HAS green academy - Brievenbundel Iets met Boeren

Page 1


HAS green academy

Onderwijsboulevard 221

Postbus 90108

5200 MA ’s-Hertogenbosch

Telefoon: 088 890 36 00

Contactpersonen: Kees van Vuuren en Froukje Kooter

Plaats: Den Bosch

Datum: 10 februari 2025

Woord vooraf

Vanuit HAS green academy vinden we het belangrijk om verschillende perspectieven samen te brengen en de dialoog aan te gaan. De vraagstukken in het groene domein zijn complex en sterk met elkaar verstrengeld, terwijl tegelijkertijd de belangentegenstellingen groter dan ooit lijken te zijn. Er zijn veel prangende vragen. Hoe combineren we de productie van genoeg en gezond voedsel met bescherming van klimaat en biodiversiteit en een goed inkomen voor de agrariër? Hoe realiseren we samen innovaties om duurzaam om te gaan met energie, water en bodem? Hoe verbind je werken aan klimaattransitie aan gezond ondernemerschap? Hoe bevorderen we een evenwichtige gebiedsinrichting en een gezonde voedselkeuze van de consument?

De afgelopen maanden zijn 140 tweedejaars studenten van de opleidingen Milieukunde, Veehouderij en Management van de Leefomgeving met elkaar het gesprek aangegaan. Zij spreken met passie en bezorgdheid over de toekomst van ons landschap, onze landbouw en ons voedselsysteem. Ieder vanuit zijn eigen perspectief met oog voor de ander.

Deze bundel biedt ons 18 brieven, geschreven door groepen studenten met verschillende achtergronden. Door hun gezamenlijke visies te delen, bieden zij ons een unieke kijk op de uitdagingen waar we voor staan en inspireren zij ons om samen naar oplossingen te zoeken. Deze bundel is niet alleen een verzameling brieven. Onze studenten doen een oproep tot actie. Het vraagt nieuwe en krachtige verbindingen om samen te bouwen aan een gezonde toekomst.

Juist de nieuwe generatie zal de wereld van morgen vormgeven. Ondernemende verkenners kijken altijd verder dan hun eigen bubbel want het is kortzichtig om te denken dat je complexe vraagstukken alleen kunt oplossen. Toekomstgericht ontwikkelen betekent dat je verder kijkt dan je nu kunt zien: naar betere oplossingen, bredere perspectieven en betrouwbare inzichten, via begripvolle gesprekken. Dat gaat ons helpen om onze ambitieuze doelen te bereiken.

Deze bundel laat zien waar we als HAS green academy voor willen staan: nieuwsgierig zijn naar ideeën van onze studenten en hen ondersteunen in hun streven naar een vitale toekomst met een gezonde voedselproductie en een gezonde leefstijl in een gezonde leefomgeving.

Reggy van der Wielen en Patrick Cramers College van Bestuur HAS green academy

Beste Alex,

Als ik kijk naar het heden tussen milieu en boeren, dan scheurt mijn hart, net zoals als alle woningen in Groningen.

Wij schrijven u deze brief met de intentie om samen bij te dragen aan een duurzame en rechtvaardige toekomst voor zowel de landbouwsector als ons milieu. De uitdagingen waar we vandaag de dag voor staan, benadrukken de noodzaak om gezamenlijk oplossingen te vinden. Toch merken we dat het gesprek tussen boeren en milieukundigen vaak stroef verloopt, wat onze grootste zorg is. Het gebrek aan overeenstemming belemmert ons vermogen om samen vooruit te kijken en de kloof tussen beide partijen te overbruggen.

Wij geloven dat het vinden van oplossingen begint bij luisteren en wederzijds begrip. Als mensen het niet met elkaar eens zijn, is het essentieel om ruimte te bieden voor dialoog en de focus te leggen op gezamenlijke belangen in plaats van verschillen. Een voorbeeld hiervan is hoe in sommige regio’s boeren en natuurorganisaties al samenwerken door natuurbeheer op het boerenerf te integreren. Zulke samenwerkingen tonen aan dat het mogelijk is om schijnbare tegenstellingen te overbruggen door middel van duidelijke communicatie en wederzijdse bereidheid om compromissen te sluiten.

Duidelijkheid en zekerheid voor beide partijen zijn hierbij van groot belang. Boeren hebben behoefte aan stabiel beleid en praktische oplossingen die aansluiten bij hun dagelijkse praktijk. Tegelijkertijd vragen milieukundigen om garanties dat de ecologische grenzen worden gerespecteerd. Om een goede samenleving te bevorderen, is het cruciaal om de vraag te stellen: wat hebben we van elkaar nodig? Wij denken dat vertrouwen, transparantie en een gedeelde visie hierbij sleutelbegrippen zijn. Zonder deze elementen is samenwerking gedoemd te mislukken.

Op en rondom het boerenerf zien wij een belangrijke rol voor innovatie en samenwerking. Investeringen in technologieën die duurzame landbouwpraktijken ondersteunen, zoals precisielandbouw en kringlooplandbouw, kunnen bijdragen aan een toekomst waarin zowel boeren als het milieu floreren. Maar ook ondersteuning bij de overgang naar duurzamere bedrijfsvoering is noodzakelijk, of dat nu via kennisdeling, subsidies of het verminderen van regelgeving komt. Hierbij moeten we oog houden voor de menselijke maat, want het boerenerf is niet alleen een plek van productie, maar ook een thuis en een manier van leven.

Om te komen tot goede besluitvorming die door alle betrokkenen gedragen wordt, is een meer inclusieve aanpak nodig. Wij stellen voor om processen te organiseren waarin alle belanghebbenden vanaf het begin worden betrokken. Dit betekent niet alleen ruimte bieden voor ieders stem, maar ook actief werken aan het vinden van gezamenlijke uitgangspunten. Dit kan bijvoorbeeld via burgerberaden, regionale tafels of pilotprojecten waarin boeren en milieukundigen samen aan de slag gaan. Besluitvorming moet gebaseerd zijn op feiten, maar ook op vertrouwen en een gedeelde verantwoordelijkheid.

Wij realiseren ons dat er onderwerpen zijn waar wij niet allemaal hetzelfde over denken. Bijvoorbeeld over de snelheid waarmee veranderingen doorgevoerd moeten worden, of over de precieze invulling van beleid. Toch zien wij dit niet als obstakels, maar als kansen om te groeien en te leren van elkaar.

Laten we onze krachten bundelen en bouwen aan een toekomst waarin landbouw en natuur hand in hand gaan. We kijken uit naar 10 februari, om dit onderwerp verder te bespreken.

Met vriendelijke groet, Jorn, Silke, Luna, Martijn, Ashna, Dirk en Willem

Beste meneer Datema,

Met deze brief willen wij onze zorgen en visie met u delen over het belang van toekomstbestendige landbouw in Nederland, een onderwerp dat naar onze mening niet alleen essentieel is voor het voortbestaan van de boeren, maar ook voor de bredere samenleving.

De landbouw van de toekomst biedt kansen voor verduurzaming van de sector en het behoud van economische levensvatbaarheid voor boeren. Het idee achter toekomstbestendige landbouw is het bevorderen van duurzaamheid, biodiversiteit en dierenwelzijn, en daarmee het creëren van een toekomst voor boeren zodat hun werk kan blijven bestaan. Dit is niet enkel een verantwoordelijkheid van de agrarische sector, maar een gezamenlijke opgave voor alle betrokkenen: consumenten, overheden, banken, supermarktketens en andere belanghebbenden.

Daarnaast geloven wij sterk in de kracht van de korte keten als de toekomst voor de landbouw. In een korte keten staan boeren en consumenten directer met elkaar in contact, wat niet alleen zorgt voor transparantie, maar ook voor bewustwording van de boer als belangrijk onderdeel van de Nederlandse cultuur en samenleving. Door het versterken van de korte keten kunnen we de supermarktgiganten en hun lobby bestrijden en ervoor zorgen dat niet de grote ketens rijk worden over de rug van de boeren, maar dat de consumenten in staat zijn om gezonde, eerlijke en duurzame voeding te kopen.

Het is van groot belang dat we de inspanningen van boeren erkennen, die al enorm veel doen om te voldoen aan veranderende eisen en die steun verdienen in plaats van enkel kritiek. Een inclusieve benadering houdt daarnaast rekening met de diversiteit binnen de sector zelf. Er bestaan verschillende groottes van boerderijen, verschillende bedrijfsmodellen en uiteenlopende aandachtspunten. Daarom is het noodzakelijk dat het beleid ruimte biedt voor maatwerk. Door samen te werken en open te staan voor elkaars zorgen en ideeën, kunnen we een landbouwsysteem creëren dat zowel de natuur als de boeren ten goede komt. De sleutel tot succes ligt in het vinden van een balans en bewustwording: duurzame vooruitgang die de economische en sociale positie van de boeren niet ondermijnt. Dit vraagt om een respectvolle dialoog en gezamenlijke oplossingen, waarbij iedereen zich gehoord voelt en kan bijdragen.

De Nederlandse veehouderij verdient meer waardering en bestaansrecht, gezien haar rol als voortrekker op het gebied van dierenwelzijn, duurzaamheid en innovatie wereldwijd, maar ook haar bijdrage aan de economie en werkgelegenheid. Het is essentieel dat de overheid alle sectoren gelijk behandelt bij belangrijke vraagstukken zoals de stikstofcrisis. Momenteel ligt de focus te veel op de agrarische sector en te weinig op andere sectoren.

Om voedselzekerheid te waarborgen en de risico’s van voedselimport te verminderen, is het van groot belang dat Nederland haar boeren behoudt en investeert in lokaal geproduceerde voeding. Een toekomstgericht landbouwbeleid vereist erkenning van de rol van boeren en gezamenlijke inspanningen van alle sectoren om de stikstof- en CO2-uitstoot te verminderen. Het versterken van de korte keten is hierin een belangrijk instrument, omdat het de verbinding tussen boeren en consumenten bevordert en zorgt voor een duurzamer en eerlijker voedselsysteem.

Wij hopen dat u deze belangrijke punten zult meewegen in uw beslissingen en dat we gezamenlijk kunnen werken aan een duurzame toekomst voor de landbouwsector en de Nederlandse samenleving als geheel.

Met vriendelijke groet, Ruben, Maurits, Rutger, Rebecca, Anna en Arianne

Geachte Alex Datema,

Als we in de toekomst kijken, zien we Nederland. Nederland zoals we dat altijd al gekend hebben. Waar de hardwerkende boer bestaanszekerheid heeft en zijn vakmanschap met hart en ziel kan uitvoeren op de heringerichte akkers, waarin landbouw en natuur samen zijn gewoven tot één geheel, zodat het natuurlijke evenwicht verdeeld is over het land. We zien een land dat zelfvoorzienend is en nauwelijks externe input nodig heeft, waarin lokaal consumeren vooropstaat en boeren een eerlijke prijs krijgen voor hun producten.

Nederland is van oudsher zeer actief in de agrarische sector en een echt handelsland. Dit heeft ons veel welvaart gebracht, maar wij zetten vraagtekens bij of de huidige manier van werken op lange termijn geschikt is.

Allereerst vinden wij de grote mate waarin Nederland zich bezighoudt met de export en import van gelijke agrarische goederen niet duurzaam. Nederlanders consumeren ongeveer 60-70% geïmporteerde landbouwproducten en exporteren 75-80% van de landbouwproducten. Veel handel in agrarische producten valt onder de zogenoemde spiegelhandel, terwijl deze producten net zo goed binnen de Nederlandse grenzen kunnen blijven, wat resulteert in kortere ketens en milieuvriendelijke consumptie.

In de huidige landbouw en landelijke gebieden zien we een toenemende versnippering van natuurgebieden. Wij zien kansen om dit om te keren, zodat zowel de natuur als de boeren aandacht krijgen. Hoewel er meer natuur is in landelijke gebieden dan in steden, is de biodiversiteit daar slechter, volgens onderzoek van Sweco. Dit komt doordat steden meer variëteit en ecosystemen bieden, terwijl landelijke gebieden vaak minder robuuste natuur bevatten door bijvoorbeeld monocultuur. Het is cruciaal om in deze gebieden meer aandacht aan natuurbehoud te geven. Een goede combinatie van landelijk gebied en een robuust natuursysteem, wat mogelijk wordt gemaakt door een goed en ondersteunend beleid, kan zowel de biodiversiteit als de kwaliteit van landbouwgrond en omliggende oevers verbeteren.

In Nederland is de winst in de voedselketen oneerlijk verdeeld, waarbij supermarkten veel meer macht hebben dan boeren. Dit komt grotendeels door de paar grote supermarktketens die de prijs voor de consument bepalen en de prijs die de boer ontvangt. Omdat het grote ketens zijn, hebben zij veel macht en kunnen de boer dwingen om zijn prijs laag te houden. Dit zorgt voor problemen, zoals het verdwijnen van boeren, en de voedselzekerheid komt in gevaar omdat Nederland afhankelijker wordt van import.

Voor de Nederlandse boer is het lastig om naar de toekomst te kijken, omdat de voortdurende veranderingen in regelgeving zorgen voor veel onduidelijkheid, onzekerheid en daarnaast een laag vertrouwen in toekomstig beleid en regelgeving. De Nederlandse boer wil van oudsher vooruit, maar staat nu al jaren stil. Boeren durven geen investeringen te doen in duurzame innovaties, zoals emissiearme vloeren, omdat de werking hiervan achteraf niet overeenkwam met de verwachtingen en boeren dus veel geld en vertrouwen verloren.

Voor de toekomst is een beleidsaanpassing nodig, waarin spiegelhandel naar de achtergrond wordt gedrukt en het normaliseren van eigen lokale consumptie bevorderd wordt. Dit resulteert in minder milieubelasting door kortere ketens en geeft ons een beter inzicht in welke chemische behandelingen gebruikt zijn in ons voedsel. Ook zijn we minder afhankelijk van externe input en verhoogt dit onze voedselzekerheid.

Wij denken dat de volgende maatregelen ook een toekomstbestendig landelijk gebied kunnen bevorderen. Monocultuur wordt veel gebruikt in de agrarische sector vanwege efficiënte gewasproductie, maar dit vermindert biodiversiteit en versnippering van de natuur. Het gebruik van natuurvriendelijke oevers, bloemenranden, houtstructuren, kruidenrijk grasland en mengteelt kan biodiversiteit verbeteren. Onderzoek van Wageningen Universiteit en de Chinese Agricultural University toont aan dat mengteelt 29% meer opbrengst oplevert en 19-36% minder kunstmest

vereist. Dit kan biodiversiteit herstellen, uitstoot verminderen en vervuiling van oppervlaktewater tegengaan. Verder vinden we het belangrijk dat hier duidelijk beleid over wordt geschreven, waarin de overstap van landbouwvorm en het toepassen van natuurstructuren gestimuleerd wordt. Er zijn bestaande subsidies die hieraan gelinkt zijn, maar die zijn niet altijd goed te vinden, dus het moet duidelijker aangegeven en vermeld worden.

Een mogelijke oplossing voor de oneerlijke winstverdeling in de voedselketen is dat de overheid regelgeving invoert om een minimumprijs vast te stellen die boeren voor hun producten ontvangen. Dit kan ervoor zorgen dat boeren een eerlijker deel van de opbrengsten krijgen. Het bevorderen van landwinkels en boerenmarkten kan ook bijdragen aan een eerlijkere prijs voor boeren en een lagere machtpositie van de supermarkten. Dit zou ervoor kunnen zorgen dat boeren in bedrijf blijven en kan zorgen voor een gezonde economie.

Tot slot, om het vertrouwen van boeren terug te winnen, is het belangrijk dat er beleid voor de lange termijn komt, zodat boeren weten waar ze aan toe zijn en aan de hand daarvan duurzame investeringen kunnen doen, zonder dat deze achteraf tenietgedaan worden. Boeren willen duidelijkheid. De Nederlandse boer wil niet stilstaan en ook in de toekomst aan de top van de wereld blijven. Hierdoor behoudt Nederland zijn voorbeeldfunctie op het gebied van voedselproductie.

Wij kijken uit naar een duurzame, eerlijke en vruchtbare toekomst.

Met vriendelijke groet, Dirk, Lot, Ties, Loek, Minne, Fabiënne en Nick

Geachte heer Datema,

De veehouderij staat voor grote uitdagingen. Terwijl veehouders dagelijks hard werken om hoogwaardige producten te leveren, worden ze geconfronteerd met maatschappelijke verwachtingen, strengere regelgeving en economische druk. Deze ontwikkelingen dwingen ons niet alleen tot nadenken over de problemen van vandaag, maar ook over hoe we een duurzame, rendabele en toekomstbestendige sector kunnen waarborgen.

Met deze brief willen wij graag stilstaan bij de huidige problematiek binnen de sector en onze visie delen op de kansen en mogelijkheden die de toekomst biedt. Samenwerking en innovatie zijn daarbij essentieel om de balans te vinden tussen economische belangen en een duurzame leefomgeving. Hiervoor is goede communicatie cruciaal.

De communicatie tussen boeren en de overheid verloopt vaak stroef, wat leidt tot frustraties en verdeeldheid. Beleidsmakers en ambtenaren staan vaak ver van de dagelijkse praktijk af, waardoor regelgeving niet altijd aansluit op de realiteit waarin boeren werken. Hoewel sommige ambtenaren een goed begrip hebben van de agrarische sector, ontbreekt dit inzicht bij anderen, wat bij boeren het gevoel versterkt dat ze onvoldoende worden gehoord. Deze kloof wordt verder vergroot door ambitieuze maatregelen die niet haalbaar blijken, waardoor de partijen steeds verder van elkaar verwijderd raken.

Toch delen boeren en de overheid in wezen dezelfde doelen: bijdragen aan een beter klimaat en een gezonde toekomst voor Nederland. Dit biedt mogelijkheden voor samenwerking, mits er gewerkt wordt aan betere communicatie. Het is van essentieel belang dat nieuwe vormen van dialoog worden ontwikkeld waarin boeren, ambtenaren en beleidsmakers elkaar daadwerkelijk kunnen horen en begrijpen. Alleen door constructieve gesprekken en wederzijds respect kan er een brug worden geslagen tussen de verschillende belangen, wat de weg vrijmaakt voor effectieve en duurzame oplossingen.

Terwijl het versterken van de dialoog cruciaal is, mogen we niet vergeten dat een andere belangrijke uitdaging voor de sector de impact van klimaatverandering is. Een belangrijk aandachtspunt binnen onze toekomstvisie is de relatie tussen landbouw en klimaat. Klimaatverandering heeft steeds meer invloed op de landbouw, en wij geloven dat het essentieel is om hierin stappen te zetten die zowel duurzaam als haalbaar zijn voor boeren. Om de landbouwsector toekomstbestendig te maken, pleiten wij voor meer onderzoek naar innovatieve technologieën. Denk hierbij aan technieken die emissies verlagen, bodemkwaliteit verbeteren en tegelijk betaalbaar blijven voor boeren. Door hierin te investeren, kan de landbouw niet alleen bijdragen aan het behalen van klimaatdoelen, maar ook zorgen dat boerenbedrijven blijven bestaan en floreren. Naast duurzaamheid speelt ook bedrijfsopvolging een belangrijke rol in de toekomst van de veehouderij, omdat het voortbestaan van de sector hier direct mee samenhangt.

Het overnemen of starten van een veehouderijbedrijf vinden wij cruciaal voor het voortbestaan van de sector en de toekomst van de landbouw in Nederland. Dit vraagt om een gerichte aanpak waarin de overheid een essentiële rol speelt. Bedrijfsopvolging wordt steeds uitdagender, mede door stijgende kosten, complexe regelgeving en een afnemend aantal jonge ondernemers in de sector. Wij vinden het van groot belang dat er niet alleen kansen blijven voor boeren om hun bedrijf voort te zetten, maar ook dat jonge mensen zonder familiebedrijf toegang krijgen tot mogelijkheden om een eigen veehouderij op te starten.

De overheid kan hierin ondersteunen door financiële regelingen en subsidiemogelijkheden beschikbaar te stellen, maar ook door drempels zoals bureaucratie en hoge financieringslasten te verlagen. Het waarborgen van voldoende bedrijfsovernames is niet alleen noodzakelijk om de voedselproductie te garanderen, maar ook om het platteland leefbaar en economisch sterk te houden. Het behoud van boerenbedrijven zorgt voor innovatie, duurzame ontwikkelingen en werkgelegenheid. Zonder een structurele aanpak dreigt een leegloop van jonge ondernemers, wat grote gevolgen kan hebben voor de sector. Terwijl opvolging cruciaal is voor de continuïteit van de sector, moeten we ook kijken naar de veranderingen die nodig zijn binnen bestaande bedrijven om toekomstbestendig te blijven.

Klimaatverandering, de achteruitgang van de biodiversiteit en maatschappelijke druk vragen om veranderingen binnen de huidige veehouderij. Tegelijkertijd vinden wij het van groot belang om een gezond verdienmodel te behouden voor de veehouders en hun bedrijven levensvatbaar te houden. Volgens ons ligt de toekomst van de veehouderij in een innovatieve aanpak waarin biodiversiteit, efficiëntie en klimaat samenkomen.

Er moet volgens ons meer aandacht besteed worden in het herstel van de biodiversiteit. Boeren kunnen hierin bijdragen door landschapselementen zoals bloemrijke akkerranden, houtwallen en kruidenrijke graslanden te integreren in hun bedrijfsvoering. Door samenwerkingen aan te gaan met overheden en natuurorganisaties kunnen boeren vergoedingen ontvangen voor hun bijdrage aan de natuur.

Daarnaast zullen efficiëntie en klimaat in balans moeten komen. Efficiëntie blijft belangrijk om voedsel betaalbaar te houden, maar de focus verschuift van maximale productie naar een duurzame inzet van middelen. Innovaties zoals precisielandbouw, circulaire mestverwerking en voederoptimalisatie spelen hierbij een cruciale rol. Door middel van deze technologie kunnen boeren hun impact op het klimaat reduceren zonder dat dit ten koste gaat van de productie. Innovatie is dus essentieel voor verduurzaming, maar dit vraagt om investeringen die voor veel boeren een uitdaging zijn. Hier spelen subsidies een sleutelrol. Overheden moeten gerichte financiële ondersteuning bieden voor onderzoek, ontwikkeling, maar zeker ook voor implementatie van nieuwe technieken.

Innovatie vormt volgens ons de rode draad in het verduurzamen van de sector en het toekomstbestendig maken van de veehouderij. Nieuwe technologieën en systemen, zoals luchtwassers in stallen en mestverwerkingsinstallaties kunnen een enorme bijdrage leveren aan het verduurzamen van de sector. Het is echter van groot belang dat deze innovaties eerst grondig worden getest en volledig voldoen aan gestelde normen, voordat ze als verplichting aan boeren worden opgelegd. Een voorbeeld hiervan is de invoering van luchtwassers in stallen. Hoewel deze systemen in theorie een grote belofte inhielden voor het verminderen van ammoniakuitstoot, bleken sommige typen in de praktijk niet effectief genoeg of werden de regels achteraf aangescherpt. Dit heeft geleid tot enorme financiële lasten voor boeren, zonder het gewenste resultaat. Om dit soort situaties te voorkomen, is het essentieel dat innovaties niet alleen goed werken onder ideale omstandigheden, maar ook uitvoerig worden getest in de praktijk. Daarbij moet onderzoek naar nieuwe technologieën zoals precisielandbouw, emissiearme stalvloeren en circulaire voeroplossingen prioriteit krijgen vinden wij. Alleen met bewezen, duurzame oplossingen kunnen we de sector toekomstbestendig maken en tegelijkertijd draagvlak creëren bij de boeren zelf.

Naast technologische oplossingen speelt ook het politieke landschap een belangrijke rol in het vormgeven van de toekomst van de agrarische sector. De Nederlandse politiek is de laatste jaren gepolariseerd. De stikstofproblematiek en de nasleep daarvan op boeren is daar geen uitzondering op. Het grootste voorbeeld daarvan is de opkomst van de BBB binnen de Tweede Kamer en de verharde discussies omtrent de huidige situatie. Waar de politiek echter minder mee bezig is dat het gaat om de levensvoorzieningen van mensen. Door een gebrek aan perspectief en zekerheid en tegelijkertijd het aanscherpen van regels rondom zaken als de uitstoot en impact die de boerenbedrijven op hun omgeving hebben. Tegelijkertijd doet het kabinet onvoldoende met andere grote vervuilers zoals Tata Steel, Shell en andere fossiele bedrijven. Hierdoor ontstaat het imago dat de boeren onevenredig hard worden aangepakt op hun uitstoot. Met de andere aspecten die in deze brief zijn benoemt is het duidelijk dat het systeem op aardig wat vlakken moet veranderen om de agrarische sector toekomstbestendig maar ook menselijk te houden. Door ervoor te zorgen dat deze sector gezond blijft en het aantrekkelijk blijft om te blijven boeren. Dit zonder dat er zorgen hoeven te zijn om financiën of regelgeving die ervoor zorgen dat de sector langzaamaan verdwijnt uit Nederland. Hierin spelen ook andere partijen in de keten van productie tot consumptie een rol. Denk hierbij aan de slachterijen, supermarkten en andere bedrijven die producten kopen van boeren. Maar ook bijvoorbeeld de exporteurs en importeurs van verschillende agrarische producten. Wij vinden dat er kritisch moet worden gekeken naar de balans tussen import en export van vlees. Zo kunnen we de economie in stand houden en tegelijkertijd waar mogelijk in de keten emissies verlagen.

Verder moet het politieke systeem veranderen. Waar we nu veelal van nationaal naar lokaal zien, lijkt het ons logischer andersom te kijken en zo maatregelen te treffen. De lokale politiek weet wat er speelt in de gemeente en kunnen op basis daarvan plannen maken. De plannen van alle gemeentes kunnen vervolgens worden samengevoegd en afgestemd op elkaar door de provincies. Die dit proces vervolgens op nationaal niveau kunnen herhalen. Het is immers zo dat lokale fracties van partijen die op nationaal vlak niet door één deur kunnen dit vaak wél kunnen doen op lokaal niveau. Het gaat er uiteindelijk om dat er een balans wordt gevonden in het systeem en dat iedereen een aandeel levert om het te verbeteren. Zo blijft het boeren aantrekkelijk, toekomst bestendig, leefbaar en duurzaam. En wordt er vanuit de overheid en het bedrijfsleven gekeken naar hoe boeren financieel gezond blijven terwijl de targets voor emissies worden gehaald en hun positie niet in gevaar komt op nationale en internationale markten voor zover dat mogelijk is.

Om deze uitdagingen aan te pakken en de veehouderij te versterken, is het belangrijk om praktische en haalbare oplossingen te overwegen die boeren, overheid en samenleving dichter bij elkaar brengen. Een persoonlijke suggestie van ons is om boeren elkaar te laten “peer reviewen”. Boeren hebben veel verstand van het vak en kunnen dus veruit het beste elkaar controleren of ze aan de eisen van de overheid voldoen. Dit systeem geeft het gevoel dat de overheid hun meer vertrouwt, waardoor de polarisatie tussen de partijen vermindert. Er moet natuurlijk wel een controlerend orgaan van de overheid zijn om mogelijke fraude te voorkomen, communicatie tussen dit orgaan en de boeren zal essentieel zijn.

De veehouderij bevindt zich op een kruispunt: een moment waarop uitdagingen kunnen worden omgezet in kansen. Alleen door samen te werken, open te staan voor innovatie en de dialoog aan te gaan, kunnen we bouwen aan een sector die niet alleen economisch gezond is, maar ook maatschappelijk draagvlak geniet. De veehouders zijn klaar voor de transitie! Doet u ook mee?

Marijn

Annette

Jens

Jaap

Julia

Elke

Frederike

Geachte Alex Datama,

Wat wij proeven in de maatschappij, en zeker ook hier op school, is een tekort aan kennis en/of informatie over wat er nu werkelijk op de boerenerven afspeelt.

Veelzijdige kennis

Veel geluiden vanuit de media zetten de boeren in een kwaad daglicht, soms is dit zo eenzijdig dat je denkt dat ze het erom doen. Daarom pleiten wij ervoor dat u als Rabobank zich inzet voor het verspreiden of de middelen geven om te verspreiden van een “tegengeluid”. Waarbij de burger ook de positieve kant van de sector te zien krijgt, en dan graag net zo uitvergroot als Wakkerdier het kan. Dit helpt burgers een gegronde mening te vormen over de agrarische sector en over hun voedselproducenten. Hopelijk komt er zo meer waardering voor onze uitmuntende sector, en zo ook meer waardering voor hun voedsel.

Onderzoek

Verder vinden we dat er meer onderzoek gedaan moet worden voordat resultaten en besluiten naar buiten komen. Soms komen er technieken beschikbaar die op dat moment een goede oplossing vormen voor een probleem, maar uiteindelijk via de wet verboden worden. Neem de stalvloeren die boeren werden aangeraden, omdat deze de ammoniak uitstoot verminderde. De oplossing was goed, maar toen de investeringen gedaan waren en de vloeren eenmaal lagen werden deze wettelijk verboden. Door meer onderzoek en bijvoorbeeld in gesprek te gaan met de overheid kunnen deze onnodige investeringen worden tegengegaan. Er moet dus meer onderzoek gedaan worden naar technieken in de agrarische sector en of deze toekomstbestendig en financieel haalbaar zijn voor boeren.

Duurzaam boeren

Efficiënte landbouw vermindert milieudruk, verbetert de bodemkwaliteit en verhoogt de productwaarde. De Rabobank kan boeren helpen die over willen stappen op duurzame teelt en biologische landbouw.

Samenwerkingen bieden

Door samenwerking met overheden en natuurbeschermingsorganisaties kan de Rabobank boeren helpen toegang te krijgen tot subsidies voor natuurvriendelijke bedrijfsvoering. Boeren zullen daar financieel niet op achteruit gaan. De bank kan hier een adviserende rol in spelen.

Biodiversiteit

Bestuivers zoals bijen profiteren van een hoge biodiversiteit, en een gezonder ecosysteem verbetert de wateropslag en vermindert de impact van droogte en overstromingen. De Rabobank kan investeren in projecten die deze duurzaamheidsdoelen ondersteunen, zoals natuur-inclusieve landbouw.

Korte keten

Ook vinden wij het belangrijk dat boerderijen en winkels beter samenwerken via korte ketens. Dit zorgt ervoor dat eten directer van de boer naar de klant gaat. Zo houden we de regio sterk, verminderen we de impact op het milieu en weten mensen precies waar hun eten vandaan komt.

Landgebruik

Een onderwerp waar we niet samen uitkwamen is landgebruik. Waar de een op dit gebied grootste plannen voor de natuur had, vroeg de ander zich af waar het probleem ligt. Wel willen we dit onder de aandacht brengen, omdat dit ons toch wel bezig houdt.

Conclusie

De Rabobank heeft de kans om als koploper bij te dragen aan een duurzamere landbouwsector. Door gerichte financiering, begeleiding en samenwerking met stakeholders kan de bank boeren ondersteunen bij een verantwoorde transitie. Dit draagt niet alleen bij aan een veerkrachtige voedselproductie, maar versterkt ook de reputatie van de Rabobank als vooruitstrevende en duurzame financiële partner.

We waarderen wat de Rabobank doet voor boeren en willen graag samen met u kijken hoe we dit verder kunnen ontwikkelen. Met uw hulp kunnen we werken aan een eerlijkere en duurzamere voedselketen. We horen graag van u om hier samen over te praten.

Vriendelijke groet,

Anke

Johan

Bobbie

Bento

Micha

Pasqualle

Joris

Geachte heer Datema,

Met grote waardering voor uw inzet en betrokkenheid bij het versterken van de verbinding tussen landbouw en natuur, richt ik mij tot u. Uw werk rondom duurzaam landbouwbeheer en uw rol in de dialoog tussen boeren en natuurbeschermers inspireren velen, waaronder ons. Wij maken ons echter zorgen over de toekomst van onze boeren. Steeds vaker lijkt het alsof zij tussen wal en schip raken door de toenemende druk van regelgeving, economische uitdagingen en maatschappelijke verwachtingen. Wij geloven dat het behoud van boerenbedrijven niet alleen cruciaal is voor onze voedselvoorziening, maar ook voor de leefbaarheid van het platteland en het beheer van onze natuur. Het verdwijnen van boeren zou een groot verlies zijn voor onze samenleving.

Een van de mogelijkheden die wij zien om de samenwerking tussen boeren en natuur te versterken, is het concept van bloemrijke akkerranden. Deze akkerranden bieden niet alleen voordelen voor de biodiversiteit, zoals het aantrekken van bestuivers en natuurlijke plaagbestrijders, maar dragen ook bij aan het verbeteren van de bodemkwaliteit en het verminderen van erosie. Bovendien bieden zij een positieve bijdrage aan het landschap, wat ook maatschappelijk draagvlak voor agrarisch natuurbeheer vergroot.

Daarnaast willen wij aandacht vragen voor natuurinclusieve veehouderij als een waardevolle strategie om landbouw en natuur dichter bij elkaar te brengen. Door veehouderij op een natuurinclusieve manier in te richten, zoals het combineren van extensieve beweiding met landschapsbeheer en het aanleggen van natuurlijke habitats op boerenland, kunnen we niet alleen de biodiversiteit versterken maar ook zorgen voor een duurzamere bedrijfsvoering. Dit kan bijdragen aan een gezond ecosysteem waarin zowel de natuur als de boer kunnen floreren. Ten slotte willen wij het belang van financiële stimulansen benadrukken om de transitie naar duurzamere landbouwpraktijken te ondersteunen. Boeren staan vaak voor grote investeringen wanneer zij hun bedrijfsvoering aanpassen aan natuurinclusieve of biodiversiteitsbevorderende principes. Wij zien hierin een belangrijke rol voor subsidies, beloningssystemen en innovatieve financieringsmodellen die boeren niet alleen ontzorgen, maar ook aanmoedigen om stappen in deze richting te zetten. Financiële prikkels kunnen daarbij helpen om duurzame keuzes economisch haalbaar te maken.

Daarnaast willen wij graag het belang van educatie en bewustwording onderstrepen. Het vergroten van kennis over duurzame landbouwpraktijken, biodiversiteit en het belang van natuurbeheer is essentieel om zowel boeren als de bredere samenleving te betrekken bij deze transitie. Educatie kan bijdragen aan meer begrip en samenwerking, terwijl bewustwording onder consumenten een

belangrijke stimulans kan zijn voor het ondersteunen van lokale en duurzame producten. Wij geloven dat gezamenlijke initiatieven op dit gebied een krachtige impact kunnen hebben.

Wij zouden graag met u in gesprek gaan over hoe bloemrijke akkerranden, natuurinclusieve veehouderij, passende financiële stimulansen en educatie en bewustwording op grotere schaal kunnen worden toegepast als praktische en haalbare oplossingen die zowel boeren als de natuur ten goede komen. Het zou ons veel waard zijn om samen met u de mogelijkheden en eventuele knelpunten te bespreken, zodat we deze aanpak verder kunnen ontwikkelen en implementeren.

Wij hopen dat u bereid bent om met ons van gedachten te wisselen over deze belangrijke kwesties. Uw ervaring en visie zijn van onschatbare waarde om samen te bouwen aan een toekomst waarin boeren een volwaardige plek behouden in onze samenleving en waarin de natuur floreert. Graag horen wij van u wanneer en hoe wij dit gesprek zouden kunnen aangaan. We kijken ernaar uit om onze zorgen, ideeën en ambities met u te delen en samen te zoeken naar duurzame oplossingen.

Met vriendelijke groet, Loic, Mees, Katelijne, Sylvy, Tim, Giel

Has green academy

Beste bestuurders,

De Nederlandse landbouwsector biedt unieke voordelen door onze vruchtbare grond, innovatieve kennis en noordelijke ligging, waardoor we beter bestand zijn tegen de gevolgen van klimaatverandering dan veel andere landen. Waar in Zuid-Europa verdroging een groot probleem vormt, kunnen wij door onze sterke landbouwsector een stabiele voedselvoorziening behouden, zelfs bij toenemende klimaatrampen. Echter, de vele regels en het gebrek aan duidelijkheid vanuit de overheid zetten de sector onder druk. Boeren ervaren onzekerheid over de toekomst, wat investeringen en duurzame innovatie belemmert. Wij vinden dat de overheid heldere en consistente richtlijnen moet bieden, zodat boeren weten waar ze aan toe zijn en gericht kunnen werken aan een toekomstbestendige landbouw, waarbij zowel het klimaat als de economie wordt beschermd.

Ook willen we in de toekomst graag bijdragen aan een duurzame aarde. Een duurzame optie is biologisch boeren, zowel akker als vee. Echter heeft biologisch boeren veel voor en nadelen. Per ha is de CO2-uitstoot lager, maar per kg product is de CO2-uitstoot hoger. Dit resulteert in het dilemma dierenwelzijn versus milieu-impact. De dieren krijgen betere leef omstandigheden, zoals meer ruimte en meer levensjaren. Dit kost meer land en voedsel. De extensivering (lagere melkproductie per ha) die het omschakelen van een gangbaar melkveebedrijf naar biologisch, leidt tot een afname van melkkoeien en de melkproductie in Nederland. Om dezelfde hoeveelheid melkproductie te behalen zal de productie zich verplaatsen naar het buitenland, wat een hogere co2-uitstoot veroorzaakt. Per ha is de uitstoot van broeikasgassen van biologische melkveehouderij 1/3 lager dan bij gangbaar. Per kg melk is de uitstoot van broeikasgassen van biologische melkveehouderij gelijk aan die van gangbaar. Er is dus niet echt een oplossing voor de verduurzaming van de aarde die zowel het dierenwelzijn bevordert als de broeikasgassen aanzienlijk verminderd.

Daarnaast vinden wij de verbinding tussen boer en burger belangrijk voor de toekomst van de landbouw en veehouderij. Veel mensen weten niet eens waar hun voedsel vandaan komt en hoe het wordt geproduceerd. En als agrarisch sector in het nieuws komt is het meestal niet positief. Dit resulteert tot gebrek aan begrip en waardering voor het werk van de agrarisch ondernemer. Veel burgers weten geen eens met welke uitdagingen de boeren te maken hebben zoals regelgeving, klimaatverandering en economische druk. Wij zijn van mening dat het betrekken van de burger cruciaal is voor het creëren van begrip en waardering voor het werk van de Nederlandse agrariërs. Als de burgers beter begrijpen wat er speelt op de boerderij, kunnen zij bewustere keuzes maken over hun voedselconsumptie en zullen ze waarschijnlijk lokaal en duurzaam geproduceerd voedsel meer gaan waarderen. Open dagen en educatie porgramma’s zullen ook erg effectief zijn om de consument meer te betrekken bij de boerderij en de kloof tussen boer en burger te verkleinen. Wij zijn er van overtuigd dat dit zal zorgen voor een betere band tussen boer en burger en ook zal gaan

zorgen voor meer waardering wat ook bij zal gaan dragen aan het bestaansrecht van de Nederlandse veehouderij.

Dus samengevat vragen we aan jullie om de consumenten meer bewust te laten worden van het produceren van voedsel, om ze zo een bewustere keuze te laten maken als ze voor het schap staan in de supermarkt. Daarnaast vragen we aan jullie om een duidelijke lijn aan te houden waardoor het duidelijker wordt voor de boer en de betrokken partijen waar ze aan toe zijn. Waardoor het bestaansrecht van de boer word verbeterd en ze de mogelijkheid hebben om te investeren in een betere en duurzamere toekomst.

Met vriendelijke groet, Matthijs, Joris, Hanneke, Lonneke, Rick, Maren en Claire 2e jaars studenten, HAS green academy

Beste Alex,

Hartelijk dank dat u de tijd heeft genomen om onze brief te lezen. Tijdens onze opleidingen hebben wij regelmatig te maken met vraagstukken rondom de stikstofcrisis. Dit onderwerp leidt binnen onze groep vaak tot discussies, waarbij uiteenlopende perspectieven naar voren komen.

De meningen over de stikstofproblematiek binnen onze groep zijn verdeeld. Een deel van ons vindt dat het behoud van de natuur essentieel is en dat stikstofreductie daarom noodzakelijk is. Een ander deel wijst erop dat veehouderij een belangrijke bron van inkomsten is, waardoor maatregelen moeilijk uitvoerbaar en vaak te streng worden ervaren.

Als groep hebben wij moeite om tot een gezamenlijke oplossing te komen. Wij denken echter dat uw expertise een belangrijke bijdrage kan leveren. Met uw hulp kunnen bijvoorbeeld voorlichtingen worden ontwikkeld voor zowel boeren als burgers, en kunnen duidelijke afspraken worden gemaakt tussen overheden, boeren en inwoners. Dit zou kunnen leiden tot maatregelen waar beide partijen zich in kunnen vinden. Wij zijn ervan overtuigd dat dergelijke afspraken een significante bijdrage kunnen leveren aan het verbeteren van de situatie.

Eerder hebben provincies geadviseerd te investeren in emissiearme vloeren, maar deze maatregelen werden uiteindelijk door de Raad van State afgekeurd. Wij zijn daarom van mening dat betere afstemming tussen het Rijk en de provincies noodzakelijk is om tot heldere en uitvoerbare afspraken te komen.

Wij waarderen het enorm dat u de tijd neemt om onze zorgen en ideeën aan te horen. Wij hopen dat u samen met ons wilt bijdragen aan een constructieve aanpak van de stikstofproblematiek.

Met vriendelijke groet,

Anne, Anouk, Niels, Eljon, Sander en Jirry

Geachte meneer Datema,

Er spelen grote problemen in de leefomgeving. Als studenten van de HAS hopen wij u meer inzicht te geven in hoe wij deze vraagstukken zien en, vooral, hoe wij denken dat deze problemen kunnen worden opgelost.

Wat zijn onze grootste zorgen?

Boerenbedrijven komen door nieuwe wetgeving ten behoeve van stikstofregels en emissie-eisen onder hoge druk te staan. Hierdoor is de toekomst van deze bedrijven en volgende generaties onzeker. Bedrijven investeren veel geld in het aanpassen aan de nieuwe regels en wetgeving. Echter, na de verbouwingen worden de aanpassingen alsnog afgekeurd, omdat de overheid geen goed onderzoek heeft gedaan naar de gevolgen van de regels.

Onze zorg ligt ook bij de woningbouw. Door de nieuwe regels rondom stikstof en emissie-eisen kunnen er minder woningen worden gebouwd. Tegelijkertijd is er een hoge druk op de woningbouw, en wordt het juist steeds belangrijker om nieuwe woningen te realiseren.

Wat willen wij zelf eigenlijk?

We willen wel investeren in nieuwe maatregelen om stikstof te verlagen en emissies tegen te gaan. Maar het is belangrijk dat de opgelegde regels goedgekeurd worden door specialisten en dat wordt getest of de voorgestelde oplossingen daadwerkelijk effectief zijn. Anders wordt investeren een onbegonnen zaak die eindeloos doorgaat door slechte regelgeving. Daarnaast worden er eisen gesteld door banken aan boeren die geld willen lenen. Een van die eisen is dat boeren grondgebonden moeten zijn. Dit is echter niet haalbaar vanwege de mestafzetting die niet volledig op eigen grond kan plaatsvinden, een eis die voortkomt uit de stikstofproblematiek. Hierdoor wordt het onmogelijk voor boerenbedrijven om leningen af te sluiten, wat hun groei en aanpassingen belemmert, terwijl ze wel aan de nieuwe regelgeving moeten voldoen.

Welke rol zien wij voor onszelf?

Een rol die wij kunnen aannemen is onze stem laten horen. Op momenten dat er mogelijkheden worden geboden door de overheid of banken, is het belangrijk om hierin te investeren. Hiervoor hebben we invloedrijke mensen nodig vanuit de overheid en de banken. Hoewel deze groepen vaak tegenover de boeren staan, is het essentieel om elkaars mening te respecteren en niet alleen een dialoog te voeren, maar juist een discussie te hebben over hoe we samen een betere toekomst kunnen creëren.

Welke acties willen we meegeven aan de bestuurders?

We raden bestuurders aan om het gesprek aan te gaan met verschillende sectoren binnen de

boerenbedrijven en met diverse functies van de overheid. Door meningen en belangen vanuit verschillende richtingen te verzamelen, kunnen er gerichte oplossingen worden ontwikkeld.

Welke scène in de theatervoorstelling ‘Iets met boeren’ is ons het meest bijgebleven?

De scène aan de eettafel waar de dochter een gesprek had met haar vader over het overnemen van het bedrijf is ons het meest bijgebleven. De dochter, een studente milieukunde, vond het noodzakelijk dat er op een andere manier geboerd moest worden. De vader was het daar totaal niet mee eens en vond het belangrijk dat zijn zoon het bedrijf zou overnemen en op dezelfde manier voort zou zetten, zodat het bedrijf alleen maar groter en succesvoller zou worden.

Welke rol zie jij voor de overheid voor de uitdagingen en kansen in het landelijke gebied?

Zoals eerder vermeld, is het belangrijk dat de overheid in gesprek gaat met verschillende partijen, zoals boerenbedrijven, banken en interne overheidsafdelingen. Door deze diverse meningen en belangen in kaart te brengen, kan er een gespecialiseerde groep binnen de overheid worden gevormd die deze inzichten verzamelt en doorgeeft aan besluitvormers. Zo wordt er daadwerkelijk iets gedaan met de vragen en wensen van belanghebbenden.

Wat is er nodig op en van het boerenerf voor een goede toekomst?

Boeren moeten het gesprek aangaan met mensen van de overheid en banken om een gezamenlijk perspectief voor de toekomst te creëren.

Conclusie

Het is duidelijk dat de uitdagingen waar boerenbedrijven en woningbouw mee te maken hebben, nauw verweven zijn met de regelgeving rondom stikstof en emissie-eisen. Deze regels, hoewel goed bedoeld, leiden vaak tot onzekerheid, onhaalbare eisen en onnodige kosten door gebrekkige voorbereiding en onderzoek van de overheid. Tegelijkertijd groeit de druk om tot oplossingen te komen, zowel voor de agrarische sector als voor de woningbouw. Om een duurzame toekomst te realiseren, is het essentieel dat boeren, banken en de overheid samenwerken. Dit vraagt om open communicatie, respect voor verschillende standpunten en het testen van nieuwe maatregelen op effectiviteit. Het is cruciaal dat de overheid een verbindende rol speelt door belangen in kaart te brengen en deze op een transparante manier te vertalen naar praktische en haalbare oplossingen. Alleen door samenwerking, wederzijds begrip en een gerichte aanpak kan er een toekomst worden gecreëerd waarin zowel boerenbedrijven als woningbouw kunnen succesvol kunnen zijn.

Met vriendelijke groet, Tycho, Mare, Pleun, Luc, Brianne, Corné & Jonas

Geachte heer Datema,

Wij, studenten Milieukunde, Management van de Leefomgeving en Veehouderij, schrijven u deze brief omdat wij ons betrokken voelen bij het complexe vraagstuk rondom boeren en milieu. Als toekomstige professionals in deze sectoren zien wij zowel de uitdagingen als de kansen en willen wij hierover graag met u in gesprek gaan.

De huidige situatie zet veel druk op boerengezinnen. De economische onzekerheid, deels veroorzaakt door de roep om een kleinere veestapel, heeft een grote impact op hun mentale gezondheid. Daarbij zien we dat boeren vaak onvoldoende erkenning krijgen voor hun werk.

“De mensen moeten eens weten wat er gedaan wordt voor hun eten.”

Tegelijkertijd begrijpen wij ook de dringende noodzaak om onze manier van voedselproductie te verduurzamen. Klimaatverandering, de uitputting van de bodem, vervuiling van water en een afnemende biodiversiteit zijn zorgwekkende ontwikkelingen die om actie vragen.

Wij vinden dat innovatieve oplossingen en samenwerking met de boeren om tot milieuvriendelijkere praktijken te komen belangrijk is. Wat ons bindt, is het geloof dat oplossingen mogelijk zijn wanneer er voldoende aandacht is voor zowel economische als ecologische belangen.

Wij zien kansen in innovatie en verduurzaming, waarin Nederland al koploper is. Door boeren beter te betalen en lokale, korte ketens te stimuleren, ontstaat er ruimte voor minder vee zonder dat boeren financieel worden benadeeld. Daarnaast zouden subsidies voor innovaties en een focus op robuuste natuurverbindingen kunnen bijdragen aan een veerkrachtiger platteland. Ook een vermindering van import van buiten de EU kan zorgen voor een eerlijker speelveld.

Wij geloven dat een duurzame landbouwsector mogelijk is, maar dit kan alleen slagen als alle betrokken partijen – boeren, beleidsmakers, bedrijven en consumenten – samenwerken.

Met vriendelijke groet, Alice, Nina, Laura, Karel, Quinten, Femke, Annelène en Juliette

Wat de boer nait kent, dat vret ‘ie nait.

Geachte heer Datema,

Met het schrijven van deze brief zouden wij als studenten graag duidelijk willen maken hoe er gekeken wordt naar de complexe situatie tussen het boeren in Nederland in relatie tot de natuur en economie. In de afgelopen weken zijn wij, studenten van de HAS Green Academy, van de opleidingen Management van de Leefomgeving, Milieukunde en Veehouderij met elkaar in gesprek gegaan over deze onderwerpen. Na het analyseren van diverse invalshoeken en inzichten over dit onderwerp, lichten wij graag toe welke kernpunten volgens ons essentieel zijn voor het oplossen van deze problematiek.

Communicatie en begrip

Recentelijk valt er steeds meer te vertellen over de boeren in ons land en het daarover geldende beleid vanuit het Rijk. Het nieuws omvat steeds meer dat boeren in een donker licht worden gezet. Verdeeldheid ontstaat als boeren meer wetten opgelegd krijgen die niet rendabel zijn. Zo zijn er groepen die voor de boeren zijn en tegen de boeren, polarisatie te noemen. In plaats van juist een compromis zoeken worden boeren uitgekocht en/of gedwongen mee te gaan met de veranderingen van de huidige maatschappij. Hier is weinig realisatie voor. Wij zijn van mening dat voornamelijk politici en bestuurders van overheden in gesprek moeten gaan met de boer. Zodat enige inlevingsvermogen gecreëerd wordt voor de boer, face-to-face.

Communicatie is de sleutel tot ons probleem in maatschappij. Indien politici een akkoord kunnen krijgen met de gewone boer, zal de rest van de bevolking volgen. Meer begrip voor de boer is daarom onze hoofdgedachte.

Zelfvoorzienend

In principe wordt in Nederland genoeg voedsel geproduceerd om heel het land te voorzien van voedsel. Toch wordt er veel voedsel geëxporteerd en importeren we hetzelfde voedsel weer uit andere landen. Het is van belang dat we de productie van dit voedsel, zoals vlees en kaas, in eigen land houden. Dit vanwege de hoge kwaliteit, de ecologische voetafdruk en zodat we niet volledig afhankelijk zijn van andere landen.

Om te zorgen dat boeren kunnen blijven produceren op hetzelfde niveau is ook bewustwording van de consument nodig. Tegenwoordig wordt er vooral gekeken naar de prijs en kwaliteitverhouding. Echter is het ook belangrijk dat er wordt gekeken naar de ecologische voetafdruk die het product veroorzaakt. In dit opzicht is lokaal produceren veel voordeliger. Geëxporteerde producten hebben een grotere ecologische voetafdruk en dit komt vooral door het transport van de goederen.

De oplossing

Als bezorgde studenten willen wij u niet alleen maar aanwijzen wat verkeerd gaat in het huidige beleid. Juist wij, de toekomst van Nederland, willen meedenken aan een oplossing. Een oplossing waar iedereen bij gebaat is, die ten goede komt van de Nederlandse economie. In de afgelopen periode zijn wij als studenten tot de conclusie gekomen dat de belangen van consumenten, boeren en natuurorganisaties te ver uit elkaar liggen.

Echter zijn er ook veel overeenkomsten. Door een oplossing te zoeken in de overeenkomsten tussen de verschillende partijen houd je het toegankelijk voor iedereen. Neem bijvoorbeeld een compromis tussen de consument en de boer om meer te betalen voor een kwaliteitsvol product. Samengepakt met een compromis tussen de boeren en natuurorganisaties om de Nederlandse biodiversiteit te herstellen en verbeteren. Om dit te realiseren is geven en nemen essentieel.

Hieruit blijkt dat effectieve communicatie de meest essentiële factor is voor het realiseren van een duurzame en verantwoorde toekomst. Door helder, empathisch en doelgericht te communiceren, kunnen betrokken partijen samenwerken, bewustwording vergroten en concrete stappen zetten richting een duurzame samenleving.

We hopen dat u deze brief serieus neemt en kunt gebruiken in uw complexe en invloedrijke werkzaamheden bij de Rabobank.

Met vriendelijke groet,

Jurre, Maud, Ties, Emilio, Dennis, Laurens en Nathan

Geachte heer Datema,

Met deze brief willen wij graag onze gezamenlijke ambitie benadrukken om de voedselvoorziening in Nederland te versterken en de leefbaarheid van het platteland te verbeteren. Hoewel er uitdagingen zijn door wetgeving, polarisatie en onwetendheid, geloven wij sterk dat er ook kansen liggen om samen duurzame oplossingen te realiseren.

Nederland heeft een rijke landbouwtraditie en een krachtig platteland dat een cruciale rol speelt in de voedselvoorziening en onze economie. Om deze sterke basis te behouden en verder te ontwikkelen, is het van belang om obstakels zoals complexe regelgeving en verdeeldheid tussen partijen om te zetten in kansen voor innovatie en samenwerking.

Wij zien Rabobank als een belangrijke partner in dit proces. Met uw diepgaande kennis van de sector en uw inzet voor duurzaamheid kunt u een sleutelrol spelen in het verbinden van betrokkenen. Door een open dialoog te faciliteren tussen boeren, beleidsmakers en andere stakeholders, kunnen we samen werken aan oplossingen die recht doen aan zowel de economische als ecologische uitdagingen.

Een mogelijk startpunt zou kunnen zijn om vanaf de basisschool neutrale educatie te geven aan leerlingen over hoe de agrarische sector en voedselvoorziening te werk gaat. Er wordt namelijk wel verteld wat er 2000 jaar voor de geboorte van Jezus Christus gebeurt, terwijl er niets verteld wordt over hoe de eerste levensbehoeften van de mens worden geproduceerd.

Bovendien is het van essentieel belang om de wetgeving zodanig te veranderen dat boeren een kans gegeven wordt om te innoveren op de manier zoals de maatschappij dat goedkeurt. Om u een voorbeeld te geven, onze groepsgenoot Bart heeft namelijk het volgende ervaren: “Ik ben thuis opgegroeid op een kalverhouderij met 800 vleeskalveren. Door het huidige beleid in de provincie Noord-Brabant moeten wij in 2026 85% van de ammoniakemissie reduceren. Dit is niet mogelijk omdat de Rabobank niet wil investeren in de kalverhouderij. Om het bedrijf toekomstperspectief te geven, ben ik bereid om te schakelen naar het houden van varkens volgens het Zonvarken-concept. Hiervoor wil ik 400 kalveren inleveren voor 25 zeugen. Zelfs dit is niet mogelijk met de huidige regelgeving, omdat er met een stal van 25 zeugen (met uitloop) geen 85% ammoniak gereduceerd kan worden. Op dit moment zou ik niet meer weten wat ik zou kunnen doen om boer te blijven.’

Wij nodigen u graag uit om hierover verder in gesprek te gaan en samen te verkennen hoe we deze visie kunnen omzetten in actie. Uw betrokkenheid en leiderschap kunnen het verschil maken in het vormgeven van een toekomstbestendige voedselvoorziening en een vitaal platteland.

Met vriendelijke groet,

Rick Bart Thirza

Sem

Micha Mads

Nathan Ernst

Geachte meneer Datema,

Het zal u niet ontgaan zijn dat de toekomst van de agrarische sector onder druk staat. De onduidelijke en vaak snel wisselende wet- en regelgeving moet duidelijker worden. Ook moeten besluiten sneller genomen worden. Hoe wij de toekomst voor ons zien, is dat kleinere familiebedrijven meer kansen moeten krijgen. Deze kleinere bedrijven passen vaak weidegang toe, wat voor de toekomst van de veehouderij met het oogpunt op dierenwelzijn een positief iets is. Wij zien zelf ook graag kleinere familiebedrijven terug in Nederland, waarbij de koeien buiten kunnen lopen. Op dit moment, met de huidige wetgeving lijkt het erop dat alleen grote intensieve bedrijven het zullen overleven. Met het oog op milieu worden nu massaal luchtwassers ingezet, hier zien wij ook geen toekomstperspectief in. Luchtwassers zijn vaak brandgevaarlijk en tevens met het oog op dierenwelzijn, zien wij niet graag dat dieren permanent binnen staan. Dat er nu grote veranderingen doorgevoerd moeten worden om het klimaat te redden, weet iedereen. Nu is de tijd om eenmalig de juiste regelgeving door te voeren.

Meer ruimte voor innovatie met betrekking tot stikstof- en ammoniakbeleid moet hoog in het vaandel komen te staan. Mest- en urinescheidende vloeren zijn op dit moment al enige tijd in proefopstelling. Waarom worden dit soort innovatieve methoden niet veel sneller getest en goedgekeurd? Hierdoor moeten veehouders die wel graag willen veranderen, telkens tegengehouden. Wij willen dat veehouders sneller de kans en de ruimte krijgen om innovaties toe te passen op dit gebied. Ook vinden wij dat meer subsidies vrijgegeven moeten worden voor veehouders die innovaties willen toepassen, met name de kleine familiebedrijven. Voor dergelijke bedrijven zijn zulke investeringen vaak te duur, terwijl zij wel graag willen innoveren en in onze ogen ook passen bij de veehouderij van de toekomst. Grootschalige intensieve bedrijven moeten niet meer eindeloos profiteren van subsidies om maar te blijven innoveren.

Op dit moment is het zo dat je maximaal 170kg stikstof uit dierlijke mest mag uitrijden. Bij een stikstoftekort, mag men echter wel kunstmest aankopen om dit te compenseren. Wij zouden liever zien dat de stikstof uit dierlijke mest beter benut kan worden. Hier kunnen de mestscheiders zoals hierboven beschreven goed bij van pas komen. De gescheiden mest kan zo direct op het land gebruikt worden. Op deze manier worden kringlopen meer gesloten en kunnen bedrijven verduurzamen. Dit is ook een belangrijke pijler voor natuurinclusieve landbouw. Ook de biodiversiteit moet verbeterd worden. Door kringlopen te sluiten kun je de biodiversiteit een boost geven.

Ook vinden wij, dat het beleid in Europa gelijk moet zijn. Het kan niet zo zijn dat wij in Nederland innoveren op het gebied van dierenwelzijn en klimaat tegenover een eerlijke prijs en dat vervolgens in landen als Roemenië en Polen bedrijven met ruim 80% subsidie of tegen minimale wet- en regelgeving gewoon hun gang kunnen gaan. Al deze goedkope producten worden vervolgens gewoon naar Nederland geïmporteerd. Bizar dat in Nederland legbatterijen voor leghennen verboden zijn,

maar dat via Oekraïne eieren uit legbatterijen gewoon geïmporteerd worden. Dit moet in onze ogen anders en de integriteit van de Nederlandse veehouderij moet met het beleid meer gewaarborgd worden.

Ook vinden wij dat ketens korter moeten. Alle tussenschakels binnen de huidige sectoren maken producten ook duurder, waardoor duurzaam geproduceerde producten nauwelijks uit het schap gehaald worden. De consument kiest uiteindelijk toch voor het goedkoopste product. Kortere ketens met minder tussenschakels kan duurzaam geproduceerde producten goedkoper maken en een voordeel bieden. Wij vinden dat duurzaam geproduceerde producten voor iedereen toegankelijk moeten worden. Door dus bedrijven die willen innoveren subsidies te bieden en kortere ketens door te voeren, wordt dit mogelijk gemaakt.

Dat de sector gaat veranderen is zeker. Hoe de sector wordt veranderd is aan de bestuursleden van nu. Wij hopen met deze brief uw aandacht te hebben gevestigd op de urgente zaken binnen de agrarische sector en vragen u om uw invloed uit te oefenen om een toekomstbestendige sector te creëren. Samen kunnen we zorgen voor een duurzame, innovatieve en eerlijke veehouderij waarin zowel het milieu, de dieren als de kleinere familiebedrijven een betere kans krijgen. Wij zien uw reactie graag tegemoet.

Met vriendelijke groet, Chobe

Twan

Lisanne

Ivan

Roy

Iris

Bart

Chris

Beste meneer Datema,

Samen met de studies veehouderij, milleukunde en management van de leefomgeving sturen wij deze brief over de toekomst van de landbouw en de problemen die daarbij komen. Samen hebben wij een dialoog gehouden en hebben we een aantal oplossingen bedacht om een goede toekomst te bouwen waar iedereen beter van wordt.

In het bestand van 2025 zijn er te veel regels voor de boeren waar zij zich aan moeten houden. Ook zijn er veel regels die dubbelop zijn. Sommige regelingen moeten samen, zoals het testen van melk in de melktap. Dit wordt momenteel getest door zowel de overheid als de melkleveranciers. Terwijl dit dubbele kosten zijn voor de boer. Zodat de lasten en kosten van de boeren lager worden. Boeren moeten geld krijgen voor hun producten zodat er meer geld is om zelf te kunnen investeren in innovaties. Zodat de overheid niet constant met geld hoeft te subsidiëren. Subsidies van de overheid geven geld aan de boeren GLB (gemeenschappelijk landbouw beleid). En landelijke subsidies. Deze subsidies (subsidies) liever gegeven worden per maand.

Naast hulp voor de boeren willen we dat er meer wordt geinvesteerd in de waterkwaliteit, bodem. Bodem en de waterkwaliteit zijn erg belangrijk voor de toekomst van Nederland dus dit moeten we ook behouden. Om dit te verbeteren moet je denken bijvoorbeeld aan grond laten rusten en circulaire landbouw. Ook moet er geinvesteerd worden in plaats van wateropslagen voor als het grondwaterpeil te laag is door droogtes.

Wij hopen dat u de toekomst van Nederland helpt te verbeteren en dat deze brief daarbij kan helpen.

Met vriendelijke groet Management van de leefomgeving, Milleukunde en Veehouderij Reinier, Maarten, Sil, Sam, Meike, Jop.

Geachte meneer Datema,

Wij als HAS studenten maken ons zorgen over de toekomst van de veehouderijbedrijven en de omgeving daarvan. We hopen dat u door deze brief beter begrijpt hoe wij onze toekomst zien en waar wij graag verandering in zouden zien.

Een van de grootste uitdagingen die wij momenteel ervaren, is de toegenomen hoeveelheid beleidsregelgeving die voor veel boeren moeilijk te behalen is. De regelgeving is vaak complex en de gestelde eisen zijn niet altijd realistisch, wat de praktische uitvoerbaarheid in de dagelijkse bedrijfsvoering moeilijker maakt. Dit geldt bijvoorbeeld voor de verduurzamingseisen en de strikte milieu- en dierenwelzijnsregels die door de overheid worden opgelegd. Hoewel wij het belang van duurzaamheid en dierenwelzijn volledig ondersteunen, blijkt de implementatie ervan in de praktijk vaak een enorme uitdaging, vooral voor kleinere boerenbedrijven die niet over de benodigde middelen beschikken om de kosten te dragen die hiermee gepaard gaan.

De constante veranderingen in wet- en regelgeving brengen bovendien onzekerheid met zich mee. Boeren hebben moeite om hun bedrijfsvoering af te stemmen op de telkens gewijzigde eisen. Dit belemmert hun mogelijkheid om te investeren in de toekomst, wat de continuïteit van hun bedrijven bedreigt. Het zou wenselijk zijn dat er meer stabiliteit komt in de regelgeving, zodat boeren de tijd en ruimte krijgen om zich aan te passen en duurzame investeringen te doen die niet alleen de sector ten goede komen, maar ook bijdragen aan een gezonde landbouwpraktijk op lange termijn.

Daarnaast willen wij het belang van eerlijke prijzen in de voedselketen benadrukken. De positie van de boer in de keten is veelal zwak, wat resulteert in lage prijzen voor de producten die zij produceren, terwijl de kosten voor productie en duurzaamheid steeds hoger worden. Boeren ontvangen vaak slechts een klein deel van de uiteindelijke consumentenprijs, terwijl zij steeds meer moeten investeren in bijvoorbeeld diervriendelijke en milieuvriendelijke productiemethoden. De tussenhandel en de grote retailbedrijven bepalen vaak de uiteindelijke prijs, en hierdoor blijft er te weinig over voor de boer om een fatsoenlijk inkomen te genereren.

Eerlijke prijzen voor boeren zijn essentieel voor de voortzetting van hun bedrijfsvoering. Het is van belang dat er een herstructurering plaatsvindt in de manier waarop de waarde die door boeren wordt gecreëerd, wordt verdeeld. Een eerlijke beloning voor hun harde werk en investeringen is noodzakelijk om de sector gezond en toekomstbestendig te maken. Dit zou niet alleen boeren ten goede komen, maar ook bijdragen aan een rechtvaardiger voedselsysteem dat consumenten de zekerheid biedt van goede kwaliteit en duurzame producten. Op het boerenerf is duidelijkheid over de lange termijn essentieel voor een goede toekomst. Regels en verwachtingen veranderen snel, en dat maakt het moeilijk om weloverwogen keuzes te maken.

We hebben zekerheid nodig over welke richting we opgaan, zodat we met vertrouwen kunnen investeren in de toekomst.

Wij hopen dat u deze punten meeneemt in de gesprekken en besluitvorming. De toekomst van de landbouw en de voedselketen vraagt om een gezamenlijke inzet, en we geloven dat door positieve veranderingen te benadrukken en door duidelijke regelgeving te creëren, we veel kunnen bereiken.

Met vriendelijke groet, Amy, Julia, Sven, Lars, Axel, Joep, Robbin en Imme

Wij maken ons zorgen over de toekomst van de agrarische sector, en wij denken dat wij niet de enige zijn. De onzekerheid rondom regelgeving, financiering en bedrijfsvoering maakt het voor veel boeren moeilijk om vooruit te kijken. Als studenten willen wij ons inzetten voor een duurzame toekomst, maar zonder duidelijke garanties vanuit de overheid en financiële instellingen zoals de Rabobank, wordt dat steeds lastiger. Boeren hebben behoefte aan concrete zekerheid: heldere, langdurige regelgeving en financiële ondersteuning die ons helpt om mee te bewegen met de veranderingen. Zonder dat fundament is het moeilijk om plannen te maken, laat staan om jonge boeren enthousiast te krijgen om het stokje over te nemen.

Biodiversiteit speelt een cruciale rol in de agrarische sector, maar brengt zowel economische uitdagingen als kansen met zich mee voor boeren. De kosten voor duurzaam beheer, zoals investeringen in biodiversiteit bevorderde maatregelen en het tegengaan van bio-accumulatie van schadelijke stoffen, kunnen de bedrijfsvoering onder druk zetten. Tegelijkertijd biedt biodiversiteit zekerheid voor de toekomst, bijvoorbeeld door een gezondere bodem en weerbaardere gewassen. Bedrijfsopvolging wordt hierdoor ook beïnvloed, aangezien toekomstige generaties baat hebben bij een duurzame bedrijfsvoering. Boeren moeten daarom niet alleen kijken naar economische haalbaarheid, maar ook naar aspecten zoals stalbeheer en ecologische balans om hun bedrijf toekomstbestendig te maken.

Gewasverlies nadat ziektes, plagen en schimmels de gewassen aantasten levert minder winst. Om dit te voorkomen, en om de gehele biodiversiteit te vergroten, moeten boeren voorgelicht worden over natuurlijke pesticiden en het gebruik maken van polycultuur. Veel boeren staan namelijk open voor veranderingen, maar hebben niet altijd de kennis. Polycultuur is het verbouwen van meerdere gewassen tegelijkertijd om een gedeelde immuniteit te vormen tegen ziektes en schimmels.

Daarnaast is er ook baat bij als de kale akkerranden inheemse bloemen, kruiden en, als er ruimte voor is, (fruit)bomen krijgen. Dit bevordert de aanwezigheid van bestuivers, wat dus weer de gewasopbrengst verhoogt. Naast polyculturen en het herintroduceren van inheemse planten, is er ook het gebruik maken van bepaalde diersoorten om plagen tegen te gaan. Insecten zoals, lieveheersbeestjes en hoornaars jagen namelijk op andere insecten die een plaag kunnen vormen.

Daarnaast is dierenwelzijn een essentieel en steeds belangrijker wordend thema binnen de agrarische sector, maar het brengt aanzienlijke economische kosten met zich mee. Investeringen in diervriendelijke stalinrichtingen, zoals comfortabele ligplekken, goede ventilatiesystemen en stress verlagende omgevingsfactoren, vereisen flinke financiële middelen. Daarnaast zijn er kosten verbonden aan verbeterde voeding, diergeneeskundige zorg en preventieve gezondheidsmaatregelen, die nodig zijn om het welzijn van de dieren op peil te houden. Hoewel

deze investeringen op de lange termijn kunnen bijdragen aan een hogere productiviteit en betere diergezondheid, vormen ze op korte termijn een financiële uitdaging.

Boeren hebben behoefte aan zekerheid, bijvoorbeeld op het gebied van bedrijfsopvolging en regelgeving, zodat zij met vertrouwen kunnen investeren in verbeteringen zonder hun voortbestaan te riskeren. In de dagelijkse praktijk in de stal moeten zij aandacht besteden aan diverse aspecten, zoals stalklimaat, voermanagement en hygiëne. Daarnaast is het belangrijk om ongewenste ophoping van stoffen in voer en water te voorkomen, omdat dit de gezondheid van de dieren kan beïnvloeden en extra kosten met zich meebrengt. Een goed evenwicht tussen dierenwelzijn en economische haalbaarheid is daarom essentieel voor een duurzame bedrijfsvoering.

Het advies dat we jullie graag mee willen geven is het verduidelijken van het financiële beleid, regelgeving voor boeren, en bijdragen aan uitwisseling van kennis over duurzaam en natuur inclusief boeren. Wij zijn benieuwd hoe u hiertegen aankijkt en wat u ziet als mogelijke oplossingen. Laten we ervoor zorgen dat boeren niet vastlopen in onzekerheid, maar juist de ruimte krijgen om te ondernemen.

Met vriendelijke groet,

Elle

Meike

Savannah

Anouk

Twan

Ramses

Geachte heer Datema,

Wij zijn een groep studenten van de opleidingen Veehouderij, Milieukunde en Management van de Leefomgeving op de HAS Green Academy in ’s-Hertogenbosch. In de afgelopen weken hebben wij ons verdiept in de uitdagingen rondom voedselproductie in Nederland. Tijdens dit traject hebben wij vooral samen gediscussieerd over de toekomst van duurzame landbouw en voedselvoorziening. Dit heeft geleid tot een gedeelde bezorgdheid over de richting waarin de Nederlandse voedselproductie zich momenteel ontwikkelt, waaruit drie actiepunten zijn ontstaan. Deze betreffen het oneerlijke speelveld tussen de manier van het binnenlandse- en buitenlandse boeren, het gebrek aan het gebruik van de korte keten en tot slot de financiële onduidelijkheid voor natuurinclusieve landbouw.

Terwijl Nederlandse boeren namelijk moeten voldoen aan strenge eisen op het gebied van duurzaamheid en dierenwelzijn, concurreren ze met goedkope, geïmporteerde producten die vaak geproduceerd worden onder veel minder strikte voorwaarden. Dit beïnvloed niet alleen de prijzen, maar stimuleert ook de import van voedsel dat vaak onnodig transport met zich meebrengt. Jaarlijks wordt er ongeveer 35 miljoen ton aan voedsel geïmporteerd, wat leidt tot een uitstoot van 17 megaton CO₂. Door slechts 20% van deze import te vervangen door lokaal geproduceerde alternatieven, kan er al 3,4 megaton CO₂ per jaar worden bespaard.

Wij zien ook een belangrijke kans in het bevorderen van korte voedselketens. Door de afstand tussen boer en consument te verkleinen, kunnen boeren eerlijker worden betaald, wordt de afhankelijkheid van internationale markten verminderd en kan de CO₂-uitstoot door transport worden teruggedrongen. Dit vraagt om meer aandacht en ondersteuning voor initiatieven die zich richten op de korte keten, waarvan niet alleen boeren maar ook de natuur en de consument profijt van hebben.

Een andere stap naar een duurzamer voedselsysteem is de overgang naar natuurinclusieve landbouw. Deze manier van werken draagt bij aan het herstel van biodiversiteit, zorgt voor een gezondere bodem en leidt tot kwalitatief beter voedsel. Toch blijven veel boeren achter, omdat deze overstap voor hogere kosten en lagere opbrengsten zorgt. Wij geloven dat boeren duidelijkheid moeten krijgen over de criteria waaraan zij moeten voldoen om natuurinclusief te zijn. Met passende subsidies en vergoedingen kan de financiële drempel worden weggenomen, en door samenwerking tussen banken, overheden en agrarische belangenorganisaties kunnen boeren beter worden ondersteund in deze belangrijke overgang.

Als CEO Food & Agri van Rabobank speelt u een uiterst belangrijke rol in het vormgeven van een toekomstbestendige voedselketen. U heeft de mogelijkheid om duurzame initiatieven te ondersteunen, samenwerkingen te faciliteren en financiële instrumenten te ontwikkelen die boeren helpen bij de overstap naar een eerlijker en duurzamer systeem. Wij geloven dat de Rabobank het verschil kan maken door verantwoordelijkheid te nemen in deze noodzakelijke overgang.

Wij hopen dat u onze zorgen deelt en de kans ziet om bij te dragen aan een duurzamer en eerlijker voedselsysteem voor de toekomst.

Met vriendelijke groet, Jan Derk, Fleur, Jens, Fenna en Lars

Geachte heer Datema,

Als studenten aan de HAS Green Academy in ’s-Hertogenbosch schrijven wij deze brief om onze zorgen te uiten voor onze toekomst en die van de aankomende generaties. Wij volgen verschillende opleidingen namelijk Management van de Leefomgeving, Veehouderij en Milieukunde. Door onze krachten te bundelen is er een brede kennis, door de verschillende interesses en achtergronden. Wij hebben allemaal een rol in het Nederland van morgen.

Door de groeiende problematiek in de Nederlandse agrarische sector, mist deze een duidelijk perspectief waar iedereen een toekomst in heeft. Er zijn talloze problemen waar wij ons druk over maken, waaronder export-voedselzekerheid, milieu-impact en dierenwelzijn. De agrarische sector heeft invloed op de huidige milieuproblemen in Nederland. De uitstoot van broeikasgassen, zoals methaan en koolstofdioxide, draagt bij aan klimaatverandering. Intensieve landbouwmethoden leiden tot bodemuitputting, watervervuiling en verlies van biodiversiteit. Dit heeft niet alleen gevolgen voor onze planeet, maar ook voor toekomstige generaties die afhankelijk zullen zijn van gezonde bodems en een stabiel klimaat.

Niet te vergeten zijn natuurlijk de agrarische ondernemers. We zien in dat ze medeplichtig zijn aan de problematiek maar de boeren blijven enorm belangrijk voor ons land. Ze voelen zich vaak onder druk gezet door regelgeving, markteisen en publieke opinie. Daarom willen wij benadrukken dat verandering niet alleen de verantwoordelijkheid van boeren is. De overheid, consumenten en bedrijven moeten samenwerken om de transitie naar een duurzamer en rechtvaardiger landbouwsysteem mogelijk te maken. Dit betekent bijvoorbeeld het ondersteunen van boeren bij het verduurzamen van hun bedrijven, het aanpassen van ons consumptiepatroon en het kiezen voor producten die minder impact hebben op het milieu.

Doormiddel van innovaties en gerichte investeringen kan de agrarische sector een duurzamer en rechtvaardiger landbouwsysteem worden en daarmee hun impact verkleinen. De agrarische sector wil bijdragen aan duurzame keuzes alleen de oplossingen zijn enorm prijzig. Banken zijn terughoudend in het financieren van dergelijke projecten waardoor ondernemers zich in een spagaat bevinden. In de toekomst willen wij graag zien dat de Rabobank deze sector bijstaat en helpt bij de keuzes en investeringen. De investeringen die gedaan worden bieden op dit moment niet altijd de zekerheid die de sector graag wil zien. Graag willen we in de toekomst zorgen dat de boeren een zekerheid aangeboden krijgen om hun investeringen voor de lange termijn veilig te stellen.

Hopelijk hebben we u een inzicht gegeven in onze gedeelde zorgen. Graag zien we in de toekomst dat onze zorgen gehoord worden.

Met vriendelijke groet, Alinda, Fleur, Luc, Stan, Sofia, Tobias en Roosmarijn

140 studenten

1

Terugblik door docententeam

In deze lessenreeks zijn studenten van verschillende opleidingen met elkaar in gesprek gegaan over de toekomst van het landbouw- en voedselsysteem. Door verschillende perspectieven te verkennen en kritisch te bevragen, ontstonden waardevolle inzichten over de uitdagingen én kansen op het boerenerf en in het landelijk gebied.

De reeks begon met een kennismakingssessie waarin studenten niet alleen elkaar leerden kennen, maar ook stilstonden bij hun eigen motivatie en ambities. Waarom heb je voor jouw opleiding gekozen? Wat hoop je daarmee te bereiken? Deze vragen vormden het startpunt voor een bredere verkenning van hun dilemma’s, rollen en perspectieven.

Op een boerenerf in Maren-Kessel beleefden studenten een bijzondere theatervoorstelling, speciaal ontwikkeld op basis van interviews met medestudenten. De voorstelling bracht de persoonlijke verhalen, twijfels en dilemma’s van de studenten tot leven. Dit zorgde voor een herkenbare en soms confronterende spiegel: hoe kijken we naar de toekomst van de landbouw? Hoe verhouden beleid en praktijk zich tot elkaar? En welke impact heeft dit op de boeren, de omgeving en de studenten zelf?

Na de ervaring met het theater werd het tijd voor een goed gesprek. Studenten brachten hun eigen perspectieven in. Dit moment draaide niet om winnen of gelijk krijgen, maar om luisteren en begrijpen. Met alle opgedane inzichten gingen de studenten aan de slag. Hoe kunnen zij zelf bijdragen aan verandering? Wat zijn hun aanbevelingen voor beleid en praktijk? Hoe kunnen verschillende visies samenkomen in een duurzame toekomst voor het landelijk gebied én in een brief aan Alex Datema waarin zowel zorgen, rollen als acties een plek kregen.

De reeks werd afgesloten door een gesprek met Alex Datema, Marc Oudenhoven, Femke Dingemans en Wim Bens. Studenten lazen hun brieven voor. Deze middag bood de kans om hun ideeën direct te bespreken met hen die actief zijn bij de transitie van het landbouw- en voedselsysteem en de

Iets met boeren en de uitdagingen in het landelijk gebied

uitdagingen in het landelijk gebied. Het was een waardevolle afsluiting waarin studenten voelden dat hun stem er echt toe doet.

Met deze lessenreeks hebben we laten zien hoe belangrijk het is om in gesprek te blijven, juist als de meningen uiteenlopen. Door elkaar te begrijpen en van elkaar te leren, kunnen we samen bouwen aan een toekomstbestendig landbouw en voedselsysteem.

Deze lessenreeks had niet tot stand kunnen komen zonder de betrokkenheid en ondersteuning van verschillende partijen. Wij willen in het bijzonder de bestuurders bedanken die tijd hebben vrijgemaakt om in gesprek te gaan met onze studenten en hun ideeën en vragen serieus hebben genomen. Hun bereidheid om met een open blik te luisteren en te reflecteren heeft deze reeks extra waardevol gemaakt. Een speciale dank gaat uit naar de provincie Noord-Brabant, die dit traject mede mogelijk heeft gemaakt. Het ondersteunen van dit soort initiatieven draagt bij aan een toekomst waarin jonge professionals, boeren en beleidsmakers samen werken aan een duurzaam en leefbaar buitengebied.

Wij hopen dat de gesprekken die in deze lessenreeks zijn gevoerd een blijvende impact hebben en dat de verbinding tussen studenten, praktijk en beleid verder versterkt wordt.

Kees van Vuuren – docent Veehouderij

Froukje Kooter – docent Management van de Leefomgeving Joris van der Loo – docent Milieukunde

Deze lessenreeks is ondersteund door Provincie Noord-Brabant.

Iets met boeren en de uitdagingen in het landelijk gebied

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.