en de gemeente
Palmzondag ‘Hosanna! Gezegend Hij die komt in de naam van de Heer. 10Gezegend het komende koninkrijk van onze vader David. Hosanna in de hoogste hemel!’ (Mar. 11:9-10)
VIA DOLOROSA
• Koninkrijk gaat gepaard met verdrukking: Op. 1:9
Wat het OT niet voorzag:
Ik, Johannes, die ook uw broeder ben en deelgenoot in de verdrukking en in het Koninkrijk en in de volharding van Jezus Christus • Heersen met Christus brengt ook vervolging met zich mee: 2 Tim. 3:12 Allen die vroom en in eenheid met Christus Jezus willen leven, zullen worden vervolgd.
Aan het einde der tijden
Daniël 2: De droom van Nebukadnessar
Alleen God in de hemel weet alle dingen
Maar er is een God in de hemel die mysteries onthult. Hij heeft koning Nebukadnessar laten weten wat er aan het einde van de tijd zal gebeuren (Dan. 2:28)
oorsprong duur macht
Koninkrijken van het beeld menselijk tijdelijk gaat over op een ander volk
Koninkrijk van God goddelijk eeuwig gaat nooit over op een ander rijk
Tussen D-Day and VEday • Jezus' eerste komst was als de landing van de geallieerden in Normandië (D-Day), waar Jezus Satan versloeg door zijn dood en opstanding, terwijl zijn tweede komst zal zijn als de formele overgave van Duitsland aan de geallieerden (VE-Day) • “De hoop op de eindoverwinning is zoveel levendiger door de rotsvaste overtuiging dat de strijd die over de overwinning beslist, reeds heeft plaatsgevonden”. • (Oscar Cullmann)
Met de eerste komst van Christus is de eindtijd begonnen
16Wat
hier nu gebeurt, is aangekondigd door de profeet Joël: 17“Aan het einde der tijden, zegt God, zal Ik mijn Geest uitgieten over al wat leeft. (Hand. 2:16-17)
1Op
velerlei wijzen en langs velerlei wegen heeft God in het verleden tot de voorouders gesproken door de profeten; 2nu, aan het einde van de tijd, heeft Hij tot ons gesproken door zijn Zoon, die Hij heeft aangesteld als erfgenaam van alles wat bestaat, en door wie Hij het heelal geschapen heeft. (Heb. 1:1-2)
Het geheim van het koninkrijk
koninkrijk-nu en koninkrijk-straks Jezus proclameert het koninkrijk van God als een tegenwoordige werkelijkheid als ook als een toekomstige werkelijkheid (Ridderbos, De komst van het koninkrijk, 103.)
Tegenwoordig én toekomstig ‘Geïnaugureerde eschatologie’ • Legt nadruk op de voorlopige vervulling van de komst van het koninkrijk • Tot de wederkomst leven we in de tussentijd (‘genade-tijd’) “Gods koninkrijk breekt in op de werkelijkheid van deze wereld, maar via een geleidelijk proces dat uitloopt op een complete omwenteling bij de wederkomst. Waar Jezus optreedt of verkondigd wordt, waar zijn volgelingen zich verzamelen, daar is het koninkrijk actief. Het wordt tastbaar en gaat groeien: soms sporadisch, soms explosief”. (Van Houwelingen, R., ‘Het koninkrijk van God en de navolging van Christus’, 317)
Definitie Gods koninkrijk
(1) idealistische: het koninkrijk verwijst naar een soort toekomstige utopie, nu alleen aanwezig als een droom of hoop, maar te bereiken door ofwel sociale revolutie of intensieve evangelisatie en heiligheid. (2) bevrijdingsperspectief: associeert Gods koninkrijk met bevrijding van onderdrukking. (3) evangelische visie: het koninkrijk van God wordt opgevat als Gods dynamische reddende heerschappij. (4) de herstelde schepping. (5) de Kerk (Augustinus). (6) heerschappij over Gods volk in Gods plaats.
Het koninkrijk = de gemeente (Augustinus) “In navolging van Augustinus beschouwde de RoomsKatholieke Kerk de kerk als het koninkrijk van God en begon haar te beschouwen als vergelijkbaar met aardse koninkrijken. Naarmate de kerk meer en meer een politieke macht werd, begon het model van een staatskerk de middeleeuwse ecclesiologie te monopoliseren. Deze ontwikkeling maakte de weg vrij voor militaire acties zoals de kruistochten; religieuze vervolging van niet-christenen en ketters door de inquisitie; politieke machinaties zoals investituur (d.w.z. dat de paus het gezag bezat om de keizer te kronen met de symbolen van burgerlijk gezag) en andere kerkelijke inmenging in wereldlijke zaken, gevoed door pauselijke aanspraken op superioriteit over de staat” (Allison, R., The Kingdom and the Church, 195).
Gelijkenis: Onkruid op de akker (Mat. 13:24:30; 36-43)
Koninkrijk ≠ de gemeente
• De eerste zendelingen verkondigden het koninkrijk, niet de gemeente (Hand. 8:12; 19:8; 20:25; 28:23, 31). • Jezus predikt geen “passiviteit” ten opzichte van de zonde (Mat. 5:29-30; 18:8-9). • In de gelijkenis van “Het onkruid op de akker” wordt de akker gelijkgesteld met de wereld en niet met de gemeente (Mat. 13:38). “De boodschap van de gelijkenis heeft niets te maken met de aard van de kerk, maar leert dat het Koninkrijk van God de geschiedenis is binnengedrongen zonder de huidige structuur van de samenleving te ontwrichten” (Ladd, G.E., The Presence of the Future, 263).
Gelijkenis leert ons Het Koninkrijk is een realiteit ondanks de aanwezigheid van het kwaad in de wereld. Achter het kwaad staat een kwade macht.
Wij kunnen het kwaad niet uitroeien.
Er komt een oordeel, waarbij God als rechtvaardige rechter de goeden van de slechten zal scheiden en definitief zal afrekenen met het kwaad. Tot dan moeten we vol goede moed blijven, ook al weten we dat zolang dit lichaam onze woning is, we ver van de Heer wonen.
Het Koninkrijk brengt de gemeente voort
De verhouding Koninkrijk gemeente
De gemeente getuigt van het Koninkrijk De gemeente is het instrument van het Koninkrijk De gemeente is de bewaarder van het Koninkrijk
De sleutels van het Koninkrijk (Mat. 16:19) • De sleutels van het Koninkrijk zijn dus "het geestelijk inzicht dat Petrus in staat zal stellen anderen binnen te leiden door de deur van openbaring waar hij zelf doorheen is gegaan." • Christus zal zijn ekklēsia bouwen op Petrus en op hen die de goddelijke openbaring van Jezus' messiasschap delen. (Ladd, 1974, A Theology of the New Testament, 117-118)
Definitie (Hoekema, The Bible and the Future, 45)
"Het koninkrijk van God ... moet worden begrepen als de heerschappij van God die dynamisch actief is in de menselijke geschiedenis door Jezus Christus, met als doel de verlossing van zijn volk van zonde en van demonische machten, en de uiteindelijke vestiging van de nieuwe hemel en de nieuwe aarde”.
EDEN ISRAËL
PROFETEN
Gods volk
Gods plaats
Gods heerschappij
Adam en Eva Abraham
De tuin Kanaän
Gods Woord Verbond
Israël onder Mozes
Beloofde land
Sinaï-verbond
Israël onder het koningschap
Land, Jeruzalem, tempel Herstelde land, Jeruzalem, tempel
Sinaï-verbond
Gelovig overblijfsel van Israël
Nieuw verbond geschreven op de harten
JEZUS CHRISTUS Nieuwe Testament
Gods volk
Gods plaats
Gods heerschappij
Nieuwe Israël:
Nieuwe tempel: waar Christus verblijft
Nieuwe verbond: Christus regeert
wie ‘in Christus’ zijn
Christus = Koning Het koninkrijk Gods wordt nu belichaamd in de opgestane Christus, aan wie alle macht gegeven is in de hemel en op de aarde:
Jezus kwam dichterbij en zei tegen hen: ‘Mij is alle macht gegeven in de hemel en op de aarde (Mat. 28:18) 20Die
macht was ook werkzaam in Christus toen God Hem opwekte uit de dood en Hem in de hemelsferen een plaats gaf aan zijn rechterhand, 21hoog boven alle hemelse vorsten en heersers, alle machten en krachten en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld maar ook in de toekomstige. 22Hij heeft alles aan zijn voeten gelegd en Hem als hoofd over alles aangesteld, ten behoeve van de kerk, 23die zijn lichaam is, de volheid van Hem die alles in allen vervult (Ef. 1:20-22).
Vervulling in Christus
Jezus is de Koning van alles, en alle beloften van het koninkrijk vinden hun vervulling in Hem: In Hem worden alle beloften van God ingelost; en daarom is het ook door Hem dat we amen zeggen, tot Gods eer (2 Kor. 1:20)
Het Koninkrijk in de brieven van Paulus
“De brieven van Paulus zijn zendbrieven voor het koninkrijk. Hij schrijft over Christus de Koning, aan het volk van de Koning, in de huidige manifestatie van het koninkrijk, de gemeente” (Schreiner, P., The Kingdom of God and the Glory of the Cross, 108).
Kol. 1:9-11 (HSV) “Daarom houden ook wij niet op, vanaf de dag dat wij het gehoord hebben, voor u te bidden en te smeken dat u vervuld mag worden met de kennis van Zijn wil, in alle wijsheid en geestelijk inzicht,10zodat u wandelt op een wijze de Heere waardig, Hem in alles behaagt, in elk goed werk vrucht draagt en groeit in de kennis van God,11terwijl u met alle kracht bekrachtigd wordt, overeenkomstig de sterkte van Zijn heerlijkheid, om met blijdschap in alles te volharden en geduld te oefenen”.
1. Door goede werken
We behagen God
2. Door kennis van God 3. Door volharding
4. Door dankzegging
Kol. 1:11 Volharding en geduld “Een geduldige en volhardende geest, het stille uitvloeisel van geloof, hoop en liefde, is het product van de vaste overtuiging dat de Vader van Jezus Christus de soevereine Heer van de wereld is, en dat Hij in staat is om zijn doeleinden op zijn eigen tijd en wijze te verwezenlijken”. (Wright, N.T., Colossians and Philemon: An Introduction and Commentary, 63)
Onze erfenis in de hemel
Wij danken de Vader met vreugde
Onze verlossing uit de macht van de duisternis Onze overbrenging naar het Koninkrijk van zijn geliefde Zoon.
4Wij
Erfgenamen van het Koninkrijk
spreken dan ook in de gemeenten van God vol trots over uw standvastigheid en trouw onder de vervolgingen en onderdrukking die u moet doorstaan. 5Ze zijn het bewijs dat God rechtvaardig oordeelt wanneer Hij u zijn koninkrijk, waarvoor u nu lijdt, waardig acht (2 Tes. 1:4-5).
5Want
hiervan moet gij doordrongen zijn, dat in geen geval een hoereerder, onreine of geldgierige, dat is een afgodendienaar, erfdeel heeft in het Koninkrijk van Christus en God (Ef. 5:5).
13Hij
Kol. 1:13-14 Verlossing uit de macht van de zonde
heeft ons verlost uit de macht der duisternis en overgebracht in het Koninkrijk van de Zoon zijner liefde, 14in wie wij de verlossing hebben, de vergeving der zonden.
Verlost uit: (ῥύεσθαι) de macht van de duisternis (Kol. 1:13)
van het oordeel (1 Tes. 1:10) slechte mensen (2 Tes. 3:2) doodsgevaar (2 Kor. 1:10) vervolging (2 Tim. 3:11; 2 Tim. 4:17) boos opzet (2 Tim. 4:18) ongelovigen (Rom. 15:31) ons bestaan dat beheerst wordt door de dood (Rom. 7:24)
Paulus’ bekering (Hand. 26:12-18) 17Ik
zal je daarbij beschermen tegen je eigen volk, en tegen de andere volken waarheen Ik je zend 18om hun de ogen te openen, zodat ze zich van de duisternis naar het licht keren, en van de macht van Satan naar God. Door in Mij te geloven zullen ze vergeving krijgen voor hun zonden, en samen met allen die Mij toebehoren zullen ze deel krijgen aan mijn koninkrijk.”
Lofprijs op Christus (Kol. 1:1520) 15Hij
is het Beeld van de onzichtbare God, de Eerstgeborene van heel de schepping.16Want door Hem zijn alle dingen geschapen die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zichtbaar en die onzichtbaar zijn: tronen, heerschappijen, overheden of machten; alle dingen zijn door Hem en voor Hem geschapen.17En Hij is vóór alle dingen, en alle dingen bestaan tezamen door Hem.18En Hij is het hoofd van het lichaam, namelijk van de gemeente, Hij, Die het begin is, de Eerstgeborene uit de doden, opdat Hij in allen de Eerste zou zijn.19Want het heeft de Vader behaagd dat in Hem heel de volheid wonen zou,20en dat Hij door Hem alle dingen met Zichzelf verzoenen zou, door vrede te maken door het bloed van Zijn kruis, ja door Hem, zowel de dingen die op de aarde zijn als de dingen die in de hemelen zijn.
Eerste schepping Hij is het beeld van de onzichtbare God, (1:15) de eerstgeborene der ganse schepping, (1:15) 17en
Hij is vóór alles (1:17)
16want
in Hem zijn alle dingen geschapen, die in de hemelen en die op de aarde zijn (1:16)
Nieuwe schepping Want het heeft de ganse volheid behaagd in Hem woning te maken, (1:19) Hij is de eerstgeborene uit de doden (1:18) en Hij is het hoofd van het lichaam, de gemeente. Hij is het begin, zodat Hij onder alles de eerste geworden is. (1:18) 9Want het heeft de ganse volheid behaagd …, 20door Hem, vrede gemaakt hebbende door het bloed zijns kruises, alle dingen weder met Zich te verzoenen, door Hem, hetzij wat op de aarde, hetzij wat in de hemelen is. (1:19a, 20)
De boodschap moet in al haar volheid verkondigd worden (v. 25)
Praktische aanwijzingen voor de verkondiging
We moeten terechtwijzen (v. 28a) We moeten in alle wijsheid onderrichten (v. 28a) We mogen niemand uitsluiten (v. 28)
Het doel is om iedereen tot volmaaktheid in Christus te brengen (v. 28b)
Hoge bestemming Wie Hij van tevoren heeft uitgekozen, heeft Hij ook van tevoren bestemd om het evenbeeld te worden van zijn Zoon, die de eerstgeborene moest zijn van talloze broeders en zusters. (Rom. 8:29).
Concentrische structuur A: 1:1-2: Genade van Paulus een apostel door de wil van God B: 1:3-14: God dankend wanneer hij voor u bidt om in wijsheid te wandelen C: 1:15-23: Het Evangelie verkondigd aan alle schepselen onder de hemel D: 1:24-2:5: Wij vermanen en onderwijzen ieder mens in alle wijsheid E: 2:6-23: Wandel en leef in Christus met wie u bent gestorven en opgewekt E': 3:1-7: Gij zijt gestorven en met Christus opgewekt, om niet meer te leven zoals vroeger
D': 3:8-16: In alle wijsheid elkaar onderwijzen en vermanen C': 3:17-4:1: Je hebt een meester in de hemel B': 4:2-6: Bid voor ons met dankzegging en wandel in wijsheid
A': 4:7-18: Verzekerd bij alles wat God wil; genade van Paulus
Kol. 2:6-7
• 6Nu gij Christus Jezus, de Here, aanvaard hebt, wandelt in Hem, 7geworteld en dan opgebouwd wordend in Hem, bevestigd wordend in het geloof, zoals u geleerd is, overvloeiende in dankzegging.
Christus Jezus Fundament
als Heer aanvaarden
Toepassing
Wandel in Hem
Het “Reeds maar nog niet” bij Paulus “Het koninkrijk is gekomen, en gelovigen moeten leven onder de heerschappij van hun Koning. Paulus leert dat de heilige Geest christenen de kracht schenkt en verandert, zodat zij in staat zijn God te behagen. Paulus onderwijst geen perfectionisme. Het "reeds maar nog niet" blijft bestaan. Er is een spanning tussen de aantonende wijs en de gebiedende wijs. De aantonende wijs geeft weer wat God voor gelovigen in Christus heeft volbracht; de gebiedende wijs roept gelovigen op om te leven op basis van de aantonende wijs. Zij moeten zijn wat zij zijn. Ze moeten nu zijn wat ze zullen zijn op de laatste dag. De laatste dagen zijn aangebroken”. (Schreiner, T., The King in his Beauty, 571)
Paulus spreekt ook over een overlappingsgebied “reeds” en “nog niet”
We zijn door de doop in zijn dood met Hem begraven om, zoals Christus door de macht van de Vader uit de dood is opgewekt, een nieuw leven te leiden (Rom. 6:4)
Onze eenheid met Christus We zijn met Christus • gestorven (Rom. 6:4,8) • begraven (Kol. 2:12) • opgewekt (Kol. 2:12) • verheerlijkt (Kol. 3:1-4)
vers 5: dood wat bij de aardse natuur hoort ontucht
onreinheid
hartstocht
boze begeerte
hebzucht • die afgoderij is
toorn
vers 8: doe weg al deze dingen zoals
woede slechtheid laster vuile taal uit uw mond
Het nieuwe leven (Kol. 3:12-17) 12Omdat
God u heeft uitgekozen, omdat u zijn heiligen bent en hij u liefheeft, moet u zich kleden in innig medeleven, in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld. 13Verdraag elkaar en vergeef elkaar als iemand een ander iets te verwijten heeft; zoals de Heer u vergeven heeft, moet u elkaar vergeven. 14En bovenal, kleed u in de liefde, dat is de band die u tot een volmaakte eenheid maakt. 15 Laat in uw hart de vrede van Christus heersen, want daartoe bent u geroepen als de leden van één lichaam. Wees ook dankbaar. 16Laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen; onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid, zing met heel uw hart psalmen en hymnen voor God en liederen die de Geest u vol genade ingeeft. 17Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus, terwijl u God, de Vader, dankt door hem.
De 10 geboden van christelijke eenheid u moet zich kleden in innig medeleven, in goedheid, nederigheid, zachtmoedigheid en geduld verdraag elkaar vergeef elkaar kleed u in de liefde laat in uw hart de vrede van Christus heersen
wees ook dankbaar laat Christus’ woorden in al hun rijkdom in u wonen onderricht en vermaan elkaar zing met heel uw hart psalmen en hymnen voor God en liederen die de Geest u vol genade ingeeft doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus,
Medeleven Goedheid
Beelddragers van Christus
Nederigheid
Zachtmoedigheid Geduld
Liefde is het opperkleed
We zijn geroepen om • Één te zijn met Jezus Christus (1 Kor. 1:9) • Om vrij te zijn (Gal. 5:13) • Om hoopvol te zijn (Ef. 4:4) • Om de vrede van Christus te laten heersen (Kol. 3:15) • Om heilig te leven (1 Tes. 4:7) • Om waardig te wandelen (Ef. 4:1) • Om te zegenen (1 Pe. 3:9) • Om te lijden (1 Pe. 2:21)
Kol. 3:17
Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus, terwijl u God, de Vader, dankt door Hem.
6Leef
De toetssteen van ons gedrag is Christus
in eenheid met Christus Jezus, nu u Hem als uw Heer aanvaard hebt (Kol. 2:6).
17Doe
alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus, terwijl u God, de Vader, dankt door Hem (Kol. 3:17).
Grote opdracht 19Ga
dus op weg en maak alle volken tot mijn leerlingen, door hen te dopen in de naam van de Vader en de Zoon en de heilige Geest, 20en hun te leren dat ze zich moeten houden aan alles wat Ik jullie opgedragen heb. En houd dit voor ogen: Ik ben met jullie, alle dagen, tot aan de voltooiing van deze wereld.’ (Mat. 28:19-20)