Linda Bikker
Tes
wil geen bril
Tes speelt op haar kamer. Ze pakt haar krijtjes. En tekent een meisje. Het meisje lijkt op Tes. Maar Tes is nog niet klaar. Ze pakt een groen krijtje. Daarmee tekent ze een bril. ‘Wat raar’, zegt Tes. ‘Nu lijkt ze niet meer op mij.’ Tes veegt alles uit. ‘Ik wil geen bril’, zegt Tes. ‘Met een bril zie ik er anders uit.’
3
Papa klopt op de deur. ‘Wat is er?’ vraagt Tes. ‘Ga je met mij mee?’ zegt papa. ‘Waar gaan we heen?’ vraagt Tes. ‘We gaan naar de winkel’, zegt papa. ‘Wat gaan we kopen?’ vraagt Tes. ‘Een bril’, zegt papa. ‘Ik wil geen bril!’ roept Tes. ‘Met een bril zie ik er anders uit.’ ‘Luister’, zegt papa, ‘we …’ Maar Tes hoort papa niet. Ze is al weg.
5