Scharenborg magazine

Scharenborg

Genoeg brood op de plank bij Vlaamsch Broodhuys

SELFMADE

Emigreren en toch je baan houden

REIZEN De actieradius van Autobedrijf Wiefferink

SCHARENBORG

Als organisator van de Zwarte Cross moet je wel eigenwijs zijn

Ronnie Degen, de Feestfabriek

Energie en inspiratie

Mag ik even persoonlijk worden?

De overheid roept dat er meer samenwerking nodig is. Overheidsdiensten werken te veel langs elkaar heen, met als gevolg verwarring bij de burger. Een mooi voorbeeld is de oproep om meer te werken (Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) enerzijds en de wens dat mensen meer mantelzorg leveren (Ministerie van VWS) anderzijds.

Ik snap best dat het voor een apparaat als de overheid lastig is iedereen als individu te benaderen. Maar als ik dit soort dingen lees, bevestigt dat mijn standpunt dat een persoonlijke benadering toch altijd het beste is. Een standpunt waar ik me graag aan houd. Van een magazine met je naam erop tot regelmatig een een-opeen gesprek. Dat geeft mij (en

hopelijk jou ook) energie en inspiratie.

Energie en inspiratie zijn, naast ontspanning, twee belangrijke zaken die we ook met ons magazine willen bieden. Laat je inspireren door het verhaal van Ronnie Degen, de man achter het grootste festival van Nederland: de Zwarte Cross. Krijg energie van bbq-master David Pauka en vind ontspanning in het skûtsjesilen. Ook lees je hoe Autobedrijf Wiefferink zelfs in de randstad succesvol is.

Inderdaad, zonnige items. Laten we dus hopen op een mooie lange zomer vol energie en inspiratie!

Concept & realisatie

Geen Blad voor de Mond B.V.

www.gbvdm.nl

Coverfotograaf

Lawrence Mooij

Huub Scharenborg Directeur Scharenborg bedrijfsverzekeraars

“Persoonlijke benadering werkt voor mij het beste”

De loopbaan van een tegendraadse rasondernemer

220.000 bezoekers

Het randje opzoeken en er soms nét overheen gaan. Ronnie Degen, rasondernemer en directeur van de Feestfabriek, doet het graag. Als organisator van onder andere de Zwarte Cross moet je wel een beetje eigenwijs zijn, is zijn mening. Hij is de grote man achter de schermen, toch stapt hij zelden op het podium. “Ik sta liever aan de zijkant te genieten.”

egendraads, zo mag je

TRonnie Degen rustig noemen. Al op jonge leeftijd weet hij grenzen te verleggen. Het liefst had hij de zaak van zijn vader overgenomen. Ronnie groeit namelijk op in een ondernemersgezin, zijn ouders runnen een horecagroothandel. Maar als zijn vader overlijdt, vindt zijn moeder hem te jong om in het bedrijf te stappen. Ronnie is 17 jaar. “Ik was de beoogde opvolger en verheugde me daar ook al op. Maar wat ik ook probeerde, het ging niet gebeuren.” Op aanraden van zijn moeder volgt hij een makelaarsstudie. Een prima opleiding, maar in de praktijk blijkt het niets voor hem. “Ik kon amper grappen en grollen uithalen.” Hij stopt, tot onvrede van zijn moeder, met de opleiding en wil de horeca

in. “Ik belde met Heineken, maar daar vonden ze me te jong.”

Bandmanager

Ronnie vindt op z’n 20e een baan bij het dochterbedrijf van de bierbrouwer: Vrumona, een frisdrankleverancier. Acht jaar later is hij verkoopleider voor het hele land. Toch gooit hij het niet veel later over een compleet andere boeg. Ronnie wordt gevraagd als manager voor Jovink en de Voederbietels, een boerenrockformatie uit de Achterhoek. De bandleden Hendrik Jan Lovink en Gijs Jolink kent hij dan al jaren. Hij gaat uiteindelijk akkoord, maar alleen als hij mede-eigenaar van de band mag worden. Wederom tot ongenoegen van moeders trouwens. “De band had zich op dat moment nog niet echt

bewezen. Maar ik zag zoveel creativiteit en potentieel. Ik wist dat er wel geld mee te verdienen was.”

Geboorte Zwarte Cross Het typeert Ronnie. Hoe harder er geschreeuwd wordt dat iets niet kan, hoe sterker de drang om het juist wél te doen. Al snel blijkt dat hij gelijk krijgt. Hij neemt de zakelijke beslommeringen van de bandleden over, zij focussen zich volledig op de muziek en hun creativiteit.

“We nemen iedereen met een korreltje zout, ook onszelf”

Een van hun ideeën is om een crosswedstrijd te organiseren met als afsluiter een optreden van Jovink en de Voederbietels. En zie daar: de geboorte van de Zwarte Cross. Ze maken verlies op het evenement, tot Ronnie zich ermee gaat bemoeien.

→ Artiesten van elk genre komen naar de Zwarte Cross. → Danny Vera op de main stage.

Hij gaat in gesprek met een grote brouwerij en klopt weer aan bij Vrumona. “Daar kreeg ik een leeg papiertje met een handtekening erop. De leidinggevende zei: ‘Stel het contract zelf maar op. Je weet precies hoe het hier werkt’.”

Volledige focus Dat vertrouwen krijgt Ronnie van meerdere partijen. En het wordt optimaal benut. De band wint aan populariteit en de Zwarte Cross groeit gestaag door. Tot het succes in 2007 een van de bandleden opbreekt.

Gijs Jolink (zoon van Bennie Jolink van Normaal) wil stoppen met touren. De volledige focus komt daardoor op de Zwarte Cross te liggen. Het festival maakt een gigantische groei door. Ronnie: “Het werkt nog steeds zo dat Gijs en Hendrik Jan de creatievelingen zijn. Zij bedenken de gekste dingen.

Ik mag vervolgens uitzoeken of het haalbaar is.”

Grootste van het land

Langzaamaan groeit het festival uit tot de grootste van Nederland. Ieder jaar komen maar liefst 220.000 bezoekers naar het terrein in de Achterhoek. En dat brengt uitdagingen met zich mee. “Iedere dag zijn er 70.000 mensen aanwezig. Dat is meer dan er in een gemiddelde stad wonen. Dan zijn er natuurlijk altijd risico’s. Toch proberen we het zo goed mogelijk te organiseren, maar een risico volledig uitsluiten lukt nooit.” Neem alleen al materieel. Achtduizend medewerkers die een weekend onder contract staan en die rondrijden op voertuigen. Ronnie en zijn collega’s dekken zich zo goed mogelijk in. Ook tegen aspecten als het weer. “We hebben een verzekering voor extreem slecht weer. Die hadden we in 2010

tijdens een gigantische storm nog niet. Tegen pandemieën waren we gelukkig in coronatijd wel verzekerd, maar dat is inmiddels al niet meer mogelijk.”

Kansen pakken

Toch is risico’s nemen ook wat ze graag doen. Op het gebied van creativiteit tenminste. Neem bijvoorbeeld die gewraakte coronatijd. Ronnie: “Een groot automerk belde me en vroeg of ik al die creatievelingen bij de Feestfabriek moest ontslaan. Mijn antwoord was nee en toen zei hij: ‘mooi, want ik wil dat jullie een campagne voor me maken’. Dat we geen verstand hadden van auto’s was volgens hem juist goed.” Het is het begin van wéér een nieuw concept: Creatief Productiehuis. Onder andere de Rabobank, Friesland Campina, Grolsch en diverse gemeenten zorgen voor opdrachten.

“Al meer dan twintig jaar een jongensdroom”

Het typeert het doorzettingsvermogen van Ronnie. “Mensen denken wel eens dat alles wat ik aanraak in goud verandert. Dat is absoluut niet zo, maar over de dingen die niet gelukt zijn houd ik natuurlijk mijn mond”, zegt hij lachend. “Ik ben er gewoon van overtuigd dat je een kans moet pakken als je er een ziet. En niet denken in onmogelijkheden. Als je met een idee naar de bank of een accountant gaat geven zij wel honderd redenen om het niet te doen. Voor mij is dat juist de drijfveer om het wel te doen. Als je zelf maar in het idee gelooft.”

Diepe dalen

Toch kent Ronnie naast de hoge pieken ook de diepe dalen. Hij wordt emotioneel als hij vertelt over de drie grootste in zijn carrière. “Na de gigantische storm van 2010 had ik het gevoel dat ik mensen in gevaar had gebracht. Het duurde even voordat ik me daaroverheen kon zetten.” Ook de twee sterfgevallen op het terrein zijn hem absoluut niet in de koude kleren gaan zitten. Er was een bedrijfsongeval met dodelijke afloop in 2010 en in 2019 was

er een sterfgeval op de camping op het festivalterrein. “Ik heb nog steeds contact met de moeder van die jongen. Afgelopen jaar is zijn hele familie op het terrein geweest. We hebben samen rondgelopen en ik ben heel blij dat we de nabestaanden hebben kunnen steunen. Dat geeft ondanks alles ook kracht om door te gaan. Helemaal als je ziet hoe groot onze achterban is, die mensen zijn namelijk ook bij die diepe dalen.”

Trots

Na 25 jaar is Ronnie vooral trots op hoe de Feestfabriek er nu bij staat. “Het is echt een jongensdroom. We zijn gegroeid tot wat het nu is. En de Zwarte Cross blijft een plek waar iedereen welkom is, ook de komende jaren. Wie je ook bent, wat je ook doet. En hoe groot we ook zijn, we willen onze afkomst niet verloochenen. Daarom blijven we het randje opzoeken, ook in deze tijd. Natuurlijk moeten we meeveranderen met de maatschappij, maar we blijven dat festival met humoristische uitspraken en gekke dingen. We nemen niet alleen onszelf, maar iedereen met een korreltje zout.”

STILZITTEN, WAT IS DAT?

Kansen pakken. Ronnie Degen zegt het niet alleen, hij doet het ook. De ondernemer zet project na project op en leeft daardoor niet zelden in chaos. “Maar als je je werk leuk vindt, maakt de tijd die je erin steekt niet uit.” Naast de Zwarte Cross organiseert de Feestfabriek het festival Mañana Mañana, waar tijd even niet lijkt te bestaan. Ze produceren hun eigen drankje Nozem Oil, waar jaarlijks een miljoen flessen van over de toonbank gaan en bedachten het cannabisbier De Groene Buizerd. En dan nog is er blijkbaar tijd over. Ronnies nieuwste project? Het bedrijf Helderop, waarmee hij boekingen en het management voor verschillende bands doet. In het Gelderse Laren zet hij momenteel een creatief centrum voor muzikanten en kunstenaars op. Met daarin studio’s voor audio, video en foto. “Dat was er in het oosten van het land namelijk nog niet.”

Vloeibaar vermogen

Whisky kleurt vanzelf goud

Auto’s, horloges, wijn en uiteraard goud. Beleggen in fysieke producten is populair. Binnen dat fysieke segment is whisky sterk in opkomst. Natuurlijk kun je zelf een fles kopen, online of bij de slijter, en die ergens veilig wegzetten om ‘m uiteindelijk te verkopen. Maar er zijn ook andere mogelijkheden.

Dat een fles whisky snel in waarde kan stijgen, merkte ook

bankier Michel Kappen

toen hij rond 2002 besloot om na een bezoek aan Schotland

whiskyproeverijen te gaan organiseren. Michel zag dat whisky een beleggingsobject was en richtte Scotch Whisky Investments (SWI) op. In Sassenheim beheert

SWI inmiddels voor een vermogen van ruim 250 miljoen euro aan vloeibaar goud. In een hermetisch afgesloten kluis tussen de bollenvelden bevinden zich tienduizenden flessen met de meest bijzondere Scotch single malts.

Waardevast

Waar het traditionele beleggen in aandelen momenteel onder druk

staat, groeit het vertrouwen in whisky als waardevaste belegging. “Die waarde is een kwestie van vraag en aanbod”, legt Thomas van Gameren, marketingmanager bij SWI, uit. “Als een fles uit de markt verdwijnt, bijvoorbeeld omdat-ie wordt opgedronken, betekent dat een waardestijging voor de rest. En uiteindelijk gaan de meeste flessen toch een keer open.”

Zelfbeleggingsfonds

Kies je bij SWI voor vermogensbeheer, dan gaat het om serieus geld. Participeren kan vanaf een ton en je wordt juridisch eigenaar van de flessen waarin je belegt. Maar via het zelfbeleggingsplatform

THE SWEX (Scotch Whisky Exchange) kunnen liefhebbers al voor een paar honderd euro in whisky investeren. Thomas:

“THE SWEX is een handelsplatform met ruim 100.000 flessen. Een laagdrempelige manier om te beginnen met investeren. En het aardige is dat je ook kunt beleggen in flessen die pas over een aantal jaren gebotteld worden. Die whisky zit dus letterlijk nog in het vat.”

Elke fles uniek

“De totale Schotse whiskymarkt bedroeg in 2022 zo’n zes miljard euro”, vervolgt Thomas. “Daarvan was 88 procent voor de blend industry. Dat is vooral de whisky zoals je die bij de slijter vindt. De single malts nemen dus zo’n 12 procent van de markt in beslag en gelden als kwalitatief hoogwaardiger. SWI focust zich binnen dat marktaandeel op whisky’s die doorgaans 25 jaar of ouder zijn. Unieke en schaarse

flessen en dus een interessant beleggingsproduct.”

Rendement van 373 procent

Onderzoek toont aan dat de gemiddelde waardestijging van een Scotch malt whisky tussen 1936 en 2008 6,6 procent per jaar was. Over de afgelopen tien jaar bedroeg het totale rendement zelfs 373 procent. Of een whisky een Scotch single malt mag heten, bepaalt de Scotch Whisky Association (SWA). Zo moet de whisky minimaal drie jaar zijn gerijpt en moet het hele proces van rijpen, distilleren en bottelen plaatsvinden in Schotland. Ook moet elke fles geregistreerd en gedocumenteerd zijn.

Vind je weg in whisky

Voor je gaat beleggen in whisky is het nuttig (en ook leuk) je er een beetje in te verdiepen. Dat kan door proeverijen te bezoeken, maar gaat ook prima online. De waardeontwikkeling van whisky’s is goed te volgen via websites als Whiskybase en The Whisky Exchange. Ook online veilingen geven veel informatie. Op de website van THE SWEX zijn koersen realtime te volgen.

Dure inboedelverzekering

Een whisky-collectie met een waarde zoals je die bij SWI vindt vraagt om een goede verzekering. “Klopt”, zegt Thomas. “Ons hele bezit is verzekerd tegen de marktwaarde, dus dat gaat om een fors bedrag. Wij hebben een van de duurste inboedelverzekeringen van Nederland.”

WHISKYMUSEUM

Het pand van Scotch Whisky Investments in Sassenheim huisvest ook een bijzonder whiskymuseum. In 2014 nam SWI zo’n drieduizend flessen over van de Italiaanse verzamelaar Valentino Zagatti. De collectie bevat onder meer de alleroudste fles single malt ter wereld, uit 1843. SWI overweegt om het museum een aantal dagen per jaar open te stellen voor publiek, wat nu niet zo is.

“Je kunt zelfs beleggen in flessen whisky die ver nog niet zijn”

Tekst: Geen Blad voor de Mond

Individueel en op maat

Keuzevrijheid pensioenen vraagt om goede begeleiding

Het nieuwe pensioenstelsel biedt verzekerden meer mogelijkheden en meer individuele keuzevrijheid. Maar dat betekent ook dat zowel werkgevers als werknemers keuzes moeten maken. Niet alleen voor de overgang naar het stelsel, maar ook voor de toekomst.

Want was het pensioen jarenlang vooral een zaak voor de werkgever, in de nieuwe regeling ligt de focus veel meer op de werknemer.

VIER BASISPRINCIPES

Voor de werkgever zijn er in de nieuwe pensioenwet vier basisprincipes:

1. Het premiepercentage wordt voor iedere medewerker gelijk, ongeacht de leeftijd.

2. Het nabestaandenpensioen moet voor alle medewerkers worden aangepast.

3. Medewerkers moeten begeleiding krijgen in hun beleggingskeuzes binnen de pensioenregeling.

4. Medewerkers moeten begeleiding krijgen bij het maken van keuzes zodra ze met pensioen gaan.

Die heeft meer mogelijkheden en kan zijn of haar financiële conditie veel beter afstemmen op de eigen wensen en mogelijkheden.

Eigen regelingen

Van alle Nederlandse pensioendeelnemers participeert het overgrote deel, zo’n 80 procent, via een pensioenfonds. Die beheren daarmee ook het grootste deel van het pensioenvermogen. Maar er is ook een aanzienlijke groep bedrijven in het mkb die niet onder een cao vallen en eigen regelingen hebben. Die zijn ondergebracht bij een premiepensioeninstelling (PPI) of een pensioenverzekeraar. Juist deze groep sorteerde de afgelopen jaren al voor op de nieuwe Pensioenwet, vaak met behulp van onafhankelijke adviseurs.

Keuzes maken

Toch is er nog veel werk aan de

winkel. Er komt meer vrijheid van pensioenkeuze, maar die keuzes zullen wel gemaakt én onderhouden moeten worden. Omstandigheden kunnen immers wijzigen en dat vraagt soms om aanpassingen. Werkgever en werknemer moeten dit samen tijdig regelen. Want stel je wilt als werknemer eerder stoppen met werken, bijvoorbeeld al vijf jaar voor je pensioendatum, maar dat gaat niet lukken. Dan moet je onverwacht gedwongen doorwerken en dat kan leiden tot stress, met uiteraard een negatieve weerslag op de fitheid. Fysiek, mentaal, emotioneel en financieel.

Goede keuzebegeleiding

De nieuwe wet schrijft dan ook

voor dat medewerkers goed worden begeleid bij het maken van hun keuzes. Dit zal in de praktijk een samenspel zijn tussen ondernemer, adviseur en pensioenuitvoerder. Werkgevers zullen bij de pensioenen die ze hun mensen aanbieden de juiste afwegingen moeten maken qua beleggingsrisico’s, keuzevrijheid en premies. Wat levert het pensioen de werknemer straks op en is dat voldoende? En wat zijn de risico’s? Zeker als het per 1 januari 2024 mogelijk wordt om 10 procent van je totale pensioen en lijfrentevermogen af te kopen. Dit geeft werknemers kansen

om bijvoorbeeld te investeren in woningverduurzaming of om af te lossen op de hypotheek.

Onafhankelijke rol

Zeker in de huidige krappe arbeidsmarkt zullen werkgevers dit goed voor elkaar willen hebben. Verzekeraars en PPI’s kunnen daarbij niet helpen, daarvoor missen ze binding met de eindklanten (de ondernemer en zijn medewerkers) en de persoonlijke financiële situatie. Hier ligt dus een belangrijke rol voor de onafhankelijke verzekeringsadviseur. Die kent de klant, zowel de werkgever als vaak

ook de medewerkers, en kan keuzebegeleiding dus gericht en persoonlijk aanbieden. Onderzoek toont bovendien aan dat goede begeleiding in dit traject zorgt voor meer begrip van de impact die keuzes hebben op de toekomstige financiële situatie.

Wet Toekomst Pensioenen

Naar verwachting gaat de nieuwe Pensioenwet in op 1 juli 2023 (of eventueel 1 januari 2024), maar het wetsvoorstel moet nog wel door de Eerste Kamer. Op het moment van schrijven van dit artikel moeten de verkiezingen daarvoor nog plaatsvinden, maar het streven is dat de huidige Eerste Kamer de wet nog gaat behandelen.

“Samen tijdig de juiste pensioenkeuzes maken”

Genoeg brood op de plank

Het succes van Vlaamsch Broodhuys: bakken met passie

Wie chef-kok is in restaurants met Michelin-sterren moet wel hartstikke gek zijn om alles op te geven om brood te bakken. Toch deed Dimitri Roels het. Samen met zijn vrouw Diante startte hij 26 jaar geleden Vlaamsch Broodhuys. Met succes, want inmiddels telt het bedrijf driehonderd medewerkers en negentien winkels. En overal geldt de missie: bakken zoals topkoks koken.

Ervaring en geduld, heel veel geduld.

Dat is het geheim achter hoe ze bij Vlaamsch Broodhuys al 26 jaar hun broden bakken. Met de beste granen, die worden vermalen op echte molenstenen. En met deeg dat rijst volgens de 'pousse lent' methode. “Het heeft driekwart jaar geduurd voor ik het eerste brood aan bevriende chefs durfde te laten proeven”, vertelt Dimitri. Want Dimitri komt uit de wereld van de topchefs. Hij volgt ooit de bakkersopleiding, maar gaat al snel in restaurants werken. Hij werkt drie jaar bij Cas Spijkers en komt vervolgens in driesterrenrestaurant Comme Chez Soi van Pierre Wynants terecht. Later gaat hij aan de slag bij Joël Robuchon in Parijs.

In de leer

“In Parijs proefde ik brood dat zo ongelooflijk lekker was, dat mijn liefde ervoor weer werd aangewakkerd. Ik kon het gewoon niet uitstaan dat ik niet zulk goed brood kon bakken.” Aangezien de Fransen de kunst van het bakken als de beste beheersen, gaat Dimitri in de leer. Hij loopt zelfs een dag mee in de bakkerij van Max Poilâne. “De koning op het gebied van zuurdesembrood.” Na wat ‘hobbyen’, zoals hij het zelf noemt, en een behoorlijke strijd, is daar uiteindelijk een zuurdesembrood waar hij trots op is. Le Pain Grandmère is geboren.

Onder de arm

Diante werkt op dat moment nog als vestigingsmanager bij een internationaal uitzendbureau. Toch heeft ze nooit getwijfeld

aan de plannen van haar man. “We wisten eigenlijk altijd al dat we samen een zaak wilden beginnen. En ik geloofde in het idee.” Na werktijd gaat ze met het brood onder de arm de horeca in de omgeving langs. “Ik nam vooral het commerciële gedeelte voor mijn rekening”, vertelt Diante. “We hadden als missie iedereen aan het lekkerste en gezondste brood krijgen. Omdat ik precies wist hoe het brood gebakken werd, lukte het me goed om iedereen te enthousiasmeren.” Na een beurs in Maastricht gaat het hard, er komen ineens dertig klanten bij. Het moment voor Diante om haar mantelpakje aan de wilgen te hangen. Dimitri: “Het was een taai gesprek toen we dat aan Diantes ouders vertelden. Ze gaf toch haar

“We geloofden vanaf het begin in ons idee”

→ Vlaamsch Broodhuys is ook thuis in de patisserie. → Inspiratie voor de broden komt overal vandaan.

goede baan op. Gelukkig hebben ze het uiteindelijke succes nog mee kunnen maken.”

Van B2B naar B2C

Nadat de horeca om de broden van Vlaamsch Broodhuys staat te springen, is het tijd voor de volgende stap. Een winkel. Na drie jaar opent de eerste in Amsterdam. Dimitri: “Dat deden we zonder een heel uitgebreid marktonderzoek. We zijn wat dat betreft opportunisten. Misschien niet altijd zakelijk, we acteerden vooral op ons onderbuikgevoel.” Het werkt, want het bedrijf groeit

OPGEGROEID TUSSEN HET BROOD

De drie zonen van Diante en Dimitri Roels groeien letterlijk op in de bakkerij. Niet zo gek dat er broden naar Chistophe, Julius en Toussaint zijn of worden vermoemd. De pavé Christophe is een tarwebrood met roggedesem en mout. Gedecoreerd met lijn- en sesamzaad en zoutkristallen.

Julius kreeg een volkoren zuurdesem (Julius-spelt, met een knipoog naar de dyslexie van de middelste). Het brood van de jongste telg wordt een soort zuurdesembrood 2.0. Geïnspireerd op nieuwe recepten uit San Francisco. Pain Toussaint is waarschijnlijk nog dit jaar in alle winkels te krijgen. Of de drie jongens ook dol zijn op hun eigen brood is maar de vraag. Julius: “Ik eet mijn ‘eigen’ brood bijna nooit. Maar het is wel heel leuk om het verhaal te vertellen als ik in de winkel sta.”

snel, er komen steeds meer winkels bij. Die hebben overigens ook een horecafunctie, met patisserie en versbelegde boterhammen. Alleen al in Amsterdam heeft Vlaamsch Broodhuys op dit moment acht locaties. Dimitri: “Dat komt denk ik ook doordat we blijven vernieuwen. Als we bijvoorbeeld een olijfbrood maken, komt de kennis goed van pas die ik als chef-kok van olijven heb.”

Reizen en mode Inspiratie voor vernieuwende broden komt overal vandaan. Dimitri: “We komen bijvoorbeeld veel in New York, daar ontstaan zoveel foodtrends. Dat nemen we allemaal mee, en daar gooien we onze eigen Vlaamse identiteit overheen. Tijdens een skivakantie dit jaar proefde ik een supereenvoudig gerecht van ijsbergsla met een sesamachtige vinaigrette en een soort cracker. Dat gaat in mijn hoofd zitten en ik weet zeker dat ik daar een nieuw recept van ga maken.” Diante haalt op haar beurt juist weer inspiratie uit mode en kunst. “Hoe grote modehuizen iets presenteren, daar kunnen we echt veel van leren. Die inspiratie opdoen en dat omzetten naar onze eigen 'taal'. Dat doen Dimitri en ik echt samen.”

hebben we in coronatijd gedaan. En er zijn ook wel wat broden gesneuveld. Of we hebben ze verbeterd.” Eén product is geliefd onder vele fans, maar is eigenlijk een doorn in het oog. De boterham eiersalade met truffel. “Onze visie is het gebruiken van pure producten, maar die salade maken we niet met echte truffel maar met tapenade. Anders is het onbetaalbaar. Het liefst zou ik het van de kaart halen, maar dan krijg ik echt honderden boze e-mails.”

Trots

Het was 26 jaar geleden misschien een naïeve droom, maar wel eentje

“Om succesvol te ondernemen moet de fun­factor minstens 70 procent zijn”

Kritische blik

Als je wil blijven vernieuwen, betekent dat ook dat je je eigen assortiment af en toe kritisch onder de loep moet nemen. Dimitri: “Dat

die heel goed heeft uitgepakt. Dimitri: “We zijn heel trots op wat we tot nu toe hebben neergezet. Maar we blijven altijd kritisch. Gelukkig hebben onze medewerkers hetzelfde dna, die willen zichzelf ook verbeteren.” Of er dan nooit tegenslagen zijn geweest? Natuurlijk wel. Neem bijvoorbeeld het feit dat ze nét een paar jaar te vroeg waren met bezorgen op een elektrische fiets. “Dat opzetten kostte bakken met geld, maar na nog geen jaar moesten we de stekker eruit trekken. Thuisbezorgen gebeurde nog amper.” Een ander voorbeeld is de ‘all day dining’-vestiging. Dimitri: “Dat zagen we opkomen in andere

landen. Dat grenzen tussen ontbijt, lunch en diner vervagen. Waar je ’s avonds om 19.00 uur nog eet waar je normaal mee opstaat. En dan volledig gericht op brood. Ook dat concept is grandioos mislukt.”

Fun-factor

Toch weten ze optimistisch te blijven. Misschien is dat wel de sleutel tot succes. Diante: “Je moet met een glimlach naar je werk blijven gaan. De fun-factor moet minstens 70 procent zijn, anders kun je beter iets anders gaan doen.” Daar sluit Dimitri zich bij aan: “Je moet je altijd afvragen waarom je iets wilt doen. Ik hoor ondernemers weleens praten over

bedrijven die ze willen overnemen. Dan vraag ik ze waarom en is het antwoord ‘omdat het kan’. Dat is niet de instelling, het moet bij je passen. Als wij bijvoorbeeld morgen een deal aangeboden krijgen om miljoenen te kunnen verdienen met het produceren van massa’s casinobrood, dan zouden we het niet doen. Daar ligt onze passie niet.” Waar wel? Dat is nog altijd onveranderd. Het lekkerste brood verspreiden. Van Schiedam tot Utrecht en van Den Haag tot Rotterdam. En wie de missie van Vlaamsch Broodhuys kent, weet dat het aantal winkels zal groeien. Of zoals ze het zelf zeggen: ‘we are here to stay’.

Tekst: Geen Blad voor de Mond Foto’s: Chantal Arnts

→ Dimitri, Diante én hun medewerkers blijven zichzelf continu verbeteren.

Een positieve puzzel

Emigreren én je baan houden: het kan!

Misschien heb je wel eens gedacht: ik pak mijn koffers en vertrek naar het buitenland. Roy Sotthewes dacht het niet alleen, hij deed het. Hij

emigreerde naar Denemarken, maar wilde wel bij zijn werkgever Visma

Roxit blijven werken. Even slikken voor leidinggevende Klaas van den Bosch:

“Maar we stonden er al snel positief in.”

Zekerheid, kennis

Al bijna zes jaar werkt Roy Sotthewes als projectleider bij softwareleverancier

Visma Roxit. Naar volle tevredenheid begeleidt hij implementatietrajecten voor gemeenten, veiligheidsregio’s en waterschappen. Toch begint het steeds vaker te kriebelen: de koffers pakken en de wereld zien. Regelmatig heeft hij er gesprekken over met zijn vrouw Helga. “De haast die er in ons land altijd is, de betutteling die steeds weer om de hoek komt kijken. We waren er wel een beetje klaar mee en verlangden naar rust.”

Concrete droom

Totdat die droom van wonen in het buitenland ineens wel heel concreet wordt. “De zoon van mijn vrouw is acht jaar geleden naar Denemarken vertrokken voor zijn studie. Hij is in het land blijven plakken en leerde er zijn vriendin kennen. Zij begon een sportcafé en vroeg Helga om het te managen.” Roy en Helga moeten er even over nadenken, maar worden steeds

enthousiaster over het idee. Roy: “Door corona werkte ik al anderhalf jaar vanuit huis. Dat ging prima, dus waarom zou het niet vanuit Denemarken kunnen.”

Positieve reactie

Met dat idee gaat hij naar zijn leidinggevende Klaas van den Bosch, directeur Delivery & Support. Klaas: “Ik moest er even over nadenken. Sowieso wilde ik met Roy in gesprek over de beweegredenen. Je gaat natuurlijk niet zomaar naar Denemarken. Maar ik stond er gelijk positief in.” Er wordt gesproken over de intenties. Is het tijdelijk of gaat het écht om emigreren? En is het de bedoeling om daar ook een baan te zoeken of juist niet? Klaas: “Het bleek al snel dat de connectie met Visma Roxit voor Roy echt blijvend was.” Na overleg met het team én Roys klanten komt het verlossende antwoord: ‘ja, we gaan het doen.’

Onderschat

Makkelijker gezegd dan gedaan, blijkt gaandeweg. Stephan Scholten, directeur People & Organisation bij het bedrijf:

“We hebben echt onderschat wat er allemaal bij komt kijken. Bij Visma Roxit willen we altijd dat iedere stap goed is voor het individu, het team en de organisatie. We willen graag vooroplopen en leerden inderdaad tijdens corona al dat locatie-onafhankelijk werken prima gaat.” Toch kwam er bij deze stap een stuk meer regelwerk kijken dan gedacht. Stephan: “De regels zijn voor ieder land weer anders en ook collegabedrijven hadden hier geen ervaring mee. We moesten alles dus zelf uitzoeken.”

Dochterbedrijf

Het blijkt dat alles het best geregeld is als iemand op de payroll komt te staan in het land zelf. Dan is een hypotheek krijgen, belasting betalen en pensioen opbouwen een stuk makkelijker. Gelukkig heeft de Visma-groep een dochterbedrijf in Denemarken. In dit geval een uitkomst. Roy komt daar op de loonlijst te staan en wordt als het ware uitgeleend

“Na overleg met het team en de klanten was het antwoord ja”

→ De woning van Roy biedt rust en ruimte.

→ Roy en zijn vrouw Helga zijn dolgelukkig in Denemarken.

aan Roxit. Stephan: “Ook voor dat bedrijf was dit volledig nieuw en daardoor extra spannend. We hebben uiteindelijk een adviesbureau ingehuurd om alles kloppend te krijgen.”

Snelle verhuizing Hoewel het administratief, juridisch en financieel even een puzzel is, is Roy er als de kippen bij. Het huis in Nederland is binnen anderhalve week verkocht. Negen weken later zitten ze al in Denemarken. Vanuit daar begint de zoektocht naar een huis. Inmiddels wonen Roy en Helga al anderhalf jaar in Ny Harløse, op een half uur van Kopenhagen. Roy: “Ik heb er echt geen moment spijt van gehad. Ik kan mijn werk vanuit Denemarken prima doen. Ik ben al een paar keer teruggereden naar Nederland en dan probeer ik zoveel mogelijk mijn klanten te bezoeken. Maar zodra ik weer over de Deense grens rijd, valt er écht wat van me af. Het uitzicht over de weilanden en bossen, dat geeft zoveel minder prikkels. Het is hier écht heerlijk. Dat ik deze kans heb gekregen van Roxit is supergaaf.”

AANPASSINGSVERMOGEN

Na het vertrek van Roy blijkt dat meer collega’s een soortgelijke constructie wel zien zitten. Toch voegen vooralsnog weinig mensen écht de daad bij het woord. Stephan Scholten: “Er zit wel iemand op Ibiza, maar dat is van tijdelijke aard.”

Klaas van den Bosch: “We hebben na het vertrek van Roy natuurlijk wel gesproken over een aantal kaders. Zo is het bijvoorbeeld een voorwaarde dat iemand in dezelfde tijdzone zit. Dankzij de inzet van teamcoaches weten we hoe het met de mensen gaat. Ook als ze op afstand zitten. Dat blijft namelijk ook belangrijk.” Stephan: “We willen een weerbare organisatie zijn, dan horen experimenten zoals deze er bij. Je moet je in deze tijd snel kunnen aanpassen.” Klaas: “Natuurlijk is het even wennen. Roy staat nu op de payroll in Denemarken en daar gelden andere arbeidsvoorwaarden. Dat kom je weer tegen met bijvoorbeeld salarisindexatie en vrije dagen. Neem Koningsdag bijvoorbeeld...

Maar gelukkig is het voor Roy inmiddels mogelijk om zijn vrije dagen op de Nederlandse dagen af te stemmen.”

“Dat ik deze kans heb gekregen is supergaaf”

→ Collega's Klaas van den Bosch en Stephan Scholten.

Passie voor auto’s

Twentse nuchterheid bereikt de Randstad

Als je in Amsterdam, Den Haag of Rotterdam woont en een auto wilt kopen ligt het niet heel erg voor de hand dat je in Twente uitkomt. Toch is dat vaak wel het geval bij Autobedrijf Wiefferink in Denekamp. “We zitten echt in een niche-markt, dat zorgt ervoor dat zelfs onze klanten uit de Randstad blijven terugkomen”, vertelt eigenaar Christiaan Wiefferink.

Jong gebruikte auto’s, waar bijna altijd de fabrieksgarantie nog op zit. Dat is de specialiteit van Autobedrijf Wiefferink. Een nichemarkt, legt Christiaan Wiefferink uit. “Daardoor hebben wij auto’s staan die bij een ander lang niet altijd te vinden zijn.”

Dat gegeven én hoogwaardige service zorgen ervoor dat zelfs klanten uit de Randstad terugkomen. “Daar verbaas ik me nog altijd over.”

Service als kernwaarde

Dat Wiefferink ver gaat wat betreft service blijkt wel uit het feit dat het autobedrijf naar de mensen toekomt. Letterlijk.

Christiaan: “Soms zijn mensen uit Amsterdam bijvoorbeeld oprecht geïnteresseerd in een auto die we hebben staan, maar vinden ze de afstand naar Denekamp te ver.

Dan zetten wij een van onze gepensioneerde medewerkers in die auto en komen we naar ze toe. Geheel vrijblijvend.” Misschien wel een typisch voorbeeld van Twentse gastvrijheid en betrouwbaarheid.

Al ver terug

Die Twentse kernwaarden zijn er al sinds 1986. Toen begon vader Johan Wiefferink het autobedrijf.

In 2000 komt Christiaan in de zaak te werken en een paar jaar later sluit ook broer Peter aan. “Dat is eigenlijk vanzelf zo gegroeid. Het

gesprek van de dag ging bij ons vroeger thuis altijd over auto’s. Maar gelukkig was de interesse er ook altijd.” Beide broers deden eerst ervaring op bij andere autobedrijven in de regio. In 2005 kwamen ze samen aan het roer te staan. Ook zusterautobedrijf Heisterkamp uit Ootmarsum wordt door hen bestierd.

Dezelfde visie

De broers zetten het bedrijf voort met dezelfde visie als vader Johan. Je moet voor alle aspecten van het autorijden bij ze terecht kunnen. Van onderhoud tot reparatie en van lease tot verkoop.

Christiaan: “Door de kredietcrisis veranderde er wel het een en ander. We kochten namelijk altijd veel auto’s in, maar dat werd

Tekst: Geen Blad voor de Mond

“We hebben eigenlijk altijd wel de auto die je zoekt”

lastiger. Omdat mensen minder te besteden hadden werd onderhoud uitgesteld. Daardoor ging de kwaliteit van auto’s achteruit. Vanaf dat moment hebben we vol ingezet op jong gebruikte wagens.”

Premium-import

De auto’s komen niet alleen uit Nederland, maar worden ook geïmporteerd. “We hebben een

heel sterk netwerk in heel Europa. Daardoor is het zoekgebied veel groter, we hebben dus eigenlijk altijd wel het merk en het type dat je zoekt. Of het nu gaat om een Mercedes SLS AMG of een gifgroene Porsche.” Premiumimport noemen ze het bij Wiefferink. Alles wordt voor je geregeld en de prijs die je ziet is al inclusief btw en bpm.

Met de tijd mee

De premium-import is een typisch voorbeeld van met de tijd meegaan. Om diezelfde reden richten de broers ook een eigen leasemaatschappij op. “Sommigen

zeggen: waarom besteed je dat niet uit?”, vertelt Christiaan.

“Maar we houden graag alles in eigen beheer. Dan blijven de lijntjes kort.” Het bedrijf kent

dan ook een erg platte structuur. “Alle medewerkers hebben die nuchtere Twentse mentaliteit. En van stagiair tot specialistische monteur, ze hebben allemaal de laatste cursussen gevolgd op het gebied van elektromobiliteit.”

Op het gebied van elektrische auto’s lopen ze bij Wiefferink dan ook voorop. Christiaan: “Mensen vinden het kopen van een elektrische auto soms nog lastig. Bijvoorbeeld omdat je dan ook een laadpaal moet installeren. Die service bieden we er daarom bij. Voor een vast bedrag zorgen wij dat er zo’n laadpaal wordt neergezet.

EEN MAATWERKVERZEKERING

Ongeveer anderhalf jaar is Autobedrijf Wiefferink via adviseur Maickel Kamphuis van Omega Regie verzekerd bij Scharenborg. Eigenaar Christiaan Wiefferink: “Zij konden ons de maatwerk-oplossing bieden waar we naar op zoek waren. Wij zijn ervan overtuigd dat je je alleen moet verzekeren tegen de schades die je zelf niet kunt dragen. Maickel Kamphuis heeft hierin goed met ons meegedacht.”

Ook daarin ontzorgen we onze klanten.”

Uitdaging

De uitdaging voor de broers en hun medewerkers blijft altijd om klanten terug te laten keren. En dat lukt. Het grootste gedeelte van de klanten kennen ze dan ook

bij naam. Christiaan: “Op iedere verkoop ben ik even trots. Of het nou de dikste auto is of juist een meer betaalbare occasion. Als ze hier met een grote glimlach de deur uitgaan en nog even op de claxon drukken bij het wegrijden, weet ik dat we het goed hebben gedaan.”

→ Maickel Kamphuis en Christiaan Wiefferink.

“Op iedere verkoop ben ik even trots”

Groeiambities van Treebytree

Een groenere wereld: bomen als relatiegeschenk

Vijfentwintig jaar zat hij in de wereld van de relatiegeschenken. Nu wil

Diederik van Styrum sociaal impact maken. Niet zo gek dat hij met een idee

komt dat aansluit bij de ervaring die hij heeft. Dankzij de social enterprise

Treebytree kun je een boom cadeau geven aan relaties, klanten of werknemers.

a zijn studie

komt Diederik van Styrum in China terecht, dé plek waar je moet zijn als het om produceren gaat. Al snel begeeft hij zich op de markt voor relatiegeschenken en weet hij een succesvol bedrijf genaamd Xindao op te richten. “We hadden altijd 2.500 verschillende producten op voorraad en personaliseerden

GROEIAMBITIES

In oktober 2022 werd het platform van Treebytree gelanceerd. In april van dit jaar zijn er al 150.000 bomen verkocht, voor € 5 per stuk. Grote bedrijven zijn enthousiast, maar ook voor kleine ondernemers is het platform geschikt. Je kunt namelijk ook tien bomen weggeven. Nu er volop is getest in Nederland zijn er plannen om het concept uit te rollen in heel Europa. Binnen vijf jaar wil Treebytree in elk geval 20 miljoen bomen planten. Oprichter Diederik van Styrum: “We hebben enorme ambities en ik merk bij oude connecties uit China ook enthousiasme. Hopelijk willen ook daar veel bedrijven bomen weggeven, want samen kunnen we impact maken.”

artikelen met bedrijfslogo’s. Door heel Europa verkochten we producten.” In 2017 verkoopt Diederik het bedrijf dat anno 2023 onder de naam XD Connects bekend is.

“Ook in China zijn ze enthousiast over het idee”

Vergroenen

Omdat Diederik graag iets goeds voor de wereld wil doen, wordt hij in 2018 vrijwilliger bij Justdiggit. Een organisatie die helpt de wereld te vergroenen door het toepassen van diverse landschapshersteltechnieken, waaronder het terugbrengen van bomen. Later neemt Diederik ook plaats in het managementteam. Bedrijven als Timberland, Green Choice en Tony’s Chocolonely zijn aan de organisatie verbonden. Juist vanuit die hoek komt steeds vaker de vraag: kunnen we naast het financieren van de vergroeningsprogramma’s onze klanten, relaties of werknemers ook iets bieden om ze écht te betrekken bij de projecten?

Eén en één is twee

Die vraag zet Diederik aan het denken. En als je een achtergrond hebt in relatiegeschenken, is het natuurlijk niet zo gek dat je de twee aspecten koppelt: bomen en cadeaus. Diederik: “Natuurlijk was het idee van een boom cadeau geven niet nieuw. Maar bij bestaande initiatieven was de beleving maar matig. Je krijgt een certificaat in je mailbox dat getekend is door een NGO en vervolgens hoor je niets meer.”

Dat moet anders kunnen. Want als je gewone relatiegeschenken kunt personaliseren, moet dat toch ook met een boom kunnen? “Die branding van een bedrijf terug laten komen én echt beleving creëren, dat was het doel.”

Investering

Diederik spreekt met Justdiggit over het idee, maar al snel blijkt dat er een behoorlijke investering mee gemoeid is. Een dergelijk platform opzetten kost immers tijd en geld. “Omdat Justdiggit een

NGO is, gaat zo’n investering niet zomaar. Maar ondertussen werd ik natuurlijk steeds enthousiaster over het idee.” Uiteindelijk besluit hij zelf de investering te doen, omdat hij er vertrouwen in heeft. “Ik ken deze industrie heel goed. Er gaat nog steeds 15 miljard euro om in producten die relaties moeten bestendigen. Het blijft fijn om dingen te krijgen, maar 50 procent van dat soort producten belandt in de kast of in de prullenbak. De ontvanger wordt steeds kritischer. Alleen al omdat

de producten uit China komen, met het bijbehorende transport. En dat je er niet om hebt gevraagd. In de afgelopen twee jaar is de vraag van bedrijven naar ‘sustainable gifts’ gestegen van 23 naar 65 procent.”

Een stap verder

Het idee van Treebytree gaat nog een stap verder. Je haalt namelijk daadwerkelijk CO2-uitstoot uit de lucht door een boom cadeau te geven. Diederik: “Een uitpakmoment is heel belangrijk,

daarom krijg je een Instagramstory waarbij er een soort ‘strik’ om die boom zit. Je krijgt vervolgens de exacte geo-locatie van de boom in Tanzania en ziet bijvoorbeeld een foto van de boom met een groeimeter.” De eerste drie jaar krijg je ieder kwartaal een update van Treebytree. “Daarin zie je hoeveel CO2 jouw boom al heeft opgenomen en hoeveel water hij heeft vastgehouden. Want juist dat laatste is belangrijk om meer te kunnen verbouwen.”

Tekst: Geen Blad voor de Mond

→ Links de omstandigheden zoals ze in 2019 waren, rechts het landschap na vergroening.

Machinaal handwerk

Blijven experimenteren met interieur

Hij wordt naar eigen zeggen met twee rechterhanden geboren. Otto Buhrmann richt

dertien jaar geleden een timmerbedrijf op. Hij leert zichzelf het vak en mag al snel mooie projecten verzorgen bij particulieren en bedrijven. Inmiddels richt hij zich met Buhrmann Interieurbouw alleen nog maar op het hoge segment.

De meest luxe inloopkasten, prachtige wandmeubels op maat voor particulieren, maar ook interieurs voor kantoorpanden. Het begint als een uit de hand gelopen hobby, maar inmiddels weten grote merken en zelfs bekende Nederlanders het bedrijf van Otto Buhrmann te vinden. “We werken met de mooiste materialen en gaan voor de perfecte afwerking. Er mag geen naadje te zien zijn.”

Ambacht 2.0

Vanuit zijn kantoor en werkplaats in het Noord-Hollandse Cruquius stuurt Otto inmiddels vier mensen aan. Die mensen staan niet meer zoals vroeger met de beitel in de hand. Daarom noemt Otto het werk liever ‘ambacht 2.0’. “Natuurlijk gebeurt een groot gedeelte van het werk machinaal. We tekenen digitaal en zetten dat door naar de machines.”

Toch komt er nog steeds veel handwerk aan te pas. “We moeten alles ter plekke inmeten. Dan zetten we in de werkplaats het meubel in elkaar en plaatsen we het op locatie. We werken veel in

de omgeving van Amsterdam, daar is geen vloer recht. Dan is het een uitdaging om goed af te stellen. Voor al die aspecten is echt nog wel het traditionele vakmanschap nodig.”

Manuren

Een meubel compleet handmatig maken kan uiteraard nog steeds, maar dan gaan er wel veel manuren in zitten. En die moeten betaald worden. “Je prijst jezelf dan volledig uit de markt”, legt Otto uit.

“Je moet wel met de tijd meegaan, de vertaling van het ambacht naar de huidige tijd is heel belangrijk. Daarom werken we bijvoorbeeld ook niet meer zoveel met massief hout, maar kiezen we voor een fineer of ander mooi plaatmateriaal.”

Omgaan met de techniek

Zelf heeft Otto nooit een opleiding gevolgd voor het maken van meubels. “Op veel opleidingen leer je nu nog steeds met de hand een zwaluwstaartverbinding maken. Maar dat is in deze tijd eigenlijk niet meer relevant. Veel belangrijker is dat je studenten leert omgaan met

de techniek en weet te motiveren.”

De blaren en eelt op de handen verdwijnen misschien, de waardering van klanten is niet veranderd. “Op de meest onmogelijke locaties zetten we droommeubels neer. Natuurlijk gaat ondernemen altijd met ups en downs, maar als ik stilsta bij wat we met het team allemaal realiseren, ben ik heel trots.”

BLIJVEN EXPERIMENTEREN

Ook bij een ‘ambacht 2.0’ moet je volgens Otto Buhrmann blijven experimenteren. “Op beurzen zie je de nieuwste trends en ontwikkelingen, daar gaan wij ook mee aan de slag.” Overigens moet dat dan wel in de stijl van Buhrmann Interieurbouw passen, niet alles wordt zomaar overgenomen.

“Wij werken veel met warmere tinten, wat meer ‘hotel luxury’. Juist de mensen die wat apartere designs zoeken, komen bij ons terecht. Dat vraagt wel van ons dat we onszelf en onze technieken continu moeten blijven vernieuwen.”

“Voor veel aspecten is nog echt vakmanschap nodig”

Tekst: Geen Blad voor de Mond

→ In de werkplaats vindt het moderne ambacht plaats. → In Cruquius worden de meest luxe meubels gemaakt.

Tips voor ondernemers

Wat kan een chatbot voor jou betekenen?

ChatGPT is een van de chatbots die is gebaseerd op kunstmatige intelligentie (AI).

Zo’n chatbot kan jou helpen je onderneming efficiënter in te richten én te laten

groeien. Hoe? We vertellen het je aan de hand van vijf tips!

et gebruik van de chatbot

Hvereist misschien

een beetje oefenen, maar neem van ons aan:

een kind kan de was doen. Het draait namelijk allemaal om de vraagstelling (prompt). Wees heel duidelijk in je prompt en vraag maar raak.

Je kunt opdrachten geven tot het schrijven van hele verhalen of complete onderdelen voor je website laten programmeren.

Je kunt zelfs afbeeldingen

laten fabriceren door middel van kunstmatige intelligentie, bijvoorbeeld via getimg.ai. Daarnaast kan een chatbot je administratief ondersteunen of je klantenservice verrijken. Dus de vraag zit ‘m niet per se in ‘wat’ de chatbot voor je kan betekenen, maar wel in ‘hoe’ je de gewenste output krijgt.

Met de tips in dit artikel geven we antwoord op zowel het ‘wat’ als het ‘hoe’.

1. Brainstormen en ideeën genereren

ChatGPT kan ondernemers helpen bij het brainstormen. De chatbot geeft je ideeën voor producten, diensten, marketingstrategieën en meer. Voer een kort gesprek met ChatGPT over je doelen en uitdagingen en de chatbot voorziet je van waardevolle inzichten en suggesties.

2. Zakelijke communicatie

Gebruik ChatGPT om je e-mails en andere zakelijke communicatie te redigeren. Deel je eigengemaakte berichten en de chatbot helpt je met spelling, grammatica en doet suggesties om je berichten duidelijker en effectiever te maken.

Daarnaast kun je de chatbot ook inzetten voor vertalingen.

3. Marketing

Gebruik de chatbot om content en marketingmateriaal zoals blogposts, artikelen, e-mailcampagnes en sociale media-updates te schrijven. Je kunt de chatbot vragen te schrijven over een bepaald onderwerp, maar je kunt de bot ook zelf een onderwerp laten bepalen. Ook bij gepersonaliseerde marketing- en verkoopboodschappen kan de chatbot je helpen. Wil je een aparte boodschap voor iedere doelgroep? Geef de informatie over de doelgroep er dan bij. De chatbot kan jou daarnaast bijvoorbeeld assisteren bij het identificeren van gemeenschappelijke kenmerken in je klantenbestand en daarop de communicatie aanpassen.

4. Personele ondersteuning en ontwikkeling

ChatGPT kan worden ingezet als een trainingshulpmiddel voor jouw personeel. Vraag de chatbot bijvoorbeeld om lesmateriaal te genereren waarmee je je medewerkers kunt helpen bij het beantwoorden van vragen en het

oplossen van problemen. Of om repetitieve taken te automatiseren binnen je productie. De chatbot kan je ook helpen bij het beheren van je takenlijst, het plannen van vergaderingen en het bijhouden van deadlines.

5. Marktonderzoek en gegevensanalyse

De chatbot analyseert marktgegevens voor je en maakt zelfs rapporten op basis van jouw bevindingen. Hierdoor kun je beter geïnformeerd beslissingen nemen en je concurrentievoordeel behouden. Zorg ervoor dat je wel duidelijk afbakent waar het over gaat en vertel wat je hoopt te bereiken.

KLANTENSERVICE

De chatbot kan ook fungeren om klanten te helpen met vragen. Bij verzekeringskantoren bijvoorbeeld, bij vragen over de polissen, dekkingen en premies. Of het assisteren bij het indienen van claims en het doorlopen van het claimproces. Maar feitelijk geldt het voor elke dienstverlening waar een FAQ niet voldoende is. De chatbot kan dus echt veel voor je betekenen.

Tekst: Geen blad voor de Mond

“Wees heel duidelijk en vraag maar raak”

Een zakelijke rechtsbijstandverzekering

“Heb ik dat echt nodig?”

Voor vrijwel iedere ondernemer is een zakelijke rechtsbijstandverzekering een goede keuze. Uit onderzoek blijkt namelijk dat ondernemers de juridische risico’s die zij lopen erg onderschatten. Men denkt vaak dat het hen niet overkomt. Helaas is de werkelijkheid anders.

Want wat blijkt: bijna elk bedrijf krijgt minimaal eens in de vijf jaar te maken met een juridisch conflict.

Incassozaken met stip op 1

Veel zakelijke conflicten gaan over personeel en leveringsvoorwaarden, maar met stip bovenaan staan de contractuele zakelijke conflicten. Dan gaat het bijvoorbeeld om conflicten rondom incassozaken, overeenkomsten tussen bedrijven onderling, aanneming van werk variërend van klein schilderwerk tot grote verbouwingen of de inkoop van handelsgoederen. De meeste zaken binnen dit rechtsgebied hebben betrekking op het incasseren van openstaande facturen.

Ervaringsverhaal

Ook zzp’er Marcel van Dam kreeg hiermee te maken en weet als geen ander hoe fijn het is om dit uit handen te kunnen geven aan een expert. Marcel: “Ik heb voor een klant diverse werkzaamheden

uitgevoerd, maar helaas bleef de betaling van de factuur uit. Ook na twee herinneringen werd er niks overgemaakt. Voor mij was dat extra vervelend omdat mijn klant ook nog eens een buurtgenoot was. Mevrouw woonde een paar straten verderop. Ik ben zelfs even bij haar langsgegaan. Uiteindelijk vond ik dat ik na meerdere schriftelijke én een persoonlijke herinnering wel lang genoeg had gewacht en heb ik ARAG om hulp gevraagd. Via de website van ARAG heb ik mijn incassovordering ingediend en inzage gevraagd in mijn digitale dossier. Zo kon ik

DE

precies volgen wat de status van mijn zaak was en welke brieven naar mijn klant werden gestuurd. Gelukkig maakte de tussenkomst van ARAG wel indruk op de klant en werd het openstaande bedrag daarna snel overgemaakt. Jammer dat het nodig was, maar wel heel fijn dat ik het uit handen kon geven en het zo toch netjes afgehandeld kon worden.”

“Fijn dat ik het aan een expert kan overlaten”

Het verhaal van Marcel is maar één van de vele juridische situaties waar een ondernemer mee te maken kan krijgen. Elke situatie is anders en juist daarom is het prettig om de zorg uit handen te kunnen geven aan een juridisch expert. Dat hoeft niet altijd een dure advocaat te zijn. Met een zakelijke rechtsbijstandverzekering ben je verzekerd van de uitstekende hulp van één van de ruim vijfhonderd gespecialiseerde juristen en advocaten van ARAG. Voor een ondernemer is een zakelijke rechtsbijstandverzekering dus zeker geen overbodige luxe. Lees er meer over op www.arag.nl/zakelijk of scan de QR-code.

Elf dagen topsport

Skûtsjesilen: het meest Friese evenement

Een traditioneel vrachtzeilschip zo snel mogelijk langs drie of vier boeien sturen. Dat is simpelgezegd het Friese skûtsjesilen. De jaarlijkse wedstrijden zorgen voor duizenden

mensen langs de Friese wateren. Tammo Oosterhof is strateeg van het Grouster Skûtsje.

“Over die eindstreep komen geeft echt een vreugde-explosie.”

Het skûtsjesilen is net zo verbonden met Friesland als de Elfstedentocht.

Gelukkig keert deze sport iets vaker terug. Ieder jaar zijn er verschillende wedstrijden waarin veertien schepen (skûtsjes), allemaal afkomstig uit een andere

plaats, de strijd met elkaar aangaan. Tammo Oosterhof: “Skûtsjesilen is misschien wel het meest Friese evenement dat er bestaat. En die massa's mensen

geven zo’n extra dimensie. Dat maakt de sport prachtig.”

Dat heeft een reden. Je komt er als buitenstaander namelijk niet zomaar tussen, legt Tammo uit. “Je mag alleen schipper worden als je familie uit de beroepsvaart komt. Ik mag zelf dus nooit een skûtsje besturen.” Tammo is daarom strateeg op het skûtsje van Grou. “Toen het niveau eind vorige eeuw professioneler werd, kwam er een strateeg naast de schipper te zitten. Het werd namelijk veel moeilijker om overzicht te houden. De strateeg of adviseur geeft aanwijzingen aan de schipper en de bemanning.” Een ideale positie voor Tammo, die jarenlang wedstrijden won als wedstrijdzeiler in de internationale laserklasse.

Complete bemanning

In totaal zijn er twaalf tot veertien bemanningsleden. Naast de schipper en de strateeg zijn er onder andere voorhouder, peilers, zwaardenmannen, schotenmannen, trimmers, een lierenman, een fokkenist, een roefmeester en iemand die het overzicht houdt op

het achterdek. Met z'n allen zorgen ze dat de zeilen zo goed mogelijk in de wind staan. Tammo: “Het is echt een samenspel.” Enige sportmentaliteit is wel nodig, skûtsjesilen betekent namelijk ook wedstrijden varen. Tammo: “Begin mei zijn de eerste wedstrijden, daarvoor hebben we meestal één of twee keer gezeild. Vanaf eind mei trainen we iedere week en dan is er om de week een wedstrijd. Daarom is het een uitdaging om de bemanning vast te houden.”

Puntentelling

Het hoogtepunt is het SKS, een kampioenschap dat maar liefst elf dagen duurt. De skûtsjes krijgen iedere dag punten voor de volgorde van aankomst. De winnaar krijgt 0,9 punt, de nummer twee krijgt

twee punten, de nummer drie ontvangt drie punten en zo verder.

Tammo: “Omdat er elf wedstrijden zijn, kan je soms die 0,1 bonus van de eerste plek echt nodig hebben.” De wind maakt dat een wedstrijd altijd onvoorspelbaar is. “Daardoor blijven de wedstrijden dagenlang spannend. Je kunt bijvoorbeeld nog winnen als je iedere wedstrijd vierde wordt.” De slechtste wedstrijd mag worden afgetrokken van het totaal. Het team met de minste punten wint uiteindelijk het kampioenschap. “Met het skûtsje van Grou zijn we zes keer kampioen geworden. De afgelopen vijftien jaar hebben we maar twee keer niet op het podium gestaan. We zijn daarmee het meest succesvolle skûtsje van de afgelopen jaren.”

DE HISTORIE VAN SKÛTSJESILEN

Het skûtsjesilen kent een lange geschiedenis. De vrachtschepen voeren vroeger door de Friese wateren om goederen te transporteren. Omdat de wateren ondiep waren, werden er lange en platte schepen gemaakt. In de perioden dat er weinig werk voor de schippers was, werden er al wedstrijden met de schepen gehouden. Zo rond 1950 neemt dit professionelere vormen aan. Ieder jaar worden er wedstrijden gehouden door onder andere IFKS en SKS.

“Skûtsjesilen is echt een teamsport”

→ Tammo en zijn team tijdens SKS.

→ Het skûtsje van Grou is al jaren succesvol.

Tekst: Geen Blad voor de Mond

Hoofdfoto: Martin de Jong

In vuur en vlam voor de barbecue

Gloeiendhete houtskool en een goed stuk côte de boeuf op een Big Green Egg.

Blijer kun je David Pauka niet maken. Het vuurtje werd aangewakkerd na zijn

finaleplaats bij Masterchef in 2014. “Vlees is het mooiste product dat er is.”

Inmiddels geeft David workshops onder de naam Roast it ON TOUR en heeft

hij zijn eigen restaurant genaamd Roast It in het Overijsselse Borne.

David Pauka tovert door langzaam te garen

Zijn broer wijst hem ergens in 2014 op de inschrijvingen voor het kookprogramma Masterchef. “Terwijl ik in bed lag schreef ik me met één druk op de knop in”, vertelt David Pauka. Hij wordt derde in de wedstrijd. “Maar ik gok dat ik het meest van iedereen heb geleerd. Ik stond namelijk iedere keer weer in de eliminatieronde, daardoor moest ik extra vaak koken.” Hij werkt tijdens het programma met chefs als Julius Jaspers, Joris Bijdendijk en Jacob Jan Boerma.

Voor iedereen

David gaat aan het werk voor een barbecueproducent en mag workshops verzorgen. Nadat hij meedoet aan het Europees Kampioenschap BBQ gaan alle remmen los. Zijn visie? Iedereen moet kunnen barbecueën. En dan gaat het niet om een paar speklapjes, een streng spareribs en een burger of twee. “Als je goed wilt barbecueën begin je met de juiste brandstof. Dus geen briketten, maar kwalitatief goede houtskool. En je neemt een groot stuk vlees of vis. Niet uit de

supermarkt, maar van een slager, poelier of een horecagroothandel.” Zijn favorieten? Dry-aged vlees zoals côte de boeuf of onglet. En dan? Het geheime ingrediënt is volgens David geduld. “Neem de tijd voor het uitzoeken van de juiste producten, het marineren én het barbecueën zelf, bijvoorbeeld met indirecte hitte.” Dat wakkert het vuurtje aan. Letterlijk.

Techniek in de vingers

Toch is de barbecue veel meer dan een gereedschap om vlees te bereiden. Wie de juiste technieken in de vingers heeft, ziet hoe veelzijdig het kan zijn. Denk naast vis bijvoorbeeld aan schaaldieren.

David: “Een halve kreeft met limoenboter op de barbecue?

Daar eet je je vingers bij op.” Ook voor het bereiden van groenten zijn er vele mogelijkheden. Roken, grillen of (direct op de kolen) poffen. David: “Neem gegrilde watermeloen met balsamico, echt heerlijk. Of gepofte bietjes of gegrilde groene asperges met citroenboter en tijm.” Mooie voorbeelden van de veelzijdigheid. Zelfs een brood of taart bakken is mogelijk en vergeet vooral het dessert niet.

David: “Hoe meer je de techniek in de vingers krijgt, hoe leuker het wordt.”

“Hoe meer technieken je kent, hoe leuker het wordt”

Voor wie thuis aan de grill wil, geldt: verdiep je in de materie. “Koop een goed bbq-boek, bijvoorbeeld van Julius Jaspers of kijk video’s van Ralph de Kok. Daarin lees of zie je technieken waar je heel veel van kunt leren.”

VEGETARISCH EN VOOR ELK SEIZOEN

Of er trends zijn op het gebied van barbecueën? Zeker! We lichten een paar aspecten toe. Bijvoorbeeld het vegetarisch barbecueën. Een groter gezelschap? Dan is de kans groot dat er een vegetariër of veganist tussenzit. Zorg voor gegrilde of gepofte groenten van de barbecue. Een stuk origineler dan bijvoorbeeld een groente-shaslick. Daarnaast zien we dat de barbecue niet meer zo seizoensgebonden is. De winterbarbecue was al een trend, maar bereikt nu een steeds grotere groep. Dat beaamt ook David. “Ik heb in de afgelopen vijf jaar ‘s winters nog nooit zoveel workshops gedraaid als in januari 2023.”

Tekst: Geen Blad voor de Mond

Niet laten verstoffen

Meubelstoffeerderij geeft al generaties lang kennis door

Een mooi designmeubelstuk in ere herstellen. Dat is de missie van familiebedrijf Miedema en Zn. De ambachtelijke meubelstoffeerderij werd in 2001 opgericht door Marco Miedema. Inmiddels staan ook zoon Rikus, dochter Carry en haar man Tim Römer aan het roer.

Doorgezakte meubels opvullen, versleten fauteuils opnieuw stofferen en klassieke stoelen opknappen. Het is de specialiteit van Miedema en Zn. En dan gaat het vooral om designklassiekers. Merken als

STOFFENKENNIS

Artifort, Leolux, Linteloo en Georgetti zijn bij het bedrijf niet onbekend.

Drie generaties

De historie van het bedrijf gaat al drie generaties terug. Het is volgens Carry lastig te zeggen sinds wanneer de familie

Miedema precies in de meubelstoffeerderij zit. Duidelijk is in elk geval wel dat het bedrijf zich steeds verder uitbreidt. In Utrecht en Amersfoort heeft het bedrijf twee werkplaatsen met een showroom, in Bussum is een stoffeeratelier gevestigd en in Rotterdam zit ook een showroom. Ook de regio Noord-Holland wordt bediend vanuit Amsterdam.

“Ieder familielid is verantwoordelijk voor een eigen stukje Miedema”

Miedema en Zn. werkt met de allerbeste stoffen van de mooiste en bekendste merken. Carry Römer legt uit: “Natuurlijk gaat het om het in ere herstellen van een meubelstuk, maar je moet bij stoffen rekening houden met meer aspecten. Denk aan de huiselijke situatie. Zijn er huisdieren of kinderen die sommige stoffen onpraktisch maken? Of zijn er misschien allergieën? Je hebt niet alleen historische stijlkennis en kennis van houtbewerking nodig, maar ook ervaring in stoffen.” Een echt ambacht dus. Gelukkig ontstaat er onder de jeugd ook weer interesse voor het vak van meubelstoffeerder. Carry: “Ik weet zeker dat hier in de toekomst nog heel goed een boterham in te verdienen is.”

Eigen werkgebied

Om alle werkzaamheden goed te kunnen overzien is ieder familielid verantwoordelijk voor een eigen ‘stukje’ Miedema. Carry: “Mijn broer en vader regelen alles in Amersfoort, mijn man Tim is verantwoordelijk voor de regio’s Utrecht en Rotterdam en ik ben actief in het Gooi en in Utrecht.” Voor hen de ideale werkwijze.

→ De familie Miedema: Rikus, Carry, Dina en Marco. → Meubels worden in ere hersteld.

“Zo voorkomen we dat er vier kapiteins op één schip zitten, maar kunnen we wel gebruik maken van elkaars ervaring, kennis én medewerkers. Als er in het ene filiaal handen te kort zijn, helpen de medewerkers van een andere vestiging ze uit de brand. Het is heel fijn dat we zo iedereens expertise kunnen gebruiken”, vertelt Carry. Dat de naam Miedema en Zn. nooit veranderd is, vindt Carry als dochter overigens geen enkel probleem. “Dat ‘en zonen’ geeft juist die familiebanden aan. Mijn vader heeft het wel gevraagd toen ik me aansloot bij het bedrijf. Maar het is voor mij goed zoals het is.”

Kennis overdragen

De meest gehoorde kernwaarden voor een familiebedrijf zijn misschien wel de platte structuur, de loyale medewerkers en het zetten van een paar extra stappen voor de klant. Carry: “We zijn heel servicegericht. Bij ons vind je nog service zoals je die vroeger tegenkwam. En we hebben

DUURZAAMHEID

natuurlijk al generaties kennis en kunde. Dat schept ook vertrouwen naar onze klanten toe. Juist dat is onze kracht.” Die ervaring maakt dat zowel Carry als haar familieleden helpen waar nodig. “Ik ben vooral bezig met de verkoop en inkoop, maar kan ook zomaar in de werkplaats staan.”

Inkijkje

Juist die combinatie van alle aspecten maakt het werk volgens

Mooie projecten, daar leven ze bij Miedema en Zn. voor. Zo hebben ze bijvoorbeeld wandbespanning voor de Statuszaal van de provincie Utrecht verzorgd. En ook in verschillende gezondheidsinstellingen zorgen ze ervoor dat het meubilair weer jaren meekan. Carry Römer: “Duurzaamheid is steeds belangrijker. Opnieuw stofferen is bij uitstek duurzaam, we zorgen namelijk dat iets weer heel lang meekan. Daarom werken we, als het om dierlijke producten zoals leder of wol gaat, het liefst alleen nog met leveranciers die een keurmerk dragen. Dat we hiermee een steentje bij kunnen dragen aan het duurzamer maken van onze wereld vinden we ontzettend belangrijk.”

Carry zo mooi. “We zijn meubelstoffeerders, maar ook antiekrestaurateurs en interieuradviseurs. Je komt bij de mensen thuis om een meubel te bekijken en krijgt een inkijkje in iemands leven. Het gaat namelijk vaak om erfstukken die gerestaureerd worden, die meubels hebben altijd een mooi verhaal. Als je zo’n stuk dan in ere kunt herstellen krijg je zoveel dankbaarheid terug. Dat is echt waanzinnig.”

→ Carry Römer: “Ik doe niet alleen de verkoop, maar kan ook zomaar in de werkplaats staan.”

Tekst: Geen Blad voor de Mond

Van nature vol karakter.

Champagnehuis Besserat de Bellefon maakt al sinds 1843 champagne. Vandaag de dag presenteert het champagnehuis zich als een boutique champagne: classy en een beetje rebels. De druiven voor deze champagnes komen uit de mooiste wijngaarden van de streek.

De champagnes zijn fris, hebben een enorm fijne mousse en zijn stuk voor stuk geweldig bij de traditionele én de moderne Franse keuken.

The finest bubble in Champagne!

Heisterkamp, officieel importeur van Besserat de Bellefon

Retouradres: Scharenborg bedrijfsverzekeraars, Hogelandsingel 9, 7512 GA Enschede