Vakbeurs en netwerkevent voor schrijnwerkers, schilders, stukadoors, tegelzetters en parketplaatsers.
15 OKT 2024 dagvandeafwerking.be
U wil kijken, ontmoeten en bijleren?
Geen betere gelegenheid dan een vakbeurs en netwerkevent om alle nieuwe trends en technieken op het vlak van interieur en afwerking te ontdekken.
Voor wie is het?
Alle professionals die bezig zijn met afwerking. Van plaatser tot ontwerper.
organisatie:
Toon je producten en diensten aan een publiek van vakmensen
Waar is het te doen?
In de ruime hallen van de Brussels Kart Expo in Groot-Bijgaarden, van 9u30 tot 19u00.
Wat valt er precies te beleven?
Er zijn ruim 140 standen en een demotent. En je geniet er van een gemoedelijke sfeer met gratis buffetten en drank.
Meer informatie voor dit unieke evenement via www.dagvandeafwerking.be.
initiatief van:
10 ● Ramen
Alles wat je moet weten over de laatste trends in de wereld van ramen en beglazing.
5 ● Edito
Door Willy Simoens
6 ● Prikbord
Thema: Ramen
10 ● Het opspannen van beglazingen volgens de regels van de kunst
12 ● Plaatsing van houten ramen in spouwmuurconstructies
14 ● Raamventilatie: ventilatierooster op de beglazing of op het raamprofiel?
16 ● Raamventielatie in EPBberekeningen
18 ● Raamventilatie: negatieve
14 ● Ventilatie
Waar zitten nu precies de verschillen tussen ventilatieroosters op het raam of op de beglazing?
28 ● Afval
Deze zomer treden nieuwe, strengere regels rond afvalinzameling in werking.
impact op U-waarde, maar mogelijk wel een positief effect op Energieprestatiecertificaat
20 ● KNELSEN/JMB: kennis, tools en expertise bij het plaatsen en verankeren van ramen
22 ● Binnendeuren
Solid opent de deur naar een duurzame toekomst
Onderwijs
24 ● Laureaten van Vlaamse Houtproef gehuldigd in Sint-Niklaas
25 ● Leerlingen vallen in de prijzen met creatieve circulaire en duurzame ontwerpen tijdens WOOD SKILLS
26 ● Productnieuws
Embuild Vlaamse Schrijnwerkers
Kunstlaan 20, 1000 Brussel
Tel: +32 (0)2 545 57 10
Fax: +32 (0)2 545 58 59 www.vlaamseschrijnwerkers.be
Verantwoordelijke Uitgever
Filip Coveliers
Kunstlaan 20, 1000 Brussel filip.coveliers@embuild.be
Administratie en redactie
Bram Schittecatte
Tel: 02/545 59 47; Fax: 02/545 58 59 bram.schittecatte@embuild.be
Advertentieverantwoordelijke
Steve Caufriez
Tel.: +32 (0)2 545 57 25
GSM: +32 (0)486 58 71 91 steve.caufriez@embuild.be
Gyrex biedt prefab oplossingen voor complexe afwerkingsdetails en gebogen vormen
28 ● Afvalinzameling
Nieuwe regels rond afvalinzameling: wat is de impact op de bouw?
32 ● Productnieuws
Habo Group: “We hebben nooit met een andere leverancier gewerkt dan Limoco.”
34 ● Onderwijs
Leerlingen vallen in de prijzen met creatieve circulaire en duurzame ontwerpen tijdens WOOD SKILLS
36 ● Sectornieuws
Tijdloze houten trappen van Houtzagerij en Trappen Demunster
Vormgeving Nikka Cuypers nikka.cuypers@embuild.be
Drukwerk Graphius
DE OVERSCHILDERBARE BEGLAZINGSKIT: GLASKIT TS
✓ Voor beglazingsvoegen die overschilderd moeten worden
✓ Uitstekende overschilderbaarheid met watergedragen & gesolventeerde verf
✓ Ook geschikt voor buiten
✓ Voegen met een beweging tot maximum 25%
✓ In meerdere kleuren beschikbaar
De mouwen opstropen
Willy Simoens
Voorzitter Embuild
Vlaamse Schrijnwerkers
Wanneer ik dit schrijf, zijn de verkiezingen net achter de rug en zijn de verkozenen volop bezig met het vormen van een nieuwe Vlaamse en federale regering. Ik hoop uiteraard dat die nieuwe regeringen ook rekening houden met ons, schrijnwerkers en aannemers uit de bouw! Hopelijk kunnen ze ons arbeidsmarktbeleid bijsturen, zodat er eindelijk oplossingen gevonden worden voor het tekort aan geschoolde arbeidskrachten. Ons land moet werk maken van activering, vorming en omscholing om iedereen die kan werken ook daadwerkelijk aan het werk te krijgen.
Uiteraard speelt ook het onderwijs hier een belangrijke rol in. Met onze Vlaamse Houtproef trachten wij al meer dat twee decennia aandacht te vragen voor de afnemende populariteit van de bouwrichtingen en de dalende kwaliteit van onze houtopleidingen. Maar er is ook goed nieuws. Tijdens de voorbije editie van onze Vlaamse Houtproef konden we vaststellen dat er nog steeds veel getalenteerde jongeren rondlopen, die een feeling hebben voor hout en niet bang zijn om de handen uit de mouwen te steken. Hopelijk worden zij de volgende generatie schrijnwerkers die over enkele jaren de fakkel van ons zullen overnemen.
En met een beetje geluk hebben de nieuwe beleidsmakers er tegen dan ook voor gezorgd dat ondernemen makkelijker en winstgevender wordt, zodat die volgende generatie schrijnwerkers ook een mooie toekomst in ons vak tegemoet kan gaan.
Ik wens u allen en prettig bouwverlof en een welverdiende vakantie toe. Geniet ervan!
Collegiale groet,
PRIKBORD
De Matuvukoepel op het Albertplein, ook wel bekend als de ‘Place m’as-tu vu’ in Knokke.
Jaarlijkse vergadering en studiebezoek
Embuild Glass
Op dinsdag 21 mei verzamelde een dertigtal leden van Embuild Glass in Knokke. Op het programma stond eerst de jaarlijkse algemene vergadering van de beroepsfederatie van glazeniers, gevolgd door een studiebezoek aan twee schitterende glasprojecten.
Voor de glazen balkons en raampartijen van de Heldentoren werd gekozen voor gebogen beglazing die speciaal voor dit project werd ontwikkeld.
Na afloop van de algemene vergadering kregen de aanwezige glazeniers eerst een uiteenzetting van ir. Kenny Martens van studiebureau Vitroplena, een spin-off van de Universiteit Gent die zich heeft gespecialiseerd in expertise, ontwerp, berekening en realisatie van architecturale en/of structurele glastoepassingen. Hij gaf eerst een overzicht van de belangrijkste innovaties en technologische ontwikkelingen in de glaswereld en ging vervolgens dieper in de op Matuvu-Dome, een glazen koepel op het Albertplein in Knokke, waarvoor Vitroplena het studiewerk verrichtte.
Complexe opdracht
Dat was geen eenvoudige klus, want de koepel ligt op een steenworp van het strand en is dus blootgesteld een enorme windbelasting. Ook de zon was een belangrijke factor om rekening mee te houden. Voor de Dome heeft men de beglazing immers verlijmd op een stalen ‘gridshell’, wat
betekent dat de stalen constructie veel meer uitzet onder invloed van de temperaturen dan de glazen buitenschil. Uiteraard was dit ook een belangrijk element in de lijmkeuze. Ook de aanwezigheid van het zand in de omgeving betekende een extra moeilijkheid bij het verlijmen.
Aansluitend brachten de aanwezigen een bezoek aan de koepel, waar op dat moment de laatste hand gelegd werd aan de binnenafwerking.
Gebogen glaswerk
Vervolgens trok het gezelschap naar de Heldentoren in Heist, iets verderop. Daar had Vitroplena het rekenwerk verricht voor de gebogen ramen op de terrassen en in de duplexen. Ingenieur Kenny Martens gaf er tekst en uitleg.
Meer weten? www.vitroplena.com
Veel belangstelling voor studiedag duurzame schrijnwerkaansluitingen
Op dinsdag 7 mei organiseerde Embuild Vlaanderen in samenwerking met Reynaers Aluminium een studiedag over duurzaam schrijnwerk. Architecten, fabrikanten, studiebureaus en schrijnwerkers staken de koppen bij elkaar om na te denken over mogelijkheden om de principes van circulariteit toe te passen op buitenschrijnwerk.
De regels en voorschriften op het vlak van circulariteit en duurzaamheid worden steeds belangrijker. Almaar vaker wordt gevraagd dat een gebouw in een latere levensfase moet kunnen gedemonteerd worden, zodat de verschillende onderdelen ervan een tweede of derde leven kunnen krijgen. Voor het schrijnwerk is dit niet altijd gemakkelijk te realiseren. Een raam uit een gevel halen is geen evidentie. En al zeker niet zonder de binnenafwerking of de ETICS te beschadigen.
Verschillende visies toegelicht
Tijdens de studiedag kwamen verschillende partners de evoluties op het vlak van duurzaamheid en circulariteit toelichten. Uiteraard gaf gastheer Reynaers Aluminium uitleg over hun visie op duurzaamheid, maar ook architecten, studiebureaus en deskundi-
gen van Buildwise en SECO lieten hun licht schijnen op dit actuele onderwerp.
Aan het einde van de dag gingen alle partijen met elkaar in overleg over de manieren waarop circulariteit kan toegepast worden op ramen. Gedurende de dag was immers duidelijk geworden dat de schrijnwerkers met heel veel praktische vragen zitten. Is het haalbaar en zinvol om ramen uit een bestaand gebouw te halen en ze een tweede leven te geven? De isolatiewaarden van tien jaar oude raamprofielen komen immers niet overeen met de eisen die tegenwoordig gesteld worden aan het schrijnwerk. Toch bleken er al projecten te bestaan waar er raamkaders en/of het glas hergebruikt konden worden. Echter is er nog een lange weg af te leggen om dit standaardpraktijk te maken. Maar ook een hogere recyclagegraad kan al een eer-
Dit event was in partnership met VLAIO: Samen voor sterk, ambitieus ondernemen.
ste doelstelling zijn, en een meer haalbare kaart, op het pad naar een circulaire bouweconomie.
Het werd duidelijk dat alle partijen nog met veel praktische vragen zitten, maar het viel eveneens op dat alle stakeholders wel gewonnen waren voor het principe van circulariteit. De volledige sector zal dus op zoek zal moeten naar circulaire oplossingen, want een circulaire toekomst voor de bouw lijkt onafwendbaar. Ook voor het buitenschrijnwerk.
PARTNERS: Embuild Vlaanderen, Reynaers Aluminium, Bureau Bouwtechniek, Buildwise, SECO, BBCA, Beneens Alucon, Embuild Connect, Odisee hogeschool (Dubit) en VUB Architectural Engineering
Meer weten? De presentaties komen binnenkort online op www.embuildvlaanderen.be/ agenda/studiedag-duurzameschrijnwerkaansluitingen/
CONTACT: charlotte.cambier@embuild.be
Marc Dillen geeft de fakkel door aan Caroline Deiteren
Onlangs heeft Marc Dillen de fakkel doorgegeven als directeur-generaal van Embuild Vlaanderen aan Caroline Deiteren. Marc Dillen beëindigt daarmee zijn 35 jaar lange en vruchtbare carrière bij onze organisatie. In 1988 startte hij zijn loopbaan bij de toenmalige Confederatie Bouw. In 1989 was hij nauw betrokken bij de oprichting van de Vlaamse Confederatie Bouw (VCB), als gevolg van de bevoegdheidsoverdrachten in het kader van de derde staatshervorming. De organisatie is vervolgens onder zijn leiding stevig gegroeid tot een gewaardeerde kennispartner van de overheid die weegt op het Vlaamse bouwbeleid.
Deze groei werd voor een groot deel gedreven door de bijkomende bevoegdheden van de opeenvolgende Vlaamse regeringen en hun sterke beleidsambities. Van in het begin van de jaren ‘90 heeft de Vlaamse regering op verschillende vlakken de mogelijkheden gecreëerd om samen met de sectoren deze ambities waar te maken. Denken we maar aan het bouw- en sloopafvalbeleid, maar ook het regelmatig overleg inzake het realiseren van betaalbare woningen, overheidsinvesteringen in het algemeen of het reali-
seren van het waterzuiveringsbeleid, bodemsanering, asbestverwijdering, het milieu-beleid en het energiebeleid in het algemeen. De bouwsector heeft daarbij van in het begin kunnen rekenen op het gestructureerd overleg via het VBOC (het Vlaams Bouwoverlegcomité) waaraan de regeringsleden zelf deelnemen.
Voor onze bedrijven zorgen de vele beleidsambities, samen met het intense overleg, voor zowel extra marktopportuniteiten als voor bijkomende te respecteren wetgevingen en grotere
individuele verantwoordelijkheden. Op het kruispunt van maatschappelijke doelstellingen en de door de bedrijven te respecteren wetgeving heeft Embuild Vlaanderen vaak haar rol kunnen spelen. Vanuit Embuild Vlaanderen hebben we hiervoor, samen met de andere geledingen van onze organisatie, niet alleen de nodige dienstverlening aan onze leden uitgebouwd, maar zijn we ook genoodzaakt geweest om voor onze bedrijven verder te gaan en, in het kader van de ambitieuze Vlaamse beleidsdoelstellingen, innoverende en creatieve systemen te lanceren en uit te bouwen.
Voor Marc Dillen was het een grote uitdaging om - samen met de bedrijven - een oplossing te ontwikkelen voor een aantal concrete problemen, zoals onder meer in het kader van de circulaire economie met Grondbank en Tracimat het geval is geweest.
Embuild Vlaanderen wil hem bedanken voor zijn grote inzet en inspanningen om de Vlaamse bouwfederatie op de kaart te zetten. Op basis van deze sterke fundamenten zal het team van Embuild Vlaanderen nu samen met Caroline werken aan de toekomst. Caroline Deiteren is sinds januari aan boord en heeft zich sindsdien samen met Marc Dillen voorbereid op de opvolging. Zij staat klaar om Embuild Vlaanderen te leiden en verder te bouwen op het succes.
Ronde van België langs 57 houthandels per fiets
Van 6 juni tot 13 juli organiseert de Belgische Houtconfederatie een Ronde van België van de 57 houthandels met het label ‘Houtspecialist’ per fiets. Een ludieke actie om de knowhow van de echte houtspecialisten in de schijnwerpers te plaatsen.
Een jaar geleden lanceerde de Belgische Houtconfederatie het label ‘Houtspecialist’ om consumenten te helpen de echte houtspecialisten te herkennen. Die houtspecialisten zijn niet alleen verkopers van hout, ze kunnen de klant ook adviseren bij de juiste keuze van de juiste houtsoort of de meest geschikte prijs-kwaliteitverhouding. Inmiddels hebben 57 houthandels het label behaald.
Gedurende de hele campagne biedt
elke aankoop in een houthandel met het label ‘Houtspecialist’ (of ‘Spécialiste Bois’ in Wallonië) de klant de kans om aan de wedstrijd deel te nemen en ‘Houtspecialist’ wieler truitjes en aankoopbonnen van € 250 en € 500 te winnen die bij hun houthandelaar geldig zijn.
www.houtspecialist.be/ wedstrijd
Studieavond passieve brandbescherming
Embuild Connect organiseerde op donderdag 25 april samen met @Baustoff+Metall een thema-avond rond passieve brandbescherming in Gent, een thema
dat duidelijk leeft onder onze aannemers, zo bleek uit de massale opkomst. Heel wat schrijnwerkers en afbouwers maakten er kennis met de producten van @Baustoff+Metall en volgden ge-
boeid de uiteenzettingen van Liesbeth Jacobs (Firesa) en brandweerman Frank Samson over het belang van passieve brandbescherming in het voorkomen en beheersen van brand.
Het opspannen van beglazingen volgens de regels van de kunst
De regels voor de opspanning van een beglazing in sponningen staan beschreven in de norm NBN EN 12488. Zo wordt er in dit document onder meer ingegaan op de afmetingen, de hardheid en de plaatsing van de beglazingsblokjes.
Om de prestaties en de duurzaamheid van het venster te garanderen, moet een in een sponning van een raam geplaatste beglazing correct opgespannen worden. De belangrijkste regels die hierbij nageleefd moeten worden, zijn dat er geen contact mag zijn tussen het glas en het raamkader, dat de door de beglazing opgenomen belastingen over het kader verdeeld moeten worden en dat het schrijnwerk haaks moet zijn.
Hiertoe worden drie soorten beglazingsblokjes gebruikt (zie afbeelding 1): ● steunblokjes ● stelblokjes ● afstandhouders.
In de TV 221 worden deze laatste ‘spatieblokjes’ genoemd.
Elk van deze blokjes vervult een specifieke functie en beschikt over zijn eigen kenmerken.
De verschillende soorten beglazingsblokjes
STEUNBLOKJES
De steunblokjes vervullen voornamelijk een mechanische functie doordat ze het eigengewicht van de beglazing en de bedieningskrachten overdragen naar het raamkader. Naargelang van
Afb. 1 Verschillende soorten beglazingsblokjes voor een in een sponning geplaatste beglazing.
het bedieningstype moeten deze blokjes in de horizontale en verticale delen geplaatst worden (bv. bij opengaande ramen; zie afbeelding 2), dan wel alleen in de horizontale delen (bv. bij vaste en schuiframen; zie afbeelding 3).
Om deze krachten te kunnen overbrengen, moeten deze blokjes doorgaans uit harde synthetische materialen bestaan, zoals polypropyleen of polyamide. Het gebruik van houten blokjes is afgeraden bij gecoat glas (wat meestal voorkomt bij de huidige dubbele en drievoudige beglazingen) en gelaagd glas omdat er in dit geval een risico bestaat dat de tussenlagen beschadigd zouden raken door de tannines in het hout.
Hun dikte bedraagt meestal zo’n 4 of 5 mm voor dubbele of drievoudige beglazingen, afhankelijk van de oppervlakte ervan.
De breedte van deze blokjes moet minstens 2 mm groter zijn dan de dikte van de beglazing opdat deze over haar volledige dikte ondersteund zou zijn.
De lengte van het blokje mag niet kleiner zijn dan 80 mm. Ze is niet alleen afhankelijk van het gewicht van de beglazing en de overdracht ervan naar de sponningbodem, maar ook van de druksterkte van het materiaal en van de geometrie van het raamkader en het steunblokje.
Tot slot mogen er maximaal twee blokjes aangebracht worden en moet de afstand tussen de hoek van de beglazing en de dichtstbijzijnde rand van het blokje minstens 50 mm bedragen. Deze afstand is doorgaans gelijk aan zo’n 80 tot 100 mm.
STELBLOKJES
De stelblokjes hebben geen mechanische functie. Ze dienen enkel om de beglazing correct te positioneren ten opzichte van de sponningbodem en op haar plaats te houden. Deze blokjes, waarvan de plaatsing verplicht is (behalve bij vaste ramen), worden gebruikt om elk contact tussen het glas en de sponningbodem te vermijden, meer bepaald ter hoogte van de sluit- en ophangpunten van de vleugels.
Afb. 2 Plaatsing van de steunblokjes bij een draaikipraam met één vleugel.
Net zoals bij de steunblokjes, zijn de stelblokjes voornamelijk vervaardigd uit harde synthetische materialen.
AFSTANDHOUDERS
De afstandhouders worden gebruikt om de beglazing correct te positione-
Afb. 3 Plaatsing van de steunblokjes bij een vast raam.
ren en op haar plaats te houden ten opzichte van de tegenaanslag enerzijds en de glaslat anderzijds. Dit zorgt ervoor dat de voeg tussen de beglazing en het raamkader (in het vlak evenwijdig aan de beglazing) overal even dik is.
In de praktijk worden afstandhouders vaak uitgevoerd in de vorm van een rugvulling of een doorlopend afdichtingsprofiel.
POSITIONERING VAN DE BEGLAZINGSBLOKJES IN FUNCTIE
VAN HET RAAMTYPE
Voor de plaatsing van de beglazingsblokjes in functie van het raamtype kan men zich baseren op bijlage C van de norm NBN EN 12488. Er moet steeds op toegezien worden dat de draineeropeningen niet afgesloten worden door een blokje.
Samenvatting van een artikel verschenen op de pagina’s 8-10 van het Buildwise Magazine 2021/6. Enkel het originele Buildwise-artikel geldt als referentie.
ALTIJD MEE, PRO EN PRIVÉ
Je bent je eigen baas en je werkt elke dag hard voor je klanten. Je verwacht terecht ook het beste van je partners. Bij Federale Verzekering zetten we ons al meer dan 100 jaar in voor ondernemers zoals jij. We beschermen kostbare en onmisbare machines, maar ook je aansprakelijkheid. Een aanvullend pensioen?
Daar hebben we de oplossingen voor. En natuurlijk ben je niet enkel ondernemer. We beschermen dan ook je gezinswoning en je familie... en we zorgen voor het spaarpotje voor je oogappel!
Federale Verzekering. Altijd mee, pro en privé. Meer info op federale.be
Raadpleeg altijd de algemene voorwaarden alsook de financiële en technische infofiches voor je intekent op een product leven. Federale Verzekering – V.U: Tom De Troch – Stoofstraat 12 – 1000 Brussel - www.federale.be - Gemeenschappelijke Kas voor Verzekering tegen Arbeidsongevallen - Vereniging van Onderlinge Levensverzekeringen - Coöperatieve Vennootschap voor Verzekering tegen Ongevallen, Brand, Burgerlijke Aansprakelijkheid en Diverse Risico’s CV - RPR Brussel
Plaatsing van houten ramen in spouwmuurconstructies
Het buitenschrijnwerk wordt steeds vaker vóór de uitvoering van de gevelbekleding geplaatst. Er zijn met deze techniek echter ook enkele aandachtspunten gemoeid voor de schrijnwerker. De luchtdichtheid van het plaatsingskader moet gegarandeerd zijn, de bovenkant en de zijkanten van het kader moeten beschermd worden en de minimale contactlengte tussen het plaatsingskader en het raamkader moet nageleefd worden.
Principe van de techniek
Buildwise heeft onlangs de TV’s 286 en 288 omtrent de plaatsing van schrijnwerk in spouwmuurconstructies gepubliceerd.
Over het algemeen is het gunstiger om het venster te plaatsen voordat de spouwisolatie aangebracht wordt en het buitenspouwblad opgetrokken wordt. In dat geval is het immers eenvoudiger om het waterscherm van de vensteraansluiting uit te voeren en om de spouwisolatie correct te laten aansluiten op het geplaatste venster.
Deze techniek wordt geïllustreerd in afbeelding 1. Bij deze oplossing wordt er rondom het raam een plaatsingskader aangebracht dat op luchtdichte en mechanische wijze verbonden wordt met het raamkader. Vervolgens worden beide kaders in de ruwbouw
verankerd. Afbeelding 2 geeft het volledige EPB-aanvaardbare aansluitingsdetail weer waarbij de spouwisolatie, het buitenspouwblad en de binnenafwerking aangebracht werden door de overige betrokken aannemers.
Aandachtspunten
We beschouwen een aantal praktische aandachtspunten die betrekking hebben op de werken van de schrijnwerker.
LUCHTDICHTHEID
Het luchtdichte plaatsingskader (zie Ž in afbeelding 1 op de vorige pagina) kan opgebouwd zijn uit platen op basis van hout of houtderivaten (bv. multiplex), maar andere materialen zijn ook mogelijk, zoals gerecycleerd PURhardschuim.
De luchtdichte aansluiting tussen het raamkader en het plaatsingskader wordt gerealiseerd door middel van een samengedrukte schuimband of een expansieve lijm (zie 2 in afbeelding 1). Deze aansluiting gebeurt vóór de mechanische bevestiging van het plaatsingskader op het raamkader.
Om tussen het luchtdichte plaatsingskader en de dragende muurconstructie een luchtdichte aansluiting te realiseren, wordt een luchtdichtheidsfolie aangebracht (zie 5 in afbeelding 1). De opdrachtgever kan de schrijnwerker aanduiden om deze folie aan te brengen.
WATERDICHTHEID
Het waterscherm, dat op de bovenkant en de zijkanten van de vensteraansluiting aangebracht moet worden (zie Œ in afbeelding 1), kan uit een EPDMmembraan bestaan. Dit waterscherm kan op het binnenspouwblad en het raamkader gekleefd worden.
Afb. 1 Plaatsing van een houten raam met behulp van een luchtdicht plaatsingskader voordat de spouwisolatie aangebracht werd en het buitenspouwblad opgetrokken werd.
1. Waterscherm van de vensteraansluiting
2. Expansieve luchtdichte lijmvoeg of voegkit/zwelband
3. Luchtdicht plaatsingskader
4. PUR-schuim
5. Luchtdichtheidsfolie (te voorzien door de schrijnwerker indien hij hiervoor aangeduid wordt door de opdrachtgever)
6. Ondersteuningsconsole voor het plaatsingskader (indien vereist)
THERMISCHE PRESTATIES
Opdat de overige betrokken aannemers een EPB-aanvaardbare aansluiting zouden kunnen realiseren, moet de schrijnwerker rekening houden met de volgende aandachtspunten.
Afb. 2 Volledig detail van een houten raam met stenen dorpel dat met behulp van een luchtdicht plaatsingskader geplaatst werd voordat de spouwisolatie aangebracht werd en het buitenspouwblad opgetrokken werd.
De warmtegeleidbaarheid λ van het materiaal van het plaatsingskader moet kleiner zijn dan of gelijk zijn aan 0,2 W/m.K. Dat is het geval bij platen op basis van hout. Tegelijkertijd moet ervoor gezorgd worden dat de thermische weerstand ‘R’ van het plaatsingskader minstens gelijk is aan 1,5 m2.K/W.
Voor een plaatsingskader uit multiplex komt R ≥ 1,5 overeen met een diepte (df) ≥ 30 cm. Bij dieptes kleiner dan 30 cm zal men een plaatmateriaal
met betere thermische prestaties (lagere warmtegeleidbaarheid) moeten gebruiken.
De contactlengte tussen het raamkader en het plaatsingskader (dcontact) moet minstens half zo breed zijn als het raamprofiel.
Samenvatting van een artikel verschenen op de pagina’s 12-13 van het Buildwise Magazine 2022/5 (maart-april 2022). Enkel het originele Buildwise-artikel geldt als referentie.
Blijf voorop als schrijnwerker dankzij de nieuwe plaatsingsrichtlijnen uit onze recente Technische Voorlichtingen (TV’s) 286 en 288, die afgestemd werden op de herziene eisen voor de gebouwschil. Van algemene aspecten tot specifieke technische detailfiches voor ramen uit hout, pvc en aluminium…
We hebben aan alles gedacht! Ga voor het complete overzicht naar https://buildwise.direct/glaswerken-schrijnwerken-campagne.
TOEPASSINGEN:
- Daktimmer
- Houtskeletbouw
- Carports
- Industriële gebouwen
- Agrarische gebouwen
CONTACTEER ONS :
T.: +32 (0)80 28 01 70
info@hoffmann-trade.be
Atzerath 34, B-4780 St.Vith
MATERIALEN :
- Gelijmd gelamelleerd hout, afwerking met lazuur op aanvraag
- Massief constructiehout (KMH)
- KVH
- Impregnatie door drenking en autoclaaf (klasse 2 en 3)
www.hoffmann-trade.be
DIENSTEN:
- Technisch ontwerp met auto-CAD
- Lasermeting op de werf
- Geautomatiseerde bewerking op Hundegger K2i en Speedcut
- Montageplannen
- Levering op uw werf
Raamventilatie: ventilatierooster op de beglazing of op het raamprofiel?
In onze moderne, supergeïsoleerde woningen is ventilatie onmisbaar geworden. En dus moeten schrijnwerkers ook steeds vaker ramen met ventilatieroosters plaatsen. Soms worden die ventilatiesystemen op het raamprofiel geplaatst, andere types worden dan weer rechtstreeks op de beglazing zelf gemonteerd. Wat zijn de verschillen tussen beide types? En wat zijn de gevolgen van de keuze voor het ene of het andere systeem?
De Vlaamse EPB-regelgeving (EnergiePrestatie en Binnenklimaat) verplicht enerzijds om het energieverbruik van gebouwen te beperken, maar anderzijds ook om de gebouwen te ventileren. En die twee eisen zijn soms strijdig met elkaar, want bijvoorbeeld tijdens de wintermaanden betekent de afvoer van lucht uit het gebouw automatisch ook een verlies aan warmte. En omgekeerd staat de aanvoer van verse buitenlucht gelijk aan een afkoeling van de binnentemperatuur.
Hoewel beide eisen soms met elkaar conflicteren, zijn beide toch essentieel. Een goed geïsoleerde woning kan im-
mers niet zonder ventilatie. Een goede ventilatie verzekert namelijk niet alleen de kwaliteit van de binnenlucht, maar voorkomt tegelijk ook condensatieproblemen zoals schimmelvorming op de muren.
Toevoer- doorvoer - afvoer
De Vlaamse regelgeving maakt bij ventilatiesystemen een onderscheid tussen toevoer- doorvoer- en afvoer van lucht. Een ventilatiesysteem zorgt ervoor dat:
● verse lucht langs droge ruimtes (woonkamer, slaapkamers, bureau, … ) in de woning wordt gebracht.
● de lucht door de tussenruimtes (gang, trappenhal … ) naar de natte ruimtes (keuken, badkamer, toilet, wasplaats, … ) stroomt.
● de vochtige, vervuilde lucht uit de natte ruimtes afgevoerd wordt.
● ventileren niet gepaard gaat met grote energieverliezen.
Raamventilatie kan enkel dienen als toevoeropening.
EPB-plichtige gebouwen moeten voldoen aan minimale ventilatievoorzieningen (welke voorzieningen is afhankelijk van type gebouw en de bestemming). Een ventilatiesysteem moet daarom verplicht voorzien worden bij nieuwbouw en bij ingrijpende energetische renovaties.
Afhankelijk van de aard van de werken (nieuwbouw en ingrijpende energetische renovatie of renovatie) en de bestemming (residentieel, niet-residentieel of industrie) worden andere eisen aan de ventilatie gesteld. Die eisen zijn vastgelegd in de bijlagen bij het Vlaamse Energiebesluit.
● Bij nieuwbouw (of gelijkwaardig) en ingrijpende energetische renovaties is steeds een volledig ventilatiesysteem verplicht.
● Bij renovaties is ventilatie en-
kel verplicht in nieuwe ruimten (zowel droge als natte ruimten) OF in bestaande droge ruimten waar de ramen vervangen of toegevoegd worden.
BELANGRIJK: bij nieuwe ruimten moet er in natte ruimtes afvoer en doorvoer voorzien worden, in droge ruimtes toevoer en doorvoer, en bij verbouwen enkel toevoer in droge (dus ook geen doorvoer daar) ruimtes.
Natuurlijke toevoer kan gebeuren via het schrijnwerk. Het afvoeren van lucht kan nooit via schrijnwerk.
Vier systemen
Vlaanderen onderscheidt 4 ventilatiesystemen:
● Systeem A: natuurlijke toevoer en afvoer
● Systeem B: mechanische toevoer en natuurlijke afvoer
● Systeem C: natuurlijke toevoer en mechanische afvoer
● Systeem D: mechanische toevoer en afvoer
Raamventilatie is enkel mogelijk bij systemen A en C, aangezien dit de enige systemen zijn die gebruik maken van natuurlijke toevoer, waarbij verse lucht via toevoerroosters in de vensters of de muren in het gebouw binnengebracht wordt.
Die toevoerroosters worden in de EPB-regelgeving aangeduid met de term ‘Regelbare ToevoerOpeningen’, of kortweg RTO’s.
Systeem A maakt ook gebruik van na-
RUIMTE
TOEVOER Woonkamer
Slaapkamer
Studeerkamer
Speelkamer
tuurlijke afvoer, zogenaamde Regelbare Afvoer Openingen (RAO), maar dit kan niet via het schrijnwerk.
Debieten
Uiteraard bevat de Vlaamse regelgeving ook voorschriften voor de hoeveelheid lucht die deze ventilatiesystemen moeten aan- en afvoeren.
Voor residentiële gebouwen is er een ondergrens vastgelegd voor het minimaal geëiste ontwerpdebiet. Dit debiet omvat zowel de zowel toevoer als de afvoer (moet in een systeem gelijk zijn aan elkaar), dus niet enkel lucht die wordt binnengebracht
Als algemene regel geldt dat het minimaal geëiste ontwerpdebiet 3,6m³ per vierkante meter vloeroppervlakte in de ruimte moet bedragen, maar de regelgeving voorziet boven- en ondergrenzen, waardoor er in heel kleine ruimtes mag afgeweken worden van deze algemene regel (zie tabel).
In kleinere ruimtes moet dit verzekeren dat er toch voldoende verse lucht binnenkomt, er staat een maximaal debiet op om energieverlies te vermijden (onafhankelijk van glaspartijen). Belangrijk om weten is wel dat debiet verdeeld mag worden over verschillende toevoeropeningen.
Een voorbeeld: wanneer je het ventilatiedebiet voor een woonkamer van 60 m² zou berekenen volgens de algemene regel, dan krijg je: 60 m² x 3,6 m³/h per m² = 216 m³/h. Die 216 m³/h is hoger dan de bovengrens van 150 m³/h, en dus volstaat een ven-
NOMINALE TOEVOER DEBIET MAG BEPERKT WORDEN TOT
Algemene regel Minimaal debiet
3,6 m3/h.m2 75 m3/h 150 m3/h
25 m3/h
72 m3/h
tilatiesysteem met een ventilatiedebiet van 150 m³/h, al is een groter ventilatiedebiet uiteraard wel toegestaan.
MERK OP dat de berekening van het minimaal geëiste ontwerpdebiet vooral rekening houdt met de oppervlakte van de ruimte en niet met de hoogte ervan.
Overige eisen gesteld aan raamventilatie
Ieder type regelbare toevoeropening moet tevens ook gedimensioneerd zijn voor een maximaal drukverschil bij 2 Pa. In gebouwen met een ventilatiesysteem C, waar de regelbare toevoeropening voorzien is van een direct mechanische afvoer in dezelfde ruimte, is het ook toegestaan om te dimensioneren bij 10 Pa.
Verder voorziet de EPB-regelgeving nog dat de vrije doorsnede van de opening manueel of automatisch geregeld moet kunnen worden:
● hetzij continu
● hetzij in een voldoende aantal (minstens 3) tussenstanden tussen ‘gesloten’ en ‘volledig open’. Er moeten dus minimaal 5 standen zijn.
Daarnaast geeft Vlaanderen nog verschillende aanbevelingen voor regelbare toevoeropeningen. Zo wordt de (onderzijde van de) ventilatieopening best geplaatst op een hoogte van minstens 180 cm boven het niveau van de afgewerkte vloer om tochtstromen te vermijden. Het spreekt voor zicht dat de ventilatieopeningen ook geen regen mogen binnenlaten en bij voorkeur ook inbraakveilig en insectenwerend zijn.
Raamventielatie in EPB-berekeningen
Raamventilatie moet ook ingegeven worden in de EPB-sofware. Om tot een correcte berekening te komen, is het wel van belang dat de juiste lengte van de regelbare toevoeropeningen ingegeven wordt. Dat vormt soms een punt van discussie.
Het Vlaams Energie- en Klimaatagentschap (VEKA) geeft aanbevelingen voor de manier waarop die lengte moet gemeten worden, en die verschilt voor regelbare toevoeropeningen die geplaatst zijn op het raamprofiel en regelbare toevoeropeningen geplaatst op het glas (zie tabel).
We stellen vast dat vaak verkeerde afmetingen van de regelbare toevoeropeningen in vensters (= geplaatst op het glas) worden gerapporteerd. Het gebeurt regelmatig dat een grotere lengte wordt gerapporteerd dan
ze in realiteit hebben (ongeveer even groot als regelbare toevoeropeningen ‘op vensters’ (= op het raamprofiel). Daardoor worden de berekende ontwerpventilatiedebieten overschat.
Wanneer in een ruimte twee of meer ventilatieroosters aanwezig zijn, dan moeten die als aparte regelbare toevoeropeningen (RTO’s) worden ingevoerd in de EPB-software. Soms gebeurt het dat meerdere ventilatieroosters als één RTO worden ingevoerd, waarbij men de lengte van de dagmaten van de individuele roosters optelt. Dit is geen correcte rapporte-
TYPE RTO
Regelbare toevoeropeningen op vensters, geplaatst op het raamprofiel
Regelbare toevoeropeningen in vensters, geplaatst op het glas
TE RAPPORTEREN LENGTE
• Als de kopstukken (= de blinde stukken zonder ventilatieopeningen) elk smaller zijn dan 2 cm: de dagmaat van het venster (= vensterbreedte, gemeten tussen de dagkanten langs de buitenzijde)
• Als de kopstukken elk breder zijn dan 2 cm: de gemeten dagmaat verminderd met de kopstukken
De gemeten lengte van het rooster, verminderd met de kopstukken
ring en die zal aanleiding geven tot een foutieve (te lage) berekening van het ontwerpdebiet.
Volstaat raamventilatie?
Vaak zal één venster niet volstaan om het minimaal geëiste ontwerptoevoerdebiet te behalen (bijvoorbeeld in een ruimte met een smal venster), waardoor het nodig is om meerdere toevoeropeningen te plaatsen. Maar soms volstaat dat nog niet. In dat geval zijn er verschillende oplossingen mogelijk:
● een andere regelbare toevoeropening met een groter ontwerptoe-
voerdebiet (per lopende meter) plaatsen
● aanvullend regelbare toevoeropeningen in de muur voorzien
● geen regelbare toevoeropening in/op het venster plaatsen, maar alleen regelbare toevoeropeningen in de muur plaatsen waarmee het minimaal geëiste ontwerptoevoerdebiet kan worden gehaald
● bij mechanische afvoerventilatie kiezen voor een directe mechanische extractie uit de ruimte zelf, zodat de regelbare toevoeropenin-
gen gedimensioneerd mogen worden voor een drukverschil van 10 Pa
● in de volledige ventilatiezone kiezen voor een systeem met mechanische toevoer. Een belangrijk aandachtspunt hierbij is dat het mengen van ventilatiesystemen niet toegelaten is bij nieuwbouw. Afhankelijk van de bouwaanvraagdatum is het bij renovaties en ingrijpende energetische renovaties wel toegelaten.
Conclusie?
Weinig verschillen binnen
EPB-regelgeving
De keuze voor een ventilatieroosters op het raamprofiel of op de beglazing, heeft dus maar beperkte gevolgen binnen de EPB-regelgeving (bv. de verschillende te rapporteren lengte).
De keuze voor het ene of het andere systeem zal dan ook voornamelijk ingegeven worden door esthetische overwegingen en de voorkeuren van de consument.
Meer weten?
www.vlaanderen.be/epb-pedia
Raamventilatie: negatieve impact op U-waarde, maar mogelijk wel een positief effect op Energieprestatiecertificaat
Bij de keuze van een ventilatiesysteem is het belangrijk om weten dat de aanwezigheid van een regelbare toevoeropening (= ventilatierooster) altijd een negatieve invloed heeft op de U-waarde van het raam. Tegelijk kan de aanwezigheid van ventilatie wel een positief effect hebben op het energieprestatiecertificaat (EPC).
De warmtedoorgangscoëfficiënt of Uw-waarde geeft aan hoezeer een raam geïsoleerd is. Laat het raam veel warmte door, dan ligt de Uwwaarde hoog. Is het raam thermisch goed geïsoleerd, dan heeft het een lage Uw-waarde. De Uw-waarde slaat op de isolatiewaarde van het volledige venster, vóór het ingebouwd is (het naakte venster).
M-FACTOR
SYSTEEM ZELFREGELENDE RTO GOEDE KANAALLUCHTDICHTHEID GOEDE AFSTELLING M-FACTOR
A x x 1,5 > 1,26 C x
x 1,5 > 1,017
De afmetingen die gebruikt worden voor de bepaling van de Uw-waarde verschillen dus van de afmetingen voor de bepaling van de oppervlakte van het venster als verliesoppervlak. De verliesoppervlakte van het ingebouwde venster stemt immers overeen met de afmetingen van de dagopening.
De Uw-waarde wordt bepaald aan de hand van een tiental parameters, waaronder de oppervlakte van de
ventilatieroosters en de Ur-waarde, de U-waarde van het ventilatierooster. Deze wordt uitgedrukt in Watt per vierkante meter per Kelvin (W/m²K).
Op die manier zorgt de aanwezigheid van raamventilatie dus voor een lagere Uw-waarde.
Impact of m-factor
De aanwezigheid van raamventilatie mag dan wel een negatief effect hebben op de Uw-waarde, toch zorgt een ventilatiesysteem wel degelijk voor een beter E-peil.
Een van de parameters die meegenomen wordt in die E-peil berekening is namelijk de m-factor of vermenigvuldigingsfactor. Dat is een waarde voor de uitvoeringskwaliteit van het gebouw. Een lagere m-factor zorgt ook voor een lager E-peil
Wanneer er en geen meting is uitgevoerd om die m-factor aan te tonen of
geen documenten voorgelegd worden om de uitvoeringskwaliteit te verlagen, dan gebruikt de EPB-regelgeving een standaardwaarde 1,5.
Er bestaat echter een manier om een lagere m-factor te krijgen. Door aan te tonen dat de werkelijke uitvoeringskwaliteit beter is, zal deze factor dalen.
Hoeveel deze zal dalen hangt af van een aantal parameters en het gekozen ventilatiesysteem. De volgende tabel geeft weer tussen welke waarden de m-factor kan variëren (van ‘ontstentenis’ tot ‘theoretische perfect’)
Op die manier kan de aanwezigheid van raamventilatie dus zorgen voor een lager E-peil.
PARAMETERS DIE GEBRUIKT WORDEN OM DE UW-WAARDE TE BEREKENEN
de zichtbare oppervlakte van de beglazing de oppervlakte van de samenstellende raamprofielen de oppervlakte van de opake vulpanelen de oppervlakte van de ventilatieroosters
U-waarde van de beglazing
U-waarde van het raamprofiel
U-waarde van het opake vulpaneel
U-waarde van het ventilatierooster
Ψ-waarde van de beglazing
Ψ-waarde van de gecombineerde effecten van vulpaneel, randverbinding en raamprofiel
KNELSEN/JMB: kennis, tools en expertise bij het plaatsen en verankeren van ramen
In de moderne bouw is het plaatsen van ramen behoorlijk complex geworden. In snelbouwstenen krijg je amper nog een schroef vastgedraaid, de spouwen worden steeds breder en de ramen worden steeds vaker voor de gevel geplaatst op plekken waar geen directe ondersteuning beschikbaar is. Geen eenvoudige taak voor de plaatsers! Voor hen is er KNELSEN/ JMB, een Vlaams bedrijf dat expertise en ondersteuning biedt bij alles wat te maken heeft met het plaatsen van ramen.
Aan het hoofd van het bedrijf staat Joris Beeckman. Hij ontwierp in de jaren ’90 al een revolutionair indraaianker en kwam nadien in contact met de mensen van Knelsen, een Duits bedrijf dat zich volledig gespecialiseerd heeft in het produceren van universele muurankers en andere toebehoren om ramen mechanisch te verankeren in de muur. Hij is sinds enkele jaren de exclusieve verdeler van de Knelsen-producten in de Benelux.
“Vroeger was de situatie duidelijk,” vertelt Joris Beeckman. “Het raam werd in de dagkanten geplaatst of rustte op de venstertablet. De raamankers dienden dan enkel om het raam op zijn plaats te houden en de windkrachten op te vangen. Tegenwoordig zien we steeds vaker dat het raam 10 à 15 centimeter buiten de gevel geplaatst wordt. Ik noem dat ook wel een ‘zwevende’ of ‘uitkragende’ plaatsing. De ankers moeten in dat ge-
val niet alleen de windbelasting kunnen weerstaan, maar ook het volledige gewicht van het raam kunnen dragen. En dat niet alleen wanneer het raam dicht is, maar ook wanneer de vleugel openzwaait. Bij de grote raampartijen van de dag van vandaag gaat dat uiteraard om een enorme belasting die al snel honderden kilo’s bedraagt!
Wij leren daarom aan onze klanten op welke punten die belasting uitgeoefend wordt. Daarmee moeten ze dus rekening houden bij de keuze en plaatsing van de muurankers. We leren hen hoe ze die krachten kunnen berekenen en op basis van de uitkomst van
die berekening de juiste muurankers kunnen kiezen. Op de plaatsen waar geen dragend muuranker moet komen, moeten de ankers enkel de windbelasting kunnen weerstaan en kunnen dus lichtere modellen gebruikt worden.
Die berekeningen zijn trouwens behoorlijk makkelijk, we gebruiken een eenvoudige formule, die gebruik maakt van de hoogte en breedte en het gewicht van het raam. Je hoeft dus geen schriftgeleerde te zijn om die berekening te kunnen maken.”
Voor het plaatsen van de ramen, biedt KNELSEN/JMB een ruim assortiment
ankers en andere toebehoren voor de plaatsing aan, geschikt voor alle soorten ondergronden, soorten ramen (aluminium, pvc en hout) en voor verschillende plaatsingswijzen. De uitgebreide catalogus van ankers en bevestigingsoplossingen kan gratis gedownload worden via de website van KNELSEN/JMB.
Kenniscentrum voor plaatsen van ramen
Maar Joris Beeckman wil met zijn bedrijf veel meer zijn dan enkel een verdeler van raamankers. JORIS BEECKMAN: “Nu zien we nog al te vaak dat plaatsers van ramen hun ankers kiezen
zonder dat daar echt een visie achter zit. Ze doen het zoals ze het altijd gedaan hebben, maar de krachten die inwerken op het raam, of de krachten die de ankers kunnen weerstaan, die kennen ze vaak niet. Daar willen we graag verandering in brengen. Daarom verzorgen we ook opleidingen voor plaatsers. En daarnaast worden we ook heel vaak gevraagd voor technisch advies.
Wanneer een plaatser op een probleem stuit, bijvoorbeeld een opening boven of onder een raam die moet opgevuld worden, dan zien we vaak dat de plaatsers heel veel tijd verliezen met het bedenken van oplossingen die vaak niet eens werken, of niet voldoen aan de huidige luchtdichtheids- en/of isolatienormen. Vaak worden wij er pas bij geroepen wanneer er al veel tijd verloren is, of erger nog, wanneer een raam al helemaal foutief geplaatst is. Samen met onze Duitse partners beschikken wij echter over en ton aan technische informatie en kunnen wij bij dergelijke moeilijkheden vaak heel snel een doeltreffende en goedkopere oplossing aanreiken. Via Knelsen Duitsland kunnen we bijvoorbeeld ook muurankers op maat laten maken voor specifieke projecten, tegen een prijs die nauwelijks hoger ligt dan hun standaardproducten.
Omdat de technische kennis over het verankeren van ramen vaak nog heel beperkt is in België, zou ik in de toekomst nog meer opleidingen willen geven over dit onderwerp. Nu doen we
dat al regelmatig, maar het is uiteraard niet efficiënt om aan elke plaatser apart een opleiding te geven. Veel interessanter zou zijn wanneer bijvoorbeeld een fabrikant van ramen al zijn klanten/plaatsers bijeenbrengt en we dan een opleiding aan 20 of 30 plaatsers tegelijk kunnen aanbieden. Graag maak ik dus van deze gelegenheid gebruik om een oproep te lanceren naar de raamfabrikanten. Contacteer ons gerust voor informatie over dergelijke opleidingen, want als fabrikant wil je uiteraard dat je ramen ook volgens de geldende normen geplaats worden, en daarover ontbreekt de kennis nog al te vaak. Ook met architecten zou ik trouwens graag meer gesprekken voeren over deze materie, want ik heb het gevoel dat dit voor hen ook vaak onbekend terrein is.”
Ontbrekende schakel
“De eindklant is dikwijls enkel bezig met het esthetische aspect van ramen. De fabrikant kijkt enkel naar het raam zelf en de plaatser is vooral bezig met de vraag of het raam goed gecaleerd is en mooi uitgelijnd is. Maar de vraag of het raam alle krachten en spanningen kan weerstaan, daar houdt niemand zich mee bezig. Wel dat is waar wij een belangrijke rol kunnen spelen en een duidelijke meerwaarde kunnen bieden, zowel met onze bevestigingsoplossingen als met onze kennis en expertise.”
Meer weten?
www.knelsen-jmb.be
Solid opent de deur naar een duurzame toekomst
We kunnen en willen er niet meer omheen. Duurzaamheid en circulair bouwen domineren onze maatschappij, en bijgevolg ook de bouwsector. Bij Solid Binnendeuren verstaan wij maar al te goed het belang om hierin mee te groeien.
De laatste jaren is duurzaamheid een hot topic bij onze klanten. Als deurspecialist willen wij hen ontzorgen op alle vlakken, en logischerwijze hoort een duurzamere aanpak hier ook bij. Daarom schakelen wij een versnelling hoger en streven we ernaar dat al onze houten binnendeuren gemaakt zijn met FSC® en/of PEFC gecertificeerd hout. We zijn goed op weg, maar ons einddoel is de certificering van ons volledige aanbod.
De aankomende European Union
Deforestation Regulation (EUDR) zal bedrijven verplichten om aan te tonen dat hun producten niet bijdragen aan ontbossing. Door FSC® en/of PEFC gecertificeerd hout te gebruiken, voldoet Solid aan deze strenge eisen en dragen we ons steentje bij aan de verduurzaming van onze sector.
In de toekomst zal er dus geen twijfel mogelijk zijn: Solid houten binnendeuren zullen 100% FSC® en/of PEFC approved zijn, en zo een onmisbare
schakel worden in het duurzame huis van de toekomst.
FSC® en PEFC leiden de weg
Maar FSC® en PEFC, what’s in a name? FSC® staat voor “Forest Stewardship Council” en PEFC voor “Programme for the Endorsement of Forest Certification”. Dit betekent dat alle houtproducten met een FSC® en/of PEFC-certificaat, vervaardigd zijn met hout afkomstig uit een duurzaam bosbeheer dat strikte ecologische, economische en sociale regels hanteert.
Concreet engageren FSC® en PEFC zich voor het milieu (bescherming van bossen en biodiversiteit), promoten ze een sociale verantwoordelijkheid (eerlijke arbeidsomstandigheden en respect voor inheemse rechten), garanderen ze kwaliteit (hoogwaardig, duurzaam hout) en bieden ze transparantie en zekerheid voor milieubewuste klanten. Kortom, koop je als consument een houten binnendeur met FSC® en/of PEFC-label van Solid,
dan ben je zeker dat jouw deur gemaakt is uit duurzaam hout.
25 jaar Solid
Het is duidelijk, 2025 zal het jaar van FSC® en PEFC worden, maar er is ook een andere mijlpaal die we in de kijker willen zetten. Volgend jaar vieren we namelijk 25 jaar Solid, de ideale gelegenheid om stil te staan bij de groei die we in een kwart eeuw gerealiseerd hebben en om een blik op de toekomst te werpen. De volgende 25 jaar blijven we investeren in een continue optimalisatie van onze binnendeuren, service en expertise. Want als deurenspecialist wil Solid binnendeuren blijven inspelen op de steeds veranderende noden en evoluties van de deurenwereld. Elke dag opnieuw.
Meer weten?
www.solidintl.com
Pathoekeweg
Laureaten van Vlaamse Houtproef gehuldigd in Sint-Niklaas
Arwen Debecker van Atheneum campus Louis Zimmer in Lier (TSO), Kelvin Adjetey van SBSO Zonnegroen in Zoutleeuw (BUSO) en Sjors Branten van de Talentenschool Turnhout (BSO) werden op vrijdag 7 juni vrijdag uitgeroepen tot winnaars van de Vlaamse Houtproef, de grootste schrijnwerkerswedstrijd van ons land!
Aan de wedstrijd, die op donderdag 18 april plaatsvond, namen 700 leerlingen uit 47 scholen uit heel Vlaanderen deel. De leerlingen uit de richting hout of schrijnwerkerij in de tweede en derde graad van het middelbaar onderwijs (BuSO / BSO / TSO) kregen één dag tijd om een werkstuk te maken dat ze vooraf niet kenden. Dit jaar was dat een onregelmatig houten tafeltje. Het stuk was zo ontworpen dat de leerlingen verschillende houtbewerkingstechnieken moesten toepassen (zowel manueel als machinaal) en met verschillende houtsoorten moeten werken.
Een vakjury van ervaren schrijnwerkers evalueerde vervolgens de werkstukken en riep per provincie een winnaar uit. Die winnaars stootten ook door naar het tweede luik van de wedstrijd, waar per studierichting (BUSO/BSO/TSO) een winnaar voor heel Vlaanderen aangewezen werd.
Alle finalisten verzamelden op vrijdag 7 juni in de gebouwen van Embuild, in Sint-Niklaas, waar ze eerst toegesproken werden door Willy Simoens, voorzitter van Embuild
Vlaamse Schrijnwerkers, en Veerle Desutter, beleidsverantwoordelijke Onderwijs & Arbeidsmarkt bij Embuild Vlaanderen. Daarna was het tijd voor het echte werk, het afroepen van de winnaars. Het was nagelbijten tot het einde, voor zowel de deelnemers, hun familie als de aanwezige leerkrachten, maar aan het eind
zagen we alleen maar tevreden gezichten.
Op naar een 23e editie van de wedstrijd in 2025!
www.houtproef.be Meer weten?
Vlaams onderwijsaanbod te weinig afgestemd op arbeidsmarkt
Steeds meer scholen bieden sport, kunst en creatie en kantooradministratie aan in de tweede en derde graad van het technisch en het ¬beroepssecundair onderwijs, terwijl het aantal bouwopleidingen terugloopt. Dat blijkt uit de aanvragen die bij Vlaams minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) binnenkomen en waarover de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen (SERV) begin dit jaar een advies geformuleerd heeft.
Vooral voor sportrichtingen stelt de SERV, een adviesen overlegorgaan van de werknemers- en werkgeversorganisaties, ‘opvallend veel aanvragen’ vast. Deze aanvragen komen hoofdzakelijk van scholen die zulke opleidingen tot nog toe niet aanboden of die hun aanbod voor het eerst uitbreiden naar TSO en/of BSO. Waar vorig jaar maar één op de twintig aanvragen over sportopleidingen ging, is dat nu één op de vijf.
De SERV spreekt over een ‘overaanbod’ aan sportrichtingen, omdat op de arbeidsmarkt te weinig vraag is naar dergelijke profielen. ‘Met de krapte op de arbeidsmarkt vallen de kansen op een job vandaag nog mee, maar dat kan wijzigen met veel extra instroom’, klinkt het bij de SERV. ‘Zo wordt een mismatch gecreëerd tussen het onderwijsaanbod en de werkvloer.’
Minder bouwrichtingen
Tegelijk ziet de SERV met lede ogen aan hoe het aantal opleidingen tot profielen in de bouwsector, de houtbewerking en de elektriciteit tekortschiet. Voor meubelmakers is er zelfs zo goed als geen onderwijsaanbod meer in Vlaanderen. Terwijl de nood aan goed opgeleide vakmensen in alle Vlaamse provincies heel hoog is.
Bovendien is het beroep van schrijnwerker al sinds jaar en dag een knelpuntberoep (zie verder). Leerlingen die voor zo’n opleiding kiezen, hebben dus de zekerheid dat ze meteen een job zullen kunnen vinden in eigen streek.
De oorzaak? Vrije programmatie
De SERV maakt zich ook zorgen over de mismatch tussen het onderwijsaanbod en de vraag van de arbeidsmarkt. Dat komt door de zogenaamde ‘vrije programmatie’. De scholen kunnen vrij kiezen welke richtingen ze organiseren, zonder overleg of insprak van de sociale partners.
De scholen kregen deze vrije keuze met de bedoeling om de planlast te verminderen, maar dit veroorzaakt nu wel frustratie bij de SERV. Vooral het feit dat opleidingen geschrapt worden zonder dat de werkgevers op de hoogte worden gesteld, wordt als een pijnpunt ervaren.
Vrije keuze of realistische jobkansen?
Op de achtergrond speelt een dieper liggende discussie: in welke mate moet het onderwijs jongeren voorbereiden op een job? Voorstanders van een vraaggedreven aanbod wijzen erop dat leerlingen die voor opleidingen kiezen waar naar amper vraag is later sowieso in een andere branche terechtkomen.
Tegenstanders benadrukken de algemeen vormende rol van onderwijs. In hun visie moeten jongeren een opleiding kunnen kiezen die ook aansluit bij hun passies. Daarnaast zijn de noden van de arbeidsmarkt onderhevig aan veranderingen en kan het onderwijs daar niet constant in volgen, klinkt het.
www.serv.be Meer weten?
Gyrex biedt prefab oplossingen voor complexe afwerkingsdetails en gebogen vormen
Binnenwanden met afgeronde hoeken, organisch golvende interieurelementen, decoratieve zuilen afgeronde lichtkoven, … Onze (interieur-) architecten zijn gek op gebogen vormen. Maar als interieurbouwer zijn het vaak die elementen die voor de meeste hoofdbrekers zorgen. Ze zijn tijdrovend, de kleinste fout kan ervoor zorgen dat je weer helemaal opnieuw moet beginnen en vaak is het niet makkelijk om vooraf een juiste prijsinschatting te maken. Voor die moeilijke gevallen kunnen de producten van het Belgische Gyrex een oplossing bieden.
De man achter Gyrex is ondernemer Kristof Monsieurs uit Brecht. Door zijn achtergrond als interieurarchitect weet hij al te goed op welke problemen de interieurbouwers en afwerkers vaak stoten. “Ik weet hoe uitdagend ronde vormen kunnen zijn in gipskartonwanden en maatwerkmeubilair. En daardoor ben ik op het idee gekomen om hiervoor oplossingen te bedenken, zowel voor standaardtoepassingen als voor maatwerk.”
Inspiratie bij historische
sierlijsten
“In het verleden werden sierlijsten met gebogen vormen vaak gemaakt met gips waarin paardenhaar was verwerkt. Dat heeft me aan het denken gezet en zo ben ik op het idee gekomen om gips te verwerken met glasvezelmatten. Die combinatie bleek perfect aan onze eisen te voldoen.
Ons ‘Glass Reinforced Gypsum’ (GRG) heeft verschillende troeven ten opzichte van de alternatieven. De belang rijkste troef is uiteraard de snelheid. Wanneer je in een maatwerkinterieur complexe details moet maken, die nadien afgewerkt zullen worden met gipskarton, dan kruipt daar enorm veel tijd in.
Neem nu het voorbeeld van afgeronde hoeken in gipskarton. Als je zo’n hoek wil maken, dan moet je om de vijf cm metal stud profielen plaatsen, de eerste gipskartonplaat inzagen, buigen en vastzetten, gevolgd door een tweede plaat,… vervolgens de jointfiller uitsmeren en hopen dat er in tussentijd niets met de platen gebeurt, want de spanningen op zo’n plaat zijn uiteraard gigantisch.
Wel, voor dat soort toepassingen hebben wij nu kant-en-klare afgeronde hoekprofielen, die verkrijgbaar zijn in verschillende radiussen. Je kan die gewoon kopen via een vestiging van Baustoff + Metall en meteen plaatsen. Vervolgens laat je de gispkartonwanden erop aansluiten en je werkt het geheel af zoals je met een traditionele gipskartonwand zou doen. De tijdswinst die je daarmee boekt is enorm!
Aangezien onze elementen uit één stuk gegoten zijn en dus niet gebogen worden, zijn ze ook volledig spanningsvrij, waardoor ze niet dreigen te barsten of scheuren. GRG heeft bovendien een densiteit die vergelijkbaar is met tropisch hardhout. In tegenstelling tot gipskarton hoef je dus geen schrik te hebben voor beschadigingen wanneer
DE STANDAARDELEMENTEN IN GRG VAN GYREX:
● U-PROFIELEN
Om bijvoorbeeld blokdeuren of glazen wanden vast te zetten.
● GELIJKLIGGENDE PLINTEN
Enorme stootvastheid, in combinatie met een strakke afwerking
● GEBOGEN HOEKEN
Verkrijgbaar in radiussen van 50 mm tot 500 mm
● STOOTVASTE HOEKPROFIELEN
Koven voor indirecte verlichting
iemand er tegen botst. In Nederlandse ziekenhuizen worden deze afgeronde hoeken bijvoorbeeld heel vaak gebruikt, in de wetenschap dat er regelmatig ziekenhuisbedden tegenaan zullen botsen. Maar onze GRG-producten kunnen dat perfect weerstaan.
“Alle producten die we bij Gyrex maken, zijn bovendien bewust ontworpen met rechte uiteinden, zodat ze steeds perfect aansluiten op gipskartonplaten en metal stud profielen. Dat betekent voor de plaatser een enorm gebruiksgemak. Hij kan gewoon het prefab ele-
REALISATIE
INTERIEUR VAN JUWELIERSZAAK
Het interieur van deze juwelierszaak werd gemaakt door schrijnwerker Gyma uit Brecht. Voor de vele afgeronde onderdelen kozen ze voor de prefabelementen van Gyrex.
De architect voorzag voor deze ruimte verschillende inbouwnissen, die door Gyrex werden gemaakt en die perfect aansloten op de gipskartonafwerking. Ook waren in het interieur verschillende gebogen hoeken verwerkt, net als enkele ongebruikelijke S-vormen.
Om enkele juwelen prominent in de kijker te plaatsen, had de architect cilindrische kokers voorzien, waarvan het onderste en bovenste deel uit de vloer rees, waarin een lichtspot ingebouwd zat die neerdaalde uit het plafond.
ment plaatsen en gewoon verder werken met de gipskartonplaten, metal studs, schroeven, joint fillers en joint finishers van zijn keuze. Onze elementen zijn altijd compatibel met de gekende merken en je kan ze steeds naadloos integreren in traditionele gipskarton- en pleisterwerken,” aldus Kristof Monsieurs.
Prefab maatwerk
Voor interieurbouwers voorziet Gyrex ook maatwerkoplossingen. Je kan als schrijnwerker of interieurbouwer een rond of een complex onderdeel van
een interieur prefab laten maken door Gyrex. Dat wordt na een zestal weken dan geleverd en het kan net als de standaardoplossingen van Gyrex naadloos verwerkt worden in het interieur.
Kristof Monsieurs: “Heel vaak zien we dat schrijnwerkers voor complexe interieurelementen eerst een kader of mal in MDF bouwen en dat dan afwerken met gipskarton. Dat heeft bepaalde nadelen, zo kan MDF gaan opzwellen onder invloed van vocht, waardoor de afwerking ook beschadigd kan raken. Wanneer de schrijnwerker ons contacteert, dan kunnen wij die interieurelementen prefab maken. We gebruiken daarvoor de ontwerptekeningen van de architect en maken alles helemaal zoals de architect het voorzien heeft.”
Hoewel het aanvankelijk wat meer kan kosten, levert het uiteindelijk altijd een besparing op. Niet alleen weet je immers exact wat je gaat betalen, maar het resultaat is ook altijd helemaal zoals gewenst, zonder kans op scheuren of afwerkingsfouten. Een ander voordeel van het feit dat de interieurelementen in één stuk geleverd worden, is dat iedereen ze kan plaatsen. En de afwerking zal altijd naadloos en perfect zijn. Nu zien we vaak dat interieurbedrijven de complexe details overlaten aan hun beste vakmensen. Maar die kunnen uiteraard slechts op één werf tegelijk zijn. Met prefab stukken in GRG omzeil je dat probleem.
Met Gyrex kunnen we de schrijnwerkers en interieurbouwers dus helpen met allerlei gebogen wanden en complexe interieurelementen, maar ook met maatwerkmeubilair met ronde vormen, waarvoor ze anders bijvoorbeeld naar Solid Surface zouden grijpen. Onze oplossing is bovendien een stukje goedkoper dan Solid Surface en biedt dezelfde vrijheid op het vlak van creativiteit en ongewone vormen.”
De producten van Gyrex worden exclusief verdeeld via Baustoff+Metall.
Meer weten?
www.gyrex.be
www.baustoff-metall.be
Nieuwe regels rond afvalinzameling: wat is de impact op de bouw?
Op 1 juli 2024 treden in Vlaanderen nieuwe regels rond gescheiden inzameling van bedrijfsafval in werking. Wat is de impact hiervan op onze bouwbedrijven?
ind 2023 keurde de Vlaamse
ERegering VLAREMA 9 goed, de laatste versie van het Vlaams
Reglement betreffende het duurzaam beheer van Materiaalkringlopen en Afvalstoffen. Voor de aannemers is dit een heel belangrijke regelgeving. VLAREMA 9 bevat immers alle regels en voorschriften in verband met het sorteren en ophalen van bedrijfsafval.
De VLAREMA-regels vertrekken vanuit het idee dat de verschillende soorten afval die ontstaan tijdens het bouw- en sloopproces gescheiden moeten ingezameld worden. Dit is namelijk de beste manier om de grondstoffen nadien te kunnen recycleren.
Een zuivere afvalstroom bestaat uit één type afvalstof, vb. puin, gescheiden aan de bron. Materialen die herge-
bruikt zullen worden, moeten waar mogelijk apart blijven van afval. Het is immers veel moeilijker om deze materialen later uit het afval te sorteren.
Welke
afvalstoffen moet je verplicht sorteren?
VLAREMA 9 somt in artikel 4.3.2 een lijst van bedrijfsafvalstoffen op die je als aannemer apart moet houden voor ophaling of inzameling (zie ook onderstaande afbeelding). Deze afvalstoffen moeten gescheiden worden aan de bron. Je zal dus op de werf verschillende containers, big bags of bakken moeten voorzien waarin je deze materialen verzamelt.
De afvalinzamelaars zijn bovendien onder VLAREMA 9 verplicht om de ‘afvalstoffenproducenten’ individueel en aantoonbaar te informeren over de afvalstoffen die gesorteerd en selectief ingezameld moeten worden.
Tabel: SORTEERPLICHT BOUW- EN SLOOPAFVAL
Nu reeds verplicht te sorteren
Glasafval
Inert puin, bestaande uit betonpuin, metselwerkpuin of mengpuin
Asbestcementhoudende afvalstoffen en asbestverdachte materialen
Houtafval
Metaalafval
Recycleerbare harde kunststoffen
Sorteren verplicht vanaf 1 juli 2024
Niet-teerhoudend asfaltpuin
Wat hoort zeker niet bij het bouw- en sloopafval?
Volgende afvalstoffen moeten steeds gescheiden van het bouw- en sloopafval gehouden worden. Uiteraard zijn dit maar enkele voorbeelden en is dit geen volledige lijst.
● Verpakkingen van bouwmaterialen;
● Resten van siliconen;
● Verfblikken, verfborstels, verfresten;
● Groenafval (vb van groendaken)
● Losse elementen die voorafgaand aan de eigenlijke sloop moeten verwijderd worden zoals meubels, tapijten …
● Selectief in te zamelen afvalstromen die geen deel uitmaken van de constructie (bv. pmd, etensresten, enz.)
● Restafval dat geen deel uitmaakt van de constructie (bv. vuile zakdoeken, vervuilde verpakkingen, enz.).
Funderingsmaterialen die niet conform de bepalingen van het eenheidsreglement gerecycleerde granulaten kunnen verwerkt worden
Verontreinigde fracties bouw- en sloopafval die achteraf niet kunnen uitgesorteerd worden bij een verwerker, waarna zij voldoen aan de acceptatiecriteria van de vergunde verwerker
Cellenbeton
Gipskartonplaten en gipsblokken
Sorteren verplicht vanaf 1 januari 2027
Glaswol
Rotswol
Bitumineus
Recycleerbare harde kunststoffen
BOUW- EN SLOOPAFVAL:
BOUW- EN SLOOPAFVAL BESTAAT
UIT (DEFINITIE VLAREMA):
● afvalstoffen die geproduceerd worden door bouwwerkzaamheden en afkomstig zijn van de aangewende bouwmaterialen exclusief hun verpakkingen;
● of afvalstoffen die geproduceerd worden door sloop-, renovatie- en ontmantelingswerkzaamheden nadat alle losse elementen die geen deel uitmaken van de constructie, verwijderd zijn.
WAT IS GEEN BOUWEN SLOOPAFVAL?
● Verpakkingen van bouwmaterialen;
van de constructie (bv. pmd, etensresten, enz.)
● Restafval dat geen deel uitmaakt van de constructie (bv. vuile zakdoeken, vervuilde verpakkingen, enz.) Verpakkingen van bouwmaterialen.
●
WAARUIT BESTAAT BOUWEN SLOOPAFVAL?
Verschillende materialen kunnen de stempel van bouw- en sloopafval krijgen. Steenachtig materiaal is de grootste groep en omvat metselwerkpuin, betonpuin, mengpuin en asfaltpuin. Dit noemen we ook ‘de puinfractie’. 90% van alle bouw- en sloopafval is steenachtig.
Opgelet met gevaarlijk afval
Gevaarlijke afvalstoffen vormen een bijzondere categorie binnen de VLAREMA 9-regels. Gevaarlijke afvalstoffen moet je namelijk zo veel mogelijk trachten te weren uit de materiaalkringloop. Ze moeten daarom steeds afzonderlijk ingezameld worden en mogen nooit bij het gemengd afval! De afvalinzamelaars mogen onder VLAREMA 9 je afval zelfs niet meenemen wanneer er gevaarlijk afval tussen het gemengd afval zit!
Voor volgende afvalstoffen geldt een ‘nultolerantie met weigeringsplicht’ wanneer deze niet gescheiden ingezameld worden aan de bron:
● Klein gevaarlijk afval zoals resten van siliconen, verfblikken en -borstels, verf- en lijmresten, afbijtmiddelen, afvalolie …
● Gevaarlijke afvalstoffen, zoals batterijen
● Asbestcementhoudende afvalstoffen
● AEEA (afgedankte elektrische en elektronische apparatuur).
Wat met gemengd bouwen sloopafval?
Wanneer het niet mogelijk is om alle afvalfracties van elkaar te scheiden, bestaat er wel nog steeds de mogelijkheid om het afval aan te bieden als gemengd bouw- en sloopafval. Hiervoor
● Resten van siliconen;
● Verfblikken, verfborstels, verfresten … ;
● Groenafval (vb van groendaken)
● Losse elementen die voorafgaand aan de eigenlijke sloop moeten verwijderd worden zoals meubels, tapijten …
● Selectief in te zamelen afvalstromen die geen deel uitmaken
gelden wel enkele regels. Zo moet het gaan om:
● droge, niet-gevaarlijke afvalfracties die niet gescheiden vrijkomen
● fracties bouw- en sloopafval die niet gescheiden moeten ingezameld worden volgens (artikel 4.3.2)
● VLAREMA 9 voorziet ook enkele uitzonderingen op de algemene regels. Deze uitzonderingen zijn enkel mogelijk wanneer het gaat om droge, niet gevaarlijke afvalfracties van een actieve werf én wanneer aan een van volgende voorwaarden voldaan is:
• De aaneengesloten beschikbare ruimte voor het plaatsen en beladen van inzamelrecipiënten is maximaal 40 m²
• De totale hoeveelheid gemengd bouw- en sloopafval is kleiner dan 40 m³
• Wanneer de veiligheidscoördinator oordeelt dat de respec-
Niet-steenachtig materiaal is de tweede groep. Dit is een heel diverse groep van materialen zoals bijvoorbeeld hout, metaal, vlakglas, kunststofminerale isolatie, gipsblokken en gipskartonplaten, dakbitumen en cellenbeton.
Daarnaast zijn er ook gevaarlijke afvalstoffen zoals bijvoorbeeld asbest, teerhoudende dakbitumen,… die de OVAM uit de materiaalkringloop wil houden.
tievelijke fracties onmogelijk gescheiden kunnen worden omwille van veiligheid, stabiliteit of technische uitvoeringsbeperkingen of gevaar voor de werknemers.
Sowieso moet dit gemengd bouw- en sloopafval nadien uitgesorteerd worden door een afvalinzamelaar.
Visuele
controle bij ophalen, tweede controle bij afvalinzamelaar
De afvalinzamelaars moeten bij het ophalen een visuele inspectie uitvoeren van de container voor gemengd bouw- en sloopafval. Ze moeten hierbij controleren of de container geenafvalstoffen bevat die gescheiden moeten worden aangeboden.
Wanneer bij die visuele controle afvalstoffen worden opgemerkt
waarvoor een nultolerantie geldt (asbestafval, klein gevaarlijk afval, elektronische apparatuur of gevaarlijke stoffen), dan moet de container geweigerd worden en zal de afvalinzamelaar de aannemer vragen om het niet toegelaten afval uit de container te verwijderen. Ook zal deze inbreuk genoteerd worden in het non-conformiteitenregister.
Bevat de container fracties waarvoor geen nultolerantie geldt, zoals inboedelafval of verpakkingsafval, dan zal hiervoor wel een non-conformiteit opgesteld worden, maar kan de afvalinzamelaar er zelf voor kiezen of hij de container al dan niet aanvaardt. Indien de afvalinzamelaar de container aanvaardt, is hij verplicht om die nadien uit te sorteren.
Wanneer de afvalinzamelaar een container gemengd bouw- en sloopafval aanvaardt, moet de inhoud ervan op de site van de vergunde verwerker uitgekipt worden en een tweede keer visueel geïnspecteerd
ENKELE TIPS VOOR GESCHEIDEN INZAMELING AAN DE BRON:
● Denk na over andere verzamelrecipiënten dan de afvalcontainer van 10 m2. Je kan ook afval gescheiden houden in kleinere recipiënten, zoals bijvoorbeeld bigbags of oude metselkuipen. Contacteer je inzamelaar om gecombineerde vrachten te organiseren. Zo kan je bijvoorbeeld afspreken om bovenop een container puin bigbags te leggen met rotswol-afval.
● Overschotten van bouwmaterialen kunnen eventueel op een andere werf gebruikt worden.
● Sommige materialenproducenten nemen snijresten terug om opnieuw te gebruiken in de productie van nieuwe bouwmaterialen. Bouwhandelaren voorzien vaak specifieke inzamelrecipiënten (bv bigbags) om de snijresten in te zamelen.
● Er zijn verschillende systemen om bepaalde materialen terug te nemen, denk aan Cleansite voor plastic verpakkingsmateriaal en Gobag voor uitgebroken schrijnwerk.
● Hergebruik!
worden. Wanneer bij deze tweede controle non-conformiteiten worden vastgesteld, dan zullen die eveneens worden genoteerd in het non-conformiteitenregister. Aan de hand van dit register kunnen handhavers gerichte controles uitvoeren bij bedrijven die
niet goed sorteren. Bij herhaalde overtredingen kan dit aankleding geven tot boetes of milieu-inbreuken.
Bron: OVAM
Elk raam draagt een stukje bij aan een duurzame planeet
Wij vertellen u graag alles over de duurzame ramen van Deceuninck op elkraamtelt.be
Habo Group:
“We hebben nooit met een andere leverancier gewerkt dan Limoco.”
Volgend jaar zal het 50 jaar geleden zijn dat LIMOCO opgericht werd. De bedrijfsnaam staat voor ‘Limburgse Montage en Constructie’. Het was met het aan boord halen in 1995 van de bijzondere expertise van Jan Stinkens in afzuiginstallaties voor schrijnwerkerijen en houtbewerkingsbedrijven dat Limoco zich ook echt ging specialiseren in deze toepassingen. Ondertussen is Limoco een familiebedrijf, nog steeds gevestigd in Oudsbergen en volledig in handen en gerund door de familie Stinkens. Vele van hun klanten hebben meegeschreven aan de historiek van het bedrijf. Voor velen was Limoco steeds een vaste waarde, ook in woelige tijden, zoals er de afgelopen jaren wel een aantal periodes geweest zijn. Neem bijvoorbeeld de corona pandemie.
Tekst: Ann Kempeneers / Foto’s: Limoco
Bij HABO zagen ze in die periode een 'ongewone' curve in de verkoop van parketvloer. Habo Group heeft groothandels in België en in Nederland: HolzBois is de Belgische vestiging in Genk en Albers Parket is de groothandel voor Nederland, gevestigd in Weert. Op beide plaatsen wordt ook geproduceerd. 60 % van hetgeen verkocht wordt, is eigen productie en de afnemers zijn enkel professionele parketplaatsers.
Nieuwe installatie
Bedrijfsleider Stefaan Luykx vertelt over de samenwerking met Limoco en over een belangrijke investering in de stofafzuiging die eind 2020, in volle coronacrisis, in de vestiging in Weert gebeurde.
“Bij het begin van de pandemie hebben we eerst een serieuze dip in de verkoop gezien. Alles viel plots stil.
Onze klanten zijn professionele parketplaatsers en aangezien zij het werk moesten stilleggen, stond onze verkoop ook on hold. Maar nadien is die achterstand snel ingehaald en zette die tendens zich verder. Mensen investeerden meer in hun huis en dus ook in de renovatie van hun vloer. Dat merkten we zeker en vast.
De investering die we in de stofafzuiging in Weert gedaan hebben, was eigenlijk een vervolg op hetgeen al enkele jaren geleden gebeurde. Toen hadden we één nieuwe filterinstallatie gezet. In 2020 hebben we een andere installatie volledig vervangen omdat ze versleten was. Het ging om een nieuwe filter van 44.000 m³/u en nieuwe leidingen. Alles is voorzien van pneumatische kleppen om zo efficiënt mogelijk met het energieverbruik om te springen. Op de installatie zijn nu een tiental machines aangesloten en er is reservecapaciteit voorzien.
In totaal hebben wij nu vier cycloonfilters van Limoco, twee in onze vestiging in Weert en twee in Genk. Ik denk dat wij met ons bedrijf één van de eerste klanten waren van Limoco. We hebben nooit met een andere leverancier gewerkt. Meer nog, we vragen zelfs nooit een offerte bij een ander bedrijf. We weten dat we altijd op Limoco kunnen rekenen, dat ze altijd correct zijn als zakenpartner en dat maakt dat wij een tevreden klant zijn.
Jan is nog steeds onze contactpersoon; in zoveel jaren bouw je meer dan een puur zakelijke relatie op. Maar ook de techniekers blijven dezelfde. Je merkt aan alles dat het bedrijf géén 'duiventil' is, bij manier van spreken. Het laatste project werd in goede banen geleid door Ir. Bart Stienaers.
Stofafzuiging is een zeer belangrijk onderdeel van onze productie. Als ze niet goed of helemaal niet werkt, ligt
alles stil, want zonder afzuiging kan de productie niet draaien. En bij een storing is het belangrijk dat er snel een interventie gebeurt. Bij Limoco zijn ze daar heel erg mee begaan. Zo ook bij de plaatsing van een nieuwe installatie. Alles wordt zo goed mogelijk voorbereid, opdat onze productie zo weinig mogelijk hinder ondervindt. Enkel voor het omschakelen van de oude naar de nieuwe sturing moeten de machines even stilgelegd worden. We passen onze planning daarop aan, zodat we geen productieverlies lijden. Het maken van een goede planning en afspraken is voor ons een hele fijne manier om samen te werken met Limoco,“ besluit Stefaan Luykx.
Leerlingen vallen in de prijzen met creatieve circulaire en duurzame ontwerpen tijdens WOOD SKILLS
Op woensdag 5 juni werden in de gebouwen van Rogiers in Waregem de laureaten van WOOD SKILLS bekendgemaakt, de nieuwe scholenwedstrijd die Embuild WestVlaanderen vorig jaar oprichtte voor de derde graad houtbewerking van het secundair onderwijs. En winnaars aanduiden was dit jaar geen evidente klus, want alle werkstukken waren dit jaar van een enorm hoog niveau!
Vorig jaar stampten Embuild, het Regionaal Technisch Centrum West-Vlaanderen (RTC), Constructiv en Woodwize, het Katholiek Onderwijs Vlaanderen, GO! (Gemeenschapsonderwijs Vlaanderen) en Fedustria de nieuwe wedstrijd, WOOD SKILLS, uit de grond. WOOD SKILLS is een innovatieve scholenwedstrijd, bestaande uit verschillende challenges, waarmee de leerlingen uit de houtscholen kunnen laten zien wat ze in hun mars hebben. WOOD SKILLS is zo opgebouwd dat de wedstrijd naadloos past binnen de leerplannen. Alle challenges worden gekoppeld aan de beroepskwalificaties, zodat de scholen de wedstrijd makkelijk kunnen inpassen in hun
lessenprogramma. Waar de wedstrijd vorig jaar nog maar één challenge telde, konden de scholen nu al deelnemen aan vier verschillende challenges.
Design & Produce
Deze challenge is gericht op functionaliteit en circulariteit voor de studierichting houttechnieken. Hier schoten de leerlingen van Don Bosco Sint-Denijs Westrem de hoofdvogel af met een houten ligstoel, waarin ook bamboestengels verwerkt zaten om de gebruiker te ondersteunen. Het meest opvallende aspect van dit werkstuk was evenwel de zelf bedachte en innovatieve demonteerbare halfhoutverbinding klikverbinding,
waarmee de ribben vastklikken in de zijsteunen van het meubel en zichzelf opspannen.
Think inside the box
Deze challenge focust op het creatief, duurzaam en efficiënt inrichten van een kleine ruimte voor de studierichting binnenschrijnwerk en interieurbouw. De leerlingen van Richtpunt campus Hamme, die de challenge wonnen, ontwierpen een ‘Silent box’, een stille werkruimte waarin de leerlingen zich kunnen afzonderen om ongestoord te werken. Ze maakten de box met plaatmateriaal en metal stud profielen. Samen met de leerlingen van de richting elektriciteit werd ook een verluchtingssysteem in de box
Think Outside the box
De creatie en installatie van duurzaam binnen- en buitenschrijnwerk stond centraal in deze challenge voor de studierichting binnen- en buitenschrijnwerk, naast het maximaal benutten van een kleine ruimte. Het winnend project werd gemaakt door de leerlingen van 't SAAM Diksmuide. Dit project had een sociaal maatschappelijke insteek. Via een architect kregen de leerlingen de opdracht om voor de Vleugels -een ex-
pertise- en ondersteuningscentrum voor mensen met een verstandelijke beperking- een ruimte na te bootsen waar de draaicirkels van alles die op wieltjes staat te simuleren in werkelijkheid.
Level up
‘Verloren’ voorwerpen een nieuwe functionele invulling geven, dat was de opdracht in deze challenge voor de studierichting kwalificatiefase of integratiefase hout (machinaal houtbewerker - medewerker hout). Hier gingen de leerlingen van Campus VIBSO VTI Waregem met de geïnstalleerd en ledverlichting aangebracht.
hoofdprijs aan de haal. Zij bedachten en maakten een originele barkast uit recyclagehout, waarin verschillende elementen verwerkt zaten die hun vakmanschap en machinevaardigheden aantoonden. Een liftdeur, verschillende lades, kleurrijke en gepersonaliseerde items, ze lieten zelfs de metaalbewerking speciale spilscharnieren maken voor hun opbergfronten.
MEER INFO OF DEELNEMEN AAN DE VOLGENDE WOOD SKILLS EDITIE? https://woodskills.vlaanderen/
Tijdloze houten trappen van Houtzagerij en Trappen Demunster
Trappen Demunster specialiseert zich al bijna een kwarteeuw in het maken van houten trappen. Van stam tot afgewerkte trap, Trappen Demunster neemt het volledige proces voor zijn rekening, met dank aan de eigen houtzagerij. “Maar we doen veel meer dan dat. Met onze houtzagerij kunnen we ook andere houthandels bevoorraden”.
“Rond de eeuwwisseling hebben mijn echtgenoot en ik onze trappenmakerij samen opgericht,” vertelt Valerie Demunster. “We hebben er van bij het begin voor gekozen om uitsluitend te focussen op het maken van houten trappen. We krijgen regelmatig wel eens de vraag of we ook binnendeuren kunnen maken of een ingemaakte kast kunnen plaatsen, maar dat doen we bewust niet. Onze focus ligt helemaal op houten trappen. En die maken we hier volledig zelf in ons bedrijf. We hebben momenteel 38 mensen in dienst, maar die zijn ook nodig! Want hoewel we over een hypermodern machinepark beschikken, komt bij het maken van trappen toch
nog steeds heel wat handenarbeid kijken. Trappen maken is een echt ambacht, waar heel wat technische kennis en vakmanschap bij komt kijken.”
Eigen houtzagerij en droogovens
“We zijn uiteraard klein begonnen,” vervolgt Valerie Demunster. “Maar doorheen de jaren is ons bedrijf niet alleen flink gegroeid, ook de stiel van het trappenmaken is enorm veranderd. En de manier waarop we in die begindagen werkten staat mijlenver af van onze huidige werkwijze. Het was nu eenmaal een andere tijd.”
Rond 2015 verhuisde de Demunster naar de huidige locatie, aan de indus-
triezone Waterven in Heule, waar veel meer ruimte beschikbaar was. Dat gaf Demunster de mogelijkheid om ook een eigen houtzagerij op te starten. Achter de moderne showroom van de trappenmakerij ligt nu een opslagplaats voor onbehandelde stammen met daarnaast de houtzagerij en een droogmagazijn. Daar ligt om en bij de 3000m³ hout gedurende 1 à 2 jaar te drogen. Die eigen houtzagerij geeft Trappen Demunster de mogelijkheid om het hout te zagen op de gewenste formaten, maar ook om de juiste houtkwaliteit en -sortering te vinden voor elk interieur en ieder type trap.
“We verzagen hier hoofdzakelijk eik en beuk afkomstig uit Franse bossen. De meeste van onze stammen zijn afkomstig van FSC-gekeurde bossen op maximaal 300 km van hier. Dankzij die korte keten is het dus heel ecologisch hout. Uiteraard maken we ook trappen in notelarenhout of tropisch hardhout wanneer de klant dat wenst, maar onze houtzagerij werkt voornamelijk met eik en beuk,” aldus Valerie Demunter.
“Schrijnwerkers kunnen via de website van onze houtzagerij ook zien welke stammen we op voorraad hebben en in welke formaten en met welke zaagwijze we die stam gezaagd hebben. De schrijnwerkers kunnen via die weg dan een partij hout reserveren wanneer ze massief beukenof eikenhout nodig hebben. We gebruiken onze zagerij dus voor meer dan enkel onze eigen productie.”
Trappen in alle vormen en maten
Naast de houtzagerij ligt het kloppend hart van het bedrijf: de trappenmakerij. Daar worden de trappen van begin tot einde gemaakt.
“We nemen het volledige proces voor onze rekening. Van het ontwerp, over het samenstellen van de trap, de afwerking en de plaatsing bij de klant. We maken niet alleen de houten trap zelf, ook de leuningen en balusters produceren we hier in huis. We hebben daarvoor ook een eigen metaalafdeling en we kunnen ook glas zelf verwerken, wanneer de klant een glazen balustrade wil. En voor echt ambachtelijk metalen smeedwerk schakelen we daarvoor een ambachtelijke metaalsmid in.
We maken alle soorten trappen. Van traditionele houten trappen in landelijke stijl, tot heel moderne designs. Zowel rechte trappen, kwartdraaitrappen, zwevende trappen, als draaien spiltrappen. Wekelijks gaan hier ongeveer 35 trappen in productie, in alle vormen en maten.
We werken vaak rechtstreeks voor de klant, maar er zijn ook heel wat woningbouwers en schrijnwerkers die bij ons hun trappen bestellen. Wanneer een schrijnwerker een houten trap moet maken, dan is hij daar al gauw twee volle dagen mee bezig, en dus komen veel schrijnwerkers bij ons aankloppen voor een houten trap. Wij ontzorgen die schrijnwerker dan
volledig. Van het verkoopgesprek met de klant, tot de plaatsing. We kunnen alles afhandelen met eigen mensen. Maar we hebben ook schrijnwerkers die ons de trap laten bouwen en die hem dan zelf plaatsen. Dat is uiteraard ook mogelijk. We zijn heel flexibel en we passen ons graag aan aan de wensen van de klant.”
“Houten trappen zijn blijver”
De voorbije twee decennia zag Valerie Demunster de bouw ingrijpend veranderen, maar dat baart haar geen zorgen.
“Het klopt dat het aantal nieuwbouwwoningen terugloopt, maar daar tegenover staat dat het aantal renovaties in de lift zit. En dus ook heel veel renovaties van trappen. In de coronaperiode zagen we bijvoorbeeld ook veel mensen die van de lockdown gebruik maakten om een zolder in te richten, en toen kwamen veel klanten bij ons terecht voor een nieuwe zoldertrap.
Ik ben er dus gerust in dat houten trappen altijd in de smaak zullen vallen. Het uitzicht, de kleuren en het design veranderen wel, maar een houten trap is een tijdloos element in een woning dat ik nog niet te snel zie verdwijnen.”
Meer weten? www.trappendemunster.be www.houtzagerijdemunster.be
UW MAATSCHAPPELIJK
ENGAGEMENT LOONT
Doe jij aan maatschappelijk verantwoord ondernemen? De Embuild Foundation Awards erkennen de maatschappelijke betrokkenheid van bouwbedrijven die samenwerken met externe partners die actief zijn op maatschappelijk gebied. Schrijf je in op embuildfoundation.be
WOOD MAX. DE KEUZE VAN DE PROF.
Dé nieuwe generatie houtconstructielijmen Wood Max Express Power, Wood Max Power en Wood Max Transparent Power zijn extreem sterke, watervaste (D4) en vullende houtconstructielijmen, op basis van SMP-Polymer. Deze unieke PU- en oplosmiddelvrije formules zijn direct afmesbaar, bruisen niet (na) en zijn zowel horizontaal als verticaal toepasbaar. Ideaal voor verlijming van alle soorten hout, onderling of in combinatie met andere bouwmaterialen.
Griffon. De keuze van de prof. www.griffon.be