24 minute read
Colofon
from 2021 2 Haak
HAAK is een uitgave van de Hengelsportvereniging Groot Rotterdam Pearl Buckplaats 29, 3069 BZ Rotterdam (bezoekadres, alleen op afspraak) Postbus 19143 3001 BC Rotterdam KvK Rotterdam 40341017 Tel. 06-12748454 Website: www.groot-rotterdam.nl E-mail: info@groot-rotterdam.nl Redactie HAAK: Postbus 19143 3001 BC Rotterdam
Redactie: Ryan van der Eijk, Kees Dorst E-mail: redactie@groot-rotterdam.nl
Aan dit nummer werkten verder mee: Fred Waakop-Reijers, John van Gameren, Wim Kruining, Leo Krijgsman, Arjan Oosthoek, Frans van der Storm, Sander Dreijer, Gijs Nederlof, Willem Zorg, Barry Keijzer, Benjamin van Pelt, Jan Leeuwangh en Martijn Dekkers
Advertenties: Publishing House & Facilities BV Postbus 119, 7000 AC Doetinchem Tel.: 0314-340150 Fax: 0314-346675 www.hengelsporthuis.com
Inlichtingen: Tel. 06-12748454
Haak wordt geleverd aan leden van HSV Groot Rotterdam. Lidmaatschap HSV Groot Rotterdam Lid worden van HSV Groot Rotterdam kunt u bij een van onze verkooppunten, via onze website www.groot-rotterdam.nl of door telefonisch contact met ons op te nemen. Al onze verkooppunten staan vermeld op onze website.
Druk en distributie: Publishing House & Facilities BV Postbus 119, 7000 AC Doetinchem
Niets uit deze uitgave mag worden overgenomen zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. Opname in een leesportefeuille is niet toegestaan. De redactie werkt onafhankelijk van welke organisatie dan ook. De redactie en de uitgever zijn tevens niet verantwoordelijk voor de inhoud van geplaatste advertenties. Ongevraagd aan ons toegezonden redactionele tekst en/of foto’s worden niet geretourneerd. Plaatsing van die informatie is voorbehouden aan de redactie.
De digitale vliegvisafdeling
De corona blijft het (verenigings)leven in zijn greep houden. Veel leden van de vliegvisafdeling missen de tweewekelijkse afdelingsavonden. Daar waar op de avonden de vangsten werden uitgewisseld wordt dit nu via de afdelings Whatsapp groep gedaan. Steeds meer vangsten en vragen worden via het medium gedeeld en verschillende stekkeninformatie en goed vangende vliegen zijn er terug te vinden. Zonder garantie overigens, want diegene die het de volgende dag op die goed vangende stek en met die goed vangende vlieg van de dag ervoor probeert, kan wel eens gedesillusio neerd naar huis gaan. Ook in deze tijd blijft het vissen!
Om de tweewekelijkse afdelingsavonden toch een soort ‘doorgang’ te laten vinden wordt er nu tweewekelijks een virtuele bindavond gehouden. Via Zoom kunnen de geïnteresseerden inloggen en meekijken of meebinden met een van de coördinatoren. Op aanvraag kunnen bepaalde vliegen en/of technieken worden voorgedaan. En toch kan iedereen niet wachten om weer op een woensdag avond in de Sociëteit een echte afdelingsavond bij te wonen. Wil je een keer meekijken welke vlieg er gebonden wordt en hoe? En dat alles vanuit je eigen luie stoel? Stuur dan even een mailtje naar: vliegvissen@groot-rotterdam.nl
Edwin met een mooie Winde.
Gesloten tijd
In de gesloten tijd geldt voor kunst vliegen een maximum maat van 2,5 cm. Dat zit met deze vliegen wel snor!
Welke kleur bovenantenne?
Een van de belangrijkste aspecten van de visserij is kunnen zien of je beet hebt. In veel gevallen is de dobber daarvoor het aangewezen onderdeel van de uitrusting. Een belangrijk element bij de dobbervisserij is de juiste keuze van de bovenantenne. Wordt het turen naar iets wat haast niet te zien is of kun je door de juiste kleur te kiezen veel gemakkelijker zien of je beet hebt? Er zit wel verschil in namelijk…
Er is behoorlijk wat keus als het gaat om de kleur van je bovenantenne. Zijn die verschillende kleuren er nu omdat ze zo leuk zijn of hebben ze nog een functie? In welke situatie gebruik je nu een zwarte, gele of rode bovenantenne? Kies je voor een verwisselbare antenne of ga je aan de slag met verschillende kleuren nagellak? Kortom, keuze en variatie genoeg.
Rood, geel en zwart
zijn: rood, geel en zwart. De rode antenne wordt het meest gebruikt en dat is natuurlijk niet voor niets. Rood is bijna altijd goed zichtbaar, behalve bij fel tegenlicht en bij donkere weersomstandigheden. Als er sprake is van zo’n lastige schittering op het water, dan pak ik bijna altijd een dobber met een matzwarte bovenantenne. Belangrijk is dat je kiest voor matzwart. Mat valt perfect op bij tegenlicht. Neem je een glimmend zwarte antenne, dan schiet je er niet zoveel mee op. Zo’n glimmende antenne valt veel minder op bij tegenlicht. De gele bovenantenne gebruik ik als er sprake is van donkere weersomstandigheden; als de zon in mijn rug staat of als ik net onder de kant vis. Qua dobbers heb je de keus uit dobbers met een vaste en een verwisselbare antenne. Mijn voorkeur gaat uit naar dobbers met een verwisselbare antenne omdat het dan veel gemakkelijker is om even snel een andere bovenantenne te plaatsen. De weersomstandigheden in Nederland kunnen immers zo maar omslaan en een prachtige zonnige dag
VOOR DIT SOORT SITUATIES
KOMEN MIJN POTJES NAGELLAK UIT DE VISKIST
kan dan zomaar veranderen in een bewolkte dag. Een rode antenne is dan zo verwisseld voor een groene en weer terug.
Nu is vissen geen wiskunde en is het zelden zo simpel als omschreven. Wat doe je nu als je tegenlicht hebt en de slagschaduw van een boom precies op je stek valt? Tegenlicht en donker wisselen elkaar dan af op je stek. Eigenlijk heb je dan een combi nodig van twee antennes: zwart voor het tegenlicht en groen voor de donkere slagschaduw. Voor dit soort situaties komen mijn potjes nagellak uit de viskist. Ik heb altijd de kleuren rood en zwart bij mij. Een potje witte Tipp-Ex behoort trouwens ook standaard tot mijn visuitrusting. De basis is een groene bovenantenne, de top van deze groene antenne maak ik dan zwart met nagellak. Zorg er dan wel voor dat je antenne een anderhalve centimeter boven het water staat en je kunt in deze combi-situatie perfect je aanbeten zien. Zwart en groen zijn beide zichtbaar en dat is precies de bedoeling.
Aceton
Als je aan de slag gaat met nagellak is het wel goed om je te realiseren dat er aceton en weekmakers in dit product zitten. Als de nog natte nagellak in aanraking komt met je vislijn kunnen de weekmakers je nylonlijn aantasten. Zorg er dus voor dat je pas ‘geverfde’ antenne niet te snel in aanraking komt met je lijn.
Naast rood, geel en zwart zijn er nog diverse andere kleuren bovenantennes verkrijgbaar. Ook de kleuren oranje, wit en multicolor kom je regelmatig tegen. Het is een kwestie van proberen wat je het beste bevalt. Met een setje rood, zwart, geel en multicolor kun je eigenlijk in alle omstandigheden goed uit de voeten.
Een stevige steun en molens zijn geen overbodige luxe.
Barbeel: from dusk till dawn!
Qua sportvissen is de barbeel een regelrechte klasbak, mooi, sterk en uitstekend vangbaar in onze rivieren. Barbeelvissen is een aangename visserij. De visserij is niet overdreven moeilijk, de aanbeten geweldig en zijn kracht lijkt niet in verhouding tot zijn formaat.
Wie op zoek gaat naar barbeel onthoudt om te beginnen drie punten: rivieren, stroming en kiezels. Wie met deze trefwoorden op zoek gaat naar een stek zal barbeel tegenkomen. Op alle grote rivieren in Nederland zit barbeel. De barbeel heeft een serieuze voorkeur voor (grove) kiezels op de bodem en schuwt de stroming dus niet. Het gemakkelijkste vis je vanaf de kop van een krib, stroomafwaarts vissend op het randje van de stroming of in de nering. Ligt het rond de krib of in het kribvak bezaaid met kiezels dan weet je zeker dat je een potentiele barbelenstek hebt gevonden. Kribben in de buitenbocht van de rivier leveren meer barbeel op dan kribben die in de binnenbocht staan. De ochtend- en avondschemer zijn de beste tijden om een barbeel te vangen, overdag kan het ook goed, maar wat er in de tijd tussen de avond- en de ochtendschemer gebeurt weten maar weinig barbeelvissers: de nacht dus!
From dusk till dawn…
Onder het motto ‘Wie niet waagt, wie niet wint’ trekken we richting de IJssel. Het zal ergens in augustus geweest zijn, onze eerste nachtelijke barbeelsessie. Om een lang verhaal kort te maken: vanaf 10 uur in de ochtend tot 19 uur in de avond hadden we geen enkele aanbeet gekregen.
Eerst maar eens overdag wat proberen…
De val is gezet in donker, nu kunnen we enkel nog wachten op een aanbeet…
De zon gaat zakken en we schuiven de nacht in. Elektronische beetmelders voor de nachtvisserij.
Hopelijk kunnen we dus de nacht hierop een antwoord krijgen of ze wel aanwezig zijn. Zitten ze er gewoonweg niet of zitten ze er wel, maar vangen we ze niet? Wanneer de avond valt kiezen we er voor om op de middelste krib de nacht door te brengen. Echt veel vertrouwen hebben we eerlijk gezegd niet meer, de barbeel lijkt er vandaag niet te zitten. Wanneer er rond middernacht nog niets gebeurd is lijkt het echt verloren. Maar we wachten nog even. Maar dan ineens gaat de knop om en het spel is op de wagen. Een keiharde aanbeet gevolgd door een mooie dril levert de eerste nachtbarbeel op! Hij is niet heel groot, maar meer dan welkom! We twijfelen nog even of het een toevalstreff er betreft, maar al snel volgt barbeel nummer twee. Weliswaar weer een kleintje, maar dit duidt er wel op dat de barbelen in de nacht gewoon azen. Het lijkt me dan ook sterk dat ze overdag niet aanwezig waren op de stek! De gedachten gaat al snel uit naar barbelen die zich veilig wanen in de nacht en zonder schroom al het voedsel van de bodem opzuigen, een idee dat gaandeweg het najaar steeds sterker wordt. De kers op de taart volgt rond een uurtje of 3 in de nacht. Ik ben ondertussen aardig gebroken, maar toch zal ik me nog even moeten focussen op deze brute vis. De lijn loopt haast kaarsrecht naar beneden, de diepte in. Het valt niet mee om in het donker de vis uit de rotsen te houden, gelukkig ben ik niet van het fi jne materiaal en speel ik, zeker in de nacht, op safe. Na een prachtig gevecht schuift het net onder een dikke barbeel die net de tachtig centimeter niet aantikt, een bak. Wat een mooie visserij!
Spelregels
In het voorjaar is het niet lonend om in de nacht te gaan vissen op barbeel. Beter ga je overdag wanneer de zon hoog aan de hemel staat, dan maak je die periode een betere kans! Anders is het in de zomer, dan zijn ze 24/7 te vangen. Maar in het najaar gaat het pas echt los in de nacht. Wie al een tentje wilt opzetten en verwacht te gaan slapen zal af en toe toch bedrogen uitkomen, de aanbeten kunnen elkaar snel opvolgen! Wanneer je in het donker op barbeel gaat vissen ga je beter niet alleen op pad.
Wat een mooie visserij.
Overdag is het vaak al lastig op de kribben, laat staan wanneer het donker is. Zorg er dus voor dat je met tweeën bent zodat je elkaar kunt helpen. Zorg dat je met daglicht aankomt op je stek. Wie zijn krib kent heeft in het donker veel minder problemen. Er bestaat natuurlijk ook de mogelijkheid om vanuit het kribvak te vissen, maar dan staat er wel wat meer lijn uit dan wanneer je vanaf de krib vist. Vele kiezen voor deze optie, maar ik vis liever vanaf de krib. Dan heb je echt de meeste controle over de vis, zeker met een serieuze bak aan de lijn is dat heel fi jn! Bereid je goed voor. Zorg dat je reservemateriaal bij je hebt en dat deze gebruiksklaar is. Zo hoef je bij lijnbreuk enkel wat knoopjes te leggen en niet te klooien met het in orde maken van je rigs en montages, erg handig! Een goed hoofdlampje is een must, beter twee hoofdlampjes, zodat je een reserve bij je hebt.
Passief
In de nacht kies ik er zelf voor om passief te vissen. Ik heb vertrouwen in mijn stekken, dat heb ik op deze stek al geconstateerd, ik wacht dus tot de vissen zich melden. Is het niets dan heb ik pech, en blijf ik vaak gewoon zitten omdat verkassen in het donker namelijk niet zonder risico’s is! Vaker dan verwacht gebeurt het dan ook dat we pas na een paar uur de eerste beet krijgen, maar dan komen er vaak wel een paar achter elkaar… De stekken die ik uitkies voor de nacht zijn dan ook stekken waarvan ik zeker weet dat er barbeel gevangen wordt of waar ik ze zelf al gevangen heb. Vanaf de krib is twee hengels het maximale bij deze visserij, vis je met meer hengels dan kom je vroeg of laat in de problemen met je lijnen. Dat kan zijn door een gehaakte barbeel, maar net zo goed door een groot schip dat het kribvak leegzuigt en vervolgens het water weer terug stuwt. De statische visserij is bijna gelijk aan die van het vissen op karper. Om je in
Een vis die net de 80 cm niet aantikt…
In de nacht gaan we voor beetmelders en een vastloodsysteem. Stevige haken met line-aligners.
het donker niet suf te staren op de top kies ik er voor mijn hengels op beetmelders te leggen. De heavy feederhengels worden voorzien van stevige molens, in mijn geval Baitrunners die ik ook voor het vissen op karper gebruik; robuust en betrouwbaar, ideaal voor de nachtvisserij. De vastloodmontage is de ideale manier om ’s nachts in te zetten. Met zijn felle aanbeten hangt de barbeel direct, doordat hij zichzelf haakt op de weerstand van het lood, dat op een grote rivier wel 150 a 200 gram mag zijn. Vis je met een korf (The Monkey in dit geval – zie hierna) vis dan iets zwaarder, die dient namelijk te blijven liggen waar hij ligt. Maak niet de fout om in de nacht met een schuifmontage te vissen, dit levert te veel vastlopers op. Wil je schuivend vissen, blijf dan bij je hengels zitten! Het aas wordt op een hair bevestigd, puur voor een betere inhaking. Voor het vissen op barbeel gebruik je een onderlijn met een lengte van minimaal 130 cm. Zelf ga ik zelden korter dan anderhalve meter. Onderlijnen worden het best geknoopt van 32-35/00 fl uorocarbon. Dit kan tegen een stootje en in tegenstelling tot gevlochten onderlijnmateriaal schuurt het niet meteen kapot wanneer er een steen of rotsblok geraakt wordt. Een kwaliteitshaakje maat 8 volstaat, wel altijd met een stukje krimpkous of speciale line-aligner voor een goede inhaking. Zorg ervoor dat je haken scherp zijn, vooral bij het indraaien kunnen de puntjes nog wel eens tegen een steen komen en dan zijn ze direct bot en niet meer te gebruiken, opletten dus. Een Baitrunner (Shimano) of andere vrijloopmolen is geen overbodige luxe, zeker niet als je misschien nog een uiltje wilt knappen. Gebruik te allen tijden een goede en dikke 35/00 nylon hoofdlijn. Je kunt er ook voor kiezen een nylon voorslag aan je Dyneema hoofdlijn te bevestigen, maar hoe minder knopen, hoe minder kans op vuil aan de lijn en hoe minder zwakke punten in de lijn.
Hard of zacht aas? Rechts vooraan The Monkey.
Lunchworst, salami of knofl ook bevattende aasjes…
Boilies zijn het makkelijkste.
Ga in de nacht echt niet lichter vissen! Overdag kan dat wel, dan kun je de vis volgen, sturen en de blokken ontwijken, maar in het donker is dat allemaal wat lastiger.
Aas en voer
We kunnen het aas onderverdelen in twee groepen: zacht aas en hard aas. Onder het zachte aas verstaan we alle soorten kaas en worst. Beide zijn super aas voor de barbeel, helaas met een nadeel voor de nachtvisserij, want het moet geregeld ververst worden. Vis je actief de nacht door; het is geen probleem om met deze aassoorten te vissen. Wie toch even plat op de stretcher gaat en zeker wil zijn dat zijn aas niet door witvis of een halve aanbeet van de hair verdwijnt kan beter een harder aas inzetten. Denk dan aan een pellet. Deze blijven, afhankelijk van de watertempratuur, enkele uren aan de haak zitten. Helaas komt het wel eens voor dat ook deze pellets er toch wat sneller af zijn, dus dienen ze een paar keer gecontroleerd te worden. De allerbeste optie is dan ook een boilie, gegarandeerd dat deze de gehele nacht op de hair blijft zitten, geen probleem. Kies een niet te grote boilie, 14 mm is zeker groot genoeg. Ik ben groot fan van vismeelboilies voor barbeel, liefst met een vleugje knofl ook.
Combinatie
Barbeel is gek op de reuk en smaak van knofl ook, dat is geen geheim. Zoals eerder beschreven is hij ook gek op (lunch) worst, een logische stap dus om het eens met salami te proberen! Blijkt dat even een super aasje te zijn, niet alleen omdat het vele malen steviger is dan lunchworst en kaas, maar vooral omdat de barbelen er soms helemaal gek van zijn! Of wat te denken van een combinatie
Voerballen op de stek, die zich langzaam met de stroom verspreiden. Kaas met pellets erin; dubbel zo lekker…
Nacht-experiment geslaagd!
van een blokje kaas en een pellet? Pak een blokje oude kaas, maak er met een boortje ter dikte van je pellet een holte in en druk je pellet er stevig in. Nu heb je een blokje kaas met de geur van de pellet. Super stevig op de hair te zetten en net even wat anders dan anders, en het werkt ook weer prima. Voorvoeren op barbeel kan heel goed, een paar avonden op een rij een kilootje voer op een bepaalde stek doet wonderen. Maar houd er wel rekening mee dat anderen hier ook kunnen gaan zitten, dan heb je pech, ook al is het ‘all in the game’… Door de afstand die ik moet rijden voer ik niet voor. Ik verspreid een halve kilo grondvoer, verrijkt met mais, gebroken boilies en pellet en wat losse boilies over de stek en vis daar gewoon midden in. Het droge lokvoer mix ik met polentabloem, dit zorgt voor een betere binding. Op die manier vallen er stevige ballen op de bodem en deze zullen langzamer oplossen, exact wat we willen. Levert dat in de eerste anderhalf uur geen vis op, dan werp ik wat verder stroomafwaarts, want het kan zijn dat het voer wat weggespoeld is. Mocht je het geluk hebben een paar aanbeten te krijgen, voer dan wat bij, maar niet meer te veel. Je haakaas dient gevonden te worden en dat gebeurt niet altijd bij een teveel aan voer. De uit Engeland overgewaaide techniek ‘The Monkey’ is ook een erg eff ectieve manier om ’s nachts in te zetten. Druk je geweekte pellets zo hard in je voerkorf dat ze er uren in blijven zitten. Zo creëer je een lang geurspoor en af en toe komen er wat pellets vrij, die de barbeel aantrekken. Zo zullen ze je haakaas zeker vinden. Nachtvissen op barbeel is een erg leuke en effi ciënte manier van vissen, zeker op de stekken waar al regelmatig gevist wordt en waar dressuur is ontstaan. Je zult versteld staan van de mogelijkheden!
Kievit Kievit jong
Grutto Slobeend
Help de weidevogels een handje
Mijn eerste ervaring met vissen was toen ik nog op de lager school zat, met een Hema-hengeltje en dun nylondraadje zat ik aan de rand van een stadpark. Vangen deed ik niet veel, om me heen kijken en luisteren naar de vogels des te meer.
Nú woon ik al meerdere tientallen jaren in de Krimpenerwaard, heb nog steeds belangstelling voor wat er groeit en bloeit, loopt en vliegt, en ik zie om me heen de veranderingen. Ik merk overal in de polder dat er veel minder vogels zijn dan vroeger en als bestuurslid van de Natuur- en Vogelwerkgroep Krimpenerwaard (NVWK) zie ik ook wat er allemaal wordt gedaan om de weidevogels te beschermen. Samen met de boeren in het Agrarisch Collectief, met Zuid-Hollands Landschap, Staatsbosbeheer, de Natuur- en Milieufederatie en met de provincie werken we aan het behoud van ons karakteristieke landschap en aan de bescherming van de weidevogels. Want, natuur is niet vanzelfsprekend; als we die willen behouden, als we er op langere termijn van willen genieten en er de vruchten van willen plukken, dan moeten we haar beschermen. Het belangrijkste is dan ‘Met Rust Laten’, vooral in de periode dat de natuur op haar kwetsbaarst is. In de broedtijd is het letterlijk van levensbelang dat de jonge dieren en hun ouders rust hebben, hun kostje bij elkaar kunnen scharrelen, zich veilig weten en zó opgroeien dat ze uitvliegen: noodzakelijk om de soort in stand te houden. Dat geldt voor vogels, maar net zo goed voor vissen en alle andere dieren.
Niet voor niets heeft de wetgever daarom voor bepaalde soorten en periodes
Scholekster Grutto
Tureluur Het perceel waar het om gaat, links van N207
NATUUR IS NIET VANZELFSPREKEND
in het jaar verstoringsverboden ingesteld. Gelukkig vallen die voor sommige soorten vissen en voor weidevogels grotendeels samen. Voor roof- en vliegvissen van 1 maart tot en met de laatste zaterdag van mei, voor vogels vanaf half maart tot en met half juli. HSV Groot Rotterdam heeft visrechten in de Krimpenerwaard. Daaronder valt ook een deel van de Reekade, die ligt aan beide zijden van de N207, tussen Bergambacht en Stolwijk. Het gebied is voor weidevogels als grutto, kievit, scholekster en tureluur een van de belangrijkste broedgebieden in de Krimpenerwaard. Vrijwel alle boeren in het gebied doen mee aan de weidevogelbescherming, samen met onze vrijwilligers. De NVWK heeft samen met de andere organisaties aan het Hoogheemraadschap als eigenaar van het water verzocht om de kades tijdens het broedseizoen te sluiten voor alle gebruik. Dat zou moeten gelden voor hondenuitlaters, moutainbikers, wandelaars, watertoeristen en ook sportvissers. De NVWK is zich bewust van het visrecht van HSV Groot-Rotterdam en van haar leden, de sportvissers. Wij stellen daarom voor om in elk geval in de periode van 1 maart tot en met de laatste zaterdag van mei niet te vissen vanaf de kades. Voor roof- en vliegvissen is dat toch al een periode met beperkingen. Laten we ons realiseren dat we een gemeenschappelijk belang hebben: een gezonde natuur die ons blijft voorzien van diversiteit in soorten.
Weidevogels
Met zijn weilanden, sloten, plassen en begroeiing vormt de Krimpenerwaard een ideaal leefgebied voor weidevogels. Maar de weidevogelpopulatie staat onder druk. Weidehof Krimpenerwaard zet zich samen met de agrariërs in voor het behoud van onze bijzondere weidevogelpopulatie. De bekendste weidevogels vormen samen de zogeheten ‘Big Five’: de Grutto, Kievit, Tureluur, Scholekster en Slobeend. Deze prachtige vogels hebben, samen met andere soorten, van de Krimpenerwaard hun thuis gemaakt. De waard telt tevens vele agrarische bedrijven. Wij streven naar een gezonde balans: een waard waarin boeren de ruimte hebben om te ondernemen, terwijl de weidevogelpopulatie intact blijft.
Interview: Arjan Oosthoek H
oe ben je er toe gekomen om te gaan vissen?
Ik ben al sinds mijn vroege jeugd geïnteresseerd in alles wat er in het water gebeurt. Toen ik een jaar of 7 was mocht ik eindelijk naar de viscursus in Berkel. Dat gebeurde toen op woensdagmiddag, in de huiskamer bij één van de bestuursleden van de plaatselijke visvereniging. Stel je eens voor, 15 kinderen van circa 8 jaar in je huiskamer, tuigjes maken en leren over de vissen en het vissen. Geweldige herinneringen, we luisterden gewoon, we hingen aan hun lippen! Gingen jullie toen ook echt vissen?
Ja, dat was natuurlijk het allerleukste. Dat deden we ook op de woensdagmiddag. Dan gingen we naar het Huygensplantsoen in Berkel en Rodenrijs, toen nog een goed viswater. Het was ongeveer 1,50 meter diep en er was een leuk visje te vangen met je zelfgemaakte tuigje en een eenvoudige vaste hengel.
Bleef je daarna ook vissen?
Ja, na de cursus begon het pas echt. Want als je je diploma had behaald, mocht je het volgend jaar meevissen met jeugdwedstrijden op de vrijdagavond, in de B-groep van 8 tot 12 jaar en in de A-groep van 13 tot 18 jaar. Daar leerde ik de fijne kneepjes van het vissen en het lokaas. Dat werd ons bijgebracht door een paar serieuze wedstrijdvissers. We hebben toen ook meegedaan aan regionale en landelijke wedstrijden, en best succesvol!
Vis je alleen met de vaste hengel op witvis?
Toen bij de jeugdwedstrijden wel, later ook met de feederhengel. Ik heb ook
veel op karper gevist, je weet wel, in een bivvy. En ja, ook in het buitenland. Roofvis interesseert me ook buitengewoon. Denk aan het vissen op baars in stadswateren, of op roofblei. En vissen op grote snoek met dood aas, of vissen op meerval in Spanje.
Zou je zelf ook wel zo’n cursus willen organiseren?
Jazeker. Mijn vrouw Esther en ik hebben het er al vaak over gehad hoe leuk het vroeger was. Dat hebben we de laatste jaren niet meer. Wij hebben nu zelf een zoon van 7 jaar en een dochter van 5 jaar die ook met het visvirus zijn besmet. Het lijkt ons heel leuk om samen een cursus te organiseren. Heb je ideeën?
Jazeker! Organiseer in de meivakantie of de herfstvakantie eens een clinic snoeken of karpervissen, of een dag op een commercieel water (met graskarper, meerval of steur). Presenteer het op Facebook en je hebt zo een groep van 15 enthousiaste kinderen. We hebben het al een paar keer eerder gedaan toen we wilden gaan snoeken met de jeugd.
Visparels
Er zijn nog meer leuke ideetjes. Laatst las ik iets over de zogenaamde ‘Visparels’. Denk dan aan een gunstig gelegen afgesloten water met een redelijke diepte van 1,50 meter waarin je als vereniging vis kunt uitzetten. Een stuk of 15 steigers om fatsoenlijk te kunnen zitten; dat lijkt me geweldig. Daar kun je de jeugd mee vermaken! Een paar buurtvaders erbij, je zult ‘t zien, die pakken ook weer ’n hengeltje. Elk dorp en elke stad zijn eigen visparel, dat wordt ook gestimuleerd door Sportvisserij Nederland, die een draaiboek hiervoor heeft klaar liggen. (Intussen is de afdeling De Bleiberg in contact met de gemeente Lansingerland over dit onderwerp – red.).
Nog meer ideeën?
Enthousiast geworden? Daarom een oproep aan alle leden: heb je ideeën of tips, of wil je eens een middagje meehelpen: stuur een mailtje naar jeugdvissenlansingerland@groot-rotterdam.nl ! We zien uit naar jullie berichtjes!