omdat het moet
als je hem of haar raakt, dan gaa
at er iets gebeuren, hoe dan ook
Voorin de mond
R
aak me en ik voel. Tussen de ogen, in het hart. Raak me en ik lach of huil, grijns of wend mijn hoofd af, word woedend of zacht, heb slapeloze nachten of geniet extra van een koud witbier. Maar raak me, want anders wordt het allemaal van hetzelfde en val ik in slaap, word ik gevoelloos, prikkelloos, ontzield. Een automatische piloot voelt niets maar doet omdat het krijgt opgedragen. Maar word je geraakt, dan kan het alle kanten op gaan. Het hart is geen
wetmatigheid, gevoel geen rechte lijn, een impuls nooit voorspelbaar. Laten we onszelf meer raken, openstellen voor de extremen in het leven en ons minder badderen in het warme, behaaglijke water waarin wij ons bevinden. Van waaruit we vaak zeggen dat alles om ons heen beter moet en dat we wat moeten gaan doen om vervolgens weer het hoofd in het lauwe water te laten zinken. Nee, laat het water pijnlijk heet worden door het leed dat mensen om ons heen treft, of verfrissend koel door de pracht en praal van een wereld met betrokken mensen. Raak me. Dat deed een oude vrouw in Ugunda in oktober vorig jaar, vlakbij het stadje Masaka. In de maand dat ik daar vrijwilligerswerk deed, kwam ik haar tegen bij haar huis. Haar huid vertelde het leven dat ze tot dan toe had geleid. Taai. Gerimpeld. Geschilferd. Geleefd. Ze was ouder dan negentig en woonde alleen. Haar man en kinderen waren allang gestorven. Aids. Als je geen kinderen hebt die voor je zorgen als je oud bent, heb je het moeilijk in Uganda. Geen aanleunwoningen, geen tafeltje-dek-je, geen rustige oude dag. Soms kreeg ze eten van buren, soms ook niet. Ze was mager, keek hol uit haar ogen, keek naar iets wat achter haar ogen leefde. Toen ik wegging had ze met mij gesproken zonder letterlijk iets te zeggen. Het was een gesprek over de onmogelijkheid om iedereen te helpen en tegelijkertijd de mogelijkheid om haar te helpen. Geraakt worden in de mogelijkheden van alle
en prachtige projecten hebben, zullen
onmogelijkheden. Het is mogelijk dat mensen in de goot
dit moeten beamen. Fondsenwerving en
liggen terwijl anderen erover heen stappen met onmogelijke
communicatieplannen worden bedacht,
passen. Dat er een genocide plaatsvindt in Birma en het
uitgevoerd, gemeten en geĂŤvalueerd.
Westen zichzelf vervloekt door er veel te weinig aan te doen.
Aantallen, nummers, getallen, statistieken:
Het is mogelijk dat we ons materieel vermaak boven een
dat zijn de woorden die het raken
kind in Darfur stellen. En ja, het is verdoemend mogelijk
van mensen moeten aantonen. Meer
om te leven in een cocon van vrienden, gezin, werk en
vrijwilligers? Dan zal de visie en missie
vakantie en het daarbij te houden. Geraakt worden is niet zo
wel aanslaan! Meer fondsen gekregen?
gemakkelijk als het klinkt. Ook organisaties die goede doelen
Dan hebben we de juiste toon gevoerd! En meer actieve ambassadeurs? Dan moet de boodschap wel overgekomen zijn! De goochelhoed van marketing, communicatie, fondsenwerving, draagvlakversterking en open sources tovert veel successen tevoorschijn. Maar hoe meten we de hartslag die langzamer of sneller slaat bij een doel van het goede doel, bij de vraag van de duurzame
op zo’n manier dat jouw missie, jouw visie, jouw bewogenheid met je doel de ander raakt. Want als je hem of haar raakt, dan gaat er iets gebeuren, hoe dan ook. Dat is 1:1. Johnny Cash zingt met een van zijn laatste zuchten in het nummer Hurt “I hurt myself today, to see if I still feel”. Dat is pas waarheid, als je het mij vraagt: raak maar eens opzettelijk de scherpe randen van het leven aan met je vingers, snijd jezelf aan de haken en ogen die anderen weerhouden te leven, pijnig je hersenen aan het onrecht dat bestaat, stoot je hoofd tegen de muur van de onmogelijkheden om te helpen. Je zult zien dat je dan weer gaat voelen waar het om gaat. Boos wordt, heilig verontwaardigd, huilt, ontploft. Weet waarom je doet wat je doet. Waar het om moet gaan. Dat is in eerste instantie niet om de cijfers, targets, hoeveelheid, bekende namen, in the picture, keurmerken of prijzen. Er is wel eens gezegd oplossing of bij de oproep om
dat het goed is dat de non-profitorganisaties verzakelijken. Zeker,
echt om te kijken naar de man die
op het gebied van organisatie en management is dit absoluut
eenzaam zijn laatste dagen slijt op
een pluspunt. Maar laten we niet de aanbidding van de cijfers in
vierhoog?
deze verzakelijking meenemen. Anders wordt duurzaamheid een
In fondsenwervingsplannen en in
marketingtool, ontwikkelingshulp een industrie en de donateur een
bijna elke workshop die gaat over
pinautomaat.
draagvlakversterking kunnen we het hebben over instrumenten,
Is dit een preek, moralistisch hiërarchisch gedonder? Ach, het
metingen, foefjes, trucs en de
is geen preek en de donder zal persoonlijk geëvalueerd moeten
magische slogan om mensen te
worden. Laten we zeggen dat het meer een oproep is aan mezelf
binden aan je organisatie en je
en aan ons eigen bureau. We leven in een tijdperk waarin we alles
doel. Strategisch plannen, want we
kunnen delen: Facebook, Twitter, Hyves, Linkedin, blogs, mails,
willen allemaal zo graag weten over
smsjes, telefoontjes en het ouderwetse gesprek. Ik wil dit graag delen
hoeveel jaar het er allemaal zo gaat
met jou. De slotzin laat ik over aan Leonard Cohen, iemand die
uit zien. Maar hoe plannen we de
mij altijd raakt en verwoordt dat de actie van een boodschap bij de
hartsbetrokkenheid van mensen?
ontvanger ligt:
Hoe halen we het hart van mensen
“If it be your will, That I speak no more, And my voice be still,
binnenboord? Door allerlei boeken
As it was before, I will speak no more, I shall abide until,
te lezen over hoe je mensen moet
I am spoken for, If it be your will.”
bereiken? Door (wel) heel erg hip te zijn met 2.0 als het gaat om social networking? Hoe 2.0 we ook willen
Folkert Rinkema,
zijn, het blijft uiteindelijk gaan om
oprichter en mede-eigenaar van Frivista,
dat ene: het bereiken van hem of haar
bureau voor communicatie en fondsenwerving.
pagina’s
86
6
5 columns 1 voorwoord 9 artikelen langer dan 3 pagina’s 6 advertenties 71 foto’s 24 boektitels 8 dvd’s 1 colofon
in op de emoties van de achterban maar houd ze niet voor dom
Als je aan Marieke vraagt wat draagvlak precies is, volgt er een uitgebreide definitie. Het begrip draagvlak is niet zo gemakkelijk te vatten en bovendien is het heel breed. Maar het is niet alleen daarom dat Marieke de tijd neemt draagvlak te definiëren; ze hecht ook groot belang aan het uitleggen van de complexiteit in de relatie tussen ontwikkelingsorganisatie en achterban. Draagvlak is volgens Marieke de betrokkenheid van overheid,
Ze is een spraakwaterval wanneer het over haar vak gaat. Vol passie spreekt ze, krachtig alsof iedere zin de belangrijkste is. ‘Ze’ is Marieke Hart (1979). Haar vak is consultant draagvlak bij Context, international cooperation, een sociale onderneming met als missie capaciteitsversterking voor ontwikkelingsorganisaties. Dus als iemand iets over draagvlakversterking kan vertellen, is zij het wel. “Zo slecht is het niet gesteld met de draagvlakversterkende activiteiten van ontwikkelingsorganisaties,” vertelt ze, “maar het kan altijd beter.”
organisaties en burgers bij mondiale vraagstukken. “En betrokkenheid bestaat dan uit kennis, houding en gedrag. Dan gaat het er dus om dat je er iets vanaf weet, dat je er positief tegenover staat en dat je bereid bent om je er actief voor in te zetten.” Ze geeft een voorbeeld om de complexiteit te illustreren: “Ik heb wel eens een organisatie gesproken die zei: we doen een heleboel structurele opbouwdingen in de derde wereld, maar dat is te ingewikkeld om uit te leggen aan onze achterban, dus we communiceren dat we aan noodhulp doen. Dat is lekker makkelijk en verkoopt. Ik vind dat niet kunnen. Ten eerste is het niet eerlijk dat de achterban iets anders financiert dan hij denkt. Maar veel belangrijker: je houdt je achterban voor dom. Je houdt mensen in de waan dat het met noodhulp alleen wel goed komt, terwijl je juist moet uitleggen dat als je niet aan structurele oplossingen werkt, je ieder jaar aan noodhulp kunt blijven doen maar dat dat over dertig jaar nog geen zoden aan de dijk zet. Je moet de balans vinden tussen het vertellen van een concreet verhaal en het uitleggen van de complexiteit.”
Koenders’ nota Nee, we moeten niet denken dat Marieke vindt dat het zo slecht gesteld is met de draagvlakversterkende activiteiten van ontwikkelingsorganisaties, zeker niet,
maar het kan altijd beter. Hetzelfde geldt voor de in 2009 verschenen beleidsnota van minister Bert Koenders van ontwikkelingssamenwerking (op moment van schrijven afgetreden minister, red.). Hij besloot de subsidie voor draagvlak te halveren en de functie van de Nationale Commissie voor internationale samenwerking en Duurzame Ontwikkeling (NCDO) te veranderen van subsidieverlener naar kenniscentrum. De belangrijkste verandering in zijn beleid is volgens Marieke dat hij vertrekt vanuit een mondiaal perspectief en beargumenteert dat ook ‘hier’ veranderingen nodig zijn om ‘daar’ ontwikkeling te stimuleren. “Daarmee geeft Koenders aan dat mondiaal burgerschap heel belangrijk is in ontwikkelingssamenwerking. Bovendien maakt hij in zijn nieuwe beleid scherp onderscheid tussen de verschillende objecten van draagvlak, oftewel ‘waarvoor’ draagvlak wordt versterkt.” En die opheldering was hard nodig, vindt Marieke. Een andere verandering is dat meetbaarheid van het effect van draagvlakversterking een criterium wordt voor subsidieverlening. Het doel daarvan, namelijk efficiënt werken en je als organisatie meer bewust zijn van je doelen, is goed, vindt ze, maar om daarvoor meetbaarheid als financieringscriterium te hanteren - daarover is ze minder enthousiast. “Ik denk dat het heel terecht is dat hij de conclusie trekt dat evalueren van draagvlakversterking in de kinderschoenen staat. Want dat is ook zo. Maar Koenders kondigt nu aan dat hij alleen nog activiteiten gaat financieren die concrete, meetbare resultaten opleveren. Hij zegt niet: je moet doen wat je belangrijk vindt en daarna gaan we kijken of en hoe we het kunnen meten. Nee, hij zegt: als je het niet kan meten, dan financier ik het niet. Zo stimuleert hij dat organisaties kleine, simpele en concrete campagnes gaan doen, en daar is op zich niets mis mee. Maar het risico bestaat dat organisaties het meest complexe en noodzakelijke werk links laten liggen. Terwijl dat uiteindelijk belangrijker is.”
Civic driven change Als Marieke Hart het over draagvlak heeft, komt ze al snel op de term civic driven change. Dat wordt gedefinieerd als
veranderingsprocessen die opgezet en geleid worden
over draagvlak vind ik dat je het minder noord-zuid
door de mensen zelf. Niet de staat of de markt, maar
moet bekijken. Context laat zich nu bijvoorbeeld
burgers zijn de belangrijkste ‘drijvers’ voor verande-
inspireren door E-Motive dat aan omgekeerde ontwik-
ring. “In feite gaat het er om dat burgers zich inzetten
kelingssamenwerking doet. (E-Motive is een initiatief
voor solving common problems: gemeenschappelijke
van Oxfam Novib met als motto ‘Nederland leert
problemen die het persoonlijke of individuele belang
van ontwikkelingslanden’. Kennis en ervaring van
overstijgen en die zowel ‘hier’ als ‘daar’ terug te zien
mensen uit ontwikkelingslanden worden ingezet om
zijn en op te lossen zijn. Actieve mondiale betrokken-
Nederlandse organisaties verder te helpen, red.) In
heid van Nederlanders is dus ook een uiting van civic
Zuid-Afrika bijvoorbeeld, schijnen ze veel beter te
driven change,” licht Marieke toe. Het is een ontwik-
zijn in campagne voeren. Dus zorgt E-Motive ervoor
keling die zich al enkele jaren voortzet, en die ze
dat mensen uit Zuid-Afrika Nederlandse organisaties
alleen maar toe kan juichen. “Maar daardoor moet je
adviseren en begeleiden over hoe wij campagnes
de rol van ontwikkelingsorganisaties ook anders gaan
moeten voeren. Dat draagt bij aan een andere beeld-
zien. Mensen in ontwikkelingslanden zijn in staat om
vorming van ontwikkelingslanden. En dat is nodig,
hun eigen situatie te verbeteren. Dat betekent niet dat
want we blijven denken dat wij het beter weten. We
je niet aan ontwikkelingssamenwerking moet doen,
moeten ons eens bescheidener gaan opstellen.”
maar dat je de rol ervan anders moet invullen en actieve, lokale burgers moet ondersteunen.”
Houding en gedrag
Dit is geen nieuwe ontwikkeling maar wel eentje die
Een andere belangrijke ontwikkeling is de rol van
nog steeds actueel is en daarom de moeite van het
kennis in draagvlakversterking, vertelt Marieke. Ze
noemen waard. “We denken nog steeds teveel vanuit
haalt Patrick Develtere aan, onderzoeker bij de Katho-
ons oude referentiekader. Ook wanneer je het hebt
lieke Universiteit van Leuven. Hij definieert draagvlak
Dat betekent niet dat je niet aan internationale s a m e n we r k i n g moet doen, maar dat je de rol anders moet invullen en actieve, lokale
burgers moet
als ‘de al dan niet door kennis gedragen houding en het gedrag’ ten aanzien van in dit geval ontwikkelingssamenwerking. “Hij zegt hiermee,” legt Marieke uit, “dat de kern bij houding en gedrag ligt en niet bij kennis. Want allerlei onderzoek wijst uit dat meer kennis niet per definitie zorgt voor een gedragsverandering. In de jaren 70 draaide draagvlakversterking wel om educatie. Toen was de gedachte dat als mensen er maar meer vanaf wisten ze vanzelf wel goede dingen gingen doen. Maar dat bleek niet te werken. Je moet zorgen dat je meer aansluit bij wat mensen raakt, op hun emotie inspelen en handelingsperspectief bieden zodat mensen zelf iets kunnen doen. De Groene Sint van Oxfam Novib is een goed voorbeeld. Je kocht een eerlijke chocoladereep met Sinterklaas en op de verpakking las je ook iets over cacao en problemen met handelsbarrières. De volgorde is omgedraaid. Kennis is, en dat vind ik ook, nog steeds een belangrijk element, maar het wordt niet langer gezien als voorwaarde voor draagvlakversterking. Het heeft wel een keerzijde. Persoonlijk vind ik dat kennis soms wel erg achterwege gelaten wordt. Het draagvlak kan gaan uithollen als je helemaal van dat kennisverhaal wegblijft en je het oppervlakkig houdt. Mensen zouden in ieder geval de grote lijnen moeten weten van de fundamentele, structurele problemen in de wereld.” Hier komt de complexiteit waarover Marieke het al eerder
Marieke Hart is sinds 2007 werkzaam voor Context, international cooperation, een sociale onderneming die zich voornamelijk bezighoudt met onderzoek, facilitatie, training en publicatie op het gebied van internationale samenwerking. Marieke is onder andere verantwoordelijk voor de Context MasterClass, een leertraject voor ontwikkelingsorganisaties op het gebied van draagvlakversterking. Verder doet ze onderzoek op dit gebied. Hiervoor werkte Marieke als onderzoeker en docent aan de Universiteit van Utrecht bij de studie algemene sociale wetenschappen en studeerde ze af in de communicatiewetenschappen en op beleid, organisatie en samenleving.
had, weer om de hoek kijken: “Het is allemaal leuk, zo’n chocoladereep kopen, maar uiteindelijk heb je het dan nog niet over waar het echt om gaat: wat er structureel mis is in de wereld. Daarom was bij de Groene Sint juist de koppeling met lobby richting chocolade fabrikanten zo sterk.”
Zie verder: www.contextmasterclass.nl www.developmenttraining.org
Onrecht
“Er is veel onrecht in de wereld,” plachtte mijn
onderwijzer in de vijfde klas met licht spottende
blik te antwoorden, wanneer wij - een jaar of tien jong en al erg mondig - weer eens op hoge toon
betoogden dat we echt teveel huiswerk konden ma-
ken. Het bleek een uitermate effectieve manier om ons de mond te snoeren. Zelfs wij begrepen dat de honger in Biafra van een andere orde was dan een
half uurtje minder buitenspelen. Het leerde ons onbewust - ook relativeren, en zoals bekend: jong geleerd is oud gedaan.
Er is inderdaad veel onrecht in de wereld en ik heb inmiddels een beroep waarbij het berichten
daarover dagelijkse kost is. Nog letterlijker: het is mijn broodwinning, ik eet ervan. En goed ook,
ik laat het mezelf smaken, ondanks alle honger in de wereld. Er is, naast onrecht, overigens weinig wat mij meer irriteert dan de vragen die de
redactie van dit blad mij vroeg te beantwoorden: in hoeverre raak je als journalist afgestompt?
Hoe geef je het onrecht dat je in je werk tegenkomt een plek? Ik ben meteen geneigd een tegenvraag te stellen: hoe zit dat eigenlijk met de
vragensteller, de krantenlezer, televisiekijker, Clairy Polak,
presentatrice en journalist
de lezer van ‘MAG’? Raakt die afgestompt? Hoe geeft die het een plek?
We hebben allemaal onze eigen manier om om te
gaan met ons schuldgevoel. Of met onze betrok-
kenheid. Of met het schuldgevoel dat we betrok-
kenheid noemen. Ik ben journalist geworden omdat ik me interesseer voor de wereld om me heen, hoe onrechtvaardig ook. Omdat ik me interesseer voor
de onder- of achterliggende machinaties en oorza-
ken van wat zich zoal afspeelt. En om die bloot te (helpen) leggen, als dat even kan. Om ‘het pu-
bliek’ in staat te stellen zich daarover een me-
ning te vormen. En om bij te dragen aan een rechtvaardiger wereld wellicht? Ach, mijn pretenties
zijn bescheiden. Mijn illusies nog bescheidener. Er is tenslotte veel onrecht in de wereld.
Op 21 januari vond de eerste UZ plaats in Seats2Meet te Utrecht. Met â‚Ź 0,- kregen de initiatiefnemers Be More, 1ProcentClub en Frivista ruim 200 bezoekers op dit event. Via vraag en aanbod en workshops konden organisaties en particulieren elkaar ontmoeten en helpen met vrijwilligerswerk, ideeĂŤn en nieuwe inzichten. Visitekaartjes werden rondgedeeld, daarna het bekende maar oh-zo leuke hapje en drankje en iedereen ging met een goed gevoel en meer contacten naar huis. Ze hadden hun betere wereld ontmoet. Check www.jijbent.uz wanneer er weer een UZ plaatsvindt.
Z U reld
ouw
on
et j tmo
e re w bete
De toeko of illu Er wordt steeds kritischer naar de grootschalige landbouw en veehouderij gekeken. Het milieu en het dierenwelzijn worden belangrijker, en de afhankelijkheid van import baart ons juist zorgen. Is duurzame landbouw het alternatief? Op bezoek bij drie pioniers.
Pioniers in de duurzame landbouw, Biefstuk van de Eemlandhoeve Het is een druilerige woensdagmiddag. De mist wil maar niet wegtrekken en met moeite kun je de Eemlandhoeve in het Utrechtse Bunschoten zien liggen, de ‘brede’ boerderij van Jan Huijgen. “Òf je werd heel groot, zoals mijn buurman, òf je redde het niet. Het was in die tijd dat ik zei: nee, er moet ook nog een andere mogelijkheid zijn.” En zo ontstond de Eemlandhoeve in Bunschoten. Jan Huijgen, filosoof en boer van huis uit, wilde een boerderij waar cultuur centraal zou staan. Cultuur in de vorm van zorg voor de natuur en de bodem, en educatie aan kinderen en omwonenden. Dat vertaalt zich praktisch in het houden van vleeskoeien, een boerderij-
omst usie?
, vee- en fruitteelt winkel, vergadercentrum voor bedrijven en een zorgboerderij voor mensen die niet op de reguliere arbeidsmarkt aan de slag kunnen. De boerderij krijgt zo weer een centrale rol in de omgeving. Inderdaad, net als vroeger, al wil Huijgen niet teruggaan in de tijd. “Ik ben niet alleen een idealist maar ook een pragmatist, een ondernemer. Ik wil breder kijken dan alleen productie en een directe verbinding maken met de cultuur eromheen.” Huijgen draagt een belangrijke reden aan om zijn hoeve op deze wijze te houden en ieder jaar verder uit te breiden. Zo legt hij uit dat het voedsel van Nederlandse boeren naar slechts drie inkopers gaat, en van daaruit naar de consument. Een zeer smalle trechter, ‘van de zotte’ vindt hij het. “Boer en consument raken hierdoor
nog verder van elkaar verwijderd. Ook worden we
lenen van zijn buurman, en andersom gebruikte de
als consument meer en meer afhankelijk van de
buurman bij de opening van zijn uitgebreide boer-
grote partijen en dat is lang niet altijd positief,” zegt
derij de tientallen stoelen die Huijgen heeft staan
Huijgen, “dat zagen we tijdens de economische crisis
in zijn vergadercentrum. “En ik zat ook te denken,”
ook op andere gebieden.”
gaat Huijgen verder, “dat het een win-win-situatie
De Eemlandhoeve is een voorbeeld voor veel andere
kan worden. De nieuwe schuren van mijn buurman
boerderijen op het gebied van multifunctionele en
hebben enorme daken. Daar kunnen prima zonne-
duurzame landbouw. Zo krijgt Huijgen al sinds 1993
panelen op.”
- het jaar dat de Eemlandhoeve van start ging - veel politieke aandacht. Hij onderhoudt contact met Arie Slob van de ChristenUnie en met voormalig
Appels van Willem & Drees
CDA-landbouwminister Cees Veerman, en heeft
Twee mannen van begin dertig, voorheen werkzaam
inmiddels ook op Europees niveau contacten. In
bij Unilever waar ze zich dagelijks met eten bezig-
2007 ontving Huijgen zelfs als eerste Nederlander de
hielden, vroegen zich altijd al af: waar belanden al
internationale Mansholtprijs, een prijs voor belang-
die groenten die ik in het land zie staan eigenlijk? In
rijke pioniers in de landbouw. En naast zijn werk-
de winkel kunnen we vooral veel producten van over
zaamheden op de hoeve is Huijgen ook initiator van
de grens kopen, maar waarom kopen we niet meer
de Taskforce Multifunctionele Landbouw, ingesteld
lokaal in? De twee mannen, Willem Treep en Drees
door Gerda Verburg (demissionair landbouwminister
Peter van den Bosch, raakten er met elkaar over aan
op moment van schrijven). Doel van de Taskforce is
de praat, en betrokken supermarkten bij hun ideeën.
‘werken aan versnelling, verbinding en vernieuwing
Was het mogelijk om een schap met lokale produc-
van initiatieven in de multifunctionele landbouw’.
ten te verkopen aan een supermarkt? Begin 2009
Je kunt wel stellen dat Huijgen een belangrijke speler
mochten ze dat acht weken proberen bij de Plus in
is in de huidige ontwikkelingen van de landbouw.
Amersfoort. In korte tijd sloten tien andere winkels
Wat denkt hij: heeft deze landbouw de toekomst?
zich hierbij aan en sinds eind juni 2009 is het bedrijf
Eten we straks alleen nog maar biologische koeien
Willem & Drees een feit.
uit de streek, of blijven we afhankelijk van de mas-
Voorafgaande klinkt nonchalanter dan het werkelijk
savleesproductie zoals we die van na de Tweede We-
was. Want wat deze twee mannen deden was een
reldoorlog kennen? “We moeten niet òf-òf denken.
stabiele baan bij Unilever opgeven voor het onzekere
De diversiteit van het levensweb is de kracht. Je kunt
ondernemerschap. Het is dan ook niet zomaar een
niet alleen maar mikken op de grootschalige land-
bevlieging, maar vooral bevlogenheid die de man-
bouw. Het is een kwestie van balans vinden tussen
nen drijft. “Ik wil in mijn maatschappelijke carrière
regiospecifieke en grootschalige landbouw.”
een bijdrage leveren aan een betere wereld,” zegt
Het contact met zijn buurman, die net nieuwe
Drees Peter van den Bosch. “Mijn hart ligt bij de Ne-
schuren heeft gebouwd met ruimte voor vierhon-
derlandse landbouw en ik geloof in korte, overzichte-
derd melkkoeien en bij wie alles op de boerderij is
lijke voedselketens. Die zijn namelijk goed voor het
gemechaniseerd, is daar een goed voorbeeld van. De
milieu en zorgen voor een verbinding tussen boer en
boeren leven letterlijk naast elkaar en vullen elkaar
burger.”
in bepaalde opzichten juist aan. Zo had Huijgen in
Het bedrijf Willem & Drees doet wat supermarkten
de zomer een grote grasmaaier nodig en kon hij die
zelf niet kunnen: verse, lokale producten verkopen
We moeten anders gaan denken in de supermarkt. Een te kleine markt voor de grote
Avocado uit Zuid-Afrika
ketens, en daarom een gat in de markt voor de twee
Bananen uit Colombia, rijst uit Thailand en avo-
oud-Unilever-medewerkers. Drie keer per week
cado’s uit Zuid-Afrika. We zien ze allemaal regelma-
rijden ze naar de boeren en vertrekken ze met een
tig in de supermarkt liggen. Maar hoe zit het in die
vrachtwagen vol groente en fruit naar de supermarkt.
landen nu precies? Is er in ontwikkelingslanden ook
Bestellen hoeft niet, want de medewerker van de
sprake van lokale landbouw? Een interessante vraag,
groenteafdeling kiest ter plekke. De eisen die Willem
zeker gezien de uitbreiding van lokale landbouw in
& Drees stelt aan de producten zijn dat ze uit een
Nederland waardoor die landen misschien wel meer
straal van maximaal veertig kilometer komen en van
concurrentie krijgen. Edith van Walsum, direc-
het seizoen zijn, en dus niet uit een verwarmde kas
teur van Ileia, weet daar meer van af. Ileia is een
komen. Daarbij moet de kwaliteit goed zijn, de boer
organisatie die zich bezighoudt met kleinschalige
zichtbaar zijn en moet er rekening worden gehouden
landbouw in ontwikkelingslanden. Je zou Ileia een
met het milieu door bijvoorbeeld te denken aan
kenniscentrum kunnen noemen, want de mensen
duurzame teeltwijzen. Een succesformule, want
die er werken verzamelen en verspreiden kennis
inmiddels zijn ook de Jumbo, Spar en Super de Boer
over kleinschalige, duurzame landbouw. Zij geloven
aangesloten bij de groenteverkopers.
namelijk in deze landbouwvorm, en niet alleen in
Wat het belang is van lokale landbouw? Daarover
Nederland maar ook in bijvoorbeeld India, China,
hoeft Van den Bosch niet lang na te denken. “Toen
Peru en Senegal.
de aanslagen werden gepleegd op de metro in Lon-
Van Walsum vertelt: “Ileia heeft partnerorganisaties
den in 2005 vroegen mensen zich af: hoe kwetsbaar
op veel plaatsen in de wereld. We zien dat de moder-
zijn we eigenlijk? Als er bijvoorbeeld drie dagen
nisering van de landbouw in de lift zit: schaalvergro-
geen vliegtuigen kunnen landen is er niet voldoende
ting, specialisatie, steeds meer export. Het heeft een
voedsel en krijgen de Britten honger.” Het is dan
impuls gekregen door de globalisering, waar boeren
ook niet voor niets dat Van den Bosch verwacht dat
van kunnen profiteren. Maar tegelijkertijd is er ook
supermarkten meer en meer aandacht zullen krijgen
een grote groep die niet mee kan profiteren van deze
voor de herkomst van producten op hun groente- en
nieuwe kansen. Meer dan de helft van de ruim een
fruitafdeling.
miljard kleine boeren op de wereld heeft geen of
“Producten die je goed kunt bewaren, zoals sinaas-
slechte toegang tot markten en produceert op land
appels en bananen, en je dus milieuvriendelijk per
dat niet geschikt is voor moderne landbouwmetho-
schip kunt vervoeren zullen gewoon blijven. Aardbei-
den. Deze categorie boeren is gebaat bij een goede
en uit Egypte in de winter zullen wel verdwijnen. Of
toegang tot lokale afzetmarkten en bij het spreiden
we nog vlees eten? Ik denk het wel, al zal het meer
van risico’s.” Bovendien is er ook van de consumen-
een delicatesse zijn.” Volgens Van den Bosch moeten
tenzijde weer vraag naar lokaal geproduceerd voed-
we anders gaan denken, want als we zo verder gaan
sel zagen we al bij Willem & Drees. Van Walsum
overleven we het niet in de toekomst. “Ik geloof niet
bevestigt dit. “Je ziet overal dat het contact tussen
dat we teruggaan in de tijd, maar ik geloof dat we
consument en producent weer steeds belangrijker
anders gaan eten. Want mensen willen niet terug in
wordt.”
hun welstandsniveau,” vult hij aan, “maar ze willen
Behalve dat grootschalige landbouw voor kleine
wel bewuste keuzes maken. En daarvoor moet je het
boeren vaak niet mogelijk is, moet je een land ook
ze gemakkelijk maken.”
steunen in het voorzien van eigen voedsel, vindt Van
Walsum. “Op die manier kun je een land uit de ar-
ciden. Dat is eigenlijk het westerse productiemodel:
moede helpen. Kijk bijvoorbeeld naar Senegal, waar
een enorme sprong in productie en een dip in de
twee jaar geleden voedselrellen waren. Het land is
diversiteit, landschapsschoonheid en het gemengde
afhankelijk van rijstimport uit Thailand. Vanwege
bedrijf waar er steeds minder van over zijn.”
een slechte oogst in Thailand was de rijst in Senegal
Goed, een duidelijk verhaal. Maar waarom zou
ineens twee keer zo duur.”
kleinschalige landbouw nog meer het alternatief
Als Edith van Walsum praat, kun je niet om haar en-
kunnen zijn? “Kleinschalige landbouw is per defini-
thousiasme heen. Ze oefent haar vak duidelijk gepas-
tie divers en dus worden de risico’s gespreid. En dat
sioneerd uit en bezit veel kennis over kleinschalige
laatste krijgt een extra belang bij sterke klimaatwis-
landbouw. “Wij willen dan ook de discussie voeren:
selingen.” Van Walsum haalt een voorbeeld aan van
wat voor landbouw willen we nu eigenlijk? In tegen-
lokale landbouw en klimaatveranderingen: “Veel
stelling tot wat veel mensen denken, is kleinschalige
boeren uit tropische gebieden zijn al gewend aan
landbouw in principe efficiënter dan grootschalige
onvoorspelbare weersomstandigheden,” vertelt ze,
moderne landbouw en, mits goed gemanaged, beter
“hun strategie richt zich op het omgaan met risico’s.
voor het milieu,” zegt Van Walsum.
Ik bezocht in Bangladesh eens een project. Daar
Maar eerst nog even terug naar het probleem:
werd een mengvorm van landbouw met bomen sterk
waarom maakt Senegal zich zo afhankelijk van
gestimuleerd. Vrouwen hadden daar veel ideeën
een ander land en is het niet zelfvoorzienend?
over; behalve vruchtbomen en bomen die construc-
“Het landbouwbeleid van Senegal richt zich op het
tiehout opleveren wilden zij ook een soort boom op
vergroten van export, want de gedachte daarachter
hun erf waar ze gemakkelijk in kunnen klimmen als
is dat je met al die inkomsten weer goedkope rijst
het water stijgt. Dat is iets waar wij nooit op waren
in Thailand kunt kopen,” legt Van Walsum uit.
gekomen.”
“Zo wordt er bijvoorbeeld niet geïnvesteerd in de infrastructuur naar lokale voedselmarkten waardoor
Kleinschalige landbouw naast grootschalige land-
boeren het niet redden. Onze insteek is om kleine
bouw. Het is wat Jan Huijgen ambieert en uitvoert,
boeren in marginale gebieden de kans te geven
idem dito voor Willem & Drees en Ileia. Een alter-
om hun kracht te benutten en om hen onder de
natief dus, maar dan wel een stevig en realistisch
aandacht te brengen. Dan kun je zeggen: kleinscha-
alternatief met belangrijke pioniers voorop. “Want
lig, marginaal. Maar samen is dat heel groot, en dat
de diversiteit van het levensweb is de kracht,” zei Jan
wordt vaak vergeten.”
Huijgen. En Van den Bosch’ visie op de ontwikke-
En hoe zit het dan met Thailand, als belangrijke
lingen in het voedselaanbod: “Ik geloof niet dat we
exporteur voor Senegal in rijst, om weer even terug
teruggaan in de tijd, maar ik geloof dat we anders
te komen op het voorbeeld dat Van Walsum aan-
gaan eten.” Edith van Walsum, tot slot, over klein-
haalde. Wat is er nu precies mis met de export? “Je
schalige landbouw in ontwikkelingslanden: “Als je
ziet in Aziatische landen, waar op grote schaal rijst
op zoek gaat naar de mogelijkheden die er zijn zul
en tarwe geproduceerd wordt met moderne produc-
je er veel vinden. Kleinschalige en multifunctionele
tiemethoden, ook een stagnatie in de productie. Dat
landbouw heeft de toekomst.”
heeft te maken met veelvuldig gebruik van pesticiden en kunstmest. De grond is uitgeput. En steeds
Meer weten? Kijk op www.eemlandhoeve.nl,
meer pesten en plagen worden resistent tegen pesti-
www.willemendrees.nl en www.ileia.org.
De kledingindustrie zit steeds meer op het goede spoor qua duurzaamheid en fair trade. Vier voorbeelden die navolging verdienen.
attuneshirts.com Wat
: Attune
Wie
: Erik Akse
“We willen graag kleding maken die je gewoon naar je werk en naar een feestje kunt dragen.”
Waarom : “Ik was bij de Jonge Socialisten (PvdA) al bezig met thema’s als eerlijke handel en ontwikkelings
samenwerking. Toen ik daarmee moest stoppen omdat ik te oud werd voor de organisatie, dacht ik:
het wordt tijd voor concrete actie.”
Hoe Sinds
: Met het leveren en bedrukken van promotiekleding die verantwoord is geproduceerd en vanaf 2010 ook met kleding voor de consument. : 2005
suite69.eu Wat Wie
“De ontwikkelingen zijn positief en dat maakt ons blij. De vraag stijgt explosief en duurzaamheid : Suite69 krijgt gelukkig steeds meer aandacht.” : Dennis van der Zande
Waarom : “Mijn partner Linda en ik werkten al in de kledingbranche en wilden graag iets voor onszelf beginnen. Er is veel mis in deze sector, dus we wilden het graag verantwoord doen.” Hoe
: De T-shirts, vesten en sweaters voor winkels en de Suite69-webshop zijn verantwoord geproduceerd.
Hetzelfde geldt voor de promotieshirts voor organisaties. Bovendien gaat van ieder kledingstuk 69
cent naar een goed doel.
Sinds
: 2005
alchemist.cc Wat Wie
“Het gaat goed, er zit een gestage en flinke groei in de verkoop. En het mooie is dat niet alleen : Alchemist de eco-winkels bij ons inkopen.” : Caroline Mewe
Waarom : “Het behoud van de planeet kan geen trend of hype zijn, en ik miste mooie én verantwoorde Hoe Sinds
kleding voor vrouwen.” : Verantwoord geproduceerde dameskleding die zoveel als mogelijk van biologische materialen is gemaakt. : 2005
mudjeans.nl Wat
: Mud Jeans
Wie
: Tim van Looijen
“Ik word er blij van als ik iets moois kan kopen dat ook verantwoord is geproduceerd.”
Waarom : “Omdat groen niet saai en duur hoeft te zijn, maar ook modieus, bereikbaar en betaalbaar voor een
grote groep mensen.”
Hoe
: Kleding voor mannen en vrouwen die op een verantwoorde manier geproduceerd is.
Sinds
: 2008
Advertentie
Linkervoet van David Hartog, maat 41, directeur van drukkerij de Bunschoter.
Afrika is aan zet Is ontwikkelingssamenwerking nog nodig? De laatste tijd is er veel kritiek. Het Westen heeft sinds de Tweede Wereldoorlog ruim 2.500 miljard dollar gestoken in hulp aan de derde wereld. Maar met name in Afrika is de meeste hulp op niets uitgedraaid. Daar zijn honderden miljarden verspild. Grootschalige projecten die door (ook de Nederlandse) overheden, werden uitgevoerd, mislukten vaak omdat er te weinig oog was voor de specifieke lokale context. De investeringen van IMF en Wereldbank werden te vaak gedreven door westers eigenbelang, zodat sommige Afrikaanse landen meer betalen aan rente en aflossing van oude leningen dan ze aan hulp ontvangen. Veel landen staan er nu slechter voor dan rondom de jaren 60, toen zij onafhankelijk werden. Critici geven de Afrikanen zelf de schuld omdat ze volgens hen corrupt, lui en oorlogszuchtig zijn. Koren op de molen van (voormalig) politici als Arend-Jan Boekesteijn van de VVD, die de hulp wil halveren, of Geert Wilders, die vindt dat we er maar helemaal mee moeten stoppen. Maar ook de Zambiaanse econome Dambisa Moyo, die aan de Harvard University en in Oxford studeerde, meent in haar geruchtmakende boek ‘Dead Aid’ dat de hulp aan Afrika moet worden stopgezet. Het continent is volgens haar te afhankelijk geworden van donaties uit het Westen en hulp werkt de corruptie alleen maar in de hand, zegt zij.
Het tweede alternatief is het verstrekken van micro-
Ten derde wil ik ervoor pleiten op te houden met het opleggen van westerse denkmodellen en juist meer rekening te houden met de Afrikaanse traditie. In 2007 kocht ik in Kaapstad een oude auto en reed ermee naar Cairo. Zes maanden, 25.000 kilometer. Ik logeerde bij gewone mensen en met hen praatte ik over de toekomst van hun geliefde Afrika. Een aantal van hen kwam met zeer werkbare oplossingen die hun wortels hebben in de Afrikaanse traditie. Oplossingen voor kleine, lokale problemen, maar ook voor de grote kwesties op het gebied van oorlog, milieu, ziekte en corruptie die op het hele continent spelen. Afrikaanse oplossingen voor Afrikaanse problemen zijn een goede manier om het continent vooruit te helpen, omdat zij aansluiten op de plaatselijke cultuur en worden herkend en gedragen door de gewone bevolking. Ik pleit ervoor dat westerse landen geld vrijmaken in hun ontwikkelingsbudget om een gezamenlijk programma op te zetten. De Afrikanen (antropologen, historici, journalisten, politici maar ook dorpshoofden en stamoudsten) zullen het onderzoek en de uitvoering zelf moeten doen. Zij zijn volwaardige partners en moeten zich ook als zodanig gaan gedragen. De nieuwe generatie is hier absoluut toe in staat en zullen dat de komende tijd moeten bewijzen. Afrika is nu zelf aan zet. Ton van der Lee (1956) woonde elf jaar in Afrika. Hij studeerde literatuurwetenschappen in Amsterdam, werkte als journalist voor diverse kranten en tijdschriften en schreef zeven boeken over Afrika. Ook maakte hij verschillende documentaires over het continent voor binnen- en buitenlandse omroepen. Zijn boek ‘De Afrikaanse Weg’ kwam in 2007 uit bij uitgeverij Balans. Zie verder: www.tonvanderlee.nl
Ton van der Lee journalist en auteur
Ik vind niet dat we moeten stoppen met de hulp aan Afrika. Integendeel, we moeten onze inspanningen opvoeren. Het moet alleen anders. Het Westen moet zich niet langer superieur opstellen, en de Afrikanen moeten zich niet langer opstellen als de ‘ontvangers’ van hulp en dus werken aan een mentaliteitsverandering. Wat zijn de alternatieven? Ik wil drie zaken noemen. Het privéinitiatief, kleinschalige projecten die door Nederlandse particulieren zijn opgezet, is het eerste alternatief. Dat is de enige sector binnen de Nederlandse ontwikkelingssamenwerking die echt succesvol is en groeit. Zij zijn succesvoller dan de overheid en de grote hulpclubs, omdat ze drijven op persoonlijke betrokkenheid en directe contacten. Elke cent wordt direct in hulp omgezet.
kredieten via plaatselijke banken, maar vooral ook door particulieren via het internet. Zeer effectief. Kijk eens op een site als www.myc4.com en er gaat een wereld voor u open.
Persona non grata Venezuela, 2007 Fabio Wuytack
Osama Afghanistan, 2003 Siddiq Barmak
Hunger Engeland en Ierland, 2008 Steve McQueen
Fighting the Silence Congo, 2007 Femke en Ilse van Velzen
Negentig minuten lang kijk je niet naar, maar belééf je het leven van priester, rebel en artiest Frans Wuytack. De documentaire, gemaakt door zijn zoon en filmmaker Fabio, brengt je vooral naar het Venezuela van de jaren zestig, waar Frans als priester naar toe reisde om de mensen uit de sloppenwijken te helpen. Niet met een zak geld, maar door de bevolking te leren kennen en samen met hen de strijd aan te gaan. Frans ontketende een sociale en culturele revolutie en werd door de regering verbannen, maar liet zich de toegang tot wat hij ‘de universiteit van het leven’ noemde niet ontzeggen. Bijzondere documentaire over een bijzondere man.
Dit is de eerste Afghaanse film na de val van de Taliban en geeft de kijkers een kritisch beeld van het leven onder dit regime. Alleen daarom al de moeite van het kijken waard. In de film moet een twaalfjarig meisje zich voordoen als jongen om te overleven. Ze heeft geen vader of broers, en voor vrouwen is het ten tijde van de taliban streng verboden om naar school te gaan, te werken of alleen de straat op te gaan. De constante angst om ontdekt te worden is niet geacteerd, aangezien de jonge actrice zelf op de vlucht was voor de taliban. Erg indrukwekkend neergezet, de hopeloze blik van het meisje houdt je tot het einde vast.
Met ‘Hunger’ levert kunstenaar Steve McQueen een prachtige, artistieke, maar ook afschuwelijke debuutfilm af. De grotendeels in beelden vertelde film neemt je mee naar de NoordIerse Maze-gevangenis, begin jaren tachtig. IRAgevangenen weigeren om gevangeniskleding te dragen, zich te wassen en hun haar te laten knippen om op die manier een status als politiek gevangene af te dwingen. De bewaarders proberen de gevangenen met grof geweld te wassen en hun haar te knippen en dat leidt tot harde confrontaties. De gebeurtenissen in Abu Ghraib en Guantánamo Bay maken deze film in één klap actueel. In het tweede deel van de film staat IRA-leider Bobby Sands centraal. Sands begint als eerste van de groep een hongerstaking, de volgende stap in de strijd om een politieke status. Je volgt de aftakeling van Sands op de voet en dit zijn zowel gruwelijke, als prachtig gefilmde beelden van McQueen.
‘Fighting the Silence’ is gemaakt door de tweelingzussen Femke en Ilse van Velzen (1980): selfmadedocumentairemakers met een passie. Geraakt door een korte documentaire van het tv-programma Netwerk, reisden ze af naar Congo en legden ze de schrijnende verhalen van verkrachte vrouwen vast. De verkrachtingen zijn een machtsmiddel dat vrouwen niet alleen immens vernedert, maar dat er ook voor zorgt dat hun mannen hen verlaten en de samenleving hen verstoot. Het is een taboe, een enorm taboe. En dat moet worden doorbroken, vinden steeds meer Congolese vrouwen. De zussen ook: zij gebruiken deze documentaire nu als voorlichtingsfilm in Congo. In 2009 verscheen een vervolg op deze documentaire, ‘Weapon of War’ over de motieven van de daders.
Sing for Darfur Spanje, 2008 Johan Kramer
Das leben der anderen Duitsland, 2007 Florian Henckel von Donnersmarck
The Gods must be crazy Botswana en ZuidAfrika, 1980 Jamie Uys
Burma VJ – Reporting From a Closed Country Noorwegen, Zweden, Denemarken, Engeland, 2008 Anders Østergaard
Een Brit loopt over de straten van Barcelona en belt met een vriend over het internationale concert vanavond in de stad: Sing for Darfur. “Ja, ik ben het helemaal met je eens. De hele crisis in Darfur is afgrijselijk.” En of hij vanavond tijd heeft? Nee, want hij moet twee facelifts en een schaamhaarlaserbehandeling doen. “But anyway, tell me, how are you?” Zijn gesprekspartner blijkt onlangs gescheiden en peilt of zijn vriend dan misschien een andere keer tijd heeft. “Nee volgende week lukt echt niet, de kliniek is zo druk. Maar mail mijn secretaresse anders even.” Het is een scène uit de speelfilm ‘Sing for Darfur’, gemaakt door de reclameman Johan Kramer. Een film die onze betrokkenheid bij Darfur en daarmee ook andere ontwikkelingsvraagstukken bekritiseert. Prachtig gefilmd, fijne muziek en bovendien non-profit. Moet je zien. Kijk ook eens op www. singfordarfur.org.
Typisch zo’n film waar je niet over moet schrijven, maar die je moet zien. Het onderwerp, de grove lijn van het verhaal en de acteurs moeten voldoende zijn om je over te halen deze goede film te kijken. Onderwerp: de DDR in de jaren 80 en het Ministerium für Staatssicherheit (Stasi) en hun afluisterpraktijken. Grove lijn van het verhaal: Stasi-agent Wiesler luistert de toneelschrijver Georg Dreyman en zijn geliefde af. Hij raakt door het volgen van hun leven in een moreel dilemma en vindt het steeds lastiger zich loyaal op te stellen tegenover de staat. Acteurs: Martina Gedeck als Christa-Maria Sieland, Ulrich Mühe geschapen voor de rol van Stasi-agent Weisler - en Sebastian Koch als de toneelschrijver (en inderdaad van Zwartboek).
Van een tijdje terug alweer, deze film, en dat zie je. Toch de moeite van het kijken waard, want het schudt je weer even wakker uit je drukke, westerse bestaan. Xi, de hoofdrolspeler, is een Bosjesman en heeft het met zijn stam prima voor elkaar in de woestijn Kalahari. Tot iemand een colaflesje uit het vliegtuig boven hen laat vallen en dit onbekende, westerse voorwerp voor veel ophef zorgt. Veel slapstickelementen en daar moet je van houden, en ook niet elke verhaallijn is even interessant, maar deze film moet je gezien hebben.
‘Burma VJ’ toont het werk van videojournalisten in Birma (Myanmar), een land waar de militaire dictatuur hard optreedt tegen alles en iedereen die het niet eens is met hen. Het verhaal speelt zich grotendeels af in september 2007 als de monniken de straat op gaan om te protesteren tegen het bewind. De VJ’s werken undercover voor de Democratic Voice of Burma, een oppositiezender. De beelden zijn des te aangrijpender omdat bekend is hoe tragisch het afloopt. Ook die afloop filmen de VJ’s: het brute neerslaan van de protesten door het leger, de dood van een Japanse toerist, politie en knokploegen en de overvallen op de kloosters. ‘Burma VJ’ is een documentaire, maar ook een getuigenis van een opstand die de junta verborgen wilde houden en die de wereld dankzij de moed van de VJ’s en vele andere Birmese journalisten en burgers toch te zien kreeg.
Paul Rusesabagina
De naam zal bij veel mensen onbekend zijn. Zijn daden niet. Rusesabagina is namelijk de man op wiens leven de film Hotel Rwanda is gebaseerd. Tijdens de genocide in Rwanda in 1994 was Rusesabagina hotelmanager van Hôtel des Mille Collines. Terwijl de strijd tussen de Hutu’s en de Tutsi’s weer oplaaide en er een miljoen mensen werden vermoord, gaf Rusesabagina onderdak aan zowel Hutu’s en Tutsi’s en heeft zo het leven van zo’n twaalfhonderd mensen gered. Ten tijde van het interview woont Rusesabagina (1954) alweer dertien jaar in Brussel. Omdat hij veel kritiek heeft op de huidige Rwandese overheid en deze kritiek niet onder stoelen of banken steekt, is een terugkeer naar Rwanda volgens Rusesabagina te gevaarlijk.
De moed om uit te spreken dat je elkaar
Strijd Paul Rusesabagina neemt de tijd om zijn verhaal te vertellen. Met zijn wijsvinger in de lucht onderstreept hij belangrijke woorden en de strijdlust glanst in zijn ogen. Af en toe lacht hij zelfs, al geeft zijn verhaal daar weinig aanleiding toe. Maar het laat zien dat
“Ik mis mijn land. Ik mis de plek waar ik geboren en
hij geen verbitterd man is, de strijdlust wint. Strijd
getogen ben. De boerderij van mijn vader, met alle
omdat er volgens hem nog veel dingen mis gaan in
dieren. De school waar ik naar toe ging, dertien jaar
Rwanda en ook in andere landen, en hij de situatie
lang. Ik mis de bergen waar ik vaak kwam en je een
wil verbeteren. Hij heeft daarvoor in 2005 The Hotel
prachtig uitzicht over het noorden hebt. Ik mis mijn
Rwanda Rusesabagina Foundation opgericht, een
mensen, mijn familie, ik mis alles in Rwanda. Het
stichting die voort wil bouwen op de lessen die er
is mijn grote wens om terug te kunnen, maar ik ben
van de genocide in Rwanda geleerd zijn en zo in de
verbannen door de Rwandese overheid. Ik haat het
toekomst genocide wil voorkomen.
woord verbannen. Ik ga er tegenin, ik moet ervoor
We zitten bij elkaar op witte, nepleren banken in
vechten, want iemand anders heeft mijn rechten en ik
zijn sobere woonkamer in Brussel. Het huis van een
wil ze terug.�
held, maar ook een huis dat je zo drie keer voorbij
zou lopen. Geen mooie auto voor de deur, nergens
Rwandese jongeren en de Rwandese ambassadeur
overdreven luxe spullen. Alleen een grote foto van
in Brussel. Bijna elke dag, vertelt hij, kun je tussen
hem en de voormalig president van de Verenigde
tien en twaalf uur ’s avonds Rwandese jongeren
Staten, George W. Bush, valt op. De foto is genomen
richting de ambassade zien lopen. Wat er besproken
in 2005 tijdens de uitreiking van de hoogste
wordt weet Rusesabagina niet. Maar al die zaken bij
burgeronderscheiding die er bestaat in de Verenigde
elkaar zorgden er wel voor dat hij zijn kinderen naar
Staten: The Presidential Medal of Freedom. Een
scholen in Amerika heeft gestuurd. Ook zelf is hij
contrast met de rest van het huis. Rusesabagina geeft
een verhuizing aan het voorbereiden. Maar bang om
ons een rondleiding en laat meteen de sporen van
te praten over de situatie in Rwanda is Rusesabagina
inbraak zien. Want er wordt met enige regelmaat
zeker niet.
bij hem ingebroken, vertelt hij, waarschijnlijk door vijanden uit Rwanda. Volgens Rusesabagina dezelfde
Boodschap
vijanden die hem van de weg probeerden te rijden
“Hotel Rwanda was een film, maar vooral een
een paar jaar geleden. Hij vertelt het onbewogen. Er
boodschap. Elke dag werden er duizenden mensen
is waarschijnlijk weinig wat hem nog bang maakt na
vermoord buiten de muren van ons hotel. Bijna een
alle gebeurtenissen. Volgens Rusesabagina vinden
miljoen mensen in drie maanden tijd; met zeven
er ook twijfelachtige bijeenkomsten plaats tussen
miljoen inwoners is dat vijftien procent van de
Rwandese bevolking. Ik was getraumatiseerd door
gebaseerd op leugens. Mensen worden de verkeerde
alles wat ik had gezien, had last van nachtmerries.
dingen verteld en ze vertellen de internationale
Maar ik sprak niet over de situatie in Rwanda, dus
gemeenschap de verkeerde dingen. Tutsi’s zetten
niemand schoot er iets mee op. De internationale
zichzelf bijvoorbeeld na de genocide van ‘94 neer
gemeenschap had ons verlaten, had ons overgeleverd
als slachtoffer, maar Tutsi-rebellen begonnen al
aan dieven, gangsters, criminelen. Ik was een
eerder, op 1 oktober 1990, een burgeroorlog. Ze
ooggetuige van wat er gebeurde, ik had een
vermoordden toen veel Hutu’s en lieten een leegte
boodschap te vertellen. Dus ik begon te praten. Veel
achter. Massa’s mensen vertrokken, vluchtten. Een
mensen wilden die boodschap ook horen, ze wilden
ware exodus. Eind ’93 was Kigali, de hoofdstad
weten wat er gebeurd is in Rwanda. Dus nu reis ik
van Rwanda, omringd door meer dan een miljoen
met mijn stichting de wereld rond om mijn verhaal te
vluchtelingen. Ze sliepen in de open lucht in de
vertellen.”
meest vreselijke omstandigheden en die situatie
Moed
wakkerde de haat tegen de Tutsi’s aan. Toen de Hutu-president Juvénal Habyarimana op 6 april
Rusesabagina is net terug van een van deze reizen.
1994 werd vermoord laaide het vuur nog hoger op.
Hij sprak in Belfast, Noord-Ierland, zijn hoop uit
In de genocide die volgde zijn een miljoen mensen
dat de Hutu’s en Tutsi’s ooit zo ver komen als de
afgeslacht, maar in Rwanda leven helemaal geen
katholieken en protestanten daar. Volgens hem zijn
miljoen Tutsi’s, dus veel onder hen waren Hutu’s.
de problemen tussen deze groepen vergelijkbaar met
Westerse media brachten het eenzijdig: Hutu’s
de situatie in zijn thuisland. “Ze vechten beiden al
vermoorden Tutsi’s. Maar er was een burgeroorlog
eeuwen om de macht. Maar in Noord-Ierland hebben
gaande, zowel de Hutu’s als de Tutsi’s hadden een
ze nu een stap vooruit gezet. Ze zitten nu met elkaar
eigen leger en waren aan het moorden. En de burgers
om de tafel, kijken elkaar in de ogen en hebben de
waren de slachtoffers. De Front Patriotique Rwandais
moed om uit te spreken dat ze elkaar haten, maar dat
(FPR), de Tutsi-partij die nu aan de macht is, met
ze wél met elkaar moeten leven. Daar proberen ze
Tutsi Paul Kagame als president, accepteert het niet
een manier voor te vinden, voor de toekomst, voor
als je dit hardop zegt. Dan noemen ze je de vijand
hun kinderen. In Rwanda, maar ook in Burundi,
van het land. Ik verdedig de Hutu’s niet, en ontken
Oost-Congo, Tanzania en West-Uganda, zijn we
hun misdaden ook niet, maar we moeten ook laten
nog lang niet zo ver. Je kunt nooit spreken over vrede
zien dat er al eerder misdaden plaatsvonden. Dit
zolang er nog ongelijke rechten zijn. Of zolang er
waren óók oorlogsmisdaden tegen de mensheid, maar
nog meer dan twee miljoen mensen in ballingschap
die worden verzwegen. Ik sta niet aan één kant, ik sta
leven in omringende landen. In 1959 waren
in het midden. Ik ben niet voor de overheid, ik ben
tweehonderdvijftigduizend Tutsi’s verbannen en die
voor mensenrechten.”
kwamen dertig jaar later vechtend terug. Vandaag hebben we twee miljoen verbannen mensen. Hoe
Verenigde Naties-syndroom
kun je dan spreken over vrede?”
Oorlogsmisdaden waar het Westen de ogen voor
Leugens
sloot. Toen er in augustus 1993 sprake was van een vredesakkoord tussen de Tutsi-rebellen en de
Hard is Rusesabagina in zijn oordeel over de
Rwandese overheid, stuurden de Verenigde Naties
Rwandese overheid. “De Rwandese gemeenschap is
vijfentwintighonderd soldaten. In Rwanda vertrouwde
Ik sta niet aan één kant, ik sta in het midden. Ik ben niet voor de overheid, ik ben voor mensenrechten.
iedereen erop dat het moorden nu zou stoppen en mensen die eerder gevlucht waren durfden weer terug naar huis. Ook Rusesabagina keerde terug naar huis nadat hij lange tijd in het Hôtel des Mille Collines, het hotel waar hij manager was, had gelogeerd. Maar toen werd de Rwandese president Habyarimana vermoord en de dag erna tien Belgische VNsoldaten die de nieuwe Hutu-president en voormalig minister-president, Agathe Uwilingiyimana, moesten beschermen. Rusesabagina: “Toen begon de genocide pas echt, maar de hele wereld liet Rwanda in de steek. Meer dan tweeduizend soldaten werden teruggetrokken en tweehonderdzestig soldaten bleven over. Terwijl we zeker vijfduizend soldaten nodig hadden om de genocide te stoppen. Dat begrepen we niet en zullen we nooit begrijpen. Ik noem het het ‘Verenigde Naties-syndroom’. Je kunt het vergelijken met wanneer we een auto op een kind zien afrijden, dan sluiten we onze ogen en oren, want we willen het niet zien.” Rusesabagina laat foto’s zien van wat
er vermoedelijk gebeurde in april 1995. Tutsi-rebellen
maar een kleine groep mensen mee geholpen
hadden het land overgenomen en zouden in de
om andere mensen te onderdrukken. En na het
vluchtelingenkampen van Kigali vijfentachtighonderd
vermoorden van hun eigen mensen vluchten de
mensen hebben vermoord in vier dagen tijd. Op de
dictators en gaan ze relaxen aan de Côte d’Azur.
foto’s zie je VN-soldaten tussen de lijken staan. “Het
In het Westen leggen ze rode tapijten uit om ze te
wordt stil gehouden. Maar de mensen die dit doen
verwelkomen. Dit is een schande voor de westerse
zouden gestraft moeten worden. Deze lijken zijn
grootmachten. Dat mag niet kunnen, dictators
mensen. We kunnen dit niet voor altijd verborgen
moeten weten dat ze niet boven de regels en wetten
houden. Het Internationale Gerechtshof kreeg de
staan, maar dat ze op een dag terecht zullen staan
missie om alle Rwandezen die zich schuldig hadden
voor hun misdaden.”
gemaakt aan misdaden tegen de mensheid naar de rechtbank te brengen. Maar de oorlogsmisdadigers
Empty suit
lopen nog vrij rond. Gerechtigheid heeft gefaald.”
De rol van de Verenigde Naties laat Rusesabagina
Manipulatie
niet los. Een rol waarin ze gefaald hebben volgens hem. “De Verenigde Naties zijn een empty suit. Of
“Dit verhaal moet verteld worden. Wat je nu van
een maatpak voor één persoon, één of twee landen.
Afrika ziet is allemaal gemanipuleerd. We hebben
Want het zijn maar een paar landen die alles regelen
de media nodig om het hele plaatje aan de mensen
in de VN. En ze doen nooit het juiste. Heb je ze
te laten zien zodat ze zich bewust worden van de
ooit één conflict zien oplossen? Elf jaar na Rwanda
situatie en zodat de westerse overheid stopt met het
ging ik naar Darfur. De geschiedenis herhaalde zich.
ondersteunen van dictators. Het zijn doodgewone
Daar gebeurde precies hetzelfde. Mensen worden
mensen die in Afrika de macht grijpen. Binnen drie
verkracht, hebben geen onderdak, voedsel en geen
maanden zijn ze miljonair en binnen een paar jaar
onderwijs. En dan hoor ik elke westerse leider tijdens
biljonair. Ze durven te stelen van hun eigen mensen,
de herdenking van de Holocaust zeggen dat dit nooit
geld waarmee het Westen probeert te helpen. Dat
meer mag gebeuren. Never and again. Dat zijn de
geld komt nooit op de juiste plek terecht. Er wordt
meest misbruikte woorden ter wereld. Als ze wilden
De film Hotel Rwanda (2004) is gebaseerd op het leven van Paul Rusesabagina tijdens de genocide in Rwanda in 1994. Op 6 april dat jaar werd het vliegtuig neergeschoten waarin de presidenten van Rwanda en Burundi zaten. Tutsi’s werden verantwoordelijk gehouden en de strijd tussen de Hutu’s en Tutsi’s, de twee grootste bevolkingsgroepen van Rwanda, laaide weer op. Honderd dagen later waren bijna een miljoen mensen vermoord. Voor 1994 kende Rwanda al een lange geschiedenis van strijd om macht tussen de Hutu’s en de Tutsi’s. Tijdens de kolonisatie van België, vanaf 1918, werden de Tutsi’s door de Belgen tot een elitegroep verheven die de Hutu’s (die 85 procent van de Rwandese bevolking uitmaken) onderdrukten. Op 1 juli 1962 werd Rwanda onafhankelijk, maar daarmee verdwenen de spanningen tussen de bevolkingsgroepen niet. De Hutu’s verdreven de Tutsi-elite en namen de macht over. De Tutsi’s probeerden in de daaropvolgende jaren de macht terug te krijgen. In 1990 viel het door Tutsi’s geleide Front Patriotique Rwandais Rwanda binnen om de macht over te nemen. Dit leidde tot gevechten, maar de Hutu-president bleef overeind. Tot 6 april 1994. Hutu’s werden na de aanslag via de radio opgehitst tegen de ‘Tutsi-kakkerlakken’. Rusesabagina was tijdens de volkerenmoord die er op volgde hotelmanager van Hôtel des Mille Collines en heeft in die positie het leven van 1268 mensen veilig gesteld, zowel Hutu’s als Tutsi’s. Rusesabagina: “Ik zie mezelf niet als held. Ik zie mezelf als een doodgewone man, iemand die in een buitengewone situatie geen partij koos maar zichzelf bleef en zijn taak als hotelmanager volbracht. Ik had geen wapens, wel woorden. Daar vocht ik mee van het begin tot het eind.”
hadden ze de oorlog kunnen stoppen, maar dat deden ze niet. De VN-soldaten komen geen vrede bewaren, ze komen staan kijken hoe mensen elkaar afmaken en sturen aan het eind van de dag een verslag naar New York. Er mankeert heel veel aan de VN. Ze moeten nodig hervormen en versterken, de grootmachten moeten er weer deel van gaan uitmaken. Nu kunnen de VN niet snel beslissen, ze horen van een conflict maar de volgende vergadering is pas een volgende maand. Dan wachten ze gerust en besluiten pas tijdens die vergadering dat ze moeten ingrijpen. Vervolgens vragen ze elk land om wat soldaten en dan hebben ze bijvoorbeeld drieduizend soldaten bij elkaar geraapt, maar die soldaten komen uit minstens dertig verschillende landen, ze spreken verschillende talen, hebben nooit samengewerkt en moeten dat dan ineens gaan doen. De VN moeten veranderen willen zij echt van betekenis zijn.”
Nalatenschap “Het zal de mooiste dag uit mijn leven zijn als Hutu’s en Tutsi’s op een dag rond de tafel gaan zitten, elkaar in de ogen durven te kijken en elkaar de waarheid zeggen. ‘Ik haat je en ik weet dat je mij haat, maar we moeten samenleven dus hoe gaan we dat doen?’ Net als in Noord-Ierland. Je hoeft niet van elkaar te houden, maar je moet wel goede buren zijn. Iedereen heeft zijn rechten. Ik doe wat ik kan zodat never again ook echt betekent: nooit meer. Met mijn stichting organiseer ik deze gesprekken om ervoor te zorgen dat er in de toekomst nooit meer burgeroorlogen zijn. Om ervoor te zorgen dat er een stap vooruit wordt gezet en er vrede kan zijn voor de volgende generatie. Ik heb mijn hele leven gevochten, ik wil niet dat mijn kinderen dat gevecht aan moeten gaan en mijn kleinkinderen opgroeien met haat en gebrek aan geloof in de ander. Ik wil iets nalaten. Ik geloof nog steeds in Afrika. Ik geloof dat we het kunnen maken, als we de wil maar hebben. Als er de wil is, dan is er een weg.”
Ik geloof nog steeds in Afrika. Ik geloof dat we het kunnen maken, als we de wil maar hebben. Als er de wil is, dan is er een
Ewout Suithoff
Shahied Badoella (ChristenUnie)
Michel Groenenstijn (Be More)
(ZOA-Vluchtelingenzorg)
1. De Bijbel
1. Shadow of the sun Ryszard Kapuscinsk
1. The Shack William P. Young
2. How to be good Nick Hornby Een ontzettend grappig en herkenbaar boek, met een goede boodschap over ‘doorschieten’ in het goed doen. Ik wil in mijn enthousiasme nog wel eens doorslaan in waar ik mee bezig ben, maar mede dankzij dit boek let ik inmiddels veel beter op waar het uiteindelijk echt om draait.
2. Dromen, Durven, Doen Ben Tiggelaar
2. Eindelijk thuis Henri Nouwen Dit inspirerende boek heeft mijn houding en gedrag ten opzichte van naastenliefde en sociale gerechtigheid ingrijpend beïnvloed. Geen oordeel, geen verwijt en geen afkeuring, maar juist bereid zijn de ander hoger te achten dan jezelf. Ik wil iedereen aanraden dit ontroerende boek te lezen en je te laten inspireren door de kracht van een ontmoeting. Begroet elkaar met open armen en ontmoet elkaar met affectie, genegenheid en onbevangenheid. 3. Wie heeft mijn kaas gepikt Spencer Johnson & Kenneth Blanchard
3. Lord of the Rings Tolkien
3. De 7 gewoonten Stephen R. Covey Voor iedereen die zichzelf en zijn omgeving verder wil ontplooien is dit een prachtig boek, en een must voor iedere manager die leidinggeven serieus neemt. Volgens Covey moet je eerst jezelf aanpakken voor je met je omgeving aan de slag kunt. Het boek leert je leiding te geven aan jezelf zodat je een effectief leider van anderen kunt zijn. Praktisch en goed toepasbaar.
Henk van Stokkom (VanStokkom) 1. Africa, a biography of the continent John Reader Reader is de zoon van een Londense taxichauffeur die in 1955 richting Afrika vertrekt en door wie dit boek in 1997 is geschreven. Na veertig jaar schrijft hij een doorwrochte biografie over Afrika; het continent dat zo groot is dat je het boek alleen al moet hebben vanwege het fantastische kaartje achterin. Daarop wordt namelijk duidelijk dat de oppervlakte van Afrika met gemak de oppervlakte van China, de Verenigde Staten, India, Europa, Argentinië en Nieuw Zeeland kan bevatten. Een must read voor iedereen die Afrika als continent beter wil leren kennen en doorgronden. 2. Binnen is het donker, buiten is het licht Dick Wittenberg (fotografie Jan Banning) 3. Fooled by randomness Nassim Nicholas Taleb
Otto Kamsteeg (Frivista)
Guido de Vries (ZOA-Uganda)
Hagar Prins (Frivista)
Edith van Walsum (Ileia)
1. Wat is de wat Dave Eggers Deze indrukwekkende roman vertelt het levensverhaal van Valentino Achak Deng. Valentino is een jongen die op zesjarige leeftijd op de vlucht sloeg voor de oorlog in ZuidSudan. Shockerend en confronterend om al lezend te ontdekken welke genocide er heeft plaatsgevonden onder de ogen van mij en mijn generatie. En welke verwachtingen Valentino van het Westen had, en hoe ‘wij’ hem hierin teleurstellen. Het verhaal is zo krachtig dat het de manier verandert waarop je naar je eigen leven en dat van anderen in bijvoorbeeld Afrika kijkt. Groot respect voor Dave Eggers.
1. Guns, Germs and Steel Jared Diamond Fascinerend boek over hoe de mens zich heeft verspreid en ontwikkeld in de afgelopen 13.000 jaar. Hoe wilde planten, zaden en dieren voor menselijk gebruik geschikt werden gemaakt en hoe dat uitmondde in Europese naties die andere (wereld)delen veroverden en populaties uitroeiden. De titel verwijst naar de manieren waarop dat gebeurde; dat vooral geografische en klimatologische omstandigheden hierbij een doorslaggevende rol speelden is een eyeopener.
1. Ik was een kindsoldaat China Keitetsi
1. The God of small things Arundhati Roy
2. De gifhouten bijbel Barbara Kingsolver Een dikke pil en in het begin is het even doorzetten, maar dit boek is oh-zo de moeite waard. Op meeslepende wijze vertelt Kingsolver het verhaal van Nathan Price die met zijn gezin afreist naar Belgisch Congo om de bevolking tot het christendom te bekeren. Door zijn fanatieke gedrag kan Nathan echter op weinig sympathie van de bevolking rekenen. Kingsolver groeide zelf op in Congo en dat merk je. Haar beeldende beschrijvingen voeren je weg naar Afrika, haar boosheid over de politieke situatie in het land voel je en haar onbegrip over de westerse inmenging begrijp je. Een boek dat mij leerde dat goeddoen helemaal niet zo gemakkelijk is.
2. La parole aux negresses Awa Thiam Dertig jaar geleden kwam ik voor het eerst in Afrika, en kocht in Lome (Togo) het boekje ‘La parole aux négresses’. De journaliste Awa Thiam had een dertigtal vrouwen geïnterviewd in verschillende WestAfrikaanse landen. Over elke vrouw schreef zij een hoofdstuk in dit prachtige en voor mij schokkende boek. Verhalen van jonge en oude vrouwen, van vrouwen op het platteland en in de grote stad. Verhalen over de relaties die deze vrouwen hadden met hun mannen, kinderen, familie. Over hoe het was om hun man te delen met vijf andere vrouwen. Vrouwen die verlaten en bedrogen waren, die kinderen in hun eigen armen zagen sterven, die hun dochters lieten besnijden. Maar de verhalen gingen ook over kracht, solidariteit, wijsheid, hoop, humor.
2. Welvaart voor de wereld Jeffrey D. Sachs 3. In alle redelijkheid Tim Keller
2. Leven met Jezus van dag tot dag Juan Carlos Ortiz 3. The bottom billion Paul Collier
3. Relationship fundraising Ken Burnett
3. An unquiet mind Kay Redfield-Jamison
Advertentie
Wat een mooi blad, denkt u. En zo goed geschreven ook.
Dat vinden wij ook. Elke druppel inkt moet de moeite waard zijn. Een goede, mooie en foutloze tekst: daar
houden we van. Net als u. Met veel liefde werkten we mee
aan dit mooie blad. Omdat het mocht ĂŠn omdat het moet.
An & Erica, tekstschrijvers www.verzinsels.com
creatief tekstbureau
Erica Bouma erica@verzinsels.com 06 29 14 20 00
Bekend gezicht Als je een beetje bekend bent van tv, word je heel vaak gevraagd voor goede doelen. En het liefst hebben die je als ambassadeur. Dat je het gezicht wordt van een organisatie. Ik vind dat altijd een beetje vreemd. Hoe kun je nu het gezicht zijn van iets, wat je niet zelf bestuurt? Dat je bekende kop niet weet wat de rest van je lijf doet. Is verrekte lastig. Moet je bij fietsen eens proberen. Lig je zo op je bekende gezicht. Andersom lijkt me ook onhandig trouwens. Dat je als organisatie opeens je gezicht in compromitterende toestand aantreft. Dan voel je je toch ook een kip zonder kop. Toen ik gevraagd werd om mee te werken aan een spotje voor Cordaid, heb ik dan ook gezegd dat ik dat graag wilde doen, maar dan wel eenmalig. Voor ĂŠĂŠn campagne dus. En dat ik mijn eigen gezicht voor mezelf mocht houden. Opeens vond ik mezelf terug in Malawi, in een heus Afrika van lemen hutjes, rieten daken en vrouwen met een kruik op hun hoofd. Het rook ook zo naar Afrika. Naar dampende grond. Iedereen was blij, en voor ik het wist stond ik te dansen met stralende vrouwen in prachtig gebatikte doeken. Ik voelde me Kuifje in Afrika. Iedereen was aardig, de projecten liepen gesmeerd, het leek bijna een aards paradijs. Achtervolgd door een snelle crew, die almaar riep hoe prachtig het werd en hoe goed ik het deed, rausde ik over de Afrikaanse markten en stofwegen. Ik leerde veel mensen kennen en het klikte met hen. Ik had bedongen dat we zo veel mogelijk zouden filmen, zodat we niet de schijn tegen ons hadden dat we decadent een beetje vakantie hielden. Achteraf vind ik het bijna jammer dat we zo ijverig waren en alleen maar gewerkt hebben. Eigenlijk had ik nog wel een tijd door dat land willen reizen. Het nog beter leren kennen. Ook de slechte kanten zien. Het is nu een zoete herinnering, die langzaam vervaagt. Maar goed, gelukkig heb ik het filmpje nog!
Joris Linssen, tv-presentator
Het is zaterdagochtend, kwart voor negen. De meeste mensen genieten van hun vrije dag en liggen nog in bed, maar voor een flat in het Amersfoortse Liendert staan al vijf vrijwilligers van Stichting Present klaar met emmers en schoonmaakspullen. Klaar om een verwaarloosde flat weer leefbaar te maken. Straks zullen ze de taken verdelen en gaan twee vrijwilligers aan de slag in de keuken. Een ander zal zich met schoonmaakspullen terugtrekken in de badkamer en ook zal iemand met afval en afgedankte spullen heen en weer lopen tussen de flat en de vuilniscontainer. Het opruimen van de overgebleven spullen zal door vrijwilliger nummer vijf worden gedaan. Later die dag zullen ze de kamers stofzuigen en dweilen zodat de flat niet alleen opgeruimd, maar ook weer schoon en fris is.
Sociaal isolement De flat is het thuis van Marianne van Veen, een alleenstaande vrouw van 37 jaar. Marianne heeft last van een laag zelfbeeld, depressieve gevoelens en lichamelijke problemen die haar belemmeren goed te functioneren in de maatschappij. Ze fladdert van het ene baantje naar het andere, maar het lukt haar niet iets aan te pakken of vast te houden. Ze krijgt hiervoor al vanaf haar vijftiende psychische hulp, maar werd telkens zonder diagnose naar huis gestuurd. Tot twee jaar geleden, toen het echt mis ging. Er werd door een instantie van de Gemeente Amersfoort een verkeerde inschatting gemaakt waardoor Marianne weer aan het werk moest. Marianne: “Ik ben toen helemaal ingestort. Ik wilde graag werken
‘Ik
schaam me voor mijn huis’ Stichting Present ruimt op bij Marianne
en deed heel erg mijn best maar
op een gegeven moment wordt de berg te groot en gaat het weer mis.
het lukte gewoon niet. De instantie
Ik krijg het gewoon niet voor elkaar.” Anne Ettema van de Gemeente
nam me niet serieus en ik raakte in
Amersfoort helpt Marianne haar leven weer op de rit te krijgen. Ze
paniek. Ik begon dingen te zien die
kennen elkaar goed. Zij was ook degene die Stichting Present inscha-
er niet waren en wilde tegen een
kelde om zo een stap in de goede richting te zetten.
boom rijden. Opnieuw kwam ik op
Anne: “Als het huis straks op orde is kunnen we huishoudelijke
de psychiatrische afdeling van het
ondersteuning proberen te regelen zodat het schoon en netjes blijft.
ziekenhuis terecht en weer werd ik
Iemand die samen met Marianne de boel aanpakt en haar motiveert
naar huis gestuurd met de bood-
zodat het niet bij deze dag alleen blijft.”
schap dat ze niet wisten wat me mankeerde. Dat werd me teveel. Ik
Nieuwe start
sloot me op in huis en nam de tele-
Terug naar zaterdag. Marianne staat in de deuropening en probeert
foon niet meer op. Gelukkig belden
rustig te blijven als de groep binnenkomt en bezit neemt van haar
vriendinnen de crisisdienst en na
omgeving. Al snel worden er spullen heen en weer gesleept. De
meer onderzoek kwam er eindelijk
spanning op haar gezicht neemt toe. De controle loslaten is moeilijk
een diagnose. Ik bleek borderline te
voor haar. Straks gaan er dingen weg die niet weg mogen of stuk die
hebben, een persoonlijkheidsstoor-
niet stuk mogen... De afgelopen dagen heeft ze een aantal dingen
nis.”
gestickerd dat echt niet weg mag. Ook heeft ze het afval bij elkaar
Sinds maart zit Marianne full-
proberen te verzamelen. Nu de groep binnen is pakt ze snel haar jas
time in therapie en leert ze inzien
om ergens anders heen te gaan. Ook voor morgen heeft ze wat leuks
waarom ze dingen op een bepaalde
op de planning staan zodat ze niet meteen alles gaat doorzoeken.
manier doet. En waarom ze dingen
“Het liefste zou ik zeggen ‘laat alle vuilniszakken maar staan’ dan
niet doet, zoals het opruimen en
kijk ik die nog even na. Maar ik moet het loslaten. Want ik ben heel
schoonmaken van haar huis. Door
blij met de hulp. Heerlijk dat alles straks schoon is, dat is heel lang
haar psychische en lichamelijke
geleden. Ik hoop echt op een nieuwe start.”
klachten heeft ze haar huis de
Een week later vertelt ze hoe het met haar gaat na de invasie van
afgelopen jaren verwaarloosd. Afval
afgelopen zaterdag. En is het huis nog steeds netjes? “Eh, het is al
en spullen stapelden zich op terwijl
iets rommeliger dan afgelopen weekend,” lacht ze, “want het was
haar twee katten voor nog meer
wel heel leeg en ongezellig. Maar schoon is het nog wel. Ik probeer
rommel zorgden. Langzaam maar
het bij te houden maar de huishoudelijke ondersteuning laat nog
zeker stond het hele huis vol. Zo
even op zich wachten.” Sommige dingen waren ook iets te goed
vol dat Marianne op de bank in de
opgeruimd. “Ik heb me rot gezocht naar de afstandsbediening en er
woonkamer moest slapen. Marian-
waren ook wat dingen weggegooid die ik liever gehouden had. Maar
ne: “Ik schaam me voor mijn huis.
ik ben erg blij met de hulp. Ik vond het niet leuk, al die mensen over
Ik nodig ook nooit mensen uit want
de vloer, want zoals ik al vertelde schaam ik me voor mijn huis, maar
dan moeten ze hink-stap-sprong
het scheelde dat het onbekenden waren, want die zie ik nooit meer
mijn huis door. Als het net is op-
als het goed is,” lacht ze.
geruimd wil het nog wel een tijdje lukken om het zo te houden, maar
De naam Marianne is om privacyredenen gefingeerd
‘Het liefste zou ik zeggen ‘laat alle vuilniszak
Stichting Present Stichting Present mobiliseert jaarlijks honderden vrijwilligers die hun tijd en mogelijkheden inzetten om mensen die dat nodig hebben te helpen. Present werkt samen met maatschappelijke organisaties omdat die weten welke mensen in de samenleving de hulp van vrijwilligers kunnen gebruiken. In het geval van Marianne werkte Present bijvoorbeeld samen met de Gemeente Amersfoort en Stichting Altrecht. Leden van een Bijbelstudiegroep van de christelijk gereformeerde kerk uit Amersfoort hadden zich aangemeld als vrijwilligers. Zij doen dit jaarlijks om iets te kunnen betekenen voor hun naasten en tegelijkertijd elkaar beter te leren kennen. André, één van de vrijwilligers, was onder de indruk toen hij bij Marianne binnenstapte: “Bizar dat het in je eigen stad gebeurt dat iemand op de bank moet slapen vanwege de rommel in huis. Ik schrok er gewoon van en ben blij dat we haar met deze dag op weg kunnen helpen.” Harmen van Zwol is coördinator bij Stichting Present Amersfoort. Hij constateerde dat er twee typen mensen actief waren in het vrijwilligerswerk: de ‘geitenwollensokkentypes’ en de mensen met veel tijd. Maar voor de middengroep met mensen die wel iets willen doen maar niet weten hoe zij dat in hun drukke leven vorm moeten geven, was er niets. Stichting Present speelde daar op in. Harmen: “Ik zie dat het past bij de moderne wereld dat je zelf bepaalt wanneer je een dagje vrijwilligerswerk kunt doen. Het zou mooi zijn als het niet blijft bij een dagje goed-doen en het echt een maatschappelijke beweging wordt die vorm krijgt in de samenleving. Het zijn namelijk niet alleen de klusjes, maar ook het gevoel van eigenwaarde dat de hulpontvangers terugkrijgen. Ze zien zo dat er wel degelijk mensen zijn die hen willen helpen en die hen belangrijk vinden.”
kken maar staan’ dan kijk ik die nog even na’
‘Elke keer als ik wak joh, we zijn gewoon te moeilijk bezig’ Wubbo Ockels: iedereen kent
wat terughoudend. “Ik kan veel
zie hoe de wolken bewegen, wat
hem als de eerste Nederlandse
ideeën hebben, maar ik weet niet
een energie! Als je daar een vlieger
ruimtevaarder. Maar dat was
of ze werken. Ik heb er natuurlijk
hangt kun je er zoveel uithalen,
1985. Vijfentwintig jaar later is
wel vertrouwen in, maar je kunt
het is zonde dat we die energie
Ockels hoogleraar duurzame
gewoon niet goed inschatten of
niet gebruiken.”
technologie aan de TU Delft, en
het lukt, of het gebeurt. In de
zet hij zijn kennis en energie in
jaren 50 dachten we bijvoorbeeld
Er heerst een zieke mentaliteit
voor het bedenken en ontwikke-
dat we naar een atoomtijdperk
Het is moeilijk niet onder de
len van duurzame ideeën. Dat is
zouden gaan, dat is niet gebeurd.
indruk te raken van Ockels. Hij
nodig, aangezien Nederland qua
In de jaren 80 zou er een water-
neemt de tijd om dingen uit te
duurzaamheid een behoorlijke
stofeconomie komen, dat is ook
leggen en maakt het niet nodeloos
achterstand heeft ten opzichte
niet gebeurd. Nu denken we al
ingewikkeld. Hij is zo inventief
van omringende landen. Toch
veertig jaar lang dat kernfusie de
en bevlogen bezig om Nederland
wordt Ockels door de regering
oplossing is, maar dat is ook nog
duurzamer te krijgen; daar word je
niet met open armen ontvangen.
niet gebeurd. Dingen blijken toch
vanzelf enthousiast van. Maar dat
“De laatste jaren ga ik me steeds
moeilijker te zijn dan ze in eerste
enthousiasme neemt de regering
meer ergeren. In Nederland
instantie lijken.”
nog niet over. Dus kaart Ockels de
heerst een zieke mentaliteit.”
Dat geldt ook voor zijn beste idee:
klimaatproblematiek regelmatig
energie opwekken door middel van
aan in de media. Het beleid van
Als je Wubbo Ockels vraagt naar
vliegers. “Waarom weet ik eigen-
de regering schommelt volgens
zijn beste duurzame ideeën -
lijk niet. Elke keer als ik wakker
Ockels namelijk alle kanten op
die eigenlijk allang uitgevoerd
word denk ik: joh, we zijn gewoon
door een gebrek aan kennis en een
hadden moeten worden - is hij
te moeilijk bezig. Kijk naar buiten,
heldere koers.
kker word denk ik:
Hoogleraar Wubbo Ockels over duurzaamheid
Ockels’ drie beste ideeën 1. Vliegerenergie “Vliegers fascineren mij omdat ze zo ontzettend veel mogelijkheden hebben.” Dit is een innovatief idee om gebruik te maken van windenergie op grote hoogten, waar het over het algemeen harder waait en de luchtstroom gelijkmatiger is. Dit gebeurt door middel van een laddermolen met vliegers eraan.
2. Ecolution Een zeilboot die zijn eigen elektriciteit opwekt: dat is het zero-emission zeilschip de Ecolution. Een dag zeilen geeft vijf dagen levensenergie. Midden juni 2010 gaat de boot het water in. “Veel mensen denken: leuk zo’n bootje, maar die hebben niet door dat dit een expeditie is, een levensexpeditie.”
3. Superbus Een combinatie tussen de flexibiliteit van een auto en een hogesnelheidstrein. Deze elektrische autobus biedt plaats aan twintig à dertig personen en rijdt buiten de steden op een betonnen geleidingsbaan. De bus kan 250 kilometer per uur en bestaat uit meerdere compartimenten die elk via hun eigen deur bereikbaar zijn. Het prototype is bijna af. “De Superbus is waanzinnig! Dat is echt wat ik noem een megaknaller.”
“Kennis en innovatie worden
verantwoord te zijn, als het maar
niet gestudeerd. Politici besteden
helemaal niet gestimuleerd in
winst maakt.
het gewoon uit aan een consultant
Nederland. Dat is heel jammer.
Net als dat polderen. Dat is
en kunnen dus ook geen verant-
Het aanvragen van subsidie voor
prachtig voor sociale vraagstukken,
woordelijkheid nemen. En zo wor-
onderwijs en onderzoek is veel te
maar voor technische vraagstuk-
den we een kennisloos land terwijl
ingewikkeld gemaakt. Daarbij is
ken over duurzaamheid moet je
we een kennisland wilden zijn.”
de waardering voor vernieuwing
gewoon experts in huis hebben.
niet groot, want er heerst eerder
In de medische wetenschap doe je
We hebben een leider nodig
angst voor vernieuwing, risico’s
ook alleen maar iets als je daarvoor
Ockels zit ondertussen niet stil.
worden gezien als slecht. Maar
bewijs hebt. Hier hebben we een
Al bijna twintig jaar is hij hoog-
iemand die vernieuwend bezig
doelstelling, dan een regel, en dan
leraar aan de Technische Uni-
is zoekt juist die risico’s op, daar
gebeurt er wat, maar of het werkt!?
versiteit Delft en in die tijd heeft
zit het spannende.” Dat innova-
Dat doet er niet toe. En dat is niet
hij meerdere projecten bedacht
tie niet wordt toegejuicht wordt
goed. We moeten evidence-based
en uitgewerkt. Zo heeft Ockels
ook duidelijk als we Ockels’ idee
gaan regeren. Want als we alleen
studenten geholpen de zonne-auto
over vliegerenergie als voorbeeld
maar aan het polderen zijn en
Nuna te bouwen, en binnenkort
nemen. Ockels bedacht dit idee al
iedereen mag zijn mening uiten,
wordt de laatste hand gelegd aan
meer dan tien jaar geleden, maar
dan komen we in een hele vlakke
het zero-emission zeilschip de
hij kreeg van het ministerie van
maatschappij terecht. In zo’n maat-
Ecolution (zie kader voor toelich-
economische zaken geen subsidie.
schappij wordt het moeilijk een
ting). “Ik denk regelmatig: wat is
Jaren later werd er in Duitsland
zeker recht van spreken op te eisen
dat een mooi project! Geweldig
eenzelfde idee ontwikkeld, en toen
omdat jij het weet, omdat de ander
interessant om op je eigen boot
werd het idee serieuzer genomen.
niet kan beoordelen of jij het weet
onderzoek te doen en colleges te
Rotterdam kwam toen met een
want die heeft weer geen kennis.
geven. Dan plaats ik die filmpjes
miljoen euro over de brug.
Ik heb geen respect voor onze re-
weer op YouTube en zo wordt zo’n
“Ja, daar raak je soms wel een
gering. Als je ziet hoe die mensen
schip een verhaal. En van het ene
beetje gefrustreerd van. De
zich uiten als ze het over duur-
verhaal komt het andere verhaal
laatste jaren ga ik me steeds meer
zaamheid hebben, dan denk ik:
en kun je je leven verrijken met
ergeren. In Nederland heerst een
jongens waar haal je dat toch van-
de dingen die op je pad komen.
zieke mentaliteit, en dat heeft
daan? Waarom beweert voormalig
Maar die dingen komen dus op je
alles te maken met de insteek dat
minister van onderwijs, cultuur en
pad omdat je ook op die manier
je het eigenlijk niet weet, maar
wetenschap Maria van der Hoeven
bezig bent. Dat klinkt een beetje
er wel over mee wilt praten. Dat
(op moment van schrijven demis-
taoïstisch misschien,” lacht Ockels,
gebeurt vooral in de politiek,
sionair minister van economische
“maar het is in de praktijk wel zo.”
waardoor er dus een groot deel van
zaken, red.) dat we kolencentrales
Naast de Ecolution is Ockels al
ons belastinggeld verkeerd wordt
nodig hebben voor elektrisch
een tijd bezig met de zogenaamde
uitgegeven. Ik kan er niet meer zo
rijden, terwijl er rapporten zijn die
Superbus, een elektrische autobus.
goed tegen. Dat heeft misschien te
aangeven dat die niet nodig zijn?
“Het concept van de Superbus
maken met die handelsmentaliteit.
Ze praat gewoon een lobbygroep
is zo voor de hand liggend dat ik
Je hoeft niet eerlijk, oprecht of
na. Er is wel kennis, maar er wordt
denk: waarom is het er nog niet?
Je hoeft niet eerlijk, op te zijn als je maar w Ik heb er nooit een studie van
wil. Ik heb daarom een voorstel
heeft Ockels een beweging
gemaakt, maar iets groots als het
gedaan om tien procent van het
opgericht die eist dat Nederland
openbaar vervoer, waar veel van
innovatiegeld naar de jeugd te
in 2050 honderd procent schoon
elkaar afhankelijk is, heeft een
laten gaan, want we hebben het
is. “Ik geloof dat de mens wakker
hele sterke drager nodig. Daar-
toch over de toekomst? En de
gemaakt moet worden om door
voor is iemand nodig die zegt: wij
jeugd ís de toekomst. Maar ik werd
te krijgen dat je recht hebt op een
gaan dat doen en dat gaan we zo
door politici neergezet als een
schone toekomst, dat het een bur-
financieren. Zoals John F. Ken-
sinterklaas die geld wilde strooien
gerrecht is, zeker in zo’n welvarend
nedy er toentertijd voor zorgde dat
over de jeugd. Nee, zei ik, ik ben
land als Nederland. De mensen
Amerika naar de maan ging. Dat is
iemand die water geeft aan alle
zijn zich wel bewust van het recht
zo on-Nederlands, dat kennen wij
zaadjes. Waar ben je mee bezig als
op vrije meningsuiting en van het
niet. Wij kunnen alleen maar en-
je in een rijk land als Nederland
recht op onderwijs, maar niet van
thousiast worden van buitenlandse
denkt: ben ik wel goed bezig als je
het recht op een duurzame toe-
ideeën. We hebben een leider no-
geld geeft aan de jeugd? Iedereen
komst. Iedereen wil het wel, maar
dig als we onze achterstand willen
die een klein beetje nadenkt kan
dat vertaalt zich nog niet in dat we
inhalen. Iemand die de echtheid
hooguit zeggen dat die tien pro-
het eisen van de democratie. Ik
weer naar boven haalt. We hebben
cent te weinig is, niet teveel.
hoopte op één miljoen leden op 8
in Nederland een hele intelligente
Lokaal, regionaal en bij bedrijven
maart 2010 zodat ik daarmee naar
bevolking, dat is aangetoond, maar
wordt er gelukkig ontzettend veel
de regering kon stappen, maar er
waarom besteden we dan geen
gedaan aan duurzaamheid. Want
hebben zich niet genoeg mensen
aandacht aan het onderwijs en zijn
duurzaamheid leeft wel, er is veel
aangemeld.
de leraren niet de belangrijkste
pit in Nederland, er zijn heel veel
Men vindt het te lastig. Ze kijken
mensen in onze maatschappij? We
mensen die heel veel doen. De
wel op de site maar melden zich
moeten meer gaan werken met
provincie Friesland is bijvoorbeeld
niet aan. Ik ga nu naar andere
competities, bijvoorbeeld alle be-
lekker aan de weg aan het tim-
wegen zoeken om dezelfde bood-
drijven die zonnepanelen bouwen
meren, daar mankeert niets aan.
schap te vertellen.
uitdagen met een groot tv-pro-
Wat er mankeert is dat de regering
gramma en 100.000 euro prijsgeld
het maar niet voor elkaar krijgt
Ja, ik wil het ook!
van de regering voor wie de beste
om bestaande belangen en lob-
In Nederland zijn we zo ver
en goedkoopste panelen bouwt.
bies opzij te schuiven en met een
weggeraakt van het gevoel van
Daar profiteren we van want het
strakke strategie naar de toekomst
democratie. Ik reis elke dag met
wordt voor iedereen bereikbaar,
te gaan. Daarvoor hebben ze steun
de trein en dan praat ik vaak met
iedereen ziet het.
nodig en dat kan maar van één
mensen over de problematiek
Het is ook belangrijk dat de jeugd
kant komen volgens mij: van de
en vraag ik hen of ze denken dat
meer geld krijgt om dingen te
burgers.”
ze daar wat aan kunnen doen.
doen. Er bestaat ontzettend veel
En om die burgers te bereiken
Nou nee, dan moet je op partijen
precht of verantwoord winst maakt stemmen, hoor je dan, is er iets
anders? Misschien werkt het niet meer, die partijen. Zeker niet ten aanzien van duurzame ontwikkeling, want die partijen zitten tegen elkaar in te harken. Terwijl de problematiek algemeen is en niets te maken heeft met links of rechts, of wel of niet religieus. Het gevoel van democratie is weg. Ik zou dolgraag een beetje van dat gevoel terug zien. Zeker met de huidige communicatiemiddelen is het zo gemakkelijk. Morgen kan iedereen zeggen: ja, ik wil het ook! En als mensen dat zeggen heeft de regering een opdracht. Maar ook een kracht, want dan heb je het ergens over, Nederland wil echt dat we dit doen.” Door deze uitspraken ontstaat vanzelf de vraag of Ockels niet zelf de politiek in wil. “Ik heb er wel over nagedacht, maar ik ben er bang voor. Ik ken veel politici nog van voor ze de politiek in gingen, en pff, je wordt gemangeld in die wereld. Ik vraag me dan af wanneer ik meer kan bereiken. En misschien is dat wel op de manier waarop ik mijn eigen ik ben met mijn ideeën. Ik kan mensen begeisteren als leider, maar heb waarschijnlijk niet de bestuurlijk eigenschappen die nodig zijn. Ik ben geen Obama.”
Leven met het van geen zingeving
Bij Thailand denk je niet meteen aan vluchtelingen. Eerder aan jungletochten, prachtige eilanden, blauwe zee en snorkelen totdat je trek hebt in spicy food and cold beer. Maar in het westen van Thailand, aan de grens met Birma, zie je als je goed zoekt al snel verschillende grote vluchtelingenkampen, tjokvol mensen uit Birma. Bezaaid met huisjes van bamboe die elkaar net niet raken en vergeven van een gif dat mensen leeg maakt: het onbreken van zingeving. Een dag in het kamp Ma Lae is als een hele koude douche; je wordt lichamelijk te snel wakker terwijl je geestelijk nog niet aanwezig bent. Er lopen 40.000 Birmezen rond, maar ze zijn er met hun gedachten niet bij. Die zijn elders, bij hun thuisland, bij de wreedheden die ze hebben gezien, bij het verlies van geliefden. Het helpen van deze mensen is moeilijk omdat ze getraumatiseerd zijn, heimwee hebben naar huis en haard, vrij willen zijn, een leven willen hebben waarin nut, blijdschap en perspectief aanwezig zijn en dat op dit moment niet blijvend verholpen kan worden. De Birmeze junta (sinds de jaren zestig al in het zadel) zit niet te wachten op al die minderheden die meer onafhankelijkheid willen. Dus worden er grootschalige militaire campagnes uit de kast gehaald, gecombineerd met een wreedheid die het bloed doet stollen. Inwoners van dorpjes worden verjaagd en gedwongen om door hun eigen landerijen te lopen of rennen. Daarin krioelt het van de landmijnen. Alle kampen kennen dan ook een werkplaats voor het vervangen en repareren van kunstarmen, kunstbenen en kunstvoeten. Alles voor een gekunsteld bestaan. Dat geldt ook voor de kinderen en jongeren die zijn geboren in de kampen. Ver weg van het dorp van hun ouders, moeten zij het doen met de glorieuze droom van verzet, en hopen op een regering ergens in deze wereld die hen een verblijfsvergunning wil bieden. Amerika pikt alle intelligente mensen eruit, dus als je dom bent heb je echt een probleem. Als je dat al niet had. Want elke dag bedenken wat je met je leven moet doen en daarop geen echt antwoord weten is slecht voor je geest. Dus gaan de vluchtelingen maar massaal onderwijs volgen: beroepstrainingen en landbouwklasjes. Maar als je al jaren en jaren in een kamp zit ben je òf heel geleerd òf heel moe. En wat moet je met een IQ van boven het gemiddelde wanneer je niet kunt excelleren? Wanneer je niet in vrijheid kunt gaan en staan waar je wilt? Wanneer de wereld niet verder komt dan sancties, in Irak en Afghanistan wel dictaturen wil omgooien, maar Birma ongemoeid laat qua militaire interventie? Nu is het Westen sowieso geestelijk en daadkrachtig gehandicapt als het gaat om dictaturen, genocide en het verstaan van de schreeuw van mensen. Mensen die schijnbaar die vraag om hulp niet samen met olie en andere grondstoffen weten mee te brengen. Dus is de situatie van de Birmeze vluchtelingen een status quo die henzelf het meeste treft. Want de wereld draait wel door. Meer informatie: www.burmacentrum.nl
Advertentie
PROFIT VOOR NON PROFIT persoonlijke aandacht in media-advies www.svbmedia.nl
Onze verpakkingsfolie.
Focus op (groen) verzenden | www.euromail.nl
Wij behoren tot de eerste generatie die op een
eigen huis. In ons eigen hart. Maar inmiddels weten
indringende manier ervaart dat wij als wereldbe-
ons hoofd en hart dat dit consumptiegedrag ook
volking een gezamenlijk lot delen. In het Westen
ons leven zal treffen, en dat van onze kinderen, de
en in Nederland beseffen wij meer en meer dat ons
volgende generaties. De voedselcrisis, de watercrisis,
individueel en collectief (consumptie)gedrag een
de grondstoffencrisis, de klimaatcrisis en de financi-
grote, mogelijk zelfs desastreuze invloed heeft op het
ële crisis geven aan dat een aantal seinen op rood is
welzijn van de aarde en de bewoners ervan.
gesprongen langs onze hoge snelheidslijn.
Maar dat lijkt nu nog vooral anderen aan te gaan
Als christelijk wereldburger heeft bij mij niet
die ver weg wonen. En het raakt weliswaar bij tijd
wanhoop maar hoop het laatste woord. Hoop is niet
en wijle ons hart en onze portemonnee, maar het
maakbaar, je ontvangt het. Net als liefde. Naar mijn
krenkt ons rechtvaardigheidsgevoel niet. We worden
overtuiging gaan hoop en liefde altijd samen met
ook niet in ons diepste mens-zijn geraakt. Hoe komt
de wil en de verantwoordelijkheid de ander recht te
dat? Gebrek aan kennis? Ik geloof er niets van. Het
doen. En daarvoor de prijs te betalen. Daarbij gaat
verhaal is simpel en al eeuwenoud: de ene mens telt,
het niet in de eerste plaats om geld, maar om integri-
het andere niet. Some people are more equal than
teit. Ben je uit één stuk en waar ga je dan voor?
others. Alle (internationale) solidariteit en naastenliefde ten spijt: het evolutionaire proces lijkt de
Recht doen zijn woorden waaruit Bijbelse integriteit
gang te bepalen. The survival of the fittest. Of is the
spreekt. De toets daarbij is in hoeverre je recht doet
survival of the lucky een betere benaming?
aan mensen die niet in tel zijn, die je eigenlijk alleen maar wat lijken te kosten. Tegenover the survival of
In de laatste decennia heeft dat in de westerse cul-
the fittest zegt het Bijbelboek Spreuken dat God zich
tuur bizarre vormen aangenomen. Was er eerst nog
juist in het bijzonder verbindt met de gemarginali-
het algemeen belang van de groep waartoe je be-
seerden: “Wie een verschoppeling onderdrukt, bele-
hoorde, nu gaat het in de kern om het belang van het
digt zijn schepper, wie zich over een arme ontfermt,
individu. Het leven is een project, een instrument
eert hem.”
voor eigen geluk en gelijk. En dat dient beschermd te worden. Tegen elke prijs. Zowel macro, maar dat
Kortom, met je houding ten opzichte van kwetsbaren
staat nog maar al te vaak voor ‘ver weg’, als micro:
vloek je of eer je de schepper. ‘Kom op!’ zou ik tegen
als consument gaan voor de trends en de koopjes
een ieder willen zeggen, maar in het bijzonder tegen
op allerlei terreinen, dondersgoed wetend dat de
christenen. Stop met vloeken op macro- en microni-
verborgen kosten moeten worden betaald door
veau. Sluit wereldwijd een bond tegen het vloeken.
mensen elders, zonder macht en invloed. De bonus-
Doe recht, wees trouw, want dat zijn wegen waarop
en graaicultuur is niet begonnen op Wall Street,
God wandelt.
maar in Main Street. In onze eigen straat. In ons
Marnix Niemeijer, directeur Tear.
Bond tegen het vloeken
dit is voor hen die in onze were
eld onzichtbaar worden gemaakt
Help
de donateur praat terug, wat nu?
‘Loyale donateurs bestaan niet meer.’ Tegenwoordig zul je bijna geen fondsenwerver meer tegenkomen die deze uitspraak niet in de mond neemt. Ook als we de vakmedia moeten geloven behoren loyale donateurs tot een uitstervend ras. Wat gaat er mis? Slagen goede doelen er niet meer in om hun gevers aan zich te binden of zijn de donateurs van deze tijd echt zo wispelturig? De ontwikkelingen vormen aanleiding voor goede doelen om hun relatie met gevers eens goed onder het licht te houden. Het moet en kan anders, maar dat stelt goede doelen wel voor nieuwe uitdagingen. Vier professionals en hun visie op donateursloyaliteit.
Traditiegetrouw ligt er bij veel goede doelen een grote focus op het werven van nieuwe donateurs. Nieuwe donateurs worden vaak gezien als het instrument om meer inkomsten te realiseren. Is de nieuwe donateur eenmaal ‘binnen’, dan verdwijnt deze vaak uit het zicht van het goede doel. Op een paar standaard mailings per jaar na, lijkt de interesse om te bouwen aan een (h)echte relatie met de gever ver te zoeken. Relaties worden onderhouden op basis van eenrichtingsverkeer en dat resulteert op de lange termijn in
crisis zijn we klaar met inhoudsloze massaconsump-
afstandelijke, niet betrokken relaties of relaties die te
tie, communicatie waar je niet om gevraagd hebt.
vroeg eindigen. En dat is jammer, want het werven
Er is een brede maatschappelijke behoefte ontstaan
van een nieuwe donateur kost vele malen meer dan
aan een terugkeer naar duurzame, oprechte en pure
het behouden van een bestaande relatie. Bovendien
dingen in het leven.” Volgens Venema moeten veel
levert een trouwe donateur op de lange termijn altijd
goede doelen hun authenticiteit weer herontdek-
meer op, in geld of andere vormen van betrokken-
ken. “Een goed merk heeft een authentiek verhaal te
heid. Daarnaast zijn het vaak de loyale donateurs
vertellen, een oprecht verhaal dat mensen aanspreekt
die hun goede doel onder de aandacht brengen bij
omdat ze in het verhaal iets van zichzelf herkennen of
vrienden en bekenden en daarmee hun goede doel
omdat ze iets bewonderen of denken: ‘dat is goed’. Bij
ingangen bieden bij nieuwe doelgroepen. Genoeg
veel goede doelen is authenticiteit vaak overwoekerd
redenen, zou je zeggen, om ook te investeren in het
door kenmerken die ze hebben overgenomen van
onderhouden van de relatie.
bedrijven en de overheid. Dan kun je denken aan de
Authenticiteit
eigenschappen groot, ambtelijk en log. Dat zie je ook terug in de fondsenwerving. Goede doelen gebruiken
Volgens Edwin Venema, hoofdredacteur van FM,
vaak instrumenten die ook door bedrijven worden
tijdschrift voor filantropie en bestuur, en program-
gebruikt, zoals telemarketing.” Volgens Venema heeft
mamanager van het Civil Society Congres voor
dat een negatief effect op de relatie tussen goede
fondsenwervers, is de randvoorwaarde voor loyale
doelen en het publiek. “Mensen willen geen goed
donateurs een authentieke organisatie. “Door de
doel steunen dat te veel op een bedrijf of de overheid
Renée Steenbergen: adviseur, onderzoeker en publicist op het gebied van Mecenaat en major donors in de kunsten “In het bouwen aan een goede relatie met grotere gevers is dankzegging de alfa en de omega en dat kan in allerlei vormen. Het is wel belangrijk om dankzegging zo symbolisch mogelijk te houden en zo min mogelijk materiële tegenprestaties te beloven. De enige oplossing daarvoor is persoonlijke aandacht, met daarbij als stelregel ‘hoe meer je geeft, des te persoonlijker de aandacht’. Het is een vreemde aanname dat mensen niet bedankt zouden willen worden. Als je iets krijgt, zeg je netjes dankuwel en als iemand afzegt dan zeg je ook ‘bedankt voor uw bijdrage’. Dat zijn gewoon beleefdheidsvormen! Soms lijkt het wel alsof er bij goede doelen een angst is om persoonlijk contact te hebben met de gever. Behalve goede omgangsvormen is het in de relatie met gevers ook belangrijk dat je ze kent. Ik moet wel eens tegen mensen zeggen: een gever is niet de prins op het witte paard die toevallig met een zak geld voorbij komt rijden. Het is meestal iemand die je al kent, maar die je nog niet als zodanig hebt geïdentificeerd en aan wie nog niet op het juiste moment, door de juiste persoon of op het juiste niveau - qua bedrag - de geefvraag is gesteld. Hij is misschien vriend, terwijl hij ook major donor kan zijn. Zoiets weten vereist netwerkonderzoek. Iemand die daarbij voor jouw organisatie een soort ambassadeursrol wil vervullen is van net zo groot belang als gevers zelf. Zeker als kleine organisatie heb je dat hard nodig, want je kunt het niet allemaal zelf.” www.ReneeSteenbergen.com
lijkt. Goede doelen die zich in zo’n positie gemanoeu-
moet je elke keer heel scherp definiëren en bewaken.
vreerd hebben, hebben een groot probleem, want het
Als je daarin namelijk een scherp en goed profiel
publiek wil zich herkennen in een burgerinitiatief.”
hebt, kun je ook je donateurs op langere termijn
Venema is ervan overtuigd dat een betere balans tus-
borgen. Dat is heel belangrijk. Op het moment dat je
sen professionaliteit en passie bij goede doelen leidt
niet meer goed kunt uitleggen wat het verschil is of je
tot loyalere donateurs. “Dat is de grootste uitdaging
er nu wel of niet was, als je daar geen draagvlak voor
voor goede doelen. Aan beide kanten is veel werk te
kunt creëren, dan werkt de markt ook heel simpel en
verzetten. Sommige organisaties moeten hun passies
verdwijn je vanzelf.”
van vroeger weer herontdekken, anderen moeten juist op het gebied van professionaliteit enorme sprongen
Kloof
maken.” In het opbouwen van een goede relatie met
Venema ziet naast het gebrek aan authenticiteit bij
de donateur vindt Venema het essentieel dat organisa-
goede doelen nog een factor die goede doelen kan
ties steeds weer hun toegevoegde waarde laten zien.
belemmeren in het opbouwen van een goede relatie
Venema: “Ik vind dat een maatschappelijke organisa-
met hun donateurs: de kloof tussen goede doelen en
tie, en dat is een goed doel, maatschappelijke winst
het publiek. “Het publiek verwacht van goede doelen
moet maken. Als je alleen maar als een tussenstation
dat ze nog steeds opereren als vrijwilligersorganisatie.
fungeert zonder dat je iets toevoegt aan de keten dan
De discussie van een aantal jaar geleden over het
doe je iets niet goed. Die maatschappelijke waarde
salaris van de directeur van de Hartstichting vind ik
Goede doelen moeten in de hoofden van donateurs op de bekende pijndossiers
daarin heel kenmerkend. Ik denk dat toen pas duide-
2.0 manier heel erg actief zijn in allerlei netwerken,
lijk werd dat goede doelen soms hoge kosten moeten
en informatie ophalen en uitwisselen.”
maken om de kwaliteit van de organisatie in stand te
Die ontwikkeling is volgens Venema van grote
houden.” Venema vindt dat goede doelen beter hun
invloed op de relatie met de donateur: “De illusie van
best moeten doen om deze kloof te dichten. Dat zorgt
totale regie over de relatie met je donateur zul je prin-
uiteindelijk ook voor loyalere, meer betrokken donateurs. “Ik ben groot voorstander van een sectorbrede voorlichtingscampagne. Goede doelen moeten in de hoofden van donateurs op de bekende pijndossiers vooruitgang boeken. De strijkstok, salarissen, verspilling, onderlinge concurrentie. Je hoort veel van dit soort verhalen op feestjes omdat men vindt: dat hoort niet met mijn geld. En daar hebben goede doelen gewoon een goed antwoord op te formuleren.”
Illusie De snel veranderende samenleving dwingt goede doelen anders te kijken naar hun relatie met hun gevers. “De donateur van deze tijd heeft andere behoeftes, de loyale donateur is een uitstervend ras geworden. Daar komt bij dat er veel veranderd is op het gebied van communicatie door de opkomst van web 2.0. Met de flexibiliteit en dynamiek die nu in onze samenleving zit, hebben de goede doelen ook te maken,” aldus Venema. “Het verbaast me dat veel organisaties daar niet goed op zijn ingericht. Veel goede doelen denken nog steeds ongelofelijk 1.0 over hun taak in deze wereld. Als het er op aan komt, weten ze eigenlijk niet wat ze terug moeten zeggen tegen hun donateurs.” Venema wil het heersende beeld over het groeiend aantal kritische donateurs overigens wel nuanceren. “Ik denk dat een overgrote meerderheid van donateurs nog steeds in de ‘trust me-fase’ zit. Voor hen is het voldoende om een goed gevoel te hebben bij hun gift. Verder willen ze er niet teveel mee lastig worden gevallen. Volgens mij is de kritische groep niet veel groter geworden, maar wel veel manifester en luidruchtiger. De huidige mogelijkheden op het internet bieden daar natuurlijk alle mogelijkheden voor. De donateur kan op een
Hans Kramer: communicatiemanager bij Dunck Loyalty Marketing en eindredacteur van kennisplatform Loyalty Facts “Spontane loyaliteit komt bijna niet voor. Wil je echt loyale relaties hebben, dan moet je daar hard voor werken. Een goed loyalityprogramma voldoet voor ons aan tenminste drie voorwaarden: het programma is oprecht, passend bij je merk en product en substantieel, het voegt wat toe. Bij passend moet je denken aan: ‘is het logisch dat deze organisatie mij dit aanbiedt?’ Voor goede doelen zit het verkrijgen van loyaliteit niet in het weggeven van cadeautjes, eerder in programma’s waarmee je emotionele betrokkenheid creëert via bijvoorbeeld een community of club. We hebben onlangs zoiets ontwikkeld voor NRC Media. Veel abonnees houden van het goede leven en zijn lid van een wijnclub. Als een soort exclusiviteit voor deze abonnees stelt NRC nu informatie aan hun beschikbaar over goede wijnen. Zoiets zal door deze ontvangers als substantieel worden ervaren, ze hebben er echt iets aan. Veel marketeers bepalen of iets passend of substantieel is op basis van hun eigen gevoel, maar meestal is dat geen goede graadmeter. Het valt ons op dat veel organisaties hun klanten nauwelijks kennen en al hun klanten hetzelfde behandelen. Maar veel klanten willen gediscrimineerd worden, zeker als zij in het topsegment zitten. Ik geloof niet dat dit voor gevers anders ligt. Organisaties kunnen, naast het geven van erkenning, ook investeren in relaties door meer te luisteren naar hun klanten. Bijvoorbeeld via Twitter en de sociale netwerken. Wat wordt er over je organisatie gezegd en hoe reageer je daarop? Ook dat is investeren in een relatie. Zie bedreigingen daarbij ook als een mogelijkheid om te werken aan loyaliteit, draai een negatieve ervaring om. Bijvoorbeeld als je klachten ontvangt over het salaris van de directeur. Reageer niet met een standaardreactie per brief, maar laat de directeur bijvoorbeeld zelf bellen. Laat hem zijn kant van het verhaal uitleggen en ga het gesprek aan. Daar win je harten mee.”
cipieel moeten opgeven. De ontvangers zijn door de
hij iets wil doen de standaard reactie is ‘maak maar
nieuwe werking van het internet beslissers geworden,
geld over’. Je ziet steeds meer dat goede doelen op
dat is een omkering van de macht. Je kunt je daar
zoek gaan naar manieren om deze mensen een plek
tegen verzetten en proberen om op een ouderwetse
te geven in de organisatie of verder te helpen. Maar
manier die regie toch weer terug te pakken, maar dat
wil je als organisatie de betrokkenheid van mensen
gaat je niet lukken. Je kunt beter zeggen ‘we accepte-
stimuleren, dan vraagt dat wel een wezenlijke andere
ren dat er een nieuwe realiteit is ontstaan en daarbin-
instelling dan een aantal jaar geleden. Het betekent
nen proberen we als organisatie overeind te blijven’.
dat je als goed doel niet alleen om geld vraagt maar
Breng in kaart: hoe kunnen wij van mensen in ons
mensen ook op andere niveaus betrekt. Dat heeft
netwerk ambassadeurs maken? Hoe kunnen we onze
gevolgen voor de manier waarop je je organisatie
invloed doen gelden in die netwerken? En hoe kun-
opbouwt en het vraagt ook een andere organisatiecul-
nen we in die netwerken medespeler worden in plaats
tuur; een openheid om oprecht in dialoog te gaan en
van regisseur. Dat laatste is echt een verloren strijd.”
niet te vervallen in een soort van kunstmatig beleefd
DNA
antwoorden. De vraag is: ben je echt bereid je anders op te stellen, zit het in je DNA? Je moet het niet
De donateur is veranderd en daarmee de relatie en
alleen voor een mooie buitenkant doen. Bij veel orga-
de wijze waarop een donateur betrokken wil zijn bij
nisaties zie je nog steeds reacties als ‘help de donateur
een goed doel. Dat plaatst goede doelen voor nieuwe
praat terug, wat nu?’. Het moet wel oprecht je intentie
uitdagingen, stelt Venema. “Gelukkig is het niet meer
zijn om op een andere manier aan draagvlak voor je
zo dat als een donateur een organisatie belt omdat
doelen te werken.”
Ilja de Coster: adviseur Fondsenwerving EthiCom en redacteur van vakblad Fondsenwerving “Fondsenwervers praten nauwelijks met hun gevers. Veel organisaties denken dat ze hun fondsenwerving goed geregeld hebben door enkel en alleen iemand achter de computer te zetten die alles aanstuurt zonder dat ze daarbij persoonlijk contact hebben met gevers. Organisaties die zo denken hebben een probleem. Fondsenwerving is tijdsintensief, je moet je daarin geen illusies maken. Het gaat over mensen en het gaat over relaties. Echt luisteren naar en in gesprek gaan met de schenkers doen we amper. Dat heeft consequenties voor de trouw van je donateur en de mate waarin zij zich herkennen in je organisatie. Het verklaart deels ook de opkomst en het succes van de particuliere initiatieven: daar zie je veel meer dat persoonlijke tussen de vrager en de gever en blijkt dat mensen dat echt wel waarderen. Ik ben er van overtuigd dat het bouwen aan een goede relatie met je gevers niet kan zonder het kwalitatief inschakelen van vrijwilligers. Wat je bij veel organisaties ziet is dat vrijwilligers vaak alleen maar goed zijn voor het plakken van postzegels, maar ik geloof dat het tijd wordt om die angst te overwinnen. Ook bestuurders spelen een belangrijke rol. Ik adviseer bestuurders van organisaties altijd om wekelijks vijf gevers te bellen, gewoon om hen te bedanken voor hun betrokkenheid. Dat is misschien een uurtje werk, maar het verbetert de kwaliteit van de relatie enorm. Vaak loop ik met dit advies tegen de mentaliteit aan van bestuurders en organisaties. Die zeggen ‘dat is toch niet onze taak’ of ‘mensen worden niet graag gebeld’, en meer van dat soort vooroordelen. Fondsenwervers hebben vaak hun budget voor werven scherp gedefinieerd, maar wat mag het behoud van een donateur kosten? Er wordt gezegd dat je van donateurbehoud moeilijk kunt voorspellen wat het oplevert. Daar ben ik het niet mee eens. Wat dat betreft zit er niet zoveel verschil tussen werving en behoud. Het is vooral experimenteren, acties naast elkaar testen, leren en veel met gevers praten: hoe ervaren zij het contact? Na twee jaar testen en contacten onderhouden met je gevers kun je dan echt wel een goed programma opzetten en inschatten wat je investering je oplevert.”
Advertentie
de juiste ringtone
downloadable via www.christal.nl/ringtone
17 april 2010
Aan de muren van een oude kerk en een school in het Ugandese dorpje Nakyenyi hingen op 17 april 2010 negentien grote foto’s van mensen uit dit dorp. Organisatoren van deze expositie waren Frivista en de Ugandese organisatie Lwengo Rural Development and Support Organisation. Zo’n 1.500 mensen uit het district Lwengo zagen de foto’s en kregen gratis te eten, terwijl scholen en vrouwengroepen zongen, dansten, kortom: zorgden voor een feestelijke stemming. De foto’s zijn in oktober 2009 gemaakt door Folkert Rinkema (zie foto). De geportretteerde mensen kregen tijdens de opening van de expositie een ereplaats en mochten als eerste de foto’s bekijken. Dit zorgde voor verschillende emoties: sommigen lachten, anderen huilden en vaker nog waren mensen stil. Stil, om naar de foto’s kijken. Ja, het was een speciale dag, die 17e april. Niet alleen omdat de foto’s op dezelfde dag ook op het station in Amersfoort te zien waren, maar ook omdat Frivista daarmee haar eerste stap zette om actief aan de slag te gaan in Uganda. Missie: het opzetten van een creatief ontmoetingscentrum in de stad Masaka, samen met de organisatie Be More. Duurzaamheid, uitwisseling van kennis en ervaring en innovatie zullen in dit centrum centraal staan. Zo worden er in het centrum onder meer workshops gegeven over onderwerpen die lokaal worden aangedragen en zal Be More met een toegesneden reisaanbod zorgen voor ontmoetingen tussen vakgenoten uit Nederland en uit Uganda. Denk bijvoorbeeld aan theater, kunst, landbouw en geneeskunde. Daarnaast wil Frivista in Uganda een nieuwe vestiging openen: Freevista Uganda, een commercieel creatief communicatiebureau mét een opleidingstak. Verschillende creatieve modules worden nu op maat ontwikkeld voor groepen en organisaties in Uganda. De winst uit Freevista Uganda wil Frivista inzetten voor het ondersteunen van onder andere lokale organisaties die ouderen, HIV-patiënten en straatkinderen helpen. Meer informatie: www.exposeervooruganda.nl, www.frivista.com
Eerlijke Verkade
Het commerciële alternatief
Verkade maakt eerlijke chocolade. Als eerste A-merk heeft het bedrijf in 2008 de grote stap gemaakt. Internationaal zie je dezelfde beweging, want Mars en Cadbury hebben ook beloofd fair trade te gaan. Maar wat zit daar nu precies achter? Een idealistisch hart of goed commercieel inzicht?
Als je de vertrouwde roze 75
digen dat een grote fabrikant als
grams-reep van Verkade uit het
Verkade dit risico neemt, aan de
supermarktschap trekt, hoef je
andere kant wil ik kritisch blijven
je niet meer schuldig te voelen.
en niet meegaan in de ‘hallelu-
In elk geval niet over oneerlijke
jah-journalistiek’ van de meeste
handel. Chocoladefabrikant
kranten. Wie eerlijk pretendeert
Verkade stapte in 2008 namelijk
te zijn, moet ook eerlijk zijn over
als eerste A-merk over op het Max
zijn motieven.
Havelaar-keurmerk. “Verkade chocolade is met liefde gemaakt
Ik besluit eens te bellen naar
van fair trade-ingrediënten. Heer-
Zaandam, waar de chocolade-
lijk omdat deze fair trade Verkade
fabriek al sinds de start in 1886
chocolade nu nog lekkerder is.
gevestigd is. Ik wil een afspraak
Honderd procent eerlijk omdat de
maken met de directeur, maar dat
boeren in ontwikkelingslanden
blijkt nog niet zo gemakkelijk. Di-
een eerlijke prijs hebben gekregen
recteur Bart Merkus mag ik niet
voor hun cacao en rietsuiker,”
rechtstreeks bellen en commu-
lees ik op de verpakking. Ik word
nicatiemedewerker Sylvia Brand
daar blij van. Want ik kan nu met
zit ‘in een meeting’. Ik word twee
een gerust hart de Verkade choco-
dagen later teruggebeld. Een
lade eten, zoveel ik wil.
lange discussie volgt, want een
Maar waarom deed Verkade dit,
afspraak maken of bellen blijkt
vraag ik mij af. Waarom ging juist
niet mogelijk. De oplage van
deze fabrikant over op de eerlijke
‘MAG, omdat het moet’ is te laag en
(en duurdere!) cacaobonen? En
bovendien richt het zich niet op
waarom pas in 2008 en niet
dezelfde doelgroep als Verkade,
eerder? Want de misstanden in de
legt Brand uit. Mailen mag wel.
cacaosector zijn al jaren bekend.
Uiteindelijk ga ik akkoord, ik
Kortom: hoe eerlijk zijn de mo-
kan immers niet anders. Al weet
tieven van Verkade? Een lastige
ik nu al dat mailcontact niet de
vraag vind ik dat. Aan de ene
uitgebreide antwoorden op mijn
kant wil ik alleen maar aanmoe-
vragen zal opleveren die ik wil.
De juiste boon
en ging tegelijkertijd op zoek
valt een lange stilte als ik Zwart
Zo. Mail opgesteld en verstuurd
naar de juiste cacaobonen. Las-
deze vraag stel. “De cacaoboe-
en in de tussentijd ga ik maar
tige kwestie, want waar haal je
ren worden er beter van, maar
eens verhaal halen bij Oxfam No-
ineens jaarlijks 1500 ton eerlijke
om nu te zeggen dat ze er rijk
vib en Max Havelaar. Met de eer-
cacao vandaan? Uit Ghana en
van worden, dat is een stap te
ste partij werkte Verkade samen
Ivoorkust blijkt, want daar was er
ver. Verkade verdient met deze
voor de kennis en de publiciteit,
voldoende. “Er moet natuurlijk
stap wel geld, en het keurmerk
de tweede verleent het keurmerk
wel een goede balans zijn tussen
verbetert bovendien de concur-
aan de chocoladefabriek.
vraag en aanbod,” licht Zwart
rentiepositie.”
Via de persvoorlichter van Oxfam
toe. “Ons belang is uiteindelijk,
Gine Zwart is wel blij met de
Novib heb ik na een paar dagen
als je het terugredeneert, armoe-
stap van Verkade: “Het heeft veel
Gine Zwart aan de telefoon. Zij
debestrijding. Feit is dat je in
voeten in de aarde gehad, ik vind
is beleidsmedewerker bij Oxfam
cacaoproducerende landen veel
het dapper.” Volgens Zwart is er
Novib en deed onderzoek naar
armoede ziet. En dat hoeft niet
sprake van een nieuwe ontwik-
de cacaoboeren voor Verkade.
nodig te zijn,” zegt ze. En wat
keling in de cacaosector. “Je ziet
“Wij hebben kennis en contacten
is volgens Zwart het belang van
het bijvoorbeeld ook bij Cadbury
met West-Afrika in huis. Zowel
Verkade? “Bij hen zal meespelen
(Engeland) en Mars (Verenigde
Verkade als Max Havelaar heb-
dat het goed is voor het imago
Staten). Zij beloven fair trade te
ben concurrenten en wij konden
van Verkade om zich duurzaam
gaan. Het zullen geen directe
daarin dus een neutrale rol
neer te zetten. Consumenten, en
volgers zijn, maar ze letten wel
spelen. Daarnaast hebben we een
wij ook, stellen vragen als: hoe
op elkaar. Kijk, als er één over de
rol gespeeld bij de communicatie
weet je of de cacao eerlijk is? En
streep is, volgen er waarschijnlijk
aan het einde van het traject. Het
wat je kun je eraan doen eerlijker
meer.”
was voor Verkade natuurlijk ook
te produceren? Verkade geeft
prettig dat wij daarbij betrokken
met het kiezen voor dit keurmerk
Verkade is stoer
waren.” Aha. Dus zo liggen de
antwoord op deze vragen.”
Goed nieuws dus. Wie weet is
verhoudingen. Oxfam Novib was
Ja, dat is zeker waar. Maar wie
over tien jaar alle chocolade
goed voor het imago van Verkade
wordt er nu het rijkste van? Er
wel eerlijk. Ook eens bellen
Choc feiten Een Nederland eet zo’n vijf kilo chocolade per jaar; dat is de helft van het aantal kilo’s dat een gemiddelde Engelsman eet. Het Nederlandse bedrijf Verkade verkoopt ieder jaar 12 miljoen repen chocolade (dat is ongeveer 900 ton chocolade) en daarvoor importeert de chocoladefabriek ongeveer 1500 ton cacao per jaar. De cacao in Verkade-repen komt uit Ghana en Ivoorkust, dat is voor Verkade altijd zo geweest. Verschil is dat de cacao nu van traceerbare boerderijen komt en de boer een eerlijke prijs krijgt voor zijn cacao. Ivoorkust is, met 43 procent van de totale cacao, het land waar de meeste cacao vandaan komt. En het is tegelijkertijd het land waar zich de grootste wantoestanden voordoen. Duizenden kinderen werken er onder slechte omstandigheden op de plantages en helaas wordt ook kindslavernij vaak in verband verbracht met de cacao.
met Max Havelaar, waar ik na
wereld, het drinken van eerlijke
veel telefoontjes en voicemails
koffie op kantoor bijvoorbeeld.
de enthousiaste persvoorlichter
Maar het motief om deze stap
Jochum Veerman aan de telefoon
te zetten vertelt hij me niet, net
krijg. “Ik vind het heel stoer dat
zoals hij niets loslaat over de
Verkade duurzaam is geworden,”
keuze voor het jaar 2008 en niet
zegt hij. “Wij hopen natuurlijk
al eerder. Enigszins gefrustreerd
dat er nog veel meer A-merken
besluit ik het Verkade-verhaal
zullen volgen en promoten dat
maar even te laten liggen.
zelf ook bij bedrijven. Ja, we zijn
Internationale chocolade
heel blij met deze stap.”
Tot tien tellen
Max Havelaar is bij uitstek een
Er zijn alweer twee maanden
Het Initiatief Duurzame Handel
organisatie die inzicht heeft in de
voorbij wanneer ik mijn aanteke-
(IDH) wil wereldwijd zorgen voor
cacaoleveranciers. Is hij niet bang
ningen voor het Verkade-verhaal
eerlijke chocolade. Onder andere
dat er straks onvoldoende cacao
er weer eens bij pak. Ik heb lang
Oxfam Novib, Utz Certified (ook
is als iedereen fair trade gaat?
getwijfeld over het slagen van dit
een keurmerk voor eerlijke produc-
“Nee, want het kan. Er is genoeg
verhaal. Maar ik ben inmiddels
ten, bijvoorbeeld voor Café Oké) en
cacao.” En dan die ene vraag
weer gemotiveerd en besluit nog
Solidaridad (een organisatie voor
die al lange tijd op mijn lippen
maar eens te bellen met commu-
duurzame handel die onder andere
brandt: heeft Verkade deze stap
nicatiemedewerker Brand. Mis-
Max Havelaar oprichtte) hebben de
alleen gezet vanuit commercieel
schien kan ik na deze radiostilte
handen ineen geslagen om grote
oogpunt? “Het is een combinatie
toch nog even langskomen of
stappen te zetten in de fair trade-
van imagoversterking, duurzaam
bellen.
wereld. Binnen de IDH werken
ondernemen en een commercië-
Vier telefoontjes en twee weken
bedrijven, brancheorganisaties,
le, slimme zet die goed is voor de
later zegt Brand dat ik alsnog
vakbonden, maatschappelijke orga-
cacaosector in het algemeen.
vijftien minuten met hem mag
nisaties en de ministeries van ont-
Verkade doet deze investering
bellen. We plannen een afspraak
wikkelingssamenwerking, economi-
niet alleen omdat het hip is.”
en ik heb mijn pen al in de hand
sche zaken en landbouw, natuur en
om zijn telefoonnummer te
voedselkwaliteit samen. Het heeft
Oxfam Novib gesproken en
noteren, wanneer ze zegt dat het
een breed draagvlak dus. Net zoals
ook de kant van Max Havelaar
wel de bedoeling is dat hij mij
het inmiddels bij grote chocoladefa-
gehoord. Nu graag die van Bart
belt. Meneer Merkus is nogal
brikanten als Mars, Nestlé, Cargill,
Merkus. Want de Verkade-direc-
druk namelijk. Tot tien tellen,
Ecom, Heinz en Ahold draagvlak
teur heeft na twee weken terug-
dank je wel zeggen, en wachten
heeft gevonden. Want die hebben
gemaild. Met een zeer vriendelijk
tot hij belt. Ja, dat is het enige wat
beloofd ook eerlijke chocolade te
mailtje waarin hij alle vragen
er in zit.
gaan produceren.
beantwoordt. Maar inhoudelijk geven ze me weinig bevrediging.
Hij belt. Exact op de afgesproken tijd en
Hij gaat vooral in op wat Verkade
ik krijg een goed gehumeurde, beleefde
allemaal al deed voor een betere
heer aan de lijn.
Meneer Merkus, we hebben weinig
logische vraag en het begin van
bij dit soort zaken altijd afvragen
tijd dus laat ik direct met de deur in
een reis.”
of het economisch haalbaar is. Bovendien is het geen stap die je
huis vallen. Wat was het moment waarop u dacht: we gaan fair trade? “Nou, u moet weten dat we in
Het kostte dus twee jaar, maar in
zomaar even zet. Het enige wat wij
de tussentijd was de chocolade nog
kunnen doen is zorgen dat zoveel
wel fout.
mogelijk mensen een chocolade-
ons bedrijf regelmatig met elkaar
reep van Verkade kopen. Dat ze
spreken over plannen voor de
“Het lastigste was de smaak. We
zeggen: heb jij geen chocoladelet-
toekomst. We vragen ons dan
wilden niet dat mensen de cho-
ter van Verkade gekregen, want die
af: waarmee kunnen we onze
colade niet meer zouden kopen
is eerlijk.”
consumenten blij maken? En in de
omdat ze het niet meer lekker
zomer van 2006 spraken we over
vonden. De smaak is voor Verkade
En de vijftien minuten zijn om.
de plannen voor 2007 en zeiden
altijd erg belangrijk geweest.”
Directeur Merkus gaat weer
we: zou het niet mooi zijn als
En u wilt uw kinderen ook recht in
verder met het verkopen van zijn
we fair trade zouden gaan en we
de ogen kunnen blijven kijken.
eerlijke repen. En ik probeer mijn
...het is dus niet zo dat we ineens een helder inzicht hadden... eerlijke cacao in onze chocolade
conclusie te trekken. Dat vind ik
kunnen verwerken? Het was voor
“Ja. Je wilt niet thuis komen en al-
niet eenvoudig. Een commerci-
ons een logische vraag, want wij
leen maar zeggen: nou, papa heeft
ële zet is het zeker, economische
zijn altijd al bezig geweest met
weer heel veel chocoladerepen
haalbaarheid was belangrijk - zo
dit soort zaken. We willen als
verkocht vandaag. Want het is ook
niet het belangrijkste. Ik vind
bedrijf rekening houden met zowel
mooi als je kunt zeggen dat papa
Verkade verder niet duidelijk over
people, planet als profit. Daarom
ook nog iets heeft gedaan voor een
de motieven, afgezien van Merkus’
drinken we hier ook alleen maar
eerlijke wereld.”
uitspraak over people, planet en
eerlijke koffie, doen we er alles aan
profit. Goed doen hoef je blijk-
om onze CO2-uitstoot te reduce-
Maar blijft de vraag: waarom is
baar niet te verantwoorden. Maar
ren en maakten we in november
Verkade niet al veel en veel eerder
oké, laat ik me aansluiten bij het
bekend dat we helemaal overstap-
overgestapt op fair trade?
enthousiasme van Max Havelaar,
pen op duurzame palmolie. Maar
en dit zien als een opening naar
het is dus niet zo dat we ineens
“Ik kan alleen maar zeggen dat wij
fair trade als norm. Want een ver-
een helder inzicht hadden, of
in 2006 de kansen reëel inschat-
keerde stap is het zeker niet.
iets tegenkwamen waardoor we
ten. Het zou moeten kunnen,
deze keuze maakten. Het was een
dachten we toen. Want je moet je
Duurzame hulp voor Haïti?
Anastasia Kellerman, schrijfster en directeur van 2Lead4Us
Haïti schijnt een grotere ramp te zijn dan de tsunami. Nederland heeft 100,6 miljoen opgehaald voor Haïti. Een geweldig resultaat voor zo’n klein land en daar ben ik als Nederlandse trots op. Maar tegelijkertijd heb ik vraagtekens. Draagt het geld bij aan duurzame oplossingen voor Haïtianen? Hebben wij nog oog voor deze mensen wanneer de ‘gewone’ armoede weer terugkeert? Wat dragen wij bij aan hun duurzame ontwikkeling tot ze ondernemend en zelfvoorzienend worden? Haïti is een land dat rijk is aan vruchtbare grond, maar Haïti was al voor de ramp het op drie na armste land ter wereld. Natuurlijk heeft dit alles te maken met corrupt regeringsbeleid en gebrek aan leiderschap, maar los van de aardbeving zijn ook wij onderdeel van het armoedeprobleem. En als wij onderdeel zijn van dat probleem, zijn wij ook onderdeel van de oplossing. Wij consumeren goederen en diensten op basis van grondstoffen die vaak oneerlijk worden ingekocht in ontwikkelingslanden met schending van het milieu. Armen bijstaan met noodhulp vanuit hulporganisaties is geweldig, maar armoede echt bestrijden vraagt om meer. Een hulporganisatie kan een groter verschil maken
door duurzaamheid in haar kernactiviteiten te integreren. Zij kan het goede voorbeeld geven door duurzaam in te kopen en door effectiever in de keten samen te werken met ondernemers die duurzame oplossingen kunnen bieden voor een betere infrastructuur, of door mensen te begeleiden bij het deelnemen aan het economische verkeer. Hulporganisaties kunnen, net als ondernemingen, met inkoop en bedrijfsvoering in meer of mindere mate bijdragen aan duurzame ontwikkelingen. Ik wil dat mijn geld niet alleen naar noodhulp gaat, maar ook wordt uitgegeven door een organisatie die zelf het goede voorbeeld geeft in duurzaamheid. Mensen die hun handen graag uit de mouwen steken voor zwakkeren en tegelijkertijd naar hun eigen gedrag durven te kijken en een positieve impact op person (op henzelf), people (andere betrokkenen zoals leveranciers, collega’s), planet (milieu) en prosperity (welvaart, continuïteit en organisatie) weten te genereren. Duurzame hulp aan anderen begint bij uw organisatie! Vindt u dat nonprofitorganisaties ook zelf duurzaam moeten worden, en waarom vindt u dat? Stuur uw reactie naar Anastasia. Kellermann@2lead4us.com.
Het FSC-keurmerk is voor steeds meer bedrijven, organisaties en overheden de duurzame optie voor printpapier, briefpapier en enveloppen. Het marktaandeel van Forest Stewardship Council in Nederland is de afgelopen tien jaar al van drie naar twintig procent gestegen. Maar hoe groen is FSC-papier nu echt? Papier bestaat gemiddeld maar voor een kwart uit nieuw hout, en tropisch hardhout is er bovendien ongeschikt voor. Snijdt FSCpapier wel hout?
van de markt te kunnen certificeren. FSC richt zich bewust op het bedrijfsleven omdat daar de grootste afnemers zitten. “De particuliere markt is klein en daardoor wordt het product in verhouding duur. Je kunt dan alleen de zeer bewuste consument bereiken, de consument die offers wil brengen.”
Duurzaam bosbeheer Zijn die offers wel nodig? Want welke grondstoffen worden er voor papier gebruikt en hoeveel kan er fout gaan zonder het toepassen van het strenge FSC-keurmerk? Een zoektocht op het internet leert dat voor de papierproductie dunhout gebruikt wordt. Dat zijn bo-
De bomen in het bos van de papierindustrie;
welk h
Arjan Alkema, hoofd communicatie van FSC-Ne-
men, dennen, sparren en loofbomen die niet geschikt
derland, vertelt hoe het allemaal is begonnen: “Tien
zijn om door te laten groeien omdat ze krom zijn, of
jaar geleden wilden we FSC in Nederland op de kaart
de kans niet krijgen groot te worden tussen alle an-
zetten voor de houtproductie in de bouw. Toen dat
dere bomen. Ook houtafval wordt gebruikt. Het hout
eenmaal van de grond was gekomen, kwam de roep
dat voor Nederlands papier gebruikt wordt komt voor
vanuit het bedrijfsleven of het niet mogelijk was te
driekwart uit Europese bossen. Hoe belangrijk is het
voorzien in een keurmerk voor eerlijk papier.” En na
hiervoor een keurmerk in te stellen?
vijf jaar FSC-Nederland was het zover. “We hebben
“Wij willen weten waar het vandaan komt en of het
als belangrijkste doel dat het nieuwe hout traceerbaar
onder goede omstandigheden is geproduceerd,” legt
is. Een bijkomstig doel daarbij is het uitbreiden van
Alkema uit. “Dat geldt voor alle import, want we
de naamsbekendheid van FSC, en daarmee het op
moeten niet denken dat Europa het altijd veel beter
gang brengen van het bewustwordingsproces bij een
doet dan de rest van de wereld. Ook hier moet wor-
nieuwe, zeer grote doelgroep.”
den gewerkt aan duurzamer bosbeheer. In Rusland
Dat lukt steeds beter, want inmiddels is zo’n acht
bijvoorbeeld bestaat het risico dat oerbossen worden
procent van het papieraandeel FSC-gecertificeerd,
weggekapt en langs de Barentszzee staan papierfabrie-
en voor hout is dat zelfs twintig procent. Over drie
ken waar arbeiders onder zeer matige arbeidsomstan-
jaar hoopt deze ambitieuze organisatie zelfs een derde
digheden hun werk doen. En de Scandinavische lan-
den kunnen verbeteren op het punt van biodiversiteit.
bij. FSC hoopt door eerlijke, nieuwe vezels toe te voe-
Meer dode bomen voor dieren en planten en af en toe
gen, uiteindelijk de hele papierketen zuiver te krijgen.
een bosbrand zijn noodzakelijk voor het voortbestaan
Volgens de statistieken van de Vereniging Nederland-
van deze bossen. De natuur reguleert zichzelf, tenzij
se Papierindustrie vermindert het papiergebruik licht,
de mens te veel ingrijpt en nette parkjes van het bos
maar stijgt het gebruik van oud-papier. Het gaat dus
maakt, en daar zet FSC zich wereldwijd voor in.”
langzaam de goede kant op.”
Een ander argument voor een keurmerk vindt Alkema
Harald van den Akker, beheerder bij Natuurmonu-
het feit dat we te maken hebben met een vrije markt.
menten in Gelderland, vraagt zich af of het inmiddels
“Zowel de grondstoffen als het eindproduct - het enve-
niet tijd is andere vezels dan hout te gebruiken voor
lopje of printpapier - hoeven niet afkomstig te zijn van
papier- en kartontoepassingen. “Onze natuurterreinen
Nederlandse of zelfs Europese bodem, maar komen
leveren een grote hoeveelheid grasafval die lang niet
ook vaak uit China, Japan of Zuid-Amerika vanwege
altijd gebruikt kan worden voor agrarische doelein-
de lage prijs. Het keurmerk biedt de consument de
den,” legt Van den Akker uit. “Nu blijkt gras prachtige
hout snijdt FSC? mogelijkheid te kiezen voor een gegarandeerd goede
vezels te bevatten die hout kunnen vervangen. Ik ben
afkomst.”
in gesprek met een karton- en verpakkingsfabrikant
Alternatieven
om deze vezels steeds meer in te gaan zetten. Het heeft vele voordelen, want zo worden we minder af-
Maar hoe duurzaam is het om papier te maken van
hankelijk van de ondoorgrondelijke markt voor de cel-
hout? Papier kan ook gemaakt worden van oud-papier,
lulosevezels, produceren we op eigen bodem en wordt
wat misschien nog milieuvriendelijker is. Waar
er dus weinig CO2 uitgestoten. Bovendien maken we
staat FSC dan nog voor? “Inderdaad, FSC verkoopt
zo van afval een duurzame grondstof, want grasvezel
een volledig gerecyclede papiervariant. Het keur-
blijkt ook nog eens sterk en waterafstotend te zijn.” En
merk moet dan eigenlijk een wassen neus genoemd
het mooie is, volgens Van den Akker, dat dit financi-
worden,” geeft Alkema toe, “maar je wilt alle moge-
eel uiteindelijk ook beter uitpakt. “Wat de portemon-
lijkheden kunnen aanbieden in het assortiment. Van
nee raakt, weegt voor de gemiddelde consument altijd
volledig nieuw hout tot mixed sources, tot volledige
zwaarder dan welk milieuargument ook.”
recycling. De waarde van FSC bij de laatste variant zit ‘m hooguit in de manier van produceren. Het is
Productieproces
overigens niet zo dat we oud-papier eeuwig kunnen
Heeft FSC ook iets in te brengen als het gaat om
recyclen, want na zes keer moet er nieuw materiaal
het productieproces? Alkema onderkent dat er geen
toezicht is op het proces tussen houtoogst en druk-
Certificering in de praktijk
ker. “De meeste Europese fabrieken voldoen aan
“FSC is zonder meer de strengst controlerende or-
de strenge, nieuwste Europese milieueisen, en we
ganisatie die ik ken,” zegt Harald van den Akker van
hopen natuurlijk dat ons eerlijke papier niet met
Natuurmonumenten. “Wij hebben ook te maken met
chloor gebleekt wordt. Maar controleren doen we
EKO en Milieukeur, maar FSC gaat veel verder.”
dat niet. Onze verantwoordelijkheid houdt op bij het
Vijf jaar geleden wilde Van den Akker Natuurmo-
certificeren van de grondstof.” Om zekerheid te krij-
numenten als één van de laatste grootgrondbezit-
gen over het duurzame productieproces zijn er weer
tende natuurbeheerders van Nederland klaarstomen
andere keurmerken, zoals Milieukeur of de Duitse
voor FSC. De organisatie kon hierin natuurlijk niet
variant Der Blaue Engel. Deze worden dus bovenop
achterblijven, al was het maar vanwege haar voor-
het FSC-keurmerk gegeven en geven aan dat er op
beeldfunctie als natuurbeschermer. Van den Akker is
de reguliere productie van papier nog best wat aan te
hier erg blij mee, want de stap heeft ook Natuurmo-
merken valt.
numenten gestimuleerd om nog duurzamer te werk
Imago
te gaan. “Wij dachten dat wij strengere eisen stelden dan
Toch lijkt het erop dat heel duurzaam ondernemend
FSC, maar dat ging alleen over onze visie op het bos
Nederland overtuigd is van de FSC-principes, ook
en de natuur. FSC komt ieder jaar de hele boekhou-
voor papier. Steeds meer grote bedrijven gaan over op
ding controleren en gaat daadwerkelijk het bos in.
FSC-papier en op drukwerk van overheden, banken
FSC schrijft niets voor, maar wil wel controleren dat
en de spoorwegen prijkt nadrukkelijk het imagover-
wat wij zeggen, ook waar is. En er worden werkelijk
stevigende FSC-keurmerk. Alkema is er trots op dat
sancties opgelegd bij onderprestaties en die wil je
FSC doordringt in het bedrijfsleven. “Maar het mag
niet, want die zijn slecht voor je imago en dus voor
niet zo zijn dat FSC het enige duurzaamheidaspect
de natuur. Controleurs worden vervolgens ook op
van een bedrijf is. Gelukkig wordt greenwashing aan-
hun beurt weer gecontroleerd. Ja, wij hebben door
gepakt. En aan de andere kant is het prima je imago
FSC geleerd dat je moet doen wat je zegt en zeggen
te onderstrepen met een geaccepteerd keurmerk.”
wat je doet,” vertelt hij. Praktisch betekende dat: pro-
Volgens Alkema zit de kracht van FSC in de combi-
tocollen maken over personeelsbeleid en arbeidsom-
natie van voorwaarden die aan de bosbouwer gesteld
standigheden, en communicatie met de vrijwilligers,
worden. Niet alleen milieu, niet alleen fair trade,
leden en burgers over het beleid. “Daar zijn we veel
en niet alleen arbeidsomstandigheden, maar het
professioneler in geworden. Het kost een duit om tot
hele pakket wordt aan strenge normen onderwor-
certificering te komen, maar uiteindelijk levert het
pen. “FSC is het enige keurmerk dat door allerlei
ons ook veel op,” aldus Van den Akker.
grote, internationale bedrijven en organisaties zoals
Nadeel van de certificering is dat de werkbaarheid
Greenpeace en WNF wordt geaccepteerd omdat het
soms gevaar loopt, vindt hij. “Niet alleen wij, maar
een onafhankelijk en waterdicht certificeringsysteem
ook onze zakenpartners moeten door onze certifice-
heeft. FSC controleert volgens het people-, planet-,
ring aan strengere eisen voldoen. Als reactie hierop
profit-gedachtegoed. Op die gebieden is nog veel
merken we dat onze partners zich gaan indekken
winst te behalen. Mede door het grote internationale
tegen eventuele calamiteiten. Dat is geen goede ont-
netwerk blijkt FSC de afgelopen jaren een veilig
wikkeling waar FSC wel mee aan de slag moet.”
merk te zijn geworden.”
De gecertificeerde drukkerij
zien aan de voor- en achterkant van de totstand-
Veel papier komt uiteindelijk terecht bij de drukkerij.
koming van papier strenge controle, want ook de
David Hartog, directeur van drukkerij De Bun-
drukker van FSC-papier moet aan voorwaarden
schoter, vertelt dat hij al ruim vijftien jaar geleden
voldoen. Dus waarom zou je dat ook niet vragen van
is begonnen met verduurzamen. “Sinds 2007 hoort
de verwerkende industrie? Want vooralsnog zijn ook
daar ook het FSC-certificaat bij. In de jaren 90
andere keurmerken voor milieu noodzakelijk, naast
ging de discussie over chloorvrij-papier en zijn we
het FSC-keurmerk.
begonnen te experimenteren met bio-inkten. Het was
De inzet van oud-papier blijft belangrijk, maar Van
duurder maar vooral kwalitatief veel minder goed,
den Akker gaf al aan dat ook andere vezels gebruikt
het gaf bovendien ook extra troep in de drukkerij en
kunnen worden. Misschien moet FSC het keurmerk
de machines slibden eerder dicht. We zijn er daarom
voor papier in de toekomst uitbreiden naar andere
weer mee gestopt. Maar inmiddels hebben we de
grondstoffen dan hout? Zaken om goed over na te
draad weer opgepakt, mede vanwege de FSC-certi-
denken, want FSC heeft belangrijke invloed op het
ficering. De ontwikkeling heeft niet stilgestaan en
duurzaamheidsdenken. Het is een merk dat aan de
nu gebruiken we alleen nog maar inkt op basis van
weg timmert, betrouwbaarheid waarborgt en profes-
natuurlijke grondstoffen. Soms moet je dus even af-
sionaliteit in werken bevordert.
wachten voordat duurzame ontwikkelingen ook echt duurzaam worden. Je ziet dat het duurzaamheidsdenken de laatste jaren veel breder wordt gedragen.
Meer informatie
Dat stimuleert. In eerste instantie lijkt duurzaam ook
Forest Stewardship Counsil Nederland: www.FSC.nl
duurder, maar na drie jaar FSC is de prijs gelijk aan
Vereniging voor de Nederlandse Papierindustrie:
dat van keurloos papier. We moeten met z’n allen dus
www.vnp.nl
overschakelen van het korte- naar het langetermijn-
MVO-Nederland: www.mvonederland.nl
denken.”
Natuurmonumenten: www.natuurmonumenten.nl
Duurzaamheidsdenken FSC lijkt al met al een goed begin van het verkleinen van onze ecologische voetafdruk. Het FSC-keurmerk blijkt betrouwbaar voor wat betreft de herkomst van hout. Strenge controles op bosbeheer, eerlijke handel, ecologische aspecten en milieuaspecten tijdens de houtproductie zorgen voor balans in het proces. Maar er wordt te gemakkelijk vanuit gegaan dat FSC op alle fronten groen en oké is. Want het keurmerk zegt niets over de kwaliteit van het papier, noch over het productieproces. Eisen stellen aan de houtindustrie en papierverwerkende industrie zorgt ervoor dat de hele productieketen waterdicht gecertificeerd zou kunnen worden volgens dezelfde normen als de houtproductie. We
Advertentie
Hoe wint u het hart van uw donateur?
BUREAU VOOR COMMUNICATIE & ( FONDSEN )WERVING
Met een flinke dosis passie komt u ver. Maar soms is passie alleen niet genoeg.
Met de quick scan van Frivista krijgt u een objectieve analyse van de opbouw van uw achterban, de sterktes en zwaktes van uw draagvlak-, relatiebehoud- en wervingsactiviteiten en de organisatie van uw database en inkoop. Daarmee krijgt u inzicht in nieuwe kansen, besparingsmogelijkheden en verbeterpunten.
Meer weten? Mail of bel met Hagar Prins: hagar@frivista.com, 033 448 00 00.
colofon
omdat het moet is een uitgave van Frivista: bureau voor communicatie en [fondsen]werving Redactie: Folkert Rinkema (hoofdredacteur) An Naezer en Erica Bouma van verZINsels (eindredactie) Otto Kamsteeg Hagar Prins Aan dit nummer werkten verder mee: Annemiek Nijeboer Tineke Verhoeff Ronald Smaal DaniĂŤlle Knot Marieke Duijst Luuk Janssen Teksten: Marieke Hart: interview Folkert Rinkema, tekst Erica Bouma | Duurzame landbouw: interviews Otto Kamsteeg en Erica Bouma, tekst Erica Bouma | Duurzame kleding: interviews en tekst Erica Bouma | Filmrecensies: An Naezer, Erica Bouma en Folkert Rinkema | Paul Rusesabagina: interview Folkert Rinkema, tekst An Naezer | Stichting Present: interviews en tekst An Naezer | UZ: tekst Folkert Rinkema | Wubbo Ockels: interview An Naezer en Folkert Rinkema, tekst An Naezer | Help, de donateur praat terug: interviews en tekst Hagar Prins | Eerlijke Verkade: interviews en tekst Erica Bouma | FSC: interviews en tekst Annemiek Nijeboer Fotografie Leendert Jan Bergwerff Jan Willem Groen Otto Kamsteeg verZINsels Folkert Rinkema
| www.eljee.com | fotografie duurzame mode | www.fotografiegroen.nl | fotografie UZ | fotografie Folkert met geportretteerde in Uganda | www.verzinsels.com | fotografie opruimen huis Present | www.folkertrinkema.com | overige fotografie (min aangeleverde portretten voor diverse columns en verhaal fondsenwerving)
Vormgeving: Folkert Rinkema | www.frivista.com Druk en techniek: Drukkerij De Bunschoter | www.debunschoter.nl Oplage: MAG is een exclusieve uitgave in een gelimiteerde oplage van 500 exemplaren. Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door: Drukkerij De Bunschoter | www.debunschoter.nl Christal Teleservice | www.christal.nl Euromail Den Bosch | www.euromail.nl SVB Media | www.svbmedia.nl Verzinsels | www.verzinsels.com Wij danken de volgende personen voor hun gastbijdrage: Anastasia Kellerman Ewout Suithoff Ton van der Lee Edith van Walsum Joris Linssen Shahied Badoella Marnix Niemeijer Michel Groenestijn Clairy Polak Guido de Vries Henk van Stokkom
HELLELUJAH
omdat het mag