RESPECT & DIVERSITEIT
Leeftij d is als Hoe ou wijn der, Hoe be ter
DE GEHEIMEN VAN EEN GOED HUWELIJK BIOFOOD, GEZOND OF COMMERCIEEL? FIT EN VITAAL MET 90 JAAR COLUMNS OVER VRIJWILLIGERSWERK, FABELTJES OVER SUIKER EN VOETBALSTADIONS IN BERLIJN
RED MAGAZINE, OVER HET OUDER WORDEN Zal er iets over blijven van je goedgevormde lichaam? Van je fitheid? Komt er een einde aan het steeds groter worden van je bedrijf? Hoelang houd je deze baan vol? Oftewel: Bereikt de achtbaan waarin je gestaag omhoog gaat, langzaam de top? En gaat de rest van de rit dan enkel en alleen neerwaarts? Als je ouder wordt, zijn dit vragen die je jezelf stelt. Als redactie van RED Magazine begrijpen we de fobie voor het ouder worden, hoewel we zelf nog weinig met deze angst bezig zijn. We gaan er vanuit dat we nog een heel leven voor ons hebben. Bij generaties boven ons zien we echter mensen die trachten het ouder worden zo lang mogelijk uit te stellen. Men probeert uiterlijk jong te blijven door middel van plastische chirurgie, werkt nu extra hard (zolang het nog kan), sport en probeert ook nog zoveel mogelijk met vrienden af te spreken. En ondertussen lopen er ook nog enkele kinderen in huis rond. Kort gezegd: een druk leven, want: er moet geleefd worden! Voordat het te laat is. Maar wanneer is het te laat? En wat is echt leven? Kan je niet echt leven als je de 65 gepasseerd bent? Hoe erg is het om oud te worden? Wij van RED Magazine probeerden in aanloop naar dit magazine antwoord te krijgen op deze vragen. Ondanks onze relatieve jeugdigheid verdiepten we ons in de angst voor het ouder worden. We namen het fenomeen ‘zolang mogelijk jong proberen te blijven’ onder de loep en kwamen erachter dat ouder worden niet altijd erg hoeft te zijn. Zo spreken wij een negentigjarige dame die nog lekker in haar eigen moestuintje werkt en een vrouw die op late leeftijd haar liefde vond. Vanaf pagina 24 lees je hoe dit haar leven veranderde. Ook portretteerden wij een bijna fulltime vrijwilliger en een voetballer van PEC Zwolle, waarbij duidelijk wordt dat het succes van een carrière soms van een sproeikop af kan hangen. Daarnaast lees je columns over onder andere suiker en voetbalstadions in Berlijn. Uit Berlijn komt ook een achtergrondreportage over jongvolwassenen die voedsel uitdelen. Hoe dat precies zit, en nog veel meer, lees je in RED Magazine. Wij hopen dat je met plezier dit blad leest. Namens de gehele redactie, Arnoud de Vries Hoofdredacteur @ArnoudVries
2
4 8 16 20 IN RED MAGAZINE 2
Voorwoord hoofdredacteur
4 Biofood, gezond of vooral commercieel?
16
De geheimen van een goed huwelijk
18
Trent Sainsbury, gevaar zit in een klein hoekje
20
Albertje Kuik, 90 jaar: fit en vitaal
23
Column Tom Hilhorst ‘Fabels over suiker’ Liefde op latere leeftijd, het verhaal van Ans van Duursen
7
Column Sebastiaan Rodenhuis
8
Portret van Anita Frankena, verloor haar beste vriendin
11
Mink de Vries, fulltime vrijwilliger
12 14
Column Steve Oosterkamp
24
Voormalig vliegveld Tempelhof Berlijn
27 Colofon
3
BIOFOOD,
GEZONDE
TREND OF ONBETAALBARE COMMERCIE?
Foto’s: Steve Oosterkamp
Goedkoper, sneller, makkelijker. Als het om eten gaat waren dit jarenlang de toverwoorden, maar die trend is inmiddels totaal gekanteld. Zogenaamde biofoodwinkels schieten als paddenstoelen uit de grond en alles draait om het maken van een bewuste keuze. Berlijn is een stad die voorop loopt in de biotrend.
4
DOOR: STEVE OOSTERKAMP Fruit en groenten vullen de schappen van de gloednieuwe Bio Company in FriedrichshainKreuzberg, een wijk in het centrum van Berlijn. Op het eerste gezicht niets anders dan de versafdeling van een gemiddelde supermarkt. Toch is er een groot verschil. De appels en broccoli in de Bio Company zijn op een eerlijke manier geproduceerd
en kwekers ontvingen de juiste prijzen voor hun natuurlijke producten. De prijzen van het eindproduct zijn daardoor aanzienlijk hoger dan bij de Aldi of de Lidl. Maar voor steeds meer mensen is dat geen probleem, zo lang het product maar op een eerlijke manier tot stand is gekomen. Ruim vierhonderd biofoodwinkels telt de Duitse hoofdstad inmiddels. Bio Company is daar-
van de bekendste en een van de snelst groeiende organisaties. De biologische supermarktketen boekte in 2014 een omzet van 114 miljoen euro. Een stijging van 14% ten opzichte van een jaar eerder. Dat klinkt als een positief verhaal, maar juist de grote winst is tegen het zere been van Sascha Kruger en Peter Kirch. Twee jongemannen met een ringbaardje en een vlassig snorretje. “Commercieel”, luidt hun oordeel over organisaties als Bio Company. “Het idee van biofood moet juist zijn dat het voor iedereen toegankelijk is. Door de hoge prijzen in bioshops is dat onmogelijk.” De twee besloten een alternatief te starten en begonnen het project Kartoffel Initiative.
‘HET IDEE VAN BIOFOOD MOET JUIST ZIJN DAT HET VOOR IEDEREEN TOEGANKELIJK IS’ Kartoffels
Zomaar een dinsdagmiddag in Berlijn. Sascha en Peter staan midden op straat met om hun heen tientallen zakken aardappels. Eerlijk verbouwd, door boeren uit de omgeving die daarvoor de juiste prijs kregen. Wie een zak Kartoffels wil hebben, mag er één meenemen. Gratis. Niet omdat Sascha en Peter er zo nodig vanaf moeten, maar om biofood voor iedereen mogelijk te maken. De twee delen ook flyers uit. Vanavond vindt een gezonde maaltijd plaats, ook geheel kosteloos. Crowdfunding zorgt ervoor dat Sascha en Peter hun project
Crowdfunding
Een alternatieve manier om voldoende geld bij elkaar te krijgen om een bepaald project te kunnen starten. Initiatiefnemers brengen hun idee onder de aandacht en hopen dat investeerders ervoor zorgen dat zij aan de slag kunnen.
PETER KIRCH (RECHTS) IN GESPREK MET HOLGER BRANDT, DIE AVOND TE GAST BIJ KARTOFFEL INITIATIVE. draaiende kunnen houden. Diezelfde avond zijn de twee inderdaad aanwezig in een klein huisje aan de Jessnerstraße in een van de Berlijnse wijken. Pal voor de deur staat een bestelbusje vol met aardappelen. Binnen is de volledige benedenverdieping ingericht als keuken. Doordat zowat iedere centimeter ruimte benut is, ziet het er gezellig uit. Klein, knus, studentenkamerachtig. Achter het fornuis staat Sascha, de wortelen staan al op het vuur. En natuurlijk ontbreken de aardappelen niet.
“Dat is op dit moment al het geval”, vult Peter (31) aan. “Veel mensen zijn daadwerkelijk anders gaan denken over hun manier van leven. Vaker vraagt men zich af of een bepaald product op een eerlijke manier tot stand is gekomen.
Toegankelijker
Heeft de kweker uit Egypte de juiste prijzen gekregen voor zijn augurken?” Ook denkt Peter dat een bepaald schuldgevoel een rol is gaan spelen. “Breng ik door mijn manier van leven geen andere mensen op deze wereld in de problemen? Dat zijn vragen die mensen tegenwoordig aan zichzelf stellen.”
Sascha (34) legt uit wat precies het doel is van hun Kartoffel Initiative. “We willen levensbehoeften toegankelijker maken voor iedereen. Tegenwoordig kan je nergens meer eten zonder geld uit te geven. Hier kan dat wel, al is onze capaciteit natuurlijk beperkt.” Hij beseft dat hun project voorlopig slechts een druppel op een gloeiende plaat is. “Een nieuw sociaal systeem introduceren is in de huidige maatschappij niet realistisch. De meeste mensen blijven uiteindelijk toch zoeken naar het goedkoopste product. Biowinkels kunnen hun producten nou eenmaal niet zo goedkoop aanbieden als supermarkten. Maar we willen wel dat mensen vaker gaan nadenken over de producten die ze kopen.”
‘TEGENWOORDIG KAN JE NERGENS MEER ETEN ZONDER GELD UIT TE GEVEN’
Commercieel
Toch heeft Peter gemengde gevoelens over de opkomst van de biofoodwinkels. “Het is goed dat de laatste jaren meer en meer van dat soort winkels hun deuren openden. Maar het is slechts een klein stapje. Bovendien is de kracht van biowinkels vooral hun marketing. Ze hebben een heel positief imago. Biowinkels bieden weliswaar gezonde producten, maar uiteindelijk is >>
5
>> hun doel ook gewoon om winst te maken. Net als supermarkten zijn ze commercieel ingesteld.”
‘MENSEN ZIJN ANDERS GAAN DENKEN OVER HUN MANIER VAN LEVEN’ Gedurende de avond lopen gasten in en uit. Ze komen om een hapje te eten, maar dat is zeker niet het enige. Vrijwel iedereen blijft langer zitten om met elkaar te praten. Het gaat dan bijvoorbeeld over het project van Sascha en Peter en over de huidige, commercieel ingestelde, maatschappij. Een van de gasten is Holger Brandt (26). Hij studeert Ecologisch cultureel management aan de universiteit van Eberswalde, zo’n vijftig kilometer ten noordoosten van Berlijn. Holger is enthousiast over het Kartoffel Initiative. “Dit is een heel mooi project. De bekende biowinkels hebben dan wel gezonde producten, maar zij kopen hun producten over de hele wereld. Bij Kartoffel Initiative komen de producten uit de buurt. Het is belangrijk om de lokale boeren te steunen.” Het is duidelijk dat Berlijn op het gebied van voeding twee totaal verschillende werelden kent, die naar buiten toe juist grotendeels hetzelfde doel uitstralen. Aan de ene kant staan de Bio Companies, die gezonde producten aanbieden die op een eerlijke manier geproduceerd zijn. Zij breiden zich verder en verder uit en zien de winst ieder jaar stijgen. Daartegenover staan initiatieven als die van Peter en Sascha. Ook gezonde producten, ook eerlijk verbouwd, maar niet-commercieel en dus minder bekend. Een bewuste keuze maken is in ieder geval voor elke Berlijner mogelijk. Of dat nou een tros bananen van € 3,49 is of een gratis bordje wortelen met gekookte aardappelen.
6
COLUMN
EEN ANDER HELPEN IS JEZELF HELPEN DOOR: SEBASTIAAN RODENHUIS
Iedereen heeft het erover, maar weinig mensen doen het: écht klaarstaan voor iemand anders. Dan heb ik het natuurlijk niet over het smeren van een boterham voor je dochter. Ik doel op het helpen van mensen buiten je vertrouwde omgeving. Iedereen wil natuurlijk zijn familie dan wel vrienden ondersteunen, maar hoe vaak komt het voor dat je iets voor iemand doet die buiten deze groepen vallen? Tot voor kort kwam het bij mij niet voor. Ik leefde mijn leven, deed wat nodig was en daar hield het mee op. Want wij mensen zijn – hoe zeer sommigen dat ook ontkennen – vooral met onszelf bezig. Natuurlijk staan we graag voor een ander klaar, zolang we er zelf maar niet minder door worden.
Na afloop van het dagje meelopen zag ik een poster hangen. Ze zochten vrijwilligers om op zondagochtend koffie te schenken voor de bewoners. Ik twijfelde geen moment en ik heb me direct aangemeld. Nadat ik een aantal dagen later een kort gesprek had gevoerd met iemand van de instelling kon ik aan de slag. De eerstvolgende zondag was het dan zover. Ook al was het nog vroeg in de ochtend, rond negen uur liggen de meeste leeftijdsgenoten nog in bed, kon ik merken dat ik er veel zin in had. Ik besloot om al mijn enthousiasme in de strijd te gooien zodat ik de dag van de ouderen ook een stukje leuker kon maken. In het begin was het even aftasten. Wat kan ik wel zeggen? Waar heb-
Zonder dat ik mezelf de hemel in wil prijzen kan ik zeggen dat ik veranderd ben, op een positieve manier. Hoe? Door klaar te staan voor een ander. Ik het kader van een journalistiek project liep ik een tijdje geleden een dag mee bij een zorginstelling bij mij om de hoek. Ik ben vroeger bij mijn oma op bezoek geweest toen ze aan Alzheimer leed, maar daar kan ik me niet gek veel meer van herinneren. Het voelde dus alsof ik voor de eerste keer in een bejaardentehuis kwam. Toen ik binnenstapte werd ik begroet door enkele bewoners. Ik liet mijn grootste glimlach zien en zwaaide terug. Dat ene, voor mij kleine gebaar, leek al veel teweeg te brengen.
ben ze het liever niet over? Al snel merkte ik dat de ene oudere meer zin heeft in een gesprek dan de ander. Inmiddels zijn we alweer twee maanden verder. Elke zondagochtend ga ik er met veel plezier naartoe. Ik heb inmiddels met sommige bewoners een band opgebouwd en dat voelt ontzettend goed. Ieder gesprek probeer ik af te sluiten met een lach, omdat ik weet dat ik soms één van de weinigen ben die ze spreken op een dag. Ik zal er dus alles aan doen om het voor hen een beetje vrolijker te maken. Alleen is ook maar zo alleen. Ik ga er in ieder geval elke keer met een voldaan gevoel weg. Het is aan te raden om soms jezelf even weg te cijferen. Reken maar dat je er beter van wordt!
7
‘KIJKEN NAAR FOTO’S HE Je denkt je leven goed op de rit te hebben: je hebt een goede baan, woont in een mooi huis, verdient veel, bent getrouwd, hebt twee kinderen en een beste vriendin. Met haar deel je alles en je vertrouwt haar alles toe. Je praat over dingen die je dwarszitten en over andere dingen waar je niet met je gezin over praat. DOOR: JEFFRY FRIKKEN Jullie vormen elkaars uitlaatklep en zorgen ervoor dat jullie elkaars woede of boosheid kunnen omzetten in een glimlach of vrolijkheid. Maar de liefde tussen jou en je vriendin wordt woest verstoord: je vriendin voelde zich moe en had plekjes in haar mond. Ze liet een bloedonderzoek doen en de artsen kwamen met een keiharde diagnose. Ze vertellen aan je vriendin dat ze direct wordt opgenomen omdat ze leukemie heeft. Na de eerste behandelperiode blijkt de kuur niets gedaan te hebben: je vriendin is uitbehandeld en artsen kunnen niets meer voor je betekenen. Je bevat niet direct de betekenis en gevolgen, maar langzaamaan denk je na over het feit dat je vriendin niet meer beter wordt en op zeer korte termijn erg ziek zal worden en zal komen te overlijden. Wat betekent het verlies van je beste vriendin? Hoe verwerk je zo’n groot verlies en hoe kom je er weer bovenop? Anita Frankena stond middenin haar leven en verloor plots haar beste vriendin Marja. Haar naasten doen hun verhaal over hoe zij denken over Anita’s verwerking.
‘Ze probeert de positieve kant van dingen in te zien’ 8
Anita wordt beschreven als “een erg gezellig mens”. Er moeten alleen geen vreemde, onverwachte dingen gebeuren. “Dan is ze direct van haar à propos en kun je beter uit haar buurt blijven”, aldus haar collega Jelte Velzen. Haar dochter Rebecca Frikken noemt haar “een lieve zorgzame vrouw, die af en toe koppig en in zichzelf gekeerd is.” Haar man Theun Frikken vindt dat zijn vrouw niet meer is zoals ze geweest is omdat ze eerder emotioneel wordt.
‘Ze deed het omdat het moest, maar wel met tegenzin’ Volgens haar dochter staat Anita “positief en optimistisch in het leven”. Ze is vaak vrolijk en probeert altijd de positieve kant van dingen in te zien. “Dat probeert ze ook over te dragen aan anderen en dat is een goede eigenschap.” Haar man vindt dat ze zwaarmoediger in het leven staat. “Ik merk dat dingen haar meer moeite kosten, daarbij wordt ze door bepaalde dingen niet meer geraakt. Dat is bijvoorbeeld zo als iemand anders ziek is, dan is haar reactie iets als: ‘Dat is dan zo, er zijn wel ergere dingen.’”, aldus Theun. Verschillende dingen zijn opgemerkt aan Anita na het verlies van haar vriendin. Jelte laat weten dat Anita snel emotioneel is en dat ze haar vriendin erg mist. “Ze kan zich niet meer uiten bij haar vriendin als er iets is. Ze ziet gelukkig wel in dat het beter was voor haar vriendin, omdat zij niet beter zou worden.” “Het veranderende gedrag dat Anita vertoonde door het overlijden van Marja had weerslag op haar dagelijkse leven: alle handelingen die ze bijvoorbeeld in het huishouden uitvoerde, deed ze op de automatische piloot: ze deed het omdat het moest, maar wel met tegenzin”, aldus Theun.
Haar moeder Mettie Frankena merkt dat ze vaak stil is. “Als er iets mislukt, dan zegt ze dat ze Marja mist en geeft ze erg snel op. Ze heeft me verteld dat ze niet altijd vrolijk uit bed gaat, terwijl dat vroeger altijd zo was. De laatste tijd gaat de verwerking gelukkig beter, ik merk dat ze vrolijker en fleuriger wordt.” Rebecca vindt dat ze vaker gesloten is en vaker thuis is. “Het overlijden van haar vriendin heeft een grote impact op haar gemaakt. Zonder waarschuwing werd het leven plots beëindigd. Tijdens het ziekbed van haar vriendin kon ze volgens mij niet volop van de leuke dingen genieten omdat ze zich erg schuldig voelde om van de leuke dingen te genieten, terwijl Marja in het ziekenhuis lag en vocht tegen de ruïnerende ziekte.
Anita bezoekt
Theun merkte vooral tijdens de dagen dat Anita’s vriendin terminaal was, dat ze hoopte dat het goed zou komen, terwijl dat in feite tegen beter weten in was. “Ik kon goed merken dat ze zich totaal machteloos voelde omdat ze niets meer voor haar vriendin kon doen. Ze kon Marja geen hulp bieden bij haar strijd tegen de dodelijke leukemie. Dat bracht erg veel boosheid met zich mee.” De verschillen tussen de periode van voor het overlijden en de periode daarna zijn duidelijk te onderscheiden: “Ze is ongeïnteresseerder als iemand iets mankeert, het lijkt alsof ze dat minder erg vindt. Daarnaast
EFT TIJD NODIG’
het graf regelmatig om Marja een bloemetje te ‘brengen’. heeft ze een korter lontje, ze is sneller boos en is soms in zichzelf gekeerd. Het laatste wat mij opvalt is dat ze sneller besluit om dingen te kopen, ongeacht de prijs ervan. Misschien omdat ze denkt dat het leven kort is, dus je er het beste van moet maken”, aldus Rebecca.
‘Ze kon Marja geen hulp bieden bij haar strijd’ Mettie is vooral verbaasd over de relatie tussen Anita en Marja: “Ik had niet verwacht dat ze zo veel last zou hebben van het
verlies van haar beste vriendin. Ik wist niet dat hun band zo sterk was, daar heb ik nooit erg veel van meegekregen.” Het meest opvallende vindt Theun dat hij merkt dat Anita haar uitlaatklep kwijt is, aan wie ze alles kon vertellen en met wie ze alles deelde. “Ze kon met haar vriendin dingen bespreken welke ze met haar gezin niet kan of wil bespreken. Als er thuis iets tegenzit, had ze vroeger haar vriendin om mee te praten. Dat kan ze nu niet meer en dat zorgt voor vervelende situaties. Ze kan gelukkig goed met haar collega, en aan hem kan ze een deel van haar verhaal kwijt.”
Foto: Jeffry Frikken
De periode dat Marja in het ziekenhuis lag en duidelijk was dat ze niet meer kon genezen, was een nare tijd en dat sloeg door op het verdere leven van Anita. Volgens Jelte was de dreun heel erg groot. “Als ze ’s ochtends op het werk kwam en de avond ervoor bij haar vriendin in het ziekenhuis was geweest, kon ik dat direct merken. Ze was dan erg verdrietig omdat het slecht ging met haar vriendin en niet goed zou komen.” Mettie kon merken dat Anita niet graag met iemand wilde spreken over de bezoeken aan haar vriendin. “Als mensen uit nieuwsgierigheid vroegen hoe het met haar vriendin ging, >>
9
>> gaf ze vaak geen of een nietszeggend antwoord. Ik kan echter merken dat ze het steeds beter een plekje kan geven en het aan het verwerken is. Ze praat er makkelijker over en beseft dat haar vriendin niet meer terugkomt.” Rebecca herinnert zich dat haar moeder vooral boos en verdrietig was tijdens de periode dat haar vriendin in het ziekenhuis lag: “Ze huilde veel en was erg verdrietig. Ze was boos omdat de artsen in eerste instantie hadden gezegd dat ze de meest gunstige vorm van leukemie had en dat ze helemaal kon genezen. Dat bleek na een aantal weken echter niet zo te zijn. Mijn moeder heeft overal mee geholpen toen haar vriendin thuis kwam en uitbehandeld was. Ze vindt het angstig te bedenken dat zoiets heel plotseling kan gebeuren.”
‘Ze beseft dat haar vriendin niet meer terugkomt’ Machteloosheid vindt Theun centraal staan. “Mijn vrouw wist niet goed wat ze moest en ze wist zich geen raad. Ze dacht na over wat ze moest als haar vriendin zou overlijden. Het leek voor mij alsof ze dacht dat er na het overlijden van Marja niets meer zou zijn, terwijl haar eigen leven wél door zou gaan. Ik heb soms het idee dat Anita denkt dat haar vriendin ineens weer langskomt, maar dat zal helaas nooit meer gebeuren.” De verwerking duurt volgens Jelte nog een flinke tijd: “Ze heeft meer te verwerken dan alleen de dood van haar vriendin. Ze heeft het ook nog vaak over het overlijden van haar schoonvader, dat in 2007 plaatsvond. Ik adviseer het van haar af te zetten door erover te praten.” Het valt Jelte op dat Anita emotioneel wordt van de kleine dingen. “Bij een andere begrafenis stond een bloemstuk dat erg
10
Rouwverwerking kost tijd. leek op het bloemstuk van haar vriendin. Dat deed haar denken aan de begrafenis van Marja en dat maakte haar verdrietig. Ik merk dat het erg diep zit en dat ze het maar lastig verwerkt. Wat betreft het overlijden van haar schoonvader is ze me nog altijd dankbaar dat ik haar tijdens een werkdag heb weggestuurd om met haar gezin mee te gaan naar haar schoonvader. Hij lag op sterven en haar gezin zou hem bezoeken. Anita was aan het werk en zou aanvankelijk niet mee omdat ze haar collega’s niet in de steek wilde laten. Ik heb haar weggestuurd zodat ze naar haar schoonvader kon gaan. Een aantal dagen later zou duidelijk worden dat het bezoek de laatste keer zou zijn dat Anita haar schoonvader levend zag.” Volgens haar naasten refereert Anita veel aan haar overleden vriendin, wat overigens niet per definitie slecht is. “Ze had het in het begin heel vaak over haar overleden vriendin, maar dat wordt nu minder. Ook bezoekt ze het kerkhof minder dan eerst. Voor de verwerking denk
Foto: Jeffry Frikken
ik dat dat goed is om het denken aan haar vriendin op deze manier af te bouwen”, aldus collega Jelte.
‘Het werd de laatste keer dat Anita haar schoonvader levend zag’ Volgens Theun wordt haar verwerking deels belemmerd door de echtgenoot van Marja. “Hij woont alleen en vormt het ‘lijntje’ tussen Anita en Marja. Als hij zou verhuizen naar een andere plaats zou de verwerking volgens mij beter gaan. Als ze bij elkaar op bezoek gaan is er altijd een bedrukte sfeer en na het bezoek is Anita erg emotioneel.” “Het verwerken gaat steeds beter. Ze refereert nog wel veel aan haar vriendin, maar dat vind ik niet verontrustend. Mijn moeder kan nog niet naar foto’s kijken van haar vriendin, maar dat heeft tijd nodig”, aldus Rebecca.
ENERGIE STEKEN IN ENERGIE KRIJGEN Vrijwilligerswerk is iets voor mensen die tijd over hebben. Iets wat je naast je gewone baan doet. Toch? Mink de Vries bewijst dat het ook andersom kan. “Ik doe vooral dingen die ik leuk vind.’’ DOOR: ARNOUD DE VRIES ''Wat ik zoal doe? Tja, daar vraag je me wat.’’ Het komt niet vaak voor dat mensen op deze vraag niet direct een antwoord klaar hebben, maar Mink de Vries moet er echt even over nadenken. Niet dat hij problemen heeft met zijn geheugen; hij doet gewoon erg veel verschillende dingen. Waarvan de meeste onbetaald. ‘’Mijn vrouw is er niet altijd blij mee, maar ik geef eigenlijk niks om geld. Begrippen als betrouwbaar, behulpzaam en zorgdragend zeggen mij veel meer dan wat euro’s.’’ Als vrijwilliger is De Vries onder andere gids, gastspreker, voorzitter, bestuurslid en organisator (zie kader). Enkele jaren geleden gaf De Vries nog vier dagen in de week les op een middelbare school, maar hij wilde hij iets anders. ‘‘Ik ben niet iemand die heel lang hetzelfde kan doen. Soms zie ik mensen in het onderwijs die vanaf hun vijfenvijftigste levensjaar de tijd tot het pensioen uitzitten. Dat zou ik zelf nooit doen. Wat als je eindelijk met pensioen mag en je vrouw wordt ernstig ziek, of je rijdt zelf tegen een boom. Dan heb je eigenlijk tien jaar van je leven weggegooid.’’ Op dit moment geeft de Zwollenaar nog één dag in de week godsdienstles. ‘‘Dan blijft het leuk. Ik haal uit die ene dag in de week nog heel veel voldoening.’’
Zijn vrouw Korrie Vrolijk onderstreept dat het van belang is dat De Vries ergens voldoening uit haalt. “Alleen lesgeven is voor hem niet genoeg. Toen hij net begon als docent deed hij ook al andere dingen ernaast, zoals het runnen van een winkeltje van het Wereld Natuurfonds en het begeleiden van studenten buiten lestijden.’’ Inmiddels heeft haar man zoveel werkzaamheden naast zijn betaalde baan, dat ze af en toe niet meer weet waar hij allemaal mee bezig is. ‘’Hij heeft soms besprekingen of vergaderingen en dan heeft hij zo drie of vier verschillende petten op. Die van het Diaconaal Platform, de werkgroep Ruimte voor Anderszijn, het Podium van Kerken en ga zo maar door. Voor mij is dat dan best verwarrend.’’ De Vries begrijpt de reactie van zijn vrouw, maar volgens hem hebben alle werkzaamheden wel raakvlakken met elkaar. ‘’Bij al die activiteiten gaat het over jezelf en anderen inzetten voor de maatschappij, voor de gemeenschap.’’ Zoon Douwe, 21 jaar oud, haakt hier op in met een citaat van Shakespeare:
‘The meaning of life is to find your gift; the purpose of life is to give it away’
Naast dat het helpen van anderen een goed gevoel geeft, geldt voor De Vries ook dat hij het vooral leuk vindt om te doen wat hij wil. Volgens zijn moeder was dit altijd al zo: ‘’Mink deed altijd wat hij zelf wilde. Niet dat hij dwars tegen iedereen inging, maar hij had altijd moeite om energie vrij te maken voor zaken die hem niet interesseerden. Zo ook op school. Van het vak Wiskunde zag hij het nut niet in, dus maakte hij er geen tijd voor om dat te leren. In feite is hij heel praktisch ingesteld.’’ Als De Vries hoort wat zijn moeder over hem zegt, begint hij instemmend te lachen. “Ja, dat klopt inderdaad wel, maar dat houdt mij ook jong, denk ik. De dingen die ik doe, daar haal ik zoveel energie uit, dat ik in feite heel veel energie overhoud.’’
Alle vrijwilligersfuncties op een rij
Mijn vader heeft ontdekt dat hij bijvoorbeeld ontzettend enthousiast kan vertellen. Bij die rondleiding deelt hij dat met mensen die graag iets over de geschiedenis van de stad Zwolle willen weten. En uiteindelijk denk ik wel dat we hier zijn om anderen te helpen. Ik weet uit ervaring dat het een erg goed gevoel geeft.’’
11
BERLIJNSE STADIONS: SYMB
Tijdens het maken van RED magazine splitste de redactie zich op. Een aantal van onze redacteuren stak de oceaan over en ging op pad in New York. Een ander gedeelte bleef dichter bij huis en trok naar Berlijn. Ik zat bij die laatste groep en maakte een bijzondere week mee in de Duitse hoofdstad. De grote verscheidenheid en de vele tegenstellingen komen overal in de stad naar voren. Berlijn is een jonge stad, maar oud tegelijk. Nieuwbouw en historische panden. Hip en modern versus de littekens van vroeger. In vier voetbalstadions zagen we de diversiteit van de stad naar voren komen. DOOR: STEVE OOSTERKAMP
Zo zagen we op dinsdag het Olympiastadion. Symbool van historie. Gebouwd voor de Spelen van 1936, destijds konden er nog 100.000 mensen in. Het dak verraadt een recente renovatie. Even zo prachtig – misschien nog wel mooier – is het Olympisch zwembad, pal naast het Olympiastadion. Onze landgenote Rie Mastenbroek won hier op de Spelen twee gouden en een zilveren medaille. De houten tribunes langs het bad brengen je moeiteloos tachtig jaar terug in de tijd. Nostalgie druipt van de duikplank.
Vier clubs, vier stadions, vier verschillende verhalen Bespeler van het Olympiastadion is Hertha BSC, qua supportersschare één van de grootste clubs van Duitsland. Het kleine broer-
12
tje heet Union Berlin, uitkomend in de 2. Bundesliga. Woensdag brachten we een bezoekje aan deze club. Stadion An der Alten Försterei. Vrij vertaald betekent dat zoiets als ‘bij de oude boswachter’. Dat doet denken aan een historisch onderkomen, maar met de naam houdt het al op met de nostalgie. Union is nieuwbouw. Weliswaar staat er al sinds 1920 een voetbalstadion bij de oude boswachter, het huidige stadion is gebouwd in 2009. Toch is Union mooi. De mensen bij de club vinden het oprecht
leuk dat wij een bezoekje brengen. Daar waar we bij Hertha niet verder kwamen dan de tribune, krijgen we bij Union gewoon een complete rondleiding. Niet eens in het Duits of in het Engels, maar gewoon in het Nederlands. En gratis. Het lijkt erop dat de club heel bescheiden is gebleven, terwijl het qua grootte zomaar een subtopper in de Nederlandse Eredivisie had kunnen zijn. Bijna 22.000 toeschouwers kunnen in het stadion, dat voor driekwart bestaat uit staanplaatsen.
COLUMN
OOL VAN VERSCHEIDENHEID
ademen nostalgie. Liefst 20.000 toeschouwers kunnen erin. Ter vergelijking, SC Paderborn, drie niveaus hoger, heeft minder plekken. Ook hier is alles open. We hadden het veld op kunnen lopen, maar daar was de prachtige grasmat toch echt te heilig voor.
De grote verscheidenheid en de vele tegenstellingen komen overal in de stad naar voren
Union heeft iets bijzonders, maar de echte puurheid zagen we bij hun aartsrivaal: BSC Dynamo Berlin. Op donderdag bezochten we het FriedrichLudwig-Jahn-Sportpark. Dynamo werd in de jaren 70 en 80 liefst tien keer op rij kampioen van Oost-Duitsland, hoewel er discussies zijn over de eerlijkheid daarvan. Tegenwoordig is het Jahn-Sportpark toneel van wedstrijden uit de Regionalliga, het vierde niveau. Toch proef je de historie op ieder stoeltje van de kleurrijke tribune. De typisch Duitse geluidstorens
En dan is er nog BAK 07. De Berliner Athletik Klub, spelend in dezelfde competitie als Dynamo, pakten we donderdagmiddag nog even mee. We hadden bij Hertha, Union en Dynamo al drie stadions gezien met allen een verschillend verhaal, maar BAK was weer van een andere categorie. Van de openheid bij de eerste drie, was hier helemaal niets te zien. Hekken, prikkeldraad en graffiti tekenen de omgeving van het vervallen Poststadion, dat de naam stadion eigenlijk niet mag dragen. Als je zou zeggen dat er al twintig jaar niet meer gevoetbald wordt, hadden velen het waarschijnlijk geloofd. Toch kunnen er 10.000 mensen naar binnen en wordt er eens in de veertien dagen gespeeld op het vierde niveau. Uitgerekend op de zaterdag van ons vertrek uit Berlijn stond zelfs de derby BAK – Dynamo gepland.
De typisch Duitse geluidstorens ademen nostalgie Vier clubs, vier stadions, vier verschillende verhalen. De meest beoefende sport, wereldwijd en natuurlijk ook in het land van de Weltmeister, symboliseert de verscheidenheid van Berlijn. Het Olympiastadion van Hertha heeft historie, Union is nieuw, Dynamo is pure nostalgie en BAK is vervallen. Vier begrippen die, verspreid door de stad, telkens naar voren komen. Berlijn heeft van alles wat.
13
VAN VLIEGVELD TOT
14
STADSPARK
DOOR: ARNOUD DE VRIES Tempelhof, tegen het centrum van Berlijn aan. Dit voormalige vliegveld functioneerde begin jaren twintig als veld voor militaire parades en als stadspark in het weekend. Enkele jaren later doorkruisten startbanen het grasveld en ontstond Flughafen Berlin-Tempelhof. In het tijdperk Hitler onderging het hoofdgebouw een metamorfose tot prestigieus architectonisch hoogstandje. Tot en met 2008 volgden nog jaren met verschillende hoogte- en dieptepunten, waaronder een hoofdrol in de Luchtbrug van de geallieerden tijdens de blokkade van West-Berlijn door de SovjetUnie. In 2008 sloot het vliegveld in verband met de komst van andere luchthavens. Het stadsbestuur wilde het veld vervolgens vol bouwen, maar in een referendum sprak de Berlijnse bevolking zich hiertegen uit. Men gebruikte het liever weer als stadspark. Er liggen tennis-, voetbal-, honkbal-, en basketbalvelden op het terrein, maar vooral het gras en de grote taxibanen worden benut om te chillen, te hardlopen, te skaten of te fietsen. Tempelhof is teruggegaan naar hoe het ooit begon. Terug naar de kern, of vergane glorie?
15
HET GEHEIM VAN . . . Jong, oud, arm, rijk, lang samen of juist maar kort, veel mensen lijken hun huwelijk tegenwoordig op te geven. Ruim één op de drie huwelijken loopt op de klippen en mensen hechten steeds minder waarde aan de ‘kroon op je relatie’. In 2014 is de gemiddelde huwelijksduur veertien jaar en loopt het aantal gesloten huwelijken af met vijftien procent. Toch zijn er nog altijd mensen die zich niets aantrekken van hun omgeving. Deze mensen zorgen er samen voor dat een relatie duurt tot de dood ze zal scheiden.
uit elkaar gaan? Niet alleen het huwelijk gaat eraan, soms kunnen complete gezinnen uit elkaar vallen.” Dat het soms niet anders kan, zien ze wel in. Toch vragen zij zich af of mensen er wel alles aan doen om te zorgen dat hun huwelijk slaagt.
DOOR: SUSANNE JANSEN
Relatietherapeute Pauline Hofstra heeft veel te maken met relatieproblemen en mensen die uit elkaar gaan. Zij ziet dat
Zulke mensen zijn Jeanine Frans - Koetsier en haar man Bert Frans. Zij stapten vorige maand in het huwelijksbootje. “Wij wilden allebei de achterdeur dicht metselen. De stap om uit elkaar te gaan is nu veel moeilijker dan wanneer je niet getrouwd bent, nu heb je sowieso al allemaal rompslomp als je wilt scheiden. Wij kiezen voor de volle 100% voor elkaar en zorgen dat we ook in moeilijke tijden blijven vechten voor elkaar.” Jeanine en Bert zorgen er voor dat hun huwelijk goed blijft door tijd voor elkaar te blijven hebben. Ook vinden zij het belangrijk dat alles bespreekbaar is. “Elkaar accepteren en van elkaar weten dat niet alles perfect is. Het vertrouwen dat de ander niet op verleidingen in gaat is natuurlijk ook van belang.”
Waarom loopt een huwelijk op de klippen?
Bert en Jeanine hebben het idee dat de media ook niet meewerken aan een goed huwelijk. Apps zoals Tinder zijn volgens hen ook niet meer dan een vleeskeuring. “Het gras lijkt natuurlijk altijd groener aan de overkant. Wanneer je relatie niet goed zit, kan zoiets voor sommigen verleidelijk zijn.”
mensen over het algemeen uit elkaar gaan omdat ze zich vaak eenzaam voelen in hun relatie. Wanneer je verliefd wordt en van elkaar gaat houden dan voel je je veilig, verbonden, geliefd en waardevol. Als mensen zich niet meer geliefd en waardevol voelen dan voelen ze afstand tot elkaar. Als pogingen om weer beter contact te krijgen niet resulteren in het gevoel dat je de moeite waard bent, dat jij je begrepen en geaccepteerd voelt, dan geven mensen het op een gegeven moment op.
Iedereen heeft liefde nodig
Angel David (41) uit New York komt geregeld in Nederland voor zijn werk als promoter. Hij ziet duidelijk verschil tussen vrouwen uit Amerika en Nederlandse vrouwen. Volgens Angel willen Nederlandse vrouwen te
‘Wij kiezen voor de volle honderd procent voor elkaar’ Dat er in deze tijd zoveel mensen uit elkaar gaan, vinden Bert en Jeanine opmerkelijk. “Waarom kiezen mensen voor een huwelijk, wanneer ze toch
16
Trouwfoto Bert en JeaniNE.
Eigen foto
EEN GOED HUWELIJK vandaag de dag worden afgesloten. Klaasje en Hein Bruintjes zijn in juli zestig jaar getrouwd, een unieke situatie in deze tijd. Zelf vinden zij dit de normaalste zaak van de wereld. “In onze tijd was het normaal dat mensen bij elkaar bleven tot de dood hen scheidde, maar tijden zijn helaas veranderd.” Hein ziet dat mensen steeds minder tijd Foto: Susanne Jansen voor elkaar hebKlaasje en Hein Bruintjes. ben. “Vroeger verdiende ik de graag carrière maken, ze wilkost, en Klaasje zorgde voor de len financieel onafhankelijk zijn kinderen en het huishouden. Nu en hebben geen man nodig om werken mensen allebei, moeten zich te redden. “Onafhankelijk’s avonds nog even aandacht beheid is niet erg, maar denk niet steden aan de kinderen, en gaan dat je geen liefde nodig hebt in naar bed. Tja, dan komt het niet je leven. Iedereen heeft liefde goed.” nodig.” Angel zelf is al elf jaar getrouwd, en heeft vijf kinderen. Hij is erg gelukkig met zijn vrouw en is overtuigd dat hij de rest van zijn leven samen zal zijn met zijn haar. Hoewel Angel heilig gelooft in het huwelijk, is hij al eerder Jeanine denkt dat mensen vroeverloofd geweest. “Ik was jong ger ook heus wel huwelijksproen vroeg haar ten huwelijk in blemen hadden. “Mensen koneen opwelling. Eigenlijk voelden den vroeger niet scheiden, want we allebei geen liefde, daarom ze waren financieel afhankelijk ging de relatie stuk voordat we van elkaar. Dat geeft ook wel überhaupt getrouwd waren.” motivatie om je problemen op te lossen.”
‘Mensen bleven bij elkaar tot de dood hen scheidde’
‘Iedereen is anders, en iedereen zal zijn eigen weg moeten vinden in een relatie’ Tot de dood ons scheidt
In totaal zijn er in Nederland bijna zeven miljoen mensen getrouwd. Het afgelopen jaar zijn er maar liefst 33 duizend huwelijken ontbonden. Dat is ruim éénderde van de huwelijken die
Natuurlijk hebben Klaasje en Hein ook wel eens ruzie, maar dan wordt het altijd weer uitgepraat, je gaat nu eenmaal wel weer samen door. Relatietherapeut Hofstra sluit zich aan bij de mening van Klaasje en Hein. “Wanneer mensen oprecht leren luisteren naar de ander, ontstaat er wederzijds respect”.
Recept voor goed huwelijk Zowel de relatietherapeute, als de stellen vinden het belangrijk
In een goed huwelijk: …kijken we niet tegen elkaar op en zien we niet op elkaar neer …behandelen we elkaar met respect …luisteren we naar elkaar om elkaar te begrijpen …verwachten we geen perfectie …denken we als ‘wij’ …maken we de behoeftes van de partner net zo belangrijk als die van onszelf …geloven we in oplossingen …blijven we geïnteresseerd in elkaar …bespreken moeilijkheden met elkaar …maken we geen verwijten op basis van karakter …zijn we moedig …durven we ons kwetsbaar op te stellen …hebben we hetzelfde doel in het leven
dat er wordt gepraat in een relatie. Eerlijkheid wordt gewaardeerd, zo blijven er geen onbesproken onderwerpen in de lucht hangen. Praten met elkaar over problemen zorgt voor vertrouwen. Als er geen vertrouwen is, krijg je onbegrip en afstand, wat natuurlijk niet erg handig is voor een goed huwelijk. Maar een kant en klaar recept voor een garantie van een goed huwelijk, bestaat niet. Iedereen is anders, en iedereen zal zijn eigen weg moeten vinden in een relatie.
17
GEVAAR ZIT IN EEN KLEIN
HOE EEN SPROEIKOP DE CARRIÈRE VAN EEN PROFVOETBALLER DWARSZIT
Je bent een voetballer van 21 jaar en speelt bij een club in de Australische competitie. Dan krijg je de kans om in Europa te gaan voetballen, bij PEC Zwolle. Van die club heb je op dat moment nog nooit gehoord, maar je maakt toch de overstap. Even later speel je voor het eerst mee en meteen gaat het mis. Op het veld steekt een sproeikop uit waar je precies op terecht komt. Het gevolg is een gebroken knieschijf en zes maanden revalidatie. Het is het verhaal van Trent Sainsbury, die als geen ander weet dat het gevaar soms in een klein hoekje zit. DOOR: STEVE OOSTERKAMP
18
Foto’s: Johan Wolff
HOEKJE Donderdag 6 februari 2014. Trent Sainsbury zal die dag niet snel vergeten. Na een aantal weken meetrainen mocht hij voor het eerst meespelen met PEC Zwolle. Het werd een debuut om nooit te vergeten. Helaas voor Sainsbury niet op een positieve manier. “Ik had er zin in om mijn eerste wedstrijd te gaan spelen”, blikt de Australiër terug. “Natuurlijk was ik wel wat gespannen, maar het ging best goed. Tot de zeventigste minuut. Ik landde met mijn linkerknie op een sproeier en mijn knieschijf brak zo’n beetje in tweeën. Dat was ook meteen het einde van mijn seizoen. Ik was woest natuurlijk, zoiets mag niet gebeuren op een voetbalveld.”
‘Ik moest helemaal opnieuw leren lopen’ Revalidatie
De ernst van de blessure was niet meteen duidelijk. In eerste instantie was de diagnose dat Sainsbury drie tot vier weken uit de roulatie zou zijn. “Toen het gebeurde voelde ik eerst alleen een botte pijn. Maar dat werd erger en erger. Het werd moeilijker om mijn knie te bewegen, na een tijdje kon ik er bijna niets meer mee doen. Uiteindelijk heb ik zes maanden moeten revalideren.” Het was een hele zware periode voor de verdediger, die al zijn vrienden en familie aan de andere kant van de wereld had.
de de kracht in mijn been terug te krijgen, terwijl de andere spelers op het veld stonden. Het was een zware start van mijn carrière in Nederland.”
Comeback
Na een lange revalidatie keerde Sainsbury terug, sterker dan ooit. Onmiddellijk viel hij op bij de Australische bondscoach, die hem in september liet debuteren voor de nationale ploeg. “Dat was absoluut één van de hoogtepunten uit mijn carrière tot nu toe”, vertelt Sainsbury. “Ieder klein jongetje droomt ervan om voor het nationale elftal te spelen. Mijn debuut was geweldig om mee te maken, daarna wil je gelijk meer.” En er kwam meer. In januari werd de verdediger geselecteerd voor de Azië Cup. “Tijdens mijn debuut had ik zeker niet verwacht dat ik daar naar toe zou gaan. Later merkte ik wel dat ik dichter tegen de vaste selectie aan kwam te zitten.” “Dat ik uiteindelijk meeging naar het toernooi en daar elke wedstrijd speelde, was iets heel bijzonders”, gaat Sainsbury verder. “De Azië Cup was echt ongelofelijk. Zeker omdat het in Australië
gehouden werd, in de buurt van mijn eigen vrienden en familie. Het was een enorme prestatie dat we het toernooi wonnen. Onze namen staan voor altijd in de geschiedenisboeken. Al met al was de Azië Cup voor mij een geweldige ervaring.”
‘Het is allemaal heel snel gegaan’ Tijdens het toernooi begon Sainsbury alle wedstrijden in de basis. Hij was een van de dragende krachten, scoorde tijdens de halve finale en werd uitgeroepen tot beste speler van de finale. Dat alles gebeurde nog geen jaar na zijn vreselijke blessure. Toch had Sainsbury geen moment het gevoel dat hij droomde. “Nee, ik heb vooral geprobeerd om mijn blessure en de hele revalidatie te vergeten. Gewoon het normale leven weer op te pakken en weer lekker te voetballen. Dat alles binnen zo’n korte tijd gebeurde? Tja, daar heb nooit echt bij stil gestaan. Maar nu ik er zo tegenaan kijk, is het zeker een raar gevoel. Het toont wel aan dat ik van ver ben gekomen en dat het allemaal heel snel gegaan is.”
Sainsbury: “Een hele vervelende periode. Ik moest helemaal opnieuw leren lopen. Het moeilijkste was de eerste maand, waarin ik volledig zelfstandig moest revalideren. Ik had niemand om mee te praten, miste de binding met het team. Dat kwam doordat ik in de gym moest trainen, apart van de groep. Ik probeer-
19
FIT & VITAAL MET 90 JAAR
Normaal gesproken denken we bij iemand van negentig jaar aan een verzorgingstehuis, gezondheidsklachten en hulp bij de dagelijkse routine. Bij mevrouw Kuik gaat het toch nét even iets anders: zij woont helemaal zelfstandig en vermaakt zich nog prima. Verenigingen, feestjes en verschillende activiteitenclubjes zijn haar niet onbekend. Mevrouw Kuik geniet nog volop van het leven. DOOR: SUSANNE JANSEN In haar gezellige, met bloemen omgeven, rijtjeswoning, staat mevrouw Kuik door het raam kijken of ze bekenden ziet. Bezoek vindt ze gezellig. Albertje, want zo mag ze genoemd worden, vertelt allerlei verhalen over haar leven. Ook laat ze enthousiast haar moestuin zien. Hierin kweekt ze tomaten, aardappels en bonen. Dat deze dame behoorlijk afwijkt
20
van haar leeftijdsgenoten, dat is wel duidelijk.
Altijd bezig
Dat Albertje het liefst alles zelf doet, is niemand onbekend. Buurvrouw Henny ziet haar vaak ‘s ochtends al voorbij lopen. “Ze is zo ontzettend actief. Ze staat ’s ochtends vroeg op om een eind te wandelen. Ik wilde dat ik dat zo consequent deed als zij, maar ik heb daar niet altijd energie voor.” Ook zit Albertje bij verschillende kaartclubjes, koersbal en zwom ze tot voor kort nog iedere ochtend. Verder werkt ze graag in de tuin, dat is haar trots. “Ik wil gewoon lekker bezig blijven, ik kan niet stilzitten.”
De familie Kelly
Negentig jaar geleden wordt Albertje Kelly geboren als derde dochter van Hendrik Kelly en Griet Veld. Daarna volgen er nog twee dochters. Het gezin Kelly woont op een boerderijtje in Ruinen. Erge armoede hebben ze volgens Albertje niet gekend. “Iedereen leefde toen in dezelfde situatie, dus dan
merk je het niet zo.” Wel werd er zuinig geleefd op de boerderij, de dochters hielpen mee in het huishouden en op het land. Alle kleren werden zelf gemaakt en een extra koekje of een snoepje was er destijds niet bij. Altijd bezig blijven, dat was het motto van de familie Kelly.
‘Ze is ontzettend actief’ Een groot dieptepunt in haar jeugd is dat de vader van Albertje zich had aangesloten bij de NSB. “Hij had geen verstand van politiek. De boeren in Duitsland hadden het goed, dus heeft hij zich aangesloten bij de Duitsers. Ook al heeft hij nooit iets verkeerds gedaan, toch werd hij na de oorlog wel opgepakt en in een kamp gestopt. Dat was heel heftig. Door hard te werken verdiende hij af en toe een boterham, op die manier heeft hij het overleefd. Na twee jaar mocht hij weer naar huis. Natuurlijk gaat dit nieuws in een dorp snel rond, dus iedereen wist ervan. Dat was heel zwaar.”
Als Albertje dertien jaar wordt gaat ze aan het werk bij een boer in het dorp. Ze woont bij het gezin in huis. De kleine, tengere Albertje doet zwaar werk, maar ze heeft het er goed. “Het werk hield ik vol door gewoon altijd maar door te gaan. In die tijd kon ik ook weinig anders doen.” Wanneer ze op haar negentiende plotseling zwanger raakt, gaat ze weer thuis wonen. “In die tijd was het taboe om een kind te hebben zonder dat je een man had. Er werd veel gepraat en ook mijn dochter kreeg er, toen ze wat ouder was veel over te horen.” Dat is een heel moeilijke tijd geweest.
‘Het werk hield ik vol door gewoon door te gaan’ Altijd doorgaan
Ondanks dat het niet altijd even makkelijk was, kijkt Albertje toch terug op een fijne jeugd. Haar familie heeft altijd hard gewerkt. Het is dus niet gek dat het harde werken haar met de paplepel werd ingegoten. Het
harde werken was voor haar ook nooit erg, iedereen moest dat toen. Achteraf denkt Albertje dat haar jeugd de basis heeft gelegd voor hoe ze nu is. “Het was altijd doorgaan, je moest wel.” En zo gaat dat nu nog steeds. Albertje gaat nog altijd door.
Gezin
Toen de oudste dochter van Albertje één jaar werd, was het weer tijd om aan het werk te gaan. Ze vond werk bij een oudere weduwnaar. Deze man woonde iets verder buiten Ruinen met zijn twee kinderen en de moeder van zijn overleden vrouw, zij verzorgde de kinderen. Albertje trok, samen met haar dochtertje, bij de familie in. Ze mocht hier kleren maken om deze later te verkopen op de markt. Naarmate ze langer voor het gezin werkte, hoe meer ze door kreeg dat er iets moois opbloeide tussen haar en de weduwnaar. Ondanks het leeftijdsverschil van 31 jaar en heel veel commentaar, besloten ze te trouwen. Dit huwelijk maakte veel nare momenten uit haar jeugd goed. “Ons huwelijk was
ontzettend goed, dat heeft veel wonden geheeld.”
‘Ondanks het vele commentaar besloten ze te trouwen’ Hun drie dochters kregen in hun opvoeding mee om hard te werken. Net als hun moeder zijn zij heel actief en vinden ze het lastig om stil te zitten. Met haar moeder had Annie vroeger niet zo’n sterke band als met haar vader, tussen hen zat een soort afstand. “Mijn moeder is behoorlijk ziek geweest, we hebben toen veel gepraat en daardoor is onze band sterker geworden.” Nu haalt Annie haar moeder iedere woensdag op en dan gaan ze ergens koffiedrinken. Ze praten nu meer en hebben veel contact.
Ziekte
Twee jaar geleden kwam Albertje ten val met haar elektrische fiets. Door het ongeluk beschadigde ze haar knie zodanig dat ze lang moest revalideren in een zorgcentrum. Door verkeerde medicatie, werd ze zieker en zieker. Het ging uiteindelijk zo slecht, dat Albertje wel eens heeft gedacht dat het afgelopen zou zijn. “Als het zo moet, hoeft het van mij niet meer. Zo wil je niet oud worden.”
‘Als het zo moet, hoeft het van mij niet meer’
Albertje met haar drie dochters
Toen ze in het ziekenhuis lag, bleek dat er ook darmkanker was gesignaleerd. Gelukkig waren er geen uitzaaiingen. Ze werd geopereerd en raakte haar endeldarm, een gedeelte van haar dunne en dikke darm kwijt. “Na de operatie vroeg ik aan de dokter of het terug zou kunnen komen. De dokter zei dat dit vaak wel het geval was. Maar ik had één voordeel: bij oudere mensen gaat dit heel langzaam. Heb ik toch nog geluk dat ik oud ben.” >>
21
>> Op dit moment heeft Albertje een stoma en daar kan ze zich mee redden. “Leuk is het niet, maar er valt mee te leven. Ik ben altijd wel bang dat het losgaat, dan kan het gaan lekken en dat is niet heel prettig.” Verder voelt ze zich goed. Haar knie doet nog wel pijn bij het buigen, maar lopen gaat prima. “Ik heb mezelf stukje bij beetje getraind in het herstel. Gelukkig kan ik nu weer bijna alles doen.” Verzorgende Mavis Smink heeft Albertje meegemaakt tijdens haar herstel. Zij vindt haar ze een sterke vrouw. “Ze gaat met de tijd mee en is erg actief.”
‘Albertje is een sterke vrouw’ Volgens Annie is haar moeder altijd al een vechter geweest. Ook al zat haar moeder in een moeilijke situatie, ze kwam hier altijd weer uit. “Ze heeft het best zwaar gehad toen ze ziek was. Ineens was ze afhankelijk
22
van anderen, en dat vond ze lastig. Mijn moeder probeerde toch zoveel mogelijk zelf te doen. Haar herstel verliep goed, omdat ze dat zelf deed. Ze trainde zichzelf om beter te worden en dat is gelukt.” Nu gaat het heel goed met haar.
‘Het liefst doe ik het nog zelf’ Hulp
Iedere ochtend komt er een verzorgende langs om Albertje te helpen met haar stoma. Eigenlijk vind ze dit niks, want het liefst wil ze alles zelf doen. “Mijn stoma zit helaas wat hoger dan het normaal gesproken hoort te zitten, dus ik kan er zelf niet goed bij. Daar komt de verzorgende mij dus bij helpen”. Verder krijgt ze twee uurtjes per week hulp in de huishouding. De schoonmaakhulp komt langs om de ramen te wassen en te stofzuigen, want dat is lastig met
haar knie. “Het liefst doe ik het nog zelf, dat gaat veel sneller. Maar het is helaas niet anders. Ik heb hoge ramen en daar kan ik niet bij.”
Toekomst
De toekomst ziet Albertje zonnig in. “Toen ik zo ziek was heb ik wel eens gedacht dat ik niet meer verder hoefde, maar ik ben er toch bovenop gekomen. Nu wil ik toch wel de honderd halen hoor, ik vermaak me nog wel. Ik voel me goed, dus op naar de volgende tien jaar.” Haar dochter en buurvrouw denken ook dat ze het nog wel even uithoudt hier. “Ze is een vechter. Als je denkt dat het minder goed gaat met haar, dan gaat ze de strijd aan en komt ze er wonder boven wonder weer bovenop. Ze dwingt zichzelf om actief te blijven. Als ze zo doorgaat, is de honderd halen geen probleem!”
‘Nu wil ik wel de honderd halen!’
COLUMN
DE GEVAREN VAN SUIKER WORDEN ONDERSCHAT Twee jaar geleden bekeek ik een video waarin journalist Jeremy Paxman de voorzitter van Coca Cola Europe, James Quincey, confronteert met de hoeveelheid suiker in het frisdrank. Paxman laat Quincey een kleine Coca Cola beker zien. Hij vraagt de voorzitter vervolgens of mensen enig idee zouden hebben hoeveel suiker in zo’n gevulde frisdrankbeker zit. 23 suikerzakjes is het antwoord. Daarna haalt Paxman een grotere Coca Cola beker tevoorschijn. Als deze beker gevuld zou zijn met Cola gaan hier maar liefst 44 zakjes suiker in. Een flinke dosis zoetigheid. DOOR: TOM HILHORST De video heeft me een tijdje aan het denken gezet. We hebben inderdaad geen benul van de suikerhoeveelheid in producten die wij kopen. Sowieso weten maar weinig mensen hoeveel suiker je per dag mag hebben en wat voor schade te veel suiker daadwerkelijk kan aanrichten. Kortom, er is veel onduidelijkheid in de wereld van deze zoete stof. En hier moet verandering in komen. Gelukkig heeft de Amerikaanse wetenschapper Robert Lustig afgelopen zaterdag bij RTL Late Night het eerste zetje gedaan. Hij is bekend geworden met een anderhalf uur durende YouTube-video waarin hij de gevaren van suiker uitlegt. De video is inmiddels al ruim vijfeneenhalf miljoen keer bekeken. Bij RTL gaf hij zaterdag een korte lezing over suiker. Hij legde kristalhelder uit dat de gevaren van suiker in de wereld schromelijk worden onderschat. In zijn lezing maakt hij korte metten met drie fabeltjes. Het eerste fabeltje gaat over obesitas. Als je veel eet en weinig beweegt kun je dik worden. In het ergste geval zelfs ziek raken. Maar je hoeft niet per definitie dik te zijn om ziektes als diabetes te krijgen. Zo zijn mensen in India, Pakistan en China over het algemeen erg dun. Ongeveer elf procent van de mensen daar heeft diabetes. Terwijl in Amerika maar 9,3 procent van de bevolking last heeft van diabetes. En dit terwijl er in Amerika in verhouding veel meer mensen met overgewicht rondlopen. Daarnaast neemt obesitas jaarlijks in de wereld met één procent toe. Diabetes neemt jaarlijks in de wereld met vier procent toe. Als diabetes alleen een gevolg zou zijn van veel eten, hoe is dan die vier procent te verklaren? Verder heeft dertig procent van de Amerikaanse bevolking (72 miljoen mensen) last van overgewicht. De rest van de Amerikanen (168 miljoen
mensen) heeft een normaal gewicht. In verhouding hebben mensen met een overgewicht evenveel last van stofwisselingsziektes als diabetes type 2, hoge bloeddruk, hartproblemen, kanker en dementie als mensen met een normaal gewicht. Het tweede fabeltje gaat over calorieën. Er wordt overal maar gesuggereerd dat een calorie een calorie is. Als je iets eet of drink krijg je calorieën binnen. Als je genoeg beweegt dan verbrand je ze. In feite kun je je calorieën dus binnen krijgen van een wortel, een stuk taart of Coca Cola. Zolang je maar beweegt is er niets aan de hand. Volgens Robert Lustig is dit volstrekte onzin. Een verkeerde gedachtegang. Calorieën zijn helemaal niet hetzelfde. Hij legt dit uit aan de hand van een onderzoek van World Health Organisation. Uit dit onderzoek komt naar voren dat wanneer een land zijn beschikbare calorieën met 150 per dag per inwoner verhoogt, dat het diabetespercentage van dat land stijgt met 0,1 procent. En wanneer die calorieën alleen maar zouden bestaan uit suikers dan stijgt het diabetespercentage zelfs met 1,1 procent. Dit onderzoek laat heel sterk het effect van suiker op diabetes zien. In landen waar meer suiker wordt geconsumeerd komt vaker diabetes voor. En als in drie jaar tijd de suikerconsumptie omhoog of omlaag gaat, dan beweegt het diabetespercentrage mee. Volgens Robert Lustig is sinds kort over de schade van suiker net zo veel bewijs als we hedendaags hebben over de schade van tabak. Als je gelooft dat roken longkanker veroorzaakt, dan moet je ook de gevaren van suiker geloven. Het laatste fabeltje gaat over eigen verantwoordelijkheid. Zo gaat de gedachte dat iedereen de keuze heeft om iets al dan niet in zijn mond te stoppen en op te eten. Dit is echt niet waar. Sommige mensen in de wereld hebben geen toegang tot gezond eten. In veel gebieden is alleen gemaksvoedsel beschikbaar. Het is oneerlijk om te zeggen dat je verantwoordelijk bent voor wat je eet. Daarnaast gebruikt de voedselindustrie 56 verschillende namen voor suiker. Hoe moet je nou weten of iets wel of geen suiker bevat? De overheid doet al van alles tegen roken en alcohol. Je moet veel accijns betalen en er worden veel beperkingen opgelegd. Nu de gevaren van suiker langzaam bekend worden, zou de overheid ook hier het voortouw in moeten nemen. Wellicht mogen we over een aantal jaar niet meer met een zak drop achter het stuur kruipen.
23
‘ZE ONTSPANDE ZICH
Liefde vinden op latere leeftijd. Het is niet iedereen gegund, maar als het wel gebeurt kan het letterlijk levens veranderen. Prioriteiten veranderen en men gaat meer van het leven genieten, zeggen ze. Zo ook voor Ans van Duursen. Zij leerde haar Cees kennen op haar vijftigste. “Het is alsof het nooit anders is geweest’’, aldus een goede vriendin van het stel. DOOR: SEBASTIAAN RODENHUIS Ans is de oudste van drie zussen, waar ze mee opgroeide in Groningen. Het leeftijdsverschil
24
met haar jongste zus Wilma bedraagt bijna tien jaar en met Marja scheelt ze meer dan vier
jaar. Ans was vroeger net zoveel bezig met jongens als ieder ander tienermeisje. Haar eerste liefde was Harry, en Marja weet nog hoe gek ze op hem was. “Dit was haar eerste vriendje. Ze was helemaal weg van hem. De relatie heeft een paar jaar geduurd, maar tussendoor heeft Harry het tot tweemaal toe uitgemaakt. Daar was ze helemaal kapot van.’’ Het blijft daarna een tijdje stil rondom de mannen
GELIJK VEEL MEER’
1999 ging ze dan verder als zelfstandig advocaat met haar eigen kantoor.
Grote liefde
Haar man Cees heeft ze in de zomer van 2002 ontmoet op een golftoernooi in België. De twee zagen elkaar vanaf seconde één zitten. Ans heeft na het toernooi contact met hem opgenomen via de mail, voor een zelfde soort toernooi dat de volgende zomer plaats zou vinden. Naar aanleiding hiervan belde Cees haar op, en ze begonnen geleidelijk met afspreken. Sindsdien zijn ze onafscheidelijk. Hij kan zich nog herinneren hoe druk ze bezig was met haar werk. “De papieren lagen vaak verspreid door het huis. Ik zag dat het letterlijk en figuurlijk niet werkte.’’
‘Vanaf dag één wist ik het: ik wil op mijn eigen benen staan’ Nadruk op werk
Foto: Sebastiaan Rodenhuis
in haar leven. Wilma kan zich nog wel herinneren dat Ans een blind-date had. “De man waarmee ze had afgesproken kwam aanzetten in een licht pak, dat vond ze vreselijk. Er is dus geen tweede date van gekomen.’’
De advocatuur in
Ze is altijd gepassioneerd geweest op het gebied van studie en werk. Na rechten te hebben gestudeerd aan de Rijksuniversi-
teit in Groningen was het echter moeilijk om werk te vinden. Haar eerste baan als advocate was bij Birza Advocaten in Appingedam. In de advocatuur is het gebruikelijk dat je de eerste drie jaar als stagiair werkzaam bent onder verantwoordelijkheid van een advocaat. “Vanaf dag één wist ik: ik wil op mijn eigen benen staan. Ik wil zelfstandig worden en niet in loondienst zijn’’, aldus Ans. Vanaf 1 januari
Voordat Ans haar liefde had leren kennen was ze dus met name gefocust op haar werk. Langzaamaan is ze meer zaken naast haar werk gaan waarderen. Zo gaat ze dus een aantal keren per jaar op reis, iets wat ze voorheen minder vaak deed. Zowel haar zussen als haar goede vrienden zijn het erover eens dat Cees hierin een rol heeft gespeeld. “Als Cees er niet was geweest was ze waarschijnlijk door blijven werken. Ze was namelijk enorm toegewijd. Ook denk ik dat ze bang was voor de leegte die zou ontstaan als ze zou stoppen met haar baan’’, zegt Marja. Quirijn denkt niet dat het een reëel gevaar was. “Natuurlijk heeft Ans zich ook afgevraagd wat er zou gebeuren als ze opeens zou stoppen met werken. Ik ben echter nooit bang geweest dat Ans in een gat zou vallen, omdat ze zo positief is en weet van aanpakken.’’ Ans heeft op een gegeven moment een tijdje vanuit >>
25
Ans straalt als nooit tevoren.
Foto: Sebastiaan Rodenhuis
>> huis haar baan uitgeoefend. Cees merkte dat dat letterlijk en figuurlijk niet werkte. “Haar documenten lagen vaak verspreid door het hele huis’’, merkt hij op.
van te genieten. Je kunt zeggen dat hij haar bij wijze van spreken heeft ‘gemasseerd’ om uiteindelijk te stoppen.’’
Stoppen blijft moeilijk
Ans is gaan stralen sinds ze hem heeft ontmoet. Het vele reizen is toch één van de meest kenmerkende veranderingen. “De twee reizen heel veel. Cees is degene die alles opzet, en Ans laat het maar gebeuren. Dat is typerend: normaliter zou ze het zélf willen regelen’’, aldus Sylvia. Haar man is het met haar eens. “Hij verzorgt alles tot in de puntjes, en Ans heeft er helemaal geen omkijken naar. Hij is er vaak maanden mee bezig’’, zegt Quirijn. Op dit moment reizen de twee vijf weken door Canada. Ze trekken er meerdere malen per jaar op uit. Zo hebben ze onder meer India en Zuid-Afrika bezocht, vaak voor een langere tijd. Quirijn merkt dat dit haar goed doet. “Je kunt zien dat Ans hiervan geniet. Cees heeft haar de ogen geopend en laten zien dat er nog heel veel is om te genieten.’’
Na vele jaren van hard werken heeft ze op 30 december 2014 afscheid genomen van de advocatuur. “Ans was een grote naam binnen de advocatuur, ze was erg succesvol. Ze is – denk ik – gestopt vanwege de oneerlijkheid van de hedendaagse advocaten, en dan vooral de jongere types’’, merkt Quirijn op.
‘Het is alsof het nooit anders is geweest’ Maar hoe groot is de rol geweest van Cees in het aanzetten tot stoppen met werken? Quirijn weet het mooi te omschrijven. “Ik geloof niet dat hij een directe rol heeft gespeeld in het feit dat Ans is gestopt met haar werk. Hij heeft haar wél laten zien dat er nog veel andere dingen zijn in het leven die het waard zijn om
26
Een nieuwe start
Bovendien is Ans de randzaken in het leven meer gaan waarderen. Ze geniet van de luxe zaken, iets wat ze voorheen niet echt deed. “Ze zijn beiden onder andere gek van lekker eten. Cees is degene die kookt en daarvoor alle boodschappen doet. De laatste tijd kookt Ans ook steeds vaker, je kan zien dat ze hier beter van wordt’’, aldus Sylvia.
‘Hij heeft haar bij wijze gemasseerd om te gaan stoppen’ Over de toekomst is iedereen het roerend eens. Ans zal voor altijd van Cees blijven en andersom. “Ik kan me het niet anders meer voorstellen’’, zegt Wilma. “Die twee zijn zo hecht met elkaar, die verlaten elkaar nooit meer.’’ Ook Sylvia en Quirijn zien de twee bij elkaar blijven. “Het is zo’n leuk stel, ze zijn gemaakt voor elkaar’’, zegt Quirijn. Zijn vrouw vult hem aan. “Het is alsof het nooit anders is geweest.’’
COLOFON
BOVEN V.L.N.R.: SEBASTIAAN RODENHUIS, JEFFRY FRIKKEN, TOM HILHORST ONDER V.L.N.R.: ARNOUD DE VRIES, SUSANNE JANSEN, STEVE OOSTERKAMP
27
Deze productie is gemaakt door studenten van de opleiding Journalistiek van de Hogeschool Windesheim. Ondanks de constante zorg en aandacht die we besteden aan de samenstelling van dit product, kan de opleiding Journalistiek niet instaan voor de volledigheid, juistheid of voortdurende actualiteit van de gegevens en de inhoud hiervan. Mocht u feitelijke onjuistheden tegenkomen dan stellen wij een reactie erg op prijs via info@ windesheim.nl . De inhoud van deze productie kan zonder vooraankondiging wijzigen. Aan de inhoud hiervan kunnen derhalve geen rechten worden ontleend.
Auteursrecht Op de inhoud van dit platform rust auteursrecht. Het is niet toegestaan de auteursrechtelijk beschermde werken of andere informatie openbaar te maken of te verveelvoudigen zonder toestemming van de Opleiding Journalistiek. Wij stimuleren linken naar producties op de site van Journalistiek Zwolle zoveel mogelijk. Linken mag altijd en is aan geen enkele voorwaarde gebonden. Foto- en videomateriaal De redactie spant zich in om iedereen die geportretteerd wordt om toestemming te vragen. Mocht je bezwaar hebben tegen bepaalde foto’s of video’s waarop je te zien bent, neem dan contact op via info@windesheim.nl .