaatregelen, bodemsanering, kennisdeling …). Meer info en aanvragen indienen: www.vlaio.be/brownfieldconvenanten.

Omgeving, het departement MOW, het Agentschap Onroerend Erfgoed, Stedenbeleid enzovoort werken samen in de Brownfieldcel en in een werkgroep brownfieldconvenanten.

Meer dan de kosten

Een van de vaststellingen was dat er naast financiële incentives ook nood was aan maatwerk, procesmanagement en het vastklikken van afspraken. Dit is dan verwerkt in het brownfielddecreet van 30 maart 2007, dat voorzag in een aanpak via brownfieldconvenanten. Dankzij deze werkwijze kunnen alle betrokken overheden, eigenaars en ontwikkelaars klare en duidelijke werkafspraken maken. Bij de aanvang van het project wordt meteen duidelijkheid gegeven over bepaalde inhoudelijke en procedurele vereisten en verwachtingen. Stefaan Baeteman: "De totstandkoming van een brownfieldconvenant wordt getrokken door een onderhandelaar aangesteld door de Vlaamse Regering. Het brownfieldconve-

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

nant sluit een aantal intrinsieke voordelen in, met name de coöperatie en synergie tussen de verschillende betrokkenen. Eens een brownfieldproject het voorwerp uitmaakt van een convenant, gaan daarenboven een aantal deuren open op het vlak van juridisch-administratieve en financiële faciliteiten. Deze komen de werkbaarheid, de organiseerbaarheid en de f lexibiliteit van het project ten goede." Aangezien de techniek van de brownfieldconvenanten zowel administratief als juridisch in den beginne onontgonnen terrein was, werd geopteerd voor een experimenteel decreet, dat na evaluatie een permanent karakter kon krijgen. Dat laatste is intussen gebeurd. Stefaan Baeteman: "Er bestaat internationale belangstelling voor de aanpak via brownfieldconvenanten met een onderhandelaar en een overlegstructuur. Maar op dit ogenblik is Vlaanderen de enige regio die deze methodiek hanteert. Waar men elders een brownfieldbeleid heeft, blijft dat meestal beperkt tot sites met bodemverontreiniging.

19


BROWNFIELDONTWIKKELING

Doorgaans is het dan de overheid die de site verwerft en vervolgens saneert of in markt zet voor een sanering. Heel vaak is er bovendien geen herontwikkeling aan gekoppeld."

Aantallen

Aan het einde van 2023 werden er onderhandelingen gevoerd over 34 dossiers. In 105 dossiers was de realisatie van een brownfieldconvenant bezig, en 30 dossiers waren afgewerkt. Hoeveel is dit vergeleken met het totale aantal brownfields in Vlaanderen? Dat is niet gemakkelijk te bepalen. Als men de informatie uit verschillende databanken samenbrengt, blijkt dat er naar schatting 2700 tot 7400 locaties zijn met aanwijzingen van brownfieldkenmerken, naargelang de criteria die gehanteerd worden. Stefaan Baeteman: "Maar let op: dit is louter een aanwijzing. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dat een stookolietank bij een particulier gelekt heeft en het terrein daardoor als 'te saneren' in de data opgenomen is. Het kan ook gaan om een leegstaand bedrijfsgebouw op een bedrijventerrein dat in feite zonder structurele maatregelen een nieuwe bestemming kan krijgen."

Wat is een goed dossier?

De onderhandelaars van VLAIO kijken bij de evaluatie van dossiers naar de toestand van de site maar ook naar het project dat voorgesteld wordt. Beide zaken worden in verband gebracht met de brownfieldkenmerken. Er worden twee soorten criteria gehanteerd. De generieke ontvankelijkheids- en gegrondheidsvoorwaarden zijn opgenomen in de regelgeving. Maar daarnaast zijn er specifieke voorwaarden die per oproep vastgelegd worden. Stefaan Baeteman: "We mikken op terreinen die via de gewone marktwerking niet worden opgepikt omdat er een dusdanig complexe problematiek is dat een herontwikkeling bemoeilijkt wordt. Het kan gaan om ernstige bodemvervuiling maar ook om zaken als waterbeheer, beschermd erfgoed, een slechte bereikbaarheid, een complexe eigendomssituatie of de nood aan een planologische herbestemming." "Een brownf ieldconvenant schept een faciliterend kader en andere voordelen. We willen dus altijd dat het project goed genoeg is om dit te verdienen. Het sluiten van een

20

convenant moet vanuit de Vlaamse overheid verantwoord zijn. Het moet dus gaan om toekomstbestendige projecten, die mee uitvoering geven aan de ambities van het Vlaamse beleid en waarvoor een bovenlokale aanpak een meerwaarde biedt. Bij voorkeur vervullen de projecten ook een voorbeeldfunctie. Die kan veel vormen aannemen: duurzaamheid, het innovatieve karakter, de gecreëerde tewerkstelling, de herwaardering van een buurt, de landschapsbeleving, de herbestemming van erfgoed, het beheer op de lange termijn enzovoort."

Heikele punten

Volgens het recentste beschikbare evaluatierapport duren de onderhandelingen over een convenant in drie op tien dossiers minder dan een jaar. Nog eens drie op tien heeft één tot twee jaar nodig, en een kwart twee tot drie jaar. Voor een beperkt aantal dossiers – ruwweg een op zeven – duren de onderhandelingen langer. Stefaan Baeteman: "Het moeilijkste aspect van de onderhandelingen is meestal de afstemming van de ambities van het project op de context van het brownfield en zijn omgeving. Een herontwikkeling heeft veel noden en een brede impact. Het gaat verder dan een loutere sanering of de uitvoering van een bouwproject. Naast de nood aan een transversale beleidsmatige aanpak is er vaak een afstemming tussen de diverse beleidsniveaus - lokaal, provinciaal, Vlaams - aan de orde. Diverse betrokkenen hebben elk hun eigen belangen en invalshoeken. Het afstemmen van deze inzichten op het brownfield en het ontwikkelingspotentieel ervan vergt vaak uitgebreid overleg met ontwerpend onderzoek, afstemmen op regelgeving en het zoeken naar de juiste mix van de in te zetten instrumenten." Er wordt in een brownfieldconvenant gestreefd naar zo hoog mogelijke ambities op vlak van ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid (zie ook de kadertekst over de veertiende oproep). De kenmerken van het brownfield en de ligging en inbedding in de omgeving creëren belangrijke randvoorwaarden, waarbij de financiële haalbaarheid van de herontwikkeling voortdurend in het oog gehouden moet worden. Als een project financieel onhaalbaar is, blijft het brownfield bestaan inclusief de verloedering en andere negatieve gevolgen voor de site en de buurt.

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024


BROWNFIELDONTWIKKELING

DE LESSEN VAN UPLACE Een van de eerste brownfieldconvenanten was voor een site in Machelen. Maar van het oorspronkelijke project daar, Uplace genaamd, kwam na een jarenlange procedureslag niets in huis. Het project werd bijgestuurd met een nieuwe naam: Broeklin, dat recent werd vergund. Het dossier leerde een belangrijke les: Tegenwoordig worden concrete details van een project bijvoorbeeld vermeden in een convenant. De overheid moet namelijk nog een afweging kunnen maken bij het verlenen van vergunningen, rekening houdend met het openbare onderzoek en de adviezen. Het besef is intussen ook gegroeid dat de projecten met een convenant een werk van lange adem zijn. Dat is een tweede reden om projectdetails te vermijden. Het is bij het sluiten van een convenant nooit helemaal duidelijk welke evolutie een project zal doormaken. Tegenwoordig wordt een brownfieldconvenant eerder gezien als kader voor samenwerking om een project te realiseren. Daarbij worden doelstellingen vooropgesteld en de inspanningen die door verschillende partijen zullen geleverd worden. Het kader kan geldig blijven gedurende de duurtijd van het herontwikkelingstraject.

Stefaan Baeteman: "Eens draagvlak voor een herontwikkelingsproject bestaat, wordt dit vastgelegd in een ontwerp van brownfieldconvenant waarover een informatie- en inspraakvergadering wordt voorzien voor het publiek. Op basis van de inspraak wordt dit ontwerp al dan niet bijgestuurd tot een definitief brownfieldconvenant. De betrokken partijen volgen de realisatie van het brownfieldconvenant op via een stuurgroep, spelen daarbij in op evoluties, wijzigingen, concretiseren en verfijnen afspraken enzoverder."

Grote spelers

Uit de evaluatierapporten blijkt dat het hoofdzakelijk grote spelers zijn die dossiers indienen. Was dat de intentie van de brownfieldconvenanten? Stefaan Baeteman: "Nee, zeker niet. Maar ik denk dat ik weet hoe die indruk ontstaat. In een eerste fase van de brownfieldconvenanten mikten we vooral op het saneren en bouwrijp maken van sites. Maar sinds enige tijd willen we ook een herontwikkeling. De projecten waarvoor een convenant gesloten wordt, zijn dus groter geworden, en worden bij gevolg vaak ingediend door grotere spelers." "Daarnaast is er wat ik eerder al sugge-

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

reerde: we kunnen niet voor elk project een brownf ieldconvenant afsluiten. De meerwaarde het project moet zo groot mogelijk zijn. En dan gaat het vaak om grotere projecten. Maar het is niet zo dat we de voorkeur geven aan grotere spelers. Het gaat iedere keer om het project, niet om de omvang van de indiener."

Kruissnelheid

Meer dan de helft van de beëindigde brownfieldprojecten werd binnen een periode van vijf jaar gerealiseerd. De overige beëindigde projecten werden binnen tien jaar gerealiseerd. Stefaan Baeteman: "Maar het gaat hier om de eerste convenanten, die een beperkte ambitie hadden. Bij de recent ondertekende convenanten gaan we eerder uit van een doorlooptijd van tien tot vijftien jaar, omdat het gaat om grotere projecten waarin ook infrastructuurwerken, gebouwen, wegen en dergelijke zitten. " "Als we daarmee rekening houden, dan mogen we in de komende jaren een stabilisering van het aantal brownfieldconvenanten verwachten. Ik denk dat we met dit systeem stilaan op kruissnelheid gekomen zijn."

21


DE LEDIAAN

Het brownfieldconvenant als platform voor alle belanghebbenden Op dit moment is de herontwikkeling van De Lediaan volop bezig, een brownfield in Diegem - Machelen. We gingen praten met PSR, een van de projectpartners. Het feit dat er een brownfieldconvenant gesloten kon worden, is zeker een plus. Maar het verkrijgen van de nodige vergunningen blijft een delicaat punt.

P

SR staat voor Partner in Sustainable Reconversion. De firma is een dochter van ons lid Jan De Nul en is gespecialiseerd in de ontwikkeling van brownfields. Onze gesprekspartners zijn Julie De Pauw en Jan Vandermeulen van PSR. Julie heeft het voorbereidende werk voor De Lediaan gedaan in de periode 2015-2019, Jan is nu bezig met de verdere ontwikkeling. Julie De Pauw: "De Lediaan ligt in Diegem, een deelgemeente van Machelen, en is een voormalige steengroeve. Dat verklaart meteen de naam van het project: Lediaan zandsteen is een kalkhoudende zandsteen die typisch is voor de regio. Hij is onder meer gebruikt voor de nabijgelegen Sint-Catharinakerk waarvan de bouw begon in de vijftiende eeuw. Maar de site is al meer dan een halve eeuw geen groeve meer. Rond 1960 is de ontginning van Lediaan zandsteen stopgezet en werd de site vervolgens tot eind 1970 gebruikt als stortplaats voor bouwafval." Jan Vandermeulen: "PSR heeft de site na de nodige onderhandelingen aangekocht eind 2017. Het project dat we er nu uitvoeren is een samenwerking met Envisan, een andere dochter van Jan De Nul en actief in saneringen, grondverzet en circulaire oplossingen, en met Urbicoon, actief in projectontwikkeling in de Brusselse rand. Styfhals Architecten staat in voor het lot architectuur en studiebu-

reau Omgeving voor het lot verkaveling en omgevingsaanleg. Voor het lot stabiliteit werken we samen met Cobe, en AE+ staat in voor de studie rond technieken en het ESCO-verhaal." Het is de bedoeling om er 14 huizen te bouwen en 154 studio's en appartementen. De site beslaat in totaal 2,8 hectare, maar slechts 18 procent daarvan wordt effectief bebouwd. Een kleine 2 hectare wordt parken speelzone, die na de sanering en de omgevingsaanleg overgedragen wordt aan de gemeente Machelen. Er is 7000 vierkante meter ondergrondse parking voorzien.

Convenant

Een project van deze omvang opzetten en uitvoeren is nooit eenvoudig maar de vergunningsfase van De Lediaan verliep onder een relatief goed gesternte. Zo was in het RUP Diegem Centrum al een woonzone voorzien op die plaats. Een bonus is ook het brownfieldconvenant dat in december 2020 afgesloten kon worden. Toch lag er veel werk op de plank vóór er een schop de grond in kon gaan: infomomenten met omwonenden, het opstellen van een goed masterplan, besprekingen met alle bestuursniveaus enzovoort. Jan Vandermeulen: "Er werd veel belang gehecht aan de omgevingsaanleg en aan de mobiliteit. Daarnaast moesten we vermijden dat we te veel openbare ruimte zouden aansnijden." Julie De Pauw: "We merken ook dat

22

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

er meer en meer aandacht is voor de klimaatverandering en voor de waterhuishouding. De actualiteit heeft dat in de hand gewerkt. Maar uiteindelijk is alles heel goed meegevallen in Diegem. Tegen de verkavelingsvergunning en de omgevingsvergunning is geen enkel bezwaar en geen enkel beroep ingediend, wat eerder zeldzaam is in de vastgoedsector." Ondanks deze gunstige omstandigheden blijft De Lediaan een werk van lange adem. Jan Vandermeulen: "Een dergelijk project omvat veel parallelle trajecten: overleg met de gemeente, de diverse actoren van het brownfieldconvenant en de andere stakeholders in het project. In dit geval hoort daar bijvoorbeeld ook Infrabel bij, want de site ligt vlak langs de spoorweg 36 van Leuven naar Brussel. En dan heb ik het nog niet over het studiewerk voor de sanering." "Maar een brownfieldconvenant is hiervoor het ideale platform. Alle stakeholders worden betrokken, niemand kan zich wegstoppen. Het moet een gezamenlijk gedragen ontwikkeling zijn waarbij alle actoren naar een compromis toewerken dat aanvaardbaar is voor alle partijen." De oplevering van de eerste woningen is gepland in het najaar van 2025. Dat is tien jaar na het eerste prospectiewerk op het project. Julie De Pauw: "We spreken doorgaans van minstens drie jaar als het niet om een brownfield gaat. Maar wil dat nu zeggen dat een brownfieldontwikkeling ruwweg twee keer langer duurt dan een normale ontwikkeling? Nee, dat is te kort door de bocht. Elk project is maatwerk. Soms ontbreekt bij de overheid een visie op de bestemming van een site, soms steken problemen met de buren stokken in de wielen."


DUURZAAMHEID AS A SERVICE De grondgebonden en meergezinswoningen op De Lediaan voldoen vanzelfsprekend aan strenge energienormen. Maar duurzaamheid staat ook op andere manieren voorop. Zo gaat er veel aandacht naar streekeigen groen. Maar opvallend is vooral dat de verwarming, koeling en ventilatie aangeboden wordt as a service. Jan Vandermeulen: "We hebben daarvoor samen met onze projectpartner Urbicoon een ESCO of Energy Services Company opgericht: Warmte@Lediaan heet die. Studiebureau AE+ stond in voor de technische ondersteuning en opmaak van de nodige studies. Deze ESCO staat in voor het goede functioneren van de installaties. De bewoners betalen vaste kosten voor het onderhoud, en een variabel bedrag dat afhangt van hun verbruik. Dankzij deze ESCO kunnen PSR en Urbicoon de kennis over deze benadering in eigen huis houden. Het is een leerervaring, een manier om expertise op te doen."

Woningnood

Onlangs was het nog in het nieuws: in geen enkele Vlaamse provincie zijn woningen duurder dan in Vlaams-Brabant, de provincie waarin Diegem ligt. De bijna 170 woningen op De Lediaan zullen op hun eentje die prijzen natuurlijk niet drukken. Maar kan brownfieldontwikkeling in het algemeen de nood aan woningen milderen? Julie De Pauw: "Het is geen wondermiddel op dat gebied. Bij het toekennen van brownfieldconvenanten ligt de nadruk trouwens nu meer op bedrijvigheid en werken. Louter residentiële ontwikkelingen maken voorlopig geen kans meer. Dat vind ik wel jammer, want er is op dat gebied nog veel onontgonnen potentieel in stedelijke gebieden."

Risico's

Brownf ieldconvenanten worden doorgaans gesloten met grotere ontwikkelaars. Dat heeft onder meer te maken met het feit dat dergelijke projecten komen met een aantal intrinsieke risico's.

Er is bijzonder veel aandacht voor open ruimte, groen en klimaat. (foto PSR-Urbicoon).

De graaf- en saneringswerken zijn volop bezig . (foto PSR-Urbicoon).

Jan Vandermeulen: "In het algemeen is de sanering een van de grootste risico's. Die kan veel duurder uitvallen dan oorspronkelijk voorzien. Maar ook aan de prefinanciering is een risico verbonden. Het is best mogelijk dat de interestvoet schommelt tijdens de looptijd van het project, wat lenen veel duurder maakt. En dan is ook nog de stijging van de bouwkosten, zoals we die meegemaakt hebben tijdens de corona- en de Oekraïne-crisis." Het inschatten van de risico's verbonden aan een brownfieldontwikkeling vraagt kennis op juridisch, financieel en technisch vlak. Maar zelfs als die aanwezig is, zijn verrassingen niet uitgesloten. Julie De Pauw: "Op De Lediaan wisten we niet perfect hoe het gesteld was met de stabiliteit van de bodem. We moesten afgaan op de sonderingen en boringen die voor een bodemonderzoek uitgevoerd waren. Maar later bleek dat op bepaalde plaatsen de grond niet voldoende draagkracht had. Dat hebben we dan technisch moeten bijsturen. Aan

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

zulke zaken is een kostprijs verbonden." Het is een van de redenen waarom de financiële incentives verbonden aan een brownfieldconvenant zo welkom zijn. Toch zijn ook deze convenanten nog voor verbetering vatbaar. Jan Vandermeulen: "Het brownfieldstatuut werkt goed. Maar wat betreft de vergunningen kan het nog beter. Die kunnen nog te veel vertragingen oplopen. Soms zijn mensen ab-so-luut tegen een project en al te vaak spelen daarbij eerder subjectieve motieven." "Naast de vergunningen is er nog een tweede punt dat beter kan: de visievorming in het beleid van de stad of gemeente. Er bestaat niet altijd een eenduidig antwoord op de vraag waar men naar toe wil met een site. Het is trouwens niet zo dat grotere steden het op dit punt altijd beter doen. Met Machelen-Diegem verliep de samenwerking zeer goed, heel pragmatisch. Maar helaas: dat is niet altijd zo."

23


PROJECT

Eloy doet de Feniks uit de as herrijzen in Haccourt De herontwikkeling van het voormalige Holcim-cementfabrieksterrein in Haccourt is een mooi voorbeeld van de herbestemming van een vervallen industrieterrein. Het 20 hectare grote terrein ligt langs het Albertkanaal en doorkruist de gemeenten Wezet en Oupeye. Het Feniks-project, geleid door ons lid eloy, heeft als doel bedrijfsruimte te ontwikkelen die pioniers op het gebied van circulaire en koolstofarme bouw samenbrengt.

H

istorisch gezien draaide deze voormalige cementfabriek op volle capaciteit in de jaren 1970. In het begin van de jaren 2000 begon de ontmanteling van de gebouwen en ovens en in 2014 verliet Holcim het terrein, nadat het de grond had gesaneerd. Vandaag de dag zijn de silo's het enige dat overblijft in dit verlaten landschap. "De eloy-groep bezocht en kocht dit vervallen industrieterrein van 20 hectare – 18 hectare industrieterrein en 2 hectare kade – in 2021. Met een grote bereidheid om een rol te spelen bij de herontwikkeling van Luik, zag hij al snel de kansen van deze locatie, die hij wil omvormen tot een showcase voor de regio, als concreet antwoord op de behoefte aan duurzaam economisch herstel”, legt Lounis Azibi uit, manager duurzame ontwikkeling bij eloy en projectleider hier.

Strategische locatie

Strategisch gezien is dit vervallen industrieterrein perfect gelegen. Gelegen aan een waterweg in het hart van de Luikse industriële vallei, ligt het dicht bij Vlaanderen en de grenzen met Duitsland en Nederland. Het biedt ook een gemakkelijke toegang tot de havens van Luik (de belangrijkste rivierhaven van België en de op twee na grootste van Europa), Antwerpen (de op een na grootste zeehaven van Europa), Zeebrugge, Rotterdam (de grootste haven van Europa) en Duinkerken. We hebben het over 56 miljoen consumenten binnen een straal van 250 kilometer en 60 procent van de Europese koopkracht binnen een straal van 500 kilometer. Het potentieel van de waterweg was het uitgangspunt voor de overwegingen van de

24

groep. "We moeten deze locatie opnieuw verbinden met de waterweg, te beginnen met het Albertkanaal, waar grote schepen van klasse VI (meer dan 9000 ton) kunnen varen. Schepen van die klasse zijn de grootste die rivieren in Europa aankunnen. Een andere analyse toonde aan dat er heel weinig kades beschikbaar zijn in Luik. Dit is dan ook een echte opportuniteit om het aanbod te versterken. Bewust van het strategische potentieel van de waterweg en met alle vaardigheden in de verschillende bouwberoepen in eigen huis aanwezig, begon de Groep aan het project”, zegt Lounis Azibi.

Innovatieve aanpak

Volgens de manager duurzame ontwikkeling van eloy is de traditionele aanpak om dit soort terreinen te herontwikkelen: "nadat de grond is gesaneerd, worden de nutsleidingen gelegd, wordt een centrale rijweg aangelegd en wordt het terrein vervolgens opgedeeld en in kavels verkocht. Een ontwikkelaar wil snel schakelen!” eloy wou anders werken, met focus op een innovatieve aanpak, zonder druk. "We keken naar wat er internationaal werd gedaan en vonden de best practices voor de ontwikkeling van duurzame industriegebieden, gepubliceerd door de Verenigde Naties. We hebben deze richtlijnen gebruikt om een sterke visie op te bouwen.” Ons lid begon dus met een blanco vel papier en wilde graag meteen de externe stakeholders samenbrengen door een begeleidingscomité op te richten. "We hebben het opgezet met de hulp van onze twee belangrijkste partners, Pluris en Bopro, die ons ook hebben geholpen bij het opstellen van het masterplan. Dit comité

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

We willen de "pioniers op het gebied van circulair en koolstofarm bouwen samenbrengen op de locatie.

"


©Anthony Lemoine

Een 3D-model gebaseerd op de foto's met een drone genomen. Miysis was verantwoordelijk voor de maquette; Anthony Lemoine voor de drone-foto's. (©Miysis)

Het terrein heeft een oppervlakte van 20 hectare en ligt naast het Albertkanaal.

bestaat uit vertegenwoordigers van de twee gemeenten, het Gewest, de Autonome Haven van Luik, de SPW-waterwegen en Basse Meuse Développement. Er werden ook ontmoetingen georganiseerd met Elia, de omwonenden en de naburige industrieën. We hebben iedereen rond de tafel gekregen om samen te werken aan een project en een industriële visie. Er werden verschillende vragen gesteld en geanalyseerd. Wat zijn de lokale en regionale behoeften? Welke grote industrieën bevinden zich in de buurt? Wat willen de politici?” Uit deze analyse is een ambitieus en coherent project voortgekomen, dat past in het Waalse Herstelplan. "We willen de pioniers op het gebied van circulair en koolstofarm bouwen samenbrengen op de locatie. Volgens de SPW wordt 40 procent van het riviervolume gegenereerd door de bouwsector. Daarnaast wil de Waalse regering de productie van circulaire materialen en materialen van de toekomst promoten, net als duurzame energie- en huisvestingssystemen. De vraag staat nog in de kinderschoenen en er is nog te weinig ruimte voor innovatieve bedrijven om dit soort producten aan te bieden en zich te hergroeperen en te ontwikkelen”, legt Lounis Azibi uit.

Ecosysteem

De eerste "fase is het

bouwen van infrastructuur om het gebied bouwrijp te maken.

"

Het doel van eloy is om een ecosysteem te bouwen dat gebaseerd is op samenwerking tussen de bedrijven op de locatie en met de nabijgelegen industrieën. "Binnen een straal van twee kilometer bevinden zich Knauf, Imerys (minerale specialiteiten voor de industrie) en de cementfabriek en de groeve van CBR. Met recyclage, het sorteren van bouwafval, enz. zijn synergieën mogelijk tussen al deze spelers. We werken momenteel aan een MVO-charter en een medebeheermodel voor het industrieterrein. Op basis van deze visie en dit charter kunnen we daarna de locatie promoten en op de markt brengen.”

EMBUILD MAGAZINE • 02 -2024

Ondanks de doelstelling van sterke industriële activiteit werd de biodiversiteit niet over het hoofd gezien in de plannen van ons lid. "Het is belangrijk om de klimaat- en duurzaamheidsuitdagingen in het project te integreren. We hebben vijf hectare aan groene en blauwe zones gereserveerd, die zullen fungeren als een visueel scherm en geluidsscherm voor de omwonenden die ten zuiden van de locatie wonen. Er komen permanente moerasgebieden voor kikkers, oeverzwaluwen en rugstreeppadden. Er wordt ook een regentuin aangelegd om regenwater op te vangen.” Op het gebied van mobiliteit wordt de weg die door het vervallen industrieterrein langs het kanaal loopt, verlegd om het industrieterrein te omzeilen en wordt er aan de buitenkant een nieuw deel van de fietssnelweg aangelegd.

Twee fasen

Als we dit schrijven is het masterplan opgesteld en goedgekeurd door de stakeholders. "Het licht is op groen gezet en het project is opgesplitst in twee fasen. De eerste is het bouwen van infrastructuur om het gebied bouwrijp te maken. Hiervoor moeten onder meer kades worden aangelegd en moet de locatie opnieuw met het water worden verbonden, aangezien het kanaal drie meter hoger ligt. De vergunningsaanvraag werd ingediend in 2023 en het plan is om deze eerste fase te laten lopen van 2024 tot 2027. De tweede loopt van 2026 tot 2031. Dit omvat het op de markt brengen, via gerichte prospectie van kandidaten op basis van het MVO-charter, en de bouw en ingebruikname van de industriegebouwen.”

Besluit

In Haccourt zal dus de Feniks uit de as herrijzen met dit project, dat deel uitmaakt van de 60 strategische projecten van de “GRE”, “groupe de redéploiement économique liégeois”. "We moeten ambitieus zijn en het is in het belang van de private sector om met de publieke sector samen te werken om deze locaties te herontwikkelen. Hier heeft de privésector 100 procent controle en de grond was al gesaneerd. In de meeste gevallen is de grond vervuild en zijn de saneringskosten hoog. In dit geval zijn PPS-constructies een interessante optie, en waarom zouden we geen Brownfieldfonds oprichten dat wordt gesubsidieerd door de overheid, zoals in Frankrijk, om de meerkosten voor het herontwikkelen van vervallen industrieterreinen te financieren?”, zo besluit Lounis Azibi.

25


ELISA VERMEULEN

"Vaak beseffen mensen niet hoe belangrijk de bodem is voor de ambities die ze zelf vooropstellen" Zoals aangegeven op blz. 22 in dit dossier, zien ontwikkelaars de bodemsanering vaak als het meest heikele punt op een brownfield. Maar denk niet alleen aan de bodem op het moment dat je saneert, waarschuwt Elisa Vermeulen van Ossiado. Bodem speelt een rol in het hele traject van een ontwikkeling.

O

nze lezers kennen Elisa misschien nog van de tijd dat ze bij de Grondbank werkte. Maar intussen is ze daar vertrokken en heeft ze een eigen onderneming opgericht, Ossiado. Elisa Vermeulen: "Om alle verwarring te vermijden: ik ben geen erkende bodemsaneringsdeskundige. Met Ossiado ben ik een partner en expert die bodemvraagstukken doorgrondt, zowel voor private als voor overheidsprojecten. Dat komt er onder meer op neer dat ik de beschikbare informatie uit bodemonderzoeken vertaal naar de noden van de klant of dat ik adviseer welke onderzoeken nodig zijn. Een typisch voorbeeld is de invloed die een bodemverontreiniging kan hebben op de bouwkosten. Dat achterhalen vraagt ervaring met het lezen van bodemonderzoeken maar evengoed inzicht in de plannen van de aannemer of ontwikkelaar. De nood naar dit soort begeleiding is groot in mijn ervaring. De mensen vinden hun weg niet in de techniciteit van het gegeven."

Bodemtraject

Elisa Vermeulen: "Het is mijn overtuiging dat de bodem veel meer aandacht verdient doorheen heel het traject van een ontwikkeling en niet enkel wanneer een bodemonderzoek wettelijk verplicht is. Daarom bied ik een bodemtraject aan, waarbij ik impact onderzoek van de grond op alle mogelijke keuzes die gemaakt moeten worden en vice versa. Welke scenario's zou je bijvoorbeeld beter uitsluiten

26

om te vermijden dat de kosten later hoog gaan oplopen? Dat gaat verder dan omgaan met verontreiniging. Het gaat ook om de beoogde kwaliteit van de bodem, de vraag waarvoor hij geschikt is en welke functie hij kan vervullen." Een aantrekkelijke en groene buitenomgeving is tegenwoordig meer en meer een aandachtspunt, maar om dit doel te bereiken is afwezigheid van bodemverontreiniging niet voldoende. Ook in een propere bodem zullen

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024


ELISA VERMEULEN

planten niet goed groeien en zal hemelwater niet infiltreren wanneer de bodem tijdens de bouwwerken zwaar samengedrukt werd door machines. Elisa Vermeulen: "Vaak beseffen mensen niet hoe belangrijk de bodem is voor de ambities die ze zelf vooropstellen. Zo is er duidelijk een trend ingezet om meer aandacht te besteden aan biodiversiteit bij bouwprojecten. Wel, minstens een kwart van de biodiversiteit leeft in de bodem en is essentieel voor de bovengrondse biodiversiteit. Recente studies schatten zelfs in dat het cijfer oploopt tot meer dan 50 procent. Bodemgezondheid is geen doel van, maar een essentiële randvoorwaarde voor de meeste duurzame ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development Goals of SDG’s). Je zult wel begrijpen dat een onderneming als Ossiado liefst zo snel mogelijk ingeschakeld wordt, nog voor de aankoop van het terrein. Zo kunnen we checken welke informatie er al is, en een eerste risicoanalyse maken."

Verkokerd

Een brownfieldontwikkeling moet antwoorden bieden op heel wat uitdagingen: hoe omgaan met verontreiniging, mobiliteit, energie, circulariteit, … Het is een hele puzzel om te leggen en de reflex om ook de bodem te betrekken ontbreekt. Elisa Vermeulen: "Het probleem bij een ontwikkeling is dat er heel veel gebeurt – sanering, stabiliteit, groenaanleg, infrastructuuraanleg, het optrekken van gebouwen – maar dat het allemaal erg verkokerd verloopt. Sanering en grondverzet hebben bijvoorbeeld niet dezelfde insteek, en de normeringen die gerespecteerd moeten worden zijn verschillend. Soms ligt de focus zo sterk op sanering dat vergeten wordt dat ook het grondverzet extra kosten kan veroorzaken." "Maar daarnaast is het ook zo dat een onderneming die werken uitvoert, doorgaans niet moet afrekenen met het effect van die werken op de bodem. Er ligt dus zeer veel op het bord van een ontwikkelaar. Maar die heeft meestal niet de tijd of ervaring om de gevolgen van een beslissing op de bodem te onderzoeken. Op dat moment is het advies van een expert zeer nuttig. Door naar het hele bodemtraject te kijken, kunnen de kosten beperkt worden en kunnen we betere resultaten

EMBUILD MAGAZINE • 02 -2024

bereiken.” Een belangrijk gegeven daarbij is dat bodem niet zo maakbaar is als soms wordt gedacht en dat bodemschade niet altijd (snel) herstelbaar is. Elisa Vermeulen: “We ontwerpen nog te veel vanaf een blanco blad. Maar de bodem is allesbehalve een blanco blad, zeker in een dicht bevolkte regio als Vlaanderen. Je kunt het dus beter anders aanpakken en je vooraf de vraag stellen wat mogelijk is op deze grond. Zo kun je kosten optimaliseren én de slaagkansen verhogen. Ik geef een voorbeeld: bij een project hoort een ondergrondse parking. Door die te bouwen waar er toch gesaneerd moet worden, moet er maar één put gegraven worden, en moet geen extra grond aangevoerd worden om de gesaneerde zone aan te vullen. En omdat de bouwput ingepland wordt op een plaats waar de bodem toch al verstoord wordt, kunnen andere zones gevrijwaard worden van grote ingrepen. En dat verhoogt dan weer de slaagkansen voor kwalitatief groen op die plaatsen.”

Regelgeving

Volgens Elisa Vermeulen is de bodemregelgeving in Vlaanderen niet slecht. Bovendien is er bereidheid om deze nog verder te verbeteren. Elisa Vermeulen: "Er is sprake van voortschrijdend inzicht, en dat leidt er bijvoorbeeld toe dat het bodemdecreet herzien wordt. Nee, de bodemregelgeving zelf is niet het grootste probleem bij de ontwikkeling van een project. Het grootste probleem is de cumulatie van regelgeving en verkokering. Die verplicht je tot het leggen van een ingewikkelde puzzel. Het zit soms in heel kleine dingen, zoals de toegankelijkheid van het terrein voor de brandweer. Je moet keuzes maken, en ik stel vast dat de bodem dan vaak aan het kortste eind trekt. "

Juiste vragen

Ten slotte nog dit: de informatiedoorstroming is lang niet altijd optimaal en dat is vaak omdat we de relevantie ervan voor andere partijen onderschatten. Vandaar een laatste gouden raad. Elisa Vermeulen: "Je hoeft geen expert te zijn om rekening te houden met de bodem. Maar je moet wel de reflex hebben om er vragen over te stellen. "

27


BELEIDSPLAN RUIMTE VLAAMS-BRABANT:

Hoe gaan we de bouwshift waarmaken?

H

Op 22 januari stelde de provincie VlaamsBrabant haar beleidsplan voor de ruimtelijk ontwikkeling voor op een studiedag. Naar aanleiding daarvan werd een debat georganiseerd waaraan ook Marc Dillen (directeur-generaal Embuild Vlaanderen) deelnam. Het onderwerp was De Bouwshift – Hoe het wel kan.

et Beleidsplan Ruimte Vlaams-Brabant is een primeur. Met dit document is Vlaams-Brabant de eerste provincie en meteen ook het eerst beleidsniveau dat een juridisch verankerd kader heeft opgesteld voor een langetermijnstrategie voor de ruimte. Impliciet of expliciet is het thema van de bouwshift aanwezig op nagenoeg elke bladzijde van dit beleidsplan. Deze shif t waarmaken is niet eenvoudig. In de afgelopen 10 jaar werd er bijvoorbeeld 10 procent woningen bijgebouwd in Vlaams-Brabant. Daarvoor verdween open ruimte. Het goede nieuws is dan weer dat drie vierde van deze woningen opgetrokken werd in bestaand ruimtebeslag. In de afgelopen jaren nam het bijkomende ruimtebeslag overigens af, een positieve trend.

van "90deprocent bouwshift wordt betaald door de privésector. Creëer dus rechtszekerheid en kansen op meerwaarde.

Vier partners

Voor een debat over de bouwshift had de provincie vier partners uitgenodigd. Voor de steden en gemeenten was er Xavier Buijs (VVSG), voor de architecten Tom Berghmans (NAV), voor de ruimtelijke planners Kristine Verachtert (Vlaamse Vereniging voor Ruimte en Planning VRP) en voor de bouwsector ten slotte Marc Dillen. Hij was verheugd over het debat. Marc Dillen: "Embuild is op verschillende manieren bezig met de bouwshift. Ons doel is een betaalbare woning voor elke Vlaming in 2035. Meer details over onze voorstellen staan in het memorandum dat we opgesteld hebben naar aanleiding van de verkiezingen."

"

Waar verdichten?

Beperking van het bijkomende ruimtebeslag wil zeggen dat er in be-

28

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

staande kernen verdicht zal moeten worden. Het debat bracht aan het licht dat er twee verschillende visies op deze kwestie bestaan. De ene visie, tijdens het debat vooral vertolkt door Kristine Verachtert van VRP, wil dat men de criteria voor verdichting niet te soepel interpreteert. Kristine Verachtert: "Het voorstel van Vlaams-Brabant heeft redelijk veel geselecteerd als kern. De deur slaat dus f link op een kier om toch iets te doen. Niet alle gemeenten zijn mee met de verkerning. Zij kunnen in Vlaams-Brabant dus terugvallen op een ruim kader. In het beleidsplan staat weinig over de instrumenten waarmee extra ruimtebeslag tegengegaan kan worden." Later in het debat stelde ze ook nog dat we intussen de maatschappelijke kosten van verlinting kennen: "Er zijn moedige beslissingen nodig." Marc Dillen pleitte dan weer tegen een rigide visie op af bakening van de kernen en de bijhorende beperkingen. Hij legde de klemtoon meer op ondersteunende maatregelen om te verdichten. Marc Dillen: "Een scherpe lijn tussen wat kern is en wat niet, creëert geen draagvlak. Aan de ene kant van de lijn mag iets, maar vlakbij mag het dan weer niet. De burger wordt daarvan het slachtoffer en dat draagt bij tot polarisering in de buurt en de gemeente. Wij pleiten voor verdichting op menselijke maat." Net als Dirk Evenepoel (zie het kadertje) is Marc Dillen voorstander van het werken met afnemende dichtheden vanuit de kern. Het zal tot groot ongenoegen leiden als een perceel niet langer meer mag worden bebouwd met dezelfde dichtheden als de rest van de buurt, louter en alleen omdat het net buiten de afgebakende kern ligt.


BELEIDSPLAN RUIMTE VLAAMS-BRABANT:

Zeker als die kernen, zoals nu uit de beleidsintenties blijkt, beperkt zouden worden tot 300 meter van de kern. Gecombineerd met de invoering van beperkingen buiten de af bakening kan dat enkel maar tot een tekort aan betaalbare woningen leiden.

Hoe verdichten?

Het debat bracht een tweede vraag aan het licht: hoe gaan we verdichten? Hoogbouw, door sommigen aanbevolen maar door anderen gevreesd, is alvast geen verplichting stelde Kristine Verachtert. Kristine Verachtert: "Kernversterking is niet gelijk aan hoogbouw in kleine kernen. We komen bij gemeentelijke studies nooit een gebrek aan ruimte tegen. We stevenen wel af op een overaanbod van grote vrijstaande woningen. Die creëren we beter niet meer bij." Maar hoe moeten we dan wel verdichten? Gedurende het hele debat hamerde Marc Dillen erop dat hierover nog f link wat studiewerk verricht moet worden. Marc Dillen: "De bevolkingsgroei in de komende jaren mag niet onderschat worden. Eerder op deze studiedag bleek tijdens werkgroepen dat er sinds 2015 al veel meer woningen werden gebouwd dan oorspronkelijk ingeschat. Daarnaast vereist verkerning ook zaken als nutsleidingen, infrastructuur, bescherming tegen water enzovoort. Wat zijn de kosten van de verdichting voor de private sector, maar ook voor de gemeenten? Die analyse is nog niet uitgevoerd. Uit een recente studie opgemaakt in opdracht van het Depar-

tement Omgeving is gebleken dat de gemeenten hun kosten op dit gebied helemaal niet kennen." Volgens Dillen moet de provincie een studie maken over deze kosten: "Embuild Vlaanderen is op dat gebied zelf al onderzoek aan het doen. Wij stimuleren ook bouwteams, wat de kosten kan verminderen en de kwaliteit verhogen. Er is ook overleg nodig met de gemeenten en de architecten over de woonvormen van de toekomst, want de gezinssamenstelling is aan verandering onderhevig." Ook bij de andere deelnemers aan het debat leefden nog vragen over de aanpak van verdichting. Xavier Buijs: "Gemeenten willen partner zijn van de provincie en samen de regie van de bouwshift voeren. Maar over de concrete uitwerking bestaan heel veel verschillende meningen. Voor de gemeenten is de kwaliteit de grootste bezorgdheid bij het verdichten van kernen." Tom Berghmans: "We zijn bezorgd over de praktische uitwerking. Kernversterking wil zeggen dat ook winkels, kantoren en diverse andere functies in een project verwerkt worden. Maar een richtinggevend kader voor de kernversterking van gemeenten bestaat nog niet."

jaar. Zo lang moet je dus wachten op bijkomend aanbod. Maar de beperkingen bestaan nu al. Dat leidt tot prijsstijgingen. Met als neveneffect dat deze stijgingen ook de energetische renovaties ondermijnen. Mensen houden daarvoor geen geld meer over na de aankoop van een bestaande woning. Ik herhaal: ons belangrijkste aandachtspunt is de betaalbaarheid van woningen."

Conclusie

Voor het publiek in de zaal was de conclusie van het debat duidelijk: het Beleidsplan Ruimte Vlaams-Brabant is een aanzet, een begin. Het echte werk moet nog komen. Marc Dillen zette daarvoor enkele lijnen uit. Marc Dillen: "90 procent van de bouwshift wordt betaald door de privésector. Creëer dus rechtszekerheid en kansen op meerwaarde. De positie van een projectontwikkelaar is daarbij niet die van de private eigenaar. Beiden willen zekerheid maar dan van een andere soort. Een promotor wil vooraf weten wat er allemaal mogelijk is op een terrein; een privéeigenaar zal zich eerder afvragen of zijn woning opgesplitst mag worden, en of het onbebouwd perceel naast zijn huis al dan niet bebouwd of verkaveld mag worden." "De prijsstijgingen zijn duidelijk zichtbaar in Vlaams-Brabant. We stellen vast dat het vaak de gemeenten zijn die daarvan mee de oorzaak zijn. Dikwijls zitten zij achter een verbod op kleinere woningen. Maar het is niet de taak van de provincie om zich te bemoeien met de details van een vergunning. Zij zou wel de coördinatie kunnen organiseren tussen alle actoren die de verdichting zullen realiseren. Want daarover moet de discussie gaan: hoe gaan we die verdichting versnellen? De wijze waarop de behoeften ingevuld worden, moet beter gecoördineerd worden." "De provincie moet alle actoren rond de tafel zetten en de ongerustheid over mogelijk waardeverlies wegnemen."

Timing

Een derde kwestie die aan het licht gebracht werd tijdens het debat was de timing. Marc Dillen: "Het afremmen van bebouwing is eenvoudiger dan verdichting te realiseren. In steden duurt een verdichtingsproject ruwweg tien

DIRK EVENEPOEL In het publiek bij het debat zat ook Dirk Evenepoel, gedelegeerd bestuurder van ons lid BATO uit Dilbeek voorzitter van de Gecoro. Als ervaringsdeskundige besprak hij tijdens een korte interventie de situatie in zijn gemeente. Dilbeek ligt tegen het Brussels gewest, met sterk verstedelijkte stukken maar ook

stukken die eerder landelijk gebleven zijn. Evenepoel merkte op dat een rigide afbakening van zones waar verdichting wel en niet mag, niet zouden aansluiten op de realiteit in Dilbeek. Hij beklemtoonde daarnaast dat het beter is te werken met afnemende dichtheden vanuit de kern.

EMBUILD MAGAZINE • 02 -2024

29


ARCHITECTUUR

Archiefbeheer in het bouwbedrijf Elk bouwbedrijf maakt doorheen zijn bestaan een aanzienlijke hoeveelheid archief aan. Het Vlaams Architectuurinstituut werkte de afgelopen jaren samen met bouwbedrijven om te onderzoeken hoe ze hun archieven op een efficiënte wijze kunnen beheren, en wat er uiteindelijk mee moet gebeuren.

A

lle documenten die een bedrijf aanmaakt vanuit zijn werkzaamheden, behoren tot het bedrijfsarchief. Een typisch onderdeel van bouwarchieven zijn de werfdossiers, die het resultaat zijn van het bouwproces. Deze dossiers vol tekeningen, werfverslagen, vorderingsstaten en andere werfdocumenten vormen meestal de ruggengraat van het archief van een bouwbedrijf. Maar ook de boekhouding, de aanbestedings- of geschillendossiers en zelfs de website maken deel uit van het archief van een bouwbedrijf.

Veel documenten kennen een wettelijke bewaartermijn. De aansprakelijkheid in de bouw verplicht aannemers om werfdossiers nauwkeurig te bewaren tot tien jaar na de definitieve oplevering van een project, of langer in geval van een rechtszaak. Ook op andere informatiereeksen rust een wettelijke bewaarplicht. Boekhoudkundige documenten moeten bv. zeven tot tien jaar worden bewaard. Daarnaast blijven veel bouwbedrijven dossiers bewaren als referentiemateriaal en voor later gebruik, ook wanneer het onmiddellijk nut ervan verdwenen is.

Uit het archief van Blaton.

kerngegevens over. Het is een goede praktijk om aan elke werf een uniek nummer toe te kennen, dat je vervolgens toevoegt aan de kaften, documenten en (digitale) mappen. Nummers helpen je om archiefmateriaal snel te identificeren. Vermijd om de naam van de opdrachtgever op te nemen in projecttitel en -nummer. De opdrachtgever kan immers een privacygevoelig gegeven zijn, dat je niet zomaar mag publiceren. Klasseer het gedeelte van je archief dat niet behoort tot de werfdossiers volgens de functies van je organisatie. Scheid financiële documenten bv. van personeelsdocumenten en werk daarbinnen een ordening uit. Hou als zaakvoerder documenten die voortkomen uit de werking van je bedrijf ook strikt gescheiden van documenten die je aanmaakt of ontvangt vanuit een andere context, zoals je persoonlijke activiteiten en vraag dit ook aan je medewerkers. Hou ook de archieven van zuster- en

Orden en beschrijf je archief

Elk efficiënt archiefbeheer start met de overzichtelijke ordening van je archief. Omdat de werven het meeste archief produceren, zijn de werfdossiers je eerste aandachtspunt. Zorg ervoor dat alle informatie die behoort tot een werf zoveel mogelijk samen bewaard wordt. Hou een lijst bij van de werven en noteer er enkele

30

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

dochterondernemingen gescheiden. Afhankelijk van de grootte en inhoud van je archief kun je ervoor kiezen om extra overzichten te creëren, zoals een oplijsting van oude foto’s. Heb je veel oud archief dat zo groot is dat je niet meer weet waar zoeken? Dan is een plaatsingslijst een goede oplossing: geef elke doos een uniek nummer, lijst de dozen op per nummer en noteer vervolgens kort de inhoud. Een ideale taak voor een jobstudent!

Alles bewaren?

Wanneer de bewaarplicht op archiefdocumenten verstreken is, dan zijn bouwbedrijven in principe vrij om te beslissen of ze de documenten bijhouden of vernietigen: Sommige bedrijven kiezen ervoor om alles gewoon bij te houden, andere gooien zo snel mogelijk archiefdocumenten weg. Meestal gebeurt dit om ruimte te besparen. De vernietiging van (delen van) een archief wordt binnen de archiefterminologie ‘selectie’ genoemd.


ARCHITECTUUR

groei van digitale archieven zoveel mogelijk tegen te gaan. Dit kan je doen door de ‘digitale hygiëne’ te verbeteren. Goede afspraken binnen het team zijn daarbij essentieel. Voor grote organisaties is het aanbevolen om een informatiebeheersplan op te stellen, waarin je voor de belangrijkste informatiereeksen beknopt het beleid uitschrijft. In een volgende aflevering gaan we dieper in op het beheer van een digitaal archief.

Vergeet het auteursrecht niet!

Uit het archief van Jan De Nul.

Vermijd om alles te vernietigen. Hou er rekening mee dat je de omvang van werfdossiers aanzienlijk kunt reduceren door tussentijdse documenten als tekeningen, vorderingsstaten enz. te verwijderen. Je kunt ook ruimte besparen door gedeeltes van je archief te vernietigen. Concentreer je bv. op het bewaren van de betekenisvolle werven. Motiveer voor jezelf waarom een werf belangrijk is. Dat kan zijn omdat het de renovatie/restauratie van gebouwd erfgoed betreft, omdat de klant regelmatig contact opneemt voor technisch onderhoud, of om andere redenen. Als je documenten vernietigt, gooi deze dan niet zomaar bij het oud papier. Archieven kunnen immers persoonsgegevens of andere gevoelige informatie bevatten. Gooi ze minstens in een afgesloten container of wend je tot een gespecialiseerd datavernietigingsbedrijf.

Vraag raad bij de selectie van je archief

Het is verstandig om voorzichtig met de vernietiging van documenten om te gaan en daarbij verder te kijken dan de eigen organisatie. Een bouwbedrijfsarchief kan immers deel uitmaken van het collectief cultureel erfgoed. De archieven documenteren de geschiedenis van het bouwen in België en de economische, sociale en culturele realiteit daarachter.

Het auteursrecht op archiefdocumenten is een belangrijk aspect waar niet altijd genoeg aandacht voor is. Het archief van een bouwbedrijf kan veel documenten bevatten waarvan het auteursrecht niet bij het bouwbedrijf zit. In dat geval moet een bouwbedrijf toestemming vragen aan de oorspronkelijke auteur om een document te reproduceren en verspreiden. Denk maar aan bouwtekeningen die worden aangeleverd door architecten of studiebureaus. Maak daarom waar mogelijk en waar nuttig afspraken met partners ten aanzien van de auteursrechten. Denk bv. aan opdrachten om werven of voltooide gebouwen te fotograferen die je uitbesteedt aan een externe fotograaf. Het is niet zo dat de opdrachtgever automatisch het auteursrecht op de foto’s bekomt. Zorg er daarom voor dat je als opdrachtgever een zo breed mogelijke licentie krijgt van de fotograaf om de foto’s te gebruiken. Wist je dat zelfs de werknemers van het bouwbedrijf zonder expliciete afspraak persoonlijk het auteursrecht blijven behouden op de documenten die ze in hun hoedanigheid van werknemer opstellen? Neem liever geen risico en neem in de arbeidsovereenkomst een clausule op waarin de werknemer auteursrechten overdraagt aan de werkgever wanneer het gaat om documenten of andere creaties opgesteld binnen de arbeidsovereenkomst.

In België worden de meeste archieven van bouwbedrijven door de bedrijven zelf beheerd. Er zijn ook professionele archiefinstellingen die archieven van bouwbedrijven bewaren, in de eerste plaats het Rijksarchief in Beveren, het Provinciaal Archief West-Vlaanderen en stads-en gemeentearchieven. Je vindt de archieven ook terug in instellingen die zich specialiseren in architectuurarchieven, heemkundige kringen en in musea. Gooi je archief dus niet zomaar weg. Vraag raad bij een professionele archiefinstelling over de selectie in je archief. Ze kunnen helpen met een correcte inschatting van de waarde en tips geven. Zorg er in ieder geval voor dat je archief goede basisordening en -beschrijving heeft. Ze zijn essentieel om een goede inschatting te kunnen maken.

Wat met digitaal archief?

Tegenwoordig bestaat een groot deel van het archief uit digitale documenten. De kans dat het digitale archief minder goed wordt beheerd dan het papieren equivalent is groot. Een belangrijke oorzaak hiervan is het gemak waarmee we digitale informatie aanmaken, kopiëren en delen. Een ander probleem is het gebruik van verschillende deelplatformen, webtoepassingen, mailboxen en andere kanalen. De informatie raakt zo versnipperd. Bouwbedrijven verliezen het overzicht op de informatie en kunnen deze moeilijker controleren. Het is daarom belangrijk om de wild-

EMBUILD MAGAZINE • 02 -2024

INFO: Deze tekst is een bijdrage van Wim Lowet van het Vlaams Architectuurinstituut. Hebt u nog vragen? Surf dan naar de website van het Vlaams Architectuurinstituut op vai.be/advies. In het volgende nummer van Embuild Magazine hebben we het over het beheer van digitale archieven en informatie.

31


BUILDWISE/EUROPEES PROJECT

Giga Regio Factory heeft tot doel industrialisatie bij renovatie te bevorderen Eind vorig jaar werd het Europese GigaRegioFactory-project officieel gelanceerd in Parijs. Dit LIFE-project, gefinancierd door de EU, heeft tot doel het gebruik van industrialisatie en prefabricage aan te moedigen om de energierenovatie van sociale woningen in eerste instantie te versnellen, en vervolgens hetzelfde te doen bij het gebouwenbestand in zijn geheel. België neemt deel, samen met Frankrijk, Italië en Duitsland.

V

aststelling: het renovatietempo van gebouwen blijft erg laag. En als we de Europese klimaatdoelstellingen willen halen, moeten we bestaande gebouwen, die verantwoordelijk zijn voor 40 procent van het energieverbruik en 36 procent van de uitstoot van broeikasgassen, koolstofvrij maken.

"

Deze aanpak maakt de ontwikkeling mogelijk van een grootschalige renovatiemarkt die kwalitatief hoogwaardig, snel en kosteneffectief is. CÉDRIC FLÉCHEUX

"

Het Europese LIFE-programma is een instrument voor de financiering van milieuen klimaatprojecten. Giga Regio Factory is er daar één van. Dit is een innovatief Europees energierenovatieproject, gebaseerd op de EnergieSprong-aanpak die in 2009 voor het eerst in Nederland werd ontwikkeld. Daarna werd het geëxporteerd naar Frankrijk in 2016, Engeland en Duitsland in 2017 en Italië in 2021, voordat het hier aankwam. ""Deze aanpak is gebaseerd op renovaties die zeer snel uitgevoerd worden en die langdurig uitstekende energieprestaties garanderen. Vandaar het belang van industrialisatie en prefabricage, waarbij de bewoners op de bouwplaats blijven terwijl de werkzaamheden worden uitgevoerd. Het volume-effect is ook belangrijk in dit concept, met de uitvoering van grootschalige renovaties die dan ook minder zouden moeten kosten", legt Cédric Flécheux, Belgisch onderzoeker bij Buildwise, uit.

32

Vier pijlers

Met prefabricage bedoelen we gevel- en dakelementen en technieken die op de bouwplaats in slechts een paar uur kunnen worden geplaatst. "Snelheid en kwaliteit zijn erg belangrijk. En het doel is om een E=0 te garanderen over 30 jaar, wat betekent dat de balans tussen geproduceerde energie en verbruikte energie gelijk moet zijn aan nul. Er zijn vier pijlers in het bestek: E=0, snelheid, de tevredenheid van de gebruiker en het financiële aspect, want op de lange termijn kosten deze renovaties minder", stelt Cédric Flécheux. Dergelijke projecten voor sociale eengezins- of meergezinswoningen en scholen zijn al van start gegaan in de bovengenoemde landen. "In België nog niet; dit soort geïndustrialiseerde renovatie bestaat wel, maar het gaat dan om op zichzelf staande gevallen. Maar met de lancering van dit project willen we een EnergieSprong België-structuur opzetten om op te treden als een marktbemiddelaar tussen vraag en aanbod. In eerste instantie zal dit betrekking hebben op sociale huisvesting. Het is gemakkelijker en efficiënter omdat er maar één opdrachtgever bij betrokken is en omdat de gebouwen vergelijkbaar zijn. EnergieSprongrenovaties moeten binnenkort worden uitgebreid naar scholen en andere soorten openbare gebouwen.”

Drie hoofddoelstellingen

Het project duurt drie jaar en er zijn twaalf partners uit vier EU-lidstaten bij betrokken (België, Frankrijk, Duitsland en Italië). Het ontving een subsidie van 2,43 miljoen euro. "Dit geld wordt strikt genomen niet gebruikt om renovatiewerkzaamheden uit te voeren, maar om in de loop van het project drie werkgebieden te ontwikkelen”, legt Cédric Flécheux uit. "De eerste hoofddoelstelling is de ontwikkeling van een

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


BUILDWISE/EUROPEES PROJECT

open-source-tool die de intelligente aggregatie van woningen mogelijk maakt. Deze tool moet een idee geven van de kosten van deze werkzaamheden en de soorten oplossingen die daarvoor beschikbaar zijn. Het is bedoeld voor opdrachtgevers en heeft daarom betrekking op de vraag. Aan Nederlandstalige zijde werken we hiervoor samen met Wonen in Vlaanderen en aan Waalse zijde met de Société Wallonne du Logement (SWL). De tweede en derde hoofddoelstelling hebben betrekking op de aanbodzijde en betreffen aannemers, installateurs en fabrikanten/ leveranciers van oplossingen. Het doel is om diepgaande opleidingen en informatiesessies aan te bieden, zodat aannemers, installateurs en fabrikanten het onderwerp onder de knie kunnen krijgen. Er is ook coaching en begeleiding om hen te helpen reageren op aanbestedingen en industriële productiecapaciteit te ontwikkelen.”

80 procent prefabricage

Tot slot vertelt Cédric Flécheux over de "uitdaging" voor de spelers in de bouwsector die zullen deelnemen aan Giga Regio Factory. "Aannemers en installateurs zullen hun mindset moeten veranderen en moeten denken in termen van catalogi van oplossingen in plaats van maatwerk. Leveranciers moeten op hun beurt volumes kunnen leveren. Niet alles zal 100 procent geprefabriceerd worden. We hebben het over 80 procent prefabricage en 20 procent maatwerk. We gaan ons richten op 10 procent van de markt en één miljoen woningen die tegen 2030 in Europa gerenoveerd zijn tot een gegarandeerd energiepeil dat gelijk is aan nul”, besluit de technisch verantwoordelijke van het project bij Buildwise.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

33

De Belgische onderneming BuildUp Offsite, die hier een geprefabriceerde gevel plaatst, is een partner van Giga Regio Factory.


© foto : Nicolas Oldenhove

BUILDWISE

Nieuwe TV 289 over buitenbepleisteringen Buildwise heeft afgelopen december zijn nieuwste Technische Voorlichting gepubliceerd. De TV 289 draagt de titel ‘Buitenbepleisteringen op metselwerk en beton’ en behandelt dit uitgebreide onderwerp in ruim vijftig uiterst gedetailleerde en rijkelijk geïllustreerde pagina's, zoals gebruikelijk bij het Centrum...

34

D

e Technische Voorlichting 289 is gewijd aan buitenbepleisteringen die aangebracht worden op alle soorten ondergronden, met uitzondering van thermische-isolatieplaten (ETICS met bepleistering), die aan bod komen in de TV 257, en ingegraven muren, die behandeld worden in de TV’s 147 en 250. De TV 289 vervangt gedeeltelijk de vorige Technische Voorlichting over hetzelfde onderwerp (de TV 209) en vormt een aanvulling op de voorschriften uit de norm NBN EN 13914-1.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


BUILDWISE

De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van de vervangen TV zijn: ● het relatief volledige normatieve kader met betrekking tot zowel de gebruikte materialen en de plaatsing ervan als de materialen van de ondergrond ● de eisen in functie van de toepassing op basis van deze normen ● het feit dat er rekening gehouden wordt met de specifieke kenmerken van hedendaagse typologieën ● de optimalisatie van de toelaatbare geometrische afwijkingen en de criteria met betrekking tot het uitzicht.

Gebruikte materialen

Dit hoofdstuk behandelt achtereenvolgens de pleistersoorten en hun bindmiddelen, de vulstoffen en vezels, het aanmaakwater, de hulpstoffen, de pigmenten en het toebehoren, zoals de voorbehandelingsproducten, de profielen, de wapeningsnetten en de pleisterdragers.

Aard van de ondergrond

© foto : Knauf

De ondergrond is het oppervlak waarop de bepleistering aangebracht moet worden: metselwerk of beton, maar soms ook hout en houtderivaten, metaal en diverse andere ondergronden, met inbegrip van oude bepleisteringen of zelfs strobalen. Elke ondergrond moet steeds binnen bepaalde toleranties uitgevoerd worden.

Uitvoering van een buitenbepleistering.

Functionele en prestatievereisten

Een buitenbepleistering moet bestand zijn tegen regen, vorst, wind, sterke bezonning, schokken en vervorming, enzovoorts. Ze kan ook bijdragen tot de thermische isolatie van het gebouw. In de TV worden de volgende aspecten overlopen: compatibiliteit met de ondergrond, hechting, hygrisch gedrag, duurzaamheid, schokvastheid, kleur... Ook muurvoeten en plinten worden in dit hoofdstuk behandeld, net zoals de thermische isolatie en het brandgedrag.

Uitvoering van de werken

De uitvoeringsrichtlijnen uit de Europese norm NBN EN 13914-1 en de instructies van de fabrikanten moeten nauwgezet opgevolgd worden. In de TV 289 wordt er dieper ingegaan op de omvang van de werken, de coördinatie met andere bouwberoepen, de inont-

Hoe kan men de TV 289 verkrijgen? De TV 289 kan gedownload worden via de website www. buildwise.be met behulp van de daartoe voorziene toegangscodes. Voor meer informatie kan men terecht bij de dienst Publicaties van Buildwise (Kleine Kloosterstraat 23, B-1932 Zaventem – tel.: 02/716.42.11, e-mail: info@buildwise.be).

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

vangstname en de opslag van de materialen, de weersomstandigheden tijdens de uitvoering en de voorbereidende werken. Vervolgens wordt er aandacht besteed aan de uitvoering van de voegen, de plaatsing van de profielen en de uitvoering van de bepleistering, evenals aan het wapeningsnet, de aansluiting met de bouwonderdelen, de oppervlakteafwerking en de nabehandeling.

Andere aspecten

De uitvoeringstoleranties hebben betrekking op de geometrische eigenschappen van de bepleistering. De TV 289 behandelt ook dit onderwerp, evenals het uitzicht van het oppervlak, dat bij voorkeur uniform moet zijn. Last but not least worden ook het onderhoud, de herstelling en de restauratie van buitenbepleisteringen besproken en becommentarieerd.

35


BUILDWISE

Drie praktische checklists voor de stukadoor De eerste van deze drie checklists die recentelijk gepubliceerd werden door Buildwise heeft betrekking op de uitvoering van binnenbepleisteringen. De tweede gaat dieper in op de uitvoering van buitenbepleisteringen van het ETICS-type. De derde ten slotte is gewijd aan het onderhoud van ETICS-gevels.

In deze zeven pagina’s tellende checklist die afgelopen september gepubliceerd werd op de Buildwise-website, staat vermeld wat er allemaal gecontroleerd moet worden vooraleer men van start kan gaan met het bepleisteren van een binnenmuur: eerst de geometrie van de ondergrond en het resultaat van de besprenkelingsproef, dan de voorbereidende werken en de aansluitingsdetails. In de checklist wordt ook aangegeven vanaf welk ogenblik de binnenbepleistering ‘schilderklaar’ is.

Uitvoering van een ETICS

© foto : Buildwise

Uitvoering van een binnenbepleistering

In deze twee pagina’s tellende checklist die afgelopen november gepubliceerd werd op de Buildwise-website worden er een aantal tips gegeven voor het onderhoud van een ETICS-gevel: inspectie van het uitzicht, inspectie van de eventuele beschadigingen en inspectie van de aansluitingsdetails. Geen enkele van deze drie checklists (Buildwise-artikels 2023/06.09, 2023/06.10 en 2023/06.11), van de hand van ingenieur-architect Yves Grégoire, is beschikbaar op papier. Ze kunnen echter wel gedownload worden via de website www.buildwise.be, met behulp van uw toegangscodes. Indien u nog geen account heeft, dan kan u er gemakkelijk een aanmaken.

36

© foto : Buildwise

Onderhoud van een bepleistering op buitenisolatie (ETICS)

© foto : Buildwise

Deze checklist van zes pagina’s werd afgelopen oktober online geplaatst en overloopt de zaken die – net zoals voor binnenbepleisteringen – gecontroleerd moeten worden vóór de uitvoering van een ETICS. In het document wordt ook uitgelegd hoe men kan bepalen wanneer de bepleistering klaar is voor oplevering.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


BUILDWISE

H

et is intussen voor iedereen duidelijk geworden dat we onze koolstofvoetafdruk moeten verkleinen en dat onze sector hierin een belangrijke rol te spelen heeft. Als we de doelstellingen van de Green Deal willen halen, dan zullen we de energieprestaties van het bestaande gebouwenpark aanzienlijk moeten verbeteren. Daarom hebben we er dit jaar voor gekozen om de bouwprofessionelen twee wintercursussen aan te bieden die met dit thema te maken hebben, namelijk de thermische isolatie van bestaande hellende daken en warmtepompen bij renovatie.

© foto : Shutterstock

Buildwise stelt zijn wintercursussen 2024 voor

Warmtepompen zijn de laatste jaren sterk geëvolueerd: hun prestaties zijn verbeterd, hun prijs is gedaald en veel modellen kunnen nu ook op hogere temperaturen werken. Om hun prestaties te maximaliseren en klachten van de klanten te vermijden, zijn er echter wel een aantal belangrijke punten waar men rekening mee moet houden.

Tijdens deze informatieavond komen de volgende aspecten aan bod: ● de berekening van de warmteverliezen: deze stap is essentieel omdat de prijs van warmtepompen grotendeels af hangt van het vermogen dat ze leveren ● de berekening van het warmtevermogen van de bestaande radiatoren: om rendabel te zijn, moeten de warmtepompen op lagere temperaturen werken dan de ketels, waardoor het nuttige vermogen van de radiatoren afneemt ● de hydraulische schema’s van warmtepompen en hybride installaties (warmtepomp + ketel): hoe kan men een performante en duurzame werking waarborgen? ● de productie van sanitair warm water met behulp van een warmtepomp ● de verschillende types warmtepompen: regelgeving voor koudemiddelen, prestaties van warmtepompen … De thermische isolatie en luchtdichtheid van hellende daken is essentieel om de

warmteverliezen van gebouwen te beperken

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

Afdichting van doorvoeringen doorheen het daktimmerwerk met behulp van een aangepaste tape.

en inwendige condensatie te voorkomen. Bij renovaties kunnen er naar gelang van de configuratie verschillende uitvoeringstechnieken overwogen worden. Er moet echter steeds bijzondere aandacht besteed worden aan de bouwdetails, aangezien deze laatste in grote mate bepalend zijn voor de globale prestaties van de dakopbouw. Tijdens deze cursus worden een aantal specifieke in de praktijk aangetroffen configuraties besproken en wordt er bijzondere aandacht besteed aan de uitvoeringsdetails bij sarkingdaken. Deze opleiding is bestemd voor dakdekkers en moet de cursisten in staat stellen om: ● de meest geschikte isolatietechniek te kiezen in functie van de configuratie ● de noodzakelijke isolatiedikte te bepalen ● met kennis van zaken over te gaan tot de uitvoering van de aansluitingsdetails van sarkingdaken aan de voet van het dakschild en ter hoogte van dakvensters, gemeenschappelijke muren, kilgoten, dakkapellen … Het strekt tot aanbeveling om vooraf onze webinar 38 (zie QR-code) met betrekking tot sarkingdaken te bekijken. Op het moment van dit schrijven beschikken we nog niet over de definitieve data en locaties van deze twee cursussen. Voor meer informatie verwijzen we naar de rubriek Agenda op de Buildwise-website.

37


DRIE KREEFTEN

VDS Vanderstraeten bouwde bekroonde woontoren in Leuven Wie Leuven vanuit het noorden binnen rijdt, wordt begroet door een nieuwe woontoren. Hij verdient de titel landmark. Niet wij zeggen dat, maar de jury van de Leuvense architectuurprijs die dit complex met sociale woningen verkoos boven alle andere kandidaten. We gingen praten met Karel Luyckx, gedelegeerd bestuurder van VDS Vanderstraeten, de hoofdaannemer van dit boeiende project. Foto's © Stijn Bollaert

J

e kunt er niet naast kijken wanneer je het drukke Joanna Maria Artois-plein in Leuven passeert: aan de rand staat een opvallende gele woontoren, negentien bouwlagen hoog. Het is een ontwerp van WIT Architecten. Paridaens stond in voor de stabiliteitsberekeningen en RCR Studiebureau voor de installaties. De hoofdaannemer was ons lid VDS Vanderstraeten. In oktober van dit jaar kreeg het gebouw, dat Drie Kreeften gedoopt werd, de vierjaarlijkse architectuurprijs van Leuven. De jury prees het "lef" en het "uitgesproken doorzettingsvermogen" van het project maar ook de "materiaalkeuze" en de "kwaliteit". Onze eerste vraag aan Karel Luyckx lag dus voor de hand: is hij trots op die prijs? Karel Luyckx: "Even nuanceren. Trots zeker wel dat we hieraan hebben mogen meewerken, maar je moet beseffen dat die prijs niet toegekend is aan ons maar aan WIT Architecten. Het ontwerp is 100 procent hun verdienste. Maar voor ons is het natuurlijk wel mooie publiciteit. Al moet je dat ook een beetje relativeren: een prijs voor architectuur is altijd subjectief. De meningen van de Leuvenaars over dit project lopen nogal uiteen. Mij valt als aannemer in ieder geval op dat de ontwerpers materialen gekozen hebben die niet alleen architecturaal interessant zijn maar ook duurzaam en economisch haalbaar. En dat verdient minstens evenzeer een pluim in deze economisch uitdagende tijden."

38

Dijledal

De openbare aanbesteding voor dit project werd gepubliceerd in 2020. Het was een moeilijk moment, de coronacrisis was net uitgebarsten, maar VDS was meteen geïnteresseerd. Karel Luyckx: "De opdrachtgever was Dijledal, een van de grotere sociale-huisvestingsmaatschappijen in Vlaanderen. Ze is actief in de regio Leuven en wij kennen de organisatie door en door, want we hebben er al veel voor gebouwd. Daar kwam bij dat Drie Kreeften een soort primeur was voor Dijledal: het was de eerste keer dat ze een gebouw met een dergelijke hoogte wilden laten optrekken." Het valt inderdaad op dat Dijledal met Drie Kreeften de hoogte ingaat. Dat was al jaren niet meer gebeurd in de Leuvense sociale-woningbouw. Je moet al teruggaan naar de jaren 1960, toen een voorganger van Dijledal begon met de bouw van het Sint-Maartensdal-project.

Drassig

In juni 2023 arriveerden de eerste bewoners in Drie Kreeften. Het gebouw bevat 90 sociale appartementen, het merendeel met één slaapkamer maar er zijn ook f lats met drie of vier slaapkamers. De negentien bovengrondse bouwlagen hebben samen een oppervlakte van meer dan 8000 vierkante meter, en daarnaast is er een ondergrondse verdieping van ongeveer 170 vierkante meter.

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

De woontoren staat vlak bij de Dijle (onderaan de foto). Een delicate plaats om te bouwen! De gevel is opgebouwd met betonnen prefab-elementen.


DRIE KREEFTEN

Het project is een opvallende verschijning als je Leuven aan de noordzijde via het kanaal binnenrijdt

Drie Kreeften is een socialewoningbouwproject met 90 flats. De eerste inwoners arriveerden midden 2023. Door het raam rechts ziet u Sint-Maartensdal, een ander architecturaal boeiend sociale-woningbouwproject.

Dat zijn op zich geen spectaculaire cijfers, maar ze worden wél interessant wanneer je kijkt naar de delicate inplanting van het gebouw. Het staat op een brownfield waar Stella Artois vroeger bier brouwde, vlak bij de Dijle. Als grondwater ergens in Leuven problemen kan veroorzaken, dan is het daar wel. Karel Luyckx: "Daarom hebben we voor de fundering tangenspalen gebruikt. Vaak worden de gaten voor funderingspalen gemaakt met machines die de grond niet weghalen maar opzij duwen. Maar gezien de toestand van de site konden we een dergelijke grondverdringende techniek niet gebruiken. Vandaar die tangenspalen. Om daarvoor een gat te maken, breng je een buis in de grond en haalt vervolgens de aarde daarin weg. De grond wordt dus veel minder verstoord. Een ander voordeel is dat je veel minder trillingen veroorzaakt. Alles samen staat Drie Kreeften op 420 palen."

Race tegen de tijd

Karel Luyckx: "Een andere uitdaging was dat we de centrale kern en de vloeren met ter plaatse gestort beton moesten maken. Er waren prefab-elementen voorgeschreven voor de gevel aan de zijde van de Dijle, en dat was geen probleem, die zijn verankerd in de ter plaatste gestorte vloeren. Maar voor de centrale kern was prefab niet haalbaar. Dat lag aan de aanzienlijke belasting - per bouwlaag spreek je over ongeveer 30 ton wapening om deze op te vangen – maar ook aan het feit dat het gebouw aan één kant een overkraging heeft. Het hangt daar deels boven het straatniveau en mocht op die plaats niet ondersteund worden. Dat creëert extra belasting op de centrale kern."

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

"Toen we vooraf de bouwtijd van de ruwbouw berekenden, gingen we uit van twee weken per bouwlaag. Maar door de intensiteit van de bekisting ter plaatse, gecombineerd met de te respecteren droogtijden, alsook de terechte minutieuze opvolging van het studiebureau op het wapenen van de vloer, werd dat drie weken. Dat leverde ons dus bijna twintig weken vertraging op voor de hele toren. Gelukkig hebben we die achterstand grotendeels kunnen wegwerken dankzij de werforganisatie. Terwijl we nog bouwlagen aan het toevoegen waren, hebben we boven het zevende niveau een regendicht tussendak aangebracht. Daardoor konden we op de onderste verdiepingen al beginnen aan de afbouw. In totaal hebben we twee-en-een-half jaar gebouwd aan Drie Kreeften."

Weinig plaats

Zoals bij elk bouwproject in de stad waren de organisatie en de logistiek niet eenvoudig. Het eerste voorstel voor de inbeslagname van het publieke domein werd bijvoorbeeld door de provincie geweigerd omdat een druk fietspad afgesloten zou worden. Daar kwam nog bij dat Drie Kreeften op een bijzonder klein perceel staat - slechts 550 vierkante meter – dat aan de kant van de rivier niet bereikbaar is. Karel Luyckx: "Vooral het verticale transport van materialen en dergelijke was een uitdaging. We hebben een tijdelijke bouwlift geïnstalleerd in de toekomstige liftkoker. De gevels hebben we volledig in geautomatiseerde steigers gezet. Bovendien was er slechts één plekje geschikt om veilig een torenkraan te plaatsen. De kraan moest vanop dat punt alle zijden van het gebouw kunnen bevoorraden, ook met de betonnen

39


DRIE KREEFTEN

Karel Luyckx : "Mij valt als aannemer in ieder geval op dat de ontwerpers materialen gekozen hebben die niet alleen architecturaal interessant zijn maar ook duurzaam en economisch haalbaar."

Woonprojecten "vragen een eigen

aanpak met veel aandacht voor details. Op dat punt hebben we veel specialisten in huis, en ook onze onderaannemers staan sterk op dat gebied.

"

prefab-elementen die gebruikt zijn in de gevel aan de kant van de rivier. We hebben dus een torenkraan van 70 meter hoog moeten plaatsen, een van de zwaarste en hoogste exemplaren die je op onze werven kunt vinden."

Energieprestaties

Het is tegenwoordig evident bij nieuwe gebouwen, maar we vermelden het toch even: Drie Kreeften is bijna energieneutraal. Die prestaties worden onder meer bereikt dankzij de gemeenschappelijke stookruimte, maar ook dankzij de zonnepanelen. Deze staan op een soort luifel op het dak. Het plaatsen vereiste geen bijzondere technische competenties maar wel grote zorgvuldigheid. Het kan f link waaien op die hoogte, en de zonnepanelen moesten dus elk op acht plaatsen verankerd worden.

Beweging in socialewoningbouw

Wie de recente sociale-woningbouw in Leuven volgt, zal merken dat sommige bouwbedrijven opvallend vaak terugkomen. VDS Vanderstraeten bijvoorbeeld, maar ook Dethier, een ander lid van Embuild. Beiden werken op dit moment samen aan het Lolanden-project in de deelgemeente Kessel-lo. Is de bouw van sociale woningen een niche voor specialisten?

40

Karel Luyckx: "Nee, technisch gezien niet. Misschien hebben wij door onze ervaring een beetje voorsprong bij een aanbesteding maar dat mag je zeker niet overdrijven. Dat je ons vrij veel ziet in Leuven heeft vooral een historische verklaring: Dijledal is een opdrachtgever die we al jaren volgen." "Maar organisatorisch staan we wel sterk in de sociale-woningbouw, omdat we veel woonprojecten doen. Die vragen een eigen aanpak met veel aandacht voor details. Op dat punt hebben we veel specialisten in huis, en ook onze onderaannemers staan sterk op dat gebied." "Per jaar doen we mee aan tien tot vijftien sociale-woningbouwprojecten, waarvan we er een behoorlijk aantal binnenhalen. Voor zover wij dat kunnen beoordelen, gaat het goed met die tak van de bouw. Er zijn veel initiatieven en heel wat aanbestedingen uit die hoek. Ik zou zelfs zeggen dat er sprake is van een serieuze inhaalbeweging."

Stedelijk weefsel

Om de cirkel rond te maken, kwamen we aan het einde van het gesprek nog even terug op het onderwerp architectuur. Niet alleen bij de Vaart, waar Drie Kreeften staat, maar ook op de oude ziekenhuis-site en elders in Leuven heerst bouwwoede. En dan valt iets op: niet zelden is de architecturale kwaliteit van de sociale woningen even goed als die van private ontwikkelingen. En soms zelfs beter, als je de jury van de architectuurprijs mag geloven. Karel Luyckx begrijpt hoe die indruk kan ontstaan. Karel Luyckx: "Als we met private ontwikkelaars werken, merken we vaak dat het budget zo mogelijk nog belangrijker is. En dan wordt er soms wat ingeboet op de architecturale originaliteit. Begrijpelijk, aangezien die projecten nog meer een financiële haalbaarheid moeten nastreven. Nu zijn in de sociale-woningbouw de budgetten vanzelfsprekend ook heel belangrijk. Zie mijn opmerking over de duurzame en economisch verantwoorde materialen die de ontwerpers gekozen hebben voor Drie Kreeften. Maar in het geval van publieke infrastructuur heb ik de indruk dat het inpassen in de omgeving en in het stedelijk weefsel vaak extra beklemtoond wordt."

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024


Embuild versterkt alle bedrijven actief in de bouw

Een aannemer die lid is van Embuild - de voormalige Confederatie Bouw - mag op beide oren slapen. Er bestaat geen betere partner voor: • advies • informatie • ondersteuning • belangenbehartiging • netwerking • promotie van jouw bedrijf bij het grote publiek onder meer via buildyourhome.be Word nu lid op embuild.be/nl/lid-worden


LEDENVOORDELEN

f voor Bijzonder tarie ild! bu Em n va n lede

PRAKTISCHE COMMENTAAR

PRAKTISCHE COMMENTAAR

bij de reglementering

OVERHEIDSOPDRACHTEN

NIEUW:

8ste editie

bij de reglementering

Deel 1

OVERHEIDSOPDRACHTEN

Plaatsing – klassieke sectoren

in 2 volumes: 1A: Wet 17 juni 2016 (954 blz.) en 1B: KB 18 april 2017 (847 blz.)

Deel 1

Plaatsing – klassieke sectoren (Wet 17 juni 2016 en KB 18 april 2017)

Leden van Embuild genieten een voordeeltarief. Zie onderstaand bestelformulier. Verzend dit naar Intersentia en/of contacteer ons via mail@intersentia.be.

André Delvaux Kris Lemmens Marco Schoups Baudouin van Lierde

BESTELFORMULIER op te sturen naar: INTERSENTIA – The Sage – Roderveldlaan 1 bus 4 – 2600 Berchem – T 0800 39 067 – F 0800 39 068 mail@intersentia.be

Bernard de Cocquéau François Moïses Renaud Simar

Ik bestel ... ex. van de achtste editie (2021) van de Praktische commentaar bij de reglementering overheidsopdrachten – Deel 1 (2 volumes, in papieren versie). Ik betaal het voordeeltarief € 216 (i.p.v. € 351) per exemplaar. Une version en français est également disponible : Commentaire pratique de la réglementation des marchés publics chez www.anthemis.be

NAAM: ............................................................................................. VOORNAAM: ...................................................................................... FUNCTIE: ........................................................................................ BTW-NR.: ............................................................................................ BEDRIJF: ....................................................................................................................................................................................................... TEL.: ............................................................................................... E-MAIL: ............................................................................................... FACTURATIEADRES STRAAT: ......................................................................................................... NR.: ....................BUS: ......................................................... POSTCODE: .................................................. GEMEENTE: ..........................................................................................................................

• Een onmisbaar, uiterst volledig referentiewerk, in een Nederlandse en een Franse versie • Een wetenschappelijke en praktische benadering • Voor zowel aanbesteders als aannemers

VERZENDADRES (indien verschillend): ...................................................................................................................................................... DATUM: ........................................................ HANDTEKENING: U betaalt na ontvangst van de factuur die samen met de bestelling wordt bezorgd. Alle genoemde prijzen zijn exclusief btw en verzendkosten. Prijzen geldig onder voorbehoud van wijziging. De gegevens op dit formulier worden door Lefebvre Sarrut Belgium geregistreerd en verwerkt voor commerciële en administratieve doeleinden. Tenzij u hiertegen bezwaar maakt, kan Lefebvre Sarrut Belgium u contacteren om u op de hoogte te houden van interessante aanbiedingen (direct marketing). Door klant te worden kunt u profiteren van exclusieve aanbiedingen met korting. U heeft steeds recht op inzage en rectificatie van deze gegevens. Daartoe kunt u contact met ons opnemen via privacy@lefebvre-sarrut.be. Meer informatie over de gegevensverwerking is beschikbaar op onze websites intersentia.be, larcier.com en indicator-larcier.be. Voor algemene vragen of klachten kunt u contact opnemen met de Gegevensbeschermingsautoriteit, Drukpersstraat 35 te 1000 Brussel.

PRAKTISCHE COMMENTAAR

Gerenommeerde auteurs De initiatiefnemers van de eerste uitgave van de Praktische Commentaar, André de GRAND RY, inspecteur-generaal op het Ministerie van Openbare Werken en Maurice-André FLAMME, Professor aan de ULB, kozen voor de formule van een artikelsgewijze commentaar en een integrale editie in het Frans en het Nederlands.

bij de reglementering

OVERHEIDSOPDRACHTEN Deel 1

Om de aldus uitgezette lijn aan te houden werd een beroep gedaan op een uitgebreid team van rechtspractici:

Plaatsing – klassieke sectoren Volume 1A

De plaatsing van overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, die vanaf 30 juni 2017 worden bekendgemaakt of die op die datum het voorwerp hebben uitgemaakt van een uitnodiging tot indiening van een offerte, wordt geregeld door de wet van 17 juni 2016 en het koninklijk besluit van 18 april 2017.

Bernard de Cocquéau, advocaat bij de balies te Luik en Brussel François Moïses, advocaat bij de balie te Luik Renaud Simar, advocaat bij de balie te Luik

Met deze regelgeving wordt Richtlijn 2014/24/EU omgezet met als krachtlijnen: ruimere toegang voor kmo’s, mogelijkheid voor kandidaten of inschrijvers om fiscale en sociale schulden te regulariseren, maximale digitalisering van de procedures, uitzonderingen betreffende ’quasi-inhouse‘-opdrachten en publiek-publieke samenwerking, flexibelere mededingingsprocedure met onderhandeling, regeling voor de regelmatigheid van de offertes, optimaal evenwicht tussen de rechten en plichten van de partijen, bestrijding van sociale dumping, energie-efficiëntie, sociale en milieuclausules, innovatie, enz. Zij integreert bepaalde rechtspraak van de Raad van State of van de hoven en rechtbanken of – in tegendeel – neemt er net afstand van. Boekdeel 1A-B van deze 8 uitgave telt meer dan 1800 bladzijden in 2 volumes (A: Wet 17 juni 2016 en B: KB 18 april 2017). Elk volume is verrijkt met een inhoudsopgave en een gedetailleerde trefwoordenlijst. ste

Te verschijnen: deel 2 – De algemene uitvoeringsvoorwaarden

André Delvaux, advocaat bij de balies te Luik en Brussel Kris Lemmens, advocaat bij de balie te Antwerpen Marco Schoups, advocaat bij de balie te Antwerpen en Brussel Baudouin van Lierde, senior juridisch raadgever bij Embuild

Met medewerking van Sophie Bleux, Vincent Cappelle, Carlo Cardone, Evi Degroodt, Jan De Leyn, Janice Demeester, Geert Dewachter, Anke Meskens, Melissa Olivotto, François Paulus, Mathieu Thomas, Karolien Van Butsel, Cédric Vandekeybus en Jasper Van Steenbergen

Volume 1B

Onmisbaar referentiewerk Bij bedrijfs- en andere juristen die betrokken zijn bij overheidsopdrachten is de Praktische Commentaar al decennia een referentie. Dit werk geeft artikel per artikel toelichting bij de toepasselijke reglementering. Het steunt daarbij op gevestigde dan wel nieuwe rechtspraak en rechtsleer. Dankzij een performante index vindt u snel de antwoorden op uw vragen tussen de meer dan 1800 bladzijden van deze commentaar.

Voor zowel aanbesteders als aannemers De Praktische Commentaar is van belang voor de vele actoren die betrokken zijn bij de overheidsopdrachten: aanbesteders, economische spelers (bouwbedrijven, leveranciers of dienstverleners), advocaten, rechters, juristen, enz.

42

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024


LEDENVOORDELEN

Praktische commentaar delen 1A en 1B

Nieuwe uitgave van juridische must bij overheidsopdrachten Het geactualiseerde deel 1 van de Praktische commentaar bij de reglementering overheidsopdrachten is nu verschenen bij Intersentia. Het gaat om de achtste uitgave van dit juridische standaardwerk over de plaatsing van overheidsopdrachten in de klassieke sectoren.

Korting voor leden van Embuild Leden van de beroepsorganisatie genieten een voorkeurtarief. U kunt het nieuwe deel 1 van de Praktische commentaar bestellen met een e-mail naar mail@intersentia.be

Bij bedrijfs- en andere juristen betrokken bij overheidsopdrachten is de Praktische commentaar al decennia een referentie. Artikel per artikel geeft dit werk toelichting bij de toepasselijke reglementering. Het steunt daarbij op gevestigde dan wel nieuwe rechtspraak en rechtsleer. De benadering is tegelijk juridisch en praktisch. Bij de doelgroepen van de Praktische commentaar horen niet alleen de opdrachtgevers maar ook de aannemers. Relevant voor bouwbedrijven De delen 1A en 1B gewijd aan de plaatsing van overheidsopdrachten in de klassieke sectoren, zijn nu volledig vernieuwd. De materie is tegenwoordig geregeld door de wet van 17 juni 2016 en het koninklijk besluit Plaatsing van 18 april 2017, die de Europese richtlijn 2014/24 van 26 februari 2014 hebben omgezet in het Belgische recht. De nieuwe reglementering bevat verschillende wijzigingen vergeleken met de vroegere, waarbij onder meer: - een ruimere toegang tot overheidsopdrachten voor kmo's; - de mogelijkheid voor kandidaten en inschrijvers om fiscale en sociale schulden te regulariseren; - de maximale digitalisering van de procedures; - een flexibelere mededingingsprocedure met onderhandeling; - een eenvoudigere regeling inzake de regelmatigheid van de offertes; - een optimaal evenwicht tussen de rechten en plichten van de partijen; - de bestrijding van sociale dumping. Komen ook aan bod in de richtlijn: energie-efficiëntie, sociale en milieuclausules en ten slotte het aanbesteden van opdrachten wanneer innovatieve oplossingen gezocht worden. Het gaat al om de achtste uitgave van deel 1. In het tot stand komen speelde de studiedienst van Embuild een hoofdrol. Net zoals vroeger zijn de delen 1A en 1B beschikbaar in het Nederlands en het Frans. Ledenprijzen: - papieren versie tegen het voordeeltarief van 216,00 euro + btw Niet-ledenprijzen: - papieren versie : 351,00 euro + btw

EMBUILD MAGAZINE • 02 -2024

43


LEDENVOORDELEN

98 7654 3210

1234 5678 90

VERVALDATUM

BEDRIJF NAAM NUMMERPLAAT

Embuild Magazine is het maandblad van de vzw Embuild, Kunstlaan 20, 1000 Brussel

• Embuild Vlaanderen Johan Walewijns, tel. 02 545 57 49 johan.walewijns@embuild.be

Verantwoordelijke uitgever: Filip Coveliers, Kunstlaan 20, 1000 Brussel Afgiftekantoor: Gent X

• Embuild.Brussels Morgane Cendoya, tel. 02 545 58 29 morgane.cendoya@embuild.be

Redactie: Peter Graller, Marc Guéret, tel. 02 545 57 30 peter.graller@embuild.be

• Embuild Wallonie Katia Bogaard tel. 02 545 56 68 katia.bogaard@embuild.be

Vormgeving: nikka.cuypers@embuild.be abder-razzaaq.boujdaini@embuild.be

Abonnementen: Claude Bernaerts, tel. 02 545 56 88 claude.bernaerts@embuild.be

Druk: Graphius Reacties - vragen: communicatie@embuild.be

Reclame: Kristel Dekempeneer, tel. 02 545 56 99 - fax 02 545 59 08, kristel.dekempeneer@embuild.be of kde@embuild.be.

Met de medewerking van: de studiedienst van Embuild tel. 02 545 56 36 officeteam@embuild.be

44

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024

Prijs jaarabonnement Leden van Embuild: begrepen in het lidgeld Niet-leden: € 137,80 (incl. BTW en ­portkosten) / buitenland: € 300 (incl. btw en portkosten)

Lid van de Unie van de Uitgevers van de Periodieke Pers

Vanaf nu wordt Embuild Magazine gedrukt op papier geproduceerd met hout uit duurzaam beheerde bossen. De­­duur­­ zaamheid wordt gegarandeerd door de internationale organisatie Forest Stewardship Council (FSC), die niet alleen het bos controleert maar de hele handelsketen tot aan de drukker.


BOUWMARKT

Deceuninck stelt zijn nieuwe innovatieve en duurzame producten voor Deceuninck, specialist in het ontwerpen van kunststof en aluminium profielen voor ramen en deuren, breidt zijn breed gamma aan materialen nog verder uit met nieuwigheden die extra architecturale mogelijkheden bieden en de woning futureproof maken. Zo zijn er binnen het Decalu-gamma en de Elegant-collectie enkele innovaties die nog beter beantwoorden aan de evoluerende behoeften van de installateur en eindklant. Naast het esthetische aspect schenkt Deceuninck ook de nodige aandacht aan duurzaamheid. De onderneming presenteerde dan ook haar innovatieve GoBag-concept, een innovatieve oplossing die het recycleren van afval vereenvoudigt

en toegankelijk maakt. Via gobag. be kunnen installateurs een of meer grote, duurzame zakken bestellen om hun versleten schrijnwerk, of het nu aluminium, pvc, hout of metaal is, en de bijbehorende beglazing in te zamelen en te recycleren. Hiermee draagt Deceuninck haar steentje bij tot een duurzaam productieproces.

De TB20e: de eerste elektrische minigraver van Takeuchi Benelux

INFO : www.deceuninck.be

Stormpan Vario 18 van Wienerberger trekt rode kaart De Stormpan Vario 18 – de grootste stormpan op de markt – pakt naast het grote gebruiksgemak uit met een nieuwe esthetische troef. De matzwarte variant krijgt er twee zusjes bij, eentje in Natuurrood en eentje in Rustiek. De Wienerberger

kleidakpan biedt naast haar slanke, elegante uitstraling nu ook meer vrijheid om de kleur af te stemmen op de architectuur, of die nu modern of rustiek is. De Stormpan Vario 18 is het innovatieve zusje van de klassieke Stormpan, het resultaat van een samenwerking tussen dakdekkers en Wienerberger. Vanuit hun ervaringen op het dak hertekenden de vakmannen de pan met het oog op een hoger rendement en optimaal gebruiksgemak. Het resultaat: een uiterst variabele kopsluiting die een speling van maar liefst 25 mm mogelijk maakt en een zijsluiting met gegarandeerde speling van 4 mm. Dat maakt de Stormpan Vario 18 zowel horizontaal als verticaal aanpasbaar, waardoor de kleidakpan zich qua formaat aanpast aan elk dak. De traditionele look met de herkenbare zachte golving en de halve maantjes bleef daarbij bewaard.

Takeuchi Benelux heeft zijn eerste elektrische minigraver voorgesteld: de TB20e. Met deze duurzame en milieuvriendelijke minigraver slaat de bouwmachinesector een hele nieuwe weg in. De TB20e werkt volledig op batterijen. Hij stoot dus geen CO2 uit, maakt minder lawaai en veroorzaakt minder trillingen. Doordat de Takeuchi TB20e op batterijen werkt en dus geen CO2 uitstoot, zijn de onderhouds- en bedrijfskosten lager dan bij een vergelijkbare machine met dieselmotor. Op een volle batterijlading kan deze machine 8 uur werken bij een belasting van 65%. Hij kan opgeladen worden met een interne of externe oplader. Doordat de TB20e standaard is uitgerust met 3 extra hydraulische functies (hamer- en sloopsorteerfunctie) is deze machine breed inzetbaar, zowel binnen als buiten. Hij heeft ook een nieuw kleurenscherm waar je eenvoudig informatie van kunt aflezen. Om optimaal energie te besparen is het hydraulisch systeem LS-geregeld.

INFO : www.wienerberger.com

INFO : www.takeushibenelux.com

EMBUILD MAGAZINE • 02|2024

45


MARKANT

Willy Naessens Group is onderneming van het jaar 2023

A

an het einde van vorig jaar kreeg ons lid Willy Naessens Group uit Wortegem-Petegem de award

voor onderneming van het jaar. Deze award, die voor 29ste keer uitgereikt werd, wordt toegekend door BNP Paribas Fortis, EY en de krant De Tijd. De award wordt toegekend

Naessens na 60 jaar nog steeds

In een reactie op de website,

aan Belgische ondernemingen die

over de lange termijnstrategie

verklaarde de Group: "We zouden hier

blijk geven van een uitmuntende

en de continuïteit van de

vandaag niet gestaan hebben zonder

ondernemingszin en succesvol

ondernemingsgroep. De aanwezigheid

al onze partners, klanten, leveranciers

management. De Willy Naessens

van drie actieve generaties zorgt

en vooral onze medewerkers. Daarom

Group is de afgelopen 60 jaar blijven

bovendien voor een unieke familiale

willen we hen bedanken voor de steun,

innoveren, ondernemen en groeien,

cultuur en bedrijfs-DNA. Vandaag

samenwerking en ondernemerschap

met veel aandacht voor duurzaamheid.

aanwezig in zeven landen en actief

de afgelopen jaren. We kijken er alvast

Ondertussen telt de Group meer dan

in maar liefst vijf verschillende

naar uit om samen met jullie ook in

50 bedrijven, met een omzet van meer

businesslijnen wil de groep verder

de toekomst aan een groeiverhaal te

dan 1 miljard euro en meer dan 2500

inzetten op innovatie en onderzoek met

blijven schrijven. Met trotse groeten,

werknemers.

een bijzondere focus op duurzaamheid,

Willy Naessens & team!"

circulariteit en digitalisering.

Als pater familias waakt Willy

Nieuwe bouwvooruitzichten tot 2026 Begin december heeft euroconstruct, naar tweejaarlijkse gewoonte, zijn nieuwe bouwvooruitzichten tot en met 2026 uitgebracht. Na een periode van groei in 2022 wordt de bouwsector in de 19 Euroconstruct-landen geconfronteerd met minder optimistische vooruitzichten voor 2023 en daarna. De impact van de hogere rente en de oorlog in Oekraïne hebben een duidelijke impact gehad op de groei in de Europese bouwsector. Ongeveer een jaar geleden voorspelde het Euroconstruct-netwerk nog dat de totale bouwproductie in 2023 en 2024 zou stagneren. In de zomer van 2023 werden de verwachte veranderingspercentages echter negatief. De groei zal wel terugkeren in 2025 en 2026 met een verwachte gematigde groei van ongeveer 1,5 procent per jaar.

46

Het summary en country report van deze 96ste editie, met bouwvooruitzichten van 2024-2026, kan bij Embuild, met een ledenvoordeel, aangekocht worden. Ook is het mogelijk om alleen de vooruitzichten voor België aan te kopen. De bestelbon kan u aanvragen via: officeteam@embuild.be

EMBUILD MAGAZINE • 02-2024


DIGITALISERING IS ESSENTIEEL VOOR AANNEMERS DIE ZICH WILLEN PROFESSIONALISEREN EN EMBUILD MOET HEN DAAROP VOORBEREIDEN.


SAMEN BOUWEN, SAMEN GROEIEN 16.000 AANNEMERS, VAKMANNEN & INSTALLATEURS IN BELGIË www.buildyourhome.be

Wij zorgen ervoor dat jij op een eenvoudige manier in contact komt met de juiste vakmannen voor jouw project. Samen bouwen, samen groeien.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.