De Vlaamse Schrijnwerker 04 - 2022

Drieskens en Dubois

Vlaanderen

5 ● Edito Door Willy Simoens

6 ● Prikbord

8 ● Houtbouw

Lichte prefab houtconstructies met geïntegreerde dakhelling?

WFR bewijst dat het kan

12 ● Afval

Bedrijfsafval: Vlaanderen legt steeds meer nadruk op ‘sorteren aan de bron’

18 ● WTCB

CLT-constructies: essentiële punten om in acht te nemen

Ramenfabrikanten hechten steeds meer belang aan duurzaamheid, dat blijk duidelijk uit deze drie cases.

Duurzaamheid

20 ● Ramenproducent Kurt Van Tomme brengt duurzaamheid in de praktijk: “Een duurzaam raam is een raam dat decennialang meegaat”

24 ● Slim raam blokkeert zonnestraling in de zomer, maar laat ze wel door tijdens de winter

26 ● Duurzaamheid in de praktijk: hoe glasfabrikant AGC Glass Europe de CO2-uitstoot fors wil terugdringen

28 ● Veiligheid en gezondheid

Verplichte veiligheidsopleidingen in de bouw: overgangsperiode verlopen op 1 oktober

Festool pakt dit najaar uit met een opvallende nieuwigheid: een tafel-cirkelzaag die aangedreven wordt met een accu.

30 ● Veiligheid en gezondheid

Opleiding rond veilig gebruik van diisocyanaten online beschikbaar in het Nederlands en Frans

32 ● Productnieuws

Festool pakt uit met gloednieuwe accu-tafelcirkelzaag in Systainerformaat

36 ● Beursnieuws

Eerste post-corona editie van de Dag van de Afwerking is opnieuw een schot in de roos

38 ● Productnieuws

Nieuw bij Cras: de innovatieve HPL decoren van Cleaf

Embuild Vlaamse Schrijnwerkers

Kunstlaan 20, 1000 Brussel

Tel: +32 (0)2 545 57 10

Fax: +32 (0)2 545 58 59 www.vlaamseschrijnwerkers.be

Verantwoordelijke Uitgever

Filip Coveliers

Kunstlaan 20, 1000 Brussel filip.coveliers@embuild.be

Administratie en redactie

Bram Schittecatte

Tel: 02/545 59 47; Fax: 02/545 58 59 bram.schittecatte@embuild.be

Advertentieverantwoordelijke

Steve Caufriez

Tel.: +32 (0)2 545 57 25

GSM: +32 (0)486 58 71 91 steve.caufriez@embuild.be

Vormgeving Abder-Razzaaq Boujdaini abder-razzaaq.boujdaini@cembuild.be

Nikka Cuypers nikka.cuypers@confederatiebouw.be

Drukwerk Graphius

12 ● OVAM

controleert

het restafval steeds strenger. Ontdek hier hoe de vork aan de steel zit.

32 ● Accu-tafelzaag

20 ● Dossier duurzaamheid

De jaarlijkse rush richting eindejaar

Beste lezer, 2022 nadert alweer zijn einde, alweer een jaar dat voorbij is gevlogen! Als er één thema was dat dit jaar beheerste, dan was het wel de energiecrisis. En die voelen de meesten onder ons ook, zowel thuis als in het bedrijf. Gelukkig is er ook goed nieuws op dat vlak. Fabrikanten en onderzoekers zijn volop bezig met de ontwikkeling van slimme ramen, die heel wat energie zullen kunnen besparen op het vlak van verwarming en koeling. Uiteraard is dat ook goed nieuws voor onze branche, want iemand zal die ramen moeten plaatsen!

Voorzitter Embuild

Vlaamse Schrijnwerkers

Een ander interessant thema dat in dit blad aan bod komt, is de afvalophaling. U heeft ongetwijfeld al gemerkt dat de ophaaldiensten de voorbije maanden veel strenger zijn gaan toezien op het restafval. Verderop leest u waarom dit het geval is en welke wijzigingen er nog zitten aan te komen op het vlak van afvalinzameling. Belangrijke lectuur, want correct sorteren is niet alleen goed voor het milieu, het kan je bovendien ook veel geld besparen.

Er wachten u ongetwijfeld nog enkele drukke weken tot het einde van het jaar, maar ik hoop dat u daarna van een welverdiende vakantie kan genieten in het gezelschap van familie en vrienden.

Prettige feestdagen!

Willy Simoens

Glazeniers heffen het glas… op het glas

Op vrijdag 7 oktober verzamelden een vijftigtal leden van Embuild

Aannemers van Glaswerken in Heusden-Zolder om het 75-jarige bestaan van de beroepsvereniging van glazeniers te vieren. Het werd een onvergetelijke dag, niet in het minst omwille van de uitzonderlijke setting.

De glazeniers bliezen verzamelen in de gebouwen van de Group Ceyssens. Die locatie was niet toevallig gekozen, want Henri Ceyssens stond jarenlang aan het hoofd van de Glazeniersfederatie. Zijn kinderen, die nu het bedrijf leiden, zijn eveneens actief binnen Embuild.

De aanwezigen kregen eerst een geleid bezoek door de hyper-

moderne productiefaciliteit van Ceyssens. Veel collega’s keken de ogen uit en vergaapten zich aan het impressionante machinepark en de snelheid en efficiëntie waarmee glaspartijen op maat gesneden en afgewerkt worden.

Het tweede deel van het bezoek was minstens even verbluffend, maar dan op een heel andere manier. De glazeniers trokken immers naar de showhouse van Group Ceyssens, een prachtige hypermoderne villa, waar alle denkbare toepassingen van beglazing gedemonstreerd worden. Glazen daken, glazen wanden die onzichtbaar in de vloer kunnen verzinken of een zwembad met glazen wand dat met één druk op de knop kan omgetoverd worden tot een dansvloer. Je kan het zo gek niet bedenken of het zit verwerkt in de oogverblindende showhouse.

Uiteraard volgde er ook nog een speech van de voorzitter van de glazeniers, Erika Vigoureux Het toeval wil dat zij met haar bedrijf, Glaswerken Vigoureux uit Wijnegem, vorig jaar ook 75 kaarsjes mocht uitblazen. Na afloop hieven de glazeniers het glas op de toekomst van de beroepsvereniging, en op het glas uiteraard!

Prijsuitreiking Antwerpse laatstejaarsleerlingen

Embuild VASPA, de Koninklijke Vereniging van Aannemers-Schrijnwerkers van Antwerpen, heeft naar jaarlijkse gewoonte de beste laatstejaarsleerlingen uit de afdeling houtbewerking in de provincie Antwerpen in de bloemetjes gezet. 45 laatstejaarsstudenten waren op donderdag 15 september aanwezig op de prijsuitreiking, die dit jaar plaatsvond in de gebouwen van Van den Broeck Dexis in Herenthout.

De leerlingen kregen hun beloningen uit handen van Ronny Peeters, de voorzitter van Embuild VASPA en Willy Simoens, voorzitter van Embuild Vlaamse Schrijnwerkers.. Nadien volgde nog een gezellige drink.

VASPA-najaarsuitstap naar de Veluwe

Zoals ieder jaar trokken de collega’s van de Koninklijke Vereniging van Aannemers-Schrijnwerkers van de Provincie Antwerpen (Embuild-VASPA) er opnieuw op uit voor het traditionele najaarsweekend, dat dit jaar van 23 tot en met 25 september 2022 gehouden werd. Bestemming dit jaar was de Veluwe, het beboste natuurgebied

in de Nederlandse provincie Gelderland. De Antwerpse collega’s kozen dit jaar voor een sportief weekend, want de hoofdactiviteit was een dagvullende fietstocht door de Veluwe, met een stop aan een voeder- en drinkplek voor wild, waar een plaatselijke boswachter de nodige uitleg gaf.

Uiteraard was er ook de nodige tijd voorzien voor gemoedelijke babbels en netwerkmomenten. De uitstappen van Embuild VASPA zijn immers in de eerste plaats bedoeld om schrijnwerkers uit het Antwerpse in contact te brengen met elkaar, zodat ze elkaar beter leren kennen, leren van elkaar en zakelijke contacten kunnen leggen.

Lichte prefab houtconstructies met geïntegreerde dakhelling?

WFR bewijst dat het kan!

Door het lage gewicht van de constructie, de uitstekende isolatiemogelijkheden en de lage ecologische voetafdruk is houtskeletbouw een vaste waarde geworden. Het WestVlaamse WFR bedacht een variant op de traditionele houtskeletbouwtechniek en die heeft enkele interessante voordelen.

De drijvende krachten achter WFR zijn Karl Lanneau, die het commerciële luik voor zijn rekening neemt, en Bertrand Dewaele, die zich bezig houdt met de bouwtechnische kant van de zaak.

Bertrand Dewaele runde vroeger samen met zijn drie broers ‘Dewaele Woningbouw’, een van de pioniers op het vlak van houtskeletbouw in ons land. Op zijn 65 ging hij met pensioen, maar hij vond het nog te vroeg om op zijn lauweren te gaan rusten en dus koos hij ervoor om met zijn kennis en expertise nog een nieuwe zaak uit de grond stampen. Toen hij tijdens een studietrip in Canada zag hoe I-liggers in gelamineerd hout gemaakt werden, begon het idee te rijpen om daar iets mee te gaan doen. Kort nadien ontstond ook het idee om I-liggers met een geïntegreerde helling te fabriceren, zodat de schrijnwerker geen tijd meer verliest met het op maat zagen van spieën en dus veel sneller hellende constructies kan bouwen.

Na wat denkwerk, veel geëxperimenteer en enkele geslaagde tests ontstond zo WFR, het bedrijf dat hij nu samen met Karl Lanneau runt.

Karl Lanneau, die voordien actief was bij Houtmagazijn Verdonckt, bleek de ideale partner voor Bertrand Dewaele. Hij kende de houtbouw op zijn duimpje en beschikte over voldoende ervaring om de commerciële poot van het nieuw opgerichte bedrijf te runnen.

Het basismateriaal

WFR maakt projecten op maat, waarvan het skelet opgetrokken wordt aan de hand van de I-liggers die WFR zelf fabriceert. Daarvoor gebruiken ze twee basismaterialen. In de eerste plaats gelamelleerde LVL-balken (Laminated Veneer Lumber) die bestaan uit 13 lagen geschild naaldhout van telkens 3 mm dikte. Afhankelijk van de toepassing worden de fineerlagen langs en/of dwars verlijmd. Daardoor zijn de balken steviger en blijven ze steeds perfect recht. Tussen beide

LVL-balken komt dan een kern van OSB 3.

Door de bovenste flens van de I-liggers onder een hellingsgraad te plaatsen, kan WFR één of meerdere hellingsvlakken creëren, waardoor het op maat zagen van dakspieën niet langer nodig is. En dat levert een enorme tijdswinst op. Bijkomend voordeel: doordat de helling in de balk verwerkt wordt, werkt dit deel sterkte-technisch ook mee en wordt de balk sterker. WFR heeft deze methode dan ook gepatenteerd.

Voor grotere overspanningen of uitkragingen is het ook mogelijk om een metalen ligger te voorzien die door de liggers geregen wordt en zo een extra versteviging biedt.

Volledig digitaal ontwerp

Aan de hand van deze basismaterialen kan WFR complete constructies ontwerpen. Dat gebeurt volledig op de computer in een 3D-tekenpakket. De constructie wordt eerst tot

Hellende constructies met I-liggers, een van de troeven van WFR.

in de kleinste details uitgetekend en vervolgens worden in het atelier van WFR in Vichte alle onderdelen op maat gezaagd. Wanneer alles klaar is, wordt het volledige pakket op de vrachtwagen gezet en naar de werf getransporteerd. De plaatsers ontvangen alles op de werf, ze moeten enkel nog schroeven en lijm voorzien om de constructie vast te zetten. Er is dus geen zaagwerk meer nodig op de werf.

Door de I-rooster en dakbalken te koppelen met de I-muurstaanders creëert WFR bovendien heel stijve knooppunten en kunnen de gebouwen hoge windbelastingen doorstaan.

De troeven

Op zich is deze benadering niet nieuw, maar WFR onderscheidt zich op enkele cruciale punten van andere bedrijven in deze sector. Uiteraard is hun snelle manier om hellende platdakconstructies te bouwen een grote troef, maar het is lang niet het enige pluspunt van hun manier van bouwen.

De aanpak van WFR maakt het namelijk mogelijk om verschillende eigenschappen (afwatering, isolatie, sterkte) van bij het ontwerp te combineren, waardoor ze heel lichte en slanke dakconstructies kunnen vervaardigen. Door het lage gewicht van de gebruikte materialen, is in de meeste gevallen geen kraan of zwaar materieel nodig en kan een kleine equipe van 2 à 4 personen heel snel een volledige woning opbouwen louter met behulp van mankracht.

Een andere troef is de overzichtelijkheid van het systeem. Alle balken zijn niet alleen precies op maat gezaagd, ze zijn ook allemaal voorzien van een sticker met daarop de exacte afmetingen, een beknopte beschrijving van de plaats/functie van het onderdeel en een code. Wanneer de plaatser die code opzoekt op de papieren plannen, of in de computer op de 3D-plannen, dan ziet hij exact waar het onderdeel moet komen, en hoe het zich verhoudt tot de andere elementen. WFR voorziet ook zo veel

mogelijk uitsparingen, zodat de onderdelen via tand-groefverbindingen in elkaar klikken en het bouwen op een heel intuïtieve manier verloopt.

Een andere sterkte is dat WFR al op voorhand dakopstanden voorziet die in de muren geïntegreerd zijn zodat bij de opbouw ook daar tijd bespaard wordt (zie coverbeeld). Het is dus niet nodig om eerst het dak te bouwen en dan de dakopstanden te installeren, nee, ze zijn al op voorhand voorzien en op maat gezaagd.

Voor wie?

Karl Lanneau: “Met onze bouwmethode richten we ons niet tot grote bouwfirma’s die tientallen houtskeletwoningen willen bouwen, maar wel tot kleinere schrijnwerkers, die bijvoorbeeld een uitbreiding of optopping willen plaatsen. Het is ook perfect mogelijk om een volledige nieuwbouwwoning te maken met deze methode, dat kan net zo goed. Al hebben we ook klanten die enkel een dakconstructie bij ons be-

WFR bouwt heel lichte en stevige constructies, die louter met behulp van mankracht kunnen geplaatst worden. Alles uitsparingen zijn bovendien al voorzien.

stellen. We zijn heel flexibel op dat vlak en kunnen de klanten exact bijstaan met wat ze nodig hebben.

We raden onze klanten aan om, afhankelijk van de grootte van het project, op de eerste dag, wanneer de materialen geleverd worden, nog niet met een volledige ploeg aanwezig te zijn, maar slechts met 2 à 3 personen. Wanneer de klant op dag één alle materialen sorteert en in de juiste volgorde ordent, dan verloopt het bouwen nadien razendsnel. En daar ligt de tijdswinst van onze methode. Uitsparingen voor (dak-) ramen, doorvoeringen, openingen voor ventilatie, ingewerkte dakgoten,… zijn allemaal al voorzien van in de ontwerpfase, zodat de plaatser daar

geen tijd mee verliest.

We leveren onze bouwpakketten steeds met duidelijke instructies en 2D-tekeningen, maar we raden de plaatsers ook aan om altijd een laptop mee te nemen in hun bestelwagen. Zo kunnen ze ook steeds de 3D-modellen ter plaatse raadplegen, en dat biedt altijd extra duidelijkheid.

Ecologische bouwmethode

Een van de redenen voor de populariteit van houtbouw is het feit dat het een ecologische manier van bouwen is. Bij WFR proberen we ook op een duurzame manier te werken, zonder dat het geforceerd of dogmatisch wordt.

Karl Lanneau: Eigenlijk werken we

met slechts twee bronmaterialen: OSB-plaat en LVL-balken. Wanneer we overschotten hebben, dan leggen we die opzij en proberen die nog te gebruiken bij een volgend project. Stukken die te klein zijn om te hergebruiken, gooien we niet weg. Die krijgen dan een tweede leven als verpakkingsmateriaal: we gebruiken die om onze pakketten mee te beschermen wanneer die op transport gaan. Het houtstof uit onze stofafzuiginstallatie, persen we dan weer tot pellets die gebruikt kunnen worden als verwarming. Zo komt het dat hier nauwelijks afval naar buiten gaat.”

Meer weten?

Bedrijfsafval: Vlaanderen legt steeds meer nadruk op ‘sorteren aan de bron’

Net als huishoudens zijn ook bedrijven verplicht om hun afval te sorteren en aan te bieden voor selectieve inzameling. Iets wat in de praktijk niet altijd evident is, zo blijkt uit commentaren van sommige Embuild-leden.

“Wanneer ik mijn container met restafval aanbied bij mijn erkende ophaler, wordt die steeds vaker geweigerd. Omdat er bijvoorbeeld zakken stukken hout tussen het restafval zitten. Maar ook

bijvoorbeeld lijmpotten zorgen steeds vaker voor problemen. De inzamelaars doen moeilijk omdat de potten niet perfect leeggeschraapt zijn. Zaken die een paar jaar geleden nog probleemloos aanvaard werden, zorgen nu steevast voor discussie!”

Bij veel aannemers klinkt dit wellicht vertrouwd in de oren. Vlaanderen wordt immers steeds strenger op het vlak van afvalinzameling. Daarom zetten we de regels nog eens kort op een rijtje.

Algemeen

Vlaanderen werkt met 22 afvalstromen die de bedrijven verplicht moeten sorteren (zie afbeelding).

Daarnaast bestaan er ook nog twee afvalstromen waarvoor de verplichte selectieve inzameling geleidelijk wordt ingevoerd. Het gaat om de stromen 'keukenafval en etensresten' en 'voormalige voedingsmiddelen'. Voor de bouwsector zijn deze echter minder van belang.

De verplichtingen inzake afvalinzameling zijn vastgelegd in artikel 4.3.2. van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA).

Het centrale principe in het Vlaamse systeem van gescheiden afvalinzameling is de zogenaamde ‘bronsortering’. Dat wil zeggen dat je thuis

Deze 22 afvalstromen mogen nooit bij het restafval

of in het bedrijf het afval meteen correct gesorteerd moet aanbieden voor selectieve inzameling. Wanneer recycleerbaar afval bij het restafval terechtkomt, blijkt het immers vaak onmogelijk om het naderhand nog te sorteren en zo gaan kostbare grondstoffen verloren.

Om aan de sorteerplicht te voldoen, heb je evenwel niet noodzakelijk een aparte container nodig voor elk van de afvalstromen. Het volstaat dat je de materialen gescheiden en vooraf gesorteerd kan aanbieden aan je inzamelaar. Over de manier waarop dit praktisch geregeld wordt, kan je best vooraf afspraken maken met je inzamelaar. Het voornaamste is dat geen van de 22 afvalstromen in het restafval mag belanden.

Wie zamelt het afval in?

Veel bedrijven doen een beroep op private afvalinzamelaars. Deze inzamelaars moeten beschikken over een registratie als inzamelaar, afvalstoffenhandelaar of -makelaar. Op www.ovam.be/register_ihm kan je een lijst terugvinden van alle geregistreerde inzamelaars voor alle afvalstoffen.

Ook bieden sommige gemeentes en

afvalintercommunales diensten aan voor bedrijven. Meer informatie hierover vind je bij de gemeente.

Wanneer je een beroep doet op erkende afvalinzamelaar, dan moet er in twee situaties een contract bestaan tussen beide partijen:

● Wanneer je restafval laat inzamelen. De afvalinzamelaar is dan verplicht om de klant te informeren over de sorteerplicht. In het contract moet bovendien beschreven staan hoe het bedrijf de 22 verplichte afvalstromen zal sorteren. Deze mogen immers nooit in het restafval terechtkomen.

● Een contract is daarnaast ook verplicht als de klant meerdere verplicht te sorteren afvalfracties in één container samen laat inzamelen (bijvoorbeeld hout, metalen en harde kunststoffen). Dat mag enkel als het gaat om niet-gevaarlijke droge fracties die elkaar niet vervuilen. In dat geval moet contractueel vastgelegd zijn over welke materialen het gaat. De afvalstromen moeten achteraf volledig worden uitgesorteerd door de inzamelaar en gerecycleerd. Het gaat dus niet om

Opvallend: schuurstof is geen houtafval

Via de beroepsverenigingen van Vlaamse Schrijnwerkers en Dé Parketplaatsers bereikten ons verschillende klachten en vragen van aannemers over de selectieve afvalinzameling van schuurstof. Embuild Afwerking legde deze kwestie voor aan OVAM, en kreeg zo het verrassende nieuws dat Vlaanderen schuurstof niet beschouwt als houtstof, maar wel als restafval.

De reden hiervoor ligt in het feit dat hout dat afgeschuurd wordt, vaak behandeld is met vernissen, oliën, beitsen, boenwas of andere afwerkingsproducten. Omwille van deze mogelijke vervuilingen mag het niet bij het andere houtafval terechtkomen.

Wanneer je schuurstof aanbiedt bij het houtafval, dan heeft de afvalinzamelaar dus het recht om dit te weigeren.

een container met restafval. De combinatie van restafval met verplicht selectief in te zamelen stromen is niet toegelaten!

Uitzondering!

Voor sommige kleinere bedrijven bestaat er echter een uitzonderingsregeling. Wanneer je bedrijf afval heeft dat naar ‘aard, samenstelling en hoeveelheid’ vergelijkbaar is aan het afval van een huishouden, mag de gemeente dat bedrijfsafval ook aanvaarden via de huis-aan-huisronde voor huishoudens of op het gewone recyclagepark. Het in dit geval bijvoorbeeld om een beperkte hoeveelheid papier en karton of een occasionele PMD-zak.

Voor restafval geldt een specifieke hoeveelheidsbeperking: maximaal 3 restafvalzakken van 60 liter of één container van 22,5 kg per tweewekelijkse inzameling.

Op veel plaatsen is het dus toegestaan dat aannemers die maar weinig afval produceren, hun afval naar het plaatselijk containerpark brengen, maar dat is niet overal het geval. Sommige lokale besturen weigeren professionals en laten enkel particulieren toe. Informeer je dus vooraf.

Wat als je niet sorteert?

Vlaanderen is duidelijk: afval sorteren aan de bron is een verplichting. Indien je niet sorteert, dan ben je in overtreding met de milieuwetgeving. Bij een inspectie kan je dan een aanmaning of een proces-verbaal

krijgen. En daar kunnen boetes uit volgen. In het slechtste geval kan je voor de milieurechter gedaagd worden.

Sinds 2020 moeten de inzamelaars de restafvalcontainer bij bedrijven controleren en moeten ze de bedrijven ook wijzen op fout gesorteerd afval. De inzamelaar is bovendien ook verplicht om sorteerfouten bij te houden in een register. Afhankelijk van de situatie zal de inzamelaar verplicht zijn een slecht gesorteerde container te weigeren, de kosten voor nasortering door te rekenen en/of de non-conformiteit door te geven via een centraal systeem.

De afdeling Handhaving van de Vlaamse Overheid heeft ook inzage in de non-conformiteitsregisters. Wie herhaaldelijk inbreuken pleegt, kan zich na verloop van tijd dus aan een grondigere inspectie verwachten.

Extra handhavers

Fost Plus, de afdeling Handhaving van het Departement Omgeving en de OVAM maken sinds november 2021 middelen vrij om twee extra personen in te zetten voor de controle en handhaving op sorteren bij bedrijven. Sinds eind vorig jaar hebben zij al meer dan 700 controles uitgevoerd, waarbij in 60% van de gevallen een sorteerfout vastgesteld werd.

Premies

Onder andere Valipac en Fost Plus bieden premies aan voor bedrijven die hun afval laten inzamelen. Een compleet en up-to-date overzicht van de premiestelsels vind je op www.ovam.be.

Valipac voorziet vier soorten premies voor ondernemingen die recycleerbaar verpakkingsmateriaal sorteren (kartonafval, hout, folies,…).

● EEN ÉÉNMALIGE STARTPREMIE voor wie begint met sorteren via selectieve containers

● EEN CONTAINERPREMIE om een deel van de huur van extra containers te compenseren

● EEN RECYCLAGEPREMIE voor gesorteerd verpakkingsmateriaal in hout of plastic (o.a. folies, vaten, EPS, spanbanden).

● EEN ZAKPREMIE voor bedrijven die speciale zakken aankopen voor het sorteren van kleine hoeveelheden folies, EPS en spanbanden.

Fost Plus biedt een welkomstpremie aan voor de inzameling van PMD.

Maar ondanks de premies blijft het goedkoopste afval uiteraard het afval dat je niet produceert. Afvalpreventie blijft dus steeds de goedkoopste optie.

In 47% van de door de handhavers gecontroleerde bedrijven zat nog PMD in het restafval. PMD sorteren is nochtans een gewoonte die we thuis allemaal hebben. Sinds de uitbreiding en uniformering van de sorteerboodschap is het bovendien nog simpeler: bijna alle plastic verpakkingen mogen bij het PMD – zowel thuis als op het werk.

OPRICHTER EN FABRIKANT VAN DECORATIEVE EN HOOGWAARDIGE BEGLAZINGEN

Fabricage van dubbele beglazing / driedubbele beglazing tot 5.000 x 2.700 mm Extra helder glas en versterkte isolatie (1.0)

Beglazing met geïntegreerde opacificatie, verwarmingsrolgordijn en reling

Decoratieve beglazing: digitaal printen, zandstralen en lakken

RIOU Glass VIN – 99 rue Alfred Nobel

62880 VENDIN-LE-VIEIL – FRANCE

Tel. +33 (0)6 76 77 38 01

fabrice.creteur@riouglass.com

Showroom op video

“Afvalinzamelaars strenger dan voordien? Kan kloppen.”

Bij Embuild Afwerking liepen de voorbije maanden heel wat meldingen binnen van aannemers die het gevoel hebben dat er sinds dit jaar strenger toegezien wordt op de restfracties in de restafvalcontainers.

Wij legden deze kwestie voor aan OVAMwoordvoerder Jan Verheyen.

Klopt het idee dat veel van onze aannemers hebben, namelijk dat er een stuk strenger gecontroleerd wordt dan vroeger?

Jan Verheyen: “Ik ken uiteraard niet elk afzonderlijk geval, maar het kan best kloppen dat de afvalinzamelaars recent strenger geworden zijn. Sinds september 2021 zijn zij namelijk verplicht om een visuele inspectie uit te voeren van restafvalcontainers en moeten ze de aanbieder wijzen op fouten. Wanneer het gaat om ernstige inbreuken, dan heeft de afvalinzamelaar het recht om de aangeboden container te weigeren, of de aanbieder extra kosten aan te rekenen voor nasortering. De inbreuken moeten bovendien bijgehouden worden in het non-conformiteitsregister.

De inzamelaars kunnen het zich ook niet veroorloven om te laks te zijn,

want ook zij worden gecontroleerd. Wanneer herhaaldelijk zou blijken dat zij te veel recycleerbaar afval toelaten in de restafvalcontainers, dan kunnen ze geschorst worden. Ze hebben er dus alle baat bij om hun controleopdracht correct uit te voeren.”

Die regels zijn behoorlijk streng toch? Wij krijgen bijvoorbeeld een melding van een aannemer wiens restafvalcontainer geweigerd wordt omwille van een spiegel die op een spaanplaat verlijmd was. De inzamelaar in kwestie eiste dat die twee van elkaar gescheiden zouden worden en bij het selectief afval zouden aangeboden worden.

Jan Verheyen: “Dat kan. We streven een goede bronsortering na en willen zoveel mogelijk recycleerbaar materiaal selectief inzamelen. Indien mogelijk, kan het nuttig zijn om

2 materialen, die afzonderlijk wel recycleerbaar zijn, van elkaar te halen zodat ze niet bij het restafval moeten. maar wettelijk is het niet verplicht om die zaken te scheiden. We leggen hier niets wettelijk rond vast dus het is van belang hierover goede afspraken te maken met de inzamelaar.”

Ook over (al dan niet) leeggeschraapte lijmpotten bereiken ons veel klachten. Hoe zit het daarmee?

Jan Verheyen: “De regels zijn duidelijk: Potten van lijmen en verven met of zonder restjes horen bij het klein gevaarlijk afval, zeker niet bij het restafval.”

Meer weten? www.ovam.vlaanderen.be

Vanaf 1 januari 2023 verplicht transparante zakken voor bedrijfsrestafval

Wie bedrijfsrestafval aanbiedt in zakken in een container, moet hiervoor vanaf 1 januari 2023 verplicht transparante zakken gebruiken. Dat moet het de inzamelaars makkelijker maken om het afval te controleren op sorteerfouten. De verplichting geldt alleen voor bedrijfsrestafval dat wordt aangeboden in containers, niet voor de selectief ingezamelde afvalstromen.

Hoe transparant deze afvalzakken precies moeten zijn, wordt niet vastgelegd in de Vlaamse regelgeving (VLAREMA). Het volstaat dat de inzamelaars de inhoud van de zak kunnen controleren op sorteerfouten.

Sinds 1 januari 2021 gelden in Vlaanderen ook al strengere voorwaarden voor de zakken voor afvalinzameling. Vanaf die datum werd namelijk een verbod ingevoerd op het gebruik van afvalzakken die niet geproduceerd werden op basis van gerecycleerde kunststoffen. Maar de Vlaamse Regering bepaalde ook minimale gehaltes aan gerecycleerde kunststoffen die in de afvalzakken moeten verwerkt zitten. Dat was 80 % vanaf 1 januari 2021, maar vanaf 2025 zullen, de

afvalzakken voor 100 % uit gerecycleerde kunststoffen moeten bestaan, waarvan telkens minstens de helft uit gerecycleerde postconsumer kunststoffen.

Deze verplichting geldt niet voor biodegradeerbare afvalzakken bestemd voor groen- of gft-afval, (niet-) risicohoudend medisch afval, asbesthoudende materialen en bouwpuin.

CLT-constructies: essentiële punten om in acht te nemen

Bouwen met CLT-platen levert goede prestaties op voor de lucht- en waterdampdichtheid. De uitvoering ervan vereist echter bijzondere aandacht en een goede beheersing van de details, vooral aan de muurvoeten.

De Platen uit gekruist gelamelleerd hout, ook wel cross laminated timber of CLT genoemd, worden vaak gebruikt voor de bouw van individuele of collectieve houten woningen. Ze

zijn opgebouwd uit drie tot elf lagen houten lamellen van minstens 17 millimeter dik, die naast elkaar geplaatst en onderling verlijmd worden. Deze lagen worden op hun beurt kruislings verlijmd onder een hoek van 45° tot 90°.

Aan de buitenwanden van een CLT-constructie moeten er andere materialen toegevoegd worden om de lucht- en waterdampdichtheid te garanderen.

Luchtdichtheid

Door vochtschommelingen kunnen er scheuren ontstaan in de houten lamellen, vooral wanneer de relatieve vochtigheid van de omgevingslucht minder dan 35 % bedraagt. Deze

scheuren zijn eigen aan het hout en aan zijn dimensionale schommelingen. Ze verschijnen in de richting van de vezels en voornamelijk aan het zichtvlak van de platen. De scheurvorming hangt hoofdzakelijk af van het initiële vochtgehalte van de platen en van hun blootstelling aan vocht tijdens de bouwfase.

De scheuren lopen niet door over de hele plaat en hebben geen significante invloed op zijn mechanische sterkte of zijn stijfheid. Bij drielagige platen daalt de luchtdichtheid echter aanzienlijk na meerdere seizoenscycli. Uit recente proeven van het WTCB is gebleken dat de luchtdichtheid van deze platen, ondanks een toereikende initiële waarde, na 50 cycli van vochtschommelingen (dat wil zeggen

Uitvoering van een CLT-plaat met een verlaagd veiligheidsniveau (≥ 12 cm ten opzichte van het niveau van de afgewerkte buitenvloer).

stijve isolatiematerialen geplaatst worden (zoals cellenbeton, kalkzandsteenblokken of cellenglas), moet er wel een onderregel aangebracht worden om de platen vast te zetten en de doorponsing van de isolatiematerialen te vermijden. Er bestaan L- of T-vormige onderregels die de verbinding met de platen vergemakkelijken.

De onderregel of de onderzijde van de CLT-platen wordt over het algemeen minstens 20 cm boven de afgewerkte buitenvloer geplaatst. Dit veiligheidsniveau kan verlaagd worden tot maximum 12 cm (zie bovenstaande afbeelding), op voorwaarde dat:

na 20 tot 25 jaar) verloren gaat. Het lekdebiet van deze platen, dat oorspronkelijk tussen 0,04 en 0,08 m³/h per vierkante meter schommelt, kan na 50 cycli oplopen tot 0,2 m³/h per vierkante meter (voor platen met een totale dikte < 85 mm).

Vijflagige platen blijven na deze cycli van vochtschommelingen daarentegen voldoende luchtdicht. Hun lekdebiet is kleiner dan 0,05 m³/h per vierkante meter en blijft ook na 50 cycli onder de 0,1 m³/h per vierkante meter (limiet die in aanmerking genomen wordt om een gebouw als energie-efficiënt te beschouwen).

Bij vijflagige platen hoeft er op zich geen bijkomend luchtscherm toegepast te worden. In de volgende gevallen is dit echter wel noodzakelijk:

● bij verlijmde drielagige platen

● bij alle genagelde platen (ongeacht het aantal lagen)

● ter hoogte van de verbindingen.

Dit luchtscherm mag aan de buitenzijde van de CLT-platen geplaatst worden, op voorwaarde dat er hier dan ook een voldoende dikke thermische-isolatielaag aangebracht wordt (de regel

stelt dat de warmteweerstand van de isolatie gelijk moet zijn aan 2/3e van die van de volledige wand).

Waterdampdichtheid

In droge omstandigheden varieert de waterdampdiffusieweerstandscoëfficiënt μ tussen 50 en 350. In natte omstandigheden moet deze coëfficiënt echter minstens door zes gedeeld worden, met een μ-waarde gelegen tussen 18 en 50.

Elke studie van het hygrothermische gedrag van wanden met CLT-platen moet dus gebaseerd zijn op de door de fabrikant gedeclareerde waarden of op de in de vorige paragraaf vermelde veilige waarden bij ontstentenis. In functie van de gekozen waarde kan het nodig zijn om een bijkomend dampscherm uit te voeren.

Muurvoeten

Om de belastingen die inwerken op de wand over te dragen naar de fundering, moeten de CLT-platen in de funderingsplaat of -zool bevestigd worden. Hiervoor hoeft er niet altijd een onderregel voorzien te worden. Wanneer er onder de platen echter

● de waterdichtheid van de wand verzekerd is door een doorlopend bitumineus of EPDM-membraan tot op een hoogte van 30 cm boven het niveau van de buitenvloer Dit membraan en de voegen moeten verlijmd en gelast worden

● het vochtscherm en het waterdicht membraan aan de buitenzijde elkaar overlappen. Dit vochtscherm moet langs de binnenzijde van de platen omgeplooid worden over een hoogte van 10 cm

● de CLT-platen langs de binnenzijde vastgezet worden met bevestigingen van minstens het type Fe/Zn 25c (volgens de eisen van de norm NBN EN 1995-1-1)

● er tussen de buitenverharding en de muur draineringsroosters geplaatst worden

● de drainering van de fundering aangesloten is op een afvoer

● het draineringssysteem onderhouden wordt.

BRON: WTCB-Contact september-oktober 2022

AUTEURS: B. Michaux, ir., afdelingshoofd, afdeling ‘Materialen, daken en milieuprestatie’, WTCB

Ramenproducent Kurt Van Tomme brengt duurzaamheid in de praktijk:

dat decennialang meegaat”

Ramen- en deurenfabrikant Kurt Van Tomme uit Eeklo was dit jaar een van de genomineerden voor de THEO’s, de Trofee voor Hedendaagse Eekloos Ondernemen. Hij werd geselectreerd voor zijn inspanningen op het vlak van duurzaamheid.

De 47-jarige Eeklonaar houdt er namelijk een bijzondere visie op duurzaamheid op na. Geen zweverige theorieën, maar heel concrete, praktische maatregelen die voor ieder klein of middelgroot bedrijf haalbaar zijn.

“Noem me geen idealist of die-hard ‘groene,’” steekt Kurt Van Tomme van wal, “maar ik tracht wel om op een verantwoorde manier te leven en mijn zaak te leiden. Iedereen weet dat we met onze huidige manier van leven niet eindeloos verder kunnen. We verspillen veel te veel energie en jagen onze grondstoffen er aan sneltempo door, terwijl je met een paar kleine ingrepen al heel wat kan besparen. Eigenlijk is het gewoon een kwestie van gezond verstand.”

“Werk van 10 jaar”

“We zijn dit jaar genomineerd voor de Eeklose duurzaamheidsaward, maar we zijn al meer dan 10 jaar bezig met dit verhaal. Wij gebruiken al sinds 2015 elektrische bedrijfswagens. Iedereen

klaagt altijd over de hoge kostprijs ervan, maar wanneer je wat handig bent met Excel en de nodige berekeningen maakt, dan zal je merken dat elektrische wagens over langere termijn niet duurder zijn dan klassieke auto’s. We hebben immers 89 zonnepanelen liggen bovenop ons atelier, dus de stroom voor onze wagens kost ons niets. En wanneer je er vervolgens lang genoeg meer rijdt, valt zo’n wagen na verloop van tijd even duur of goedkoop uit als een benzinewagen. De overheid steunt het gebruik van elektrische wagens ook met subsidies en fiscale premies, die helpen uiteraard ook.

Onze wagens waren in aankoop driemaal zo duur als een klassieke wagen, maar na zes jaar gebruik, hebben ze mij exact evenveel gekost als met traditionele auto’s het geval zou geweest zijn. Wij werken bovendien ook maar in een straal van 45 minuten tot maximaal een uur rondom het bedrijf, dus dat is perfect haalbaar met elektrische voertuigen. Voor projecten aan de andere kant van het land moeten ze mij niet vragen.”

Energiezuinig atelier

Een betere wereld begint bij jezelf, zo luidt het cliché. En dus verbouwde Kurt Van Tomme zijn atelier de voorbije jaren om tot een energiezuinige en efficiënte productiehal. Met zijn bedrijf produceert en plaatst hij aluminium ramen en deuren, bestemd voor de projectmarkt.

“De meest in het oog springende in-

“Een duurzaam raam is een raam

greep die we hier uitgevoerd hebben, is wellicht het dak dat we geplaats hebben op het achterste deel van ons werkhuis. We hebben namelijk gekozen, voor sheddaken. Je weet wel, die puntige industriedaken die iedereen nog wel kent uit het logo van ‘Krediet aan de Nijverheid - Het blauwe fabriekje’ destijds.

De glaspartijen (driedubbel glas) in die daken zijn gericht naar het noorden, zodat we volop natuurlijke lichtinval hebben in onze werkplaats, zonder dat het hier in de zomer bloedheet wordt. In elke beuk zit bovendien ook een valraam ingebouwd dat ’s nachts automatisch opengaat wanneer het te warm is in het gebouw. Zo hebben we gratis nachtkoeling. En dat systeem werkt uitstekend. Wanneer het buiten 35° C is, wordt het binnen niet warmer dan 25°C.

Uiteraard zijn de wanden en het dak ook geïsoleerd, zodat we in de wintermaanden niet te veel energie moeten verbruiken om de boel hier warm

te houden. Toen er enkele jaren geleden sprake was dat er in Eeklo een warmtenet zou komen, wilde ik ons daar uiteraard op aansluiten. Maar die plannen zijn intussen een jaar of 4-5 oud en dat warmtenet is er nog steeds niet. Wel, wij verwarmen al al die tijd met de oude verwarmingsinstallatie die hier nog stond van de tijd toen onze werkplaats slechts 500 m² groot was. Intussen is die werkplaats uitgebreid met het tweede deel van 1.000 m², maar door de goede isolatie volstaat die oude verwarmingsinstallatie om alles hier warm te krijgen.

Verder hebben we ook een regenput van 20.000 liter, daarvoor hebben we zelfs een speciale toelating moeten vragen, maar ik vond het nodig om daarin te investeren. Ik heb ongeveer 28 mensen in dienst, waarvan er zo’n 20 werken in ons bureau en in het werkhuis. Zij gaan allemaal verschillende keren per dag naar het toilet en spoelen ook telkens door. Dat is een hoop water dat verloren gaat als je

daarvoor leidingwater zou gebruiken, maar wij kunnen dat gelukkig opvangen met regenwater.

Efficiëntie is duurzaam

Van Tomme trekt ook volop de kaart van de digitalisatie, zowel in de productie, als in de plaatsing, opvolging als nazorg.

Kurt Van Tomme: “Iedereen vindt het de normaalste zaak van de wereld dat de auto-industrie werkt met assemblagelijnen waar een auto begint op de eerste post, vervolgens automatisch doorgaat naar een tweede post, waar opnieuw een werkkracht zit die perfect weet wat hij moet doen. De sterkte van de auto-industrie is de efficiëntie, en daar kunnen wij zeker een voorbeeld aan nemen! In de bouw staat die digitalisering momenteel nog maar in zijn kinderschoenen, maar ik ben er rotsvast van overtuigd dat software en slimme technologieën ons kunnen helpen om onze efficiëntie te verhogen. Hier in het werkhuis zelf, maar ook in het transport van en naar de werven, en in de communicatie met onze klanten. We sturen onze processen softwarematig bij, wat resulteert in een betere doorstroom en minder verbruik.

Een voorbeeld: al onze ramen zijn uitgerust met een QR-code. Wanneer je die inscant, krijg je niet alleen de technische documenten van het raam te zien, maar wij hebben dankzij ons track&trace-systeem ook een gedetailleerd overzicht van alle handelingen die met dat raam uitgevoerd zijn. Met één druk op de knop kunnen we dus vorderingsstaten opmaken en doorsturen. Dat betekent een enorme tijdswinst. We hoeven daarvoor niet vijf keer heen en weer naar de werf te rijden.

Focus op kwaliteit

Een ander belangrijk element van de duurzaamheidsvisie van Kurt Van

Een moderne productiehal met veel natuurlijk daglicht is ook aangenamer voor de werknemers.

Tomme is kwaliteit. “Een duurzaam raam is een raam dat lang meegaat. Vaak schrijven de lastenboeken voor dat een draai/kiepraam moet getest en gecertificeerd zijn op 4.500 bewegingen. Maar ons beslag is getest op 10.000 bewegingen! Het is de bedoeling dat onze ramen heel lang meegaan. Gelukkig denken onze partners als Reynaers Aluminium, Sobinco en Saint-Gobain Glasssolutions daar net zo over. We werken niet toevallig uitsluitend met bedrijven uit de buurt, zodat een korte keten ontstaat en we nodeloze transporten voorkomen.

Wij produceren ramen voor de projectbouw, maar wel voor de technisch uitdagende projecten. En ik durf te stellen dat daar heus niet alleen naar de laagste prijzen gekeken wordt. Veel opdrachtgevers zijn inderdaad al overtuigd dat een duurzaam, kwalitatief product beter is dan het allergoedkoopste.

Als ik kijk naar ons bedrijf, dan trachten wij goedkoper te zijn door efficiënter te zijn, door een goede organisatie en track&trace volgen de bestellingen en plaatsingen van onze ramen zo efficiënt mogelijk op, zodat ik maar een beperkte stock heb en de plaatsers geen overbodige verplaatsingen moeten maken tussen het atelier en de werf.

Ook bijvoorbeeld op het vlak van afval tracht ik met kleine ingrepen toch een verschil te maken. Zo worden onze raamprofielen geleverd in zeven meter lange verpakkingen. Tussen de profielen ligt telkens een stuk karton om die profielen te beschermen. Dat karton is nog in perfecte staat, dus het is te gek om dat zomaar weg te gooien. Wel, wij vouwen die kartonnen netjes op, verzamelen die in een container en breng die terug naar Reynaers. De eerste keer keken ze raar op toen ik dat deed, maar nu zijn ze dat gewoon en ze gebruiken die kartonnen opnieuw voor kleine orders, die niet machinaal worden samengesteld. Het is een voorbeeld

van een kleine praktische ingreep, die geen geld kost, en waarmee we toch een beetje afval voorkomen.”

Duurzaamheid is mensenzaak

“Duurzaamheid gaat niet alleen over energiezuinig werken, of duurzame producten maken, het gaat ook over de manier waarop je omgaat met mensen”, vervolgt Kurt Van Tomme. “Zoals iedereen in de bouw, ben ik steeds op zoek naar lokaal talent. We werken samen met het onderwijs om via duaal leren en andere projecten jongeren uit de streek naar hier te krijgen. Maar helaas vinden we niet voldoende mensen hier in de buurt en moeten we ook een beroep doen op buitenlandse krachten. Die buitenlandse krachten wonen hier om de hoek en ze komen wel te voet naar het werk, maar ze keren een paar keer per jaar terug naar hun thuisland, dus vanuit duurzaamheidsoogpunt is dat geen goede zaak.

We trachten ook voor een aangenaam werkklimaat te zorgen voor onze werknemers. Ons werkhuis heeft veel natuurlijk licht en een uitzicht over de velden hier achter de industriezone.

Dat is toch net iets aangenamer dan in vele andere bedrijven, waar de mensen gedurende acht uur geen daglicht zien. In onze productielijn trachten we efficiënt te werken, maar door alles goed te organiseren, beperken we ook de stress voor ons personeel.

Via deze wedstrijd van de stad Eeklo hoop ik om aan andere kleine en middelgrote bedrijven te kunnen aantonen dat duurzaamheid niet alleen een zaak is van de grote spelers. Door kleine, praktische ingrepen, kunnen ook wij, de kleinere bedrijven, ons steentje bijdragen. En wanneer iedereen doet wat binnen zijn mogelijkheden ligt, dan schieten we al een heel eind op!

Duurzaam ondernemen is vandaag de dag meer dan het afval sorteren en herbruikbaar karton gebruiken. De duurzaamheid doelstellingen van de Verenigde Naties beschouw ik als maatschappelijk verantwoord ondernemer meer als een einddoel dan een obstakel!”

Meer weten? www.kurtvantomme.be

De sheddaken met valramen spelen een cruciale rol in de verwarming en koeling van het gebouw.

Vernieuwde kwaliteit, zijdezacht comfort.

Interesse in een demo bij jou op de werf?

Scan de QR-code en schrijf je in.

Slim raam blokkeert zonnestraling in de zomer, maar laat ze wel door tijdens de winter

Het voorbije jaar werd eens te meer pijnlijk duidelijk hoe afhankelijk we zijn van energie voor de verwarming en koeling van onze huizen. Enkele knappe koppen van TNO, Brightlands Materials Center en Solliance, Universiteit Hasselt, imec, KU Leuven, Yparex, Everlam, Glass for Glass en Soltech bedachten daarom een ‘slim raam’, dat een oplossing biedt voor verwarming en koeling en tegelijk onze energiebehoefte drukt.

Vanuit energetisch oogpunt zijn ramen bijzonder kwetsbare delen van de gebouwschil. Niet alleen zijn ramen plaatsen waar veel warmte verloren gaat, ze zorgen er in de zomer ook voor dat gebouwen veel te snel opwarmen. Om op die problemen een oplossing te bieden, bedachten TNO en partners een slim raam.

Volgens de partners achter ‘Sunovate’, want zo heet het project dat het slimme raam ontwikkelt, vormen ra-

men een van de zwakste onderdelen van de gebouwschil. Ze zijn gemiddeld gezien verantwoordelijk voor 30 à 40 % van het totale energieverlies. Enerzijds door warmteverlies in de winter, anderzijds door verhoogde binnentemperatuur in de zomer als gevolg van zonnewarmte. Energiezuinige ramen zijn meestal gericht op het verminderen van warmteverlies via verbeterde isolatie, of op het verminderen van de vraag naar koeling door het blokkeren van zonnewarmte. Omdat deze twee

functionaliteiten met elkaar conflicteren, zijn de huidige energiezuinige beglazingssystemen geoptimaliseerd voor of warme of koude klimaten.

Maar in tussenliggende klimaten, zoals bij ons, zijn beide soorten energieverlies even belangrijk. Daarom ontwikkelt het Sunovate-project een nieuw type energiezuinig slim raam, dat autonoom zijn zonnewarmte-blokkerende eigenschappen verandert bij een vooraf bepaalde temperatuur. Hier-

door maakt het Sunovate-raam het mogelijk om een gebouw in de winter te verwarmen door het gebruik van zonnewarmte en tegelijk voorkomt het in de zomer dat zonnewarmte een gebouw opwarmt. Zo blijft de kamertemperatuur laag en vermindert de vraag naar koeling. Slim!

Warmteblokkerende folie

De kern van het slimme raam, die in een veiligheidsbeglazing wordt geplaatst, is een warmteblokkerende folie. Die polymeerfolie bevat thermochrome pigmenten op nanogrootte, die autonoom van kristalstructuur veranderen bij een temperatuur van 68° C. De verandering in kristalstructuur gaat gepaard met een verandering in elektrische en optische eigenschappen.

Door de pigmenten te bewerken, kan de schakeltemperatuur echter verlaagd worden naar ongeveer 25° C. Het gevolg is dat de kristalstructuur van de pigmenten verandert boven de 25° C, waardoor de zonnewarmte automatisch geblokkeerd wordt en het gebouw niet langer opwarmt.

Onder de 25° C wordt de zonnewarmte wel doorgelaten en maakt het gebouw net gebruik van de zonnewarmte om op te warmen.

Minder verwarmingskosten in de winter door gebruik te maken van zonnewarmte en minder koelingskosten in de zomer door de zon te blokkeren: twee keer winst dus! Volgens de onderzoekers zou het Sunovate-glas moeten leiden tot een energiebesparing van ongeveer 22 %.

Het hele proces gebeurt bovendien volledig automatisch en autonoom. Het functionele materiaal in de tussenlaag is bovendien kleurneutraal en onzichtbaar voor het menselijk oog. De technologie is ontworpen op basis van betaalbare materialen en processen voor een terugverdientijd van minder dan 7 jaar voor eindgebruikers. Door deze technologie verder te ontwikkelen om binnen 2-3 jaar op de markt te kunnen worden gebracht, kan volgens de bedenkers een grote bijdrage worden geleverd aan het behalen van de Europese energie- en klimaatdoelen, met als einddoel een energie- en klimaat neutrale gebouwde omgeving in 2050.

uw partner voor vandaag en inspirerende gids voor morgen.

• Technisch advies op maat

• Opleidingen en publicaties

• Handige rekentools en apps

• Innovatiebegeleiding

meer op buildwise.be

Duurzaamheid in de praktijk: hoe glasfabrikant AGC Glass Europe de

CO2-uitstoot fors wil terugdringen

AGC Glass Europe, wereldleider in vlakglas en een van de grootste producenten van glas voor de bouw wereldwijd, heeft aangekondigd tegen eind 2022 een assortiment floatglas te gaan produceren met een aanzienlijk lagere CO2-uitstoot. Per vierkante meter helder floatglas (4 mm dik) zal de uitstoot minder dan 7 kg CO2 bedragen. Hierdoor zal de CO2uitstoot als gevolg van de productie van dit floatglas bij AGC met meer dan 40% verminderen.

Zoals zovele actoren in de bouw streeft ook AGC op termijn naar CO2-neutraliteit. Om tegen 2050 een CO2-neutrale glasproductie te bereiken, moet rekening worden gehouden met alle schakels in de waardeketen. Dit houdt onder meer in dat bij de glasproductieprocessen geen CO2 meer mag worden uitgestoten, maar dat ook alle CO2-uitstoot uit de toeleveringsketen voorafgaand aan de productieprocessen en andere indirecte uitstoot moet worden gebannen.

AGC heeft naar eigen zeggen al stappen ondernomen om de emissies in de waardeketen aan te pakken en gaat nu over naar de volgende stap door een nieuw assortiment floatglas met een lagere CO2-voetafdruk te lanceren.

Holistische benadering

De productievestiging van AGC Glass Europe in Moustier wordt de eerste productielocatie van AGC waar glas zal worden vervaardigd met de lagere CO2-uitstoot, aangezien deze locatie inmiddels is omgebouwd om te voldoen aan de vereiste strenge voorwaarden.

De centrale ligging van de productielocatie in Moustier is bovendien ideaal voor een duurzame bevoorrading van grondstoffen en strategisch goed gelegen voor de belevering van klanten.

Moustier profiteert onder meer van de plaatselijke beschikbaarheid van zeer zuiver zand, dat een minimale behandeling vergt alvorens het kan worden gebruikt voor de productie van floatglas. Sinds enkele jaren wordt 75 procent van de benodigde grondstoffen – niet alleen zand maar ook andere grondstoffen – bovendien per binnenschip naar de langs de Samber gelegen productielocatie vervoerd.

Natriumcarbonaat is een andere belangrijke grondstof bij de glasproductie. Dit zorgt er namelijk voor dat zand, het hoofdbestanddeel, op lagere temperaturen kan worden gesmolten. De CO2-voetafdruk van natriumcarbonaat varieert sterk, afhankelijk van het proces dat voor de productie ervan wordt gebruikt. De productielocatie van Moustier zal haar CO2-arme glasproductie baseren op natriumcarbonaat met een lage CO2-voetafdruk.

Zeer efficiënte smeltovens

Een van de ovens in Moustier heeft inmiddels onlangs een “koude reparatie” ondergaan (smeltovens worden om de vijftien tot achttien jaar volledig gereviseerd), waarbij nieuwe technologieën zijn ingebouwd, waaronder electro-boosting. Dit houdt in dat het zand wordt gesmolten met behulp van elektriciteit, waardoor de productie minder afhankelijk is van

AGC heeft een productie-eenheid langs de Samber in Moustier

geïmporteerd aardgas. Dit innoverende productieproces is een grote stap op weg naar CO2-neutraliteit.

De productielocatie van Moustier verhoogt bovendien al vele jaren het aandeel glasscherven in het productieproces door meerdere recyclingstromen te benutten. Voor dit nieuwe floatglas met een lagere CO2-uitstoot zal meer dan vijftig procent van het gebruikte glas bestaan uit gerecycled glas, wat een significante hoeveelheid is. Doorgaans wordt voor de productie van helder floatglas namelijk maar 20% aan glasscherven gebruikt.

Groene energiebronnen

AGC zal ter plaatse zoveel mogelijk hernieuwbare elektriciteit opwek-

ken. In België zijn alle daken van de productielocaties en kantoren van ACG voorzien van geïntegreerde zonnepanelen, waardoor de CO2uitstoot aanzienlijk is verminderd. Bovendien heeft de onderneming haar eigen windmolen bij de productielocatie in Seneffe, op enkele kilometers van Moustier.

Op de locatie van Moustier zal nog extra hernieuwbare elektriciteit worden gebruikt die afkomstig is van energieparken op en buiten de locatie (waaronder warmtekrachtkoppeling (WKK) en zonnepanelen).

Optimalisatie van het vervoer

Ook de logistiek maakt deel uit van

de holistische aanpak van AGC. Om de CO2-uitstoot door vervoer in te perken, lamineert AGC de glasplaten tot veiligheidsglas in Moustier zelf, terwijl de coatings worden aangebracht in Lodelinsart, wat zich slechts 25 km verder bevindt.

De strategische ligging van de productielocatie in Moustier zorgt er ook voor dat de eindproducten niet over grote afstanden moeten worden vervoerd. De omliggende gebieden van Noord-Frankrijk, de Benelux en het westen van Duitsland zijn dichtbevolkt, met vele klanten op minder dan 250 km afstand.

Meerdere verwerkingsmogelijkheden

De lancering van het nieuwe assortiment van AGC met een ruim veertig procent kleinere CO2-voetafdruk ten opzichte van de uitgangswaarde van AGC Glass Europe, zal eind 2022 plaatsvinden. Dit CO2-arme floatglas zal worden verwerkt tot:

● Gelaagd veiligheidsglas: Stratobel- en Stratophone

● Warmte-isolerend glas: iplus

● Zonwerend glas: Stopray-, ipasolen Energy

Deze nieuwe producten met een kleine CO2-voetafdruk zullen dezelfde esthetiek, kwaliteit en technische prestaties bieden als de traditionele floatglasproducten van AGC.

AGC is van plan om de in Moustier opgedane ervaring te benutten en over te brengen naar andere locaties, te beginnen met die van Seingbouse, Frankrijk, begin 2023.

Meer weten? www.agc-glass.eu

Verplichte veiligheidsopleidingen overgangsperiode

De Dag van de Afwerking is een gevestigde waarde in de wereld van de afwerkingsberoepen. Dat betekent echter niet dat er niet aan de vertrouwde formule mag gesleuteld worden.

Organisator Embuild voerde dit jaar verschillende wijzigingen voor om de beurs nog beter te maken voor zowel bezoekers als exposanten.

De verplichte veiligheidsopleiding is een van de maatregelen die opgenomen was in de cao die de sociale partners in de bouw eerder dit jaar gesloten hebben en die op 1 april 2022 in werking trad.

Het gevolg is dat alle werknemers

in de bouw: verlopen op 1 oktober

van het Paritair Comité 124 die aan de slag gaan op een werf, een elementaire veiligheidsopleiding van minimum 8 uren moeten volgen. Voor bouwplaatsen waar een veiligheidscoördinator verplicht is, moet het om een opleiding VCA-basisveiligheid of evenwaardig gaan, gevolgd in een erkend opleidingscentrum. Het preventie-instituut Constructiv publiceerde inmiddels een niet-limitatieve lijst met gelijkgestelde vormingen.

Wie dergelijke opleiding volgde of minstens 5 jaar ervaring in de bouw

tijdens de laatste 15 jaar kan voorleggen, geniet van een vrijstelling.

Transitieperiode

Om onze bouwondernemingen de tijd te geven om de opleidingen georganiseerd te krijgen, werd In de cao een transitieperiode van 6 maanden voorzien. Wat betekende dat de bouwbedrijven tot 1 oktober de tijd hadden om hun arbeiders de opleiding te laten volgen.

Bedrijven die omwille van praktische problemen(zoals een gebrek aan ca-

paciteit in de nabijgelegen opleidingscentra) toch nog niet aan de opleidingsverplichting konden voldoen, kunnen nog een halfjaar extra respijt krijgen. Want de absolute limietdatum is in de cao vastgelegd op 31 maart 2023.

Nieuwkomers

Nieuwe arbeiders, die aan de slag gaan in de bouw, zullen de opleiding binnen de maand moeten volgen. Start de nieuwe medewerker in juli of augustus, dan is de uiterste datum 30 september.

Verplichte elektronische facturatie

bij overheidsopdrachten

Vanaf 1 november 2022 is de elektronische facturatie in overheidsopdrachten verplicht voor alle opdrachten gelijk aan of boven de Europese drempel (voor werken

5.382.000 € exclusief

BTW) die vanaf die datum gepubliceerd zijn.

Voor andere overheidsopdrachten met een geraamde waarde onder deze drempel is het tijdschema voor verplichte elektronische facturatie als volgt:

● vanaf 1 mei 2023, voor alle

overheidsopdrachten boven 30.000 € exclusief BTW die vanaf die datum worden gepubliceerd;

● vanaf 1 november 2023, voor alle overheidsopdrachten onder de 30.000€ exclusief BTW, die vanaf die datum worden gepubliceerd;

● opdrachten onder de 3.000€, exclusief BTW worden in principe vrijgesteld.

De aanbestedende overheden kunnen strengere maatregelen nemen met betrekking tot elektronische facturatie. Zij kunnen bijvoorbeeld besluiten om e-facturatie op een eerdere datum dan de bovengenoemde data op te leggen of om te voorzien

in e-facturatie voor opdrachten van minder dan 3000 € exclusief BTW, mits dit in de opdrachtdocumenten wordt vermeld.

HERINNERING: Vanaf 1 april 2019 zijn aanbestedende overheden verplicht elektronische facturen die hen door aannemers worden toegezonden, te ontvangen en te verwerken.

E-FACTURATIE TOOL: Voor het gemak van bedrijven werkt Embuild samen met e-invoicing specialist, Unifiedpost om haar leden een digitaal facturatieplatform aan te bieden. Voor meer info, Billtobox (een directe toegang tot het platform zal binnenkort beschikbaar zijn via onze Embuild site)

Opleiding rond veilig gebruik van diisocyanaten

online beschikbaar in het Nederlands en Frans

Alle werknemers die met diisocyanaten werken, moeten tegen

24 augustus 2023

kunnen aantonen dat ze een opleiding gevolgd hebben over het veilig omgaan met deze producten. Deze opleiding is nu ook gratis online beschikbaar in het Nederlands en Frans en duurt ongeveer één uur.

Misschien heb je op verpakkingen van lijmen, harde of flexibele isolatieschuimen, afdichtingsmaterialen, coatings, kitten,… al de volgende boodschap zien staan: “Per 24 augustus 2023 moet voor industrieel of beroepsmatig gebruik een passende opleiding zijn voltooid”.

Deze boodschap is aangebracht op alle producten die diisocyanaten bevatten. Dat is een groep chemische stoffen die heel breed toegepast wordt. Traditioneel wordt een onderscheid gemaakt tussen “aromatische diisocyanaten” (zoals MDI en TDI) en “alifatische diisocyanaten” (zoals HDI, HMDI en IPDI).

Wanneer een diisocyanaat samengebracht wordt met een polyol of polyeter, vindt een chemische reactie plaats, waardoor polyurethaan ontstaat. En die naam klinkt bij veel mensen wellicht bekender.

Veilig?

Diisocyanaten zijn veilig wanneer je er op de juiste manier mee werkt, maar ze zijn niet geheel onschadelijk.

Eerst en vooral is het belangrijk om te weten dat diisocyanaten niet voorkomen in afgewerkte producten. Ze worden enkel gebruikt als reactieve chemicaliën, dat wil zeggen dat ze reageren met een polyol om een polyurethaan te vormen en ze worden tijdens die reactie volledig opgebruikt. Je treft diisocyanaten dus wel aan in PU-producten als PU-lijmen, dichtingsmiddelen en schuimen; allemaal producten die nog moeten uitharden.

Bij het gebruik ervan neem je best de nodige voorzorgmaatregelen, want diisocyanaten hebben namelijk allergische eigenschappen en sommige zijn ook toxisch. Wie er gedurende lange tijd mee in contact komt en niet de nodige voorzorgmaatregelen neemt, maakt kans om overgevoeligheid of sensibilisatie te ontwikkelen.

Wie gesensibiliseerd is, kan telkens wanneer hij opnieuw in contact komt met de stof (zelfs in zeer lage concentraties) een hevige allergische reactie vertonen met ademhalingsgevolgen (bijvoorbeeld astma).

Door de werknemers die met deze producten werken te verplichten een opleiding te volgen, hoopt men het aantal gevallen van beroepsastma terug te dringen. Volgens schatting zou men zo tot 3.000 gevallen van beroepsastma per jaar in de Europese Unie kunnen voorkomen.

Verplichte opleiding

De Europese verordening 2020/1149/ EU verplicht dat professionele en industriële gebruikers van diisocyanaten als stoffen, of in mengsels waar hun concentratie gelijk aan of groter is dan 0,1 gewichtsprocent, een opleiding met succes moeten beëindigen voor 24 augustus 2023. Deze opleiding, die ook online mag worden georganiseerd, omvat instructies over het onder controle houden van de blootstelling aan diisocyanaten via de huid en de luchtwegen op de werkplek. De verplichte opleiding staat los van de grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling of andere risicobeheersmaatregelen die gelden in ons land.

De opleiding moet worden gegeven door een expert in veilig en gezond werken op de werkplek. Werkgevers moeten registreren welke opleiding hun werknemers hebben gevolgd. Het trainingsniveau hangt af van het blootstellingsrisico. Er zijn 3 trainingsniveaus: het basisniveau, middelhoog niveau en hoogste niveau.

Op het einde van iedere training krijgt men een bewijsstuk van de gevolgde opleiding. De opleiding moet ten minste om de vijf jaar vernieuwd worden. Ondernemingen (zoals PIR/ PUR-spuiters, schilders, parketplaatsers,…) moeten hun personeel dus tijdig de opleiding laten volgen.

Gratis online opleiding

ISOPA, de Europese producentenassociatie van diisocyanaten en polyolen, en ALIPA, de Europese producentenassociatie van alifatische isocya-

Application sectors

naten, hebben een website ontwikkeld getiteld ‘Safe use of diisocyanates’. Op deze website kunnen industriële en beroepsmatige gebruikers nu reeds een online- opleiding volgen die voldoet aan de eisen die opgelegd zijn door de Europese verordening. Het hoofdstuk over ‘Kleefstoffen en Afdichtingsmiddelen’ gaat dieper in op het gebruik van:

● één-component PU-schuim

● voegafdichtingsmiddelen

● kleefstoffen en coatings voor vloeren

● injectieharsen voor scheuren

● Loodgieterij

● Timmerwerk

Een ander hoofdstuk (Hout en Gieterij) is dan weer specifiek gericht naar werknemers die houtcomponentproducten produceren.

Preventie

Uiteraard is het volgen van een opleiding slechts één van de maatregelen die je kan nemen om medewerkers te beschermen tegen de mogelijke gevolgen van diisocyanaten. Andere mogelijke stappen zijn:

● blootstelling voorkomen: bestaan er geen alternatieve producten die geen diisocyanaten bevatten?

● technische maatregelen: zoals bijvoorbeeld een afscherming (afgesloten spuitcabines) of ventilatie en afzuiging

● organisatorische maatregelen: zorg voor jobrotatie bij de werkzaamheden waarbij medewerkers worden blootgesteld

● persoonlijke beschermingsmiddelen: zoals handschoenen, beschermende kleding en ademhalingsbescherming

Meer weten? https://isopa-aisbl.idloom.events/

Festool pakt uit met gloednieuwe accu-tafelcirkelzaag in Systainer-formaat

Machinefabrikant Festool pakt dit najaar uit met een opvallende nieuwigheid, waar veel vakmensen al langer reikhalzend naar uitkeken: een gloednieuwe tafelcirkelzaag die aangedreven wordt door een accu. Ideaal dus voor werven waar elektriciteit niet, of moeilijk voorhanden is.

Wie erbij was tijdens de Dag van de Afwerking, kon in exclusieve avant-première al kennis maken met de CSC-SYS 50, zoals de tafelcirkelzaag heet. Het nieuwe toestel kon dan ook op heel wat belang-

Handig:

stelling rekenen. De CSC-SYS 50 heeft immers enkele opvallende troeven.

Accu-aangedreven

Hoewel de zaag door een accu aangedreven wordt, moet ze niet onder-

doen voor machines op netstroom. Zelfs bij lengtezaagsneden in massief hout merk je geen verschil met netstroommachines dankzij het dubbel accusysteem van 2 x 18 volt in combinatie met de koolborstelloze EC-TECmotor.

Handig transport

Het toestel is zeer compact. Zo compact zelfs dat het in een Festool Systainer past. In het deksel van de Systainer zijn uitsparingen voorzien zodat de zaagbladen, het spouwmes en de stofopvangzak veilig opgebor-

TS 60 K

De nieuwe maatstaf in (inval)cirkelzagen.

1 zaag voor alles!

De TS 60 K combineert precisie, flexibiliteit en maximale zaagkwaliteit met meer veiligheid.

Mét unieke Kickbackstop en met een zaagdiepte van 60 mm.

Deze unieke invalcirkelzaag biedt u ongeziene combinatiemogelijkheden met het volledig Festool zaagsysteem.

De TS 60 K is ook koppelbaar met de unieke afkortrail.

Ontdek de meest veelzijdige zaagmachine in deze klasse. Verkrijgbaar vanaf oktober 2022.

Meer info?

www.festool.be

gen kunnen worden en je niets kwijtraakt. Ook de hoekaanslag en parallelaanslag hebben hun eigen plekje.

De zaag is bedoeld om samen gebruikt te worden met het UG-CSC-SYS onderstel. Dat kan bovendien ook dienstdoen als werktafel (werkblad van 58 x 58 cm) waar je met behulp van klemmen werkstukken kan op vastzetten.

Via passende gaten wordt de CSC SYS 50 veilig op het werkblad gepositioneerd op een ergonomische werkhoogte van 90 cm. Vooral bij lange werkstukken biedt het "blad" van het onderstel bij langs- en dwarssnedes een veilig steunvlak. Wanneer je de poten van het onderstel inklapt, dan transformeert het in een handige steekwagen, waarmee je Systainers en de tafelzaag zelf makkelijk van de vrachtwagen naar de werf transporteert. Een handige transportoplossing dus!

Veelzijdig en precies

De tafelzaag is bovendien verrassend veelzijdig in gebruik: met parallelle zaagsnedes tot 280 mm, een afkortzaagbreedte tot 450 mm en hoekzaagsnedes van -2° tot 47° is het een echte allrounder. De hoogte- en hoekinstelling (mm en inch) gebeurt via het digitale display parallaxvrij. De bediening is dus nauwkeuriger dan je met het oog kan waarnemen. Herhalingsnauwkeurige zaagsnedes zijn gegarandeerd tot op één tiende van een millimeter. Je kan bovendien verschillende zaagstanden opslaan in het geheugen van de machine.

Bij maximaal 35 mm zaaghoogte zijn zelfs hoekzaagsnedes tot -10° mogelijk. Ideaal voor het achtersnijden van plinten.

Praktisch

De machine in zijn verschillende versies zal vanaf februari 2023 bij de Festool verdelers beschikbaar zijn.

Technische gegevens CSC-SYS 50

16.000 BOUWBEDRIJVEN

Daar kan je niet omheen

16.000 bouwondernemers in héél België rekenen op ons. Klein en groot. Actief in alle activiteiten en technieken van de brede bouwsector. Embuild is hun stem en partner. Wij verdedigen hun belangen en promoten hun innovatief vakmanschap.

Samen Bouwen, Samen groeien.

Eerste post-corona editie van de Dag van de Afwerking is opnieuw een schot in de roos

Na twee door corona geplaagde edities vond midden oktober eindelijk opnieuw een normale editie van de Dag van de Afwerking plaats. En dat vertaalde zich ook in een veel hogere bezoekersopkomst dan tijdens de voorgaande editie. Achteraf dus niets dan tevreden gezichten bij exposanten en bezoekers.

De volledige beurzensector, en dus ook de Dag van de Afwerking, heeft twee moeilijke jaren achter de rug. In 2020 kon de beurs niet doorgaan als gevolg van de coronapandemie. Vorig jaar

was alles in gereedheid gebracht voor een normale editie, maar net in de maand november, toen de Dag van de Afwerking moest plaatsvinden, werd ons land getroffen door een enorme opstoot van covid-19. Veel bezoekers haakten af en ook verschillende exposanten speelden liever op veilig en bleven weg van de beurs.

Nieuwe datum

Om een nieuwe novemberpiek te vermijden, besloot organisator Embuild, de vroegere Confederatie Bouw, om de beurs dit jaar met een maand te vervroegen. En dat bleek een goede keuze. Ondanks de nieuwe datum vonden de bezoekers massaal de weg naar de beurshallen van Brussels Kart Expo. Met 3000 bezoekers was de beurs goed gevuld. Er heerste gedurende het grootste deel van de dag een aangename drukte en het publiek bestond zoals steeds voor het overgrote deel uit vakmensen: schrijnwerkers, schilders, stukadoors, te-

gelzetters en parketplaatsers. Veel bezoekers liepen er bekenden tegen het lijf en werd volop verbroederd in een gemoedelijke sfeer. De gratis catering en drank speelden daar uiteraard ook een belangrijke rol in.

Demozone blijkt ideale teaser

Een opvallende nieuwigheid dit jaar was het feit dat de demozone niet langer opgesteld was in de tenten aan de ingang, maar wel in een nieuwe beurshal. Die was een stuk ruimer en comfortabeler dan de tenten en dat viel duidelijk in de smaak bij de bezoekers.

In de demozone konden de aanwezigen kennismaken met een ruim gamma aan producten en machines. De exoskeletten konden zoals steeds op veel belangstelling rekenen, maar ook de demonstraties van lijmen, pleistermaterialen, klein gereedschap en isolatiemateriaal kregen veel bekijks.

Embuild Dé Parketplaatsers, de beroepsvereniging van parketteurs, organiseerde in de demozone ook een fel gesmaakte initiatie parketleggen. De leerlingen van EDUGO campus Glorieux in Oostakker kregen er de kneepjes van het parketvak aangeleerd door twee ervaren rotten uit het vak. Dat werd niet alleen gesmaakt door de leerlingen, ook heel wat aannemers bleven geboeid staan kijken en bestookten de parketplaatsers met vragen.

De aannemers van glaswerken waren eveneens aanwezig met een demonstratiestand. Glazenier Jan Jacobs bracht de bezoekers de finesses van het afkitten bij. Ook zijn demonstraties kregen heel wat bekijks.

Massale interesse in brandwerende deuren

De Dag van de Afwerking lokt traditiegetrouw heel wat schrijnwerkers, en dus besloot de beroepsvereniging van de schrijnwerkers om tijdens de beurs informatiesessie te organiseren over brandwerende deuren. Sinds deze zomer is namelijk een nieuwe regelgeving in voege rond brandwerkende deuren, waardoor de oude Rf-deuren langzaam plaats zullen maken voor de nieuwe EI-branddeuren.

Om deze veranderingen toe te lichten, was een expert van het WTCB-ingeschakeld, die infosessies gaf over de nieuwe branddeuren en de

gevolgen ervan voor de schrijnwerkers. Die infosessies lokten zoveel belangstelling dat de organisatoren extra stoelen moesten aanslepen om alle geïnteresseerden een zitje te kunnen aanbieden. De WTCB-experten kregen na afloop van hun uiteenzetting ook heel wat vragen uit het publiek, waaruit nog maar eens bleek dat dit onderwerp leeft onder de schrijnwerkers.

Na een mindere editie in 2021 is de Dag van de Afwerking dus helemaal terug. De organisatie heeft bovendien al enkele ideeën klaar om de editie van volgend jaar nog beter af te stemmen op de verwachtingen en behoeften van de bezoekers. Wordt vervolgd!

Meer weten? www.dagvandeafwerking.be

Nieuw bij Cras: de innovatieve HPL decoren van Cleaf

“Als houtvakman wil je dat jouw eindklant zijn eigenheid en persoonlijkheid kwijt kan in zijn of haar interieur. Dat is de reden waarom we bij Cras een erg divers en complementair assortiment in decoratief plaatmateriaal aanbieden.” Aan het woord is Mathieu Vandenabeele, Category Manager

Interior decorative panels bij Cras. Cras bood reeds een uitgebreide collectie decoratieve plaatmaterialen aan, met merken als Decospan, Finsa, Polyrey en Hi-Macs. Waarom dan nog een extra merk?

r is veel vraag naar unieke, voelbare structuren en natuurgetrouwe materialen,” legt Mathieu uit. “Via dit unieke plaatmateriaal krijgt ons cliënteel toegang tot een passend en betaalbaar alternatief voor de verwerking van beton, marmer, staal, leer of textiel. Maar ook naar echt realistische houtdecoren met karakter is er een blijvend sterke interesse. Massief hout is immers niet overal de aangewezen keuze.”

Italiaans design

Waarom koos Cras dan precies voor Cleaf? “Eerst en vooral betekent de Cleaf collectie de toevoeging van nieuwe, unieke maatwerkoplossingen voor onze klanten: meer dan 250 decoren, voor elke smaak en voor elk concept. Zowel in hpl, melamine en ABS kantenband. Allerminst standaard producten. Je moet de texturen zien en voelen om te geloven hoe bijzonder ze zijn. Dit niveau van Italiaans design blijft bovendien erg gewild bij ontwerpers en architecten, vanwege zijn hoge designwaarde. En ook de Cleaf-kijk op duurzaamheid paste in de Cras filosofie.”

Een logische keuze

Ook bij ‘Deco Legno’, exclusief invoerder van Cleaf voor de Benelux, klinkt er enthousiasme over de nieuwe samenwerking.

“Deco Legno zocht als gevolg van een aantal veranderende marktomstandigheden een geschikte partner voor de verdeling van de Cleaf collectie in België,” vertelt Patrick Leering, algemeen directeur van Deco Legno. “We zijn daarbij niet over één nacht ijs gegaan. Na een intensieve oriëntatie periode paste Cras met zijn 17 shops het beste in wat Deco Legno zocht bij een nieuwe partner. We zijn in

onze gesprekken met Cras onder de indruk geraakt van de ambitie en de drang naar innovatie binnen deze organisatie,” gaat Leering verder. “Cras heeft bovendien een zeer goed nationaal bereik en daarmee kunnen wij de positie van het merk Cleaf in België dynamiseren en uitbreiden.”

Klaar voor nieuwe projecten

Cras stelt voor zijn Belgische klanten een selectie samen uit het Cleaf assortiment. “Een selectie die aangepast is aan de specifieke noden van de Belgische markt,” bevestigt Mathieu Vandenabeele.

“Logistiek hebben we er ons zo op georganiseerd dat 15 decoren op slechts twee dagen leverbaar zullen zijn. De rest van het assortiment in 1 week. En met onze beplakkingslijn, kunnen we voor onze klanten deze decoren verlijmen op de drager van hun keuze.

Ons salesteam krijgt begin oktober een intensieve tweedaagse opleiding in het hoofdkwartier van Deco Legno. Dat zal hen de kennis bijbrengen die ze nodig hebben om aan projectbegeleiding te doen. Intussen heeft ons marketingteam de belangrijkste Cleaf info op onze website geplaatst en wordt onze stalenservice ook uitgebreid met alle stalen van de Cleaf-collectie, zodat onze klanten vlot een A4-staal zullen kunnen aanvragen in één van onze shops. Die shops worden uiteraard ook uitgerust met de Cleaf decoren. Te beginnen met onze gloednieuwe shop te Oostende die op donderdag 13 oktober feestelijk opent volgens een nieuw concept.”

Breen Belgium BV

Vlimmersebaan 136 / 12

B-2275 Wechelderzande

Telefoon: 03 312 90 80 • Fax: 03 385 97 06

E-mail: info@breen-belgium.com

www.breen-belgium.com

VERKOOPT U AL BINNENDEUREN DIE KLOPPEN?

Een tevreden klant is belangrijk! Want ook al koopt een klant maar eenmaal per leven nieuwe binnendeuren bij u, het is en blijft een ambassadeur. Tenminste, als alles aan de deuren klopt!

Binnendeuren van Breen kloppen. Van de grote diversiteit aan modellen tot de superieure kwaliteit.

Van standaardmaten tot secuur maatwerk. Van een plaatsklare inkasting tot een volledige afwerking. Van service tot snelle levering. Enzovoort.

Van zulke deuren gaat uw hart, en dat van uw klanten, vast sneller kloppen!

Oil Plus 2C.

Even natuurlijk en kleurrijk als de herfst.

Perfect voor vloeren, trappen, ramen, meubels, werkbladen, ...

 Milieuvriendelijke houtolie

 Kleuring & bescherming in 1 laag

 Voor alle houtoppervlakken binnen

 Beschikbaar in 40 kleuren