4 minute read
Freelinen op karper
Tekst en foto’s: Serge Sonneveld
De gesloten tijd komt er langzaam weer aan en dat betekent in mijn geval dat ik de roofvis spullen opruim en mijn penhengel weer afstof en gereed maak. Ruim 40 jaar geleden liet mijn vader mij kennis maken met het karpervissen, ik ving mijn eerste karper op een plas in Madestein en later waren we vaak in de polders te vinden rondom Kwintsheul, maar ook zaten we regelmatig in wateren van de Plaspoelpolder. Er zaten dagen bij dat we dik in de dubbele cijfers visten en veel karpers wisten te vangen, maar ook bijvangst als dikke blankvoorns, zeelten etc. De montage was destijds simpel: stuitje, Engelse pen, wat lood en een haak. Als haakaas gebruikten we veelal krieltjes of mais. Mijn vader zei altijd gekscherend; “maïs van de harper lust elke karper”. Dacht altijd dat het woord ‘harper’ een speciale betekenis had, maar uiteindelijk sloeg het nergens op en rijmde het gewoon lekker…
Vandaag de dag vis ik vooral in de wateren in Midden Delfland aangezien ik hier met veel plezier woon sinds 2008. De wateren in mijn omgeving kennen een fantastisch karperbestand en de meeste wateren zijn op loop- of fietsafstand. Vis ik nog steeds met de pen? Nee, eigenlijk al jaren niet meer. Ik ben een ‘freeline’ visser zoals dit tegenwoordig zo mooi heet, dit houdt simpelweg in dat ik alleen met een haak vis. Dit kan uiteraard aan de oppervlakte met drijvende zaken, maar ik zal nu vooral inzoomen op de zinkende manier van vissen. Kortom, ik vis alleen nog maar op zicht en struin de waterkant af naar tekenen van leven. Voor mij de mooiste manier van karpervissen, een vis spotten, daarna het subtiel ‘aanleggen’ van je aas, de spanning, je lijn zien weglopen en uiteindelijk de haak zetten en ook nog eens de dril… hier draait het allemaal om!
En als je het kunstje onder de knie hebt, dan kan je, net als ik 35 jaar geleden, nog dik in de dubbele cijfers vissen. Zo zijn er al dagen geweest dat ik in een ochtend 12 karpers wist te vangen of op een dag zelfs tussen de 15 en 20 stuks. En ik kan je verklappen dat dit niet alleen kleine karpers zijn en er soms uitschieters tussen zitten van 25-30 pond. Natuurlijk vis ik veel in polderwater en houdt het bij een pond of 30 wel op, maar dit slag vissen is bonus en het gaat mij vooral om de beleving.
Kort even over mijn materiaal, ik vis met een 1,5-lbs hengel van 3.90m met daarop een 4000 molen en een nylon lijn van 28/00 met daaraan een wide gape karper haak, maatje 4 of 6. Mijn nylonlijn heeft een hoog drijfvermogen en is haast onzichtbaar in het water, wat erg belangrijk is voor deze visserij. Een lijn met een hoog drijfvermogen is een voorwaarde zodat je de aanbeet goed kunt waarnemen. Ik kies bewust voor een lange hengel zodat ik de vis makkelijk kan aanwerpen of aanleggen, daarnaast is het heerlijk drillen met een lange parabolische hengel en kan je ook mooi over riet heen vissen etc.
Mijn favoriete haakaas in het vroege voorjaar is de worm, ik denk het meest onderschatte haakaas dat er is voor de karper. Vooral in de maanden maart en april is het water nog wat kouder en niet erg voedselrijk. De karpers zijn dan vooral op zoek naar licht verteerbaar (natuurlijk) voedsel. Ik vis vooral met de dendrobena worm, dit is een worm die haast in elke hengelsportzaak te vinden is. Een voorwaarde is dat de worm goed levendig is en dus flink beweegt aan de haak. Dit is namelijk een enorme trigger voor de karper en het is soms bizar met hoeveel geweld en snelheid een langzaam zakkende worm gepakt wordt.
Maar hoe pak je deze visserij nou aan? Allereerst is het zaak dat je in niet al te diep water vist, hoe dieper het water, hoe moeilijker de karpers te traceren zijn. Ik vis daarom in wateren tot maximaal 1,5 meter diepte. Mijn voorkeur gaat altijd uit naar de vroege ochtend of de avond, dit zijn de momenten waarop de karpers het meest actief zijn en je ze dus ook makkelijk kunt zien azen. Ik let dus vooral op bellensporen, bovenkomende staarten en stofwolken. Op het moment dat je een bellenspoor ziet dan is het zaak om even goed in kaart te brengen waar de kop ligt. Wanneer je dat weet dien je heel rustig de worm te laten zakken, dit mag gerust een cm of 5 voor de bek van de vis. Wanneer je alleen met een haak (zonder lood) vist zal de worm heel natuurlijk zakken en onweerstaanbaar zijn wanneer de karper deze ziet dwarrelen. Ligt de vis wat verder en kun je de worm niet rustig laten zakken omdat de karper te ver buiten bereik is, gooi de worm er dan minimaal een meter overheen en trek deze langzaam naar de vis toe. Een te harde plons in het water schrikt de karper al snel af, dus wees subtiel. Dit geldt natuurlijk ook in het besluipen van de gespotte vis, maak je klein en houd afstand van de kant en zorg dat je sluipt zodat de vis je niet opmerkt.
Het komt in deze visserij vaak aan op details. Ligt de worm voor de bek van de vis, dan is het wachten tot de lijn wegloopt. Vaak neem je een klein ‘trekje’ aan de lijn waar, dit is het moment dat de karper de worm opzuigt, waar direct daarna de lijn wegloopt. Dit is het moment om de haak te zetten! Loopt de lijn nou niet weg, maar zie je de lijn wel even oplopen, dan is het zaak om de lijn strak te draaien, voel je weerstand zet dan ook de haak. In sommige gevallen blijft de karper namelijk liggen wanneer hij de worm gepakt heeft, wacht je dan te lang dan kan de haak erg diep zitten. Nu vis ik veelal in troebel water, maar in helder water is deze visserij ook erg effectief. Mede omdat je geen pennetje gebruikt en de lijn wat horizontaler in het water ligt heeft de karper geen argwaan. De reden dat ik ooit zonder dobber ben gaan vissen is vooral omdat karpers vaak schrikken van de dobber of tegen de lijn aan zwemmen die loodrecht onder de dobber staat. Het vereist in het begin enige oefening want je hebt 0 werpvermogen omdat je alleen met een worm aan de haak vist. Zorg dus voor een soepele (goed drijvende) lijn, een vol gespoelde molen en een hengel die makkelijk werpt.
Natuurlijk kun je deze visserij ook beoefenen op andere vissoorten zoals zeelt, giebel, brasem etc. En als aas kun je ook gemakkelijk een zinkende vlok gebruiken of ander haakaas. Maar ik zou willen adviseren, probeer dit voorjaar eens de worm, zoek een azende karper, leg deze subtiel aan en je zult versteld staan van het resultaat…