5 minute read

Roadmap brengt alle facetten energiebesparing in kaart

Om de klimaatverandering tegen te gaan, staan industriële ondernemingen voor de uitdaging hun energieverbruik en CO2-uitstoot drastisch terug te brengen. Dit biedt bedrijven kansen maar het brengt ook onzekerheden met zich mee. Op basis van ervaring ontwikkelde advies- en ingenieursbureau Bilfinger Tebodin, onderdeel van de Bilfinger Group, een NetZero Roadmap om bedrijven te ondersteunen bij het opstellen en behalen van hun duurzaamheidsdoelstellingen.

In haar contacten met grote multinationals ziet Oksana Roman de belangstelling voor verduurzamingsprojecten wereldwijd toenemen. De global development director bij Bilfinger ziet dat op zowel strategisch als tactisch niveau. ‘Strategisch streven bedrijven ernaar om in de toekomst net zero te produceren. De termijn waarin dit doel moet worden gehaald – 2030, 2040 of 2050 – is sterk afhankelijk van de schaal en complexiteit van processen en productie. Het betreft hier vaak grote projecten op het gebied van waterstof, carbon capture, energieopslag en batterijfabrieken die meestal worden uitgevoerd door consortia van verschillende deelnemers.’

Advertisement

Tegelijkertijd signaleert Roman op tactisch of praktisch niveau dat bedrijven steeds meer maatregelen treffen voor energiebesparingen en het terugdringen van de CO2-uitstoot. ‘De bouw van waterstoffabrieken of carbon capture duurt jaren, maar energiebesparing is een directe maatregel die minder investeringen vraagt. In sommige gevallen hoef je niet te investeren maar moet je je gedrag of de processen aanpassen. Op deze manier brengen bedrijven de finishlijn van het streven naar net zero alvast een beetje dichterbij.’

Jordi Koes, business manager Industrial Sustainability bij Bilfinger Tebodin, begeleidt bedrijven in het terugdringen van hun energieverbruik en CO2-uitstoot. ‘Onze strategie is om eerst het energieverbruik bij bedrijven zoveel mogelijk te reduceren om vervolgens te kijken hoe je het resterende energieverbruik kunt verduurzamen. Voor het deel dat niet via duurzame opwekking kan worden ingevuld, kijken we naar een transitie naar bijvoorbeeld groene waterstof in de toekomst. Dat is er nu nog niet, maar ik ben ervan overtuigd dat het komt. In de beslissingen die je als bedrijf nu neemt, moet je rekening houden met beschikbaarheid van elektriciteit voor grootschalige toepassing van elektrische boilers of voor bijvoorbeeld het toekomstige gebruik van biogas en waterstofgas om de high heat processen in de industrie te verduurzamen.’

Holistisch aanpak

Bilfinger Tebodin is een internationaal opererend advies- en ingenieursbureau. Het bedrijf werkt samen met klanten en stimuleert innovatie met geïntegreerde consultancy- en engineeringsoplossingen, gecombineerd met professioneel project- en constructiemanagement. Bilfinger Tebodin kan een beroep doen op de ervaring, expertise en passie voor technologie van 1.350 professionele consultants en ingenieurs.

Roman en Koes bepleiten een holistische aanpak bij het verduurzamen van de industrie waarbij niet alleen wordt gekeken naar de huidige maar ook naar toekomstige ontwikkelingen. Bij het uitstippelen van een route wordt rekening gehouden met de specifieke kenmerken en processen van een site, lokale en regionale infrastructuur, technische opties, wet- en regelgeving en economische aspecten. Belangrijk is volgens Koes dat er ook wordt gekeken naar de onderlinge samenhang tussen water, het afval dat wordt gegenereerd en het gebruik van materialen. ‘Er ligt nu veel focus op CO2 maar je moet voorkomen dat je één probleem oplost terwijl deze oplossing nieuwe problemen oplevert op andere gebieden.’

Startpunt

De NetZero roadmap bestaat uit een aantal duidelijke stappen. De eerste stap is een grondige data-analyse.

‘We kijken welke data beschikbaar zijn en of er extra onderzoek nodig is om gaten in de informatie aan te vullen. Op basis van deze informatie doen we een base case analyse waarin we de CO2-footprint en de milieukosten van de bestaande fabriek berekenen. Dit is het startpunt om te definiëren welke maatregelen je kunt implementeren en wat die zullen doen voor de uitstoot van CO2 en de milieu-impact van de fabriek’, aldus Koes.

Als dit in kaart is gebracht, volgt een analyse naar procesoptimalisatie. ‘Hier definiëren we de technische maatregelen om energie te besparen en CO2-uitstoot terug te dringen. Dit resulteert in een longlist van maatregelen

Oksana Roman: ‘Bij het opschalen van energiebesparingsprojecten worstelen operators of eigenaren van meerdere industriële sites met de vraag welke fabriek of installatie ze gaan gebruiken voor een pilot.’ die we samen met de klant opstellen. Daarna kijken we naar de risico’s en kansen van iedere maatregel. Wat kost het? Zijn er barrières? Kun je het implementeren en is de infrastructuur aanwezig? Dat resulteert in een shortlist op basis waarvan je het doel kunt bereiken.’

Het opstellen van de roadmap duurt, als alle data beschikbaar zijn, ongeveer vier maanden volgens Koes. ‘Dan ligt er een kerndocument, een overzicht van maatregelen geprioriteerd naar type maatregel, kosten per ton CO2-reductie en uitvoeringsgemak. Het laat zien welke maatregelen welke effecten hebben, in welk tijdsbestek, en welke investeringen nodig zijn. Wij adviseren onze opdrachtgevers altijd om geen lock-in beslissingen te nemen. Als je een CO2-afvang plant bouwt, zit je daar voor een groot aantal jaren aan vast. Maar het is mogelijk dat er binnen vijf jaar een nieuwe technologie komt waarbij je, door je processen aan te passen, geen CO2-afvang meer nodig hebt. Alleen voor zeer specifieke industrieën gebruik je carbon capture. Wij gebruiken het niet in ieder plan.’

Als de roadmap is vastgesteld kan Bilfinger verder helpen bij de uitvoering en engineering. ‘De kleinere maatregelen, het laaghangende fruit, kunnen bedrijven zelf doen. Voor grotere onderdelen, bijvoorbeeld een grote heatpumpsinstallatie, doen we de engineering, de constructie en het onderhoud. Wij zijn partner van grote ondernemingen voor de totale lifecycle van assets.’

Keuzes

Nederland en de Benelux bewegen zich volgens Roman aan het front van de ontwikkelingen. Grote multinationals kijken hoe ze de ervaringen die hier zijn opgedaan Europees of internationaal kunnen uitrollen. ‘Bij het opschalen van energiebesparingsprojecten worstelen operators of eigenaren van meerdere industriële sites met de vraag welke fabriek of installatie ze gaan gebruiken voor een pilot. Keuzes die hierbij aan de orde komen zijn: nemen we de oudste of de nieuwste fabriek? Gaan we voor de vestiging met de meeste processen of voor de fabriek met minder of eenvoudiger processen? Dit is een grote uitdaging voor grote corporates. We hebben deze vragen geadresseerd met een matrix voor corporate managers om vast te stellen op welke site welke informatie beschikbaar is en in hoeverre locaties bewust bezig zijn met CO2-uitstoot.’

Het was druk op de site van Huntsman in het Rotterdamse havengebied. Vanaf half maart hadden MDI-2 en MDI-1 een onderhoudsstop en er was een stoomstop voor de gehele site. Bovendien waren er werkzaamheden voor een energiebesparingsproject in de DADPMfabriek van MDI-2. De stop duurde zo’n dertig dagen.

Voor de turnaround was tussen de twintig en vijfentwintigduizend vierkante meter steiger geplaatst. En er waren zeven vaste kranen aan het werk. Zestig tot zeventig procent van de tijd werd gebruikt voor wettelijke inspecties. ‘Dus er ging een boel open en er werd heel veel geïnspecteerd en gereinigd’, vertelt Wendy de Vos, coördinator interne communicatie bij Huntsman. ‘MDI is plakkerig spul en geeft best wat vervuiling. Des te beter je reinigt des te minder vervuiling er tijdens de productie blijft hangen.’ De turnaround draaide vooral om MDI-2, maar het team van Huntsman pakte deels MDI-1 ook mee.

Bijzonder aan de turnaround in dit voorjaar is dat er voor het eerst sinds 2013 een stoomstop was voor de hele site. Dit betekende dat naast de fabrieken van Huntsman ook co-siters tijdelijk geen stoom tot hun beschikking hadden. De Vos: ‘We hadden voor de stoomstop een week uitgetrokken, maar het werk was al met vijf dagen klaar. De hoofdstoomleiding kon dus snel weer terug in gebruik worden genomen.’

In de DADPM-fabriek van MDI-2 werd gewerkt aan een energiebesparingsproject. ‘Daardoor kunnen we straks stoom uit de DADPM-installatie hergebruiken binnen MDI-2.’

PLANTMANAGER

This article is from: