Op Weg Tweemaandelijks • augustus-september 2010 • 4,90 €
België-Belgique P.B. Gent X BC21170
Retouradres: GR, Van Stralenstraat 40, 2060 Antwerpen
Erkenning: P 309099
Magazine voor Wandelaars & Fietsers
Dossier Pelgrimswegen Congo in Brussel Het Ruhrgebied Ton Joosten
06 9 771379 018002
Assisi • Rocciamelone • Bardsey • Lourdes • Venetië
2010 • 4
| Dossier | België
Vakwerkhuizen in Hattingen
wordt begraasd door een kudde paarden. Op de zandpaden staat soms zo veel water, dat we grote omwegen moeten maken om onze voeten enigszins droog te houden.
De nieuwe routes gebruiken GRpaden en fiets- en wandelnetwerken.
Op pelgrimstocht door de Lage Landen Ter gelegenheid van haar 25-jarig bestaan en het heilige Jacobusjaar 2010 ontwikkelde het Vlaamse Compostelagenootschap vier nieuwe pelgrimswegen door België. Christina Bloem verkende de Via Monastica. Natte heide Het eerste deel van de Via Monastica loopt grotendeels samen met het Nederlandse Pelgrimspad (LAW 7-II). We starten bij de kathedraal van ‘s-Hertogenbosch en lopen door een natuurgebied net buiten de stadsmuur naar het riviertje de Dommel. Dit gebied kon vroeger ter verdediging
van de stad onder water gezet worden. Met een zelfbedieningspontje steken we de Dommel over en we volgen een poosje zijn meanders. Een afwateringskanaal brengt ons bij een vroeger militair terrein, nu een natuurgebied met lunetten en vele watertjes. In het
Een nat broekbosgebied en een brede afwateringssloot brengen ons bij het riviertje de Beerze. Dit mag hier vrij meanderen en zelfs overstromen. Het heeft dan ook een groot gebied onder water gezet, een paradijs voor ganzen en andere watervogels. Tot Spoordonk blijven we dit slingerende riviertje volgen. Er ligt een vissentrap in met wel 18 treden. Later kruist de Beerze nog regelmatig ons pad, maar dan is hij gekanaliseerd en minder schilderachtig.
Naar Postel Voorbij Middelbeers komen we alweer bij een vochtig heidegebied, waar het krioelt van de vogels. Vanaf een picknickbank genieten we ervan, voordat we door graslanden naar Vessem verder-
bos ligt fusilladeplaats Vught, waar in WO II meer dan 300 mensen doodgeschoten zijn. Door het bos gaan we verder naar de recreatieplas IJzeren Man. Bij de Kampina komen we weer in een schitterend natuurgebied met droge en natte heide, bossen, beken en heel veel vennen. De heide
Op Weg 6/10
tentoonstelling is over de Norbertijnen. Als echte GR-wandelaars nemen we bij het verlaten van het abdijterrein de alternatieve route, niet door het centrum van Westerlo maar op de GR5. We doorkruisen de natuurgebieden De Beeltjes en De Kwarekken en komen dan opnieuw bij de Grote Nete. Langs het kasteel de Merode dat ligt te glanzen in de zon, komen we bij de Abdij van Averbode. Ook deze is van de Norbertijnen. Hier schakelen we over op fietsknooppunten, maar al snel hebben we spijt dat we voor het kortere alternatief naar Zichem hebben gekozen. We moeten nu een stuk langs een drukke verkeersweg lopen. Het GR-alternatief is heel wat mooier. Dat kennen we van het Hagelandpad. Bij Zichem kiezen we dus voor het GRalternatief en trekken op het Hagelandpad over mooie holle wegen en langs boomgaarden via Kortenaken en Ransberg naar
Norbertijnen Een paar veldwegen brengen ons bij de abdij van Tongerlo, ook al een Norbertijnenabdij. Op het terrein staan mooie oude gebouwen, o.a. een tiendschuur uit 1618, waar een permanente Tongerlo
18
gaan. Hier verlaten we het Nederlandse Pelgrimspad om langs knooppunten van het Noord-Brabantse wandelnetwerk naar de Cartierheide te trekken. Een knuppelpaadje door het natte heidegebied en een smal berkendijkje brengen ons langs een groot ven, waar een kolonie meeuwen huist. Wat een oorverdovend lawaai! De autobaan is er niets bij. Op zandpaden en asfaltwegjes lopen we België in naar de Norbertijnenabdij van Postel, temidden van de bossen. Ook deze abdij kent een geschiedenis van plunderingen, onteigeningen en uiteindelijk de terugkeer van de monniken. In de herberg is het goed toeven bij een glas abdijbier en een abdijboterham met Postelse kaas. Via het fietsroutenetwerk bereiken we het kanaal van Dessel naar Kwaadmechelen dat we een hele tijd op het jaagpad volgen. Ter hoogte van Rosselaar verlaten we het kanaal om op fietsknooppunten door bos en veld verder te gaan in de richting van Meerhout. Een korter alternatief volgt het kanaal nog verder tot Tessenderlo. Maar wij hebben een beetje genoeg van het kaarsrechte jaagpad. We bereiken het riviertje de Grote Nete, veel schilderachtiger dan het kanaal. En het fietspad erlangs is onverhard!
Bij het in kaart brengen van de vier nieuwe pelgrimsroutes had het Vlaams Compostelagenootschap niet de bedoeling om nauwgezet historische tracés te volgen. Wel volgde ze de traditie van de oude pelgrimswegen door mooie routes langs kloosters, steden, kerken en abdijen te combineren en zo de pelgrim vanuit Nederland naar de aanlooproutes in Frankrijk te leiden. De nieuwe Vlaamse pelgrimsroutes gebruiken GR-paden, fiets- en wandelnetwerken, rivieren en kanalen. Hier en daar is een blauw-gele Compostelabewegwijzering langs de route aangebracht.
Namen
Op Weg 6/10
19
| fietstip | De Kempen
116 mm
ssen aan de kaart)
Zoutleeuw. Het andere alternatief loopt op fietsknooppunten langs Tienen. Een geklasseerd kasseiwegje en een paar fietsknooppunten brengen ons in Overhespen waar we het Hagelandpad weer oppakken. Een tijdlang volgen we op een leuk paadje de kronkelende Kleine Gete met zijn sterk afgekalfde oevers. We bereiken de taalgrens en stappen kort daarna het provinciaal domein van kasteel Hélécine in. Dit was ooit onderdeel van (alweer) een Norbertijnenabdij, maar daarvan is niets meer te merken.
n /0/0/0
of 11 0/0/0
0/40
e 7 pt 0/0
Steekkaart Gent
Halle
oorweg
g
aat
osnelweg
Tongeren
Jodoigne
Luik
Doornik
Nijvel
Seboug
Via Gallia Belgica
Landrecies
0
25
Namen Dinant Givet St.-Hubert Rocroi
50
km
Malmedy
Via Mosana
Chimay Via Thiérache
Aken
Hoei
La Rochre-enArdenne Via Arduinna Neufchateau
Orval Stenay
Avioth
Route en bewegwijzering Behalve de Via Monastica zijn er nog drie andere Vlaamse routes: De Via Brugensis (175 km) voert van Sluis via Brugge. Roeselare en Menen naar Pecq. De Via Scaldea gaat vanuit Gent via Oudenaarde eveneens naar Pecq. Vandaar lopen ze gezamenlijk langs Doornik naar Sebourg, waar ze op de GR 122 aansluiten. Deze voert naar de GR 654 (voor de pelgrims richting Vézelay) en kruist ook de Via Gallia Belgica (voor de pelgrims richting Parijs). De Via Brabantica (160 of 134 km) begint in Bergen op Zoom en gaat langs Antwerpen en Lier naar Mechelen, waar hij zich splitst. De ene tak loopt via Brussel naar Nijvel, het beginpunt van de Via Gallia Belgica (richting Parijs). De andere tak leidt via Leuven naar Jodoigne op de Via Monastica. De Via Limburgica voert van Thorn (op het Nederlandse Pelgrimspad) langs Maaseik, Alden Biezen en Tongeren naar Eghezée, waar hij op de Via Monastica aansluit.
Steekkaart Route en bewegwijzering Goudzoekers Fietsroute, 56 km, in de Antwerpse Kempen tussen Mol en Postel; ook beschikbaar als B-dagtrip; van 10 maart tot 10 oktober 2010, dagelijks vanaf 9.30 uur, niet op maandag; prijs: € 32 p.p. excl. dranken; reservatie gewenst.
Kaarten en gidsen De routebeschrijving krijg je op de startplaats.
Info www.goudzoekersfietsroute.be, tel 0473-86 60 37. Aan het Fietspunt in Mol kan je fietsen huren (fiets € 9, tandem € 18), ook elektrische fietsen, bakfietsen, speciale tandems voor combinaties met kinderen, gehandicapten,…
Kaarten en gidsen E34
Voor ieder van de vier nieuwe pelgrimswegen is een gidsje verschenen met de volledige beschrijving, duidelijke kaartjes en goedkope logies.
Info
Postel LF5
Retie
www.compostelagenootschap.be
Dessel
Win een gids van de nieuwe routes Op Weg mag van het Compostelagenootschap vijf exemplaren van elke nieuwe gids wegschenken. Ben je geïnteresseerd, stuur dan zo snel mogelijk een mailtje naar opweg@groteroutepaden.be, met je voorkeurgids.
L LF F5 51
Zilvermeer Sluis
Mol
N71
LF35
Tekst: Christina Bloem Foto’s Jacques Huinck
Leuven
Via Limburgica
Mol uit. Via een jaagpad langs het kanaal en een watersportmeer bereiken we het provinciaal domein Zilvermeer. Op deze zonnige meidag heerst er al wat bedrijvigheid op het strand. Tijd voor onze soep. Verder gaat het, richting Blauwe Kei. We hebben mooie doorkijkjes op het meer en op een zandduin dat eruit ziet als gatenkaas. Nestelende zwaluwen vliegen af en aan. Langs enkele kanalen en een lange rode betonweg door heide en bos rijden we in de richting van Postel. Onderweg fietsen we een tijdje over Nederlands grondgebied op een smal kronkelpad door sparrenbossen. Gesterkt door een smakelijke hoofdschotel passeren we de abdij van Postel waar een gezellige drukte heerst. Ons dessert aan het Campina Strand in Dessel is een lust voor het oog. Langs het kanaal gaat het via de 37 m hoge Sas4-toren in Dessel en een zandontginningsput naar een laatste recreatiemeer. Nog even door de bossen langs enkele villa’s en we zijn terug in Mol. We hebben er van genoten en waren liefst zeven uur onderweg. Van onthaasten gesproken! (GR)
LF35
2pt
Zoutleeuw
Maaseik
Na een succesvolle eerste editie in 2009 krijgt de culinaire Goudzoekers Fietsroute een vervolg in 2010. Het is heerlijk fietsen langs de Molse kanalen, meren en bossen. Fietsen combineren met culinair genot is het opzet van de Goudzoekers Fietsroute. De tocht gaat langs de mooiste plaatsjes tussen Mol en de Nederlandse grens en ontleent zijn naam aan het witzand, bekend als het witte goud van de Kempen. Gestart wordt aan het Fietspunt bij station Mol. Hier krijg je de beschrijving en bonnetjes voor een ontbijt, een bord soep, een hoofdgerecht en een dessert. Je kan ze gebruiken in één van de deelnemende horecazaken langs het traject. Na het succes van 2009 (1.100 deelnemers) kwam er in 2010 een startpunt bij in Postel, pal aan de Nederlandse grens. De route is samengesteld uit langere trajecten van de LF 5, de LF 35 en de LF 51, gecombineerd met knooppunten en eigen routes naar de meren en de zandontginningsputten. We starten vrij laat en ontbijten dus pas tegen de middag. Een overvloedig ontbijt met kaas, hesp, tonijnsalade en omelet met spek. Dan fietsen we langs een beekje
N18
0 pt
Diest
Eghezée
St.Quentin
ns
Brussel
Via Scaldis
Pecq
Op Weg 2010
Tongerlo
Mechelen
Oudenaarde
Langs de Maas
Postel
Antwerpen
Brugge
Menen
Vessel
Via Brabantica
Sluis
We passeren de ene Norbertijnenabdij na de andere. In Hélécine verlaat de Via Monastica het Hagelandpad om een tiental kilometers samen te gaan met de Via Gallia Belgica, de Compostelaroute naar Saint-Quentin en verder naar Parijs. Een paar kilometer vóór Jodoigne ruilen we de Via Gallia Belgica dan weer in voor de RAVeL 2, een vroeger treintracé door de suikerbietenstreek naar Namen. Vanaf Namen volgen we de Maas, op het jaagpad en soms langs de weg. Dit lijkt saai, maar er is genoeg te zien om de route toch afwisselend te maken: de Citadel van Namen, een kasteel, de halsbrekende toeren van bergbeklimmers, de abdij van Leffe en ... alweer een Norbertijnenabdij. Het Leffebier wordt niet meer in de abdij gebrouwen maar in de InBevbrouwerij die daarvoor royalties betaalt aan de abdij. De Via Monastica blijft nog steeds langs de Maas en de stadjes en dorpen rijgen zich aaneen: Dinant, Anseremme, Waulsort, Hastière, Hermeton, Givet, Aubrives... In Hierges bereiken we de GR 654, de Franse aanlooproute die via Vézelay naar Santiago voert. In totaal hebben we dan 275 km afgelegd.
Via Monastica
Bergen op Zoom
Via Brugensis Roeselare
Op zoek naar het witte goud
‘s-Hertogenbosch
0
1
km
20
Op Weg 6/10
2
Op Weg 2010
Op Weg 6/10
21
| Fietsreportage | Zuid-Frankrijk
De monnik Saint-Émilion
Entre-Deux-Mers
We fietsen door de wijngaarden verder naar Barbezieux, waar we de 40 km lange geasfalteerde Voie Verte oppikken naar Clérac. Grote sparrenbossen en zandgronden vertellen ons dat we in het oostelijk deel van de Charente-Maritime zijn beland. We vinden een mooie picknickplaats bij een bron met een ven. De meest prestigieuze bordeauxgebieden glijden aan ons voorbij: Lalande-dePomerol, Pomerol en Saint-Émilion. SaintÉmilion heeft zijn vroegere luister niet verloren. We bekijken er de ondergrondse hermitage van de heilige Émilion en de grootste onderaardse kerk van Europa. De Toren van het oude fort, La Tour du Roy, is de enige nog ongeschonden donjon in de Gironde. Vanaf de kerktoren zien we wijngaarden zover het oog reikt met in het zuiden aan de horizon de hellingbossen van de Dordogne.
Het denkbeeldige schiereiland tussen de Dordogne en de Garonne heet EntreDeux-Mers, omdat dit hoger gelegen gebied vroeger aan weerszijden door de zee was omringd. Het landschap is hier heuvelachtiger, met wijngaarden, maïsvelden en vestingdorpen. We rijden een stukje langs de 54 km lange Piste Cyclable Roger Lapebie, een Voie Verte tussen Bordeaux en Sauveterre. Voor we de Bordeaux verlaten, houden we nog even halt bij het Château Gayon om voor
De meest prestigieuze bordeauxgebieden glijden aan ons voorbij
Met de fiets naar Lourdes Voor het Mariabeeld in de basiliek van Tongeren branden tientallen kaarsen. Hier begon Guy Raskin zijn fietstocht naar Lourdes, van basiliek naar kathedraal, van stad naar dorp, dwars door Frankrijk. We pikken het verhaal op in de Charente, de bakermat van de cognac. Pineau en Cognac In de Charente zijn meer dan 500 km verkeersarme wegen en Voies Vertes. Ze zijn met een groen fietsje gemarkeerd en vormen een grote achtvormige lus, ‘Le Grand Huit Charentaise’. Wij fietsen langs de westkant ervan door een heuvelachtig
22
Op Weg 6/10
weidelandschap. De alleenstaande boerderijen zijn dikwijls versterkt met één of meer verdedigingstorens. In de weiden staan eenzame dode bomen, begroeid met klimop. Langs de weg groeien varens en tamme kastanjes.
Over een Voie Verte bereiken we het pittoreske Nanteuil-en-Vallée met zijn Romaanse Benedictijnenabdij Notre Dame. Dit stadje ligt aan de pelgrimsweg naar Santiago de Compostela. De Romaanse Abdij van St-Amant-de-Boixe is genoemd
Door de Landes
Met de hulp van Onze Lieve Vrouw
naar de eremiet Amant die in de 6de eeuw in het woud van Boixe leefde. Intussen zijn we bij de sterk vertakte en meanderende Charente beland. Iedere bocht die we afsnijden, betekent klimmen. In Trois-Palis bezoeken we het atelier van de chocolaterie Letuffe. Midden in de wijngaarden van de Cognac en de Pineau ligt Châteauneuf-surCharente. De stenen brug over de Charente is altijd een strategisch punt geweest tussen Angoulême en Cognac. Hier meerden aan de rivierkaden de platbodemboten Les Bagares aan, die de cognac in vaten vervoerden.
Éen van de hoogtepunten van onze route naar Lourdes is de ‘Notre-Dame des Cyclistes’. Dit kerkje is het nationale heiligdom van de wielrenners en vele wielergoden schonken er hun truien, fietsen en trofeeën aan. We zien bekende namen als Bartali, Coppi, Poulidor, Anquetil, Robic, Moser, Merckx, Ocana, Thevenet, Hinault, Fignon, Armstrong en ook Van Impe, Boonen en Maertens.
Op Weg 6/10
23
Voie Verte
de laatste keer een wijnkelder te bezoeken. Bazas is gekend om de runderen die er gekweekt worden. Ze worden verhandeld op het driehoekige centrale plein met de arcades. Tussen de statige herenhuizen is een doorgang naar de oude veestallen en naar het stadhuis. Ook Bazas ligt op de pelgrimsroute naar Santiago de Compostela. De kathedraal werd op de resten van de Romaanse Lieve-Vrouw kerk gebouwd en is een nationaal monument.
Pijnboombossen De bossen van de Landes vormen het grootste aaneengesloten bosgebied van Europa. Ze beslaan de departementen Landes, Gironde en een deel van Lot-etGaronne en bestaan uit maritieme dennen die behoren tot de familie van de grove den of pijnboom. We fietsen een zestigtal kilometers door dit immense pijnboombos met hier en daar een zandduin en wat heide. In de zeldzame dorpjes zien we de bizarre Romaanse kerkjes die kenmerkend zijn voor deze streek. Het eerste stadje dat we na dit grote bosgebied passeren, is het middeleeuwse Labastide d’Armagnac. Een bastide is een versterkte nederzetting van de Tempeliers met een centraal marktplein en daar omheen een typisch rechthoekig stratenpatroon naar Romeins model. Labastide d’Armagnac ligt aan de Voie Verte du Marsan et de l’Armagnac die Mont-deMarsan verbindt met Gabarret.
huizen en arcades langs smalle straatjes. Aan de rand van het oude centrum ligt een stierenarena die tegenwoordig gebruikt wordt voor allerhande festiviteiten. We fietsen door de wijngaarden van de Armagnac en de Côtes de Gascogne. Deze heuvelachtige streek doet een beetje aan Toscane denken. In Salles d’Armagnac proeven we Armagnac en Floc de Gascogne in de ‘Chai’ (wijnkelder) van het Château de Salles. De vallei van de Adour trekt een brede vlakke lijn van de Pyreneeën naar de Atlantische Oceaan. We wijken uit naar Marciac, een oude bastide met het grootste marktplein van de Midi-Pyrénées. Hier wordt tijdens de eerste twee weken van augustus een groot jazzfestival gehouden. Aan de stadsrand staat op een heuvel de wat bizarre kapel Notre Dame de la Croix in Romaans geïnspireerde stijl. Tussen de valleien liggen steile waterscheidingen. De Voie Verte du Camin d’Adour verbindt de meren ten noorden van Bours met Soues dat ten zuiden van Tarbes ligt. In Tarbes staat het geboortehuis van Maarschalk Ferdinand Foch, generaal van de geallieerde troepen in WO II. Hij is echter vooral bekend geworden als de commandant die in 1914 de oprukkende Duitse troepen tot staan bracht tijdens de Slag aan de Marne.
24
Op Weg 6/10
Steekkaart GB
Lourdes De bergen kruipen steeds dichter naar elkaar. We naderen de eerste uitlopers van de Pyreneeën met de Pic du Midi de Bigorre, Montaigu en Vignemale. Aan de voet van de Pyreneeën ligt Lourdes, verstopt in de smalle vallei van de rivier de Gave. Eenrichtingsstraatjes met vele souvenirwinkeltjes draaien rond de op de rots gelegen burcht. De heiligdommen van Lourdes zijn enkel te voet bereikbaar. Ze liggen aan een grote meander van de Gave. Op het domein staan drie basilieken. De oude basiliek van de Onbevlekte Ontvangenis fungeert als crypte voor de eronder gelegen Rozenkransbasiliek. Die is gebouwd in Romeins-Byzantijnse stijl met bogen, kapellen en koepels en is versierd met wel 2.000 m² Venetiaanse mozaïeken. De derde basiliek, de H. Pius X- basiliek, ligt ook onder de grond. Onze tocht eindigt bij het beroemdste Mariabeeld, omringd door ontelbare noveenkaarsen.
Tekst en foto’s: Guy Raskin
Maastricht Tongeren Dinant Charleville-Mézières D L Reims Ile de ChamFrance pagneArdenne Orleans Sens B Namen
Centre
Bourgogne
PoitouCharen- Confolens F tes Châteauneuf-sur-Charente St-Émilion Aquitaine Bazas MidiCazaubon Pyrénées Marciac Tarbes Lourdes S A
Z
Op Weg 2010
Route en bewegwijzering De route van Tongeren naar Lourdes is in totaal 1.467 km lang.
Kaarten en gidsen De gids ‘Fietsen naar Lourdes’ van Guy Raskin verbindt de OnzeLieve-Vrouw basiliek ‘Oorzaak Onzer Blijdschap’ in Tongeren met de Onze-Lieve-Vrouw basiliek ‘Onbevlekte Ontvangenis’ in Lourdes. Hij begeleidt de fietser langs rivieren en kanalen, over spoorwegbeddingen en kleine verkeersluwe wegen. De trajecten zijn zo gekozen dat je zo weinig mogelijk auto’s tegenkomt. De gids heeft geen vaste etappeplaatsen, waardoor hij bruikbaar is voor fietsers van elk niveau. Langs de route worden vele fietsvriendelijke accommodaties vermeld. Eenvoudig van opzet met gedetailleerde kaartjes, hoogteprofielen en praktische info maar ook met oog voor natuurschoon, gastronomie, geschiedenis, monumenten en beroemde personages. Kortom, een gids voor de moderne pelgrim. www.uitgeverijelmar.nl (met downloadbare GPS-tracks) users.telenet.be/fietscontreien/.
Algemene en toeristische info vind je via Atout France, tel. 0902-88 025, www.franceguide.com Vanuit Lourdes kan je terugreizen met de nachttrein Corail Lunéa Lourdes naar Parijs en vervolgens de Thalys of TGV nemen naar Brussel. Info: www.raileurope.eu, www.sncf.fr, www.b-rail.be. Op de TGV mogen ongedemonteerde fietsen tegen betaling en mits reservering mee. Gedemonteerde fietsen in hoes of doos mogen gratis als handbagage mee op TGV en Thalys. Eindpunt Lourdes
O u t d o o r S e r i e s
I
Info
Toscaanse Armagnac Cazaubon heeft een versterkte woonkern uit de 13de eeuw met stokoude vakwerk-
De bergen kruipen steeds dichter naar elkaar. We naderen ons einddoel.
Bij Bridgedale vind ik voor al mijn sportactiviteiten een gepaste sok, omdat comfort en duurzaamheid hier nu eenmaal perfect verenigd worden. Dixie
www.bridgedale.com info: Artisport
03 464 14 20
in association with Dixie Dansercoer
Op Weg 6/10
25
| Wandelreportage | Toscane en Umbrië
Casentino. Herten en everzwijnen zijn hier meer regel dan uitzondering. Op een grote open plek stuiten we op de kluizenaarshut van Sacro Eremo. De vier beschikbare bedden zijn al bezet. Daarom dalen we op de antieke bosweg naar Camaldoli voor een betaalbare overnachting in het klooster aldaar.
Open heuvelachtig terrein: dit is Toscane op zijn mooist. Wild rond de tent
In het spoor van Franciscus Alle wegen leiden naar Rome, al eindigde die van Gilbert Bastiaensen in Assisi. Vanuit vertrekpunt Firenze goed voor 240 km wandelen door prachtige Toscaanse en Umbrische landschappen. Toscaanse sfeer We starten in San Ellero, een dorpje in de buurt van Firenze, waar je eventueel in het oude station bij Renato Zanella kan eten
30
Op Weg 6/10
en overnachten. Meteen worden we ondergedompeld in de Toscaanse sfeer. Een golvend landschap met mooie vergezichten, statige coniferen langs brede aarde-
wegen en her en der grote hoeves. En dan die alomtegenwoordige geuren… We moeten bijna steeds stijgen - niet echt het ding van de doorsnee Vlaming - maar
het loopt vlot. Onze eerste dag eindigt op de bergpas van Consuma, waar het naar Italiaanse normen behoorlijk koud en mistig is. Zonder probleem vinden we de volgende dag de route terug. Nu wordt het parcours ruiger, met smalle half overwoekerde paadjes. Soms moeten we zoeken naar de juiste weg, maar we raken er telkens weer uit. Echt veel bewoonde wereld passeren we niet. Af en toe komen we langs een paar hoeves of een gehuchtje, maar wie rekent op een stevige pint tussendoor, is er aan voor de moeite… Wachten tot in Stia dus, waar we ’s avonds verblijven. Na enkele omzwervingen over bosweggetjes, rustige asfaltwegen en onverharde paden, bereiken we het nationaal park van
Vanaf het klooster gaat een bospad eerst stevig stijgend en dan weer dalend naar Badia Prataglia. Nu volgt een behoorlijk zwaar parcours door de bossen naar La Verna, een kloostercomplex dat bovenop een rots ligt. Onderweg passeren we in Frassineta een frisse bron. Het is zeer heet en dit is een mooi plekje voor de tent. Dus kappen we er vandaag vroeg mee. In het drukke La Verna worden we de volgende dag door een nonnetje uitgenodigd om te blijven eten. Uit beleefdheid happen we toe, maar dan volgt de rekening ... Het traject naar Pieve Santo Stefano gaat steeds door open heuvelachtig terrein. Dit is Toscane op zijn mooist. Omdat we zo goed vorderen, plakken we er ’s namid-
dags nog een stuk aan. We zetten de tent op een heuvelrug, naast de dikste eik en krijgen die nacht een ongelooflijk zwaar hitteonweer te verwerken. De volgende ochtend worden we verrast door het wild rondom ons. Vóór ons zijn everzwijnen aan het wroeten en achter ons staan reeën te grazen. In de Tibervallei valt de hitte als een blok op ons. Hier en daar biedt een schamele rij bomen nog wat schaduw. In het oude omheinde stadje Sansepolcro drinken we een pint en nog één… en beslissen twee uur later om er maar te blijven overnachten.
Kamperen bij het klooster We stappen de vallei van de Tiber uit in de richting van het eenzame klooster van Montecasale. Onderweg maken een paar Italiaanse pelgrims ons er op attent, dat we voor Assisi de andere richting uit moeten. Het Italiaanse pad loopt blijkbaar compleet anders dan het onze. De rest van de dag blijft het een eenzame tocht langs oude paden. We bereiken het klooster via een beschaduwde stenen trap. Er leven nog drie Kapucijnen. We verlaten Toscane en bereiken de provincie Umbrië. De volgende dag krijgen we veel boskiezelwegen te verwerken, de zogenaamde strada bianca. Vanuit Lama moeten we naar de berghut Bocca
Tau Ongeveer 800 jaar geleden maakte Franciscus van Assisi lange voetreizen door het toenmalige Apennijnse schiereiland. Hij was een natuurmens en verkoos daarom rustige paden en mooie wilde landschappen. Langs de routes die hij zou hebben gestapt, liggen diverse kerken, eeuwenoude kloosters en kapelletjes. Aan de hand van oude geschriften beweren kenners bij benadering te weten welke paden hij heeft genomen. De route is gemarkeerd met een rood of geel Tau teken, de laatste letter van het Hebreeuwse alfabet. Hiermee zegende Franciscus de mensen en tekende hij zijn brieven. Deze geaccidenteerde wandelroute naar Assisi langs middeleeuwse stadjes en dorpen dwars door Toscane en Umbrië is zelfs in 2010 voor ervaren stappers nog behoorlijk ruig en avontuurlijk. Ze biedt voor elk wat wils: kunst, cultuur en rust.
Op Weg 6/10
31
130 mm Steekkaart
We hadden gepland om bij het zo goed als verlaten klooster van San Pietro in Vignetto te kamperen. Maar alweer nemen we er enkel een lange middagpauze om daarna nog een eind door te stappen. Pas voorbij kasteel Biscina gaan we op zoek naar een kampeerplek. We vinden een immense weide van ettelijke hectaren. Die wordt voor één nacht ons territorium.
Het einddoel Assisi verdwijnt telkens uit het zicht, maar duikt dan weer op. Dresscode in Assisi
La Verna
Seriola. Als we de afgelegen hoeve Pieve delle Rose gepasseerd zijn, nemen we een breed stijgend breed pad. Er zijn geen merktekens meer en af en toe worden we overvallen door twijfels. Maar we raken toch op onze bestemming.
Gubbio Voorbij de berghut volgen we overwegend brede rustige paden. We schieten goed op en hebben de voorziene 18 km tot in Pietralunga al om 14 uur afgelegd. We houden een lange siësta en besluiten nog een stuk verder te gaan, tot de voormalige benedictijnenabdij van San Benedetto. Hier zetten we onze tent neer op een graspleintje. Een betere plaats om wild te kamperen - met toestemming van de buren - kan je je haast niet inbeelden. Door een wijziging aan de route arriveren we ook de volgende dag veel eerder dan voorzien in Casamorcia. Het is nog vroeg
32
Op Weg 6/10
als we dit straatdorp zonder enige uitstraling bereiken en we beslissen dan ook om door de velden verder te stappen naar het middeleeuwse stadje Gubbio. Dat is mooi en bovendien gezellig. Hier speelde het verhaal van Franciscus en de wolf zich af. Vanaf Gubbio volgen we het ‘Sentiero Francescano della Pace’ voor de laatste 48 km. We beginnen met een lang, licht stijgend pad dat als een streep door de vallei loopt. Als we omkijken, hebben we nog lang zicht op het indrukwekkende Gubbio tegen de berghelling.
Gubbio
Boven een vrijwel leegstaand meer volgen we een eenzame asfaltweg tot in Valfabbrica. Er zijn amper hoogteverschillen en de afpijling is perfect. In een rustige straat van het dorp is een jeugdherberg. Een Zwitserse mevrouw die er verblijft, opent voor ons de deur. Tot onze verrassing is het er heel rustig en we beslissen om te blijven. We lassen een ‘toeristenpauze’ in en doen ons wasje. Het is nog maar 18 km tot in Assisi en zo kunnen we er proper aankomen. We starten terug op een asfaltweg en stappen dan over bospaadjes en landweggetjes verder zuidwaarts. We ruiken en zien het einddoel Assisi op zijn heuvel. Het verdwijnt telkens uit het zicht, maar duikt dan een half uurtje later weer wat dichterbij op. De ontvangst zet wel even een domper op de vreugde. Blijkbaar heerst er in de basiliek een dresscode. Bloot vlees is verboden! Mijn vrouw speelt het spelletje mee en gaat het gebouw in met haar XXL-regencape, alles bedekt dus. Maar de eerste pastoor die opduikt krijgt meteen de volle laag… Ik lach alleen even en blijf rustig aan de poort wachten. Met of zonder kerk, ik ben er geraakt en dat is het belangrijkste. Assisi is heel druk. Vier kilometer verder bergaf ligt Santa Maria degli Angeli, een
Badia Prataglia
Firenze San Ellero
Stia Passo Consuma
k Par aal ino n o i t NatCasen
La Verna
Ar
Sancepolcro
no
TOSCANE
Assisi
verlengstuk van Assisi, inclusief een basiliek rond het oude kapelletje van Portiuncola. Dit is de plaats waar Franciscus is gestorven. En dit is ook de plaats waar we onze trein terug kunnen nemen.
Pieve Santo Stefano
UM B R IË Montecasale
Bocca Seriola, 730 m
Pieve delle Rose Piettralunga
Arezzo
San Benedetto
Casamorcia
Gubbio
Tib e
r
Vignetto Valfabbrica
Siena 0
Op Weg 2010
10
20
Perugia
Assisi
km
Pelgrimsweg
Route en bewegwijzering
Reeds in de 10de eeuw maakte de Engelse aartsbisschop Sigeric gewag van een route van Canterbury naar Rome. Deze weg liep via Frankrijk en Zwitserland naar Italië. Rond 1100 stapte een Noorse bisschop vanuit Noorwegen naar Rome. In feite was er vroeger geen vaste route. Men paste zich aan in functie van de veiligheid, de potentiële oorlogen en de grillen van de natuur. Ook nu nog zijn er verschillende routes naar Rome, afhankelijk van de gids die gebruikt wordt. Sommige lopen via de oude stad Siena, bij andere volgen fietsers en wandelaars hetzelfde parcours langs asfaltwegen. Hoe dan ook, we weten nu dat het waar is: Alle wegen leiden naar Rome“.
De gevolgde route uit het boek van Kees Roodenburg combineert paden van
Tekst: Gilbert Bastiaensen Foto’s: Gilbert Bastiaensen en Johan Lauwerier
terecht kan voor een pelgrimspas).
de Club Alpino Italiano (CAI, rood-wit gemarkeerd) met nationale en lokale wandelpaden. Het Italiaanse pad van La Verna tot Assisi en verder naar Rome (van Angela Maria Serracioli) is met gele pijlen en Tau-tekens bewegwijzerd. In Umbrië en Latium zijn er blauw-gele tekens van de ‘Via Francigena di San Francesco a Roma’. De route wordt in 15 etappes beschreven. Wij deden het in 13 dagen en zonder echt te forceren kan het zelfs in 10 dagen.
Kaarten en gidsen ‘Een Franciscaanse voetreis’, Kees Roodenburg, te koop in de gespecialiseerde boekhandel, via de franciscaanse beweging (fm@franciscaansebeweging.nl) of bij de schrijver (cp.roodenburg@wanadoo.nl). Met kleurkaarten (1 : 25.000) en veel praktische info. ‘Di qui passò Francezsco’, Angela Maria Serraccioli, (Duitse vertaling beschikbaar). www.diquipassofrancesco.it (site in vijf talen, waar je ook
Info Het beginpunt San Ellero is te bereiken met de stoptrein vanuit Firenze of Pisa. Vanuit Santa Maria degli Angeli rijdt er een trein terug naar Firenze. Praktische info en achtergrondinformatie vind je via www.pelgrimswegen.nl. Wij sliepen in hotels, pensions, berghut, klooster, jeugdherberg en tent. Hotels en pensions zijn in Italië behoorlijk duur, maar de site van Serraccioli bevat een lijst met alternatieve adressen. Wild kamperen, zelfs in de buurt van een dorp, is geen probleem.
Op Weg 6/10
33
| Wandelreportage | Italiaanse Alpen
Sinds 1899 heerst ze over de top. Soldaten meestal de Rifugio Ca’ d’Asti (2.854 m) als van het Italiaanse leger droegen het laatste halte. Op 5 augustus stroomt het hier vol pel- 650 kg zware beeld in stukken naar boven. grims voor de jaarlijkse bedevaart ter ere ‘I bimbi d’Italia a Maria’ - de kinderen van Italië voor Maria - lezen we op een plaat van de Madonna della Neve, die sinds het aan de voet van Maria. 130.000 schooleinde van de veertiende eeuw op de berg kinderen hadden het geld voor het beeld vereerd wordt. bijeen gespaard. De omgeving is indrukwekkend. Een gletBronzen Maria sjer en uitgestrekte sneeuwvelden beOp het pad dat in 1895 speciaal voor de dekken de noordflank, tot over de Franse pelgrims werd aangelegd, klimmen we grens. Lang genieten zit er niet in, de bijlangzaam naar boven. Van pelgrims geen tende noordenwind doet ons beschutting spoor op dit vroege uur. We hebben de Rocciamelone voor ons alleen. Voor we er erg in hebben, zitten we al boven de drieduizend meter. Zelfs hier bloeien nog minuscule plantjes tussen de rotsen. Dan gaat het steiler omhoog, het sneeuwlaagje wordt dikker en de ijspegels aan de rotsrichels groter. Maar gevaarlijk wordt het nooit. Kettingen en touwen geven de nodige houvast. We krijgen de bronzen buste van de besnorde koning Victor-Emmanuel II in het vizier en even later staan we boven. Een drie meter hoge Madonna kijkt vanaf haar sokkel op ons neer. Vandaag is OnzeLieve-Vrouw van de Rocciamelone gehuld in een wit sneeuwkleed. De Sneeuwmadonna
De berg van de Sneeuwmadonna Al eeuwenlang beklimmen pelgrims de 3.558 m hoge Rocciamelone om er te bidden bij de Madonna della Neve. Ignace Fermont klom in hun voetsporen naar het hoogste bedevaartsoord van Europa. Een makkelijke drieduizender Verrassing bij het ochtendgloren: een flinterdun laagje verse sneeuw bedekt de
42
Op Weg 6/10
zuidflank van de Rocciamelone. Maar de hemel is blauw en de top wolkenvrij, ideaal weer dus om naar boven te gaan. Het is ijzig koud, min vier graden, als we om
half zeven van de Rifugio Ca’ d’Asti vertrekken. “Wees voorzichtig. Let op voor ijzel”, waarschuwt de huttenwaardin ons.
Ze maakt zich nodeloos zorgen, want het pad ligt er prima bij. IJs en sneeuw spelen ons nergens parten. De Rocciamelone is een toegankelijke berg. In de zomer kan je langs de zuidzijde probleemloos naar boven wandelen, zonder klauterwerk of sneeuwvelden. Doorzettingsvermogen en een goede conditie volstaan.
Belofte maakt schuld Het begon allemaal toen een zekere Bonifatius Rotarius, een markies uit Asti, als kruisvaarder gevangen genomen werd in het Heilige Land. “Als ik dit avontuur overleef, plaats ik een afbeelding van Maria op de hoogste berg die ik ken”, beloofde hij. De man keerde heelhuids terug en hield woord. In 1358 trok hij vanuit Susa naar de top en hij deponeerde er in een nis een bronzen triptiek met een beeltenis van de Heilige Maagd. De Rocciamelone groeide in een mum van tijd uit tot een Mariabedevaartsoord. Al in
Op 5 augustus stroomt het hier vol pelgrims voor de jaarlijkse bedevaart.
1419 liet de hertog van Savoie op de plek waar nu de Ca’ d’Asti staat en schuilhut
Toch is de afstand niet te onderschatten. Vanuit Susa heb je ruim drieduizend hoogtemeters voor de boeg. Veel wandelaars maken één of meer tussenstops met
de Rocciamelone zo goed als onbereikbaar maakte. In 1673 verhuisde de triptiek uit
bouwen voor de vele pelgrims die de berg kwamen beklimmen. Een hachelijke onderneming, die sommigen met de dood bekochten. Zeker in de tweede helft van de zeventiende eeuw, toen het overal in Europa kouder werd en een ijskap de top van veiligheidsoverwegingen naar het dal. En een kapel vlak bij de Ca’ d’Asti werd het nieuwe eindpunt van de bedevaart. Dat bleef zo tot in 1895 een pad aangelegd werd van de Ca’ d’Asti naar de top.
Op Weg 6/10
43
| fietstip | Gezond op weg
69 mm
’s Avonds werpen we nog een laatste blik op de Rocciamelone. Het beeld op de top weerkaatst de laatste zonnestralen. De sneeuw op de zuidflank is gesmolten. In
Steekkaart Route en bewegwijzering
zoeken bij de stenen kapel annex schuilhut die in 1920 op de berg gebouwd werd. Klappertandend bewonderen we het panorama. In de diepte glinstert het meer van Mont Cenis. In het zuiden tekenen de Monviso en de maritieme Alpen zich scherp af tegen een glasheldere hemel. In de andere richting blijf het zicht beperkt. De Mont Blanc, de Monte Rosa en de Matterhorn verschuilen zich achter een wolkendek.
Zon Na vijf minuten houden we het voor bekeken. De kou jaagt ons naar beneden. Een uur later zijn we terug bij de Ca d’Asti. De huttenwaardin is zichtbaar opgelucht. “Nu al terug? Zijn jullie wel op de top geweest?”, grapt ze. We praten nog wat na bij een kop koffie en beginnen dan aan de afdaling naar het dal. De berg warmt op. Muts en handschoenen verdwijnen in de rugzak. Ook het landschap fleurt zichtbaar op onder de julizon. Hoe meer we dalen, hoe kleurrijker de weiden worden. Edelweiss, lelies, trollius en wel tien soorten orchideeën. De bloemenweelde kan niet op. Kort na de middag wandelen we Il Trucco binnen, een gehuchtje bij de boomgrens, waar alleen in de zomer nog enkele mensen wonen. Bijna tweeduizend meter zijn we gedaald en onze knieën snakken naar rust. We houden halt bij een kleine geitenboerderij. ‘Posto tappa – rifugio Il Truc’ staat op een bordje aan de muur. We twijfelen geen moment: dit wordt onze overnachtingsplaats.
44
Op Weg 6/10
het dal gaan de eerste lichtjes aan. De bewoonde wereld wenkt...
Tekst en foto’s: Ignace Fermont
FRANKRIJK Tazetti, 2642 m
Malciaussia, 1800 m
De Rocciamelone ligt in de ITALIE Italiaanse Alpen, ten noorden Rocciamelone, van Susa, vlakbij de Franse 3538 m M. Palon Colle grens. Cà d’Asti, VIA ALPINA 2968 m Croce 2854 m di Ferro De meest gebruikte etappe2558 m indeling bij de beklimming A la Riposa GT is: Susa (500 m) – Rifugio La Riposa (2.205 m), 6 u; La Riposa – Rocciamelone (3.538 0 2 4 Il Trucco m) en terug, 6 u; La Riposa – A km GT Susa – 6u30. Wie weinig tijd Bussoleno heeft kan met de auto tot aan Susa Rifugio La Riposa rijden en in één dag naar de top en terug. Op Weg Je maakt er een vierdaagse 2010 van door na de beklimming Cicerone 2005 met beschrijving van de van de top te overnachten in GTA van zuid naar noord. de Ca’ d’Asti. Vervolgens neem je de Via Alpina tot de Colle di Croce di Ferro, waar Info je overstapt op de Grande Traversata del- Susa is bereikbaar met de trein vanuit le Alpi (GTA) tot Agriturismo La Darbunera Turijn tot Bardonecchia (of Oulx–Cesana) (1.900 m). De volgende dag daal je af en de regionale trein naar Mena, op 2 km naar Susa. van Susa. Info: www.trenitalia.it De Rocciamelone is goed te combineren Logiesmogelijkheden: met een trektocht langs de GTA. Vanaf de Rifugio Ca’ d’Asti (2.854 m), Colle di Croce di Ferro neem je dan de 0039-0122-33 192 (open vanaf 1 juli) GTA in noordelijke richting via de Rifugio Rifugio La Riposa (2.205 m), Vulpot aan het Lago di Malciaussià (3u30 0039-338-84 44 507 vanaf de Ca’ d’Asti) naar Usseglio in Val Alpeggio Pietracassa, Agriturismo La di Viù (5u30). Darbunera (1.900 m),
Kaarten en gidsen ‘Carta die sentieri e dei rifugi, IGC nr.2, Valli di Lanzo e Moncenisio’, 1 : 50.000 ‘Grande Traversata delle Alpi, Teil 1: Der Norden’, Werner Bätzing, Rotpunktverlag Zürich 2006 met beschrijving van de GTA van noord naar zuid en veel achtergrondinformatie ‘Through the Italian Alps, GTA: the Grande Traversata delle Alpi’, Gillian Price,
0039-320-84 68 830 Rifugio Vulpot, Lago di Malciaussià, 0039-0123-83 771.
Internet Recente informatie over GTA vind je op www.gtaweb.de en www.wanderweb.ch Toeristische informatie over Susa op www.cittadisusa.it.
Het carpaletunnelsyndroom Behoor jij ook tot de groep ongelukkigen wiens vingers beginnen te tintelen na een eindje fietsen. Probeer jij dat ook op te lossen door de handen uit te zwieren of even alleen de vingers aan het stuur te houden? Wel, dan knelt er iets in je carpale tunnel.
Nervus medianus Oorzaak van dit storende gevoel is de druk op de ‘nervus medianus’, de middelste zenuw in de pols. Bij het langdurig steunen op je fietsstuur kan de druk ter hoogte van de handwortel (de overgang tussen handpalm en pols) voor irritatie van deze zenuw zorgen. Het gevolg zijn gevoelsstoornissen. Meestal verdwijnen die na de activiteit. Maar soms ook niet, en dan zit je met het carpaletunnelsyndroom (CTS).
CTS komt zeer frequent voor. Het is een verzameling van klachten veroorzaakt door afklemming van de middelste zenuw. Die loopt van de onderarm naar de hand en de vingers. Ter hoogte van de handwortel passeert hij door de zogenaamde carpale tunnel. Door dit nauwe kanaal moeten behalve de middelste zenuw ook de pezen van de buigspieren van de vingers.
Oorzaak en gevolg Meestal zijn er geen duidelijk aanwijsbare oorzaken voor CTS. Steeds herhaalde en gelijke bewegingen van de hand zijn waarschijnlijk de belangrijkste. Ook aanhoudende druk in het gebied van de pols, bijvoorbeeld door het urenlang steunen op een fietsstuur, kan één en ander uitlokken. CTS veroorzaakt pijn, een verdoofd gevoel en tintelingen in het zenuwgebied. Soms wordt krachtverlies in de grijpfunctie van de hand gesignaleerd met atrofie (dunner worden) van de duimmuis. CTS komt dikwijls gelijktijdig links en rechts voor.
fietspaden of het mountainbiken doen er natuurlijk geen goed aan. Blijven de tintelingen langer dan normaal aanhouden, dan doe je best de testen of consulteer je een arts. Gelukkig hebben fietsers oplossingen. Fietshandschoenen kunnen zeker helpen. Maar best is een aangepast fietsstuur. Met een vlinderstuur bijvoorbeeld kan je de druk regelmatig wegnemen met een zijwaartse of onderhandse handgreep. Op die manier kan je blijven fietsen!
Behalve een EMG kunnen ook twee klinische testen CTS aantonen. De tinneltest is positief wanneer lichtjes kloppen met de reflexhamer op de voorzijde van de pols typische tintelingen of kleine elektrische schokjes in de vingers geeft. Bij de phalentest moet je de polsen maximaal buigen door de handruggen tegen elkaar aan te drukken. Hoe sneller de tintelingen beginnen, hoe ernstiger de compressie van de middelste zenuw.
Johan Smet Kinesist en manueel therapeut
Rust, pijnstillende medicatie, kiné en manuele therapie kunnen helpen. Eventueel is een infiltratie met cortisone nodig. Laatste redmiddel is een operatie waarbij het ligament wordt doorgesneden en zo de druk in de tunnel wordt weggenomen.
Vlinderstuur Ook al is fietsen zelden de hoofdoorzaak, de nodige aandacht is op zijn plaats. De schokken van slechte Fietsen met vlinderstuur
Op Weg 6/10
45
| Wandelreportage | Wales
Terug bij de zee ronden we op graspaden hoog boven het water eerst de baai van Nefyn en dan die van Porth Dinllaen, berucht om de vele schipbreuken. Nadat tussen 1844 en 1858 weer 87 boten waren vergaan, werd hier een reddingsstation gebouwd dat al vele mensenlevens heeft gered. We moeten langs een groot golfterrein. Het pad daalt steil af naar de zee, waar “26 holes” vertelt één van de spelers trots. We passeren het aan de zeezijde, voorwe de keuze hebben tussen omhoog klimmen langs een steil paadje of op het zichtig om geen golfballen tegen ons hoofd te krijgen. Die zullen trouwens wel strand blijven. We kiezen voor het strand regelmatig in zee verdwijnen, denk ik. en hebben daar meteen spijt van. Het is Kort daarna moeten we het kustpad vermoeizaam lopen op de grote door de zee laten, omdat een deel ervan in zee is gegladgeschuurde stenen. Bij de Carreg y stort. In de wirwar van weilanden, hekjes Llam rots moeten we alsnog zo’n 100 m steil omhoog. Het uitzicht is echter schit- en asfaltwegjes raken we de richting kwijt en we hebben de grootste moeite om de terend. Boven stuiten we op een groep route terug te vinden. geiten, verwilderde afstammelingen van de geiten die de vroegere granietwerkers van Nant bij hun huisjes hielden.
Schipbreuk
The Edge of Wales Walk
Carreg y Llam
Waarom was het eiland Bardsey voor de Keltische pelgrims het voorportaal van de hemel? Waarom trokken ze er met duizenden naartoe om er biddend hun laatste jaren door te brengen? Christina Bloem vond het antwoord niet, maar ontdekte wel een schitterende wandelroute.
Door weilanden met kronkelende muurtjes en vele schapen trekken we naar het kerkje van Pistyll, een eenvoudig kerkje met een klein kerkhof vol verweerde granieten grafstenen. Op de vloer liggen grassen en kruiden. Deze werden in de middeleeuwen gebruikt om zieke pelgrims te genezen.
De baai van Porth Dinllaen is berucht om de vele schipbreuken.
Fluitend zand We passeren het kerkje van Llangwnnadl, een vreemd bouwsel van drie identieke schepen naast elkaar. Het oorspronkelijke 7de-eeuwse pelgrimskerkje uit leem en twijgen werd in de 12de eeuw vervangen
door een eenvoudig stenen exemplaar, een soort langgerekte schuur. Door het toenemende aantal pelgrims werd het al snel te klein en in de 16de eeuw werd eerst aan de noordkant en later ook aan de zuidkant een identiek schip aangebouwd. Bij Porth Dolmen gaan we de kliffen weer op. De gaspeldoorn kleurt de hellingen stralend geel en vele bloemen, bekende en onbekende, completeren het kleurenfeest. Een paar maal moeten we een riviertje oversteken dat zich diep heeft ingegraven. Steil dalen en klimmen dus op smalle steenachtige paadjes. We passeren Porth Tŷ Mawr, een zandbaai tussen verraderlijke rotsen, waar in 1901 een schip vol whisky verging. De omwonende boeren maakten de flessen drank buit en verstopten ze op de gekste plaatsen, zelfs in konijnenholen. Bij Porth Widlin moeten we nogmaals naar het binnenland uitwijken. Ditmaal lukt het ons wel om door weilanden, over muurtjes en door poortjes en hekken de weg te vinden naar Porth Oer met zijn schitterende zandbaai ‘Whistling Sands’. Het zand maakt inderdaad een vreemd geluid als we erover lopen. Voorbij de baai zet het pad zich op de kliffen voort door een ‘National Trust’ gebied.
Aberdaron In Aberdaron staat, pal aan zee, de Sant Hywyn Church, een kleine kerk met een dubbel schip. Hij wordt ‘Llŷn Cathedral’ genoemd. Toen de inwoners van dit vissersdorpje in 1100 een kerk wilden bouwen, wisten ze niet hoe ze dat moesten doen. Ze bouwden dan maar een langgerekte schuur met een groot raam. In 1500 werd er, onder druk van het grote aantal pelgrims, net zoals in
Wilde geiten We beginnen onze tocht langs de kust van het schierland Llŷn bij Nant Gwrtheyrn. Het gehucht ligt verborgen in een plooi van de heuvels. Tot eind vorige eeuw was het alleen per schip bereikbaar. In de 19de
46
Op Weg 6/10
Llangwnnadl een identieke schuur teeeuw waren hier belangrijke granietgroeven. Er ontstond een nederzetting van huisjes, een winkeltje en een kapel voor de granietwerkers. Toen de granietwinning door de opkomst van het asfalt instortte,
werd Nant een spookdorp. Na jaren van leegstand kregen de huisjes een nieuwe bestemming als studiecentrum voor het Welsh, de taal van Wales.
genaan gebouwd. De tussenmuur werd weggebroken en vervangen door zuilen en bogen. Pelgrims die de oversteek naar Bardsey niet aandurfden of niet aankonden, bleven vaak in Aberdaron.
Op Weg 6/10
47
116 mm We genieten van de uitzichten: aan de ene kant de zee, merkwaardig blauw, met door algen, zeewier en schelpjes begroeide rotsen en aan de andere kant grasland, witgestippeld door schapen. De herder rijdt er in een knalrood autootje tussen. Die heeft geen hond nodig!
Aberdaron We klimmen door een heidegebied omhoog en zien nu ook de zee aan de andere kant van de ‘Staart van de Draak’, zoals het schiereiland Llŷn wordt genoemd. Dit is het smalste deel. Op de uiterste zuidpunt van de drakenstaart passeren we de overblijfselen van de St. Mary Church. Hier begon voor de vroegere pelgrims het gevaarlijkste deel van hun tocht: de oversteek in roeiboten naar Bardsey. Nu vertrekt de boot een eind verder. We zien het eilandje als een ongenaakbare rots uit de zee oprijzen. Voor ze het vasteland verlieten, dronken de pelgrims eerst nog water uit de heilige St. Mary’s Well. Deze zoetwaterbron ligt in een grot die je alleen bij eb kunt bereiken. Als wij passeren is het water te hoog. Voor ons dus geen heilig water.
Bardsey Het eilandje Bardsey ziet er vanuit de kust uit als een ongenaakbare rots. Achter die rots liggen echter vredige graslanden. Vanaf de zesde eeuw trokken Keltische gelovigen langs de kust van Llŷn naar Bardsey om er biddend en mediterend hun laatste jaren door te brengen. Het eiland was voor hen het einde van de wereld en het voorportaal van de hemel. Deze kluizenaars werden als heiligen beschouwd en toen de paus bepaalde dat drie tochten naar Bardsey gelijk stonden aan een bedevaart naar Rome, begonnen de pelgrims toe te stromen. Hun laatste wens was om in de heilige aarde van Bardsey begraven te worden. In de twaalfde eeuw werd er een kerkje gebouwd dat drie eeuwen later weer werd verwoest. Er resten nog slechts een ruïne en een groot Keltisch kruis dat herinnert aan de 20.000 heiligen (!) die op dit eilandje van 2,5 bij 1 km zouden zijn begraven. Eind 15de eeuw veroverde John Wynn, een beruchte zeerover, Bardsey en maakte het tot piratennest. Na twee eeuwen roven en plunderen gingen de piraten langzamerhand wat vreedzamer leven. Ze begonnen het land te ontginnen en werden boeren. In 1800 waren er 15 boerderijtjes op Bardsey en leefden er 100 personen. Momenteel wonen er tien mensen permanent op het eiland dat door de moeilijke bereikbaarheid nog steeds een oase van rust is en een paradijs voor vogels en zeehonden. Even voorbij de bron dalen we naar de inham Porth Meudwy met de slipway waar nu de boten naar Bardsey vertrekken. Als we weer naar boven zijn geklommen, zien we ons einddoel Aberdaron al voor ons liggen aan een mooie zandbaai. Ons hotel staat pal aan het strand.
Vanaf de zesde eeuw trokken Keltische gelovigen naar Bardsey om er biddend hun laatste jaren door te brengen.
Bardsey De volgende dag varen wij, net als de vroegere pelgrims, naar Bardsey. Niet in een roeiboot maar in een knalgele raceboot die door een tractor het water in gesleept wordt en er dan in snel tempo vandoor gaat. Aan de kust van het eiland wemelt het van papegaaiduikertjes met hun opvallende oranje snavels. Ze vliegen met veel geschreeuw af en aan, laten zich in het water drijven of zitten op de rotsen voor de kust. De zeehonden proberen met veel gekrakeel de beste plekjes op de rotsen te bemachtigen om zich in de zon te laten drogen. Ook Bardsey heeft geen haven maar een slipway. De schipper vertelt dat de eilandbewoners eind 19de eeuw mochten kiezen tussen een haventje of een nieuwe kapel. Ze kozen voor de kapel en dus blijft het een avontuur om naar Bardsey te varen. Dat merken we op de terugweg, als het eb is. Een rubberboot brengt ons naar de gele raceboot die buitengaats voor anker ligt en we moeten met een touwladdertje aan boord klimmen. De boot vaart alleen bij gunstig weer en als het plots omslaat moeten mensen noodgedwongen op het eiland blijven.
Tekst: Christina Bloem Foto’s: Jacques Huinck
uw stapcomfort, onze zorg
Steekkaart 0
2
Clynnog Fawn Nand Gwrtheyrn, 564 m
4
km Porth Dinllaen
N EY L L
Llangwnnadl Porth Widlin Porth Colmon
509 m
Llanaelhaearn
Nefyn
Tudwe
522 m
NIN PE
A SUL Pwllheli
Porth Oer Porth Meudwy 161 m
Abersloch
Aberdaron Op Weg 2010
Bardsey Island
Route en bewegwijzering Wij reisden met de trein naar Bangor (met overstap in Londen). Vandaar kan je een bus nemen. Je kan ook met Brussels Airlines naar Manchester vliegen en vervolgens de trein naar Bangor nemen. De Edge of Wales Walk is 76 km lang en loopt van Clynnog Fawr naar Aberdaron. Wij begonnen in Nant Gwrtheyrn. De route is schaars bewegwijzerd met naamloze ‘Public Path’ pijltjes en soms een eigen wegwijzer. Een gps is bijna onontbeerlijk.
Kaarten en gidsen Ordnance Survey Explorer Map 253 ‘Lleyn Peninsula West’ en 254 ‘Lleyn Peninsula East’. Edge of Wales Walk heeft een uitgebreide beschrijving met eigen kaarten.
Info
shops in Gent, Brugge en
Brussel
e Brugge www.avventura.bGent
Ezelstraat 71
St Amandstraat 20
De toeristische dienst van Wales en enkele enthousiaste bewoners hebben deze oude Keltische pelgrimsroute langs de kust van Llŷn uit de vergetelheid gehaald. Op non-profit basis organiseren zij een tocht naar wens: standplaats of doortrekkend, logies, bagagevervoer, brengen en halen, enz. Ze stellen een uitgebreide beschrijving, duidelijke kaarten en een voorgeprogrammeerde gebruiksvriendelijke gps ter beschikking. Ook wij maakten gebruik van hun diensten. Info: tel. 0044-1758-76 06 52, www.edgeofwaleswalk.co.uk. Toeristische en algemene info: www.visitwales.com en www. traveline-cymru.info (bussen in Wales).
Abdijruïne op Bardsey
48
Op Weg 6/10
Op Weg 6/10
49
Wedstrijd
GR (WEB)WINKEL Win een fietstas
met het grootste assortiment aan topogidsen, fietskaarten en wandelkaarten
Wandelgidsen en -kaarten • GR overzichtskaarten van België (1/250.000), Frankrijk en Nederland • alle Vlaamse en Waalse GR-topogidsen • Dagstappergidsen • Franse GR-topogidsen (levertijd van ca 3 weken voor sommige gidsen) • Franse PR-gidsen (op bestelling; levertijd van ca 3 weken) • de Nederlandse LAW-gidsen
Nieuw in de GR& LF (web)winkel
Ook in dit nummer serveren we een wedstrijd met mooie prijzen. Deelnemen kan online op de website of via een mailtje naar opweg@groteroutepaden.be. Met het juiste antwoord op de vraag natuurlijk, en dit voor 31/8. De winnaar wordt bekendgemaakt in het volgende nummer en op de site.
De vraag Elke fervente GR-wandelaar is ze wel al eens tegengekomen: de wandelbomen die ons feilloos de juiste richting aanwijzen. In welk Limburgse gemeente staat de wandelboom op bijgaande foto?
Fietsgidsen en -kaarten • LF-, RAVeL- en RV-overzichtskaart van België (1/250.000) • Dagtrappergidsen • LF-topogidsen van Vlaanderen en Nederland • Vlaamse provinciale knooppuntnetwerkkaarten • Rando-Vélo topogidsen Wallonië • Nederlandse Fietsideeënkaart (met LF-routes) • de langeafstandsfietsroute-gidsen van Pirola en Benjaminse
De prijs Deze keer zijn er tien winnaars die elk een mooie fietstas van Toerisme Vlaanderen winnen, inclusief een picknickset.
Stafkaarten • NGI-stafkaarten op schaal 1/50.000, 1/25.000 of 1/20.000 • NGI toeristische stafkaarten (Hoge Venen, Zoniënwoud)
Winnaar vorige wedstrijd GR 16 Topogids van de nieuwe GR 16 dwars door de vallei van de Semois. Leden € 14,10, niet-leden € 16,50.
Te koop In de webwinkel op www.groteroutepaden.be (bestellingen worden per post opgestuurd).
In de GR-winkel, Van Stralenstraat 40, 2060 Antwerpen (vlakbij het Centraal Station, open van ma tot vr van 9u tot 18u) Met 10% korting voor GR&LF-leden.
Fietsideeënkaart Nederland 2010 Met een overzicht van alle LF-routes en knooppuntennetwerken. Leden € 3,50, niet-leden € 3,95. Rando Vélo 3 Topogids van de RV3, van Geraardsbergen naar Gedinne. Leden € 13,50, niet-leden € 15. Streekpad 9: Stelling van Amsterdam Een unieke wandelroute langs de voormalige verdedigingslinie rondom Amsterdam. Leden € 15,90, niet-leden € 18,80. LAW5 Hollands Kustpad De samenvoeging van het oude Visserspad (LAW 5-2) en het Duin- en Polderpad (LAW 5-3) Leden € 15,90, niet-leden € 18,80.
Zoals vele lezers ons wisten te vertellen bevindt de gedenkplaat ter ere van het 50-jarige bestaan van onze Waalse zustervereniging SGR zich in Stavelot, meer bepaald langs de GR 5. Uit de correcte antwoorden trok een onschuldige hand de volgende winnaars: xxxxxxxx uit xxxxxxxxx wint een arrangement ter waarde van € 185 in het gezellige Hotel The Oak in Zutendaal. Inclusief Limburgse taart…
Trouwe lezers beloond Veel Op Weg lezers zijn trouwe GR-leden van vele jaren. In 2010 willen we hen graag daarvoor belonen. Elk nummer verrassen we vijf leden met een cadeautje. Dit zomernummer schenken we 5x de Overzichtskaart van de Lange-Afstand-Wandelpaden in Nederland. Deze kaart geeft je een overzicht van alle LAW’s, Streekpaden, NS-wandeltochten en Groene Halte wandelroutes in Nederland. Vanzelfsprekend is de kaart ook te koop in de GR-webwinkel. De winnaars zijn: De familie Paulussen-Hoefkens uit Wilrijk Luc De Coninck uit Grembergen De familie Bisschop-Vandesteene uit Brugge Lieven Lippens uit Idegem Oswald De Baene uit Waardamme
Op Weg 6/10 1/10
63