IM april 2011

Page 1

v.u. Tom De Craene I Abrikoosstraat 50 I 9000 Gent I P706146

Oasis Oude wijn in nieuwe zakken? Ge誰ntrigeerd door huisgemeenten

Ertussenuit Dagboek

Unieke bijbels

ichtus magazine 3-maandelijks I apr - mei - jun 2011

www.ichtus.be


Inhoud Colofon Ichtus Magazine is een uitgave van Ichtus Vlaanderen vzw en heeft als doel om afgestudeerden, Ichtianen en geïnteresseerden op de hoogte te brengen van de werking in Ichtus.Ichtusmagazine verschijnt driemaandelijks.

4

Oasis

7

Ertussenuit

8

Een weekend

10

Oude wijn in nieuwe zakken?

13

Poppies

14

Unieke bijbels

Dagboek van het halftime weekend

Geïntrigeerd door huisgemeenten

Website: www.ichtus.be Redactie: Wouter Van Hoof, Rudina Coraj, Elke Couchez, Karel Strobbe, Jurie Florijn. Fotografie: Job Thomas, Nienke Thomas, Rudina Coraj. Layout: Gersom Brussaard. Contact: magazine@ichtus.be Giften steeds welkom op rekeningnummer 230 - 0088770 - 35 Ichtus Vlaanderen Ter Kale 14 9850 Nevele. Ichtus Vlaanderen is aangesloten bij IFES (International Fellowship of Evangelical Students) - www.ifes.org

2

Van de redactie: We blijven op zoek naar nieuwe ideeën. Daarom blijven alle suggesties meer dan welkom. Als je zelf wilt meedenken en -schrijven laat het ons dan ook weten. Meer input kan voor een rijker magazine zorgen en als redactie zijn we dus steeds op zoek naar mensen die ons team willen versterken. Stuur ons dus zeker een mailtje, wij geven je dan verdere informatie. magazine@ichtus.be


Contactadressen Ben je student of ken je een student? Ga je volgend jaar studeren? Hier vind je alle informatie die je nodig hebt.

Antwerpen

dinsdagavond www.ichtus.be/antwerpen

Brussel

info@ichtus.be

Brugge

Beste lezers,

dinsdagavond brugge@ichtus.be

Nog niet zolang geleden was ik in Zwitserland voor de jaarlijkse

Op dat moment kreeg een IFES medewerker het gevoel dat God haar riep om te gaan. Maar ze protesteerde. Dit was de eerste

Gent

bijeenkomst van alle Algemeen Secretarissen van IFES Europa. Dit is altijd een heerlijke tijd van weerzien, bijpraten, ideeën uit-

keer, want ze had altijd gezegd: “U bent mijn Heer, waar U ook

wisselen, onderricht en ontspanning. Aan ontspanning was er

zendt, ik zal gaan”. Maar deze keer niet. Ze wierp tegen: “Ik ben

geen gebrek, want het eten was verrukkelijk, het uitzicht over

een alleenstaande vrouw”. “Ik ben een alleenstaande vrouw van

Lago Maggiore adembenemend en daarenboven waren veel

Armeense afkomst en u stuurt mij naar dat volk?” “Het volk dat

mannen en vrouwen van Algemeen Secretarissen meegekomen,

een groot deel van mijn familie heeft uitgemoord, het volk waar-

waaronder ook mijn vrouw, dus we konden onze ervaringen di-

van mij geleerd is dat ik het moet haten, het volk dat alles aan

woensdagavond www.ichtus.be/kortrijk

rect delen, iets wat ervaringen altijd completer maakt.

mij haat?” “Neen God, nu gaat U te ver!”

Leuven

Al het bovenstaande is al geweldig, maar dit soort ontmoetingen

Zoon naar deze wereld, naar mensen die Hem haatten, naar een

is ook altijd goed omdat we bepaald worden bij wat God doet

volk dat Hem vermoordde. Inderdaad Ik ben te ver gegaan.”

in IFES wereldwijd en waarom deze bediening zo belangrijk is.

De vrouw werkt al enkele jaren in Turkije, samen met enkele

Daniël Bourdanné, de Algemeen Secretaris van IFES wereldwijd

anderen. Zij zien vrucht van hun werk en de oogst is groot (maar

Studentenwerkers:

deelde enkele pakkende verhalen en ook Martin Haizmann deed

de arbeiders weinig).

Tom De Craene - tom@ichtus.be

dit. Martin vertelde een verhaal dat ik al enkele jaren ken, maar

woensdagavond www.ichtus.be/gent

Hasselt

hasselt@ichtus.be

Kortrijk

woensdagavond www.ichtus.be/leuven

Sem Thomas - sem@ichtus.be Rudina Coraj - rudina@ichtus.be Wouter Van Hoof - wouter@ichtus.be

God antwoordde: “Ik ben inderdaad te ver gegaan. Ik zond mijn

dat me toch telkens weer raakt.

Hoever mag God met Ichtus gaan? Waar mag God Ichtus zenden, waar mag God Ichtianen zenden? Zijn we bereid naar plekken te

Enkele jaren geleden waren er beginnende openingen in Turkije

gaan of gebieden te verkennen waarvan we van nature zeggen:

om het Goede Nieuws bekend te maken, maar wie zou er gaan?

“Neen God, nu gaat U te ver?” Tom De Craene Algemeen Secretaris

3


OASIS door Hanna Gevaert

Oasis werd in 1985 in Engeland opg ericht door Steve Chalke. Bezeten als hij was door het evangelie, besloot hij zijn leven eraan te wijden. Zijn visie: zorgen voor een opvanghuis, een school en een ziekenh uis voor de allerarmsten in Londen. Het blee f niet bij Londen: in de loop der jaren gro eide de bediening van Oasis uit tot een org anisatie die werkt in een tiental landen, waa ronder India, Brazilië, België, Bangladesh, … Al deze groepen worden met elkaar verbond en door hetzelfde ethos: het evangelie van God als goed nieuws aan de armen brenge n, waarbij sociale inzet en betrokkenheid ene rzijds en evangelieverkondiging anderzijds onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn. Voor meer info: www.oasisglobal.org

4

Het Thai Welcome Project coördineren, dat zou mijn taak worden bij Oasis België. Ik had helemaal niets met Thailand, maar vond Oasis wel een boeiende organisatie. Wat ik wist, was dat Oasis iets deed rond mensenhandel, Thaise vrouwen, chocolade (www. tonychocolonely.nl) en het evangelie: in mijn ogen een mysterieuze en dynamische combinatie. Dus besloot ik te tekenen. De eerste weken waren kalm: gewoon goed opletten, maar geen verantwoordelijkheid. “Kan ik misschien iets lezen over Oasis?” vroeg ik aan mijn collega Niels. De tijd die ik kreeg bij deze mensenrechtenorganisatie, wilde ik ten volle benutten. Het eerste boek van de stapel was In his Image (Naar zijn beeld) van Andy Matheson, de directeur van Oasis Global. Dat sprak me zo aan dat ik mijn collega’s ervan heb overtuigd dat het echt vertaald moest worden. Zo zegt Matheson zegt dat we armen in de eerste plaats moeten tonen dat ze naar het beeld van God zijn geschapen voor we over zonde spreken: Staat Genesis 1 niet vóór Genesis 3? Mensen zijn naar het beeld van God gemaakt vóór de zonde de wereld binnenkomt. Eigenlijk is de zondeval in Genesis 3 zo verschrikkelijk omdat we in Genesis 1 zo prachtig naar Gods beeld zijn geschapen.1 Ik had nog niet veel gezien van het werk van Oasis, maar begon toch al te begrijpen waar het christelijke engagement voor armen en zwakken in onze maatschappij vandaan kwam. “Het feit dat God alle mensen naar zijn beeld heeft gemaakt, biedt ons een kader als we Jezus volgen en op zoek gaan naar de armen en gemarginaliseerden in onze maatschappij”, zegt diezelfde auteur.2

Uitgaande van de intrinsieke, door God gegeven waarde van elk mens, zoeken we de zwakkeren op en proberen hen er door onze vriendschap en toewijding van te overtuigen dat zij bijzonder geliefd zijn door God. Diezelfde visie ligt aan de basis van het Thai Welcome Project. Het project richt zich op Thaise vrouwen die in in België werkzaam zijn in erotische Thaise massagesalons. De redenen waarom Oasis dit specifieke project ontwikkelde zijn uiteenlopend. We wilden ons concreet inspannen voor zwakkeren in de Belgische maatschappij, met name slachtoffers van mensenhandel. We wilden niet voor de voeten lopen van andere ngo’s en organisaties die goed werk doen en we wilden ons ook niet wagen aan iets wat veel te grootschalig voor een kleine organisatie als de onze was. We hadden ontdekt dat er niemand is die zich specifiek met de problematiek van deze vrouwen bezighoudt, maar de politie had ons erop gewezen dat er wel meer dan honderd Thaise massagesalons in Vlaanderen zijn en dat veel vrouwen die er werken slachtoffers zijn van mensenhandel. Ook werd duidelijk dat Thaise erotische massagesalons zeer nauw aanleunen bij prostitutie. Zo verscheen er in het Nieuwsblad van 16 oktober 2009 in een artikel: Het Mechelse gerecht is binnengevallen in drie Thaise massagesalons. Bij de huiszoeking werden vijf vrouwen aangetroffen die verplicht werden om zich te prostitueren. De uitbaatsters van twee salons zijn ondertussen aangehouden. (...) Voor de speurders was het duidelijk dat de vrouwen het slachtoffer waren van mensenhandel. Twee van hen kregen ondertussen het statuut van slachtoffer van mensenhandel.3


Oasis has a vision Veel van deze Thaise vrouwen zijn in België beland door een (schijn)huwelijk en begonnen dit werk te doen bij gebrek aan alternatieven, omdat ze gedwongen werden of omdat ze een grote financiële verantwoordelijkheid dragen voor hun kinderen of hun familie in Thailand. Drugs, alcohol, illegaliteit, schulden en schaamte zijn nooit ver weg. Ook huwelijksproblemen zijn een refrein: bijna alle vrouwen met wie ik al sprak, hebben op de een of andere manier verbroken, ongezonde relaties en kinderen die ver van hen verwijderd zijn. Met het Thai Welcome Project wil Oasis het isolement van deze vrouwen doorbreken door vriendschap te sluiten, hulp te verlenen en te zoeken, te bemiddelen en op termijn ook alternatieve tewerkstelling te ontwikkelen. Dat project mag ik nu coördineren. Maandelijks stel ik een nieuwsbrief op met weetjes over België die in het Thais vertaald wordt. In groepjes van twee trekken we dan met de auto naar een aantal massagesalons om de nieuwsbrief af te geven en waar mogelijk contact te leggen. Het is belangrijk dat de vrouwen ons telefoonnummer in de nieuwsbrief zien, want we zijn permanent telefonisch bereikbaar. Op mijn eerste tocht beland ik met mijn collega Niels in Antwerpen. Met een lijst van twaalf massagesalons en een GPS begonnen we. Deur 1: een opschrift met ‘no sex’ in de gang en vrouwen van rond de vijftig. Niet meteen wat ik had verwacht van een massagesalon dat ‘jonge sexy vrouwen’ aanbiedt, aldus de website. Later hoor ik dat ze door dat bordje de politie op het verkeerde been willen zetten. De vrouwen hadden de vorige nieuwsbrief gelezen en beginnen meteen over de parachutemoord. Deur 2: prachtige wellness-foto’s aan de buitenkant en een

schaars geklede, schuchtere vrouw achter de deur, die onze nieuwsbrief snel in ontvangst neemt, maar verder geen contact lijkt te willen. Deur 3: vier vrouwen die ons enthousiast begroeten, een glas cola geven en vertellen dat ze Boeddha hadden gevraagd om een leraar Nederlands. Daar zijn we dan (eigenlijk in Jezus’ naam) en we spreken af dat die lessen de week erna beginnen. De andere deuren laten we voorlopig voor wat ze zijn: ik ben al uitgeput van het heen en weer rijden en de nieuwe ervaringen en we willen voor de avondspits terug op kantoor zijn voor een debriefing. Deze Thaise vrouwen gaan opzoeken en contact met hen leggen is arbeids- en tijdsintensief. Per maand doen we een vijftigtal salons in Hasselt, Aarschot, Leuven, Brussel, Mechelen en Antwerpen. Een handvol vrijwilligers staat altijd paraat om mee te gaan. Afhankelijk van onze band met de vrouwen bezoeken we hen nog vaker en voeren we gerichte, diepe gesprekken over hun leven. De bezoekjes zijn onvoorspelbaar: soms zitten we gezellig te keuvelen en is de sfeer zo ontspannen dat lijkt het alsof we bij buren op de koffie zijn. Soms worden we snel een kamertje ingeduwd omdat er net een klant komt. We merken dat er iets niet pluis is, maar krijgen niet de kans ernaar te vragen. Als we na zo’n ronde weer op ons kantoor zitten, ontwikkelen we plannen. Wat is de beste manier om de vrouwen een alternatief te bieden? Kunnen we een gewoon massagesalon oprichten voor niet-erotische Thaise massages? Kunnen we zo een initiatief laten omkaderen en steunen door de kerk? Wie zal dat betalen? Ik maak afspraken met een aantal organisaties om te zien hoe we kunnen samenwerken: het Huis van

- It’s a vision to see every person given the opportunity to experience God ’s all encompassing love - It’s a vision to see both individuals and whole communities transformed by His presence - It’s a vision to see every local church once again take its place at the centre of its community - It’s a vision to see the poor lifted up - It’s a vision to confront injustice, tackle deprivation, challenge inequality and promote inclusion - It is this vision that we invite you to be a part of.4

het Nederlands in verband met Nederlandse les, de christelijke stichting Cherut die in de rosse buurt zit en ook met Payoké, misschien wel de bekendste organisatie die zich inzet voor prostituees. In gebed verzonken denk ik ‘s avonds: “Hebben we wel voldoende aandacht voor de geestelijke kant van deze hele zaak?” De volgende dag leg ik de vraag voor aan Phil, mijn collega en baas. Hij zucht eens diep. “Ja en nee”, zegt hij. “Je mag nooit vergeten dat God geïnteresseerd is in de hele persoon, niet alleen in zijn of haar geestelijke toestand. Iemand helpen met Nederlands is net zo belangrijk als praten over God. Als we op die plaatsen komen en luidkeels verkondigen dat Jezus de Heer is, gaan er veel deuren dicht en hebben we het

5


evangelie geen millimeter dichter bij de vrouwen gebracht. We moeten onderscheidingsvermogen ontwikkelen om te zien wat de echte problemen zijn. Anders lopen we het risico dat al onze pijlen al verschoten zijn nog voor we helder zien waar ze nodig zijn.” Door Phils reactie besef ik opnieuw wat ‘integrale zending’ of een ‘holistische benadering’ betekent. Alle aspecten van iemands persoon zijn in Gods ogen belangrijk. Als Gods Geest in mij woont, betreedt die geduldige, liefhebbende Geest dus met mij alle massagesalons. Het is aan mij om het beeld van God in deze vrouwen te blijven zien, om met hen te zoeken naar oplossingen voor hun problemen, om bedroefd te zijn om de pijn die ze lijden omwille van hun kinderen en om mee te lachen als er grapjes worden gemaakt. Gods Geest dringt Zichzelf niet op en is respectvol. Af en toe zien we Hem duidelijk aan het werk, zoals in onze Thaise vriendin die onlangs uit zichzelf naar een Bijbel vroeg. Toen ik later het verhaal uit Johannes 4 aan haar vertelde 5, sperde ze haar ogen wagenwijd open. Vaak vertrouwen we op Gods aanwezigheid, beseffend dat het een werk van lange adem is dat veel geduld, liefde en doorzettingsvermogen vergt.

In Lucas 4:18 & 19 citeert Jezus tijdens zijn eerste toespraak de woorden van de profeet Jesaja: De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te geven, om een genadejaar van de Heer uit te roepen.6 In diezelfde Geest rijden we straks weer door Vlaanderen. We hopen dat deze Geest door de plaatselijke kerken wordt uitgedragen en dat we ons ook door Gods Geest laten sturen naar de gevangenen, blinden en onderdrukten om de genade van de Heer tot bij hen te brengen, in woord en in daad.

Verwijzingen: 1 - Matheson, Andy. In his Image. Understanding and embracing the Poor. Authentic Media Limited. 2010. p. 3. (Vertaling: Hanna Gevaert) 2 - Ibid. 3 - Derkinderen, Theo. Het Nieuwsblad. ‘Politie rolt Thais prostitutienetwerk op’ (16 oktober 2009) 4 - Steve Chalke op www.oasisglobal.org/aboutus.htm (geraadpleegd in maart 2010) 5 - In Johannes 4:1-42 ontmoet Jezus een Samaritaanse, gemarginaliseerde vrouw die al vijf keer getrouwd is geweest. Hij kent haar geschiedenis en spreekt over het levende water dat Hij haar kan geven. 6 - Uit de Nieuwe Bijbelvertaling. 2004/2007 Nederlands Bijbelgenootschap. www.biblija.net (geraad pleegd in maart 2011)

6

Reacties naar hanna@oa sisbe.org . Exclusief aanbod: het eerste hoofdstuk van An dy Mathesons boek Naar zijn beeld is ondertussen in het Nede rlands beschikbaar en kan u gratis per e-mail ontvangen als u ee n mailtje stuurt naar bovenvermeld adres .

s ar studies in Ichtu belandde tijdens ha t er va g Ge din nlei te op ae tr ar Hanna Vers f jaar mee. Na ha ceerde er draaide ze ruim vij ar Slowakije en do Antwerpen. Daar na r jaa r vie or vo de ze vertalen en vertaler-tolk verhuis zig met lesgeven, be h zic el te en om udt m sis België vzw. Nederlands. Ze ho elijk in dienst van Oa tijd ze is 11 20 s tolken. Sind


Vier lachende donkere gezichtjes en een blond meisje dat

met haar blauwe ogen overgelukkig in de camera staart. Ik ben twee muisklikken en een summier inschrijfformulier verwijderd van een baan als vrijwilliger ergens ver weg in een weeshuis. Geen enkele ervaring vereist. Meer en meer jonge mensen kiezen ervoor om drie maanden hulp te gaan bieden in ontwikkelingslanden. Drie maanden: een zorgvuldig uitgekiend tijdsbestek; te kort om vrienden kwijt te raken of echte offers te brengen en lang genoeg om een signaal van maatschappelijke betrokkenheid af te geven. Het lijkt een mooi concept en ik voel me bijna schuldig er iets op tegen te hebben. Maar elke keer als een barmhartige Samaritaan wordt uitgewuifd, voel ik iets wringen van binnen. Elke keer dat zo een vrijwilliger weer als held in ons vaderland wordt ingehaald en ik de vele verhalen over goede werken moet aanhoren en bewonderend moet knikken bij de foto’s die me voorgeschoteld worden, proef ik een zure smaak in mijn mond. Begrijp me niet verkeerd, in tegenstelling tot mijn schoonzus (een Keniaanse red.) heb ik niets tegen ontwikkelingssamenwerking. Maar dit is iets heel anders. Dit is drie maanden ramptoerisme. De arrogantie te denken dat wij westerlingen iets aan de rest van de wereld te bieden hebben. De arrogantie te denken dat wij een andere cultuur niet alleen kunnen begrijpen, maar dat we ons ook nog zodanig snel aan kunnen passen dat we in drie maanden iets voor de lokale bevolking kunnen betekenen. Wanneer gaan we toegeven dat deze uitstapjes eerder uit nieuwsgierigheid en eigenbelang dan uit compassie voortkomen? Maar eigenbelang sust het geweten niet.

Het hele concept van drie maanden de wereld veranderen wordt zeer schrijnend als het om het werken met kinderen gaat. Zeer veel vrijwilligers kiezen een project waarbij ze in contact met kinderen komen, bijvoorbeeld scholen of zelfs weeshuizen. Blijkbaar hebben kindertjes van een ander ras een hoger knuffelgehalte dan onze Vlaamse koters. Vol ongetwijfeld goede bedoelingen geven deze jongeren hun liefde aan kinderen die in moeilijke omstandigheden leven; kinderen die misbruikt of mishandeld zijn, kinderen die verlaten en verschopt zijn. Drie maanden lang zijn zij de moeder of vader voor een beschadigd kind. Drie maanden lang zijn zij de vriend van een kind dat het moeilijk heeft. Drie maanden van liefde geven en liefde krijgen; drie maanden smeden aan een band die gedoemd is om verbroken te worden. En daarna gaan ze weg. Naar hun banen en hun auto’s en de televisie thuis. Zonder te beseffen dat de verlatene opnieuw verlaten wordt. Ik durf er niet aan te denken hoe-veel leed dit al veroorzaakt heeft. Als u van zins bent om ergens ver weg een verschil te maken in de levens van arme zielige weeskindjes, denk er als het u belieft nog eens goed over na.

Ertussenuit

Is het wel zo een goed idee om drie maanden naar een ontwikkelingsland te gaan?

door Jurie Florijn


d n e k e e w Een

door Esther de Fijter

Het was zondagmiddag en we waren volop bezig met het laatste programmapunt. ‘Vloeren vegen en wasbakken afkuisen’, dat was de corvee waarvoor ik was ingedeeld. Met de bezem liep ik naar de laatste kamer. Toen ik binnen kwam, lag er op een bed een rood boekje, blijkbaar was iemand iets vergeten. Ik sloeg het open om te zien of er een naam in stond...

15 februari. Vandaag weer bij Ichtus geweest. Heb een flyer voor het halftimeweekend van Ichtus Vlaanderen gekregen. Op de voorkant van die flyer staat een hoofd vol met spijkers en schroeven, daarboven het thema: Remind. Wat ze daar nu weer mee bedoelen? Een spijker in mijn kop, dat

herinnert mij eerder aan een Hollands carnavalslied, maar dat zou me van Ichtus toch verbazen. Ik geef me er gewoon voor op, dan kom ik er wel achter.

Een dagboek! Ik keek door de open deur – niemand te zien – ging zitten en bladerde verder.

3 maart. Zo veel te doen voor ’t school, al die taken, ik word er echt zot van! Morgen namiddag pak

ik samen met de anderen de trein naar Zinnik, eindelijk halftimeweekend! Ik heb er zin in, efkes tot

andere gedachten komen en mensen terugzien. Naar het schijnt, hebben ze een Hollander uitgenodigd om te komen spreken. Ik ben eens benieuwd.

In een dagboek rondsnuffelen, dat hoorde eigenlijk niet. Maar een ongekende voyeuristische drang maakte zich van mij meester...

5 maart 3:07 am. Voilà ze, daar lig ik weer wakker in Zinnik. Dit kasteel of slot of hoe je ’t ook wil noemen, is

echt zalig en de bedden liggen ook heel goed, maar hun gekraak is nog altijd slaaprovend! Dus ja, dan krijg jij maar weer wat aandacht, lief dagboek. Het was een fijne dag gister. We zijn tegen 18:00 hier aangekomen, de zon scheen... Ik heb al meteen nieuwe mensen uit Leuven leren kennen met wie ik nu een slaapzaal/waakzaal deel. Na het avondeten (zo lekker!) werd die Hollander voorgesteld, Bram noemt em, lijkt wel nen toffe gast.

Tijdens een meditatie zijn we tot rust gekomen en hebben we de focus op Jezus gelegd. Die meditatie bestond vooral uit het zingen van Thaizé-liederen en gebed. Ietske ongewend, maar wel goed! De rest van de avond

spellekes gespeeld, wat kwetsuren van Jungle Speed overgehouden, mensen teruggezien en anderen leren kennen. Er is wat minder volk dan in november, maar dat heeft ook zijn positieve kanten: er heerst een heel ontspannen sfeer. Morgenochtend moet ik helpen met tafel dekken, dus nu maar beter slapen. Buenas noches.

8

Eigenlijk moest ik nu alleen nog maar naar beneden lopen en op de corveelijst kijken om te zien, van wie het dagboek kon zijn. Maar op zich vond ik het wel een interessante lectuur...


het ging veel te snel over! Straks nog opZondag 6 maart. Het weekend is al weer bijna voorbij, zoveel beleefd en gehoord, dat wil ik voor kuisen en dan al weer de trein naar huis pakken. Ik heb de eerste bijbelstudie met Bram op het ik het vergeet nog efkes neerpennen. Gisterochtend stond waar Jakobus en Johannes Jezus om VIPprogramma. Hij had het over Markus 10:41-45, dat stuk wie de grootste zijn wil, een dienaar moet zijn. plaatsen in de hemel vragen en hij hun antwoordt dat zijn niet verkeerd. Alleen is de manier hoe je Volgens Bram is het verlangen om de grootste te willen heb ik dat stuk nog nooit begrepen. Ik dat wordt in het koninkrijk van God helemaal anders. Zo ambitieus mogen zijn, maar eigenlijk staat er dacht altijd dat Jezus hiermee wil zeggen dat we niet rs zijn! Bram definieert dienen als dat doen precies het tegendeel. Hij wil dat we ambitieuze dienaa nstaf al begrepen: het middageten was wat goed is voor de ander. H-oe dat werkt heeft de keuke yummie! zooooo lekker! Pasteitjes met vol-au-vent en frietjes,

In de namiddag tijdens een of ander estafettespel met de hele ploeg door de modder gekropen en me als een rugbyspeler gevoeld, zalig. Daarna de workshops, ik heb die

over vasten gevolgd. Best interessant, nu weet ik eindelijk wat vasten inhoudt. Jezus heeft het gedaan en Paulus en Danië l en Jona en Mozes, dus waarom zouden wij dat

vandaag niet meer doen? Alleen dan misschien niet zo hardcore als Mozes dat deed. Na het avondeten (nee, nog is het geen vasten) was er een Praise&Prayer. Het is mooi

om te zien dat er nog andere studenten zijn, die ook fan zijn van die grote God en dat we hem samen mogen aanbidden. ’s Avonds konden we kiezen tussen spellekes

met Wouter (goed alternatief voor wie nog wat energie moest kwijt raken), de film

Everything is illuminated of gewoon babbelen. Die film was zo mooi, moet ik zeker nog eens kijken! Achteraf nog tot laat in de nacht Weerwolven gespeeld, met het

positieve gevolg dat ik zo moe was dat de bedden van mij gerust mochten kraken, ik sliep als een blok.” Vanochtend stonden om 8:00 ochtendgebeden op het programma. Daarvoor kon je bij een van de vier verschillende groepen aansluiten en eens op een andere manier gaan bidden. Maar ik weet er precies niet meer zo veel van, misschien heb ik vannacht toch net iets te lang Weerwolven gespeeld. Het ontbijt werd uitgesteld tot de middag, we zijn naar buiten gegaan en hebben in het park in de stralende zon staan zingen. Ik kan geen betere manier verzinnen om een zondag te beginnen. Terug binnen volgde een bijbelstudie met Bram, deze keer over Markus 6, 6-13, een nogal uitdag ende passage. Ik heb er veel nieuws uit geleerd, maar over vijf minuten begint de corvé,dus nu maar efkes in het kort: Jezus stuurt zijn discipelen uit om te gaan preken, terwijl zij nog niet lang met hem onderweg zijn. Zij weten lang niet alles over hem en zijn koninkrijk, maar wat ze wel weten, is hoe Jezus is. Ze kennen hem persoonlijk en daar kunnen ze over gaan spreken. Dat geldt dus ook voor mij: ik hoef geen superpreacher te zijn, mijn relatie met God is genoeg om te delen. Zo, nu moet ik rennen: WC-corvee, olé!

Een naam heb ik trouwens niet in het rode boekje gevonden, de auteur bleef helemaal anoniem. Dat blijf ik misschien ook maar beter. Ik heb niet alleen in andermans (of andervrouws?) dagboek rondgesnuffeld maar ook nog zijn (of haar) auteursrechten geschonden door dit stuk te publiceren. Bij deze mijn excuses aan de eigenaar. Je dagboek heb ik op de tafel met gevonden voorwerpen gelegd, naast een jeansbroek van Wrangler en een bruine EDC trui maat S.

9


Geïntrigeerd door huisgemeenten (deel 1)

Iedere christen is op zoek naar manieren waarop hij zijn geloofsovertuiging concreet vorm kan geven. Christelijk leven is onafgebroken zoeken naar wegen om het volgeling-van-Jezus-zijn te vertalen in het gezin, op het werk, doorheen ethische keuzes en handelingen en in het lidmaatschap van een (lokale) kerkgemeenschap. Op dat laatste vlak zijn we in Vlaanderen rijkelijk bedeeld aan keuzemogelijkheden. Afhankelijk van de familiale of etnische achtergrond, theologische voorkeur of persoonlijke smaak, maakt de christen een keuze uit een breed scala aan mogelijke kerkvormen – of hij groeit er in op en blijft er heel zijn leven deel van uitmaken. De voorkeur van de protestants-evangelische Vlaming voor deze of gene kerkvorm is echter niet statisch. We weten niet sinds wanneer precies, maar er is één kerkvorm die vandaag meer en meer mensen lijkt aan te spreken: de huisgemeente, ook huiskerk, simple church, organic church of Biblical church genoemd. Het fenomeen prikkelde onze nieuwsgierigheid, te meer omdat Ichtus bij uitstek een forum is waar studenten uit verschillende kerkelijke omgevingen elkaar ontmoeten. Daarom schuimden we het internet af op zoek naar informatie. We raadpleegden enkele boeken om te peilen naar de theologische achtergronden en de motieven van de simple church-beweging. We bezochten ook een echtpaar in het Oost-Vlaamse Zelzate en vroegen hen om te getuigen over hun ervaringen in een huisgemeente. Dat alles om een aanzet tot antwoord te formuleren op enkele vragen. Hoe staat het met de huisgemeenten in Vlaanderen? Wat beweegt hun leden en hun leiders? Hoe functioneert een huiskerk? Hoe verhouden huisgemeenten zich tot de meer ‘gevestigde’ kerkgemeenschappen?

In dit eerste artikel (van de twee) staan we stil bij de simple church-beweging als hedendaags fenomeen, en bij de Bijbels-theologische motieven die schuilgaan achter dit kerktype. Een kerktype dat, voor alle duidelijkheid, in alle eeuwen heeft bestaan. De aandacht zal echter niet uitgaan naar dat historische aspect. Vlaanderen, Nederland… Het is moeilijk om een zicht te krijgen op het aantal huisgemeenten in Vlaanderen. Het staat buiten kijf dat hun aantal groeiende is. Je hoeft maar eens rondvraag te doen in jouw omgeving. Doorgaans kom je al gauw mensen op het spoor die kerk zijn in een huiskamer, brood en wijn delen in de living en God aanbidden in de sofa. Maar door de cellulaire en organische aard van deze groepen is de omvang van de beweging nauwelijks meetbaar. Het internet is alvast niet de beste weg om er veel wijzer uit te worden. Er bestaat een website www.huiskerk.be, maar wie verwacht een portaalsite te vinden over huiskerken in Vlaanderen of België, komt bedrogen uit. In werkelijkheid gaat het om de homepage van enkele gezinnen die huiskerk-gewijs samenkomen in de regio Vlaams-Brabant. Dan lijkt de website ‘Huiskerken’ van Gentenaar Marcel Vervust veelbelovender. Maar ook deze site – die ooit de ambitie had alle huiskerken in het Nederlandstalige landsgedeelte in kaart te brengen – brengt de zoekende niet verder; hij werd overigens al sinds 2004 niet meer aangepast. Het eind 2009 opgestarte initiatief www.thuiskerken.be, gericht op de ondersteuning van huisgemeenten en – meer algemeen – evangelisatiewerk in Vlaanderen, biedt wel een lijstje van enkele Vlaamse huiskerken, maar dat lijkt zeer onvolledig.

door: Karel Strobbe

Oude wijn in nieuwe zakken?


Een voorbeeld van een Vlaamse huiskerk krijg je te zien door de te surfen naar www.simplechurch.be. Simple Church Belgium is gehuisvest in het Oost-Vlaamse Zelzate en presenteert zich op haar website als volgt: “Als huiskerk komen we samen in onze huizen, en niet in een groot gebouw. Voor of na de samenkomst drinken we koffie of eten we iets samen. We maken muziek en zingen, delen iets met elkaar uit de Bijbel en vieren samen het avondmaal van de Heer. We doen dit alles samen, zoals Paulus de eerste gemeente te Corinthie opdroeg.” Benieuwd naar het ontstaan en de achtergronden van deze huisgemeente, en op zoek naar een min of meer ‘representatieve’ huiskerk om dit artikel concreet te maken, besloten we om contact op te nemen. Na wat heen-en-weer-gemail met Jean-Paul Goethals, een van de trekkende krachten achter Simple Church Belgium, waren we welkom om op een donderdagavond de samenkomst bij te wonen en wat na te blijven voor een babbel. Door enkele afzeggingen waren we uiteindelijk de enige bezoeker, wat ons ruim te tijd gaf voor een gesprek. Jean-Paul steekt van wal: “Onze voornaamste betrachting is om ekklesia te zijn in de ware, nieuwtestamentische betekenis van het woord: een gemeenschap van mensen, één grote familie eigenlijk, waar onderlinge relaties centraal staan. We proberen elke dag kerk te zijn, en niet enkel op zondag. We laten ons leiden door het Woord van God en proberen in onze huisgemeente gestalte te geven aan de vijf christelijke bedieningen die in het NT naar voor komen: leraars, herders, profeten, evangelisten en apostelen.” Jean-Pauls vrouw Gerry is afkomstig uit Nederland. Veel meer nog dan in Vlaanderen zijn huisgemeenten bij onze noorderburen uitgegroeid tot een vaste waarde in het kerklandschap. Bovendien is de simple church-beweging er een factor die niet aarzelt om de praktijken in de gevestigde kerken kritisch te bevragen en uit te dagen. Steeds meer mensen of kerken

in Nederland zijn de veelheid aan programma’s en organisatie moe en zoeken naar manieren om op een eenvoudige manier gemeente te zijn. In Vlaanderen staat het allemaal nog wat in zijn kinderschoenen en lijkt er nog geen netwerk tot stand te zijn gekomen dat alle Vlaamse provincies overspant. In Nederland echter bestaat er zoiets als Indehuizen: informatiepunt voor organisch kerk-zijn. Dit netwerk gaat terug tot het jaar 2000 en werd geboren uit het symposium ‘Nieuwe wijn in nieuwe wijnzakken’. Sindsdien is www.indehuizen.nl hét Nederlandse informatie- en ontmoetingspunt voor hen die meer willen weten over organisch kerk-zijn, simple church, huisgemeenten en dies meer. …en de wereld ‘Als het regent in Nederland, dan druppelt het in Vlaanderen’: deze boutade geeft de verhouding tussen ons land en Nederland op het vlak van huiskerken goed weer. Maar voor alle duidelijkheid: de opkomst van huiskerken is geen Vlaams, noch een Nederlands, maar een wereldwijd fenomeen. Steeds meer mensen, van alle leeftijden, willen terug naar de zogenoemde ‘basis’, naar de ‘oorspronkelijke’ kerkvorm van het vroege christendom. Wereldwijd lijkt er een verschuiving aan de gang te zijn van constitutionele evangelische kerken naar lokale en regionale simple church-netwerken. Zowel in landen met een evangelische traditie die naam waardig (bv. Groot-Brittannië en de VS) als in landen met een prille en kleinschalige evangelische aanwezigheid (bv. België) is de beweging in opmars. Ze is verbonden met enkele grote voormannen, zoals Wolfgang Simson, auteur van het ‘standaardwerk’ Huizen die de wereld veranderen, en Frank Viola, om er slechts enkele te noemen. Maar uiteraard hangt de simple church-beweging ook samen met evoluties die los staan van de geschriften of verwezenlijkingen van enkelingen. In de Westerse

wereld loopt de opkomst van kleine kerngemeenschappen parallel met binnen- en buitenkerkelijke tendensen, zoals een algemene crisis van het gezag en de vaststelling dat vele gevestigde kerken niet meer tot evangelisatie toekomen. In andere delen van de wereld, zoals China, is het grote aantal huiskerken dan weer het gevolg van een politiek klimaat waarin het onveilig is om in het openbaar uiting te geven aan de christelijke geloofsovertuiging. De West-Europese maatschappij wordt steeds individualistischer. Intense, in groep beleefde relaties zijn een schaars goed geworden. Als de gevestigde kerken daar geen afdoende antwoord op formuleren, is het logisch dat gelovigen andere vormen van kerk-zijn gaan verkiezen. Herman Heyman, die vanuit zijn bediening bij ABC Ministries een geoefend oog heeft voor het ontwaren van binnenkerkelijke ontwikkelingen, zegt daarover het volgende: “De gevestigde kerken hebben het aspect van ontplooiing en zorg dragen verwaarloosd. Vooral de focus op activiteiten (het kerkprogramma centraal versus de gelovige centraal) is daar debet aan. De kerken hebben nog niet de sleutel leren hanteren om zowel het individu als de gemeenschap tot zijn recht te laten komen. Huisgemeenten geven daar in eerste instantie een overdonderend antwoord op door de kleinschaligheid en de aanpak. En dus beklemtonen ze de relaties.” Specifiek betrekking hebbend op de Vlaamse casus, voegt Herman Heyman nog het volgende toe: “Vanuit cultureel oogpunt sluiten kleine groepen wel veel beter aan bij onze “wortels”. Er zitten in de huiskerkbeweging wel wat Vlaamse trekjes, zoals het zich afzetten tegen structuren en hiërarchie.” Bijbelse en andere motieven De redenen waarom iemand lid wordt van een huisgemeente of er zelf één uit de grond stampt, zijn erg uiteenlopend. Maar ondanks de diversiteit aan achterliggende

11


motieven, laten de meeste voorstanders van deze kerkvorm hun keuzes en acties toch in de eerste plaats steunen op Bijbelse gronden. Meer specifiek wordt verwezen naar de kerkpraktijk van de apostolische, nieuwtestamentische gemeente. En natuurlijk spiegelt men zich ook aan de woorden en daden van Jezus. Jean-Paul Goethals: “Kijk naar Jezus. Een van de voornaamste doelstellingen die hij tijdens zijn bediening in Galilea nastreefde, was het uitbouwen van sterke vriendschapsrelaties met zijn discipelen. Op een bepaald moment waren ze niet meer welkom in de synagoge. Vanaf dan kwamen ze samen in particuliere huizen: de eerste huisgemeenten waren geboren.” Deze kerkvorm hield, aldus Jean-Paul, drie eeuwen stand tot wanneer de Romeinse keizer Constantijn in 312 het tolerantieedict uitvaardigde en het christendom een gevestigd karakter kreeg. Wat de activiteiten van de apostolische kerk betreft, wordt meestal verwezen naar de Handelingen van de Apostelen: “Ze bleven trouw aan het onderricht van de apostelen, vormden met elkaar een gemeenschap, braken het brood en wijdden zich aan het gebed.” (Hand. 2:42) Of uit hetzelfde hoofdstuk: “Elke dag kwamen ze trouw en eensgezind samen in de tempel, braken het brood bij elkaar thuis en gebruikten hun maaltijden in een geest van eenvoud en vol vreugde.” (vers 46) Uit deze passages spreekt een geest van huiselijke eenvoud, die men ook tot uiting wil laten komen in de huisgemeenten. Het democratische karakter van de vroegchristelijke kerk, met een minimaal leiderschap en met een spontane inbreng van ieder lid, wordt gestaafd met de volgende passage uit Paulus’ eerste brief aan de gemeente van Korinthe: “Broeders en zusters, wat betekent dit voor uw samenkomsten? Wanneer u samenkomt draagt iedereen wel iets bij: een lied, een onderwijzing, een openbaring, een uiting in klanktaal of de uitleg daarvan. Laat alles tot op-

12

bouw van de gemeente zijn.” (1 Kor. 14:26) Uiteraard zijn er nog tal van andere Bijbelpassages die, vanuit de hermeneutiek van de simple church-beweging, pleiten in het nadeel van gewijde gebouwen, geleide erediensten en zondagse samenkomsten, maar we laten het hierbij. Zoals gezegd: de motieven om lid te worden van een huisgemeente zijn uiteenlopend. Hoewel de Bijbelse gronden ongetwijfeld de belangrijkste zijn, kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat negatieve ervaringen in grotere kerken eveneens een grote rol spelen. Jean-Paul en Gerry zijn daar een goed voorbeeld van. Beiden waren vroeger actieve en geëngageerde leden van relatief grote evangelische of pinkstergemeenten. Gerry: “Op een bepaald ogenblik werd het duidelijk dat er een aantal dingen spaak begonnen te lopen op het vlak van kerkstructuur en financieel beheer. Het boek Ik zie een leger van Floyd McClung, waarin de auteur pleit voor eenvoudige kerkgemeenschappen, was voor mij een echte eye-opener. Ik ben dan begonnen met huisgroepen, die geleidelijk als huiskerken zijn beginnen functioneren.” Het verhaal van Jean-Paul is wellicht representatief voor vele andere Vlaamse huiskerkgangers. Na zijn bekering in de jaren tachtig ging hij deel uitmaken van een leuke huisgroep, eenvoudigweg omdat er toen rondom zijn woonplaats meerdere mensen tezelfdertijd tot bekering gekomen waren. De huisgroep werd echter snel groter en werd enkele malen opgesplitst. Uiteindelijk werden alle groepen ingedeeld bij enkele bestaande evangelische gemeenten in het Gentse; volgens Jean-Paul, achteraf gezien, een zeer jammerlijke beslissing. In de gemeente waar JeanPaul terechtkwam, was hij jarenlang actief betrokken. Daarnaast was hij organisator van tal van evangelisatieinitiatieven in de radio- en concertwereld. Maar uiteindelijk stelde hij vast dat er een aantal dingen binnen de – volgens hem – ‘logge’ kerkstructuur scheefliepen. Er

kwam een moment waarop hij verlangde naar “meer dan een kerkstructuur op zondag.” En verliet hij de gemeente, om na verloop van tijd een overtuigde aanhanger te worden van de huiskerkidee. In het volgende nummer van Ichtus-Magazine gaan we door met het thema huiskerken. We zullen stilstaan bij een derde belangrijke reden waarom steeds meer mensen voor deze kerkvorm kiezen. We nemen het concrete functioneren van een huiskerk onder de loep, alsook het discours van de huiskerkbeweging over grotere kerken. We zullen ons ook de vraag stellen naar de eventuele mogelijkheden tot toekomstige samenwerking tussen verschillende kerkvormen.


In je kamer hangt een tekening van twee monumenten: een heugenis van rouw en overwinning vormt de koude achtergrond op een groep kinderen, die zich stuk voor stuk proberen vast te klemmen aan de rokken van een oude vrouw. Ze kennen haar nauwelijks, slechts van ziens tijdens enkel uurtjes op een plezierig dramatische lentenamiddag. Je kan je geen sterker zegengebaar voorstellen dan de troostende armen van dat ene trillerige bomma’tje. Haar gezicht ben je vergeten. De tekenares heeft geworsteld om het op papier te krijgen, maar het is onherkenbaar gebleven. Met je tas koffie in de hand sta je elke ochtend weer te peinzen voor de schets. Het is goed dat je niet weet wie ze is. Net als kinderen eigenlijk gewoon moeten vallen en geen flauw idee moeten hebben wie hen hielp.

Roerloos. Je proeft het woord in stilte op je lippen. Associaties schreeuwen om aandacht: beroeren, het roer van een schip, beroerte, roeren roeren roeren in de pot. Je staat stokstijf, betoverd door het kille schouwspel van dat ene kind dat ter aarde ligt. Haar arm vertoont een hoek te veel. Onwillekeurig huiver je, maar je snelt niet toe, je maakt geen aanstalten om hulp te bellen. Als bijen zoemen de fortuinlijkere kinderen rond de gevallene. Geen van hen weet waaraan of waaraf. Iemand moet een ambulance bellen. Waarom gaat dat kind ook net tegen de wereld als jij passeert? “Omdat jij het zult onthouden.� De oude vrouw schuifelt beverig langs. In haar kielzog lopen de verplegers met de brancard.

Een enthousiaste lentezon liefkoost het oorlogsmonument. Uitgelaten kinderen jagen elkaar na in een zorgeloos spel tikkertje, over en tussen de standbeelden van de verstilde herinnering. Op een bankje even verderop zit een oude vrouw aandachtig te staren naar de joelende pleziermakers. Aan de andere kant van het plein zit een academiestudente stiekem haar portret te tekenen.

door Wouter Van Hoof

Poppies

13


Woord voor woord

door Jurie Florijn

Het oudste en meest verkochte boek ter wereld kent vele verschijningsvormen. Hieronder een –veel te kort- overzicht van unieke Bijbels. Een tipje van de sluier opgelicht.

Codex Gigas (1230 te Podlažice) De Codex Gigas, in de volksmond ‘duivelsbijbel’ genoemd, is een van de meest curieuze, mysterieuze en illustere boeken ter wereld. Hij bestaat uit 310 bladzijden op perkament, elke bladzijde meet 89cm bij 49cm en het geheel weegt een slordige 80 kg. Naast de Bijbel en andere oude geschriften zijn er ook een necrologium en verschillende magische formules in opgenomen. De Codex is door één mens geschreven, dit is vastgesteld door diepgaande handschriftanalyse en onderzoek naar de samenstelling van de gebruikte inkt. Er is nauwelijks sprake van verandering van het handschrift ten gevolge van bijvoorbeeld jicht of slechte ogen. Dit werkte de legende in de hand dat de codex met behulp van Satan in één nacht gemaakt zou zijn. Waarschijnlijker, maar niet minder indrukwekkend, is dat de codex in een periode van 25-30 jaar tot stand is gekomen. Opvallend is dat in het midden van het boek een afbeelding van Satan prijkt. Door de eeuwen heen heeft deze afbeelding mensen gefascineerd, te meer omdat er grillige donkere schaduwen op het perkament begonnen te verschijnen. Velen zagen hierin het werk van duistere machten. Recent onderzoek heeft aangetoond dat de verkleuring kwam door zonlicht, talg en straatvuil. De duivelse schaduwen bleken het gevolg van veelvuldige blootstelling aan zonlicht en aanraking. The Wicked Bible (1631 te Londen)

14

The Wicked Bible is een bijbel die uitgegeven werd door Robert Barker (drukker van de eerste editie van de King James Bible) en Martin Lucas, Royal Printers te Londen en was een herdruk van de King James Bible. De zetters maakten echter een blunder door het zevende gebod weer te geven als “Thou shalt commit adultery” in plaats van “Thou shalt not commit adultery”. Dit bleek een kostbare fout: er werd bevolen de hele oplage te vernietigen, de drukkers kregen een boete van £300 (vergelijkbaar met €33.000 heden ten dage) en hun drukkersprivilege werd hen afgenomen. Gelukkig zijn er nog een aantal exemplaren van The Wicked Bible bewaard gebleven voor het nageslacht.


Hoewel bovenstaande zetfout veruit de beroemdste is heeft menselijk falen vaker zijn weerslag gehad op de betekenis van Bijbelteksten. Zo is de Delftse Bijbel (1477) door een gebrek aan ervaring bij de zetters vergeven van zetfouten en ook de eerste druk van de Statenvertaling (1637) bleef niet verschoond. Er is echter verassend weinig bekend over grappige of opvallende zetfouten in Nederlandse Bijbels. De zetfouten in de King James Bible blijken wel zeer nauwkeurig bijgehouden. Een selectie: Blasphemous Comma Bible (verschillende drukken) Een simpele komma (of liever gezegd het ontbreken ervan) verandert Lukas 23:32 in godslastering. De tekst luidt: “And there were also two other malefactors.”, terwijl het zou moeten zijn: “And there were also two other, malefactors.” Printers Bible (1614) Waar eindigt een oprechte fout en begint kwaad opzet? Was het toeval dat het in Psalm 119:161 niet meer over “princes” sprak maar over “printers”? More Sea Bible (1641) In moderne bronnen ook wel gekscherend ‘The Surfers Bible’ genoemd. Openbaringen 21:1 werd gezet als “...the first heaven and the first earth were died and there was more sea” in plaats van “...the first heaven and the first earth were died and there was no more sea” Vinegar Bible (1717) Deze Bijbel bevat “The Parable of the Vinegar” in plaats van “The Parable of the Vineyard.” Als we de tussenkop moeten geloven tenminste… Lions Bible (1804) 1 Koningen 8:19 heeft het in deze druk over “thy son that shall come forth out of thy lions” in plaats van “thy son that shall come forth out of thy loins”. Standing Fishes Bible (1806) “Fishes” in plaats van “fishers” resulteerde in een geheel ander zicht op Ezechiël 47:10:“And it shall come to pass, that the fishes shall stand upon it from Engedi even unto Eneglaim”

Elliot Bible (1663 te Cambridge) De eerste bijbel die in Amerika gedrukt werd, was niet geschreven in de Engelse taal, maar in het Massachusetts Indianendialect - Algonkisch. John Eliot (1604-21 mei 1690) was een Puriteinse misionaris die werkte bij en voor de Noord-Amerikaanse Indianen. Eliot onderkende de voornaamste reden waarom de Indianen ‘primitief’ werden geacht door de Europese kolonisten, namelijk hun analfabetisme. Ze communiceerden vrijwel uitsluiten door middel van het gesproken woord en maakten soms gebruik van verduidelijkende tekeningen in het zand. Eliot leerde niet alleen hun taal, maar vertaalde ook de klanken van het Algonkisch naar het alfabet zoals wij dat kennen zodat de indianen zelf boeken konden schrijven en zelfs Engelstalige boeken lezen. Maar nog was het werk van Eliot niet ten einde. Hij vertaalde de catechismus en de volledige Bijbel in het Algonkisch en schreef daarna ook nog een handleiding voor de grammatica van deze taal. Deze ontzagwekkend arbeidsintensieve prestatie maakt de Eliot-bijbel tot een van de meest bijzondere gedrukte boeken die wij kennen.

15


de Schrijf je in op gebedsbrief blijf van Ichtus en betrokken

s.be Surf naar ichtu an) (rechts ondera

Giften welkom

230-0088770-35

BIC GEBABEBB iBAN BE57 2300 08 87 7035 Ichtus Vl nderen (M.Z.) Teaa r Kale 14vz-w 9850 Nevele.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.