3 minute read

Vleermuizen in de tuin

... en hoe jij ze kunt helpen

Vleermuizen spelen een vaak onzichtbare maar belangrijke rol in de natuur én in onze tuinen. Redacteur Iona van den Dries ging op bezoek bij vleermuisdeskundige Marlot Jonker om meer te leren over deze fascinerende beestjes – en over hoe je je tuin vleermuisvriendelijker kunt maken.

Zelf heb ik warme herinneringen aan vleermuizen. Als kind keek ik al graag naar deze luchtacrobaten vanaf een oprit, die nog nagloeide van de zomerzon. Dat is eigenlijk nooit veranderd. Tijdens een vleermuizen-excursie van BAT030 (een onderzoeksproject in Utrecht) besefte ik dat vleermuizen onze hulp nodig hebben. En wat blijkt? Door een paar eenvoudige aanpassingen, kun je jouw tuin al vleermuisvriendelijker maken! Hoe je dat voor elkaar krijgt? Daarover sprak ik met vleermuisdeskundige Marlot Jonker van de Zoogdiervereniging.

De rol van vleermuizen

“Vleermuizen zijn een belangrijk onderdeel van onze leefwereld”, legt Marlot uit. “Van nature zijn vleermuizen voornamelijk insectenonderdrukkers. Neem bijvoorbeeld de eikenprocessierups of de maïsboorder (een mottensoort).

Als er genoeg vleermuizen in de buurt zijn, heb je veel minder last van zulke plagen.”

In Nederland en België komen alleen vleermuissoorten voor die insecten eten, maar op andere plekken hebben vleermuizen weer andere functies, zoals het verspreiden van zaden en bestuiven van bloemen. “Vleermuizen spelen een belangrijke rol voor veel van het voedsel dat we eten. Denk bijvoorbeeld aan koffie, chocolade, mango, cashewnoten en blauwe agave, waar tequila van gemaakt wordt. Vleermuizen zijn eigenlijk de bosbeheerders van de tropen.”

Helaas hebben deze beschermde diersoorten het zwaar in Nederland en België door verlies van hun natuurlijke leefomgeving. “Dé vleermuis bestaat niet”, vertelt Marlot. “In Nederland en België hebben we te maken met verschillende soorten, die ieder hun eigen leefomstandigheden hebben. Zowel vleermuizen uit bosomgevingen als bebouwde omgevingen maken een lastige tijd door.”

Veel vleermuizen zoeken veiligheid en voe-ding rond huizen en tuinen. Er zijn dan ook kleine dingen die je kunt doen die een groot verschil maken. Controleer bijvoorbeeld altijd je spouwmuren voor je gaat (her) isoleren. Je kunt hier letterlijk levens mee redden! Zeker tijdens de kraamperiode (juni/ juli), wanneer de vrouwen samenkomen om jongen te krijgen, is het extra belangrijk om te kijken. Houd er in de winter rekening mee dat vleermuizen langzamer reageren vanwege hun winterslaap en soms niet op tijd wegvliegen.

Goede buren

Vleermuizen zijn prima buren. Niet alleen eten ze insecten, maar ze zorgen ook nog eens voor weinig tot geen overlast. “In de kraamperiode hoor je misschien wat gekrabbel en sociale geluiden in de muur. Vooral kinderen kunnen dit goed horen, doordat zij die hoge tonen kunnen opvangen. Als je al iets merkt van kraamkolonies, duurt dat gelukkig niet lang: binnen enkele weken vliegen de jongen al uit.”

Deze gewone grootoorvleermuis vouwt tijdens de winterslaap zijn oren onder zijn vleugels om minder warmte te verliezen. Dan steken alleen twee puntjes, de tragus, nog boven zijn kopje uit.

Daarbij hebben vleermuizen nog een voordeel: ze maken geweldige mest voor je (moes)tuin! “Vleermuizenmest of guano is goede voeding voor bijvoorbeeld je tomaten. Ook vergaat guano zo tot stof, dus je haalt dit met een borstel eenvoudig weg.” En natuurlijk zorgen vleermuizen voor fantastisch entertainment met hun luchtshows!

Vleermuizen hebben vaak niet één thuis, maar een netwerk van plaatsen waar ze naartoe gaan. Verder forensen vleermuizen, net als veel mensen, tussen plekken waar ze slapen en ‘werken’ – of in dit geval dus slapen en jagen. Daarvoor maken ze gebruik van vliegroutes. “Hun vliegroutes bestaan vaak uit donkere boomlanen, waterstructuren en andere lijnvormige elementen in het landschap”, legt Marlot uit. Als je vleermuizen langs ziet scheren over de gracht of door een park, kijk je als het ware naar hun snelweg.

Vleermuisvriendelijke planten

Je tuin vleermuisvriendelijker maken begint met planten. “Zorg ervoor dat er ’s nachts veel insecten in je tuin zijn”, adviseert Marlot. “Zet bijvoorbeeld nachtbloeiers neer die motten trekken. Kies vooral inheemse wilde planten – het ideale voedsel voor inheemse insecten. Denk aan wilde kamperfoelie, wilde marjolein, grote tijm of herfstasters.” Ook vlinderstruiken ( Buddleja) zijn geliefd bij bepaalde nachtvlinders. Idealiter heb je het hele jaar door wel ergens bloeiende bloemen in je tuin, zodat vleermuizen steeds weer eten vinden in jouw tuin tot ze weer in winterslaap gaan. Kies tot slot voor biologische planten en bestrijd plagen met milieuvriendelijke alternatieven.

De borders staan in augustus vol bloemen om te plukken en op vaas te zetten.

DEEL 1

This article is from: