Auteur: Gerdien Bos (De Vlinderstichting)
Nederlandse natuur te kwetsbaar voor weersextremen Nederland kan goed met water overweg. Toch liepen we in de afgelopen 4 jaar tegen onze grenzen aan, zowel in extreme droogte als in enorme wateroverschotten. Het KNMI Klimaatsignaal’21 waarschuwt dat zulke scenario’s door klimaatverandering steeds vaker voor gaan komen als we de uitstoot van broeikasgassen niet fors verminderen. Het klimaat verandert sneller dan we eerder dachten, en daar moeten we veel alerter op reageren. Want niet alleen het stedelijk en landelijk gebied, maar ook de natuur staat zwaar onder druk. En juist onze natuurgebieden kunnen een oplossing bieden voor een betere waterhuishouding, zodat we beter voorbereid zijn op de toekomst.
26
vakblad groen
Door de extreme regenval kon het water in juli 2021 niet snel genoeg afgevoerd worden. Beeld: Gerdien Bos
Omdat Nederland bijna altijd te maken heeft met wateroverschotten, zijn we kampioen in het afvoeren ervan. Ons land is zo ingericht dat het water snel weg kan als het regent. Maar dat daaraan ook grenzen zijn, hebben we afgelopen zomer in Limburg gezien. Extreme regenval zorgde voor veel wateroverlast en overstromingen. Door vergelijkbare gebeurtenissen in onze buurlanden stond het water in de grote rivieren ook extreem hoog. Deze zomer volgde op drie zomers waarin juist extreem weinig neerslag viel en er een groot tekort was aan water. Op de natuur hebben deze weersextremen enorme impact gehad, met soms zelfs onherstelbare schade tot gevolg.
weer het gebruikelijke voorjaarsniveau te bereiken. Het groeiseizoen van de vegetatie begon daardoor steeds met lagere grondwaterstanden dan normaal. En dat maakt het hele systeem extra gevoelig voor nieuwe neerslagtekorten.
Neerslagtekort
Vooral in het oosten van Nederland, op de hogere zandgronden, is het effect van de droogte groot. In een jaar met weinig neerslag zakt in de zomer het grondwater veel dieper weg dan normaal. De verdamping is dan groter dan de hoeveelheid neerslag. In de winter worden de grondwaterstanden doorgaans weer aangevuld, maar de afgelopen jaren was dit onvoldoende om tijdig
Figuur 1: Het maximale neerslagtekort per jaar in het beheergebied van Waterschap Rijn en IJssel. Bron: Dashboard Weer en Water, www.wrij.nl jaargang 78 • april 2022 • nummer 03
27
Figuur 1 op de vorige pagina toont het maximale neerslagtekort per jaar, gemeten door Waterschap Rijn en IJssel in het oosten van Gelderland. Een tekort zoals in de jaren 2018, 2019 en 2020 heeft zich in de afgelopen 60 jaar maar twee keer eerder voorgedaan. Tegelijkertijd zien we dat in 2021 het maximale neerslagtekort weer ongeveer op een gemiddeld niveau lag. De vele neerslag heeft de droge jaren weer kunnen compenseren.
Bedreigde soort
Ondertussen heeft de droogte gevolgen gehad die niet zomaar meer te herstellen zijn. We bekijken twee voorbeelden: de speerwaterjuffer en het koevinkje.
Foto boven: de zuidkant van het Beuven op 25 mei 2015. Beeld: Tim Termaat Foto onder: de zuidkant van het Beuven op 25 mei 2018. Beeld: Roy van Grunsven
28
vakblad groen
De speerwaterjuffer had in 2017 nog zeven populaties in Nederland. In 2021 waren dat er nog maar vijf. Het ging al erg slecht met deze ernstig bedreigde soort, maar de droogte heeft aan twee populaties de genadeklap gegeven. De speerwaterjuffer komt voor in kleine vennen en in de randzones van hoogvenen. De larven leven in de verlandingsvegetatie tussen de waterplanten en dat is juist de zone die droogvalt als er in de zomer een tekort is aan water. Een van de locaties waar de speerwaterjuffer helemaal verdwenen is, is het Beuven in Noord-Brabant. Op de foto’s is te zien hoe groot de oeverzone is die is drooggevallen. De zeggevegetatie die voor deze soort juist zo belangrijk is, was in 2018 al helemaal verdwenen.
De speerwaterjuffer wordt door de droogte ernstig bedreigd. Beeld: Jaap Bouwman
De Binnenveldse Hooilanden, een N2000-gebied tussen Veenendaal en Ede, werden in 2010 bereikt door het koevinkje. Deze vlindersoort houdt van vochtige graslanden en komt dan vooral voor langs de ruige perceelsranden. Het is een typische boerenlandvlinder, vandaar ook de naam die oorspronkelijk “koevlinder” betekent. Het koevinkje is niet zeldzaam, maar in de Binnenveldse Hooilanden kwam de soort in het verleden vrijwel niet voor. Vanaf 2010 namen de aantallen echter flink toe, totdat er in 2017 zelfs meer dan 100 op 1 dag waargenomen werden. Het koevinkje legt haar eitjes op grassen die groeien op vochtige plaatsen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat deze soort een van de slachtoffers is van de droge jaren. In 3 jaar tijd zijn de aantallen landelijk gezien met zo’n 80 procent afgenomen (figuur 2). In de Binnenveldse Hooilanden was dat duidelijk te zien: de droogte heeft de soort daar volledig weggevaagd.
Het koevinkje houdt van vochtige omstandigheden. Beeld: Henk Bosma
Figuur 2: De populatie van het koevinkje is in de droge jaren hard afgenomen. Bron: Netwerk Ecologische Monitoring jaargang 78 • april 2022 • nummer 03
29
De larven van de gaffellibel zijn in 2021 weggespoeld. Beeld: Christophe Brochard
De overvloedige regenval maakt zelfs van de Biesbosch een stroomgebied. Beeld: Pim van der Marel
Gaffellibel
van verdroging door grootschalige ontginningen, uitbreiding van stedelijk gebied en toename van grondwaterwinning. Dit is nooit goed onderkend en opgelost. In een gezond ecosysteem zijn soorten veerkrachtig en kunnen ze weersextremen die van tijd tot tijd voorkomen goed opvangen. Natuurgebieden staan echter nu al te lang onder druk en hebben veel van hun veerkracht moeten inleveren. Wat er nu nog over is, zijn kwetsbare, kleine populaties die te weinig genetische variatie hebben om zich goed aan te passen aan de wisselende omstandigheden. Juist met het oog op het veranderende klimaat moeten we zuinig zijn op onze biodiversiteit en zorgen voor een robuustere natuur die de klappen beter kan opvangen. Door het beter vasthouden en bergen van water in het landschap in en rond natuurgebieden kunnen zowel waterschaarste als extreme regenval beter opgevangen worden. Zo worden watersystemen weerbaarder tegen de uitdagingen van deze tijd en is er meer perspectief voor de Nederlandse biodiversiteit. Lokale maatregelen laten zien dat het kan, laten we ons daar dan ook voor gaan inzetten.
Ook de extreem hoge waterstand in de rivieren heeft impact op de natuur. Een voorbeeld hiervan is de gaffellibel, een soort van de Habitatrichtlijn, die onder andere voorkomt in de Roer. Normaal gesproken kun je in juli en augustus op de Roer tientallen gaffellibellen zien. Maar dit jaar trad precies in die periode de rivier buiten haar oevers en werden er nul individuen waargenomen (bron: Nationale Databank Flora en Fauna). De larven van de gaffellibel leven zo’n 3 jaar in de rivier, waar ze zich ingraven in de bodem tussen zand of grind. Als ze volgroeid zijn, kruipen ze uit het water in de oevervegetatie. Daar barst hun huidje open en komt de volgroeide libel tevoorschijn. Wat er in 2021 met de larven is gebeurd, is nog niet bekend. Het is goed mogelijk dat een groot deel door de stroming is meegesleurd en daarbij is omgekomen. Het kan ook zijn dat we volgend jaar gaffellibellen gaan zien een heel stuk stroomafwaarts van waar ze normaal voorkomen. Feit is in ieder geval dat er dit jaar veel minder individuen zijn uitgeslopen dan normaal. We moeten afwachten hoe de populatie zich van deze klap herstelt.
Weerbaarder systeem
Het Klimaatakkoord 2021 doet een dringende oproep om de opwarming van het klimaat niet te negeren. Weersextremen zoals grote droogte en hevige regenbuien zullen steeds vaker voor gaan komen. Onze watersystemen zijn er nu niet op berekend om die extremen op te vangen. Dat moet anders. Tot nu toe was water in ons land vrijwel nooit schaars. Na drie droge zomers hebben we echter gezien dat dit een bedreiging is die wel degelijk op de loer ligt. In zulke periodes moet het schaarse water dat er nog is verdeeld worden. Al jaren zijn de grondwaterafhankelijke natuurgebieden de eerste die de dupe worden van watertekorten. In die gebieden is toch al sprake
30
vakblad groen
Literatuur:
• André Jansen, Judith Bouma, Thomas de Meij, Uko Vegter en Michiel Wallis de Vries (red.), 2020. Droogte ingrijpend voor natuur in hoog Nederland. OBN Deskundigenteams Nat zandlandschap en Beekdalen. KNNV Publishing, Zeist. OBN/VBNE, Driebergen. • KNMI 2021: KNMI Klimaatsignaal’21: hoe het klimaat in Nederland snel verandert. KNMI, De Bilt.