21 minute read

De woning

Next Article
Interieur woningen

Interieur woningen

Constructie

Fundering en bestaande constructie De funderingen zijn geheel bestaand en blijven gehandhaafd. Deze zijn uitgevoerd als gemetselde constructie in combinatie met een betonconstructie. De aanpassingen aan de bestaande boerderij met schuur worden uitgevoerd op basis van adviezen van de betrokken constructeur. Hierbij worden de bestaande draagstructuren zoveel mogelijk behouden.

Kruipruimte Onder dat deel van de begane grondvloer van bouwnummer 1 waar zich een renovatievloer bevindt, is een kruipruimte aanwezig. De kruipruimte is bereikbaar door middel van een geïsoleerd kruipluik. Rondom het kruipluik wordt een thermisch verzinkte stalen matrand in de vloer opgenomen. De kruipruimte wordt geventileerd door middel van roosters in de gevel(s). Bouwnummer 2 en bouwnummer 3 beschikken niet over een kruipruimte.

Begane grondvloeren De begane grondvloer van bouwnummer 1 (woonkamer, hal en keuken) wordt uitgevoerd als een geïsoleerde ps-renovatievloer (Rc = 4,0 m²K/W). De vloer wordt aan de bovenzijde afgewerkt met een vezelcementplaat, een zogenaamd droog systeem.

De begane grondvloer van bouwnummer 1 (bijkeuken) en van bouwnummers 2 en 3 (hallen, toilet en techniekkast) wordt uitgevoerd als geïsoleerde betonvloer (Rc = 3,5 m²K/W). Deze vloer wordt op het zand aangebracht en heeft daardoor geen kruipruimte. Deze vloer wordt aan de bovenzijde afgewerkt met een zandcement dekvloer.

De overige delen van de begane grondvloer in de onbenoemde ruimtes worden uitgevoerd als een betonvloer. Grotendeels zal de bestaande betonvloer (stalvloer) blijven liggen en waar nodig worden oneffenheden aangevuld met beton tot de vloer op nagenoeg gelijke hoogte is. Deze vloer wordt niet in zijn geheel geëgaliseerd. De oude stalvloer blijft deels in het zicht en de aanpassingen in het beton blijven zichtbaar, zowel in kleur als in reliëf.

Constructieve wanden en kolommen De bestaande constructieve wanden en kolommen blijven zoveel als mogelijk behouden. De bestaande betonkolommen in de voormalige schuur (ter plaatse van de bouwnummers 2 en 3) op de begane grond blijven behouden. Deze bestaande betonkolommen bevat asbest dat niet verwijderd kan worden. Daarom is er een asbestbeheersplan per woning opgesteld. De kolommen worden met een houten plaatmateriaal afgetimmerd, waarmee het asbest wordt afgeschermd. Deze betimmering om de kolommen dient in stand gehouden te worden en mag niet worden verwijderd of gewijzigd . Daar waar deze kolommen in de hal van de woning staan, zal deze houten betimmering voorzien worden van gipsplaten en worden gestukadoord.

In de voormalige schuur (ter plaatse van de bouwnummers 1, 2 en 3) wordt een staalconstructie aangebracht vanaf de 1e verdiepingsvloer. Deze constructie bestaat uit kolommen en liggers ter ondersteuning van de 2e verdiepingsvloer. De stalen kolommen en liggers zullen deels niet meer zichtbaar zijn, doordat deze verwerkt worden in de vloeren en wanden. Een deel van de kolommen blijft wel in het zicht, zoals dat is weergegeven op de Verkooptekeningen. Deze stalen kolommen worden behandeld met een brandwerende verf.

Op de begane grond zijn de bestaande constructieve wanden uitgevoerd als massieve steenachtige wanden, deels opgetrokken met kalkzandsteen

6

en deels opgetrokken met bakstenen. De nieuwe woningscheidende wanden op de begane grond en op de verdiepingen worden uitgevoerd als gespouwde metalstudwanden.

Welke wanden dragend of woningscheidend zijn, is aangegeven op de Verkooptekeningen. De overige binnenwanden vervullen geen constructieve functie.

Verdiepingsvloeren De verdiepingsvloeren van het voorhuis worden uitgevoerd als een houten balklaag, waar nodig voorzien van stalen liggers, op basis van adviezen van de betrokken constructeur. De balklaag wordt aan de bovenzijde afgewerkt met een houten vloerplaat. Aan de onderzijde worden de plafonds afgewerkt met gipsplaten op houten regelwerk.

De bestaande eerste verdiepingsvloer van de voormalige schuur blijft grotendeels behouden. Deze bestaat uit een holle bakstenen vloer. De vloer wordt aan de onderzijde voorzien van een brandwerende spuitmortel. Deze spuitmortel zal in de onbenoemde ruimtes in het zicht blijven en niet nader worden afgewerkt. Voor het gedeelte waar de vloer nieuw wordt aangebracht, wordt deze uitgevoerd als een houten balklaag met een houten vloerbeschot, waar nodig voorzien van stalen liggers, op basis van adviezen van de betrokken constructeur en wordt deze aan de onderzijde voorzien van een brandwerende beplating. Boven op deze bakstenen- en houten vloerconstructie wordt isolatie aangebracht met daar bovenop een vezelcementplaat.

Aan de onderzijde van deze vloer zal bovendien een gipsplatenplafond op houten regelwerk worden aangebracht in de keuken en bijkeuken van bouwnummer 1 en in de hallen en het toilet van de bouwnummers 2 en 3. De hoogte van de onderzijde van dit plafond staat aangegeven op de Verkooptekeningen.

De tweede verdiepingsvloer in de voormalige schuur wordt uitgevoerd als een houten balklaag. De balklaag wordt aan de bovenzijde afgewerkt met een houten vloerplaat. Aan de onderzijde wordt het plafond afgewerkt met gipsplaten op houten regelwerk.

Gevels

Metselwerk gevel De bestaande gevels van het voorhuis bestaan overwegend uit een gemetseld buitenblad, deels met een luchtspouw en een gemetselde binnenblad, en deels uit een massieve wand. Dit bestaande metselwerk wordt gehandhaafd en waar nodig worden losse stenen en / of wordt los voegwerk hersteld. De zettingsscheuren in het metselwerk zullen zichtbaar blijven. Boven de nieuwe gevelkozijnen met dubbele deuren zullen stalen lateien worden aangebracht ter ondersteuning van het bestaande gevelmetselwerk. Van binnenuit wordt tegen het binnenblad van de gevel een geïsoleerde voorzetwand aangebracht met een Rc waarde van circa 3,5 m²K/W (gemeten op een gesloten gevelvlak). Deze voorzetwand is opgebouwd uit een isolatieplaat en afgewerkt met een gipsplaat. Waar deze geïsoleerde voorzetwanden worden toegepast, is weergegeven op de Verkooptekeningen.

Bij gevelkozijnen met een gemetselde borstwering worden nieuwe keramische waterslagen toegepast. Onder de gevelkozijnen van deuren en puien komen glasvezelversterkte kunststof onderdorpels (daar waar kozijnen tot maaiveld lopen) met daaronder waar nodig een kantplank.

Daken

De hellende dakconstructie bestaat uit reeds bestaande houten gordingen en spanten. Daar waar nodig zal de

7

dakconstructie worden vervangen of aangevuld met houten balken, volgens de adviezen van de betrokken constructeur. Deze gordingen en spanten blijven in het zicht en worden niet nader afgewerkt. (let op: verschillen tussen reeds bestaande houtconstructies en nieuwe houtconstructies zullen zichtbaar blijven). De bestaande houtconstructies worden behandeld tegen houtaantastende insecten. Op de gordingen worden nieuwe geïsoleerde dakplaten aangebracht (Rc = 6,0 m²K/W). Deze dakplaten zijn aan de onderzijde uitgevoerd met een houten plaat. De naden tussen de dakplaten onderling worden niet afgetimmerd, deze blijven zichtbaar. De onderzijde van de dakplaten op de 1e verdieping van bouwnummer 1 worden in de badkamer, vide en slaapkamers 2 en 3 voorzien van een gipsplatenplafond op regelwerk. Het gipsplatenplafond volgt de lijn van de dakplaten. De onderzijde van deze dakplaten wordt voorzien van schilderwerk met uitzondering van de onderzijde van de dakplaten die zich bevinden in de bergingen, de techniekruimte of op zolder. Daar wordt de onderzijde van de dakplaten niet nader afgewerkt.

De dakconstructie wordt gedekt met keramische pannen, waarbij zo veel als mogelijk de bestaande dakpannen worden hergebruikt. Langs de dakranden van de kopgevels zal een onderhoudsvriendelijk plaatmateriaal worden toegepast. Het dakvlak van de woningen wordt voorzien van doorvoeren ten behoeve van rookgasafvoer, luchtafvoer en ontluchting. De posities en afmetingen van de doorvoeren worden nader door de installateur bepaald en zijn indicatief weergegeven op de Verkooptekeningen.

Dakkapellen Bouwnummer 1 heeft in het dakvlak twee dakkapellen. De dakkapellen bestaan uit een houten geïsoleerde constructie met houten kozijnen. De wangen van de dakkapellen worden aan de buitenzijde afgewerkt met houten plaatmateriaal dat wordt geschilderd volgens de Verkooptekeningen. Langs de dakrand van de dakkapellen wordt een boeiboord van hout aangebracht en in kleur geschilderd. Het dak van de dakkapellen wordt afgewerkt met bitumineuze dakbedekking en een aluminium dakrandprofiel. Aan de binnenzijde worden de zijwangen en het plafond van de dakkapellen afgewerkt met gipsplaten op een houten regelwerk. Deze wangen en plafonds worden voorzien van sausklaar stucwerk. Waar nodig zullen aftimmeringen worden toegepast en waar nodig zullen deze aftimmeringen worden geschilderd.

Loggia In het dakvlak van de voormalige schuur worden voor de bouwnummers 2 en 3 openingen gemaakt. Hierdoor ontstaat op de 1e verdieping een dakterras, een loggia. Aan drie zijden van de loggia worden houten kozijnen geplaatst vanaf de 1e verdiepingsvloer tot de onderzijde van het dak. De vloer van de loggia wordt afgewerkt met bitumineuze dakbedekking met een hemelwaterafvoer. Op deze dakbedekking zal een keramische tegelvloer worden aangebracht op tegeldragers. Deze tegels hebben een afmeting van 60 x 60 cm. De aftimmeringen aan de binnenzijde van de loggia, de wanden en de onderzijde van het dak zullen worden voorzien van onderhoudsvriendelijk plaatmateriaal. De dagkanten van de daksparing wordt uitgevoerd in aluminium zetwerk.

Dakvensters Waar van toepassing worden dakvensters toegepast (zie Verkooptekeningen). De dakvensters worden uitgevoerd als tuimelramen met heldere isolerende beglazing (HR++). De dakvensters worden aan de binnenzijde afgetimmerd tot aan de binnenzijde van de dakplaat. Deze aftimmering wordt geschilderd.

Lichtstraat Op de eerste verdieping wordt in het dak van de bouwnummers 2 en 3 een lichtstraat van aluminium profielen aangebracht. Deze lichtstraat wordt deels met vaste beglazing en deels met tuimelramen uitgevoerd,

8

voorzien van heldere isolerende beglazing (HR++). De lichtstraat wordt aan de binnenzijde afgetimmerd tot aan de binnenkant van de dakplaat. Deze aftimmering wordt geschilderd.

Goten De dakgoot van de woningen wordt uitgevoerd als een mastgoot van aluminium op beugels. De betimmering achter de goot wordt uitgevoerd met onderhoudsarm plaatmateriaal.

Gevelkozijnen, beglazing en buitendeuren

Gevelkozijnen en buitendeuren De gevelkozijnen en buitendeuren worden vrijwel allemaal, met uitzondering van de stalramen van beton, vervangen door nieuwe kozijnen vervaardigd van hardhout. De spouwlatten en overige voorzieningen zijn van naaldhout of plaatmateriaal. De vaste en draaiende delen van de gevelkozijnen en buitendeuren worden aan de binnen- en buitenzijde geschilderd. Aan de buitenzijde wordt het schilderwerk van de gevelkozijnen uitgevoerd in hoogglans, aan de binnenzijde in zijdeglans. Aan de onderzijde, ter hoogte van de aansluiting met het raamhout, zijn de gevelkozijnen aan de buitenzijde voorzien van een blank geanodiseerd aluminium profiel dat niet wordt geschilderd. De kleur van alle gevelkozijnen, ramen en deuren is indicatief weergegeven op de Verkooptekeningen en op de Kleuren- en materialenstaat. De gevelkozijnen worden aan de binnenzijde, daar waar sprake is van een borstwering, voorzien van vensterbanken van hardsteencomposiet. Wanneer grotere lengtes vensterbank voorkomen, kan de vensterbank uit meerdere delen bestaan. De dagkanten van de kozijnen zullen worden afgewerkt met een houten aftimmerlat, die wordt mee geschilderd met het kozijn.

Schuurdeuren De schuurdeuren in de noordwest- en de noordoostgevel worden vervangen, maar behouden de uitstraling van schuurdeuren zoals aangegeven op de Verkooptekeningen. De deuren worden uitgevoerd als dichte massieve geschilderde multiplex deuren voorzien van verticale groeven. Eén van de deuren in de noordoostgevel zal niet als deur fungeren zoals ook aangegeven op de Verkooptekeningen. Deze ‘deur’ wordt als paneel, zonder hang en sluitwerk, vast gezet in het kozijn.

Stalramen De oorspronkelijke stalramen van beton met enkel glas blijven behouden, waar nodig worden deze hersteld of vervangen. De stalramen, die grenzen aan de hal van de bouwnummers 2 en 3, worden aan de binnenzijde voorzien van voorzetramen met geïsoleerde beglazing. Deze voorzetramen zijn van binnenuit te openen ten behoeve van glasbewassing. De aanwezige gevelopeningen onder de stalramen worden dicht gezet met een aluminium zetwerk. Daar waar deze opening als ventilatie opening wordt gebruikt, zoals dat is aangegeven op de Verkooptekeningen, wordt deze opening voorzien van insectengaas.

Beglazing en beslag De toe te passen beglazing van alle woningen is heldere, isolerende hoogrendement beglazing (HR++), met uitzondering van de stalramen. Het beslag van draaiende delen in de gevels is van aluminium. Het hang- en sluitwerk voldoet aan SKG **. Alle buitendeuren en de binnendeuren van de onbenoemde ruimte naar de woning worden voorzien van meerpuntsluitingen. Van de dubbele deuren zal één deur worden uitgevoerd als een loopdeur, daarin bevindt zich de kruk. De andere deur wordt bediend middels een kantschuif. Alle cilinders zijn per woning gelijksluitend en daarmee te bedienen met dezelfde sleutel. De cilinders worden voorzien van kerntrekbeveiliging. In de voordeuren wordt géén briefplaat opgenomen. Nabij de openbare weg zullen postkasten worden geplaatst, zoals weergegeven op de concept Inrichtingstekening. Deze postkasten behoren tot het mandelig eigendom.

9

Spuiventilatie Het doorspuien van de woning met buitenlucht is mogelijk middels het openen van de in de gevelkozijnen opgenomen ramen of met de in het dak opgenomen tuimelvensters (zie Verkooptekeningen). Deze wijze van ventilatie vormt een aanvulling op het ventilatiesysteem dat in iedere woning is geïnstalleerd (zie paragraaf Ventilatievoorzieningen). Het openen van

ramen en deuren zal tot energieverlies leiden.

Sierluiken De bouwnummers 1 en 3 beschikken over sierluiken aan de gevel (zie Verkooptekeningen). De sierluiken worden uitgevoerd in houten plaatmateriaal voorzien van verticale groeven. Deze sierluiken worden in kleur geschilderd, zoals dat is weergegeven op de Verkooptekeningen. De breedte van de luiken is niet afgestemd op de breedte van de kozijnen waarnaast ze bevestigd worden. De luiken worden opgehangen aan scharnieren en middels luikvastzetters tegen de gevel gehouden.

Binnenwanden, binnenkozijnen, binnendeuren en beslag

Wanden De niet constructieve binnenwanden worden uitgevoerd als 100 millimeter dikke metalstudwanden. Deze wanden zijn aan beide zijden afgewerkt met gipsplaat. Tussen binnenwanden en plafonds kunnen na verloop van tijd haarscheurtjes zichtbaar worden door verschil in zetting.

Kozijnen Er worden houten binnendeurkozijnen in de woning toegepast. De kozijnen worden in de wand gemonteerd zonder bovenlicht, de wand loopt dus, waar mogelijk, boven het kozijn door. Deuren De binnendeuren worden uitgevoerd als stompe deuren en in het werk geschilderd. Onder de binnendeuren zal circa 35 mm ruimte aanwezig zijn, gemeten vanaf de bovenzijde van de afgewerkte vloer, ten behoeve van de benodigde ventilatie. De deur van de meterkast wordt, indien nodig, voorzien van kunststof ventilatieroosters.

Beslag Het beslag van de binnendeuren is van aluminium en de deuren worden voorzien van een slot. De slaapkamerdeuren hebben een dag- en nachtslot, de badkamer- en toiletdeuren een vrij/bezetslot en de deur van de meterkast heeft een kastslot. Alle overige deuren worden voorzien van een loopslot.

Trappen

De woningen worden vanaf de begane grond tot en met de hoogste bouwlaag voorzien van vaste trappen, met uitzondering van de trap naar de zolder van bouwnummer 1. Die trap wordt uitgevoerd als vlizotrap. De trappen van bouwnummer 1 worden samengesteld uit vurenhout. Deze trappen worden uitgevoerd als open trappen. De trappen worden in het werk geschilderd, met uitzondering van de treden, die worden gegrond. Langs de open zijde van het trapgat en langs de vide wordt een vurenhouten traphek, voorzien van spijlen, geplaatst en aan de muurzijde van de trap wordt een vurenhouten leuning aangebracht, bevestigd op aluminium leuningdragers. Het traphek en de leuning worden geschilderd. De trappen van de bouwnummers 2 en 3 worden uitgevoerd als stalen spiltrap met hardhouten treden. Aan de buitenzijde van de trap en de open zijde van het trapgat op de verdiepingen wordt een stalen spijlenhekwerk met handleuning aangebracht. Het staalwerk wordt fabrieksmatig geschilderd en de treden worden fabrieksmatig blank gelakt. De vloerrand van de trapgaten wordt bij alle woningen afgetimmerd met

houten plaatmateriaal dat zal worden geschilderd.

Binnenafwerking

Vloerafwerking De zandcement dekvloer op nieuw aangebrachte betonvloeren in de woningen (met uitzondering van

10

de vloeren in de onbenoemde ruimtes) dient als harde onderlaag voor een later, door de koper, aan te brengen vloerafwerking. In de dekvloeren worden, waar nodig, onderdelen van de installaties opgenomen. De overige vloerafwerkingen bestaan uit plaatmaterialen, zoals reeds beschreven in de paragraaf constructie. Deze plaatmaterialen dienen als harde onderlaag voor een later, door de koper, aan te brengen vloerafwerking.

Wandafwerking Alle niet-betegelde wanden in de woning worden sausklaar opgeleverd met uitzondering van de wanden in de meterkast, de onbenoemde ruimte, de berging, de techniekruimte en op de zolder. Deze wanden worden niet nader afgewerkt. Sausklaar houdt in dat de wanden geschikt zijn voor diverse wandafwerkingen. Voor door de koper na oplevering aan te brengen sausafwerkingen is het aan te bevelen dat de koper, na oplevering, de wanden vooraf bewerkt, voor een beter resultaat. Het verdient tevens aanbeveling dat de koper alle niet-betegelde wanden allereerst afwerkt met bouwbehang voor een periode van tenminste twee jaar na oplevering alvorens de definitieve afwerking aan te brengen. Gedurende deze periode kan eventueel vocht uit de nieuwe bouwmaterialen verdampen en kunnen de eerste droog- en krimpscheuren verschijnen, zonder dat daarbij de definitieve wandafwerking wordt aangetast.

Plafondafwerking De plafonds en de schuine plafonds die voorzien zijn van gipsplaten worden standaard sausklaar opgeleverd, met uitzondering van het plafond in de meterkast, in de onbenoemde ruimte, de techniekruimte en op zolder. Die plafonds worden niet nader afgewerkt. Er kunnen na verloop van tijd haarscheurtjes ontstaan door verschillen in zetting tussen plafond, wanden en dak onderling.

Tegelwerk In de badkamers en toiletten worden keramische vloer- en wandtegels aangebracht in een recht patroon (zie Kleuren- en materialenstaat). De vloertegels hebben

de afmetingen 30 x 30 centimeter. Het vloertegelwerk in de douchehoek wordt met afschot aangebracht naar de douchegoot en ter plaatse van de douchegoot wordt het vloertegelwerk uitgevoerd conform de zogenaamde envelopmethode. Waar nodig zal in de douchehoek aan één zijde een rvs hoeklijn in het vloertegelwerk worden opgenomen. De wandtegels hebben de afmetingen 40 x 20 centimeter. De wandtegels worden liggend aangebracht. Op de uitwendige hoeken van het tegelwerk wordt een aluminium hoekprofiel aangebracht. De vloer- en wandtegels worden niet strokend gelegd. De wanden van de badkamer en het toilet worden rondom tot de onderkant van het plafond betegeld. Het wandcloset wordt voorzien van een betegeld plateautje op circa 1,20 meter hoogte. U kunt kiezen voor andere vloer- en/of wandtegels, een ander legpatroon of andere tegelhoogtes. Bij de projectshowroom kunt u daarvoor vrijblijvend een offerte laten maken. Onder de binnendeuren naar betegelde ruimten worden kunststenen dorpels gelegd. Het hoogteverschil tussen de vloer van de badkamer en de overloop zal circa 7 cm bedragen. Het hoogteverschil tussen de vloer van het toilet en de overloop zal circa 3 cm bedragen.

Schilderwerk Al het in het zicht blijvend houtwerk wordt dekkend geschilderd met zijdeglans verf (zie Kleuren- en materialenstaat), tenzij anders beschreven in deze Technische Omschrijving. De eventueel in het zicht komende leidingwerken zoals riolering, waterleidingen, leidingen van de centrale verwarming en kanalen van de mechanische ventilatie worden niet geschilderd.

Schachten De bouwkundige schachten, waarin leidingen en kanalen van de verschillende installaties worden opgenomen, staan op de Verkooptekeningen

11

aangegeven. De aantallen, posities en afmetingen zijn indicatief. De werkelijke aantallen, posities en afmetingen worden in het werk bepaald door de installateurs.

Keukeninrichting

De keuze van een keuken is zeer persoonlijk. Daarom is er voor gekozen om de woningen niet te voorzien van een projectkeuken. In het bepalen van de verkoopprijzen van de woningen is daar rekening mee gehouden. In de koopsom is derhalve geen bedrag voor keukeninrichting opgenomen. Bij dit project wordt een projectshowroom voor keukens betrokken. Koper heeft de mogelijkheid een keuken naar eigen smaak bij de projectshowroom of een keukenshowroom van zijn / haar eigen keuze aan te schaffen. De woningen zullen standaard worden voorzien van afgedopte aansluitpunten ter plaatse van de gereserveerde opstelzone voor de keuken (zie Verkooptekeningen). De koper heeft de vrijheid om na oplevering de door hem / haar gewenste keukeninrichting te laten plaatsen. In de keukenruimte zijn standaard de volgende voorzieningen aanwezig: (de posities zijn indicatief op de Verkooptekeningen aangegeven) • afgedopte riolering t.b.v. een spoelbak en een vaatwasser; afgedopte koud waterleiding t.b.v. een keukenkraan; afgedopte warm waterleiding t.b.v. een keukenkraan; afgedopte koud waterleiding t.b.v. een vaatwasser; perilex wandcontactdoos t.b.v. een inductiekookplaat op aparte groep; enkele wandcontactdoos t.b.v. een koelkast; enkele wandcontactdoos t.b.v. een vaatwasser op aparte groep; enkele wandcontactdoos t.b.v. een magnetron/ oven op aparte groep; enkele wandcontactdoos t.b.v. een afzuigkap; een loze leiding t.b.v. een close-in boiler of kokend water kraan; twee dubbele wandcontactdozen boven het aanrechtblad voor losse keukenapparatuur.

De exacte posities van bovenstaande aansluitpunten treft u aan op de zogenaamde gemaatvoerde nultekening van de projectshowroom / keukenshowroom. Deze installatietekening wordt door de showroom aan de koper verstrekt na aankoop van een keuken.

Sanitair

De sanitaire artikelen zijn onder andere van Duravit (Starck 3 serie) en Grohe. Het bad en de keramische wandclosets, wastafels en fonteintjes zijn wit. Het garnituur heeft een chromen kleur. De aantallen en opstelplaatsen staan aangegeven op de Verkooptekeningen. De douchehoek wordt in tegelwerk onder afschot uitgevoerd. De uitvoering van het sanitair staat hieronder beschreven.

Toilet: • een closetcombinatie, bestaande uit een inbouwreservoir met een vrij hangend closet en een kunststof zitting met deksel; een fontein, met een verchroomde wastafelkraan en een verchroomd plugbeker sifon met verchroomde muurbuis.

Badkamer: • een douchehoek bestaande uit vloertegels op afschot en een douchegoot; een douchecombinatie bestaande uit een verchroomde thermostatische douchemengkraan, een doucheset met handdouche, bijbehorende glijstang en doucheslang van circa 1,5 meter; een dubbele wastafel met twee stuks verchroomde wastafelmengkranen en verchroomde plugbeker sifons met verchroomde muurbuizen; twee ronde spiegels met twee keramische planchets.

Een ligbadcombinatie van 180 x 80 cm, ingebouwd en betegeld met wandtegels;

12

Een badkraancombinatie bestaande uit een verchroomde thermostatische badmengkraan, en een handdouche met bijbehorende opsteek.

Bij dit project wordt een projectshowroom voor sanitair betrokken. Bij de projectshowroom kunt u een offerte laten opmaken voor een alternatieve keuze voor sanitaire artikelen, garnituur en inrichting.

Ventilatievoorzieningen en verwarming

Verse buitenlucht wordt de woning ingebracht via ventilatieroosters in het glasvlak van de kozijnen of in het dak, zoals aangegeven op de Verkooptekeningen. De mechanische afvoer van binnenlucht uit de verschillende ruimten vindt plaats via afzuigventielen, van wit kunststof, in het plafond of in de wand van die ruimten. De indicatieve posities van de afzuigventielen zijn op de Verkooptekeningen aangegeven. De afzuigventielen dienen vrij van obstakels te worden gehouden, zodat afvoer van lucht gewaarborgd is. De ventilatie unit wordt in de techniekruimte geplaatst en de lucht wordt via een dakdoorvoer naar buiten afgevoerd. De leidingen in de techniekruimte blijven in het zicht. De positie van de draadloze schakelaar van de mechanische ventilatie is weergegeven op de Verkooptekeningen.

De gasgestookte cv ketel, een hr combiketel klasse cw5, wordt gemonteerd in de techniekkast, zoals indicatief aangegeven op de Verkooptekeningen. De leidingen worden, waar mogelijk, weggewerkt in de vloer en wanden, met uitzondering van de leidingen in de techniekruimte, de meterkast, de onbenoemde ruimtes en op de zolder. Daar blijven leidingen in het zicht. De verwarming van de ruimtes geschiedt middels radiatoren. De afmetingen en de posities staan indicatief op de Verkooptekening aangegeven. De exacte afmetingen en posities zullen bepaald worden aan de hand van de berekeningen van de installateur. De radiatoren worden uitgevoerd met thermostatische radiatorkranen, behalve de radiatoren in de woonkamer en de keuken. In de badkamer wordt een fabrieksmatig afgelakt verwarmingselement gemonteerd in de vorm van een handdoek radiator, voorzien van een thermostaatknop.

De temperatuurregeling in de woning vindt plaats door middel van een thermostaat in de woonkamer. Voor de berekening van de capaciteit van de centrale verwarmingsinstallatie worden de eisen uit de publicatie ISSO 51 (versie 2017) gehanteerd. De volgende binnentemperaturen moeten, bij gesloten ramen, deuren en bij het in gebruik zijn van de minimaal vereiste ventilatievoorzieningen, behaald en behouden kunnen worden tot een buitentemperatuur van -10 °C, bij gelijktijdige verwarming van alle te verwarmen ruimten in de woning: • woonkamer/keuken: 20 °C slaapkamer(s): 20 °C verkeersruimten, toilet: 15 °C badkamer: 22 °C trapkast, zolder, onbenoemde ruimte, meterkast, techniekruimte: onverwarmd

Energielabel

Bij oplevering zal een energielabel worden verstrekt.

Elektrische installatie

De elektrische installatie wordt conform de Nederlandse Norm NEN 1010 aangelegd vanuit de meterkast van de woning, verdeeld over voldoende groepen voor de standaard omschreven installatie naar de diverse aansluitpunten. De aansluitpunten zijn per ruimte indicatief aangegeven op de Verkooptekeningen, definitieve aantallen en posities worden te zijner tijd door de installateur bepaald. Op de Verkooptekeningen staat tevens aangegeven of een aansluitpunt standaard als bedraad of onbedraad wordt uitgevoerd. De elektrische installatie zal worden uitgevoerd op basis van de volgende uitgangspunten: • wandcontactdozen en aansluitdozen (ten behoeve van telefoon, centrale antenne systeem of dataverkeer) worden standaard op circa 30

13

centimeter boven de dekvloer gemonteerd; schakelaars worden standaard op circa 105 centimeter boven de dekvloer gemonteerd; wandcontactdozen gecombineerd met een schakelaar worden op circa 105 centimeter boven de dekvloer gemonteerd; er wordt een voordeurbel gemonteerd; alle schakelaars en wandcontactdozen boven het keukenblad worden op circa 120 centimeter boven de dekvloer gemonteerd; schakelmateriaal wordt geleverd in de kleur helder wit; wandcontactdozen en schakelaars worden als inbouwdozen uitgevoerd (met uitzondering van die in de techniekruimte, berging, meterkast, onbenoemde ruimte en op zolder. Die wandcontactdozen en schakelaars worden als opbouwdozen uitgevoerd); alle loze leidingen worden voorzien van een controledraad.

Rookdetectie

De woning is, conform de vigerende wet en regelgeving, voorzien van rookmelders die op het elektriciteitsnet zijn aangesloten. De rookmelders zijn in serie geschakeld. De melders functioneren, bij eventuele stroomuitval, op batterijen. De indicatieve posities van de melders zijn op de Verkooptekeningen aangegeven.

Gasinstallatie

De woningen worden uitgevoerd met een gasinstallatie voor verwarming en warm tapwater. De gasleiding wordt aangelegd van de meterkast tot in de techniekkast, nabij de cv-ketel.

Waterinstallatie

De waterleiding wordt aangelegd vanuit de meterkast en is daar afsluit- en aftapbaar. De leidingen worden zoveel mogelijk weggewerkt in de wanden, de vloeren en in de kruipruimte. De volgende tappunten worden aangesloten op de koud waterleiding naar de op de Verkooptekeningen aangegeven opstelplaatsen: • in het toilet: closet en fonteinkraan; in de badkamer: douchemengkraan, badmengkraan, wastafelmengkranen en closet; in de techniekruimte: wasmachinekraan; in de keuken: afgedopt aansluitpunt ten behoeve van een keukenkraan en vaatwasser (zoals eerder beschreven).

De warmwaterleiding wordt aangelegd vanaf de cvketel. De volgende tappunten worden aangesloten op de warmwaterleiding naar de op tekening aangegeven opstelplaatsen: • in de badkamer: douchemengkraan, badmengkraan en wastafelmengkranen; in de keuken: afgedopt aansluitpunt ten behoeve van een keukenkraan (zoals eerder beschreven).

Telecommunicatie, data en centrale antenne systeem

Vanaf de meterkast worden, conform de Verkooptekeningen, loze leidingen gemonteerd en aansluitdozen geplaatst in de woonkamer en in de grootste slaapkamer van de woning. De aansluitdozen worden standaard op circa 30 centimeter boven de dekvloer gemonteerd. De loze leidingen kunnen bijvoorbeeld worden gebruikt voor bedrading ten behoeve van telefoon, dataverkeer of de centrale antenne inrichting (CAI). De loze leidingen worden voorzien van een controledraad per leiding.

14

15

This article is from: