44 de Architect, juli - augustus 2001
Centrum Blixembosch in Eindhoven door de Architectengroep
45
Stedelijk brandpunt
Centrum Blixembosch in Eindhoven door de Architectengroep Door de aanleg van uitbreidingswijken waaieren de steden alsmaar verder uit over het omringende land. Verder is er weinig veranderd: al honderd jaar worden deze uitbreidingen opgevat als oases van rust. Om dit waar te maken wordt steeds vaker ingespeeld op nostalgische gevoelens uit de kindertijd. Dit biedt echter geen antwoord op de nieuwe dimensies van de stad. Te midden van een aantal themawijken realiseerde Gert-Jan Hendriks een centrum, dat door zijn heldere organisatie en doeltreffend materiaalgebruik de verschillende functies samenbalt en zo juist stedelijk leven mogelijk maakt.
rechts Op de verdieping van het civic center bevindt zich de sportzaal achter houten lamellen (rechts). onder In de gevels van zowel de woningen als de openbare gebouwen is hout gebruikt. De houten panelen bij de woningen zijn verschuifbaar. rechterpagina Centrum Blixembosch met links het civic center en rechts de woontoren. Op de achtergrond het plein met winkels.
Olv Klijn Foto’s Christian Richters Het stedelijke leven in Amerika wordt gekenmerkt door ‘verlies’ van gezinswaarden, teloorgang van het gemeenschapsgevoel, gebrek aan veiligheid en verlies aan individualiteit.1 Deze ontwikkeling kan van repliek worden gediend door het gedachtegoed van een andere Amerikaan, Walt Disney. Een voor de hand liggende gedachtegang, omdat in de door Disney gecreëerde ‘Magic Kingdoms’ geen sprake is van verlies. De realiteit is hier geraffineerd buitengesloten. Voor Blixembosch II, de meest recente uitbreidingswijk van Eindhoven ontwierp bureau Wissing een stedebouwkundig plan dat is opgebouwd uit Disney-achtige themawijken en reproducties van karakteristieke fragmenten. Een Engelse, Franse, Amerikaanse en Italiaanse wijk moeten gezamenlijk het beeld van het nieuwe stadsdeel bepalen. Tegenover deze kakofonie van geforceerde identiteiten realiseerde Gert-Jan Hendriks een aangenaam ‘stil’ en anoniem centrumgebied. Hendriks legt met zijn plan voor Blixembosch de makke van de stedebouw-
kundige context bloot. Terwijl de omringende wijken geboetseerd zijn rondom verschil, is in dit project moeite gedaan de verschillende functies tot een samenhangende identiteit te smeden. Structurerende gedachte hierbij is, dat men op elk niveau van het plan een notie zou moeten hebben van de ‘ander’. Deze opvatting staat in schril contrast met de ‘what you see is what you get’benadering waarmee de omringende Engelse, Franse, Amerikaanse en Italiaanse wijken zijn vormgegeven. Daar eist ieder huis de volle aandacht op en weet de bezoeker nauwelijks nog waar te kijken. In het centrumgebied waar werkelijk sprake van verschil is met betrekking tot programma, worden de blikken echter niet verstrooid, maar gericht en gebundeld. Het programma omvat 180 woningen, 3000 m2 commerciële ruimte, 1000 m2 medische voorzieningen en een ‘civic center’. Door de introductie van een parkeergarage was het mogelijk het hart van het gebied als een leeg plein te ontwerpen. Dit plein speelt een sleutelrol in de enscenering van de gevraagde stedelijke functies. Alle commerciële en openbare functies zijn aan het plein gelegen en er door ontsloten. Gezamenlijk vormen zij tevens de voet