De Grote Prijs van Nederland

Page 1

JUBILEUMBOEK ★

GROTE PRIJS VAN NEDERLAND 25 JAAR



“TROTSE HOOFDSPONSOR VAN DE GROTE PRIJS VAN NEDERLAND”


INHOUD


Voorwoord............................................................................................................................................................... 5 Inleiding: 25 jaar.............................................................................................................................................. 6 De Grote Prijs van... Jan-Maarten de Winter........................................................... 7 De vele Winnaars.......................................................................................................................................... 8

15 Rondetafelgesprek............................................................................................................................... 16 5.000 euro......................................................................................................................................................... 25 Silence is Sexy – Op zoek naar de beker.............................................................. 26 De Grote Liefde: Lucky Fonz III............................................................................................ 30 Roos en Rick.................................................................................................................................................. 32 Live! Fotoreportage.............................................................................................................................. 34 Paradiso - in gesprek met Pierre Ballings............................................................. 45 Broers: Typhoon & Blaxtar.......................................................................................................... 46 Zussen: Loïs Lane................................................................................................................................... 48 Quotes.................................................................................................................................................................... 50 De Grote Prijs van... Frank van Hoorn......................................................................... 52 De Grote Prijs van... Fer Abrahams................................................................................ 53 De eerste Winnaar: Neel............................................................................................................... 54 Hiphop Special: Performance en Presentatie................................................ 58 De Grote Liefde: Krause................................................................................................................ 64 CD Recensies.............................................................................................................................................. 66 De Grote Prijs van... Junkie XL.............................................................................................. 69 Het Publiek....................................................................................................................................................... 70 De Grote Prijs van... Rotjoch.................................................................................................... 71 Geliefden: Eefje & Skiggy Rapz.......................................................................................... 72 De Grote Prijs van... Menno Timmerman................................................................. 74 De Grote Prijs van... Total Touch........................................................................................ 75 Alle Finalisten................................................................................................................................................ 76 De Beker.............................................................................................................................................................. 78 Colofon................................................................................................................................................................... 80 De Grote Prijs van... Angela Groothuizen..............................................................


JUBILEUM ★ WWW. 25JAARGROTEPRIJS.NL

WWW. 25JAAR GROTE PRIJS.NL CHECK DE JUBILEUMSITE MET ALLE INTERESSANTE EN OPVALLENDE ARTIESTEN EN VERHALEN UIT 25 JAAR NEDERLANDSE POPMUZIEKGESCHIEDENIS. WINNAARS, FINALISTEN, VREUGDE, VERDRIET, FOTO’S EN VIDEO’S.

4


VOORWOORD ★ GUNO OOSTERLING

ODE Een miljardenindustrie schijnt het te zijn; onze popsector. Een economische speler waar Nederland al jaren rekening mee kan houden. Trots zijn we dus, als Tiesto, Within Temptation, Armin van Buren, Anouk of bijvoorbeeld Junkie XL weer tot ’s werelds of ’s lands beste behoren. Maar natuurlijk koestert Nederland ook haar talentvolle muzikanten die weliswaar nog geen wereldfaam genieten, maar wél zeer beloftevol zijn. Want dát zijn de sterren van morgen. Zo steunt de Grote Prijs van Nederland met haar live popmuziek-competitie dit opkomend talent inmiddels al 25 jaar. 25 jaar waarbij heel wat Winnaars tot ‘bekerhouder’ werden verkozen. Zo heeft de Grote Prijs aan de wieg gestaan van carrières van o.a. Junkie XL, Pete Philly, Lucky Fonz III, Roosbeef, Brainpower, Marike Jager, Opgezwolle, Nobody Beats the Drum, Sabrina Starke en Typhoon. Even een rekensommetje; 25 jaar Grote Prijs van Nederland. En elk jaar een dikke 1000 bands en acts die zich inschrijven. Dat wil dus zeggen dat de betrokken juryleden uit maar liefst 25.000 bands een puike reeks aan Winnaars hebben gekozen. Geen sinecure. Ode dus aan al die juryleden die veelal achter de schermen moeilijke maar afgewogen keuzes hebben moeten maken; dankjewel iedereen!

5

Naast allerlei andere weetjes komen veel van deze Winnaars natuurlijk aan bod in deze Jubileumuitgave. De organisatie en haar personeel en bestuursleden zelf zijn gedurende die 25 jaar echter veel minder in beeld geweest natuurlijk. Maar daarom zijn al die mensen die met grote passie aan de Grote Prijs van Nederland hebben gewerkt nog niet minder belangrijk; integendeel; ze vorm(d)en al die jaren de absolute kern van de Grote Prijs van Nederland. En alleen al daarom; ode aan iedereen die zich gedurende een kwart eeuw middels de Grote Prijs van Nederland hebben ingezet tbv talentvolle Nederlandse popmuzikanten. Het is mij een eer vanaf deze plek al die mensen te mogen bedanken voor hun inzet; mijn dank is Groot. Guno Oosterling Directeur Grote Prijs van Nederland


INLEIDING ★ RAMON GOVAARS

INLEIDING In 1983 besluiten Muziekkrant OOR, de VARA en het Lochem Festival de handen ineen te slaan voor de promotie van de Nederlandse popmuziek. Om alle Nederlandse bands een kans op optredens en aandacht te bieden, blijkt een wedstrijd de juiste vorm. De Grote Prijs van Nederland is geboren. De eerste finale vindt nog plaats tijdens het Lochem Festival, maar met hulp van Stichting Popmuziek Nederland (nu MCN) wordt de competitie in 1984 flink uitgebouwd, compleet met voorrondes, halve finales en een finale in poptempel Paradiso. Nu, 27 jaar later (want hoewel we ‘25 jaar’ vieren, proosten we eigenlijk op ‘25 edities’), is de Grote Prijs onverminderd alive and kicking. Nog sterker: met de tegenwoordige wildgroei aan tv-talentenjachten en zelfgemaakte clips via Youtube, onderscheidt de Grote Prijs zich met dat waar het de echte muzikant om gaat: je eigen nummers live spelen op een podium. In plaats van één beker, hebben we er sinds midden jaren negentig vier -in vier muziekcategorieën- te verdelen. Het vergelijken van appels met peren bleek door de toenemende diversiteit in genres steeds moeilijker. De beleving, spanning, euforie en ook teleurstelling zijn echter nog steeds hetzelfde.

6

Niet de Grote Prijs zelf, maar al die artiesten die op het podium hebben gestaan, staan centraal in de verhalen. Aangevuld door een blik in de historie en anekdotes van de oprichters, de eerste organisatoren en juryleden. Onvermijdelijk ontbreken er mensen en organisaties die in die 25 jaar een cruciale rol achter of voor de schermen hebben gespeeld. Er is echter beperkte ruimte in dit boek en we hebben, samen met partners LiveXS, Fret,

Musicmaker en State, de focus willen leggen op de artiesten. We gaan er vanuit dat al diegenen begrip hebben voor deze keuze. Want één ding is zeker: you know who you are! Naast dit boek is er overigens een schat aan verhalen, artiesten en bewegend beeld te vinden op de speciale jubileumsite 25jaargroteprijs.nl Ramon Govaars Samensteller jubileumboek


DE GROTE PRIJS VAN... ★ JAN-MAARTEN DE WINTER

TABOE De entertainmentindustrie - van platenfirma’s, uitgeverijen tot zalen, managers en media - is altijd op zoek naar nieuw talent. Het betekent business, omzet, geld. Vanuit een meer romantisch oogpunt levert de zoektocht met een beetje geluk een verrijking van het artistieke aanbod op. Voor populaire muziek is de zogeheten talentenjacht sinds jaar en dag een beproefde opsporingstechniek om nieuwe veelbelovende acts te spotten. Het is ook een verguisd middel omdat appels met peren worden vergeleken en woekercontracten op de loer liggen. Maar de jacht is ook vaak een garantie voor vermaak, oplopende spanning en prestatiedrang. De recente wildgroei aan muzikale competities die via de televisie worden uitgevochten, bewijst het succes van de formule, al zou het nu wel een onsje minder mogen. In de ontluikende Nederlandse popindustrie was het eind jaren vijftig, begin jaren zestig al gebruikelijk dat platenfirma’s - al dan niet samen met muziekbladen als Muziek Express en Muziek Parade talentenjachten organiseerden. Het ging er fanatiek aan toe. De winnende act werd direct na het optreden in de coulissen verleid het bijbehorende platencontract even te tekenen. Soms bleek dat dan bij een infiltrant van een concurrerende platenfirma te zijn gebeurd. Toen de popmuziek midden jaren zestig, begin jaren zeventig ‘serieuzer’ werd, met bijbehorende media-aandacht van omroepen als VARA en VPRO en bladen als Hitweek en Muziekkrant OOR, was het instituut talentenjacht een beetje verdacht geworden. Het was hooguit een vorm van

7

camp om in achterafzaaltjes de verrichtingen van bibberende acrobaten, zingende zaag-spelers en smartlapvertolkers gade te slaan die dan vervolgens door een tipsy jury genadeloos werden afgeserveerd. Het was zeker niet de ambiance waarin muzikanten die zich hadden toegelegd op blues, folk, symfonische muziek, reggae, jazzrock, metal of nederlandstalige popmuziek zich veilig waanden. Toen het Nederlandse groepenbestand midden jaren zeventig echter steeds diverser en hoogwaardiger werd, besloot de redactie van Muziekkrant OOR een aantal groepenpresentaties in Paradiso te organiseren. De acts kwamen lang niet allemaal uit de randstad en met de nodige platenbobo’s in het publiek zag een van de showcases - op 29 oktober 1975! - er als volgt uit: Flavium, The Nits, Normaal, Udell’s People en Zimmermann (de toenmalige band van Gé Reinders). Na het enorme succes van die avonden rijpte bij de redactie het besef dat een grootschaliger vervolg met de Belgische Humo’s Rock Rally als voorbeeld wenselijk was en dat zelfs de vorm van een talentenconcours niet langer taboe was. Het zou nog een kwestie van tijd zijn alvorens OOR, VARA en het Lochem Festival De Grote Prijs van Nederland oprichtten en een concours met unieke faciliteiten vestigden waarin bandjes, zalen, publiek, pers en industrie werden voortgestuwd naar de finale. Uiteindelijk was er dan maar één beker, maar in het proces doken jaarlijks talloze winnaars op... Jan-Maarten de Winter voormalig hoofdredacteur van (Muziekkrant) OOR en mede-oprichter en voormalig bestuurslid van Stichting de Grote Prijs van Nederland


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ DE VELE WINNAARS

DE VELE WINNAARS VAN 25 JAAR GROTE PRIJS

25 jaar Grote Prijs van Nederland, dat betekent 25 jaar Winnaars. Winnaars die na hun zege nationale bekendheid verwierven. Winnaars die zelfs op het internationale toneel van zich deden spreken. Maar ook Winnaars die vrijwel daags na de Finale alweer vergeten waren. Niet minder dan 25.000 muzikanten, bands, mc’s en producers schreven zich ooit in voor de Grote Prijs. Het zijn deze mensen die ’s lands meest gerenommeerde muziekwedstrijd zo memorabel en succesvol hebben gemaakt. Wie zij waren? Lees het in dit beknopte overzicht.

JAREN ‘80 De Winnaar van de eerste editie op het Lochem Festival in 1983 is de band Neel, genoemd naar de gelijknamige zangeres. De band speelt daarna nog veelvuldig in het clubcircuit, maar het is medefinalist Tröckener Kecks die uiteindelijk aan het langste eind trekt. Zangeres Neel maakt zichzelf later overigens legendarisch als Etna Vesuvia in het komische VPROradioprogramma Ronflonflon.

Loïs Lane

8

Rowwen Hèze

Een jaar later, in 1984, pakt de Grote Prijs flink uit. Wat in ‘83 nog een bescheiden Finale was is nu een uitgebreide competitie geworden, compleet met voorrondes en Halve Finales. Winnaar dat jaar is de multiculturele band Gaga, die prompt op Pinkpop mag optreden. Gitarist René van Barneveld en bassist Silvano Matadin maken later deel uit van Urban Dance Squad. In de Finale van 1985 staat de band I’ve Got The Bullets met zangeres Frédérique Spigt. De groep wordt uiteindelijk derde en tekent een platendeal bij CBS.

De zingende zusjes Klemann van Loïs Lane staan in 1985 en 1986 in de Finale en tekenen vervolgens een platencontract. De Loïs Lane zoals wij die nu kennen ontstond uit noodzaak tijdens de Finale. Wanneer achtergrondzangeres Angela het laat afweten vraagt Monique Klemann haar zus Suzanne om in te springen. Vanaf dat moment vormt het tweetal de spil van Loïs Lane. In de jaren die volgen scoren ze hit na hit en mogen ze zelfs op tour als voorprogramma van Prince. De Limburgse band Rowwen Hèze doet in 1988 mee aan de Grote Prijs.


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ DE VELE WINNAARS

JAREN ‘90 Het Haarlemse funkhop collectief Gotcha! wordt derde in de Finale van de Grote Prijs in 1990. Het optreden levert ook hun een platencontract op. Op hun eerste album worden ze vergezeld door niemand minder dan p-funk godfather George Clinton. In de jaren ‘90 ook in de Finale: Tjeerd en Trijntje Oosterhuis met de band Total Touch en Visions of Johanna, dat later bekend werd onder de naam Johan. The Choice (later K’s Choice) en De Heideroosjes blijven in 1995 steken in de Halve Finale. Beide bands staan, hoe ironisch, het jaar daarna op Pinkpop.

Inzending Brainpower

9

20 Brothers House

Xander de Buisonjé en Axel Lindelauf van Volumia staan in 1997 in de Finale Singer/Songwriter. Volumia wint de Publieksprijs en Axel Lindelauf de Beste Muzikantprijs. Nog nazwetend van hun optreden tekent Volumia in de kleedkamer van Paradiso een platencontract bij BMG/Ariola. Green Lizard

Het jaar 1996 is een succesverhaal. Tijdens deze editie wint producer Junkie XL de categorie Dance. De hoofdprijs bestaat uit tien dagen studiotijd. Het gaat Junkie XL op dat moment al erg voor de wind: hij heeft zelfs een eigen studio, wat in die tijd niet zo vanzelfsprekend was als nu. Daarom geeft hij zijn gewonnen studiotijd aan mede-Finalist Theremin, die de prijs volgens hem beter kan gebruiken. Junkie XL treedt vervolgens op over de hele wereld en scoort een internationale megahit met zijn remix van Elvis Presleys “A Little Less Conversation”. Green Lizard wint dit jaar met hun mix van grunge, hardcore en metal de Grote Prijs in de categorie Bands. De band speelt vervolgens op Pinkpop, Roskilde, Lowlands en Pukkelpop en tourt door Europa en Amerika. De publieksprijs gaat naar de band Sure As Hell met zanger Bart van der Weide, die later veel succes boekt met Racoon.

In 1998 wint Brainpower de Grote Prijs en de Publieksprijs in de categorie Hiphop. Verder neemt hij de Award voor Beste Rapper in ontvangst sleept zijn vaste live-partner TLM de Award voor Beste DJ in de wacht. Zijn album “Door Merg & Brain” krijgt lovende recensies. Hij scoort grote hits met “De Vierde Kaart”, “Je Moest Waarschijnlijk Gaan” en natuurlijk “Dansplaat”. De jury kan het in 1998 niet eens worden over de Winnaar in de Pop/Rock categorie. Daarom wordt voor het eerst in de geschiedenis van de Grote Prijs de eerste plaats gedeeld. Deze gedeelde eerste plek gaat naar Itchi Bitchi en Redivider. Die laatste is de voorloper van Alamo Race Track. In 1999 wint Marien Dorleijn de Grote Prijs in de categorie Singer/ Songwriter. Tien jaar nadien maakt diezelfde Dorleijn volgens de pers de beste Nederlandse plaat van het jaar met zijn band Moss.


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ DE VELE WINNAARS

JAREN ‘00 Voor de Nederlandse hiphop is 2001 een succesvol jaar. Raymzter wint dit jaar de Grote Prijs en boekt al snel succes met zijn hit “Kut Marokkanen”, waaraan overigens werd meegeschreven door latere Finalist Ali B. De Beste Muzikantprijs gaat dit jaar naar dj/producer Delic van Opgezwolle. Lange Frans en Baas B winnen de Publieksprijs met D-men Entertainment. Ook Spacekees & Terilekst staan in deze Hiphop Finale. De deelname van Opgezwolle vormt dit jaar het startpunt voor een Zwolse beweging, die vervolgens vele jaren een stempel op de Grote Prijs drukt. Tijdens de Rock Finale van 2001 haalt de drummer van de winnende band Zober zijn hand open aan een kapotte champagnefles. De presentator Ro Krom (ex-Gotcha!) springt meteen in om bij de toegift van de band in te vallen voor de geblesseerde drummer. De Publieksprijs gaat dat jaar naar Face Tomorrow. Deze emocore band toert door heel Europa en staat twee keer op Lowlands. De Beste Muzikantprijs wordt ontvangen door Susanne Clermonts, op dat moment gitariste van Cassidy. In 2007 staat Clermonts onder haar alter ego Krause in de Finale Dance/Producers.

10

De Winnares van de Singer/Songwriter Finale van dit jaar is Marike Jager. Ze brengt succesvolle albums uit en speelt op festivals als Lowlands, Oerol en Noorderslag. De Publieksprijs gaat naar de gitaarpop van A Balladeer. In 2004 wint Typhoon de finale in de categorie Hiphop. Hij reist vervolgens mee met de populaire Zwolse hiphoptournee Buitenwesten en zijn debuutalbum “Tussen Lucht en Licht” gooit hoge ogen. Yes-R wint dit jaar de Publieksprijs. Bij de Singer/Songwriters is Charlie Dée de grote Winnares. Haar debuutplaat “Where Do Girls Come From” krijgt positieve recensies en leidt tot een Essent Award en een optreden op Lowlands. Raymzter & Corey

R&B zangeres Corey is de Winnares van de Grote Prijs Hiphop/R&B in 2002. Dit jaar gaat de Amersfoortse hiphop groep DAC (met o.a. Jiggy Djé en Diggy Dex) er met de publieksprijs vandoor. De Beste Muzikantprijs is voor Pete Philly, die later samen met Perquisite twee succesvolle albums maakt. Hun vernieuwende hiphop, met invloeden uit de jazz, broken beat en soul, brengt de twee over de hele wereld. In deze Finale staat ook Ali B, die twee maanden na zijn optreden een platencontract tekent bij Warner Music. Hij geniet thans landelijke bekendheid als rapper, cabaretier en tv-persoonlijkheid. Nobody Beats The Drum wint in 2003 de Grote Prijs in de categorie Dance/Producers en hun DJ Sjam Sjamsoedin sleept ook nog eens de Beste Muzikantprijs in de wacht. Sjam is ook onderdeel van Boemklatsch en toetsenist Jori Collignon speelt in de liveband van C-Mon & Kypski.

Krause


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ DE VELE WINNAARS

Roosbeef wint in 2005 de categorie Singer/Songwriter. Ze staat vervolgens op grote festivals, zowel in Nederland (Lowlands), België (De Nachten in Antwerpen) als de Verenigde Staten (CMJ 2006, New York). De Hiphop Winnaar is Jawat! , die na zijn teruggetrokken diskwalificatie de Grote Prijs mee naar huis neemt. Jiggy Djé haalt met een overtuigend optreden de Publieksprijs binnen. Flinke Namen (met o.a. Sef, MC Fit en The Flexican) staan ook in deze Finale, waar ze zich presenteren met een indrukwekkende slagwerkgroep. 2006 is het jaar waarin Lucky Fonz III de Grote Prijs Singer/Songwriter pakt. In deze Finale staan ook Awkward I met zijn rustige gitaarliedjes en Sabrina Starke met haar mix van soul, folk en pop. Blaxtar wint dat jaar in de categorie Hiphop, in navolging van zijn broer Typhoon twee jaar eerder, waarmee er voor het eerst in de geschiedenis twee broers als solo-artiest de Grote Prijs winnen. Cartes wint samen met zijn back-up

Kleine Jay

MC Kleine Jay de Publieksprijs. In 2007 eist Kleine Jay de hoofdrol op en verzorgt Cartes de back-up, met winst tot gevolg. De mannen gaan hierna als duo verder en touren met Extince door heel Nederland. De Amsterdamse rapper Dio wint de Publieksprijs. Dit jaar staat ook Krause in de Dance/Producers Finale met haar synth-pop en electro-punk.

Cartes

De Dance/Producers Winnaar van 2008 is de ambitieuze producer Applescal, die sindsdien twee albums op het gerenommeerde Duitse label Traum heeft uitgebracht. De rappers M.O. & Brakko uit de Bijlmer winnen dit jaar de Hiphop Finale, waarmee ze Amsterdam Zuidoost weer op de hiphopkaart zetten.

Roosbeef

11

De beker blijft in de Bijlmer als Dret & Krulle in 2009 de Hiphop categorie binnen slepen. Bij Rock/Alternative wint The Cosmic Carnival, dat in 2010 de meest geboekte band ooit van de Popronde wordt. Eefje is dit jaar de Singer/Songwriter Winnares. Dance/Producers Winnaar Pitto gaat na de Grote Prijs alle Nederlandse dancefestivals af. Ook het electro-duo Baskerville staat in deze Finale.


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ UIT HET ARCHIEF

12


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ UIT HET ARCHIEF

INZENDING NOBODY BEATS THE DRUM

13


14


DE GROTE PRIJS VAN... ★ ANGELA GROOTHUIZEN

EENS EEN JURY... De Grote Prijs heeft in de kwart eeuw een groot aantal juryleden de revue zien passeren. Naast Angela Groothuizen waren dat onder andere Hans Dulfer, Jan Vollaard, Jip Golsteijn, Rinus Gerritsen, Boudewijn de Groot, Herman van der Horst , Bram van Splunteren, Hans Schiffers, Joost van Bellen, Ferry Roseboom, John Ewbank, Odilo Girod, Willem Venema, Job de Wit, Lee Stuart, Rotjoch en Jelle Paulusma.

One Track Charlie Foto’s Ruud van den Houte

Net na het succes met de Dolly Dots was ik besmet verklaard door alternatief, muzikaal Nederland. Desondanks werd ik, door mijn succesproductie met Roberto Jacketti & the Scooters, met een gouden plaat en een nummer 1 hit, opeens een veelgevraagd jurylid. Ik was het zelf ook vergeten, maar Evelien Carels bracht mij in herinnering dat ik “haar ontdekt” heb bij de Grote Prijs van 1988. Met Jip Goldsteijn zat ik in de, overigens niet echt een gezellige-wat-zijn-we-hetallemaal–steeds-eens jury. Maar met 15

Jip was het altijd goed toeven. We scheurden langs alle poptempels van het land om de bandjes te beoordelen en op de terugweg urenlang te bespreken. Jip was een rasechte verteller met een grote voorliefde voor de Palingsound. Ik deed naast het praten ook het scheuren en hield een straf tempo in allebei. En als echte vrienden verdeelden we de drugs (hij de drank en ik de jointjes). Jip en ik waren het zelden eens met de rest van de jury (ik herinner me ook nog een bozige Rus die, waarom?!,

meejureerde). Maar we wisten de band One Track Charlie aan de rest van de jury te slijten en ik kon drummer Evelien feliciteren met de Grote Prijs van Nederland. Het was een hele leuke tijd maar dat kwam voornamelijk door Jip en door de altijd optimistische Fer Abrahams, het onafwendbaar, niet te missen middelpunt. En One Track Charlie maakte zijn naam waar, na een paar maanden viel de band uit elkaar. Angela Groothuizen


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

ONDER MUZIKANTEN

EDNOR RONDE LEFAT TAFEL KERPSEG GESPREK Tekst Tom Springveld (FRET) Foto’s Sander Baks

NOBODY BEATS THE DRUM Jori Collignon (‘81) Winnaar Dance/Producers 2003 TYPHOON Glenn de Randamie (‘84) Winnaar Hiphop/RnB 2004 LUCKY FONZ III Otto Wichers (‘81) Winnaar Singer/Songwriter 2006 THE COSMIC CARNIVAL Robin Smit (‘84) Winnaar Rock/Alternative 2009 ANNI K Annika Boxhoorn (‘86) Derde Rock/Alternative 2009

16

HET IS MAANDAGMIDDAG. Een kleine, warme kleedkamer in de kelder van Paradiso. Otto Wichers (Lucky Fonz III) maakt het zich gemakkelijk in een ruime fauteuil, Glenn de Randamie (Typhoon) neemt plaats op een simpel stoeltje rechts van een lange leren bank waarop Jori Collignon (Nobody Beats The Drum), Annika Boxhoorn (Anni K) en Robin Smit (The Cosmic Carnival) zitten. Een rond, zwart tafeltje staat er wat verloren bij. Lopend door het onoverzichtelijke doolhof onder Paradiso denk je onwillekeurig aan alle grote namen die zich sinds de opening in 1968 op het podium van dit ‘Cosmisch Ontspanningscentrum’ begaven: de Sex Pistols, The Police, Blondie. Later The Rolling Stones, Prince en Nirvana.


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

HET BEGIN Zoals de geschiedenis van duizenden artiesten vergroeid raakte met de geschiedenis van dit bijzondere gebouw, gebeurde dat ook met de historie van de grootste en langstlopende nationale muziekcompetitie, de Grote Prijs van Nederland. Het vijftal Grote Prijs-veteranen dat zich deze middag in de voormalige kerk aan de Weteringsschans verzameld heeft, is van dezelfde generatie – allen zijn geboren tussen 1981 en 1986. Samen blikken zij terug op hun leven vóór maar vooral na de Grote Prijs.

17

Jori, in 2003 wonnen jullie met Nobody Beats The Drum de Grote Prijs van Nederland in de categorie Dance/Producers. Hoe kijk je daarop terug? Jori: ‘We waren nog groentjes: het was onze derde gig ooit en ik was onder de indruk van onze tegenstanders. Er was een band uit Eindhoven die twee touringcars vol fans had meegenomen. Wij vonden het al vet dat we überhaupt in de finale zaten en rekenden er niet op dat we zouden winnen. Dat was een complete verrassing. De Grote Prijs was voor ons een stok achter de deur om echt met de band van start te gaan.’ Otto, jij had de boel al aan de gang toen je in 2006 de Grote Prijs in de categorie Singer/Songwriter won. Otto: ‘Ja, ik had al twee prijzen gewonnen, waaronder Mooie Noten in het voorjaar van 2006 – dé singer-songwriterprijs van Amsterdam. Ik deed aan al die prijzen mee, omdat ik zoveel mogelijk wilde spelen. Het is een goede tactiek om meer optredens te krijgen. De Grote Prijs had een goede naam omdat Roosbeef vlak daarvoor gewonnen had. In 2006 schreven heel veel goede singer-songwriters zich in,


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

de finale was van een hoog niveau. Sabrina Starke, awkward i, Signe Tollefsen, ik, Jodymoon, Barbara Breedijk – het zijn allemaal mensen die nu nog steeds goed bezig zijn.’ Jori: ‘Ik heb ook nog een keer gewonnen in de categorie Singer/Songwriter, wist je dat? Als pianist van Me Mystery in 2002.’ Jullie hebben met Nobody Beats The Drum na het winnen van de Grote Prijs lang gewacht met het uitbrengen van een debuutalbum. Wat was daar de gedachte achter? Jori: ‘Als je die prijs wint schept dat verwachtingen, maar wij wilden het rustig aan doen omdat het nog zo vers was. Het winnen van de Grote Prijs is voor ons vooral goed geweest om optredens te krijgen. We hebben ons als band kunnen vormen en zijn erachter gekomen op welke manier we met wat voor soort release wilden komen. Dat heeft tijd gekost. Er speelden ook andere dingen mee: Sjam [Sjamsoedin, dj Nobody Beats The Drum] was met Zuco 103 aan het toeren en ik was met C-mon & Kypski bezig.’ Annika: ‘Ik had echt een beetje het gevoel dat ik de boot gemist had omdat ik nog geen album heb uitgebracht, maar als ik jou zo hoor…’ Jori: ‘Je kunt jaren wachten [lacht].’

HET GELD Otto: ‘Na de Grote Prijs was er meer gedoe en reuring. Dat deed mij goed. De mensen in Amsterdam kenden me al, maar daarbuiten dachten ze dat ik een halve gare was, dat het een grap was. Na de Grote Prijs werd er gedacht: nou, als hij dát gewonnen heeft… Het allerbelangrijkste van de Grote Prijs was dat ik op festivals mocht komen spelen en mezelf kon bewijzen als soloartiest en live-act. En mijn gage ging omhoog: vóór de Grote Prijs was het 130 euro, na de Grote Prijs 300 euro.’ Glenn: ‘Soms kom je erachter dat er bij organisaties meer geld is dan ze hebben verteld. Als je vijf uur van een dag bezig bent om tien minuutjes iets te doen, dan moet het wel lonen. In die tijd kun je namelijk ook in de studio zitten. Je moet soms hard zijn, anders nemen ze een loopje met je. Ik ben nog steeds wel goedgelovig. Als ik mensen mag, heb ik daar veel voor over, maar met veel benefietdingen ben ik gestopt. Je inzetten voor een goed doel is oké, maar ik ben zelf óók een goed doel.’ Ben je wantrouwig? Glenn: ‘Vroeger wilde ik geen platenmaatschappij. Kees de Koning van Top Notch heeft lang bij de jongens van Opgezwolle geïnformeerd wat mijn plannen waren. Ik was zo wantrouwig als wat. De platenindustrie is een Babylon business. Voor mij vallen integriteit en diep in de business zitten niet goed te rijmen.’

18

Robin: ‘Ik denk dat elke muzikant van nature de angst heeft dat, als er mensen geld in je gaan steken, je een stukje van je creativiteit in moet leveren om er een pasklaar product van te maken. Of die angst terecht is, weet ik nog niet. Ik denk dat je er een beetje overheen moet groeien.’ Otto: ‘Het is ook een soort psychologisch ding. Als je net begint met muziek word je tegengewerkt. Je ouders zeggen: ‘Moet je dat nou wel doen?’ Je vrienden zeggen: ‘Let je wel op je studie?’ De eerste paar shows vindt niemand tof, want het is nog niet goed. Als muzikant begin je per definitie met tegenstand, en ook nog op het moment dat je het meest kwetsbaar bent. Net als kinderen die geslagen worden – die zijn de rest van hun leven paranoïde. Zo werkt het met muzikanten ook: je bent de enige die erin gelooft.’ Glenn: ‘Het is belangrijk dat je ideeën hebt over wat je met je muziek wilt doen. Mensen om me heen die niet echt een idee hadden wat ze wilden, werden alle kanten opgesleurd. Uiteindelijk vallen ze in een diep gat waar ze niet meer uit kunnen klauteren, omdat ze geen fundament hebben. Ik denk dat het belangrijk is dat je voor jezelf weet wat je wilt en waar je voor staat. Ik heb drie jaar gewacht met mijn debuutalbum, omdat ik het gevoel had dat ik er nog niet klaar voor was. In mijn Grote Prijs-jaar, 2004, werd Yes-R tweede. Hij was veel sneller bekend dan ik, maar ik ben blij dat ik gewacht heb. Yes-R staat nu voor kleine kinderen op te treden.’


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

‘IK SLA LIEVER DE PLANK HEEL ERG MIS DAN DAT IK IETS MAAK WAT VAN ONGEVEER HETZELFDE NIVEAU IS’ OTTO WICHERS LUCKY FONZ III

Jori: ‘Het belangrijkste is dat je van jezelf uitgaat. Dat is moeilijk als je zo’n prijs wint, omdat zoveel mensen over je heen vallen.’ Glenn: ‘Kwaliteit vindt altijd zijn weg. Daar geloof ik echt in. Je moet gewoon zorgen dat je een goede plaat maakt.’ Jori: ‘Je staat ook niet stil in de tijd na de Grote Prijs. Wij hebben vaak kunnen spelen, en daardoor ontmoet je ook weer heel veel mensen. Je hoeft het moment niet per se te grijpen, je kunt ook eerst veel optredens gaan doen, een manager zoeken…’ Kunnen jullie leven van de muziek? Glenn: ‘Ja.’ Jori: ‘Al best wel lang.’ Robin: ‘Onze band overleeft met een kleine winstmarge, maar persoonlijk moeten we bijbeunen om de huur te betalen. De band als instituut houdt zichzelf in stand.’ Glenn: ‘Ik heb deels geluk gehad. Ik kom uit Zwolle en ben al op jonge leeftijd begonnen met de jongens van Opgezwolle en mijn broer Blaxtar. In 2003 ben ik solo begonnen, vóór de Grote Prijs had ik al drie tours gedaan. Op het moment dat mijn album [Tussen Licht en Lucht, 2007] uitkwam, zat ik al op een goed gage-niveau. Mijn voordeel: ik heb geen band, ik ben soloartiest. Een band is duur. Toch wil ik wel met een band gaan spelen, omdat ik na de tour met New Cool Collective niet anders meer wil – het is zo vrij en dynamisch. Naast je cd zijn optredens je visite-

19

kaartje en ik ben best wel een strebertje. Ik wil gewoon de allerbeste show ter wereld neerzetten.’ Jori: ‘Het is maar de vraag hoe je wilt leven. Otto en ik ontmoetten net een meisje op het Max Euweplein die ook van de muziek leefde, alleen had zij daar maar twee euro per dag voor nodig.’ Otto: ‘Van dat soort meisjes ken ik er wel meer. Die hebben vaak een superrijke Israëlische oom, dat zijn gewoon van die oliebaronnendochters [lacht]. Toen ik nog op straat speelde kwamen veel van de straatmuzikanten uit hele rijke milieus. Als je uit een gewoon middenklassegezin komt, ga je echt niet op straat spelen.’ Jori: ‘Een bandgenootje van mij heeft een vergunning aangevraagd in Utrecht toen hij zijn huur niet kon betalen.’ Glenn: ‘Het gaat heel erg in golven. Op het moment dat je toert, heb je geld. Voor mij komt er nu weer een periode aan waarin ik niet ga optreden. Ten tijde van mijn vorige album heb ik van 17 euro per maand geleefd. Ik at bij vrienden en kon net mijn huur betalen.’ Otto: ‘Ik heb net als Glenn het voordeel dat mijn artistieke voorkeur overeenkwam met de economisch meest interessante manier van doen. En ik heb ook altijd veel geschnabbeld. Ik vind schnabbels niet alleen financieel heel belangrijk, maar ook mentaal. Het helpt mij de ceremoniële functie van muziek te beseffen.’


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

‘ALS JE HET PUBLIEK DE RUIMTE GEEFT, KOMT HET VANZELF NAAR JE TOE’ GLENN DE RANDAMIE TYPHOON

20


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

HET IDEAAL

HET BUITENLAND

Otto: ‘Veel mensen waar ik vroeger tegenop keek, zijn nu gekapt of artistiek de weg kwijt. CocoRosie vond ik zes jaar geleden te gek. Nu maken ze nog exact dezelfde muziek als toen. Ze hebben voor mij afgedaan, ze hebben geen ontwikkeling doorgemaakt. Ze hebben voor mijn gevoel nooit iets beters gedaan dan hun eerste album – alles is even goed, dat is ook een prestatie. Er wordt gezegd dat Grunberg een beetje op Mulisch lijkt: hij maakt telkens nieuwe dingen in plaats van – zoals Reve – steeds dezelfde boeken te schrijven. Grunberg zei over Reve: hij heeft gewoon zijn winkeltje geopend. Dat wil ik voorkomen.’

Jullie hebben allemaal al in het buitenland gespeeld, van de VS tot Zuid-Afrika en van Duitsland tot Australië. Omdat het een uitdaging is om ergens anders opnieuw te moeten beginnen? Otto: ‘Mentaal gezien heb ik spelen in het buitenland nodig. Voor een publiek staan dat je niet kent – dat heb ik nooit meer in Nederland. Dat is ook leuk aan schnabbels: je speelt op plekken waar niemand je kent. Op een bedrijfsfeestje zie je iedereen denken: wat gaat hij doen? Dat vind ik leuk. Ook in het buitenland kun je nog echt indruk maken. Mijn Nederlandse fans zijn heel rustig en devoot, terwijl je een buitenlands publiek nog echt moet zien te overtuigen. Ik probeer altijd heel bewust het moment te kiezen waarop ik het kwartje wil laten vallen. Bijvoorbeeld door de eerste minuut heel gek te doen – te ouwehoeren of een nummer expres heel gaar te spelen – en direct daarna met diepe shit te komen. Dat psychologisch spel met het publiek komt bij mij voort uit de periode dat niemand van me wilde horen, dat ik de luisteraars nog voor me moest zien te winnen. Het wordt raar als je een publiek gaat overwinnen dat al overwonnen is. Dat probleem heb ik nu in Nederland: wat moet ik doen met mensen die me al cool vinden?’ Annika: ‘Ik word heel blij van een land als Duitsland. Vorig jaar heb ik een paar optredens in Berlijn gedaan. Mensen luisteren echt naar je verhaal. Dat mis ik in Nederland wel, hoor. Ik heb nog nooit iemand horen zeggen: ‘Zo, dat is een toffe tekst die je daar zingt.’ Terwijl er in Berlijn iemand naar me toe kwam die zei: ‘Ik vond die tekst van dat tweede liedje echt supermooi.’ Dus mensen luisteren echt totaal anders naar muziek.’ Glenn: ‘Ik vraag me wel af of dat ook niet een beetje te maken heeft met het feit dat jij daar als buitenlandse artieste staat op te treden. Als ik buiten Nederland optreed, lijkt het altijd net wat intenser.’

Ben je bang dat zoiets je tóch kan overkomen? Otto: ‘Zolang ik mezelf hiervan bewust ben, ben ik daar niet bang voor. Ik sla liever de plank heel erg mis dan dat ik iets maak wat van ongeveer hetzelfde niveau is. CocoRosie vond ik altijd interessante songwriters met een mooie sound en sfeer, maar bij het tweede album dacht ik al: het is wel oké, maar niet wezenlijk beter. Ze werken nog steeds in hetzelfde idioom, en daar moet je voor oppassen. Ik zou mezelf kunnen neerzetten als de semi-komische singer-songwriter met een leuke show, ik kan de rest van mijn leven folkalbums maken – de ene keer een viool d’r bij en de andere keer niet – maar dat is gewoon fucking saai. Ik vind dat je dan niet genoeg respect heb voor je talent.’ Jori: ‘Ik zou het niet eens kunnen, de hele tijd hetzelfde doen omdat het werkt. Dan gaan mensen op een gegeven moment iets van je verwachten. Een band als Oasis gaat zijn sound echt niet veranderen, terwijl ik juist het liefst werk aan dingen die nergens goed voor zijn, die niet binnen een bepaald straatje of project passen. Totale creatieve vrijheid.’ Twijfelen jullie vaak? Glenn: ‘Je moet wel twijfelen. Als je precies weet wat je gaat doen sta je niet open voor veranderingen die je juist naar nieuwe hoogtes kunnen brengen. Ik ben onzeker over elk nieuw project dat ik doe. Die onzekerheid maakt dat ik zo scherp en ontvankelijk voor nieuwe dingen ben.’ Annika: ‘Ik sta het mezelf niet toe om te twijfelen. Ik ben ook dirigent van een koor: dan moet ik de kar trekken, net als in mijn muziek. Ik moet donders goed weten wat ik wil horen, want als ik niet duidelijk ben, snapt mijn band niet wat ik wil.’ Otto: ‘Als je succes hebt, lijkt het achteraf vaak alsof het zo had moeten zijn. Als twee mensen elkaar per ongeluk ontmoeten en ze gaan trouwen, dan gaan ze het helemaal reconstrueren en lijkt het net of het hele universum meewerkte. Terwijl het gewoon roulette is.’

21


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

HET CIRCUIT

HÉT OPTREDEN

Heeft Nederland een goede infrastructuur? Jori: ‘Ongekend, het is niet normaal. Als je ziet hoe goed de podia, de kleedkamers en de geluidssystemen hier verzorgd zijn, hoe vriendelijk je overal behandeld wordt – dat heb ik echt nog in geen enkel ander land zo gezien. Er lopen natuurlijk overal klootzakken rond, maar daar gaat het niet om. Het is meer van: in Engeland, Amerika en Frankrijk mag je blij zijn met het meest gare PA-systeem. Ik vind het heel fijn om Nederland als thuisbasis te hebben. Het circuit is natuurlijk best wel klein en beperkt, je hebt het rondje snel gemaakt. Maar je kunt hier goede gages krijgen en dat geld kun je weer investeren in het buitenland.’

Welk optreden is jullie het meest bijgebleven? Otto: ‘Mijn optreden vorig jaar augustus op het Oppikoppifestival in Zuid-Afrika. Dat was één van de beste shows die ik ooit heb gehad. Het publiek was extatisch. Op de een op andere manier gebeurt dat meestal ’s nachts. Ze waren door het dolle heen en ikzelf ook. Je weet toch hoe je je leven ophangt aan momenten, aan bepaalde optredens of het winnen van de Grote Prijs? Dít was zo’n moment.’ Robin: ‘Tremplin Festival 2010, Casablanca. Het was half elf ’s avonds en donker. Echt supermooi. Wij waren daar natuurlijk onbekend en dat kan in je voordeel werken. In Nederland stellen we geen fuck voor, maar in Casablanca was het publiek uitzinnig.’ Annika: ‘Mijn afstudeeroptreden aan de Popacademie. Het was de laatste gig ooit in WaterFront [in Rotterdam]. Het decor had ik zelf ontworpen, ik had een vleugel laten komen, de lichtshow klopte, het geluid was goed. Ik heb gewoon anderhalf uur keihard staan spelen en heel mijn verhaal kunnen vertellen. Zo zou ik eigenlijk elke show willen geven.’ Jori: ‘Ik vind het heel moeilijk. Ik kom in een soort grijze waas van concertherinneringen terecht. De ene keer is het vet omdat het massaal is, de andere keer omdat het een gig in een kleine kelder voor honderd man is. Dat er drie centimeter water op je mixer staat. We hebben op Solar in Roermond wel hele toffe shows gedaan.’ Glenn: ‘Hier in Paradiso, mijn eerste optreden met New Cool Collective. Het was helemaal niet vol, er waren maar 600 man. Het podium was verlaagd, zodat we heel dicht bij de mensen stonden. Er hing een soort hippievibe – alleen maar liefde. Heel erg tof.’

Is er veel verschil in kwaliteit tussen de zalen of is het genivelleerd? Jori: ‘Het wordt steeds monotoner met al die zalen die uit de grond gestampt worden. Ze zijn allemaal verschillend, maar hebben van binnen toch een beetje diezelfde klinische sfeer. Soms mis je weleens zalen zoals de oude Atak [in Enschede].’ Otto: ‘In Zuid-Afrika heb je van die gare, weirde plekken als The Bohemian [in Johannesburg]. Dat is gewoon én een poolhal én een pizzeria én een club – alles in één. Dat wil je!’ Jori: ‘De subsidie druipt wel een beetje van de Nederlandse podia af. Iemand vertelde me laatst over het kraken van Tivoli in Utrecht, eind jaren zeventig. Dat is een jaar lang ieder weekend gekraakt: vrijdag erin, maandag eruit. Daardoor heeft dat gebouw ziel. Tegenwoordig moet je al betalen als je iets op de muur geschreven hebt. Zo kregen wij een rekening van het schildersbedrijf toen Kyp [Thomas Elbers van C-mon & Kypski] zijn naam op de muur van een kleedkamer had gezet.’

22

Komen jullie meer tot je recht bij een klein of bij een groot publiek? Glenn: ‘Ik gedij beter bij een hele goede sfeer dan bij massaliteit. Ik heb respect voor internationale bands die een half miljoen mensen kunnen laten los gaan, maar ik weet niet of ik dat wel zou willen. Dat is een hele ambivalente houding: ergens wil je het heel graag, maar ergens ook niet.’ Jori: ‘Je zou willen dat spelen voor hele grote zalen een routine wordt. Het gebeurt heel af en toe en dan denk ik: doe mij nog drie van deze optredens!’ Otto: ‘Ik vind het leuk om af en toe voor een écht groot publiek te spelen. Op Lowlands waren er 3000 man, maar het voelde superintiem.’


ONDER MUZIKANTEN ★ RONDETAFELGESPREK

‘EEN GOED FUNDAMENT IS HEEL BELANGRIJK ALS JE IETS DUURZAAMS WILT DOEN’ JORI COLLIGNON NOBODY BEATS THE DRUM

23

HET ADVIES Glenn: ‘De tip die ik jonge artiesten zou geven: wees jezelf, maar onderscheid je.’ Otto: ‘Mag ik daar een vraag op stellen? Mensen zeggen weleens tegen me dat ze het zo leuk vinden dat ik mezelf blijf, maar ik heb me nog nooit in mijn leven iemand anders gevoeld dan mezelf. Jij wel? Glenn: ‘Ik heb weleens het gevoel gehad dat ik wat verder van mezelf af stond, dat zeker. Voor een belangrijke wedstrijd als de Grote Prijs vraag je jezelf af wat het zou kunnen doen, hoe je zou kunnen scoren. Als je jezelf te veel uit het oog verliest, kan het gaan overkomen als een trucje. Dát is wat ik bedoel. Een optreden moet een verlengstuk van jezelf zijn, toch?’ Jori: ‘Veel bands beginnen met een idee over wat voor soort band ze willen zijn, en hebben daar ook succes mee – ieder land heeft wel een Nickelback. Maar dat levert nooit langdurig succes op. Een goed fundament is heel belangrijk als je iets duurzaams wilt doen.’


HÉT GRATIS MAGAZINE OVER NEDERLANDSE MUZIEK “SUPPORTER VAN DE GROOTSTE EN LEUKSTE BANDWEDSTRIJD VAN NEDERLAND”


QUOTES ★ � 5.000

WAT DEDEN DE WINNAARS MET DE 5000 EURO PRIJZENGELD? 08

M.O. & BRAKKO DAT GELD HEBBEN WE GEÏNVESTEERD IN VIDEOCLIPS, MERCHANDISE, MUZIEKAPPARATUUR, EEN TOUR AUTO EN DE PRODUCTIE EN PROMOTIE VAN DE EP ‘KOESTER’.

03

SKIGGY RAPZ IK HEB TOEN EEN VEEL TE GROTE EN TE DURE SYNTHESIZER GEKOCHT TERWIJL IK NIET EENS GOED PIANO KAN SPELEN. DAARNAAST HEB IK VINYL PLATEN LATEN DRUKKEN DIE ALLEMAAL IN JAPAN VERKOCHT ZIJN. VOOR DE EERSTE HERDRUK HEB IK GELOOF IK OOK NOG GELD GEBRUIKT VAN DE GROTE PRIJS.

05

SILENCE IS SEXY HET GROOTSTE GEDEELTE VAN ONS EERSTE ALBUM “EVERYTHING YOU SHOULD KNOW” HEBBEN WE ER MEE BETAALD.

09

THE COSMIC CARNIVAL BINNEN TWEE WEKEN HADDEN WE EEN MOOIE GROENE BANDBUS OP DE KOP GETIKT. VERDER WERD ER FLINK IN INSTRUMENTEN GEÏNVESTEERD, GERBEN KON EINDELIJK ZIJN GELIEFDE RHODES PIANO AANSCHAFFEN. EN WE BESLOTEN HET ALLEMAAL WAT GROTER AAN TE GAAN PAKKEN, ZIJN EEN STICHTING GEWORDEN EN KONDEN EEN GROTERE OEFENRUIMTE BETREKKEN.

05

NOBODY BEATS THE DRUM WE HEBBEN FLIGHTCASES GEKOCHT VOOR ONZE SPULLEN ZODAT WE KONDEN TOEREN. EN EEN LAPTOP. DAARVOOR DEDEN WE NOG ALLES ZONDER COMPUTER. DOOR DE GROTE PRIJS ZIJN WE DUS MET LAPTOP GAAN WERKEN.

25


SILENCE IS SEXY ★ OP ZOEK NAAR DE BEKER

SILENCE IS SEXY OP ZOEK NAAR DE BEKER Pim van de Werken surft over de handen van het uitzinnige publiek. In zijn ene hand de met champagne doordrenkte bos bloemen en in zijn andere een immense trofee. De inscriptie in het marmer belooft, nee, bevéstigt de Grote Toekomst met zijn Silence Is Sexy. Het deksel van de beker heeft hij in een vlaag van hilariteit maar op zijn hoofd gezet. De stoet eindigt bij de Paradiso-bar, met Pims hoofd precies onder de biertap. De avond, de zegetocht en de muziek zijn nog lang niet voorbij. Hoe anders is de situatie een paar jaar later. Het zwarte gat bleek heel diep en de beker werd verpatst via 3fm’s Serious Request. 26


SILENCE IS SEXY ★ OP ZOEK NAAR DE BEKER

Tekst: Maarten Rischen (Musicmaker) Foto’s: Bullet-Ray

Oktober 2010. Voor de ticketautomaat op station Ulft zit een niet bijster welriekend hoopje ellende. Van onder zijn capuchon steken een paar bosjes krullen waartussen sigarettenrook naar boven kringelt en zich vermengt met de vroege ochtendnevel. Met een opgeluchte maar onderdanige blik als van een hond die na een vakantie weer wordt opgehaald uit het bos komt hij overeind. Zijn handschoen laat zijn vingers vrij, maar blijft even plakken aan de uitgestoken hand van de journalist. ‘Hoi’, klinkt het zacht, gevolgd door de vraag of de journalist hem eerst even langs het Leger des Heils wil brengen. ‘De Soepbus staat daar nog een half uurtje, ik heb ’m nu al drie dagen net gemist. Barry zou iets voor me meenemen, maar...’ Een traan valt op de menukaart van de brasserie. Pim doet inmiddels geen moeite meer om ze te verbergen en probeert zich tussen de huilbuien door te concentreren op de exotische gerechten als tosti met mozzarella en pesto. Hij plukt een dode spin uit zijn baard. ‘Dit was nooit de bedoeling.’ Stilzwijgend zit het duo tegenover elkaar. Na de eerste kop koffie krijgt de muzikant iets meer kleur in zijn gezicht en kijkt de journalist voor het eerst recht in zijn blauwe, bloeddoorlopen ogen. Pijn. Vernedering. Langzaam lijken de zorgvuldig weggestopte herinneringen terug te komen. ‘Die tour hebben we nog wel gedaan, ja. Niet echt een uh... succes.’ De journalist legt een rode inbindmap op tafel. ‘Ben je hier wel klaar voor?’ Pim haalt z’n schouders op. Uit de map komen beduimelde krantenstukken, op chronologische volgorde gesorteerd, met bovenop de schreeuwende kop ‘Silence Is Sexy: Beste Band Van Nederland’. Een paginagrote foto van een in de camera lachende Pim - het deksel scheef op zijn hoofd - over de schouder van een bevallige dame. De gerbera’s verdwijnen zorgvuldig in haar slipje. Wezenloos wrijft de gitarist over het krantenpapier, alsof hij de echtheid ervan wil controleren. ‘Wat een vrolijke knaap.’ Hij pauzeert, haalt diep adem en schuift het artikel opzij. De stapel valt uit het lood waardoor de andere krantenkoppen als puntige demonen tevoorschijn komen:

27

“ROMMELIG OPTREDEN VAN ONGEÏNSPIREERDE GROTE PRIJS-WINNAARS“ “NOODLOT TREFT SILENCE IS SEXY“ “JURY GPVNL: IK DENK DAT WE DRONKEN WAREN“ “HILARITEIT BIJ OPENINGSACT BLUBBERPOP SCHAARSBERGEN“ ‘Ze begrepen het niet. Of nou ja, ze begrepen het best, maar het sloeg gewoon niet aan. Onze twee platen verkochten wel prima. Bij Snookercafé Hans hadden ze er twee verkocht, en bijna al onze ouders hadden er één. Maar toen kwam This Is Hollywood, met het Royal Republican Orchestra uit Cuba, en...’ Ineens breekt de muzikant. Met twee handen houdt hij zich vast aan de rand van de tafel terwijl hij in het gezicht van de verslaggever roept. Slijmdraden vliegen over tafel. ‘Dat! Wás! Helemaal! Geen! Orkest! Datwaseencomputer! Com! Pu! Ter! MIDI!’ Met een brakend geluid zijgt Pim neer, zijn hoofd in het restantje curry gewürz.


SILENCE IS SEXY ★ OP ZOEK NAAR DE BEKER

De EHBO van Ulft wordt gerund door een vijftal goedbedoelende vrijwilligers, dames van middelbare leeftijd. Pim, gewassen en in een kek trainingspak gestoken, zit bij de open haard terwijl ze bezorgd om hem heen zitten. Een vertwijfeld lachje vormt zich op zijn gezicht: ‘Toch weer een beetje net als vroeger, hè?’ Ineens lijkt het allemaal tot hem door te dringen. Dat het muzikantenbestaan toppen en dalen kende accepteerde hij al op zijn achtste verjaardag, toen hij niet de gevraagde gitaar maar een curlingbezem kreeg. Hobby van z’n vader. Maar altijd heeft hij doorgezet. Het was niet gemakkelijk, maar met het vinden van drie gelijkgestemde zielen lukte het hem uiteindelijk om in een uitverkocht Paradiso te staan. ‘En nu... Zie jezelf eens zitten’, bromt hij amper verstaanbaar door zijn baard. ‘We hadden het nooit moeten doen. Dan was alles goed geweest.’ De journalist vangt zijn woorden op en schuift dichterbij. ‘Wat bedoel je, Pim? Wat had je nooit moeten doen?’ Plotsklaps helder draait de muzikant zich met een felle blik naar de scribent. ‘Ken je Dombo?’ ‘...’ ‘Dombo en zijn veertje? Hij kon vliegen, omdat ie dat veertje had. Natuurlijk, het was bijgeloof, maar het wérkte wel. Zelfvertrouwen, man! Wij geloofden niet meer in onszelf, onze talisman was weg! Ons veertje!’ ‘Jullie veertje? Ik volg je niet helemaal.’ ‘De beker, Maarten. De beker!’ ‘Dus als ik het goed begrijp wil Silence Is Sexy de award terug die ze bij Serious Request in 2005 hebben weggegeven?’ De telefoniste van de publieke omroep klonk niet alleen danig geïrriteerd, haar stem was vooral doordrenkt met medelijden van het totaal verkeerde soort. Maar het was een mooi verhaal ‘voor bij Giel’, en zo lopen de ooit zo glamoureuze Pim van de Werken en zijn nieuwe, enige boezemvriend op een druilerige zondagavond door de wijk Holtenbroek in Zwolle. Ze houden stil bij een afbraakflat van het laagste allooi. Niet veel later bevinden ze zich in de woonkamer van zelfverklaard vrachtwagenmagnaat Chris Massey: een boom van een kerel met een gebronsde huid en lange haren die hem het uiterlijk van een meedogenloze Viking geven. De vijf passen naar de deur waren wel genoeg lichaamsbeweging voor hem die dag, en onverstoord kijkt hij naar een uitzending over Joran van der Sloot op tv, terwijl Pim in totale extase aan zijn voeten ligt. In zijn armen houdt hij een groot, glanzend artefact dat hem herinnert aan de dagen dat zijn leven mooi, de muziek hard en de meisjes van hem waren. Hij klemt het stevig tegen zich aan en snikt zachtjes.

28

‘Ik spaar dingen met biermerken. Als Arthur hier komt gebruikt ie de beker om in te braken. Typisch Pools. Daar hebben ze het sanitair nog niet zo op orde, zie je. Ik heb er ook eens een dode muis in gevonden, geen idee hoe die daarin is geklommen. Afgelopen zomer probeerden we nog ufo’s te lokken door de zon ermee te weerkaatsen, en toen m’n moeder hier laatst was...’ Terwijl de journalist plichtsgetrouw het relaas van Massey optekent, valt het niemand op dat Pim ineens tot bedaren lijkt te zijn gekomen. Voorzichtig schuift hij een voet richting de nog openstaande deur. ‘Vijf passen’, mompelt hij. ‘Vijf passen en alles is weer goed. Vijf passen en Silence Is weer Sexy. Vijf passen en...’ Hij had zich kranig geweerd. De worsteling op de balustrade leverde hem een blauw oog op en het trainingspak hangt als een gescheurde hoop vodden om zijn lijf, maar hij leefde nog. Het had weinig gescheeld, toen Chris dreigde de beker ‘nog liever naar beneden te gooien’ dan weg te doen. Hij leek het te menen: de beker hing nog maar aan zijn wijsen middelvinger boven de peilloze diepte. In een wanhoopsdaad had Pim zich met z’n niet bijster volle gewicht op de man gestort, maar gealarmeerde buurtbewoners hadden de politie gebeld, die net op dat moment met vier man sterk de ongenode gast het gebouw uit kwam werken. Zwijgend staat het duo voor de flat. Net op het moment dat de journalist zijn woorden lang genoeg gewogen had om iets opbeurends te zeggen, rent Pim de bosjes in en komt er triomfantelijk weer uit. Een zwakke flits maanlicht weerkaatst op het object in zijn hand. ‘Maarten, ik ga de band bellen. We moeten repeteren. Tabee!’ Met het deksel scheef op zijn hoofd strompelt de muzikant het Zwolse nachtleven in, zachtjes neuriënd. ‘This ain’t Hollywood.’


“MUSICMAKER, AL 33 JAAR HÉT NEDERLANDSE MUZIKANTENBLAD, FELICITEERT DE GROTE PRIJS MET Z’N 25E VERJAARDAG!”


DE GROTE LIEFDE ★ LUCKY FONZ III

LUCKY FONZ III SCHIMMEL PIANO Lucky Fonz III is het raadselachtige alias van Otto Fons Wichers, de winnaar van de Grote Prijs Van Nederland 2006 in de categorie Singer-songwriter. Zijn minimale folk met nonchalante zang heeft hem sindsdien ver gebracht. Ondanks dat hij vaak optreedt met een akoestische gitaar, is Lucky Fonz III helemaal vergroeid met een Schimmel-piano uit 1978.

Tekst André Dodde (Musicmaker) Foto Henk Veenstra

‘Het enige waar ik echt goed in ben, is pianospelen. Ik heb van mijn zevende tot mijn veertiende klassiek pianoles gehad. Maar toen ontdekte ik gabber. Daar was ik helemaal weg van. Echte Rotterdamse gabber: hard en langzaam. Toen ik een jaar in Schotland woonde, heb ik de folkmuziek ontdekt. Die muziek heeft zo min mogelijk vorm en zo veel mogelijk inhoud. Het is een soort abstracte benadering van muziek; het gaat puur om de akkoorden, de melodie en de tekst. Eigenlijk verschilt het niet eens zo veel van gabber. Dat is ook muziek zonder opsmuk; alles draait om de kern. Ik hou ook veel van oude blues, folk en country. Van de Nederlandse artiesten vind ik Armand en de vroege Elly en Rikkert te gek.’ ‘Ik ben pas rond mijn twintigste gitaar gaan spelen. Ik speel maar heel rudimentair gitaar, maar hou van die sobere vorm. Daarom speel ik live geen piano, want op piano klinkt het te gelikt. Ik geniet ervan als alle bullshit weg is en alleen het noodzakelijke overblijft. Als ik mezelf toevallig, in de kroeg of zo, op piano begeleid, vinden mensen dat altijd mooi. Maar iets alleen maar doen omdat je het nu eenmaal kunt, vind ik waardeloos. Met mooi pianospel kun je de grachten dempen.’ ‘Deze piano komt uit 1978. Hij is drie jaar ouder dan ik. Het is een Schimmel-piano, dat zijn echt heel goede piano’s. Ik heb op deze piano leren spelen en heb er een sterke emotionele band mee. Hij speelt lekker licht en ik ben opgegroeid met deze klankkleur. Ik zou zo de Pepsi-test kunnen doen. Laat mij blind op vier piano’s spelen en ik pik deze er meteen uit. Een tijdje terug heb ik hem van mijn vader gekregen. Hij vervulde eindelijk zijn wens om een mooie vleugel voor zichzelf te kopen en gaf toen met een groots gebaar de Schimmel aan mij: “Zoon, vanaf nu moet jij op mijn piano passen”, haha.’ ‘Ik schrijf al mijn liedjes op deze piano. Op piano kun je goed akkoorden en melodie tegelijk spelen en daardoor ga je anders componeren dan op een gitaar. Aan mijn liedjes kun je wel horen dat ze op piano geschreven zijn. Echte gitaar-singer-songwriters gebruiken altijd van die wazige open akkoorden. Dat zou ik nooit doen. Op gitaar kan ik niet improviseren, want daar ben ik niet goed genoeg voor, maar op de piano zit ik uren te jammen. Dan ontdek ik dingen en probeer ik mijn muzikale ideeën uit. Van de paar materiële dingen die ik bezit, is deze piano het meest waardevol.’

30


DE GROTE LIEFDE ★ LUCKY FONZ III

31


INTERVIEW ★ ROOS EN RICK

ROOS EN RICK Tekst Harmen van der Meulen Foto’s Daniel Cohen

Het zijn twee iconen uit de Grote Prijs-geschiedenis: Roos Rebergen (1988) en Rick de Leeuw (1960). De ster van Roos en haar band Roosbeef is sinds haar Grote Prijs-overwinning in 2005 – toen alleen met Roosbeef-drummer Tim van Oosten – gestaag rijzende, met het album Ze Willen Wel Je Hond Aaien Maar Niet Met Je Praten als voorlopig hoogtepunt. Rick, zanger, dichter, schrijver en nog veel meer, stond met zijn band de Tröckener Kecks in de finale van de allereerste Grote Prijs. Dat was in 1983, ver voordat Roos überhaupt geboren was. In gesprek met twee artiesten over de verschillen en de overeenkomsten tussen toen en nu. Over het belang van succes en over het nut van de Grote Prijs. “Het moet niet de zoveelste wedstrijd worden.” 32

Rick, meer dan twee keer zo oud als Roos, zou met al zijn levenservaring vol met tips moeten zitten voor zijn veel jongere collega. Maar hij denkt niet dat hij haar kan behoeden voor eventuele valkuilen, of dat hij dat zou moeten willen. “Elke tijd heeft zijn eigen problemen en elk probleem creëert zijn eigen oplossing. Ik heb maar één goede raad: luister niet naar goede raad. Laat iedereen maar de fouten maken die de tijd aanbiedt, je moet toch je eigen weg vinden. Het zal uiteindelijk lonen.” Rick en Roos zijn het erover eens dat bevestiging uit jezelf moet komen. Maar de Grote Prijs kan wel helpen. Roos: “Ik was heel blij dat we gewonnen hadden en dat we daardoor vaker uitgenodigd werden om te komen spelen. Het was leuk allemaal, spannend. Maar eigenlijk had ik geen schouderklopje nodig. Ik wist altijd al dat ik dit wilde doen. Het zou toch raar zijn als je hetgeen dat je doet leuker gaat vinden doordat iemand zegt ‘het is mooi’? Zoiets is natuurlijk leuk om te horen, maar ik denk niet dat je er daardoor meer plezier in krijgt.”


INTERVIEW ★ ROOS EN RICK

Niet alleen de Grote Prijs, maar de hele Nederlandse muziekgeschiedenis is sinds het begin van de Grote Prijs in 1983 steeds gestructureerder en veelomvattender geworden. En dat heeft niet alleen maar voordelen, vindt Rick. “De ontdekkingen die wij nog moesten doen, moest de Grote Prijs toen ook nog doen. Ze moesten helemaal vanaf nul beginnen. Nu is het nog maar moeilijk voor te stellen dat het ooit met een idee op de achterkant van een bierviltje begonnen is. Maar vroeger was er gewoon niks. Het was moeilijk om een plek te creëren. Nu is er heel veel en het is nog altijd moeilijk om je plek te vinden. Ik denk dat de Grote Prijs zich nog veel meer moet onderscheiden door te zoeken naar een soort autonoom talent en een afwijkend geluid. Het deel van de muzikanten dat heel goed iemand anders na kan doen moet in ieder geval niet beloond worden. Het hoogst haalbare in al die talentenjachten op tv lijkt nu een hoofdrol in een musical. Terwijl er steeds minder publiek is dat begrijpt dat het daar niet om gaat. Wat ik altijd in muziek ben blijven zoeken is noodzakelijkheid. Dat muzikanten het moeten maken. Dat vind ik veel belangrijker dan of iets goed klinkt. Ik bedoel: ‘Goed gedaan’ kan iedereen. Ik vind het heel sneu als mensen zeggen dat een plaat zo goed klinkt.” Roos: “Of als mensen zeggen: ‘het is niet mijn smaak, maar het is wel echt goed gedaan.’ Wat is er dan goed gedaan? Als je het niet leuk vindt dan is het toch gewoon een kutband?” Maar uiteindelijk is één ding het belangrijkste: dat je zelf leuk vindt wat je doet. Succes bij het publiek kan geen maatstaf zijn, vinden Roos en Rick allebei.

Rick: “Als je begint, zit er – in mijn geval althans – een gapend gat tussen wat je wilt en wat je kan. Wij traden in die tijd op om een volgend singeltje te kunnen bekostigen. Het was veel meer het bouwen aan iets dan het bereiken van iets. Op het moment dat wat je wilt en wat je kan in overeenstemming met elkaar komen, kan je je publiek gaan vinden. Die zoektocht mogelijk maken, dat is iets waar de Grote Prijs een belangrijke rol in kan spelen.” Roos: “Het mooie aan zo’n wedstrijd is dat je bands een podium geeft, dat ze verder kunnen. Ik ben niet zo heel erg van de wedstrijden. Muziek is geen wedstrijd: je hebt goede en minder goede bands en iets raakt je of raakt je niet. Maar het belangrijke van zo’n prijs is – net als bij de Popronde bijvoorbeeld – dat het bands een kans geeft om te kunnen spelen. Volgens mij is het heel goed wanneer je heel veel speelt voordat een grote groep mensen je ziet. Wij hebben dan ook vooral veel opgetreden, nadat we wonnen. En okay, we zijn die week misschien iets vaker in het café geweest.”

33

Rick: “Succes heeft twee gezichten: het stuwt je voort en het houdt je op je plek. Succes bevestigt je dat je in de goede richting werkt, maar het vertelt je niet hoever je in diezelfde richting door moet gaan.” Roos: “Toen onze cd uitkwam waren de verwachtingen heel hoog, omdat we er volgens het publiek zo lang mee hadden gewacht. Dat vind ik zelf overigens wel meevallen. Maar ik ben er niet zo mee bezig, of mensen meer verwachten dan dat ik verwacht. Ik verwacht denk ik van mezelf toch het meest. Je moet gewoon zoveel mogelijk muziek maken en je daarop focussen. De rest is niet belangrijk. De artiesten waar ik van vind dat ze de mooiste dingen maken, Lucinda Williams bijvoorbeeld, die maken vooral veel. Ik vind niet alles wat ze gemaakt heeft mooi, maar ik ben altijd weer heel blij als ze iets nieuws uitbrengt. Dat geldt ook voor een band als Wilco. Die zijn een band begonnen en een plaat gaan maken om overal te kunnen spelen. Als je altijd doet waarvan je denkt dat je het moet doen en trouw blijft aan jezelf, dan zal het af en toe wel goed komen. Daar geloof ik wel in.”


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Green Lizard 1996

34


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE Lagrima 2006

Kleine Jay 2007

35


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Skiggy Rapz 2003

Nobody Beats The Drum 2003

36


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Face Tommorow 2001

M.O. & Brakko 2008 37


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Life on Grey 1987 Foto: Ruud van den Houte

Krause 2007

38


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Wallnoize 2008

39


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Kyteman, gastartiest bij Manu, 2008

Roosbeef 2005

The New Shining 2009 40


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Perplex 2001

Pete Philly 2002

41


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

Dimension Seven 1999

One Track Charlie 1988 Foto: Ruud van den Houte

42


25 JAAR LIVE! ★ FOTOREPORTAGE

In Limbo 2006

43


“HÉT LANDELIJK KENNISEN PROMOTIECENTRUM DAT ZICH INZET VOOR ALLE MUZIEK GENRES, FELICITEERT DE GROTE PRIJS”


PARADISO ★ PIERRE BALLINGS

“ALS DE GROTE PRIJS NIET HAD BESTAAN, ZOU PARADISO HEM ZELF HEBBEN OPGERICHT” IN GESPREK MET PIERRE BALLINGS, DIRECTEUR VAN PARADISO EN BESTUURSVOORZITTER VAN DE GROTE PRIJS VAN NEDERLAND

De Grote Prijs van Nederland en Paradiso noemen de meeste mensen vaak in één adem. Sinds jaar en dag vindt er een finale plaats. Stichting de Grote Prijs is -net zoals onder andere het Paradiso-Melkweg Productiehuis en Marmoucha- gehuisvest bij Paradiso en maakt gebruik van diens faciliteiten en ondersteuning. Hoe lang heb je de Grote Prijs al meegemaakt? Sinds ’92 ben ik directeur van Paradiso en sinds ’94 ben ik bestuursvoorzitter van de Grote Prijs van Nederland. In die periode zat de Grote Prijs nog bij ons op de zolder van Paradiso (tegenwoordig is de Grote Prijs gehuisvest naast Paradiso, op het Max Euweplein, red.). Ik heb rond die tijd het bestuur van de Grote Prijs geadviseerd over onder meer de opsplitsing in verschillende muziekcategorieën. Zo ben ik er ingerold. 45

Hoe ziet de Grote Prijs er nu uit in vergelijking met vroeger? De kwaliteit van de competitie is hoger geworden. Ik ben bijvoorbeeld erg trots op Lucky Fonz III, dat is echt een goede muzikant. Laatst heb ik ook Eefje gezien, haar vond ik erg leuk. Het is goed dat er verschillende categorieën zijn. Dat brengt wel met zich mee dat de aandacht nu wel verdeeld moet worden over vier winnaars in plaats van één. Wat vindt Paradiso belangrijk aan de Grote Prijs? De Grote Prijs is van absoluut belang en daar is Paradiso trots op. De kern van Paradiso is gelijk aan de kern van de Grote Prijs. Het gaat namelijk bij beiden om eigenheid, om authenticiteit op het podium. Het bieden van kansen aan nieuwe talent is cruciaal voor Paradiso. Op welk moment kijk je met plezier terug? In 1999 deed Wyclef Jean de prijsuitreiking van de Hiphop Finale. Hij gaf de prijs aan de winnaar Avalanche en deed vervolgens een freestyle met hen. Dat was prachtig!


BROERS ★ TYPHOON & BLAXTAR

&

TYPHOON & BLAXTAR De broers Typhoon en Blaxtar (Glenn en Kevin de Randamie) hebben beiden de Grote Prijs Hiphop in de wacht gesleept. Typhoon won in 2004 en twee jaar later won de oudere broer Blaxtar. Beiden hebben een succesvolle solocarrière opgebouwd. Maar hoe zijn ze samen opgegroeid?

Hoe zag het muzikale huishouden De Randamie eruit? Typhoon: Onze vader speelde saxofoon en onze moeder zong in een koor. Er werd thuis gewoon veel muziek gedraaid. Van soul klassiekers tot aan Surinaamse muziek en alles wat daar tussen in lag. Otis Redding is nog steeds één van mijn favoriete artiesten. Hij klonk vaak bij ons door de speakers, dus dat is ook iets wat ik direct aan mij jeugd link. Hadden jullie als broers veel muzikale invloed op elkaar? Typhoon: Aangezien Blaxtar de oudste broer was zorgde hij wel een beetje voor de muzikale impulsen. Al heel snel kwam hij met soul en r&b zoals Boyz 2 Men. Hij zat ook al erg vroeg in de hiphop. En natuurlijk luisterden we veel naar Michael Jackson, hij was eigenlijk ons grootste voorbeeld. Blaxtar: Ik had zelfs een glitter glove en een Michael Jackson Barbie. Rico van Opgezwolle blijkt die trouwens ook gehad te hebben, haha. Hoe ging het toen jullie de stap naar hiphop maakte? Blaxtar: Mijn interesse werd gewekt door de radio, met de

46

hiphopshow Villa65 van de VPRO. In diezelfde periode werd mijn interesse gewekt door Yo! MTV Raps. Ik had veel tapes van bijvoorbeeld Public Enemy, Dre en Wu-tang Clan. Als beginnend MC ging ik van mijn Method Man-fase naar mijn Andre 3000-fase. Dat was heel leerzaam qua stemgebruik en rijmpatronen. Typhoon: Op mijn vijftiende begon ik met kopen van hiphopalbums. We komen van de Veluwe en dat is echt het witste stukje Nederland. Ik ging graag naar een alternatieve platenzaak en daar zag ik een cd van The Firm. Ik had toen niet zo veel geld dus ik moest daar wel even voor sparen. De cd had ik ergens achter in het rijtje gezet. Serieus, maanden later had ik er het geld voor en heb hem precies van die plek weggehaald! Heeft de plek waar jullie vandaan komen jullie muzikaal beïnvloed? Blaxtar: Ik ben vanaf mijn 16e gaan MC-en, gestimuleerd door de plateninkoper van het uitgaanscentrum in ’t Harde, waar ik werkte. Typhoon: Ik denk dat het heel erg belangrijk is geweest dat wij als enige zwarte familie in een witte omgeving


BROERS ★ TYPHOON & BLAXTAR

woonden. Dan ga je op zoek naar identiteit en hiphop is wat dat betreft wel gewoon iets wat je identiteit geeft. Blaxtar was op jonge leeftijd al aan het rappen en optreden, waarmee hij mij heeft geïnspireerd hetzelfde te doen. Via Blaxtar kwam ik bovendien in contact met de jongens van Opgezwolle. De rest is geschiedenis… Hebben jullie elkaar geïnspireerd om aan de Grote Prijs mee te doen? Typhoon: Ik denk wel dat ik één van zijn inspiratoren ben om in het Nederlands te gaan rappen. Ik won de Grote Prijs en met mij ging het toen hard qua bekendheid. Toen heeft hij misschien wel veel voordelen van de Grote Prijs gezien. Blaxtar: Eerst rapte ik in het Engels, maar ik werd genaaid met een slecht contract. Toen heb ik hetzelfde concept in het Nederlands uitgevoerd en heb me, in navolging van Ty, ingeschreven voor de Grote Prijs. Daarna heb ik Raen Music geïnitieerd, een label en creatief platform. Zijn er ook momenten van strijd geweest in jullie muzikale carrières? Blaxtar: We spreken elkaar vaak, gaan naar elkaars shows 47

en staan regelmatig samen op het podium. We zijn elkaars beste criticasters. We zijn ook heel verschillend; Typhoon is meer benaderbaar, mensen vinden hem cute. Typhoon: Wij dagen elkaar altijd uit, maar nog meer dan dat is Blaxtar mijn klankbord en ben ik zijn klankbord. We hebben een gezonde competitiedrang tussen elkaar, maar wel altijd in liefde. Dat is wel het allerbelangrijkste, dat we gewoon altijd van elkaar op aan kunnen. Ik was altijd de back-up MC van Blaxtar. Na de Grote Prijs konden we samen verder, maar ik voelde dat ik voor mezelf aan de slag moest om mezelf te ontwikkelen. Hoe zien jullie het in de toekomst? Gaan jullie paden elkaar weer kruisen? Typhoon: Ik zou heel graag nog een De Randamie album willen maken. Mijn zus Dinopha zingt en mijn andere broer O-Dog rapt ook. Ik heb altijd de drang om samen te werken met Blaxtar. Ik sta ook op zijn albums. Nu ben ik met New Cool Collective aan het toeren en daar is Blaxtar ook weer onderdeel van. Blaxtar: We gaan altijd gelijk op, ook al zijn het verschillende wegen die we bewandelen.


ZUSSEN ★ LOÏS LANE

&

LOÏS LANE 48


ZUSSEN ★ LOÏS LANE

“ ZIJ VERKOOS DE BAND TE VERLATEN VLAK VOOR HUN ALLEREERSTE BELANGRIJKE OPTREDEN VOOR HET GROTE PUBLIEK, NAMELIJK DE FINALE VAN DE GROTE PRIJS VAN NEDERLAND IN 1985 IN DE MELKWEG.” SUZANNE KLEMANN LOÏS LANE

Suzanne en Monique Klemann zijn de zangeressen van Loïs Lane. In ‘85 en ‘86 stonden ze in de finale van de Grote Prijs, waarna ze grote successen boekten. Zo speelden ze met Prince en maakten de titelsong voor de film Amsterdamned. Hoe zijn jullie muzikaal opgegroeid? Wij zijn van jongs af aan met muziek grootgebracht. Onze ouders zongen veel in huis en zongen ook in een koor. Tijdens familiebijeenkomsten werd er veel muziek gemaakt of gaven wij al kleine optredens tussen de schuifdeuren. Wij weten eigenlijk niet beter dan dat er veel muziek was in ons leven. We luisterden zeer gevarieerd, van klassiek tot Simon and Garfunkel. Die leuke vakantieplaten zoals Vive La France waren ook favoriet. Daarnaast stond de radio ook vaak aan. Luisterden Monique en jij dezelfde muziek? Monique, onze oudste zus Caroline en ik hielden allemaal van dezelfde muziek: soul, disco en glamrock. We hadden meestal het rijk voor ons alleen, omdat onze ouders drukke banen hadden. De radio ging op tien en dan dansen en zingen. Oh, die arme buren! En wie had altijd als eerste de nieuwe muziek? Vanaf mijn achtste jaar kocht ik al singles. Samen met een vriendje wasten we auto’s en voor dat geld kocht ik iedere week een nieuw singletje. Maar onze oudste zus kwam ook vaak thuis met platen. Ze werkte in een platenwinkel waardoor de verzameling best groot was. 49

Door wie werden jullie muzikaal beïnvloed? Natuurlijk beïnvloedt je elkaar, maar onze eerste held was toch wel Michael Jackson. Hij was net een paar jaar ouder dan wij. We waren helemaal gek van the Jackson Five en the Supremes. Wellicht is dat een voorbode geweest om samen met je familie te zingen. Hoe lang zijn jullie al bezig als muzikant? Monique is al zevenentwintig jaar bezig als zangeres. Naast haar carrière als fotomodel begon ze in de band Midnight To Six maar niet lang daarna viel deze band uiteen, waaruit twee nieuwe bands werden geformeerd: Fatal Flowers en Loïs Lane. Monique richtte Loïs Lane op, samen met haar toenmalige vriend Tijn Touber. De band bestaat nu alweer zesentwintig jaar. Jij bent iets later bij de band gekomen, hoe is dit precies gegaan? Ik kwam een jaar later bij Loïs Lane. Dit kwam doordat de zangeres die samen met Monique in zong, verliefd was geworden op de drummer die al een relatie had. Zij verkoos de band te verlaten vlak voor hun allereerste belangrijke optreden voor het grote publiek, namelijk de finale van de Grote Prijs van Nederland in 1986 in de Melkweg. Toen werd ik ingeschakeld om de band uit de brand te helpen en de koortjes mee te zingen voor die avond. Maar ja, die avond werden wij ontdekt en nu zit ik er al vijfentwintig jaar met heel veel plezier bij. Ik ben Monique nog eeuwig dankbaar, al viel het voor mij niet mee. Ik vond het namelijk doodeng! Wat zijn de hoogtepunten in jullie carrière? Het eerste optreden met Prince in Zürich voor 68.000 mensen. Dat was geweldig en echt het live hoogtepunt. Daarnaast zijn we bijzonder trots op het oprichten van onze eigen platenmaatschappij Lana Lane Records. Onder dit label brachten we onze eerste cd uit, waarvan we er zo’n 150.000 verkochten.


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ QUOTES

09

DRET

08

Het mooiste van alles was om m’n mensen uit de Bijlmer voor de tweede keer helemaal gek te zien gaan door onze winst. En daarmee ook direct het vertrouwen in onszelf en de Bijlmer een grote boost te hebben kunnen geven. Dat was voor mij de echte Grote Prijs!

07

06

M.O. & BRAKKO Toen we de beker in ontvangst namen werden we als eerst gefeliciteerd door Dret & Krulle, die een jaar later zelf met de beker naar huis gaan!

50

09

THE COSMIC CARNIVAL Tijdens de kwartfinale in het Paard van Troje speelden we nog met onze oude drummer Stefan. Exact tien dagen vóór die show besloten we niet verder te gaan met Stefan. Slechts één keer konden we met nieuwe drummer Robin oefenen, in de week voor de halve finale. Hij stampte vier liedjes van The Cosmic Carnival in zijn hoofd, de halve finale set. Het leek onmogelijk, maar we kwamen, speelden en overwonnen.

SABRINA STARKE Lucky Fonz was er van overtuigd dat ik zou winnen. Toen heeft hij voor de prijsuitreiking een promotieshirt met mijn foto erop aangetrokken. Hij had het shirt nog steeds aan toen hij de prijs in ontvangst nam en zijn toegift speelde. Vond ik wel grappig! Hij zag zichzelf totaal niet als een winnaar! Dat sierde hem heel erg! Humble: I like that.

08

Wat betreft je deelname -of je nu alleen de kwartfinale behaalt, of in de finale belandt, of uiteindelijk wint-, je krijgt een hoop publiciteit mee, een hoop tips en er zijn constant leuke acties waar je aan mee kunt doen. Zo kijk ik nog met veel plezier terug op de Toiletjuffrouw actie: een optreden in het toilet van Paradiso, wat diende als promofilmpje voor de halve finales.

KRAUSE In 2001 deed ik mee met mijn band Cassady waar ik gitaar in speelde. Bij de categorie ‘Beste Muzikant’ stond ik totaal niet op te letten, de kans dat ik deze prijs zou winnen leek mij uiterst nihil. Maar wis en waarachtig, daar viel mijn naam! Ik moest naar het podium komen, en kan me herinneren dat ik een hele harde duw in mijn rug kreeg, omdat ik aan de grond genageld stond. Ik had er wel een whiplash aan over kunnen houden.

FABIANA DAMMERS

04

TYPHOON Raymster had in 2001 gewonnen maar uiteindelijk is Opgezwolle zó hard gegaan. Het is de belangrijkste hiphop groep van die tijd. Daarna was het zo dat ieder jaar een groep uit Zwolle een stempel kon drukken op die Grote Prijs. Dit was in het totaalplaatje erg tof. Het was weer een bevestiging dat we uit ons eigen Oosten toch een geheel eigen geluid konden brengen. Die Grote Prijs loopt toch als een rode draad door onze carrières heen.


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ QUOTES

08

JAP JAP

00

Ik blik terug op de Grote Prijs 2008 met gemengde gevoelens. Het eerste waar ik aan denk is namelijk toch het tragische overlijden van Fokko Versloot, een half jaar na zijn finaleperformance...

03

03

SKIGGY RAPZ De gehele avond was magisch; mijn eerste keer spelen in Paradiso, de show ging super goed, het publiek was te gek en ik had zowel de eerste prijs als de publieksprijs gewonnen! Kortom; het kon niet meer stuk. Totdat ik me een half uur na de prijs uitreiking een beetje raar begon te voelen, met als gevolg dat ik de rest van de avond backstage heb lopen kotsen.

01

SPACEKEES Ik kan me herinneren dat we bij de regiofinale ons hele repertoire er doorheen jaagden. Het ging goed en we gingen door naar de finale. Toen moesten we natuurlijk een andere show neerzetten. Ik weet dat we tot de nacht voor de finale bezig waren onze beats te finalizen. Ik weet ook nog dat ik de tekst kwijtraakte tijdens de finale maar dat het publiek er wel om kon lachen, dat voelde wel als een overwinning.

51

Het publiek zat rondom ‘t podium in het midden en de ruimte had zo een heel open karakter; het communiceren met de luisteraars door ‘t spelen van drie eigen nummers werd daardoor intiem en energiek tegelijk. Het moment, de muziek en het publiek viel door al die facetten voor mijn gevoel samen en kwam daardoor volledig tot zijn recht.

NOBODY BEATS THE DRUM Onze moeders stonden heel hard te juichen op het balkon. We waren erg blij en verrast dat het gelukt was. Andere acts klonken al veel professioneler dan wij.

MAARTJE TEUSSINK

96

BART VAN DER WEIDE (Zanger Sure as hell, nu Racoon) Het meest memorabele moment van de Grote Prijs van Nederland was voor mij was dat onze drummer bij de 1e klap na het aftellen van zijn drumriser aflazerde met kruk en al.


GESCHIEDENIS ★ FRANK VAN HOORN

FRANK VAN HOORN mede-oprichter en organisator van de Grote Prijs van Nederland

In 1982 leek het mijn toenmalige zakenpartner Joost Carlier en mijzelf een goed idee om de ervaring en exposure van ons Lochem Festival (het oudste en na Pinkpop het grootste jaarlijkse popfestival van Nederland) in te zetten voor Nederlandse bands. Er was in die tijd voor Nederlands poptalent weinig media-aandacht, podia, of airplay. Het gevoel overheerste dat er iets moest gebeuren. Omdat onze Buma gelden en belastingcenten vooral ten goede kwamen aan de subsidie van klassieke muziek en jazz wilden we een instrument vinden om wat van het openbare geld terug te ploegen naar de popmuziek. Het motto was: geef ze een echt podium, installatie en professionele organisatie zodat de bands kunnen laten zien wat ze waard zijn. Dat was het begin van 4 jaren waarin ik stad en land zou afreizen als producent van de GP, verdeeld over een stuk of 20 voorrondes, de halve finale en de finale. We vonden het een uitdaging om steeds de meest exotische locaties te vinden, de uithoeken van Nederland wat vertier te geven. Het hoogtepunt was wel een voorronde in 52

de RK-pastorie in Dronten in aanwezigheid van een enthousiaste pastoor die zelf de vergunning had geregeld, het andere uiterste de Jumbo Dancing in Oldenzaal. De apparatuur werd ver onder de kostprijs geleverd door de firma Ampco. Onze vaste techneut was Dick Buisman, die net was opgestapt als bassist bij de band die volgens hem ‘Ruzifer’ heette maar in Wiki als ‘Lucifer’ staat. Harry Kassing was stage manager en hij regelde ieder jaar dat de gouden microfoon van de Ahoy concerten van zijn beste klant Lee Towers opdook in de finale van de Grote Prijs en aan de winnaar werd meegegeven.

werk had gedaan werden we steevast gebeld door ongeruste ouders: ‘mijn kind heeft zich ingeschreven en ik weet van niks, waar is die honderd gulden inschrijfgeld gebleven, worden daar drugs gebruikt?’. De lijnen waren ook dagenlang bezet door afgewezen kandidaten, met de vaste beschuldiging ‘dat we er geen reet verstand van hadden’ en de uitsmijter ‘dat het abonnement op dat kutblaadje OOR wordt opgezegd’. Veel zelfreflectie hadden muzikanten toen nog niet en het was ook de tijd van de klonen: zo zag je in het ene jaar een reeks U2’s voorbijkomen, het volgende allemaal Madonna’s of REM’s.

Ieder jaar stonden in september rijen vuilniszakken klaar met zo’n 1200 tapes van bandjes die deel wilden nemen en die naar de voorwascommissie moesten. In 1986 werden ze bij vergissing door de schoonmakers van de Stichting Popmuziek Nederland bij de vuilnis gezet waardoor de hele inschrijving (toen nog met grote radio- en televisiecampagnes) opnieuw moest. Fer Abrahams en ik waren ook een soort van therapeuten: nadat de voorwascommissie haar

Vanzelfsprekend heb ik in die jaren ook prachtige bands voorbij zien komen, van het spannende Technoville tot het eigenwijze Gin On the Rocks. En nu, 25 jaar later, komt het regelmatig voor dat als ik wordt voorgesteld aan een CEO, omroepbaas of succesvol acteur, ik te horen krijg: ‘Maar Frank, ken je me niet meer, van de voorronde in Stampersgat, ik speelde in the Wannabees?’.


GESCHIEDENIS ★ FER ABRAHAMS

FER ABRAHAMS mede-oprichter en organisator van de Grote Prijs van Nederland

Nog voordat de Grote Prijs van Nederland in 1984 op gang was gekomen, was de eerste versie voor mij al geslaagd: de leden van een geselecteerde band hadden tijdens de voorbereiding van hun optreden onderling ruzie gekregen over het te spelen repertoire. In de Gigant in Apeldoorn deden zij daarom niet mee aan de eerste voorronde. De muzikanten moesten een keus maken en waren het samen niet eens geworden. Kortom, de neuzen stonden niet allemaal dezelfde kant op, een grondregel voor een goede band. Als je niet samen bepaald hebt, wat je wilt, bereik je nooit je doel. Een paar jaar later meldde een programmeur mij apetrots dat hij niet de nummer één maar de winnaar van de vierde prijs had geboekt. Die was namelijk in zijn oren en ogen veel beter. De Grote Prijs was wederom geslaagd. Het gaat bij de Grote Prijs niet om die ene band, het gaat erom te zorgen voor reuring in de Nederlandse popmuziek. Laat de muzikanten, programmeurs en de bezoekers maar bepalen wat zij mooi vinden. De Grote Prijs is er om het vuur flink op te stoken. 53

Mijn taak was om te zorgen voor de publiciteit. En ik mocht de voorrondes presenteren. Ieder jaar in een ander jasje. Van de deelnemers aan die voorrondes heb ik het meest genoten. De Loïs Lane meiden in strakke catsuits, het enthousiasme van Rowwen Hèze, de grollen van Pater Moeskroen, charmeur Jan Opbeek met elk jaar een nieuwe band en van nog zo´n achthonderd andere bands die zich het schompes hadden gerepeteerd om zo graag hun ding te kunnen doen. Ik kom 20 jaren later mensen tegen die mijn aankondiging van hun band uit hun hoofd kennen. Genoten heb ik ook van de mensen met wie we mochten werken in al die zalen. En van die ene programmeur aan wie ik bloemen gaf omdat op de door mij aangeleverde poster de verkeerde toegangsprijs stond (wij zijn nu 17 jaar getrouwd). Er zijn talloze herinneringen: aan de decibelmeter in Bibelot (Dordrecht), het standaard uitverkochte LVC (Leiden), de 102 op het podium bij name genoemde vrijwilligers van het Noorderligt (Tilburg), de nachtelijke ritten terug met de juryleden nog nahijgend achterin en de bestuursvergaderin-

gen, bij voorkeur ´s ochtends om acht uur aan het ontbijt in de werkkamer van voorzitter en vergadertijger Willem van Beusekom. Vijfentwintig afleveringen is zilver, beste organisatoren van de Grote Prijs van Nederland, op naar goud!


INTERVIEW ★ NEEL

1983

NEEL “ JE KON IN LOCHEM NERGENS PISSEN!” De Amsterdamse band Neel won in 1983 de allereerste editie van de Grote Prijs van Nederland. Tijdens de Finale op het Lochem Festival won de new wave band van onder andere Tröckener Kecks en Piu Piu. We spreken zangeres Neel van der Elst over haar Grote Prijs en wat daarna volgde.

Hoe ben je in de muziekwereld terecht gekomen? Ik heb eigenlijk altijd al gezongen. Eerst wilde ik naar het conservatorium, maar dat was in die tijd echt onmogelijk. Toen heb ik een punkband opgericht, genaamd Snot. Ons eerste optreden was in Paradiso tijdens een krakersmanifestatie. We gingen heel snel uit elkaar, maar het was een leuke tijd waarin iedereen muziek met elkaar maakte. Hoe was de muziekscene in de periode van jouw winst in vergelijking met nu? Het was de opkomst van new wave en punk. De synthesizer kwam er toen echt in. Muziek was toen veel meer ondergronds, er werd minder aandacht aan besteed. Nu heb je popopleidingen, mooie podia en ontzettend veel bandjes. Platenmaatschappijen maakten toen ook echt de artiest. Ik heb met mensen van EMI gesproken en die vonden dat ik af moest slanken, door mijn neus moest gaan zingen en op Kim Wilde moest gaan lijken. Waarom deed je mee aan de Grote Prijs? Ik werd gebeld door Fer Abrahams of ik mee wilde doen. Maar ik had geen band, dus toen heb ik snel advertenties 54

geplaatst en een band bij elkaar gezocht. Een popcompetitie was toen dé manier om aan optredens te komen. Hoe heb je de eerste Finale op het Lochem Festival ervaren? Het was koud, nat en grijs! We stonden met een verschrikkelijke kater voor een publiek dat zich had gestoken in vuilniszakken. ’s Ochtends om half acht moesten we verzamelen voor de loting en toen werden we ingedeeld om tien uur. Het was echt belachelijk vroeg: er waren nog helemaal niet veel mensen. Maar de jury stond er wel, onder grote paraplu’s, en daar ging het tenslotte om. Had je het idee dat jullie gingen winnen? Nee, absoluut niet. We hadden er echt een hard hoofd in. Piu Piu was favoriet, wij totaal niet. En de Tröckener Kecks? Die bestonden toen ook nog maar net, dus die waren ook geen favoriet.


INTERVIEW ★ NEEL

Hoe reageerden de andere Finalisten op jullie winst? Sommige Finalisten konden het echt niet hebben. We speelden toen veel in jeugdhonken en daar stonden dan teksten over ons op de muur. Dat wij de jury hadden omgekocht. En dat ik een dikke reet had. Wat was het meest memorabele moment die dag? Toen ik het podium af kwam gleed ik uit in de modder. Daar beneden stond een bibberend mannetje met een microfoon. Ik dacht dat hij van één of andere debiele lokale omroep was, maar het bleek live op radio 3 te zijn. Ik zei: ‘Rot op!’, want ik moest zo nodig pissen. Dat leek in heel Lochem niet te kunnen, en dan was ik ook nog eens ongesteld. Toen we klaar waren wilde ik gelijk weg. Maar dat kon natuurlijk niet: alle andere bands moesten nog spelen. Wat hebben jullie met de 10.000 gulden gedaan? We hebben een Juno synthesizer gekocht, die waren toen echt je van het! Zelf heb ik er iets van 150 euro van gezien. We hebben gewoon alles in de band gestopt. Maar ik kreeg later nog wel een belastingaanslag!

55

Hoe is het na de Grote Prijs met de band Neel gegaan? Een half jaar lang hebben we waanzinnig veel gespeeld. We gingen gewoon alle jeugdhonken af. Ik trad natuurlijk veel op de voorgrond en dat vonden de jongens niet leuk. Ik wilde doorgaan, nieuwe nummers maken en optreden. Rock ’n Roll! De rest wilde eindeloos repeteren om de bestaande nummers te verbeteren. Ik dacht: Rot op met je repeteren! Een jaar na de Grote Prijs zijn we daarom uit elkaar gegaan. Wat ben je daarna gaan doen? Daarna speelde ik het personage Etna Vesuvia bij Ronflonflon met Jacques Plafond (personage van Wim T. Schippers) op Hilversum 3. Dat was ontzettend leuk en het programma was waanzinnig populair. Ik speelde een heel opgewonden vulkanische vrouw: “Ik ben een wijf van deze tijd, ik heb geen last van penisnijd, ik heb al heel wat afgevrijd”. Ik moest van Wim altijd vloeken en schelden en over seks praten en dat ging dan gelijk de ether in. Later heb ik als zangeres veel in het buitenland gespeeld. Ook zong ik bij Girls Wanne Have Fun, een damesgroep met o.a. oudGrote Prijsfinalisten Loïs Lane en Frederique Spigt.


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ UIT HET ARCHIEF

56


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ UIT HET ARCHIEF

57


INTERVIEW ★ DEELNEMERS & EX-FINALISTEN

Tekst Jordi Keulemans (State Magazine) Foto’s Daniel Cohen

PERFORMANCE & PRESENTATIE VISIES VANUIT DE ARTIEST Bezieling. Vervoering. Enthousiasme. Charisma. Allemaal antwoorden op de vraag wat een optreden maakt tot een overweldigende ervaring. Iedere concertbezoeker neemt zijn of haar mooie herinneringen mee na een succesvolle avond livemuziek. Het tegenovergestelde geldt wanneer een performance minder succesvol uitpakt of simpelweg tegenvalt. Wat een live show maakt of kraakt is voor iedereen anders. De Grote Prijs van Nederland kan wat dat

58

betreft gezien worden als een experimenteel laboratorium, waarin de artiest in kwestie de juiste dosering probeert te vinden om publiek en performance te mengen tot een geheel. Het publiek laat zijn mening direct horen. Maar wat vind de artiest zelf belangrijk? Wat zijn handigheidjes om het publiek voor je te winnen en welke live shows staan gegrift in hún geheugen? We onderzoeken het aan de hand van een gesprek met oud-winnaars en -finalisten.


INTERVIEW ★ DEELNEMERS & EX-FINALISTEN

Hiphop en de Grote Prijs zijn een ijzersterk duo. De finalisten in het afgelopen decennium vormen een staalkaart van succesvolle MC’s en producers. Van Brainpower (1998), via Raymzter, Opgezwolle, Lange Frans en Baas B (2001), Pete Philly, D.A.C., Ali B (2002), Skiggy Rapz (2003), Typhoon, Yes-R (2004), Jawat, Jiggy Djé, Flinke Namen (2005), Blaxtar, GMB (2006), Kleine Jay & Cartes, Dio (2007) tot M.O. & Brakko (2008) en Dret & Krulle (2009). DIO Diorno Braaf Grote Prijs-ervaring: publieksprijs Hiphop, 2007 JIGGY DJÉ Vincent Patty Grote Prijs-ervaring: publieksprijs Hiphop met rapgroep DAC, 2002 / publieksprijs Hiphop, 2005 SEF Yousef Gnaoui Grote Prijs-ervaring: finalist met rapgroep Flinke Namen, 2005 DRET & KRULLE Raoul Kluivert & Rudchen Gemin Grote Prijs-ervaring: Winaars Hiphop, 2009 / publieksprijs Hiphop, 2009 JANE DOE Ratna Riupassa Grote Prijs-ervaring: DJ rapgroep M.O. & Brakko, winnaar Hiphop, 2008 STICKS Junte Uiterwijk Grote Prijs-ervaring: finalist met rapgroep Opgezwolle, 2001 FARID BENMBAREK Farid Benmbarek Grote Prijs-ervaring: Bezoeker als zijnde journalist, muziekcriticus/liefhebber

Koptelefoons gaan af. Een glazen schuifwand schuift open en in de ietwat claustrofobisch, maar knus aandoende ruimte erachter zitten fakkelbrigadier Sticks en collega Farid Benmbarek. Samen presenteren ze het radioprogramma “Dus Dat”, waarvan de live opnamen van een nieuwe uitzending net zijn beëindigd. De twee heren gaan al een tijdje terug en hebben een aardige historie met elkaar opgebouwd. “De eerste keer dat ik Sticks aansprak had ik last van een bloedend oor door oorontsteking tijdens een concert van Redman op het Museumplein. Eerst concert, daarna pas ziekenhuis. Ik kon daar gewoon niet eerder weg zonder alles gezien te hebben.”

59

Sticks weet het nog goed: “Dat was een gruwelijke show. We waren blij dat we als Opgezwolle het voorprogramma verzorgden voor deze act van wereldformaat. Toen Farid me de hand kwam schudden in die toestand dacht ik wel even, wat is dit nu weer voor freak?” glimlacht Sticks er half gemeend bij. “Zo graag wou hij ons live zien, zie je. De fysieke gezondheid moest ervoor wijken. In diezelfde periode stonden we trouwens ook in het voorprogramma van Nas. Dat was ook erg tof om te doen.” Het spreekt voor zich dat optreden met zo’n act je trots naar buitengewone hoogte tilt, maar waar geniet de Zwollenaar nu zelf van als concertbezoeker? “Geen gimmicks.”, weerklinkt het antwoord. “Ik ben een enorme fan van Michael Jackson. De live registratie op dvd creëert, met alle immens grote decorstukken, een tijdelijke wereld. Boven het publiek vliegen is leuk. Een masker dragen tijdens Thriller ook, maar dat laatste zorgt er al voor dat MJ playbackt, dus dat hoeft al niet voor mij. De tofste momenten zijn de ballads. “Human Nature”. Alleen hij. Spotlight, zang, moves. Gewoon gaan. Je kan met een hijskraan boven het publiek blijven hangen wat je wilt, uiteindelijk is je eigen kunde de fundering voor het wel of niet slagen in wat je doet.”

“ JE KAN MET EEN HIJSKRAAN BOVEN HET PUBLIEK BLIJVEN HANGEN WAT JE WILT, UITEINDELIJK IS JE EIGEN KUNDE DE FUNDERING VOOR HET WEL OF NIET SLAGEN IN WAT JE DOET” JUNTE UITERWIJK STICKS

Is dat ook de formule die ze destijds hebben gehanteerd voor de Grote Prijs van Nederland? “Zeker. Eenvoud is de sleutel naar succes. Destijds met de Grote Prijs zaten we in een comfortzone waarin bepaalde arrogantie en zelfverzekerdheid ervoor zorgde dat we geen extra trucage nodig dachten te hebben.” Farid springt bij: “Hooguit zou de enige uitzondering kunnen zijn dat deze man toen een petje droeg. Verder waren het gewoon twee rappers en een DJ die keihard rockten. Ze deden hun jas niet eens uit on stage.” “Precies”, voegt Sticks eraan toe. “Als ik nu terugkijk zouden we het weer zo doen. Het was trouwens een van de weinige keren waarbij ik flink zenuwachtig was voor een optreden.”


INTERVIEW ★ DEELNEMERS & EX-FINALISTEN

Indruk maken op de jury van de Grote Prijs van Nederland betekent dus niet dat er allerlei excentrieke foefjes aan te pas hoeven komen? De nadenktijd tussen vraag en antwoord is nihil te noemen en vrijwel meteen klinkt er een uitgesproken “nee” van beide heren. Sticks: “Het kent geen eer meer als je door trucage wint. Wanneer een bepaalde truc de boventoon voert tijdens je Grote Prijs perfomance, zal men naderhand altijd diezelfde truc willen zien. De truc zou moeten zijn te doen wat je moet doen, en dat doen vol overgave. Ik kan me nog herinneren dat Lange Frans en Baas B danseressen hadden. Wij deden niet mee met die poppenkast.” Volgens Farid was een van de doorslaggevende redenen dat Raymzter er vandoor was gegaan met de hoofdprijs wel de live uitvoering van een aantal nummers in zijn repertoire. “Het nummer “9 Tot 5” met live band is bijvoorbeeld beter dan de albumversie ooit zal zijn.” Er wordt instemmend geknikt, maar explicitiet gezegd dat een live band geen trucage te noemen is. “Als ik met Typhoon en New Cool Collective een nummer meespeel, heb ik het bij wijze van spreken drukker met kijken of ik mijn benen niet breek over de snoeren van een instrument, dan met de show zelf. Ieder zijn ding natuurlijk. Het is mooi, maar niet zozeer aan mij besteed.”

“ HET LOT VAN JE SHOW LIGT ALTIJD IN JE EIGEN HANDEN.” DIORNO BRAAF DIO

Vragen of de live shows van Opgezwolle en Sticks & Rico dan in de loop van tijd geen proces van evolutie hebben gekend is uit den boze. “Natuurlijk. We hebben inmiddels een aardige discografie opgebouwd, wat er voor zorgt dat we meer te bieden hebben on stage. Meer cd’s, meer nummers voor de shows. Zo simpel is het. Verder passen we ons niet aan en hanteren we een recht voor je raap mentaliteit. Dit heeft voor ons altijd gewerkt en ligt naar mijn mening ook aan de basis van een goede live show. Subtiele veranderingen kan ik niet ontkennen. Nu ik er zo over denk en kijk naar de Grote Prijs periode zou ik misschien toch ook wel wat veranderen, de uitslag bijvoorbeeld.” grapt Sticks. “...maar nooit de show. Tijdens de Grote Prijs van Nederland waren we comfortabel met hetgeen we deden, en dat zijn we nu, gelukkig, nog steeds.”

“ EERLIJK? HET WAS NOOIT DE BEDOELING OM ÉCHT MEE TE DOEN.” De Bijlmer en de categorie Hiphop binnen de Grote Prijs van Nederland hebben inmiddels een kortstondige, maar zeer heftige relatie achter de rug. In het jaar 2008 werd de beker toegekend aan Bijlmers’ trots M.O. & Brakko, het jaar daarop was het de beurt aan Dret & Krulle om het succes van Amsterdam Zuidoost voort te zetten. Hoog tijd voor een terugblik met Dret & Krulle en Jane Doe, DJ van M.O. & Brakko.

60


INTERVIEW ★ DEELNEMERS & EX-FINALISTEN

“Buitenbeentjes in de hiphop waren we altijd al hier in de Bijlmer. M.O. & Brakko hebben een toonaangevende rol gespeeld voor de verdere toekomst van hiphop hier in de wijk. Er heerst hier een familiegevoel. Toen zij de Grote Prijs in hun bezit hadden ging het hier kapot los!”. De glinstering in Dret’s ogen zegt genoeg. Wanneer de Grote Prijs periode wordt aangehaald is hij dan ook moeilijk te stoppen: “Het was gruwelijk, maar het mes snijdt aan twee kanten. Allebei komen we uit dezelfde omgeving, maar allebei belichten we een andere visie in onze muziek. De druk tijdens de Grote Prijs was hoog. De gedachten dat de Bijlmer er voor de tweede keer met de winst vandoor zou gaan was natuurlijk een idioot toekomstbeeld.” Hoe het hele proces is verlopen is tot aan de halve finale een raadsel voor Krulle: “Eerlijk? Het was nooit de bedoeling om écht mee te doen. We deden ons ding gewoon. De kwartfinale hebben we ervaren als een mislukte show. De jury zag blijkbaar potentie, maar we hadden voor ons gevoel wat goed te maken in de halve finale. Vanaf daar is alles in een stroomversnelling gegaan.” Jane Doe voegt eraan toe dat M.O. & Brakko er ook niet zo mee bezig waren en zich zelfs niet bewust waren van hun inschrijving: “Dat had Spliff (de manager van Samen Sterk Records, red.) stiekem voor ze gedaan. Zelf ben ik pas bij de finale toegetreden als DJ, op hun verzoek. Het klikte te goed om nee tegen te zeggen.” Ondertussen kijken Dret & Krulle elkaar aan en verkondigen luidkeels dezelfde boodschap richting de vrouwelijke DJ: “Jij was gangster!”. “Hoodie op. Spotlicht aan. “Zijn jullie klaar voor M.O. & Brakko!” Ik vergeet het niet snel meer”, aldus Krulle.

“ HET EVENTUEEL NIET WINNEN HEEFT NOOIT AAN ONS MOGEN LIGGEN, DAN ZOU HET MOETEN ZIJN OMDAT EEN ANDERE SHOW GEWOON BETER WAS.” RAOUL KLUIVERT DRET Herinneringen. Ze bloeien op en worden kleurrijk ingevuld door het enthousiasme van Dret. “M.O. was nooit echt zeker van zijn zaak. Tot een week voor aanvang van de finale had twijfel de overhand, maar 13 December 2008 was een mooie dag. Ik deed mijn gordijnen open en de felle zon verblinde mijn zicht. Dat was het moment waarop ik de telefoon pakte en M.O. een sms stuurde: “Het is een mooie dag broer, jullie gaan ‘em pakken vandaag!”. Precies een jaar later kreeg ik exact hetzelfde smsje terug van M.O.! Mooie dingen.” Krulle heeft er ook een leuke telefoonherinnering aan toe te voegen: “Toen wij de Grote Prijs hadden gewonnen kon ik niet wachten m’n moeder te verblijden met het nieuws. Ik belde haar op: “Ma, we hebben de

61

Grote Prijs gewonnen!”. Mijn moeder wist niet goed wat het was en zette me met beide benen op de grond door te zeggen: “Oh, dat is leuk, gefeliciteerd.” Later toen tijdens tv-spelshow “That’s the question” de vraag werd gesteld wie de Grote Prijs 2009 had gewonnen in de categorie hiphop belde ze me terug: “Je kwam net op TV!”. Zo krijgt toch iedereen op een bepaalde manier mee wat de impact is van zo’n prijs.” Er mag volgens Dret, Krulle en Jane Doe gesteld worden dat de Grote Prijs deuren heeft geopend voor de hiphopcultuur in de Bijlmer. “Ik denk dat ik voor ons allen spreek als ik zeg dat de Grote Prijs moeilijk te overtreffen zal zijn. Die boost? Oh my goodness... De Spartamodus gaat gewoon aan. Het eventueel niet winnen heeft nooit aan ons mogen liggen, dan zou het moeten zijn doordat een andere show gewoon beter was.”, aldus Dret. Uiteindelijk hebben alle aanwezigen een beker of zelfs bekers mee naar huis mogen nemen. De vraag blijft dan ook: Waar staat de beker nu? Jane Doe: “Bij Brakko, sowieso”. Dret: “De mijne staat in de woonkamer”. Jane Doe: “De jouwe?”. Ook Krulle kijkt verbaasd de kant op richting zijn partner in crime. “Sorry, de onze bedoel ik. Die van mij en Krulle. En stiekem is ie ook wel een beetje toegeëigend aan de rest van wijk. Fok it, hij staat niet eens in mijn woonkamer, de beker spreidt zijn adem over de hele Bijlmer!”.


INTERVIEW ★ DEELNEMERS & EX-FINALISTEN

“ DE KEY IS HET ENTHOUSIASME. DAARIN DOE JE SOMS SHIT DIE JE NIET ZOU MOETEN DOEN, MAAR OOK DAAR LEER JE VAN.” VINCENT PATTY JIGGY DJÉ

Hoe moet een goede liveshow eruit zien? En wat gebeurt er als er een foutje insluipt? Merkt het publiek het of wordt er overheen gekeken? En belangrijker nog, hoe corrigeer je jezelf? Met Jiggy Djé, Dio en Sef (Flinke Namen) nemen we in sneltreinvaart een merkwaardig livemoment door en kijken we vooral naar de essentie van een live show. Dio: “Laatst waren we als bezoekers aanwezig bij een themafeest, ik verkleed als dominee en Sef als Godfried Bomans. We waren best aangeschoten. Daarna moesten we nog optreden bij een bar mitswa. Crazy. Het leek echt niet meer goed te komen en bepaalde nummers werden ook meerdere malen opnieuw ingestart, wat leidde tot een humoristische stemming bij ons beiden. Alles overziend heeft die humor ons wel door de show geholpen en het gemaakt tot een waar succes. De les is dat drank en optreden niet goed mixen, maar dat het lot van je show alsnog altijd in je eigen handen ligt.” Een klein moment van twijfel of je show daadwerkelijk tot goed eind gebracht wordt lijkt de drie heren niet geheel onherkenbaar. Jiggy Djé: “Ik heb ook wel eens na Spinal & Steen moeten optreden. In het publiek stond ik te kijken naar hoe mensen kapot gingen op dood en verderf. Ik was niet geheel overtuigd van het feit dat mijn liveset daarna zou werken, maar het is wat je er zelf van maakt. Ook dat kwam uiteindelijk goed”. De essentie van een live show is vooral te zoeken bij de zelfkennis van een artiest. Wat je denkt te kunnen doen moet overeenkomen met de realiteit. Jiggy Djé: “De Grote Prijs is daarin een wisselwerking tussen de professionalisering van je operatie, en de vele stappen die je al aan het maken bent. Tracks maken, performen, foto’s, interviews. Dit doe je later all the time, maar wordt tijdens de Grote Prijs al in perspectief geplaatst. Het is haast een soort mini masterclass te noemen. Je leert er veel van.” Sef: “Wij dachten gewoon, we doen nu alvast dit, dan pakken we later die tonnen. We hadden zelfs al champagne all around us, gewoon voor het idee.” De lach bij het maken van laatste opmerking klinkt door bij Dio, die er nog eens aan toevoegt: “En kijk nu, je pakt millies vriend!”

62

De kracht van optreden heb je dus vooral in eigen hand, maar zijn de artiesten zichzelf bewust van hun sterke punten? Jiggy Djé: “De key is het enthousiasme. Daarin doe je soms shit die je niet zou moeten doen, maar ook daar leer je van. Op hét moment ben je mad hype, ten tijde van de Grote Prijs zou je bijvoorbeeld een spaceshuttle kunnen lanceren met mij erin. Kenmerkend voor Jiggy Djé is crowdparticipation, spelen met het publiek. Toentertijd had ik het keizer punchline-principe als mijn troef. Nu speelt improvisatie een grotere rol.” Dio: “Ik ben een fucking stuiterbal op het podium. Die energie combineren met enige nuance heb ik vooral geleerd van The Opposites. Daarnaast speelt humor een belangrijke rol in mijn shows. Het moeten good times zijn.” Sef: “Altijd anders willen zijn dan anderen. Daft Punk geeft mij veel inspiratie, zij doen veel met decor en omgeving. Dit gebeurt nog te weinig. De “En Toen Was Er Licht” tour heeft daar wel enige verandering in gebracht, voor ons althans.” Opkomende artiesten die werken aan een ijzersterke live show moeten dus zorgen dat ze zichzelf blijven en zichzelf blijven vernieuwen? Jiggy Djé: “Dat is bij uitstek de allerbelangrijkste factor”. Dio: “En...keep it real.”. Jiggy: “En… Don’t do drugs.”. Sef: “Uiteindelijk moet je zelf uitzoeken waar jouw krachten liggen en wat jou nou zo speciaal maakt. Als je dat op een juiste manier weet uit te werken en dan nog jezelf weet te blijven op het podium, dan heb je het belangrijkste al bereikt.”


“IN HET 5 JAAR VAN STATE MAGAZINE FELICITEREN WE DE GROTE PRIJS VAN NEDERLAND MET 25 JAAR TALENTONTWIKKELING” E


DE GROTE LIEFDE ★ KRAUSE

64


DE GROTE LIEFDE ★ KRAUSE

KRAUSE AMPEG PLEXI GITAAR Als zeventienjarige zangeres/gitariste van Cassady won Susanne Clermonts in 2001 al de Musicmaker Beste Muzikantprijs tijdens de Grote Prijs Van Nederland. Eenmaal herboren als Krause haalde ze in 2007 de finale in de categorie Dance/Producers. De omslag van punkpop naar electro bleek een gouden greep. Krause’s liveshow moet perfect zijn, dus haar favoriete gitaar is een ‘bloedmooie’ Ampeg Dan Armstrong Plexi gitaar. Tekst André Dodde (Musicmaker) Foto Henk Veenstra

65

‘Ik ben natuurlijk gek van synthesizers, maar het meest blij ben ik met deze gitaar. Vroeger heb ik altijd gitaarles gehad en aan de Academie voor Popcultuur in Leeuwarden was mijn hoofdvak gitaar. Ik kon heel veel liedjes spelen, maar sinds ik de computer ontdekt heb, ben ik ze allemaal vergeten. Gitaarspelen gaat bij mij blijkbaar het ene oor in en het andere oor uit. Dat is toch raar, je zou zeggen dat ik in al die jaren wel een soort spiergeheugen ontwikkeld zou hebben. Kennelijk niet dus.’ ‘Toen ik een jaar of zeventien was, zag ik bij Soulwax en later bij Dave Grohl precies zo’n Ampeg op het podium. Dat was zo cool! Ik hoorde later dat in een muziekwinkel de basuitvoering van deze gitaar stond. Dan ga ik gewoon bassen, dacht ik, als ik ook maar een plexiglas gitaar heb. Die bas bleek toch niet zo mooi en uiteindelijk heb ik via eBay voor 1100 dollar een reissue op de kop getikt. Zodra ik deze gitaar uit de koffer haalde was het meteen dik aan tussen ons. Ik had hem puur voor het uiterlijk gekocht, maar het was een prettige bijzaak dat ie ook heel fijn speelt en klinkt. Mijn eerste gitaar was bekleed met pluche en mijn tweede met glitters, dus dit is een stijlvolle opvolger. Het is echt mijn pronkstukkie!’ ‘Hij staat heel laag gestemd: een dropped D-stemming, maar dan in Cis. Dat past goed bij mijn nummers. Hij gaat er niet beter door klinken en de intonatie zwabbert wel eens, maar met distortion erover valt niemand dat op. Krause is elektronische muziek met af en toe een gitaar, dus ik speel heel dienstbaar. Maar nu ben ik met nieuwe nummers bezig en wil mijn Ampeg wel meer in de set betrekken. Een gitaar is een goed live-instrument omdat het er lekker overheen knalt. En je kan natuurlijk lekker op zo’n ding rossen en je er helemaal op uitleven. Ik heb me ondertussen alle rockmoves wel eigen gemaakt.’ ‘Naast mijn laptop is deze gitaar mijn enige bezit dat ik nooit uit het oog verlies. Ik vrees de dag dat het eerste deukje er in komt en ben als de dood dat hij gejat wordt of iemand hem omgooit. Dat is het grote nadeel van deze gitaar: ik ben constant bang dat er iets mee gebeurt, want hij is nog zo puntgaaf en shiny. Maar het grote voordeel van zo’n doorzichtige gitaar is dat ie altijd goed bij mijn outfit past, haha!’


LIVE XS ★ CD RECENSIES

CD RECENCIES

De redactie van LiveXS recenseert speciaal voor dit jubileum acht ‘oude’ albums van Grote Prijs-acts. Hoe klonken deze acts toen? En hebben ze de tand des tijds doorstaan?

‘81

TRÖCKENER KECKS Schliessbaum

Het is 1980 en Nederlandstalig repertoire is voor een beginnend stel muzikale punkers absoluut not done. Maar deze muzikanten besluiten om vijftien nummers in hun eigen taal te schrijven en op te nemen. Op dat moment is kans op aansluiting bij de punkbeweging verkeken, maar De Tröckener Kecks is geboren en de verzameling eigen nummers die één jaar later wordt uitgebracht op langspeelplaat heet Schliessbaum. Een frisse wind waait vervolgens door Nederland muziekland. Er is op dat moment geen band te vinden die zich ooit op deze wijze heeft durven te manifesteren en hoewel genegeerd door de meeste radioomroepen, met uitzondering van Vara en VPRO, groeit de belangstelling voor de Kecks gestaag. Dat komt vooral door de in zeer korte tijd opgebouwde, geweldige live-reputatie. Rick de Leeuw, die er vanaf de oprichting als gitarist al bij was, is uiteindelijk de zanger waarmee in 1983 de allereerste finale van De Grote Prijs Van Nederland wordt behaald. De eerste bandwisselingen hebben dan al plaatsgevonden en de band bestaat ten tijde van de finale officieel uit drie leden. De overwinning wordt niet binnengesleept, want die eer gaat naar de Amsterdamse groep Neel. Wie? Inderdaad, de Kecks trokken uiteindelijk aan het langste eind. Tot aan het uiteenvallen van de band in 2001 behoren de heren onbetwist tot de top van de nederpop. Jeroen Bakker

‘01 OPGEZWOLLE

Spuugdingen op de mic Dat Opgezwolle in 2001 de winst in de Grote Prijs Finale op een haar na miste klinkt achteraf een beetje raar. Maar wie erbij was weet dat Raymzter op dat moment gewoon beter was. Zo goed als Eigen Wereld, Opgezwolles definitieve doorbraakalbum uit 2006, is Spuugdingen Op De Mic dan ook bij lange na niet. Maar toch, albums zo sterk als dit kom je ook anno 2010 maar een paar keer per jaar tegen. Sterker nog: wie de hiphop van nu écht wil begrijpen kan niet zonder Spuugdingen. Zoals het in die tijd normaal was hoor je Rico en Sticks veelvuldig hun skills ten toon spreiden, zonder daarbij de urgentie te voelen om echt iets essentieels te zeggen. Dergelijke wordplay kom je tegenwoordig helaas bijna nooit meer tegen. Goed, soms zijn de teksten iets aan de simpele kant - een nummer als Ik Zie Wat Jij Niet Ziet zullen ze nu niet meer maken - maar de spontaniteit maakt veel goed. Bijdragen van een jonge Blaxtar en Typhoon maken het al helemaal de moeite waard om Spuugdingen zo nu en dan weer eens te voorschijn te halen. De eredivisie van de Nederlandse hiphop in de tijd dat ze nog in de A-jeugd speelden, dat is toch nostalgie ten top? Klaas Knooihuizen

66


LIVE XS ★ CD RECENSIES

‘90 ‘98 ‘00 GOTCHA!

Words And Music From Da Lowlands

In 1986 ziet de allereerste Nederlandse P-Funkband het levenslicht. Gotcha! is de naam, en de band begeeft zich op een muzikaal pad dat in de jaren zeventig elders werd gelegd en in Nederland op dat moment nog nooit bewandeld was. In 1990 mag Gotcha! met bands als Little Mary Big en Hickory Dickory gaan uitvechten wie de zesde editie van De Grote Prijs Van Nederland gaat winnen. La Lupa mag de felbegeerde beker in ontvangst nemen. Een jaar later revancheert Gotcha! zich met het debuutalbum Words And Music From Da Lowlands, dat ondanks de matige productie kan rekenen op een jubelende en nimmer geëvenaarde ontvangst door de pers. In het ruim acht minuten durende Free To Feel Free speelt de ultieme held van de band mee, George Clinton: hij is lyrisch over de samenwerking met zijn nieuwe vrienden. Gotcha! kenmerkt zich helaas door wispelturige karakters, waardoor de samenwerking een nogal onstuimige ontwikkeling kent. Met alle gevolgen van dien: de band gaat uit elkaar. Jaren later, in 2009, staan ze in het populaire televisieprogramma De Wereld Draait Door voor het eerst sinds lange tijd weer met elkaar op het podium, alsof er niets aan de hand is. Promoters, boekers en programmeurs wrijven zich genoegzaam in de handen. Alle oud-muzikanten van Gotcha!, met uitzondering van Ro Krom, zijn erbij. Tijdens de uitgebreide clubtour die volgt blijken de heren nog niets aan energie te hebben ingeboet.

JUNKIE XL

GREEN LIZARD

Hij is altijd al veelzijdig geweest: Tom Holkenborg. In 1992 won hij de Grote Prijs van Nederland met zijn bandje Mambo Jambo. Van die band zouden we weinig meer horen, maar het talent van Holkenborg werd definitief ontdekt. Mambo Jambo werd het industriële metalduo Nerve en maakte naam in de scene, maar het is Holkenborgs danceplaat Saturday Teenage Kick, het debuut van Junkie XL met rapper Rudeboy van Urban Dance Squad aan boord, dat in 1998 pas echt inslaat als een bom. Een handvol fenomenale singles trekken de kar: Billy Club, met Rudeboy op vocalen in topvorm, en vooral het haast euforische Saturday Teenage Kick, dat twaalf jaar later vooral nostalgisch stemt. Junkie XL is als band geen lang leven beschoren. Al snel ontstaan ruzies en Rudeboy stapt in 2000 uit het dan tot duo uitgedunde Junkie XL. Hij slaat een andere weg in met The League Of XO Gentlemen (dat na een geweldig debuut veel te geruisloos uit elkaar gaat) en met Club Of High Eyebrows, een band waarvan de debuutplaat nauwelijks wordt opgemerkt. Het is nog altijd wachten op zijn volgende stap. Grote Prijs-winnaar Holkenborg heeft meer succes. Hij vertrekt naar Los Angeles en maakt muziek voor games. Bovendien scoort hij een wereldhit met zijn remix van Elvis Presley’s A Little Less Conversation. Niet als Junkie XL, maar als JXL. De familie van Elvis vond de associatie met het woord Junkie niet zo prettig...

Maarliefst vier jaar nadat Green Lizard de Grote Prijs van Nederland wint verschijnt het album Identity. Is dat toeval? Nee. In de tussentijd tourt de band uit Tilburg namelijk met grote namen als Kyuss en wordt er zorgvuldig gewerkt aan een veelbelovende carrière. Zo worden er meters gemaakt en dat betaalt zich uit in een zeer sterk debuut, waarop Green Lizard al helemaal niet meer klinkt als een beginnend plaatje. Identity wordt uiteindelijk opgenomen met de Amerikaanse producer Clif Norell in de ICP Studios in Brussel, en gemastered in de Verenigde Staten. De plaat zit melodieus sterk in elkaar en tien jaar later kun je slechts concluderen dat de band in de jaren daarna nog veel meer zou doorgroeien. Het album is in 2000 dan ook het begin van een prachtige periode. De band heeft mazzel als op Pinkpop de Britse act Moloko uitvalt: Green Lizard mag invallen. Een jaar later mag de band op eigen kracht worden toegevoegd aan het affiche van het grote festival in Landgraaf. Er volgen nog wat platen, Newborn en Las Armas Del Silencio, voordat de band in 2008 uit elkaar gaat. Zanger Remi Tjon-Ajong keert twee jaar later overtuigend terug met de band The Phoenix Explosion.

Saturday Teenage Kick

Anton Slotboom 

 Jeroen Bakker

Identity

Anton Slotboom

‘09

NOBODY BEATS THE DRUM Beats Work

‘06 ‘07 LUCKY FONZ III Lucky Fonz III

TYPHOON

Tussen Licht En Lucht

Het zelfgetitelde debuut van Lucky Fonz III is geen album in de traditionele betekenis van het woord. Eerder is het een samenraapsel van tracks die toevallig op de plank lagen, zonder dat er naar coherentie werd gezocht. Dat dit geen moment storend is komt doordat Lukcy Fonz destijds nog een stuk eenzijdiger was dan nu. Op dit debuut is het nog puur folk wat de klok slaat. Voor humor is nauwelijks ruimte. “Omdat ik komedie in muziek toen nog minderwaardig vond,” vertelde hij me laatst. “En omdat mijn ziel toen nog veel meer leed aan kon.” Er zal een enorme groep mensen zijn die dit debuut nog altijd het beste werk van de singer/songwriter vindt. Fans van het eerste uur vooral, die van al die ongein als in tophit Ik Heb Een Meisje niks moeten hebben. Gelukkig voor hen is Lucky Fonz altijd in transitie. Hij komt vast weer terug waar hij ooit begon. En zo niet, dan hebben we altijd dit fijne debuut nog als herinnering. Uit de tijd dat Lucky Fonz nog een oude man was.

Hij kon een bad nemen in de beker die hij won, zo jong en klein was Typhoon toen hij er in 2004 met de eerste prijs vandoor ging. Het leek te vroeg te komen en het zou zo maar eens kunnen dat we nooit meer iets van de Zwolse rapper zouden horen. Het bleef ook wel erg lang stil en er werd inmiddels openlijk getwijfeld aan de beslissing van de jury. Totdat Typhoon in 2007 met zijn eerste en tot nu toe enige soloalbum alle monden snoerde. Want wat was dat een vette plaat zeg. De puber die de Grote Prijs had gewonnen was ineens een intelligente rapper, die maatschappelijke problemen aan de kaak stelde, die zijn eigen levenslessen met ons deelde en er bovendien een paar uiterst interessante filosofieën op na hield. En het mooie is: die stilte voor de storm laste hij bewust in, zoals hij in Applaus zelf zegt. Juist omdat ook hij zag wat iedereen zag: dat hij er nog niet klaar voor was. Ondertussen wachten we geduldig op een opvolger. Zonder nog te twijfelen aan de kwaliteit ervan. Typhoon weet heel goed waar hij mee bezig is. In retrospectief een dikke pluim aan de toenmalige jury. Jullie hadden er kijk op!

Klaas Knooihuizen

Klaas Knooihuizen

67

Om echt te weten wat dat nu inhoudt, Nobody Beats The Drum, moet je de band live zien. Dat stelt het trio zelf in grote letters op de eigen website. En gelijk hebben ze. Helaas: sommige albums worden breed opgepikt, sommigen niet en het debuut Beats Work van het trio dat al in 2003 de Grote Prijs won werd opgezadeld met dat laatste lot. In de platenzaak zag je Beats Work nauwelijks liggen, en in de hitlijsten belandde het album ook al niet. Maar waarom eigenlijk niet? Je kunt hooguit zeggen dat Beats Work inderdaad niet zo sterk is als het livewerk van de groep. Ondertussen stroomde de agenda wel vol met optredens en bij een nummer, The Drum, verscheen een geweldige videoclip vol Power Rangers en ontploffingen. Niemand minder dan Kanye West liet vervolgens op zijn weblog weten dat hij het geweldig vond, en dan is je kostje gekocht. Beats Work mag dan geen verkoopsucces zijn geworden, met dit debuut als visitekaartje op zak kon Nobody Beats The Drum veelvuldig gaan optreden. In Nederland, en ver daarbuiten. De aandacht voor de extase die Nobody Beats The Drum live voorschotelt blijft nog altijd groeien, en het trio werkt ondertussen aan een nieuwe plaat. Hopelijk wordt de opvolger wél een kassucces. Anton Slotboom


“VAN HARTE! MEDE-JUBILARIS LIVEXS (15 JAAR) WENST DE GROTE PRIJS NOG VELE JAREN TOE”


DE GROTE PRIJS VAN... ★ JUNKIE XL

DE GROTE PRIJS VAN JUNKIE XL Tom Holkenborg, de grote man achter het in binnen- en buitenland succesvolle Junkie XL, deed twee keer mee aan de Grote Prijs van Nederland. In 1992 kwam hij met de band Mambo Jambo niet verder dan de voorronde. In 1996 won hij met Lords of Mulu de Dance Finale.

“ IK HEB DE PRIJS WEGGEGEVEN”

“De eerste keer vond ik het een erg leuke avond. Alle bands waren goed en de sfeer onderling was prima. In 1996 zat ik midden in de voorbereidingen van wat later Junkie XL zou worden, maar wilde nog niet onder die naam optreden. Ik heb dat jaar als Lords of Mulu meegedaan aan de Grote Prijs om wat dingen uit te proberen. Gewoon om te kijken hoe het publiek er op reageert. De hoofdprijs was tien dagen studiotijd onder leiding van een goede producer. Ik heb die prijs aan de groep Theremin gegeven omdat ik toen al een eigen studio had.” Holkenborg ziet de Grote Prijs vooral als een goede stimulans voor bands om de zaken eens wat serieuzer aan te pakken. “Op het moment dat je je inschrijft, word je gedwongen na te denken over hoe je je wilt presenteren en verkopen. Je moet een demo, een foto en een bio maken. Waar sta je voor en waarom denk je dat je bijzonder bent? Bovendien krijg je een keer de mogelijkheid onder professionele omstandigheden op te treden, met een goede PA en goed licht. Dat zijn allemaal positieve dingen. In 1992 kwamen we niet verder dan de voorronde, maar toch hebben we daar veel aan gehad. We kregen behoorlijk wat optredens en platenmaatschappijen wilden met ons praten. Ik heb er veel contacten aan over gehouden. Wat dat betreft kan de Grote Prijs rijk zijn.”

69


25 JAAR GROTE PRIJS ★ JUBILEUM VINYL

25 JAAR JUBILEUM ALBUM 25 jAAR ★

A

EN

EG

KL E iN

o

CAR TE

f L oR i A N w oL

ff )

Ay &

-G

Ej

45 RPM

,D T

R uL

LE -

K A MP i oE NE N | E E f

Ro

RE &K

B iN

KKo

BL o

CK EN

S , M.o. & B R A

STEMRA GPVNL0025

jE (

f T.

GRoTE PRijS VAN NEDERLAND

A

B

KLEINE JAY & CARTES, M.O. & BRAKKO, DRET & KRULLE KAMPIOENEN (VAN YO! NL RAPS)

EEFJE (FT. ROBIN BLOCK EN FLORIAN WOLFF) GENOEG

KRAUSE NO GUTS, NO GLORY (NOBODY BEATS THE DRUM REMIX)

THE COSMIC CARNIVAL STOP IT (AS THE MORNING CALLS, PITTO REMIX)

HIPHOP

SINGER/SONGWRITER

DANCE/PRODUCERS

ROCK/ALTERNATIVE

70


DE GROTE PRIJS VAN... ★ ROTJOCH

KEEPIN’ IT LIVE De Nederlandse hiphopscene heeft de afgelopen jaren een enorme groei doorgemaakt. Toch is het een genre dat ver van volwassen is. De digitale revolutie heeft ervoor gezorgd dat artiesten zichzelf veel makkelijker aan de buitenwereld kunnen tonen. Internet, YouTube, Blackberry’s en iPhones zijn een begrip geworden in hiphop. Dat klinkt in eerste instantie heel positief en het heeft zeker zijn pluspunten. Een groot minpunt is echter dat de kwaliteit en essentie van de live performances hier zwaar onder lijdt. Jonge talenten gooien hun muziek klakkeloos online en genereren miljoenen views zonder enige stage-ervaring te hebben. Vervolgens krijgen ze hun eerste boeking en moeten ze het publiek live weten te overtuigen. Geen knip- en plakwerk maar gewoon keihard een show rocken. Vaak is de teleurstelling van de fans en bezoekers dan ook groot wanneer ze hun artiest op het podium zien.

71

De Grote Prijs van Nederland is op dit moment dan ook belangrijker dan ooit. Artiesten die normaal geen podia hebben om ervaring op te doen, krijgen hier de kans om zich te ontwikkelen. Dit wordt vaak versneld door het wedstrijdelement van de Grote Prijs. Mensen willen van nature niet verliezen dus halen ze meer uit de kast tijdens deze strijd. Zo wordt het makkelijker om het kaf van het koren te scheiden. Het winnen van de Grote Prijs is een mooi ding, maar voor sommige artiesten is meedoen al genoeg. Hopelijk kan de Grote Prijs van Nederland nog jaren doorgaan met het organiseren van hoogstaande competities in welke categorie dan ook! Want zeg nou eerlijk...bij goede muziek hoort een goede show! Rotjoch Jurylid Hiphop en oprichter 101Barz


GELIEFDEN ★ EEFJE & SKIGGY RAPZ

EEFJE & SKIGGY RAPZ In 2003 won Skiggy Rapz (Marcel Tegelaar) de Grote Prijs Hiphop en de Publieksprijs. Eefje de Visser won in 2009 de Grote Prijs Singer/ Songwriter. Sinds november 2005 hebben deze beide winnaars een relatie en dat maakt ze een uniek Grote Prijs koppel. Wie bepaalt er welke muziek er thuis gedraaid wordt? En maken ze samen muziek? Skiggy en Eefje geven het antwoord.

72

Hoe hebben jullie elkaar leren kennen? Skiggy: We hebben elkaar eigenlijk heel suf op school leren kennen. Geen rock ‘n roll verhaal, ook al zouden jullie dat natuurlijk wel verwachten van dit showbizz koppel. Eefje: Ik herkende Marcel meteen, maar wist in eerste instantie niet waarvan. Later bleek dat ik een documentaire op TV had gezien over hem en de Grote Prijs. Welke rol speelt muziek in jullie relatie? Eefje: Het is veruit ons favoriete gespreksonderwerp. We praten over andermans muziek, onze eigen muziek, muziek, muziek, muziek. Skiggy: Het feit dat we allebei artiest

zijn helpt ook wel. Je begrijpt elkaars ritme en dagindeling veel beter. Wat vinden jullie van elkaars muziek? Beïnvloeden jullie elkaar? Skiggy: We zijn heel erg fan van elkaar. Eefje kent al mijn teksten uit haar hoofd en vice versa. Dat mag ook eigenlijk wel aangezien we samen haar plaat hebben geproduceerd en ik dat weer heb gemixt, wat betekent dat ik al haar liedjes zo ongeveer duizend keer heb gehoord inmiddels. En nog steeds vind ik ze allemaal te gek! Ik vind dat Eefje een hele verfrissende stijl van liedjes schrijven heeft. Wat zij doet bestaat nog niet in Nederland. 2011 wordt het jaar van world domination voor Eef. Eefje: Ik denk dat we wel invloed


GELIEFDEN ★ EEFJE & SKIGGY RAPZ

hebben op elkaar. Hij is melodieuzere hiphop gaan maken en ik ben ritmischer gaan zingen. De eerste keer dat ik Marcel hoorde rappen viel mijn mond letterlijk open, zo onder de indruk was ik. Qua performance, uitspraak, flow en stijl vind ik het indrukwekkend. Zijn producties klinken allemaal erg internationaal, dat vind ik tof. Ik loop altijd enorm over hem op te scheppen, haha. Maken jullie ook samen muziek? Eefje: We hebben dit jaar samen mijn nog te verschijnen album gemaakt, dus heel veel samen in de studio gezeten. In het verleden hebben we wel meer liedjes samen gemaakt, maar daar hebben we uiteindelijk niets mee gedaan. Skiggy: Dat was nog in de tijd dat Eefje in het Engels zong, dus zo’n 2,5

73

jaar geleden. Sindsdien hebben we weinig samen geschreven, maar Eef heeft wel backing vocals op een paar nummers van mij gedaan en ook live doet ze weleens met mij mee. Heeft Skiggy Eefje gemotiveerd om ook mee te doen, of wilde zij het zelf al? Eefje: Nee, dit wilde ik zelf al heel graag. Skiggy: Drie jaar geleden maakten we al grapjes over dat we het eerste Grote Prijs stelletje zouden worden. Wie bepaalt op zondag wat er gedraaid wordt in huis? En waarnaar luisteren jullie samen zoal? Skiggy: Natuurlijk bepaal ik dat, want ik ben de stoere man in huis.

Eefje: We hebben vaak niet helemaal dezelfde smaak, dus af en toe wordt er nog weleens over gekibbeld. Skiggy: Ik hou vaak niet van die vage shit waar zij naar luistert, zoals bijvoorbeeld Joanna Newsom. Ik blaas gewoon Michael Jackson of 2Pac de kamer in, altijd goed. Eefje: Michael Jackson vind ik ook vet. We proberen vaak de muziek die we zelf leuk vinden aan elkaar op te dringen, maar de praktijk leert dat dat niet zo goed werkt. Skiggy: We hebben wel een hoop muziek die we samen te gek vinden hoor. Artiesten zoals Fiona Apple, Crowded House, Wallis Bird, Feist, Sia, Ace of Base en vele andere credible topartiesten van dit moment.


DE GROTE PRIJS VAN... ★ MENNO TIMMERMAN

EEN VERHAAL OVER DE GROTE PRIJS VAN NEDERLAND IS EEN VERHAAL OVER GOTCHA! Mijn eerste echte kennismaking met de Grote Prijs van Nederland was in 1990. Ik werkte in die tijd bij platenmaatschappij BMG Ariola, het huidige SONY. Er waren nog geen categorieën dus als je de Grote Prijs won, dan was je “de beste band van Nederland”. De vele talentenjachten die er nu zijn waren er toen niet, dus als je jezelf goed in de kijker wilde spelen, was het winnen van de Grote Prijs een mooie opstap. La Lupa won dat jaar en Gotcha! was de runner-up. Voor die band was er al serieuze interesse vanuit Ariola. Ondanks de tweede plek werd de band getekend en ik weet niet of iedereen de historie van deze band goed kent, maar voor mij was het de kennismaking van de heuse “rock ’n roll” in de pop/rock muziek. Omhoog geschoten als een komeet om vervolgens na twee albums in de een dampkring van drugs uit elkaar te spatten. Wat mij onder andere is bijgebleven, is dat de manager van de band de enige persoon is die ik ken, waarbij scheurbuik is vastgesteld. Een ziekte uit de middeleeuwen. Dat kun je alleen krijgen als er zelfs niet het kleinste spoor van vitamine C binnenkomt en dat is nagenoeg onmogelijk. Heel dramatisch is het gelukkig allemaal niet afgelopen. Diverse leden zijn nog steeds in de muziek actief, netjes

HOOG BEZOEK Dat aanstormend Nederlands muziektalent op internationale artiesten aantrekkingskracht heeft, blijkt wel uit het bezoek van Prince (begin jaren 90), Wyclef Jean (1999) en wijlen Guru (2000) aan de finale. Wyclef deed zelfs de prijsuitreiking en een freestyle met winnaar Avalanche.

Guru met Ruben Fernhout (Vigilante en later Partysquad)

74

getrouwd met opgroeiende kinderen en de ex-manager is werkzaam bij een bank. Vorig jaar herrees de band bovendien op wonderbaarlijke wijze uit de as. Intussen een paar jaar ouder, verkochten ze twee maal het Patronaat uit in hun thuishaven Haarlem. Als een stelletje opgefokte jonge stonden ze op het podium als in hun beste dagen. Zo strak als een P-funk band maar kan en moet zijn en dit keer niet van de coke. Daarna heb ik nog vele edities van de Grote Prijs meegemaakt. Als professional, soms ook als jurylid, maar ook als liefhebber voor nieuw talent binnen de popmuziek. Het eerste weekend na Sinterklaas staat dan ook altijd geblokt. De lijst van succesvolle artiesten/bands die hebben meegedaan en ook de finale hebben gehaald is ronduit indrukwekkend. Het valt mij op dat dit nogal eens wordt vergeten. De Grote Prijs van Nederland is een prachtig platform om de mooiste appels met de beste peren te vergelijken. De “live” kilometers die je kunt maken als artiest buiten de oefenruimte op een echt podium en voor een publiek zijn zeer waardevol voor de ontwikkeling. Dit betekent ook, dat ik veel artiesten juist probeer te stimuleren om mee te doen ook al kan er maar één winnen. Sabrina Starke is één van de artiesten die ik tegenwoordig begeleid en mee deed. Ook zij werd tweede, net als Gotcha!, maar kon rekenen op een mooie start van haar carrière. De Grote Prijs vormde ook voor haar een zinvol podium om zichzelf te laten zien en horen. Menno Timmerman The Men-O-Bladehammer Music Artist Development


DE GROTE PRIJS VAN... ★ TOTAL TOUCH

TOTAL TOUCH Total Touch deed in 1991 mee aan de Grote Prijs van Nederland en behaalde de Finale. De band maakte echter weinig indruk op de jury en eindigde op een gedeelde vierde plaats. “Ze vonden ons te gelikt”, weet Trijntje zich nog te herinneren. Judith Katrijntje Oosterhuis (1973) kijkt, nu ze met Total Touch en als soloartiest veel succes heeft gehad, laconiek terug op die finale.”Ik vond het toen wel heel erg. Ik heb er echt om gehuild, maar dat was meer om het juryrapport. Ze vonden ons te gelikt en noemden ons een slap aftreksel van Spargo. Dat is natuurlijk niet leuk om te horen. Ik had echt zoiets van als zij dat allemaal vinden, hoe moet het dan verder? Maar het heeft uiteindelijk niets uitgemaakt. We zijn gewoon fanatiek doorgegaan en alles wat we toen deden, doen we nu nog steeds. Zo niet nog erger.”

75

“ IK HEB ER ECHT OM GEHUILD” “Het blijft appels met peren vergelijken. Alleen als iedere band het zelfde liedje speelt, kun je kijken wie dat het beste doet. Net als met marathonlopen: allemaal de zelfde afstand en de beste wint.” Wat had Total Touch dan te zoeken bij de Grote Prijs van Nederland? Trijntje: “Het is de kans van je leven, toch? Ik was toen 18 jaar en dan is de gedachte aan een vol Paradiso voldoende. Ik weet nog dat de zaal bij ons optreden helemaal uit zijn dak ging. We hadden natuurlijk al onze vriendjes meegenomen. Dat was echt de ultieme voldoening. Misschien wel belangrijker dan winnen.”


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ FINALISTEN

— 20 Brothers House 37.2 C

A

AA & The Doctors A Balladeer A Pin’s Fee A Silent Express Afke Alcasar Ali B Alien Logic Altin Ana Criado Anderson Anja Jo-An Koring Anni-K Anumberone Applescal Arjuna Schiks Artefact Arthur Aryse Audio Elixer Audioknights Avalanche Awkward I

B

Barbara Breedijk Barby-pop Bas Bob Baskerville Basterds United Believeisadoubt Bizz Banascus Blaxtar Blend Blue Velvet Bo/The Rude Brainpower Broshim Brown Feather Sparrow Bump Busted Buster Smiles

C

Carolina Cartes

76

Casino Cassady Celine Cairo Charlie Dée Chicoga Chill Before Serving Chosen 4 Classic Clueless Coming Soon Concrete Concubine Corey

D

D-men entertainment (Lange Frans & Baas B) D.A.C. (met o.a. Jiggy Djé en Diggy Dex) Dead punk society Devon-Miles Dice Dicemen Dimension Seven Dio District 31 Dive Doc Aerobics Lobo Probe Dope D.O.D. Doppelgangers Draztik Measurez Dret & Krulle Drillem

E

Early Adopters Ebony Impact Eefje Eelco El Zumo Electric Fans Eleven Embankment Erik Vandenberge Erik van Dijsseldonk Ernesto Oosthuizen

F

Fabiana Dammers Face Tomorrow Fata Morgana Femke

Femmes Vataal Finnley’s Sea Flinke Namen Florian Wolff Fokko Versloot Fotosynthese Fuck the Writer Furaha

G

GMB Gaga Ganza GarfieldGemini General Electric Ghetto Flow Gideon Gin on the Rocks Good Dog Happy Man Gotcha! Gran & Tilly Green Lizard Greyline Grootmeester Jan Grooves ‘n Juice Gutt

H

Hanneke de Jong Harvey HBM Heideroosjes Henke Lamers Henkus Herdley Everett Hickory dickory

I

I Travel Impossible situations In Limbo Incense Infinitize Itchi Bitchi I’ve got the Bullets

J

Jacco van der Steen Jan Jaap de Vries Jap Jap Jawat! JaybeE

Jente Jewel in de Mire Jggy Dje Jodymoon Joep Berkenbosch Johnny Baby & The Liberators Junkie XL Just Dah Soul

K

K.K. Electronics. Kacha and the Trance Machine Kareemineel. Karianna Lemmen Karin M Karmakonga Kid_V Kiddo-C Kim Kings of the Day Kirke Kleine Jay Kopna Kopna Koro Brothers Kraantje Pappie Krause

L

LEFT La Lupa Lagrima Le Clic Lee Mason Leine Lemonseven Less hommes avec petit bass Lex Koopman Liesbet Life on Grey Line Linked Little Mary Big Livith Mafia Lois Lane Long Conversations & The Closet Orchestra Longplayers Longstoryshort Loops Lotus


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ FINALISTEN

Lucky Fonz Lytrix

M

M.O. & Brakko MOD The Black Marvel Maartje Teussink Maestro Mikel Mambo Jambo (Junkie XL) Manu Many More Marcel Luntungan Marie Jose van de berg Marien Doreijn Marike Jager Marjolein Marthe Mary had a little band Mass of Critics Mathijs Leeuwis Matik Matt Diamond Me Mystery MeloManics Mickey T Mind Menders Minz Miss.Ippi Mockmoon Momo’s Return Monc [Moos] Motio & E-Contact Mr. Love & The Stallions Mummy’s A Tree

N

NeWax Neel Netty Driessen New Moon Ninthe Nobody Beats the Drum Novell

O

Onakentona One track Charlie Opgezwolle Orfeo Orginal Talkatives Overzicht Finalisten 77

Oxide 9

P

Pascal Hallibert Perplex Perry Mystique Pete Philly Peter Beeker Phat Pockets Phinx Pien Feith Pillars Pitto Playroll Powerlight Prima Volta Prince Abooboo Prodigal Sons Prsence of Mind

Q

Quick & Brite

R

Racho da Bano Rafael Hekker Raise The Roof Ralph de Jongh Ramjets Raymzter Rebel Red Kidney & The Jelly Beans Redivider Rik van den Bosch Robin Block Romero Room4 Roosbeef Roy S. Rump

S

SUWU3 Saadia Sabrina Strake Salih Nouw Sarah Ann Georgie Satellite7 Scophile Serious Desire

Sharon Gosler Sherrif of Hongkong Shine Shirazi Shock-E Shock Royal Shockwave Signe Tollefsen Silence is Sexy Silver Sista*Brotha Sjoerd Skenkie Skiggy Rapz Skip The Rush Solid Decay Sophie Space Pirates Spacekees & Terilekst Spencer Stairs to Nowhere Suburbs Super and the Allstars Supergroover Sure as Hell Surya & Robian (De Delegatie)

T

Talkin’ Headz Tastic Ted Hayes Tenk Terry Toner Teussink & Van Huffelen The Big Easy The Butler The Choice The Clip The Cosmic Carnival The Fringe The Girls The Kevin Costners The New Shining The Riff The Routines The Skidmarks The Treat The Woodwards The Wooyards The Wounded The Wrong Theremin Tiedo

Tom Trago Toprak Total Touch Traffic jam Trockener Kecks Two way Radio Typhoon

U

U-Gene Unknown Eye Update

V

Viberider Vicious Velvet Vigilante Vijf Slag Een Wijd Visions of Johanna Voltage Volumia Vorm

W

Wallnoize We vs. Death Whistler Courbois Whistler White Sands Wiger Vitringa William Seen’s Transport Music

X

X (eptional)

Y

Yes-R

Z

Zaphod Ziel Zober ZoeXenia Zombi Sounds System Zwart op Wit


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ DE BEKERS

78


25 JAAR GROTE PRIJS VAN NEDERLAND ★ DE BEKERS

79


COLOFON © 2010 GROTE PRIJS VAN NEDERLAND Redactie/samenstelling: Ramon Govaars, Symen Verbruggen Met bijdragen van: LiveXS, Fret, Musicmaker, State Magazine, Jan-Maarten de Winter, Frank van Hoorn, Fer Abrahams, Angela Groothuizen, Rotjoch, Ruud van den Houte, Daniel Cohen, Guno Oosterling en Menno Timmerman Vormgeving: Stefan van den Heuvel en Frank Dresmé Uitgever: Peter Bas Mensink (x publishers) Bestuur: Pierre Ballings, Arjen Davidse, Wijnand Honig, Jan Koopman, Hanneke Bannink Met dank aan: Heineken, Fonds voor Cultuurparticipatie, Paradiso, Susanne van Lieshout, Bas van Geldere, Lisa van Woersem, Bianca van Dam, Melkweg, MCN, SAE Institute, DJ Broadcast, Puna.nl, Wat Anders (Venz en Jiggy Djé), Mailmen Studio, Salisbury, Vision for Careers, Record Industry en alle muzikanten, podia, bestuursleden, juryleden, presentatoren, scouts, dj’s, mediapartners en andere personen en organisaties die zich de afgelopen 25 jaar hebben ingezet voor de Grote Prijs van Nederland. www.groteprijsvan.nl – www.25jaargroteprijs.nl

POWERED BY AT PRODUCTIONS

De Grote Prijs heeft zijn uiterste best gedaan om alle makers van de beelden in dit boek te achterhalen. Dit is in een aantal gevallen niet gelukt, vanwege het ontbreken van gegevens in ons archief. Mocht u als rechthebbende niet worden genoemd bij het betreffende beeldmateriaal, dan kunt u zich in verbinding stellen met de Grote Prijs van Nederland. De stichting heeft een non-commercieel karakter.




Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.