OKTOBER 2011
FLANDERIJN OVER MARKT EN MAATSCHAPPIJ
GRENZEN
6 De grens is er n nog steeds Hugo Camps. Een kr kritische beschouwing over Nederland vs. België. Neder
Samen de 14 Sam gre grens over Eu bev bevordert succesvolle incasso door n nieuwe wetgeving.
20 Een zaak van de lange adem De doe doelstelling van Advocaten zonder Grenzen Nederland is veelomvattend. Grenz
24 Ik zzie kansen maar internationale i incasso is zeker geen ’’appeltje, eitje’.
INHOUD
Twee managers en een directeur delen hun ervaringen en werkwijzen.
Hugo Camps. Een kritische beschouwing over Nederland vs. België.
4
Je plafonnetje. Column van Bart Veldkamp.
DE GRENS IS ER NOG STEEDS
3
VOORWOORD
5
FEITEN
12
GOED RECHT
13
MIJN&DIJN
26
HET LAATSTE WOORD
Leo Netten en Jos Uitdehaag van de internationale vereniging van gerechtsdeurwaarders UIHJ, over zaken doen over de grenzen.
17
SAMEN DE GRENS OVER
10
BELGIË ’ERBIJ GEDAAN’ IS GEEN OPTIE INTERVIEW MET DICK DRESSELHUIS
Ik zie kansen, maar het is zeker geen ’appeltje, eitje’. Interview met Perry Luchtenburg en Perry Groenenberg over internationale incasso.
incasso-en gerechtsdeurwaardersorganisatie Flanderijn 088 - 209 24 44, rotterdam@flanderijn.nl, www.flanderijn.nl Eindredactie: Michel van Leeuwen Concept en redactie: Creative Venue, communicatieadvies en PR Ontwerp, productie en 3D illustratie’s: Nico de Boer, Scherpwerk.nl Fotografie: Patrick Nagtegaal, RomanArt.nl en Jan van Rietschoten Drukwerk: Opmeer Drukkerij bv Reacties kunt u sturen naar: juist@flanderijn.nl
Hans Gaasbeek, bestuurslid van de stichting Advocaten zonder Grenzen Nederland: ieder individu heeft recht op toegang tot een onafhankelijke advocaat. In veel landen zijn die rechten echter bepaald niet vanzelfsprekend.
20 EEN ZAAK VAN DE LANGE ADEM
23
VOORWOORD
JUIST, met een oplage van 18.000 exemplaren, is een uitgave van
Een morele grens Dirk Scheringa, oprichter van de failliete DSB Bank, is onlangs gestart met een nieuwe onderneming die zich gaat bezighouden met factoring. Voor de wat minder ingevoerde lezers: factoring is het opkopen van (portefeuilles met) vorderingen met het doel deze alsnog te incasseren. Scheringa gaat ondernemingen in het MKB ’helpen’ die nog geld tegoed hebben van hun klanten. Dat gebeurt door een lager bedrag aan het bedrijf voor te schieten en het openstaande tegoed op te eisen bij de betreffende klant. Het verschil is de vergoeding voor DS Factoring. Ik ben niet in de positie om te oordelen over de vraag of het verstandig is van Scheringa om opnieuw actief te worden in de financiële dienstverlening. Ik kan wel zeggen dat het gerechtsdeurwaarders uitdrukkelijk verboden is om zich met factoring bezig te houden, direct dan wel indirect. Bij Flanderijn vinden we dat een goede zaak. Niet omdat we vinden dat schulden in zijn algemeenheid niet verhandelbaar zouden moeten zijn: daarvoor is de financiële markt inmiddels te complex. We vinden het echter geen goede zaak dat er bij factoring feitelijk geen relatie is tussen de schuldeiser en de debiteur. Anders gezegd: de schuldeiser heeft nooit zelf iets geleverd aan de debiteur, noch heeft hij enige kennis van het dossier. Hij koopt een vordering en wenst deze te incasseren – niet meer en niet minder. Dat duidt op een minimale betrokkenheid, en dat staat wat ons betreft een oplossing in de weg die zowel voor de schuldeiser als voor de schuldenaar aanvaardbaar is. Dat een schuldenaar niet kan betalen betekent niet altijd dat hij niet wil betalen. Voor deze categorie proberen wij mee te denken in mogelijke oplossingen en we leggen die oplossingen ook aan onze opdrachtgevers voor. Ik kan ernaast zitten, maar ik zie een factoring-partij dat niet snel doen. Het voorkomen en oplossen van problematische schulden staat hoog op de politieke agenda. Je kunt je afvragen in hoeverre dit zich verhoudt tot de handel in schulden. De vordering op een particulier is geen handelswaar, vergelijkbaar met een zij spek of mud aardappelen. Wij zijn er van overtuigd dat alleen echte betrokkenheid er uiteindelijk toe leidt dat schulden sneller worden voldaan en opdrachtgevers krijgen waar zij recht op hebben. Deze JUIST draait om het thema grenzen. Om zakendoen over de grens, incasseren over de grens en misschien ook wel om het trekken van een morele grens.
Nobel streven: Onze waarden.
Tom van Eck, directievoorzitter Flanderijn
C O L U M N
JE PLAFONNETJE
Wij zijn met TVM toch een partij grensverleggend bezig geweest, niet normaal!! Wij zijn wel 1775 km naar het oosten gereisd! Daar waar volgens sommigen nog steeds het Oostfront te keer gaat. Enge Russischachtige landen waar alles is zoals in Moskou. In die stad staat 20 uur per dag file gevuld met stinkende auto’s, heerst vreselijke smog, stinkt iedereen, is er geen fatsoenlijk eten en zijn alle hotels gore hoerenkasten. Maar 1775 km oostwaarts ligt Minsk. WIJ hebben getraind in … Minsk, Belarus! In dat enge, onbekende, onbeminde, te ver buiten je comfortzone liggende land, ook wel Wit Rusland genoemd. Daar ga je toch niet heen!? Wij dus wel, onder luid protest van een aantal sporters weliswaar. En wat bleek? De zon scheen er (ja, echt waar!) en mensen liepen vrolijk door groene parken in die zon. In de rivier Svislots, die dwars door Minsk loopt, werd fanatiek gevist. De ene BMW X6 was nog gepimpter dan de nieuwste Porsche Panamera. Het hotel bleek Wifi te hebben. Er was zelfs héérlijke Cappuccino te verkrijgen in gezellige cafe’s! In stereotypen denkend verzanden wij in vastigheden. Veroordelingen die we niet meer los durven laten. Waar is onze ’ontdekkingsdrift’ gebleven als mens? Als kind willen we maar één ding: over grenzen heengaan. Nee dat mag niet, nee dat kan niet, nee dat hoort niet, het zijn de woorden die we altijd hoorden en die we nu verder vertellen aan onze kinderen. Maar waarom? Als kind ben je puur, wil je verder, wil je meer dan mag. Tot hoe ver kun je gaan? Wat mij betreft moet je juist grensoverschrijdend bezig zijn! Met die instelling heeft de mensheid het tot hier gebracht. Zodra we ouder worden neigen we in een schulp te kruipen en blijven we het liefst binnen onze comfortzone. Zie het als een denkbeeldige cirkel. We stappen er niet uit, nee we blijven lekker veilig binnen onze gestelde grenzen. Stom! Zo benutten we ons maximale potentieel als mens niet. Diep van binnen willen we altijd verder! Denk je dat je als sporter Olympisch kampioen wordt wanneer je je zo opstelt? Nee, kampioenen zijn anders, ze doen anders, waardoor ze die gouden plak juist in de wacht slepen. Grenzen, plafonds, heb ze niet, creëer ze niet. Doet Amerika ook nooit, kom je te dichtbij, gewoon verder schuiven. 15 biljoen in zicht, maken we er straks gewoon 17 van. Zou trouwens wel lekker zijn, in zeg 75 jaar je persoonlijke financiële plafond een keer of 60 kunnen verhogen, zou er ook nooit een brief van een of andere deurwaarder op de deurmat liggen.
Elselien van der Wal
Schaatser Bart Veldkamp kwam tot 1996 voor Nederland uit. Daarna, van 1996 tot 2006 kwam de Olympisch kampioen van 1992 op de tien kilometer voor België uit.
BART
Flanderijn neemt invorderingsbureau lokale overheden over Lokale overheden zijn voor Flanderijn een nieuw aandachtsgebied. Gemeenten, waterschappen en provincies besteden als gevolg van opgelegde bezuinigingen steeds meer invorderings-, incasso- en handhavingstaken uit. Dat biedt kansen voor partijen die beschikken over de juiste specialistische kennis en maatwerk op het gebied van automatisering. Om die reden heeft Flanderijn onlangs het bureau DI.OV.IN in Roggel (Limburg) overgenomen. DI.OV.IN heeft een sterke positie bij tientallen gemeenten in Brabant en Limburg op het gebied van fiscale invordering, zoals het innen van lokale belastingen, precario, leges en de handhaving daarvan. De oprichter en directeur van DI.OV.IN, Ben Joosten, blijft aan als drijvende kracht.
Nieuwe brochures en advertenties Flanderijn Deze zomer heeft Flanderijn een aantal nieuwe brochures en advertenties gelanceerd. De nieuwe uitingen zijn ontwikkeld door reclamebureau Locomotive uit Amsterdam. Overkoepelend thema is dat Flanderijn ervoor zorgt dat afspraken worden nagekomen: ”Het is uw geld, het is onze zorg dat u het krijgt”. Naast algemene brochures van Flanderijn en Flanderijn-Trainingen heeft nu ook iedere vestiging van Flanderijn de beschikking over een eigen regiobrochure. Voor de advertenties is opnieuw gekozen voor licht humoristische foto’s die duidelijk maken dat Flanderijn onwillige debiteuren overal weet te vinden. ”Niet betalen is een mentaliteit … incasso gelukkig ook”.
Aanpak winkeldieven succesvol In de vorige JUIST werd de samenwerking aangekondigd tussen het Hoofdbedrijfschap Detailhandel en Flanderijn in de aanpak van winkeldiefstal. De regeling staat bekend onder de naam ”Afrekenen met winkeldieven” en houdt in dat winkeldieven niet alleen strafrechtelijk worden vervolgd, maar
FEITEN ook direct in hun portemonnee worden geraakt door het incasseren van een schadevergoeding van 151 euro per geval. Die aanpak blijkt succesvol. Tot nu toe heeft een kleine 10% van de winkeliers in Nederland zich aangemeld voor de regeling en zijn er ruim 1000 claims ingediend. Van de ruim 650 claims die het hele traject hebben doorlopen is bijna 90% voldaan. Een prima resultaat!
zomer is er echter sprake van een officiële samenwerkingsovereenkomst en mag PHenC tot onze vaste opdrachtgevers worden gerekend. Binnen Flanderijn houden tien medewerkers zich bezig met de opdrachten van PHenC.
Flanderijn hoofdsponsor 3e Haring- en Hamburgerparty Eind juni vond bij de Hockeyclub Rotterdam de 3e Haring- en Hamburgerparty plaats. Flanderijn was hoofdsponsor van dit evenement, dat georganiseerd werd door Rotaryclub Rotterdam Delfshaven. De opbrengst van het evenement kwam ten goede van meerdere goede doelen waaronder het Jeugdsportfonds Rotterdam en de stichting Lichtjes voor Sophia (ten behoeve van het Sophia Kinderziekenhuis). De Haring- en Hamburgerparty werd door meer dan 500 mensen bezocht.
Pensioenfonds Horeca en Catering kiest voor Flanderijn Flanderijn heeft een grote verscheidenheid aan opdrachtgevers, waaronder enkele pensioenfondsen. Ook het pensioenfonds Horeca en Catering (PHenC) verstrekt al enkele jaren opdrachten aan Flanderijn. Sinds deze
Gerechtsdeurwaarder Alex Wijnhold geeft het roer over Alex Wijnhold heeft per 1 juli 2011 afscheid genomen als gerechtsdeurwaarder bij Flanderijn en Wijnhold in Dordrecht. Ook heeft hij zijn overige functies neergelegd als vestigingsmanager, aandeelhouder en directielid bij Flanderijn. Vanuit de directie is Rob Versluijs nu de eerst verantwoordelijke voor de vestiging Dordrecht. Alex Wijnhold was 29 jaar werkzaam bij Flanderijn, waarvan bijna 20 jaar als gerechtsdeurwaarder en directielid. Dankzij de inzet van hem en zijn enthousiaste groep medewerkers is Flanderijn en Wijnhold uitgegroeid tot marktleider op incassogebied in de regio Drechtsteden.
IN MIJN EERSTE NEDERLANDSE JAREN WAS BELGIË NOG EEN PLASPAUZE, OP WEG NAAR HET ZUIDEN
DE GRENS IS
Hugo Camps is een Belgisch journalist, columnist en schrijver. Hij publiceert in zowel Belgische als Nederlandse
en rapporteerde onder meer over de conflicten in Vietnam, Chili en het Midden-Oosten.
België is een retorische natie. Dus toen ik in 1986 voor het weekblad Elsevier in Nederland ging werken, voelde ik een kaalslag van taal over me neerdalen. Woorden waren niet langer rond. Pas later ben ik de schoonheid van de Nederlandse skelettaal gaan inzien. Nog groter was de culinaire cultuurclash. Ineens zat ik ’s middags aan een broodje kaas en een glaasje karnemelk. Niks lunchcultuur. Als hoofdredacteur van een Belgische krant was ik gewend ’s middags te lunchen met diplomaten, ministers of zakenmensen. De lunchcultuur is heilig in het land van Kuifje. En dan geen lunch van een half uur, nee uren. Calvados en sigaar toe. Nederlanders die in België zaken willen doen hebben geen keuze: eerst lunchen, dan onderhandelen. Niet rechttoe rechtaan kaarten op tafel. Er moet geantichambreerd worden, het liefst tot in persoonlijke gesprekken over het gezinsleven, de hobby’s, de politiek. Belgen hebben liever niet dat er over cijfers wordt gesproken tijdens de lunch. Dat is voor later, aan het einde van de namiddag. Nederlanders zijn te gehaast, hebben
geen trek in praatgrage rondedansjes. Ze drukken zich het liefst uit in cijfertaal. Dat irriteert Vlamingen. Wat ook irriteert is het luide spreken in het restaurant. In de ogen van Vlaamse zakenmensen hebben Nederlanders te weinig fluistertalent. Zij zouden de grote deals nog het liefst binnensmonds afhaspelen. Omdat Vlaamse bedrijven niet de internationale afmetingen hebben van de Nederlandse multinationals wordt er niet erg opgekeken tegen de CEO. Vlaamse eigenaars van middelgrote bedrijven onderhandelen zelf. Geldzaken geven ze niet uit handen. Ze hebben een hekel aan uitgebreide delegaties, houden de zaakjes graag onder vier ogen. Een algemeen directeur of een CEO is er voor de uitvoering, niet voor het sluiten van deals. Al is dat de laatste tijd aan het veranderen, nu ook familiebedrijven niet meer de hechte structuur van de eerste generatie hebben. Nog een verschil: Nederlanders zijn redelijk ongevoelig voor attenties. Vlamingen kunnen niet zonder – het heeft allicht te maken met een minderwaardigheidscomplex. Ik ken zakenmensen die ieder jaar rond Nieuwjaar
(bron: Wikipedia)
tijdschriften. Hij was in de jaren zestig oorlogsverslaggever
een kistje wijn opsturen naar hun Nederlandse collega met wie ze contracten hebben afgesloten of overnames geregeld. Omgekeerd zie je dat minder. Heel gevoelig liggen familiefeesten. Huwelijkspartijen van kinderen voorop. Dan worden halve dorpen uitgenodigd en geven collega-industriëlen acte de présence, soms lijfelijk, soms met een gepast relatiegeschenk. Het onuitgesproken adagium is: welstand en rijkdom mogen getoond worden. ”Het breed laten hangen,” noemen ze dat in het Vlaams. Afgezien van de parvenutijgers zijn Nederlanders iets ingetogener in het showen van bezit en welstand. Het heeft mede geleid tot het taaie clichë: ”Gierige Hollander.” Al heel vroeg was ik Neerlandofiel: trouwe kijker van alle actualiteitenrubrieken. Vriend van Paul van Vliet, verzaligd door de roem van Ajax en Feyenoord, verslaafd aan de columns van Henk Hofland, Jan Blokker, Simon Carmiggelt … Ook nog een land met abortusklinieken - kwam daar in Vlaanderen eens om. Niet dat ik een begeleidende veelgebruiker was, maar de gedachte dat het kon, sloeg mijn
ER NOG STEEDS
Wonderschone gesprekken met onder andere schrijvers als Hugo Claus, politici als Guy Verhofstadt en markante Belgen als zanger Raymond van het Groenewoud.
christelijk verzuilde achtergrond helemaal aan gruzelementen. Nederland als antwoord op een heftig verlangen geseculariseerd te worden, of toch uit het katholieke keurslijf van schuld en spijt te kunnen treden. In het katholieke Limburg van de jaren zestig en zeventig, ook nog als hoofdredacteur van een katholieke krant, was dat een te hobbelig parcours met veel hypocriete bochten. Sommige bedrijfsleiders in Vlaanderen hangen nog vast aan hun geloof. Althans aan de rituelen ervan. Vooral in West-Vlaanderen speelt de kerk nog een rol. Al is het meer een kwestie van hypocrisie dan van geloof. Dat de hoofdredacteur die me naar Elsevier riep, geheel vanzelfsprekend, aan zijn vierde vrouw toe was, vond ik een geruststelling. Dat de eindredacteur aan het eind van de dag ongegeneerd een joint opstak, bracht me terug in de kinderlijke sensatie van het eerste bloot in een film. Dat het kon, dat het mocht. Ik keek geweldig op tegen dat Hollandse lef. Nu, 25 jaar later, weet ik dat lef niet altijd even betrouwbaar is. Soms zelfs een lege huls, in te vullen à la carte van opportunisme. Hollands lef is vandaag alleen nog krampachtig pragmatisme. Het appelleert niet meer aan het activisme van de jaren zeventig, en nog minder aan de verbeeldingskracht van de jaren zestig. Nog is Nederland een grotebekkenmaatschappij, maar dat ligt bestorven in het geestelijk niemandsland dat het inmiddels is geworden. Een bang land, vandaar ook hun idiote Atlantische pretenties. Een land dat op de knieën gaat voor Bush. De Belgische politieke, industriële en financiële wereld is niet Angelsaksisch georiënteerd. Wij zitten op de as Parijs-Berlijn. Vooral in financiële kringen is de Franse invloed nog zeer tastbaar. Het heeft ook met het koloniale verleden in Congo te maken. De nationale luchtvaartmaatschappij Brussels Airlines – het vroegere Sabena – is gespecialiseerd in Afrika. Bijna met monopoliepretenties. Nederland wordt nu gezien als een bibbernatie. Alom angst. Angst voor het vreemde, angst voor Europa, angst voor tegensprekelijke argumenten en nuances, angst voor verlies van alles wat er aan zogenaamde identiteit is. Handen af van Sinterklaas! Het land van Wilders.
JARENLANG HEB IK GEHUNKERD NAAR EEN POLITIEK LEIDER IN BELGIE MET HET KARAAT VAN VAN MIERLO Belgen koesteren een veelvoud van identiteiten zonder dat ze zich daar bewust van zijn. De staat roept overigens vooral vijandbeelden op, zowel bij Walen als Vlamingen. Patriottisme is een theoretisch begrip. Het wordt niet echt beleefd. Ik heb weleens verzucht: waar is toch het land van Hans van Mierlo gebleven? Jarenlang heb ik gehunkerd naar een politiek leider in België met
het karaat van Van Mierlo. Alleen al zijn spreken was puur genot: erotiek. Een totaalpoliticus die van politiek romantiek maakte, en omgekeerd. Ik heb hem in al zijn politieke fases en anderszins van nabij gevolgd. Als partijleider van D66, als minister, als echtgenoot van Connie Palmen, als intellectueel. De vader van Paars. Als ik hem op televisie zag lopen in die rafelige beige regenjas, was ik al ontroerd. Altijd die blik van verwondering - als een kind in de snoepwinkel kwam hij voorbij. We hebben uren gepraat, dat wil zeggen: ik luisterde en zweeg. Altijd weer deed hij me denken aan het existentialisme van de jaren zestig. En wat je in de Belgische politiek zelden tegenkomt: ook nog een man met artistieke antennes. Belezen en vervuld van kunst. Er was een contemporaine schrijver waar hij niet tegenop kon: Hugo Claus. In zijn aanwezigheid verstilde de politicus. Verwondering maakte plaats voor schroom. Na van Mierlo ben ik in Den Haag alleen nog gemiddelde mannen tegengekomen. Pim Fortuyn uitgezonderd. Ik kende hem als collega bij Elsevier. In zijn dagelijkse doen was hij een stuk minder gaullist en staatsman dan in zijn theatrale publieke verschijning. Zijn rubberen kurk was toch vooral rancune, wisten wij insiders. Het type dat bij een ex-geliefde stenen door de ramen ging keilen uit frustratie om de breuk. Ook nog faxen van anderhalve kilometer sturen. Een kindpoliticus. Soms wel grappig en charmant, maar er zat geen rem op zijn woede. Een gemeenschappelijke vriend heeft me ooit gezegd: ”Als Pim inderdaad minister-president was geworden met een gesticht als de LPF in de meerderheid, had hij op een dag zelfmoord gepleegd.” In Wuustwezel loopt een grens tussen Nederland en België. En de grens wordt almaar dikker. Nog steeds begrijpen Nederlanders weinig van de belgitude. Al is er de laatste tijd in de onderlinge verhoudingen wel iets veranderd. In mijn eerste Nederlandse jaren was België nog een plaspauze, op weg naar het zuiden. Of het paradijsje waar bouwvakkers graag hun laatste vrijgezellenavond kwamen doorbrengen met drinkgelagen die eindigden in ritueel zeiken tegen de kathedraal. Vandaag is Antwerpen voor Nederlanders een culinaire attractie, opgeluisterd met snuisterijen in dure modewinkels. Het is bijna een metafysische omslag. Waar ze vroeger steile Godzoekers waren, zijn Nederlanders inmiddels afgezakt tot genotzoekers. Hun driesterrenrestaurants (Sergio Herman, Jonnie Boer) moeten overigens niet onderdoen voor onze fine fleur. Eindelijk aangeraakt door het leven. Met dank aan Vlaamse schrijvers die de laatste jaren in Nederland op veel erkenning mogen rekenen. En ook aan Vlaamse captains of industry die nu sleutelposities bekleden in het Nederlandse bedrijfsleven en aan universiteiten. Om van de invasie van talentvolle Belgische voetballers nog te zwijgen.
In Wuustwezel loopt een grens tussen Nederland en België. En de grens wordt almaar dikker. Nog steeds begrijpen Nederlanders weinig van de belgitude.
Ik mag graag in Groningen en in Drenthe rondhangen. En in Amsterdam natuurlijk. Waar je mensen tegenkomt die nog niet karikaturaal gehinderd zijn door de demonstratieve zuiverheid van het blazoen. Wie je ook tegenkomt, altijd zit er water in het hoofd. De erfenis van mannen en vrouwen die het land veroverd hebben op zee houdt nooit op. In Amsterdam overheerst een prettig gevoel van autonomie. Je mag er dwalen en zoeken. En zelfs vrouwen die in een jutezak lopen, zijn toch nog vrouwen. Leven zonder voorschrift, dat vooral heeft Belgen altijd naar Amsterdam getrokken. Op het thuisfront was dat anders, daar woedde de sociale controle. In de rest van Nederland is het vaak omgekeerd. In het Noorden dicteert het weer de wet. In Amsterdam heerst een ambiance van dialectisch nonconformisme. Ooit was ik zelfs gefascineerd door de penose van de Wallen, toen bordeelhouders en ritselaars nog van de shagmaffia waren. Rondborstige figuren die zich niet lieten smeken om een rondje en de liedjes van Johnny Jordaan en Tante Leen perfect uit het hoofd kenden. Vandaag is de criminele underground ruiger en harder geworden. Baantjer is dood. Voor veel Belgen bestaat Nederland uit Amsterdam en omstreken. Groningen en Friesland kennen ze nauwelijks. Een Drent: is dat niet een curiosum? Er ligt nog veel toerisme braak voor Belgen in Nederland.
Ik ben een voetbalman. Mijn hele leven heb ik opgekeken tegen Johan Cruijff en Willem van Hanegem. En tegen coach Guus Hiddink die uit de Achterhoek komt, en nog steeds binnen de verbeelding van de armen valt, terwijl hij intussen wel multimiljonair is geworden. Wat mij aan Nederlandse topsporters altijd charmeert, is hun meertaligheid. Ze kwekken zich in de rondte in het Engels, Spaans, Italiaans … Alleen het Frans wil niet erg lukken. Ze voelen zich ook overal thuis. München of Barcelona maakt niet uit, al blijven ze ook daar naar Nederlandse tv-zenders kijken en komt er iedere dag Hollandse pot op tafel. En ’s ochtends natuurlijk hagelslag bij de boterham. De eeuwigheid van de polder nemen ze overal mee, ook in het wereldburgerschap. Mooie paradox. Het steekt Belgen dat Nederlandse zakenmannen zo gebrekkig Frans praten. Er worden zelfs grapjes over gemaakt. Altijd weer die Engelse stopwoorden – het ontketent bij sommigen zelfs een lichte allergie. Nederland is minder leuk geworden, hoor je nu in Vlaamse intellectuele kringen. ”Agressie als levensvoorwaarde.” Of zoals Bas Heijne zegt: ”Het land van de manische mondigheid.” Daar staat tegenover: een niet meer eindigende roes van sentiment. De stille optochten, André Hazes in een doodskist op de middenstip van het voetbalveld, de bloemen- en waxineterreur bij smartelijke ongelukken.
Het exhibitionisme houdt niet op. Je ziet het terug op alle televisiezenders, ook bij de zogenaamde kwaliteitsomroepen. Iedereen Lady Di. Ik ben Nederland dankbaar. En met name de journalistieke omgeving die ik er heb gekend. Veel zelfcensuur in mijn leven is weggenomen. Ik ben er vrijer en brutaler geworden. Schrijven zonder ogen in de rug, de verzuiling voorbij: het had iets van vrijheidstheologie. Meer dan Vlaanderen is Nederland een land van elementen. Het water, slagregens, mist, de wind, een zonsondergang in Friesland … het kan je stil maken. En sprakeloos. Ik heb een tijdje rondgelopen met de gedachte ooit een fotoboek te maken van de wind. Van vele winden, want het waait anders in Drenthe dan in Zeeland. Holland: mozaïek van winden en briesjes met bijhorende woeste geluiden en neuriënde klanken: het transcendente komt dan toch dichterbij. Anderzijds: de laveloze Oranjegekte bij voetbalwedstrijden van het Nederlands elftal vernietigt elke esthetische ervaring. Het hogere van kunst en metafysica finaal gesloopt. Daar blijkt weer dat Nederlanders altijd doorschieten in emoties. Niet dat nationale trots veel zou voorstellen, de inzet is het alibi om te hossen en te hijsen en zichzelf te verminken in idiote verkleedpartijen. Plastic klompen op het hoofd, dat werk. Het is zelden stil in Nederland, al met al toch een lawaaierig volkje.
BELGIË
’ERBIJ GEDAAN’ IS
INTERVIEW MET DICK DRESSELHUIS
Dick Dresselhuis is algemeen directeur van de Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg. Zijn organisatie helpt jaarlijks tientallen Nederlandse ondernemingen om zich te vestigen in België. ”De Belg is van nature achterdochtig. Dus neem de tijd om een vertrouwensband op te bouwen en ga dan pas zaken doen.”
’niet toestaan’: wat weerhoudt mij om dat te doen? In het Vlaams betekent het selecteren, overhouden of in aanmerking nemen. ’We hebben u weerhouden als kandidaat voor deze baan’ betekent voor een Nederlander dus dat hij afgewezen is, voor een Belg dat hij een contract aangeboden krijgt.”
GEEN OPTIE Dick Dresselhuis is geboren in Overveen en dus Nederlander. Maar wel een Nederlander die al heel zijn leven in België woont, getrouwd is met een Belgische vrouw en Frans spreekt met zijn kinderen. Dus toch meer Belg dan Nederlander? Dat niet, zegt Dresselhuis. ”Toen ik hier als kind kwam wonen was ik mij helemaal niet bewust van zoiets als een nationaliteit. Pas toen ik merkte dat ik als afwijkend werd beschouwd is dat gekomen. Ik zeg wel eens: de Belgen hebben een Nederlander van mij gemaakt.” Belg of niet, Dresselhuis kan soms verbaasd zijn over het gemak waarmee Nederlandse ondernemingen over de cultuurverschillen tussen België en Nederland heen denken te kunnen stappen. ”Het klopt dat België geografisch dichtbij is. Maar cultureel en idiomatisch zijn er enorme verschillen. En dat geeft in het zakendoen soms problemen.” Waar Nederlandse ondernemingen die naar Japan willen exporteren zich grondig in de Japanse cultuur verdiepen, wordt de Belgische markt met twee vingers in de neus ’erbij gedaan’, zegt Dresselhuis. ”Men verdiept zich grondig in het ’ja’ of ’nee’ knikken van de Japanner, maar als het om België gaat springt de Nederlander op de fiets en gaat de klus even klaren. En dat werkt dus niet – zeker niet bij Belgen.” Eén van de valkuilen bij het opzetten van een onderneming in België is vreemd genoeg de taal. Dresselhuis: ”Nederlands en Vlaams lijken oppervlakkig bezien één en dezelfde taal. Maar er zijn nogal wat woorden die in het Vlaams een diametraal tegenovergestelde betekenis hebben als in het Nederlands. Neem nu het woord ’weerhouden’. In het Nederlands betekent dat zoiets als
Verticaal versus horizontaal Daarbij zijn er natuurlijk de verschillen in wat de Dresselhuis ’de reglementering’ noemt, ofwel de vigerende wet- en regelgeving. Hij zegt: ”De Belgische Grondwet en heel het juridisch stelsel is afgeleid van de Code Napoleon. Tal van procedures zijn dan ook anders dan in Nederland. De meest gestelde vraag van Nederlandse bedrijven is dan ook: waar moet ik mij in België allemaal aan houden? Laatst kreeg ik de vraag waar in België de verkoopvoorwaarden gedeponeerd moesten worden. Let wel: van een onderneming die al twee jaar actief was in België! Die wist dus nog steeds niet dat verkoopvoorwaarden hier niet gedeponeerd worden, maar bij iedere offerte bijgesloten dienen te worden.” Maar zelfs al is een Nederlandse ondernemer 100% op de hoogte van de Belgische regelgeving, dan nog kan er bij het ondernemen bij onze Zuiderburen gemakkelijk een kink in de kabel komen, zegt Dresselhuis. Dat komt omdat de volksaard van Nederlanders anders is dan die van de Belgen. ”Nederland is traditioneel een zelfbewuste, open samenleving, gericht op het buitenland. België is heel lang overheerst geweest door datzelfde buitenland. België kent een geschiedenis van overheersing door Fransen, Duitsers, Spanjaarden … en ook Nederlanders. Dat maakt de Belg van nature achterdochtig: naar de eigen overheid, maar ook naar machten van buiten. Het is dus zaaks eerst te investeren in een vertrouwensband en dan pas zaken te gaan doen. En ja, dat kost tijd.”
Wat ook tijd kost is dat in België de communicatielijnen duidelijk verticaal georiënteerd zijn, terwijl Nederlanders meer horizontaal overleggen. Beslissingen kunnen daardoor langer op zich laten wachten in België, zegt Dresselhuis. ”Waarbij het dan wel weer zo is dat een
eenmaal genomen beslissing om zaken te doen ook een échte beslissing is. In Nederland is het toch meer ’business today’, maar morgen kunnen de kaarten best weer anders liggen.” Belangrijk land De Kamer wordt ook geregeld ingeschakeld om een oordeel te geven over de haalbaarheid van een product- of dienstenintroductie in België. Dresselhuis adviseert dan meestal een marktscan, want meten is weten en het is zeker bij buitenlandse productintroducties gevaarlijk alleen maar uit te gaan van een positief onderbuikgevoel. ”Waar we echter meestal een gedegen advies over kunnen geven zijn zaken als bedrijfsstructuur of vestigingsplaats. Antwerpen of toch Brussel? Vlaanderen of juist Wallonië? We weten doorgaans goed waar de meeste vraag naar een bepaald type dienstverlening is.” De Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg is geen onderdeel van de Kamers van Koophandel in Nederland maar ze trekken wel geregeld samen op. Over het algemeen is Dresselhuis zeer te spreken over de samenwerking met Nederland, al zou België als potentiële exportpartner wat hem betreft wel wat prominenter op de kaart gezet mogen worden in Den Haag. ”We zijn de tweede handelspartner van Nederland en een belangrijk land. Voor een land als Brazilië zijn er aparte programma’s en handelsmissies, maar België wordt toch kennelijk als minder belangrijk gezien. En dat is jammer, zeker gezien de gevoeligheid van de Belgen.”
BREED NETWERK Anders dan vaak gedacht is de Nederlandse Kamer van Koophandel voor België en Luxemburg geen onderdeel van de Kamers van Koophandel in Nederland. Het betreft een zelfstandige ledenvereniging die wordt bekostigd door de bijdragen van ondernemingen die al in België gevestigd zijn en door ondernemingen die zich er willen vestigen. Het betaalde lidmaatschap geeft toegang tot een zeer breed netwerk van kennis en zakelijke contacten.
Het recht is van iedereen. De Tweede Kamer vergadert binnenkort over het kabinetsplan om kostendekkende griffierechten in te voeren. Met dit plan hoopt het kabinet 260 miljoen euro per jaar op de rechtspraak te bezuinigen. Na twee forse verhogingen van het griffierecht in het afgelopen jaar is dit een volgende wijziging met grote gevolgen voor de rechtspleging. Procederen wordt nog duurder. Met name in het bestuursrecht en familierecht zullen de tarieven fors stijgen. Voorbeelden? Bezwaar maken tegen een bekeuring voor verkeerd aanbieden van huisvuil gaat straks € 500,-- griffierecht kosten. Een doorsnee echtscheiding tussen de € 5.000,-- en € 15.000,--. De juridische beroepsgroepen, waaronder de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders en de Nederlandse Orde van Advocaten, maar ook organisaties als de Consumentenbond en de Nederlandse Vereniging van Incasso-ondernemingen hebben elkaar gevonden in een gezamenlijk protest tegen dit kabinetsplan. Zij vinden dat het recht van iedereen is en dat ook iedereen moet bijdragen aan een goede rechtspraak. Een uitspraak in een geschil kan immers grote gevolgen hebben voor andere deelnemers in het rechtsverkeer. Goede rechtspraak dient een groter belang dan alleen het belang van de betrokken partijen. Daarnaast moet je recht halen ook betaalbaar blijven. In de praktijk zien wij nu al dat meer vorderingen tussen € 500,-en € 1.250,-- simpelweg worden afgeboekt omdat het kostenrisico door het hoge griffierecht te groot is geworden. De schade voor het bedrijfsleven, van grote onderneming tot MKB-er, zal nog groter worden. Michel van Leeuwen, directielid Flanderijn Kijk voor meer informatie op: www.flanderijn.nl/nieuws
GOED RECHT IS KOSTBAAR RECHT
Portemonnee Gewoon voor geld € 10,50 www.thinkgeek.com
Wandelstok Voor ’lange’ wandelingen € 195,www.attitudeholland.nl
Ring Voor codeberichten € 12,50 www.thinkgeek.com
Blikjes in diverse smaken Voor ’appeltjes-voor-de-dorst’ € 5,50 www.amazon.com
Boeken Voor bijzondere snuisterijen € 24,50 www.thinkgeek.com
Bout Voor diamanten € 17,50 www.spygadgett.com
MIJN&DIJN GRENZEN en hoe neem je iets ongezien mee ... Smokkelen: zaken illegaal over de grens brengen. Vroeger werd bijvoorbeeld in Nederland accijns op zout geheven en nadat deze accijns in België was afgeschaft bloeide de zoutsmokkel op. De romantiek van het smokkelaarsvak wordt nu aangegrepen om toeristen te trekken.
Damestas Voor na vergaderingen € 42,www.hiddensoles.com
Valse dollar Voor al uw geheimen € 17,50 www.gadgetvenue.com
Japanse lunchbox Voor wie de tijd heeft. € 53,www.etsy.com
LEO NETTEN
JOS UITDEHAAG
EU BEVORDERT SUCCESVOLLE INCASSO DOOR NIEUWE WETGEVING
Kleinere ondernemers zijn nog huiverig om zaken te doen over de grenzen. Volgens gerechtsdeurwaarders Leo Netten en Jos Uitdehaag van de internationale vereniging van gerechtsdeurwaarders UIHJ, gaat gerichte wetgeving en digitalisering hierin verandering brengen.
Veel ondernemers ervaren zaken doen over de grens nog steeds als een sprong in het diepe. Dat heeft vooral te maken met de beperkte mogelijkheden om verhaal te halen als blijkt dat de rekening niet wordt betaald. Een kredietverzekering is natuurlijk een mogelijkheid, maar dat kost geld. In het buitenland procederen is een alternatieve, maar zo mogelijk nog duurdere optie - die bovendien maar al te vaak op niets uitloopt.
SAMEN DE GRENS OVER
Maar er is goed nieuws: de EU werkt hard aan de juridische eenwording, zodat wanbetalers zich niet meer achter de Europese grenzen kunnen verschuilen. Dit betekent een stimulans voor ondernemers én gerechtsdeurwaarders, zegt Leo Netten, voorzitter van de internationale vereniging van gerechtsdeurwaarders UIHJ. ”Het wordt steeds eenvoudiger om een incassoprocedure te starten in het buitenland. Een belangrijke stap is de invoering van een Europees dwangbevel geweest. Een vonnis dat bijvoorbeeld in Oostenrijk wordt uitgesproken, moet gewoon in alle andere EU-landen worden uitgevoerd, weliswaar volgens de lokale regels, maar zonder extra rechtszaken en bijbehorende kosten.” In landen waar de gerechtsdeurwaarder een vergelijkbaar hoog niveau heeft als die in Nederland levert dat doorgaans weinig problemen op. Het wordt echter een ander verhaal als een debiteur in Oost-Europa gevestigd is, zegt Jos Uitdehaag, expert op het gebied van het internationaal burgerlijk procesrecht en bestuurslid van de UIHJ. ”De wetgeving in het voormalige Oostblok stamt nog deels uit de oude socialistische tijd, wat inhoudt dat een wanbetaler altijd nog een beetje gepamperd wordt. Toch zijn ook daar grote veranderingen ingezet. Vooral in Polen functioneren gerechtsdeurwaarders al op een behoorlijk niveau. In Roemenië, dat pas sinds kort EU-lid is, zal het wat langer duren om het juridische systeem naar EU-standaarden op te krikken. De corruptie tiert daar nog welig, zodat het maar de vraag is of je ondanks een Europees dwangbevel daadwerkelijk je geld terugziet.”
Beslag leggen op buitenlands tegoed Een helder en goed functionerend juridisch systeem is een noodzakelijke voorwaarde voor ondernemers en investeerders om in een bepaald land zaken te willen doen. Natuurlijk kan ook de EU geen volledige garantie geven dat vorderingen altijd geïncasseerd worden, maar Brussel probeert wel ondernemers zoveel mogelijk zekerheid te bieden. ”Momenteel bereidt de EU een Europees bankbeslag voor”, zegt Netten. ”Het is immers bijna onmogelijk om beslag te laten leggen op de rekening van een wanbetaler in bijvoorbeeld Roemenië - zelfs als je zeker weet dat hij er geld op heeft staan. En als het al lukt, dan duurt het zo lang dat het geld allang is weggesluisd. Straks kan echter een Nederlandse rechter op aanvraag van een hier gevestigde ondernemer binnen enkele dagen beslag leggen op tegoeden in Roemenië. Dit verhoogt de kans dat een schuldeiser zijn geld krijgt aanzienlijk.” Behalve via wetgeving bevordert de EU succesvolle incasso door de mogelijkheden van de elektronische snelweg te ontsluiten. Zo is er een digitaal juridisch netwerk opgezet waarmee gerechtsdeurwaarders rechtstreeks met elkaar kunnen communiceren. ”Een Nederlandse deurwaarder hoeft voor een cliënt met een debiteur in Sofia niet meer het vliegtuig te pakken”, zegt Netten. ”Hij benadert via het interne netwerk snel een betrouwbare collega in Sofia, met wie hij gegevens uitwisselt. De Bulgaarse gerechtsdeurwaarder kan vervolgens actie ondernemen. Een debiteur reageert nu eenmaal veel sneller op een aanmaning van een lokale gerechtdeurwaarder dan van iemand uit het buitenland.” De komende tijd zullen ook steeds meer registers aan dit netwerk gekoppeld
worden. Te denken valt aan het bevolkingsregister, het handelsregister en het kadaster. ”Met een Europees vonnis op zak kunnen we dan controleren of een debiteur wel over voldoende financiële middelen beschikt voordat we een vordering proberen te innen”, zegt Uitdehaag. ”Als ik nu bijvoorbeeld wil weten of een Nederlandse debiteur een vakantiewoning in Spanje of Italië heeft is dat lastig uit te zoeken, omdat we nog geen toegang tot het kadaster hebben. Over een jaar kan een gerechtsdeurwaarder die gegevens wel online inzien. Uiteindelijk zal digitalisering de Europese incassokosten voor een ondernemer verlagen, zelfs als een Nederlandse gerechtsdeurwaarder beroep doet op een buitenlandse collega. De EU heeft namelijk bij wet geregeld dat gerechtsdeurwaarders geen buitenproportionele kosten mogen maken, ook in het buitenland niet.” Nieuwe Europese wetgeving Als ondernemers steeds vaker de Europese grens overgaan, ontkomen deurwaarders er niet aan om hen te volgen. ”Opdrachtgevers willen hun vorderingen toch liefst bij één kantoor onderbrengen, ongeacht de locatie van hun debiteuren”, zegt Uitdehaag. ”Je ziet nu al dat gerechtsdeurwaarders zich in het kielzog van de nieuwe Europese wetgeving verdiepen in Europese incasso. Ook tijdens de opleiding wordt hieraan al veel aandacht besteed. Deurwaarders zullen straks heel efficiënt hun weg moeten vinden in het uitdijende Europese juridische systeem. Hoe beter deurwaarders zich daarin specialiseren, hoe beter voor het vertrouwen in ons vakgebied. Daar varen we allemaal wel bij.”
Als ik nu bijvoorbeeld wil weten of een Nederlandse debiteur een vakantiewoning in Spanje of Italië heeft is dat lastig uit te zoeken.
DRIE TIPS VAN NETTEN EN UITDEHAAG Ondernemers die internationaal zaken willen doen kunnen met enkele maatregelen de kans op een incassoprocedure verkleinen. 1) Weet met wie je in zee gaat Zorg dat je iemand ter plaatse hebt die voor jou na kan gaan of een beoogd zakenpartner wel solvabel is. In steeds meer landen kan die taak door een gerechtsdeurwaarder verricht worden. Zo kan deze controleren of een Griek die in Nederland zaken wil doen, wellicht in een ander EU-land al een keer failliet verklaard is. 2) Let op de algemene voorwaarden In Nederland is het normaal om buitengerechtelijke incassokosten bij de debiteur in rekening te brengen. Deze bepaling hoeft zelfs niet eens in de voorwaarden opgenomen te worden. Maar in bijna alle andere EU- landen moet dit principe per se expliciet vermeld worden. Bovendien moeten de voorwaarden eerst van toepassing worden verklaard. 3) Probeer de incassocultuur van het land in kaart te brengen Niet alleen de taal kan een barrière zijn, ook zijn er soms verschillen in de incassocultuur. Wat in Nederland werkt - een beleefde aanmaning met ’gelieve binnen vijf dagen te reageren’ – wordt in Duitsland lachend verscheurd en in de prullenbak gegooid. Daar is het zaak heel stellig te zijn en erop te hameren dat een vordering uiterlijk op een bepaalde dag betaald moet zijn.
DIRECTEUR PORTRET RON SCHOENMAKERS
Ron Schoenmakers, Directeur Zentrada Nederland. ”Zentrada.nl is een online groothandelsmarktplaats voor consumentengoederen, vergelijkbaar met Marktplaats.nl maar dan Europees georiënteerd en enkel gericht op b-2-b transacties. Het is een portal dat in verschillende Europese landen actief is en daar de lokale markt bedient in de eigen taal en door de Europese samenwerking een groot online network vormt. Zentrada.nl biedt diensten aan verkopende en inkopende partijen, groothandel naar retailer, die er hun producten op kunnen aanbieden en inkopen. Daarnaast heeft Zentrada.nl sinds enige tijd een speciale service, TradeSafe, die veilig leveren en betalen mogelijk maakt tussen handelspartners die elkaar niet kennen.
Inkopende partijen zoals winkeliers hebben een jaar lang volledige toegang tot het portal via een gratis account of een betaalde abonneeservice, het zogeheten ’professional’ pakket. Dat gaat echter niet altijd goed: ondanks het feit dat klanten een hele registratieprocedure moeten doorlopen en dus willens en wetens kiezen voor een betaalabonnement, ontstaan er achteraf soms problemen. Het blijkt dat mensen maar al te vaak ’zomaar’ wat aanklikken en zich niet realiseren dat ook online zakendoen gewoon zakendoen is. Daarin is wel verbetering aan het komen, gelukkig, maar toch komt het nog voor dat mensen beweren niet geweten te hebben voor een betaald abonnement gekozen te hebben en dus niet willen betalen. In die gevallen zien wij ons genoodzaakt Flanderijn in te schakelen.”
Het blijkt dat mensen maar al te vaak ’zomaar’ wat aanklikken en zich niet realiseren dat ook online zakendoen gewoon zakendoen is.
Xander van Lambaart, finance & administration manager bij Exact. ”Onze software ondersteunt de bedrijfsprocessen van meer dan 100.000 lokale en internationale bedrijven verspreid over zo’n 125 landen. In Nederland maken steeds meer organisaties gebruik van onze oplossingen via een dienst die Software as a Service, ofwel SaaS wordt genoemd. De klant schaft daarbij geen software meer aan, maar sluit een contract per maand per gebruiker af voor het gebruik van software die op onze servers draait. De betaling geschiedt via automatische incasso. Betalingstechnisch gesproken bestaan er absoluut uitdagingen in vooral Afrika en het Verre Oosten. Er wordt bijvoorbeeld een contract voor een on premiseoplossing (op locatie) gesloten, maar klanten rekenen uiteindelijk de licentie en of maintenance niet af. Omdat het voor een beursgenoteerde onderneming problematisch is geboekte omzet in een later stadium te moeten corrigeren, hebben we begin dit jaar de credit check geïntroduceerd welke wordt uitgevoerd voordat de deal gesloten wordt. We hebben daarvoor een wereldwijd contract afgesloten met Dun & Bradstreet: pas als we groen licht hebben gekregen mag de order worden uitgeleverd en kunnen er
eventueel consultants worden ingevlogen voor het implementatietraject mits de licentie en maintenance zijn betaald. Mochten daarna de consultancyuren niet worden voldaan binnen de afgesproken termijn, dan wordt de klant zowel schriftelijk als telefonisch gemaand en waar nodig zal de vordering uit handen worden gegeven en wordt onze dienstverlening stopgezet. Wat internationale incasso soms lastig maakt is dat er grote culturele verschillen zijn. Zo is het in China absoluut not done om telefonisch contact te zoeken met betrekking tot een openstaande
MANAGER PORTRET XANDER VAN LAMBAART
Culturele verschillen maken internationale incasso soms lastig.
post: een mail kan nog net, maar het best schrijf je een brief of, nog beter, ga je bij de klant langs.”
MANAGER PORTRET CAROLA VAN DOLEWEERD
Carola van Doleweerd-van Eggelen CCM, P&O Manager/Credit Manager Autobedrijf Van den Udenhout B.V. ”Autopon Lease heeft per 1 oktober de overstap gemaakt naar Volkswagen Pon Financial Services. De komende maanden zal de debiteurenbewaking echter nog via onze backoffice plaatsvinden. Dit proces verschilt wezenlijk van de aanmaningscycli zoals die binnen andere werkgroepen bij Van den Udenhout gelden. Onafhankelijk van de leasevorm, is de debiteurenbewaking zorgvuldig afgestemd op de algemene voorwaarden zoals die specifiek binnen de leasebranche gelden. Belangrijk is wel dat vanaf het begin van het traject goed over de betalingsvoorwaarden wordt gecommuniceerd. Dit voorkomt achteraf onnodige discussies. Want hoewel de leasesom vooruitbetaald dient te worden, zijn er toch altijd klanten die een langere betalingstermijn willen. Dit zou voor een klant dan
echter een prijsverhoging inhouden, wat een goede basis geeft om er toch gezamenlijk uit te komen. Als de eerste leasetermijn niet automatisch geïncasseerd kan worden, bellen we direct de klant om een concrete betalingsafspraak te maken. We benadrukken daarbij dat een correcte en tijdige betalingstroom onderdeel is van het contract, want we willen in het vervolg niet continu die klant achter de broek zitten. Als ondersteuning genereert ons debiteurensysteem OnGuard op basis van vooraf ingestelde bewakingsprofielen de juiste acties om het dossier op te volgen. De focus ligt op het telefonische contact met de klanten: ieder contactmoment is belangrijk, ongeacht de reden daartoe. De vereiste mobiliteit van de klant geeft je als leasemaatschappij een krachtig middel om betaling te realiseren. Maar vaak blijken lang openstaande vorderingen de voorbode van een faillissement van de klant. Dan wordt het heel lastig
Ieder contactmoment is belangrijk, ongeacht de reden daartoe.
om die vordering te verhalen. Pas als we voor ons gevoel zelf alles uit de kast hebben gehaald, overwegen we een dossier uit te besteden.”
Ieder individu heeft recht op toegang tot een onafhankelijke rechter en toegang tot een onafhankelijke advocaat. In veel landen zijn deze elementaire mensenrechten echter bepaald niet vanzelfsprekend, weet Hans Gaasbeek, bestuurslid van de stichting Advocaten zonder Grenzen Nederland. Hij en zijn collega’s ondersteunen daarom zowel rechtzoekenden als advocaten in het buitenland bij het verbeteren van de lokale rechtshulpverlening. ”Als advocaat hoor je ergens je tanden in te zetten en niet los te laten.”
DE DOELSTELLING VAN ADVOCATEN ZONDER GRENZEN NEDERLAND IS VEELOMVATTEND
Op de website van Advocaten zonder Grenzen Nederland is het voor de leek moeilijk enige lijn in de activiteiten te ontdekken. Kunt u zich dat voorstellen?
Toegang tot een onafhankelijke rechter en toegang tot een onafhankelijke advocaat is een
”Dat is goed te begrijpen. De doelstelling van Advocaten zonder Grenzen Nederland is namelijk veelomvattend. Het ’access to justice’ beginsel is een ruim begrip en het hangt van de specifieke lokale problematiek af hoe je dat invult en uitwerkt. We richten ons soms op de algehele verbetering van het systeem van toegang tot het recht, maar vaak ook op de concrete ondersteuning van deelnemers aan dat systeem. Het kan dan om individuen gaan, zoals bijvoorbeeld een gedetineerde minderjarige, of om groeperingen die in een sociaal en economisch afhankelijke positie verkeren of op basis van politieke of religieuze opvattingen worden vervolgd. En niet te vergeten om advocaten, want het verlenen van rechtshulp aan dit soort groeperingen is vaak even gevaarlijk als het er zelf toe behoren.” Nederlandse advocaten zijn doorgaans mensen die bovengemiddeld goed voor zichzelf kunnen opkomen. Hoezo hebben buitenlandse advocaten hulp nodig bij de uitoefening van hun vak? ”Ons rechtsbestel maakt het mogelijk dat advocaten in vrijheid en onafhankelijkheid, zonder invloed van overheid en rechtspraak, rechtzoekenden kunnen adviseren en helpen. Maar in het bijzonder buitenlandse mensenrechtenadvocaten wordt de voet dwars gezet door regimes die het met die mensenrechten niet zo nauw nemen.
elementair mensenrecht maar bepaald niet vanzelfsprekend, weet Hans Gaasbeek, bestuurslid van de stichting Advocaten zonder Grenzen Nederland.
EEN ZAAK VAN DE LANGE ADEM
Dat kan heel ver gaan. Mensenrechtenadvocaten in het noorden van India bijvoorbeeld werken onder uiterst moeilijke omstandigheden en vaak met gevaar voor eigen leven aan de verbetering van de mensenrechtensituatie in Jammu en Kashmir. Er is daar al een mensenrecht-advocaat ontvoerd en omgebracht door militairen en de Deken van de Orde van Advocaten en diens secretaris zitten al heel lange tijd achter tralies. De regering maakt feitelijk elke vorm van informatie-uitwisseling over Jammu en Kashmir onmogelijk. Een uiterst zorgelijke situatie.”
Nederlandse Gerechtsdeurwaarders zouden ook een steentje moeten bijdragen.
Wat kan een vrijwilligersorganisatie als Advocaten zonder Grenzen Nederland daaraan doen? ”Misschien is het goed om eerst in het algemeen iets te zeggen over de projectmatige manier waarop we werken. Bij langlopende projecten die gericht zijn op structurele ondersteuning verblijft een Nederlandse advocaat vaak gedurende enkele maanden ter plaatse. Een voorbeeld daarvan is ons project in Suriname, dat is gericht op de invoering van rechtshulp door advocaten aan in verzekering gestelde minderjarigen. Veel projecten bestaan echter uit kortere missies, zogenaamde fact finding missions en één of meerdere acties. Jammu en Kashmir is daarvan een goed voorbeeld. We werken daar sinds 2003 intensief samen met de vredesbeweging IKV Pax Christi (IKV) en de Kashmiri Lawyers for Human Rights in Srinagar. In 2004 en 2006 zijn we in India op werkbezoek geweest. Daar hebben we gesproken met advocatenorganisaties, het Rode Kruis, Artsen zonder Grenzen, journalisten, politici, universiteitsdocenten en studenten. De rapportages die we maken brengen we vervolgens naar buiten, om zo het isolement waarin deze collega’s terecht zijn gekomen te verbreken. Ook hebben we samen met het IKV met succes een belangrijke Indiase advocaat, Parvez Imroz, voorgedragen voor een internationale Ludovic Trarieux mensenrechtenprijs. Overigens werd ons de laatste keer een visum geweigerd, waaruit blijkt dat de autoriteiten niet gediend zijn van onze activiteiten daar. En helaas is het IKV inmiddels gestopt met haar werk daar, terwijl de situatie nog steeds even erg is.”
In Nederland zijn een kleine 60 advocaten actief binnen Advocaten zonder Grenzen. Er is geen landelijk bureau, geen secretariële ondersteuning, geen professionele fondsenwerving. Tegenwoordig zeggen ze dan: dan kan beter.
Is het niet buitengewoon frustrerend om zoveel energie te steken in iets wat weinig tot geen zoden aan de dijk zet? ”Ook al lijken onze werkzaamheden soms niet veel zoden aan de dijk te zetten, we horen van collega’s ter plaatse dat ze er erg blij mee zijn, omdat de regering wel degelijk gevoelig blijkt voor dit soort buitenlandse aandacht. Het geeft henzelf het gevoel er niet alleen voor te staan en ook een zekere bescherming te genieten. Bovendien zijn er ook projecten waar we zichtbaar een verschil maken, zoals in Suriname. Dat neemt niet weg dat het soms frustrerend is. Aan de andere kant: als advocaat hoor je ergens je tanden in te zetten en niet los te laten. Het feit dat we ondersteuning bieden vanuit de professionaliteit van de advocaat zoals wij die kennen maakt onze inspanningen vaker wel dan niet effectief. Maar het verbeteren van mensenrechten is sowieso een zaak van de lange adem, dat weet iedereen die zich daarmee bezighoudt.”
”Het voordeel van een kleine en platte organisatie is dat we buitengewoon flexibel en slagvaardig zijn. Maar een aantal zaken kunnen zeker beter. Onze zusterorganisaties in België en Frankrijk bijvoorbeeld zijn al een stap verder, daar staat de ondersteunende staf gewoon op de loonlijst. Wij moeten de funding steeds per project rond zien te krijgen. We zijn nu een missie naar Zimbabwe aan het plannen: daar zoeken we dan passende partijen bij, naast onze vaste donateurs zoals de Orde van Advocaten. We dragen op dit moment ook veel kosten zelf of krijgen ondersteuning in natura van collega-kantoren. We hebben zeker de ambitie om Advocaten Zonder Grenzen Nederland uit te bouwen tot een meer professionele organisatie omdat we dan nog effectiever kunnen zijn. En een stevigere organisatie maakt ook het zoeken van funding eenvoudiger. Tot die tijd zijn we blij met iedere vorm van ondersteuning. Het zou bijvoorbeeld mooi zijn als de Nederlandse Gerechtsdeurwaarders een steentje zouden bijdragen: zij hebben immers ook een rol als het gaat om toegang tot het recht.” Dit is in feite een privé-initiatief dat deels voortkomt uit solidariteit met vakgenoten. Zou de Nederlandse overheid niet meer moeten doen? ”Feit is dat de huidige bezuinigen ook de ontwikkelingshulp en de steun aan minder bedeelde landen raken. Maar over het algemeen mogen we best trots zijn op de opstelling van veel Nederlandse ambassades in het buitenland. Die in Zimbabwe bijvoorbeeld is echt actief en vangt zelfs politieke vluchtelingen, politici en advocaten op. Men opereert daar heel verstandig in wat een zeer kwetsbaar en instabiel land is. Hetzelfde geldt voor de ambassades in Rusland en Noord-Afrika. We dragen in de zijlijn zeker bij aan de Arabische Lente.”
Onze waarden In de missie van Flanderijn is opgenomen dat in onze bedrijfsvoering integriteit en betrokkenheid voorop staat. In de opleiding van onze medewerkers besteden wij veel aandacht aan deze waarden. Integriteit is onlosmakelijk verbonden met het ambt van gerechtsdeurwaarder. Ze worden ook genoemd in de beroeps- en gedragsregels en in de kwaliteitsnormen voor de gerechtsdeurwaarders. Betrokkenheid geven wij binnen Flanderijn vorm door oplossingen te vinden die zowel voor onze opdrachtgever als voor de schuldenaar aanvaardbaar zijn. Een schuldenaar die wel kan maar niet wil betalen moet je op een andere manier benaderen dan een schuldenaar die niet kan, maar wel wil betalen. Voor die laatste categorie denken we mee in mogelijke oplossingen en leggen die oplossingen ook aan onze opdrachtgevers voor. In de praktijk zorgt dit er ook voor dat schuldenaren eerder contact met ons opnemen. Op die manier verlagen we de drempel. We doen dit bijvoorbeeld ook door voorlichting te geven op budgetcursussen. Wij zijn er van overtuigd dat dergelijke betrokkenheid er uiteindelijk toe leidt dat schulden sneller worden voldaan en opdrachtgevers krijgen waar zij recht op hebben.
Michel van Leeuwen, directielid Flanderijn
NOBEL STREVEN ONZE WAARDEN
IK ZIE Crediteuren zien bij buitenlandse vorderingen vaak te snel af van het nemen van maatregelen, vinden Perry Luchtenburg en Perry Groenenberg van de afdeling Internationale Incasso van Flanderijn. Want lang niet altijd hoeft er geprocedeerd te worden in het land van de wanbetalende debiteur. Maar hoe dan ook is internationaal incasseren vaak een zaak van de lange adem. ”We zijn in Nederland wat dat betreft nogal verwend.”
KANSEN, MAAR HET IS ZEKER GEEN ’APPELTJE, EITJE’
Anders dan vaak gedacht kunnen buitenlandse debiteuren in veel gevallen in Nederland worden aangepakt. En anders dan vaak gedacht blijken buitenlandse debiteuren, die worden opgeroepen om in Nederland voor de rechter te verschijnen, vaak alsnog te betalen, of ten minste een betalingsregeling te treffen. ”In een aantal gevallen kun je gewoon in Nederland procederen”, zegt Perry Luchtenburg van de afdeling Internationale Incasso, het Rotterdamse expertisecentrum dat voor de hele Flanderijn-organisatie de internationale incassotrajecten beheert. ”Bijvoorbeeld als partijen vooraf zijn overeengekomen dat op de overeenkomst bij uitsluiting Nederlands recht van toepassing is, of een andere bepaling hebben opgenomen waaruit blijkt dat geschillen uitsluitend worden berecht door de bevoegde rechter in de Nederlandse vestigingsplaats van de verkoper. En zo is er nog een aantal gevallen die in principe een Nederlands vonnis opleveren dat direct in het buitenland kan worden tenuitvoergelegd. Dat geldt voor alle lidstaten van de Europese Unie en voor Zwitserland, Noorwegen en IJsland.” Appeltje eitje dus, dat internationaal incasseren? ”Dat is te mooi
Interview met Perry Luchtenburg en Perry Groenenberg over internationale incasso voorgesteld”, zegt Luchtenburg’s collega Perry Groenenberg. ”Er zitten nogal wat haken en ogen aan het verhaal en er moet aan veel voorwaarden zijn voldaan. Daarover kunnen we opdrachtgevers overigens vooraf adviseren. Maar dan nog: er zijn grote verschillen tussen de rechtssystemen, binnen en zeker buiten Europa. Neem Frankrijk: ieder kanton heeft zijn eigen regelgeving waardoor we niet met één partner zaken kunnen doen. Of Groot-Brittannië, waar niet zoiets als een gemeentelijke basisadministratie bestaat en debiteuren dus heel gemakkelijk ongezien kunnen verhuizen. En dan zwijg ik nog over de landen in Oost-Europa.” Altijd proberen Binnen de afdeling Internationale Incasso is veel expertise en ervaring met het incasseren van vorderingen in het buitenland. Volgens Luchtenburg en Groenenberg is dat vaak nog onvoldoende bekend bij opdrachtgevers. ”We zijn ervan overtuigd dat veel opdrachtgevers het er snel bij laten zitten als een debiteur in het buitenland niet betaalt. En dat is niet goed, want dat werkt in de hand dat buitenlandse debiteuren inderdaad niet betalen in de verwachting dat hun crediteur toch niet in hun land gaat procederen. Wij zeggen dus: altijd proberen”, aldus Luchtenburg. Voorwaarde is wél dat de basis van de vordering goed is, zegt Groenenberg. ”Soms gaat het fout omdat er niet de juiste leveringsvoorwaarden zijn toegepast, er geen getekende overeenkomst is of essentiële documenten zoek zijn geraakt. Als we dat constateren brengen we een negatief advies uit, want de kans op een goede afloop is dan wel heel klein.” Een andere reden voor koudwatervrees bij opdrachtgevers zou wel eens de kosten kunnen zijn, want een internationaal
incassotraject is doorgaans een stuk duurder dan een vergelijkbaar traject in Nederland. Dat komt omdat in het buitenland vaak de tussenkomst van een advocaat nodig is om toegang te krijgen tot de rechter. Daarnaast duren procedures sowieso vaak veel langer in andere landen en willen rechtbanken sommige documenten vertaald zien. ”We zijn in Nederland wat dat betreft nogal verwend”, zegt Luchtenburg. ”In vergelijking met veel andere landen is ons rechtsbestel zeer toegankelijk en zijn de termijnen meer dan redelijk. Bovendien is het bij ons vanzelfsprekend dat je ook de incassokosten kunt vorderen. In veel landen kun je alleen de hoofdsom incasseren en draai je zelf op voor de kosten die je daarvoor moet maken. Toch kiezen opdrachtgevers daarvoor, want beter 70% van de vordering na aftrek van kosten, dan helemaal niets.” Flanderijn Internationale Incasso voert zowel b-2-b als b-2-c trajecten uit. Groenenberg: ”We werken voor bankinstellingen, internationale transportbedrijven maar ook voor zorgverzekeraars die nog geld krijgen van bijvoorbeeld geremigreerde cliënten. Het is niet in algemene termen te zeggen wanneer het rendabel is om een internationaal incassotraject te starten: dat hangt erg af van het land in kwestie. In alle gevallen voeren we eerst een onderzoek uit en geven we vooraf zo goed mogelijk aan wat de kosten zullen zijn. Maar voorkomen is beter dan genezen: opdrachtgevers die eerst hun licht willen opsteken over zakendoen in het buitenland kunnen bij ons advies krijgen over de belangrijkste do’s and don’ts op het gebied van debiteurenbeheer.”
Korte lijnen Flanderijn Internationale Incasso neemt de behandeling van internationale dossiers niet over van de Flanderijn-vestigingen, maar levert advies en ondersteuning op de achtergrond. De kantoren kunnen dus gewoon met de eigen opdrachtgever blijven communiceren over de voortgang. Een belangrijke pijler onder de aanpak zijn de korte directe lijnen met gerechtsdeurwaarders en advocaten in het buitenland: er worden geen tussenpartijen zoals kredietverzekeraars ingeschakeld. De afdeling kan direct telefonisch communiceren met debiteuren in de belangrijkste Europese talen, maar via medewerkers bij de diverse kantoren ook bijvoorbeeld in het Pools. Alle standaardbrieven zijn vertaald, waarbij ook de lay-out met de zakelijke gegevens. Europese executoriale titel Voor niet betwiste schuldvorderingen is het sinds 2005 eenvoudiger geworden om een in Nederland verkregen vonnis in het buitenland te executeren. Op grond van de ’Verordening tot het invoeren van een Europese executoriale titel voor niet betwiste schuldvorderingen’ (afgekort EET-Vo) wordt namelijk een in één van de lidstaten gegeven rechterlijke beslissing in alle andere lidstaten erkend. Dat wil zeggen: zonder verdere controle of toetsing van het vonnis door een buitenlandse rechter. Het enige dat de rechter toetst is of het gaat om een onbetwiste schuldvordering en of de dagvaarding deugdelijk aan de debiteur is betekend. Als een vonnis buiten de EU moet worden geëxecuteerd of indien verweer is gevoerd in de procedure, dan vindt wel een controle door een buitenlandse rechter plaats - onder meer ten aanzien van de vraag of het vonnis niet in strijd is met de nationale rechtsorde. Ook dan echter is het de rechter niet toegestaan om het vonnis inhoudelijk opnieuw te beoordelen.
DIRECTIELID TEUNIS NIEUWPOORT EN OPERATIONEEL MANAGER YANNICK LABEAU
HET LAATSTE WOORD INCASSO AAN DE STROOM Na ruim een jaar voorbereiding opende Flanderijn eind september haar eerste kantoor over de grens. Vanuit Antwerpen gaat de organisatie een full service incasso-aanpak aanbieden in Vlaanderen en Wallonië. Operationeel manager Yannick Labeau en directielid Teunis Nieuwpoort over ondernemen op de strak gereguleerde Belgische incassomarkt. ”Eén ding verschilt in ieder geval niet: wie het dichtst op de bal zit krijgt het eerst z’n geld.” Vanuit het Flanderijn-kantoor aan de Antwerpse Rijnkaai – een steenworp verwijderd van het nieuwe stadsicoon Museum aan de Stroom – heeft de bezoeker prachtig uitzicht over de Schelde. Maar als het aan Yannick Labeau ligt zullen de medewerkers van Flanderijn Incasso N.V. weinig tijd
hebben om naar buiten te kijken. Want Labeau is de afgelopen maanden al druk bezig geweest met het binnenhalen van nieuwe opdrachtgevers. ”En ook Nederlandse ondernemingen met een of meerdere vestingen in België weten Flanderijn Incasso steeds beter te vinden. Ik verwacht zeker nog uitbreiding van ons team in de komende tijd”, aldus Labeau. De nieuwe operationeel manager van de Antwerpse vestiging is afkomstig van gerechtsdeurwaarderskantoor Hemelaer, tevens een van de vaste partners van Flanderijn voor het gerechtelijk vervolgtraject. ”Dat ik daar de afgelopen vijf jaar in diverse functies actief ben geweest maakt de afstemming nu natuurlijk wel heel gemakkelijk”, zegt Labeau. ”We werken
met vaste aanspreekpunten en dankzij een maatwerk-interface sluiten ook de systemen goed op elkaar aan.” Aangezien Flanderijn geen deurwaardersactiviteiten in België mag verrichten is een betrouwbaar netwerk van Belgische deurwaarders essentieel, zegt Flanderijn-directielid Teunis Nieuwpoort. ”Onze intentie is om de Flanderijn-formule te vertalen naar de Belgische markt, dus dat houdt in dat we een full service aanpak willen bieden die opdrachtgevers van a tot z ontzorgt.”
Operationeel manager Yannick Labeau, Flanderijn Incasso, Antwerpen.
Niet betalen is een mentaliteit ...
... incasso gelukkig ook Wie geleverd heeft, moet worden betaald. Flanderijn helpt u met het innen van uw factuur. Met waar nodig een strenge aanpak. Omdat we vinden dat u recht hebt op uw geld. Zo eenvoudig is het. www.flanderijn.nl