Red03r r=back flipbook

Page 1

R R = +

OPINIEMAGAZINE JAARGANG 1 - NUMMER 1 MEI 2015

BA C K

JOODSTE STUDENTEN IN BERLIJN

‘IK BEN EEN BERLIJNER, NET ALS IEDEREEN’ SCHOOLUNIFORMEN IN NEDERLAND

‘HET LIJKT WEL ALSOF JE EEN TATOEAGE HEBT’ GROOTOUDERS IN VS VOEDEN KLEINKINDEREN OP

‘ER IS GEEN OVERHEID DIE ALLERLEI GARANTIES BIEDT’ Carrièretips voor in het buitenland - Topsport in combinatie met studie - Profiel Jesse Klaver


Discriminatie op de werkvloer: ‘Alles wordt duur-

4

der terwijl mijn loon niet stijgt’

22

BizzieKids Almere is de enige school in Nederland die het schooluniform hanteert: ‘Wij willen er nooit meer van af’

18

Joodse studenten in Berlijn: ‘Mijn grootouders maken zich zorgen

20

Grootouders VS voeden kleinkinderen op: ‘In onze cultuur is het normaal dat kinderen worden grootgebracht door de gemeenschap’

6 Marloes Frieswijk (19) korfbalt voor het Nederlandse team en probeert in tussen haar mboopleiding af te ronden

2

Jesse Klaver is de nieuwe fractievoorzitter van GroenLinks. ‘Het is een gedreven talent met hoge sociale gaven’

8


+ R MAGAZINE IN DIT =R B AC K 4

Joodse studenten in Berlijn

6

Marloes (19) topkorfbalster

8

Grootouders in VS voeden kleinkinderen op

10 Columns 12

Succesvolle studenten in het buitenland

14

‘Ik draag lekker wat ik wil’

16

Van S-Bahn naar Topbaan

18

BizzieKids: Strak in pak

20

Profiel Jesse Klaver

22

Discriminatie op de werkvloer

24 Colofon

12

H

et klaterende water van het 9/11 Memorial in Manhattan verstomt al het geluid van de stad. Toen ik vorige maand op de plek was waar in 2001 de Twintowers instortten leek de wereld om mij heen even niet te bestaan. Ik had alleen aandacht voor het water dat in de diepte verdween van de collosale fonteinen. Waar bij alle andere bezienswaardigheden in New York iedereen constant selfies loopt te maken, was dat hier niet zo. Even draaide het niet om de toerist zelf. Even stonden mensen stil bij wat er op 11 september 2001 was gebeurt. Even toonden mensen respect. Het kan nog. Volgens het woordenboek betekent het woord ‘respect’ kortweg eerbied of ontzag. Het woord gebruikte je bijna uit nederigheid. Die lading dekt het woord al lang niet meer. Rappers roepen het te pas en te onpas, voetbalbonden gebruiken het om fairplay mee te promoten en dan was er Hyves. Op de website van dit sociale medium kon je met een muisklik respect geven, zoals je tegenwoordig dingen op Facebook liket. Alles op de site kon je respecteren: foto’s, reacties, krabbels, gadgets en polls. Na de opkomst van Facebook in Nederland stopte Hyves in 2013 definitief als sociaalnetwerksite. Sindsdien heb ik nooit meer zoveel respect gekregen. De kreet ‘R+R=Back’ werd gebruikt om reacties en respect te krijgen. Voor wat hoort wat, dus als iemand op jouw reageerde en je respecteerde kon diegene dat terugverwachten. De gedachte van het geven en ontvangen van respect en reacties heeft ons als redactie geïnspireerd tot het maken van dit blad. In een tijd waarin de spanningen in de samenleving toenemen willen wij verhalen van anderen vertellen. Wij willen geen loze reacties ontlokken met dansende bananen en diskjockeyende smileys, zoals die op Hyves voorbijkwamen. Wij willen jouw meenemen naar situaties waar je zelf niet dagelijks over nadenkt. Misschien sta je dan even stil bij het verhaal van een ander, zoals ik stilstond bij het verhaal rond het 9/11 Memorial. Respect.

Roy Schutte, Hoofdredacteur

3


JOODSE STUDENTEN IN BERLIJN

‘IK BEN EEN BERLIJNER, NET ALS IEDEREEN’ 4


De Duitse ambassade in Tel Aviv deelt jaarlijks zo’n 3000 Duitse paspoorten uit aan kleinkinderen van de Joden die zeventig jaar geleden in hetzelfde land werden weggevoerd. Sinds zeven jaar trekken er steeds meer jonge Israëli’s naar Berlijn om daar te gaan studeren. Hoe is het voor deze Israëlische studenten om te studeren in Berlijn? En welke reacties kregen zij op hun besluit om Israël te verlaten? AUTEUR: NORALY TERBIJHE

Studenten die Israël verlaten en naar Berlijn trekken zijn voornamelijk creatieve, hoogopgeleide en politiek geïnteresseerde jongeren. Ze worden aangetrokken door de hoge kwaliteit van leven in Berlijn, de lage huur, het multiculturele en relaxte karakter van de stad en het bruisende nachtleven. Daarnaast is Berlijn relatief goedkoop in vergelijking met andere Europese grote steden. Het aantal Israëlische Joodse studenten in Berlijn wordt op dit moment geschat op 12.000 en lijkt alleen maar verder toe te nemen. Doordat er steeds meer Joodse studenten naar Berlijn trekken, maakt het Joodse leven in de stad een heuse renaissance door. Steeds meer Joodse instellingen, koosjere winkeltjes en restaurants openen hun deuren en de Joodse gemeenschap breidt zich steeds verder uit. Mordechai Vaknin (25) komt uit Israël en woont nu vier maanden in Berlijn. Ook hij is naar Berlijn gekomen om er te studeren. ‘Toen ik hier net woonde, heb ik me aangesloten bij een gemeenschap van Israëlische, Joodse studenten in Berlijn waardoor ik nu veel Joodse jongeren ken. In de wijk waarin ik woon is het Joodse leven overal zichtbaar. Ik werk in een Joods koffiehuis, er is een Joodse supermarkt en we hebben een synagoge.’

Geschiedenis

Israëlische jongeren in Berlijn zien het oorlogsverleden niet als iets wat hen afschrikt, maar iets waarvan ze kunnen leren. De geschiedenis van Berlijn maakt van de stad een plek waar ze zichzelf kunnen ontdekken. De Duitsers zelf proberen het oorlogs-

verleden zoveel mogelijk achter zich te laten. 71 procent van de Duitsers geeft toe dit graag te willen, maar slechts 22 procent van de Israëliërs is hiertoe bereid. Voor hen, en dan met name de eerdere generaties, blijft Duitsland het land waar zij met de dood werden bedreigd. Hitler kwam in 1933 in Duitsland aan de macht en al snel werd duidelijk dat er in ‘zijn’ Duitsland voor de Joden geen plaats zou zijn. Tussen 1933 en 1941 vluchtten zo’n 280.000 Joden uit angst voor de nazi’s. Een groot deel van hen vluchtte naar Palestina. Het Repressentative Office of Berlin hielp regelmatig groepen van 250 tot 300 Joodse emigranten bij het regelen van de nodige papieren om naar Palestina te kunnen vluchten. Dat steeds meer jonge, Joodse studenten naar Berlijn trekken, is voor de oudere generatie Israëli’s onbegrijpelijk. Is het begrijpelijk dat de oudere generatie Israëliërs haar studenten liever niet naar Berlijn ziet vertrekken? Berlijn staat bekend als een tolerante stad, maar antisemitisme in er nog steeds een groot probleem. Het antisemitisme in Berlijn is vandaag de dag gebaseerd op het Midden-Oostenconflict. Mensen, met name moslims, die zichzelf ‘anti-Israël’ noemen protesteren tegen de toename van Joden in de stad. Daarnaast zijn er neonazi’s actief die verantwoordelijk zijn voor aanslagen tegen Joodse burgers. Uit een onderzoek van de Technische Universität (TU) blijkt dat er tussen 2010 en 2013 in Berlijn bijna 700 antisemitische delicten plaatsvonden. De meesten hiervan waren beledigingen tegenover Joodse inwoners van de stad en bekladding van Joods eigendom.

‘IK WEET DAT ER IN BERLIJN PLEKKEN ZIJN WAAR JE ALS JOOD BETER NIET KUNT KOMEN’’ Israëli’s in Berlijn

Gregory Berlinerblau (22) woont nu nog in Israël, maar wil volgend jaar in Berlijn gaan studeren. ‘Volgend jaar ga ik beginnen met de studie biologie in Berlijn. Het grootste deel van mijn familie steunt me bij mijn keuze om in Duitsland te studeren, maar mijn grootouders maken zich zorgen. Ze vinden het eng dat ik naar Berlijn ga, omdat zij Berlijn nog steeds associëren met de Jodenvervolging. De oorlogsgeschiedenis van de stad zit

+ R R =

B AC K

mij niet dwars. Ik kijk liever naar de geschiedenis van de jaren ’70, toen de elektronische muziek zich in Berlijn ontwikkelde.’ Vaknin: ‘Ik ben gelukkig sinds ik in Berlijn woon nog niet in aanraking gekomen met anti-Israëliërs of neonazi’s, maar ik weet dat er in Berlijn plekken zijn waar je als Jood beter niet kunt komen. Helaas zal ik daar rekening mee moeten houden.’ Ofer Waldman, docent aan de Freie Universität in Berlijn is afkomstig uit Jeruzalem. Hij is als student naar Berlijn gekomen en hij beschrijft zijn studententijd in Berlijn als ‘geweldig’. Maar ook hij is zich bewust van de no-go-zones in Berlijn. ‘In met name de wijken waar grote groepen moslims wonen, zoals Neukölln, Kreuzberg en Wedding, is het niet altijd even veilig voor Joodse Berlijners. Een Jood die met een keppeltje op zijn hoofd door Berlijn loopt, neemt risico’s. Maar zouden Joden hun keppeltje daarom niet meer op doen, dan zouden we onze identiteit verliezen die juist voor ons zo belangrijk is.’ Joodse jongeren in Berlijn zijn zich bewust van het feit dat ze als Jood nog altijd ‘anders zijn’ dan andere Berlijners. De geschiedenis van de stad is overal voelbaar en zichtbaar in de vorm van monumenten en musea. Asaf Levy (25) studeert sinds een paar maanden in Berlijn: ‘In het begin vond ik het best moeilijk dat ik steeds geconfronteerd werd met de geschiedenis van de stad, maar nu probeer ik er zo min mogelijk bij stil te staan. Ik ben een Berlijner net als iedereen.’ Ook Mordechai Vaknin probeert niet elke dag stil te staan bij het Duitse oorlogsverleden. ‘Maar in sommige situaties denk je er toch aan’, vertelt hij. ‘Zo zat ik bijvoorbeeld laatst in een overvolle metro. Toen er een hele oude vrouw instapte, stond ik mijn stoel af aan haar. Ze bedankte me en ik bedacht me ineens: Deze vrouw moet zeker een jaar of tachtig zijn, misschien was zij wel hier toen mijn voorouders vervolgd werden. Wie weet welke rol zij in dat alles speelde?’ Waldman houdt zich in het dagelijks leven weinig bezig met de geschiedenis van Berlijn, alleen wanneer hij zijn dochter erover vertelt. ‘Het is belangrijk dat zij weet wat hier allemaal gebeurd is. We zijn in het dagelijks leven niet altijd met het verleden bezig, maar ze moet wel weten wat het Joodse volk allemaal heeft moeten doorstaan.’

5


MARLOES SCOORT OP BEIDE V(L)AKKEN Marloes Frieswijk (19) korfbalt al sinds ze vier jaar is. Voor het vierde jaar achter elkaar rijdt ze wekelijks vanuit Friesland naar Bennekom, terwijl ze tegelijkertijd haar mbo-opleiding wil afronden. Een kijkje in het leven van een dame die een topprestatie met sport combineert met studeren. DOOR: ANNEMIEK HUMMELINK

Marloes begon bij de welpjes van korfbalvereniging SCO in Oldeholtpade. Ze doorliep de hele jeugdopleiding en mocht in de A-junioren zelfs vervroegd over naar de senioren. Ze kwam direct in het eerste van SCO 1, dat op het landelijke tweede niveau speelt. Inmiddels is ze een vaste waarde in de basisacht.

Korfbal

Marloes: ‘Naast de club speelde ik ook bij Noord-Nederland. Met die selectie deden we het hele jaar mee aan toernooien tegen andere regio’s. Tijdens die wedstrijden viel ik op en mocht ik meedoen aan de voorronde van het Nederlanders team. Het eerste jaar viel ik af, maar een jaar later kreeg ik alsnog een kans in Oranje!’ Momenteel speelt Marloes voor het vierde jaar in het Nederlandse team en speelt ze in het team voor jongeren tot en met negentien jaar. Dit is het laatste jaar dat ze hier mag spelen. Als ze een oproep krijgt voor Jong Oranje (onder 23 jaar) dan kan ze zich doorontwikkelen in het nationale team. Haar beste vriendin Kim leerde Marloes kennen op korfbal. ‘Onze ouders waren vrienden, dus ik ken haar al van vroeger. Toen ik vijftien jaar was ben ik naar dezelfde club gegaan en sindsdien zijn we echt goede vriendinnen geworden,’ vertelt Kim. ‘Ik vind het superknap en ontzettend leuk dat ze voor Nederland speelt, want ze doet het goed en heeft het naar haar zin. Dat is ook belangrijk. Ik probeer zoveel mogelijk belangstelling te tonen door te kijken bij haar toernooien en bij wedstrijden aanwezig te zijn om haar aan te moedigen. Ik ben super trots op haar! Ik hoop dat ze dit nog jaren doorzet.’

6

Studeren

Momenteel doet Marloes de opleiding Marketing en Communicatie op het Friesland College in Heerenveen. Het lijkt moeilijk te combineren met topsport, maar omdat de opleiding iets onder haar niveau ligt, vindt ze het niet moeilijk. Hierdoor is het makkelijker te combineren met topsport. ‘Ik loop vaak eerder nog voor dan achter!’ Haar broer Pascal speelt ook in het eerste van SCO en hij vindt het knap hoe Marloes alles combineert. ‘Ik heb er echt respect voor dat ze in die drukke schoolperiodes elke keer naar Bennekom reist om te trainen. School, leren en trainen tegelijk is knap, maar je moet wel goed kunnen plannen om nog tijd voor jezelf vrij te maken. Rust bij topsport is namelijk ook heel belangrijk.’ De blondine begint volgend jaar met een nieuwe opleiding, de PABO aan het Windesheim in Zwolle. Dit vraagt natuurlijk meer tijd en energie. Hier kan Marloes dan ook een topsport-

status aanvragen, waardoor haar studie beter te combineren valt met korfbal. Momenteel houdt haar school ook veel rekening met topsport: ‘Ik heb aan het begin van de opleiding verhaal gedaan bij mijn mentor en wij hebben verschillende afspraken gemaakt. Als ik bijvoorbeeld eerder weg moet om te trainen of een toets op een ander moment moet maken, kan dat gelukkig gewoon. Het is fijn dat school er zoveel rekening mee houdt.’

Leven

Topsport heeft een gigantische impact op je leven, omdat je hier continu mee bezig bent. ‘Veel van mijn vrienden en familie beoefenen dezelfde sport, dus die vinden het gelukkig helemaal geweldig. Ze zijn trots op me en dat is erg fijn, dit helpt me echt.’ Marloes is volgens vriendin Kim, ondanks de vele veranderingen, lekker zichzelf gebleven: ‘Ze blijft dezelfde Marloes als voorheen, ze is niet naast haar schoenen gaan lopen en schept er totaal niet over op,’ vertelt Kim. Toch probeert broer Pascal haar af en toe een extra steuntje in de rug te geven. ‘Ze moet het allemaal zelf doen, daardoor probeer ik als broer en als teamspeler haar te stimuleren om hard te trainen.’ Marloes is bovenal trots op wat ze bereikt heeft: ‘Absoluut! Ik had het voor geen goud willen missen. En ik heb al wat doelen behaald, maar ik heb nog heel veel nieuwe plannen voor de toekomst. Het liefst zou ik de zaalfinale in Ahoy spelen (landskampioenschap) en me in het ‘echte’ Nederlanders team spelen. Het belangrijkste is dat je je niet moet laten tegenhouden, want als je echt iets wil dan moet je daar vol voor gaan!’


+ R R =

B AC K

7


GROOTOUDERS VOEDEN KLEINKINDEREN OP

GEEN UITZONDERING

IN DE

VS

De badkamerdeur gaat open en een meisje van een jaar of 16 stapt naar buiten. Haar oma komt aanlopen en stapt de badkamer binnen. Ze is het achtste en laatste familielid dat die ochtend gebruik maakt van de badkamer. ‘Ik heb de hele dag de tijd en ga pas als de rest klaar is’, zegt Gladys Frasier. Het is het lot van een oude vrouw die haar huis deelt met haar kinderen en hun gezinnen. DOOR ROY SCHUTTE

Gladys Frasier kwam als migrant met haar man naar de Verenigde Staten vanuit Guyana. Zo’n 25 jaar geleden kochten ze een rijtjeshuis in de New Yorkse wijk Brooklyn, waar ze met hun zoon en twee dochters gingen wonen. Het werd met de jaren steeds drukker in huize Frasier. De kinderen trouwden en kregen kinderen en bleven in het ouderlijk huis wonen. Op het hoogtepunt woonden ze met dertien personen samen in het huis. Gladys’ man is zeven jaar geleden overleden. Haar zoon is inmiddels met zijn gezin naar Albany verhuisd, om daar te gaan werken als mecanicien. ‘Eerder was het dus nog drukker ’s ochtends bij de badkamer,’ vertelt de inmiddiels 84-jarige Gladys, ‘maar voor mij is het nooit een probleem geweest, ik heb mijn familie graag om mij heen.’ Het is geen uitzondering in de Verenigde Staten dat huishoudens

Obama

Vaak ziet de toekomst van een kind er niet heel florissant uit als hij is opgevoed door grootouders. Ouders die in de criminaliteit zitten of opgroeien in armoede zijn veelvoorkomende gevallen. Toch betekent het niet dat je niet succesvol kunt worden. Barack Obama werd op Hawaii mede opgevoed door zijn opa en oma. Zij hielpen zijn moeder bij het grootbrengen, omdat zij een drukke baan als wetenschapper had.

8

bestaan uit meerdere generaties van dezelfde familie. In tegendeel juist, één op de tien Amerikaanse kinderen woont in zo’n samengesteld huishouden, waarbij minstens één grootouder deel uit maakt van het gezin. In Nederland is dat nog geen één op de honderd. ‘Het is iets wat in de Verenigde Staten veel meer geaccepteerd wordt’, zegt Amerikadeskundige Victor Vlam. ‘Toen ik daar vroeger woonde was het vrij normaal dat sommige mensen werden opgevoed door opa’s en oma’s. Hier in Nederland vinden we het toch wat gekker.’ Wat is de reden dat in de Verenigde Staten kinderen meer dan tien keer zo vaak met grootouders opgroeien dan Nederlandse kinderen? ‘Er zijn een paar redenen die verklaren waarom het de laatste dertig jaar is toegenomen,’ zegt Vlam die wekelijks op NPO Radio 1 te horen is over de Verenigde Staten. ‘Allereerst is er een hogere levensverwachting, mensen kunnen daardoor langer voor kinderen zorgen.’ Naast het feit dat er simpelweg meer vitale ouderen zijn die voor kleinkinderen kunnen zorgen ziet Vlam de toename van eenoudergezinnen als oorzaak: ‘Ze worden tegenwoordig veel meer geaccepteerd in de VS. Vroeger was het ‘not done’ om een kind te krijgen zonder getrouwd te zijn. Dat is veranderd’ . Daarnaast komen in de Verenigde Staten tienerzwangerschappen ruim vijf keer zo vaak voor als in Nederland. ‘Veel meer alleenstaande moeders roepen de hulp in van hun ouders bij het opvoeden

van hun kind’, legt Vlam uit. ‘Zeker de laatste jaren is dat veel vaker gebeurd, omdat ze hun baan zijn verloren bijvoorbeeld. Dan gaan ze terug naar hun ouders en zie je dat opa en oma ineens een veel grotere rol spelen in de opvoeding.’

‘IN ONZE CULTUUR IS HET NORMAAL DAT KINDEREN WORDEN GROOTGEBRACHT DOOR DE GEMEENSCHAP’ Voordelen

Het samenwonen met meerdere generaties levert praktische voordelen op. Aangezien Gladys op wat schoonmaakwerk na geen baan had, was ze altijd beschikbaar als oppas voor de kleinkinderen. Haar kinderen konden zich met hun carrière bezig houden zonder zich druk te hoeven maken over kinderopvang. In een land waar de sociale voorzieningen een stuk minder uitgebreid zijn dan in Nederland moet je harder werken om rond te komen. ‘Er is geen overheid die je allerlei garanties biedt,’ zegt Vlam. ‘In sommige gevallen betekent dat dat een ouder niet genoeg heeft aan één baan. Als je daar 40 uur per week werkt en je krijgt het minimumloon is dat niet genoeg. Mensen hebben dan twee of drie banen. Dat is natuurlijk vreselijk vermoeiend, dan kan je niet ook nog de zorg van je kind op je nemen.’ Mocht Gladys last krijgen van ouderdomskwaaltjes, heeft zij in ieder geval altijd haar zorgende kinderen om haar heen. Gladys: ‘Mijn buur-


Cijfers Verenigde Staten

10% van alle kinderen woont samen met een opa of oma. 3% van alle huishoudens bestaan uit zowel grootouders als kleinkinderen. 2,7 miljoen grootouders waren verantwoordelijk voor basiszorgtaken voor kleinkinderen onder de 18. 22% daarvan leeft onder de armoedegrens. Bij één op de drie huishoudens waar kleinkinderen met grootouders samenwonen zijn geen ouders aanwezig. 39% van de grootouders was langer dan 5 jaar verantwoordelijk voor de zorg van hun kleinkind.

Generatiekloof

Uiteraard levert het verschil in leeftijd soms spanningen op. Gladys: ‘Als mijn kleindochters tot ‘s avonds laat op straat hangen vind ik dat geen prettige gedachte. ‘Oma,’ zeggen ze dan, ‘Brooklyn is niet meer zo onveilig als het vroeger was.’ Nu ze wat ouder zijn luisteren ze wat minder goed naar me. Mijn eigen dochters gehoorzaamden vroeger een stuk beter.’ Het is een situatie die Vlam herkent: ‘Zodra de kinderen wat ouder worden zie je vaak dat de ouders weer een grotere rol gaan spelen. Dat heeft er mee te maken dat opa’s en oma’s te oud worden.

Het is dan lastig om nog goed toezicht te houden en iemand gedisciplineerd op te voeden.’ Gladys weet na al die jaren inmiddels wel dat de kleine strubbelingen erbij horen. ‘Ik ben blij dat de gezinnen van mijn dochters bij mij in huis wonen. Blijkbaar bevalt het hun ook goed, want ze zijn vrij om het huis te verlaten. Ik kan ze niet tegenhouden als ze willen vertrekken, maar ik zou het wel erg jammer vinden. Zelf wil ik dit huis niet meer verlaten. Het is het huis van mijn man en mij en ik hoop dat ik hier tot mijn dood kan wonen.’

BRON: PEW RESEARCH CENTER

vrouw komt uit Jamaica en woont alleen. Haar dochter is een paar jaar geleden teruggekeerd naar Jamaica. Zelf heeft ze een ziekte waardoor ze slecht ter been is. Mijn dochter zorgt voor haar, anders is er niemand die naar haar omkijkt. Ik ben blij dat ik mij door mijn eigen kinderen kan laten verzorgen als ik iets heb.’

Verschil

Bij Gladys in de straat wonen veel ‘multi-generatiegezinnen’. Brooklyn staat bekend om zijn grote verscheidenheid aan nationaliteiten. In de wijk wonen veel Afro- en Latijns-Amerikaanse gezinnen. Juist bij deze bevolkingsgroepen komt het vaak voor dat kinderen samenwonen met grootouders; vergeleken met blanke Amerikaanse jongeren komt het zelfs twee keer zo vaak voor. Volgens Gladys komt dit vooral omdat het in de cultuur zit van de immigranten. ‘In onze cultuur is het normaal dat kinderen worden grootgebracht door de gemeenschap en niet alleen door de ouders.’ Volgens Vlam zit er ook een sociaal-economisch motief aan het feit dat Afro- en Latijns-Amerikaanse grootouders vaker betrokken zijn bij de opvoeding: ‘Dat zijn groeperingen in de samenleving die vaak armer zijn. Ouders moeten vaak heel hard werken om rond te komen of zitten in de gevangenis. Dat zijn situaties waarbij grootouders een rol gaan spelen in de opvoeding.’

+ R R =

B AC K

9


INTERESSANT Een selfie maken als je wakker wordt en een Snapchat voor je gaat slapen; social media houdt ons meer dan bezig. En het blijft niet beperkt tot Snapchat, Twitter en Facebook; er zijn honderden sociale netwerken waarop we ons begeven. We zijn immers zo ongelofelijk interessant, toch? Enkele jaren geleden moest je verplicht vakantiefoto’s kijken bij de buren, dat was beleefd. Maar na het derde verhaal over één of ander vaag landschap, ging je even uitblazen op de WC en bladerde je minstens twintig minuten door de muffe Autoweek. Het werd helemaal gênant als de buren foto’s van zichzelf hadden laten maken door een bijzonder matig fotograferende ober. ‘Ik lig nu in het zwembad #warm’, ‘Moet van moeder telefoon weg doen #twexit’. We willen altijd en overal laten weten wat we aan het doen zijn, uit pure zelfbevrediging. ‘Een prachtige avond stappen #geweldig’, was toch een lauw biertje drinken in een overvolle, warme discotheek. ‘Heerlijk uiteten bij de pizzeria #lekker’, was eigenlijk een slechtdoorbakken ronde deeghoop met waterige tomatensaus. Het is één grote show hoe je zou willen dat je hele leven was.Terwijl we onze echte vrienden alleen de achterkant van onze mobiele telefoons laten zien, ga je geloven dat mensen op de matig bewerkte foto’s echte vrienden van je zijn. De vriend van de middelbare school die elke zondag even keurig als degelijk belt, kappen we steeds vaker af om nog even snel iets op Pinterest te zetten, voor de sappige lasagne op tafel komt. Een like op jouw Facebookstatus betekent niet dat er ook echt iemand achter zijn telefoon opveert van enthousiasme over jouw post. Heb nou niet de illusie dat je interessant bent. Sociale netwerken willen aan je verdienen en wij vergeten wie onze echte vrienden zijn. Trek een fles wijn open, zet er een goedgerijpte kaas naast en praat. Converseer, lach en geniet van elkaar. En zet het niet op Twitter, want het interesseert ons echt he-le-maal niets.

NATHAN SPREY

NOOIT GEDACHT Vanaf een drukke straathoek in Londen loop ik naar mijn hostel. Ik ben een week op reis en vermaak mij kostelijk in de Britse hoofdstad. Gedachteloos tik ik op de voetgangersknop naast mij, totdat ik naast mij een vrouw boekjes uit zie delen. Ze ziet er wel erg degelijk uit met een rok tot over haar knieën, stevige stappers en een paardenjasje met sjaal: het lijkt wel alsof ze naar een paardenrace gaat. Als ik haar boekjes inspecteer blijkt ze een Jehova’s Getuige te zijn: iemand die gedwongen wordt om zoveel mogelijk zieltjes te winnen door onaangekondigd langs de deuren te gaan. Als de missie mislukt, is de Jehova niet te beroerd om zijn voet tussen de deur te steken. Als ik in de ogen van het ‘paardenmeisje’ een twinkeling ontdek, trekt ze mijn aandacht. Ik besluit op haar af te stappen om te vragen of ze hier uit vrije wil staat. Het paardenmeisje heet Laura en heeft een turbulente jeugd achter de rug: ‘Ik ben in Nigeria geboren, het land waar mijn vader door rebellen is vermoord. Ik wilde graag weten of hij vrede had met zijn dood, maar niemand kon mij daar antwoord op geven. Nadat ik naar Engeland was gevlucht, voelde ik mij erg eenzaam: ik wilde een eind aan mijn leven maken.’ Nu Laura bekeerd is tot Jehova’s Getuige, gelooft ze dat er na de dood niets meer is. ‘Ik maak mij geen zorgen meer over papa, omdat ik nu weet dat hij geen pijn meer heeft. In dit leven weet je maar twee dingen zeker: dat je geboren wordt en dat je doodgaat, maar van alles wat er na komt, is niks zeker!’ Ik had niet gedacht dat een ontmoeting met een Jehova’s Getuige zoveel indruk op mij zou maken. Stilletjes loop ik weg. Nu ik begrijp waarom Laura deze keus gemaakt heeft, zal ik nooit meer zo bevooroordeeld over iemand denken.

10 MATHILDE HARTHOLT


RESPECT IN HET VOETBAL? Sergio Ramos, de centrale verdediger van Real Madrid deelt een elleboogstoot uit aan Atletico Madrid-spits Mandzukic. Diego Simeone, de trainer van Atletico Madrid staat gebarend als een bezetene langs de lijn de arbitrage uit te schelden. Met zijn idiote gedrag probeert hij het publiek te bespelen. Verder zijn spelers bezig elkaar uit de wedstrijd te schoppen of loopt men elkaar te intimideren in het veld door middel van shirtje trekken en het maken van vervelende opmerkingen. Met voetbal heeft het weinig te maken. Thuis op de bank zat ik me daarom enorm te ergeren tijdens deze editie van Atletico Madrid tegen Real Madrid. Ik had me echt verheugd op deze wedstrijd, want het is toch een kwartfinale Champions League, het grootste clubtoernooi ter wereld. Er staan grote belangen op het spel dat weet ik, maar wat er soms gebeurt in het veld heeft niks meer met voetbal en vooral respect te maken. Het was een vertoning waar professionele toneelspelers trots op zouden zijn. Nu weet ik wel dat het een derby is waar de gemoederen hoog op kunnen lopen, maar dit sloeg alles. Wat heeft bijvoorbeeld de campagne van de UEFA die respect voor de tegenstander, scheidsrechters en coaches ondersteunt dan voor zin? Ook bij de wedstrijd FC Porto-Bayern München kwam ik dingen tegen die echt niks met respect te maken hebben. Er was namelijk wat gezeur tussen de technische staf en de medische staf bij Bayern. De methode van de arts Müller-Wohlfahrt zou de kans op blessures vergroten volgens trainer Guardiola. In die wedstrijd raakt Mehdi Benatia geblesseerd en gaat per brancard van het veld af. Vervolgens zie je Guardiola heel cynisch klappen, met alle camera’s op zich gericht, richting Müller-Wohlfahrt en zijn staf. Müller-Wohlfahrt, die al meer dan 35 jaar in het vak zit wordt door passant Guardiola even te kijk gezet op tv. Het had meer weg van komedie dan van een serieus sportevenement. Dit kan dus zomaar bij één van de grootste clubs ter wereld. Onvoorstelbaar, het is een sport waar miljoenen(!) mensen naar kijken waaronder ook kinderen. Beseffen die voetballers en trainers wel dat ze een voorbeeldfunctie hebben ten opzichte van de samenleving? Kinderen gaan dit normaal vinden en hierdoor zal de agressie gaan toenemen, ook in het amateurvoetbal. Die kinderen denken: zo’n profvoetballer doet het ook dus waarom kan ik dan niet zo tekeer gaan in een wedstrijd tegen leefdtijdsgenootjes? Als het gaat om respect dan is het voetbal doodziek. Er is geen onderling respect meer en de belangen zijn zo groot dat mensen zich vreemd gaan gedragen. Wanneer grijpt de FIFA een keer in? Allemaal leuk en aardig hoor die campagnes met betrekking tot respect voor elkaar in de sport. Maar het treft nog geen doel, anders kan ik het idiote gedrag van de heren voetballers van Real Madrid, Atletico Madrid en van Bayern-trainer Guardiola niet verklaren. Ik neem aan dat meneer Blatter van de FIFA en meneer Platini van de UEFA ook meekijken. Afgaand op de recente Champions League wedstrijden kan ik dus concluderen dat hun respectcampagnes hebben gefaald. LEON

VAN DER STRAAT


NEDERLANDSE SUCCESVERHALEN IN HET BUITENLAND

VAN

LA TOT DAUWPOP:

BUITENLANDS SUCCES VOOR ‘PACESHIFTERS’ PAUL, SEB EN JESPER Het gaat hard met de carrière van Seb Dokman (21), Paul Dokman (24) en Jesper Alberts (25). Een week geleden traden met hun band de ‘Paceshifters’ op bij het Global Rock Festival in Los Angeles, waar ze uiteindelijk niet twee, maar drie keer mochten optreden. Hoe is het deze jongens uit Wijhe gelukt om internationaal door te breken? AUTEUR: MATHILDE HARTHOLT

Seb: ‘De agent was zo enthousiast over ons optreden op Buma ROCKS, dat hij ons uitnodigde om in Los Angeles op te treden. Omdat we zo goed werden ontvangen, werd ons ook gevraagd om op het ‘Woodstock-‘ en ‘EXITfestival’ in Polen en Servië te komen spelen, een festival waar tussen de 500.000 en 700.000 mensen op af komen. Echt supervet om te horen, want Woodstock is twee keer groter dan Pinkpop!’ zegt Paul drummer met een grote glimlach. ‘Opeens wilden ze met ons in zee’ Het begon allemaal in 2008, toen de jonge bandleden met een Amerikaanse rockband in contact kwamen. Seb: ‘Toen we dertien of veertien waren, hadden we onze eigen band al opgericht. We waren zo fanatiek, dat we aan allerlei workshops en masterclasses meededen. Doordat Paul erg goed met de mannen van The Supersuckers overweg kon en veel interesse in hen toonde, mocht hij al op zijn vijftiende met hen mee op tour. De bandleden waren zo enthousiast over hem, dat ze onze band ook wel eens wilden zien. Op het begin namen ze ons nog zo niet serieus, maar toen ze twee jaar later zagen dat we

12

enorm vooruit waren gegaan, wilden ze opeens wel met ons in zee!’ Na de release van de eerste split-ep met de Supersuckers ging het hard met de band: er volgden optredens op De Zwarte Cross, Paradiso, Pinkpop, Dauwpop, Eurosonic en De Wereld Draait Door. Ook verzorgden ze in het voorjaar van 2015 het voorprogramma van de rockband Kensington.

‘Fans vergeven onze fouten wel’

Tijdens het interview repareert drummer Jesper gauw even de snaar van het drumstel waarmee hij vandaag op ‘Dauwpop’ en ‘Oerrock’ speelt. ‘Een tijdje geleden vloog het kloppertje van mijn drumstel er nét op het laatste moment af, waardoor het vel van mijn drumstel scheurde. Dat is erg vervelend, maar op zo’n moment gaat de show gewoon door. Onze shows zijn nooit helemaal foutloos, maar dat vergeven de fans ons meestal wel.’ Hoewel de carrière van ‘Paceshifters’ Jesper, Paul en Seb als een speer gaat, zijn de heren door het succes van de band niet naast hun schoenen gaan lopen. Manager Frank van Lunteren: ‘Vanaf de oprichting van de band zijn ze niet veranderd.’ Gitarist Seb is het daar roerend mee eens: ‘We zijn al die jaren gewoon onszelf gebleven en volgens mij niet heel veel veranderd.’ ‘Paceshifters’ Paul en Jesper knikken instemmend. Basgitarist Paul: ‘Op het podium proberen we ook gewoon onszelf te blijven, maar gaan wij wel helemaal in de muziek op: gewoon omdat het tof vinden wat we doen!’ Jesper: ‘Het is supertof dat iedereen ziet wat wij doen. Als het publiek geniet is dat het mooist, want dan spelen we vaak ook beter!’

Wat is het geheim van het succes?

Jesper: ‘Doordat we zoveel mogelijk spelen, verlopen onze optredens meestal wel ‘strak’. Ook proberen we zoveel mogelijk plezier te maken, want we zijn van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat bezig met muziek. Daarom gaan we na het optreden vaak nog even andere bands bekijken of backstage zitten.’

Vijf uur rijden voor een optreden

Een aantal fans heeft behoorlijk wat voor de Paceshifters over: ‘Laatst hoorden we van een moeder en een dochter uit Duitsland dat ze vijf uur hadden gereden om ons te zien optreden. En toen moesten ze nog naar huis! Echt wel vet dat mensen zoiets voor ons over hebben. We krijgen ook zoveel reacties van fans, dat we er zelf niet eens aan toe komen om die allemaal te beantwoorden.’ Het drietal heeft grootse plannen voor de toekomst: ‘Hoewel we in Nederland de grootste fanbase hebben, merken we dat onze muziek met name in het buitenland goed aanslaat. Onze harde, ‘noisy’ rockmuziek spreekt daar meer mensen aan. Omdat we in de toekomst van de muziek willen leven, willen we in het buitenland meer optredens geven en daarom proberen we vooral in het buitenland ons gezicht te laten zien. Tot die tijd gaan we nog even door met platen schrijven.’ Na afloop van het interview blikt manager Frank tevreden terug op het optreden: ‘De organisatie hoorde vanuit veel kanten dat de ‘Paceshifters’ een van de hoogtepunten van Dauwpop was!’


Toen Sophia 22 was, vertrok ze voor haar studie van Utrecht naar Londen: ’Het leven daar beviel mij zo goed, dat ik met vrienden een huis ging huren en ben gebleven.’ Toch was haar studie niet de enige reden van haar vertrek: ‘Ik was een beetje klaar met Nederland: met de klaagcultuur, de drukte en met Geert Wilders, want toen ik in 2009 vertrok was de kans groot dat hij aan de macht zou komen.’

Sophia’s tips voor carrièremakers: ‘Maak altijd contact met de locals, want overal waar je hier komt, kom je Nederlanders tegen. Dat is met typische dagen als Sinterklaas of Koningsdag erg gezellig, maar brengt je op carrièregebied nauwelijks verder. Je blijft dan altijd in hetzelfde kringetje hangen. Nog een tip: door veel met Engelsen om te gaan, word je Engels ook veel beter en kun je ook makkelijker contact maken. Drie carrièretips van een Nederlander Internetondernemer Edial Dekker (28) vertrok bijna vijf jaar geleden naar Berlijn om zijn geluk in het buitenland te beproeven. En dat is gelukt: in mei 2013 verkocht hij samen met zijn broer Floris bedrijf Gidsy, een marktplaats voor activiteiten en evenementen. Hoe is hem dit gelukt? 1) Bereid niet te veel voor ‘We hadden niks te verliezen, want in het begin was het doel om zo veel mogelijk mensen te ontmoeten. Daarom heeft ons team conferenties opgezet en dat hielp enorm.’ 2) Neem alles met een korreltje zout ‘Dingen zijn nooit zo goed als ze lijken, maar dingen zijn ook nooit zo slecht als ze lijken. Daarom moet je altijd vooruit blijven kijken.’ Dekker denkt dat het een voordeel was dat hij met een groep ging: ‘In mijn eentje naar een onbekende stad gaan om een bedrijf te beginnen, dat zou ik niet zo snel doen.’ 3) Vind een manier om te ontspannen ‘Als oprichter ben je nooit helemaal gelukkig,’ zegt Dekker. ‘Als het slecht gaat, voel je je ontzettend verantwoordelijk. Daarom is het belangrijk dat je een manier vindt om te ontspannen. Het is belangrijk dat je die zo snel mogelijk vindt, want de balans tussen werk en privé moet goed zijn.’

Sophia bedacht een slimme manier om bij het beroemde theater in de picture te komen: ‘Omdat ik nog nooit een theater van binnen had gezien en je het in de regiewereld echt van je netwerk moet hebben, werd ik vrijwilliger bij het ‘Close The Gap’ theater in Londen. Nu ik met een paar vrienden een theatergroep heb opgestart, zijn we druk bezig het organiseren van onze voorstellingen,’ meldt de blondine trots.

Sophia Start uit Dalfsen is, net als de Paceshifters, druk bezig met carrière maken in het buitenland. De voormalig studente Engels schrijft en regisseert haar eigen theatervoorstellingen in het Close The Gap theater in Londen. Hoe is het haar gelukt om zo ver te komen? AUTEUR: MATHILDE HARTHOLT

Sophia: ‘Het ging eigenlijk vanzelf: op de middelbare school las ik al veel boeken van Harry Potter en Shakespeare en deed ik mee aan musicals. Of daar mijn interesse voor theater vandaan komt? Dat zou zomaar kunnen,’ zegt ze terwijl ze mij al haar trilogieën van Harry Potter, Sherlock Holmes en Shakespeare aanwijst.

‘Mijn vrienden voelen als familie’ Hoewel Sophia op dit moment aardig aan de weg timmert, mist ze Nederland af en toe nog wel eens: ‘Ik mis vooral mijn fiets, want ik moet hier alles te voet doen. In Engeland houden ze totaal geen rekening met fietsers: auto’s zien je compleet over het hoofd. Dan verlang je wel eens terug naar Nederland, waar je elk moment zo op de fiets kunt stappen. Toch wil ik hier echt niet weg, want ik heb hier al zo’n leven opgebouwd, dat mijn vrienden eigenlijk als familie voelen.’ ‘Daarnaast moest ik erg wennen aan de Engelse beleefdheid: vaak hoorde ik van iemand anders dat er achter mijn rug over mij gepraat werd. Dat vond ik in het begin wel vervelend, omdat ik eigenlijk alleen met Engelsen omging. Daar heb ik bewust voor gekozen, omdat ik mijzelf wilde redden en dat is volgens mij wel gelukt!’

SOPHIA (27) REGISSEERT IN LONDEN HAAR EIGEN THEATERVOORSTELLINGEN:

‘IK DROOM EN DENK IN HET ENGELS’ + R R = B AC K

BRON: WWW.Z24.NL FOTO: NEXT BERLIN

13


‘IK DRAAG LEKKER WAT IK WIL’ Kirsten Leafdes is een opvallende verschijning tussen alle andere studenten op hogeschool Windesheim. De journalistiek studente draagt alternatieve kleding maar wel met een eigen stijl. ‘Soms draag ik hippie broeken, maar deze broek is meer cybergothic. Ik denk dat de broek die ik nu aan heb zes tot acht jaar oud is.’ AUTEUR: FIEKE DE BEUZE

Wanneer ben je je zo gaan kleden?

‘Ik ging net naar de middelbare school en mijn broer was altijd al een beetje bezig met rockmuziek. Ook had hij vrienden die alleen maar zwarte en wijde kleding droegen. Natuurlijk vond ik dat toen superstoer en wilde dat ook. Mijn ouders zijn heel makkelijk, dus mijn kledingswitch was helemaal geen probleem. Op internet en in de winkels ging ik zelf opzoek naar kleding die ik leuk vond en op die manier is mijn stijl een beetje gevormd. Mijn kleding draag ik echt tot het uit elkaar valt, maar de stijl veranderd wel vaak.’

Welke kleding draag je altijd? ‘Alle bandjes die ik om heb zijn van een festival, namelijk het Castle Fest. Een middeleeuws festival waar ik elk jaar naar toe ga. Vroeger had ik mijn hele arm vol, ik denk een stuk of 35 armbandjes. Nu ben ik weer opnieuw aan het sparen, het is wel de bedoeling dat mijn arm weer helemaal vol raakt. Ook draag ik altijd de ketting met het Keltische teken. Het is erg persoonlijk omdat ik het van mijn vader heb gekregen. Verder draag ik nooit andere sieraden, het is altijd erg specifiek.’

het begin van het jaar tegen iemand anders gezegd: ‘Zij gaat echt uit de groep vallen, zij past er gewoon niet tussen.’ Eigenlijk kan ik het met iedereen uit mijn klas vinden. Sommige vonden het eerst wel even wennen dat ik er zou uitzag, maar op deze school heb ik er nooit last van gehad. Voor mijn gevoel zitten op deze school heel veel verschillende mensen met verschillende stijlen. In mijn klas ben ik wel de enige die zo extreem gekleed is.’

Waarom ben je er vanaf je middelbare schooltijd in blijven hangen?

‘Heel anders, toen trok ik het me veel meer aan als mensen wat over mij zeiden. Dan ben je meer een pestdoel, omdat anderen weten hoe ze je kunnen pakken. Ook was het lastig om vrienden te maken, omdat ik er zo uitzag. Mensen houden toch afstand van je.’

‘Mijn kledingstijl is echt een onderdeel van mij, het maakt mij wie ik ben. Vaak bepaalt je kleding hoe je je gedraagt. Als ik zo in mijn kloffie kan rond lopen, voel ik mij toch een stuk chiller dan wanneer ik mij netjes moet aankleden.’

Hoe reageerden je medestudenten op je?

‘Ik heb een bord voor mijn kop, want het maakt mij niet uit wat anderen van mij vinden. Maar je hoort natuurlijk later van anderen wel verhalen. Er was een jongen in mijn klas en hij had in

En hoe was dat vroeger, op de middelbare school?

Heb je ook last van vooroordelen?

‘Ik merk dat er echt veel vooroordelen zijn, sommige mensen lopen gewoon met een grote boog om mij heen. Dat is iets waar je aan gewend raakt, het is niet altijd leuk. Ik snap wel dat sommige mensen een beetje schrikken van mijn uiterlijk. Er worden vaak genoeg dingen naar mij geschreeuwd, zoals ‘ben je dood gegaan?’ Mensen zijn hier, in het oosten niet zo veel gewend en dat merk ik ook wel.’

Denk je dat je later last hebt van je kledingstijl bij het zoeken van een baan of stage?

‘Ik heb daar nu al last van. Vorige week heb ik net mijn haar geverfd, dus dat maakt het alleen maar lastiger. Voor een baan wil ik mij natuurlijk wel aanpassen. Mijn tatoeages kan ik verbergen door een ring of een horloge, verder kan ik mijn haar verven en normale kleding aan doen. Ik zou het niet erg vinden om mijn persoonlijke stijl opzij te zetten voor een baan. Het liefst heb ik natuurlijk een baan waar ik kan zijn wie ik ben.’

14


‘IK MERK DAT ER ECHT VEEL VOOROORDELEN ZIJN, SOMMIGE MENSEN LOPEN GEWOON MET EEN GROTE BOOG OM MIJ HEEN’

15


EEN S-BAHN OF Jong en succesvol op de arbeidsmarkt; een combinatie die je nog maar zelden hoort in Nederland. Veel vaker praten we over niet-verlengde contracten, werkloze studenten en afgestudeerden die zich laten omscholen. In Duitsland is het percentage werkloze studenten bijna twee keer zo laag. Wat kunnen we leren van succesvolle Duitsers? AUTEUR: NATHAN SPREY

Het schemert buiten als de wekker gaat van Nadine Plank. De jonge Duitse woont midden in Berlijn en zelfs in deze grote stad hoor je even geen razende S-Bahn of toeterende auto’s. De klok geeft 04:30 aan en de meeste mensen liggen nog op één oor, maar Nadine niet. Voor ze haar opleiding Wirtschaftliche (economie) op de Hallein Universiteit afrondde, wist Nadine al welk beroep ze wilde uitoefenen: S-Bahnführer. Het leek haar geweldig om op de bovengrondse metro door Berlijn te rijden. Hoewel ze van meerdere grote bedrijven een stageplaats kreeg aangeboden na haar studie, besloot ze haar droom na te jagen. Ze volgde een korte cursus waarin ze werd opgeleid tot bestuurder van de S-Bahn. Er was veel aandacht voor het zogenoemde Bildung. ‘Dat gaat verder dan alleen het onderwijs. Je leert veel over de pedagogische verantwoordelijkheid die er bij komt kijken. En dan niet alleen bij je werk, maar ook gewoon hoe je je als burger dient te gedragen. Zeker voor de wat lager opgeleide Duitser is dat belangrijk.’

Vertrek op tijd

De eerste rit van haar dienst staat gepland om 05:15, de S41 vanaf Westend. Terwijl de S-Bahn vaart maakt schieten hier en daar wat lichten aan. Een prachtig gezicht in het nog donkere Berlijn. Het wordt een lange dag, maar klagen doet Nadine niet. ‘Iedereen werkt nu eenmaal hard voor zijn geld, schoonmaker of bankdirec-

16

teur. Als je zorgt dat je nooit (!) te laat komt, er netjes uitziet en hard werkt, dan hoor je de baas nooit klagen en werk je zelf ook het lekkerst.’ Niet alleen de Pünktlichkeit staat volgens haar hoog in het vaandel. Ook moet je je beperken tot waar je voor bent aangenomen. Hoewel Nadine een hoge opleiding heeft genoten, bemoeit ze zich nooit met planningen, contracten of ander beleid. ‘Ongevraagd je mening geven terwijl je lager in de hiërarchie staat, dat moet je absoluut niet doen. Je moet doen waarvoor je bent aangenomen.’ Voor haar pauze en het eerste bakje koffie gaat Nadine altijd naar Stefan Jurisch. Hij is een dienstverlener en EHBO’er en heeft een kantoortje onder het station Innsbrucker Platz. Stefan is een soort koffiejuffrouw voor alle S-Bahnführers. Het toont de gemoedelijkheid op de Duitse werkvloer, waar vaak van wordt gezegd dat die ontbreekt. ‘Ik vind het altijd erg gezellig’, vertelt Stefan. ‘Hier komen alleen bestuurders en er wordt gekletst over het werk op de werkvloer. Iedereen is hier van hetzelfde niveau en daarom kan iedereen meepraten. Het zou ongepast zijn als managers hier ook pauze zouden houden.’ Omdat Nadine naar Stefan moest reizen voor de koffie, blijft er van haar pauze niet veel over. Het toont wel de onderlinge solidität: vijf haltes heen en vijf haltes terug afleggen om gezellig pauze te houden. Nadine vervolgt haar dienst vanaf Westkreuz

Onderhandelen

waar ze de uitpuilende en warme S75 bestuurt. Deze lijn doet haar altijd denken aan het sollicitatiegesprek wat ze had voor deze baan. ‘In deze lijn ging ik er naar toe en helemaal bezweet kwam ik aan.’ Ze dacht tijdens haar sollicitatie een goede beurt te maken door een verbetersuggestie te doen. ‘Het was één van mijn eerste sollicitatiegesprekken, maar dat werd absoluut niet gewaardeerd. Nu snap ik wel waarom. Het is toch eigenlijk ook heel gek dat je tijdens zo’n gesprek waarin je nieuw bent met nieuwe ideeën komt?’, denkt de jonge Duitse hardop. ‘Je moet tonen waarom je graag bij een organisatie wilt werken en vertellen waarom. Ik heb me destijds ernstig overschat. Gelukkig kreeg ik uiteindelijk toch de baan.’ Met heel veel respect praat ze over diegenen die haar aan hebben genomen. Elke keer praat ze over ‘Sie’ (u) en ze wordt zelfs nederig. ‘Zij staan hoger in de hiërarchie dus is het heel normaal om hen met Sie aan te spreken, ook nu ik ze iets beter ken’, vertelt ze als ik zeg dat wij in Nederland elkaar al gauw tutoyeren.

Familie-lunch

Lunchen doen we op het station Rathaus-Spandau. Gapend maakt Nandine haar broodtrommel open. Haar familie en opvoeding komen ter sprake en hoewel ze het daar best over wil hebben, waarschuwt ze wel. ‘In Duitsland wordt daar in formele kringen, op het werk bijvoorbeeld,

In Nederland onderhandelen we over alles. Van de prijs tot aan het inpakpapier; alles kan worden besproken. ‘Maar in Duitsland absoluut niet’, weet Maria Stratemeier, zij geeft Nederlanders training in de Duitse taal en cultuur. ‘Duitsers zien het als kritiek op hun product. Daarnaast is zonde van de tijd, hij of zij heeft er immers al over nagedacht. Als de kwaliteit klopt, moet je de prijs voorlief nemen. Heel ouderwets. Duits.’ Kun je dan nooit onderhandelen als je handelt met Duitsers? ‘Het kan, maar Duitsers hebben vooraf al hun grenzen gesteld. Je kunt proberen om een Verhandlungsgespräche te voeren, maar je moet met de juiste feiten en cijfers komen wil je enige indruk maken. De kans dat het lukt is zoals gezegd niet groot. Neem dus alleen het risico om te onderhandelen als het echt niet anders kan!’


EEN TOPBAAN? weinig over gesproken. Zeker de wat oudere garde kan dat niet waarderen als je er naar vraagt. Zij zijn meer van tot de kern komen en heel zakelijk blijven.’ Nadine vertelt over haar opvoeding. Het belangrijkste wat haar ouders haar geleerd hebben, vindt ze het respect hebben voor anderen. En dat ze hard moet werken om eerlijk haar brood te verdienen, niet afhankelijk zijn van anderen. ‘Mijn eigen brood verdienen is wel een reden voor mij om wellicht nog eens aan andere baan te nemen’, vertelt ze eerlijk. ‘Als het nodig is, wil ik mijn ouders wel kunnen ondersteunen. Daarom denk ik erover om in de toekomst als lerares economie aan de slag te gaan. Dan houd ik wat geld over. Zolang ik dit werk echter nog zo leuk vind, wil ik nog niets anders.’ Na vier boterhammen met Thüringse worst en een appel, gaat haar laatste shift in. Vrolijk zwaaiend en lachend vanuit de S5 vervolgt ze alleen haar dienst richting Strausberg Nord. Geen wanklank heeft ze laten vallen en dat terwijl ze ondanks haar universitaire opleiding toch een tamelijk eenvoudig ambacht uitvoert. Het toont haar inzet en motivatie, zonder te klagen over cao, werktijd of salaris. De S5 is uit het zicht, de volgende komt alweer aangeraasd.

In dit figuur wordt de groei van het BBP vergleken tussen Nederland en Duitsland. Het BBP is het Bruto Binnenlands Product en staat voor de productie die door alle Nederlanders samen is gemaakt. De groei van het BBP wordt hier berekend per hoofd van de bevolking, dat wil zeggen dat het totaal is gedeeld door alle inwoners van een land.Na de financiële crisis die beide landen hard raakte in 2009, blijkt dat het Duitse BBP sneller groeit dan dat van Nederland. Dit heeft onder meer te maken met de producteneconomie, de sterke autobranche, maar – zeker in moeilijke tijden – ook heel erg met de Duitse mentaliteit.

+ R R =

B AC K

17


BIZZIEKIDS STRAK IN PAK In landen als Engeland en Australië is het doodgewoon: het schooluniform. Hier in Nederland is en blijft het een discussiepunt. Helpt het tegen pesten? Of kunnen kinderen zich juist niet meer onderscheiden als individu vanwege een kledingvoorschrift? BizzieKids in Almere is de enige (basis) school in Nederland die een uniform hanteert. ‘Het lijkt wel alsof je een tatoeage hebt, je ziet hem de hele dag.’ DOOR: ANNEMIEK HUMMELINK

BizzieKids in Almere is een particuliere school die zich door onder andere het schooluniform enorm onderscheidt. Een kleine school met een huiselijk sfeertje waarvan directrice Jaqueline in 2011 het schooluniform invoerde. ‘Wij kwamen regelmatig zelf in Engeland en in Italië en daar zie je het heel veel. Wat ik er zelf zo leuk aan vind is dat het er zo netjes uitziet. Het ziet er veel beter uit dan op een reguliere school waar je veel naveltruitjes en decolletés ziet. Het geeft net wat meer aan de school en daarnaast voorkomt het pesten. Je merkt dat iedereen gelijk is, omdat ze er hetzelfde uitzien. Het heeft ook zijn voordeel als er nieuwe kindjes komen. Zij zijn eigenlijk direct thuis, omdat iedereen er zoals hen uitziet. Dat heb je op een gewone school niet. Wij zijn

dan ook wel een klein, maar op een grote school merk je soms dat nieuwe kindjes gewoon verzuipen.’ BizzieKids is de enige Nederlandse school in ons land die het schooluniform hanteert. In de zomer van 2011 werd op school aangekondigd dat er na de vakantie uniformen zouden komen. Dit was een beslissing die volgens Jaqueline gebaseerd was op meerdere onderzoeken waaruit is gebleken dat het de leerprestaties en de sfeer tussen de leerlingen positief beïnvloed. ‘Als je zoiets invoert, moet je natuurlijk ook aan kunnen geven waarom. Vandaar dat wij eerst veel research hebben gedaan, voordat wij deze keuze konden maken. Ook hebben we het gepeild bij de ouders, een enkeling

was het er niet mee eens, maar de meerderheid was positief.’ Meester Martien is al vijf jaar werkzaam op BizzieKids. ‘Toen het aangekondigd werd, heb ik daar met de kinderen over gesproken. Ik heb ze een betoog laten schrijven over wat ze er van vonden. Zoals altijd heb je wel tegenstanders, maar de meerderheid was toch erg enthousiast. Na een jaar sloeg dit om, ze baalden dan soms dat ze niet meer zelf mochten bepalen wat ze aan wilden.’ Marinus is één van de leerlingen van de basisschool. ‘Toen ik hier op school kwam vond ik het heel leuk, ik vroeg aan mijn moeder of ik hem alsjeblieft aan mocht, ze antwoordde dat ik hem nog vaak genoeg aan moest. Nu vind ik het vaak stom, niet altijd, maar wel vaak. Het lijkt wel alsof je een tatoeage hebt, je ziet hem de hele dag.’ Waarom het schooluniform daadwerkelijk is ingevoerd, is niet in één argument te vatten. Jaqueline: ’Het voorkomt pesten en het kost de ouders en kinderen minder tijd met het uitzoeken van kleding, de grotere meiden merken dit. Daarnaast brengt het ook veel veiligheid. Als in Engeland een kindje een ongeluk krijgt, weten ze direct van welke school het kind komt door het uniform. Wij hebben het hier zelf ook een keer gehad. De politie kwam hier, omdat een kindje een ongeluk had gehad. Ze hadden hem herkend

18


aan het uniform, en zo konden zij hem traceren. Wij konden de ouders bellen. Martien gelooft niet dat het echt nodig was tegen pesten. ‘Wij zijn zo’n kleine school, volgens mij werd er niet echt gepest en zeker niet om kleding. Ik denk dat het meer als een marketingtool is ingezet, je onderscheid je natuurlijk van andere scholen en op deze manier genereer je elke keer opnieuw een bepaalde publiciteit. Ook is het goedkoop en gelden dezelfde regels voor iedereen, dus hier kunnen de kinderen geen gedoe over krijgen. Met gym hebben ze ook een uniform aan, maar dat hebben de sporters op TV ook, zij komen ook in hetzelfde tenue het veld op. In principe is het gewoon hetzelfde. Het zorgt voor een gevoel van saamhorigheid en geeft een leuke sfeer. Maar ik geloof niet dat het bijdraagt aan de leerprestaties of dat het pesten tegengaat. Dit wordt meer positief beïnvloed door de tijd en aandacht die we in de leerlingen steken.’ Er zijn ook nadelen verbonden aan het schooluniform aan het schooluniform. Er wordt gesuggereerd dat het veel geld kost en dat het kind zich hierdoor niet meer kan onderscheiden als individu. Jaqueline ziet geen nadelen. ‘Ik ben alleen maar positief, wij zouden niets anders meer willen. Het brengt zoveel eenheid. Natuurlijk heeft de ene een brilletje en de ander een vlechtje, maar dat is toch heel wat anders dan dat de ene op ‘Nikes’ loopt en de ander op waterschoentjes.’ Martien:’ Ik heb de prijzen gezien en ik geloof niet dat het duur is. Het is veel goedkoper dan de kleding die je tegenwoordig haalt bij merkwinkels als Benneton of Hennes en Maurits. ‘

‘HET ZIET ER BETER UIT DAN NAVELTRUITJES EN DECOLLETÉS’ Engeland is één van de landen waar ze niet beter weten. Hier draagt iedereen een schooluniform. Fraiser is een student uit Londen. Hij heeft op het bekende Eton College gezeten,

waar prins Harry en prins William ook grotendeels hun jeugd hebben doorgebracht. ‘Ik moest elke dag een shirt aan met een vlinderdasje en een bootkraag. Daaronder had ik een lange broek en zwarte lakschoenen. Ik haatte het feit dat het zoveel tijd en mooi kostte om het allemaal mooi en goed bij elkaar aan te krijgen. Het gaf me wel een gelukzalig gevoel, alsof ik een privilege had, dat ik deel mocht nemen aan deze school en de traditie ervan. Mensen kunnen niet over je oordelen, omdat iedereen in hetzelfde schuitje zit. Ik denk daarom ook dat het zeker wel tegen pesten helpt in Engeland.’

+ R R =

B AC K

Of het daadwerkelijk in Nederland tegen pesten zal helpen zullen we misschien nooit weten. De meningen zijn nog steeds erg verdeeld en beide kanten blijven goed beargumenteerd. In onder andere Engeland is het dus een groot succes. BizzieKids in Almere heeft er in ieder geval heel veel profijt van. ‘Ik raad het alle scholen aan. Natuurlijk is het eng en spannend, maar het helpt de school enorm. Wij gaan nooit meer van het schooluniform af, we zijn er echt ontzettend tevreden over.’

19


JFK VAN DE LAGE LANDEN Het verhaal van Jesse Klaver lijkt een beetje te perfect: op het VMBO werd er getwijfeld aan zijn kunnen, maar nu is hij de nieuwe leider van GroenLinks. Gedreven door grenzeloze ambitie en idealen als groene brandstof in de politieke motor heeft Jesse Klaver de twijfels weggenomen. De jonge politicus, die zelf de afgelopen jaren nauwelijks veranderd is, wil nu Nederland gaan veranderen. AUTEUR: ROY SCHUTTE

Jesse Feras Klaver(JFK) heeft er nooit een geheim van gemaakt om ooit GroenLinks te willen leiden. Jaap van der Heijden leerde Klaver kennen toen ze beiden stage liepen bij de Tweede Kamerfractie van GroenLinks: ‘Het was iemand waarvan je heel duidelijk kon zien wat zijn ambities waren. Het spatte er van af.’ In de jaren daarna kwamen de twee elkaar vaak tegen bij DWARS, de jongerentak van GroenLinks. Inmiddels kennen ze elkaar negen jaar en zijn ze bevriend geraakt. ‘Ambitieus’ is een omschrijving waar politiek verslaggever Jaap Profiel: Jesse Feras Klaver 1 mei 1986(Roosendaal), 29 jaar Getrouwd met Jolein en vader van een zoon 2008-2009: Voorzitter DWARS 2009-2010: Voorzitter FNV Jongeren 2009-2010: Lid Sociaal Economische Raad(SER) 2010-Heden: Lid Tweede Kamer 2015-Heden: Fractievoorzitter GroenLinks

20

Jansen zich goed in kan vinden. ‘Hij was voorzitter van DWARS en toen zag ik hem al wel eens. Mijn eerste indruk was dat hij slim en scherp was en een goede presentatie had.’ Jansen heeft tientallen politieke talenten voorbij zien komen in zijn carrière en schaart Klaver daar ook onder. Hij vindt Klaver vooral inhoudelijk sterk. ‘Daarnaast is hij ook nog politiek slim.’ De goede presentatie waar Jansen het over heeft is hetgeen wat Bas Eickhout ook als sterke punt noemt. De Europarlementariër van GroenLinks was onder de indruk van de voorzitter van DWARS: ‘Zijn retorische gave viel mij meteen op. Als de voorzitter van DWARS spreekt is dat niet altijd het moment waarop iedereen zit te wachten tijdens het partijcongres. Toch weet Jesse daar het publiek te pakken, omdat hij een goed verhaal heeft en dat beeldend en overtuigend weet te brengen.’

Van Roosendaal naar Den Haag

Jesse Klaver groeide op in een sociale huurwoning in Roosendaal. Hij werd grootgebracht door zijn Nederlands-Indische moeder en zijn opa en oma. De ondernemingsdrang die Klaver heeft lijkt hij van zijn moeder geërfd te hebben. Zij heeft zich, nadat ze op haar twintigste van Jesse was bevallen, opgewerkt tot manager van een zorginstelling. Klavers Marokkaanse vader was niet in beeld bij zijn opvoeding. In Brabant waren er geen al te hoge verwachtingen over de toekomst van het ‘bastaardkind’. Op de middelbare school werd er tegen hem gezegd: ‘Een VMBO-diploma zou al knap zijn, misschien kun je door op het MBO.’ Op de Vrije School in Prinsenbeek leert hij debatteren en sindsdien wil hij de politiek in. Na Social Work te hebben gestudeerd aan de Avans Hogeschool begon hij aan een schakelprogramma aan de UvA, zodat hij kon worden toegelaten tot de Master Politicologie.

Hij maakte het programma echter nooit af, maar dat stagneerde zijn carrière allerminst. Een stage in de Tweede Kamer bij GroenLinks was in 2006 zijn eerste confrontatie met de politieke praktijk. In 2008 werd Klaver voorzitter van DWARS en later van CNV Jongeren. Tevens werd hij lid van de SER, waar hij met zijn 23 jaar de jongste ooit was. Na de slechte verkiezingsuitslag in 2010 kwam Klaver maar net in de Tweede Kamer voor zijn partij. En nu, vijf jaar later is hij de opvolger van Bram van Ojik als fractievoorzitter van GroenLinks. Volgens Jaap Jansen is het voor Klaver een goed moment om nu als partijleider aan de slag te gaan. Drie jaar geleden was de positie ook vacant. ‘Het is verstandig dat hij niet meteen GroenLinks ging leiden toen Jolande Sap vertrok.’ Inhoudelijk had Klaver het toen ook wel aangekund, maar de situatie binnen de partij belemmerde een vroegere invulling van die rol volgens de politiek verslaggever van BNR Nieuwsradio. ‘Er was veel wrok. Het was verstandiger om onder Van Ojik de partij tot rust te laten komen.’ Het feit dat Jansen zegt dat hij er vijf jaar geleden al klaar voor was, toont aan dat Klaver al vroeg politiek volwassen was. ‘Ik heb hem eigenlijk niet zien veranderen in de afgelopen jaren. Hij is in grote lijnen hetzelfde gebleven.’ Jaap van der Heijden beaamt dat zijn vriend niet veel veranderd is. ‘Iedereen verandert, maar er is niet iets specifieks dat ik kan noemen. Doordat GroenLinks een kleine fractie werd, moest Klaver meer keuzes gaan maken. Daar heeft hij op een professionelere manier mee moeten omgaan.’

Valkuilen De keuzes waarover Van der Heijden het heeft druisen rechtstreeks in tegen het ideaalplaatje van Klaver. Het liefst zou hij ieder probleem aanpakken. En daar ligt ook het gevaar voor de


politicus. ‘Als je heel ambitieus bent, kan het zo zijn dat dingen niet zo gemakkelijk gaan als je zelf zou willen. Dat is wel iets waar je altijd kritisch op moet zijn’, zegt Van der Heijden. Het is precies wat partijgenoot Eickhout ook als valkuil ziet: ‘Hij wil heel veel nu meteen. Bij Jesse zie je het ongeduld. Hij heeft wel adviseurs nodig die zeggen: ‘Even rustig nu.’ Dat is ook ergens mooi, maar het is niet zijn sterkste kant.’ In het kader van goed leiderschap vraagt Jaap Jansen zich af of Klaver niet te opportunistisch is: ‘Hij komt uit de liberale school van Femke Halsema. De laatste jaren is hij zich meer op links gaan profileren. Soms dreig je kiezers te verliezen op één van de flanken, als je teveel naar de andere kant overhelt. Dat zou een probleem kunnen worden in de praktijk.’ Prettig De politicus Jesse Klaver verschilt volgens Jansen, Van der Heijden en Eickhout niet zoveel van de privépersoon. Eickhout: ‘Het is een gedreven talent met hoge sociale gaven. Hij heeft redelijk snel door wat iemand probeert te zeggen en wat iemand dwars zit. Hij kan met iedereen samenwerken en weet ook vaak te achterhalen waarom iemand iets vindt.’ Het sociale aspect dat hij professioneel gebruikt komt terug in privégelegenheden. ‘Hij is supergeïnteresseerd. Ik heb hem leren kennen bij etentjes om het werk en het aangename te combineren. Als je hem een paar maanden later weer spreekt kan hij dan daarover nog wat vragen. Dat heeft hij dan toch onthouden. Wat dat betreft dus ook een prettig mens.’ ‘Prettig’ is ook hoe Jaap Janssen hem omschrijft. ‘Hij is gewoon heel aardig privé en is bereid om vragen te beantwoorden, ook lastige. Gewoon een prettig figuur.’

ren.’ Van der Heijden ziet Klaver nog regelmatig. Hoewel ze beiden een druk leven hebben proberen ze toch af en toe met de vriendengroep iets te gaan doen. De meeste vrienden van die groep hebben ze leren kennen in hun gezamenlijke tijd bij DWARS. ‘We gaan op een heel vriendelijke, gemeenschappelijke manier met elkaar om. Als we als vriendengroep bij elkaar zijn heeft Jesse niet een andere positie dan anderen.’ Klaver dronk tot zijn 21e geen alcohol. Tegenwoordig redetwist hij wel onder het genot van een glas bier met zijn vrienden. ‘We spreken met regelmaat over politieke onderwerpen, maar proberen wel te voorkomen dat het alleen maar daar over gaat’, zegt Van der Heijden daarover.

Kameraad Van der Heijden zegt ook dat er geen duidelijke scheiding tussen werk en privé. ‘Jesse is zichzelf en doet zich niet anders voor dan dat hij in zijn privé-omgeving is. Hij is erg betrokken en iemand met wie je goede gesprekken kan voe-

Toekomst Nadat bekend werd dat Klaver GroenLinks zou gaan leiden, kwamen er in de peilingen meteen zetels bij. Nederlandse kiezers lijken het wel te zien zitten in de jonge Brabander. Alles wat hem zou kunnen helpen

FOTO: MERLIJN DOOMERNIK

+ R R =

B AC K

om de partij groter te maken zal hij aangrijpen. In zijn speeches worden wereldberoemde uitspraken van anderen gebruikt, zelfs al komen ze uit een tv-serie. Ook laat Klaver niet onvermeld dat zijn initialen overeen komen met die van John F. Kennedy. De vliegende start is een lekker begin voor de idealist, maar hij beseft zelf maar al te goed waar hij staat. ‘Dit is nu leuk,’ zegt Bas Eickhout over zijn de start van zijn partijgenoot, ‘maar het gaat straks om het echt binnenhalen van stemmen met verkiezingen, op het moment dat er ook meer kritiek zal zijn. Er zijn nog genoeg stappen te maken en dat weet hij zelf ook wel.’ Politiek commentator Jansen is dezelfde mening toegedaan: ‘Hij moet gaan zorgen dat ze een keer mogen meeregeren, want dat is GroenLinks nog nooit gelukt. Hij heeft genoeg te doen om GroenLinks groter te maken en is daarin een duurzame kracht.’ Van Jesse Klaver zullen we de aankomende jaren dus nog veel gaan horen.

21


‘HET IS PURE DISCRIMINAT WERKNEMERS MET EEN ‘Actie! Actie! Actie! Wij willen actie!’ Boze medewerkers van sociale werkvoorziening Sallcon uit Deventer, stonden samen met de FNV Overheid, op de stoep bij de gemeente Deventer. Onder luid gejoel overhandigden zij daar een oproep aan de verantwoordelijke wethouder Jan Jaap Kolkman. Overal in het land wordt dezelfde actie gehouden om aandacht en steun te vragen voor de werkplek voor mensen met een arbeidshandicap. Alle aanbieders eisen maar één ding: een nieuwe cao met afspraken over werkzekerheid en loon. AUTEUR: FIEKE DE BEUZE

Eind 2013 liep de cao sociale werkvoorziening (SW) af en na anderhalf jaar is er nog steeds geen nieuwe. Er zijn nog geen onderhandelingen geweest met de Vereniging Nederlandse Gemeenten (VNG), de werkgever. De VNG wordt gevormd door alle wethouders in Nederland. ‘We hebben elkaar vier keer gezien en gesproken,

22

maar dit heeft nog niet geleid tot echte onderhandelingen. Dit komt omdat de VNG ook geen voorstellen heeft,’ vertelt Peter Wiechmann, FNVbestuurder Sociale Werkvoorziening. ‘Men zegt: ‘Welkom aan tafel, als jullie op voorhand erkennen dat er nooit meer een cao bijkomt voor de sociale werkvoorziening’. Dat is een voorwaarde vooraf, dat heb ik als onderhandelaar nog nooit meegemaakt. Wij vinden dat schandalig en kunnen daar ook niet op in gaan. Hoe belangrijk we werkzekerheid ook vinden.’ De sociale werkvoorziening is een passende werkplek voor mensen met een arbeidshandicap. De sociale werkplaats is een vrijwillige overheidsvoorziening op grond van de Wet sociale werkvoorziening. De gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de sociale werkplek, maar de dagelijkse uitvoering ligt bij de sw-bedrijven. Bij deze bedrijven werken in totaal 100.000 mensen. Niet alleen ouderen, maar ook 25.300 jongeren werken op een sociale werkplaats. Wim van den Brink, FNV Kaderlid Subsectie Sociale wetten Werkvoorziening vertelt: ‘Wij willen samen met FNV Overheid allereerst dat we gezien worden als werknemers van de sociale werkvoorziening en niet als deelnemers. Daarnaast willen we dat

ARB

de VNG weer om te tafel gaat zitten met het FNV. Verder moeten de onderhandelingen niet alleen gaan over werkzekerheid en flexibiliteit, maar ook over loonontwikkeling, zodat er een eerlijk loon uitkomt.’ ‘Als er geen nieuwe cao komt, betekent dat dat iedereen uiteindelijk op het minimumloon terecht komt of daaronder.‘ Van den Brink laat weten: ‘Op dit moment krijgt een derde van de werknemers in het loonhuis al minder dan het wettelijke minimumloon. Blijft het loon gelijk tot 2025, dan krijgt twee derde van de werknemers betaald onder het wettelijk minimumloon.’ Het wettelijk minimumloon gaat namelijk stijgen van 1501 euro naar 1708 euro. ‘Dan vind ik dat je beter gelijk kan zeggen: ‘Iedereen nivelleren en niet alleen de mensen van de onderklasse!’.’

Drie keer gepakt

‘Moet je eens tegen andere werknemers zeggen: ‘je krijgt nu zes jaar lang geen geld meer’, dan is het hele land in rep en roer en gaat iedereen staken,’ zegt Bart de Swart, werknemer van Sallcon. ‘Alles wordt duurder, terwijl mijn loon niet stijgt en ik geen werkzekerheid heb. Je wordt dus drie keer gepakt. Mensen van de sociale voorziening zijn nu eenmaal minder weerbaar en dus is het dubbel zo oneerlijk. Als je goed je werk doet, moet je ook goed beloond worden. Maar wij worden al zes jaar op de nullijn gezet. VNG noemt de medewerkers in de ledenbrief deelnemers van de sociale voorziening. Hier zijn vele werknemers van de sociale voorziening niet van gediend. De werknemers vinden het denigrerend. ‘Dat is onzin! We werken toch? We zitten niet gezellig bij elkaar, anders zou ik wel gewoon een hobbyclubje beginnen. Net zo als elke andere werknemer heb ik rechten, maar ook plichten. Ik moet dus ook gewoon op tijd op mijn werk zijn,’ vertelt werknemer De Swart. ‘We worden gewoon als tweederangs werknemers gezien en dat vind ik echt heel erg.’ Er moeten in de nieuwe cao afspraken gemaakt worden over werkzekerheid. De VNG stelt dat er absoluut


IE VAN EIDSHANDICAP’ geen ruimte is voor loonsverhoging. Niet alleen op dit moment niet, maar nooit meer. Er is dus geen geld voor de sociale voorziening, terwijl de gemeenteambtenaren uiteindelijk wel een nieuwe cao met loonsverhoging hebben gekregen van de VNG. Jan Jaap Kolkman, wethouder sociale zaken Deventer, vertelt: ‘Geld is altijd een betrekkelijk begrip, het ligt er aan waar je het aan uit wil geven. Ik vind het opmerkelijk dat er onderscheid wordt gemaakt. Het is ook heel slecht dat we juist aan de onderkant van het loongebouw de klappen laten vallen. Daar ben ik het niet mee eens.’ Wethouder Kolkman heeft namens het hele college van Deventer een brief gestuurd naar de VNG. Ook is hij in gesprek gegaan met andere gemeentes zoals Zwolle en Apeldoorn. ‘Ik heb aan de VNG bekend gemaakt dat we willen dat ze zonder voorwaarden vooraf met vakbonden gaat praten. Zo hoort dat bij een wettelijk overleg tussen werknemers en werkgevers. Ik hoop dat andere gemeentes in Nederland volgen.’

Discriminatie

‘Het geld moet ook hier voor de sociale werkvoorziening gevonden kunnen worden. Maar er speelt iets heel vervelends op de achtergrond,’ zegt Wiechmann, FNV-bestuurder. ‘Het is vooral dat de VNG het geld niet meer over heeft voor de mensen van de sociale voorziening.’ Door de nieuwe participatiewet zijn de gemeentes nu ook verantwoordelijk voor bijstandsgerechtigden en nieuwe mensen met een arbeidshandicap. Zij komen niet meer in een sociale voorziening zoals nu. ‘Eigenlijk is VNG bezig om de werknemers in de sociale voorziening gelijk te schakelen met mensen die een uitkering hebben. De VNG probeert namelijk iedereen wijs te maken, dat het oneerlijk is dat deze mensen een cao hebben en meer verdienen dan het minimumloon. Het is pure discriminatie van werknemers met een arbeidshandicap.’ Door verschillende acties te organiseren hoopt de FNV meer druk op de VNG te leggen. ‘We zijn bij heel veel

bedrijven en gemeentes bezig met hetzelfde protest als hier. Het protest is eigenlijk een petitie, die alle sociale werkvoorzieningen hun wethouder hebben aangeboden, om zo steun te vragen voor de sociale werkvoorziening’, vertelt Van den Brink. ‘We proberen ons doel te bereiken door steun bij wethouders te zoeken.’ Wethouder Kolkman zegt, ‘Ook wij gaan meer druk op de VNG leggen, op het congres streven we erna de VNG tot een uitspraak te dwingen, waarbij ze zonder voorwaarden in overleg gaan.‘ Indien de VNG op het congres deze uitspraak doet, wil de FNV weer onderhandelen over een cao. Als dat gebeurt komt een nieuwe cao een stuk dichter bij. De actie in Deventer is in ieder geval gelukt. Wethouder Kolkman geeft zijn steun en komt in actie op het VNG congres. ‘Ik vind het fantastisch dat we eindelijk in actie komen, want er gebeurt al heel lang niks. Nu zien meer mensen wat er gebeurt met de werknemers van de sociale voorziening. Er gebeuren al heel lang slechte

+ R R =

B AC K

dingen met de sociale voorzieningen. Fantastisch dat onze wethouder er achter staat,’ vertelt de Swart.

Meer acties

De FNV Overheid heeft deze week een ultimatum gestuurd aan de VNG. Wiechmann vertelt, ‘een ultimatum betekent dat we nu ook richting werkonderbrekingen en stakingen gaan denken. Daar zijn we helemaal niet op uit, maar zolang werkgevers niet bereid zijn om te onderhandelen, moeten we ook aan hardere actievormen gaan denken.’ De medewerkers van de sociale voorzieningen en de FNV Overheid leggen zich er nog niet bij neer. Er worden veel meer acties verwacht. ‘Na de zomerperiode als de mensen weer terug zijn van vakantie, gaan we ook naar grotere landelijke acties. Daarbij we gaan proberen de mensen van de sociale werkplaats massaal op de been te krijgen. Ik heb goede hoop dat er langzamerhand iets van een eerste kentering ontstaat. En als dat nog niet het geval is gaan wij gewoon lekker door, want we hebben een goed en eerlijk verhaal.’

23


THERE IS NO RESPECT FOR OTHERS WITHOUT HUMANITY IN ONE’S SELF - HENRI FREDERIC AMIEL

Deze productie is gemaakt door studenten van de opleiding Journalistiek van de Hogeschool Windesheim. Ondanks de constante zorg en aandacht die we besteden aan de samenstelling van dit product, kan de opleiding Journalistiek niet instaan voor de volledigheid, juistheid of voortdurende actualiteit van de gegevens en de inhoud hiervan. Mocht u feitelijke onjuistheden tegenkomen dan stellen wij een reactie erg op prijs via info@windesheim.nl . De inhoud van deze productie kan zonder vooraankondiging wijzigen. Aan de inhoud hiervan kunnen derhalve geen rechten worden ontleend. Auteursrecht Op de inhoud van dit platform rust auteursrecht. Het is niet toegestaan de auteursrechtelijk beschermde werken of andere informatie openbaar te maken of te verveelvoudigen zonder toestemming van de Opleiding Journalistiek. Wij stimuleren linken naar producties op de site van Journalistiek Zwolle zoveel mogelijk. Linken mag altijd en is aan geen enkele voorwaarde gebonden. Foto- en videomateriaal De redactie spant zich in om iedereen die geportretteerd wordt om toestemming te vragen. Mocht je bezwaar hebben tegen bepaalde foto’s of video’s waarop je te zien bent, neem dan contact op via info@windesheim.nl .

Redactie: Fieke de Beuze, Mathilde Hartholt, Nathan Sprey, Leon van der Straat Opmaak: Annemiek Hummelink, Noraly Terbije Hoofdredacteur: Roy Schutte


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.